Moreel gezag vertrekpunt voor duurzame aanpak radicalisering

Moreel gezag is het vertrekpunt voor een duurzame aanpak van radicalisering
Rondetafelgesprek radicalisering, donderdag 26 maart 2015
Tweede Kamer, Vaste commissie Binnenlandse Zaken
Hoe willen we als samenleving reageren op terroristische dreiging?
Veiligheid van onze inwoners is een groot goed en gemeenten zetten zich hier vanuit hun lokale verantwoordelijkheid voor in. In de Kamerbrief Versterking van de veiligheidsketen worden extra maatregelen aangekondigd om de strijd tegen terrorisme het hoofd te bieden. Wij erkennen de noodzaak om
de veiligheidsketen te versterken, maar stellen vragen bij enkele keuzes die nu gemaakt worden.
Om een duurzame aanpak van radicalisering te realiseren vragen gemeenten aandacht voor de volgende uitgangspunten:
- Sta voor een inclusieve en open samenleving
- Treed op als één overheid: maak ook lokaal een structurele aanpak mogelijk
- Behoud legitimiteit, geloofwaardigheid en moreel gezag
Recente gebeurtenissen hebben laten zien dat deze uitgangspunten niet meer vanzelfsprekend zijn.
Daar maken wij ons zorgen over.
Gemeenten en Rijk kunnen elkaar versterken vanuit onze verschillende rollen en zo vanuit ieders
positie bijdragen aan het publieke debat. De discussie over radicalisering - een ernstig probleem maar
qua aantal een probleem van weinigen - lijkt het integratiedebat te overheersen. Laten we waken voor
te stellige uitspraken waardoor bepaalde groepen medeburgers van ons vervreemden.
Gemeenten staan midden in de samenleving. Of het nu gaat om het ambt van burgemeester, of de rol
van het college B&W, het lokaal bestuur probeert de balans te vinden tussen een open samenleving
en veiligheid voor alle inwoners. Het college wil voorkomen dat omwille van veiligheid maatregelen
worden getroffen, die onze open samenleving verzwakken.
Dit is overigens geen nieuw dilemma, maar we zien nu wel aanleiding om dit extra onder de aandacht
te brengen.
We schetsen de volgende ontwikkelingen:
-
Recent is het voorstel voor de ‘tijdelijke Wet bestuurlijke maatregelen terrorismebestrijding’ in consultatie gegaan.
Het wetsvoorstel maakt het mogelijk om burgers via bestuurlijke weg te beperken in hun vrijheid,
bijvoorbeeld door een uitreisverbod, een meldplicht of een omgevingsverbod.
Gemeenten buigen zich momenteel over de uitvoerbaarheid en relevantie van deze wet. Het lijkt
erop dat deze wet bestuursrechtelijke maatregelen mogelijk maakt, die strafrechtelijke procedures
omzeilen. Kunnen we van onze lokale bestuurders vragen hieraan mee te werken? Morrelen we
hiermee niet aan onze democratische rechtsstaat? Dit is een moreel dilemma.
-
De discussie over het al dan niet verstrekken van visa aan godsdienstpredikers laat zien hoe
complex de afweging kan zijn tussen de borging van veiligheid enerzijds en de vrijheid van meningsuiting anderzijds. De lokale overheid ziet zich geconfronteerd met situaties die vragen oproepen over de mate waarin de staat betrokken moet zijn bij religieuze aangelegenheden, waar
grondrecht en strafrecht elkaar raken en hoe met deze dilemma’s om te gaan. Laten we als één
overheid hierover het debat voeren, met inwoners en maatschappelijke partners.
-
In de Kamerbrief Versterking van de veiligheidsketen gaat veel aandacht en geld naar de landelijke expertise en inzet op veiligheid en monitoring van risico’s. De rol én financiële ruimte van partners in de lokale, preventieve aanpak, blijft sterk onderbelicht. Wijkagenten, jongerenwerkers,
sleutelfiguren, het lokaal bestuur en maatschappelijke partners, vervullen bij uitstek die rol en zo
wordt dat in de kamerbrief ook beschreven. Van de 128,8 mln euro die extra wordt vrijgemaakt de
komende vijf jaar is echter minder dan 10% (namelijk 11,5 miljoen) beschikbaar voor de preventieve aanpak en onduidelijk is welk deel werkelijk lokaal terecht komt.
Wij vragen de bewindslieden om de lokale overheid niet alleen positie te geven in de gezamenlijke
opdracht maar die ook zichtbaar te maken door bijvoorbeeld middelen voor scholing ter beschikking te stellen. Het gaat er immers om dat we een lerend weefsel van professionals en inwoners
willen laten ontstaan en dat is precies waar de lokale overheid zich op richt.
Wij zijn verheugd dat de minister van Onderwijs deze week ruimte heeft geboden aan onderwijsinstellingen om professionals kosteloos te trainen in vroegsignalering en gespreksvoering. Wij
vragen de betrokken bewindspersonen om dit gebaar ook richting gemeenten te maken.
Moreel gezag in woord en daad
Zijn gemeenten wel in staat om hun rol te vervullen in de aanpak van radicalisering? Ondanks de
krappere budgetten nemen gemeenten hun verantwoordelijkheid. We zien tal van initiatieven in gemeenten ontstaan, soms nieuw, soms voortbordurend op eerdere activiteiten tegen polarisering. Er is
een grote awareness onder het lokaal bestuur om radicalisering vanuit de keten van preventie, vroegsignalering, interventie en nazorg aan te pakken. Gemeenten die als prioritair aangemerkt zijn, geven
aan goed ondersteund te worden door het NCTV, maar onvoldoende financiering te hebben voor de
persoonsgerichte aanpak;
Overige gemeenten geven aan het volgende nodig te hebben:
Kennis over het fenomeen radicalisering en het ontwikkelen van strategieën om jongeren zich
hier in ons land thuis te laten voelen
Training van frontlijnwerkers en een goed werkende informatiestructuur
Een instrument dat niet alleen de veiligheidsrisico’s maar ook de sociale kaart in beeld brengt,
zodat de gemeente eerder en gerichter kan handelen
Hulp om preventieplannen versneld te ontwikkelen en bijbehorende acties uit te voeren.
Zicht op bewezen effectieve methodieken en ondersteuning om nieuwe vormen te vinden om
jongeren van deze generatie te bereiken
Een instrument dat ondersteunt om de gemeenteraad te informeren resp. verantwoording af te
leggen.
Concreet vragen wij u om gemeenten in staat te stellen hun duurzame rol in de preventieve aanpak te
vervullen door extra middelen ter beschikking te stellen voor
vroegsignalering (‘oren en ogen in de wijk’) en versterking van de informatiepositie
de persoonsgerichte aanpak van terugkeerders, ronselaars, uitreizigers via veiligheidshuizen
resp. multidisciplinair overlegstructuren.
Door de voedingsbodem voor radicalisering weg te willen nemen, raken we als samenleving aan een
ethisch en moreel vraagstuk .Burgemeester en het college B&W zijn alert op signalen, gaan de dialoog aan met de gemeenschap, zoeken draagvlak voor beleid, geven jongeren ruimte voor weerwoord
om als volwaardig burger te kunnen deelnemen aan de maatschappij.
Om die rol goed te kunnen vervullen is moreel gezag nodig, in woord en daad.
Laten wij als één overheid deze voorbeeldfunctie uitdragen.
Contactpersoon: Gertrude van Driesten, [email protected], (06) 1005 49 20