LESONTWERP - Portfolio Aardrijkskunde

LESONTWERP
ALGEMENE VAKKEN / VOEDING-VERZORGING
Naam: Tom Sallets
Campus Heverlee
Hertogstraat 178
3001 Heverlee
Tel. 016 375600
www.khleuven.be
Vakkencombinatie: Aardrijkskunde - Informatica
Stagebegeleider DLO: Mevr. A. Steegen
School: Don Bosco Haacht
Les gegeven door: Tom Sallets
Onderwijsvorm: ASO
Vak: Aardrijkskunde
Richting: Wetenschappen / Economie-Wetenschappen
Onderwerp: Industrie in Noord-Amerika
Klas: 4D / 4C
Vakmentor: Mevr. G. Dewaele
Lokaal: D110
Datum/Data: 11-3-2014 / 13-3-2014
Aantal leerlingen: 24
Lesuur/-uren: 3e lesuur (10.25u – 11.15u) / 1e lesuur
(8.35-9.25)
BEGINSITUATIE
Situering in de lessenreeks
Vorige les hebben de leerlingen het industrieproces nog eens geleerd: ontginning, basisindustrie, verwerkende
industrie. Voor Pittsburgh hebben ze de vestigingsfactoren en het ontstaan van de industrie in dat gebied al
bekeken. Ze weten dus waarom industrie op een bepaalde plaats ontstaat. Deze les gaan ze dan zelf aan de slag
om industrie op een aantal plekken te localiseren op basis van gegeven factoren in het gebied. Op die manier
recontstrueren de leerlingen zelf de geschiedenis van de Manufacturing Belt.
Relevante voorkennis (en/of kennis die nog niet aanwezig is)
De leerlingen weten dat industrie uit 3 fasen bestaat (ontginning, basis- en verwerkende industrie). Ze weten dat
een industriegebied altijd een aantal vestigingsfactoren heeft (transport, afzetmarkt, arbeidskrachten, energie en
grondstoffen).
Belevings- en ervaringswereld & Actualiteit
De school is vlak aan de Brouwerij van Haacht, wat een goed voorbeeld van industrie is (hoewel het in deze lessen
niet echt aan bod komt). Ook kennen ze zeer veel producten van de industrie, bv. auto’s, kleding, voeding,… . In
de actualiteit komt industrie vaak aan bod, bv. Arcelor Mittal, Ford Genk,… .
Leerniveau van de klasgroep, klassfeer, …
Klas 4D is moeilijk te motiveren, maar eens zij aan de slag gaan, werken ze goed mee. De leerlingen hebben een
goed niveau.
4C is zeer rumoerig en moet kordaat aangepakt worden. De leerlingen hebben een gemiddeld niveau.
DIDACTISCHE VERANTWOORDING
Welke (vak)didactische principes en werkvormen komen in je les aan bod? Waarom
kies je voor deze aanpak?
Activeringsprincipe:
Aanschouwelijkheidsprincipe:
Herhalingsprincipe:
Beperkingsprincipe:
Geleidelijkheidsprincipe:
De leerlingen zijn in kleine groepjes een hele les zelf bezig met de
vestigingsfactoren van de MB te onderzoeken.
De ontwikkeling van de verschillende industriegebieden wordt echt
gevisualiseerd voor de leerlingen: aanwezige bronnen,
transportmogelijkheden,… .
Alle leerstof over industrie wordt nog eens grondig herhaald (al doende!)
De belangrijkste vestigingsfactoren worden behandeld, hoewel er nog anderen
een rol gespeeld hebben.
De leerlingen beginnen met een “leeg” gebied en bouwen zelf de verschillende
industriegebieden op. Op die manier leren ze de ontwikkeling stap voor stap
kennen.
EINDTERMEN & LEERPLANDOELEN
Situering in de eindtermen: (Vakoverschrijdend en/of vakgebonden)
ET 3: aan de hand van voorbeelden horizontale en verticale ruimtelijke relaties herkennen.
ET 4: de eigenheid van regio's beschrijven aan de hand van natuurlijke en menselijke kenmerken.
ET 6: aan de hand van regionale voorbeelden redenen opnoemen die de lokalisatie, de spreiding en de eventuele
wijzigingen verklaren van industriële activiteiten
ET 7: in verband met een economische activiteit in een regio het bestaan van stromen van goederen of personen
illustreren.
Situering in het leerplan:
AARDRIJKSKUNDE TWEEDE GRAAD ASO - VVKSO-BRUSSEL D/2012/7841/002
4.8 Verschillen tussen industriële regio’s
1 Door analyse van beelden, kaarten en andere informatiebronnen de kenmerken van een industrieregio
beschrijven.
2.1 De kenmerken van een industrieregio in de USA beschrijven.
2.2 Verticale en horizontale ruimtelijke relaties herkennen in verband met de lokalisatie van de industrie in de USA.
2.4 Redenen opnoemen die de lokalisatie en de verschuivingen van de industrie in de USA verklaren.
ALGEMEEN LESDOEL
De leerlingen kunnen de ontwikkeling van de Manufacturing Belt in Noord-Amerika verklaren.
SCHOOLAGENDA
(Van de leerlingen. Verwijs naar het werkblad en/of de pagina’s in het werk- en/of handboek.)
Ontwikkeling van industrie
BRONNEN (Noteer alle gebruikte bronnen, volgens BIN.)
Werkgroep Didactische Middelen, Werkmap aardrijkskunde 4, p95-106
A. SCHELLEMANS, Industrie, KHLeuven
D. VANDERHALLEN, I. MATTHIJS, Simulatiespel AFOSU: Vestigingsfactoren voor de basisijzerindustrie
LEERMIDDELEN & MEDIA
Simulatiespel (zie bronnen + bijlage)
Powerpoint
Krijtbord
Didactisch lesontwerp
KRACHTIGE LEEROMGEVING
Leerdoelen
De leerlingen
kunnen:
Lesfasen
& timing
Instapfase
5’
Onderwijs- en leeractiviteiten
Media
Leerinhoud
Herhaling: Industrie
OLG: Fasen van industrie en Vestigingsfactoren
 Uit welke 3 fasen bestaat het industrieproces
altijd?
- Het
industrieproces en
de verschillende
vestigingsfactoren
opnoemen en
uitleggen. (C3)

Bordschema
Welke vestigingsfactoren bepalen de ligging
van industrie?
1. Ontginning  Grondstof
2.  Basisindustrie  Half-afgewerkt
product
3.  Verwerkende industrie 
Eindproduct
1.
2.
3.
4.
5.
Grondstoffen
Energie
Arbeiders
Transport
Afzetmarkt
Met deze kennis gaan jullie vandaag zelf in de rol
kruipen van directeur. We gaan een spel spelen
waarin we zelf de locatie van ons bedrijf gaan bepalen
op basis van deze factoren.
- Zelf de beste
locatie voor een
industriebedrijf
bepalen op basis
van een aantal
gegeven
omstandigheden
van de regio. (C4)
Agenda: Ontwikkeling van industrie
Spel: Industrie in Noigeren
Praktisch:
 Groepjes van 4 a 5 leerlingen
 Wanneer de leerlingen klaar zijn met een
5’
opdracht, mogen ze de volgende vragen aan
de leerkracht.
 De opdrachten worden niet voor elke
leerkracht gekopieerd omdat de leerstof ook
in hun werkblaadjes staat.
 De overzichtskaart en ‘Tabel 4’ worden wel
voor elke leerling gekopieerd omdat deze een
goed overzicht van de leerstof bieden.
Lesfase 1:
Simulatiespel
30’
Max 10’ Opdracht 1: 1820
Max 8’ Opdracht 2: 1880
Max 7’ Opdracht 3: 1980
Bijlage 1
Bijlage 2
Industrie ontstaat altijd op een bepaalde
plaats omwille van bepaalde
vestigingsfactoren
(Opdracht 2 en 3 zijn iets minder lang omdat de
leerlingen de werkwijze normaal gezien kennen nu.)
- De resultaten
van hun
onderzoek in het
spel toepassen op
het ontstaan en de
evolutie van de
Manufacturing
Belt. (C3)
Lesfase 2:
Bespreking /
evaluatiefase
15’
De leerkracht loopt rond terwijl de leerlingen zelf
onderzoeken wat telkens de beste locatie is voor een
staalbedrijf.
OLG: Noigeren in Afosa?
OPMERKING: Het is cruciaal dat deze opdracht nog
in de les besproken wordt, zodat de leerlingen goed
het verband met de USA zien!
Opdracht 4 (zie
bijlage 1)
De leerkracht overloopt de opdracht 4 met de
PPT (zie bijlage
leerlingen.
3)
 Wat is “Afosa, Noigeren” van achter naar
voren?
OLG: Verbeteren oefening
De leerkracht overloopt met de leerlingen hun
oplossingen en de verklaring voor waarom ze die
oplossing gekozen hebben. Hij vult de situatie voor
de echte steden aan in de tabel.
Tabel 4 (zie
bijlage 2)
Industrie in het NO van de VS
In de North-East Region van de VSA ligt een
groot industriegebied, de Manufacturing
Belt. In het spel hebben we eigenlijk de
ontwikkeling van dat gebied bekeken.
1820
Pittsburgh
1880
Chicago
1980
Baltimore
Opmerkingen i.v.m. bijlagen:
 Steeds kopie toevoegen van ingevuld werkblad of -boek.
 Indien gebruik gemaakt wordt van transparanten of digitale presentatie: handouts toevoegen (verkleind, zwart/wit).
 Indien de klasopstelling gewijzigd wordt: plan en/of omschrijving toevoegen.
- 8 ton cokes nodig
voor 1 ton steenkool
 Aanwezigheid van
steenkool en ijzererts
nodig
- Betere
smelttechnieken =
minder steenkool
nodig
- Gietijzer  staal: in
buurt van
staalverwerkende
bedrijven
- 1 ton steenkool
voor 1 ton ijzererts
- Goedkoop
zeetransport + geen
overslagkost
- Lagere
transportkost van
halffabrikaten
BORDSCHEMA
Vestigingsfactoren:
1.
2.
3.
4.
Grondstoffen
Energie
Arbeiders
Transport
5. Afzetmarkt
Industrie:
Ontginning (ruitje)
 Grondstof
Basisindustrie
 Halfafgewerkt product
Verwerkende industrie
 Eindproduct
Bijlage 1: Opgave
Tabel: Vestigingskeuze in de Manufacturing Belt
Periode
Beste
vestigingsplaats
Vestiginsgfactoren