Borstvoeding - Diakonessenhuis

Borstvoeding
Inleiding
In de eerste plaats van harte gefeliciteerd met de komst van uw baby.
Wij bieden u en uw baby graag de beste start. Daarom begeleiden wij u kort na
de geboorte bij het op gang brengen van de borstvoeding.
Onze verpleegkundigen informeren u over de belangrijkste zaken. In deze folder
vindt u de informatie nog eens op een rij zodat u deze rustig na kunt lezen.
Locatiegegevens
Locatie Utrecht
Bosboomstraat 1
3582 KE Utrecht
Waarom borstvoeding?
Onderzoek wijst uit dat moedermelk de beste voeding is voor iedere baby. Het
bestaat uit waardevolle stoffen die nodig zijn voor de ontwikkeling van de baby,
het beschermt tegen infecties en is licht verteerbaar. -
-
Locatie Zeist
Prof. Lorentzlaan 76
3707 HL Zeist
Colostrum (de moedermelk in de eerste dagen na de geboorte) bereidt de
darmen voor op het opnemen van voedsel en zorgt voor een snellere
darmrijping. Het bevat tevens veel energie en veel afweerstoffen die de baby
als het ware een eerste vaccinatie geven.
Moedermelk bevat veel afweerstoffen en beschermt tegen infecties.
Moedermelk bevat de juiste vetzuren die nodig zijn voor een goede
hersenontwikkeling en een goed gezichtsvermogen.
Moedermelk is licht verteerbaar en werkt licht laxerend waardoor er minder
voedingsproblemen ontstaan. Moedermelk draagt bij aan de intellectuele en motorische ontwikkeling.
Moedermelk speelt een preventieve rol bij het ontstaan van infecties en
bepaalde ziektebeelden op langere termijn. Dit effect is groter naarmate de
baby langer borstvoeding krijgt.
Locatie Doorn
Bergweg 2
3941 RB Doorn
T 088 250 5000
www.diakonessenhuis.nl
Hoe komt de borstvoeding op gang?
Na de geboorte van de baby vinden er grote hormonale veranderingen plaats in
het lichaam van de moeder. Hierdoor komt ook de melkaanmaak in de borsten
op gang. Dit proces wordt gestimuleerd door huid op huid contact met de baby,
het aanleggen van de baby en/of door kolven. Daarbij komen de hormonen
prolactine en oxytocine vrij. Prolactine stimuleert de melkaanmaak. Oxytocine
Diakonessenhuis, Gynaecologie/Verloskunde/Kindergeneeskunde, folder
80581/ 004
1
doet de melk toeschieten (waardoor de melk die gemaakt is ook uit de borst komt).
De eerste dagen komen er kleine beetjes vrij dikke melk (colostrum). De gezonde voldragen pasgeborene
heeft de eerste 24 tot 48 uur voldoende aan deze eerste moedermelk en de eigen reserves. Na drie à vier
dagen komt de melkproductie meestal echt op gang. De borsten worden voller. Dit geeft vaak een drukkend
gevoel (stuwing). De stuwing zal vanzelf na een à twee dagen afnemen als u regelmatig aanlegt of kolft. De moedermelk verandert in de eerste week van samenstelling en kleur. Het wordt witter en soms iets
doorzichtig van kleur. De kleur en smaak worden ook beïnvloed door wat u eet. Na ongeveer tien dagen
wordt de aanmaak van moedermelk niet meer bepaald door hormonen maar door de vraag. Hoe meer de
baby drinkt of hoe meer u kolft, hoe meer melk wordt aangemaakt.
Het belang van huid op huid contact
De eerste uren na de geboorte zijn belangrijk om elkaar goed te leren kennen. Huid op huid contact is
daarbij heel belangrijk. Na de bevalling komt uw baby daarom meteen bloot bij u op uw borst te liggen (dit
wordt ook wel buidelen genoemd). Dat is de beste plek om samen in alle rust bij te komen van de bevalling.
Neem de tijd voor deze eerste ontmoeting en u zult zien dat uw baby kijkt naar uw gezicht, luistert naar uw
stem en op zoek gaat naar de borst. Dan kunt u uw baby aanleggen. Ook als uw baby nog niet direct aan de
borst kan drinken, werkt het huid op huid contact stimulerend. De stoffen die nodig zijn voor de
melkproduktie en de zoek- en zuigreflex van de baby worden hierdoor namelijk geactiveerd. Het kan zijn dat
uw baby na de geboorte eerst medische zorg nodig heeft. In dat geval gaat u buidelen zodra dat mogelijk is.
Advies: voeden op verzoek
Het is belangrijk om te voeden op verzoek. Dit betekent zo vaak en zo lang als uw baby wil. De produktie van
moedermelk berust namelijk op het vraag- en aanbodprincipe. De baby regelt zo dat er voldoende melk
beschikbaar is. Laat uw baby eerst aan de ene borst drinken totdat hij zelf stopt of alleen nog maar sabbelt.
Bied hem daarna de andere borst aan. Bij de volgende voeding begint u met de borst waar u mee bent
geeindigd.
Uw baby kan op verschillende manieren aangeven dat hij wil drinken: op zijn vuistjes sabbelen, smakken,
zoekbewegingen maken, om zich heen kijken of geluidjes maken. Huilen is een laat hongersignaal. Probeer
daarom op de vroege signalen te reageren. Dit is het makkelijkst als uw baby in het begin, net als op de
kraamsuites, bij u op de kamer ligt.
Uw baby zal de eerste tijd gemiddeld acht tot twaalf keer per dag drinken. Het aantal voedingen per dag
neemt langzaam af.
Veel baby's komen 's avonds en 's nachts vaker voor een voeding. Leg uw baby dan gerust aan. Als uw baby
in het begin veel slaapt, kunt u hem indien nodig wakker maken voor een voeding zodat hij minimaal acht
voedingen per dag krijgt. Diakonessenhuis, Gynaecologie/Verloskunde/Kindergeneeskunde, folder 80581/ 004
2
Fopspeen en borstvoeding
Het geven van een fopspeen wordt de eerste weken afgeraden. Uw baby sabbelt zichzelf in slaap met een
fopspeen en slaat hierdoor voedingen over. Daardoor komt de borstvoeding minder goed op gang en krijgt
uw baby onvoldoende voeding binnen. Bovendien is de zuigtechniek aan de borst anders dan bij een speen.
In plaats van de fopspeen kunt u de baby beter een keer extra aanleggen. Mocht u een fopspeen willen
gebruiken, wacht dan tot de borstvoeding goed op gang is en uw baby de borst goed pakt en gebruik de
fopspeen alleen na een voeding.
Het aanleggen
Het aanleggen van de baby aan de borst kan op verschillende manieren. Probeer uit wat voor u en uw baby
het prettigst is. Hieronder vindt u enkele algemene tips: -
Zorg dat u ontspannen en goed gesteund zit. Ondersteun het lichaam van uw baby. Als uw baby goed gesteund ligt (ook rond de heupen), zal hij de
borst makkelijker pakken en laat hij minder snel los. Zorg dat hoofd, schouders en heupen van de baby op één lijn liggen met de buikzijde naar u toe
gedraaid. Uw tepel is ter hoogte van de neus van de baby. Ondersteun uw borst en strijk met de tepel over de bovenlip. Als de baby zijn mond goed open doet (zoals hij doet als hij gaapt, maar dan met de tong naar beneden
of naar buiten), brengt u hem met zijn hele lichaam vlot naar de borst toe zodat hij kan aanhappen. Als de baby in het begin tijdens het voeden in slaap valt kunt hem wakker houden door zijn voetjes en
rug te masseren en tegen hem te praten.
Voedingshoudingen
Afbeelding 1 - Doorgeschoven bakerhouding of 'engelse' houding (links) en baker- of rugbyhouding (rechts) Diakonessenhuis, Gynaecologie/Verloskunde/Kindergeneeskunde, folder 80581/ 004
3
Afbeelding 2 - Madonna- of wiegenhouding (links en zijligging (rechts) Zo weet u of de baby goed aan de borst ligt
- De baby heeft de mond wijd open en heeft meer van de onderkant van de tepelhof in zijn mondje dan
van de bovenkant. Op deze manier kan de baby de borst het makkelijkst leegdrinken. - De kin ligt in de borst en het hoofdje is iets naar achteren gebogen. Zo ligt het neusje vanzelf vrij.
- De baby maakt grote kaakbewegingen tijdens het drinken. In het begin zijn de bewegingen snel om de
toeschietreflex op te wekken. Daarna worden de bewegingen langzamer. - U ziet of hoort de baby slikken. - Bij voldragen baby’s zijn de wangen bol.
- Het voeden voelt comfortabel en is niet pijnlijk.
- De eerste dagen kunt u naweeën voelen tijdens het voeden. Het hormoon dat de melk doet toeschieten
zorgt ervoor dat uw baarmoeder zich samentrekt.
Afbeelding 3 - De baby ligt goed aan de borst (links), de baby heeft alleen de tepel vast (rechts) Hoe ziet u dat uw baby genoeg krijgt?
Een gezonde pasgeborene heeft voldoende aan de kleine hoeveelheden moedermelk die er de eerste dagen
zijn. Afvallen tot zeven procent is normaal. De baby hoort binnen tien tot veertien dagen echter terug te zijn
Diakonessenhuis, Gynaecologie/Verloskunde/Kindergeneeskunde, folder 80581/ 004
4
op het geboortegewicht. Observatie is een belangrijk hulpmiddel om te zien of uw baby genoeg drinkt. Is de
baby tevreden, zijn er voldoende poep- en plasluiers en hoe drinkt hij/zij? -
-
Uw baby is alert en meldt zich voor de voedingen.
Uw baby is tevreden na de voedig. De eerste 24 uur is één natte luier voldoende.
De tweede en derde dag zijn twee tot vijf plasluiers voldoende.
Vanaf de vierde dag maakt een baby minimaal zes plasluiers per etmaal. De urine is helder en reukloos.
Vanaf de derde dag heeft uw baby minimaal vier poepluiers per dag. De eerste ontlasting van de baby
heet meconium. Deze ontlasting is taai en zwart. In de loop van de dagen verandert de ontlasting
naarmate uw baby meer drinkt. Zolang een baby uitsluitend moedermelk krijgt, is de ontlasting zacht en
soms zelfs waterig met dunne vlokjes. De kleur kan varieren van mosterdgeel tot lichtgroen.
Na de eerste vier tot zes weken kan het aantal poepluiers variëren van zes maal per dag tot één maal per
week.
Bijvoeden?
De eerste dagen vragen ouders zich soms af of de borstvoeding wel voldoende is en of bijvoeden nodig is.
Een gezonde voldragen pasgeborene heeft echter niet meer vocht of energie nodig dan de eerste dagen
beschikbaar is. Het is daarbij wel van belang dat de baby vaak en goed aangelegd wordt, zodat de
melkproductie goed op gang komt. Ook als het warm is, hoeft u uw baby geen extra vocht te geven. Een van
de nadelen van bijvoeden is dat de baby door de extra voeding minder goed aan de borst drinkt en daardoor
de melkproductie minder goed op gang komt.
In sommige situaties zal de kinderarts adviseren om bij te voeden, bijvoorbeeld:
-
als de bloedsuikerspiegel te laag is;
als de baby tien procent of meer is afgevallen;
als het geboortegewicht erg laag is; als de baby opgenomen is op de couveuseafdeling.
Uw baby wordt bij voorkeur bijgevoed met afgekolfde moedermelk zonodig aangevuld met kunstmatige
zuigelingenvoeding. Uw baby krijgt de bijvoeding via een sonde aan de borst, vingervoeding of een cupje.
De verpleegkundigen zullen u hierover verder informeren.
Tips en adviezen
Verzorging van uw borsten
De kliertjes in uw tepels geven een vettig stofje af dat uw tepels beschermt en verzorgt. Was uw borsten
daarom niet met zeep. Wel kunt u uw tepels na het voeden insmeren met een druppel moedermelk en aan
de lucht laten drogen. Het dragen van een goedsteunende niet knellende b.h. ondersteunt uw borsten.
Kolven met de hand
Het is prettig om te weten hoe u met de hand kunt kolven. In het begin, als u druppels colostrum heeft, kunt
u deze opvangen met een lepeltje en direct aan uw baby geven. Ook kunt u het gebruiken als u even geen
Diakonessenhuis, Gynaecologie/Verloskunde/Kindergeneeskunde, folder 80581/ 004
5
kolfapparaat voorhanden heeft, om wat melk uit uw borst te drukken vlak voor het aanleggen als uw baby
erg slaperig is of als u veel last heeft van stuwing. -
-
Gebruik voor het opvangen van de melk een schone kom.
Was uw handen. Masseer de melkklieren en -gangen door de borst met een vlakke hand van boven af richting de tepel te
drukken. Maak cirkelvormige bewegingen met de vingers en concentreer de bewegingen gedurende
enkele seconden op één plek voor u naar een andere plek gaat. Ga voorzichtig te werk. (zie afbeelding 4)
Knijp niet in de borst. Dit kan een kneuzing van het borstweefsel veroorzaken. Trek niet aan de tepel. Dit om beschadiging van het borstweefsel te voorkomen.
Afbeelding 4 - Borstmassage Afbeelding 5 - Kolven met de hand Wat te doen bij stuwing
Rond de derde/ vierde dag krijgt u meestal last van stuwing. Dit betekent dat de melkproductie op gang
begint te komen. Het houdt meestal twee dagen aan en kan een lichte temperatuursverhoging veroorzaken.
Om de stuwing te verlichten of te verminderen kunt u het volgende doen:
-
-
Leg uw baby vaak en goed aan. Soms is vooraf kolven nodig omdat de baby door de spanning de borst
niet goed kan pakken. Dit kolven kan dus ook met de hand.
Warmte zorgt ervoor dat de melk makkelijker stroomt. Leg voor het voeden een warme doek op uw
borsten. Gebruik bijvoorbeeld een hydrofiel die u om een warme kruik wikkelt of een washandje dat u
onder de warme kraan houdt. Of neem een warme douche en masseer tijdens het douchen uw borsten.
In geval van pijn en/ of verhoging kunt u een paracetamol gebruiken.
Diakonessenhuis, Gynaecologie/Verloskunde/Kindergeneeskunde, folder 80581/ 004
6
-
Na een voeding kunt u ter verlichting kort (maximaal 10 minuten) een koud kompres op uw borsten
leggen. U kunt hiervoor koude gekneusde koolbladeren of kwarkcompressen gebruiken.
Eten en drinken
Eet gezond en gevarieerd. Het is niet wetenschappelijk bewezen dat bepaalde voedingsmiddelen klachten
bij de baby veroorzaken of de melkproductie verbeteren. Drink naar behoefte en zet bijvoorbeeld bij elke
voeding iets te drinken voor uzelf klaar.
Borstvoeding en medicijngebruik
Ook als u medicijnen gebruikt is het vaak mogelijk om borstvoeding te geven. Uw arts of de lactatiekundige
kan u hierover verder informeren.
Over het Diakonessenhuis en borstvoeding
Het Diakonessenhuis biedt ouders en kinderen graag de beste start en vindt het daarom belangrijk om
ouders voor de bevalling en tijdens de kraamtijd goed te ondersteunen bij het geven van borstvoeding. Het
internationaal borstvoedingscertificaat van de Stichting Zorg voor Borstvoeding bevestigt dat wij voldoen
aan de eisen voor borstvoeding van de WHO en Unicef. In de praktijk betekent dit dat u het volgende van het
Diakonessenhuis kunt verwachten:
-
-
Elke tweede dinsdag van de maand organiseren de lactatiekundigen van het Diakonessenhuis een
informatieavond over borstvoeding.
Artsen en verpleegkundigen op de kraam-, kinder- en couveuseafdeling worden twee keer per jaar
geschoold in de vaardigheden die nodig zijn om moeders die borstvoeding geven zo goed mogelijk te
begeleiden.
Meteen na de bevalling komt uw baby bloot op uw buik te liggen. Als de baby op zoek gaat naar de borst
helpen wij u met het aanleggen.
Tijdens uw verblijf / het verblijf van uw baby in het ziekenhuis krijgt u uitleg over het geven van
borstvoeding en begeleiding bij het aanleggen. In het ziekenhuis is schriftelijke informatiemateriaal over borstvoeding beschikbaar.
Uw baby krijgt borstvoeding op verzoek: dit betekent zo lang en zo vaak als de baby wil.
U en uw baby kunnen op de kraamsuites dag en nacht samen zijn.
Uw baby wordt alleen bijgevoed als daar een medische noodzaak voor is.
Als uw baby nog niet aan de borst kan drinken of als u door omstandigheden nog geen borstvoeding
kunt geven, leert u hoe u de melkproductie op gang kunt brengen en houden door te kolven.
Elke doordeweekse dag is er een lactatiekundige aanwezig voor als u extra hulp nodig heeft bij het geven
van borstvoeding.
Meer informatie
Vragen
Met vragen over borstvoeding kunt u terecht bij de verpleegkundigen van de couveuse- en
kraamafdeling. Via de verpleging of via de gynaecoloog op de polikliniek kunt u ook altijd een afspraak
maken met één van de lactatiekundigen van het ziekenhuis. Zij zijn aanwezig van maandag tot en met
vrijdag tussen 8.30 en 12.30 uur.
Diakonessenhuis, Gynaecologie/Verloskunde/Kindergeneeskunde, folder 80581/ 004
7
(Patiënten)organisaties
Voor meer informatie over borstvoeding kunt u terecht bij de volgende borstvoedingsorganisaties:
Vereniging Borstvoeding Natuurlijk (VBN)
Postbus 119
3960 BC Wijk bij Duurstede
Telefoon (0343) 57 66 26
www.vbn.borstvoeding.nl
Stichting La Leche League Nederland (LLL)
Postbus 212
4300 AE Zierikzee
Telefoon (0111) 41 31 89
www.lll.borstvoeding.nl
Klachten
Het Diakonessenhuis streeft ernaar optimale zorg te verlenen. Toch kan het voorkomen dat u niet tevreden
bent. Wij stellen het op prijs als u uw klacht of ongenoegen met ons bespreekt. U kunt zich wenden tot de
direct betrokken medewerker of de leidinggevende. Als u liever een neutraal persoon inschakelt, kunt u
terecht bij de klachtenfunctionaris via telefoonnummer 088 250 6143 (Utrecht), 088 250 9313 (Zeist/ Doorn),
via e-mail [email protected] of via het klachtenformulier op www.diakonessenhuis.nl.
Opmerkingen over de tekst
Ontbreekt er informatie of is iets onduidelijk beschreven, dan horen wij dat graag. Met medische vragen over
uw behandeling kunt u bellen met de betrokken afdeling via de telefoonnummers achter in deze folder.
Opmerkingen over de tekst kunt u doorgeven aan de afdeling Communicatie via telefoonnummer 088 250
9705 of via [email protected].
Tot slot
Over het Diakonessenhuis Utrecht, Zeist, Doorn
Het Diakonessenhuis Utrecht, Zeist, Doorn is een vooruitstrevend algemeen ziekenhuis en het oudste
Diakonessenhuis van Nederland. Onze medewerkers zetten zich iedere dag in om de beste zorg dichtbij te
leveren. Dat wil zeggen dat kwalitatief hoogwaardige medische en verpleegkundige zorg en zorgzaamheid
voorop staan. Het Diakonessenhuis biedt een breed scala aan uitstekende zorg en specialisaties waaronder
zorg op maat voor ouderen, vrouw en kindzorg en zorg voor mensen met kanker. Locatie Utrecht, het
stadsziekenhuis, huisvest één van de meest uitgebreide bevallingscentra van Nederland, een uniek
kankerdagbehandelcentrum en een geavanceerd spoedzorgcentrum. Locatie Zeist is een vitaal
streekziekenhuis gespecialiseerd in zorg op maat voor ouderen en chronisch zieken. In Doorn staat een goed
toegankelijke buitenpolikliniek waar vrijwel alle specialismen spreekuur houden. Het Diakonessenhuis is ook
gespecialiseerd in kijkoperaties van liesbreuken, de behandeling van slaap- en snurkproblemen,
pijnbehandeling, keel- neus- en oorbehandelingen en in hoofd-halschirurgie.
Algemene voorwaarden
Op de dienstverlening van het Diakonessenhuis zijn algemene voorwaarden van toepassing. U vindt de
voorwaarden op www.diakonessenhuis.nl in de rubriek 'Naar het ziekenhuis'.
Diakonessenhuis, Gynaecologie/Verloskunde/Kindergeneeskunde, folder 80581/ 004
8
Telefoonnummers
De afdeling Neonatologie (5 B)
088 250 6136
Kraamsuites (4 AB)
088 250 6042
Diakonessenhuis, Gynaecologie/Verloskunde/Kindergeneeskunde, folder 80581/ 004
9