Grensoverschrijdend tussen Knokke en Cadzand

Grensoverschrijdend tussen Knokke en Cadzand
18 mei 2014
Agnes Vanderstegen - Streekinfo Sterretrappers
Voormiddag: 21 km
Wij vertrekken langs de Isabellavaart via Sint Anna ter Muiden naar Sluis. We fietsen helemaal rond de omwalling
van Sluis. Dan gaan we verder naar een ander vestingstadje: Retranchement. Van daaruit rijden we richting Zwin en
bereiken even later het strandpaviljoen de Zeemeeuw, waar we picknicken.
Sint Anna ter Muiden: Mude, zoals Sint Anna ter Muiden aanvankelijk heette, kreeg stadsrechten in 1242. In de
Middeleeuwen was het een belangrijke handelsstad en een voorhaven van Brugge. Na verzanding van de haven in de
14e eeuw kwijnde de stad weg ten gunste van het naburige Sluis. In 1405 werd Mude op de kerk na volledig
platgebrand door de Engelsen. Bij vastlegging van de grens tussen de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden en
de Spaanse Nederlanden, begin 17e eeuw, kwam Mude uiteindelijk net in de Republiek te liggen. Om het vervolgens
te kunnen onderscheiden van het Noord-Hollandse Muiden, werd de naam van de beschermheilige aan de plaatsnaam
toegevoegd. In die tijd was de rol van Sint Anna ter Muiden reeds uitgespeeld. Wat overbleef was de kleine, rustieke
woonkern die het nog altijd is.
In 1967 is het stadje in zijn geheel tot beschermd stadsgezicht uitgeroepen. Belangrijke monumenten zijn het
pittoreske 18e eeuwse stadhuis, de hervormde kerk (1653) aan de voet van de massale toren uit de 14de eeuw en het
schilderachtige dorpsplein met een Lodewijk XVI pomp.
Sluis: Sluis (West-Vlaams: Sluus) is een vestingstad. Sluis is vermoedelijk omstreeks 1280 gesticht door de Vlaamse
graaf Jan I van Namen en had van oorsprong de naam Lamminsvliet. In 1324 kreeg Sluis echter zijn huidige naam. De
stad heeft haar ontstaan te danken aan het verzanden van het Zwin. Hierdoor werd de rechtstreekse verbinding van de
belangrijke handelsstad Brugge met de zee geblokkeerd en werd Sluis de belangrijkste voorhaven van Brugge. In 1290
kreeg het dorp al stadsrechten en door haar strategische ligging werd de stad in 1382 een vestingstad. In 1340 had in
de monding van het Zwin reeds de Slag bij Sluis plaatsgevonden die de opmaat tot de Honderdjarige Oorlog vormde.
Sluis was nog betrokken in verschillende oorlogen, het speelde een rol in de Staats-Spaanse Linies.
Het stadje Sluis is in 1944 grotendeels verwoest door geallieerde bombardementen. Ook het unieke Belfort is toen
volledig verwoest. Het centrum is echter weer opgebouwd en de omwalling is intact gebleven.
Het verdedigingsbolwerk van Retranchement (Frans voor verschansing of bolwerk) stamt uit de Tachtigjarige Oorlog.
Destijds is het opgeworpen op aanwijzing van prins Maurits om de Zwingeul te verdedigen tegen de Spanjaarden.
Gedurende de Tachtigjarige Oorlog woonden er alleen soldaten. Later groeide het complex uit tot een gewoon dorp.
Het Zwin was oorspronkelijk de belangrijkste levensader van de Hanzestad Brugge. Vanaf 1400 begon deze 4 km
brede zee-arm te verzanden. Daardoor verloren Brugge, maar ook Damme, Sluis, Aardenburg en Oostburg hun
havens.
Het Zwin ligt deels in België en deels in Nederland. Het heeft een oppervlakte van 250 hectare en bestaat uit een
duinenrij die plaatselijk is doorbroken door een geul. De geul veroorzaakt een inlands getijdengebied van zilte slikken
en schorren, waar bij vloed de zee een eind naar binnen kan. Dit wordt een slurfter genoemd. Een paar keer per jaar
loopt het hele gebied onder.
De grote verscheidenheid aan vogels en planten geeft aan dat de waarde van dit natuurgebied groot is. Het Zwin wordt
dan ook kunstmatig opengehouden om verzanding tegen te gaan.
Namiddag: 29,5 km:
We fietsen door de duinen verder tot de Verdronken Zwarte Polder. Dan gaan we het binnenland in en fietsen door het
natuurgebied De Knokkert. Langs vele kleine baantjes komen we via Terhofstede terug in Retranchement. Tenslotte
fietsen we langs de Internationale dijk, de Zwinbosjes en het Koningsbos terug naar de startplaats.
De Verdronken Zwarte Polder: Dit is evenals het Zwin een sluftergebied en is in 1802 ontstaan als gevolg van een
dijkdoorbraak. De in 1623 aangelegde Zwarte Polder overstroomde. Het land dat verloren ging is sindsdien nooit meer
helemaal opnieuw ingepolderd. In de afgelopen twee eeuwen heeft het gebied zich kunnen ontwikkelen tot een
bijzonder gebied. Het in- en uitstromende zeewater vormde geulen in de voormalige akkers en zette klei en slib af.
Hier is een hoog opgewassen schor ontstaan. De wind zorgde ervoor dat de stukken dijk die over waren overstoven
werden door zand. Zo ontwikkelden zich duinen, die het gebied aan de zeezijde begrenzen. Op de plaats waar in het
verleden de dijkdoorbraak plaatsvond, is er nog een opening in de duinenrij. Door deze opening kan de zee nog steeds
het gebied binnendringen. Met water en wind worden jaarlijks vele kubieke meters zand in het gebied gedeponeerd.
Het schor hoogt hierdoor in snel tempo op en dat leidt er weer toe dat het gebied nog maar spaarzaam wordt
overstroomd. Een geleidelijke verzoeting van het gebied is het gevolg.
Onlangs is de sluftergeul uitgediept en met het vrijkomende zand zijn nieuwe duinen aangelegd in het westelijker
gelegen nieuwe natuurgebied de Herdijkte Zwarte Polder. Het gebied is ingericht in het kader van natuurontwikkeling.
Op de nu nog kale delen zijn vooral nog pionierssoorten als kleine plevier en kluut te zien. Over enkele jaren zullen
voor de begrazing runderen worden ingezet.
Natuurgebied De Knokkert: De naam komt van Knockaert, één van de beginnen in de Strijdersgatpolder. Het heeft
niets met knokken of strijden te maken, maar een knok is een bult, een verheffing in het land dus.
Tot in de 15de eeuw stroomde hier het zeewater nog dagelijks in en uit. In 1415werd de Strijdersgatpolder ingedijkt.
Toch zijn er op de laaggelegen stukken nog steeds planten te vinden die aan het zoute water herinneren: zeekraal,
Schijnspurrie of zulte.
In 2011 zijn deze weilanden opnieuw ingericht. Een opvallend element in het landschap zijn de bunkers uit de tweede
wereldoorlog, zij maakten deel uit van de Duitse Atlantikwall. Ze zijn nu ingericht als vleermuizenverblijf.
Achter de weilanden ligt het bos van Erasmus.