Pre-COOL cohortonderzoek Kohnstamm Instituut Amsterdam ITS Nijmegen Universiteit van Utrecht • Opdrachtgever: OCW/NWO • Beoogde looptijd: 2009-2020 Aansluiting pre-COOL – COOL5-18 • Cohortonderzoek jonge kind (2-5 jaar) • Gekoppeld aan COOL 5-18 • Levert data voor VVE-vragen > benutten betekent beperking belasting scholen en voorschoolse voorzieningen • Databestanden toegankelijk voor derden (DANS) Kernvraag pre-COOL cohortonderzoek • Wat zijn de effecten van kinderopvang, peuterspeelzalen en voor- en vroegschoolse educatie op de cognitieve en sociaalemotionele ontwikkeling van jonge kinderen en op de latere schoolloopbaan? Longitudinaal onderzoek: kinderen langere tijd volgen; achtereenvolgende metingen Twee steekproeven of ‘cohorten’ • • • • Instellingencohort van tweejarigen: geworven in peuterspeelzalen en kinderdagverblijven (in 25 gemeenten) Gezinscohort van tweejarigen: aselecte steekproef van tweejarige kinderen op basis van CBS-register Geboren tussen 1 april en 1 november 2008 Beide cohorten: extra kinderen uit achterstandsgroepen Overzicht meetmomenten PreCOOL en aansluiting op COOL5-18 Leeftijd 2 3 Groep PreCOOL COOL 2010 2011 4-5 5-6 6-7 7-8 8-9 → 1 2 3 4 5 → 2012 2013 2014 2015 2016 → 2013 Meetinstrumenten Kind: • Testjes • Peuterprofiel (invullen door PM-er/leerkracht) • Vragenlijst gezin (ouders) Gezin: Vragenlijst gezin (ouders) Instellingen/scholen (kleutergroepen) • Observatieinstrument kwaliteit (CLASS/ECERS-E) • Vragenlijst aanbod (PM-er/kl. leerkracht) • Vragenlijst kenmerken (managers/leidinggevenden) Kindmetingen • Receptieve en productieve taal (klanken onderscheiden, woordenschat, grammatica) • Cognitie /executieve functies (aandacht, visueel en ruimtelijk werkgeheugen, zelfregulatie, impulscontrole, temperament) • Sociaal-emotioneel (sociale competentie, internaliserend en externaliserend probleemgedrag, werkhouding) • Motoriek (fijne, grove motoriek) Selectieve aandacht ‘Zoek de olifantjes’ Foneemidentificatie ‘Waar zie jij “peer”?’ Werkgeheugen ‘zoek het verstopte speeltje’ Woordenschat ‘Waar is …“lepel”?’ Inhibitie ‘Maak het geluid van het andere dier’ Nonwoordrepetitie ‘Kijk, een loen! Zeg eens loen.’ Wachttaak ‘Je moet proberen het cadeautje niet aan te raken’ Grammatica ‘De poes bijt de hond. Waar zie jij…?’ Overige kindkenmerken • Geboortegewicht en – complicaties, hersenbeschadiging, slechthorend/doof, slechtziend/blind, lichamelijke handicap, chronische ziekte, Down-syndroom, autisme of daarop lijkende stoornis, bv. PDD-NOS Affectieve gezinskenmerken Opvoedingsstijl, risico- en protectiefactoren, deelname aan gezins-gerichte programma’s, gebruikmaking van medische en maatschappelijke zorg Instellingen Structurele /organisatorische kenmerken: • • • • • • Groepsgrootte Kind-staf ratio Wisselingen in de groep Etnisch-culturele samenstelling Opleidingsniveau medewerkers Gebruik VVE-programma Aanbod/curriculum • Programma • Dagelijkse activiteiten: Verrijken van spel; fantasiespel Bevorderen zelfregulatie Omgaan met diversiteit (w.o. risicogroepen) Taal-en geletterdheidsactiviteiten Rekenen-wiskunde activiteiten Wetenschap en techniek activiteiten Procesfactoren: Dragen bij aan een emotioneel veilige omgeving waarin kinderen zich prettig voelen (zich welbevinden) en de gelegenheid krijgen zich te ontwikkelen. Centraal: Interactievaardigheden PM-ers/leidsters Goede interactievaardigheden -zien wat kinderen nodig hebben (sensitief), -daar adequaat op reageren (responsief), -autonomie respecteren (niet intrusief) -grenzen stellen waar dat nodig is (structureren) -zorgen voor verbale kindgerichte interacties -stimuleren ontwikkeling -begeleiden sociale interacties, met andere kinderen en met henzelf CLassroom Assessment Scoring System (CLASS; Pianta et al.,2007) Groepsinteracties Emotionele ondersteuning en gedragsregulering Positieve sfeer Negatieve sfeer Sensitiviteit leidster Aandacht voor kindperspectief Gedrags regulering Educatieve ondersteuning Faciliteren van leren en ontwikkeling Kwaliteit van feedback Stimuleren van taalontwikkeling CLassroom Assessment Scoring System (CLASS; Pianta et al.,2007) Groepsinteracties Emotionele ondersteuning en gedragsregulering Positieve sfeer Negatieve sfeer Sensitiviteit leidster Aandacht voor kindperspectief Gedrags regulering Educatieve ondersteuning Faciliteren van leren en ontwikkeling Kwaliteit van feedback Stimuleren van taalontwikkeling Resultaten CLASS (pre-COOL-cohortonderzoek – meting I) 0,0 1,0 2,0 3,0 4,0 5,0 6,0 7,0 5,4 emotionele ondersteuning en gedragsregulering 5,4 peuterspeelzaal kinderdagverblijf 3,5 educatieve ondersteuning 3,1 Resumerend Pre-COOL data zijn te gebruiken voor het volgen van ‘zorg’ leerlingen: • Kindniveau: sociaal-emotionele ontwikkeling en gedrag; lichamelijke beperkingen • Gezinsniveau: opvoedingsproblemen en risicofactoren • Instellings- en schoolniveau: aanpak ontwikkelings- en gedragsproblemen, vaardigheden in omgang met diversiteit en risicogroepen Aansluiten op COOL w.b.t ‘zorg’ • Externaliserend en internaliserend probleemgedrag • Werkhouding • Lichamelijk beperking • Communicatieproblemen • Leerachterstand (taal, lezen, informatieverwerking) • Verstandelijke beperking/vertraagde ontwikkeling • Autisme, dyslexie, hoogbegaafdheid • + hulp, begeleiding; speciale voorzieningen Hartelijk dank! www.kohnstamminstituut-uva.nl www.pre-cool.nl
© Copyright 2024 ExpyDoc