Meditatie voor Groot Nieuws – 19 april 2015 ds. Dik Dunsbergen thema: Mijn broer is mijn Redder! Schriftlezing: 1 Korinte 15: 1 – 7 Goedemorgen luisteraars Op deze zondagmorgen wil ik graag met u lezen uit de eerste brief die Paulus geschreven heeft aan de gemeente in Korinte. Ik lees 1 Korinte 15: 1-‐7. 1 Broeders en zusters, ik herinner u aan het evangelie dat ik u verkondigd heb, dat u ook hebt aangenomen, dat uw fundament is 2 en uw redding, als u tenminste vasthoudt aan de boodschap die ik u verkondigd heb. Anders bent u tevergeefs tot geloof gekomen. 3 Het belangrijkste dat ik u heb doorgegeven, heb ik op mijn beurt ook weer ontvangen: dat Christus voor onze zonden is gestorven, zoals in de Schriften staat, 4 dat hij is begraven en op de derde dag is opgewekt, zoals in de Schriften staat, 5 en dat hij is verschenen aan Kefas en vervolgens aan de twaalf leerlingen. 6 Daarna is hij verschenen aan meer dan vijfhonderd broeders en zusters tegelijk, van wie er enkelen gestorven zijn, maar de meesten nu nog leven. 7 Vervolgens is hij aan Jakobus verschenen en daarna aan alle apostelen. Tot zover de Schriftlezing. Vanmorgen wil ik het graag met u hebben over de verschijning van de opgestane Christus aan Jakobus. Je kunt je afvragen of zo’n verschijning nou zo belangrijk is. Nou, volgens Paulus wel. Hij begint dit hoofdstuk met te vertellen dat hij het evangelie verkondigd heeft. De blijde boodschap die mensen vaste grond onder de voeten geeft en houvast in hun leven. Paulus vat het kort samen: het belangrijkste van het evangelie zoals dat in de Bijbel staat is: In de eerste plaats, dat Christus voor onze zonden is gestorven. Hij is niet voor niets de dood aan het kruis in gegaan, maar deed dat om te betalen voor de dingen waarin wij God te kort hebben gedaan. Het tweede belangrijke van het Evangelie is: dat Jezus nadat Hij voor ons aan het kruis gestorven is, ook is begraven – Hij is echt dood geweest – maar ook dat hij op de derde dag is opgewekt uit de dood. Nu zou je denken, nu hebben we de twee belangrijkste punten uit het Evangelie wel gehad: sterven en opstaan van Jezus. Maar Paulus noemt nog een derde feit dat ook belangrijk is als het om het Evangelie gaat, namelijk: dat Jezus na zijn opstanding is verschenen. Ook dat hoort bij het Evangelie. Verschijnen! Dat betekent, dat Jezus zichzelf niet alleen heeft laten zien, maar ook dat Hij bij mensen laat doordringen wat het betekent om Hem te zien, nadat Hij uit de dood is opgewekt. De verschijning horen dus bij het belangrijkste van het Evangelie. Ook de verschijning aan Jakobus. Maar wie is deze Jakobus nou eigenlijk? Je zou kunnen denken aan één van de 12 leerlingen van Jezus, de broer van Johannes. Maar dat is niet waarschijnlijk. Die Jakobus is al vroeg door koning Herodes met het zwaard gedood. Voor de mensen in Korinte aan wie Paulus deze brief gestuurd heeft, was deze Jakobus niet echt bekend. Nee, er was een andere Jakobus die veel meer bekend was. Hij had veel invloed in de kerk in Jeruzalem. Toen Paulus na zijn bekering naar Jeruzalem ging kwam hij hem tegen, Jakobus, de broer van de Heer (Gal.1: 19). Jezus is persoonlijk verschenen aan zijn broer Jakobus. Er worden in de Bijbel wel meer broers van Jezus bij name genoemd: Jakobus en Joses en Judas en Simon (Mc.6: 3) en daarnaast zijn er ook nog zussen. Jezus was de oudste, Hij is geboren zonder tussenkomst van een man. Maar Jozef en Maria hebben samen ook kinderen gekregen. Jakobus wordt in de opsomming het eerst genoemd, waarschijnlijk was hij de oudste na Jezus. Hij is dus samen met Jezus opgegroeid. Luisteraar, stelt u zich eens voor dat u samen met Jezus in het gezin van Jozef en Maria zou zijn opgegroeid. Hoe zal dat geweest zijn? Jezus meemaken in het gezinsleven, in de timmermanswerkplaats van vader Jozef. Ze zullen een goede Joodse opvoeding gehad hebben, want Jozef en Maria hielden zich aan de Joodse voorschriften. Maar stel je voor je hebt een oudere broer die nooit iets fout doet! Altijd gehoorzaam aan zijn ouders en bezig met Bijbellezen en gebed. Wat zou u ervan vinden? Ik heb erover nagedacht, maar het lijkt mij heel moeilijk. Ik ben groot geworden in een gezin met 5 jongens. Daar werd wel eens gestoeid en waren er kleine ruzietjes. Wanneer iemand nooit iets fout doet, dan valt hij buiten de boot. Er komen al gauw gedachten bij je boven van: saai, misschien zelfs onuitstaanbaar, omdat hij zoveel beter is dan ik. In elk geval is het een buitenbeentje. Daardoor zie je wel hoe groot de afstand is tussen ons mensen met al ons lek en gebrek en Jezus, de Zoon van God die helemaal mens is geworden, maar zonder ooit één keer in zonde te vallen. Zijn broers en zussen zullen hem vroeger vast gepest hebben om te zien hoe Hij zou reageren. Ik ben ervan overtuigd dat moeder Maria haar kinderen verteld heeft over de bijzondere gebeurtenissen rondom de geboorte van Jezus. Toch wordt van Jezus’ broers gezegd dat ze niet in hem geloofden als de Messias. Ze nemen afstand van Hem. Toen Jezus rondtrok om mensen te vertellen over het Koninkrijk was Hij eens zo druk met het genezen van zieken dat Hij er niet aan toe kwam om te eten. Zijn broers waren ervan overtuigd dat Hij veel te druk was. Ze meenden zelfs dat Hij zijn verstand verloren had. Ze konden niet begrijpen wat Hem ‘letterlijk’ bezielde. Op een keer gingen ze naar Jeruzalem voor één van de grote feesten. Ze vonden dat Jezus mee moest gaan. Als Hij dan de Messias was, dan moest Hij meer in de openbaarheid treden en waar kun je dat nou beter doen dan bij de tempel in Jeruzalem. Nee, zijn broers geloofden niet in Hem. Pijnlijk duidelijk wordt dat ook als Jezus sterft aan het kruis. Zijn moeder Maria staat daar, maar er is geen broer of zus te bekennen. Jezus vertrouwt zijn moeder toe aan zijn leerling Johannes die haar bij zich in huis moet neemt. Wat een gebrokenheid in dat gezin! Wat een eenzaamheid ook voor Jezus – niet begrepen door zijn eigen familie. Je zou toch afstand van ze nemen. Als het zo moet, dan hoeft het niet meer… Maar dan is daar die intens grote liefde van God. Jezus verschijnt ook aan zijn broer Jakobus. De man die meende dat Jezus zijn verstand verloren had, wordt nu zelf het verstand geopend. Hij krijgt inzicht in hoe het werkelijk zit. De man die zich kennelijk geen raad wist met het kruis van zijn oudste broer, krijgt door dat het ook voor hem was. Jezus biedt zijn broer genade aan. Hij laat zien hoe vergevensgezind Hij is. Hij is inderdaad anders dan andere mensen. Daar waar mensen Hem willens en wetens hebben dwars gezeten, wijst Hij niet af, maar steekt zijn hand uit tot verzoening. Dat doet Hij ook aan U, luisteraar! De opgestane Jezus heeft écht iets te bieden. Voor Jakobus is die ontmoeting van grote betekenis geworden. Hij is een vooraanstaand leider van de vroeg christelijke kerk geworden. Hij heeft later een brief geschreven, die in de Bijbel is terechtgekomen. Daarin laat hij blijken een totaal andere kijk op zijn broer te hebben gekregen. Het verlangen van Jakobus is geworden om mensen bij Jezus te brengen. Aan het eind van zijn brief schrijft hij: “…als een van u afdwaalt van de waarheid en een ander laat hem daarheen terugkeren, dan mag hij weten: wie een zondaar van het dwaalspoor terugbrengt, redt hem van de dood en wist tal van zonden uit.” Hij heeft het persoonlijk mogen ondervinden en gunt ook u en mij dat te beleven. Voorstel te zingen na de meditatie: Opwekking 430 Heer, ik prijs Uw grote naam. Heel mijn hart wil ik U geven, want U bent de weg gegaan die mij redding bracht en leven. U daalde neer van Uw troon om mens te zijn. Van de stal naar het kruis droeg U mijn pijn. Van het kruis naar het graf. Uit het graf weer opgestaan. Heer, ik prijs Uw grote naam. Dik Dunsbergen Enschede
© Copyright 2024 ExpyDoc