Lees hier het meerjarenbeleidsplan 2014

NAAM EN DOELSTELLING
De stichting is opgericht bij notariële akte op zeven en twintig februari
2004 verleden voor notaris mr. P. Pieltjes te Nunspeet
Naam en Zetel
Artikel 1
1.
De stichting draagt de naam: Stichting Hospice De Regenboog Nunspeet.
2.
Zij heeft haar zetel in de gemeente Nunspeet.
3.
De stichting is opgericht voor onbepaalde tijd.
Doel
Artikel 2
1.
De stichting heeft ten doel:
a.
het verlenen van kwalitatief hoogstaande zorg aan mensen die in de terminale
levensfase verkeren waarbij familie en vrienden van de patiënt zoveel mogelijk zullen
worden betrokken.
b.
het verrichten van alle verdere handelingen, die met het vorenstaande in de ruimste zin
verband houden of daartoe bevorderlijk kunnen zijn.
2.
De stichting tracht haar doel te verwezenlijken door het exploiteren van een hospice in de
gemeente Nunspeet, waarin iedere terminale patiënt ongeacht geslacht, leeftijd, ras,
levensovertuiging of geaardheid kan worden opgenomen en palliatieve zorg kan ontvangen.
Het RSIN/fiscaal nummer van de stichting is: 818195575
BESTUURSLEDEN
N.H. (Nico) van Dijk, Nunspeet (voorzitter)
H.W. (Harry) Westerink, Nunspeet (secretaris)
H. (Henk) Kruis, Nunspeet (penningmeester)
W.G. (Wim) Balfoort, Oldebroek
F.G. (Fenna) Frens, Elspeet
A. (Bram) Meijer, Nunspeet
F.J. (Frans) Schouten, Nunspeet
J.P. (Jan-Paul) Timmer, Hierden
De bestuursleden ontvangen geen bezoldiging voor hun werkzaamheden.
MEERJARENBELEIDSPLAN HOSPICE DE REGENBOOG 2014 - 2016
1
Hospice De Regenboog Nunspeet
Stichting Hospice De Regenboog Nunspeet verleent sinds 3 mei 2010 in haar hospice aan het
Potsgildewegje 3 te Nunspeet palliatieve terminale zorg aan mensen met een levensverwachting van
minder dan drie maanden. Er is een functioneel gebouw, dat in 2010 opgeleverd werd met vijf
appartementen met bijbehorend sanitair op de begane grond. Tevens is er een huiskamer, keuken,
centrale badkamer, stilteruimte, was- en droogruimte, kantoor, vergaderkamer en een logeerkamer.
Er is een mogelijkheid tot het opnemen van een zesde en eventueel zevende gast op de eerste
verdieping.
Statutair is het bestuur van de Stichting verantwoordelijk voor goede zorg en een gezond financieel
beleid. Zij heeft deze verantwoordelijkheid neergelegd bij de directeur van het hospice die de
dagelijkse leiding heeft en achteraf aan het bestuur verantwoording aflegt over het beleid.
Naast de directeur, 24 uur per week, is een coördinator 16 uur per week werkzaam die met name
verantwoordelijk is voor de aansturing van de vrijwilligers. Er is gedurende 24 uur per dag een
verpleegkundige aanwezig. Deze wordt ondersteund door zorgvrijwilligers.
Er zijn 80 vrijwilligers verbonden voor uiteenlopende werkzaamheden.
Een Raad van Advies komt jaarlijks bijeen. Zij wordt op de hoogte gehouden van de voortgang van
het hospice en denkt mee over identitaire zaken.
De Stichting Vrienden van het hospice is actief in het werven van aanvullende middelen om de
exploitatie mogelijk te maken.
Het hospice maakt deel uit van het Regionale Netwerk Palliatieve zorg en werkt samen met
verschillende organisaties. Zij heeft een open blik naar de omgeving.
2
Grondslag, Missie en Visie
2.1
Grondslag
Het hospice werkt vanuit een christelijke identiteit. Deze identiteit is verwoord in de statuten.
De Bijbel is uitgangspunt in het handelen. We erkennen het leven als door God gegeven. Hij is het
Begin en Einde, de Alpha en de Omega. Vanuit de bijbelse opdracht: draag zorg voor hem wordt de
zorg verleend aan ieder die deze zorg nodig heeft. Gasten vanuit alle gezindten en met elke
levensvisie zijn welkom. Van bestuursleden en medewerkers wordt verwacht dat zij de grondslag
onderschrijven.
2.2
Missie
Het hospice biedt palliatieve terminale zorg in een huiselijke omgeving. Zij is erop gericht kwaliteit
van leven toe te voegen aan de dagen.
2.3
Visie
De palliatieve terminale zorg die geboden wordt in hospice De Regenboog is een vorm van brede en
continue zorg en begeleiding die door verschillende deskundigen wordt gegeven. De zorg is niet
gericht op genezing, maar op het bereiken van de hoogst mogelijke kwaliteit van leven. Lichamelijke
klachten worden zoveel mogelijk verlicht door middel van pijn- en symptoombestrijding en continue
medische zorg. Daarnaast is er veel aandacht voor psychosociale en pastorale ondersteuning. De
methodiek palliatief redeneren wordt toegepast, afgestemd en geëvalueerd met de gast en diens
naasten. Deze methode gaat uit van de prioriteiten van de gast ten aanzien van de symptomen die
hij ervaart zoals benauwdheid, pijn of angst.
We streven naar een veilige en geborgen leefsfeer die de thuissituatie zoveel mogelijk benadert,
waarin onze gasten zich kunnen voorbereiden, samen met hun naasten, op het komende afscheid.
Voor onze medewerkers is ieder mens kostbaar. Zij willen de gasten, indien gewenst, hun tijd geven,
hen ondersteunen, hun kennis en ‘presentie’ bieden. Dit door er in alle bescheidenheid, openheid en
aandacht voor hen te zijn.
De zorg is niet gericht op bespoediging of uitstel van de dood. Ondanks optimale zorg en begeleiding
kan er toch een wens zijn tot euthanasie. In het hospice wordt geen euthanasie toegepast. Wanneer
er een consistente vraag blijft, dan dient dit elders geregeld en toegepast te worden.
Het hospice biedt ook ondersteuning aan de naasten in de rouwverwerking tijdens de laatste
levensfase en na het overlijden van de gast.
Al deze facetten krijgen aandacht vanuit de kernwaarden respect, betrokkenheid, deskundigheid,
gastvrijheid.
3.
Doelgroep
In het hospice worden mensen opgenomen vanaf 18 jaar en ouder voor wie de levensverwachting
minder dan drie maanden is. Voor opname is een terminale indicatie nodig. Het hospice biedt ook
respijtzorg, ter ontlasting van de mantelzorg.
4.
Doelstelling
Hospice De Regenboog realiseert haar doelstelling, het bieden van hoogwaardige palliatieve
terminale zorg, zoals verwoord in de visie, hoofdstuk 2.3
.
5.
Organisatie
5.1
bestuur
Het bestuur, dat vijfmaal per jaar vergadert, heeft een beleidsbepalende en toezichthoudende taak.
Zij is verantwoordelijk voor goede zorg en een financieel gezond beleid. Het bestuur is samengesteld
uit mensen met verschillende competenties: organisatorisch, financieel en zorginhoudelijke kennis
en ervaring. Het bestuur bestaat uit vijf tot zeven leden. Er is bij gebleken geschiktheid, een
evenwichtige afspiegeling van de in de Raad van Advies participerende kerken en van het
werkgebied.
5.2
zorg
De directeur is het directe aanspreekpunt voor het bestuur en verantwoordelijk voor de dagelijkse
gang van zaken in het hospice. Zij initieert beleid en legt verantwoording af aan het bestuur. Naast de
directeur is een coördinator werkzaam die met name verantwoordelijk is voor de planning en
aansturing van de vrijwilligers. Bij afwezigheid van de directeur of coördinator, kan een beroep
gedaan worden op de waarnemende coördinator (vrijwillige basis). De Stichting heeft twee betaalde
beroepskrachten (directeur en coördinator), gezamenlijk 40 uur per week.
Er is gedurende 24 uur per etmaal een verpleegkundige aanwezig. De verpleegkundigen behoren tot
een vast team en worden ingezet door een thuiszorgorganisatie. Het hospice screent op ervaring
in de palliatieve zorg, het werken met vrijwilligers en identiteit. De verpleegkundigen worden
regelmatig bijgeschoold en hebben ieder een eigen aandachtsveld.
De zorg en aandacht in het hospice wordt voor een belangrijk deel verleend door vrijwilligers. Zij
zorgen voor een huiselijke, rustige sfeer, ondersteunen bij de dagelijkse zorg, maar ook bij het
omgaan met verdriet en emoties. Vrijwilligers bereiden de maaltijden die afgestemd worden op de
wensen van de individuele gasten. Voor het onderhoud van gebouw, tuin en voor de administratie
zijn ook vrijwilligers werkzaam. Iedere vrijwilliger krijgt een taak/functiebeschrijving en een
overeenkomst. Er is structureel werkoverleg en een keer per anderhalf jaar een
functioneringsgesprek. Jaarlijks worden een aantal themabijeenkomsten georganiseerd en zijn er
scholingsmomenten.
De medische zorg is in handen van de eigen huisarts of bij een van de Nunspeetse huisartsen. Aan
het hospice is een palliatief consulent verbonden. Deze houdt regelmatig, samen met de
verpleegkundigen en zo mogelijk de eigen huisarts, multi-disciplinair overleg. Daarnaast worden
andere hulpverleners geconsulteerd, zoals een fysiotherapeut, ergotherapeut, logopedist,
maatschappelijk werker, psycholoog en of psychiater. Met zorgverlening Het Baken zijn afspraken
over de behandeldienst.
De pastorale zorg wordt gegeven vanuit de kerkelijke gemeente waaraan de gast verbonden is. Zo
krijgt de gast die pastorale ondersteuning krijgt die passend is bij de eigen levensovertuiging. Voor
mensen die niet aangesloten zijn bij een kerkelijke gemeente, maar die toch prijs stellen op
geestelijke verzorging, wordt dit geregeld door het hospice. Er kan een beroep gedaan worden op
verschillende pastores.
Psychosociale zorg is onderdeel van de palliatieve terminale zorg die in het hospice gegeven wordt.
Verpleegkundigen en coördinatoren hebben hier veel aandacht voor. In sommige situaties is het
wenselijk dat extra expertise ingezet wordt van een psycholoog, psychotherapeut, geriater of
psychiater. In het hospice wordt gewerkt met een lastmeter. Door middel van het invullen van deze
lastmeter krijgt de gast inzicht in zijn/haar situatie. Uiteraard wordt de meter alleen ingevuld
wanneer de gast dit wenst.
De huishoudelijke zorg wordt in het kader van de WMO per gast geïndiceerd en gerealiseerd in
samenwerking met WoonzorgUnie Veluwe. Ook worden er schoonmaakwerkzaamheden gedaan
door vrijwilligers.
De Regenboog is een erkend leerbedrijf voor verpleegkundigen in opleiding niveau 4 en 5.
Mantelzorg
De mantelzorg wordt voortdurend betrokken bij het verlenen van de zorg. Een rede van opname kan
zijn overbelasting van de mantelzorger. Samen met de gast en de mantelzorger wordt bezien wat
wenselijk en haalbaar is.
5.3
huisvesting
Er is een functioneel gebouw dat in 2010 opgeleverd is met vijf appartementen met bijbehorend
sanitair op de begane grond. Iedere kamer heeft een eigen terras. Tevens is er een huiskamer,
keuken, centrale badkamer, stilteruimte, was- en droogruimte, kantoor, vergaderkamer en een
logeerkamer. Er is een mogelijkheid tot het opnemen van een zesde en eventueel zevende gast op de
eerste verdieping. De uitstraling van het hospice is huiselijk, stijlvol en warm. Het hospice wordt
omgeven door een fraai aangelegde tuin. Het gebouw bevindt zich op een mooie, boomriijke plaats,
op loopafstand van het centrum van Nunspeet.
5.4
Financien en verantwoording
Het hospice kent verschillende geldstromen. Zij ontvangt subsidie van het Ministerie van VWS voor
de kosten van coördinatie en een zeer klein deel huisvesting. De directe zorg aan de gaten wordt
gefinancierd vanuit de AWBZ en WMO. Gasten betalen, indien mogelijk, een eigen bijdrage voor de
hotelcomponent. Voor eigen rekening van de Stichting komt de huisvesting, kosten voor de
organisatie en deskundigheidsbevordering. Het hospice is voor een aanzienlijk deel afhankelijk van
giften en donaties. Zij wordt jaarlijks ondersteund door een bijdrage van kerken uit de regio.
De jaarrekening, opgesteld door het bestuur, wordt gecontroleerd door een registeraccountant.
De Regenboogkrant verschijnt ieder jaar en wordt huis aan huis verspreid in het werkgebied (oplage
33.000). In deze krant wordt een jaarbericht opgenomen, staan interviews met vrijwilligers, naasten
van gasten en met relevante samenwerkingspartners. Ook vertellen gemeenten over de waarde van
het hospice voor hun inwoners.
6.
Beleidsvoornemens 2014 – 2016
6.1
context hervorming van de zorg
De regering Rutte II wil de zorg veranderen. Versobering van de ouderenzorg is nodig om
toegankelijkheid ook in de toekomst te waarborgen. Goede zorg is niet alleen een zaak van de
overheid. Primair ook van de mensen zelf. Niet alleen waar het preventie betreft, maar ook waar het
gaat om het dragen van de praktische consequenties wanneer zorg noodzakelijk is. Wanneer zorg
noodzakelijk is en beroepsmatige inzet vereist, zal die er zijn. Voordat daartoe wordt besloten wordt
eerst gekeken via een mantelscan wat het sociaal kapitaal is van de aanvrager: wie kan hij/zij
inschakelen bij ondersteuning of zorgverlening? Daarnaast wordt gekeken wat het financieel
kapitaal is waarover mensen kunnen beschikken en wat daarom aan eigen bijdragen zou kunnen
worden opgelegd. Met de herordening van taken tussen overheid en samenleving, wordt ook de
organisatie van zorg gewijzigd. Kort samengevat wordt de AWBZ beperkt tot die groep die valt onder
zwaardere langdurige zorg in instellingen, de rest van wat anno 2013 onder de AWBZ valt (de
extramurale zorg), wordt per 1 januari 2015 gedecentraliseerd naar de Gemeenten en gaat
grotendeels vallen onder de WMO. Binnen de WMO wordt versoberd, bijvoorbeeld wat betreft de
huishoudelijke hulp. Binnen de gemeenten wordt de behoefte aan beroepsmatige zorg en
ondersteuning bepaald door een combinatie van huisarts(en) en wijkverpleegkundige(n). De laatsten
komen mogelijk in dienst van gemeenten. Gemeenten zullen met minder middelen het aanbod op
de vraag moeten afstemmen. Bij het vormgeven van deze complexe regierol ligt de concentratie van
de gemeenten in eerste instantie vooral op het bereiken van overeenstemming met de
beroepsmatige aanbieders en professionele betrokkenen (zorginstellingen en zorgverzekeraars). De
gesprekken van de staatssecretaris VWS bevinden zich op het koepelniveau van deze partijen. Eind
2013 wordt een hoofdlijnenbrief over de hervorming van de langdurige zorg en ondersteuning vanuit
de staatssecretaris verwacht. In beginsel staan gemeenten positief tegenover de voorgestelde
decentralisaties. De WMO is bedoeld om de verantwoordelijkheid voor het ondersteunen van
mensen die, met beperkingen, toch thuis willen (blijven) wonen, in een hand te leggen: de
gemeentelijke hand. De op zelfredzaamheid en participatie gerichte onderdelen uit de AWBZ passen
daarbij. Het anders organiseren van de zorg is ook nodig om de zorg houdbaar te maken.
In Nederland zijn veel vrijwilligers en mantelzorgers actief. Ook in ons hospice werken we met 80
vrijwilligers. Zij vervullen een essentiële rol in de maatschappij. De samenwerking tussen formele en
informele zorg kan en moet volgens het ministerie nog beter. Gemeenten krijgen een belangrijke
taak in het betrekken van zo wel zorgprofessionals als vrijwilligers en mantelzorgers bij de uitvoering
van de langdurige zorg en ondersteuning inclusief de aandacht voor het waar nodig en mogelijk
ondersteunen van mantelzorgers. Er zijn ongeveer 3,5 miljoen Nederlanders van 18 jaar en ouder die
mantelzorg verlenen. Hiervan geven 2,6 miljoen mensen (20% van de volwassen bevolking) meer dan
acht uur per week en/of langer dan drie maanden hulp. 1,1 miljoen mensen geven zowel intensief als
langdurig hulp. Nu al voelen 450.000 mantelzorgers zich zwaar belast of overbelast. Van de
mantelzorgers tussen de 18 en 65 jaar heeft 71% naast de zorgtaken ook betaald werk. Er zijn
werkgroepen gevormd vanuit het ministerie en belangenorganisatie om verder na te denken over de
informele zorg (mantelzorgers en vrijwilligers). Men beoogt onder meer mantelzorgers en
vrijwilligers goed toe te rusten om hun werk te kunnen doen, een balans te vinden tussen werk, zorg,
ondersteuning en vrije tijd.
Palliatieve terminale zorg en begeleiding is een combinatie van zorg en welzijn, waarbij de (wijk)verpleegkundige de patiënt en zijn familie/mantelzorgers – naast het verlenen van medische zorg –
bijstaat met allerlei vragen die horen bij de laatste levensfase. Maar ook met het bieden van
veiligheid en vertrouwen in ruimere zin. Deze palliatieve terminale begeleiding vindt plaats bij
mensen thuis of in het hospice. Naast, samen met en in aanvulling op de beroepsmatige
zorgverlening vindt ook ondersteuning van gasten plaats door speciaal opgeleide, deskundige
vrijwilligers.
Koepel- en brancheorganisaties pleiten ervoor om palliatief terminale zorg zowel beroepsmatig als
vrijwillig buiten de decentralisatie te houden. Een uitzondering op decentralisatie is gerechtvaardigd
gegeven de bijzondere kwetsbaarheid van de doelgroep en gegeven het feit dat dit segment zich
reeds in hoge mate heeft ontwikkeld tot een vorm die nu juist voorgestaan wordt door Rutte II.
Mocht dit niet mogelijk blijken te zijn, dan wordt er gepleit voor speciale handreikingen en
mantelovereenkomsten tussen de koepels (VNG en VPTZ Nederland) te komen tot een constructie
die garandeert dat continuïteit in het aanbod blijft bestaan.
Er zijn drie scenario’s denkbaar:
1) Palliatieve terminale zorg blijft als kernaanspraak binnen de AWBZ
2) Palliatieve terminale zorg wordt onderdeel van de WMO
3) Palliatieve terminale zorg wordt bekostigd vanuit de ziektekostenverzekering
Op dit moment (november 2013) is het voornemen van de staatssecretaris om voor de palliatieve
terminale zorg de functies ondersteunende begeleiding, persoonlijke verzorging en verpleging,
integraal over te hevelen naar de zorgverzekeringswet. Het is echter nog niet wettelijk verankerd.
Binnen de context van deze veranderingen en onzekerheden bespreken wij onze beleidsvoornemens
voor de komende jaren, voor de korte en langere termijn.
6.2
kwaliteit van zorg hoogste prioriteit
Kwaliteit van zorg en begeleiding aan onze gasten en diens naasten is en blijft hoogste prioriteit.
-
-
6.3
De zorg en begeleiding wordt niet alleen zes weken na overlijden van de gast geëvalueerd
met de naasten, maar wordt ook wekelijks besproken met alle gasten en vastgelegd in het
zorgdossier. De verbeterpunten worden vastgesteld, uitgevoerd en geëvalueerd
Er is wekelijks multidisciplinair overleg.
In 2014 hebben alle verpleegkundigen de post HBO opleiding palliatieve zorg voor ervaren
verpleegkundigen afgerond.
In 2014 is het zorgpad stervensfase geïmplementeerd.
De Regenboog is en blijft een veilige plek om als gast te verblijven en om als medewerker
(zowel vrijwilliger als beroepskracht) te werken. Ieder draagt bij aan een goede sfeer.
In 2015 is de nazorg aan naasten van de familie georganiseerd en is dit financieel geborgd.
Er is voortdurend aandacht voor deskundigheidsbevordering van alle medewerkers. Jaarlijks
wordt een scholingsplan opgesteld en geëvalueerd.
organisatie
-
-
-
6.4
De Regenboog behaalt in 2015 een kwaliteitskeurmerk.
De Regenboog ontwikkelt zich tot verpleegkundig expertisecentrum in de regio en is
een vraagbaak voor professionals en burgers. Zij geeft voorlichting en scholing aan
medewerkers van zorgorganisaties. De Regenboog verzorgt gastlessen voor MBO en
HBO opleidingen in zorg en welzijn. Ethische dilemma’s zijn bespreekbaar, zowel inals extern. De Regenboog heeft uitstekende contacten met de huisartsen in de regio
en met de praktijkondersteuners. Zij organiseert gezamenlijke bijscholing en
evalueert jaarlijks de verleende zorg.
De Regenboog intensiveert de contacten met de (vrijwillige) thuiszorgorganisaties;
stemt zorg rond gasten af zodat de juiste persoon op de juiste plaats zorg en
begeleiding krijgt.
De Regenboog neemt deel aan netwerken in de regio in onder andere ketenzorg
dementie en ketenzorg terminale zorg.
Er is een vertrouwenspersoon aangesteld voor de vrijwilligers en de organisatie
maakt gebruik van de klachtencommissie van de VPTZ voor zorgvragers en familie.
huisvesting
Het gebouw van De Regenboog is eigendom van de Stichting Vastgoed. Vanuit de exploitatiestichting
wordt jaarlijks huur betaald. Volgens de bij de notaris vastgelegde richtlijnen, worden participanten
jaarlijks naar rato een deel van het door hen ingelegde bedrag, terugbetaald. Gestreefd wordt om de
belendende percelen grond, die eigendom zijn van woningbouwvereniging Omnia, te verwerven.
Hierdoor is er blijvend vrij uitzicht voor onze gasten en is er de mogelijkheid om in de toekomst uit te
breiden.
6.5
omgeving
De Regenboog investeert voortdurend in naamsbekendheid in de omgeving door allereerst het
verlenen van kwalitatief hoogstaande zorg, maar ook door middel van persberichten in regionale
kranten, ontwikkelen en verspreiden van informatiemateriaal, houden van lezingen en gebruik
sociale media.
De Regenboog is een sterke netwerkspeler.
6.6
Financien
De Regenboog blijft financieel gezond en zoekt naar aanvullende middelen voor een sluitende
exploitatie. De Stichting Vrienden vervult hierin een belangrijke rol en werkt daadkrachtig aan
uitbreiding van financiële middelen.
Vastgesteld in de bestuursvergadering van 27 november 2013
Jaarbericht
Zorg
Het is elf uur in de morgen. Onze vijf gasten zijn verzorgd. Een aantal heeft bezoek. Meneer L. nog
niet. Door zijn aandoening kan hij niet meer lezen of een moeilijke cryptogram maken. Hij is intens
moe. Meneer geniet nog enorm van het buiten zijn. Het is mooi weer. Onze gastvrouw heeft nog wat
boodschappen nodig voor de maaltijd en vraagt meneer om mee te gaan. Dat wil hij heel graag. Bij
Albert Heijn worden boontjes, melk en karnemelk gekocht. Aan de keukentafel halen ze samen de
sperciebonen af zodat de kookvrijwilliger de maaltijd kan gaan bereiden. Vanuit de huiskamer klinkt
instrumentale muziek. We drinken nog een kop koffie met elkaar en genieten, midden in de zomer,
van een oliebol van het mannenkoor die vanmorgen vers gebakken zijn op de zomermarkt. Thuis
vervangen kunnen we niet, wel in een zo huiselijk mogelijke omgeving zorg verlenen.
Er kunnen verschillende oorzaken zijn dat iemand opgenomen wordt in het hospice. Complexe zorg,
het overbelast zijn van familie/mantelzorg, het ontbreken van mantelzorg en het feit dat kinderen
ver weg wonen of niet in de gelegenheid zijn intensief in de thuissituatie aanwezig te zijn. Onze
verpleegkundigen hebben inmiddels veel expertise opgebouwd zodat we ook de meest complexe
zorg kunnen bieden. Iedere gast heeft zijn eigen levensverhaal en eigen leefwereld. Wanneer we vijf
of soms zelfs zes of zeven gasten hebben, ervaren we die verscheidenheid op iedere kamer. En geven
we zoveel mogelijkheid zorg en begeleiding die past op dat moment bij deze gast en bij diens
naasten.
Cijfers 2012
We geven zorg aan mensen. Toch is het ook goed om naar cijfers te kijken. Die zijn objectief en geven
ook een beeld van de wenselijkheid en noodzakelijkheid van ons hospice.
In 2012 hebben we aan 58 gasten zorg verleend (2011: 44). De bezettingsgraad was 90,71% (2011:
84,22%). Landelijk was het cijfer in 2012 81,25%
Onze gasten komen uit onder andere uit Nunspeet, Elspeet, Harderwijk, Hierden, Vierhouten,
Doornspijk, Elburg, Oldebroek, Wezep, Biddinghuizen en Dronten.
Bijna altijd is de belangrijkste aandoening een vorm van kanker. Maar ook mensen met hartfalen en
ernstige longklachten hebben zorg ontvangen. De gemiddelde aanwezigheid is in 2012 31,49 dagen
(landelijk 31,44).
Kwaliteit van zorg en begeleiding, leven aan dagen toevoegen
Het toevoegen van kwaliteit staat hoog in het vaandel. Daarvoor is voortdurend aandacht binnen het
hospice. Het op systematische wijze in kaart brengen van de klachten van de gasten en het
afstemmen van een optimale behandeling staat voorop. Dagelijks wordt het woord comfort gebruikt.
Vanuit de visie geen dagen aan het leven toe te willen voegen, maar leven aan de dagen, zijn we
gericht op zoveel mogelijk comfort voor onze gasten. Dat is ook een terugkerend thema tijdens de
huisartsen visites en tijdens het multidisciplinair overleg. De samenwerking met huisartsen en
palliatief consulent, verloopt uitermate plezierig en draagt zeker bij aan de kwaliteit van zorg.
Inmiddels is de complementaire zorg ingebed en vast onderdeel geworden van de zorg. Door middel
van hand- en voetmassages, compressen en aromatherapie ervaren gasten ontspanning. Uiteraard
alleen wanneer dit gewenst is.
Ook het gebruik van meetinstrumenten, zoals de lastmeter, een pijnscore en het observeren van een
delier (DOS score) is geïmplementeerd.
Het hospice bereidt zich voor op het behalen van een kwaliteitskeurmerk. We hebben het
voornemen ons aan te sluiten bij de Associatie van Highcare hospices. In principe zijn we toegelaten
als aspirant lid. We zijn blij met de ondersteuning die Privazorg wil bieden in het mede ontwikkelen
van protocollen en procedures en de digitale ondersteuning. Verpleegkundige Anita Bultman is
benoemd als kwaliteitsmedewerker voor de duur van het project en is hiermee in september gestart.
Tevredenheidsonderzoek/9,3
Er wordt structureel onderzoek gedaan naar de ervaringen met de kwaliteit van zorg in de meest
brede zin van familie/naasten van gasten die in De Regenboog zorg en begeleiding ontvangen
hebben. Onderwerpen: begeleiding van uw naaste door zorgverleners, psychosociaal welbevinden,
zelfstandigheid en privacy, informatie, medische zorg, gastvrijheid, faciliteiten en nazorg. We zijn blij
met het gemiddelde cijfer van 9,3 voor de zorg en begeleiding. In het onderzoek is ook ruimte voor
opmerkingen en aandachtspunten. Zo is er aandacht gevraagd voor een stukje nazorg en voor het
aanwezig zijn tijdens condoleances en begrafenissen. Hier wordt over nagedacht en een
verbetervoorstel voorbereid.
.
Scholing/training
Hospice De Regenboog is inmiddels een erkend leerbedrijf. In mei heeft Hannah Kamp de spits
afgebeten. Zij was onze eerste stagiaire. Hannah werkt in het Kodal en volgt daarnaast de opleiding
tot verpleegkundige. Het was een wederzijds genoegen en een leerzame ervaring. Twee
verpleegkundigen hebben de cursus werkbegeleiding gevolgd en coördinator Corrieke Voerman
volgde de training beoordelaar.
Op 21 mei is de eerste heidag gehouden. Onder leiding van een externe begeleider hebben
verpleegkundigen, coordinatoren en palliatief arts, teruggeblikt op drie jaar hospice De Regenboog.
We hebben stil gestaan bij persoonlijke kwaliteiten en nagedacht over de (nabije) toekomst. Waarin
willen we ons verder ontwikkelen, wat kunnen we nog meer betekenen voor zorgvragers in ons
werkgebied? De uitkomsten van deze dag worden gebruikt als bouwstenen voor het strategische
beleidsplan dat in oktober besproken zal worden in het bestuur. Het was een inspirerende,
samenbindende dag.
Een tweetal verpleegkundigen start in het najaar een cursus palliatieve zorg voor ervaren
verpleegkundigen aan Hogeschool Arnhem/Nijmegen. Een verpleegkundige rondde in juni de post
Hbo opleiding voor palliatieve zorg aan de Hogeschool Utrecht af. Een intensieve studie met veel
onderzoek. Verschillende modules waaronder psychosociale zorg en nazorg, worden vertaald naar de
praktijk van het hospice en krijgen een vervolg.
Alle verpleegkundigen zijn in 2013 bijgeschoold in het methodisch rapporteren, het maken van een
verpleegplan uitgaande van het palliatieve redeneren. Daartoe is opnieuw het zorgdossier
aangepast. Dit proces wordt begeleid door een werkgroep palliatief redeneren waarin een
coördinator en twee verpleegkundigen plaats hebben. Deze werkgroep heeft een actieve rol in de
implementatie van het maken van verpleegplannen en het methodisch rapporteren en in de borging.
De heer Jos van Haandel, anesthesioloog en pijnbestrijder, verbonden aan het Sint Jansdal
ziekenhuis in Harderwijk, heeft bijscholing gegeven in het hospice voor een twintigtal huisartsen en
verpleegkundigen over pijnbestrijding in de palliatief terminale fase.
In het voor- en najaar wordt een introductiecursus aangeboden aan nieuwe vrijwilligers. Iedere
werkbespreking met de vrijwilligers bevat een thematisch deel. In 2013 zijn de thema’s
complementaire zorg, observeren en rapporteren, veel voorkomende ziektebeelden in de palliatieve
terminale zorg besproken. Voor november staat een scholing gepland over omgaan met gasten en
dementie in de terminale fase.
Een aantal keren per jaar verzorgt verpleegkundige Anita van der Lee til- en transfertechnieken.
In zes groepen hebben meer dan 100 medewerkers van de WoonzorgUnie Veluwe kennis gemaakt
met palliatieve terminale zorg in hospice De Regenboog. We ontwikkelen op dit moment een
scholingsaanbod voor organisaties in de regio.
Medewerkers
Naast een team van acht verpleegkundigen die de professionele zorg bieden gedurende 24 uur per
dag, is er een actieve groep van zo’n 80 vrijwilligers. Zij ondersteunen de verpleegkundigen in de
zorg, verlenen hand- en spandiensten, voeren taken uit als gastvrouw, bereiden maaltijden, maken
schoon, verzorgen de was, onderhouden gebouw en tuin en houden de administratie op orde. Er
wordt samengewerkt in een positieve, hartelijke, elkaar aanvullende sfeer.
Ook deze zomer hebben we weer een beroep kunnen doen op vakantievrijwilligers. Enkele daarvan
zijn ook in de gelegenheid zich structureel in te zetten. Nog steeds melden zich mensen spontaan aan
of reageren op een oproep. Op dit moment is er een vacature als vrijwilliger voor de tuin en voor het
koken.
Samenwerking
Binnen het hospice wordt op fijne wijze samengewerkt. Dat geldt ook voor de contacten buiten het
hospice.
Gemeenten
Met de gemeenten Nunspeet, Elburg en Oldebroek wordt constructief samengewerkt rond de inzet
van huishoudelijke zorg in het kader van de WMO en zijn we in gesprek over de toekomstige
financiering van wat nu nog AWBZ zorg is.
Organisaties
Er is plaatselijk overleg met directies van Het Venster, de Oranjehof en de Bunterhoek
(WoonzorgUnie Veluwe). Voor de vrijwilligers van deze organisaties en van het hospice heeft dr.
Thijs Tromp in april het thema: levensboeken besproken.
De Voord (Elburg) zet disciplines van de behandeldienst in, zoals fysiotherapie, ergotherapie en
logopedie.
Hospice De Regenboog neemt deel aan het netwerk palliatieve zorg Noordwest Veluwe. Een aantal
malen per jaar is er overleg met de hospices in Nijkerk, Ermelo en afdeling Jasmijn van Sonnevanck in
Harderwijk. Het netwerk organiseert vier keer per jaar scholing voor medewerkers van hospices,
verpleeg- en verzorgingshuizen en thuiszorgmedewerkers. Ook aan deze scholing nemen we deel.
De netwerk coördinator heeft voor de open dag 2012 publicaties voorbereid in de Stentor en
plaatselijke bladen. Dit wordt ook dit jaar gerealiseerd. Het is goed om hierin gezamenlijk op te
trekken. Vanuit het netwerk verschijnt vijf keer per jaar een nieuwsbrief die naar huisartsen,
ziekenhuizen, gemeenten en zorgorganisaties verzonden wordt.
Nederlandse Patiëntenvereniging (NPV)
Met de plaatselijke afdelingen van de NPV Elburg, Oldebroek en Nunspeet is regelmatig contact.
Zowel in Elburg als in Oldebroek is een lezing verzorgd en hebben de besturen een werkbezoek
gebracht aan het hospice.
Informatie over het hospice
Open dag
Jaarlijks organiseert het hospice een open dag voor belangstellenden uit de regio. In 2012 hebben
130 mensen de open dag bezocht. Ieder wordt van harte uitgenodigd om op zaterdag 12 oktober
2013 ons hospice te bezoeken.
Lezingen en gastlessen
Gedurende het jaar zijn veel lezingen gegeven in de regio. Op gemeenteavonden, bijeenkomsten
voor vrouwen, ouderen, afdelingen Passage en NPV in de plaatsen Doornspijk, Nunspeet, Elburg,
Elspeet, Heerde, Oosterwolde, Oostendorp, Oldebroek en Vierhouten, is een middag of avond
verzorgd. Ook buiten de regio zijn lezingen gehouden en werd tijdens het eerste symposium van
Privazorg in Hoevelaken over palliatieve zorg twee workshops verzorgd over onrust in de laatste
levensfase.
Verschillende scholen kwamen voor een gastles op locatie naar Nunspeet.
We waren een uur te gast op radio Oldebroek.
Dank
Er zijn veel kostbare, mooie momenten in de contacten met onze gasten en met familie. Dat laat zich
vaak niet verwoorden en zijn ook niet voor publicatie geschikt. We koesteren die momenten wel en
dat geeft ook de motivatie om ons werk te doen. We mogen met zoveel mensen dit werk doen,
zowel op vrijwillige basis als betaald. We zijn dankbaar voor de saamhorigheid en verbondenheid.
Het is geven en ontvangen en dat maakt dat het in balans is. Kostbaar werk in een kwetsbare situatie,
in afhankelijkheid van de Schepper en Onderhouder van het leven. Dank aan Hem, dank aan een
ieder die een radertje mag zijn, zowel binnen als buiten de Regenboog en in de regio.
Joke (M) Overeem – Prins, directeur
Financiën
Balans per 31 december 2012
Activa
Passiva
Materiële vaste activa
€
134.255
Vlottende activa
Vorderingen
24.179
Liquide middelen
115.304
Totaal activa
Langlopende schulden
Overlopende passiva
273.738
Exploitatierekening 2012
Baten
Bijdrage kerken
Giften
Opbrengsten activiteiten
Bijdrage Ministerie VWS
Financiéle baten
Totaal baten
Eigen vermogen
36.741
12.727
133.342
97.607
1.277
281.694
Lasten
Kosten activiteiten
Totaal lasten
Exploitatieresultaat (voordelig)
222.126
222.126
59.568
Kortlopende schulden
Totaal Passiva
€
183.851
66.990
22.897
273.738