. Corsanummer: 1400245644 Op 28 augustus zijn bij de raadsgriffie vragen binnen gekomen van Ayfer Koç van de fractie CDA gericht aan de voorzitter van de Raad op grond van ex artikel 38 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de Raad. Het college van Burgemeester en Wethouders beantwoordt de vragen als volgt. Betreffende beantwoording schriftelijke vragen van Ayfer Koç (CDA) inzake Radicalisering Jongeren. Inleiding Het CDA en CU maken zich zorgen over wat er zoal landelijk gebeurt als het gaat om radicalisering van met name islamitische jongeren. Niet alleen in grote steden zoals Amsterdam, Den Haag en Rotterdam speelt dit probleem maar ook in andere kleinere steden zoals Zoetermeer, Delft, Leiden en Arnhem. Met deze gemeenten en 1 nog onbekende gemeente is er een topoverleg geweest in juli met burgemeesters en Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) over jihadstrijders. Aanleiding was de dreiging die uitgaat van het stijgend aantal jihadstrijders dat naar Europa terugkeert na in Syrie en/of Irak gevochten te hebben voor onder andere terreur organisatie ISIS. Bij de tent van de hongerstakers in Enschede gaf een aantal mensen aan niet de petitie te willen tekenen. Dat is natuurlijk geen enkel probleem. Hun reden was het wel, want zij gaven aan ISIS en haar doelstellingen te steunen. De AIVD heeft onlangs onomwonden vastgesteld dat islamitische terreur de grootste interne dreiging van Nederland is. Dit verontrust ons en willen graag van het college weten of zij inzicht hebben in radicalisme in Enschede. Het kan wellicht zijn dat er op papier of basis van cijfermateriaal niets aan de hand is maar dat er onder het oppervlak wel wat broeit. Gemeente moet zich inzetten voor preventie van polarisatie en radicalisering. In dit geval geldt ook dat voorkomen beter is dan genezen In dit kader stellen CDA en CU het college de volgende vragen: Vraag 1: Heeft het college inzicht over het aantal radicaliserende jongeren en deelt de veiligheidsdienst informatie met het college hierover? Antwoord: Tot op heden is er nog geen signaal binnengekomen vanuit de AIVD/politie over terugkerende/uitreizende radicaliserende jongeren. Hieruit mogen we concluderen dat bij de dienst en politie dus ook geen signalen bekend zijn van deze uiting van radicalisering. De lijn is: De burgemeester zal geïnformeerd (InlichtingendienstRIDBurgemeester) worden wanneer er sprake is van een terugkeerder/uitreiziger en er maatregelen mogelijk zijn die door de burgemeester dienen te worden genomen (bijvoorbeeld een paspoortmaatregel). Vaak betreft dit staatsgeheime informatie die via de RID gedeeld wordt, soms gebeurt dit middels een ambtsbericht. (Het gaat hierbij dus vaak om staatsgeheime informatie die de burgemeester niet direct met het college zal kunnen delen. Voor ambtsberichten ligt dit anders, daarbij is het aan de BM zelf om te beoordelen op welke wijze hij het college en de raad óf alleen de fractievoorzitters zal informeren.) Indien er maatregelen genomen kunnen worden door andere partijen dan zullen de ambtsberichten aan deze partijen worden verstrekt. Vraag 2: Heeft het college ook inzicht in wie deze jongeren zijn en of ze een gevaar voor de samenleving vormen? Antwoord: Op dit moment zijn er in Enschede geen concrete signalen van jongeren van wie vaststaat dat zij aan het radicaliseren zijn. Vraag 3: Heeft het college een integrale aanpak van jihadisme, met aandacht voor preventie, zorg en welzijn en repressie, zoals de VNG bepleit? Antwoord: Via de politie wordt nauwlettend in gaten houden of er signalen van radicalisering aanwezig zijn in de gemeente. In Enschede is de signaleringsfunctie verder ondergebracht bij: Wijkjongerenteams/weegtafels, wijkteams, de jeugdoverleggen binnen het veiligheidshuis, en de vangnetoverleggen binnen het onderwijs. Actie nav advies van de NCTV: – – Dossierhouder/contactpersoon binnen de gemeente belegd in het team Veiligheid. Van hieruit zijn er al intensieve contacten met het NCTV, ook op dit onderwerp. Het NCTV geeft veel informatie en adviezen over hoe om te gaan met deze problematiek, hierover worden we goed geïnformeerd. Zodra er sprake is van concrete signalen van radicalisering bij jongeren kunnen deze signalen lokaal het best landen in het multidisciplinaire JOR-overleg in het Veiligheidshuis Twente. Hier zijn de meest relevante partners aan tafel vertegenwoordigd: politie, RvdK, OM, BjzO (na 1 januari 2015 wijkteams) en gemeente. Uiteraard dient ook opgeschaald te worden (via de politielijn) naar het RID. Vraag 4: Het kan zijn dat het probleem op papier niet bestaat omdat er wellicht hard cijfermateriaal niet voorhanden is, maar onder de oppervlakte kan wel wat spelen. Kunt u op basis van de ervaringen en kennis van de professionals die met jongeren werken aangeven of het radicalisme onder de oppervlakte speelt. U kunt hierbij denken aan Alifa, Jarabee, onderwijsinstellingen en ambtenaren? Antwoord: Er heeft een uitvraag plaatsgevonden bij het (stedelijk) jongerenwerk, stadsdeelmanagement, wijkteams en (jeugd)politie. Het algemene beeld tot nu toe is dat er geen concrete signalen bij politie, wijkteam of jongerenwerk zijn op dit moment. Wel wordt geconstateerd dat er soms uitspraken worden gedaan door jongeren die in eerste instantie zorgelijk zijn, maar dit zijn uitingen die na aanspreken erop/ingaan op wel afgezwakt worden. Verder is het algemene beeld dat er zeker wel sprake is van jongeren die actief deelnemen aan hun geloofsgemeenschap, maar waarbij er geen sprake is van radicalisering. Er wordt opgemerkt dat opvallend weinig jongeren duidelijk een mening geven over het conflict in zowel het midden oosten (Gaza/Israel) als IS/Irak. Soms laten jongeren zich ongenuanceerd uit. Dat is tot op zekere hoogte zorgelijk, maar het heeft meer met hun gedrag in algemene zin te maken. Er zijn geen duidelijke signalen van wrijving tussen jongeren met een verschillende achtergrond. Groepjes sporters op de Mast bestaan uit moslim, Suryoyo en allochtone jongeren en die sporten zonder gedoe verder. Vraag 5: Is het college bereid om dit thema samen met de islamitische gemeenschap bespreekbaar te maken en hun ervaringen en ideeën ook terug te koppelen aan de Raad? Antwoord: In Enschede hebben we een grote diversiteit aan verschillende geloofsgemeenschappen. Hierop kunnen en mogen we trots zijn, trots op de manier hoe we naast elkaar en met elkaar leven. De komende periode zullen we tijd vrijmaken voor dialoog met alle groeperingen. Een luisterend oor, ophalen wat leeft, welke initiatieven zijn er al en welke verwachtingen zijn er t.o.v. de gemeente. Hiertoe zal contact gelegd worden met de islamitische gemeenschap(pen). Als gemeente/burgemeester kunnen we verder de maatschappelijke discussie begeleiden en gaande weg maatregelen/initiatieven nemen die nodig zijn. Vraag 6: Hoe denkt het college de harmonie tussen de verschillende gemeenschappen in Enschede te kunnen bewaren? Antwoord: Zie antwoord vraag 5 Enschede, datum: 09-09-2014 Burgemeester en Wethouders van Enschede, de Secretaris, de Burgemeester, M.J.M. Meijs P.E.J. den Oudsten
© Copyright 2024 ExpyDoc