Info Fietstraining DTC

Beste DTC-ers!
31 maart is het weer zover… De eerste fietstraining gaat weer van start! Anders dan
eerdere seizoenen, want Cees Pool heeft het stokje over gegeven aan verse krachten: Tim
Visser en Edwin den Hertog.
Uiteraard zal een aantal zaken anders gaan, maar toch ook een heleboel weer niet. Zo
zullen Tim en ik ernaar streven om de trainingen net zo gezellig, gemoedelijk en
laagdrempelig te laten verlopen als bij Cees. Wat gaan we komend seizoen doen? De
accenten zullen tijdens de trainingen liggen op techniek, kracht, explosiviteit en
tempoduurvermogen. Hiervoor zullen we een aantal welbekende trainingsvormen
gebruiken en ook een paar nieuwe trucjes.
Het streven is om de trainingen zoveel mogelijk door laten gaan. Maar als het weer echt
roet in het eten dreigt te gooien, zullen we een weekje overslaan. Kijk in geval van twijfel
op de berichtenpagina van de DTC-website. We zullen tot een uur voor aanvang beslissen
of een training al dan niet door kan gaan. Dus om 18.00 uur geen afbericht op de site
betekent doorgang.
Om alvast even in de stemming te komen volgen hierna een paar tips (vooral nuttig voor de
beginners onder ons) om de trainingen succesvol en vooral veilig te laten verlopen.
Het rijden van een bocht: Hard door een bocht rijden is eng….. Valt wel mee, het is een
kwestie van doen en wennen.
• Houd je lijn in een bocht. Stuur vloeiend zonder schokken (vierkant door de bocht…
) van buiten naar binnen en weer naar buiten. Ook fijn voor degenen achter je….
• Kijk door de bocht heen. Waar je bent is al bijna verleden tijd, waar je heen wilt is
veel interessanter. Focus op een punt na de bocht; dit helpt je om een mooie,
vloeiende lijn te houden.
• Voorkom dat je bij hoge snelheid met je pedaal de grond raakt. Doortrappen in een
bocht levert winst op. Behalve als het te hard gaat, dan levert het een afgeslepen
pedaal (of erger) op. Maak een veilige inschatting of je nog een trapje extra kunt
geven in de bocht. De limiet opzoeken doe je niet tijdens de training.
Tip van Robbie McEwen, voormalig topsprinter: Geef extra druk op het pedaal dat
naar beneden wijst in een snelle bocht. Dit levert extra stabiliteit op!
• Sturen doe je niet alleen met je stuur, maar ook met je achterste. Door druk te
geven met de binnenkant van je dijbeen tegen de rand van het zadel, kun je je
fiets een bepaalde richting opduwen.
• Nogmaals sturen. Bij snel bochtenwerk past maar één houding: Onder in de beugel!
In die positie heb je de meeste controle over je fiets en ligt het zwaartepunt zo
dicht mogelijk bij de grond, waardoor je meer grip hebt in een bocht. Handen op
de remgrepen alleen als er relaxed wordt gereden. Een ligstuurtje is geweldig voor
solo wind tegen in de polder tijdens een tijdrit of triatlon. In een pelotonnetje dat
40 km/uur of harder rijdt is het gewoon gevaarlijk. Je reactietijd is veel langer en
een fatsoenlijke bocht rijden lukt echt niet. Om over even snel bijremmen nog
maar te zwijgen….. En in de beugel rijden is aerodynamischer….!
Sprintoefeningen:
• Houd een rechte lijn aan.
• Zwiep niet teveel met de fiets.
• Sprinten doe je eveneens onder in de stuurbeugel.
Ga ik in de snelle (B) of de hele snelle (A) groep?
• Als je net begint met fietsen, begin dan in de B-groep. Als het lekker gaat en je
denkt meer te kunnen, probeer het dan eens in de A-groep.
• Als je je een keer wat minder voelt of je wilt iets minder intensief trainen, kies dan
voor de B-groep. Voel je niet bezwaard, je bent gewoon verstandig bezig….
•
•
Onderschat jezelf niet. Als je met twee vingers in je neus bij de B-groep rijdt,
wordt het misschien tijd voor een stapje hoger.
Overschat jezelf niet. Als je constant harkend in het laatste wiel bij de A-groep
rijdt, wordt het misschien tijd voor een stapje terug.
Ik heb moeite met onder in de stuurbeugel rijden; ik krijg last van mijn nek.
• Onder in de beugel rijden is trainbaar. Begin tijdens een rustige duurtraining met
blokjes van 10 minuten, een kwartier en bouw dit uit.
• Last van de nek kan twee oorzaken hebben: Onwennigheid en een verkeerd
afgestelde fiets. Voor onwennigheid geldt het punt hierboven. Als het echt niet
lukt, moet je misschien eens kritisch naar de afstelling van je fiets (laten) kijken.
Wat trek ik aan tijdens de training? Vooral in maart en april is het nog koud….
• Over het algemeen zijn de trainingen behoorlijk intensief. Kleed je niet té warm,
je moet wel je lichaamswarmte kwijt kunnen.
• Neem een jackje of windstoppertje mee voor de terugweg. De intensiteit op de
weg naar huis ligt een heel stuk lager dan tijdens de training en je koelt snel af.
• Losse arm- en beenstukken zijn ideaal. Als je het te warm krijgt, kun je ze snel
uittrekken en in je shirtzakken proppen.
Zomaar wat tips en trucs om de training voor iedereen effectief, leuk en veilig te laten
verlopen. Tim en ik hebben er erg veel zin in en zien iedereen graag vanaf 31 maart weer
terug voor een nieuw seizoen fietsplezier!
Tim Visser & Edwin den Hertog