Bijlage 3 - Directe en indirecte milieuaspecten, doelstellingen en acties – Federaal Laboratorium voor de Veiligheid van de Voedselketen Melle MILIEU ASPECTEN Milieuvergunningtoestand: Vergunningen voor de site te Melle: Het laboratorium te Melle beschikt over een eensluidend verklaard afschrift van het besluit van de Deputatie van 22/09/2008 betreffende de milieuvergunning, voor het kweken en opsporen van pathogene organismen, rubriek 51 en ingedeeld in de eerste klasse. De rubrieken: lozen van afvalwater, airco’s, koelinstallaties, opslag van diverse producten en twee stookinstallaties zijn ingedeeld in de derde klasse. De milieuvergunning is 20 jaar geldig. Het labo beschikt eveneens over een vergunning afgeleverd door het “Departement Leefmilieu, Natuur en Energie” voor het uitvoeren van activiteiten met risico niveau 2 (RN2) voor de duur van 20 jaar en verstrijkend op 22/09/2028. Biodiversiteit: De gebouwen van het laboratorium te Melle zijn ingeplant op een terrein met een totale oppervlakte van 6656 m² met een bebouwde oppervlakte van 882 m². Het aandeel landgebruik (bebouwde oppervlakte/totale oppervlakte) is 0.13. 1. Direct DOELSTELLING: BEHEERSING AANWEZIGHEID ASBEST Milieu-aspect Aanwezigheid van schadelijke stoffen in het gebouw Milieu-impact Bescherming van mens en milieu tegen de gevolgen van blootstelling aan asbest, aantasting van het eco-systeem Sensibiliseren. Aanbrengen van pictogrammen daar waar er asbest aanwezig is. Doelstelling 2010-2012 KPI Sensibilisering van het personeel. Er is een asbestinventaris aanwezig in het gebouw. Er is echter gebleken dat er maar een geringe hoeveelheid asbest in het gebouw aanwezig is. Keuze van de doelstelling Loskomend asbest is zeer gevaarlijk voor de mens en het milieu. Gegevens Er is aan het personeel een presentatie gegeven over de gevaren van asbest, waar het aanwezig is in het gebouw en hoe het herkenbaar is (pictogrammen). Vroegere Acties Acties 2010 04/07/2000 opstellen van asbestinventaris door Cel Asbest van de Regie Der Gebouwen. Sensibiliseren, aanbrengen van pictogrammen waar asbest aanwezig is. Acties 2011 Opvolging Acties 2012 Opvolging Acties 2013 Opvolging Doelstelling blijft behouden: hernomen in de volgende cyclus. DOELSTELLING: VERMINDEREN VAN HET BIOLOGISCH AFVAL Milieu-aspect Biologisch afval Milieu-impact Aantasting van het eco-systeem Doelstelling 2010-2012 Verminderen van biologisch afval. KPI Aantal kg biologisch afval Keuze van de doelstelling Minder biologisch afval produceren Gegevens In 2010 en in 2011 is er respectievelijke 7360 kg en 7880 kg biologisch afval geproduceerd en verwerkt. Dit resulteert in een stijging van 520 kg MAAR in 2010 zijn er 23.118 analyses uitgevoerd en in 2011 zijn er 27.942 analyses uitgevoerd. Daaruit kunnen we besluiten dat het biologisch afval gerelateerd aan het aantal analyses gedaald is met 15 %. In 2012 is er 6742 kg biologisch afval geproduceerd en verwerkt. Vroegere Acties Geen Acties 2010 Acties 2011 De eerstelijnscontroles voor de microbiologische analyses werden teruggebracht tot het minimum uit te voeren analyses. Opvolging Acties 2012 Opvolging Doelstelling en KPI gerealiseerd: het objectief wordt afgesloten DOELSTELLING: VERMINDERING VAN PAPIERVERBRUIK Milieu-aspect Papier Milieu-impact Ontbossing, uitputting niet-hernieuwbare bronnen Doelstelling 2010-2012 Papierverbruik met 5% verlagen t.o.v. 2012 KPI Kg/FTE/jaar en vellen/FTE/jaar. Keuze van de doelstelling Papierverbruik doe-n dalen door sensibilisering. Gegevens Papierverbruik FLVVM 700 Aantal vellen/FTE 600 2010 2011 2012 500 400 300 200 100 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Maand Figuur 1: Papierverbruik per FTE In 2011 is het papier verbruik met 19% gestegen door de nieuwe analyse van Globodera. Vroegere Acties Sensibiliseren. Acties 2010 Sensibiliseren Verminderen van het aantal persoonlijke printers. Opvolging. Acties 2011 Acties 2012 Evolutie verbruik 20102012 Opvolging. Promoten recto-verso printen Aantal vellen / % tov 2010 Kg / FTE / jaar FTE / jaar 2010 3969 100 20,32 2011 4738 119 24,26 2012 4762 120 24,38 Besluit Het papier verbruik is in 2012 gelijk gebleven tegenover 2011. Verplichten om de instellingen op de PC voor het recto-verso printen permanent Acties 2013 te maken. Analyseresultaten van klantenstalen worden niet meer uitgeprint, enkel op verzoek. Doelstelling blijft behouden: hernomen in de volgende cyclus. DOELSTELLING: VERMINDERING VAN HET ELEKTRICITEITSVERBRUIK Milieu-aspect Elektriciteitsverbruik Milieu-impact Uitputting niet hernieuwbare hulpbronnen Doelstelling 2010-2012 Verbruik primaire grondstoffen verlagen. Realisatie door de installatie van fotovoltaïsche zonnepanelen. kWh/FTE/jaar en kWh/analyse KPI Keuze van de doelstelling Engagement voor een duurzaam en energiezuinig beleid. Gegevens Elektriciteitsverbruik FLVVM 18000 16000 14000 kWh 12000 10000 8000 2010 6000 2011 4000 2012 2000 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Maand Figuur 2: elektriciteitsverbruik in kWh Het hoge verbruik in mei 2011 is te verklaren door een foutieve opname van de meterstanden in april. Contacten met Luminus, IMEWO en Eandis. In 2012 waren er beduidend meer koeldagen (http://www.kwa.nl/content/graaddagen-en-koeldagen) dan in 2011 waardoor er bijgevolg meer moest gekoeld worden (airco) en dus meer verbruikt werd. Midden 2012 werd de verouderde koelcel vervangen door een nieuwe, (veel) grotere koelcel. In de afdeling GGO is er gebruik gemaakt van 2 mobiele airco’s zodat de temperatuur constant 20°C was. Elektriciteitsverbruik FLVVM 14,000 2010 12,000 2011 2012 kWh/analyse 10,000 8,000 6,000 4,000 2,000 0,000 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Maand Figuur 3: elektriciteitsverbruik gerelateerd naar het aantal analyses Het verbruik van elektriciteit wordt maandelijks geëvalueerd. Bij deze evaluatie wordt nagegaan of een dalende trend is ten opzichte van vorige maanden en ten opzichte van dezelfde maand in voorgaande jaren. Bij abnormale verhoging van de consumptie wordt direct gezocht naar de oorzaak om verliezen te beperken. Van de meeste toestellen in het laboratorium zijn er verbruiksmetingen uitgevoerd om de verhouding te kunnen berekenen met de verlichting en de algemene werking van het gebouw. Zoals al blijkt uit het EPA-verslag dat de verlichting 42 % van het elektriciteitverbruik inneemt kan er nagegaan worden om de verlichting op termijn te vervangen door energiezuinige toestellen. In 2012 is er 156,705 MWh elektriciteit verbruikt. Volgens de elektriciteitsleverancier is 100% opgewekt uit hernieuwbare energie bronnen. 156,705 MWh elektriciteit komt overeen met een CO2-uitstoot van 4074 kg (CO2-equivalent 0,026 kg CO2/kWh). (Bron: Tabel kernindicatoren, Programmatorische federale Overheidsdienst Duurzame Ontwikkeling) Elektriciteitsverbruik FLVVM 900 800 kWh/FTE 700 600 500 400 2010 2011 2012 300 200 100 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Maand Figuur 4: elektriciteitsverbruik in kWh / FTE / maand Vroegere Acties Geen Acties 2010 Zonnepanelen: prijsoffertes aangevraagd bij 2 firma’s door FLVVG-FLVVM Acties 2011 Project overgedragen voor grondig marktonderzoek aan Fedesco. Realisatiedatum was voorzien op 20 september. Om administratieve redenen werd het project verschoven naar 2012. Realisatie van de installatie. De werken voor het vernieuwen van het platte dak kunnen begin mei starten. Er is een uitvoeringstermijn van 80 dagen voorzien. Fedesco staat in voor de financiering, plaatsing en onderhoud van de installatie. Het FLVVM betaald aan Fedesco voor de verbruikte stroom Uitgesteld naar 2013. Acties 2012 Evolutie jaarlijks verbruik 2010-2012 2010 2011 2012 Totaal kWh 140171 145329 156705 kWh/analyse 6.2 4.4 6.3 kWh/FTE/mnd 618 573 617 Besluit Het elektriciteitsverbruik en bijgevolg de CO2-uitstoot zijn 2012 gestegen t.o.v. van 2011 vanwege bovenstaande redenen. Objectief 2013/010 Installatie van bewegingsdetectoren in toiletten. Objectief 2010 Installatie van fotovoltaïsche zonnepanelen. Doelstelling blijft behouden: hernomen in de volgende cyclus. Acties 2013 DOELSTELLING: VERMINDERING VAN HET AARDGASVERBRUIK Milieu-aspect Aardgasverbruik Milieu-impact Uitputting niet-hernieuwbare hulpbronnen Doelstelling 2010-2012 Aardgasverbruik verminderen. Realisatie door: een betere afregeling te realiseren van de temperatuurregeling. Het aardgasverbruik is met minimum 5 % verminderd t.o.v. 2012 m³ en kWh (genormaliseerd per graaddagen) KPI Keuze van de doelstelling Door het uitvoeren van een ‘Energie prestatie audit’ is vastgesteld dat in het geconditioneerde laboratorium lokalen de verwarming en de airco niet optimaal op elkaar zijn afgesteld. Gegevens Aardgasverbruik FLVVM 9000 8000 2010 7000 2011 2012 m³ 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0 1 2 3 4 5 6 7 Maand Figuur 5: aardgasverbruik in m³. 8 9 10 11 12 Aardgasverbruik in kWh (genormaliseerd per graaddagen) Aardgasverbruik FLVVM 40,000 35,000 2010 2011 2012 30,000 25,000 20,000 15,000 10,000 5,000 0,000 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Maand Figuur 6: aardgasverbruik genormaliseerd naar graaddagen. (bron: www.aardgas.be) Het verbruik van gas wordt maandelijks geëvalueerd. Bij deze evaluatie wordt nagegaan of er een dalende trend is ten opzichte van vorige maanden en ten opzichte van dezelfde maand in voorgaande jaren. Bij abnormale verhoging van de consumptie wordt direct gezocht naar de oorzaak om verliezen te beperken. In 2012 hebben we 30.028 m³ aardgas verbruikt. Het aardgasverbruik hangt sterk af van de buitentemperatuur. Aardgas wordt gebruikt voor verwarming, productie van warm water en minimaal voor de labactiviteiten. 30.028 m³ komt overeen met een CO2-uitstoot van 76.759 kg (CO2-equivalent gas 0,217 kg CO2/kWh, bron: Tabel kernindicatoren, Programmatorische federale Overheidsdienst Duurzame Ontwikkeling). 1 m³ gas = 11.78 kWh. Rekeninghoudende met het aantal graaddagen hebben wij in 2012 12 % minder aardgas verbruikt tegenover 2011 en 21 % ten opzichte van 2010. Aardgasverbruik FLVVM Aardgasverbruik in kWh / maand 6000 5000 2010 2011 2012 4000 3000 2000 1000 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Maand Figuur 7: aardgasverbruik in kWh / FTE / maand. Vroegere Acties Geen Acties 2010 Melding naar de Regie Der Gebouwen en de vraag voor bijkomende ruimtevoelers te installeren in de betrokken lokalen. Ruimtevoelers zijn geïnstalleerd en de optimalisatie tussen verwarming en airco is in orde. (28/02/2011) Continue opvolging van de aardgas verbruiken. Nulmetingen in 2011. Acties 2011 Acties 2012 Evolutie jaarlijks verbruik 2010-2012 2010 2011 2012 Besluit Totaal m³ 31884 21737 30028 m³ genormaliseerd GD 183 165 145 kWh/FTE/mnd 1656 1000 1386 Rekeninghoudende met het aantal graaddagen hebben wij in 2012 12 % minder aardgas verbruikt tegenover 2011 en 21 % ten opzichte van 2010. Aanbrengen van isolatie in de technische ruimte aan niet gebruikte liftkoker. Temperatuursregeling in lokaal 5.02: plaatsen van thermostaat. Vernieuwen van de voordeur. Doelstelling blijft behouden: hernomen in de volgende cyclus. Acties 2013 DOELSTELLING: NALEVEN VAN DE WETTELIJKE VEREISTEN Milieu-aspect Bio-veiligheidsdossier Milieu-impact Bescherming van het milieu tegen de gevolgen van blootstelling aan biologische agentia. Bioveiligheidsdossier actualiseren. Realisatie door: studie naar de wettelijke vereisten om te voldoen binnen dit kader. Het bioveiligheidsdossier is goedgekeurd door de bevoegde instanties. Doelstelling 2010-2012 KPI Keuze van de doelstelling Wettelijke vereiste dat verbonden is aan de activiteiten in het laboratorium. Gegevens Door de verhuis van de afdeling pathogenen is het nodig om het bioveiligheidsdossier actueel te maken. Vroegere Acties Geen Acties 2010 Acties 2011 Onderzoek naar de wettelijke vereisten van een laboratorium dat werkt met pahogene bacteriën. Indienen van het dossier naar de bevoegde instanties. Acties 2012 Naleven van de vereisten verbonden aan het laboratorium L2. Acties 2013 Opvolging van het bio-veiligheidsdossier Doelstelling blijft behouden: hernomen in de volgende cyclus. DOELSTELLING: VOORKOMEN VAN LUCHTVERONTREINIGING DOOR BRAND Milieu-aspect Luchtverontreiniging Milieu-impact Luchtverontreiniging door schadelijke rookgassen Doelstelling 2010-2012 Bestaande defecte branddetectie-centrale vervangen. Realisatie: door de Regie Der Gebouwen. Installatie van een branddetectie-centrale. KPI Keuze van de doelstelling Wettelijke vereiste. Gegevens Op 28/09/2007 is vastgesteld door de Regie De gebouwen Directie Wettelijk Toezicht dat de alarmevacuatie-installatie niet werkt. Vroegere Acties Acties 2010 28/09/2007, controle installatie door Regie Der Gebouwen (directie wettelijk toezicht), de installatie moet vervangen worden. Contact met Regie Der Gebouwen voor vervanging van de installatie. Acties 2011 Contact met Regie Der Gebouwen voor vervanging van de installatie. Acties 2012 Aanvraag nieuwe brandcentrale bij de Regie der Gebouwen. Acties 2013 Vervanging van de brandcentrale in het najaar van 2013 (zie 2012 FLVVM-003) Doelstelling niet gerealiseerd: hernomen in de volgende cyclus (vervanging gepland in het najaar 2013). DOELSTELLING: VERMINDERING VAN HET WATERVERBRUIK Milieu-aspect Waterverbruik Milieu-impact Uitputting van niet hernieuwbare hulpbronnen Doelstelling 2010-2012 Stabilisatie van het waterverbruik KPI m³/FTE/jaar en m³/analyse Keuze van de doelstelling Stabilisatie van het waterverbruik geen stijging tov 2012 Gegevens Waterverbruik FLVVM 70 60 2010 2011 2012 50 m³ 40 30 20 10 0 1 2 3 4 5 6 7 Maand Figuur 8: waterverbruik m³. 8 9 10 11 12 Waterverbruik FLVVM 3,500 3,000 2010 2011 2012 m³/FTE 2,500 2,000 1,500 1,000 0,500 0,000 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Maand Figuur 9: waterverbruik per FTE. In 2012 is het waterverbruik met 6 % gestegen tegenover 2011. Dit is vooral te wijten aan het verwijderen van de ballast (losspuiten met water van de keien) op het platte dak. Dit was nodig om het volledige dak te renoveren. (meerverbruik van 37m³). Vroegere Acties Geen Acties 2010 Acties 2012 Aanvraag prijsofferte voor nieuwe waterontharder aangepast aan het verbruik in het gebouw. De installatie van een nieuwe waterontharder is uitgesteld naar 2012. Vanwege technische redenen moet het verbruik van onthard water herberekend worden. In het verleden werd er onthard water gebruikt voor de productie van warm water maar dit is in strijd met de voorschriften van de producent van het toestel. Dus er moet voor de productie van warm water niet-onthard water gebruikt worden. Voor de analyse van Globodera is er echter onthard water nodig. Niet-onthard water brengt schade toe aan de opspoeltoestellen. In het verleden werd er niet-onthard water gebruikt. Vanwege het foutief gebruik van al dan niet onthard water moet er een nulmeting uitgevoerd worden in 2012 voor het bepalen van de capaciteit in piekmomenten voor het nieuwe toestel. In de tweede helft van 2012 zullen er voldoende meetresultaten zijn waardoor er kan overgegaan worden tot de aankoop van een nieuw toestel. Plaatsing van de waterontharder. Acties 2013 Opvolging Acties 2011 Doelstelling blijft behouden: hernomen in de volgende cyclus. DOELSTELLING: VERMINDERING VAN GLASAFVAL Milieu-aspect Productie van afval Milieu-impact afvalverwerking Doelstelling 2013-2015 KPI Installatie van automatisch afvulsysteem voor gebufferd peptoonwater Het glasafval is met minimum 50 % verminderd t.o.v. 2012 m³ Keuze van de doelstelling Het gebruik van gebufferd peptoonwater in flessen van 225 ml is bijna 100 % van de jaarlijkse glasafvalproductie. Gegevens Glasafvalproductie in 2012 was 3.84 m³. Vroegere Acties Geen Acties 2013 Installatie van automatisch afvulsysteem voor gebufferd peptoonwater wat voor een reductie van glasafval zal zorgen. DOELSTELLING: VERMINDERING VAN HET LOZEN VAN VERONTREINIGD AFVALWATER Milieu-aspect Productie van afvalwater Milieu-impact Verontreiniging van het oppervlaktewater Doelstelling 2013-2015 Aankoop van chloorvrije onderhoudsproducten KPI Gebruik van chloorvrije onderhoudsproducten Keuze van de doelstelling Het is de bedoeling om zo milieuvriendelijke producten te gebruiken indien dit mogelijk is Gegevens Aankoop niet-chloorvrije onderhoudsproducten in 2012 Vroegere Acties Geen Acties 2013 Aankoop van chloorvrije onderhoudsproducten 2. Indirect De laboratoriumactiviteiten kunnen van invloed zijn op milieuaspecten waarover het laboratorium geen volledige controle heeft zoals: - Productspecifieke aspecten: verpakking, transport, afvalverwijdering Milieuprestaties van leveranciers en onderaannemers De milieuaspectenanalyse van FLVVM heeft uitgewezen dat zij weinig of geen invloed heeft op de indirecte milieuaspecten gelinkt aan de missie van het FAVV. Deze maken eerder deel uit van het globale milieubeheersysteem van het FAVV en zijn dan ook in rekening gebracht in de milieuaspectenanalyse en doelstellingen van het hoofdbestuur. Een indirect milieuaspect waar het labo eventueel impact op heeft is bij de selectie van de leveranciers waar er rekening kan gehouden worden met het al of niet beschikken over een EMAS of ISO 14001 certificaat.
© Copyright 2024 ExpyDoc