Aansluiting hoger onderwijs

Aansluiting hoger onderwijs
De laatste stap
Augustus | 2014
Inleiding
Zoals de minister van OC&W in haar reactie op het advies van de Onderwijsraad ‘Overgangen in het
onderwijs’ stelt moet het onderwijs maximaal worden afgestemd op mogelijkheden, onderwijsbehoeften
1
en talenten van studenten. Deze wens naar een betere afstemming tussen onderwijs en de student heeft
de afgelopen tijd in onderwijsland voor meerdere veranderingen gezorgd. Zo is matching; ‘de juiste
student of de juiste plek’, een veel besproken onderwerp geworden, kent Studiekeuze123 een groeiende
bekendheid bij studenten en is met startstuderen.nl een start informatiebron op poten gezet voor
(aspirant) studenten. Vanuit het perspectief van het ISO is echter nog een grote slag te slaan in de
uitvoering en samenwerking. Organisaties die elkaar overlappen in de uitvoering, dubbel of onvolledig
werk/informatie afleveren en in andere gevallen gaten laten vallen in de dekking van de overgang. In deze
publicatie wordt het huidige systeem van de overgang naar het hoger onderwijs beschreven en de
verbeterpunten en hiaten daarin blootgelegd.
Met deze publicatie beoogt het ISO een vernieuwd systeem te introduceren dat de laatste stap is naar een
optimale verbinding tussen het voortgezet onderwijs en het hoger onderwijs. Door middel van digitaal
feiten onderzoek, gesprekken met aspirant studenten en eerstejaars studenten heeft het ISO onderzoek
gedaan naar het huidige overgangsproces van vo naar ho. De hiaten die naar boven kwamen lieten zien
dat er behoefte is naar een nieuwe aanpak, een nieuwe visie en nieuwe wijze van samenwerking binnen
het overgangsproces van vo naar ho. Met deze publicatie beoogt het ISO een volgende stap te
introduceren en realiseren als voortgang op de positieve ontwikkelingen van de afgelopen jaren.
1
Beleidsreactie op het advies van de Onderwijsraad ‘Overgangen in het onderwijs’ (15 juli 2014)
Inhoud
Inleiding............................................................................................................................... 2
Inhoud ................................................................................................................................. 3
Tot waar de ontwikkeling ons heeft gebracht .................................................................... 4
Het huidige systeem............................................................................................................ 4
De effecten van het huidige systeem .................................................................................. 5
Teamplayers............................................................................................................. 6
De verkeerde man aan zet ....................................................................................... 6
Te grote verschillen.................................................................................................. 6
De laatste stap .................................................................................................................... 7
Overzicht actoren ................................................................................................................ 9
Overzicht communicatie ................................................................................................... 10
Overzicht deadlines ........................................................................................................... 11
Overzicht actoren, communicatie en deadlines................................................................ 12
Aansluiting hoger onderwijs | 2014
3
Tot waar de ontwikkeling ons heeft gebracht
In de afgelopen jaren is er een andere wind gaan waaien in onderwijsland omtrent de overgang van het
voorbereidend onderwijs (vo) naar het hoger onderwijs (ho). De hogeschool van Amsterdam beschrijft in
2011 de verandering in één zin: ‘van werven naar voorlichten’. Langzamerhand is de realisatie in het
hoger onderwijs doorgedrongen dat de hoeveelheid nieuwe studenten niet de bepalende succesfactor is
maar het aantal studenten die op de juiste plek terecht komen.
2
Het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) pleitte in de publicatie ‘Een kijkje over de schutting’ in 2008 al
voor een verankering van de studieloopbaan begeleiding in het vo, de mogelijkheid om gebaseerd op
‘eerlijke’ informatie te oriënteren, de mogelijkheid voor de student om op zoek te gaan naar zijn/haar
match en een verbetering van begeleiding van eerstejaars studenten. Nu, exact zes jaar later kijkt het ISO
met grote tevredenheid terug op de ontwikkelingen die hebben plaatsgevonden. Afgelopen half jaar vond
het eerste lustrum van Studiekeuze123 plaats, inmiddels is matching een recht voor de aspirant student
geworden en hebben zowel hbo als wo instellingen zich gecommitteerd aan het aanbieden van
onafhankelijke, vergelijkbare informatie middels Studie in Cijfers.
Een meer recente ontwikkeling is de lancering van de website startstuderen.nl; een digitaal overzicht van
alle informatie die de aspirant student nodig heeft in zijn overgang naar het hoger onderwijs. Het is door
deze website dat het ISO niet alleen met meer tevredenheid naar de recente ontwikkelingen op het
gebied van aansluiting kijkt, maar ook een grote uitdaging ziet.
Startstuderen.nl is een inhoudsopgave van een reeks ingewikkelde boeken en hoewel je middels de
inhoudsopgave wel wegwijs wordt in de boeken, ligt het voor de hand de boeken te herschrijven tot één
overzichtelijk boek. De verschillende organisaties, de reeks boeken, dragen allemaal bij aan een deel van
de overgang naar het hoger onderwijs. Sommige organisaties overlappen elkaar in de uitvoering en in
andere gevallen blijkt er een hiaat te zitten in de dekking van de overgang.
Het huidige systeem
In de overgang van vo naar ho zijn diverse organisaties betrokken. Deze organisaties bieden begeleiding,
kunnen een bron van communicatie voor de aspirant studenten zijn, of faciliteren voorzieningen die een
aspirant student in de overgang nodig heeft (zie ook bijlage 3). Elk van deze organisaties kent een eigen
manier van werken, communiceren naar de aspirant student en de wijze waarop de kwaliteitsborging is
geregeld. Wat wel overeenkomstig is tussen deze organisaties is dat zij allemaal de aspirant student kent
als ‘gebruiker van’.
2
4
Interstedelijk Studenten Overleg (2008), Een kijkje over de schutting
Aansluiting hoger onderwijs | 2014
Vanuit het perspectief van deze gebruiker, de aspirant student, lijkt er echter geen samenwerking of
afstemming te zijn tussen de verschillende organisaties. Of het nu de taak is om studenten te helpen in
het vinden van een sector die aansluit bij hemzelf of dat het de taak is om de inschrijving van de student
aan te leveren bij de betreffende hoger onderwijsinstelling; de taak beslaat slechts een deel van de gehele
overgang naar het ho (zie afbeelding 1). De student is nu genoodzaakt veel van deze delen bij
verschillende instanties te regelen. Deze delen van het proces die per instelling geregeld en gewaarborgd
worden lijken een sterke onderlinge scheiding te kennen die de student kan belemmeren in zijn
aanmelding.
Afbeelding 5: Overgang in de huidige
situatie
De effecten van het huidige systeem
Zoals reeds aangegeven is de verantwoording voor de verschillende onderdelen van de overgang naar ho
gedeeld. Als gevolg hiervan zijn er zwakke momenten in het proces te signaleren. Zo kan informatie
gegeven door een mentor op de middelbare school wat betreft het inschrijven voor een opleiding foutief
zijn omdat hij niet op de hoogte is van uitzonderingen of veranderingen. De student wordt daardoor
blootgesteld aan de hiaten in de samenwerking tussen alle betrokken instanties. Eveneens blijkt uit
onderzoek van het ISO dat de verschillende organisaties, betrokken in de overgang naar het ho, een grote
fragmentatie laat zien in informatie en communicatie (zie ook afbeelding 2). Informatie, zowel generiek
als persoonlijk, wordt middels verschillende media naar de student verzonden. Tevens is er een overlap te
Aansluiting hoger onderwijs | 2014
5
zien in de inhoud van de informatie en het moment waarop de verschillende organisaties communiceren
met de aspirant student.
Teamplayers
Een ander effect van het huidige systeem, als direct gevolg van het feit dat de verschillende organisaties
allemaal een taak hebben die slechts een beperkt deel van de overgang behelst, is het ontbreken van een
algemene kwaliteitsborging. De snelle toename (van het belang) van de organisaties die betrokken zijn in
de overgang is wellicht de oorzaak. Immers borgen alle losse organisaties weldegelijk de kwaliteit. De
afzonderlijke interne kwaliteitsborging lijkt echter slechts een minimaal effect te hebben op de inrichting
van het systeem vanuit het perspectief van de aspirant student en op de gebruiksvriendelijkheid van het
gehele systeem; er worden elf topspelers voor een wedstrijd opgesteld maar ze vormen geen team.
De verkeerde man aan zet
Buiten dit alles heeft het huidige systeem, met een tal organisaties, geen regievoerder. De aansluiting van
de verschillende organisaties op elkaar en de afbakening van een ieders taak valt nu ten dele aan de
opdrachtgever. In het Nederlandse onderwijssysteem houdt dit in dat niet alleen het ministerie van OCW,
maar ook de (hoger) onderwijsinstellingen een grote invloed op de afstemming en samenwerking hebben.
Zo is het proces van het inrichten van het digitale systeem waarmee studenten zich inschrijven voor de
opleiding (Studielink) afhankelijk van de wensen van de klant, de onderwijsinstelling.
Het gebrek aan de juiste regie heeft tevens tot gevolg dat er onvoldoende ambitie wordt uitgesproken tot
een horizontale samenwerking en afstemming van de verschillende organisaties. Terwijl een maximale
samenwerking voor de hoger onderwijsinstellingen tot een verlaging van de regeldruk zou kunnen leiden,
wat, vervolgens een efficiëntieslag voor het gehele systeem tot gevolg kan hebben.
Te grote verschillen
Tot slot is het huidige systeem van overgang naar het ho ook nog eens belast met het gegeven dat,
wederom door de macht van de individuele hoger onderwijsinstelling, de overgang niet uniform is. Waar
dit een gevolg is van de diversiteit van instellingen en opleiding middels profilering, is dit een begrijpelijke
discrepantie. Problemen die voortkomen uit deze diversiteit van instellingen, zoals te zien is in afbeelding
3, liggen op het gebied van de verschillende deadlines die gesteld voor inschrijving, selectie of matching
en de betaling van collegegeld.
6
Aansluiting hoger onderwijs | 2014
De laatste stap
Om een optimale verbinding tussen het voortgezet onderwijs en het hoger onderwijs te realiseren, zoals
de minister van OC&W en de onderwijsraad al eerder beoogden, moet er een verandering komen in de
denkwijze omtrent het proces van overgang; de (aankomende) student staat centraal. Dit impliceert dat
niet langer de verschillende organisaties en instanties een plek afbakenen in het proces maar dat vanuit
de student het traject wordt uitgezet waaruit het moment van informatie- en kennisbehoefte wordt
gedefinieerd. Samenwerking tussen de verschillende organisaties en instanties is dan geen vrijstaande
optie, maar vindt werktuigelijk plaats wanneer dit voor het totale proces voor de student wenselijk is. Om
dit te kunnen bereiken is er een regievoerder nodig die als coördinator de samenwerking tussen de
organisaties en hun taken stuurt. Evident is de regievoerder verantwoordelijke voor het gehele proces.
Gebruiker
(aspirant) student
Opdrachtgever
Subsidie &
taakstelling
Kwaliteitsborging
Regievoerder
Uitvoerende
instantie
Uitvoerende
instantie
onderwijs
instellingen
Aansluiting hoger onderwijs | 2014
Uitvoerende
instantie
Uitvoerende
instantie
Afbeelding 6: Vernieuwd systeem
7
Een nieuw systeem is de laatste stap naar een verbeterd overgangsproces dat van de afzonderlijke taken
en organisaties één geheel maakt. De afzonderlijke taken binnen het overgangsproces van vo naar ho
worden aan elkaar verbonden, waardoor er direct de behoefte tot afstemming tussen de organisaties
ontstaat. Hiaten en overlappingen binnen het proces worden opgelost en een betere aansluiting in de
opeenvolging van begeleiding van de student en communicatie naar de student wordt bereikt.
Vanuit het perspectief van het ISO moet er een digitaal systeem komen waarmee een student zich kan
inschrijven voor de opleiding, voorzieningen aanvraagt, persoonlijke communicatie onderhoudt en vragen
stelt. Startstuderen.nl moet hiervoor hét overzichtelijke boek zijn dat alle informatie biedt voor de
aspirant student om op één overzichtelijke website alle zaken te kunnen regelen die de inschrijving
behelzen. De regievoerder functioneert als aanspreekpunt voor alle aspecten die het overgangsproces van
de aspirant student omvat en als taaksteller naar de uitvoerende instanties.
Tot slot moet eveneens het belang van de student tot uiting worden gebracht in een algemene
kwaliteitsborging. Als verantwoordelijke voor het overgangsproces van vo naar ho moet de kwaliteit van
de gezamenlijke organisaties geborgd worden door de regievoerder. De vernieuwde positie van de
aspirant student brengt met zich mee dat hij deel wordt van de kwaliteitsborging tussen opdrachtgever,
regievoerder en student. De aspirant student is dus niet meer ‘gebruiker van’ maar kent een gewichtige
plek binnen het gehele proces.
Waar de afzonderlijke kwaliteitsborging behouden kan worden in elke organisatie, dient ook een
overkoepelende borging plaats te vinden tussen de organisaties die het vernieuwde systeem maakt tot
een geheel gericht op de gebruiksvriendelijkheid voor de aspirant student.
8
Aansluiting hoger onderwijs | 2014
Overzicht actoren
Afbeelding 1: Betrokken instanties
Overzicht communicatie
Afbeelding 2: Communicatielijnen
Overzicht deadlines
Afbeelding 3: Deadlines
Overzicht actoren, communicatie en deadlines
Afbeelding 4: overzicht actoren, communicatie en deadlines
12
Aansluiting hoger onderwijs | 2014
Auteurs
Marith Meijer
Maarten Derksen
Sanne de Jager
Ontwerp
Jasper Sonderen
Over ISO
Het Interstedelijk Studenten Overleg is de grootste landelijke studentenorganisatie en behartigt
de belangen van studenten uit het hoger onderwijs. Bij het ISO zijn 33 (aspirant) lidorganisaties en
zes convenantpartners aangesloten, die samen ruim 688.000 studenten vertegenwoordigen. Het
ISO is vaste gesprekspartner van onder andere het ministerie van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap, de politieke partijen en de koepels van universiteiten en hogescholen.