Waardevolle Wind. Loo, F.A. van der

15
Waardevolle
Wind
F
Windenergie zal als onderdeel van een nieuw
duurzaam energiesysteem haar plaats moeten
verwerven in het bestaande maatschappelijk
systeem. Die maatschappij zit vol waarden en
dus zal het windenergiesysteem zoals dat vorm
krijgt ook waarden omvatten. Waardenconflicten
die spelen rond windenergie zullen de uiteinde­
lijke vorm ervan mede bepalen, want wind­
energie kan niet zonder draagvlak. Dit is het
afgelopen jaar geanalyseerd in het onderzoek
Maatschappelijk verantwoord innoveren (MVI)
dat in het kader van het TKI-Wind op Zee uitge­
voerd werd (*). In dit artikel wordt verkend hoe
het zit met waarden bij windenergie.
DOOR Frans A. van der Loo
iguur 1 geeft een aantal windturbines weer, een mooi
technologisch product. De turbine in plaatje a heeft
twee rotorbladen, die in plaatje b drie. Waarom is de
driebladige rotor gangbaar geworden op land? Omdat
veel mensen en omwonenden dat als prettiger beleven
(een gelijkmatiger draaibeeld, minder ‘stroboscopisch’ effect).
Het technologisch ontwerp van de turbine is dus mede bepaald
door de beleving van mensen, dus door een waarde.
a
b
c
Figuur 1
De turbines in plaatje b en c lijken identiek. Technologisch zijn
ze dat ook. Maar turbine b is van een energiebedrijf en turbine
c van een lokale windcoöperatie. Het coöperatieve windproject
beoogt niet alleen windstroom op te wekken, maar ook samen
voor eigen stroom te zorgen. Institutioneel is het een heel ander soort windproject en het omvat andere waarden.
Deze simpele voorbeelden geven aan dat zowel het technologische als het institutionele ontwerp van een windproject door
waarden kan worden beïnvloed.
Van turbine naar systeem
Frans van der Loo werd in 1986 lid van een wind­
coöperatie en is sindsdien bezig met de implemen­
tatie van duurzame energie. Tot voor kort werkte
hij bij AgentschapNL (het huidige RVO.nl), waar
hij eerst met Taskforce Wind­energie windprojecten
probeerde te versnellen en daarna secretaris was
van het Energie­transitie­project in Den Haag.
Vanuit het TKI-Wind op zee werkt hij nu mee met
het onderzoek Maatschappelijke Verantwoord
Inno­veren’.
Iedere windturbine is een stukje in de legpuzzel, op weg naar
een duurzaam energiesysteem. In Nederland werken we nu
aan een perspectief van 10 GW windenergie: 6 GW op land en
4,45 GW op zee. EWEA verwacht zelfs dat er in Europa in 2030
150 GW op zee zal staan. Dan praten we niet meer over enkele
turbines, maar over een heel nieuw (wind-)energiesysteem. En
kunnen we met recht zeggen dat er sprake is van een systeem­
innovatie, waarbij windenergie haar plek moet verwerven in het
maatschappelijk systeem.
Wind op land is sinds de jaren 80 al tot een flink systeem
uitgegroeid. Wind op zee staat aan het begin van haar groei.
Het maatschappelijk systeem kent verschillende dimensies,
* Dit artikel is geen verslag van het MVI-onderzoek,
maar geschreven naar aanleiding ervan. Zie voor meer
informatie de website: www.tki-windopzee.nl/page/mvi
WINDNIEUWS - NR.5 2014
16
Waarden in het windenergiesysteem
zoals de fysieke, technologische dimensie, de economische dimensie, de ruimtelijke dimensie en de sociaal-culturele dimensie. Niet voor niets kennen we ook verschillende planbureaus
voor deze dimensies (CPB, PBL, SCP). Een nieuw windenergiesysteem zal niet alleen technologisch van aard zijn, maar moet
zijn inpassing hebben in al deze dimensies.
In de maatschappij spelen verschillende actoren met verschillende belangen een rol. Achter elk belang staan waarden. Van
Waddengebied tot zorgsysteem, er zijn altijd waarden in het
geding en soms leidt dat tot waardenconflicten. Dat conflict
bepaalt de uiteindelijke vormgeving: een Waddengebied zonder
kokkelvisserij maar met (schuingeboorde) gaswinning, een
zorgstelsel zonder inkomensafhankelijke premie en met of
zonder vrije keuze van ziekenhuis. Zo zal ook het windenergiesysteem mede bepaald worden door de waarden van de diverse
actoren. Bij lokale burgers spelen waarden als ‘schone energie’
of een ‘rustige leefomgeving’. (Wind-)marktpartijen gaat het om
‘rendement en efficiency’, maar ook om ‘duurzaamheid’. Beleid
en politiek erkennen de waarde ‘duurzaamheid’ eveneens,
maar ‘zuinig met publiek geld’ speelt ook een grote rol. Al die
waarden beïnvloeden hoe windenergie als systeem uiteindelijk
vorm gaat krijgen.
Bij het ontwerp van technologische arte­
facten en systemen kunnen of moeten de
waarden van relevante actoren betrokken
worden, wil men komen tot een robuust
ontwerp dat kan rekenen op een goed
maatschappelijk draagvlak. Dat is
‘Waardevol ontwerpen’.
Figuur 2 schetst een aantal kenmerken van het windenergiesysteem in die diverse dimensies. Daarbij past de volgende toelichting. In het MVI-onderzoek wordt een onderscheid gehanteerd tussen het Technologische en het Institutionele aspect
van een ontwerp, ontleend aan de ‘Industrial and corporate
change’ theorievorming (Künneke 2008). De Transitiemanagement-theorie (Rotmans 2004, Loorbach 2007) onderscheidt
transities in Technologie-Structuur-Cultuur-Werkwijze, waarbij
met Structuur doorgaans zowel de economische structuur als
de institutioneel-organisatorische structuur van de maatschappij aangeduid wordt. In dit artikel onderscheiden we als dimensies Technologisch, Economisch, Institutioneel en Cultureel.
In de Technologische systeemdimensie maken we onderscheid
tussen het artefact - de windturbine en het windpark - en het
totale energiesysteem. De Institutionele dimensie betreft de
ordening van ruimte en infrastructuur enerzijds, maar ook de
ordening van bedrijven en organisaties, en van de regels van het
onderlinge spel. Deze indeling is misschien niet wetenschappelijk verantwoord, maar wel bruikbaar om het meerdimensionale
karakter van het windenergiesysteem te illustreren.
Het windenergie-systeem
Technologisch
Cultureel
Figuur 2
WINDNIEUWS - NR.5 2014
Zo bepaalt bijvoorbeeld de appreciatie van omwonenden mede
de keuze tussen een lijn- of een parkopstelling. En ruimtelijke
ordening is een ‘institutioneel’ antwoord geworden op de weerstand die tegen de toenemende windenergie ging ontstaan,
waarden worden in de procedure afgewogen. NWEA is momenteel bezig een gedragscode te formuleren, op verzoek van politiek en maatschappij. De code zal de waarden van markt, burgers en maatschappij reflecteren. ‘Zo gaan we met elkaar om’ is
de culturele dimensie van het windenergiesysteem. Niet 6000
maar 4450 MW wind op zee is nu de uitkomst van onderhandeling, want beleid en politiek hanteren ‘zuinig met publiek geld’
als waarde en wegen de windwaarde af tegen allerhande andere
maatschappelijke waarden. Maar hoe ruim vat je windwaarde
op bij die afweging? Vallen leveringszekerheid, omzet, export en
werkgelegenheid daar ook onder? Het TKI Wind op Zee (WoZ)
aspecten en kenmerken
turbine/ windpark
groter, efficiënter, stiller, minder onderhoud, parkconfiguratie, regelbaarheid
energiesysteem
netintegratie, voorspelbaarheid output, programma­verantwoordelijkheid
stroomcontract, APX, SDE+, vollasturen, onrendabele top, werkgelegenheid,
omzet
Economisch
Institutioneel
Figuur 3 brengt dit in beeld. De samenleving verdelen we ruwweg in drie groepen actoren: (lokale) burgers, marktpartijen en
maatschappij/politiek (Wüstenhagen 2007). Deze actorgroepen
met hun waarden beïnvloeden de vormgeving van het windenergiesysteem in al zijn dimensies.
infrastructuur, ruimte
ruimtelijke ordening, structuurvisie, concentratie-gebieden (en uitsluiting)
organisaties, regelgeving
NWEA, Groenstroom, Topsector, Green Deal, Energieakkoord, vergunningen,
M.e.r., Programma-verantwoordelijkheid
sociaal, politiek
windcoöperatie, participatie, (Inter-) Nationale Winddag, gedragscode
NWEA
17
Waarden in
ontwerp
Technologisch
Maatschappij/ Politiek
Marktpartijen
Burgers/ Lokaal
turbine/ windpark
licht in top (i.v.m. luchtvaart)
direct drive of
kettingkast
2-3 rotorbladen
energiesysteem
concentratiegebieden
(en uitgesloten)
stopcontact op zee of
aansluiting per park
lijn- of parkopstelling
4450 MW
(Wind op zee 18 miljard waard?)
WoZ: 40% kostprijsreductie?
lusten/lasten verdeling
Economisch
Institutioneel
Cultureel
infrastructuur
Tennet stopcontact op zee?
organisatie, regelgeving
programma­
verantwoordelijkheid
flexibele vergunning
ruimtelijke ordening
vergunning (geluid, schaduw,
natuur etc.)
sociaal, politiek
klimaatredder of
Fyra-met-wieken debat
gedragscode
windpark of lokale coöperatie
Figuur 3
laat onderzoek uitvoeren om de waarde van wind-op-zee goed
in beeld te brengen. Krijgt Tennet de verantwoordelijkheid voor
de stopcontact-op-zee aanleg (organisatorisch)? Hoe gaat die
netconfiguratie op zee eruit zien (infrastructuur)? Socialiseren
we de kosten of niet? Verschillende waarden zullen het uiteindelijke stopcontact–op-zeesysteem bepalen.
In het MVI-onderzoek, dat in het kader van het TKI-WoZ uitgevoerd wordt, duidt men een dergelijke matrix aan als het Valuesensitive-design Framework (Oosterlaken 2014). Bij het ontwerp
van technologische artefacten en systemen kunnen of moeten
de waarden van relevante actoren betrokken worden, wil men
komen tot een robuust ontwerp dat kan rekenen op een goed
maatschappelijk draagvlak. Dat is ‘Waardevol ontwerpen’.
Kosten en Baten
‘Wind op zee is te duur’ is een veelgehoord bezwaar. In beleid
en politiek heeft dit geruime tijd geleid tot een moratorium.
‘Zuinig met publiek geld’ was een waarde die ten grondslag lag
aan dit standpunt. Marktkansen en de grotere baten op langere
termijn (zie het Stern-rapport) vormden de argumenten van de
windsector. Dit (waarden-)conflict tussen overheid/politiek en
de marktsector speelde vooral in het economisch domein.
Lokale lusten en lasten
Bij wind op land is er discussie over de lokale lusten en lasten
van een windpark. Dat debat speelt zich ook af in het economisch domein, maar vooral tussen lokale burgers en marktpartijen.
Samen op zee
Waardenconflict in het windenergiesysteem
De ontwikkeling van windenergie gaat – zoals al gezegd
- gepaard met waardenconflicten. Bij Wind op zee gaan
die bijvoorbeeld over de kosten (en baten), over ruimte
op zee (naastscheepvaart, visserij en bijvoorbeeld olie- en
gaswinning), over kabelaanleg door de duinen en recent ook
over de wenselijkheid van nearshore-locaties. In het MVIonderzoek, dat zich vooral richt op Wind op zee, zijn actuele
en potentiële conflicten en de waarden die daarbij een rol
spelen geïnventariseerd. De matrix helpt om de conflicten
te analyseren en te typeren. Een paar voorbeelden.
De Noordzee is al vol gebruikers en windenergie moet een plek
verwerven. Er is verzet van scheepvaart, visserij en bijvoorbeeld
olie&gasproducenten. Al deze marktpartijen willen de zee gebruiken om zaken te doen, liefst ongestoord en onbelemmerd.
Maar de windsector wil eigenlijk precies datzelfde. Dit conflict
speelt zich af tussen marktpartijen en gaat vooral om ruimtelijke ordening – de institutionele dimensie van windenergie..
Kabels door duinen
Om een offshore windpark aan het net aan te sluiten moet een
kabel door de duinen worden getrokken. De aanleg kan gepaard
gaan met (tijdelijke) natuurschade en lokale overlast. Dat kan
een conflict opleveren tussen windpartijen en lokale mensen en
(natuur-)organisaties. Het conflict gaat dan aan de kant van de
lokale burgers over waarden als natuur, duurzaamheid, rustige
leefomgeving, te rangschikken onder de ‘culturele’ dimensie
van windenergie.
WINDNIEUWS - NR.5 2014
18
Bij de windpartijen zullen enerzijds werktempo en (kosten-)efficiency waarden zijn (economische dimensie). Maar anderzijds
is de windsector zich ook bewust van deze lokale belangen,
hecht ze aan een goed MVO-beleid en zorgt daarom voor een
zorgvuldig proces.
Nearshore
Het nearshore-conflict speelt zich vooral af tussen overheid en
lokale partijen. De overheid onderzoekt de mogelijkheid van nearshore-locaties omdat dat mogelijk goedkoper bouwen is, dus
vanuit de waarde kostenefficiency. Kustgemeenten en strandtentexploitanten zijn bang dat de toeristenwaarde ‘ongerepte
horizon’ teniet wordt gedaan, en daarmee hun eigen waarde
van economisch gewin.
Een dergelijke analyse van waardenconflicten levert een aantal
inzichten:
- tussen wie en welke waarden speelt het conflict?
- conflicten verschillen erg van elkaar wat betreft actoren en/
of dimensies van het windenergiesysteem;
- conflicten kunnen zich voordoen tussen verschillende maatschappelijke actorgroepen, maar ook binnen één actorgroep.
Of tussen waarden binnen één of binnen verschillende
dimensies van het windenergiesysteem;
- welke waarden staan eigenlijk tegenover elkaar in het
conflict? Soms is dat niet op voorhand duidelijk en vraagt
dit nadere reflectie.
Waardevol ontwerpen
Het windenergiesysteem zoals dat vorm krijgt omvat dus waarden, soms als uitkomst van waardenconflicten. Maar kunnen
we die (potentiële) conflicten ook voorkomen, door al bij het
ontwerpen rekening te houden met de waarden van diverse
actorgroepen? Dus door proactief ‘Waardevol te ontwerpen’?
Daarop is het MVI-onderzoek uiteindelijk gericht.
Visserij en wind op zee leken eerst ook elkaars tegengestelden.
Tot met name de duurzame visserij zich openstelde voor
win-winmogelijkheden. De mogelijkheid van visvangst binnen
een windpark wordt nu onderzocht en het EU-MERMAIDprogramma richt zich op het vinden van meer innovatieve
synergiën tussen activiteiten op zee. Een voorbeeld van
waardevol ontwerpen.
‘Waardevol ontwerpen’ proactief
Zo moeten we ook naar de toekomst kijken. Als we straks grootschalig wind op zee plaatsen, hoe doen we dat met een goed
maatschappelijk draagvlak? Zijn er kritische punten en mogelijke waardenconflicten waarmee we rekening moeten houden?
Twee voorbeelden ter illustratie:
Duurzame levenscyclus
Als er inderdaad 150 GW op zee staat, zoals EWEA voor 2030
verwacht, zullen we jaarlijks zo’n duizend turbines afdanken.
Wat gebeurt ermee? Zijn ze te recyclen? Houden we daar met
ecodesign al voldoende rekening mee? En zijn er bij een dergelijke omvang aan de productiekant materiaalknelpunten te
verwachten? De sector zal moeten zorgen voor een duurzame
levenscyclus, met oog voor maatschappelijk draagvlak. Want
die maatschappij hecht waarde aan ‘schone zee’ en ‘duurzame
bedrijfsvoering (MVO)’.
Europese netintegratie
150 GW vereist een goede netinpassing. Eén geïntegreerd
Europees net en misschien één Europese netbeheerder zijn
gewenst, gezien vanuit ‘een duurzaam energiesysteem’ en
‘efficiency’. Maar willen we dat ook? Politiek is dat de vraag en
(verschillen in) nationale juridische kaders staan in de weg.
Internationale efficiency versus nationale zelfstandigheid.
Hoe weten we het internationale windenergiesysteem
politiek en juridisch zo te ontwikkelen dat deze waarden
niet tot een conflict en blokkade leiden?
‘Waardevol ontwerpen’ gebeurt al
Neem de afgelopen impasse waarbij het beleid geen windparken op zee toestond. Met het Energieakkoord zijn die
impasse en het onderliggende waardenconflict opgelost. Het
windenergiesysteem krijgt nu een vorm waarin beide waarden
samengaan: er mag gebouwd worden, maar met de belofte dat
(daardoor) de kostprijs omlaag gaat. Een voorbeeld van waardevol ontwerpen.
Scheepvaart- en windsector gingen conflictueus met elkaar om.
Tot ze elkaars belang erkenden en - daartoe aangespoord door
het ministerie van I&M - met elkaar om tafel gingen om te zien
of er een gelijkwaardige oplossing te vinden was. De nieuwe
scheepvaartroutes zijn korter en veiliger, en creëren ruimte
voor wind op zee. Een voorbeeld van waardevol ontwerpen.
WINDNIEUWS - NR.5 2014
Conclusie en aanbeveling
Er ligt een opgave voor ‘Maatschappelijk verantwoord innoveren’ en ‘Waardevol ontwerpen’. Met windenergie zijn we bezig
met een systeeminnovatie en die gaat over meer dan technologie en is alleen te realiseren met een goed maatschappelijk
draagvlak. De windsector moet dat goed voor ogen houden en
anticiperen op mogelijke knelpunten ten aanzien van dat draagvlak als windenergie uitgroeit tot een echt systeem. Een analyse
in termen van actoren en hun waarden en een ‘Waardevol
ontwerpen’-benadering kunnen daarbij helpen.
19
Literatuur
- Künneke, R.W. (2008). ‘Institutional reform and technological prac­
tice: the case of electricity’. In: Industrial and corporate change 17(2),
233-265.
- Loo, F.A. van der (2013). 150 GW Offshore: Hoe Doen We Dat?
In: WindNieuws (29, juni), 20-21.
- Loorbach D. (2007). Transition management: new mode of
governance for sustainable development. Proefschrift. Erasmus
Universiteit, Rotterdam.
- Oosterlaken, I. (2014). ‘Applying Value sensitive design (VSD)
to windturbines and windparks: an exploration. In: Science and
engineering ethics 20.
- Rotmans, J. (2003). Transitiemanagement: sleutel voor een
duurzame samenleving. Van Gorcum, Assen.
- Wüstenhagen, R., M. Wolsink, M.J. Bürer (2007).
Social acceptance of renewable energy innovation: an introduction
to the concept. In: Energy policy, 35(5), 2683-2691.
- Zie verder de website van TKI-Wind-op-zee:
www.tki-windopzee.nl/page/mvi
Visualisatie windpark Noordoostpolder,
gezien vanaf de locatie van de
vuurtoren in Urk
WINDNIEUWS - NR.5 2014