4.3-Bengt Engström

Korte evaluatie van
Rea® Focus™ VOORDELEN VAN DE ZITTING
Door: Bengt Engström, Fysiotherapeut
FUNCTIONELE ZITTING EN
RUGLEUNING
van het bekken tegengaan, dan zal het sacrale deel
harder tegen de rugleuning drukken en glijden de
zitbeenderen voorwaarts over de zitting.
De vormgeving van de Rea® Focus™ zitting biedt
een aantal functionele aanpassingen voor verschillende
gebruikers. De zitting kan in vorm en hoek gewijzigd
worden. Enerzijds ontstaat meer bewegingsvrijheid,
anderzijds wordt de romp gestabiliseerd. Onderstaand
leg ik uit hoe de Rea® Focus™ zitting voor
verschillende doeleinden kan worden gebruikt.
Langdurig zitten in een rolstoel vereist mogelijkheden
om vorm te geven aan de zitting en rugleuning en
eenvoudig te begrijpen instelmogelijkheden. Om de
rolstoelgebruiker positief te beïnvloeden moeten de
zitting en rugleuning goed op elkaar af te stemmen
zijn. Daar er een strikte interactie tussen rugleuning
en zitting bestaat dient aanpassing van de zitting
een aanpassing van de rugleuning toe te laten en
omgekeerd.
De zitting is vlak, maar kan een meer anatomische
vorm krijgen door verwijderen of verplaatsen van de
inlegkussens (A). Zitdiepte kan worden veranderd door
in- of uitschuiven van de voorste delen (B). Tevens
wordt de zitting eenvoudig verbreed indien dit nodig is.
Ik beschrijf kort hoe de diepte en vorm van de zitting
worden veranderd en hoe dit voordeel kan opleveren
voor de gebruiker. De zithoek wordt veranderd door
veranderen van de achterwielpositie
en / of voorwielen en vorken.
DRUKVERDELING EN
STABILITEIT
Twee belangrijke doelstellingen bij het instellen van
de zithouding in de rolstoel zijn drukverdeling en
stabiliteit. Het is eenvoudiger om aan de verschillende
behoeften tegemoet te komen wanneer de zithouding
in de rolstoel veranderd kan worden. De vormgeving
van de Rea® Focus™ zitting en rugleuningen bieden
verschillende opties welke de rolstoel instelbaar
maken en de functionaliteit vergroten. De zitting van
de rolstoel is zeer belangrijk en vaak een onderschat
onderdeel. Het biedt niet alleen ondersteuning aan de
bovenbenen en het bekken; het beïnvloedt tevens het
gehele bovenlichaam door zijn maatvoering, contour,
stevigheid en hoek . Om die reden is het een voordeel
wanneer de zitting aan individuele behoeften kan
worden aangepast.
Gebruik altijd een kussen op de zitting.
FUNCTIONELE AANPASSINGEN
Tijdens zitten neigt de romp (wervelkolom) naar
in elkaar zakken. Wanneer dit gebeurt buigt de
wervelkolom naar beneden en zal het bekken
achterover kantelen. Zou de rugleuning de kanteling
1
A
B
A
B
Voorzijde
Achterzijde
Zijaanzicht
1
Achterzijde
DE VLAKKE ZITTING
De vlakke zitting laat het voorwaarts glijden toe maar
maakt tevens het voorover kantelen van het bekken
mogelijk. Hierdoor kan de romp naar voren buigen.
Een vlakke zitting laat gebruikers makkelijker naar voren
schuiven om een transfer te maken. In vergelijking met
een anatomische zitting verhoogt een vlakke zitting de
druk op de zitbeenderen. Beide inlegkussens (A) zijn
geplaatst.
B
A
B
Bovenaanzicht
2
OPTIE 2 (LICHTE) & OPTIE 3
(MEER)
ZITCONTOUR / SYMMETRIE
Zijaanzicht
Voorzijde
Achterzijde
Een anatomische zitcontour, een verlaging onder het
bekken, voorkomt dat de zitbeenderen naar voren
schuiven over de zitting, Optie 2. De inlegkussens (A)
zijn verwijderd. Wanneer de romp sterk inzakt wordt
de achterwaartse kanteling van het bekken versterkt
en zullen de zitbeenderen meer naar voren glijden.
In dergelijke situaties dient het “remmend” oppervlak
voor de zitbeenderen groter te zijn, Optie 3 waar de
inlegkussens voorwaarts geplaatst zijn en een optimale
drukverdeling verzorgen (zie kussen eigenschappen).
Bovenaanzicht
3
DIJBEEN CONTACT MET DE
ZITTING VERBETERD RECHTOP
ZITTEN
A
A
Bovenaanzicht
2
Voorzijde
Zijaanzicht
Achterzijde
Wanneer de zitting onder het bekken iets lager is dan
onder de dijbenen is een beter zitting-dijbeen contact
mogelijk. Het zitting-dijbeen contact “drukt” de romp
tegen de ruglening waardoor het makkelijker wordt
contact tussen romp en rugleuning te houden met
minder spieractiviteit. De vorm van de zitting geeft
de dijbenen aan binnen- en buitenzijde steun en een
neutrale positie waardoor het bekken gestabiliseerd
wordt en de romp een stabiele positie krijgt.
A
Voorzijde
Zijaanzicht
VOORKOMEN VAN
VOORWAARTS GLIJDEN VAN
ZITBEENDEREN STABILISEERT
DE WERVELKOLOM
OPTIE 4
GEVORMDE ZITTING /
ASYMMETRISCH
Asymmetrisch zitvlak onder het bekken
Creëer een enigszins asymmetrische positie van het
bekken, om een bekkenscheefstand of licht scoliotische
wervelkolom te corrigeren, door een van de
inlegkussens (A) te verwijderen..
(LET OP! Achteraanzicht zonder kussen)
Door het vormen van de zitting, lager onder het
bekken en hoger onder de dijbenen, wordt het
voorwaarts glijden verminderd of tegengegaan (samen
met sacrale steun, zie hieronder stabiliteit van het
bekken). De wervelkolom wordt gestabiliseerd in
verticale richting, het inzakken van de romp wordt
verminderd.
4
EEN ANATOMISCH ZITVLAK
VERBETERT DRUKVERDELING
EN STABILITEIT
Achteraanzicht
A
BEKKENSTABILITEIT TEGEN DE
RUGLEUNING BEÏNVLOEDT HET
CONTACT BEKKEN - ZITTING
De neiging van de romp om tijdens zitten in te zakken
veroorzaakt achterover kanteling van het bekken tegen
de rugleuning. Om die reden dient het bekken van
achteren gestabiliseerd te worden; vanuit de middenlijn
naar buiten. Het stabiliserende effect van de rugleuning
op het bekken vereenvoudigt het behoud van een
functionele rechte houding van de romp. Dit werkt
goed wanneer voorkomen wordt dat de zitbeenderen
voorwaarts glijden. De anatomisch gevormde zitting
is een functionele en natuurlijke aanvulling op de
rugleuning bij het stabiliseren van het bekken.
Voorzijde
Achterzijde
Wanneer de zitting een anatomische vorm heeft,
voor de benen, het bekken en zachte weefsels, is de
drukverdeling beter. Wanneer het materiaal van het
zitkussen over functionele flexibiliteit beschikt, en
voldoende stabiliteit biedt, wordt een persoonlijke
vormgeving en functionele stabiliteit bij zijwaartse
activiteit mogelijk .
Bovenaanzicht
3
5
Voorzijde
Om de zitdiepte te verkleinen worden de voorste
delen van de zitting (B) terug geschoven. Een correcte
zitdiepte biedt mogelijkheden het gebruik van de
rugleuning te optimaliseren.
Achterzijde
OPTIE 5
KORTERE ZITDIEPTE
Bovenaanzicht
In geval van eenzijdige kortere bovenbeenlengte kan
het voorste deel (B) van de zitting aan betreffende
zijde terug geschoven worden. Indien nodig kan het
geheel verwijderd worden (b.v. bij trippelen).
Voorzijde
OPTIE 6
KLEINE ZITDIEPTE AAN ÉÉN
KANT
Achterzijde
6
Bovenaanzicht
LET OP
DE VERSCHILLENDE MOGELIJKHEDEN KUNNEN
GECOMBINEERD WORDEN!
4