De brief - Kompaan en De Bocht

Aan de Leden van de Vaste Kamer Commissie voor VWS en Veiligheid en Justitie
t.a.v. dhr. A.J. Teunissen, griffier
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
Goirle : 13 april 2015
Referentie :
Onderwerp : Algemeen Overleg inzake Geweld in
Afhankelijkheidsrelaties, 15 april 2015
Mailadres : [email protected]
Geachte leden van de Tweede Kamer Commissie voor VWS en Veiligheid en Justitie,
In de afgelopen periode is fors geïnvesteerd in een toekomstbestendig landelijk stelsel vrouwenopvang. De
partners in de RegioAanpak Veilig Thuis zijn gecommitteerd om situaties van ernstig geweld in
afhankelijkheidsrelaties als mogelijk te voorkomen en indien nodig veilige opvang en begeleiding te garanderen.
De gemeente Tilburg en regiogemeenten in Midden-Brabant, in nauwe samenwerking met Kompaan en De Bocht
en netwerkpartners, delen dit commitment.
Zoals uw Tweede Kamer bekend, is in de regio Midden-Brabant in de afgelopen jaren veel kennis en expertise
opgebouwd in de samenwerking tussen zorg- en veiligheidspartners in de aanpak van huiselijk geweld en
kindermishandeling. Het Zorg- en Veiligheidshuis Midden-Brabant en het Family Justice Center getuigen hiervan.
Ook de recente Kind Centraal-award van Het Vergeten Kind en het koninklijk bezoek aan Kompaan en De Bocht
bevestigen dit.
Ook voor de komende jaren is in onze regio een stevige basis gelegd. Er is een ambitieuze ‘regiovisie huiselijk
geweld en kindermishandeling’ ontwikkeld en gemeenten trekken voortvarend op in de uitrol van de transitie en
transformatie van de jeugdzorg en Wmo in dit kader. De transformatie-aanpak – waaronder een stevige inzet op
preventie en vroegsignalering - wordt ingebed in beleid en de nieuwe samenwerkingsverbanden en infrastructuur in de regio.
Gezamenlijk zetten we onze schouders er onder om de transformatie en de aanpak van huiselijk geweld en
kindermishandeling tot een succes te maken. In lijn hiermee staan de gemeente Tilburg en Kompaan en De
Bocht positief tegenover de uitgangspunten van het nieuwe verdeelmodel: opvang en begeleiding in de eigen
regio en dichtbij het eigen netwerk als de veiligheid dit toelaat; en ‘ambulant tenzij …’. Ook toewerken naar een
objectief model is in onze ogen een reële ontwikkeling gezien de huidige verdeling van de middelen.
Echter, onze samenleving bevindt zich op dit moment in een overgangsfase. De ‘beweging naar de
voorkant’, waarbij we investeren in kwetsbare gezinnen en vroegtijdig signaleren om geweld zoveel
mogelijk te voorkomen is nog geen ‘realiteit’. We hebben juist alle kennis en expertise in de aanpak van
ernstig huiselijk geweld en kindermishandeling heel hard nodig. Deze overgangsfase vraagt een ‘pas op
de plaats’ en een nauwe monitoring van de ontwikkelingen. De herverdeling van de doeluitkering
vrouwenopvang, met onbedoelde effecten van afbouw van kwaliteit en expertise die in de afgelopen jaren
is ontwikkeld, is in deze overgangsfase dan ook zeer onwenselijk.
1
Zoals het Verwey Jonker instituut concludeert in haar recente onderzoek in opdracht van de G-4 : kennis van
zaken en specialisme van handelen, dat het noodzakelijk is om geweld duurzaam te stoppen, patronen van
ernstig geweld daadwerkelijk te doorbreken en de kansen voor volgende generaties te vergroten. Ook de
Staatssecretaris van VWS bevestigt in zijn recente voortgangsrapportages dat er nog veel werk aan de winkel is
in de ontwikkeling, deling en bundeling van kennis en expertise in de aanpak van huiselijk geweld en
kindermishandeling.
1
Verwey Jonker Instituut, “Doorbreken geweldspatroon vraagt gespecialiseerde hulp’’, in opdracht van
de G-4, d.d. mei 2014.
1
Graag leggen we vier aanbevelingen aan u voor. Wij vragen u om bijgevoegde aanbevelingen mee te
nemen in uw gesprek met de Staatsecretaris van VWS en Minister van Veiligheid en Justitie tijdens het
Algemeen Overleg inzake Kindermishandeling en Geweld in Afhankelijkheidsrelaties op 15 april
aanstaande.
Mocht u dit alles nader willen bespreken dan zijn we hier uiteraard toe bereid.
Namens het college van Burgemeester en Wethouders Tilburg
Wethouder J.M.A. Kokke
C.c.
De heer M.J. van Rijn staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
De heer G.A. van der Steur, minister van Veiligheid en Justitie
Mevrouw J. Kriens, Voorzitter van de Directieraad van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten
De heer J. Laurier, Voorzitter van de Federatie Opvang
Aanbevelingen
1.
Uitstel van de herverdeling van de doeluitkering vrouwenopvang. De Raad voor de Financiële
Verhoudingen stelt dat “het nieuw financieel verdeelmodel een bron van ellende’ is. De nieuwe
verdeelmodellen zijn gebaseerd op het uitgangspunt dat mensen zoveel mogelijk in de eigen regio worden
opgevangen. Maar vanuit de gewaarborgde landelijke toegankelijkheid kan er een beroep op voorzieningen
buiten de eigen regio ontstaan. Dat leidt volgens de Rfv tot een bekostigingsprobleem, waarvoor het
objectieve verdeelmodel geen oplossing kan bieden.” Uit onderzoek dat de Rfv heeft verricht, blijkt dat “wat
betreft de vrouwenopvang er ‘ongewenste herverdeeleffecten’ ontstaan”.
Wij pleiten dan ook voor uitstel van de voorgestelde landelijke herverdeling. De totstandkoming van de
budgetten was destijds afhankelijk van de ‘ondernemingsgeest’ van de betrokken organisaties. Als
hierboven toegelicht, heeft dit geleid tot de opbouw van kwaliteit en expertise. Vanuit het perspectief van het
behalen van maatschappelijke resultaten in de aanpak van geweld in afhankelijkheidsrelaties, is het van
groot belang om deze kwaliteit te behouden.
2.
Teneinde een garantie voor behoud van landelijke kwaliteit in te bouwen, beperken van de korting in
de nadeelgemeenten tot een maximum van 25%. Wij pleiten voor een maximering van de afbouw van
middelen Doeluitkering Vrouwenopvang (DUVO) per centrumgemeente. Met een bijna-halvering van de
middelen in de regio Midden-Brabant in het vooruitzicht, is de impact op de schaalgrootte dermate groot dat
behoud en verdere investering in de kennis en expertise niet langer kunnen worden gegarandeerd. Dit is in
tegenstrijd met het wettelijk kader zoals dat is neergelegd in de Wmo 2015, MvT, paragraaf 3.8.2, Opvang
voor slachtoffers van geweld in huiselijke kring:
“In het kader van de eerder beschreven aanpak tot intensivering van het beleid maken de VNG en de
Federatie Opvang afspraken over de opvang(capaciteit) voor mensen voor wie de veiligheidsrisico’s
bijzonder groot zijn (‘code rood’) of waarvoor opvang, bijvoorbeeld vanwege de schaal of specifieke
expertise, beter gezamenlijk kan worden georganiseerd. De regering acht het van belang dat hierover
sluitende afspraken worden gemaakt en acht elke gemeente daarop aanspreekbaar. Voor mensen in nood
moet het niet uitmaken bij welke gemeente zij aankloppen; in alle gevallen moet de veiligheid worden
geborgd.”
2
Op basis hiervan pleiten wij ervoor dat landelijks afspraken worden gemaakt over een maximum aan afbouw
van middelen tot 25%, naar voorbeeld van de herverdeling van de middelen van de maatschappelijke
opvang.
3.
Geen afbouw voordat opbouw aantoonbaar plaatsvindt. De Federatie Opvang gaf in haar recente brief
aan de Tweede Kamer het signaal af dat in de nadeelgemeenten al wordt geanticipeerd op of al
daadwerkelijk wordt afgebouwd en in voordeelgemeenten geen capaciteit wordt opgebouwd. Dit is niet in lijn
met de landelijke afspraken tussen VWS, VNG en de Federatie Opvang en doet af aan het landelijke stelsel.
Een landelijke afspraak in VNG-verband dat er pas middelen worden afgebouwd in nadeelgemeenten als
daadwerkelijk capaciteit wordt opgebouwd in voordeelgemeenten kan dit voorkomen. Deze landelijke
afspraak is in lijn met het pleidooi van de Federatie Opvang om te komen tot een convenant.
4.
Geen korting op de Doeluitkering Vrouwenopvang in 2015. Dit omvat ook dat de extra bijdrage van
€ 450.000 voor de landelijk taak (opvang van slachtoffers van eergerelateerd geweld) niet wordt gekort op de
DUVO van de gemeente Tilburg.
Kompaan en De Bocht heeft de landelijke erkende functie EVA voor slachtoffers van eergerelateerd geweld
en jeugdprostitutie. Deze functie is erkend in VNG-verband door alle centrumgemeenten en belegd bij
Kompaan en De Bocht en Fier Fryslân. Dit betekent dat Kompaan en de Bocht slachtoffers van
eergerelateerd geweld opvangt uit het gehele land. Voor de kosten voor cliënten met een andere regio van
herkomst maar die zich na de opvang vestigen in de regio Midden-Brabant, ontvangt de centrumgemeente
Tilburg een extra bijdrage van € 450.000. Echter, dit bedrag is in 2015 al gekort op de DUVO. Dit betekent
dat er € 450.000 extra beschikbaar is voor landelijke slachtoffers van eergerelateerd geweld, maar al in 2015
€ 450.000 minder beschikbaar is voor de brede taak van aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling.
Bovendien is niet duidelijk of dit bedrag van € 450.000 een eerste korting op de DUVO voor onze regio
betreft (de eerste 10% van de geplande 49% in de komende jaren) of dat deze korting van 10% bovenop de
al geplande 49% korting op de resterende DUVO komt. Dit zou werkelijk een stapeling van desastreuse
kortingen op de DUVO voor onze regio betekenen.
We begrijpen de redenering achter dit besluit (‘onttrekken van dit bedrag aan de herverdeling in de komende
jaren’), maar zien zeer zeker ook de negatieve impact op de regionale middelen.
Bovenstaande is ons inziens niet in lijn met de regionale insteek van het objectief verdeelmodel en in
tegenstrijd met de afspraken, als neergelegd in de brief van de VNG aan Staatssecretaris Van Rijn inzake
kwaliteitsimpuls stelsel Vrouwenopvang en huiselijk geweld d.d. 19 mei 2014. Hierin wordt gesteld: “Wij zijn
blij dat in ons bestuurlijk overleg overeenstemming bestond over de inzet van de extra middelen voor een
zachte landing van het nieuwe verdeelmodel, volgens de afspraken in het Wethoudersoverleg van 29 januari
2014. Hierdoor zullen de zogenaamde 'nadeelgemeenten' pas na 2015 de teruggang voelen en kunnen de
voordeelgemeenten hun voorzieningen alvast uitbouwen.
3