LSP Connect User Console - ENOVATION Customer Support

LSP Connect User Console
Gebruikershandleiding
© 2014 ENOVATION B.V. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden openbaar gemaakt of verveelvoudigd, opgeslagen in
een data verwerkend systeem of uitgezonden in enige vorm door middel van druk, fotokopie of welke andere wijzen dan ook zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming van de directie van ENOVATION B.V.
Inhoudsopgave
1
Inleiding ................................................................................................................. 3
1.1 Doelgroep .......................................................................................................................... 3
1.2 Revisies ............................................................................................................................. 3
2
Eerste gebruik....................................................................................................... 4
2.1 Systeemeisen .................................................................................................................... 4
2.2 Installatie UZI-pas en kaartlezer ........................................................................................ 4
2.3 Installatie browser plugin ................................................................................................... 5
3
Inloggen ................................................................................................................ 6
3.1 Inloggen als beheerder met gebruikersnaam en wachtwoord............................................ 6
3.2 Inloggen met tijdelijke gebruikersnaam en wachtwoord ..................................................... 7
3.3 Inloggen met de UZI-pas ................................................................................................... 8
4
Gebruikersbeheer ................................................................................................. 9
4.1 Toevoegen gebruiker......................................................................................................... 10
4.1.1 Tijdelijk wachtwoord............................................................................................................................... 10
4.1.2 Gegevens UZI-pas overnemen.............................................................................................................. 11
4.2 Wijzigen gebruiker ............................................................................................................. 12
4.3 Wijzigen wachtwoord ......................................................................................................... 13
4.4 Verwijderen gebruiker........................................................................................................ 14
5
Groepsbeheer ....................................................................................................... 15
5.1 Toevoegen groep .............................................................................................................. 15
5.2 Wijzigen groep ................................................................................................................... 17
5.3 Wijzigen groepsleden ........................................................................................................ 18
5.4 Verwijderen groep ............................................................................................................. 19
6
Raadplegen log ..................................................................................................... 20
7
Mandatering .......................................................................................................... 23
7.1 Mandaat toewijzen............................................................................................................. 24
7.2 Mandaat intrekken ............................................................................................................. 28
7.3 Rapportage uitgegeven mandaten .................................................................................... 29
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
2 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
1 Inleiding
Deze handleiding beschrijft de werking van de LSP Connect User Console.
Uw zorginformatiesysteem maakt gebruik van LSP Connect om de koppeling met het LSP (Landelijk Schakelpunt) te
realiseren. Binnen LSP Connect worden een aantal zaken geregeld, zoals token-authenticatie, UZI-pas integratie,
mandatering en de communicatie met het LSP.
Deze gebruikershandleiding beschrijft hoe u met behulp van de User Console van LSP Connect de UZI-passen van
gebruikers kunt registreren en mandateringen kunt vastleggen. Daarnaast wordt uitgelegd hoe de verkeerslog kan worden
geraadpleegd.
1.1 Doelgroep
Dit document is geschreven voor de eindgebruiker/zorgverlener.
1.2 Revisies
Versie Datum
Auteur
Commentaar
0.1
23-02-2010 E.Novation
Draft versie
0.2
11-08-2010 E.Novation
Update i.v.m. 1.0.9 release
1.0
17-08-2010 E.Novation
Finale versie voor 1.0.9
1.1
09-11-2010 E.Novation
Update i.v.m. 1.0.12/1.2.6.6 release
1.2
01-09-2012 E.Novation
Update i.v.m. 1.5.8 release + toelichting installatie UZI-paslezersoftware en
applet
1.3
24-04-2013 E.Novation
Tekstuele correcties
1.4
15-10-2013 E.Novation
Procedure registratie UZI-passen aangepast n.a.v. wijzigingen bij het UZIregister
1.5
05-11-2013 E.Novation
Aanpassing tekst bij veld UZI-nummer invoer
2.0
05-03-2014 ENOVATION B.V.
Nieuwe release user console, nieuwe huisstijl document
2.1
28-07-2014 ENOVATION B.V.
Tekstuele verbeteringen
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
3 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
2 Eerste gebruik
In dit hoofdstuk zijn de stappen beschreven die bij het eerste gebruik moeten worden doorlopen. Dit
betreft onder andere het installeren van de juiste UZI-paslezersoftware en de browser plugin.
LSP Connect is door uw systeembeheerder of leverancier al geïnstalleerd en geconfigureerd voor uw zorginstelling. Voordat
u de User Console van LSP Connect kunt gebruiken, dient u eenmalig een aantal stappen te doorlopen.
2.1 Systeemeisen
De User Console is een webapplicatie en kan worden gebruikt in combinatie met de volgende browsers:
 Internet Explorer (9, 10, 11)
 Firefox (24-27)
 Chrome (30-33)
Mogelijk werkt de User Console ook met andere browsers en/of versies. Dit is echter niet getest en een correcte werking kan
niet worden gegarandeerd.
Voor de UZI-pas software kunnen aanvullende systeemeisen gelden, zie 2.2.
2.2 Installatie UZI-pas en kaartlezer
Op de website van het UZI-register (www.uziregister.nl) vindt u alle benodigde informatie, waarmee u kunt bepalen welke
software u nodig heeft en hoe u deze kunt verkrijgen. Ook zijn hier diverse handleidingen te downloaden.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
4 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
2.3 Installatie browser plugin
De eerste keer dat u de User Console gebruikt, zal er een browser plugin worden geïnstalleerd. Deze plugin is nodig om
vanuit de browser met de UZI-pas te werken en zorgt tevens voor het automatisch uitloggen na een periode van inactiviteit.
Ga hiervoor met uw browser naar het adres (URL) voor de User Console dat u van uw systeembeheerder of leverancier hebt
gekregen.
Klik op de link om het installatieprogramma (LSPConnectPlugin.msi) van de plugin te downloaden. Vervolgens kunt u het
installatieprogramma uitvoeren, hiervoor zijn geen speciale rechten nodig.
Let op: na installatie van de plugin dient u alle browsers af te sluiten en opnieuw te starten.
Hierna is de User Console klaar voor gebruik.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
5 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
3 Inloggen
In dit hoofdstuk wordt het inloggen in de User Console toegelicht.
De GBZ-beheerder kan inloggen met gebruikersnaam en wachtwoord. Zorgverleners en medewerkers loggen in met een
UZI-pas. Hiervoor moet de UZI-pas door de GBZ-beheerder zijn geregistreerd.
3.1 Inloggen als beheerder met gebruikersnaam en wachtwoord
De GBZ-beheerder heeft van de systeembeheerder of de leverancier een wachtwoord ontvangen, waarmee als beheerder
kan worden ingelogd.
De GBZ-beheerder kan na succesvol inloggen gebruikers en UZI-passen registreren en rechten toekennen.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
6 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
3.2 Inloggen met tijdelijke gebruikersnaam en wachtwoord
De GBZ-beheerder kan voor een gebruiker een UZI-pas registreren, maar hij kan ook een tijdelijke gebruikersnaam en
wachtwoord uitgeven. Door hiermee in te loggen kan de gebruiker zelf zijn UZI-pas registreren.
Na succesvol inloggen met de tijdelijke inloggegevens zal onderstaande melding verschijnen.
Door nu de UZI-pas in de kaartlezer te steken, worden de gegevens van de UZI-pas gelezen en getoond in een pop-up
scherm:
Selecteer vervolgens “Bewaar” om de UZI-pas te registreren en te koppelen aan het account. Hierna wordt u automatisch
weer uitgelogd en kunt u met de UZI-pas inloggen.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
7 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
3.3 Inloggen met de UZI-pas
Zorgverleners en medewerkers kunnen inloggen met hun UZI-pas, indien deze door de GBZ-beheerder is geregistreerd.
Steek hiertoe de UZI-pas in de aangesloten kaartlezer. De User Console zal de pas herkennen en om de pincode vragen.
Indien de UZI-pas niet wordt herkend, is deze mogelijk nog niet geregistreerd. Raadpleeg uw GBZ-beheerder.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
8 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
4 Gebruikersbeheer
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe gebruikersbeheer binnen de User Console werkt.
Gebruikersbeheer kan worden uitgevoerd door in te loggen als gebruiker “admin” of met een UZI-pas van een gebruiker met
de rol “Gebruikersbeheerder”. Hierna wordt het menu Gebruiker weergegeven:
Er wordt een overzicht getoond van de geregistreerde gebruikers, hieronder in detail:
De beheerder kan verschillende beheertaken uitvoeren, deze worden in de volgende hoofdstukken toegelicht.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
9 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
4.1 Toevoegen gebruiker
Klik op de knop “Toevoegen” om een nieuwe gebruiker aan te maken. Hierna zal er een pop-up scherm worden getoond:
Voer voor de nieuwe gebruiker een Gebruikersnaam (korte naam/accountnaam) en een Weergavenaam (volledige naam) in.
Vervolgens zijn er twee mogelijkheden: een tijdelijk wachtwoord genereren voor de gebruiker of de UZI-pas in de kaartlezer
steken om de gegevens over te nemen.
4.1.1
Tijdelijk wachtwoord
Indien de UZI-pas van de gebruiker niet beschikbaar is of wanneer u zelf al bent ingelogd met een UZI-pas, kunt u een
tijdelijk wachtwoord aanmaken voor de gebruiker. Selecteer hiertoe “genereer wachtwoord” of voer zelf een wachtwoord in
en bewaar deze op een veilige manier. Nadat het account is aangemaakt, kunt u de tijdelijke gebruikersnaam en
wachtwoord verstrekken aan de gebruiker. De gebruiker kan hiermee eenmalig inloggen en zijn/haar UZI-pas registreren (zie
hoofdstuk 3.2).
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
10 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
4.1.2
Gegevens UZI-pas overnemen
Het is ook mogelijk om de gegevens van de UZI-pas over te nemen. Steek hiertoe de UZI-pas in de kaartlezer en wacht tot
de gegevens worden getoond in het scherm. Deze manier van werken is uiteraard alleen mogelijk, indien u niet zelf met een
UZI-pas bent ingelogd.
Selecteer eventueel één of meer rollen voor de gebruiker. De volgende rollen zijn toe te kennen:




Gebruikersbeheerder
Groepsbeheerder
Mandaatrapporteur
Logbeheerder
De gebruiker mag gebruikers beheren
De gebruiker mag groepen beheren
De gebruiker mag een rapportage maken over verstrekte mandaten
De gebruiker mag alle loggegevens raadplegen
Voor normale gebruikers hoeven deze rollen niet te worden toegekend. Standaard kunnen zij hun eigen loggegevens
raadplegen en mandaten verstrekken.
Selecteer “Bewaar” om de gebruiker te registreren. Hierna wordt de aangemaakte gebruiker in het overzicht getoond.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
11 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
4.2 Wijzigen gebruiker
Een gebruikersbeheerder kan van geregistreerde gebruikers de Weergavenaam en de toegekende rollen wijzigen.
Open hiertoe in de rij van de desbetreffende gebruiker de drop-down lijst “Acties” en kies “Wijzigen”.
Hierna wordt een pop-up getoond, waarin de wijzigingen kunnen worden aangebracht.
(De)selecteer de rollen en/of pas de weergavenaam aan en klik op OK om de wijzigingen op te slaan.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
12 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
4.3 Wijzigen wachtwoord
Een gebruikersbeheerder kan van een gebruiker het ingestelde wachtwoord wijzigen. Open hiertoe in de rij van de
desbetreffende gebruiker de drop-down lijst “Acties” en kies “Wijzig wachtwoord”.
Hierna wordt een pop-up getoond, waarin de wijzigingen kunnen worden aangebracht.
Voer hier het nieuwe wachtwoord in en bevestig deze, alvorens de wijzigingen op te slaan door op OK te klikken.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
13 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
4.4 Verwijderen gebruiker
Een gebruiker kan alleen worden verwijderd, indien de gebruiker geen onderdeel (meer) van een groep uitmaakt en er geen
actieve mandaten voor deze gebruiker zijn. Een poging tot verwijderen zal in dat geval leiden tot een foutmelding.
Open in de rij van de desbetreffende gebruiker de drop-down lijst “Acties” en kies “Verwijderen”.
Hierna wordt nog om een bevestiging gevraagd en vervolgens zal de gebruiker worden verwijderd.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
14 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
5 Groepsbeheer
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe met groepen kan worden gewerkt binnen de User Console. Het
aanmaken van groepen kan het mandateren van medewerkers vereenvoudigen.
Selecteer “Groep” om in groepsbeheer te komen. Hierna wordt een overzicht van de aanwezige groepen getoond.
De groepsbeheerder kan groepen aanmaken, verwijderen of wijzigen. Dit wordt in de volgende hoofdstukken nader
toegelicht.
5.1 Toevoegen groep
Klik op de knop “Toevoegen” om een nieuwe groep aan te maken. Hierna zal er een pop-up scherm worden getoond:
Vul hier de naam en omschrijving van de groep in en klik op Volgende.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
15 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
Hierna wordt het scherm getoond, waarin gebruikers aan de groep kunnen worden toegevoegd.
Selecteer de gebruikers en klik op Bewaar om de groep op te slaan. Hierna zal deze groep in het overzicht worden getoond.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
16 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
5.2 Wijzigen groep
Open in de rij van de desbetreffende groep de drop-down lijst “Acties” en kies “Wijzigen”.
Pas de omschrijving aan en klik op OK om de wijzigingen op te slaan. De naam van de groep kan niet worden gewijzigd.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
17 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
5.3 Wijzigen groepsleden
Open in de rij van de desbetreffende groep de drop-down lijst “Acties” en kies “Members”.
Hierna wordt een pop-up getoond, waarin de wijzigingen kunnen worden aangebracht.
(De)selecteer gebruikers om ze aan de groep toe te voegen of uit de groep te verwijderen. Klik op OK om de wijzigingen op
te slaan.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
18 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
5.4 Verwijderen groep
Open in de rij van de desbetreffende groep de drop-down lijst “Acties” en kies “Verwijderen”. Deze actie is alleen
beschikbaar voor groepen zonder gebruikers.
Hierna wordt nog om een bevestiging gevraagd en vervolgens zal de groep worden verwijderd.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
19 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
6 Raadplegen log
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe gebruikers de verkeerslog kunnen raadplegen.
Via het menu Log kan de verkeerslog worden geraadpleegd. Hierin worden alle interacties met het LSP vastgelegd.
Zorgverleners en gemandateerde medewerkers kunnen via dit scherm de verkeerslog inzien voor de transacties
(bijvoorbeeld opvragen van medicatieverstrekkingen) die ze zelf hebben uitgevoerd. Zorgverleners kunnen ook de
transacties zien van door hen gemandateerde medewerkers.
Gebruikers met de rol “Logbeheerder” hebben onbeperkt toegang tot de verkeerslog. De logbeheerder kan op verzoek van
de GBZ-beheerder of de landelijke LSP-beheerder de verkeerslog raadplegen.
Bij het zoeken kunnen verschillende parameters worden opgegeven, zoals hieronder te zien is:
Gebruiker:
Richting:
Van:
Naar:
Zoeksleutel:
Waarde:
Interactie:
een logbeheerder kan hier het UZI-nummer van een gebruiker opgeven
inkomend en/of uitgaand verkeer
datumveld
datumveld
hier kan een specifieke zoeksleutel (bijv. BSN) worden gekozen
de waarde waarop moet worden gezocht, indien een zoeksleutel is opgegeven
type transactie, bijvoorbeeld Opvragen medicatieverstrekkingslijst.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
20 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
De zoekparameters zijn optioneel: door te klikken op Zoeken krijgt de gebruiker alle logregels te zien waarvoor zij/hij is
geautoriseerd.
Standaard worden de volgende gegevens getoond:
 Type
In/uitgaand, vraag/antwoord
 Tijd
Datum, tijd en tijdzone
 Interactie
Soort interactie
 BSN
Burgerservicenummer van de patiënt, indien van toepassing
 Organisatie
Organisatie die iets verstuurd of gegevens oplevert
 Bevestiging
Hier wordt een statuscode en eventuele foutmeldingen getoond
Er kan ook meer gedetailleerde informatie worden ingezien door op “Meer informatie” te klikken.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
21 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
Door in het detailscherm op de Invocation Id te klikken, kan het HL7v3-bericht worden ingezien.
Hierna wordt er een pop-up scherm geopend met de berichtinhoud.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
22 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
7 Mandatering
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe zorgverleners hun medewerkers kunnen mandateren voor het
opvragen van medische informatie via het LSP.
Medische informatie mag alleen worden opgevraagd door zorgverleners en door gemandateerde medewerkers met een UZIpas “op naam”. Zorgverleners kunnen medewerkers mandateren om namens hen medische gegevens op te vragen, in dat
geval spreken we van een Zorgmandaat. Het toekennen van Zorgmandaten namens een zorgverlener kan ook worden
uitgevoerd door een medewerker, indien deze daarvoor is gemandateerd met een zogenaamd Beheermandaat.
Een groep medewerkers kan ook in één handeling worden gemandateerd (groepsmandatering).
Zodra het menu Mandateren wordt geselecteerd, wordt een overzicht getoond van de uitgegeven mandaten van de
ingelogde gebruiker.
In het overzicht worden de volgende gegevens getoond:








Naam gemandateerde
UZI
Beroepstitel
Niet voor
Niet na
Groep
Mandaat
Actie
Naam van de gemandateerde zorgverlener/medewerker, zoals op de UZI-pas staat
Het UZI-nummer van de gemandateerde zorgverlener/medewerker
De beroepstitel (zorgverlener) of medewerker
Mandaat geldig vanaf deze datum/tijd
Mandaat geldig tot en met deze datum/tijd. Leeg betekent geen einddatum.
Naam van de groep via welke het mandaat is toegekend
Type mandaat: zorgmandaat of beheermandaat
Met de knop “Intrekken” kan een uitgegeven mandaat worden ingetrokken
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
23 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
7.1 Mandaat toewijzen
Een nieuw mandaat kan worden uitgegeven door op de knop Toestaan te klikken. Hierna wordt een nieuw scherm geopend
met een wizard, waarin in drie stappen het mandaat kan worden vastgelegd.
Stap 1:
In stap 1 kan worden gekozen uit het type mandaat:


Zorgmandaat
Beheermandaat
Mandateer een medewerker om namens u medische gegevens op te vragen
Mandateer een medewerker om namens u zorgmandaten uit te geven
Door “standaard” aan te vinken, wordt u voor de gemandateerde medewerker de standaard mandaatverlener. Indien er dan
bij het opvragen van medische informatie door de medewerker geen expliciete keuze wordt gemaakt voor een
mandaatverlener, dan wordt u als mandaatverlener gekenmerkt bij die specifieke opvraging.
Ook kan er in deze stap de geldigheidperiode van het mandaat worden ingesteld. Standaard is het mandaat meteen geldig
en blijft het oneindig geldig. Er kan met de knop “datum” ook een start- en/of einddatum worden vastgelegd.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
24 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
Stap 2:
In de tweede stap kan de mandaatverlener worden ingesteld. Normaal gesproken is dat de zorgverlener zelf, maar een
mandaatbeheerder kan hier een zorgverlener kiezen namens wie het mandaat wordt verstrekt.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
25 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
Stap3:
In de laatste stap kan er worden gekozen aan welke medewerkers het mandaat wordt verstrekt door deze aan te vinken.
Klik op Bewaar om het mandaat vast te leggen.
Het is ook mogelijk om een groep medewerkers in één keer te mandateren, dit wordt hierna toegelicht.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
26 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
Door in stap 3 Groep te kiezen, kan een mandaat aan een groep medewerkers worden toegekend.
Wanneer er later een medewerker aan deze groep wordt toegevoegd, is deze niet automatisch gemandateerd. De
medewerker of de groep moet dan nogmaals worden gemandateerd.
Wanneer een medewerker uit de groep wordt verwijderd, zal deze wel automatisch de mandaten kwijtraken, die via de groep
zijn toegekend.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
27 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
7.2 Mandaat intrekken
Een mandaat kan worden ingetrokken door in het overzicht met verstrekte mandaten bij de desbetreffende medewerker op
de knop Intrekken te klikken.
Zodra de UZI-pas van een mandaterende zorgverlener is ingetrokken of verlopen, vervallen de daarmee uitgegeven
mandaten automatisch.
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
28 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1
7.3 Rapportage uitgegeven mandaten
Een gebruiker met de rol Mandaatrapporteur kan op verzoek van de GBZ-beheerder of de landelijke LSP-beheerder een
historisch overzicht van uitgegeven mandaten opvragen. Selecteer hiervoor het Rapport menu item.
Door op het datumveld te klikken, kan een zoekperiode worden opgegeven.
Door vervolgens op Exporteren te klikken, zal er een PDF-rapport worden gegenereerd met daarin een overzicht van alle
mandaten die in de opgegeven periode geldig waren of zijn.
Voorbeeld rapportage:
Documentnaam
LSP Connect User Console
Pagina
29 van 29
Versie en datum
2.1 / 28-7-2014
Documentstatus
Definitief
Bestandsnaam
LSP Connect User Console gebruikershandleiding 2.1