Spelregels Korfbal • Er wordt gespeeld in één vak van 20 bij 20

Spelregels Korfbal












Er wordt gespeeld in één vak van 20 bij 20 meter met twee korven op 8 meter van de
achterlijn.
De korven staan gericht naar de achterlijn
De beginworp vindt plaats halverwege het veld
Er wordt gespeeld zonder verdedigd doelen. Dus schieten mag ook vanuit verdedigde positie.
Een jongen verdedigt een jongen en een meisje verdedigt een meisje. Een meisje kan nooit
een jongen verdedigen (tenzij zij speelt als een jongen vanwege ongelijke teams).
Wisselen mag onbeperkt. Ook door wisselen is toegestaan. Wisselen dient te gebeuren vanaf
een zone aan één van d e zijlijnen tussen de pionnen. De beide betrokken wisselspelers
geven elkaar net buiten het speelveld, duidelijk voor scheidsrechter en tegenpartij, een hand,
ten teken dat zij gaan wisselen.
Scoor je vanuit één van de vier (drie)hoeken, aangeduid door pionnen en een getapete lijn,
dan telt dit doelpunt voor twee. De scheidsrechter geeft met het opsteken van één of twee
vingers aan of er sprake is van een dubbelteller of niet.
Er worden geen vrije worpen gegeven, alleen spelhervattingen.
Bij herhaalde overtredingen of zware overtredingen volgt een strafworp. Dit ter beoordeling
van de scheidsrechter.
Strafworpen mogen naar keuze voor of achter de korf worden genomen.
Er wordt op korven gespeeld van 3,5 meter hoog.
Bij minder dan vijf minuten te laat verschijnen wordt de wedstrijd met een 1-0 stand gestart.
Bij meer dan vijf minuten te laat verschijnen wordt de wedstrijd met 3-0 verloren. Het alsnog
spelen van de wedstrijd heeft geen invloed op deze stand.
20 meter
8 meter
20 meter