Veelgemaakte fout

Vlaanderen
is energie
versie september 2014
Veelgemaakte fout : U-waarde roosters
EPB
1
De invloed van ventilatietoevoerroosters bij systeem A & C op U-waarde
vensters ontbreekt
De fout heeft enkel betrekking op gebouwen die uitgerust zijn met een ventilatiesysteem A of C en waar
er wordt gebruik gemaakt van ventilatietoevoerroosters in de vensters (op het glas of op het raamprofiel).
In de EPB-software Vlaanderen worden de geplaatste ventilatietoevoerroosters gedefinieerd in de bibliotheek bij de rubriek ‘Ventilatieopeningen’, waarin een regelbare toevoeropening (RTO met vaste of met
variabele lengte) kan ingevoerd worden. U moet daar de eigenschappen van de opening definiëren, zoals
het debiet bij 2 Pa, de U-waarde (als ze gekend is), of de RTO voldoende regelbaar is … In de EPB-software
3G moet dit niet op voorhand gespecifieerd worden, maar doet men dit rechtstreeks in het project.
In het gebouw met ventilatiesysteem A of C moeten die ventilatietoevoerroosters dan op twee punten
ingerekend worden.
Ten eerste moeten de roosters vermeld worden in het luik ‘Hygiënische ventilatie’ bij de droge ruimten
(zoals woon-, slaap- en studeerkamer) waarin ze geplaatst zijn, om er het minimum vereiste ontwerptoevoerdebiet te leveren voor die ruimte. Die rapportering is in de meeste ingediende EPB-aangiften wel
aanwezig.
Ten tweede hebben die roosters ook een invloed op de warmteverliezen van het gebouw.
De U-waarde van het venster waarin die roosters geplaatst zijn, verhoogt door invloed van het ventilatietoevoerrooster.
De rapportering van die invloed ontbreekt regelmatig in de EPB-aangiften waardoor de gemiddelde Uwaarde van alle vensters samen fout is, en waardoor ook het K-peil en het Epeil afhankelijk van het aantal
vensters en de grootte van de vensters, te laag is.
Om de invloed van de RTO’s (in vensters) mee te rekenen in de EPB-aangiftegaat men als volgt te werk :
1 EPB-software Vlaanderen
in de EPB-software Vlaanderen moeten de vensters waarin die roosters geplaatst zijn in de bibliotheek bij
de rubriek ‘Transparante constructies - vensters’ berekend worden. ofwel via de :
• vereenvoudigde methode met
regelbare toevoeropening ;
• standaardberekening.
Bij beide keuzes moet u naast
de gegevens over het raamprofiel, de beglazing … ook de gedefinieerde RTO’s uit de bibliotheek die in realiteit geplaatst
zijn, selecteren. Bij onvoldoende gegevens over de geplaatste RTO’s kan altijd de RTO met
de U-waarde bij ontstentenis
(= 6 W/m²K) worden gekozen.
voorbeeld
V
Vlaanderen
is energie
voorbeeld
versie september 2014
Veelgemaakte fout : U-waarde roosters
EPB
2
V
Bij de vereenvoudigde berekening van het ‘venster met RTO’ wordt door middel van vereenvoudigde oppervlakteverdeling (raamprofiel, beglazing en ventilatierooster) en rekening houdend met een overeenstemmende lengte van de afstandshouder van de beglazing, de oppervlaktegemiddelde U-waarde van het
venster berekend.
Bij de standaardberekening van het venster moeten de werkelijke oppervlakten van het raamprofiel, de
beglazing, het ventilatierooster en eventueel een paneel en ook de werkelijke lengte van de afstandshouder van de beglazing ingevuld worden om de oppervlaktegemiddelde U-waarde van het venster te
bepalen.
Vlaanderen
is energie
versie september 2014
Veelgemaakte fout : U-waarde roosters
3
V
voorbeeld
Nadat de vensters met ventilatietoevoerrooster in de bibliotheek gedefinieerd zijn, kunnen ze in het projectvenster
gekozen worden in de schildelen waarin ze voorkomen.
EPB
voorbeeld
V
Bij een schildeel ‘voorgevel’
kunnen dan bijvoorbeeld zowel een venster zonder RTO en
een venster met RTO voorkomen.
2 EPB-software 3G
In de EPB-software 3G berekent men deze vensters met RTO rechtstreeks in de rubriek ‘scheidingsconstructies’. Ook hier berekent men de U-waarde van de vensters via de vereenvoudigde of de gedetailleerde
methode. Bij beide methodes moet u naast de gegevens over het raamprofiel, de beglazing … ook de RTO’s
Vlaanderen
is energie
versie september 2014
Veelgemaakte fout : U-waarde roosters
die in realiteit geplaatst zijn, ingeven. Bij onvoldoende gegevens over de geplaatste RTO’s
kan altijd voor de U-waarde bij
ontstentenis (= 6 W/m²K) gekozen worden.
voorbeeld
EPB
4
3G
Bij de vereenvoudigde berekening van het ‘venster met RTO’
wordt door middel van vereenvoudigde oppervlakteverdeling (raamprofiel, beglazing en
ventilatierooster) en rekening
houdend met een overeenstemmende lengte van de afstandshouder van de beglazing, de oppervlaktegemiddelde U-waarde van het venster berekend.
Bij de standaardberekening van het venster moeten de werkelijke oppervlakten van het raamprofiel, de
beglazing, het ventilatierooster en eventueel een paneel en ook de werkelijke lengte van de afstandshouder van de beglazing ingevuld worden om de oppervlaktegemiddelde U-waarde van het venster te
bepalen.