BONDSRAADSVERGADERING VAN DE NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND TE HOUDEN OP ZATERDAG 22 NOVEMBER 2014 TE UTRECHT AGENDA voor de Bondsraadvergadering van de NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND op zaterdag 22 november 2014 om 10:00 uur. Locatie: Centrum Oudlaen, Oudlaan 4, 3515 GA UTRECHT, tel.: 030 273 9911 1. Opening en vaststelling agenda 2. Mededelingen 3. Notulen van de Bondsraadsvergadering d.d. 21 juni 2014 inclusief (voortgangs)actielijst 4. Ingekomen stukken 5. Presentatie sponsorpropositie 6. Financiën: a. Financiële rapportage en prognose 2014 b. Update Jaarplan / SMART-overzicht c. Verslag van de Financiële Commissie d. Contributies 2015 e. Tarievenlijst 2015 f. Begroting 2015 (integrale begroting NTTB landelijk en afdelingen) 7. Integraal Jaarplan 2015 op basis van de herziene begroting 2014 (NTTB landelijk en afdelingen) 8. Bestuurlijke vernieuwing 9. Reglementen a. Statutenwijziging artikel 25 n.a.v. wijziging Anti-dopingreglement b. Algemeen Reglement c. Anti-dopingreglement d. Competitiereglement e. Toernooien en Wedstrijden 10. Besluiten van het Hoofdbestuur ter kennisname a. HB-besluiten 2015 b. Spelregels 11. Voorbereiding meerjarenbeleidsplan 12. Rondvraag 13. Sluiting 1 bijlage 1 bijlage 2 bijlage 3 bijlage 4 bijlage 5 bijlage 6 bijlage 7 bijlage 8 bijlage 9 bijlage 10 bijlage 11 bijlage 12 Bijlage 13 Bijlage 14 bijlage 15 bijlage 16 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 1 - agendapunt 3 Notulen van de Bondsraadsvergadering van de Nederlandse Tafeltennisbond (NTTB) op zaterdag 21 juni 2014 te Utrecht AANWEZIG Functiezetel Breedtesport Functiezetel Financiën Functiezetel Organisatie Functiezetel Topsport Functiezetel Wedstrijdzaken Functiezetel Opleidingen Functiezetel Atletencommmissie Hans Wortel Sander Boomman (tevens vz Financiële Commissie) Wim van Selling (tevens lid van verdienste, voorzitter werkgroep Bestuurlijke vernieuwing) Marthijn van der Wal Theo Wijker Wim Vreeburg Felix Warners Afdelingen Holland-Noord ZuidWest West Noord Limburg Gelre Midden Oost Merit de Jeu (vanaf agendapunt 9), Wini de Waal (plv) Nico van Erp (tevens lid van verdienste), Han van der Zijden Frank Lequin Henk Hommes Jan Creemers, Bob Meurs (plv) Ruud van Gerrevink, Paul Henfling (plv) Susanne van Berkum, Gerard van Giessen (lid van verdienste) Piet Korstanje (plv) Hoofdbestuur: Wim van Breenen a.i. Kees Kamp Ronald Kramer (voorzitter) Jan Simons Bondsbureau: Marcel Borst Antoinette de Jong Teun Plantinga Achim Sialino Robbert Stolwijk Overige belangstellenden Ereleden Lid van verdienste Tuchtcommissie Reglementscommissie ZuidWest Holland-Noord HJCL VVTT AFWEZIG met kennisgeving: Bondsraadsleden Hoofdbestuur Ton Willems Wim Fassotte Gerard Beelen Igor Heller (tevens lid van verdienste) Ineke de Graaf Marcel Frijhoff Joke Wijker Peter Hanning Luc Janssen Frans van ’t Hul – Oost Maurice Seijkens - West Jitse Doornbos – Noord Joop van Raaij – Gelre Albert Rooijmans – ZuidWest (plv) Ekrem Karhaman – Oost Koen Jacobs 2 Ereleden Ad Bouwman Bas den Breejen Leden van verdienste Frank Berteling Angelo Eikmans Harry Geraerds Eddy Krabbenbos Cie van Beroep/Cie van Arbitrage SRC Henny Sackers (tevens erelid) Jos van den Berg 1. Opening en vaststelling agenda De voorzitter opent de vergadering om 10.03 uur en heet iedereen van harte welkom op de langste dag van het jaar 2014. Hij heet speciaal Susanne van Berkum, nieuw gekozen Bondsraadslid voor Midden, en Ton Willems, erelid, welkom. Na punt 14 zal Luc Janssen een presentatie van de VVTT verzorgen. Hij noemt de afwezige Bondsraadsleden en Hoofdbestuurslid Koen Jacobs. De voorzitter wil de benoeming van de Bondsraadsleden voor de functiezetels behandelen na de mededelingen. Met deze aanpassingen wordt de agenda vastgesteld. 2. Mededelingen Het aantal stemgerechtigde leden is 17. Han van der Zijden laat weten dat hij en Nico van Erp in de laatste ALV zijn herbenoemd als BR-leden en Albert Rooijmans als plv-Bondsraadslid. De voorzitter noemt de overledenen: - op 25 december overleed geheel onverwacht Aart Kruimer, internationaal classificeerder van paratafeltennissers, op 72-jarige leeftijd; - John “Billy” Leenders, afdelingstrainer van Limburg, overleed volkomen onverwacht op 26 januari, 56 jaar oud; - op 7 februari overleed oud-Nederlands kampioen in het herenenkel in 1942 en het herendubbel in 1938 André Thunnisen, op 92-jarige leeftijd; - op 6 juni overleed oud-scheidsrechter en drager van het onderscheidingsteken Louis Derks op de leeftijd van 76 jaar; en vraagt een moment stilte, ook voor de hier niet genoemden die ons ontvallen zijn. 11. Benoeming functiezetels Bondsraad Wim Vreeburg introduceert zich kort: hij is Bondsraadslid geweest en op dit moment lid van de werkgroep Bestuurlijke vernieuwing. Hij is werkzaam geweest in het onderwijs en vindt opleidingen een erg belangrijk onderwerp en wil zich dan ook van harte inzetten voor deze functiezetel. Felix Warners is al lang bezig met tafeltennis. Sinds kort is hij lid van de Atletencommissie met Li Jiao, Tonnie Heijnen en Rajko Gommers. Hij heeft in de jeugdselectie gespeeld en wil met verve via de functiezetel Atletencommissie de belangen van de (top)sporters verdedigen. De voorzitter heet hen beiden van harte welkom en vraagt de vergadering om hen te benoemen. Zij worden met applaus benoemd. Het aantal stemgerechtigde leden is 19. 3a. Notulen van de Bondsraadsvergadering van 23 november 2013, inclusief (voortgangs)actielijst e Ruud van Gerrevink, Gelre, zegt dat op pagina 8, punt 9a, 2 alinea, is aangegeven dat met de Financiële Commissie zal worden besproken om de staat van baten en lasten in de vorm van een exploitatierekening op te nemen en vraagt hoe het staat met deze actie? De penningmeester zegt dat dit nog niet besproken is en hij zal deze omissie rechtzetten. De notulen worden vastgesteld. De besluitenlijst wordt vastgesteld. 3 Actielijst punt 30: staat van baten en lasten opnemen moet zijn: staat van baten en lasten bespreken met de Financiële Commissie. Verzocht wordt de actiepunten toe te wijzen aan personen en deze namen toe te voegen aan het overzicht. De voorzitter zegt dit toe. Met deze opmerkingen wordt de actielijst vastgesteld. b. Notulen van de extra Bondsraadsvergadering van 12 april 2014 Op pagina 22 is verwoord dat de SMART-onderbouwing zal worden besproken. Deze is ontvangen bij de nazending en kan bij punt 4 behandeld worden. De notulen worden vastgesteld. 4. Ingekomen stukken SMART-activiteitenoverzicht. 2014, Sport- en Productontwikkeling, werving meisjes en behoud dames: Frank Lequin, West, vraagt waar te lezen is dat dit aansluit bij de wensen van de dames. Jan Simons meldt dat de werkgroep medio mei een eerste bijeenkomst heeft gehad. Er is inmiddels een wensenlijst opgesteld. Hij verwijst naar de wijzigingen van het Competitiereglement, later op de agenda. Het maken van een visie is eveneens belangrijk maar vraagt meer tijd dan nu beschikbaar was. Ruud van Gerrevink, Gelre, spreekt zijn waardering uit voor het activiteitenoverzicht. Hij stelt dat het van belang is om duidelijk te maken waar het extra gevraagde geld aan wordt besteed. Hij vindt dat sommige onderdelen nog niet SMART genoeg zijn. Bij marketing en communicatie ziet hij nog te vage, geen specifieke doelstellingen. Hij vindt dat niet de doelstelling zijn gespecificeerd, maar voornamelijk de acties en hij denkt dat het verder uitgewerkt moet worden. De voorzitter constateert dat het een lerend proces is. Geprobeerd is om de doelstellingen specifiek te maken, maar dat behoeft nog aandacht. Zo is b.v. al afgesproken om drie werkgroepen in te stellen voor marketing, sponsoring en communicatie. Hij doet een beroep op de deskundigheid en kennis van de aanwezigen en hun kennissenkring en verzoekt om de informatie aan het Bondsbureau te zenden. Ruud van Gerrevink, Gelre, hoopt de betreffende informatie in de komende maanden te ontvangen, zodat in november het overzicht vastgesteld kan worden. De voorzitter zegt toe dat het overzicht aangepast zal worden en in november op de agenda komt. Daarnaast verschijnt informatie in de maandinfo. 5. Jaarverslag 2013 van het Hoofdbestuur 5a.Algemeen Jaarverslag Het jaarverslag wordt ongewijzigd vastgesteld. 5b. Rapportage van de Financiële Commissie Sander Boomman, voorzitter van de Financiële Commissie, meldt dat in het jaarlijkse overleg met de directie, penningmeester en accountant de aandachtspunten zijn geformuleerd. e Han van der Zijden, ZuidWest, leest in punt 1, 1 alinea, tweede deel, dat op instructie van de accountant de afbouwsubsidie Talentontwikkeling en topsport is opgenomen als bestemmingsreserve. Hij herinnert eraan dat aan de afdelingen hiervoor ook bijdragen zijn gevraagd en hij vraagt dan ook om de ter beschikking gestelde bijdragen weer aan de afdelingen terug te storten. Sander Boomman, voorzitter van de Financiële Commissie, zegt dat de externe accountant de instructie heeft gegeven deze vooruitbetaalde subsidie niet op de balans op te nemen, maar aan het vermogen toe te voegen, waardoor het resultaat positiever is geworden dan gedacht. De penningmeester zegt dat in de komende jaren deze bestemmingsreserve zal worden gebruikt. Achim Sialino vult aan dat de bestemmingsreserve een geoormerkte subsidie van VWS is voor de afbouw van het herenprogramma. De subsidie is onder andere bedoeld om personele situaties te kunnen opvangen. Hoewel de subsidie voor meerdere jaren bestemd is, is de accountant van mening dat de subsidie in het jaar van ontvangst als reserve moet worden opgevoerd. Verder licht Achim toe dat dit jaar de NTTB-bijdrage voor de NTTB Jeugdcup en de Dag van het Talent is gehandhaafd en volgend jaar, ervan uitgaande dat de uitgangspunten voor de begroting 2015 in november door de Bondsraad worden bevestigd, ook de bijdrage voor de Regionale bondstraining weer toegekend kan worden. 4 e Han van der Zijden, ZuidWest, leest in de 2 alinea dat bij de bureauorganisatie eigen vermogen aanwezig is, maar hij gaat ervan uit dat dit vermogen en dat van de afdelingen één vermogen is. De penningmeester zegt dat dit inderdaad het geval is en informeert dat het bedrag van € 147.000 inclusief de bij het vorige punt besproken € 80.000 bestemmingsreserve is. Sander Boomman, voorzitter van de Financiële Commissie, zegt dat het inzicht in de inkomsten en uitgaven in de najaarsvergadering volgens actiepunt 30 aan de orde komt. Ruud van Gerrevink, Gelre, vindt dat deze cijfers aan de kwartaalrapportage toegevoegd hadden kunnen worden. Wim van Selling, functiezetel Organisatie, verzoekt om in de toekomst over NTTB-geld te spreken en niet meer over afdelingsgeld en vermogen van de landelijke NTTB. Frank Lequin, West, vraagt waarom West en Oost specifiek gecontroleerd zijn. Sander Boomman, voorzitter van de Financiële Commissie, antwoordt dat de accountant ieder jaar twee afdelingen bezoekt en dit jaar waren dat West en Oost. De voorzitter bedankt de Financiële Commissie voor de uitleg en voor het vele werk. 5c. Gecumuleerde Jaarrekening 2013 Er zijn geen vragen of opmerkingen over de jaarrekening en deze wordt vastgesteld. 5d. Decharge van het Hoofdbestuur voor het gevoerde beleid en van de Penningmeester voor het financieel beheer Er zijn geen vragen of opmerkingen en de voorzitter vraagt om het Hoofdbestuur voor het gevoerde beleid en de penningmeester voor het financieel beheer te dechargeren. De Bondsraad geeft met applaus de gevraagde decharge. 5e. Financiële stand van zaken eerste kwartaal 2014 De penningmeester licht toe dat de uitgaven niet regelmatig over het jaar zijn verdeeld en daarom zijn er soms wat ongewone cijfers. Bij sommige posten wordt in het voorjaar iets meer uitgegeven, maar later in het jaar wordt dat dan weer gecorrigeerd. Hij streeft ernaar om binnen de begroting te blijven. 5f. Voortgang Jaarplan 2014 De voorzitter zegt dat het steeds weer een flinke klus is om de updates te verwerken en zou dan ook graag overleggen met de Bondsraad om de informatie op een andere manier te presenteren, waardoor het ook een functie krijgt voor het Bondsbureau en het Hoofdbestuur. Frank Lequin, West, vraagt naar de antwoorden op de vragen die door collega-Bondsraadslid Maurice Seijkens aan het Bondsbureau zijn gestuurd. De voorzitter antwoordt dat de vragen te laat zijn ontvangen en schriftelijk zullen worden beantwoord. 6. Bespreking van het Jaarverslag 2013 van: 6a. de Tuchtcommissie Het jaarverslag wordt vastgesteld. 6b. de Commissie van Beroep Het jaarverslag wordt vastgesteld. 6c. het College van Arbiters Het jaarverslag wordt vastgesteld. 6d. de Reglementscommissie Het jaarverslag wordt vastgesteld. 6e. de Fondsbeheerscommissie Het jaarverslag wordt vastgesteld. 7. Visie op paratafeltennis Jan Simons geeft een korte toelichting op het toegezonden document in. In september, bij zijn aantreden, was één van zijn eerste acties het opstellen van een Plan van aanpak voor paratafeltennis. Samen met onder andere de vandaag aanwezige Peter Hanning en Ineke de Graaf is heel veel werk verzet. Heel veel 5 losse activiteiten zijn in samenhang gebracht en het document is besproken met de paraverenigingen (Nederland heeft ongeveer 500 paraleden). In de visie is aandacht voor verbinding, verandering en dus verbetering. Voor het project is een aanvraag gedaan bij de Johan Cruijff-foundation. Het hoofddoel was het leggen van verbindingen tussen topsportwedstrijdsport-breedtesport en daarmee een stijging naar 1.000 paraleden realiseren. De voorzitter bedankt voor de inzet van iedereen die aan dit document heeft meegewerkt. Nico van Erp, ZuidWest, complimenteert de werkgroep. Hij vraagt of de contributiebedragen van de paratafeltennissers parallel lopen met die van de NTTB-leden. De voorzitter bevestigt dit. Han van der Zijden, ZuidWest, zegt dat is gesproken met de verenigingen waar paratafeltennissers lid van zijn en hij vraagt zich af of deze sporters gecentreerd zijn bij verenigingen. Hij verneemt graag of er beleid is om te bekijken of en hoe talenten ontwikkeld kunnen worden. Jan Simons antwoordt dat het gemêleerd is: er zijn zowel verenigingen met veel paraleden als verenigingen met slechts enkele paraleden. Bij het para-NK vorige week in Valkenswaard heeft hij genoten van de spelers en de organisatie. Ruud van Gerrevink, Gelre, vindt tafeltennis dé sport voor paratafeltennissers, want hij ziet dat spelers aan tafeltennis veel plezier beleven dat zij aan andere sporten niet beleven. Hij pleit er wel voor om in het kader van integratie zoveel mogelijk in te stromen bij het gewone tafeltennis en vraagt of eraan wordt gedacht om de spelprestatie te introduceren in de competitie, b.v. andere dubbelspelregels voor rolstoelers.. Jan Simons zegt dat hij er inmiddels wel achter is dat paraspelers willen spelen als ieder ander NTTB-lid. In Valkenswaard en andere paratoernooien wordt op sterkte gespeeld. Ruud van Gerrevink, Gelre, denkt dat je er spelregeltechnisch wel uit komt, maar vindt dat je het moet hebben van de echte integratie en pleit dus niet voor een aparte paracompetitie. De voorzitter zegt dat de ambitie indertijd ook was om in alle klassen paratafeltennissers te laten deelnemen. Bij de paratafeltennissers lag dat gevoelig, maar in de praktijk is het lastig om het apart te doen en daarover zijn veel discussies gevoerd. De eisen moeten niet zo hoog zijn dat het niet realistisch meer is. Nico van Erp, ZuidWest, zegt dat spelers van de bedrijvenbonden ook in de NTTB spelen en hij hoort graag of dat ook voor paratafeltennissers geldt. Jan Simons bevestigt dat en geeft aan dat dit dan in vergelijkbare klassen gebeurt. Igor Heller, Reglementscommissie, vult aan dat er aangepaste spelregels voor rolstoelers zijn die wereldwijd gelden en dat een aantal parasporters qua niveau aan de onderkant zit, maar met inachtneming van de voorwaarden mogen ook zij in meerdere competities tegelijk spelen. Hans Wortel, functiezetel Breedtesport, complimenteert de werkgroep met het stuk en geeft graag zijn opmerkingen aan. Hij mist invulling m.b.t. de knelpunten die de instroming van paratafeltennissers zou kunnen belemmeren. Hij vermoedt dat dit ook onwetendheid van verenigingen is (denk aan kader, aanpassing accommodatie, enz) en adviseert na te denken hoe je de knelpunten kunt weghalen en dit in het document te benoemen. Jan Simons zegt dat het in Hoofdstuk 5 wel geprobeerd is, maar dat is blijkbaar nog niet duidelijk genoeg en moet SMARTer geformuleerd worden. Frank Lequin, West, vraagt of de gehele NEBAS is opgegaan in de NTTB en adviseert om eens te gaan kijken bij Doing om te zien hoe de ideale integratie eruit ziet. Jan Simons antwoordt dat het alleen om tafeltennissers gaat. De voorzitter zegt dat de meeste sporters bij de reguliere sportbonden zijn ondergebracht. Slechts zes sporten zijn nog ondergebracht bij Gehandicaptensport Nederland. De voorzitter constateert dat dit stuk aanvaard is en wenst de auteurs veel succes met het verder uitwerken. 8. Bestuurlijke vernieuwing Wim van Selling, voorzitter werkgroep Bestuurlijke vernieuwing, geeft een korte inleiding. Over deze notitie is overleg gevoerd met het College van Voorzitters om de opmerkingen mee te nemen. Het was de werkgroep Bestuurlijke vernieuwing nog niet mogelijk om bijeen te komen om deze opmerkingen in te 6 passen en daarom is een deel van de nog niet vastgestelde notulen van het College van Voorzitters toegevoegd. De leden van de werkgroep Bestuurlijke vernieuwing zijn Ronald Kramer, Igor Heller, Wim Vreeburg, Achim Sialino, Robert van der Wateren en Wim van Selling. Robert is toegevoegd op verzoek van het College van Voorzitters. Het Afdelingsbestuur komt meer in de rol van procesmanagers die de aansturing verzorgen van operationele werkgroepen en commissies. Bij financiën gaat het om de NTTB-financiën. Voor de afdelingen worden de financiën beperkt tot de voor de ingediende beleidsplannen benodigde budgetten. In het Afdelingsbestuur is geen kascontrole meer nodig, want dit wordt al integraal bij de NTTB gedaan. De Afdelingsledenvergadering moet blijven bestaan en een aantal noodzakelijke agendapunten voor deze bijeenkomst is opgenomen. Wel is nadrukkelijk aangegeven dat het overleg met de gekozen Bondsraadsleden nadrukkelijk zichtbaar gemaakt moet worden en dat Bondsraadsleden toelichting en uitleg geven aan de afdeling. Ook de vertegenwoordiging van de landelijke organisatie is in de agendapunten benoemd. Het College van Voorzitters was in hoofdlijnen akkoord en benoemde geen principiële zaken (zie het bijgevoegde deel van het verslag, dat nog niet vastgesteld is), maar had enkele opmerkingen over de beleidscyclus en het implementatietraject. Invoeren op 1 januari 2015 lijkt vrijwel niet haalbaar, maar kan wel voorbereid worden. De werkgroep Bestuurlijke vernieuwing gaat aan de slag met de verdere uitwerking. In bijlage 2 zijn de rol en taken van het Bondsbureau opgenomen. Dit vertaalt zich ook in bijlage 1 hoe dit aan te pakken. Het in de tekst genoemde overzicht met kosten is niet opgenomen, omdat het hier nog gaat om een ruwe inventarisatie. Dit document ligt in de Bondsraad voor ter meningsvorming ter voorbereiding op de besluitvorming in november. De werkgroep Bestuurlijke vernieuwing volgt de ontwikkelingen binnen de afdelingen ZuidWest en West nauwlettend. Han van der Zijden, ZuidWest, deelt mee dat in de ALV van ZuidWest is besproken hoe verder wordt gegaan met de pilot van het bestuursmodel. De aanleiding hiervoor was dat bijna 3 jaar geleden geen vrijwillige bestuursleden meer beschikbaar waren en toen heeft een werkgroep voorgesteld om twee afdelingsmanagers aanstellen. Dit was een pilot en in mei is door de afdeling een besluit over het al dan niet voortzetten van het project genomen. De ALV heeft met een overgrote meerderheid besloten door te gaan met dit traject. De financiering van de afdelingsmanagers is gevonden bij de verenigingen en leden. ZuidWest heeft dus twee afdelingsmanagers: Ineke de Graaf en Ruud van Beest. De evaluatiecommissie heeft haar werkzaamheden afgesloten. Wim van Selling, voorzitter werkgroep Bestuurlijke vernieuwing, vindt het een mooie ontwikkeling. Wel is hij benieuwd hoe de managers hun rol gaan vervullen, want zij zijn werknemer van de NTTB en hun positie in diverse overleggen moet bekeken worden (in het College van Voorzitters b.v. beoordeelt een werknemer in zijn functie van afdelingsmanager zijn werkgever en dat is uiteraard een ongewenste situatie). De werkgroep ontvangt graag advies voor de uitwerking in november. Frank Lequin, West, vraagt naar de verhouding van de nieuwe situatie in ZuidWest met het neergelegde voorstel van de werkgroep Bestuurlijke vernieuwing. Hij hoort graag hoe die situatie in dit stuk ingebracht wordt en in het voorstel alle afdelingen in te richten volgens het voorstel. Han van der Zijden, ZuidWest, zegt dat er de ALV is en afdelingsmanagers, maar wel moet nog een ledenadviesraad o.i.d. ingesteld worden. Wim van Selling, voorzitter werkgroep Bestuurlijke vernieuwing, moet dit concreet benoemen en in het stuk verwerken. De voorzitter vindt het een ingewikkeld punt. Gerard van Giessen, Midden, vraagt naar de harmonisatie van de afdelingsbijdrage. Hij denkt dat deze voor ZuidWest een stuk hoger zal worden met het aanstellen van de afdelingsmanagers. De basisbijdrage is nu € 13, maar hij vermoedt dat dat bedrag in ZuidWest hoger zal zijn, ook al omdat bij de bedrijvenbonden waarschijnlijk ook veel meer grijze leden zijn. Nico van Erp, ZuidWest, antwoordt dat in het voorstel een contributiebijdrage is voorzien, maar aangezien de afdeling een veel lagere contributie heeft dan andere afdelingen maakt men zich er niet druk over. 7 Piet Korstanje, Oost, vraagt hoe het kan dat de ALV een besluit neemt en of dat dan binnen de kaders valt. Wim van Selling, voorzitter werkgroep Bestuurlijke vernieuwing, zegt dat steeds is gezegd te streven naar eenheid van beleid. De afdeling ZuidWest kiest ervoor om op deze manier te laten besturen, maar daar hangen voor die afdeling consequenties van het beleid in ZuidWest aan vast en dat moet nog binnen de werkgroep worden besproken. Piet Korstanje, Oost, vindt dat de afdelingen geen rechtspersoon zijn en dus geen eigen vermogen kunnen hebben, ook al is dat voor de afdelingen niet prettig. Wim van Selling, voorzitter werkgroep Bestuurlijke vernieuwing, vraagt nogmaals dringend om niet meer apart over afdelings- en NTTB-geld te spreken. Ruud van Gerrevink, Gelre, vult bij de opmerkingen van Piet Korstanje aan dat afdeling ZuidWest een besluit heeft genomen en alles wat gebeurd is, is in overleg met het Hoofdbestuur gegaan met terugkoppeling naar de Bondsraadsvergadering. Er is geen sprake van een eenzijdig besluit, maar dit is in openheid besproken. Hij pleit ervoor dat men zich realiseert dat we bezig zijn met een cultuuromslag (ook voor technische en procedurele zaken), en dat we het niet meer hebben over “wij” en “zij”, maar “wij” zijn samen de NTTB. Hij weet dat Wim van Selling er heel veel tijd in steekt om dit handen en voeten te geven. De leden in het land hebben echter een flinke achterstand in dit proces en het is dan ook noodzakelijk om ook de andere leden mee te nemen. Hij is het inhoudelijk met Wim eens, maar juist nu, richting de finish, moet gezorgd worden voor goede communicatie en moeten schenen met rust gelaten worden. Tijdens een ALV kun je sfeer maken en breken en we moeten ernaar toe werken, dat de afdelingen beseffen dat ook zij de NTTB zijn en dat er één vermogen is. Dat besef moet van onderaf komen en dan heb je bereikt wat je wil. Ruud van Gerrevink, Gelre, vraagt hoe de verenigingen in de praktijk hun visie in kunnen brengen. De voorzitter herinnert eraan dat het begon met het uitbrengen van het rapport Loorbach. Het afgelopen half jaar is veel tijd gestoken in het bezoeken van de afdelingen en hij heeft er een goed gevoel aan overgehouden en is daarom optimistisch over het proces. Ruud van Gerrevink, Gelre, waarschuwt ervoor dat een positieve houding heel simpel kan omslaan naar een negatieve houding. De voorzitter zegt dat helaas niet alle 30.000 leden evenveel belangstelling hebben voor wat hier gebeurt. Er moet draagvlak zijn, maar zaken moeten ook efficiënt georganiseerd worden. Wim van Selling, voorzitter werkgroep Bestuurlijke vernieuwing, zegt dat een positieve cultuuromslag is bereikt en bevestigt dat voorzichtig is gewerkt, maar er zijn flinke stappen gezet. Vanuit het College van Voorzitters is eveneens het gevoel gekomen dat we verder zijn. Ten aanzien van beleidsvorming en financieel beheer zijn flinke stappen gezet. Voor de verenigingen zijn in het najaar afspraken met de Afdelingsbesturen gepland en zij communiceren met de verenigingen. De Afdelingsbesturen moeten die rol ook pakken en duidelijk maken dat Zoetermeer ook “wij” moet zijn. Verder moet kritisch gekeken worden naar de juiste planning van de activiteiten en ruimte worden gelaten voor hetgeen waar je mee bezig bent. Ruud van Gerrevink, Gelre, vraagt om enkele aanpassingen om in de communicatie de rol van het Afdelingsbestuur helder te maken. Frank Lequin, West, vraagt om bij bijlage 1 aan te geven hoe de ondersteuning van de afdelingen betaald gaat worden. Hij vraagt hoeveel afdelingen deze ondersteuning willen en vraagt of een afdeling kan weigeren om eraan mee te doen omdat er geen behoefte aan is. Wim van Selling, voorzitter werkgroep Bestuurlijke vernieuwing, zegt dat het om een inschatting gaat. De wens is ontstaan om het Bondsbureau dichter bij de afdelingen te laten komen met concrete ondersteuning. Het kan geweigerd worden als er geen behoefte is. De bekostiging moet nog nader worden bekeken. Het doel is de landelijke organisatie nog duidelijker dienstbaar maken aan de afdelingen en verenigingen. De voorzitter zegt dat naar zijn mening behoefte is aan betere communicatie tussen het Bondsbureau en de afdelingen/verenigingen. Frank Lequin, West, denkt dat de afdelingen hiervoor een planning moeten maken. Wim van Selling, voorzitter werkgroep Bestuurlijke vernieuwing,zegt er een financiële paragraaf voor de afdelingen bij hoort voor de ondersteuning vanuit het Bondsbureau. Frank Lequin, West, vraagt of dit betekent dat nieuw personeel moet worden aangetrokken. 8 Wim van Selling, voorzitter werkgroep Bestuurlijke vernieuwing, antwoordt dat dit naar zijn mening in principe al aanwezig is. Han van der Zijden, ZuidWest, heeft gevraagd hoe het met de meerkosten gaat. Het initiële tijdspad was te ambitieus, maar daar wordt kritisch naar gekeken. Hij is eveneens van mening dat het zorgvuldig moet en dat zal zeker gebeuren. Sander Boomman, functiezetel Financiën, zegt dat op enig moment wel de kogel door de kerk moet. Hij vindt zorgvuldigheid vereist, maar er moet een keer een besluit genomen worden, hoewel ook hij vindt dat 1 januari 2015 te vroeg is. Hij doet de suggestie om de Afdelingsbesturen de verenigingen te laten informeren. Het Hoofdbestuur moet dit goed uitleggen en de doelstellingen toelichten. De voorzitter constateert dat de werkgroep Bestuurlijke vernieuwing verder kan met de notitie en in november wordt het vervolg besproken. Naar aanleiding van de informatie van ZuidWest informeert Ruud van Gerrevink, Gelre, de vergadering over de laatstgehouden ALV. De secretaris en penningmeester zijn afgetreden zonder dat er kandidaten voor opvolging waren. Aangezien er nog slechts 2 bestuursleden waren, was voor het formeren van een kernbestuur nog 1 bestuurslid nodig. Vervolgens ontstond een heftige discussie waaruit duidelijk werd dat Gelre niet kiest voor de oplossing van ZuidWest. Inmiddels is een derde bestuurslid benoemd en kan de afdeling verder. 9. Stand van zaken vernieuwing eredivisie en ontwikkeling nationale toernooien Jan Simons geeft een toelichting en zegt dat de finale eredivisie in Hilversum spetterend was met veel publiek en publiciteit, maar de weg erheen was niet positief en liet duidelijk zien dat er nog veel te doen is. Volgende week is een overleg met de eredivisieverenigingen om verbeterstappen te maken. In de Bondsraad van november worden verbetersuggesties gepresenteerd. Nico van Erp, ZuidWest, hoort dat er de nodige angst ontstaat over de eisen. In het verleden zijn vele Caccommodaties gerealiseerd die nu niet meer aan de eisen van lichtsterkte en afmeting voldoen, maar andere elementen zijn belangrijker: spanning, wedstrijdduur en competitie. Frank Lequin, West, vraagt wat te doen met verenigingen die ineens in de eredivisie komen en niet aan de eisen voldoen. Jan Simons zegt dat de intentie is dat je er bewust voor kiest om eredivisie te spelen en te voldoen aan de eisen. Er wordt naar gestreefd om maatwerk te realiseren. 10. Notitie ‘Grijze leden’ Deze notitie is ter informatie. Henk Hommes, Noord, verzoekt dringend om de inleiding van de notitie anders te formuleren. Ruud van Gerrevink, Gelre, leest dat deze notitie bedoeld is voor bespreking in de diverse gremia, waaronder de Bondsraad, en hij is benieuwd wanneer dat dan gaat gebeuren. Hij vindt met name de mening van de verenigingen hierover heel belangrijk. De voorzitter stelt voor de notitie aan de verenigingen ter kennis te brengen en deze notitie in november in de Bondsraad te bespreken. Han van der Zijden, ZuidWest, is van mening dat pas in allerlaatste instantie sancties opgelegd moeten worden. 11. Dit agendapunt is na de mededelingen behandeld. Benoeming lid van verdienste De voorzitter stelt voor een kort agendapunt in te lassen en laat de vergadering weten dat het Hoofdbestuur Wim van Selling tot Lid van verdienste heeft benoemd voor zijn jarenlange inspanningen. Hij speldt onder applaus de bijbehorende erespeld op en overhandigt mevrouw Van Selling een boeket. Wim van Selling voelt zich verrast, maar is zeer vereerd en bedankt voor de onderscheiding. 12. Benoeming leden Bondsraadcommissies 12a Financiële Commissie De kandidaten worden overeenkomstig het voorstel met applaus herbenoemd. 12b Tuchtcommissie De kandidaten worden overeenkomstig het voorstel met applaus herbenoemd. 9 12c Commissie van Beroep De kandidaten worden overeenkomstig het voorstel met applaus herbenoemd. 12d. Reglementscommissie In de Reglementscommissie zijn nog steeds twee vacatures. De zoektocht naar kandidaten duurt voort. 12e. Fondsbeheerscommissie De kandidaten worden overeenkomstig het voorstel met applaus herbenoemd. 13. Reglementswijzigingen Het gaat om een aantal voorstellen tot wijziging van het Competitiereglement. Theo Wijker, functiezetel Wedstrijdzaken, vraagt of de wijziging van artikel 42 het niet voorbarig is, in het geval volgende week wordt besloten om op een andere manier te spelen. Als het nu besloten wordt, kan het volgende week niet meer gewijzigd worden. Jan Simons zegt dat hierover overleg is geweest met de Reglementscommissie. Igor Heller, Reglementscommissie, geeft aan dat dit in het najaar al aan de orde is geweest, maar het is niet logisch om dit tijdens het seizoen te veranderen, hoewel het technische wel zou kunnen. Theo Wijker, functiezetel, neemt aan dat artikel 5 gewijzigd wordt om de damescompetitie te stimuleren. Hij denkt dat als het voor meisjes mag, dat het dan toch voor jongens ook mag. Igor Heller, Reglementscommissie, bevestigt dat de achtergrond van deze wijziging het stimuleren van deelname aan de damescompetitie is. Theo Wijker, functiezetel Wedstrijdzaken, vraagt naar de kans of er wettelijk gezien gronden voor discriminatie te vinden zijn. Igor Heller, Reglementscommissie, wijst erop dat er voor jongens meer alternatieven zijn dan voor meisjes. Marthijn van der Wal, functiezetel Topsport, vraagt om verduidelijking van deelname van meisjes in de e e damescompetitie. 2 en 3 jaars junioren mogen immers ook in de landelijke herencompetitie spelen. Hij vraagt of een meisjescadet ook mag spelen in de landelijke damescompetitie Igor Heller, Reglementscommissie, zegt dat hiervoor niets gewijzigd hoeft te worden. Er is een HB-besluit dat de dispensatie voor junioren regelt. Zeker als een damesteam dan wel kan spelen, kan dat via een dispensatieregeling. De vergadering stelt de wijzigingen in de artikelen 5, 13, 41 en 42 vast. Luc Janssen, voorzitter VVTT, geeft een presentatie over de activiteiten van de VVTT en vraagt de aanwezigen om in het land waar mogelijk reclame te maken voor de VVTT. Hij heeft voor iedere aanwezige een speciale uitgave van het blad Visie beschikbaar. Deze speciale uitgave wordt binnenkort aan alle verenigingen verzonden. Sander Boomman, bedankt voor de presentatie en is blij met de positieve uitstraling. Hij weet dat verenigingen vaak geen trainer hebben en op zoek moeten en hij denkt dat de VVTT daar wellicht een rol in zou kunnen spelen. Hij vraagt of er een mogelijkheid is om een “rijdende trainer” in te stellen. Dat is in West gebeurd en was een groot succes. Zulke mooie initiatieven moeten meegenomen worden. Wim van Selling, functiezetel Organisatie, is betrokken bij opleidingen en wil weten in hoeverre de VVTT is betrokken bij de opleiding van nieuwe trainers. Luc Janssen, VVTT, zegt dat dit tot nu toe beperkt was tot een adviserende rol. In september wordt een gezamenlijke docentenscholing georganiseerd, aangezien de kwaliteit van de opleidingen wordt bepaald door de kwaliteit van de docenten. Ook daar wil hij de passie voor de sport in brengen; in zijn ogen het belangrijkste onderdeel. Marthijn van der Wal, functiezetel Topsport, vindt het prima dat de verenigingen hierin nu ondersteund gaan worden en denkt dat het goed is om te kijken op welk moment de trainers samen komen en de juiste momenten te bepalen (b.v. bij de NTTB Jeugdcup zijn heel veel trainers aanwezig). Ruud van Gerrevink, Gelre, steunt de oproep van Luc Janssen om reclame voor de VVTT te maken. Hans Wortel, functiezetel Breedtesport, vraagt zich af in hoeverre de VVTT samenwerking zoekt met opleidingen Sport en bewegen. 10 Luc Janssen, VVTT, zegt dat dit nog niet rechtstreeks gebeurt, maar dat dit wel ter sprake is gekomen. Hij legt uit dat de NTTB de initiële opleidingen verzorgt en de VVTT de bijscholingen. De VVTT wil graag samenwerken met de NTTB. 13. Rondvraag - Nico van Erp, ZuidWest, zegt dat het reserve Bondsraadslid de vergaderstukken niet via de post heeft ontvangen. Geantwoord wordt dat alleen de Bondsraadsleden de stukken per post ontvangen, maar de plaatsvervangende Bondsraadsleden niet. Overigens is één telefoontje of mailtje voldoende om de stukken ook op papier te ontvangen. - Nico van Erp, ZuidWest, constateert dat de HB-besluiten 2014 niet op de website staan en vraagt deze nogmaals te plaatsen. Dit wordt toegezegd. Naderhand wordt de vergadering geïnformeerd dat de HB-besluiten 2014 wel degelijk op de website staan. - Het doet Nico van Erp, ZuidWest, deugd dat er nu twee jongedames als Bondsraadslid zijn verkozen en hij wenst hen veel succes toe. - Nico van Erp, ZuidWest, bedankt namens de Bondsraad het Hoofdbestuur voor het vele werk en de inzet en wenst iedereen een prettige vakantie. - Han van der Zijden, ZuidWest, vraagt naar het besluit over de invoering van de plastic bal, waarin is opgenomen dat alle competities per 1 januari 2016 met die bal moeten spelen. Hij denkt dat verenigingen nog heel veel voorraad hebben en dan zou dit besluit kostenverhogend zijn. Hij vraagt of dispensatie mogelijk is. De voorzitter zegt dat het een probleem zou kunnen opleveren, maar het Hoofdbestuur houdt het in de gaten. - Gerard van Giessen, Midden, zegt dat hij al meerdere keren heeft aangegeven dat regelmatig wordt geciteerd uit de verslagen van het College van Voorzitters. Hij vindt dat deze verslagen sneller rondgestuurd moeten worden aan de Bondsraadsleden. Deze vraag wordt in de septembervergadering van het College neergelegd. - Gerard van Giessen, Midden, vraagt naar de regeling voor herbenoeming van de Bondsraadsleden en wil weten of er iets in staat over de verkiezing van de plaatsvervangende Bondsraadsleden. Igor Heller, Reglementscommissie, zegt dat de termijnen gelden voor zowel Bondsraadsleden als plaatsvervangende Bondsraadsleden. Dit is opgenomen in de Statuten, maar deze zijn nog niet gepasseerd. Volgens Gerard van Giessen staan de oude statuten nog op de website. Dit wordt nagekeken. - Gerard van Giessen, Midden, zegt dat nog steeds niet alle verenigingen te vinden zijn op de NTTB-site en geeft een voorbeeld. De voorzitter zegt toe dat dit gecorrigeerd wordt. - Gerard van Giessen, Midden, vraagt naar de ledenstatistieken van vorige keer en wil weten of we in 2014 de 30.000 leden gaan halen. De voorzitter antwoord dat dat van een aantal factoren afhangt, onder andere van de resultaten van het “grijze ledenbeleid”. - Merit de Jeu, Holland-Noord, vindt het interessant om mee te luisteren en zit hier met name voor de werkgroep Damescompetitie. Gevraagd is om meer jonge mensen, met name vrouwen, in de Bondsraad. Zij denkt dat het mogelijk is dat jonge mensen bij direct aanspreken sneller geneigd zijn om zitting te nemen in de Bondsraad. - Merit de Jeu, Holland-Noord, heeft met de werkgroep en Jan Simons contact gehad en heeft het idee dat de bespreking van vorige maand zeer positief was, maar de huidige gebeurtenissen zorgen bij haar en de andere dames voor veel frustraties. 11 De voorzitter zegt dat dit niet de plek is om dit te uiten, maar voegt eraan toe dat het wel de aandacht van het Hoofdbestuur heeft. - Hans Wortel, functiezetel Breedtesport, merkt op dat de samenwerking en communicatie de laatste jaren flink is verbeterd. Het A-4 “Wat doet de NTTB voor u?” is zo goed als klaar. Wim van Breenen, Hoofdbestuur, zegt dat dit binnenkort aan alle verenigingen verzonden gaat worden. - Theo Wijker, functiezetel Wedstrijdzaken, komt terug op de niet-celluloid bal. Hij heeft gelezen dat het per 1 juli mogelijk is om ermee te spelen en de eredivisieverenigingen wordt het aanbevolen. Hij vindt dat te veel ruimte voor veel wijzigingen geven. Als toernooien vanaf 2014 met nietcelluloidballen worden gespeeld, zou dat kunnen betekenen dat iemand op zaterdag met celluloid ballen speelt en op zondag met niet-celluloid. Marthijn van der Wal, functiezetel Topsport, wijst op de gevolgde procedure bij de overgang van de 38- naar de 40 mm bal. e Jan Simons zegt dat meerdere reacties zijn ontvangen en wil dit ook op de 30 bespreken in het overleg met de eredivisieverenigingen en er in ieder geval voor de start van de competitie op terug te komen. De voorzitter zegt dat het leveren van de niet-celluloid ballen wereldwijd een probleem is. Frank Lequin, West, vraagt of dit besluit gerectificeerd kan worden. Dat kan niet, want dit is het genomen HB-besluit. Achim Sialino, Directeur Tafeltennis, zegt dat internationaal al met de nieuwe bal wordt gespeeld. De technische staf en de selectieleden vinden de verschillen miniem en kleiner dan het verschil tussen 38 en 40 mm ballen. 16. Sluiting De voorzitter bedankt voor de positieve en constructieve vergadering, feliciteert Wim van Selling met zijn onderscheiding en wenst iedereen een goede thuisreis. Hij sluit de vergadering om 13.22 uur. 12 BESLUITENLIJST BONDSRAADSVERGADERING 21 juni 2014 Nr 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. Omschrijving De Bondsraad benoemt Wim Vreeburg tot Bondsraadslid met de functiezetel Opleidingen. De Bondsraad benoemt Felix Warners tot Bondsraadslid met de functiezetel Atletencommissie. De Bondsraad stelt de notulen en de besluitenlijst van de Bondsraadsvergadering van 23 november 2013 vast. De Bondsraad stelt de voortgangsactielijst vast. De Bondsraad stelt de notulen van 21 juni 2014 vast. De Bondsraad stelt het Algemeen Jaarverslag ongewijzigd vast. De Bondsraad stelt de gecumuleerde jaarrekening vast. De Bondsraad stelt het jaarverslag van de Tuchtcommissie vast. De Bondsraad stelt het jaarverslag van de Commissie van Beroep vast. De Bondsraad stelt het jaarverslag van het College van Arbiters vast. De Bondsraad stelt het jaarverslag van de Reglementscommissie vast. De Bondsraad stelt het jaarverslag van de Fondsbeheerscommissie vast. De Bondsraad aanvaardt de concept-visie op paratafeltennis. * De Bondsraad stelt vast dat voortaan wordt gesproken over het NTTB-vermogen en niet meer over landelijk- en afdelingsvermogen. * De Bondsraad stelt vast om voortaan te spreken over de NTTB, dat zijn wij samen en niet meer over “wij” en “zij”. * De Bondsraad stelt de notitie Bestuurlijke vernieuwing vast. De Bondsraad herbenoemt de leden van de Financiële Commissie. De Bondsraad herbenoemt de leden van de Tuchtcommissie. De Bondsraad herbenoemt de leden van de Commissie van Beroep. De Bondsraad herbenoemt de leden van de Fondsbeheerscommissie. De Bondsraad stelt de wijzigingen in de artikelen 5, 13, 41 en 42 van het Competitiereglement vast. * Dit is geen besluit volgens de weg van de formele besluitvorming, maar een afspraak die tijdens de vergadering is gemaakt en daarom in dit overzicht vastgelegd. 13 (VOORTGANGS)ACTIELIJST BONDSRAADSVERGADERING 21 JUNI 2014 Nr 1 Omschrijving Onderzoek naar product-marktcombinaties 5 10 12 15 18 Bestuurlijke vernieuwing: Uitwerken van de in de BR juni 2014 vastgestelde aanbevelingen BR informeren stand van zaken voorbeeldverenigingen Updaten nieuwe NTTB-website en afdelingswebsites / verwerken suggesties E-mailadressen voor Bondsraadsleden regelen Oprichten van een werkgroep competitieaanpassing n.a.v. het onderzoek naar wensen en behoeften competitiespelers Financiële verhoudingen tussen NTTB landelijk en afdelingen vastleggen en de weeffout repareren Aantal competitiegerechtigde spelers van het dalende ledental nazoeken Werving en opleiding scheidsrechters 20 21 27 30 32 34 39 40 41 43 44 45 Staat van baten en lasten bespreken met de Financiële Commissie Onderscheid leden NTTB en leden volgens NOC*NSF, zo nodig aanpassing van de omschrijving van het begrip “lid” in de reglementen Grijze leden: notitie en plan van aanpak uitwerken Informatie en communicatie over wat de NTTB de leden biedt Invoeren nieuw contributiesysteem Jaarplannen van de afdelingen uniform en “smart” SMART-activiteitenoverzicht voor 2015 uitwerken Uitwerken Visie op paratafeltennis Bemensen Reglementscommissie AS = Achim Sialino, Directeur Tafeltennis JS = Jan Simons, Hoofdbestuurslid Wedstrijdzaken en Topsport KJ = Koen Jacobs, Hoofdbestuurslid Sport- en Productontwikkeling KK = Kees Kamp, penningmeester MB = Marcel Borst, Algemeen Directeur RK = Ronald Kramer, voorzitter WvB = Wim van Breenen, Hoofdbestuurslid Marketing en Communicatie a.i. 14 Besproken in BR nov 2008 / BR juni 2012 BR juni 2014 BR juni 2011 BR juni 2012 BR nov. 2012 Status Eigenaar WvB BR nov. 2014 JS KJ WvB MB JS BR nov. 2012 BR nov. 2013 Verplaatst naar opleidingen KK JS KJ BR nov. 2013 BR nov. 2013 KK MB BR juni 2014 BR nov. 2013 BR nov. 2013 BR nov. 2013 BR juni 2014 BR juni 2014 BR juni 2014 KJ WvB KK AS AS KJ RK Vanaf 2015 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 3 - agendapunt 6A TOELICHTING VERSCHILLEN TUSSEN VERWACHTING 2014 EN BEGROTING 2014 IN HALFJAARRAPPORTAGE 2014 De verwachting staat na het eerste kwartaal op -88.000 daar waar -70.000 is begroot. De verwachting na het eerste kwartaal stond op -118.000 dus conform verwachting is een heel stuk ingelopen. Gedurende het jaar worden verdere bijstellingen gedaan waardoor ultimo 2014 naar alle waarschijnlijkheid binnen begroting zal worden gebleven. Toelichting op de verschillen: SPO: 1.2 Jeugd tot 21 (- € 6.000) Het jeugdkamp dat voor het eerst sinds jaren is georganiseerd is qua opbrengsten door een lager dan begroot deelnemerstal flink achtergebleven. Dit is grotendeels gecompenseerd door lagere uitgaven op het volwassenenbeleid. Opleidingen (- € 1.500) Bij opleidingen vallen de inkomsten uit inschrijvingen tegen, ondanks de actie dat mensen die slagen hun inschrijfgeld terug ontvangen. Hiertegenover staan ook weer lagere uitgaven maar per saldo levert dit een negatief resultaat omdat in de inschrijfgelden ook een opslag ter dekking van de vaste kosten is opgenomen. De outputsubsidie van NOC*NSF is € 5.000 lager vanwege het lage aantal geslaagden in 2013. Voorzichtigheidshalve moet worden vermeld dat hier een risico aanwezig is omdat van de verwachte inkomsten vrijwel alles in de tweede helft van het jaar moet worden gerealiseerd. Topsport (+ € 2.500) Bij topsport zijn diverse verschuivingen in keuzes met betrekking tot de diverse programma’s. Binnen de programma’s worden deze weer gecompenseerd. In het tweede kwartaal zijn de verschillen: • Dames (+ € 8.000) • Heren ( - € 14.000) • Para ( + € 2.000) • Onder 13 ( + € 6.500) • Wedstijdzaken (- € 7.500) De NK-A is duurder geworden dan begroot. Daarnaast zijn extra kosten gemaakt doordat de logistieke partner van de tafelverhuur in surseance is geraakt. De NTTB heeft hiervoor een claim ingediend bij de curator, maar er is een grote kans dat dit niet kan worden geïnd. Voorzichtigheidshalve is het bedrag van de claim buiten dit overzicht gebleven. Algemene Zaken De contributieinkomsten blijven redelijk binnen de verwachting. De subsidies van NOC*NSF blijven € 5.000 achter bij de begroting. 15 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 4 - agendapunt 6B Jaarplan 2014 (inclusief update per 30-9-2014) NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Inclusief de (concept-)afdelingsjaarplannen Join the Table Inhoudsopgave Inleiding 1 Sport- en productontwikkeling 2. Topsport 3. Wedstrijdzaken 4. Opleidingen 5 Algemeen Bestuurlijke Zaken 6 Afdelingen - Holland-Noord - ZuidWest - West - Noord - Limburg - Gelre - Midden - Oost 16 Inleiding Graag biedt het Hoofdbestuur van de Nederlandse Tafeltennisbond u hierbij het Jaarplan 2014. Voor 2014 hebben wij dezelfde structuur gekozen als de voorgaande jaren, waarbij we focussen op de onderdelen die voortkomen uit ‘Beleid met Effect, Meerjarenbeleidsplan 2010-2016’. De reguliere operationele activiteiten zijn niet verder in detail uitgewerkt. Onderdeel van de gekozen structuur is dat wij ook in 2014 elk kwartaal per onderdeel in het Jaarplan de voortgang (beknopt) zullen weergeven en verspreiden. 2014: het jaar waarin we gezamenlijk (verenigingen, afdelingen en landelijke organisatie) onze plannen, ideeën en doelstellingen rondom productontwikkeling, ledenwerving en ledenbehoud, maar ook rond de topsport en de bestuurlijke vernieuwing verder moeten realiseren, dit afgezet tegen de beschreven resultaten in het Meerjarenbeleidsplan 2010-2016 in de wetenschap dat de financiering hiervan onder grote druk staat. Per onderwerp in dit Jaarplan wordt de doelstelling beschreven, evenals, op hoofdlijnen, de wijze waarop deze wordt gerealiseerd en geëvalueerd. Tevens is het budget voor dat beleidsonderdeel beschreven en volgens welke planning de activiteit in 2014 wordt uitgevoerd. De beschrijving van het budget is geen vervanging van de begroting 2014, maar geeft evenals in 2013 vanuit de begroting meer inzicht in de aan de budgetten gekoppelde activiteiten. De Bondsraad heeft gevraagd om te komen tot een Jaarplan, waarin ook de plannen en activiteiten van de afdelingen zijn opgenomen. Het Hoofdbestuur wil graag in goede samenwerking met alle betrokken vrijwilligers, verenigingen, afdelingen, bestuurders, medewerkers Bondsbureau, technische staf en sporters de plannen en activiteiten uitvoeren en tot een succesvol resultaat komen! Hoofdbestuur NTTB Oktober 2013 17 1. Sport- en Productontwikkeling Inleiding: De vereniging centraal, dat is het uitgangspunt voor het beleid op breedtesportontwikkeling voor het jaar 2014. Om succesvol te zijn in dit beleid zijn een aantal voorwaarden essentieel. De eerste is de juiste focus. Hiermee bedoelen we dat we de vereniging gericht ondersteunen daar waar ze het meest succesvol wil zijn. Bijvoorbeeld door de inzet van het succesvolle Table Stars, op school en op de vereniging. Of door besturen te versterken met cursussen vanuit het project ‘Thuis in Tafeltennis’(de nieuwe naam voor het project ‘Naar een veiliger sportklimaat. Hierbij houden we rekening met de landelijke tendens om zoveel mogelijk op lokaal niveau te focussen. Samenwerking tussen verenigingen, binnen en buiten tafeltennis, met lokale partijen en met de gemeente is het devies. De NTTB gaat mee in dat landelijke beleid en gaat naar de verenigingen toe. Met focus bedoelen we ook dat we onze productlijn in beweging houden, niet statisch maar dynamisch. Waar nodig scherpen we aan, waar nodig verschuift de focus. Dit altijd met het vasthouden aan de rode lijn, de gedachtegang achter het product, het effect dat het heeft op onze verenigingen. Het tweede aandachtspunt in het centraal stellen van de vereniging is het vergroten van het draagvlak en de reikwijdte van de NTTB-producten. Ook hier geldt dat we naar de verenigingen toe gaan. Hierbij zien we ook duidelijk een rol voor de afdelingen. Zij staan dichterbij de verenigingen dan ‘Zoetermeer’. In de jaarplannen van de afdelingen zijn dan ook de doelstellingen die landelijk heeft gesteld gekwantificeerd naar de lokale setting. Omdat afdelingen kampen met kadertekort, zal dit vanuit ‘Zoetermeer’ een inspanning vragen om op de juiste posities binnen de afdeling bemensing mogelijk te maken en zo ook te sturen op de uitvoer. Met deze twee aandachtspunten in het centraal stellen van de vereniging (gerichte ondersteuning en gebruik NTTB-producten) willen we groei bewerkstelligen. Groei is kwantitatief en kwalitatief te definiëren. Waar mogelijk is de groei gekwantificeerd als streefcijfer. Ook hier sluiten we aan bij landelijk beleid: +10% is ons streven. Kwalitatief ligt de groei op het vlak van genoeg en gekwalificeerd kader bij onze verenigingen. Ledengroei (werving) bereiken we vooral door de inzet van onze producten. De combinatie met onze diensten (benoemd vanaf 1.’3 Clubadvies, 1.4 Promotionele activiteiten, 1.5 Accommodatiezaken en 1.6 Thuis in Tafeltennis (Naar een veiliger sportklimaat)), zorgt voor een sterke combinatie. Nieuw in 2014 is dat de NTTB jeugdkampen gaat organiseren, o.a. ook voor Table Stars jeugd. De ontwikkeling van onze huidige en toekomstige producten gaat ook gewoon door. Stilstand is achteruitgang. Volgens het meerjarenbeleid zijn we nog in ontwikkeling met de doelgroepen paratafeltennis en bedrijfstafeltennis. Ter ondersteuning van deze producten en ook van onze jeugdproducten gaan we waar nodig extra wedstrijd- en toernooiaanbod realiseren of bestaand aanbod beter promoten. In samenwerking met team Wedstrijdzaken bijvoorbeeld op het gebied van paratafeltennis. We continueren het meerjarenbeleid om bedrijven enthousiast te krijgen voor het tafeltennis. iPONG is daarbij vanuit marketing een vernieuwend aanbod. Binnen het team SPO (Sport- en productontwikkeling) werken we verder aan onze integrale visie. Medewerkers handelen en denken niet alleen vanuit hun eigen specialisme, maar vanuit de integrale visie dat in de breedtesport, wedstrijdsport, opleidingen en topsport dwarsverbanden nodig zijn. Je versterkt niet één onderdeel, maar het geheel bij een vereniging. Je werft niet alleen, je denkt ook aan opvang en behoud, aan doorstroom binnen de vereniging naar competitie en talentherkenning. De medewerkers zijn allen ook verenigingsondersteuners. Ze laten zich voeden en inspireren door expert- en werkgroepen vanuit de achterban (verenigingen, leden). Het beleid voor 2014 is hieronder op hoofdlijnen weergegeven. Voor een meer gedetailleerde inhoud en fasering verwijzen we naar het Plan van Aanpak of Projectplan dat bij een onderwerp hoort. 1.0 Algemeen Doelstelling Beleid op werving en behoud doelgroepproducten en verenigingsondersteuning Bemensing verenigingsondersteuners afdeling Sport- en Productontwikkeling Ontwikkelen nieuwe lidmaatschapsvormen (USBO –departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap- stagiaire) Betrekken achterban d.m.v. Expertgroep Sportontwikkeling 18 Budget Personele inzet Uitgaven: Algemene- en personeelskosten: € 169.000 Inkomsten uit subsidie: € 37.500 Inkomsten uit contributies: € 121.000 Inkomsten uit VSK: € PM Hoofd Sporten Productontwikkeling, medewerker Sporten productontwikkeling NTTB, medewerker Sport- en productontwikkeling SBN, medewerker Jeugdsport, Projectleider ‘Thuis in Tafeltennis’ (Naar een veiliger sportklimaat), Stagiaire USBO (ontwikkelen nieuwe lidmaatschapsvormen) 1.1 Sport- en Productontwikkeling – Table Stars Doelstelling Actieve aanjaagfunctie op werving en behoud van jeugdleden tot 13 jaar door middel van het breed verspreiden van de Table Stars leerlijn. Dit moet eind 2014 terug te vinden zijn in het aantal deelnemende verenigingen (> 90) , het aantal verstrekte diploma’s (>10.000) en een groei in instroom in de leeftijd van 4-13 jaar (> 10% instroom en > 5% behoud). Table Stars richt zich vooral op de leeftijd 6-10 jaar. In deze leeftijdsgroep is eind 2014 een groei van > 10% in instroom. Realisering Stimuleren en ondersteuning deelname verenigingen en scholen aan de Table Stars leerlijn: 1. Table Stars@school. Doelstelling > 90 tafeltennisverenigingen draaien Table Stars@school. In samenwerking met > 360 scholen. 2. Aantal schoolactieve verenigingen blijft minimaal gelijk en groeit bij voorkeur van 70 naar 90 verenigingen. 3. Begeleiding nieuwe verenigingen door medewerker jeugdsport. Minimaal één bijeenkomst per afdeling voor stimuleren deelname nieuwe verenigingen. Begeleiding bestaande vereniging door medewerker jeugdsport. Minimaal één bijeenkomst per afdeling voor kennisdeling en advies. 4. Deelname aan Table Stars the Battle, lokale voorrondes: minimaal 40 gemeentes. Deelname landelijke finale 32 teams, komend uit minimaal 20 gemeentes. 5. Organisatie Table Stars sportkamp (6-10 jaar) in de herfst-, kerst-, en/of zomervakantie. Minimaal 15 deelnemers per kamp. 6. Evaluatie pilot Table Stars Master. Landelijke uitrol bij minimaal 30 verenigingen. 7. Maximaal 6 verenigingen ondersteunen in aanvraag Sportimpuls Table Stars, leidend tot minimaal 3 serieuze aanvragen voor 2015. 8. Up-to-date houden communicatiemiddelen Table Stars (posters, flyers, website, nieuwsbrieven). Evaluatie Monitoring aantallen via eigen project database (zie punten 1, 3, 4, 6) Evaluatie (zie punten 1, 5, 7) Monitoring groei leeftijdsgroepen NTTB Schoolactiviteit meting (zie punt 2) Budget Uitgaven: € 18.900 Inkomsten uit aanbod: € 9.500 Inkomsten uit contributie: € 0 Personele inzet Hoofd Sporten productontwikkeling, medewerker Sporten productontwikkeling SBN, medewerker Jeugdsport Planning 2014 • Eerste helft • Uitvoer Table Stars volgens jaarplanning • Organisatie The Battle tijdens NK-A in Zwolle • Aanjagen aanvragen verenigingen in Sportimpuls • Integratie programma VSK (SR1 en 2) in Table Stars • Bijscholingen Table Stars (beginnende verenigingen) • Evaluatie pilot Table Stars Master • Afronden begeleiden verenigingen met aanvraag Sportimpuls • Organisatie Table Stars zomerkamp • Monitoring deelname en ledenontwikkeling eerste helft 2014 • Tweede helft • Uitvoer Table Stars volgens jaarplanning 19 Update per 30-9-2014 • Landelijke uitrol Table Stars Master (vervangt @theclub) • Onderzoeken draagvlak Table Stars@theStreet (2016 ev) • Ondersteunen verenigingen in de Sportimpuls • Campagne The Battle 2015 starten • Integratie programma VSK(SR1 en 2) in Table Stars • Organisatie Table Stars herfst- en/of winterkamp • Bijscholingen Table Stars (gevorderde verenigingen) • Monitoring resultaten tweede helft 2014 + totaal De nieuwe monitor Table Stars is gehouden. De resultaten en het rapport staan op de website. Positief is dat 95% van de verenigingen volgend jaar weer met Table Stars aan de slag gaat en 40 verenigingen hebben aangegeven ermee te gaan beginnen. Sven gaat met hen contact opnemen. Negatief is dat 50 actieve verenigingen de meting niet hebben ingevuld. En dat veel verenigingen Table Stars niet of niet goed inzetten, waardoor het merk afzwakt. Punt van aandacht! Het NTTB tafeltenniskamp ‘Vrienden maken’ vond plaats van 4 t/m 9 augustus in Venray. Er waren 22 inschrijvingen. Het kamp is positief geëvalueerd, er zijn alweer 6 inschrijvingen voor volgend jaar. Er zijn 2 Sportimpuls aanvragen Table Stars gehonoreerd: Pijnacker en Den Bosch. Table Stars Masters heet vanaf nu Table Stars Challenge, dit om verwarring met andere Masters/Masterz te voorkomen. De pilot wordt momenteel in Amsterdam en Rotterdam gehouden. De uitnodigingen en posters voor The Battle zijn weer verstuurd. We zijn bezig om KTTF-verenigingen informatie op maat te verstrekken zodat ook individuele kampioenen zich als schoolteam kunnen aanmelden voor The Battle We gaan geen herfst- of winterkamp organiseren, geen prioriteit 1 – en tijd - op dit moment. Hetzelfde geldt voor Table Stars@thestreet. We volgen wel het project dat momenteel loopt in Schiedam. 1.2 Sport- en Productontwikkeling – Oudere jeugd, jong volwassenen, paratafeltennis Doelstelling Actieve aanjaagfunctie op werving en behoud van paratafeltennissers in de leeftijd 12-23 jaar d.m.v. Table Heroes en Tafeltennis als revalidatiesport. Samenwerking met Team Wedstrijdzaken voor doorstroom naar toernooien. Passieve ondersteuning op werving en behoud overige doelgroepen in de leeftijd 12-23 jaar. Focus op behoud door het aanbieden van sportkamp tafeltennis in zomervakantie (50 deelnemers). Groei van minimaal 10% in instroom jeugd in de leeftijd 12-23 jaar. Groei van minimaal 5% in behoud jeugd in de leeftijd 12-23 jaar. Groei van minimaal 10% in de leeftijd 16-23 jaar. Groei van 10% in het aantal geregistreerde paratafeltennissers. Realisering 1. Landelijke bijscholing tafeltennis op MBO-scholen. Financiële ondersteuning NK MBO-scholen. 2. Table Heroes, lessen voor speciaal onderwijs. Minimaal 10 verenigingen gaan met dit lesprogramma aan de slag. Twee landelijke bijscholingen. 3. Stimuleren collecteren voor het Fonds Gehandicaptensport (10 verenigingen). 4. Organiseren één bijeenkomst voor NTTB studentenverenigingen. 5. Organiseren zomertafeltenniskamp oudere jeugd in samenwerking met tafeltennisverenigingen en vanuit NTTB Bondsbureau (50 deelnemers). 6. Promotie van SR2 en SR3 onder de doelgroep oudere jeugd. 7. Up-to-date houden en/of ontwikkelen communicatiemiddelen oudere jeugd / studenten / parasport (posters, flyers, website, nieuwsbrieven). Evaluatie Monitoring leeftijdsgroepen NTTB. Via verenigingsscan meten welke verenigingen welke programma’s gebruiken. Registratie deelnemende verenigingen Table Heroes en collecte Fonds Gehandicaptensport. Evaluatie NTTB-zomersportkamp. 20 Budget Personele inzet Planning 2014 • Eerste helft • Tweede helft Update per 30-9-2014 Uitgaven: € 11.000 Inkomsten: € 12.500 Hoofd Sporten productontwikkeling, medewerker Sporten productontwikkeling SBN, medewerker Sport- en productontwikkeling NTTB • • • • • • • NK MBO-scholen (financiële ondersteuning) Landelijke uitrol Table Heroes naar aanleiding van pilot 2013 Bijscholing Table Heroes Stimuleren deelname aan collecte Fonds Gehandicapten Sport Promotie SR2 en 3 bij de doelgroep oudere jeugd Organiseren van 1 of 2 weken NTTB-zomerkamp (50 deelnemers) Monitoring resultaten eerste helft 2014 • Stimuleren deelname MBO’s aan NK MBO • Evaluatie NTTB-zomerkamp • Organiseren bijeenkomst studentenverenigingen NTTB • Bijscholing Table Heroes • Monitoring resultaten 2014 • Versturen verenigingsscan Het NTTB tafeltenniskamp is geëvalueerd. Er is geen reden de opzet te wijzigen. Wel kunnen we ons verbeteren in de werving door goed te kijken naar welke vereniging onze doelgroep is. Ons kamp is een breedtesportkamp en is daarmee geen concurrent voor andere trainingskampen. De kinderen en hun ouders waren zo enthousiast dat 6 van hen hebben aangegeven volgend jaar weer mee te willen doen. De aanvraag bij de Johan Cruyff Foundation is goedgekeurd. We zijn druk bezig om alle materialen besteld en/of geproduceerd te krijgen. De JCF richt zich op werving en behoud van jeugd. De bijscholingen paratafeltennis zijn verplaatst naar 2015 waardoor ze in het plan passen. Er zijn momenteel +/- 350 personen actief binnen de online module TafeltennisMasterz. In een volgende update vermelden we hoeveel certificaten SR1 zijn uitgereikt. De arbitragecoördinatoren hebben een startbijeenkomst gehad, de opkomst was goed. Twee van hen zijn inmiddels als SR3 opgeleid en gaan door naar de SR4 opleiding. 1.3 Sport- en Productontwikkeling – volwassen doelgroepen Doelstelling Bevorderen sportparticipatie onder volwassenen door het aanbieden van tafeltennis op de diverse locaties vereniging, bedrijven, revalidatiecentra en voor diverse doelgroepen: bedrijven, paratafeltennis, ongebonden sporter. Groei van minimaal 10% in instroom in de leeftijd 23-55 jaar. Groei van minimaal 10% in instroom paratafeltennissers (jeugd en senioren) zie ook 1.2. Stabilisatie in behoud competitiespelers NTTB leeftijd 23-55. Doorstroom van oud-leden studentenvereniging naar competitie NTTB. Realisering Continuering beleid op het werven van doelgroepen paratafeltennis en bedrijfssport. Verkennend op beleid voor het werven en behouden van ouderen, recreatiesector (buitentafeltennis) en doorstroom studenten. 1. Bedrijfstafeltennis: zie Plan van Aanpak 2014-2016. 2. Paratafeltennis (Table Heroes (zie 1.2) en Tafeltennis als revalidatiesport. Uitrol meerjarenbeleid paratafeltennis 2013-2016 volgens Plan van Aanpak in samenwerking met NOC*NSF. Doel: 20 verenigingen en 6 revalidatiecentra in 3 jaar tijd erbij betrekken. 2. Start ontwikkelen beleid op doelgroep ouderen (50+). 3. Promotie NK iPONG voor de diverse doelgroepen. Monitoring Monitoring deelnemers op leeftijd en beperking; monitoring ledengroei onder de doelgroep. Vaste deelname NTTB aan Supportbeurs Utrecht, Paralympic Experience Day Paratafeltennis vast onderdeel van kwaliteitscriteria verenigingen en dus verenigingsscan. 21 Budget Personele inzet Planning 2014 • Eerste helft • Tweede helft Update per 30-9-2014 1.4 Clubadvies Doelstelling Realisering Uitgaven: € 11.000 Inkomsten verkoop: € 3.000 Inkomsten uit subsidie: € 0 Inkomsten uit collecte: € 2.500 Hoofd Sporten productontwikkeling, productontwikkeling NTTB • • • • • • • medewerker Sport- en Ontwikkelen vragenlijst deelnemers Join the Table (stagiaire) Bijscholing paratafeltennis Bijscholing werving en behoud dames Paratafeltennis vast onderdeel van het NTTB verenigingscongres Expertgroep Paratafeltennis SPO bijeenkomst Vergaderingen Team Paratafeltennis Voorbereiden aanvraag beoordeling ‘Effectief Actief’ voor de producten Join the Table en paratafeltennis • • • • • • Uitwerken ideeën nieuwe lidmaatschapsvormen Expertgroep Paratafeltennis SPO bijeenkomst Vergaderingen Team Paratafeltennis Bijscholing paratafeltennis Bijscholing werving en behoud dames Aanvraag beoordeling ‘Effectief Actief’ voor de producten Join the Table en paratafeltennis Er zijn geen ontwikkelingen op het gebied van bedrijfstafeltennis. De NTTB biedt geen actieve ondersteuning (meer) op dit onderwerp. De module is nog wel beschikbaar voor gebruik. Dit jaar ronden we het onderwerp af. Inmiddels is uit gesprekken met de achterban gebleken dat men liever een focus heeft op beleid voor ouderen. Hier hebben HBO-studenten een eerste vooronderzoek naar gedaan. Hun advies is om naast aanbod op de vereniging vooral te kijken naar samenwerking met andere sporten en met zorginstellingen. Op 8 september heeft Team paratafeltennis vergaderd en de toekomst van dit team besproken. Het team valt niet meer onder Wedstrijdzaken maar onder SPO. Het team is versterkt met de komst van Gerald van Grunsven. Onze stagiaire van de USBO, Maxime Welten, belast met het onderzoek naar nieuwe lidmaatschapsvormen, is onverwachts gestopt bij ons. Ze heeft wel haar tussenrapport opgeleverd. We bezien wat we ermee kunnen en willen. De ontwikkelingen bij de damescompetitie zijn deels wel en deels niet naar wens verlopen. Dit is geëvalueerd met Jan Simons en een vernieuwde opzet voor de werkgroep is opgesteld. Veel van dit (nieuwe) beleid zal afhangen van de SMART doelstellingen, geformuleerd op basis van extra inkomsten. Binnen de huidige taken is dit onderdeel nu niet voldoende bezet. Hierdoor haal je niet de gewenste en benodigde resultaten. Tussentijds veranderen van beleid vraagt ook om een omschakeling, ook dat kost tijd. Versterken van tafeltennisverenigingen op bestuurlijk en organisatorisch vlak. Informeren over en stimuleren van de tafeltennisvereniging als open club. Deelname van de vereniging aan Thuis in Tafeltennis = Veilig Sporten. 1. Bezoeken van verenigingen: - 50 intakegesprekken Thuis in Tafeltennis (VSK) - 20 verenigingen Directeur Tafeltennis en hoofd Sport- en productontwikkeling 2. Aanbieden ondersteuning op maat n.a.v. intake Thuis in Tafeltennis. Realiseren doelstellingen bij 1.6. 3. Deelname >200 bestuurders aan NTTB verenigingscongres en lokale kennisdelingsbijeenkomsten van afdeling. 4. Samenwerking met de VVTT om technisch kader te versterken (zie jaarplan 22 Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 • Eerste helft • Tweede helft Update per 30-9-2014 opleidingen). 5. Vorm geven aan een verenigingsdatabase o.a. gebruikmakend van landelijke monitoring ‘Naar een veiliger sportklimaat (VSK). Uitzetten verenigingsscan op basis van vastgestelde kwaliteitscriteria. 6. Informeren over en stimuleren van de tafeltennisvereniging als open club: a. Oppakken lokale samenwerkingskansen waaronder stimuleren Sportimpuls b. Optimaliseren gebruik eigen accommodatie zowel overdag als tijdens tafeltennismomenten. c. Traject nieuwe lidmaatschapsvormen (zie 1.0). Aantal verenigingsbezoeken: 70. Deelnemers verenigingen aan het Verenigingscongres: >200. Verenigingsscan minimaal 200 verenigingen waaronder de top 100. Uitgaven: € 7.250 Inkomsten uit contributies: € 0 Inkomsten uit subsidie: € 2.000 Inkomsten uit VSK subsidie: € PM Hoofd Sport- en productontwikkeling, Projectleider VSK, medewerker Sporten productontwikkeling NTTB, medewerker Sport- en productontwikkeling SBN, medewerker Jeugdsport, Coördinator Opleidingen, Directeur Tafeltennis • • • • • • • • Organisatie Verenigingscongres 1 maart 2014 (NK-A) Verenigingsbezoeken Ledenanalyse n.a.v. USBO-opdracht nieuwe lidmaatschapsvormen Deelname verenigingen aan ondersteuningsaanbod VSK Sturen op ondersteuning schrijven aanvragen Sportimpuls Stimuleren lidmaatschap VVTT en deelname aan VVTT-bijscholingen Integratie eigen database met die van het VSK-programma Ontwikkelen seizoensplanner clubbesturen 2014/2015 • Versturen seizoensplanner clubbesturen 2014/2015 • Verenigingsbezoeken • Nieuwe lidmaatschapsvormen eerste opzet nieuwe producten • Verenigingsscan 2014 • Aanjaagfunctie Sportimpuls • Stimuleren lidmaatschap VVTT en deelname aan VVTT-bijscholingen • Bijwerken verenigingsdatabase naar aanleiding van scan Aan het begin van het seizoen is een uitgebreide SPO nieuwsbrief verzonden. Hierin veel informatie voor verenigingen om een goede start te maken, waaronder de seizoensplanner. Achim en Ingrid zijn voor de zomerstop bij 9 verenigingen op gesprek geweest. Verslagen worden ook naar de afdelingen gestuurd. Een samenvatting vindt u bijgevoegd. Onze stagiaire van de USBO, Maxime Welten, belast met het onderzoek naar nieuwe lidmaatschapsvormen is onverwachts gestopt bij ons. Het onderzoek heeft nog geen directe inzichten gegeven hoe we onze producten kunnen koppelen aan lidmaatschappen. De verenigingsscan is aangepast op de VSK-onderdelen. In het laatste kwartaal wordt deze maar alle verenigingen verzonden. Met de VVTT zijn afspraken gemaakt voor 2015, deze zijn nog niet geformaliseerd. Eenzelfde regeling ter stimulering lidmaatschap en lezen VISIE is daarin opgenomen.. 1.5 Promotionele activiteiten Doelstelling Promotie van de tafeltennissport vanuit de breedtesport door middel van toernooien, evenementen en communicatiematerialen ter ondersteuning aan bestaande producten en programma´s. Realisering Ontwikkelen en aanbieden toernooien en wedstrijden voor de breedtesport, buiten bestaande competities en toernooien: - Table Stars The Battle (scholenkampioenschap) NK-A 23 Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 • Eerste helft • Tweede helft Update per 30-9-2014 - Instapcompetitie Table Stars Master - NK iPONG tijdens NK-A - Promotie tafeltennis tijdens Nationale Sportweek - Aanbod meisjes/dames Aanbod communicatiematerialen ter ondersteuning werving en behoud - Formats ledenwerfposters en -flyers - Seizoensplanner clubbesturen (1.4) - Poster Nationale Sportweek - Poster The Battle (zie 1.1) - Verhuur iPONG en overige promotiematerialen Aantal deelnemers events. The Battle: volledige bezetting = 32 teams. NK iPONG: 50 deelnemers. Table Stars Master: 50 deelnemers Deelname NSW: 25 verenigingen Uitgaven: € 12.500 Inkomsten uit verkoop en verhuur: € 12.700 Inkomsten uit contributies: € 0 Hoofd Sport- en productontwikkeling, med. Jeugdsport, Med SPO SBN • • • • • • • • • • Organiseren side events NK-A Organiseren pilot instapcompetitie Table Stars Master Motiveren deelname verenigingen aan de Nationale Sportweek Join the Table tijdens Nationale Sportweek Ontwerpen posters voor The Battle en Nationale Sportweek Opening en sluiting Nationale Sportweek Verhuur snelheidsmeter en iPONG tafels Klaarzetten communicatiematerialen voor nieuwe seizoen Evaluatie aantallen deelnemers (side) events Opstarten campagne The Battle • Verhuur snelheidsmeter en iPONG tafels • Opstarten programma’s volgens jaarplan 1.1, 1.2, 1.3 en 1.4. In het derde kwartaal waren weinig speciale promotionele activiteiten gepland. Op 10 september hebben we tijdens de open dag van de Johan Cryuff Foundation tafeltennis gepromoot. De uitnodiging voor The Battle is verstuurd. Deelname aan de Nationale Sportweek 2015 is onder voorbehoud toegezegd. De verkoop van iPONG stagneert enigszins. Een promotionele activiteit bij de gemeente Rotterdam is op het laatste moment door hen afgeblazen, wat jammer was gezien de inspanning vanuit FvT en ons. 1.6 Accommodatiezaken Doelstelling Ondersteuning verenigingen in nieuw- en verbouw. Verbetering accommodatie leidt tot betere binding met huidige leden. Realisering Verenigingsconsulent bezoekt verenigingen op aanvraag. Deze ondersteuning is kosteloos. Streven is dat per jaar 10 verenigingen op deze wijze ondersteund worden. Dit leidt tot de realisatie van 5 nieuwbouwplannen en 5 accommodatieverbeteringsplannen. Evaluatie Overzicht bezochte verenigingen / overzicht hulpvraag Budget Uitgaven: € 6.000 Inkomsten: € 0 Personele inzet Zie 1.3 en commissie Accommodatiezaken Planning 2014 • Verenigingsbezoek • Continu • Beantwoorden vragen per e-mail • Up-to-date houden accommodatie-eisen o.a. via de ISA Update per Peter van Mil heeft zijn bestaande contacten onder beheer en houdt nieuwe 30-9-2014 contacten momenteel zoveel mogelijk af ivm zijn gezondheidstoestand. 24 Desalniettemin heeft hij toch weer aardig wat bezoeken afgelegd en verenigingen geadviseerd in hun verbouw- en nieuwbouwtrajecten. 1.7 Veilig Sporten Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 • Continu Update per 30-9-2014 Het betrekken van tafeltennisverenigingen in het project Thuis in Tafeltennis (VSK). Vergroten van de bestuurlijke vaardigheid. Vergroten van de spelregelkennis in de breedtesport. Vergroten van het aantal gediplomeerde en gelicenseerde scheidsrechters binnen onze sport in samenwerking met de Scheidsrechterscommissie (SR1 t/m 5). Intake van 50 verenigingen in 2014 (tekenen convenant). Organisatie spelregeltoetsen en –quizen tijdens Nationale Evenementen. Opbouwen opleidingshuis scheidsrechters (zie 4.3). Verenigingsondersteuning (zie 1.4). Overzicht bezochte verenigingen: 50 per jaar. Overzicht aantal activiteiten uit activiteiten overzicht. Deelname monitoring vanuit Regis, het landelijk programma VSK). Uitgaven: € PM Inkomsten uit subsidie: € PM Inkomsten uit contributies € 0 Hoofd Sport- en productontwikkeling, Projectleider VSK, med SPO NTTB en Coördinator Opleidingen. • • • • • • Uitvoer Plan van Aanpak VSK 2014 (projectplan) Uitvoer Plan van Aanpak scheidsrechtersopleidingen 2013-2016 Communicatie inrichten Verenigingsbijeenkomsten organiseren (6-8 per jaar) Spelregeltoets ontwikkelen Vernieuwen of aanpassen bestaande producten met focus op doelstellingen in dit project (m.n. spelregelkennis en werving scheidsrechters in de breedtesport) • Aansluiten bij de KSS wat betreft arbitrage • Werven scheidsrechters niveau 3 en 4 Per 1 september hebben we helaas afscheid moeten nemen van Nanning van der Hoop als projectleider VSK, arbitrage. Zijn taak zat erop, afgeleide van het feit dat de financiering erop zat. Zijn taken zijn intern herverdeeld, maar kunnen natuurlijk niet 100% opgevangen worden. Nanning is op passende wijze bedankt voor zijn inzet en de resultaten die dat heeft opgeleverd. de Update 3 - - - kwartaal, overzicht behaalde resultaten Promotie online module Tafeltennis Masterz. Mirjam Hooman is ambassadrice. Lancering was begin september. Er zijn meer dan 300 personen actief binnen de module. Werving arbitragecoördinatoren (30) Workshop arbitragecoördinatoren (2): twee aanmeldingen voor SR3. Ontwikkelen workshop en presentaties SR2 Verenigingsbezoeken (intake) Het aantal intakes in 2014 staat op 17, we moeten naar de 32. Uitzetten besturen met een visie en sportief besturen 1 Besturen met een visie in Oisterwijk (5 verenigingen) 4 gezamenlijke trajecten met 3 andere bonden (5 verenigingen) In november en december 4 trajecten Sportief Besturen, Amstelveen, Groningen, Papendal en Soest Bijwerken REGIS (administratiesysteem) Deelname Week van de Scheidsrechter: aankondiging spelregelcafé 30 november in Utrecht 25 2. Topsport Inleiding: Door de subsidietoewijzing voor de dames en paratafeltennis blijft een full time programma mogelijk. Bij de heren is ervoor gekozen te blijven investeren in de huidige lichting. De trainingssituatie wordt met name uit de eigen bijdrage van de NTTB (contributie) bekostigd, waarbij het internationale programma volledig door de sporters zelf gedragen moet worden. Hiervoor hebben de meeste sporters ondersteunende afspraken met hun verenigingen getroffen. Missie van de NTTB op Topsport (in aansluiting op de missie van NOC*NSF) "Een structurele toename van het aantal professionele tafeltennissers en het presteren op internationaal niveau, met als inzet het behalen en behouden van een positie bij de top-10 landen van de wereld.” Visie op Topsport binnen de NTTB Binnen toptafeltennis gaat het om twee elementen: de topsporter en topsport. Voor de NTTB is een topsporter iemand die professioneel met tafeltennis bezig is, en daar, sportief gezien, het maximale uit wil halen. We kunnen topsport dan omschrijven als alles wat er voor nodig is om spelers en speelsters dat doel te laten bereiken en het niveau te laten behouden. Het allerhoogste dat een toptafeltennisser kan bereiken is een gouden medaille op de Olympische Spelen. Dit betekent dat de meetlat, in ieder geval voor een Olympische sport als tafeltennis, internationaal wordt gelegd. De meest eenvoudige reden voor de NTTB om te kiezen voor toptafeltennis is omdat het vastgelegd is in de Statuten. Maar de NTTB kiest ook voor topsport, omdat topsport het gezicht van de NTTB naar buiten is. De NTTB wil met Nederlandse spelers en speelsters meetellen in de internationale tafeltennissport. Essentieel is daarbij, dat de sporters in potentie internationale prestaties kunnen behalen. De sporter staat voor de NTTB centraal. De rol van de NTTB daarbij is het faciliteren van het trainergestuurde opleidingstraject van de sporters, die de keuze voor topsport maken. Binnen het opleidingstraject staat de vereniging aan de basis, in het verlengde volgen de afdelingen. De NTTB is aangesloten bij de internationaal overkoepelende organisaties ETTU en ITTF. Dit betekent dat de NTTB de verplichting heeft invulling te geven aan topsportaspecten, zoals inschrijving voor internationale evenementen. Bij “planning 2014” wordt verwezen naar de jaarplanner Topsport van de NTTB. De uitgebreide jaarplanner met alle details is op aanvraag beschikbaar bij de Afdeling Topsport van het Bondsbureau. 2.1 Doelstelling [Prestatie] Realisering Evaluatie Budget Presteren dames - WK teams (Top-8) - EK (Top-4) - ITTF World Tour toernooien De Directeur Tafeltennis gaat samen met de damesbondscoach de speerpunten en de invulling van de activiteiten in het jaarprogramma inpassen. De hierboven geformuleerde doelen bepalen de periodisering. De details van de activiteiten zijn in de jaarplanner terug te vinden. De inhoudelijke trainingswerkzaamheden, die bij het damesteam individueel zijn, worden door de damesbondscoach gecoördineerd. De Directeur Tafeltennis houdt hier toezicht op en heeft wekelijks meerdere keren contact met de damesbondscoach. Een grote evaluatie volgt na het seizoen, na ieder toernooi is er een kort evaluatiemoment. Uitgaven: € 297.100 NTTB bijdrage uit contributie voor topsport: € 0 Subsidies: € 297.100 26 Personele inzet Planning 2014 Update per 30-9-2014 2.2 Doelstelling [Prestatie] Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 Update per 30-9-2014 2.3 Doelstelling [Proces] Realisering Evaluatie Middelen vanuit de subsidies van NOC*NSF voor topsport voor 2014 Damesbondscoach, Talentcoach dames, paramedische staf, medewerker Topsport, Directeur Tafeltennis Zie uitgebreide jaarplanner NTTB waarin alle activiteiten zijn geperiodiseerd. De internationale toernooien en activiteiten zijn volgens de planning e uitgevoerd.. Speerpunt in het 3 kwartaal was de EK in Portugal. Zoals van tevoren met de damesbondscoach, de Technisch Directeur en NOC*NSF afgestemd wilden wij Britt Eerland en Jie Li deze EK in een dragende rol laten spelen. Met het behalen van de ¼-finale, het verslaan van Luxemburg, Rusland e en Roemenië is uiteindelijk een sterke 6 plaats behaald. Britt en Jie hebben dit e uitstekend opgepakt en een zeer goed toernooi gespeeld. Door de 6 plaats is ook de kwalificatie voor de Europese Spelen behaald. Presteren heren - WK-team (deelname moet in verband met de ontwikkelingen van de sporters worden overwogen. Anders wordt het budget voor andere activiteiten gebruikt.) - EK-team - Bezoeken van ITTF-Euro-Afrika toernooien en m.n. onder 21 toernooien van de World Tour om internationale meetmomenten te creëren en in de wereldranglijst te kunnen stijgen (deelname op eigen kosten) De Directeur Tafeltennis gaat samen met de herenbondscoach de speerpunten en de invulling van de activiteiten in het jaarprogramma inpassen. De hierboven geformuleerde doelen bepalen de periodisering. De details van de uitwerking van de activiteiten zijn in de jaarplanner terug te vinden. De inhoudelijke trainingswerkzaamheden, die bij het herenteam individueel zijn, worden door de herenbondscoach gecoördineerd. De Directeur Tafeltennis houdt hier toezicht op en heeft wekelijks meerdere keren contact met de herenbondscoach. Een grote evaluatie volgt na het seizoen. Na ieder toernooi is er een kort evaluatiemoment. Uitgaven: € 29.700 NTTB bijdrage uit contributie voor topsport: € 29.700 Subsidies: € 0 Herenbondscoach, Talentcoach heren, paramedische staf, medewerker Topsport, Directeur Tafeltennis Zie uitgebreide jaarplanner NTTB waarin alle activiteiten zijn geperiodiseerd. De heren hebben deels op eigen kosten deelgenomen aan diverse toernooien. Door de bijdrage vanuit de Bondsraad was het voor de heren mogelijk om deel te nemen aan de EK in Portugal. Door de afwezigheid in de laatste jaren e moesten zij in de 3 (standaard) categorie starten. Jiao was voor het eerst als coach van ons herenteam actief. Zij begeleidt en traint de heren al vanaf het najaar 2012. In de poule wonnen onze heren alle wedstrijden maar wisten in de cruciale wedstrijd veel matchpoints niet te verzilveren. De promotie is dus niet gelukt en zal voor 2015 doel blijven. Full time programma heren OTT (Olympic Talent Team) voor vijf sporters. De Directeur Tafeltennis gaat samen met de herenbondscoach en de talentcoach de speerpunten en de invulling van de activiteiten in het jaarprogramma inpassen. De details van de uitwerking van de activiteiten zijn in de jaarplanner terug te vinden. De inhoudelijke trainingswerkzaamheden, die bij het Olympic Talent Team individueel zijn, worden door de herenbondscoach en de talentcoach gecoördineerd. De Directeur Tafeltennis houdt hier toezicht op en heeft wekelijks contact met de betrokken trainers. Een grote evaluatie volgt na het seizoen. Na ieder toernooi is er een kort 27 Budget Personele inzet Planning 2014 Update per 30-9-2014 2.4 Doelstelling [Proces] Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 Update per 30-9-2014 2.5 Doelstelling [Prestatie] Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 evaluatiemoment. Uitgaven: € 38.200 NTTB bijdrage uit contributie voor topsport: € 38.200 Subsidies: € 0 Talentcoach heren, paramedische staf, medewerker Topsport, Directeur Tafeltennis Zie uitgebreide jaarplanner NTTB waarin alle activiteiten zijn geperiodiseerd. Martin Khatchanov is inmiddels ook naar Papendal verhuist en volgt het full time programma. Hierdoor wordt de trainingsgroep op het CTO Papendal naast twee fulltime sparringpartners verder uitgebreid naar vijf sporters. Full time programma dames OTT (Olympic Talent Team) met drie speelsters. De Directeur Tafeltennis gaat samen met de talentcoach dames de speerpunten en de invulling van de activiteiten in het jaarprogramma inpassen. De details van de uitwerking van de activiteiten zijn in de jaarplanner terug te vinden. De inhoudelijke trainingswerkzaamheden, die individueel zijn, worden door de talentcoach dames gecoördineerd. De Directeur Tafeltennis houdt hier toezicht op en heeft wekelijks meerdere keren contact met de betrokken trainers. Een grote evaluatie volgt na het seizoen. Na ieder toernooi is er een kort evaluatiemoment. Uitgaven: € 39.631 NTTB bijdrage uit contributie voor topsport: € 17.731 Subsidies: € 21.900 Middelen vanuit de subsidies van NOC*NSF voor topsport voor 2014. Damesbondscoach, Talentcoach dames, paramedische staf, medewerker Topsport, Directeur Tafeltennis Zie uitgebreide jaarplanner NTTB waarin alle activiteiten zijn geperiodiseerd. Rianne van Duin is bij de dames aangeschoven. Onze talentcoach Marcel Kraa is bezig om nieuwe speelsters uit de komende lichtingen te benaderen om intensiever te gaan trainen en het programma op Papendal te volgen. • Paratafeltennis sporters tijdens WK 2 medailles (dames klasse 7, heren klasse 7) De Directeur Tafeltennis gaat samen met de bondscoaches voor paratafeltennis de speerpunten en de invulling van de activiteiten in het jaarprogramma inpassen. De hierboven geformuleerde doelen bepalen de periodisering. De details van de uitwerking van de activiteiten zijn in de jaarplanner terug te vinden. De inhoudelijke trainingswerkzaamheden, die bij parasporters individueel zijn, worden door de hoofdbondscoach gecoördineerd. De Directeur Tafeltennis houdt hier toezicht op en heeft wekelijks meerdere keren contact met de betrokken trainers. Ook de activiteiten van talentherkenning en talentontwikkeling zijn hierin opgenomen. Een grote evaluatie volgt na het seizoen. Na ieder toernooi is er een kort evaluatiemoment. Uitgaven: € 252.810 NTTB bijdrage uit contributie voor topsport: € 34.120 Subsidies: € 218.690 Middelen vanuit de subsidie van NOC*NSF voor parasporters Bondscoaches parasporters, paramedische staf, medewerker Topsport, Directeur Tafeltennis Zie uitgebreide jaarplanner NTTB waarin alle activiteiten zijn geperiodiseerd. 28 Update per 30-9-2014 2.6 Doelstelling [Prestatie] Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 Update per 30-9-2014 2.7 Doelstelling [Proces] e Het 3 kwartaal stond in het teken van de WK Paratafeltennis in China. Kelly van Zon prolongeerde haar titel in klasse 7 en Jean Paul Montanus wist voor het eerst een mondiale medaille te winnen. Hij veroverde brons in klasse 7 bij de heren. EJK Presteren tijdens de Europese Jeugdkampioenschappen e • Jongens junioren – team: handhaven 1 categorie; individueel toernooi: enkel laatste 16, dubbel/mixed: ¼ finale e • Meisjes junioren – team: handhaven 1 categorie; individueel toernooi: enkel: ¼ finale, dubbel/mixed: ½ finale e • Jongens cadetten – team: promoveren naar 1 categorie; individueel: e enkel: 3 ronde, dubbel/mixed: laatste 16 e e • Meisjes cadetten – team: promoveren naar 1 categorie; enkel: 3 ronde, dubbel/mixed: laatste 16 De Talentcoaches gaat samen met de ander bondscoaches (jongens cadetten en meisjes cadetten) de speerpunten en de invulling van de activiteiten in het jaarprogramma inpassen. De hierboven geformuleerde doelen bepalen de periodisering. Alle (inter)nationale jeugdactiviteiten zijn in de planning verwerkt. Een grote evaluatie volgt na afloop van het seizoen. Na belangrijke toernooien zijn er korte evaluatiemomenten. Uitgaven: € 202.200 NTTB bijdrage uit contributie voor topsport: € 166.800 Subsidies: € 33.250 Eigen bijdrage: € 2.150 Middelen vanuit de subsidies van NOC*NSF voor damestopsport voor 2014. Talentcoaches, cadettencoaches, medewerker Topsport, Directeur Tafeltennis Zie uitgebreide jaarplanner NTTB waarin alle activiteiten zijn geperiodiseerd, Vindt weer plaats in het 3e kwartaal van 2015. Talentontwikkeling, talentherkenning en nieuw beleid onder 13 Talentontwikkeling (TO) De details van de uitwerking van de activiteiten zijn in de jaarplanner terug te vinden. De inhoudelijke trainingswerkzaamheden, die bij de vier jeugdteams individueel kunnen zijn, worden door de Talentcoaches gecoördineerd. De Directeur Tafeltennis houdt hier toezicht op en heeft wekelijks contact met de talentcoaches. Talentherkenning (TH) De TH gebeurt in de verenigingen en afdelingen. De NTTB organiseert meerdere keren per jaar scoutingdagen en een reeks aan landelijke toernooien. Via de jeugdranglijst worden de prestaties in beeld gebracht. In de inmiddels 6 RTC’s (RTC – Regionaal Training Centrum) worden de grootste talenten individueel opgevoed en begeleid. Dit gebeurt onder de leiding en coördinatie van een Talentcoach van de NTTB. Door de financiële beperkingen moest een aantal keuzes worden gemaakt om met het ‘onder 13 beleid’ en het opstarten van de RTC’s te kunnen beginnen. O.a. is de ondersteuning voor de 8 regionale bondstrainingen vanaf de zomer 2013 stop gezet en de Talentgroep is opgeheven. Op alle opleidingsplaatsen talentvolgsysteem toegepast. wordt het NTTB-opleidingsplan en het De NTTB selecteert sporters onder de 13 jaar voor Europese toernooien. Ook 29 neemt de NTTB jaarlijks deel aan de Euro Mini Champs in Frankrijk. Organiseren van diverse activiteiten voor talentherkenning. Hieronder vallen onder andere de landelijke (jeugd)toernooien, de competitie, de NTTB Jeugdcup en de Dag van het Talent. Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 Update per 30-9-2014 2.8 Doelstelling [Proces] Realisering Evaluatie Budget Talentherkenning – Verenigingen - Ondersteunen van schoolprojecten (LOOT) - Samenwerking met verenigingen op projectbasis (RTC) Samenwerking met verenigingen voor diverse trainingen (afspraken over het gebruik van spelers voor sparring, o.a. voor dames, heren, jeugd, RTC’s en paratafeltennis) De Talentcoach gaat samen met de verantwoordelijke trainers de speerpunten en de invulling van de activiteiten in het jaarprogramma inpassen. De hierboven geformuleerde doelen bepalen de activiteiten van de NTTB. De details van de uitwerking van de activiteiten zijn in de jaarplanner terug te vinden. De inhoudelijke trainingswerkzaamheden, die RTC-groep gericht zijn, worden door de Talentcoach gecoördineerd. De Directeur Tafeltennis houdt hier toezicht op en heeft wekelijks contact. De Talentcoach gaat samen met de verantwoordelijke trainers de speerpunten en de invulling van de activiteiten afspreken. Een grote evaluatie volgt na het seizoen. Tussentijdse evaluatiemomenten worden naar behoefte ingelast. Uitgaven: € 105.100 NTTB bijdrage uit contributie voor topsport: € 41.340 NTTB bijdrage ‘€ 1,50’: € 45.750 Subsidies: € 14.650 Ondersteuning Jonit: € 1.000 Eigen bijdrage: € 2.000 Middelen vanuit de subsidies van NOC*NSF voor damestopsport voor 2014. Talentcoaches, medewerker Topsport, verantwoordelijke trainer NTTB Beloftenteam, RTC-trainers, stagiair, Directeur Tafeltennis Zie uitgebreide jaarplanner NTTB waarin alle activiteiten zijn geperiodiseerd. De RTC’s zijn goed en volgens de planning in dit jaar gestart. Met Amsterdam, onder de leiding van Yana Timina, is weer een nieuw RTC erkend. De stages voor de RTC-sporters en -trainers worden met veel expertise gevuld, op fysiek en mentaal vlak zijn hiervoor experts ingehuurd. Op 30 maart heeft een ouderbijeenkomst plaats gevonden om de ervaringen uit te wisselen. De uitkomst zal mee worden genomen in het verder ontwikkelen van de plannen voor volgend seizoen en de verdere toekomst. Het RTC Oost is inmiddels uitgebreid naar 3 sporters. Ook zijn er gesprekken om in Zuidwest en West een nieuwe RTC op te richten. Medisch verantwoord topsporten De Directeur Tafeltennis en de bondscoaches gaan samen met de medische staf de speerpunten en de invulling van de activiteiten afspreken (o.a. topsportkeuringen en paramedische begeleiding). Ook via het CTO Papendal (Centrum voor Topsport en Onderwijs) worden medische voorzieningen voor het wekelijkse programma beschikbaar gesteld. Hieronder vallen topsportkeuring, fysiotherapie, massage, sportarts en de fysieke trainer. Soms moet dit worden aangevuld. Voor internationale toernooien (alleen parasport), EJK, EK en WK’s huurt de NTTB vaste relaties voor de paramedische begeleiding in. Een evaluatie volgt na het seizoen. Tussentijdse evaluatiemomenten worden na de grotere toernooien ingelast. Uitgaven: € 17.000 NTTB bijdrage uit contributie voor topsport: € 5.000 30 Subsidies: € 12.000 Personele inzet Planning 2014 Update per 30-9-2014 2.9 Doelstelling [Proces] Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 Update per 30-9-2014 Middelen vanuit de subsidies van NOC*NSF voor damestopsport en paratopsport voor 2014. (* De bedragen zijn al in de bovenstaande begrotingen verwerkt!) CTO staf Papendal, SMCP staf Papendal, bondsarts, fysiotherapeuten, masseur, paramedische begeleiding, medewerker topsport. - Paramedische begeleiding bij WK, EK, EJK en para-toernooien - Topsportkeuringen voor alle selectieleden - Paramedische begeleiding van de selectieleden en trainingen op Papendal (via CTO en SMCP) - Actief anti-dopingbeleid uitvoeren Via het SMCP (Sport Medisch Centrum Papendal) worden de sportkeuringen en de begeleiding van de sporters (massages, fysiotherapie en fysieke trainingen) volgens de planning en het weekschema hiervoor verzorgd. Topsport algemeen De Directeur Tafeltennis gaat samen met het Hoofdbestuurslid Topsport het meerjarenbeleid van de NTTB op het gebied van topsport uitvoeren. Samen met de algemeen directeur wordt de organisatorische structuur (Bondsbureau) aangestuurd. Door de taakverandering en uitbreiding bij de Directeur Tafeltennis, hebben veranderingen in het takenpakket plaats gevonden. Twee trainers verzorgen de organisatorische ondersteuning en de Talentcoaches hebben taken voor het jeugdtafeltennis van de Directeur Tafeltennis over genomen. Evaluatie volgt tijdens de functioneringsgesprekken. Uitgaven: € 13.300 NTTB bijdrage uit contributie voor topsport: € 13.300 Subsidies: € 0 Middelen vanuit de subsidies van NOC*NSF voor damestopsport en voor paratafeltennis voor 2014. (* De personele kosten van € 85.000 voor de medewerker Topsport en Directeur Tafeltennis zijn hier niet apart opgevoerd en zijn al in de budgetten verwerkt!) Medewerker Topsport, Directeur Tafeltennis • Meerjarenbeleidsplan Topsport (uitwerken van activiteiten 2011-2016) • TVS (talentvolgsysteem) verder ontwikkelen, introduceren en toepassen op het Nationale Talentvolgsysteem van NOC*NSF • MOP (Meerjaren Opleidings Plan) onderhouden • Werkgroep innovatie (bij het Hoofdbestuur) begeleiden • Twee trainersbijeenkomsten houden • Administratie, planning en organisatie topsport • Preventie SI (seksuele intimidatie) toepassen • Kader bijscholingen organiseren (individueel) • Functioneringsgesprekken met het hele topsportkader houden In het kader van het HR-traject zijn met alle coaches die een groter dienstverband hebben ontwikkelgesprekken gestart. Dit ter aanvulling op de functionerings- en beoordelingsgesprekken. Door de invoering van de coördinator technische zaken zijn veel uitvoerende werkzaamheden van de Technisch Directeur overgedragen. Marcel Kraa heeft hiervoor een uitbreiding van taken gekregen. Ook Johan Lieftink heeft werkzaamheden rond de organisatie op Papendal (kleding, zaalbezetting) voor zijn rekening genomen. 31 3. Wedstrijdzaken Inleiding Een van de belangrijkste peilers voor Wedstrijdzaken uit het MJBP 2010-2016 is de vernieuwing van de Eredivisie. In juni 2013 is de vernieuwde opzet van de Eredivisie door de Bondsraad aangenomen en in het najaar van 2013 van start gegaan. 2014 zal in teken staan van evalueren en verder verbeteren van de Eredivisie richting het seizoen 2014/2015. Daarnaast zullen de eerste stappen worden gemaakt bij de clubs door gefaseerd de kwaliteitscriteria in te voeren. Zoals elk jaar zal ook in 2014 de landelijke competitie worden georganiseerd. Door bestuurlijke perikelen in 2013 zijn er echter geen stappen gemaakt op het gebied van aangepast en/of alternatief competitieaanbod op afdelingsniveau. Deze doelstelling zal dan ook voor 2014 blijven staan. Aan het eind van 2013 werkt inmiddels meer dan de helft van de toernooiorganisaties met de software van Toernooi.nl. Deze toernooisoftware wordt inmiddels ook standaard in een module aangeboden in de toernooileidersopleidingen. In 2014 gaan we de dekkingsgraad van het aantal organisaties dat werkt met Toernooi.nl verder verhogen. Speciale aandacht is er in 2014 voor de jeugdranglijsttoernooien. Met een nieuw spelsysteem en opzetten van een circuitvorm wordt geprobeerd de dalende deelnemersaantallen weer te laten groeien. De eerste signalen daarvan eind 2013 zijn positief. In 2014 zal uitgebreid worden geëvalueerd en zullen waar nodig aanpassingen worden gemaakt. Voor enkele bestaande en nieuwe toernooien zal in 2014 een nieuwe organisatie en locatie moeten worden gevonden. De regie daarvan ligt bij de Coördinator Wedstrijdzaken. Het sponsorcontract met TIBHAR is in 2013 verlengd. Daaraan gekoppeld heeft de NTTB met ingang van het seizoen 2013/2014 nieuwe materialen gekregen voor de toernooien en is de NTTB gekoppeld aan een andere logistieke partner, namelijk het Belgische Table Tennis Logistics. Deze samenwerking zal zijn eerste volle jaar ingaan en tussendoor worden geëvalueerd. 3.1 Verhogen niveau Eredivisie Doelstelling Vernieuwde Eredivisie na eerste seizoen evalueren en verder verbeteren en de clubs een kwaliteitsimpuls geven Realisering Door diverse overleggen en diverse acties door het Team Wedstrijdzaken, Directeur Tafeltennis, Werkgroep Eredivisie i.s.m. de Werkgroep Eredivisieclubs. Kwaliteitsimpuls geven aan de clubs door beschikbaar stellen showcourt, rode vloer en boarding. Evaluatie Rapportage zal plaatsvinden aan het Hoofdbestuur Budget Uitgaven: € 48.500, waarvan: Vergaderingen e.d.: € 3.000 Kwaliteitsimpuls: € 45.500 Inkomsten: Contributies: € 48.500 Personele inzet Werkgroep Eredivisie, Werkgroep Eredivisieclubs, Directeur Tafeltennis, Media & Communicatie, Marketing en Team Wedstrijdzaken Planning 2014 • Evaluatie nieuwe opzet en eventuele aanpassingen doorvoeren voor seizoen 2014/2015 • Kwaliteitscriteria clubs verder uitwerken en implementeren Update per Nav de vergadering met de Eredivisieclubs op 30 juni is geconcludeerd dat er te 30-9-2014 weinig draagvlak is bij de clubs voor de uitrol van de plannen ter verhoging van het niveau van de Eredivisie. Besloten is om het vizier te gaan richten op het versterken van de topevenementen en geen verdere stappen te zetten in dit traject. 3.2 Competities Doelstelling Realisering Voldoende en kwalitatief hoogwaardig aanbod leveren van competitiewedstrijden op landelijk niveau. N.a.v. onderzoek nieuw of aangepast competitieaanbod ontwikkelen. De competitieleiders zetten vakkundig, aan de hand van de teaminschrijvingen, de 32 Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 • jan & sep • juni & dec • jan – dec • jan – dec Update per 30-9-2014 landelijke competities in elkaar voor zowel dames als heren en voor de jeugd voor zowel meisjes en jongens. Op landelijk niveau is dat als volgt: e e e de Eredivisie, de seniorencompetitie (1 , 2 en 3 divisie) en de landelijke jeugdcompetitie (Kampioenspoule, Landelijk A t/m C) . De competitieleiding zal de verschillende competities evalueren. Rapportage zal plaatsvinden aan de hand van het overleg met de landelijke en afdelingscompetitieleiders. Uitgaven: € 22.000 Inkomsten: Vergoedingen competities: € 4.000 Contributies: € 18.000 Landelijke competitieleiders, medewerker Media & Communicatie en Coördinator Wedstrijdzaken • • • • • • Periodiek (2 keer per jaar) overleg tussen de landelijke competitieleiders en de afdelingscompetitieleiders voor afstemming over de competitieindeling en de bijbehorende procedures Periodiek (2 keer per jaar) overleg Werkgroep Eredivisie met Eredivisieverenigingen Overleg competitieleiders en medewerkers Bondsbureau N.a.v. onderzoek nieuw of aangepast competitieaanbod ontwikkelen Het voorstel van de werkgroep damescompetitie is met het verantwoordelijke HB-lid en de HCL besproken. Dit heeft nog niet geleid tot e de door de werkgroep beoogde veranderingen. In het 4 kwartaal zal hierover verder worden gesproken. De Bondsraad heeft de opdracht gegeven om een competitiecongres te organiseren voor de leden. Doel hiervan is de plus- en minpunten van de huidige competitievorm in kaart te brengen en te komen tot een vernieuwd en/of aanvullend aanbod. De datum voor dit congres is vastgesteld op 13 december. 3.3 Evenementen Doelstelling Werken naar een (nog) hoger niveau van landelijke toernooien d.m.v. ontwikkelen van beleid, uitvoeren, sturen en bewaken. Verdere professionalisering van de topevenementen en versterken van toernooiorganisaties. Speerpunt daarbij is het verder implementeren van de software van Toernooi.nl bij de N-evenementen. Realisering Met vakkundige hulp van vrijwilligers realiseren van de toernooien en topevenementen die benoemd staan op de Evenementenagenda. In verdere samenwerking met Communicatie/PR en Sport- en productontwikkeling wordt er gewerkt aan verdere professionalisering van de evenementen en zichtbaar maken van het NTTB-imago. De NTTB-uitstraling moet duidelijk naar voren komen zodat er een vertrouwd gezicht gecreëerd wordt dat staat voor goede en kwalitatief hoogwaardige evenementen waar de leden graag aan mee willen doen en naar toe willen komen. Aandacht voor de jeugdranglijsttoernooien. Evaluatie Team Wedstrijdzaken rapporteert aan het Hoofdbestuurslid Wedstrijdzaken over de ontwikkelingen. Tevens vindt verslaglegging plaats via het jaarverslag. Budget Totale begroting voor toernooien: € 81.450 Inkomsten: Contributies: 81.450 Totale begroting voor topevenementen: € 30.000 Inkomsten: Contributies: € 30.000 De daadwerkelijke kosten liggen hoger, daar tegenover staan additionele 33 inkomsten Personele inzet Planning 2014 • jan – dec • jan – dec • jan – dec • jan – dec • jan – dec • jan – dec • jan – dec • jan – dec Update per 30-9-2014 Diverse vrijwilligers, organisaties van N- en O-evenementen, Team Wedstrijdzaken, Sport- en productontwikkeling, Media & Communicatie en Marketing • • • • • • • • • • • • • • • 3.4 Ranglijsten Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 • jan – dec Update per 30-9-2014 Planning en realisatie van de toernooien en topevenementen Evalueren van gerealiseerde toernooien en topevenementen Verbeteren van het huidige aanbod Jaarlijkse bijeenkomst met organisatoren N- en O-evenementen Implementatie Toernooi.nl bij N-evenementen Realisatie evenementen binnen de financiële begroting Evalueren en verbeteren jeugdranglijsttoernooien Organisaties en locaties koppelen aan evenementen Het NK Paratafeltennis is toegewezen aan TTV Doing uit Zoetermeer Assen zal ook in 2015 de NJM ½ finale organiseren Arnhem heeft de organisatie van het NJK terug gegeven. De NTTB gaat op zoek naar een nieuwe organisatie en locatie Afdeling West neemt de organisatie van het A-Jeugdranglijsttoernooi van Weert over. Het zal in maart 2015 worden gehouden in Den Haag Met TTV Hilversum is overeenstemming bereikt over het verlengen van de samenwerking rondom de Play-Off finales van de Eredivisie De NTTB Beker krijgt vanaf dit seizoen een nieuwe opzet. Er komen 2 competities: een Final Four voor de 4 hoogst genoteerde Eredivisieteams van de najaarscompetitie, genaamd de Eredivisiecup en een bekertoernooi voor de andere landelijke divisies, die de naam NTTB Beker blijft dragen. Beide toernooien zullen de Final Four afwerken op 21 december bij TTV De Kruiskamp’81 te ’s-Hertogenbosch Scylla, Topsport Leiden en NTTB zijn een meerjarenplan overeen gekomen om de Masters in Leiden voort te zetten en de komende jaren naar een hoger niveau te tillen Periodiek samenstellen en publiceren van de (landelijke) ranglijsten van spelers; streven naar verbetering van de ranglijstsystematiek, om zo samen met de afdelingen in een goede afstemming tot afspraken te komen. Jaarlijks overleg met de ranglijstfunctionarissen; publicatie van de ranglijsten op de website. Rapportage via jaarverslag. Uitgaven: zit in totaalbudget toernooien 3 tot 4 vrijwilligers • Twee keer per jaar worden de seniorenranglijsten gepubliceerd. De jeugdranglijsten-A en -B zullen 6 tot 8 keer per jaar gepubliceerd worden. Ranglijsten zijn volgens afspraak gepubliceerd op de NTTB website 3.5 Spelerslicenties Doelstelling Beheren van de spelerslicenties van zowel dames als heren. Streven naar verbetering van de licentiesystematiek, om zo ook samen met de afdelingen in een goede afstemming tot afspraken te komen met betrekking tot het laten slagen van de invoer van NAS. Realisering Tenminste jaarlijks overleg met de licentiefunctionarissen, tijdige beschikbaarstelling van de licenties en deze publiceren. Input geven aan de vereiste functionaliteit van de NAS licentiemodule. Evaluatie Rapportage via jaarverslag Budget Uitgaven: zit in totaalbudget toernooien Personele inzet Landelijke en afdelingslicentiefunctionarissen, Coördinator Wedstrijdzaken Planning 2014 Continu proces van maandelijks bijwerken en publiceren. • jan - dec 34 Update per 30-06-2014 Geen bijzonderheden 3.6 Materiaalbeheer Doelstelling Samenwerking en afspraken met Table Tennis Logistics optimaliseren en evalueren. Huurders begeleiden bij veranderingen Realisering Door het jaar in nauw overleg met Table Tennis Logistics en toernooiorganisaties het proces van huur, opslag en vervoer begeleiden. Op diverse momenten in 2014 evalueren Evaluatie Continu Budget Uitgaven: € 26.000 Inkomsten Contributies: € 26.000 Personele inzet Coördinator Wedstrijdzaken, toernooiorganisaties Planning 2014 • jan – jul • In overleg met Table Tennis Logitics de huurders optimaal bedienen • jan – dec • Evaluatie samenwerking Update per • Na het faillissement van TTL zijn NTTB en Posno Sport tot een overeenkomst 30-9-2014 gekomen over de opslag, vervoer en verhuur van de NTTB materialen voor de komende 3 seizoenen (t/m einde lopend contract met TIBHAR) • Posno Sport levert materialen op alle N-evenementen en heeft van TIBHAR de rechten verworven om invulling te geven aan de stands op diezelfde toernooien 3.7 Scheidsrechters Doelstelling Reguliere taken uitvoeren; beoordelen van scheidsrechters conform het nieuwe beoordelingssysteem; een regelmatige vorm van publicaties betreffende "scheidsrechters" via allerhande kanalen; werken met het PPS-systeem. Realisering Evaluatie De onderdelen werving en behoud vallen onder Opleidingen, hoofdstuk 4. Continuering van de wens om minimaal 90% van de wedstrijden in Ere- en eerste divisie te gaan 'bezetten'. Evaluatie conform van tevoren vastgesteld tijdspad Budget Uitgaven: € 51.220 Inkomsten: Bijdragen: € 51.220 Personele inzet Planning 2014 • jan – dec • jan – dec Update per 30-9-2014 Vrijwilligers van de Scheidsrechterscommissie • Uitvoering van reguliere taken • Uitvoering werving nieuwe scheidsrechters e Geen bijzonderheden in het 3 kwartaal 3.8 Beheer Evenementenagenda (en faciliteiten) Doelstelling Vaststelling van de Evenementenagenda door alle betroken partijen en het doorvoeren van mutaties conform vastgestelde procedures; het jaarlijks opstellen van de Evenementenagenda; laten goedkeuren door alle betrokken partijen en het actualiseren van de agenda volgens afgesproken procedures; bovendien het zorg dragen voor publicaties en de wijzigingen tijdens het seizoen. Realisering Het jaarlijks opstellen van de Evenementenagenda en deze bespreken en vaststellen met/door alle betrokken partijen. Actualiseren van de agenda vindt plaats volgens afgesproken procedures. De Evenementenagenda wordt op de website gepubliceerd, evenals mutaties daarop. Budget Onderdeel van toernooien Evaluatie In het jaarlijkse overleg wordt het verloop van het afgelopen jaar geëvalueerd. Personele inzet Coördinator Wedstrijdzaken en agendacommissie Planning 2013 • jan • Concept bespreken • feb • Verspreiding concept-agenda naar de afdelingen • 1 jul • Publicatie definitieve agenda • jan – dec • Beheer Evenementenagenda 35 Update per 30-9-2014 4. e Geen bijzonderheden in het 3 kwartaal Opleidingen Inleiding: NTTB opleidingen heeft de afgelopen jaren (2007-2013) een stormachtige ontwikkeling doorgemaakt. Nadat de trainersopleidingen geheel gemoderniseerd zijn en daarmee aansluiten bij de landelijke Kwalificatie Structuur Sport, begonnen we aan de volgende klus die al langer moest wachten dan de achterban wilde: het opzetten van de opleidingen tot toernooileider. In 2012-2013 werden succesvol TL2 opleidingen gehouden. Inmiddels is in 2013 de niveau 3 opleiding in pilot van start gegaan. De niveau 4 opleiding toernooileider is al weer in grote lijnen op papier gezet. Een mooie prestatie van onze professionele vrijwilligers en onze Bondsbureau professionals. Nog voordat het ontwikkelen van alle opleidingen tot toernooileider volledig is afgerond, krijgen we ook – geheel volgens meerjarenbeleid – het opleiden van scheidsrechters onder onze hoede. Mede dankzij tijdelijke financiële middelen uit het VWS programma ‘Naar een veiliger sportklimaat’ is daar in 2013 een start mee gemaakt. Daarmee is het sporttechnische opleidingshuis van de Nederlandse Tafeltennisbond compleet en bieden we gecoördineerd vanuit het Bondsbureau opleidingen aan voor het vak trainer, toernooileider en scheidsrechter. Uiteraard hoort die kennis ook up-to-date te blijven, vandaar dat er ook een bijscholingsbeleid bij hoort. Voor trainers is dit al operationeel. Een dermate breed aanbod vraagt om een goede coördinatie en voortdurende bewaking van de kwaliteit. Al wat nieuw is verdient een goede evaluatie en doorontwikkeling. Geen enkel kind kan gelijk lopen, het zal zich langzaamaan oprichten en de eerste stappen zetten. Willen we inderdaad het meerjarendoel “alle opleidingen onder één vlag” realiseren, dan lukt dat niet zonder begeleiding op het Bondsbureau. De huidige bezetting is daartoe niet toereikend. Voldoende gekwalificeerd kader bij onze verenigingen en op onze toernooien is essentieel voor het voortbestaan van de tafeltennissport. Alleen met inzet van kader kan een sport groeien, in de breedte, in de wedstrijdsport, in de top. Om dat te bereiken hebben we vereende krachten nodig, bij onze verenigingen, op het bondsbureau, bij onze vrijwilligers en bij onze partners zoals de VVTT en de Academie voor Sportkader. Samen willen we het belang van goede trainers, scheidsrechters en toernooiorganisatoren gemeengoed maken. Voor 2014 ligt de focus op het borgen van de kwaliteit van onze opleidingen op het Bondsbureau en het versterken van de interne organisatie en externe verbanden. Dit is nodig om ervoor te zorgen dat (in 2016 e.v.) elke wedstrijd een competente trainer, coach, scheidsrechter en/of toernooileider heeft. Voor de trainersopleidingen ligt de nadruk op het werven van deelnemers. We blijven sleutelen aan de inhoud om deze het beste aan te laten sluiten bij wat onze verenigingen nodig hebben. Voor het opleiden van toernooileiders ligt de focus op het aanbieden van de eerste reguliere TL3 opleiding (afdelingsniveau) en het afronden van de lesstof voor niveau 4 met de mogelijkheid deze eind 2014 in pilotvorm aan te bieden. Echter, de grootste inspanning vanuit opleidingen zal moeten gaan naar het werven en opleiden van scheidsrechters. Hiertoe is in 2013 een Plan van Aanpak tot 2016 e.v. opgesteld. Het programma ‘Naar een veiliger sportklimaat’, door de NTTB omgedoopt tot ‘Thuis in tafeltennis’, heeft als primair doel het vergroten van de spelregelkennis vanuit de breedtesport. NTTB Opleidingen geeft in nauwe samenwerking met de SRC taakgroep Opleidingen vorm en inhoud aan de benodigde materialen en communicatiemiddelen die horen bij de SR1 t/m 4. De niveau 5 opleiding wordt door de ITTF georganiseerd. Uiteraard zal ook in 2014 weer een aantal NTTB-opleidingen door NOC*NSF geauditeerd worden. Doel hiervan is om te kijken of onze toetsing voldoet aan de afspraken die daarover gemaakt zijn binnen de Kwalificatie Structuur Sport (KSS). In 2014 is niveau 3 aan de beurt. Het beleid voor 2014 is hieronder op hoofdlijnen weergegeven. Voor een meer gedetailleerde inhoud en fasering, verwijzen we naar protocollen en profielen die terug te vinden zijn op onze website. 36 4.0 Algemeen Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Update per 30-9-2014 Beleid op werving en behoud gekwalificeerd kader bij alle verenigingen en met name die met jeugd. Bemensing afdeling Sport- en productontwikkeling, onderdeel opleidingen. Voldoende vrijwilligers in het land om opleidingsaanbod gestalte te geven. Bewaking kwaliteit opleidingen o.a. door aansluiting bij de KSS (audits), ook voor toernooileiders- en scheidsrechtersopleidingen. Voldoende professionals en vrijwilligers, voldoende financiële middelen om doelstellingen te halen. Analyse deelnemers en percentage geslaagden Aansluiten bij monitoring landelijk programma VSK. Vaste kosten: € 87.150 Inkomsten uit contributies: € 19.350 Ontwikkelen materialen: € 5.000 Bijdrage Naar een veiliger sportklimaat: PM Hoofd Sport- en productontwikkeling, Coördinator Opleidingen, Medewerker Opleidingen, projectleider VSK Coördinator Opleidingen heeft de taken van Hoofd Opleidingen overgenomen per 1-9-2014 en is derhalve het nieuwe Hoofd Opleidingen. 4.1 Trainersopleidingen Doelstelling Minimaal 50 opgeleide trainers (TT2, TT3 en TT4) per jaar. Behoud van actieve trainers en begeleiders (900 licenties). Aansluiting van alle kaderopleidingen bij onderdelen Thuis in Tafeltennis. Realisering Uitvoer opleidingen tot tafeltennistrainers volgens jaarplan 2014. Gestelde aantallen 2014: TT1 wordt vanuit de NTTB lokaal, op verzoek, aangeboden: 25 deelnemers. TT2 50 deelnemers, 40 geslaagden. TT3 20 deelnemers 10 geslaagden TT4 deelname NOC*NSF opleiding: 3 à 4 personen. Gebruik ELO ter ondersteuning van docent, begeleiders en deelnemers. Versterken team docenten en beoordelaars. Aanpassen niveau 2 en 3 volgens modulair systeem en ontwikkelingen op gebied van toernooien en scheidsrechters. Aanbieden van de trainersmodules WOB en Table Stars als bijscholing. Publicatie licentielijst 1 juli 2014. Evaluatie Aantallen deelnemers. Aantallen geslaagden. Evaluatieformulier per opleiding. Via College van Voorzitters wordt elke afdeling geïnformeerd over de actuele stand van zaken m.b.t. deelnemers aan de opleidingen. Budget Vaste kosten: € 26.200 (+ budget punt 4.0) Inkomsten uit: Output subsidie NOC*NSF: € 10.500 Inschrijfgelden: € 11.500 Contributies: € 0 Personele inzet Coördinator Opleidingen, medewerker Opleidingen Planning 2014 • eerste helft • Opstellen roosters opleidingen die in het najaar starten • Begeleiden PvB’s deelnemers opleidingen 2013 • Definitief vastleggen niveau 2 en 3 volgens nieuwe KSS • Ontwikkelen certificaten per module TT3 • Definitieve vaststelling outputfinanciering 2013 • Promotie opleidingen TT2 en TT3 in samenwerking met afdelingen • Publicatie licentielijst 1 juli 2014 • Tweede helft • • • Start opleidingen TT2, TT3, TT4 Aanvragen outputfinanciering 2014 Verlengen contract ELO 37 Update per 30-9-2014 • Begeleiden deelnemers TT2, TT3, TT4 Voor het najaar 2014 zijn twee opleidingen TT3 gestart (Hattem en Den Bosch, totaal 30 deelnemers). De inschrijvingen voor TT2 opleidingen lopen nog stroef, maar verwachting is dat er na kort uitstel 3 door kunnen gaan in november. Voor de TT4 is er één deelnemer. De spelregelmodule (SR1) is onderdeel van de TT2 en TT3 opleidingen. Een aantal kandidaten wordt nog begeleid om hun PvB’s te halen 4.2 Toernooileidersopleidingen Doelstelling (Door)ontwikkelen opleidingen tot Toernooileider. Aanbieden TL2 en TL3 en afronden ontwikkeling TL4. Eventueel start TL4 in het najaar 2014. Werkzaam systeem van eerder verworven competenties (EVC;s), eerder verworven kwalificaties (EVK’s) en daarbij behorende toewijzing van vrijstellingen of licenties. Opstellen voorwaarden voor licentiebehoud. Realisering Samenwerking tussen Expertgroep Toernooileider (Joop Matteman, Wiel Schers, Mick van Hoof, Joost Schoenmakers, Joke Wijker, Theo Wijker, Rogier Wijker en Paul Kil), Opleidingen en Wedstrijdzaken. Vier opleidingen TL2. Één opleiding TL3. O.v.b. één pilot TL4. Evaluatie Aantallen deelnemers. Aantallen geslaagden. Evaluatieformulier per opleiding. Via College van Voorzitters wordt elke afdeling geïnformeerd over de actuele stand van zaken met betrekking tot deelnemers aan de opleidingen. Budget Vaste kosten: € 9.500 (+ budget punt 4.0) Inkomsten uit deelnemersbijdragen: € 13.500 Personele inzet Coördinator Opleidingen, medewerker Opleidingen Planning 2014 • eerste helft • TL2 i.s.m. afdelingen (2) • Pilot TL3 afronden en voorbereiden vervolg • Expertgroep toernooileider ontwikkelt TL4 • Publicatie toewijzing licenties op basis van EVC’s en EVK’s. • Start opstellen voorwaarden licentiebehoud • tweede helft Update per 30-9-2014 • Start TL2 opleidingen (2) • Start TL3 opleiding • Start TL4 opleiding De TL3 opleiding staat gepland voor november/december (evt januari). Interesse is er, maar aantal inschrijvingen is beperkt. Deelnemers uit eerdere TL2 opleidingen hebben geen respons gegeven op het verzoek af te ronden. Een teken om het aanbod aan te passen. 4.3 Scheidsrechtersopleidingen Doelstelling Uitvoeren van de afspraken, gemaakt met de Scheidsrechterscommissie van de NTTB in de notitie Scheidsrechtersbeleid 2013-2016. Ontwikkelen van scheidsrechtersopleidingen (SR 1 t/m 4) volgens KSS. Realisering Borging van scheidsrechtersopleidingen op het Bondsbureau. Uitvoer onderdelen met betrekking tot scheidsrechters uit deelname NTTB aan programma VSK 2014. In samenwerking met de taakgroep Opleidingen van de NTTB Scheidsrechterscommissie zorg dragen voor inhoud en planning van SR1 t/m 4 opleidingen. Evaluatie Verantwoording gestelde doelen uit offerte VSK. Aantallen spelregelbewijzen SR1 en SR2. Aantallen deelnemers en geslaagden SR3 en SR4. Budget Vaste kosten: € 32.700 (+ budget punt 4.0) Inkomsten uit deelnemersbijdragen: € 2.500 Inkomsten uit VSK: PM 38 Personele inzet Planning 2014 • eerste helft • tweede helft Update per 30-9-2014 Hoofd Sport- en Productontwikkeling, Coördinator Opleidingen, medewerker Opleidingen, projectleider VSK • • • Inrichten organisatie en materialen Uitrol VSK-programma volgens Plan van Aanpak Uitrol beleid scheidsrechterszaken NTTB 2013-2016 • Uitrol VSK-programma volgens Plan van Aanpak • Uitrol beleid scheidsrechterszaken NTTB 2013-2016 • Deelname week van de Scheidsrechter Spelregelmodule TafeltennisMasterZ gelanceerd en in gebruik genomen. Veel interesse in zowel de oefenvragen als het spelregelbewijs (SR1). De workshop SR2 is als pilot gedraaid en bijgeschaafd. Deze wordt tijdens het Spelregelcafé op 30 november als ‘kick-off’ aangeboden aan de arbitragecoördinatoren die dit dan op hun eigen club kunnen organiseren. Tijdens de finale NSM-B zijn twee SR3’s opgeleid (beiden AC) en hebben ze zich opgegeven voor SR4. 4.4 Goedlopend systeem van bijscholingen en licentiebeheer Doelstelling Het aanbieden en coördineren van aanbod om te komen tot voldoende bijscholingen voor sporttechnische kaderfuncties op jaarbasis. Goed werkend systeem om licenties bij te houden ten behoeve van publicatie licentielijst. Realisering Naleven licentiereglement NTTB. Samenwerking met VVTT voor sporttechnische bijscholingen. Samenwerking met VSK-programma en ASK voor sportgenerieke bijscholingen. Aanbod NTTB bestaat uit bijscholingen bij onze producten en als modules uit onze opleidingen. Evaluatie Aantal bijscholingen en aantal licenties volgens KPI. Publicatie licentielijst. Budget Vaste kosten: zie punt 4.0 Inkomsten: € 5.200 Bijdrage VVTT: € 5.000 Personele inzet Coördinator Opleidingen, medewerker Opleidingen Planning 2014 • eerste helft • Opstellen plan samenwerking VVTT op vergroten professionaliteit sporttechnisch kader bij verenigingen + bijscholingen • Aanbieden van bijscholingen (NK-A en Verenigingscongres) • Table Stars en WOB-bijscholingen als onderdeel van TT-opleidingen en als los aanbod • Promotie deelname VVTT congres mei/juni • Publicatie actuele licentielijst 1 juli • tweede helft Update per 30-9-2014 • Aanbieden van bijscholingen behorende bij programma’s • Aansluiten bij bijscholingen vanuit VSK-programma • Voorbereidingen bijscholingsweken in januari • Evaluatie samenwerking VVTT De samenwerking met de VVTT leidde tot een uitgave van VISIE die door de NTTB aan alle verenigingen is verzonden. Een vernieuwde licentielijst voor tafeltennistrainers is gepubliceerd op 1 juli. Er is een stagiair actief die dit najaar met de NTTB en de VVTT werkt aan het verbeteren van de communicatie en marketing rondom het vak ‘trainer’. 39 5. Algemeen Bestuurlijke Zaken Inleiding: De opsomming van de ABZ hoofdpunten uit het Meerjarenbeleidsplan: Ontwikkeling interne organisatie - Evaluatie bestuurlijke vernieuwing - Kwaliteit Bondsbureau - Bepalen rollen Bondsbureau (t.a.v. dienstverlening en beleidsontwikkeling) - Samenwerking Squash Bond Nederland en Koninklijke Nederlandse Algemene Schermbond - Oriëntatie verbreding samenwerking met andere bonden/sporten - Financieel gezonde bond (begrotingsregels en beleidskeuzes) Volledige inbedding van alle aspecten van Bestuurlijke vernieuwing in de hele NTTB-organisatie, één stabiele en dienstverlenende serviceorganisatie voor NTTB, SBN en KNAS, een duidelijke en vastgestelde rolverdeling tussen alle NTTB-geledingen: dat zijn de beoogde resultaten in 2016 binnen het hoofdthema ‘Ontwikkeling van de organisatie’. In 2014 maken we de laatste stappen in de Bestuurlijke vernieuwing, versterken we de kwaliteit van het Bondsbureau en vervolgen we het gesprek over de rolverdeling tussen Hoofdbestuur, Bondsbureau, afdelingen en commissies. Het vermarkten van de tafeltennissport professionaliseren en de communicatie richting onze verenigingen en leden intensiveren heeft blijvend onze aandacht. Dit alles ter ondersteuning van de uitvoering van het vastgestelde meerjarenbeleid. Hieronder is nader beschreven welke activiteiten in 2014 worden uitgevoerd om dit te gaan realiseren. 5.1 Vervolg traject Bestuurlijke vernieuwing Doelstelling Bestuurlijke vernieuwing en evaluatie traject Bestuurlijke vernieuwing Realisering De afgelopen jaren is het traject Bestuurlijke vernieuwing geïmplementeerd. Een verdere inbedding in de organisatie is gewenst: het moet in het handelen en gedrag opgenomen worden, naast dat het in de reglementen is verankerd. Daarnaast wordt vanuit de Werkgroep Bestuurlijke vernieuwing een evaluatie voorbereid. Doel van de evaluatie is om te kijken wat goed is gegaan en wat nog verder verbeterd/aangepast kan worden. Met de evaluatie bepalen wanneer het project werkgroep eindigt. Evaluatie De Bondsraad en het College van Voorzitters worden betrokken bij de realisatie. Aan de Bondsraad wordt gerapporteerd. Budget Uitgaven: € 1.000 (reis en verblijf, overige kosten in reguliere personeelsbegroting) Personele inzet Leden Werkgroep Bestuurlijke vernieuwing, Hoofdbestuur, Directeur Tafeltennis, Afdelingsvoorzitters, Bondsraadsleden en vele anderen Planning 2014 Resultaten • Jan-april • Afronden Plan van Aanpak en verbeterpunten • Juni • Bespreking rapport commissie BV in de Bondsraad • Sept-Okt • Continuering uitvoering; eventueel met aangepaste prioriteiten • Nov • Vaststellen status quo en opmaak plan 2015 Update per De resultaten zijn volgens de hierboven omschreven planning behaald. 30-9-2014 5.2 Versterken kwaliteit Bondsbureau Doelstelling Ontwikkelen vrijwilligersbeleid Realisering Nadat de samenwerking met Squash Bond Nederland is geïmplementeerd en de KNAS (Koninklijke Nederlandse Algemene Schermbond) daar bij is gekomen, is de volgende stap het ontwikkelen van vrijwilligersbeleid. Hierbij wordt een visie op vrijwilligersbeleid ontwikkeld en de structuur, taak- en rolverdeling vastgesteld en wordt ingegaan op werving, selectie en waardering van vrijwilligers. Evaluatie Het Hoofdbestuur stelt de notitie/visie vast. De Bondsraad wordt hierover geïnformeerd. 40 Budget Personele inzet Planning 2014 • Jan-mei • Sept • Nov Update per 30-9-2014 Uitgaven: geen Directeur Tafeltennis en medewerkers Bondsbureau Resultaten • Bestaande projecten zoals VSK koppelen aan vrijwilligersbeleid • Concept-notitie voor Hoofdbestuur • Notitie door Hoofdbestuur vastgesteld en aan Bondsraad verzonden De resultaten zijn volgens de hierboven omschreven planning behaald. Door beperkingen in de subsidietoekenning voor 2014 zullen de plannen voor het najaar moeten worden aangepast! 5.3 Bepalen rolverdeling Hoofdbestuur – Bondsbureau – Afdelingen – Commissies Doelstelling Ontwikkelen format en werkwijze financiering van de activiteiten van afdelingen Realisering Conform uitspraken van de Bondsraad wordt voor 2014 een geconsolideerde begroting en jaarplan voorgelegd inclusief begroting en plannen van de afdelingen. Verdere uitwerking in rapportages, monitoring, etc. Evaluatie De Bondsraad wordt geïnformeerd over de werkwijze en de resultaten daarvan. Budget Uitgaven: geen Personele inzet Hoofdbestuur en MT-leden Bondsbureau Planning 2014 Resultaten • Jan - dec • Best practice en terugkoppeling resultaten pilot afdeling ZuidWest • Evaluatie ZuidWest (pilot eindigt in augustus 2014) • Voortgang Jaarplan 2014 en financiële kwartaalrapportages inclusief afdelingsactiviteiten en afdelingscijfers • Afdelingen coachen en begeleiden waar nodig Update per De resultaten zijn volgens de hierboven omschreven planning behaald. 30-9-2014 5.4 Vermarkten Tafeltennissport Doelstelling Ontwikkelen nieuwe aanpak voor marketing Realisering Vanaf juli 2013 is het Hoofdbestuur gestart met het maken van een nieuw marketingplan en de uitvoering daarvan. Evaluatie Het Hoofdbestuur rapporteert aan de Bondsraad over de voortgang. Budget Uitgaven: € 12.000 Inkomsten: wordt voorlopig niet begroot ivm onzekerheid van inkomsten Personele inzet Hoofdbestuurslid Marketing & Communicatie, medewerker marketing (0,2 fte), Directeur Tafeltennis Planning 2014 Resultaten • Jan • Doel en verwachtingen herzien in verband met nieuwe plan en realisatie • Herzien plan opstellen • Jan-febr • Vanaf maart • Uitvoering plan Update per De resultaten zijn niet volgens de hierboven omschreven planning behaald. 30-9-2014 Door het besluit van de Bondsraad van 12 april is er nu wel ruimte om in het e e najaar (3 en 4 kwartaal) intensiever aan deze doelstellingen te kunnen werken. Dit gebeurt mede door het inrichten van een werkgroep voor communicatie, marketing en sponsoring. 5.5 Communicatiebeleid Doelstelling Alle afdelingswebsites hebben dezelfde uitstraling als de NTTB-website Realisering Conform het besluit van de Bondsraad hebben de acht afdelingswebsites en de site van de NTTB per 1-7-2014 dezelfde ‘look-and-feel’. Evaluatie Verantwoording en evaluatie via jaarverslag NTTB. Budget Personele inzet uit de reguliere begroting; specifieke aanpassingen voor afdeling uit afdelingsbudget. Personele inzet Hoofdbestuurslid Marketing & Communicatie, medewerker communicatie, Algemeen directeur 41 Planning 2014 • Jan-Juni • • • Juni Juli-Nov Dec Update per 30-9-2014 Resultaten • Aanvullende training en begeleiding van de afdelingen over gebruik en onderhoud • Evaluatie (website versie eind 2013) • Aandacht voor lokale nieuwsvergaring, meer publiek naar de website • Beoordelen nieuwe mogelijkheden De resultaten zijn niet volgens de hierboven omschreven planning behaald. Door het besluit van de Bondsraad van 12 april is er nu wel ruimte om in het e e najaar (3 en 4 kwartaal) intensiever aan deze doelstellingen te kunnen werken. Dit gebeurt mede door het inrichten van een werkgroep voor communicatie (zie ook de SMART doelstellingen!). 42 Jaarplan 2014 NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Afdeling Holland-Noord Inhoudsopgave Inleiding 1 Sport- en productontwikkeling 2. Topsport 3. Wedstrijdzaken 4. Opleidingen 5 Algemeen Bestuurlijke Zaken 43 1. Sport en Productontwikkeling 1.0 Algemeen Doelstelling Het in zijn algemeenheid ondersteunen van de verenigingen d.m.v. subsidiering, kennisdeling etc. t.b.v. ledenwerving en behoud. Geen zelfstandige acties. Ook via netwerkacties tussen afdelingsbestuurders en verenigingsvertegenwoordigers. Geen specifieke doelgroepenwerving. Afhankelijk van maatwerkaanvragen verenigingen. Budget Betrokken personen 1.1 Sport- en Productontwikkeling – Table Stars Doelstelling Groei in het ledenaantal jeugd 4-12 jaar door werving Realisering Stimuleren en subsidiëren Table Stars gebruik. Streven: 10 projecten. Deelname aan Table Stars The Battle. Evaluatie Jaarlijkse evaluatie via jaarverslag. Budget Betrokken personen Planning 2014 1.2 Sport- en Productontwikkeling – oudere jeugd Doelstelling Groei in het ledenaantal jeugd 12-20 jaar door werving – Geen specifieke werving op deze doelgroep in Holland Noord. Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 1.3 Sport- en Productontwikkeling – volwassen doelgroepen Doelstelling Join the Table – uitrol en verankering doelgroepenbeleid. Geen specifieke werving op deze doelgroep in Holland-Noord. Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 1.4 Clubadvies Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 Diverse overlegvormen georganiseerd door het afdelingsbestuur, vaak verdeeld in een noordelijke en een zuidelijke afdelingshelft. 6 bijeenkomsten per jaar over uiteenlopende onderwerpen. 1.5 Promotionele Activiteiten Doelstelling Communicatieljnen lopen vooral via vernieuwde website. Jaarlijks worden in de afdeling diverse afdelingsbrede toernooien georganiseerd o.a. ranglijsttoernooi (Hoorn). Realisering Continue activiteit. Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 1.6 Accommodatiezaken 44 Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 1.7 Veilig Sporten Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 Ondersteuning verenigingen in nieuw- en verbouw. Afdeling treedt alleen op als mediator richting NTTB-commissie. Incidenteel. Continu Uitdragen van landelijke doelstellingen middels ledenvergaderingen en opleidingen trainers en bestuurders bij verenigingen. Continu activiteit Continu 2. Topsport 2.7 Doelstelling [Proces] Talentontwikkeling, talentherkenning en nieuw beleid onder 13 Talentontwikkeling De details van de uitwerking van de activiteiten zijn in de jaarplanner terug te vinden. De inhoudelijke trainingswerkzaamheden, die bij de vier jeugdteams individueel kunnen zijn, worden door de vier bondscoaches gecoördineerd. De Technisch Directeur houdt hier toezicht op en heeft wekelijks contact met de vier bondscoaches. Talentherkenning Opleiden van sporters voor topsport en structureel aanleveren van nieuwe jeugdselectieleden vanuit het NTTB Beloftenteam. Uitdragen en toepassen van het NTTB-opleidingsplan en het talentvolgsysteem bij de activiteiten. Internationaal deelnemen aan regionale toernooien en presteren bij de Euro Mini Champs (laatste 16). Implementeren van het nieuwe beleid en starten met de opleidingscentra (RTC – Regionaal Talent Centrum). Zie ook 2.10. nieuwe Structurele ondersteuning van talentherkenning in de afdelingen. Organiseren van activiteiten voor talentherkenning. Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 Talentherkenning – Verenigingen - Ondersteunen van schoolprojecten (LOOT) - Samenwerking met verenigingen op projectbasis (zie ook plannen nieuw beleid onder 13 jaar) Samenwerking met verenigingen voor diverse trainingen (afspraken over het gebruik van spelers voor sparring, o.a. voor dames, heren, jeugd, NTTB Beloftenteam en paratafeltennis) Kweekvijverregiotraningen en voormalige RBT-trainingen worden door onze afdeling georganiseerd. Feitelijke topsportontwikkeling laten wij aan de NTTB centraal. Indien talenten zich aandienen wordt overwogen een RTC aanvraag te doen. Regelmatige evaluatie voortgang en successen. 2.9 Doelstelling [Proces] Topsport algemeen: geen specifieke activiteiten afdeling. 45 Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 3. Wedstrijdzaken 3.2 Competities Doelstelling Voldoende en kwalitatief hoogwaardig aanbod leveren van competitiewedstrijden op afdelingsniveau. Nieuw of aangepast competitieaanbod invoeren of onderhouden. Realisering Er wordt specifiek voor de jeugddoelgroepen gezocht naar passende competitievorm(en). Evaluatie In 2014 volgt evaluatie. Budget Betrokken personen Planning 2014 3.3 Evenementen Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 3.4 Ranglijsten Doelstelling Reguliere bekercompetitie, afdelingskampioenschappen. Periodiek samenstellen en publiceren van ranglijsten van spelers; streven naar verbetering van de ranglijstsystematiek. Aansluiten bij de landelijke regelgeving. Inclusief specifieke afdelingsjeugdranglijst. Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 3.8 Beheer Evenementenagenda (en faciliteiten) Doelstelling Specifieke afdelingskalender wordt onderhouden. Inclusief landelijke NTTB items. Realisering Budget Evaluatie Betrokken personen Planning 2014 4. Opleidingen 4.1 Trainersopleidingen Doelstelling Uitvoer NTTB-trainersopleidingen Realisering TT2 Heerhugowaard (10 deelnemers- looptijd 13-1-2015). Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 4.2 Toernooileidersopleiding Doelstelling Uitvoer NTTB-toernooileidersopleidingen Realisering TL2 (11 deelnemers) Evaluatie Budget 46 Personele inzet Planning 2014 4.3 Scheidsrechtersopleidingen als onderdeel van VSK programma Doelstelling Uitvoer NTTB-scheidsrechtersopleidingen. Geen activiteiten afdeling HollandNoord behoudens aangeven mogelijkheden bij centrale NTTB. Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 4.4 Goedlopend systeem van bijscholingen en licentiebeheer Doelstelling Landelijke activiteit. Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 5. Algemeen Bestuurlijke Zaken 5.1 Algemeen bestuurlijke zaken Doelstelling Bestuur dichter naar verenigingen en zichtbaarder maken. Realisering Voorzittersoverleg nieuw leven ingeblazen. Geregelde bezoeken van afdelingsbestuursleden aan verenigingen. Omgekeerd ook verenigingen stimuleren om de afdeling gezamenlijk sterker te maken. Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 5.3 Bepalen rolverdeling AB – Commissies Doelstelling Discussie Bestuurlijke vernieuwing is gestart in afdeling. Streven van het afdelingsbestuur is om per 2015 een uitgebreidere commissiestructuur te verwezenlijken. Afdelingsbestuur beleidsbepaler en regisseur. Stimuleren eigen initiatief verenigingen. Scheiding beleid en uitvoering. Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 5.4 Vermarkten Tafeltennissport Doelstelling Uitdragen landelijk beleid, geen specifieke activiteiten. Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 5.5 Communicatiebeleid Doelstelling Continueren en waar mogelijk uitbreiden van communicatiestromen Realisering Doorlopend Evaluatie Doorlopend Budget Betrokken personen AB-verantwoordelijke, webmaster, redacteur (in planning) Voortgang Planning 2014 47 Plan NTTB Afdeling ZuidWest 2012-2014 Inleiding: Bestuursmodel Afdeling ZuidWest Op de ALV op 30 mei 2012 hebben de verenigingen in ZuidWest besloten dat het vrijwillige afdelingsbestuur ZuidWest wordt vervangen door twee parttime afdelingsmanagers met overigens een uitgebreidere opdracht/taakstelling (zie rapportage Commissie Bestuursmodel). Zij zijn aanspreekpunt voor de verenigingen en coördineren diverse activiteiten en benodigde vrijwillige inzet in ZuidWest. Belangrijke voordelen van deze nieuwe besturingsvorm voor ZuidWest zijn onder andere: • Professionalisering van het werk binnen de afdeling met een duidelijke taakverdeling; • Gerichte aansturing van vrijwilligers werkzaam voor de afdeling; • Intermediairfunctie tussen verenigingen, hoofdbestuur, landelijke commissies en werkgroepen en bondsbureau; • Versterking van de communicatie gericht op verdere ontwikkeling van de sport. Deel I: Analyse Vanaf medio augustus 2012 is met de start van de afdelingsmanagers het bestuursmodel ZuidWest operationeel geworden conform de besluitvorming op de ALV van 30 mei 2012. Het najaar 2012 is door de afdelingsmanagers gebruikt voor een nadere kennismaking met de verenigingen, commissies en functionarissen. De combinatie van de beschreven werkvelden in het profiel bestuursmodel, het meerjarenbeleidsplan van de NTTB en de eerste ervaringen door de kennismaking binnen ZuidWest1 zijn de basis voor dit plan. Daarmee realiseren we o.m. de volgende doelstellingen: 1. Vervanging van de functie van het afdelingsbestuur 2. Vernieuwing afdelingsorganisatie en commissiestructuur 3. Bewerkstelligen van intensievere verenigingsondersteuning bij hun bestuurlijke/sporttechnische taak en het stimuleren van vernieuwing organisatie 4. Ontwikkeling sport op het gebied van toernooien en competitie 5. Verbetering communicatie tussen verenigingen onderling en bondsbureau 6. Stevigere positie van verenigingen t.o.v. gemeente, collega sportverenigingen, regionale sportkoepels en andere relevante samenwerkingspartners (lokale samenleving) Kengetallen ZuidWest (1 januari 2013), • Verenigingen 94 • Leden 4561 is 16,7% van totaal NTTB, 25% jeugd en 75% senior • Aantal meisjes & vrouwen 230 meisjes en 664 vrouwen • Paratafeltennissers 84 • Aantal competitiegerechtigden 832 jeugd en 2126 senioren • Actieve vrijwilligers ca 40 afdelingsvrijwilligers + een onbekend maar groot aantal verenigingsvrijwilligers • Werkgroepen Werkgroep Communicatie Werkgroep Competitie & Adviesgroep Competitie Werkgroep Technisch Werk (TC) Werkgroep Toernooien en Wedstrijden (WTW) 1 Verenigingsinformatie verkregen via verenigingsscan (instrument BB) en vijf regiovergaderingen. 48 Accommodatiezaken Ledenadministratie Kascommissie Evaluatiecommissie bestuursmodel Afdelingsorganisatie • Taken en verantwoordelijkheden (zie ook rapportage Commissie Bestuursmodel) o Rapportage Commissie Bestuursmodel • Overlegstructuur o Algemene ledenvergadering & 5 regionale vergaderingen (1x per jaar) o Thematische bijeenkomsten – zoals bijvoorbeeld in Zuid Oost Brabant o Commissie en werkgroepbijeenkomsten • Financiën De financiële positie van ZuidWest is goed. De afdeling beschikt over een gedegen financiële reserve. De kosten die voortvloeien uit het nieuwe bestuursmodel drukken wel zwaar op de reserves van de afdeling. We stellen ook vast dat het ledenaantal in de afdeling harder terugloopt dan begroot. Daardoor zullen de inkomsten van de verenigingen en van de NTTB (zowel afdeling als landelijk) dalen. Externe contacten De verenigingen staan in contact met hun lokale samenleving. Daartoe hebben zij onder meer contact met de gemeenten, Sportservice Noord-Brabant, Sport Zeeland, collega tafeltennisverenigingen, andere sportverenigingen (voetbal, hockey, enz.), basisscholen (combinatiefunctionarissen en buurtsportcoaches), bedrijven & nevenbonden maar ook bijvoorbeeld ouderenorganisaties. Deel II: Conclusie en aanbevelingen Nu de afdelingsmanagers bijna een half jaar aan de slag zijn en de kennismaking nagenoeg hebben afgerond is er een eerste indruk van ZuidWest. Een prettige kennismaking met veel leuke en betrokken vrijwilligers die zich met hart en ziel inzetten voor de tafeltennissport en het benodigde verenigingsleven. We hebben verschillende mooie initiatieven gezien, maar ook zorgelijke ontwikkelingen. Veel verenigingen organiseren de sport traditioneel en met (vaak oudere) vrijwilligers die al (te) lang actief zijn. Zij blijken onvoldoende in staat om nieuwe en jongere leden en vrijwilligers te werven en te binden. De beschikbare tijd van gemiddeld 16 uur per week voor 2 afdelingsmanagers is niet voldoende om alle doelstellingen succesvol te realiseren. Een van de opdrachten zoals beschreven in het bestuursmodel is om te kijken waar bepaalde taken dienen plaats te hebben: wat kan centraal, wat kan beter decentraal, hoe kun je bijvoorbeeld door automatisering meer efficiëntie bewerkstelligen in de uitvoering? Een impressie uit onze kennismaking: Mooie ontwikkelingen Aandachtspunten Samenwerking met basisscholen gericht op werving jeugd (table stars) Diverse regionale toernooien (eigen initiatieven van verenigingen) buiten het aanbod vanuit de NTTB Actieve sporters met fysieke en/of verstandelijke beperking binnen verenigingen Samenwerking tussen verenigingen onderling Werving en behoud jeugdleden, maar ook andere doelgroepen Vrijwilligerscapaciteit Trainerscapaciteit Financiële positie (ontwikkeling prijsniveau externe accommodaties, terugloop gemeentesubsidies) Externe contacten (lokale samenleving) t.b.v. vrijwillige inzet, financiën, groei leden aantal (m.n. jeugd) De verenigingen verschillen onderling sterk – zowel in grootte, (sportief) resultaat, vrijwilligers-capaciteit, financiële positie en externe samenwerkingspartners. De uitdaging voor de afdelingsmanagers is om de 49 bestaande kracht van de individuele vereniging te benutten om hun aandachtspunten aan te pakken en positief te ontwikkelen. Met de 94 verenigingen in ZuidWest vraagt dit overigens een prioriteitstelling en zoveel mogelijk combinatie/samenwerking van en met verenigingen. We richten ons op vragen van alle verenigingen. Onze prioriteit ligt echter op ondersteuning van en samenwerking met verenigingen die de ambitie hebben om te groeien of te ontwikkelen en/of die nieuwe projecten of initiatieven willen ondernemen. In het voorjaar van 2013 zal de keuze voor uitbreiding van de uren en/of prioritering in de activiteiten moeten plaatsvinden. Wat willen we bereiken: • Betere informatievoorziening naar verenigingen • Vergroten ledenaantal • Vergroten aantal deelnemende leden aan competitie en toernooien • Stimuleren deelname aan trainersopleidingen en andere opleidingen • Opzet Trainerspool • Inzet project Table Stars vergroten (gebruik inventariseren door enquête) • Beter beeld van verenigingen (eigen database) • Specifieke verenigingsondersteuning in probleemsituaties en/of ambities • Stimuleren van verenigingen tot deelname aan landelijke projecten (bijvoorbeeld project ‘Naar een Veiliger Sportklimaat’ = VSK) • Financiële groei (ledenwerving, grijze leden, sponsoring/subsidie, contributie) t.b.v. financiering afdelingsmanagers en de ontwikkeling van de verenigingen en hun sportactiviteiten. Deel III: Actieplan + prioriteit In onderstaand plan staan de rollen van Ruud van Beest (Afdelingsmanager Sportbestuurlijk) en Ineke de Graaf (Afdelingsmanager Sporttechnisch) toegelicht. Bij de overige functionarissen gebruiken we de functienaam. Het is logisch dat de steun en inzet van en de samenwerking met de afdelingsfunctionarissen en de verenigingen essentieel is om deze acties optimaal uit te kunnen voeren. Korte termijnacties Pilot (2013/2014) Acties Uitvoerende(n) Planning afronding Specificatie bezuinigings-voorstel € 4000 begroting 2013 Ruud Besluit ALV mei 2013 Actualiseren declaratiebesluit Ruud Besluit ALV mei 2013 Actualiseren subsidie-regelingen ZuidWest Ruud Besluit ALV mei 2013 Financieel Beheer Communicatie en Verenigingsondersteuning Verzamelen informatie verenigings- Ruud/Ineke Continu Deelname VSK-project door 4 verenigingen Ruud i.s.m. BB Medio 2014 (voor eind pilot) Verbetering communicatie Bondsbureau Ruud/Ineke/Verenigingen BB Contacten externen relatienetwerk opbouwen met – Ruud/Ineke en Continu Continu 50 Vernieuwing afdelingswebsite + afstemming informatie-kanalen Ruud/Ineke/webmaster afdeling + adequate ondersteuning vanuit BB Maart 2013 Vacaturebank website Ruud/Ineke Maart 2013 Vrijwilligerswaardering – conform spelregels Ruud Juni 2013 Organisatie jaarlijkse toernooileiderscursus en trainersopleidingen (minimaal 1x per jaar) Ineke/BB Voorjaar 2013 Organisatie opleiding/bijscholing naar behoefte(n) Ineke/BB 2013 Werving en inzet stagiair t.b.v. marketing onderzoek Ruud/Ineke Voorjaar 2013 Stage onderzoek marketing Ineke/Ruud Najaar 2013 Implementatie marketing onderzoek resultaten Ruud/Ineke Vanaf voorjaar 2014 Contact leggen met nevenbonden (relatiebeheer) Ineke/Ruud Continu Voorstel aanpak grijze leden Ruud/Ineke Najaar 2013 Ineke & adviesgroep Voorjaar 2013 Werving/behoud vrijwilligers Opleidingen & bijscholing Werving leden Competitie Onderzoek nieuwe competitie vormen Pilots nieuwe competitie-vormen Ineke, adviesgroep verenigingen & Najaar 2013 Toernooien & wedstrijden Opstellen jaarplanning (cyclus) Ineke & WTW Vergroting aantal deelnemers Communicatie evenementen Ineke & WTW Ineke & WTW Enquête (inventarisatie gewenste evenementen) + rapportage Haalbaarheidsonderzoek afdelingskampioenschappen Technische zaken Beleidsplan trainingen (vergroting rendement) Implementatie verbetervoorstellen beleidsplan Beleid opstellen voor verbeteren technisch verenigingskader/opzet trainerspool Ineke Voorjaar 2013 + besluitvorming ALV mei Continu Voorjaar 2013 + besluitvorming ALV mei Februari 2013 – april 2013 Ineke Najaar 2014 Ineke, TC directeur BB Ineke & TC & technisch Voorjaar 2013 Najaar 2013 Ineke & TC Voorjaar 2014 51 Overlegstructuur Alternatieve vorm ALV Regionaal overleg (2x per jaar) met thema’s Deelname aan landelijke overlegvormen Evaluatie pilot ZuidWest Ruud/Ineke/werkgroep bestuurlijke vernieuwing NTTB Ruud/Ineke Besluitvorming ALV en Bondsraad 2014 Ruud/Ineke Continu Evaluatiecommissie Ruud/Ineke & Vanaf najaar 2013 April 2013, November 2013, april 2014 (besluitvorming voortzetting vanaf najaar 2014) Lange termijn acties Deze acties lopen door na einde pilot medio 2014 Groei leden aantal Voorstel financiële waarborg inzet afdelingsmanagers Groei (verenigings) sponsoring/subsidiering Bestuurlijke ontwikkeling 1 middelgrote stad Verenigingen Ruud/Ineke Verenigingen Continu Voorjaar 2014 & besluit ALV 2014/Bondsraad Continu Ruud Voorjaar 2014 Gebruikte afkortingen: WTW: Werkgroep Toernooien en Wedstrijden ZuidWest BB: Bondsbureau TC: Werkgroep Technisch Werk Deel IV: Proces Voortgang en Communicatie Inhoud plan ZuidWest • Interne afstemming plan: o Commissieleden bestuursmodel: § Han van der Zijden, Ton van Happen, Edgar Verkooijen en Bram Houterman o Vanuit enkele verenigingen: § Jeroen Goes, Peter Boon, Roland van de Heuvel en Uschi Meeuwis o Bondsbureau • Proces van voortgangs-/resultaatsbewaking (evaluatiecommissie) o Halfjaarlijks stemmen we de tussenresultaten af met de evaluatiecommissie en de verenigingen (via de regiovergaderingen) o Ieder kwartaal vindt afstemming plaats met het bondsbureau Verzendlijst plan ZuidWest • Verenigingen ZuidWest • Afdelingsfunctionarissen + bondsraadsleden • Bondsbureau • Hoofdbestuur • College van Voorzitters • Werkgroep Bestuurlijke Vernieuwing Bijlage 1. Bijlage 2. Netwerkkaart (Zie apart Powerpoint bestand (t.z.t. in PDF). Organigram 9Zie apart Powerpoint bestand (t.z.t. in PDF). 52 Jaarplan 2014 NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Afdeling West Inhoudsopgave Inleiding 1 Sport- en productontwikkeling 2. Topsport 3. Wedstrijdzaken 4. Opleidingen 5 Algemeen Bestuurlijke Zaken 53 Inleiding Jaarplan 2014 van West Om de Bondsraad tijdig te informeren over het Jaarplan 2014 is gevraagd om dit begin september 2013 aan te leveren. Op dit moment vindt binnen de afdeling een verandering van bestuursstructuur en daardoor van het personele bestuur plaats. Conform de wens van de (buitengewone) ALV van West blijft het afdelingsbestuur van voor de reorganisatie aan totdat een benoemingscommissie een nieuw bestuur ad interim benoemd heeft. Onderstaand Jaarplan is nog ontwikkeld door het “demissionaire” afdelingsbestuur. Zie verder nog onderdeel 5 over algemeen bestuurlijke zaken. Belangrijke zaken voor afdeling West zijn goed georganiseerde competities, aantrekkelijke toernooien, ondersteuning van verenigingen bij werving en behoud van leden, talentontwikkeling, communicatie met de leden en de verenigingen, goede contacten met de landelijke bond, met de overige afdelingen en de Bondsraad en om dit alles te realiseren: een degelijke financiering. De communicatie naar verenigingen en leden loopt via een (nagenoeg) wekelijks digitaal informatiebericht en via berichten op de website. Daarbij sluiten we aan op de landelijke ontwikkelingen. Er is een intentie om vanaf 2013 naast de jaarlijkse algemene ledenvergadering van verenigingen opnieuw overleg te voeren met verenigingsvoorzitters via districtsbijeenkomsten. 2. Sport- en productontwikkeling Ondersteunen van verenigingen bij het werven van jeugdleden is voor de afdeling West van belang om in de breedte te kunnen groeien. Het product Table Stars lijkt daarvoor bijzonder effectief. Daarnaast zal opnieuw ingezet worden om via het basisonderwijs tafeltennis onder de aandacht van de jeugd te brengen. Een probleem en een kans is de relatief beperkte deelname van meisjes aan de sport tafeltennis. Tafeltennis heeft op dit moment teveel het imago een jongenssport te zijn. Afdeling West wil een project starten om meisjes bij de verenigingen te stimuleren. In 2014 neemt afdeling West opnieuw met een twaalftal basisscholen uit de afdeling deel aan de nationale kampioenschappen, genaamd Table Stars The Battle. Den Haag was vroeger een stad met veel verenigingen en sterke spelers. De afgelopen twintig jaar is het aantal verenigingen sterk gedaald en bij de resterende verenigingen veelal ook het aantal leden. Den Haag werd daardoor bijna een grijze vlek in tafeltennisland. Samen met de Haagse verenigingen is de afdeling een project gestart om het tij te keren. Deze aanpak lijkt, gelet op de toename van jeugdleden, succesvol. Voor de welpen willen we in het voorjaar een speciale talentendag houden. 1.1 Sport- en Productontwikkeling – Table Stars Doelstelling Groei in het ledenaantal jeugd 4-12 jaar (1) door werving via Table Stars Realisering Verenigingsactiviteit rond Table Stars en/of Kindertafeltennisfeest met een bijdrage ondersteunen Evaluatie Eenmaal per jaar, bij de jaarrekening Budget € 2.000 Betrokken personen Bestuurslid breedtesport Planning 2014 Minstens 50% voor acties met Table Stars § € 1.000 • Eerste helft € 1.000 • Tweede helft 1.2 Sport- en Productontwikkeling – Basisscholieren Doelstelling Groei in het ledenaantal jeugd 4 - 12 jaar (2) door werving via school Realisering Deelname basisscholen uit de afdeling aan de nationale kampioenschappen: Table Stars The Battle Evaluatie Eenmaal per jaar, bij de jaarrekening Budget € 1.000 Betrokken personen Bestuurslid breedtesport Twaalf teams afvaardigen naar nationale kampioenschap Planning 2014 1.3 Sport- en Productontwikkeling – Doelgroep meisjes Doelstelling Meer meisjes aantrekken en huidige meisjes behouden Realisering Verenigingen helpen met communicatie en succesactiviteiten (voorbeelden) Evaluatie Eenmaal per jaar, bij de jaarrekening Budget € 1.000 54 Betrokken personen Planning 2014 Bestuurslid breedtesport Een jaarlijks meisjestoernooi 1.4 Tafeltennis basisonderwijs Den Haag Doelstelling Basisscholieren kennis laten maken met tafeltennis via de school Realisering Voorrondes via wijktoernooien, stedelijke finaleronde Evaluatie Eenmaal per jaar, bij de jaarrekening Budget € 1.200 Betrokken personen Vier Haagse verenigingen en diverse commissieleden Afhankelijk van de te organiseren activiteiten Planning 2014 1.5 Promotionele Activiteiten: Tafeltennis in Den Haag Doelstelling Drie dependancevestigingen gelieerd aan Haagse verenigingen Realisering In 2014 Evaluatie Eenmaal per jaar, bij de jaarrekening Budget € 6.000 Betrokken personen Veel inzet van AB lid Drie dependances actief Planning 2014 1.6 Dag van het Talent (Welpendag) Doelstelling Voorronden voor de Nationale Dag van het Talent in Papendal Realisering Jaarlijks Evaluatie Bijeenkomst jeugdleiders Budget € 200 Personele inzet Commissie breedtesport Planning 2014 mei ‘14 2. Topsport Het komend jaar zal een commissie Topsport opgezet worden die ten behoeve van afdeling West een afdelingsvisie uitschrijft op talentontwikkeling. Het topsportbeleid van West richt zich tot dan op de volgende vier punten. (1) Het voortzetten van de Afdelingstraining en Regionale Bondstraining (RBT) gericht op welpen en pupillen. (2) Onderzocht wordt de mogelijkheid van selectiedagen voor spelers voor afdelingstraining en RBT. (3) Ontwikkeling van een talentencentrum West met een locatie in het noordelijke en in het zuidelijke deel van de afdeling. (4) Voortgezette deelname aan de NTTB Jeugdcup. 2.1 Opzet van regionaal topsportbeleid Doelstelling Talentontwikkeling, talentherkenning en nieuw beleid onder 13 [Proces] Talentontwikkeling Volgen van het landelijk beleid. Talentherkenning Opleiden van sporters voor topsport en structureel aanleveren van nieuwe jeugdselectieleden vanuit het NTTB Beloftenteam. Uitdragen en toepassen van het NTTB-opleidingsplan en het talentvolgsysteem bij de activiteiten. Internationaal deelnemen aan regionale toernooien en presteren bij de Euro Mini Champs (laatste 16). Implementeren van het nieuwe beleid. Structurele ondersteuning van talentherkenning in de afdelingen. Organiseren van activiteiten voor talentherkenning. Talentherkenning – Verenigingen - Ondersteunen van schoolprojecten (LOOT) - Samenwerking met verenigingen op projectbasis (zie ook plannen nieuw beleid onder 13 jaar) Samenwerking met verenigingen voor diverse trainingen (afspraken over het 55 Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 gebruik van spelers voor sparring, o.a. voor dames, heren, jeugd, NTTB Beloftenteam en paratafeltennis) 2015 Jaarverslag 2014, tussenevaluatie Te vormen: Commissie topsport; AB Eerste aanzet 2.2 Afdelingstraining Doelstelling Opstap naar de regionale bondstraining [Proces] Realisering 2 keer per maand Evaluatie Eenmaal per jaar, bij de jaarrekening Budget € 5.200 Betrokken personen Twee trainers Planning 2014 Afhankelijk van de te organiseren activiteiten 2.3 Regionale bondstraining Doelstelling Talenten op niveau van pupillen en welpen ontwikkelen Realisering Wekelijks groepstraining en RTB plus training Evaluatie Eenmaal per jaar, bij de jaarrekening Budget € 9.800 Personele inzet Aangestelde trainer Planning 2014 Twee groepen van ieder 8 deelnemers 2.4 NTTB Jeugdcup Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 Bekend met internationale regelingen 1 maal per jaar einde van het seizoen Eenmaal per jaar, bij de jaarrekening € 2.000 AB lid Juli ‘13 3. Wedstrijdzaken Binnen het beleid op wedstrijdgebied zal komend jaar opnieuw aandacht uitgaan naar mogelijke verbeteringen van het aanbod, met name binnen het competitieaanbod. Er wordt een pilot gehouden in de hoogste afdelingsklasse, de Hoofdklasse, waarbij de competitie is onderverdeeld in een voorronde (halve competitie) en een finale (play-offs promotie en degradatie). Dit systeem wordt ook in de hoogste klasse(n) van twee andere afdelingen gehanteerd, door deze opzet ontstaan er meer beslissingsmomenten waardoor de competitie zowel voor spelers als publiek aantrekkelijker wordt. Afhankelijk van een in het voorjaar van 2014 te houden evaluatie zal dit systeem in het seizoen 2014-2015 definitief worden ingevoerd in de Hoofdklasse. Het is vooralsnog niet de bedoeling om dit systeem ook in (een deel van) de overige klassen in te voeren omdat dit organisatorisch niet haalbaar is. Verder zal het AB ook de ontwikkelingen met betrekking tot de almaar groeiende duo-competitie nauwlettend in de gaten blijven houden. Een breder aanbod heeft namelijk ook een negatief effect: het dalende aantal teams in de reguliere competitie waardoor de spoeling in sommige regio’s en klassen steeds dunner wordt. De verdergaande “uitholling” van de reguliere competitie maakt dat het in de toekomst lastiger wordt om een correcte en tevens aantrekkelijke indeling voor de leden te maken, met name in de lagere klassen waaruit de meeste spelers overstappen naar de duo-competitie. Door de e smallere basis zal het kwaliteitsniveau van de topcompetitie (vanaf 2 klasse en hoger) ook (verder) gaan afnemen de komende jaren. Daarnaast zal het AB blijven inzetten op stimulering van de toernooideelname door de organisatie van de toernooiencircuits (met mooie prijzen) bij de jeugd en senioren. Belangrijk daarbij is een degelijk en correct beheer en uitgifte van de verschillende toernooilicenties. Een juiste sterkte-indeling zorgt ervoor dat de deelnemers meer spelplezier ervaren en dat zorgt weer voor meer deelnemers aan de vele georganiseerde toernooien in onze afdeling. Toernooien zijn belangrijk voor 56 het behoud van leden omdat niet iedereen competitie kan of wil spelen maar ook omdat toernooien voor spelaanbod zorgen buiten de competitieperioden. 3.1 Competitie-aanbod Doelstelling Voldoende en kwalitatief hoogwaardig aanbod leveren van competitiewedstrijden op afdelingsniveau. Nieuw of aangepast competitieaanbod invoeren of onderhouden. Realisering Inventarisatie onder verenigingen Evaluatie Jaarlijks tijdens het wedstrijdsecretarissenoverleg Budget Nog onbekend Betrokken personen AB lid Planning 2014 Voorjaar ’14 eventueel aangepaste opzet 3.1.1 Pilot invoering play-off systeem Hoofdklasse Doelstelling Versterking competitie-aanbod in hoogste afdelingsklasse Realisering Inventarisatie onder verenigingen Evaluatie Voorjaar 2014 Budget Nog onbekend Betrokken personen AB lid Planning 2014 Najaar ’14 eventueel definitieve invoering 3.2 Toernooien-aanbod Doelstelling Zoveel mogelijk deelnemers aan afdelingstoernooien Realisering Circa 800 spelers (jeugd en senioren) nemen deel Evaluatie Jaarlijks tijdens het toernooileideroverleg Budget € 2.500 Betrokken personen Ca 8 uur per maand voor 3 commissieleden Gehele jaar Planning 2014 3.3 Ranglijsten jeugd Doelstelling Periodiek samenstellen en publiceren van ranglijsten van spelers; streven naar verbetering van de ranglijstsystematiek Realisering Correcte sterktecategorie indeling jeugdspelers bij toernooien Evaluatie Commissie CTW Budget P.M. Betrokken personen Licentiefunctionaris jeugd Planning 2014 Gehele jaar 3.4 Beheer en uitgifte seniorenlicenties Doelstelling Periodiek controleren juiste toekenning seniorenlicenties en verstrekken nieuwe of gewijzigde licenties aan senioren (licenties C t/m H) Realisering Correcte sterktecategorie indeling seniorspelers bij toernooien Evaluatie Commissie CTW Budget P.M. Betrokken personen Licentiefunctionaris senioren Gehele jaar Planning 2014 3.5 Beheer Evenementenagenda (en faciliteiten) Doelstelling Jaarlijks vaststellen en publiceren van toernooikalender Realisering Spreiding toernooien over gehele seizoen Budget P.M. Evaluatie Toernooileidersoverleg Betrokken personen Toernooifunctionaris Planning 2014 Gehele jaar 4. Opleidingen 57 Opleiden van verenigingskader en het ondersteunen van verenigingen bij het werven van jeugdleden zijn van belang om in de breedte te kunnen groeien. Afhankelijk van organisatie vanuit de NTTB vindt bekendmaking bij verenigingen plaats en na behalen van diploma een gedeeltelijke financiële bijdrage. Daarbij denken we aan toernooileidersopleiding en scheidsrechtersopleiding als onderdeel van het programma ‘Naar een veiliger sportklimaat’. 4.1 Trainersopleidingen Doelstelling Deelname aan trainersopleidingen promoten Realisering Leden die succesvol een door de NTTB georganiseerde trainersopleiding hebben afgerond, ontvangen daarvoor een financiële bijdrage Evaluatie Eenmaal per jaar, bij de jaarrekening Budget € 1.300 Betrokken personen Commissie breedtesport Planning 2014 Afhankelijk van de te organiseren opleidingen 5. Algemeen Bestuurlijke Zaken In 2013 is gebleken dat de huidige bestuursopzet voor het afdelingsbestuur niet voldoet. Een commissie van goede diensten heeft daarover in juni 2013 gerapporteerd. Aanbevolen is om het afdelingsbestuur terug te brengen tot drie bestuursleden: voorzitter, secretaris en penningmeester. Daarnaast te komen tot drie commissies: breedtesport, topsport en wedstrijdzaken. Elke commissie heeft een commissievoorzitter die niet in het afdelingsbestuur zit, maar daarmee wel communiceert. Op die manier is een betere scheiding aan te brengen tussen beleidsvorming (het afdelingsbestuur) en beleidsuitvoering (de commissies). Deze opzet lijkt in lijn met de opvattingen over bestuurlijke vernieuwing binnen de NTTB, waarover in 2014 een eindrapport verwacht wordt. Als streefdatum voor een ad interim bestuur is 1 september 2013 afgesproken, in april 2014 kan de ALV van West zich over de samenstelling van het AB uitspreken. Het AB is voorstander van een volledige afstemming van de eigen website met de NTTB website, waarbij de eigen functionaliteit mogelijk blijft. Op dit moment, augustus 2013, blijkt dit voor een aantal afdelingen van de NTTB, waaronder West, nog niet volledig mogelijk te zijn. 5.1 Algemeen bestuurlijke zaken Doelstelling Invoering bestuurlijke reorganisatie Realisering 2014 Evaluatie Jaarverslag 2014 Budget Betrokken personen AB Planning 2014 Kernbestuur geaccordeerd door de ALV en daarnaast drie commissies en wel breedtesport, topsport en wedstrijdzaken 5.2 Contactenbeleid Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 Contacten met verenigingen op districtsniveau Jaarlijkse bijeenkomsten tussen AB en verenigingen per vier districten Jaarverslag AB In elk van de vier districten is een verenigingsbijeenkomst gehouden (“voorzittersoverleg”) 5.3 Communicatiebeleid Doelstelling Website West aansluiten op NTTB website Realisering Look-and-feel van de landelijke website met behoud van de eigen functionaliteit Evaluatie Jaarverslag Budget Betrokken personen AB en webmaster Planning 2014 Afstemming met Hoofdbestuur, Bondsraad en afdelingen 58 CONCEPT - Jaarplan 2014 NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Afdeling Noord Inhoudsopgave Inleiding 1 Sport- en productontwikkeling 2. Topsport 3. Wedstrijdzaken 4. Opleidingen 5. Algemeen Bestuurlijke Zaken 59 1. Sport en Productontwikkeling 1.0 Algemeen Doelstelling Verbeteren onderlinge samenwerking verenigingen ter versterking van de jeugdafdelingen en het op peil houden van ledenaantal senioren. Enerzijds door bijvoorbeeld het financieel en inhoudelijk ondersteunen van samenwerkingsverbanden, anderzijds door het aanbieden van nieuwe competitievormen. Budget Betrokken personen Bestuur, Competitiecommissie en Evenementencommissie en betrokken leden van diverse verenigingen. 1.1 Sport- en Productontwikkeling – Table Stars Doelstelling Groei in het ledenaantal jeugd 4-12 jaar door werving Realisering Stimulering deelname verenigingen met als beoogd resultaat jaarlijkse toename met 10% van aantal verenigingen. Evaluatie Jaarlijks Budget Betrokken personen Coördinator Table Stars Planning 2014 1.2 Sport- en Productontwikkeling – Oudere jeugd Doelstelling Behoud en waar mogelijk groei in het ledenaantal jeugd 12-20 jaar. Realisering Stimulering schooltoernooien Evaluatie Jaarlijks Budget Betrokken personen Planning 2014 1.3 Sport- en Productontwikkeling – volwassen doelgroepen Doelstelling Join the Table – uitrol en verankering doelgroepenbeleid Realisering Contacten onderhouden met bedrijfstafeltennis; aansluiten bij ouderenbeleid Evaluatie jaarlijks Budget Betrokken personen Planning 2014 1.4 Clubadvies Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 1.5 Promotionele Activiteiten Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 1.6 Accommodatiezaken Doelstelling Ondersteuning verenigingen in nieuw- en verbouw Realisering Evaluatie Budget 60 Betrokken personen Planning 2014 1.7 Veilig Sporten Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 2. 2.7 Doelstelling [Proces] Continu Ondersteuning cursusaanbod van het bondsbureau Actief benaderen van doelgroepen jaarlijks Continu Topsport Talentontwikkeling, talentherkenning en nieuw beleid onder 13 Talentontwikkeling De details van de uitwerking van de activiteiten zijn in de jaarplanner terug te vinden. De inhoudelijke trainingswerkzaamheden, die bij de vier jeugdteams individueel kunnen zijn, worden door de vier bondscoaches gecoördineerd. De Technisch Directeur houdt hier toezicht op en heeft wekelijks contact met de vier bondscoaches. Talentherkenning Opleiden van sporters voor topsport en structureel aanleveren van nieuwe jeugdselectieleden vanuit het NTTB Beloftenteam. Uitdragen en toepassen van het NTTB-opleidingsplan en het talentvolgsysteem bij de activiteiten. Internationaal deelnemen aan regionale toernooien en presteren bij de Euro Mini Champs (laatste 16). Implementeren van het nieuwe beleid en starten met de opleidingscentra (RTC – Regionaal Talent Centrum). Zie ook 2.10. nieuwe Structurele ondersteuning van talentherkenning in de afdelingen. Organiseren van activiteiten voor talentherkenning. Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 Talentherkenning – Verenigingen - Ondersteunen van schoolprojecten (LOOT) - Samenwerking met verenigingen op projectbasis (zie ook plannen nieuw beleid onder 13 jaar) Samenwerking met verenigingen voor diverse trainingen (afspraken over het gebruik van spelers voor sparring, o.a. voor dames, heren, jeugd, NTTB Beloftenteam en para-tafeltennis) Als omschreven onder kopje “Talentherkenning – Verenigingen”. Jaarlijks Besturen afdeling en verenigingen; trainers. 2.9 Doelstelling Topsport algemeen [Proces] Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 3. Wedstrijdzaken 3.2 Competities 61 Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 3.3 Evenementen Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 3.4 Ranglijsten Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 Voldoende en kwalitatief hoogwaardig aanbod leveren van competities op afdelingsniveau. Nieuw of aangepast competitieaanbod invoeren of onderhouden. Zoals beschreven onder “doelstelling”; invoeren duo-competitie bij senioren en jeugd. Halfjaarlijks Competitiecommissie en Aanbod leveren en ondersteunen van initiatieven van verenigingen (Doen) organiseren van diverse toernooien binnen de afdeling Halfjaarlijks Evenementencommissie; bestuursleden senioren en jeugd. Periodiek samenstellen en publiceren van ranglijsten van spelers; streven naar verbetering van de ranglijstsystematiek. Zoals beschreven onder “doelstelling”. Halfjaarlijks Licentiebeheerder 3.8 Beheer Evenementenagenda (en faciliteiten) Doelstelling Opstellen van evenementagenda en aankondigen van evenementen binnen en buiten de afdeling Realisering Plaatsing op de website van de afdeling Budget Evaluatie Betrokken personen Bestuur en webmaster Planning 2014 4. Opleidingen 4.1 Trainersopleidingen Doelstelling Uitvoer NTTB-trainersopleidingen Realisering NVT / activiteit Bondsbureau Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 4.2 Toernooileidersopleiding Doelstelling Uitvoer NTTB-toernooileidersopleidingen Realisering NVT / activiteit Bondsbureau Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 4.3 Scheidsrechtersopleidingen als onderdeel van VSK programma Doelstelling Uitvoer NTTB-scheidsrechtersopleidingen Realisering NVT / activiteit Bondsbureau Evaluatie 62 Budget Betrokken personen Planning 2014 4.4 Goedlopend systeem van bijscholingen en licentiebeheer Doelstelling Realisering NVT / activiteit Bondsbureau Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 5. Algemeen Bestuurlijke Zaken 5.1 Algemeen bestuurlijke zaken Doelstelling Hebben en houden van een voltallig bestuur en actieve commissies Realisering Vacature bestuurslid senioren vervullen; instellen evenementencommissie Evaluatie Halfjaarlijks Budget Betrokken personen In functie zijnde bestuursleden Planning 2014 5.3 Bepalen rolverdeling AB – Commissies Doelstelling Commissies zoveel als mogelijk zelfstandig en met mandaat laten functioneren. Realisering Conform doelstelling Evaluatie Bij reguliere bestuursvergaderingen Budget Betrokken personen Bestuur Planning 2014 5.4 Vermarkten Tafeltennissport Doelstelling Produkten aanbieden waar de klant om vraagt Realisering Aanbieden van nieuwe tafeltennisvormen Evaluatie Jaarlijks Budget Betrokken personen Bestuur en commissies Planning 2014 5.5 Communicatiebeleid Doelstelling Transparantie van bestuur Realisering Optimalisatie vorm en gebruik website Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 63 Jaarplan 2014 NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Afdeling Limburg Inhoudsopgave Inleiding 1 Sport- en productontwikkeling 2. Topsport 3. Wedstrijdzaken 4. Opleidingen 5. Algemeen Bestuurlijke Zaken 64 1. Sport en Productontwikkeling 1.0 Algemeen Doelstelling Ledenwerving 6-10 jarigen +5% en 55+ +3% Budget € 15.000 Betrokken personen Werkgroep Breedtesport 1.1 Sport- en Productontwikkeling – Table Stars Doelstelling Groei in het ledenaantal jeugd 6-10 jaar door werving en kennismaking met de Sport via vast traject Table Stars en Follow-Up Realisering Table Stars in samenwerking metscholen Evaluatie Via projectleider Budget ± € 6.500 Betrokken personen 12, inclusief stagiaires Fontys Sporthogeschool Planning 2014 • Eerste helft • Project loopt gehele jaar 2014 • Tweede helft 1.2 Sport- en Productontwikkeling – Oudere jeugd Doelstelling Behoud ledenaantal jeugd 12-20 jaar door werving Realisering Verenigingen ondersteunen bij behoud van deze doelgroep Evaluatie Via projectleider Budget Benodigd budget wordt vrijgemaakt Betrokken personen 2 Planning 2014 • Eerste helft • Project loopt gehele jaar 2014 • Tweede helft 1.3 Sport- en Productontwikkeling – volwassen doelgroepen Doelstelling 55+-werving Realisering Via verenigingen en diverse projecten Evaluatie Via projectleider Budget Benodigd budget wordt vrijgemaakt Betrokken personen 4 Planning 2014 • eerste helft • Project loopt hele jaar 2014 • tweede helft 1.4 Clubadvies Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 • Eerste helft • Tweede helft Versterken van tafeltennisverenigingen op bestuurlijk en organisatorisch vlak In clustervorm via afdeling en Platformoverleg en project Meer Vrijwilligers in Korte Tijd Projectleider € 4.000 4 • Gehele jaar 2014 1.5 Promotionele Activiteiten Doelstelling Promotie van de tafeltennissport door middel van toernooien en evenementen en communicatiematerialen Realisering Via werkgroepen Evaluatie Werkgroepen in overleg met het Afdelingsbestuur Budget Benodigd budget wordt vrijgemaakt Betrokken personen 7 Planning 2014 • Eerste helft • Gehele jaar 2014 65 • Tweede helft 1.6 Accommodatiezaken Doelstelling Ondersteuning verenigingen in nieuw- en verbouw - verwijzing naar NTTB in verband met expertise Realisering n.v.t Evaluatie n.v.t Budget n.v.t Betrokken personen n.v.t Planning 2014 • n.v.t • continue 1.7 Veilig Sporten Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 • continue 2. 2.7 Doelstelling [Proces] Het betrekken van de afdelingsverenigingen in het project “Naar een veiliger sportklimaat". Vergroten van de bestuurlijke vaardigheid. Via werkgroepen Werkgroepen in overleg met het Afdelingsbestuur Benodigd budget wordt vrijgemaakt 7 Het hele jaar 2014 Topsport Talentontwikkeling, talentherkenning en nieuw beleid onder 13 Talentontwikkeling De details van de uitwerking van de activiteiten zijn in de jaarplanner terug te vinden. De inhoudelijke trainingswerkzaamheden, die bij de vier jeugdteams individueel kunnen zijn, worden door de vier bondscoaches gecoördineerd. De Technisch Directeur houdt hier toezicht op en heeft wekelijks contact met de vier bondscoaches. Talentherkenning Opleiden van sporters voor topsport en structureel aanleveren van nieuwe jeugdselectieleden vanuit het NTTB Beloftenteam. Uitdragen en toepassen van het NTTB-opleidingsplan en het talentvolgsysteem bij de activiteiten. Internationaal deelnemen aan regionale toernooien en presteren bij de Euro Mini Champs (laatste 16). Implementeren van het nieuwe beleid en starten met de opleidingscentra (RTC – Regionaal Talent Centrum). Zie ook 2.10. nieuwe Structurele ondersteuning van talentherkenning in de afdelingen. Organiseren van activiteiten voor talentherkenning. Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 Talentherkenning – Verenigingen - Ondersteunen van schoolprojecten (LOOT) - Samenwerking met verenigingen op projectbasis (zie ook plannen nieuw beleid onder 13 jaar) Samenwerking met verenigingen voor diverse trainingen (afspraken over het gebruik van spelers voor sparring, o.a. voor dames, heren, jeugd, NTTB Beloftenteam en paratafeltennis) Via RTC Limburg Werkgroep Technische Zaken in overleg met het Afdelingsbestuur Provinciale subsidie 7 Gehele jaar 2014 66 2.9 Doelstelling Topsport algemeen [Proces] Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 zie punt 2.7 3. Wedstrijdzaken 3.2 Competities Doelstelling Voldoende en kwalitatief hoogwaardig aanbod leveren van competitiewedstrijden op afdelingsniveau. Nieuw of aangepast competitieaanbod invoeren of onderhouden. Realisering Via Werkgroep Competitie Evaluatie Werkgroep in overleg met Afdelingsbestuur Budget € 2.500 Betrokken personen 5 Planning 2014 • Gehele jaar 2014 3.3 Evenementen Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 3.4 Ranglijsten Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 Aanbieden van hoogwaardige evenementen in de afdeling Werkgroep Toernooien en Wedstrijden en Projectleider Werkgroep – Projectleider – Afdelings bestuur ± € 10.000 13 • Gehele jaar 2014 Periodiek samenstellen en publiceren van ranglijsten van spelers; streven naar verbetering van de ranglijstsystematiek. Werkgroep competitie Werkgroep – Afdelingsbestuur n.v.t. 4 • Gehele jaar 2014 3.8 Beheer Evenementenagenda (en faciliteiten) Doelstelling Transparant maken en promoten van activiteiten binnen de afdeling Realisering Werkgroep Communicatie Budget ± € 350 Evaluatie Werkgroep – Afdelingsbestuur Betrokken personen 3 Planning 2014 • Via website en nieuwsbrief 4. Opleidingen 4.1 Trainersopleidingen Doelstelling Stimulering deelname aan trainersopleidingen binnen de NTTB Realisering NTTB in overleg met de afdeling Evaluatie Dit is wenselijk Budget n.v.t. Betrokken personen 1 Planning 2014 • Voorjaar 2014 Gehele jaar 2014 • Najaar 2014 4.2 Toernooileidersopleiding 67 Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 Zie punt 4.1 4.3 Scheidsrechtersopleidingen als onderdeel van VSK programma Doelstelling Zie punt 4.1 Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 4.4 Goedlopend systeem van bijscholingen en licentiebeheer Doelstelling Stimulering deelname voor het bereiken van een optimale kwaliteit Realisering SLT in samenwerking afdeling Evaluatie SLT – Afdelingsbestuur Budget Benodigd budget wordt vrijgemaakt Personele inzet 4 Planning 2014 1x voorjaar en 1x najaar 2014 5. Algemeen Bestuurlijke Zaken 5.1 Algemeen bestuurlijke zaken Doelstelling Lid-verenigingen kunnen optimaal functioneren en deelnemen aan de geboden activiteiten Realisering Afdelingsbestuur - Werkgroepen Evaluatie 6x per jaar Budget Budgettering via jaarplannen werkgroepen Betrokken personen 7 Planning 2014 • Gehele jaar 2014 5.3 Bepalen rolverdeling AB – Commissies Doelstelling Werkgroepen zo veel mogelijk autonoom laten functioneren Realisering Afdelingsbestuur en goede communicatie Evaluatie 6x per jaar Budget n.v.t. Betrokken personen 7 Planning 2014 • Gehele jaar 2014 5.4 Vermarkten Tafeltennissport Doelstelling Tafeltennissport toegankelijk maken voor iedereen Koppeling basisscholen-Gemeentes-Tafeltennisplan Limburg Realisering AB en lid-verenigingen Evaluatie 4x per jaar Budget Benodigd budget wordt vrijgemaakt Betrokken personen Allen Planning 2014 • Gehele jaar 2014 5.5 Communicatiebeleid Doelstelling Openbaarheid van tafeltennissport naar iedereen Realisering Werkgroep Communicatie via verbeterde website, email-nieuwsbrieven Evaluatie 4x per jaar Budget Start budget € 350 Betrokken personen 4 Planning 2014 • Gehele jaar 2014 68 Jaarplan 2014 NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Afdeling Gelre Inleiding Graag biedt het bestuur van de Afdeling Gelre u hierbij het Jaarplan 2014 aan. Net als vorige jaren staan we in dit jaarplan met name stil bij de onderwerpen waarvoor in 2014 extra tijd en financiële middelen moeten worden vrijgemaakt. Gelet op het feit dat we nog geen voltallig bestuur hebben en de takendiscussie in het kader van de Bestuurlijke vernieuwing leidt dit tot een kort jaarplan. Naast de reguliere werkzaamheden en de beleidsplannen die we al hadden ontwikkeld maken we nu namelijk pas op de plaats. 1. Algemeen Bestuurlijke Zaken Het afdelingsbestuur bestaat momenteel uit 4 leden. Uitbreiding van het bestuur met een AB lid “sportzaken” is wenselijk. Maar met name de commissie sportzaken behoeft aanvulling. In de begroting zijn voor ABZ alleen de reguliere kosten zoals vergaderkosten en reiskosten opgenomen. 2. Sport- en Productontwikkeling De afdeling Gelre heeft te kampen met een forse terugloop van jeugdleden in de laatste jaren. In 2012 is hiervoor WOB-beleid ontwikkeld. Afgesproken was dat het AB met dit product in 2012 actief naar de verenigingen zou gaan om dit product te promoten om de kans van slagen zo groot mogelijk te maken, want aanwas van jeugd is nodig! Door bovenstaande personele problemen is dat niet gelukt en mede daardoor is er nog geen gebruik gemaakt van de openstaande mogelijkheden. 69 Als de commissie sportzaken wordt uitgebreid, willen wij hier toch extra aandacht aan gaan schenken. 3. Opleidingen In de begroting is geld opgenomen voor leden vanuit de afdeling die met succes een door de NTTB georganiseerde trainersopleiding afronden. 4. Wedstrijdzaken Vanuit de afdeling wordt een divers aanbod voor het spelen van wedstrijden geleverd. Sinds 2012 vallen alle wedstrijden (competitie, toernooien + (beker)wedstrijden) onder CTW. 5. (Top)sport De afdeling ondersteunt/stimuleert lokale initiatieven om trainingen te organiseren voor de jongere jeugd (welpen/pupillen) van de verenigingen in een bepaalde regio. Ook ondersteunt/stimuleert de afdeling het organiseren van toernooien voor beginnende jeugd door verenigingen in een bepaalde regio. Doelstelling hiervan is om vooral beginnende spelers die nog geen competitie spelen de mogelijkheid te bieden om toch wedstrijdjes te spelen. Dit weer vanuit de gedachte dat door het zoveel mogelijk laten spelen nieuwe spelers eerder voor onze sport worden behouden. Het aantal initiatieven vanuit verenigingen voor zowel het organiseren van trainingen als beginnertoernooien valt ons tegen. Voor promotie/ondersteuning van dergelijke activiteiten is ook weer uitbreiding van de commissie sportzaken nodig. In het meerjarenbeleidsplan van de NTTB was al opgenomen de ontwikkeling van Regionale Trainingscenta (RTC). Omdat hier tot dusverre geen financiële middelen voor vrij waren gemaakt, zijn deze centra nog niet van de grond gekomen. Vanaf najaar 2013 is er echter wel een budget voor beschikbaar, onder meer door het laten vervallen van de “Talentgroep”. Ook binnen de afdeling Gelre willen we een RTC oprichten. 1 1 Zoals onder begroting 2014 reeds gesteld vindt overleg met het Bondsbureau en alle afdelingen over de verdere uitwerking en financiële verantwoording pas begin mei plaats. Nadere informatie over de RTC zal na deze bijeenkomst in het jaarplan worden verwerkt. 70 Jaarplan 2014 NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Afdeling Midden Inhoudsopgave Inleiding 1 Algemeen Bestuurlijke Zaken 2. Sport- en productontwikkeling 3. Opleidingen 4. Wedstrijdzaken 5 Topsport 71 Inleiding Afdeling Midden is in de afgelopen jaren gedragen door enkele schouders. Deze schouders hebben gezorgd voor een (bijna altijd) voltallig afdelingsbestuur en voor doorgang van de noodzakelijke werkzaamheden. Dat de financiële middelen van de afdeling ruimte laat voor investeringen en ondersteuning is voornamelijk te danken aan de gastvrijheid van TTV Hilversum die al vele jaren op rij zeer gastvrije wijze onderdak en ondersteuning biedt voor de afdeling. Speerpunten van het huidige afdelingsbestuur zijn; 1. Continueren wat goed gaat; 2. Aansluiten bij verbeteringsinitiatieven die al lopen; 3. Verbreden van dragend kader van verenigingen en afdeling daar waar mogelijk. We hanteren hierbij de volgende uitgangspunten: 1. Een vereniging is er voor zijn leden; 2. De afdeling is er voor zijn verenigingen; 3. We zijn allemaal lid, dus we helpen allemaal mee; 4. De jeugd heeft wel de potentie maar niet de middelen dus die ondersteunen we extra; 5. Iedereen is zelf draagkrachtig, of werkt ernaar toe om dit te worden. Praktische invulling: Het afdelingsbestuur vervult verenigingsoverstijgende taken en faciliteert verenigingen en weegt daarin het belang van de individuele sporter en zijn/haar vereniging. Zonder de individuele sporter is er geen team, is er geen vereniging en is er geen afdeling. 72 Sterkte / Kansen Mensen Zwakte / Bedreigingen Passie voor hun gedeelte van de sport Voor het team wordt een hoop aan de kant gezet Veel 50+’ers hebben ooit al eens getafeltennist en hoeven ‘alleen maar’ overgehaald te worden. Veel kennis en ervaring binnen leden. Ken je leden en gebruik deze kennis. Veel mensen recreëren als tafeltennisser, is potentiële doelgroep voor een vereniging Kritisch Behoudend Vergrijzing van het kader Overbelaste bestuurders hebben geen draagkracht voor noodzakelijke innovatie Mensen hebben teveel hobby’s, te druk op het werk en te weinig tijd en zin Paar mensen binnen een vereniging bepalen, geen breed draagvlak. Vormen van kliekjes binnen vereniging Middelen Genoeg financiële draagkracht Het wiel is ergens anders allang uitgevonden. Het behoeft alleen aanpassing en toepassing. Zalen in eigen beheer kunnen een grotere bezettingsgraad aan. Leden hebben soms middelen, ken je leden en gebruik deze middelen. Gebruik van social media, gratis reclame Weinig concrete doelen om te vernieuwen Steeds verhogende huurprijzen voor kwalitatief steeds slechtere zalen. Geen lange termijn plannen voor overleving van de club Middelen die er zijn worden niet gedeeld. Structuur Pragmatisch Weinig overdraagbaarheid Verenigingsstructuur is zeer flexibel en behoeft Ontbreken van structuur kost kostbare tijd en geen aanpassingen bij innovatie energie. Durf duidelijke keuze te maken: Geen structuur geeft (deel) leden te weinig Prestatievereniging of recreatievereniging aandacht Cultuur We regelen het wel even Weinig schouders dragen veel Team gericht Veel lange tenen Jongeren krijgen de kans om het verschil uit te Geslotenheid maken. Meegaan met de tijd, gebruik de actualiteit Komen niet halen, ze komen het wel brengen KYC (know your customer) en stem daar op af Het hebben van een (te) duidelijke cultuur kan ook mensen afschrikken Bestuur NTTB-Midden Oktober 2013 1. Algemeen Bestuurlijke Zaken Inleiding: Wij vinden het belangrijk dat tafeltennis vooral ook een verenigingsactiviteit is waarbij gezelligheid en samenhorigheid kernwaarden zijn. Veel kanten van tafeltennisbestuur zijn van toepassing op elke soort vereniging. Iemand die geen tafeltennis speelt kan dan ook zeker zitting heben in een tafeltennis bestuur. 73 Het komende jaar zet het afdelingsbestuur in op verbreding van het dragend kader van de vereniging en de afdeling. We sluiten hierbij zoveel mogelijk aan bij materiaal en ervaring van andere afdelingen. Een goede en brede communicatie is hierbij onontbeerlijk. Hierbij verwelkomen we dan ook het initiatief van het landelijk bestuur om te komen tot eensluitende afdelings websites. Onze grote waardering gaat uit naar Martin van Groen die al zoveel jaar belangeloos zoveel uren heeft gewerkt om de site te onderhouden. Historie is datgene wat laat zien wie je bent en wij hechten dan ook zeer veel waarde aan de kengetallen en lijsten en andere waardevolle informatie. Daarom wordt ook gezocht naar invulling om deze historie te integreren in de nieuwe website. 1.1 Vervolg traject Bestuurlijke vernieuwing Doelstelling Implementeren bestuursmodel en bestuursprofielen en inbedden bestuurlijke vernieuwing Realisering Vanuit de code Goed Sportbestuur zal het bestuursmodel van de NTTB geïmplementeerd moeten worden. Onderdeel van het beleidsvoerende bestuursmodel is de scheiding tussen beleid en uitvoering. Dit model zal zijn plek moeten krijgen in de wijze waarop bestuur en medewerkers handelen richting verenigingen, vrijwilligers en Bondsraad. Met het traject van Bestuurlijke Vernieuwing zijn onder andere onze reglementen aangepast, is de samenstelling van de Bondsraad gewijzigd en is het College van Voorzitters geïntroduceerd. Deze wijzigingen zijn formeel geïmplementeerd, maar in het handelen en werken van een ieder dient dit traject van Bestuurlijke Vernieuwing verder zijn plek te krijgen. Evaluatie De Bondsraad en het College van Voorzitters worden betrokken bij de realiseren. Aan de Bondsraad wordt gerapporteerd. Budget Uitgaven: geen Personele inzet Afdelingsvoorzitter Planning 2014 • Volgen werkgroep Bestuurlijke vernieuwing • Landelijke uniformering afdelingsregelingen indien mogelijk 1.4 Bepalen rolverdeling Hoofdbestuur – Bondsbureau – Afdelingen – Commissies – Verenigingen Doelstelling Beschrijven taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden AB-commissies Realisering Evaluatie Budget Uitgaven: Reiskosten Personele inzet Alle betrokkenen Resultaten Planning 2012 • Informatie inwinnen bij overige afdelingen Planning 2013 • Vaststellen aan welke Taken, Bevoegdheden en Verantwoordelijkheden het AB zich wil commiteren • Inzetten op werving kader om actief te participeren Planning 2014 • Versterking AB & Bondsraadsleden 1.5 Continuering financieel beleid Doelstelling Bepalen weerstandsvermogen en opstellen jaarbegroting vanuit meerjarenperspectief Realisering Aansluiting bij NTTB meerjarenbegroting Evaluatie Constructief kritisch meedenken en input geven aan NTTB voorstellen Budget Reiskosten Personele inzet Penningmeester Planning 2014 Input leveren op voorstellen NTTB Landelijk 1.8 Project NAS Doelstelling Realisering het Afronding implementatie licentiemodule en inventarisatie vervolgstappen Begin 2011 is de licentiemodule senioren geïmplementeerd. Inventariseren of nieuwe ontwikkelingen wenselijk zijn. 74 Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 Bij iedere Bondsraad wordt schriftelijk de voortgang gerapporteerd. Besluitvorming over nieuwe ontwikkelingen wordt door het HB aan de Bondsraad voorgelegd. Bondsraadslid Midden heeft zitting in de werkgroep. Input leveren op voorstellen NTTB Landelijk 2. Sport- en Productontwikkeling Inleiding: Juist in de coördinatie van dit soort verenigingsoverstijgende zaken ziet het bestuur veel toegevoegde waarde. Hier is veel meer uit te halen voor de individuele vereniging dan nu het geval is. Het bestuur zet actief in op verdere versterking van de benodigde mankracht hiervoor. Het afdelingsbestuur is waakzaam over de doelstelling van de landelijke organisatie op het gebied van verenigingsondersteuning. Daar waar het gaat om papierwerk en bestrijding van ‘paarse krokodillen’ zien wij zeker toegevoegde waarde van de landelijke organisatie. Daar waar het gaat om ondersteuning in raad en daad zien wij veel waarde voor het afdelingsbestuur. 2.3 Clubadvies Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 Verenigingen ondersteunen De NTTB wil van verenigingen weten wat ze aan ondersteuningsbehoefte hebben. We sluiten daarbij aan, om ze zo te kunnen prikkelen de zelf gestelde doelen te halen. Dit vraagt van de NTTB een flexibel ondersteuningsaanbod, op maat kennis en budget, en een innovatieve attitude. Daarnaast continueren we bestaand beleid gericht op samenwerking en kennisdeling. Prikkelen en activeren van verenigingen voor deelname aan NTTB-projecten, -bijeenkomsten en -opleidingen door middel van een clubcoach. Start inrichten database verenigingen. Stimuleren kennisopbouw en kennisdeling binnen de NTTB Verenigingen stimuleren kaderopleidingen te volgen via sportraden. Accommodatie advies (2.4). • • Ruchtbaarheid geven aan verenigingscongres Geen actief beleid naar verenigingen i.v.m. ontbreken capaciteit. 3. Opleidingen Inleiding: Voor 2014 continueert het bestuur de volledige vergoeding van TT1, TT2 en TT3 na behaald diploma en invulling van de overige voorwaarden. 4. Wedstrijdzaken Inleiding: In het MJBP 2010-2016 zijn voor Wedstrijdzaken een aantal belangrijke aandachtspunten opgenomen. Zo heeft de NTTB het verhogen van het niveau van de Eredivisie als doelstelling en daarmee samenhangend de zorg dat tegen 2016 alle Nederlandse toppers (dames en heren) in de Eredivisie spelen. De Eredivisie zou veel meer het gezicht van de tafeltennissport in Nederland kunnen en moeten zijn. Een sterke Eredivisie is een middel om de tafeltennissport op een hoger niveau met regelmaat naar de tafeltennissers en geïnteresseerden te brengen. 4.3 Evenementen Doelstelling Naar een (nog) hoger niveau en meer aanbod werken van landelijke toernooien d.m.v. ontwikkelen van beleid, uitvoeren, sturen en bewaken Verdere professionalisering van de topevenementen d.m.v. bidbooks in samenwerking met de medewerker Media & Communicatie en helder omschrijven taken en verantwoordelijkheden Goede heldere communicatie hanteren met de vrijwilligers (vooral toernooileiders), CTW, TEC, maar vooral ook met de NTTB-leden 75 Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2013 Planning 2014 Realiseren van toernooien en evenementen tijdens WK 2011 (Nog) geen invulling op afdelings niveau van dit beleid. • • Inzetten op werving kader om actief te participeren Selectief behoud van evenementen die draagvlak hebben binnen de afdeling. 5. Topsport Inleiding Op dit moment vinden alleen activiteiten plaats ten behoeve van het jeugdwerk door het Afdelingsbestuur. 5.7 Doelstelling Talentontwikkeling – Talentgroep [Proces] Opleiden van sporters voor topsport en structureel aanleveren van nieuwe jeugdselectieleden vanuit de Talentgroep. Uitdragen en toepassen van het NTTB-opleidingsplan en het talentvolgsysteem bij de activiteiten. Internationaal deelnemen aan regionale toernooien en presteren bij de Euro Mini Champs (laatste 16). Talentherkenning – afdelingen (zie ook aanvullende activiteiten onder 5.10 – nieuw beleid!) Structurele ondersteuning van de talentherkenning in de afdelingen. Organiseren van activiteiten voor talentherkenning. Talentherkenning – Verenigingen - Ondersteunen van schoolprojecten (LOOT) - Samenwerking met verenigingen op projectbasis (zie ook plannen nieuw beleid onder 13 jaar) Samenwerking met verenigingen voor diverse trainingen (afspraken over het gebruik van spelers voor sparring, o.a. voor dames, heren, jeugd, talentgroep en SB) Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 5.10 Doelstelling [Proces] Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Planning 2014 • Geen medewerking vanuit de afdeling tbv Dag van het Talent. Nieuw Beleid 2010-2016 1. Uitbreiden activiteiten voor sporters onder 13 jaar 2. Uitbreiden aantal leden CTO Papendal 1. De Technisch Directeur gaat samen met het Hoofdbestuurslid Topsport de speerpunten en de invulling van de activiteiten afspreken. De communicatie en inventarisatie van de situatie binnen de afdelingen staat centraal. In het najaar 2011 (nieuwe seizoen) zullen de eerste uitbreidingen van gerichte activiteiten starten. 2. Zie 5.3 en 5.4 Evaluatie volgt tijdens de functioneringsgesprekken. Uitgaven: € 46.000 Inkomsten: € 0 NTTB bijdrage uit 25% contributie voor topsport: € 0 Subsidies: € 25.000 uit algemene extra Lotto subsidie Afdelingen: € 21.000 voor regionale bondstrainingen binnen de afdelingen Trainer Talentgroep, Afdelingscoördinator, Regionale bondstrainer, projecttrainer (via verenigingen), Technisch Directeur, Medewerker Topsport • Continuering van AT & RBT 76 Jaarplan 2014 NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Afdeling Oost Inhoudsopgave Inleiding 1 Sport- en productontwikkeling 2. Topsport 3. Wedstrijdzaken 4. Opleidingen 5 Algemeen Bestuurlijke Zaken 77 1. Sport en Productontwikkeling 1.0 Algemeen Doelstelling Bevordering activiteiten door verenigingen middels stimuleringsmaatregelen Budget € 2.000 + voor 2014 € 2.500 extra in verband met nieuwe stimuleringsmaatregel Table Stars per 1-1-2014 (laatste besloten op ABvergadering van 19-10-2013). Betrokken personen Ellen Orré 1.1 Sport- en Productontwikkeling – Table Stars Realisering Betrekken van minimaal 18 van de 37 verenigingen met jeugd bij Table Stars project; momenteel hebben zo’n 12-15 verenigingen mee gedaan. Evaluatie Jaarlijks aan de hand van projectplan dat ten grondslag ligt aan de stimuleringsmaatregel Budget € 2.500 euro voor pakketten en 3 proefpakketten in bruikleen Betrokken personen Ellen Orré Planning 2014 • Eerste helft • 5 pakketten + toename 1-3 verenigingen in deelname Table Stars, tweede helft weer 5 pakketten + groei deelname met 1-3 verenigingen • Tweede helft 1.2 Sport- en Productontwikkeling – Oudere jeugd Doelstelling Opleiden kader door middel van stimulering gratis TT1-opleiding en subsidiëring TT2-opleiding. Hier moet het Werven, Opvang en Behoud van verenigingen komen. Realisering Bieden opleidingen ter versterken van kader Evaluatie Zomer 2014 na afronding gratis TT1- opleiding Budget € 2.000 Betrokken personen Pieter Huiskes, Sven Kaptein en Ellen Orré Planning 2014 • Eerste helft • 3 gratis opleidingen TT1 in januari t/m maart 2014 daarna in het najaar weer faciliteren van een TT2-opleiding eventueel in samenwerking met aanliggende afdelingen • Tweede helft 1.3 Sport- en Productontwikkeling – volwassen doelgroepen Realisering Aanbieden alternatieve competitievormen om uitval door langere competitieavonden te voorkomen bij deze groep Evaluatie Eind 2014 Budget € 2.000 Betrokken personen Sven Kaptein en competitieleiders afdeling Planning 2014 • eerste helft • Uitwerken plan duo-competitie en in het najaar 2014 invoering duocompetitie na goedkeuring van de ALV in mei 2014. Gedegenheid gaat bij invoering voor snelheid. • tweede helft 1.4 Clubadvies Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 Verenigingen attenderen op initiatieven vanuit de landelijke NTTB zoals besturen met een visie, verenigingscongres, bijscholing Table Stars, Naar een veiliger sportklimaat etc etc. Constant herhalen van de boodschap Jaarlijks Gehele afdelingsbestuur 1 maart 2014 verenigingscongres Zwolle Najaar 2014 bijscholing trainers en Table Stars, eventueel een verdiepend regionaal verenigingscongres 1.5 Promotionele Activiteiten Doelstelling Stimulering tafeltennissport en 78 tafeltennistoernooien door gelijknamige Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 • Eerste helft • Tweede helft stimuleringsmaatregelen + jaarlijkse afdelingskampioenschappen in mei in het Landstede sportcentrum voor 2014 Verenigingen en de afdelingskampioenschappen door Smash’70 Hattem Jaarlijks Voor 2014 AK € 2.000 + ondersteuning tafels en voor stimulering overige toernooien € 1.000 Ellen Orré, Sven Kaptein en penningmeester Ingrid van de Riet • Overige toernooien doorlopend in het jaar en de afdelingskampioenschappen op 24 en 25 mei 2014. 1.6 Accommodatiezaken Realisering Ondersteuning door middel van attendering op stimuleringsmaatregelen binnen en buiten de tafeltennissport en de expertise die er op dit gebied is binnen de NTTB. Ook verenigingen onderling met elkaar in contact brengen die uitbreiden en/of (ver)bouwen zodat niet telkens het wiel opnieuw uitgevonden wordt. Evaluatie Jaarlijks Budget Geen Betrokken personen Gehele afdelingsbestuur Planning 2014 • n.v.t. • continue 1.7 Veilig Sporten Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 • continue 2. 2.7 Doelstelling [Proces] Attenderen op georganiseerde bijeenkomsten en (financieel) ondersteunen opleiding kader Continue proces Jaarlijks Stimuleringsmaatregel tafeltennistrainer cq kader Pieter Huiskes (voorzitter AB) • n.v.t. Topsport Talentontwikkeling, talentherkenning en nieuw beleid onder 13 Talentontwikkeling De details van de uitwerking van de activiteiten zijn in de jaarplanner terug te vinden. De inhoudelijke trainingswerkzaamheden, die bij de vier jeugdteams individueel kunnen zijn, worden door de vier bondscoaches gecoördineerd. De Technisch Directeur houdt hier toezicht op en heeft wekelijks contact met de vier bondscoaches. Talentherkenning Opleiden van sporters voor topsport en structureel aanleveren van nieuwe jeugdselectieleden vanuit het NTTB Beloftenteam. Uitdragen en toepassen van het NTTB-opleidingsplan en het talentvolgsysteem bij de activiteiten. Internationaal deelnemen aan regionale toernooien en presteren bij de Euro Mini Champs (laatste 16). Implementeren van het nieuwe beleid en starten met de opleidingscentra (RTC – Regionaal Talent Centrum). Zie ook 2.10. nieuwe Structurele ondersteuning van talentherkenning in de afdelingen. Organiseren van activiteiten voor talentherkenning. Talentherkenning – Verenigingen - Ondersteunen van schoolprojecten (LOOT) 79 - Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Samenwerking met verenigingen op projectbasis (zie ook plannen nieuw beleid onder 13 jaar) Samenwerking met verenigingen voor diverse trainingen (afspraken over het gebruik van spelers voor sparring, o.a. voor dames, heren, jeugd, NTTB Beloftenteam en para-tafeltennis) Eind 2014 Jaarlijks Onderdeel van het gehele topsportbudget van € 10.000 Commissie topsport onder leiding van Marthijn van der Wal, Irene Faber, Lars Wildenborg, Martijn Spithoven en Boris de Vries Planning 2014 2.9 Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 Topsport algemeen September-juni Jaarlijks Onderdeel van het gehele topsportbudget van € 10.000 Commissie topsport onder leiding van Marthijn van der Wal, Irene Faber, Lars Wildenborg, Martijn Spithoven en Boris de Vries 20 regionale afdelingstrainingen en 40 weken twee individuele trainingen (80) met financiële ondersteuning van de ouders van direct betrokken spelers. 3. Wedstrijdzaken 3.1 Competitie Doelstelling Faciliteren van een jeugd- en seniorencompetitie Realisering De afdeling Oost heeft een jeugd- en seniorencompetitie. Hiernaast is er ook een starterscompetitie voor de startende jeugd met kleine reisafstanden. Evaluatie Tweemaal per jaar, na elk seizoen Budget € 2.000 Personele inzet Bestuurslid breedtesport + Competitie commissie Planning September-juni 3.2 Bekercompetitie Doelstelling Faciliteren van een competitie na de reguliere voorjaarscompetitie voor de spelers die langer willen doorspelen Realisering De afdeling Oost heeft een bekercompetitie voor zowel de jeugd als senioren Evaluatie Eenmaal per jaar na de bekercompetitie Budget € 150 Personele inzet Bestuurslid breedtesport + Bekercompetitieleider Planning Voorjaar 2014 na het reguliere voorjaarsseizoen 3.3 Toernooien / Breedtesport stimulering Doelstelling Toernooien stimuleren om georganiseerd te worden Realisering De afdeling Oost heeft een uitgebreide financiële stimuleringsbijdrage voor toernooi organisatoren Evaluatie Eenmaal per jaar na afloop van het voorjaarseizoen Budget € 2.000 Personele inzet Bestuurslid breedtesport Planning n.v.t. 3.4 Table Stars Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Personele inzet Nieuwe jeugd aantrekken bij de verenigingen Afdeling Oost participeert actief in het Table Stars project en heeft als doel de verenigingen zo goed mogelijk te faciliteren in het organiseren van dit project Eenmaal per jaar na afloop van het voorjaarseizoen € 2.500 middels nieuwe stimuleringsmaatregel Table Stars (besluit op ABvergadering 19-10-2013). Bestuurslid breedtesport 80 Planning September-juni 3.5 Afdelingskampioenschap Doelstelling Eenmaal per jaar een afdelingskampioenschap Realisering De afdeling Oost wil dat er eenmaal per jaar een afdelingskampioenschap wordt georganiseerd door een vereniging Evaluatie Eenmaal per jaar na het toernooi Budget € 2.000 + ondersteuning tafels Personele inzet Bestuurslid breedtesport + Vereniging Planning Na de voorjaarscompetitie 3.6 Evenementen Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 • 3.7 Ranglijsten Doelstelling Realisering Evaluatie Budget Betrokken personen Planning 2014 Diverse evenementen binnen de Afdeling Oost Top-10, Top-12, Euregiotoernooi, Meerkampen Na elk toernooi € 1.700 Bestuurslid breedtesport + verenigingen • Januari Top 10 • Juni Top 12 • September Top team • September Euregiotoernooi Periodiek samenstellen en publiceren van ranglijsten van spelers; streven naar verbetering van de ranglijstsystematiek. Periodiek een up-to-date ranglijst Nvt Nvt Licentieadministrateur NTTB / Afdeling Oost • 3.8 Beheer Evenementenagenda (en faciliteiten) Doelstelling Inzichtelijk en kenbaar maken van alle evenementen van de NTTB en afdeling Oost Realisering Op website van NTTB / Afdeling Oost + competitiebulletin Budget Nvt Evaluatie Nvt Betrokken personen Gehele bestuur afdeling Oost Planning 2014 • 4. Opleidingen 4.1 Trainersopleidingen Doelstelling Voor 2014 gratis aanbieden drie TT1-opleidingen en ondersteunen TT2opleiding Realisering TT1 doelstelling reeds gerealiseerd Evaluatie Jaarlijks Budget € 1.000 stimulering tafeltennistrainer/kader + kosten gratis aanbieden TT1opleiding Betrokken personen Pieter Huiskes en Peter Hanning Planning 2014 • Voorjaar 3 gratis opleidingen TT1-opleidingen en in het najaar (financieel) ondersteunen TT2-opleiding. 4.2 Toernooileidersopleiding Doelstelling Inventariseren behoefte binnen de afdeling Realisering Zomer 2014 Evaluatie Zomer 2014 Budget Op dit moment geen, vanuit de algemene middelen indien opleiding gewenst. 81 Personele inzet Planning 2014 Gehele AB • Opleiding op zijn vroegst in het najaar 2014 na behoefte evaluatie. 4.3 Scheidsrechtersopleidingen als onderdeel van VSK programma Doelstelling Volgen landelijk beleid Realisering Eind 2014 Evaluatie Jaarlijks Budget Geen, niet eerste speerpunt AB in 2014 Betrokken personen Gehele AB Planning 2014 • Geen planning op dit specifieke beleidsterrein. 4.4 Goedlopend systeem van bijscholingen en licentiebeheer Doelstelling Jaarlijks tot 1 keer per 2 jaar door commissie topsport; aparte commissieleden voor licentiebeheer en ondersteuning jaarlijkse bijscholing Table Stars vanuit de NTTB met bijvoorbeeld accommodatie en werving. Realisering Bijscholing wordt gegeven door trainers 4 binnen de eigen afdeling Evaluatie Jaarlijks Budget € 250, wordt bijna gratis verzorgd door trainers 4 binnen de afdeling Personele inzet Commissie topsport Planning 2014 • Najaar 2014 5. Algemeen Bestuurlijke Zaken 5.1 Algemeen bestuurlijke zaken Doelstelling Korte lijnen tussen verenigingen en AB. Realisering Goed zichtbaar zijn als AB tijdens diverse evenementen, etc etc. Tevens goed bereikbaar via diverse social media, e-mail etc. etc. Evaluatie Jaarlijks Budget n.v.t. Betrokken personen Gehele AB Planning 2014 • N.v.t. 5.3 Bepalen rolverdeling AB – Commissies Doelstelling Duidelijke portefeuilleverdeling Realisering Reeds bepaald Evaluatie Jaarlijks Budget n.v.t. Betrokken personen Gehele AB Planning 2014 • N.v.t. 5.4 Vermarkten Tafeltennissport Doelstelling Fanatieke ondersteuning vanuit het AB aan bijvoorbeeld het verdere professionaliseren van het NK Realisering Al aardig geslaagd gezien de reacties over 2013 en de verdere professionalisering die tot stand komt in het eerste weekend van 2014. Evaluatie Budget Niet vastgesteld, uit algemene middelen of private sponsoren Betrokken personen AB Planning 2014 1-2 maart 5.5 Communicatiebeleid Doelstelling Goede bereikbaarheid en adequate informatievoorziening aan de verenigingen Realisering Aardig op orde, laatste stap is de vernieuwde website Evaluatie Jaarlijks Budget n.v.t. Betrokken personen AB + Veldmaat ICT Planning 2014 • Realisatie website na oplossen laatste hobbels vanuit het landelijk. e • Verwachting 1 kwartaal 2014 82 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 5 - agendapunt 6c VERSLAG VAN DE FINANCIËLE COMMISSIE Geachte leden van de Bondsraad, Hierbij ontvangt u het halfjaarlijkse verslag van de Financiële Commissie. Op 22 oktober 2014 hebben de leden van de Financiële Commissie een overleg gehad met de penningmeester, Directeur Tafeltennis en controller van de NTTB. De volgende onderwerpen zijn besproken: 1. Exploitatie 2014. Wij hebben de halfjaarcijfers en de outlook over 12 maanden 2014 besproken. Verwacht resultaat over geheel 2014 is -87k ten opzichte van begroot -87k. De afdelingsresultaten zijn begroot op -17k, deze zijn in de werkelijke halfjaarcijfers 2014 niet meegenomen. Hiertoe zijn de afdelingsfinanciën nog niet voldoende bijgewerkt. Dit zal in de komende periode wel moeten gebeuren om tot meer betrouwbare tussentijdse rapportage te komen voor de gehele NTTB. Dit verbetertraject kan deel uitmaken van de nieuwe financiële afspraken die rondom afdelingsfinanciën gemaakt gaan worden als gevolg van bestuurlijke vernieuwing. De suggestie om tussentijds een balans van de NTTB op te maken (inclusief afdelingen) is besproken. De meerwaarde van deze balans is naar de mening van de Financiële Commissie beperkt terwijl de productie een aanzienlijke extra inspanning vergt. Dit komt onder meer omdat in de boekhouding niet wordt gewerkt met perioderesultaten. De belangrijkste financiële kengetallen uit de balans (werkkapitaal & liquiditeit en het garantievermogen) worden separaat gevolgd door directie en bestuur. Wij kunnen ons vinden in deze methode. In de outlook voor 2014 zit nog een onzekerheid of de opleidingsinkomsten en -uitgaven in voldoende mate gerealiseerd zullen worden. Dit hangt mede af van de inschrijvingen en het doorgaan van de cursussen, alsmede de aanvangsdata (i.v.m. toerekening aan de periode), met name op niveau 2 van de cursussen. 2. Inmiddels zijn verkennende gesprekken gevoerd door het bestuur, de Commissie Bestuurlijke Vernieuwing en het College van Voorzitters om te komen tot nieuwe financiële afspraken die horen bij de toekomstige visie op de bestuurlijke inrichting. Gewerkt wordt om dit z.s.m. te implementeren. Wij onderschrijven de grondgedachte van deze overleggen. Wel hebben wij besproken of een logische ingangsdatum niet 1/1/2016 zou zijn in plaats van zo spoedig mogelijk, gegeven de lokale ALV’s die gehouden zijn in 2014 en waar mogelijk financiële zaken voor 2015 (zoals contributies, financiële plannen, etc) besproken zijn. Wij hebben nog geen kennis genomen van de volledige voorstellen van de Commissie Bestuurlijke Vernieuwing en zien uit naar de discussie en besluitvorming hieromtrent in de komende Bondsraad. 3. Het bestuur heeft aangegeven dat een procedure wordt ingericht om dubbele basiscontributie terug te kunnen vragen bij inschrijving van een lid bij meerdere verenigingen. Dit om het onrechtvaardige gevoel dat hierbij door veel leden is geuit, weg te nemen. Dit zou naar verwachting gaan om circa 800 leden. Wij onderschrijven deze intentie. 4. De samenwerkende sportbonden: NTTB, Schermbond en Squashbond zijn bezig een nieuwe accountant te selecteren. Offertes zijn bij meerdere kantoren aangevraagd en de financiële commissie leest mee in de selectie. 5. De begroting 2015 is uitgebreid besproken. De presentatie van de begroting is iets aangepast ten opzichte van vorig jaar. De Financiële Commissie heeft gepleit voor het aanpassen van de 83 vergelijkende cijfers van vorig jaar naar de nieuwe methode om de vergelijkbaarheid te vergroten. Binnen de nieuwe methode is het “toegestaan tekort” op een beleidsveld separaat gefinancierd door de algemene middelen. Zo kunnen de gebruikers bij de werkelijke cijfers ten opzichte van de begroting direct zien wat de over- of onderschrijding is en behoeven hierbij niet eerst rekening te houden met het “toegestane tekort”. De begroting bevat ook de afdelingsbegrotingen. Met name het tekort bij afdeling ZuidWest na lokale contributieverhoging zou naar de mening van de Financiële Commissie nader toegelicht moeten worden (ten tijde van het overleg was dit nog niet voorbereid). De Financiële Commissie heeft ook een suggestie gedaan om in de toelichting op de begroting een toelichting te geven op het weerstandsvermogen. Dit omdat de begroting 2014 en 2015 uitgaan van gebruik van een deel van het weerstandsvermogen (met respectievelijk 70k en 30k). Dit betekent dat het weerstandsvermogen van de NTTB verder afneemt. Deze extra uitgaven staan in de begroting genoemd als SMART uitgaven. De Financiële Commissie constateert dat de ledenaantallen nog steeds dalen en dat het aantal competitiespelers relatief toeneemt. Dit is door het bestuur meegenomen in de begroting 2015. De begroting is verder in hoofdlijnen conform de uitgangspunten zoals gepresenteerd na de consultatieronden in het voorjaar en najaar. Wij hebben als Financiële Commissie het financiële verband tussen het jaarplan en de begroting niet in totaal vastgesteld. Wij hebben echter geen tegenstrijdigheden aangetroffen. Als de Bondsraad zich kan vinden in de plannen voor het komend jaar en de financiële vertaling ervan in de begroting, adviseren wij de vergadering de begroting 2015 vast te stellen. 6. Wij hebben kennis genomen van het de intentie van het bestuur en directie om een frauderisico analyse uit te voeren, dit na de suggestie van de accountant. De directie zal dit voorbereiden en bestuurlijk bespreken. Wij hebben in het overleg reeds kort gebrainstormd over mogelijke financiële kwetsbaarheden van de NTTB. Onder mogelijke fraude verstaan wij niet alleen het “doen onttrekken van waarde”, maar ook mogelijke “frauduleuze verslaggeving” en het “onthouden van inkomsten die voor de NTTB bestemd zijn”. 7. Verder hebben wij met directie en bestuur gesproken over standaardisatie van het declaratie-besluit voor de gehele NTTB, waar een lijn trekken belangrijk is. Het vergoeden van werkelijk gemaakte kosten voor de NTTB en het verstrekken van middelen om taken te verrichten zijn hierbij de uitgangspunten. Wij begrepen dat diverse afdelingen nog bezien wat hiervan de impact zou zijn bij hun vrijwilligers. Dit vereist zorgvuldige communicatie en implementatie. 8. Diverse overige onderwerpen zijn besproken, zoals een nieuw contract omtrent tafeltennistafel-huur en -vervoer, nieuwe subsidiestromen via de Johan Cruijff Foundation voor parasporters, de mogelijke gevolgen van ontwikkelingen bij de Lotto en NOC*NSF en de bemensing van de Financiële Commissie. Op dit laatste punt zou de Financiële Commissie graag uitbreiden met tenminste twee personen, waarbij diepgaande financiële kennis een pre zou zijn. De voorzitter van de Financiële Commissie zal op zoek gaan naar mogelijke kandidaten. Graag bereid tot nadere toelichting, De Financiële Commissie Sander Boomman, voorzitter Raimo Kool, lid 84 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 6 - agendapunt 6D CONTRIBUTIES 2015 Inleiding De basis voor de contributiebedragen is afgesproken in de Bondsraadsvergadering van 12 april 2014, waarin de uitgangspunten voor de begroting unaniem zijn vastgesteld. De tekst hiervan luidt: Uitgangspunten voor de begroting 2015: - Aanspreken NTTB-reserves voor € 30.000,- € 2,- verhoging van de basiscontributie - € 1,50 verhoging van de competitiebijdrage voor senioren (voorjaar en najaar) - € 1,- verhoging van de competitiebijdrage voor jeugd (voorjaar en najaar) Bond/afdeling Basiscontributie per jaar inclusief toeslag sportverzekering (0,65) Competitietoeslag senioren 1 halfjaar 2 halfjaar 1 halfjaar 2 halfjaar 15,00 * 18,50* 20,00* 12,50* 13,50* e Competitietoeslag jeugd e e e Bondscontributie Was in 2014 13,00 17,00 11,50 *Gezien de beoogde verhogingen heeft het Hoofdbestuur besloten om voor 2015 geen indexering toe te passen. Voor een toelichting op de activiteiten in 2015: zie elders in dit document. Persoonlijk lidmaatschap 46,50 Was in 2014 46.50 Afdelingscontributie Competitietoeslag senioren (halfjaar) Competitietoeslag jeugd (halfjaar) 01 Holland-Noord 1,50 3,50 2,25 Was in 2014 1,50 3,50 2,25 02 ZuidWest nnb nnb nnb Was in 2014 1,58 3,24 2,12 03 West nnb nnb nnb Was in 2014 2,00 3,50 2,20 04 Noord 3,50 4,25 2,25 Was in 2014 3,00 4,00 2,00 05 Limburg 5,30 3,30 2,30 Was in 2014 2,30 3,30 2,30 85 06 Gelre 0,95 3,91 2,52 Was in 2014 1,85 3,91 2,52 07 Midden 1,45 2,55 1,75 Was in 2014 1,45 2,55 1,75 08 Oost 2,36 3,54 2,28 Was in 2014 2,36 3,54 2,28 Geplande activiteiten in 2015 Sport- en productontwikkeling • • Aandacht voor werving meisjes (ontwikkelen activiteiten) en behoud dames (onderzoek en ontwikkelen van nieuwe activiteiten): € 15.000 Nieuwe doelgroepen zoals ouderen toevoegen aan het meerjarenbeleidsplan en activiteiten en programma’s ontwikkelen voor behoud van leden van 12 jaar en ouder Opstart werkgroep en starten onderzoek € 5.000 Wedstrijdzaken • (Extra) ondersteuning voor HCL, HJCL en ACL en onderzoek en ontwikkelen van nieuwe competitievormen (incl. het uitgestelde congres hierover): € 10.000 ABZ • • Investeren in doorontwikkelen NAS / toernooien / administratie en NTTB-website (zie wensen afdelingen en verenigingen) inclusief onderhoud en renovatie Bondsbureau (geen investeringsruimte): € 5.000 Verbeteren van communicatie, aanpak ‘grijze leden’, ondersteunen afdelingen en opzetten van marketing- en sponsoringbeleid Professionalisering communicatie & marketing, inclusief materialen: € 65.000 Topsport • • • • Ondersteunen afdelingen (Dag van het Talent, NTTB Jjeugdcup, RBT etc.) Uitbreiden ‘onder 13’ plan / opstarten meer RTC’s: € 5.000 Uitbreiden cadetten- en paratalenttrainingen, stages voor jeugdselectie en uitbreiden deelname aan internationale toernooien voor talenten: € 10.000 Deelname NTTB heren aan EK: € 5.000 Opleidingen • • • • • Ureninzet voor ‘alle opleidingen onder één dak’ m.n. aanbieden SR3 en SR4 Doorontwikkelen trainersopleidingen, m.n. niveau 3 Subsidie op inschrijfgelden voor opleidingen (stijgende kosten deelnemers met kans op minder deelnemers): € 35.000 Bijdrage aan VVTT om o.a. technische bijscholingen voor trainers te organiseren Geen middelen voor nieuwe opleidingsmaterialen (vervangen sterk verouderde leerplan, aanpassingen lesboeken): € 5.000 Een gedetailleerde en SMART gespecificeerde uitwerking van alle extra activiteiten van 2015 wordt nog apart aan de Bondsraad verzonden. 86 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 7 - agendapunt 6E TARIEVENLIJST 2015 Arbitrageheffing: Arbitrageheffing per competitie, per team met kortingsregeling: dames/heren eredivisie e dames 1 divisie e heren 1 divisie dagvergoeding overige wedstrijden (alle bedragen gelijk aan 2014) 910,00 310,00 590,00 90,00 per scheidsrechter Boetelijst Nr. Omschrijving 1. Euro Het te laat inzenden c.q. onvolledig invullen van verenigings- en/of teamgegevens; per soort gegeven. Het te laat of onvolledig aanleveren van de teamgegevens in NAS per team. 7,00 2. Het ontbreken van materiaal t.b.v. de scheidsrechter 7,00 3. Het niet tijdig indienen van een (schriftelijk) verzoek tot uitstel van een competitiewedstrijd 5,00 4. Het niet spelen op de door de competitieleider vastgestelde datum, tijdstip en plaats (verdere maatregelen kunnen volgen) 22,50 5. Het te laat aanvangen van een competitiewedstrijd 7,00 6. Het niet kunnen tonen van een bondskaart of legitimatiebewijs tijdens een competitiewedstrijd, per persoon 5,00 7. Het niet spelen in uniform tenue tijdens een competitiewedstrijd, per persoon 5,00 8. Het onvolledig, onjuist of onduidelijk invullen van het wedstrijdformulier, per formulier 5,00 9. Het niet, of niet tijdig op de gestelde dag doorgeven van de uitslag van de competitiewedstrijd of per wedstrijd, 5,00 10. Het te laat inzenden van het wedstrijdformulier, per formulier 5,00 11. Het niet inzenden van het wedstrijdformulier (later dan 1 week na gesteld tijdstip) 12. Het niet begeleiden van een jeugdteam of het ontbreken van een handtekening van de begeleider (zowel uit- als thuisspelend), per team 13. Het opzettelijk foutief invullen van het wedstrijdformulier; beide verenigingen worden beboet (verdere maatregelen kunnen volgen) 14. Het ongerechtigd uitkomen in een competitiewedstrijd, per persoon eredivisie 1e divisie 2e divisie 87 10,00 7,00 22,50 113,50 91,00 68,00 3e divisie en kampioensklasse jeugd landelijk A jeugd overige klassen 15. 16. 17. 45,50 22,50 11,50 Het onvolledig uitkomen van een team in een competitiewedstrijd, per team eredivisie 1e divisie 2e divisie 3e divisie en kampioensklasse jeugd landelijk A jeugd overige klassen 113,50 91,00 68,00 45,50 22,50 11,50 Het niet opkomen van een team in een competitiewedstrijd, per team eredivisie 1e divisie 2e divisie 3e divisie en kampioensklasse jeugd landelijk A jeugd overige klassen 227,00 181,00 136,00 91,00 45,50 22,50 Het terugtrekken van een team uit de competitie (toestemming van de competitieleider is noodzakelijk) eredivisie 1e divisie 2e divisie 3e divisie en kampioensklasse jeugd landelijk A jeugd overige klassen 227,00 181,00 136,00 91,00 45,00 22,50 18. Het niet tijdig (zondag voor 12.00 uur) verwerken van de wedstrijdformulieren in NAS, 10,00 per formulier * Afdeling ZuidWest heeft voor de punten 8, 9, 10 en 18 voor een jaar dispensatie gekregen om deze boete per vereniging te maximeren. * Afdeling Limburg heeft voor punt 15 voor een jaar dispensatie gekregen om de overige klassen met maximaal € 3,00 te beboeten. Artikel Besteleenheid Prijs per eenheid Speldje erelid afdeling 1 70,00 Speldje lid van verdienste afdeling 1 20,00 Wedstrijdformulierenboekjes eredivisie 2 3,50 Wedstrijdformulierenboekjes (excl. Verzendkosten) 10 1,80 Jeugdbegeleiding tafeltennis (onderdeel boekenpakket opleidingen) 1 5,00 Jeugdbegeleiding tafeltennis 10 45,00 Jeugdbegeleiding tafeltennis 20 80,00 Tafeltennis leerplan deel 1 1 21,00 Sport en Bewegen boekenpakket voor de opleidingen 1 149,00 B-, C-, D-, E-, F- en G-meerkampen senioren 1 8,00 Nationale Jeugdmeerkampen pupillen, cadetten, junioren 1 15,00 Nationale Jeugdmeerkampen welpen 1 10,00 88 Opleiding TT-1 1 50,00 Opleiding TT-1 + per vereniging 1 200,00 Opleiding TT-2 (exclusief boekenpakket) 1 300,00 Opleiding TT-3 (exclusief boekenpakket) 1 675,00 Opleiding TT-4 (exclusief boekenpakket) 1 2.100,00 Opleiding SR-1 (spelregelmodule – onderdeel VSK) 1 gratis Opleiding SR-2 (per vereniging per jaar) 1 10,00 Opleiding SR-3 1 150,00 Opleiding SR-4 1 250,00 Opleiding TL-2 1 100,00 Opleiding TL-3 1 200,00 Opleiding TL-4 1 350,00 89 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 8 - agendapunt 6F TOELICHTING CONCEPT BEGROTING 2015 NTTB Hieronder treft u de toelichting van het Hoofdbestuur aan bij de begroting 2015. Graag lichten wij de algemene uitgangspunten toe. 1. In het jaar 2013 is een brede discussie op gang gekomen over de voortgang van het meerjarenbeleidplan 2010-2016. Deze begroting geeft invulling aan de prioriteiten die door de Bondsraad in april 2014 zijn gesteld. Contributies en vermogen 2. De begroting is, zoals besproken met de Bondsraad in april 2014, gebaseerd op een aanpassing van de contributies alsmede financiering van specifieke projecten uit het vermogen. Hierdoor is een daling van het vermogen van € 30.000 voorzien bij de landelijke organisatie. 3. Bij de contributies is, gelet op de huidige ledenontwikkeling, uitgegaan van 27.420 leden. Voor 2014 was een aantal van 30.500 begroot. Subsidies 4. De NTTB kiest er bewust voor om subsidies aan te vragen bij NOC*NSF. Zowel van rubrieken die vanuit de Lotto worden gefinancierd als van rubrieken die vanuit het ministerie van VWS worden gefinancierd. Daarbij hoort vervolgens ook dat de NTTB moet voldoen aan de subsidievoorwaarden. Wanneer de voorwaarde geldt dat er een eigen bijdrage is, dan is deze eigen bijdrage ook verwerkt in de begroting. De eigen bijdragen verschillen per subsidie en lopen van 0% eigen bijdrage (bv. “Algemeen Functioneren” van NOC*NSF) tot 30% eigen bijdrage (topsport). Tegenover subsidies die als inkomsten zijn opgenomen staan ook begrote uitgaven. 5. De subsidies die vanuit NOC*NSF worden verkregen zijn generiek gekort met 8% ten opzichte van 2014 vanwege de slechte prestaties van Lotto, behoudens bij Topsport waar een generieke korting van 2% is toegepast. Presentatie 6. De NTTB streeft naar maximale transparantie waar het gaat om inzet van algemene middelen, waaronder contributiegelden. Het bestuur heeft besloten om de middelen die vanuit de verhoging van de contributie zijn geoormerkt voor de zgn “SMART”-doelstellingen apart inzichtelijk te maken. De huidige situatie, waarbij activiteiten worden gefinancierd vanuit het vermogen vraagt om zorgvuldig matchen van bronnen en doelen. Om deze reden is de rubricering van de middelen aangepast. Bij ieder beleidsveld is niet alleen aangegeven welke algemene middelen zijn toegekend maar tevens welke SMART middelen zijn ingezet en welk deel vanuit het vermogen wordt gefinancierd. De beleidsvelden hebben op deze wijze een sluitende begroting terwijl de financiering vanuit het vermogen als negatief resultaat bij Algemene Bestuurlijke Zaken valt. De vergelijkende cijfers van 2014 zijn op deze werkwijze aangepast. 90 Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen is opnieuw berekend: 2015 Budget landelijk 2015 Budget afdelingen 2015 20% € 2.146.667 € 429.333 € 269.660 € 53.932 € 483.265 Weerstandvermogen voor 2015: Vermogen op 1-1-2014: Landelijk Afdelingen € € 48.333 626.617 € 674.950 Begroot resultaat 2014 € -42.735 Geschat vermogen eind 2014 € 632.215 Hieruit blijkt dat het vermogen ook na 2015 voldoende omvang heeft. Gemaakte keuzes Talrijke overwegingen hebben een rol gespeeld bij de totstandkoming van de begroting 2015. De gekozen activiteiten en doelstellingen zijn genoemd in het jaarplan 2015. Voor een nadere toelichting wordt dan ook naar dit document verwezen. 91 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 10 - agendapunt 9A WIJZIGINGEN STATUTEN Artikel 19 lid 3 van de Statuten luidt: Artikel 19 Besluiten van de Bondsraad 3. Besluiten van de Bondsraad, alsmede alle andere mededelingen die de Bondsraad meent ter kennis van de leden te moeten brengen, worden opgenomen in het Officieel Orgaan van de NTTB. Het Hoofdbestuur stelt voor deze tekst als volgt te wijzigen Artikel 19 Besluiten van de Bondsraad 3. Besluiten van de Bondsraad, alsmede alle andere mededelingen die de Bondsraad meent ter kennis van de leden te moeten brengen, worden gepubliceerd op de website van de NTTB. Toelichting De NTTB heeft sinds de oprichting in 1935 de term Officieel Orgaan gebruikt voor een schriftelijke publicatie waarin alle mededelingen staan over besluiten van de Bondsraad, het Hoofdbestuur en andere zaken die ter kennis van alle leden van de NTTB gebracht dienen te worden. Het Officieel Orgaan is een lange periode gecombineerd met een blad dat aan alle verenigingen en (soms) alle leden werd gezonden. Sinds het opheffen van de laatste vorm van dit blad, het Tafeltennis Magazine, in 2002 bestaat er geen Officieel Orgaan in deze vorm meer. Wel worden besluiten van Bondsraad, Hoofdbestuur en andere officiële onderwerpen aan alle verenigingen gezonden in de vorm van verenigingsmailings. Ook worden deze besluiten en mededelingen gepubliceerd op de website van de NTTB. Omdat het doen van deze mededelingen in schriftelijke vorm niet meer past bij de wijze van communiceren in de 21e eeuw, stelt het HB voor om de functie die het Officieel Orgaan in het verleden had te laten vervullen door de website van de NTTB. Hierbij geldt wel de algemene wettelijke voorwaarde dat aan alle betrokkenen bij publicatie via een direct bericht gemeld dient te worden dat er officiële mededelingen zijn gepubliceerd. Dit zal gebeuren via de NTTB Nieuwsbrief. Artikel 25 lid 3 van de Statuten luidt: Artikel 25 Tuchtrechtspraak 3. De Tuchtcommissie en de Commissie van Beroep, wier competentie, bevoegdheden en werkwijze in het tuchtreglement als bedoeld in het vorige lid, worden geregeld, zijn met uitsluiting van andere organen bevoegd om naar aanleiding van de in dat tuchtreglement opgenomen overtredingen de eveneens in dat tuchtreglement opgenomen straffen op te leggen. Het Hoofdbestuur stelt voor deze tekst als volgt te wijzigen: Artikel 25 Tuchtrechtspraak 3. De Tuchtcommissie en de Commissie van Beroep, wier competentie, bevoegdheden en werkwijze in het tuchtreglement als bedoeld in het vorige lid, worden geregeld, zijn met uitsluiting van andere organen bevoegd om naar aanleiding van de in dat tuchtreglement opgenomen overtredingen de eveneens in dat tuchtreglement opgenomen straffen op te leggen. 4. Van een uitspraak van de Commissie van Beroep inzake overtredingen van het Anti-Dopingreglement staat beroep open bij het Court of Arbitration for Sport (CAS). 92 Toelichting Deze wijziging houdt verband met het nieuwe Anti-Dopingreglement. De NTTB is verplicht een AntiDopingreglement te hebben dat volledig aansluit op de wereldwijd geldende World Anti Doping Code. In deze Code is het Court of Arbitration for Sport (CAS) in Lausanne de hoogste beroepsinstantie. Dat moet dus ook binnen de NTTB voor dopingzaken gelden. In het vorige Anti-Dopingreglement is dit opgelost door in artikel 2 van het Tuchtreglement te melden dat in dopingzaken het Anti-Dopingreglement geldt, en niet het Tuchtreglement van de NTTB. Dit leek een voldoende waarborg te zijn om een beroep bij het CAS in dopingzaken ontvankelijk te laten zijn. Uit een recente beroepsprocedure in een dopingzaak bij een andere Nederlandse Sportbond is echter gebleken dat dit niet het geval is. In deze zaak wilde de World Anti Doping Agency (WADA) in beroep gaan tegen een uitspraak van de Commissie van Beroep van een Nederlandse sportbond (niet de NTTB). Omdat, evenals tot nu toe bij de NTTB, het CAS in de Statuten niet was genoemd als beroepsorgaan, ontstond discussie of het CAS wel bevoegd was de zaak te behandelen. Om dit te voorkomen eist de WADA daarom dat alle internationale en nationale sportbonden het CAS in dopingzaken ook statutair expliciet als beroepsinstantie vermelden. Met deze aanpassing wordt aan deze voorwaarde voldaan. Voor alle andere vormen van tuchtrechtspraak binnen de NTTB geldt dat de Commissie van Beroep de hoogste beroepsinstantie is en een uitspraak van deze Commissie finaal is. Dat blijft zo. 93 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 11 – agendapunt 9B WIJZIGINGEN ALGEMEEN REGLEMENT Artikel 9 lid 4 luidt als volgt: Artikel 9 Algemeen 4 Indien de leden van de NTTB bekend moeten zijn met mededelingen, die van belang zijn voor de uitoefening respectievelijk nakoming van hun rechten en plichten, worden die mededelingen, tenzij anders is bepaald of besloten, gedaan: a. voor de lid-verenigingen en de bij hen geregistreerde gewone leden aan de secretarissen van de lid-verenigingen, b. voor de persoonlijke leden en de Ereleden en Leden van Verdienste aan het door hen laatstelijk opgegeven adres, Voor zover één en ander niet reeds geschiedt door publicatie in het Officieel Orgaan van de NTTB. Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel als volgt te wijzigen: Artikel 9 Algemeen 4 Indien de leden van de NTTB bekend moeten zijn met mededelingen die van belang zijn voor de uitoefening respectievelijk nakoming van hun rechten en plichten, worden die mededelingen, tenzij anders is bepaald of besloten, gedaan: a. voor de lid-verenigingen en de bij hen geregistreerde gewone leden aan de secretarissen van de lid-verenigingen, b. voor de persoonlijke leden en de Ereleden en Leden van Verdienste aan het door hen laatstelijk opgegeven adres, voor zover één en ander niet reeds geschiedt door publicatie op de website van de NTTB. Artikel 17 lid 2 luidt als volgt: Artikel 17 Uitnodigingen en aankondiging 2 De Bondsraadsvergadering wordt tevens tijdig aangekondigd in het Officieel Orgaan van de NTTB. Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel als volgt te wijzigen: Artikel 17 Uitnodigingen en aankondiging 2. De Bondsraadsvergadering wordt tevens tijdig aangekondigd via de website van de NTTB. Artikel 22 luidt als volgt: Artikel 22 Bekendmaken besluiten 1 Het Hoofdbestuur kan gewone besluiten nemen en Hoofdbestuursbesluiten. Laatstgenoemde besluiten zijn van algemene strekking en berusten op de Statuten of een reglement. 2 Het Hoofdbestuur maakt elk Hoofdbestuursbesluit, direct nadat dit tot stand is gekomen, bekend middels publicatie in het Officieel Orgaan van de NTTB. 3 Ieder jaar, uiterlijk in januari, maakt het Hoofdbestuur een overzicht van de tot dan genomen en voor het betrokken bondsjaar geldende Hoofdbestuursbesluiten bekend in het Officieel Orgaan van de NTTB. 94 Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel als volgt te wijzigen: Artikel 22 Bekendmaken besluiten 1 Het Hoofdbestuur kan gewone besluiten nemen en Hoofdbestuursbesluiten. Laatstgenoemde besluiten zijn van algemene strekking en berusten op de Statuten of een reglement. 2 Het Hoofdbestuur maakt elk Hoofdbestuursbesluit, direct nadat dit tot stand is gekomen, bekend middels publicatie op de website van de NTTB. 3 Ieder jaar, uiterlijk in januari, maakt het Hoofdbestuur een overzicht van de tot dan genomen en voor het betrokken bondsjaar geldende Hoofdbestuursbesluiten bekend op de website van de NTTB. Artikel 28 lid 5 luidt als volgt: Artikel 28 Wanbetaling lid-vereniging 5 Tegen een besluit van het Hoofdbestuur als bedoeld in dit artikel staat generlei beroep open. Van elk in dit artikel genoemd besluit van het Hoofdbestuur dient in de eerst daaropvolgende publicatie van het Officieel Orgaan van de NTTB melding gemaakt te worden. Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel als volgt te wijzigen: Artikel 28 Wanbetaling lid-vereniging 5 Tegen een besluit van het Hoofdbestuur als bedoeld in dit artikel staat generlei beroep open. Van elk in dit artikel genoemd besluit van het Hoofdbestuur dient zo spoedig mogelijk na het besluit op de website van de NTTB melding gemaakt te worden. Artikel 41 luidt als volgt: Artikel 41 Officiële mededelingen 1. Krachtens artikel 19, lid 3, Statuten geeft de NTTB een Officieel Orgaan van de NTTB uit, waarin de officiële mededelingen worden gepubliceerd en dat naar alle verenigingen wordt gestuurd. 2. De materiële, organisatorische en financiële aspecten van de uitgave van het officieel orgaan van de NTTB vallen onder verantwoordelijkheid van het Hoofdbestuur, binnen het kader van de door de Bondsraad vastgestelde begroting. Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel als volgt te wijzigen: Artikel 41 Officiële mededelingen Krachtens artikel 19, lid 3, Statuten publiceert de NTTB officiële mededelingen op de website van de NTTB. Alle verenigingen worden in kennis gesteld van deze officiële mededelingen. Artikel 42 luidt als volgt: Artikel 42 Overige Publicaties 1 In het Officieel Orgaan van de NTTB worden de bekendmakingen opgenomen die het Hoofdbestuur in de door hem aangegeven vorm aan de redactie aanbiedt alsmede worden de uitspraken opgenomen, die de Tuchtcommissie en de Commissie van Beroep aanbieden. 2 Naast de verplichting omschreven in het tweede lid kunnen publicaties namens andere organen, commissies van advies, werk- en projectgroepen worden opgenomen, mits deze ondertekend zijn door de voorzitter van dat orgaan respectievelijk die commissie, werk- of projectgroep, indien naar het oordeel van de redactie voldoende tijd en ruimte beschikbaar zijn. Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel als volgt te wijzigen: Artikel 42 Overige Publicaties 1 Op de website van de NTTB worden de bekendmakingen van het Hoofdbestuur gepubliceerd, alsmede de uitspraken die de Tuchtcommissie en de Commissie van Beroep aanbieden. 95 2 Daarnaast kunnen publicaties namens andere organen, commissies van advies, werk- en projectgroepen op de website van de NTTB worden opgenomen, mits deze ondertekend zijn door de voorzitter van dat orgaan respectievelijk die commissie, werk- of projectgroep. Toelichting Deze wijzigingen komen voort uit de wijziging van artikel 19 van de Statuten. Het niet meer bestaande Officieel Orgaan van de NTTB wordt vervangen door de website van de NTTB als de plaats waar officiële mededelingen worden gedaan. De huidige artikelen 41 en 42 zijn nog gebaseerd op het bestaan van een magazine dat door de NTTB wordt uitgegeven en waarin naast de officiële mededelingen ook nieuws en andere artikelen werden gepubliceerd. Dit blad kende een eigen redactie. Een dergelijk blad bestaat sinds 2002 niet meer, de functie hiervan is overgenomen door de website van de NTTB. Artikel 36 lid 1 luidt als volgt: Artikel 36 Trainers 1 Een trainer is een gewoon lid, persoonlijk lid, erelid of lid van verdienste als bedoeld in artikel 6b en 6c van de Statuten, die in het bezit is van een geldig trainersdiploma. Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel als volgt te wijzigen: Artikel 36 Trainers 1 Een trainer is een gewoon lid, persoonlijk lid, erelid of lid van verdienste als bedoeld in artikel 6b en 6c van de Statuten, die in het bezit is van een geldige trainerslicentie. Toelichting Met deze wijziging wordt een reeds langer bestaande onjuistheid gecorrigeerd. Het artikel is bedoeld als verplichting voor actieve trainers lid te zijn van de NTTB. Het actief zijn blijkt uit het bezit van een licentie. Als een trainer met een diploma niet actief is hoeft hij ook geen NTTB-lid te zijn. De Reglementscommissie heeft in het kader van reglementering en de samenhang met de overige reglementen en/of reglementsartikelen geen bezwaar tegen deze wijzigingen. 96 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 12 - agendapunt 9C TOELICHTING ANTI-DOPINGREGLEMENT In 2011 heeft de Bondsraad het huidige Anti-dopingreglement vastgesteld. Dit reglement sloot aan op de in 2011 vastgestelde wereldwijde World Anti Doping Code en het op basis daarvan door de Nederlandse Dopingautoriteit opgestelde model dopingreglement. Dit jaar is een nieuwe versie van de World Anti Doping Code verschenen. Daarin is een groot aantal wijzigingen aangebracht. De Dopingautoriteit heeft op basis van deze nieuwe wereldwijde code een aangepast Nationaal Dopingreglement opgesteld. Om te voldoen aan de eisen van de World Anti Doping Code dienen alle sportbonden in Nederland dit reglement vóór 1 januari 2015 over te nemen en door hun algemene ledenvergadering (in het geval van de NTTB dus de Bondsraad) te laten vaststellen. Wanneer het Anti-dopingreglement van de NTTB op 1 januari 2015 niet aan de Code en het Nationaal Dopingreglement voldoet heeft dit zeer ernstige gevolgen. Geen enkele NTTB’er zal nog mogen deelnemen aan internationale evenementen. Tevens is de kans groot dat ook nationale evenementen als de Nederlandse kampioenschappen, de Masters, de Beker, de NK jeugd, de Nationale Senioren Meerkampen, de Nationale Jeugdmeerkampen en de landelijke competities niet meer gehouden mogen worden. Daarnaast kan dit leiden tot zeer grote kortingen en zelfs het geheel vervallen van subsidies van zowel NOC*NSF als het ministerie van VWS. Het is dus van groot belang dat het Anti-dopingreglement in deze vorm in deze Bondsraad wordt vastgesteld. Het strenge karakter van de Code maakt dat elke wijziging van dit reglement betekent dat het niet meer aan de Code voldoet. Het Hoofdbestuur beseft dat de Bondsraad hiermee geen mogelijkheid heeft om het reglement aan te passen, maar doet met het oog op de grote belangen toch een oproep aan de Bondsraad om dit reglement in de nu voorgelegde vorm vast te stellen. Ten opzichte van de letterlijke tekst van het Nationaal Dopingreglement zijn in dit Anti-dopingreglement alleen wijzigingen aangebracht die noodzakelijk zijn om het te kunnen gebruiken in samenhang met andere reglementering binnen de NTTB. In 2011 waren het Tuchtreglement en het Algemeen Reglement reeds in overeenstemming gebracht met het Nationaal Dopingreglement. De wijzigingen in het Nationaal Dopingreglement maken dit keer geen wijzigingen in deze reglementen nodig. Wel is een wijziging van de Statuten vereist. Dit is de reden dat u in deze Bondsraad een voorstel tot wijziging van artikel 25 van de Statuten is voorgelegd. Toelichting op dit reglement Ten opzichte van het Anti-dopingreglement van 2011 zijn minder wijzigingen aangebracht dan in de vorige versie. Toch zijn het er nog dermate veel dat het niet mogelijk was een artikelsgewijs overzicht van wijzigingen te maken. Dit zou u het zicht op de tekst geheel ontnemen. Indien u belangstelling heeft voor de meer gedetailleerde wijzigingen is het mogelijk u een versie van het reglement toe te zenden waarin alle gewijzigde teksten zijn gemarkeerd. Het Anti-dopingreglement is gebaseerd op het in juli 2014 voltooide Nationaal Dopingreglement (NDR) voor alle Nederlandse sportbonden. Het NDR voldoet aan de vereisten van het Wereld Anti Doping Agentschap (WADA). Het NDR is getoetst aan de Nederlandse wetgeving, privacywetgeving, fundamentele rechtsbeginselen, internationale jurisprudentie en procesrisico’s. Bij het Anti-dopingreglement hoort een drietal bijlagen: 1. De Dispensatiebijlage, deze regelt dat iemand bepaalde medicijnen om gezondheidsredenen mag gebruiken. 2. De Whereabouts-bijlage. Deze regelt hoe iemand die ook buiten wedstrijdverband kan worden gecontroleerd de Dopingautoriteit moet laten weten waar hij/zij zich op elk moment van de dag bevindt. 3. De Dopinglijst, waarin alle verboden middelen en methoden staan. De eerste twee bijlagen worden vastgesteld door de Dopingautoriteit, de Dopinglijst door de WADA. 97 Het Anti-dopingreglement voor de NTTB dat het Hoofdbestuur u hierbij voorlegt is samengesteld door de Reglementscommissie. De in het Anti-dopingreglement aangebrachte wijzigingen ten opzichte van het NDR hebben de instemming van de Dopingautoriteit en zijn daarmee in lijn met de Code. Evenals in de huidige versie was het niet mogelijk om in alle gevallen het Anti-dopingreglement te laten aansluiten bij de overige reglementen van de NTTB, omdat de Dopingautoriteit een aantal hiervoor noodzakelijke wijzigingen niet toestaat. Wel heeft de Dopingautoriteit ingestemd met de wijze waarop via het Tuchtreglement de relatie tussen het NTTB Tuchtreglement en het Anti-dopingreglement heeft beschreven. Tevens ondersteunt de Dopingautoriteit het voorstel tot wijziging van artikel 25 van de Statuten zoals dit aan de Bondsraad is voorgelegd. De Reglementscommissie heeft in het kader van reglementering en de samenhang met de overige reglementen en/of reglementsartikelen geen bezwaar tegen het reglement. Wel merkt de Reglementscommissie op dat een aantal artikelen in dit Anti-dopingreglement overbodig is omdat deze identiek zijn aan artikelen in andere NTTB-reglementen, met name het Tuchtreglement. Het verwijderen van deze artikelen zal er echter toe leiden dat de Dopingautoriteit het Anti-dopingreglement van de NTTB niet zal goedkeuren. Gezien de hiervoor geschetste zware consequenties daarvan ziet de Reglementscommissie geen andere mogelijkheid dan zich hierbij neer te leggen. Ditzelfde geldt voor de Tuchtcommissie en de Commissie van Beroep. Zij volgen in dopingzaken te allen tijde de in het Antidopingreglement voorgeschreven procedures en handelwijzen, inclusief de hierbij behorende termijnen. Overzicht van de belangrijkste wijzigingen 1. Reikwijdte Anti-dopingreglement Waar de vorige Anti-dopingreglementen van toepassing waren op spelers, geldt het Antidopingreglement nu voor alle leden van de NTTB indien deze op de een of andere manier als begeleidend personeel van spelers optreden. Zie o.a. artikel 2, 65 en 66. 2. Kennis over doping en dopingregels In het nieuwe Anti-dopingreglement zijn de eisen aan wat men geacht wordt te weten over doping, dopingcontroles en daarmee verbonden regels verscherpt. Elk lid en begeleidend personeel wordt geacht de inhoud van het Anti-dopingreglement en de bijlagen rond Dispensaties, Whereabouts en de Dopinglijst te kennen. In de praktijk geldt dit uiteraard alleen voor degenen die daadwerkelijk met dopingcontroles te maken krijgen. Binnen de NTTB zijn dit de spelers en begeleiders die internationaal actief zijn en zij die dit zijn bij de belangrijkste nationale evenementen (in ieder geval de NK-A en de Masters). Het Bondsbureau is op de hoogte van de desbetreffende regels en kan indien gewenst de benodigde informatie verstrekken. Zie artikel 2 en 15. 3. Procedure Dopingcontrole Waar de vorige versies van het Anti-dopingreglement nog uitgebreide beschrijvingen bevatten van de procedure van een dopingcontrole zelf, zijn deze nu verplaatst naar bijlagen. Het Anti-dopingreglement omschrijft nu alleen de juridische aspecten rond de controles. 4. Procedure aanvaarding dopingovertreding Artikel 27 regelt dat indien er sprake is van een dopingzaak de Dopingautoriteit de betrokkene een sanctievoorstel kan doen. Als de betrokkene dit voorstel aanvaardt wordt deze sanctie opgelegd en vindt geen tuchtrechtelijke vervolging plaats. Deze procedure komt grotendeels overeen met de procedure Aanklager NTTB uit het Tuchtreglement van de NTTB. Het belangrijke verschil is dat in dopingzaken niet de Tuchtcommissie, maar de Dopingautoriteit deze procedure uitvoert. 5. De mogelijkheden tot strafvermindering als iemand meewerkt aan het onderzoek zijn ruimer. Zie artikel 46. Daarentegen zijn de mogelijkheden tot het beoefenen van sport tijdens een periode van uitsluiting nog verder beperkt (zie artikel 52). 98 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 12 – agendapunt 9C ANTI-DOPINGREGLEMENT NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Uitgave november 2014 99 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 – Begrippen Artikel 1: Begripsomschrijvingen Artikel 2: Doping Hoofdstuk 2 – Overtredingen Artikel 3: Aanwezigheid Artikel 4: Gebruik Artikel 5: Gebrekkige medewerking Artikel 6: Whereabouts-fouten Artikel 7: Manipulatie Artikel 8: Bezit Artikel 9: Handel Artikel 10: Toediening Artikel 11: Medeplichtigheid Artikel 12: Verboden samenwerking Hoofdstuk 3 – Verboden stoffen en verboden methoden Artikel 13: Dopinglijst Artikel 14: Dispensaties Artikel 15: Voorlichting Hoofdstuk 4 – Handhaving Artikel 16: Handhaving Artikel 17: Dopingcontrole Artikel 18: Heranalyse Artikel 19: Registered testing pool Artikel 20: Opsporing en onderzoek Hoofdstuk 5 – Resultaatmanagement Artikel 21: Algemeen Artikel 22: Beoordeling (mogelijke) dopingzaken Artikel 23: Analyse B-monster Artikel 24: Communicatie controleresultaten Artikel 25: Vervolgonderzoek Artikel 26: Voorlopige schorsing Artikel 27: Aanvaarding dopingovertreding en sanctie Hoofdstuk 6 – Tuchtrechtelijke behandeling Artikel 28: Algemeen Artikel 29: Aanhangig maken dopingzaken (aangifte) Artikel 30: Behandeling dopingzaken Artikel 31: Conclusie Artikel 32: Verstek Hoofdstuk 7 – Bewijs van doping Artikel 33: Bewijslast Artikel 34: Methoden vaststellen feiten en aannamen Hoofdstuk 8 – Spelsancties en wedstrijdresultaten Artikel 35: Automatisch vervallen wedstrijdresultaten Artikel 36: Spelsancties en boetes 100 Hoofdstuk 9 – Sancties Artikel 37: Sanctie overtreding artikel 3, 4 en 8 Artikel 38: Opzet voor de toepassing van artikel 37 en artikel 45.6 sub b Artikel 39: Sanctie overtreding artikel 5 en 7 Artikel 40: Sanctie overtreding artikel 6 Artikel 41: Sanctie overtreding artikel 9 en 10 Artikel 42: Sanctie overtreding artikel 11 Artikel 43: Sanctie overtreding artikel 12 Hoofdstuk 10 – Strafmaat en sanctiereductie Artikel 44: Geen schuld of nalatigheid Artikel 45: Geen aanmerkelijke mate van schuld of nalatigheid Artikel 46: Substantiële ondersteuning Artikel 47: Bekentenis voorafgaand aan dopingzaak Artikel 48: Bekentenis na kennisgeving Artikel 49: Meerdere opties sanctiereductie Artikel 50: Meerdere overtredingen Hoofdstuk 11 – Overige sanctiebepalingen Artikel 51: Aanvang van de periode van uitsluiting Artikel 52: Status gedurende uitsluiting Artikel 53: Consequenties teams (indien van toepassing) Artikel 54: Herziening Artikel 55: Verjaringstermijn Artikel 56: Wederzijdse erkenning Artikel 57: Bekendmaking Hoofdstuk 12 – Beroep Artikel 58: Beroep Artikel 59: Voor beroep vatbare besluiten Artikel 60: Beroepsrecht Artikel 61: Beroep/interventie WADA/Dopingautoriteit Artikel 62: Beroep dispensaties Artikel 63: Beroepstermijnen Hoofdstuk 13 – Restbepalingen Artikel 64: Taken en verantwoordelijkheden van de Dopingautoriteit Artikel 65: Taken en verantwoordelijkheden van leden Artikel 66: Taken en verantwoordelijkheden van begeleidend personeel Artikel 67: Taken en verantwoordelijkheden van de NTTB Artikel 68: Privacy Artikel 69: Kosten Artikel 70: Verhouding reglementen Artikel 71: Interpretatie Artikel 72: Overgangsbepalingen Artikel 73: Bijlagen Artikel 74: Slotbepaling 101 Hoofdstuk 1 Begrippen Artikel 1 Begripsomschrijvingen 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5. 1.6. 1.7. 1.8. 1.9. 1.10. 1.11. 1.12. 1.13. Aanwijzen: het mondeling op de hoogte stellen van de betrokkene dat deze is geselecteerd voor een dopingcontrole. Afbraakproduct: stof die ontstaat bij een biologisch omzettingsproces. Afnameprocedure: de procedure vanaf de melding van de betrokkene in het dopingcontrolestation tot en met de ondertekening van het relevante (dopingcontrole)formulier. Anti-doping organisatie (ADO): een Nationale Anti-Doping Organisatie (NADO), een internationale federatie, het Wereld Anti-Doping Agentschap (WADA), het Internationaal Olympisch Comité (IOC), het Internationaal Paralympisch Comité (IPC), een organisator van een evenement of een andere instantie of organisatie die bevoegd is tot het (laten) uitvoeren van een dopingcontrole. Assistent-Dopingcontroleofficial: een door de dopingcontrole-uitvoerende organisatie aangewezen persoon, die de dopingcontroleofficial ondersteunt. De benaming van deze functionaris kan per dopingcontrole-uitvoerende organisatie verschillen (bijvoorbeeld: chaperonne, steward). Atypische bevinding: een uitslag van een door een door WADA geaccrediteerd of goedgekeurd laboratorium uitgevoerde analyse, waaruit voortvloeit dat het in de dopinglijst, de International Standard for Laboratories (ISL) of een andere International Standard bedoelde vervolgonderzoek dient plaats te vinden, teneinde te bepalen of sprake is van een belastend analyseresultaat. Atypisch paspoortresultaat: Een rapport dat als zodanig is benoemd in de van toepassing zijnde International Standard(s). Begeleidend personeel: (i) elke coach, trainer, manager, zaakwaarnemer, teammedewerker, official, (para)medische begeleider, ouder, wettelijk vertegenwoordiger, alsmede (ii) elke andere persoon die is gebonden aan de statuten, reglementen en/of besluiten van de NTTB, van een bij de NTTB aangesloten rechtspersoon of van een organisatie die bij de NTTB is aangesloten, en die werkt met een of meer leden die deelnemen aan of zich voorbereiden op sportwedstrijden, deze leden assisteert, ondersteunt of begeleidt, of deze leden onder behandeling heeft. Begeleider: de persoon die door de betrokkene is gevraagd hem te vergezellen bij die delen van de afnameprocedure waarbij dat volgens de International Standard for Testing and Investigations (ISTI) is toegestaan. Belastend analyseresultaat: een rapport van een door WADA geaccrediteerd of goedgekeurd laboratorium, inhoudende de conclusie dat in overeenstemming met de ISL, in een monster: (i) een of meer verboden stoffen, de afbraakproducten en/of markers daarvan (waaronder verhoogde concentraties van lichaamseigen stoffen) zijn aangetroffen, en/of (ii) bewijs voor het gebruik van een of meer verboden methoden is aangetroffen. Belastend paspoortresultaat: Een rapport dat als zodanig is benoemd in de van toepassing zijnde International Standard(s). Betrokkene: het lid (i) dat is geselecteerd voor een dopingcontrole, (ii) dat onderworpen is of wordt aan een dopingcontrole, (iii) dat onderwerp is van een onderzoek naar een mogelijke dopingovertreding, (iv) dat substantiële ondersteuning verleent of wil verlenen, (v) dat op grond van dit reglement iets moet aantonen, (vi) aan wie een voorlopige schorsing is opgelegd, (vii) tegen wie aangifte is gedaan, (viii) dat bekend heeft een dopingovertreding te hebben begaan en/of schuldig is bevonden aan het begaan van een dopingovertreding, (ix) dat beroep heeft ingesteld tegen een op hem betrekking hebbende beslissing of uitspraak, (x) dat onderwerp is van een uitspraak of beslissing waartegen beroep is ingesteld, of (xi) aan wie een periode van uitsluiting is opgelegd. Bevestigen: in de zin van de analyse van het B-monster wil bevestigen zeggen dat in het Bmonster dezelfde verboden stof en/of verboden methode wordt aangetroffen als in het A-monster. Indien een stof alleen verboden is bij het overschrijden van een bepaalde hoeveelheid, is voor het bevestigen nodig dat ook in het B-monster die verboden hoeveelheid van de in het A-monster aangetroffen stof overschreden wordt, tenzij sprake is van een exogene verboden stof waarvoor een specifieke grenswaarde geldt op basis van de dopinglijst en/of de ISL, in welk geval voor bevestiging slechts nodig is dat in het B-monster enige hoeveelheid van dezelfde verboden stof wordt aangetroffen. 102 1.14. Binnen wedstrijdverband: (voor de toepassing van dit reglement ) de periode die twaalf uur voorafgaand aan een wedstrijd aanvangt, en voortduurt tot en met (i) de afronding van de betreffende wedstrijd, dan wel (ii) de afronding van de na afloop van de wedstrijd geplande dopingcontroles (indien daarvan sprake is). Internationale federaties en andere ADO’s kunnen een periode hanteren die afwijkt van de in dit reglement gehanteerde periode. 1.15. Biologisch paspoort: Het programma en de methoden voor het verzamelen en verwerken van 3 gegevens zoals benoemd in de ISTI en de ISL. 1.16. Buiten wedstrijdverband: elke periode die niet binnen wedstrijdverband is. 1.17. CAS: Court of Arbitration for Sport. 1.18. Commissie van Beroep: de Commissie van Beroep als bedoeld in het Tuchtreglement. 1.19. Controleresultaten: alle gegevens voortvloeiend uit een (poging tot) dopingcontrole, waaronder (doch niet uitsluitend) de gegevens voortvloeiend uit de uitgevoerde analyse(s). Onder controleresultaten vallen in ieder geval: belastende analyseresultaten, atypische bevindingen, vervolgonderzoek, belastende paspoortresultaten, atypische paspoortresultaten. 1.20. Dispensatie: een conform de Dispensatiebijlage en/of de International Standard for Therapeutic Use Exemptions (ISTUE) door de Dopingautoriteit of een andere bevoegde ADO genomen besluit, inhoudende de verlening van een ontheffing. 1.21. Dopingautoriteit: stichting Anti-Doping Autoriteit Nederland, de door de Nederlandse overheid aangewezen NADO voor Nederland. 1.22. Dopingcontrole: het onderdeel van het dopingcontroleproces dat de aanwijzing ter dopingcontrole, alsmede de afname van het monster omvat. 1.23. Dopingcontroleproces: het proces dat (i) het aanvragen, beoordelen en verlenen van een (verzoek tot) dispensatie, (ii) het verzamelen en verwerken van whereabouts-gegevens, (iii) het plannen van een afnameprocedure, het selecteren en aanwijzen van de betrokkene, het afnemen en verzamelen van een monster, het transport van een monster naar het laboratorium, (iv) de analyse van een monster (inclusief her- en verdere analyses, alsmede vervolgonderzoek), en (v) het resultaatmanagement, waaronder de tuchtrechtelijke procedure, omvat. 1.24. Dopingcontroleofficial: een door de dopingcontrole-uitvoerende organisatie benoemde en getrainde persoon die is belast met de gedelegeerde bevoegdheid voor de uitvoering van de dopingcontrole. 1.25. Dopingcontrole-uitvoerende organisatie: de instantie of organisatie die met de uitvoering van een dopingcontrole is belast. 1.26. Dopinglijst: de van dit reglement deel uitmakende, door WADA als de Prohibited List International Standard vastgestelde lijst met verboden stoffen en verboden methoden. 1.27. Dopingovertreding: een overtreding van een dopingreglement. 1.28. Anti-Dopingreglement: (i) het door de NTTB vastgestelde dopingreglement met de door WADA of 4 de Dopingautoriteit vastgestelde bijlagen (hierna: dit reglement), en (ii) een door een ADO of andere instantie, dan wel organisatie vastgesteld dopingreglement, ook al is dit dopingreglement bij de desbetreffende ADO of andere instantie, dan wel organisatie, anders genaamd. Door een overheid of wetgever vastgestelde regels inzake doping worden voor de toepassing van dit reglement ook beschouwd als anti-dopingreglement. 1.29. Dopingzaak: een mogelijke dopingovertreding. 1.30. Evenement: een reeks afzonderlijke wedstrijden die gemeenschappelijk wordt georganiseerd onder verantwoordelijkheid van de NTTB, de ITTF en/of ETTU, het IOC of het IPC of een andere (inter)nationale sportbond of organisatie 1.31. Hoofdbestuur: het Hoofdbestuur van de NTTB, als bedoeld in artikel 14 van de Statuten. 1.32. Internationaal evenement: Een evenement of een wedstrijd georganiseerd door of onder auspiciën van het IOC, het IPC, de ITTF en/of ETTU of een andere internationale sportorganisatie (zoals internationale organisaties voor meerdere sporten die optreden als bestuursorgaan van een wereldwijd, continentaal of regionaal evenement). 1.33. ITTF: de International Table Tennis Federation. ETTU: de European Table Tennis Union. 1.34. International Standard: door WADA vastgestelde internationale standaard behorend bij de World Anti-Doping Code, waaronder in ieder geval: de Prohibited List International Standard (de 2 2 Andere organisaties (ADO’s), met name IF’s en MEO’s, kunnen afwijkende definities van ‘binnen wedstrijdverband’ hanteren. Dat is echter niet relevant voor de toepassing van dit reglement, tenzij wij een IF-zaak krijgen met een positief resultaat specifiek door een afwijkende IC-periode. 3 De term “described” is vervangen door “benoemd”, omdat het biologisch paspoort niet volledig wordt beschreven in ISTI of ISL. 4 De bijlagen worden gepubliceerd op de website van de Dopingautoriteit: www.dopingautoriteit.nl. 103 1.35. 1.36. 1.37. 1.38. 1.39. 1.40. 1.41. 1.42. 1.43. 1.44. 1.45. 1.46. 1.47. 1.48. dopinglijst), de ISTI, de ISL, de ISTUE en de International Standard for the Protection of Privacy and Personal Information (ISPPPI). De International Standards zijn van toepassing op dit reglement en worden geacht hiervan deel uit te maken. De bij een International Standard behorende Technical Documents worden geacht onderdeel uit te maken van de betreffende International Standard. Lid: (voor de toepassing van dit reglement) de natuurlijk persoon die, via lidmaatschap, licentie, overeenkomst, deelname aan een wedstrijd (van de NTTB, ITTF en/of ETTU, het IOC of IPC) of op andere wijze, is gebonden aan de statuten, reglementen en besluiten van de NTTB, dan wel van een bij de NTTB aangesloten rechtspersoon. Als lid worden tevens beschouwd in NTTB actieve of werkzame personen (bijvoorbeeld personen die actief of werkzaam zijn voor een binnen de NTTB actieve vereniging of voor een team dat uitkomt in een sport), die niet via lidmaatschap, licentie of enige overeenkomst zijn aangesloten bij de NTTB. Marker: een stof of groep van stoffen of biologische variabelen, die duidt of duiden op het gebruik van een verboden stof en/of de toepassing van een verboden methode. Minderjarige: een persoon die de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt. Monster: enig biologisch materiaal, inclusief DNA-dragend materiaal, bijvoorbeeld urine, bloed, zweet of speeksel. Nationaal evenement: elk evenement als bedoeld in artikel 2 van het Toernooi- en Wedstrijdreglement dat geen internationaal evenement is. Negatieve uitslag: indien uit de dopingcontrole blijkt dat: - in het monster van de betrokkene geen (verboden hoeveelheden) (afbraakproducten van) verboden stoffen en/of verboden methoden zijn aangetroffen; en - in het monster van de betrokkene geen markers zijn aangetroffen; en - geen gebruik is gemaakt van (de toepassing van) een verboden methode; of - de betrokkene beschikt(e) over een met betrekking tot de aangetroffen en/of gebruikte verboden stoffen en/of verboden methoden geldige dispensatie in de zin van dit reglement en/of de ISTUE, en conform de aan deze dispensatie verbonden voorwaarden heeft gehandeld. NTTB: de Nederlandse Tafeltennisbond die dit reglement heeft vastgesteld. Poging: opzettelijk gedrag vertonen dat een essentiële stap vormt in de richting van gedrag dat bedoeld is om te leiden tot een dopingovertreding. Een poging vormt geen dopingovertreding, indien het lid afziet van de poging voordat deze wordt ontdekt door een derde partij die niet bij de poging is betrokken. Positieve uitslag: indien uit de dopingcontrole blijkt dat: - in het monster van de betrokkene (verboden hoeveelheden) (afbraakproducten van) een of meer verboden stoffen en/of verboden methoden zijn aangetroffen; en/of - in het monster van de betrokkene (een) marker(s) is (zijn) aangetroffen; en/of - gebruik is gemaakt van (de toepassing van) een verboden methode; en - de betrokkene niet beschikt(e) over een met betrekking tot de aangetroffen en/of gebruikte verboden stof(fen) en/of verboden methode(n) geldige dispensatie in de zin van dit reglement en/of de ISTUE, en/of niet conform de aan deze dispensatie verbonden voorwaarde(n) heeft gehandeld. Pre-test: een controle op het gebruik, dan wel de aanwezigheid van verboden stoffen en/of verboden methoden, die (a) niet door de Dopingautoriteit of een andere bevoegde ADO is uitgevoerd, (b) niet volgens het gestelde in de ISTI en de ISL is uitgevoerd, en (c) waarvan een analyseresultaat dat een mogelijke dopingovertreding inhoudt, niet wordt gemeld bij de Dopingautoriteit en/of de NTTB. Registered testing pool: een door de Dopingautoriteit, een andere NADO of internationale federatie vastgestelde groep sporters. Schuld: Elk plichtsverzuim dat of elk gebrek aan zorgvuldigheid die in een bepaalde situatie vereist is. Selecteren: het selecteren van een lid voor een dopingcontrole. Selectie kan geschieden op basis van loting, wedstrijdresultaten, dan wel elke andere door een ADO te bepalen wijze. 5 Specifieke stof: de als zodanig aangemerkte (categorieën van) stoffen op de dopinglijst. In beginsel zijn alle op de dopinglijst vermelde stoffen specifieke stoffen, uitgezonderd stoffen in de volgende categorieën: (a) de anabole middelen, (b) de hormonen en verwante stoffen, (c) de op de 5 De Engelstalige dopinglijst hanteert voor de term ‘specifieke stoffen’ de volgende term: specified substances. 104 1.49. 1.50. 1.51. 1.52. 1.53. 1.54. 1.55. 1.56. 1.57. 1.58. 1.59. 1.60. dopinglijst als niet-specifieke stof aangeduide hormoon-antagonisten en modulatoren, en (d) de op de dopinglijst als niet-specifieke stof aangeduide stimulantia. Specifieke stoffen betreffen nooit verboden methoden. Tuchtcommissie: De Tuchtcommissie als bedoeld in het Tuchtreglement. Uitsluiting: sanctie waarbij de betrokkene gedurende een bepaalde periode aan geen enkele wedstrijd, competitie, evenement of andere activiteit mag deelnemen, in geen enkele hoedanigheid mag acteren of participeren binnen de NTTB (noch enige bij de NTTB aangesloten lid-vereniging, team of andere rechtspersoon), noch enige (financiële) vergoedingen, zoals is bedoeld in dit reglement, mag ontvangen. Uur: de aaneengesloten periode van zestig minuten welke door een lid dat is opgenomen in de registered testing pool voor elke dag dient te worden aangeleverd, en gedurende welke periode dit lid vindbaar en beschikbaar moet zijn voor het bij hem uitvoeren een dopingcontrole. Verboden stof: een stof, dan wel een categorie stoffen, die op de dopinglijst is beschreven. Verboden methode: een methode die op de dopinglijst is beschreven. Vervallen wedstrijdresultaten: het ongeldig verklaren van de individuele resultaten van de betrokkene met betrekking tot een bepaalde wedstrijd, competitie of evenement, met alle daaruit voortvloeiende consequenties zoals het teruggeven van medailles, prijzen(geld) en het verliezen van punten. Vervuild product: Een product dat een verboden stof bevat (i) die niet staat vermeld op het etiket en (ii) die niet wordt genoemd in informatie die beschikbaar is via een redelijke zoekinspanning op internet. Voorlopige hoorzitting: een mondelinge behandeling die plaatsvindt in het kader van een door het bestuur op te leggen voorlopige schorsing, en die is bedoeld is om de betrokkene te informeren en hem gelegenheid te geven om schriftelijk of mondeling te worden gehoord. De voorlopige hoorzitting houdt geen volledige behandeling en beoordeling van de feiten van de zaak in. Wedstrijd: een ontmoeting tussen twee deelnemers, twee paren deelnemers of twee teams als bedoeld in artikel 1 van het Toernooi- en Wedstrijdreglement, dan wel een soortgelijke ontmoeting georganiseerd door of onder auspiciën van de ETTU en/of ITTF. Whereabouts-fout: een conform de ISTI of de Whereabouts-bijlage vastgestelde foutieve inzending of missed test. De in de ISTI gebruikte term voor foutieve inzending is ‘filing failure’. Whereabouts-gegevens: de in de ISTI en de Whereabouts-bijlage bedoelde gegevens, die een lid dat is opgenomen in de registered testing pool, aan de Dopingautoriteit of een andere ADO dient te verschaffen. World Anti-Doping Code: de actuele door WADA vastgestelde World Anti-Doping Code, waarop dit reglement is gebaseerd. Waar dit reglement begrippen in enkelvoud weergeeft, geldt ook de meervoudvorm van dat begrip en omgekeerd, tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald. Waar dit reglement bepalingen in het heden stelt, geldt de bepaling ook voor gebeurtenissen in het verleden, tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald. De door WADA vastgestelde documenten kunnen worden geraadpleegd op: www.wada-ama.org. Artikel 2 Doping 2.1. In dit reglement wordt onder doping verstaan de overtredingen zoals vermeld in artikel 3 tot en met artikel 12. 2.2. Elk lid en begeleidend personeel wordt geacht de inhoud van dit reglement en de bij dit reglement behorende bijlagen te kennen, te weten wanneer sprake is van een dopingovertreding, alsmede bekend te zijn met de door de dopinglijst beschreven (categorieën van) verboden stoffen en verboden methoden. Ieder lid is verplicht zich op de hoogte te houden van de geldige dopinglijst, zoals gepubliceerd op de website van WADA en de Dopingautoriteit. 2.3. Elk lid en begeleidend personeel dient zich op de hoogte te stellen van de inhoud van dit reglement en de bij dit reglement behorende bijlagen. Bij deelname aan een wedstrijd of evenement in het buitenland dient een lid zich voorafgaand aan deze deelname op de hoogte te stellen van de voor de betreffende wedstrijd of evenement geldende regels en procedures inzake doping(controles). 2.4. Voor artikel 3 en artikel 4 geldt dat risicoaansprakelijkheid van toepassing is. Dit wil zeggen dat het voor het vaststellen van een overtreding van artikel 3 of artikel 4 niet noodzakelijk is dat zijdens betrokkene opzet, schuld, nalatigheid of bewust gebruik wordt aangetoond. 105 Hoofdstuk 2 Overtredingen Artikel 3 Aanwezigheid 3.1. De aanwezigheid van een verboden stof en/of een verboden methode, de afbraakproducten daarvan en/of markers in een monster van een lid vormt een dopingovertreding. 3.2. Met uitzondering van die stoffen waarvoor een specifieke grenswaarde geldt op basis van de dopinglijst en/of de ISL, is bij elke aanwezigheid van een verboden stof, een verboden methode, een afbraakproduct daarvan en/of een marker in een monster van een lid, sprake van een dopingovertreding. 3.3. De dopinglijst of een andere International Standard, kan speciale criteria bevatten voor de beoordeling van (de aanwezigheid van en/of de aangetroffen hoeveelheid) verboden stoffen die ook door het lichaam zelf kunnen worden geproduceerd. 3.4. Van aanwezigheid is sprake: a. bij een positieve uitslag na analyse van het A-monster waarbij het lid heeft afgezien van het (laten) analyseren van het B-monster; b. bij een positieve uitslag waarbij de analyse van het B-monster het resultaat van de analyse van het A-monster heeft bevestigd; en/of c. indien het B-monster verdeeld is over twee flesjes, en de analyse van het tweede flesje de aanwezigheid van de in het eerste flesje aangetroffen verboden stof en/of verboden methode, de afbraakproducten daarvan en/of markers, bevestigt. 3.5. Er is geen sprake van een overtreding indien de betrokkene beschikt(e) over een met betrekking tot de aangetroffen verboden stof(fen) en/of verboden methode(n) relevante en geldige dispensatie in de zin van dit reglement en/of de ISTUE en conform de aan deze dispensatie verbonden voorwaarden heeft gehandeld. 3.6. De Dopingautoriteit heeft het recht het B-monster te (laten) analyseren, ook als de betrokkene afziet van het (laten) analyseren van het B-monster. 3.7. Het is de persoonlijke plicht van elk lid ervoor te zorgen dat geen verboden stoffen, verboden methoden, afbraakproducten daarvan en/of markers in zijn lichaam binnenkomen. Leden zijn verantwoordelijk voor alle verboden stoffen, verboden methoden, de afbraakproducten daarvan en/of markers, die worden aangetroffen in hun monsters. Dientengevolge hoeft geen opzet, schuld, nalatigheid van of bewust gebruik zijdens een lid te worden aangetoond om een overtreding inzake artikel 3 te kunnen vaststellen. 3.8. Bij elke aanwezigheid van een verboden stof, een verboden methode, een afbraakproduct daarvan en/of een marker in een monster van een lid, is sprake van een overtreding inzake artikel 3, ongeacht wanneer de betreffende verboden stoffen en/of verboden methoden zijn ingenomen, gebruikt of toegediend, tenzij de dopinglijst bepaalt dat de aanwezigheid van een verboden stof, een verboden methode, een afbraakproduct daarvan en/of een marker in een monster van een lid buiten wedstrijdverband is toegestaan. Artikel 4 Gebruik 4.1. Gebruik of poging tot het gebruik van een verboden stof of een verboden methode vormt een dopingovertreding. Het slagen of mislukken van (de poging tot) het gebruik van een verboden stof of verboden methode is niet relevant voor de beoordeling of sprake is van een overtreding. 4.2. Onder gebruik wordt verstaan: het gebruiken, aanbrengen, innemen, injecteren, aanwenden of op wat voor wijze dan ook tot zich nemen van een verboden stof en/of een verboden methode. 4.3. Indien bij een positieve uitslag de analyse van het B-monster de analyse van het A-monster niet bevestigt, kan desondanks gebruik worden aangetoond, en derhalve sprake zijn van een dopingovertreding, indien: a. sprake is van betrouwbare analytische gegevens afkomstig uit het A-monster; en 106 b. een afdoende verklaring kan worden gegeven voor het ontbreken van de bevestiging van de positieve uitslag van de analyse van het A-monster. De initiële beoordeling of sprake is van een afdoende verklaring geschiedt door de Dopingautoriteit in het kader van de toepassing van Hoofdstuk 5. De definitieve vaststelling of sprake is van een afdoende verklaring geschiedt door het bevoegde tuchtcollege. 4.4. Er is geen sprake van een overtreding indien de betrokkene beschikt(e) over een met betrekking tot de gebruikte verboden stoffen en/of verboden methoden relevante en geldige dispensatie in de zin van dit reglement en/of de ISTUE en conform de aan deze dispensatie verbonden voorwaarden heeft gehandeld. 4.5. Het is de persoonlijke plicht van elk lid ervoor te zorgen dat geen verboden stoffen, verboden methoden, afbraakproducten daarvan en/of markers zijn lichaam binnenkomen, en geen verboden methode wordt gebruikt. Dientengevolge hoeft geen opzet, schuld, nalatigheid van of bewust gebruik door een lid te worden aangetoond om een dopingovertreding te kunnen vaststellen. Om een poging tot gebruik van een verboden stof of een verboden methode te kunnen vaststellen dient wel opzet zijdens de betrokkene te worden aangetoond. 4.6. Gebruik of poging tot het gebruik van een verboden stof of een verboden methode kan in ieder geval worden aangetoond met betrouwbare bewijsmiddelen, zoals bekentenissen, getuigenverklaringen, schriftelijk bewijs, conclusies van longitudinale profielen, inclusief gegevens verzameld in het kader van het biologisch paspoort, of andere analytische informatie, ook als die niet voldoet aan alle vereisten om een dopingovertreding aan te tonen. Artikel 5 Gebrekkige medewerking 5.1. Het ontwijken van de dopingcontrole, alsmede een poging hiertoe, vormt een dopingovertreding. 5.2. Het zonder zwaarwegende reden weigeren medewerking te verlenen aan de dopingcontrole na daartoe (mondeling) te zijn aangewezen, alsmede een poging hiertoe, vormt een dopingovertreding. Artikel 6 Whereabouts-fouten 6.1. Elke combinatie van drie bij een lid, dat is opgenomen in een registered testing pool, vastgestelde foutieve inzendingen en/of missed tests binnen een periode van twaalf maanden, vormt een dopingovertreding. 6.2. Voor leden die zijn opgenomen in een registered testing pool gelden de verplichtingen zoals die zijn omschreven in de ISTI en de Whereabouts-bijlage. Artikel 7 Manipulatie 7.1. Manipuleren of poging tot manipuleren, vormt een dopingovertreding. 7.2. Onder manipuleren wordt verstaan: a. gedrag dat het dopingcontroleproces ondermijnt; b. het aanpassen van enig deel van het dopingcontroleproces met onzuivere bedoelingen of op een oneerlijke manier; c. ongewenste invloed uitoefenen op enig deel van het dopingcontroleproces; d. zich op onjuiste wijze in het dopingcontroleproces mengen om resultaten aan te passen of de normale gang van zaken te hinderen; e. het op enigerlei wijze vervalsen van een dispensatie(verzoek) en/of het op onjuiste wijze beïnvloeden en/of achterhouden van informatie die van belang is of kan zijn voor een dispensatie(verzoek); f. het tegenwerken en/of misleiden van een dopingcontroleofficial; g. het plegen van frauduleuze handelingen met betrekking tot het dopingcontroleproces; h. het (doen) verstrekken van valse informatie en/of gegevens aan een ADO; i. het opzettelijk hinderen, of een poging daartoe, van een dopingcontroleofficial; j. het intimideren, of een poging daartoe, van een mogelijke getuige; en/of k. vergelijkbare handelingen. 107 7.3. Leden en begeleidend personeel, alsmede bij de NTTB aangesloten lid-verenigingen zijn verplicht volledig, tijdig en ook overigens naar behoren hun medewerking aan de dopingcontrole te verlenen, aanwijzingen van de (assistent) dopingcontroleofficial op te volgen, alsmede gehoor te geven aan verzoeken van de (assistent) dopingcontroleofficial, waaronder in ieder geval het ondertekenen van het aanwijzing- en dopingcontroleformulier. Het niet-nakomen van een of meer van deze verplichtingen vormt een dopingovertreding. 7.4. (Poging tot) Manipuleren vormt een dopingovertreding, ongeacht de omstandigheid dat de dopingcontrole waarbij de (poging tot) manipulatie heeft plaatsgevonden, correct is uitgevoerd. Artikel 8 Bezit 8.1. Bezit of poging bezit te verkrijgen, op enig moment of enige plaats, van een buiten wedstrijdverband verboden stof of verboden methode, vormt een dopingovertreding. 8.2. Bezit binnen wedstrijdverband of poging binnen wedstrijdverband bezit te verkrijgen van enige binnen wedstrijdverband verboden stof of verboden methode, vormt een dopingovertreding. 8.3. Er is sprake van bezit wanneer: a. een lid (i) het eigenlijke, fysieke bezit heeft van een verboden stof en/of een verboden methode, (ii) de intentie heeft het eigenlijke, fysieke bezit van een verboden stof en/of een verboden methode te verkrijgen en/of (iii) het lid de intentie heeft controle over de verboden stof en/of de verboden methode te verkrijgen; b. uitsluitend een lid controle heeft over de verboden stof en/of de verboden methode dan wel het terrein of de plaats waar de verboden stof en/of verboden methode zich bevindt, maar geen sprake is van het eigenlijke, fysieke bezit als bedoeld in artikel 8.3. sub a; c. niet uitsluitend een lid controle heeft over de verboden stof en/of verboden methode dan wel het terrein of de plaats waar de verboden stof en/of verboden methode zich bevindt, maar het lid zich bewust was van de aanwezigheid van de verboden stof en/of verboden methode en de bedoeling had daarover macht uit te oefenen; en/of d. een lid een of meer verboden stoffen en/of verboden methoden heeft aangeschaft, verworven of gekocht, via het internet en/of op andere wijze. 8.4. Voor de toepassing van dit reglement wordt de aankoop van een verboden stof gelijk gesteld met bezit, ook indien de verboden stof de koper niet (heeft) bereikt, bijvoorbeeld omdat het product niet aankomt, door iemand anders wordt ontvangen of naar het adres van een derde wordt gestuurd. 8.5. Enkel en alleen bezit vormt geen dopingovertreding indien het lid voorafgaand aan het door hem ontvangen van enige kennisgeving omtrent een dopingzaak inzake bezit concrete actie heeft ondernomen die aantoont dat (i) het nimmer zijn intentie is geweest de bewuste verboden stof en/of verboden methode te bezitten, en (ii) hij afstand heeft gedaan van zijn bezit door dit specifiek bij de Dopingautoriteit of een andere ADO te melden. 8.6. Er is geen sprake van een overtreding indien: a. het lid kan aantonen dat het bezit, dan wel de poging tot bezit, voortvloeit uit en overeenstemt met een inzake de betreffende verboden stof en/of verboden methode relevante en geldige dispensatie in de zin van dit reglement en/of de ISTUE, en conform de aan deze dispensatie verbonden voorwaarden is gehandeld; of b. het lid een andere acceptabele rechtvaardiging kan aantonen. 8.7. (Poging tot) Bezit van een buiten wedstrijdverband verboden stof en/of van een verboden methode door begeleidend personeel vormt een dopingovertreding, tenzij: a. het begeleidend personeel kan aantonen dat het bezit, dan wel de poging tot bezit, voortvloeit uit en overeenstemt met een inzake de betreffende verboden stof en/of verboden methode relevante en geldige dispensatie in de zin van dit reglement en/of de ISTUE, en conform de aan deze dispensatie verbonden voorwaarden is gehandeld; of b. het begeleidend personeel een andere acceptabele rechtvaardiging kan aantonen. Artikel 9 Handel 9.1. Handel of poging tot handel in enige verboden stof en/of verboden methode vormt een dopingovertreding. 108 9.2. Onder handel wordt verstaan het rechtstreeks en/of via een of meer derden fysiek, elektronisch en/of op enige andere wijze verkopen, verstrekken, vervoeren, versturen, leveren, verspreiden of beschikbaar hebben voor een van deze doeleinden, van een verboden stof of een verboden methode. 9.3. Er is geen sprake van een overtreding wegens handel indien sprake is van handelingen door te goeder trouw handelend medisch personeel met betrekking tot een verboden stof of een verboden methode die wordt gebruikt (i) voor oprechte en legale therapeutische doeleinden of (ii) om een andere aanvaardbare reden. 9.4. Er is geen sprake van een overtreding wegens handel indien sprake is van handelingen met betrekking tot een verboden stof die niet verboden is buiten wedstrijdverband, tenzij het geheel der omstandigheden erop duidt dat deze verboden stof niet bedoeld is voor oprechte en legale therapeutische doeleinden, dan wel bedoeld is om de sportprestatie te verbeteren. Artikel 10 Toediening 10.1. Toediening of poging tot toediening, op enig moment of enige plaats, aan een lid van een buiten wedstrijdverband verboden stof of verboden methode vormt een dopingovertreding. 10.2. Toediening of poging tot toediening binnen wedstrijdverband aan een lid van een binnen wedstrijdverband verboden stof en/of verboden methode, vormt een dopingovertreding. 10.3. Voor de toepassing van dit reglement wordt onder toediening verstaan: a. het aan een andere persoon verstrekken van een verboden stof of een verboden methode; b. het aan een andere persoon leveren van een verboden stof of een verboden methode; c. het faciliteren van (een poging tot) het gebruik door een andere persoon van een verboden stof of een verboden methode; d. het houden van toezicht op (een poging tot) het gebruik door een andere persoon van een verboden stof of een verboden methode; en e. het anderszins deelnemen aan (een poging tot) het gebruik door een ander persoon van een verboden stof of verboden methode. 10.3. Er is geen sprake van een overtreding wegens toediening indien sprake is van handelingen door te goeder trouw handelend medisch personeel met betrekking tot een verboden stof of een verboden methode die wordt gebruikt (i) voor oprechte en legale therapeutische doeleinden of (ii) om een andere aanvaardbare reden. 10.4. Er is geen sprake van een overtreding wegens toediening indien sprake is van handelingen met betrekking tot een verboden stof die niet verboden is buiten wedstrijdverband, tenzij het geheel der omstandigheden erop duidt dat deze verboden stof niet bedoeld is voor oprechte en legale therapeutische doeleinden, dan wel bedoeld is om de sportprestatie te verbeteren. Artikel 11 Medeplichtigheid 11.1. Het meewerken aan, het assisteren bij, het aanmoedigen tot, het helpen bij, het aanzetten tot, het samenzweren tot, het verhullen van en/of elke (andere) vorm van opzettelijke medeplichtigheid aan (het begaan van) een dopingovertreding, dan wel een poging daartoe, vormt een dopingovertreding. 11.2. Het meewerken aan, het assisteren bij, het aanmoedigen tot, het helpen bij, het aanzetten tot, het samenzweren tot, het verhullen van en/of elke (andere) vorm van opzettelijke medeplichtigheid bij het door een betrokkene niet-naleven van het gestelde in artikel 52.1, dan wel een poging daartoe, vormt een dopingovertreding. Artikel 12 Verboden samenwerking 12.1. Samenwerking door een lid hetzij beroepshalve, hetzij in een sportgerelateerde hoedanigheid, met begeleidend personeel dat een periode van uitsluiting is opgelegd wegens het begaan van een dopingovertreding, welke periode van uitsluiting nog niet is verstreken, vormt een dopingovertreding. 109 12.2. Samenwerking door een lid hetzij beroepshalve, hetzij in een sportgerelateerde hoedanigheid, met begeleidend personeel dat (i) niet onder de jurisdictie van een ADO valt, en (ii) in een strafrechtelijke of tuchtrechtelijke procedure is veroordeeld voor, of schuldig bevonden is aan, handelingen die een dopingovertreding zouden hebben gevormd indien de desbetreffende persoon wel onder de jurisdictie van een ADO had gevallen, vormt een dopingovertreding. 12.3. Voor de toepassing van artikel 12.2 leidt de in die bepaling bedoelde veroordeling of schuldig bevinding tot de uitsluiting van het betreffende begeleidend personeel, welke uitsluiting inhoudt dat het de in het vorige lid bedoelde leden niet is toegestaan met dit begeleidend personeel samen te werken. Deze uitsluiting, gedurende welke de in het vorige lid bedoelde overtreding kan plaatsvinden, bedraagt de langste van de volgende perioden: a. zes jaar te rekenen vanaf de uitspraak in de strafrechtelijke, beroeps- of tuchtprocedure; of b. de duur van de in de strafrechtelijke, beroeps- of tuchtprocedure opgelegde sanctie. 12.4. Samenwerking door een lid hetzij beroepshalve, hetzij in een sportgerelateerde hoedanigheid, met begeleidend personeel dat optreedt als stroman, tussenpersoon of bemiddelaar voor begeleidend personeel als bedoeld in artikel 12.1 of artikel 12.2, vormt een dopingovertreding. 12.5. Voorwaarde voor de toepassing van artikel 12.1 tot en met artikel 12.3 is dat: a. het lid, hetzij door een ADO met jurisdictie over het lid, hetzij door WADA, voorafgaand aan het doen van aangifte tegen dit lid, reeds schriftelijk in kennis is gesteld van: (i) de status van het betreffende begeleidend personeel, en (ii) de mogelijke tuchtrechtelijke consequentie van verboden samenwerking met dergelijk begeleidend personeel; b. het lid de (verboden) samenwerking redelijkerwijs kan vermijden; en c. een ADO redelijke inspanningen heeft gepleegd om het begeleidend personeel dat het voorwerp is van voornoemde schriftelijke kennisgeving, op de hoogte te brengen dat het binnen vijftien dagen contact kan opnemen met deze ADO om uit te leggen dat de in de artikel 12.1 en artikel 12.2 beschreven criteria niet op hem van toepassing zijn. 12.6. Het lid dient aan te tonen dat enige samenwerking met begeleidend personeel dat valt onder het gestelde in artikel 12.1 en/of artikel 12.2, niet beroepshalve plaatsvindt en niet plaatsvindt in een sportgerelateerde hoedanigheid. Indien het lid dit kan aantonen, is geen sprake van een dopingovertreding. 12.7. Indien de NTTB beschikt over informatie inzake begeleidend personeel dat voldoet aan een van de in artikel 12.1 tot en met artikel 12.3 genoemde criteria, dient de NTTB deze informatie direct door te geven aan de Dopingautoriteit. 12.8. Indien de Dopingautoriteit beschikt over informatie inzake begeleidend personeel dat voldoet aan een van de in artikel 12.1 tot en met artikel 12.3 genoemde criteria, dient de Dopingautoriteit deze informatie door te geven aan WADA. 12.9. Vormen van op grond van dit artikel verboden samenwerking zijn, onder meer: a. het inwinnen van trainings-, strategisch, technisch, voedings- of medisch advies; b. het verkrijgen van (i) een therapie, (ii) een behandeling of (iii) voorschriften; c. het aanbieden van monsters voor analyse; en/of d. toestaan dat begeleidend personeel als zaakwaarnemer, agent of vertegenwoordiger optreedt. 12.10. Voor het vaststellen dat sprake is van een verboden samenwerking hoeft geen sprake te zijn van enige vorm van vergoeding. Hoofdstuk 3 Verboden stoffen en verboden methoden Artikel 13 Dopinglijst 13.1. De geldige dopinglijst is steeds de meest recente door WADA vastgestelde en in werking getreden dopinglijst. De dopinglijst noch enige op deze lijst voorkomende categorie, indeling, stof of methode kunnen in het kader van een dopingzaak ter discussie worden gesteld. 110 13.2. Een nieuwe dopinglijst treedt als zodanig in werking op de daarvoor door WADA bepaalde datum. 13.3. Indien de dopinglijst spreekt over ADO’s, betreft het voor de toepassing van dit reglement de Dopingautoriteit, tenzij andere ADO’s (ook) bevoegd zijn. 13.4. Indien in (de toepassing van) dit reglement wordt gesproken van en/of over een verboden stof vallen hieronder, indien van toepassing, tevens de aan deze verboden stof gerelateerde precursors, afbraakproducten en markers. Artikel 14 Dispensaties 14.1. Er is geen sprake van een overtreding van artikel 3, artikel 4, artikel 8 en/of artikel 10 indien (i) sprake is (geweest) van de aanwezigheid van een geldige dispensatie, en (ii) is gehandeld in overeenstemming met de aan deze dispensatie verbonden voorwaarden. 14.2. De Dispensatiebijlage bevat nadere regels, voorwaarden en beperkingen inzake het verkrijgen en de geldigheid van een dispensatie. 14.3. Leden zijn gebonden aan besluiten van de Geneesmiddelen Dispensatie Sporter (GDS)commissie zoals beschreven in de Dispensatiebijlage. 14.4. De GDS-commissie voert haar taken uit op basis van de Dispensatiebijlage. De Dopingautoriteit stelt deze commissie in. Samenstelling, werkwijze, besluitvorming en andere noodzakelijke aspecten met betrekking tot de GDS-commissie worden bepaald door de Dopingautoriteit, voor zover deze aspecten niet zijn bepaald in de Dispensatiebijlage. Artikel 15 Voorlichting 15.1. Het Hoofdbestuur is gehouden het vigerende dopingreglement te publiceren op de website van de NTTB. Het door het Hoofdbestuur niet voldoen aan deze verplichting heeft geen consequenties voor hetgeen is bepaald in artikel 2. 15.2. Het Hoofdbestuur is gehouden leden voor te (laten) lichten omtrent de volgende onderwerpen: a. de verboden stoffen en verboden methoden op de dopinglijst; b. de dopingovertredingen; c. de dopingcontrole; d. de rechten en plichten van de leden; e. dispensaties; f. de risico’s van het gebruik van voedingssupplementen; g. de gevolgen van het gebruik van verboden stoffen en/of verboden methoden voor de gezondheid; en h. whereabouts-verplichtingen (indien van toepassing). 15.3. Leden die zijn opgenomen in de registered testing pool zijn verplicht door de Dopingautoriteit aangeboden voorlichtingsactiviteiten te volgen. Hoofdstuk 4 Handhaving Artikel 16 Handhaving 16.1. Handhaving van de in dit reglement gestelde verboden vindt plaats door middel van het uitvoeren van dopingcontroles, alsmede door het doen aan opsporing en het doen van onderzoek. 16.2. Dopingcontroles zijn gericht op het verkrijgen van analytisch bewijs en informatie in het kader van (met name maar niet alleen) de in artikel 3 en 4 genoemde overtredingen. 16.3. Het uitvoeren van onderzoek heeft betrekking op: a. atypische bevindingen, atypische paspoortresultaten en belastende paspoortresultaten, waarbij informatie of bewijs wordt verzameld teneinde te bepalen of een overtreding van (met name maar niet alleen) artikel 3 of artikel 4 heeft plaatsgevonden; en 111 b. andere indicaties van dopingzaken, waarbij informatie of bewijs wordt verzameld teneinde te bepalen of een overtreding van artikel 4 tot en met artikel 12 heeft plaatsgevonden. 16.4. ADO’s zijn bevoegd onderzoek te doen naar dopingzaken. Zij kunnen hierbij gebruik maken van analytische en niet-analytische informatie en gegevens. Artikel 17 Dopingcontrole 17.1. Elk lid is op elk moment en op elke plaats, in Nederland en daarbuiten, verplicht medewerking te verlenen aan een door een daartoe bevoegde ADO uit te voeren dopingcontrole. Deze verplichting geldt ook als een lid wegens een dopingovertreding een periode van uitsluiting is opgelegd. Dopingcontroles binnen wedstrijdverband kunnen worden uitgevoerd in het kader van elke onder auspiciën van de NTTB, of een bij de NTTB aangesloten rechtspersoon, georganiseerde wedstrijd of evenement. 17.2. Dopingcontroles vinden niet plaats gedurende de periode tussen 23:00 uur en 6:00 uur, tenzij: a. de uitvoering van de dopingcontrole reeds voor 23:00 uur een aanvang heeft genomen; b. een lid als een tijdbestek tussen 23:00 uur en 6:00 uur heeft opgegeven als het Uur; c. een lid anderszins toestemming heeft gegeven voor de uitvoering van een dopingcontrole tussen 23:00 uur en 6:00 uur; of d. een ADO een ernstig en specifiek vermoeden heeft dat zijdens een lid mogelijk sprake is van een dopingovertreding. Het betwisten of bij een ADO sprake was van een voldoende ernstig en specifiek vermoeden, en/of de vaststelling dat inderdaad geen sprake was van een voldoende ernstig of specifiek vermoeden, heeft geen consequenties voor de vaststelling van een dopingovertreding op basis van de controleresultaten van een tussen 23:00 uur en 6:00 uur uitgevoerde dopingcontrole. 17.3. De volgende organisaties hebben het recht bij leden dopingcontroles binnen wedstrijdverband uit te (laten) voeren: a. het Hoofdbestuur; b. de Dopingautoriteit; c. de internationale federatie (bij evenementen georganiseerd onder auspiciën van deze federatie); d. WADA; e. de Dopingautoriteit bij onder auspiciën van de internationale federatie georganiseerde wedstrijden en/of evenementen in Nederland, indien (i) de betreffende internationale federatie bij die evenementen geen dopingcontroles uitvoert, dan wel (ii) de Dopingautoriteit wordt verzocht namens de internationale federatie dopingcontroles uit te voeren; en f. enige andere instantie of organisatie met de wettelijke of reglementaire bevoegdheid dopingcontroles uit te (laten) voeren in het kader van een wedstrijd of evenement waarin een lid uitkomt (bijvoorbeeld de organisatie die een bepaald evenement organiseert). 17.4. Naast het Hoofdbestuur hebben de volgende organisaties het recht bij leden dopingcontroles buiten wedstrijdverband uit te (laten) voeren: a. de ITTF en/of ETTU; b. WADA; c. de Dopingautoriteit; en d. enige andere instantie of organisatie met de wettelijke of reglementaire bevoegdheid dopingcontroles buiten wedstrijdverband uit te (laten) voeren. 17.5. Tijdens nationale evenementen worden dopingcontroles geïnitieerd, georganiseerd en gecoördineerd door de Dopingautoriteit. 17.6. Het (laten) uitvoeren van pre-tests vormt een dopingovertreding. Het door een lid ondergaan van een pre-test wordt gelijkgesteld met een overtreding van artikel 7. 17.7. De uitvoering van de dopingcontrole vindt plaats in wezenlijke overeenstemming met het gestelde in de ten tijde van de dopingcontrole van kracht zijnde ISTI. 17.8. De Dopingcontrole-bijlage stelt nadere regels inzake de uitvoering van de dopingcontrole. 112 17.9. Laboratoria dienen de monsters te analyseren en de resultaten te rapporteren in wezenlijke overeenstemming met de ISL. Artikel 18 Heranalyse 18.1. Indien de Dopingautoriteit de opdrachtgever is voor de dopingcontrole, kan de Dopingautoriteit elk monster op elk moment, dus ook voorafgaand aan de kennisgeving aan de betrokkene dat (definitief) sprake is van een positieve uitslag, laten heranalyseren en/of verder laten analyseren. 18.2. Indien de Dopingautoriteit de opdrachtgever is voor de dopingcontrole kan, nadat de kennisgeving aan de betrokkene is verstuurd dat definitief sprake is van een positieve uitslag, naast de Dopingautoriteit ook WADA elk monster op elk moment laten heranalyseren en/of verder laten analyseren. Indien WADA tot her- of verdere analyse van een monster besluit, draagt WADA de kosten voor deze analyse, inclusief de kosten voor het bewaren van het betreffende monster. 18.3. Her- en verdere analyse vinden plaats in wezenlijke overeenstemming met het gestelde in de ISL en, indien van toepassing, de ISTI. 18.4. Een weigering van de Dopingautoriteit een monster te heranalyseren of verder te analyseren en/of beschikbaar te stellen voor heranalyse, heeft geen invloed op (i) het belastende analyseresultaat, op (ii) de vaststelling van een dopingovertreding, noch (iii) op enig ander aspect inzake de (tuchtrechtelijke) behandeling van een dopingzaak. Artikel 19 Registered testing pool 19.1. De Dopingautoriteit stelt een registered testing pool samen, en beheert deze. 19.2. De Dopingautoriteit bepaalt: a. welke leden tot deze registered testing pool behoren; b. op welke moment leden aan deze registered testing pool worden toegevoegd, dan wel eruit worden verwijderd.. De Dopingautoriteit communiceert hieromtrent schriftelijk met de betrokken leden. 19.3. De verplichtingen die gelden voor leden die deel uit maken van de registered testing pool zijn beschreven in dit reglement, de bij dit reglement behorende bijlagen en/of de International Standards. 19.4. Een lid dat stopt met de wedstrijdbeoefening terwijl hij is opgenomen in de registered testing pool, en dat vervolgens de sportbeoefening in wedstrijdverband wenst te hervatten, mag pas deelnemen aan een internationaal of nationaal evenement nadat hij zich beschikbaar heeft gesteld voor de uitvoering van dopingcontroles. Hiertoe dient dit lid zowel de relevante internationale federatie als de Dopingautoriteit niet later dan zes maanden voor aanvang van het betreffende nationale of internationale evenement schriftelijk van zijn wens tot deelname op de hoogte te stellen. De termijn van zes maanden vangt aan vanaf de datum dat zowel de relevante internationale federatie als de Dopingautoriteit de bedoelde schriftelijke kennisgeving hebben ontvangen. Indien een lid dat is opgenomen in de registered testing pool stopt met wedstrijdbeoefening, dient hij dit schriftelijk bij de Dopingautoriteit en de internationale federatie (als het lid is opgenomen in de registered testing pool van de internationale federatie) te melden. 19.5. WADA kan, in overleg met de relevante internationale federatie en de Dopingautoriteit, een lid ontheffen van de in het vorige lid beschreven verplichting, indien de strikte toepassing van de in het vorige lid beschreven regel evident onredelijk zou zijn voor het lid. Tegen een besluit van WADA in dit kader staat beroep open overeenkomstig het gestelde in Hoofdstuk 12. 19.6. Een lid dat gedurende de periode dat hem een periode van uitsluiting is opgelegd wegens een dopingovertreding (i) stopt met sportbeoefening en/of (ii) niet meer valt onder de in artikel 1 opgenomen definitie van het begrip ‘lid’, en dat vervolgens de sportbeoefening in wedstrijdverband wenst te hervatten, mag pas deelnemen aan een internationaal of nationaal evenement nadat hij zich beschikbaar heeft gesteld voor de uitvoering van dopingcontroles door niet later dan zes maanden voor aanvang van het betreffende nationale of internationale evenement de relevante internationale federatie, alsmede de Dopingautoriteit schriftelijk van zijn wens tot deelname op de hoogte te stellen. Indien de resterende periode van uitsluiting op het moment dat het lid (i) stopt 113 met sportbeoefening en/of (ii) niet meer valt onder de in artikel 1 opgenomen definitie van het begrip ‘lid’, langer bedraagt dan zes maanden, dan geldt in plaats van voornoemde termijn van zes maanden, een termijn die gelijk is aan de nog resterende periode van uitsluiting. 19.7. Het Hoofdbestuur dient de Dopingautoriteit te ondersteunen in het verkrijgen van namen, adres- en contactgegevens van leden ten behoeve van het beheren van de registered testing pool, indien de Dopingautoriteit het Hoofdbestuur hier om verzoekt. Artikel 20 Opsporing en onderzoek 20.1. De Dopingautoriteit verzamelt, beoordeelt en verwerkt informatie uit alle relevante en beschikbare bronnen, ten behoeve van het uitvoeren van dopingcontroles en/of het doen van onderzoek naar mogelijke dopingovertredingen. De ISTI stelt nadere regels inzake het doen van onderzoek. 20.2. De Dopingautoriteit onderzoekt atypische bevindingen, belastende paspoortresultaten en atypische paspoortresultaten. Een belastend analyseresultaat kan bovendien aanleiding zijn voor het doen van onderzoek naar andere dopingovertredingen, begaan door de betrokkene of door anderen. 20.3. De Dopingautoriteit onderzoekt alle andere analytische of niet-analytische informatie of inlichtingen die wijzen op mogelijke dopingovertredingen. 20.4. Onderzoek kan leiden tot bewijs van een dopingovertreding, dan wel tot bewijs dat geen sprake is van een dopingovertreding. 20.5. De Dopingautoriteit kan in het kader van het onderzoeken van een of meer dopingzaken informatie uitwisselen met (internationale) sportorganisaties, buitenlandse ADO’s, WADA en met (internationale) opsporingsinstanties en justitiële instellingen. 20.6. Ieder lid is verplicht mee te werken aan een onderzoek van de Dopingautoriteit naar dopinggeruchten en vermeende dopingzaken. 20.7. Leden kunnen dopingzaken en elke inlichting of informatie inzake een mogelijke dopingovertreding melden bij de Dopingautoriteit of het Hoofdbestuur. Het Hoofdbestuur is verplicht dergelijke meldingen binnen veertien dagen, te rekenen vanaf de dag dat de melding door het Hoofdbestuur is ontvangen, te melden bij de Dopingautoriteit. 20.8. Niet-leden kunnen dopingzaken en elke inlichting of informatie inzake een mogelijke dopingovertreding, melden bij de Dopingautoriteit. 20.9. Indien uit eigen onderzoek van het Hoofdbestuur en/of een bondsfunctionaris blijkt dat mogelijk sprake is van een dopingzaak, dient het Hoofdbestuur, respectievelijk de bondsfunctionaris, dit zo spoedig mogelijk te melden bij de Dopingautoriteit. Hoofdstuk 5 Resultaatmanagement Artikel 21 Algemeen 21.1. Resultaatmanagement omvat: a. het beoordelen van (i) controleresultaten, (ii) meldingen van mogelijke dopingovertredingen, (iii) informatie en inlichtingen uit heranalyses, opsporing en onderzoek naar mogelijke dopingovertredingen; en b. de tuchtrechtelijke vervolging in dopingzaken. Het is in dopingzaken expliciet toegestaan dat verschillende aspecten van het resultaatmanagement door verschillende ADO’s worden uitgevoerd. 21.2. Resultaatmanagement kan plaatsvinden door elke ADO met jurisdictie over een lid. Indien resultaatmanagement plaatsvindt door de Dopingautoriteit, dan wordt daarmee tevens gedoeld op de NTTB, vanaf het moment dat de Dopingautoriteit een dopingzaak meldt bij het Hoofdbestuur. De NTTB is verantwoordelijk voor de tuchtrechtelijke vervolging, tenzij (i) dit reglement anders bepaalt of (ii) dit aspect van het resultaatmanagement (deels) wordt uitgevoerd door een andere ADO. 114 21.3. In beginsel vindt resultaatmanagement plaats onder de verantwoordelijkheid van de ADO die de dopingcontrole heeft geïnitieerd, dan wel (indien geen sprake is van een dopingcontrole) van de ADO die als eerste de betrokkene in kennis heeft gesteld van een dopingzaak. Het resultaatmanagement in verband met een mogelijke overtreding van artikel 6 geschiedt door de internationale federatie of de NADO waarbij de betrokkene zijn whereaboutsgegevens aanlevert. 21.4. ADO’s met jurisdictie kunnen in onderling overleg besluiten welke ADO (welke aspecten van) het resultaatmanagement op zich neemt. Bij dopingzaken is het expliciet toegestaan dat een ADO het resultaatmanagement overdraagt aan een andere ADO. 21.5. Indien tussen bevoegde ADO’s geen overeenstemming bestaat over welke ADO verantwoordelijk is voor het resultaatmanagement, zal WADA hieromtrent besluiten. Elk van de betrokken ADO’s kunnen tegen dit besluit van WADA in beroep komen bij het CAS. Hierbij geldt als beroepstermijn zeven dagen vanaf de ontvangst door de betrokken ADO van het besluit van WADA. Het CAS zal dit beroep via een versnelde procedure behandelen. Het beroep zal worden behandeld door een enkele arbiter. 21.6. Dit reglement is ook van toepassing op dopingzaken die voortvloeien uit door een niet-bevoegde instantie uitgevoerde dopingcontrole. Indien deze controle leidt tot een atypische bevinding, een belastend analyseresultaat of een andere mogelijke dopingovertreding, vindt het resultaatmanagement plaats door de Dopingautoriteit. 21.7. Indien noch de Dopingautoriteit, noch enige andere NADO bevoegd is om een dopingzaak te behandelen, zal het resultaatmanagement worden uitgevoerd door de relevante internationale federatie, dan wel door de organisatie die volgens de regels van de internationale federatie bevoegd is. 21.8. Dit reglement is van toepassing op dopingzaken die voortvloeien uit een door WADA geïnitieerde dopingcontrole of uit door WADA uitgevoerd onderzoek. Indien sprake is van een mogelijke dopingovertreding zijdens een lid, vindt het resultaatmanagement plaats door de Dopingautoriteit, tenzij WADA het resultaatmanagement overdraagt aan een andere bevoegde ADO. 21.9. Conform hetgeen in dit artikel, alsmede in de World Anti-Doping Code, is bepaald, kunnen bevoegde ADO’s het resultaatmanagement en de tuchtrechtelijke vervolging onderling overdragen. Hierbij geldt dat de regels van de ADO van toepassing zijn op het (deel van het) resultaatmanagement dat deze ADO zelf heeft uitgevoerd. 21.10. Bij internationale evenementen kan het resultaatmanagement in dopingzaken betreffende leden, worden overgedragen aan de Dopingautoriteit. 21.11. De World Anti-Doping Code bevat regels inzake het informeren van relevante ADO’s over: a. het intrekken van een beschuldiging dat zijdens een lid sprake is van een dopingovertreding; b. de oplegging van een voorlopige schorsing; en c. de oplegging van een sanctie zonder tuchtrechtelijke behandeling. Artikel 22 Beoordeling (mogelijke) dopingzaken 22.1. De Dopingautoriteit is belast met het resultaatmanagement, tenzij het resultaatmanagement op grond van het vorige artikel door een andere ADO plaatsvindt. 22.2. De Dopingautoriteit beoordeelt in het kader van het resultaatmanagement alle belastende analyseresultaten, atypische bevindingen, andere controleresultaten en andere (onderzoeken van en naar) mogelijke dopingzaken. De Dopingautoriteit kan in het kader van deze beoordeling in overleg treden met de betrokkene, het Hoofdbestuur, andere NADO’s, de ITTF en/of ETTU en WADA. 22.3. De Dopingautoriteit bepaalt of sprake is van een dopingzaak, tenzij het resultaatmanagement op grond van dit reglement door een andere ADO plaatsvindt. 115 22.4. Indien de Dopingautoriteit na de beoordeling als bedoeld in dit artikel van mening is dat sprake is van een dopingzaak, wordt een belastend analyseresultaat (als daarvan sprake is) voorlopig aangemerkt als positieve uitslag. 22.5. De beoordeling van atypische en belastende paspoortresultaten geschiedt overeenkomstig het daaromtrent bepaalde in de ISTI. 22.6. De beoordeling van mogelijke overtredingen van artikel 6 geschiedt in overeenstemming met de ISTI en de Whereabouts-bijlage. 22.7. De Dopingautoriteit voert waar mogelijk of noodzakelijk elk ander onderzoek uit naar mogelijke dopingovertredingen. 22.8. Kennisgeving aan het Hoofdbestuur en de betrokkene vindt plaats binnen eenentwintig dagen vanaf het moment dat de Dopingautoriteit heeft vastgesteld dat sprake is van een dopingzaak, tenzij dit reglement (of een bijlage behorend bij dit reglement) een andere termijn of regeling noemt. Artikel 23 Analyse B-monster 23.1. Als een monster is verdeeld in een A-deel (het A-monster) en een B-deel (het Bmonster), heeft de betrokkene bij een belastend analyseresultaat in het A-monster recht op analyse van het B-monster, mits hij tijdig en correct heeft aangegeven van dit recht gebruik te willen maken in overeenstemming met het gestelde in dit artikel. De Dopingautoriteit wijst de betrokkene schriftelijk op (i) dit recht, (ii) de termijn binnen welke hij dient aan te geven of hij van dit recht gebruik wenst te maken, en (iii) de gevolgen als hij dit niet tijdig en/of niet correct doet. 23.2. De Dopingautoriteit kan aan het in het vorige lid genoemde recht op analyse van het B-monster voorwaarden verbinden, waaronder het door de betrokkene vergoeden van de kosten van de analyse van het B-monster voorafgaand aan de uitvoering van deze analyse. De Dopingautoriteit wijst de betrokkene schriftelijk op deze voorwaarde(n). Indien de betrokkene niet tijdig en volledig voldoet aan de gestelde voorwaarden, wordt de betrokkene geacht af te zien van zijn recht tot het (laten) analyseren van het B-monster, waarmee de uitslag van het onderzoek van het A-monster definitief wordt, en als positieve uitslag wordt aangemerkt. 23.3. Het laboratorium bepaalt de datum, het tijdstip en de locatie waarop de analyse van het B-monster zal plaatsvinden. De Dopingautoriteit stelt de betrokkene hieromtrent schriftelijk op de hoogte. 23.4. De betrokkene en/of een door hem aangewezen persoon, alsmede een vertegenwoordiger van de NTTB, de ITTF en/of ETTU en/of de dopingcontrole-uitvoerende organisatie, mogen op eigen kosten bij het analyseren van het B-monster in het laboratorium aanwezig zijn. De onmogelijkheid aanwezig te zijn bij de analyse van het B-monster leidt niet tot ongeldigheid van de uitslag van de analyse van het B-monster. De ISL kan (nadere) regels stellen omtrent de aanwezigheid van personen bij de analyse van het B-monster, alsmede inzake de rechten van de betrokkene in dit kader. Indien de ISL op dit punt afwijkt van hetgeen in dit reglement is bepaald, gaan de regels in de ISL voor. 23.5. Indien de uitslag van het onderzoek van het B-monster de uitslag van het onderzoek van het Amonster niet bevestigt, is sprake van een negatieve uitslag. 23.6. Indien de uitslag van het onderzoek van het B-monster de uitslag van het onderzoek van het Amonster bevestigt, is sprake van een positieve uitslag. Artikel 24 Communicatie controleresultaten 24.1. Indien de controleresultaten een negatieve uitslag aangeven en niet duiden op een mogelijke dopingovertreding, stelt de Dopingautoriteit de betrokkene, alsmede de NTTB schriftelijk op de hoogte van de uitkomst van het onderzoek van het A-monster. 24.2. Indien de Dopingautoriteit na de beoordeling als bedoeld in artikel 22 en na eventueel uitgevoerd vervolgonderzoek, van mening is dat sprake is van een dopingzaak, stelt de Dopingautoriteit de 116 betrokkene en de NTTB binnen eenentwintig dagen na deze vaststelling schriftelijk door middel van een aangetekende brief op de hoogte van: a. het belastende analyseresultaat (indien daarvan sprake is); b. welke dopingovertreding(en) (vermoedelijk) sprake is; c. het recht van de betrokkene een kopie op te vragen van de informatie die het laboratorium verplicht is beschikbaar te stellen volgens de ISL; en d. de rechten als bedoeld in artikel 23.1, alsmede eventuele voorwaarden als bedoeld in artikel 23. 24.3. De Dopingautoriteit stelt de betrokkene en de NTTB binnen eenentwintig dagen nadat de Dopingautoriteit deze uitslag heeft ontvangen, schriftelijk door middel van een aangetekende brief op de hoogte van de uitslag van het onderzoek van het B-monster. 24.4. De Dopingautoriteit zal geen enkele partij of betrokkene van een atypische bevinding op de hoogte stellen, voordat eventueel noodzakelijk vervolgonderzoek is voltooid en de Dopingautoriteit heeft besloten of sprake is van een dopingzaak. Dit is slechts anders indien de Dopingautoriteit een verzoek ontvangt van: a. het Hoofdbestuur, in verband met een aflopende deadline inzake de samenstelling van een nationaal team voor een internationale wedstrijd of evenement; en/of b. de organisator van een evenement, kort voor aanvang van het evenement, met de vraag of ten aanzien van enig lid sprake is van vervolgonderzoek naar aanleiding van een atypische bevinding. De Dopingautoriteit zal in dergelijke gevallen slechts de naam van de betrokkene bekend maken indien deze voorkomt op een door het Hoofdbestuur en/of de organisator van een evenement verstrekte lijst van (deelnemende) leden. Voorafgaand aan het op de hoogte stellen van het Hoofdbestuur en/of de organisator van een evenement, zal de Dopingautoriteit eerst de betrokkene schriftelijk op de hoogte stellen. 24.5. De Dopingautoriteit stelt het Hoofdbestuur en de betrokkene, met inachtneming van het gestelde in dit reglement, zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte inzake (de uitvoering en het resultaat van) het vervolgonderzoek. Artikel 25 Vervolgonderzoek 25.1. De Dopingautoriteit kan in een monster al het onderzoek (laten) uitvoeren dat noodzakelijk is om na te gaan of sprake is van enige dopingovertreding. Het kan hierbij gaan om een atypische bevinding of om onderzoek dat volgens een International Standard of een ander door WADA vastgesteld document wordt genoemd. Indien een laboratorium een atypische bevinding rapporteert, dient de Dopingautoriteit eerst te beoordelen of sprake is van (i) een van toepassing zijnde relevante dispensatie en/of (ii) een afwijking in de zin van artikel 34.2 en/of artikel 34.4. 25.2. De Dopingautoriteit kan het B-monster (laten) analyseren voordat het vervolgonderzoek is voltooid. In dit geval dient de Dopingautoriteit de betrokkene voorafgaand aan de analyse van het B-monster op de hoogte te stellen op de wijze als beschreven in artikel 23.3. 25.3. Indien in het A-monster een of meer niet-specifieke stoffen en/of verboden methoden (in verboden hoeveelheden) in combinatie met een atypische bevinding worden aangetroffen, kan bij de tuchtrechtelijke afhandeling worden uitgegaan van de aangetroffen niet-specifieke stof en/of verboden methode. In een dergelijk geval hoeft het in dit reglement en/of de dopinglijst bedoelde vervolgonderzoek niet plaats te vinden. De Dopingautoriteit is bevoegd hieromtrent te besluiten. 25.4. Indien in het A-monster een of meer specifieke stoffen in combinatie met atypische bevindingen worden aangetroffen, kan de Dopingautoriteit besluiten vervolgonderzoek uit te voeren. Indien wordt besloten tot het uitvoeren van vervolgonderzoek, is het volgende van toepassing: a. Leidt het vervolgonderzoek niet tot de conclusie dat met betrekking tot de atypische bevinding sprake is van de aanwezigheid van een verboden stof en/of verboden methode, dan zal tuchtrechtelijke vervolging plaatsvinden uitgaande van de aangetroffen specifieke stof. b. Leidt het vervolgonderzoek tot de conclusie dat sprake is van de aanwezigheid van een nietspecifieke verboden stof en/of verboden methode, dan zal tuchtrechtelijke vervolging plaatsvinden uitgaande van deze bevinding. 117 Artikel 26 Voorlopige schorsing 26.1. Voorlopige schorsingen in dopingzaken worden uitsluitend geregeld in dit reglement, ook als een dergelijke maatregel in een ander NTTB-reglement (i) een andere naam heeft, zoals voorlopige voorziening of voorlopige schorsing, en (ii) door een tuchtcollege wordt opgelegd. 26.2. Indien een voorlopige schorsing wordt opgelegd, geldt voor de betrokkene dat deze: a. is uitgesloten van deelname aan enige wedstrijd, competitie en/of evenement onder auspiciën van de NTTB; b. geen onderdeel mag uitmaken van enige nationale selectie en/of nationaal team; c. niet geselecteerd mag worden voor enige nationale selectie, nationaal team en/of enige andere (internationale) vertegenwoordiging van de NTTB, op individuele noch op teambasis; d. geen trainingen mag geven, noch enige training mag volgen of ondergaan die is goedgekeurd door en/of is georganiseerd onder auspiciën van de NTTB of een organisatie die lid is van de NTTB, dan wel op andere wijze bij de NTTB is aangesloten. Hieronder valt in ieder geval het trainen bij de NTTB, het trainen bij een bij de NTTB aangesloten lid-vereniging of andere bij de NTTB aangesloten rechtspersoon, het trainen onder (bege)leiding van een voor de NTTB (als vrijwilliger of anderszins) werkzame persoon, alsmede het trainen met een persoon die een trainerslicentie of een daarmee gelijk te stellen document heeft; en e. geen begeleidingsactiviteiten mag uitvoeren bij trainingen en/of wedstrijden. 26.3. Indien sprake is van een voorlopig positieve uitslag inzake het A-monster, dient het Hoofdbestuur de betrokkene direct na ontvangst van de in artikel 24.2 bedoelde kennisgeving een voorlopige schorsing op te leggen, tenzij de voorlopig positieve uitslag een specifieke stof en/of een vervuild product betreft, in welk geval artikel 26.4 van toepassing is. 26.4. De Tuchtcommissie kan bij een voorlopig positieve uitslag inzake het A-monster inzake een specifieke stof en/of een vervuild product, de betrokkene een voorlopige schorsing opleggen indien: a. een redelijke kans bestaat dat de betrokkene op korte termijn, in verband met (de voorbereiding op) een wedstrijd, competitie en/of evenement opnieuw positief test op dezelfde stof; b. het waarschijnlijk is dat de betrokkene wegens een dopingovertreding enige periode van uitsluiting wordt opgelegd; en/of c. bij overtreding van artikel 5 of artikel 17.6. 26.5. De Tuchtcommissie kan bij dopingzaken die niet vallen onder artikel 26.3 of artikel 26.4 een voorlopige schorsing opleggen als het een dergelijke maatregel in het belang van de NTTB wenselijk of noodzakelijk acht. 26.6. In andere dan de in artikel 26.3 bedoelde gevallen kan het bestuur een voorlopige schorsing opleggen na de beoordeling en kennisgeving zoals die zijn beschreven in de voorgaande artikelen, maar voorafgaand aan een hoorzitting in het kader van de tuchtrechtelijke behandeling. 26.7. De Tuchtcommissie kan de in de voorgaande leden van dit artikel bedoelde bevoegdheid tot het opleggen van voorlopige schorsing, delegeren aan (bijvoorbeeld) het Hoofdbestuur, een afzonderlijk vertegenwoordigingsbevoegd bestuurslid, de directeur van de NTTB of een bondsfunctionaris. 26.8. De Tuchtcommissie dient de betrokkene de mogelijkheid te bieden van een voorlopige hoorzitting voorafgaand aan, dan wel binnen eenentwintig dagen na, het opleggen van de voorlopige schorsing. 26.9. Het Hoofdbestuur, of de op grond van artikel 26.7 bevoegde persoon die een voorlopige schorsing heeft opgelegd, stelt de betrokkene binnen tien dagen vanaf de dag waarop het besluit tot oplegging van een voorlopige schorsing is genomen, op de hoogte van deze maatregel door middel van een aangetekende brief. Bij voornoemde brief stelt het Hoofdbestuur de betrokkene op de hoogte van (i) hetgeen de voorlopige schorsing inhoudt, (ii) wanneer deze maatregel van kracht wordt, en (iii) diens recht op een voorlopige hoorzitting, tenzij de voorlopige hoorzitting reeds heeft plaatsgevonden. Het Hoofdbestuur stuurt de Dopingautoriteit tegelijkertijd een afschrift van deze brief. 118 Indien de betrokkene niet binnen zeven werkdagen na ontvangst van het besluit tot oplegging van de voorlopige schorsing schriftelijk heeft aangegeven van zijn recht op een voorlopige hoorzitting gebruik te willen maken, wordt hij geacht van dit recht te hebben afgezien. Indien het Hoofdbestuur nalaat de betrokkene te informeren omtrent diens recht tot een voorlopige hoorzitting, is het Hoofdbestuur, indien de betrokkene het Hoofdbestuur schriftelijk om een voorlopige hoorzitting heeft verzocht, gehouden binnen eenentwintig dagen na de ontvangst van dit verzoek alsnog een voorlopige hoorzitting te beleggen. 26.10. De Tuchtcommissie of de op grond van artikel 26.7 bevoegde persoon kan in die gevallen waarin dat noodzakelijk of relevant is, bijvoorbeeld vanwege het competitieverloop, of een selectieprocedure voor een internationale wedstrijd, besluiten andere betrokkenen (bijvoorbeeld een of meer relevante teams, verenigingen of andere rechtspersonen) op de hoogte te stellen van een opgelegde voorlopige schorsing. Deze berichtgeving zal niet ingaan op de aard en omstandigheden van de dopingzaak en geen specifieke informatie hieromtrent bevatten. 26.11. De voorlopige schorsing komt te vervallen indien: a. de uitslag van de analyse van het B-monster de uitslag van de analyse van het A-monster niet bevestigt; b. de positieve uitslag komt te vervallen als gevolg van een relevante en geldige dispensatie in de zin van dit reglement en/of de ISTUE; c. indien de betrokkene in het kader van een voorlopige hoorzitting aantoont, dat het controleresultaat waarschijnlijk het gevolg is van een vervuild product. Hiertoe dient de betrokkene aan te tonen dat (i) hij een product heeft gebruikt dat voldoet aan de in artikel 1.55 genoemde criteria, en (ii) het waarschijnlijker is dat de in zijn monster aangetroffen verboden stof of methode in zijn lichaam is gekomen via een vervuild product, dan dat de in zijn monster aangetroffen verboden stof of methode op andere wijze in zijn lichaam is gekomen; d. een daartoe bevoegd tuchtcollege, orgaan of instantie een definitief besluit aangaande de dopingzaak heeft genomen en de betrokkene schriftelijk van dit besluit in kennis heeft gesteld; dan wel e. het besluit tot het opleggen van de voorlopige schorsing in het daartegen ingestelde beroep komt te vervallen. 26.12. Indien een voorlopige schorsing komt te vervallen, stelt de Tuchtcommissie de betrokkene en de Dopingautoriteit hiervan zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval binnen tien dagen nadat de voorlopige schorsing is komen te vervallen, schriftelijk op de hoogte. 26.13. Indien vanwege meerdere redenen of dopingzaken een voorlopige schorsing is opgelegd, blijft de voorlopige schorsing van kracht, ook indien het onderzoek van het B-monster het onderzoek van het A-monster niet bevestigt. 26.14. In de gevallen waarin de betrokkene of het team van de betrokkene op basis van dit reglement is verwijderd uit een wedstrijd, competitie of evenement en de analyse van het B-monster de analyse van het A-monster niet bevestigt, kan de betrokkene of het team, als dat mogelijk is zonder het verloop van de wedstrijd, het evenement of de competitie (verder) te beïnvloeden, na de kennisgeving als bedoeld in artikel 26.12, zijn deelname aan de competitie voortzetten. 26.15. De omstandigheid dat een voorlopige schorsing niet conform het gestelde in dit artikel is opgelegd, is niet van invloed op de vaststelling of sprake is van een dopingovertreding. 26.16. In alle gevallen waarin de Dopingautoriteit, de Tuchtcommissie of het Hoofdbestuur de betrokkene schriftelijk in kennis heeft gesteld van een dopingzaak die niet leidt tot de oplegging van een voorlopige schorsing, dient de betrokkene in de gelegenheid te worden gesteld vrijwillig een voorlopige schorsing te aanvaarden, in afwachting van de beslechting van de dopingzaak. Artikel 27 Aanvaarding dopingovertreding en sanctie 27.1. Indien sprake is van een dopingzaak, en de Dopingautoriteit de betrokkene hierover schriftelijk heeft geïnformeerd, kan de Dopingautoriteit de betrokkene een sanctievoorstel doen. Indien de betrokkene met dit voorstel akkoord gaat, betekent dit dat: a. hij de beschuldiging inzake het begaan van de betreffende dopingovertreding aanvaardt; 119 b. hij de gevolgen daarvan aanvaardt, waaronder in ieder geval het vervallen van wedstrijdresultaten (als daarvan sprake is); c. hij het sanctievoorstel aanvaardt, waaronder in ieder geval de duur van de periode van uitsluiting, alsmede de ingangsdatum van de periode van uitsluiting; en d. hij alle gevolgen van de uitsluiting aanvaardt. 27.2. De Dopingautoriteit is, voor zover niet beperkt door dit reglement en/of de World Anti-Doping Code, geheel vrij in het bepalen van het in het vorige lid genoemde voorstel, alsmede enige bijbehorende voorwaarde(n). De voorgestelde sanctie dient te passen binnen de bepalingen van de World AntiDoping Code en dit reglement. 27.3. Indien een betrokkene het sanctievoorstel van de Dopingautoriteit aanvaardt, dient de Dopingautoriteit alle partijen met beroepsrecht conform artikel 60 over deze acceptatie te informeren. De betrokkene die het sanctievoorstel schriftelijk aanvaardt, kan geen beroep instellen tegen de aanvaarde sanctie. 27.4. Indien een betrokkene het sanctievoorstel van de Dopingautoriteit aanvaardt, zal geen verdere uitvoering van resultaatmanagement en geen tuchtrechtelijke vervolging plaatsvinden. Hoofdstuk 6 Tuchtrechtelijke behandeling Artikel 28 Algemeen 28.1. Tuchtrechtelijke vervolging, behandeling, sanctievaststelling en sanctieoplegging geschieden overeenkomstig het gestelde in dit reglement en het Tuchtreglement, tenzij (i) dit reglement anders bepaalt of (ii) deze aspecten van het resultaatmanagement worden uitgevoerd door een andere ADO. 28.2. Een internationale federatie kan de tuchtrechtelijke behandeling van een dopingzaak, indien deze een lid betreft, overdragen aan de Dopingautoriteit en de NTTB. 28.3. Dopingzaken betreffende leden kunnen, indien zij niet door de NTTB worden behandeld, worden behandeld door elke bevoegde ADO. In dergelijke gevallen is de Dopingautoriteit, om de vertrouwelijkheid van procedure te bewaken, gerechtigd de melding van deze zaken bij de NTTB uit te stellen, uiterlijk tot de tuchtrechtelijke behandeling is voltooid. 28.4. Als de betrokkene op het moment van het ontstaan van een dopingzaak valt onder de definitie van lid en/of begeleidend personeel, blijft dit reglement voor de duur van de (tuchtrechtelijke) afhandeling van deze dopingzaak, inclusief eventuele beroepszaken, onverkort op hem van toepassing, ook indien een of meer veranderingen in zijn status optreden, bijvoorbeeld door het beëindigen van zijn lidmaatschap bij de NTTB en/of het beëindigen van een (arbeids)overeenkomst. 28.5. Indien de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS definitief oordeelt dat het niet bevoegd is van een dopingzaak kennis te nemen, dan wel bepaalt dat de NTTB en/of de Dopingautoriteit in de voorliggende zaak geen jurisdictie hebben, dan komt deze bevoegdheid, respectievelijk deze jurisdictie automatisch toe aan de ITTF en/of ETTU. Artikel 29 Aanhangig maken dopingzaken (aangifte) 29.1. Indien de Dopingautoriteit van mening is dat sprake is van een dopingzaak, meldt de Dopingautoriteit dit schriftelijk en met redenen omkleed bij de Tuchtcommissie, tenzij: a. de Dopingautoriteit de dopingzaak meldt bij een andere relevante ADO; b. artikel 27 wordt toegepast; c. artikel 46 wordt toegepast; of d. de Dopingautoriteit oordeelt dat in het kader van een (ander) nog lopend onderzoek de zaak nog niet kan worden gemeld. 29.2. Indien de Dopingautoriteit een dopingzaak zelf aanhangig maakt bij de Tuchtcommissie, kan de Dopingautoriteit het Hoofdbestuur voorafgaand aan deze aangifte informeren over de dopingzaak. De Dopingautoriteit is hiertoe echter niet verplicht. 120 29.3. Het Hoofdbestuur en/of de Dopingautoriteit maken dopingzaken aanhangig bij de Tuchtcommissie. De Dopingautoriteit zal in beginsel slechts van deze bevoegdheid gebruik maken indien en voor zover het bestuur bij het doen van aangifte in gebreke blijft. 29.4. Voor zover het dopingzaken inzake artikel 3 betreft, bedraagt de voor het Hoofdbestuur geldende termijn om de dopingzaak aanhangig te maken zes weken. Voor alle andere dopingzaken geldt geen termijn voor het aanhangig maken van een dopingzaak, anders dan de in artikel 55 genoemde verjaringstermijn. Indien het Hoofdbestuur de dopingzaak niet tijdig aanhangig maakt, leidt dit niet tot niet-ontvankelijkheid. In dergelijke gevallen kan de Dopingautoriteit aangifte doen en geldt voor het door de Dopingautoriteit doen van aangifte een termijn van drie weken, te rekenen vanaf de dag waarop de Dopingautoriteit kennis heeft genomen van het in gebreke blijven van het Hoofdbestuur. 29.5. Voor zover het dopingzaken inzake artikel 3 betreft, vangt de termijn voor het aanhangig maken van een dopingzaak aan op het moment dat de uitslag van de dopingcontrole definitief is geworden en de Dopingautoriteit de NTTB schriftelijk van de uitslag op de hoogte heeft gesteld. 29.6. Het Hoofdbestuur (of indien van toepassing de Dopingautoriteit) dient de betrokkene zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen eenentwintig dagen, te rekenen vanaf de dag van aangifte, door middel van een aangetekende brief op de hoogte te stellen van het aanhangig maken van de dopingzaak. Indien alleen de Dopingautoriteit aangifte doet, stelt de Dopingautoriteit tegelijkertijd de betrokkene en het Hoofdbestuur schriftelijk op de hoogte, tenzij dit reeds door middel van de aangifte is gebeurd. 29.7. In gevallen waarin artikel 27 of artikel 46 wordt toegepast, wordt geen aangifte gedaan van een dopingzaak, tenzij de met de betrokkene gesloten overeenkomst komt te vervallen. Indien een in het kader van de toepassing van artikel 27 of artikel 46 gesloten overeenkomst komt te vervallen, is de in artikel 29.4 genoemde termijn niet van toepassing op het aanhangig maken van de dopingzaak. In een dergelijk geval geldt de in artikel 55 genoemde verjaringstermijn, welke in dat geval aanvangt op de dag waarop de Dopingautoriteit schriftelijk kennis heeft genomen van het vervallen van de bedoelde overeenkomst. 29.8. Bij ernstige overtredingen van artikel 9 en/of artikel 10, zal tevens aangifte worden gedaan bij bevoegde autoriteiten buiten de NTTB. 29.9. Alvorens een betrokkene te informeren dat sprake is van een dopingzaak, zal de Dopingautoriteit nagaan of de betrokkene reeds eerder een dopingovertreding heeft begaan. Artikel 30 Behandeling dopingzaken 30.1. De tuchtrechtelijke behandeling van een dopingzaak dient te voldoen aan de volgende principes: a. een tijdige en eerlijke hoorzitting; b. een eerlijk en onpartijdig (tucht)orgaan of arbitragecollege; c. een tijdige, schriftelijke, beargumenteerde uitspraak, welke met name in gaat op het bewijs, het afwijken van de (standaard) periode van uitsluiting en de aanvang van een eventueel opgelegde periode van uitsluiting. 30.2. De betrokkene mag te allen tijde af zien van zijn recht op een hoorzitting. 30.3. De betrokkene tegen wie een dopingzaak aanhangig is gemaakt, dient binnen veertien dagen na ontvangst van de schriftelijke aangifte bij de NTTB aan te geven of hij gebruik wil maken van zijn recht op een hoorzitting. Indien de betrokkene niet binnen deze termijn aangeeft van dit recht gebruik te willen maken, wordt hij geacht af te zien van zijn recht op een hoorzitting. 30.4. De NTTB doet de schriftelijke met redenen omklede uitspraak van het tuchtcollege toekomen aan de betrokkene, de Dopingautoriteit en de internationale federatie. De Dopingautoriteit draagt zorg voor de verdere kennisgeving van de uitspraak aan WADA en (indien van toepassing) andere relevante ADO’s. 121 30.5. Indien de betrokkene, de Dopingautoriteit, WADA en alle andere ADO’s met beroepsrecht in dopingzaken conform artikel 60 daarmee schriftelijk akkoord gaan, is het toegestaan een dopingzaak direct aanhangig te maken bij het CAS, zonder dat de betreffende dopingzaak voorafgaand door de Tuchtcommissie of de Commissie van Beroep wordt behandeld. Een ADO die als partij of als waarnemer wil deelnemen aan de hoorzitting bij het CAS, kan haar instemming met de enkele behandeling door het CAS afhankelijk maken van de toekenning van dat recht. 30.6. De Dopingautoriteit is bij de tuchrechtelijke behandeling van alle dopingzaken, ook in beroep, bevoegd aan de mondelinge behandeling door de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS deel te nemen en aldaar het woord te voeren. Voor de Dopingautoriteit gelden tijdens de behandeling dezelfde rechten en verplichtingen als voor de betrokkene. Het gestelde in deze bepaling geldt tevens voor de voorlopige hoorzitting. 30.7. Indien in een monster zowel (een) specifieke als (een) niet-specifieke stof(fen) wordt/worden aangetroffen, wordt bij de tuchtrechtelijke behandeling uitgegaan van de niet-specifieke stof(fen). 30.8. Indien een (onafhankelijke) deskundige in het kader van een dopingzaak contact heeft gehad met de betrokkene en/of diens vertegenwoordiger, kan deze deskundige niet (meer) als onafhankelijke deskundige fungeren in de tuchtrechtelijke behandeling van de betreffende dopingzaak. 30.9. Het is de partijen in een dopingzaak slechts toegestaan met de onafhankelijke deskundige te communiceren via de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS die de betreffende dopingzaak behandelt. De informatie die een partij desondanks direct communiceert aan de onafhankelijke deskundige, wordt buiten beschouwing gelaten in de (verdere) tuchtrechtelijke behandeling van de dopingzaak, en kan niet opnieuw worden ingebracht. 30.10. De Dopingautoriteit ontvangt alle documenten, correspondentie en informatie inzake de tuchtrechtelijke behandeling welke de betrokkene en de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS ontvangen. De Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS stellen de Dopingautoriteit op hetzelfde moment in bezit van alle documenten, correspondentie en informatie als de andere betrokken partijen, alsook van alle documenten, correspondentie en informatie welke de betrokkene aan het Hoofdbestuur, de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS doet toekomen. Artikel 31 Conclusie 31.1. De Dopingautoriteit en het Hoofdbestuur zijn bevoegd in een dopingzaak uiterlijk achtentwintig dagen na het door de betrokkene ingediende verweerschrift een schriftelijke conclusie te nemen waarin zij hun standpunt schriftelijk kenbaar maken aan de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS. De Dopingautoriteit en het Hoofdbestuur kunnen bij het nemen van een conclusie tevens stukken overleggen. Wanneer de betrokkene geen verweerschrift heeft ingediend, zijn het Hoofdbestuur en de Dopingautoriteit bevoegd na het verstrijken van de termijn voor het indienen van het verweerschrift een conclusie te nemen. 31.2. De betrokkene ontvangt zo spoedig mogelijk van het Hoofdbestuur en/of de Dopingautoriteit de genomen conclusie en eventueel overgelegde stukken. 31.3. Indien tegen een uitspraak van de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS beroep is ingesteld, kan de Dopingautoriteit in beroep uiterlijk voorafgaand aan de mondelinge behandeling een schriftelijke conclusie nemen en stukken overleggen, ook als de Dopingautoriteit de partij is die het beroep heeft ingesteld. 31.4. Indien de Dopingautoriteit in een dopingzaak een conclusie neemt of beroep instelt, kunnen medewerkers van de Dopingautoriteit in die dopingzaak niet als deskundige maar wel als getuige worden gehoord. Artikel 32 Verstek Indien sprake is van een dopingzaak, en van de betrokkene geen (correcte) adresgegevens bekend zijn, ook nadat (i) een redelijke poging (waaronder het contacteren van diens nationale bond en/of de relevante internationale federatie) is 122 ondernomen deze te verkrijgen, en (ii) de in artikel 30.3 bedoelde termijn is verstreken, vindt de (tucht)afhandeling van de dopingzaak conform dit reglement plaats zonder communicatie met, inbreng en/of participatie van de betrokkene, zonder dat dit strijdigheid met het bepaalde in artikel 30 of enige andere bepaling van dit reglement oplevert. Hoofdstuk 7 Bewijs van doping Artikel 33 Bewijslast 33.1. Op het Hoofdbestuur rust de bewijslast dat een dopingovertreding heeft plaatsgevonden. Het bewijs van de dopingovertreding zal zijn geleverd, indien het Hoofdbestuur deze overtreding genoegzaam aannemelijk heeft gemaakt aan de Tuchtcommissie, waarbij rekening gehouden wordt met de ernst van de geuite beschuldiging. Deze bewijslast houdt in alle zaken meer in dan alleen een afweging van waarschijnlijkheid, maar minder dan een onomstotelijk vaststaand bewijs. 33.2. Door een lid dat wordt beschuldigd een dopingovertreding te hebben begaan aangedragen bewijs wordt gewogen op basis van een afweging van waarschijnlijkheid. 33.3. Indien dit reglement de bewijslast neerlegt bij het Hoofdbestuur, is het expliciet toegestaan dat de Dopingautoriteit naast of in plaats van het Hoofdbestuur het benodigde bewijs levert. Dit geldt voor dopingzaken waarin de Dopingautoriteit aangifte heeft gedaan, dan wel beroep heeft ingesteld, en voor dopingzaken waarin het bestuur aangifte heeft gedaan. 33.4. Voor de vaststelling dat sprake is van een dopingovertreding kan één bewijsmiddel volstaan, mits dit bewijsmiddel voldoet aan de in dit reglement aan een bewijsmiddel gestelde voorwaarden. Artikel 34 Methoden voor het vaststellen van feiten en aannamen 34.1. Feiten die verband houden met dopingovertredingen kunnen worden bewezen met elk betrouwbaar middel, waaronder in ieder geval analyseresultaten, een (enkele) bekentenis, een verklaring van een dopingcontrole-official en het vergelijken en koppelen van (gegevens verkregen uit) DNA-materiaal. De beoordeling van de betrouwbaarheid van de bewijsmiddelen geschiedt door de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS. 34.2. De door WADA geaccrediteerde of goedgekeurde laboratoria worden verondersteld de analyse van monsters en de bewaarprocedures te hebben uitgevoerd in overeenstemming met de International Standard for Laboratories. De betrokkene kan deze veronderstelling weerleggen door aan te tonen dat (i) een afwijking van deze International Standard heeft plaatsgevonden, die (ii) redelijkerwijs het belastende analyseresultaat of de feitelijke basis voor de dopingovertreding kan hebben veroorzaakt. 34.3. Als de betrokkene de in het vorige lid bedoelde veronderstelling weerlegt, door aan te tonen dat op de in dat lid bedoelde wijze van de ISL is afgeweken, dient het Hoofdbestuur aan te tonen dat deze afwijking niet heeft geleid tot het belastende analyseresultaat. 34.4. Afwijkingen van dit reglement en/of enige International Standard, die niet aantoonbaar hebben geleid tot het belastend analyseresultaat of andere (vermoedelijke) dopingovertredingen, maken de controleresultaten niet ongeldig. Indien de betrokkene aantoont dat zodanig van enige International Standard is afgeweken dat redelijkerwijs mag worden aangenomen dat deze afwijking het belastende analyseresultaat of de feitelijke basis voor de dopingovertreding heeft veroorzaakt, dient het Hoofdbestuur aan te tonen dat deze afwijking niet het belastende analyseresultaat of de feitelijke basis voor de dopingovertreding heeft veroorzaakt. 34.5. Als in een dopingzaak de betrokkene geen afwijking van enige International Standard heeft aangetoond, dan wel enige afwijking van een International Standard niet het belastende analyseresultaat of de feitelijke basis voor de dopingovertreding heeft veroorzaakt, vormt de positieve uitslag betrouwbaar en onomstotelijk bewijs dat sprake is van een dopingovertreding. 34.6. De in een juridische procedure niet-betwiste feiten, alsmede de door de oordelende instantie vastgestelde feiten kunnen worden gebruikt als bewijs in een dopingzaak, tenzij de uitspraak in 123 voornoemde procedure nog niet definitief is geworden, dan wel in voornoemde procedure aantoonbaar beginselen van behoorlijk procesrecht zijn geschonden. 34.7. Indien de betrokkene gedurende de tuchtrechtelijke behandeling van een dopingzaak, in een situatie waarin tegen hem zwaarwegend bewijs is overlegd (zoals controleresultaten en/of verklaringen van dopingcontrole-officials), weigert voor de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS te verschijnen (in persoon, telefonisch of via een beeldverbinding) en weigert vragen van de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS met betrekking tot deze dopingzaak te beantwoorden, kan de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS hieruit een voor de betrokkene negatieve conclusie trekken. 34.8. Door WADA vastgestelde analytische methoden en/of beslissingswaarden worden verondersteld wetenschappelijk geldig te zijn. 34.9. Voor de behandeling van een mogelijke dopingovertreding door het CAS geldt dat een betrokkene die de in het vorige lid bedoelde veronderstelling van wetenschappelijke validiteit wil weerleggen, voorafgaand aan het betwisten van de wetenschappelijke validiteit, als opschortende voorwaarde eerst WADA in kennis dient te stellen van (i) de betwisting, alsmede (ii) de gronden waarop deze betwisting berust. Het CAS kan WADA ook op eigen initiatief in kennis stellen van een dergelijke betwisting. Op verzoek van WADA zal het betreffende CAS-panel een geschikte wetenschappelijke expert aanstellen om het panel te assisteren bij de beoordeling van de betwisting. WADA heeft het recht binnen tien dagen nadat WADA (i) door de betrokkene, dan wel het CAS in kennis is gesteld van de betwisting en (ii) het betreffende CAS-dossier heeft ontvangen, in de betreffende procedure: a. te interveniëren als partij; b. op te treden als amicus curiae; of c. anderszins bewijs aan te voeren. Hoofdstuk 8 Spelsancties en wedstrijdresultaten Artikel 35 Automatisch vervallen wedstrijdresultaten Een dopingovertreding naar aanleiding van een dopingcontrole binnen wedstrijdverband leidt automatisch tot het vervallen van in de desbetreffende wedstrijd behaalde wedstrijdresultaten. Artikel 36 Spelsancties en boetes 3.1. In aanvulling op het gestelde in artikel 35 kan een dopingovertreding die wordt begaan tijdens of in verband met een evenement, als het bevoegde orgaan daartoe besluit, leiden tot het vervallen van alle (andere) wedstrijdresultaten die de betrokkene in het kader van dat evenement heeft behaald. Factoren die meespelen bij de afweging om andere tijdens een evenement behaalde wedstrijdresultaten te laten vervallen, zijn bijvoorbeeld: de ernst van de door de betrokkene begane dopingovertreding, of de omstandigheid dat andere gedurende het evenement bij de betrokkene uitgevoerde dopingcontroles negatief waren. 36.2. Als de betrokkene kan aantonen dat van zijn kant met betrekking tot de in het vorige lid bedoelde overtreding geen sprake is van schuld of nalatigheid in de zin van artikel 44, komen de in het vorige lid bedoelde (andere) wedstrijdresultaten niet te vervallen, tenzij het waarschijnlijk is dat deze resultaten zijn beïnvloed door de overtreding. 36.3. In aanvulling op het in de voorgaande leden gestelde geldt dat alle wedstrijdresultaten komen te vervallen die zijn behaald nadat een dopingovertreding heeft plaatsgevonden, tot en met het moment van aanvang van de naar aanleiding van deze overtreding opgelegde voorlopige schorsing (indien daarvan sprake was) of (indien geen voorlopige schorsing is opgelegd) de periode van uitsluiting, tenzij de rechtvaardigheid anders vereist. 36.4. Overtreding van artikel 7 door een bij de NTTB aangesloten lid-vereniging en/of rechtspersoon wordt bestraft met een door de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS vast te stellen geldboete. Indien als gevolg van bedoelde gebrekkige medewerking een geplande dopingcontrole buiten wedstrijdverband geen doorgang kan vinden, wordt deze omstandigheid 124 tevens gezien als een overtreding van artikel 7 door de betrokkene bij wie de geplande controles geen uitvoering kon vinden. 36.5. Alle tijdens een periode van uitsluiting behaalde wedstrijdresultaten, inclusief die welke zijn behaald tijdens een periode van uitsluiting die met terugwerkende kracht is opgelegd, komen te vervallen. 36.6. Alle door een lid in strijd met artikel 19.4 en/of artikel 19.6 behaalde wedstrijdresultaten komen automatisch te vervallen. 36.7. Overtreding van artikel 17.6 door een bij de NTTB aangesloten lid-vereniging en/of rechtspersoon wordt bestraft met een door de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS vast te stellen geldboete. Hoofdstuk 9 Sancties Artikel 37 Sanctie overtreding artikelen 3, 4 en 8 37.1. Behoudens een eventuele reductie of opschorting van de sanctie overeenkomstig de artikelen 44 tot en met 49, bedraagt de periode van uitsluiting voor een eerste overtreding van artikel 3, artikel 4 of artikel 8: a. vier jaar indien de dopingovertreding geen verband houdt met een specifieke stof, tenzij de betrokkene kan aantonen dat bij het begaan van de dopingovertreding van zijn kant geen sprake was van opzet; b. vier jaar indien de dopingovertreding verband houdt met een specifieke stof en de ADO kan aantonen dat bij het begaan van de dopingovertreding van zijn kant geen sprake was van opzet. 37.2. Indien de dopingovertreding geen verband houdt met een specifieke stof, en de betrokkene kan aantonen dat bij het begaan van de dopingovertreding van zijn kant geen sprake was van opzet, bedraagt de periode van uitsluiting twee jaar. Artikel 38 Opzet voor de toepassing van artikel 37 en artikel 45.6 sub b 38.1. Voor de toepassing van artikel 37 en artikel 45.6 sub a heeft de term ‘opzet’ betrekking op de intentie om vals te spelen. Van opzet kan dientengevolge alleen sprake zijn indien voldaan is aan de volgende vereisten: a. zijdens de betrokkene is sprake van een of meer handelingen waarvan hij wist dat ze een dopingovertreding vormden; en/of b. zijdens de betrokkene is sprake van een of meer handelingen waarvan de betrokkene wist dat een aanzienlijk risico bestond dat zij (i) een dopingovertreding zouden kunnen vormen of (ii) een dopingovertreding tot gevolg zouden kunnen hebben, en de betrokkene heeft dat risico evident genegeerd. 38.2. Een dopingovertreding die het gevolg is van een positieve uitslag waarbij een stof is aangetroffen die alleen verboden is binnen wedstrijdverband, kan, tot het tegendeel is bewezen, als niet opzettelijk worden beschouwd als de betrokkene kan aantonen dat: a. de verboden stof een specifieke stof is; en b. de verboden stof buiten wedstrijdverband is gebruikt. 38.3. Een dopingovertreding die het gevolg is van een positieve uitslag waarbij een verboden stof is aangetroffen die alleen verboden is binnen wedstrijdverband, wordt niet als opzettelijk beschouwd indien: a. de stof geen specifieke stof is; en b. de betrokkene kan aantonen dat de verboden stof buiten wedstrijdverband werd gebruikt in een context die geen verband houdt met een sportprestatie. Artikel 39 Sanctie overtreding artikel 5 en artikel 7 Behoudens een eventuele reductie of opschorting van de sanctie overeenkomstig de artikelen 44 tot en met 49, bedraagt de periode van uitsluiting voor een eerste overtreding van artikel 5 of artikel 7 vier jaar, tenzij de betrokkene, voor zover het een overtreding van artikel 5 betreft, kan aantonen dat bij het begaan 125 van de dopingovertreding van zijn kant geen sprake was van opzet, in welk geval de periode van uitsluiting twee jaar bedraagt. Artikel 40 Sanctie overtreding artikel 6 40.1. Behoudens een eventuele reductie of opschorting van de sanctie overeenkomstig de artikelen 44 tot en met 49, bedraagt de periode van uitsluiting voor een eerste overtreding van artikel 6 twee jaar, welke periode, afhankelijk van de mate van schuld zijdens betrokkene, kan worden verminderd tot een periode van uitsluiting van ten minste één jaar. 40.2. De in het vorige lid genoemde mogelijkheid de standaard periode van uitsluiting van twee jaar te verminderen, is niet beschikbaar indien: a. de betrokkene zijn whereabouts-gegevens herhaaldelijk op het laatste moment heeft gewijzigd; en/of b. sprake is van andere handelingen die een ernstig vermoeden doen rijzen dat de betrokkene heeft getracht niet beschikbaar te zijn voor een dopingcontrole. 40.3. Factoren die bij de toepassing van dit reglement dienen te worden meegenomen bij de beoordeling van de mate van schuld zijdens betrokkene, zijn bijvoorbeeld (i) de ervaring van de betrokkene, (ii) de omstandigheid dat de betrokkene ten tijde van het begaan van de dopingovertreding minderjarig was, (iii) het risico waarvan de betrokkene bewust had moeten zijn, (iv) de zorgvuldigheid en de voorzichtigheid die de betrokkene heeft betracht met betrekking tot wat het gepercipieerde risico had moeten zijn, en (v) bijzondere overwegingen, zoals een handicap. Bij de beoordeling van de mate van schuld zijdens de betrokkene moeten de in overweging genomen omstandigheden specifiek en relevant zijn voor de verklaring waarom de betrokkene is afgeweken van het gedrag dat van een (top)sporter mag worden verwacht. Artikel 41 Sanctie overtreding artikel 9 en 10 41.1. Behoudens een eventuele reductie of opschorting van de sanctie overeenkomstig de artikelen 44 tot en met 49, bedraagt de opgelegde periode van uitsluiting voor een eerste overtreding van artikel 9 of artikel 10 ten minste vier jaar en maximaal levenslang, afhankelijk van de ernst van de overtreding. 41.2. Een overtreding van artikel 9 of artikel 10 waarbij een minderjarige is betrokken, wordt als bijzonder ernstig gezien, en leidt tot levenslange uitsluiting, indien: a. de overtreding is begaan door begeleidend personeel; en b. de overtreding geen verband houdt met een specifieke stof. Artikel 42 Sanctie overtreding artikel 11 Behoudens een eventuele reductie of opschorting van de sanctie overeenkomstig de artikelen 44 tot en met 49, bedraagt de periode van uitsluiting voor een eerste overtreding van artikel 11 ten minste twee jaar en maximaal vier jaar, afhankelijk van de ernst van de overtreding. Artikel 43 Sanctie overtreding artikel 12 Behoudens een eventuele reductie of opschorting van de sanctie overeenkomstig de artikelen 44 tot en met 49, bedraagt de periode van uitsluiting voor een eerste overtreding van artikel 12 twee jaar, welke periode, afhankelijk van de mate van schuld zijdens betrokkene en de andere omstandigheden van het geval, kan worden verminderd tot een periode van uitsluiting van ten minste één jaar. Hoofdstuk 10 Strafmaat en sanctiereductie Artikel 44 Geen schuld of nalatigheid 44.1. Er is geen sprake van schuld of nalatigheid indien de betrokkene heeft aangetoond dat hij niet wist of vermoedde, en zelfs met de grootst mogelijke voorzichtigheid niet redelijkerwijs had kunnen weten of vermoeden, dat hij: a. de verboden stof en/of verboden methode had gebruikt, ingenomen of had toegediend gekregen; of b. een dopingovertreding beging. 44.2. Indien de dopingovertreding een overtreding van artikel 3 betreft, geldt als aanvullende eis dat alleen sprake kan zijn van geen schuld of nalatigheid, als de betrokkene heeft aangetoond hoe de 126 verboden stof en/of de verboden methode in zijn lichaam terecht is gekomen. Deze aanvullende eis geldt niet indien de betrokkene ten tijde van het begaan van de dopingovertreding minderjarig is. 44.3. Indien de betrokkene in een individueel geval heeft aangetoond dat bij het door hem begaan van een dopingovertreding van zijn kant geen sprake was van schuld of nalatigheid, vervalt de toepasselijke periode van uitsluiting. 44.4. Dit artikel is alleen van toepassing op uitzonderlijke gevallen, bijvoorbeeld indien een betrokkene heeft aangetoond dat de door hem begane dopingovertreding, ondanks alle door hem genomen voorzorgsmaatregelen en door hem betrachte zorgvuldigheid, het gevolg is van sabotage door een derde. 44.5. Dit artikel is in ieder geval niet van toepassing op de volgende gevallen: a. een positieve uitslag die het gevolg is van de inname van een vervuild product, een verkeerd gelabeld of een verontreinigd voedingssupplement. Leden zijn zelf verantwoordelijk voor hetgeen zij gebruiken of innemen, en zij dienen bekend te zijn met de risico’s inzake het gebruik van voedingssupplementen; b. de toediening van een verboden stof of een verboden methode door begeleidend personeel zonder dat dit aan de betrokkene is gemeld. Leden zijn zelf verantwoordelijk voor de keuze van hun begeleidend personeel, en moeten hun begeleidend personeel meedelen dat zij geen verboden stof of verboden methode toegediend mogen krijgen; en/of c. sabotage van voeding of drank van een betrokkene door een echtgenoot of echtgenote, een huisgenoot of (ander) gezinslid, een coach of een andere persoon die tot het begeleidend personeel van de betrokkene behoort. Leden zijn zelf verantwoordelijk voor hetgeen zij gebruiken of innemen, alsmede voor het gedrag van de personen die zij toegang geven tot hun voeding en drank. 44.6. Dit artikel is alleen van toepassing op de vaststelling van de strafmaat, en niet op de vaststelling of sprake is van een dopingovertreding. 44.7. In tegenstelling tot de overige bepalingen van Hoofdstuk 10 waar de term schuld wordt gebruikt, is de definitie van schuld expliciet niet van toepassing op artikel 44. Evenmin zijn van toepassing op artikel 44 de in artikel 40.3 genoemde factoren voor het beoordelen van de mate van schuld zijdens betrokkene. Artikel 45 Geen aanmerkelijke mate van schuld of nalatigheid 45.1. Er is geen sprake van een aanmerkelijke mate van schuld of nalatigheid indien de betrokkene heeft aangetoond dat zijn schuld of nalatigheid, naar de omstandigheden van het geval en rekening houdend met de criteria zoals genoemd in artikel 44.1, niet significant was in relatie tot de dopingovertreding. 45.2. Indien de dopingovertreding een overtreding van artikel 3 betreft, geldt als aanvullende eis dat alleen sprake kan zijn van geen aanmerkelijke mate van schuld of nalatigheid, als de betrokkene heeft aangetoond hoe de verboden stof en/of de verboden methode in zijn lichaam terecht is gekomen. Deze aanvullende eis geldt niet indien de betrokkene ten tijde van het begaan van de dopingovertreding minderjarig is. 45.3. Als (i) sprake is van een overtreding van artikel 3, artikel 4 of artikel 8, (ii) de dopingovertreding verband houdt met een specifieke stof, en (iii) de betrokkene heeft aangetoond dat van zijn kant sprake is van geen aanmerkelijke mate van schuld of nalatigheid, dan is de sanctie te minste: a. een berisping zonder oplegging van enige periode van uitsluiting; en b. maximaal een periode van uitsluiting van twee jaar, afhankelijk van de mate van schuld zijdens betrokkene. 45.4. Als (i) sprake is van een overtreding van artikel 3, artikel 4 of artikel 8, (ii) de betrokkene heeft aangetoond dat van zijn kant sprake is van geen aanmerkelijke mate van schuld of nalatigheid, en (iii) de betrokkene heeft aangetoond dat het belastend analyseresultaat is veroorzaakt door (de inname of de toediening van) een vervuild product, dan is de sanctie ten minste: a. een berisping zonder oplegging van enige periode van uitsluiting; en 127 b. maximaal een periode van uitsluiting van twee jaar, afhankelijk van de mate van schuld zijdens betrokkene. 45.5. Indien de betrokkene in een individueel geval, waarin artikel 45.3 en artikel 45.4 niet van toepassing zijn, heeft aangetoond dat bij het door hem begaan van een dopingovertreding van zijn kant sprake was van geen aanmerkelijke mate van schuld of nalatigheid, kan de anders van toepassing zijnde periode van uitsluiting afhankelijk van de mate van schuld zijdens betrokkene worden gereduceerd, doch nooit minder zijn dan de helft van de anders van toepassing zijnde periode van uitsluiting. Indien de anders van toepassing zijnde periode van uitsluiting levenslang zou bedragen, mag de overeenkomstig dit artikel gereduceerde periode van uitsluiting niet minder dan acht jaar bedragen. 45.6. Artikel 45.5 kan slechts worden toegepast indien is voldaan aan de volgende voorwaarden: a. De dopingovertreding betreft artikel 3, artikel 4 of artikel 8, houdt geen verband met een specifieke stof, en artikel 45.3 en artikel 45.4 zijn niet van toepassing, en de betrokkene heeft aangetoond dat bij het door hem begaan van de dopingovertreding van zijn kant geen sprake was van opzet in de zin van artikel 38; of b. De dopingovertreding betreft artikel 6, en de betrokkene heeft aangetoond dat bij het door hem begaan van de dopingovertreding van zijn kant geen sprake was van opzet. 45.7. Afhankelijk van de unieke feiten van een bepaald geval, kan elk van de in artikel 44.5 genoemde voorbeelden leiden tot de vaststelling dat zijdens betrokkene sprake is van geen aanmerkelijke mate van schuld of nalatigheid. Hiervoor geldt als eis dat de betrokkene heeft voldaan aan de van toepassing zijnde voorwaarden van artikel 45. 45.8. Voor cannabinoïden, inclusief afbraakproducten en markers daarvan, kan een betrokkene bewijzen dat van zijn kant sprake is van geen aanmerkelijke mate van schuld of nalatigheid door aan te tonen dat de context van het gebruik niet gerelateerd was aan een sportprestatie. 45.9. Dit artikel is alleen van toepassing op de vaststelling van de strafmaat, en niet op de vaststelling of sprake is van een dopingovertreding. 45.10. Als de NTTB, de Dopingautoriteit en/of een andere ADO bij een overtreding van artikel 3, artikel 4 en artikel 8 inzake een specifieke stof, heeft aangetoond dat zijdens de betrokkene sprake was van opzet: a. kan artikel 45 niet worden toegepast; en b. bedraagt de periode van uitsluiting vier jaar, tenzij artikel 46, artikel 47 en/of artikel 48 wordt toegepast. 45.11. Als de NTTB, de Dopingautoriteit en/of een andere ADO bij een overtreding van artikel 3, 4 en artikel 8 inzake een specifieke stof, niet heeft aangetoond dat zijdens de betrokkene sprake was van opzet: a. kan artikel 45 worden toegepast, doch alleen als de betrokkene kan aantonen in aanmerking te komen voor sanctiereductie op grond van artikel 45; en b. is de sanctie ten minste een berisping en maximaal een periode van uitsluiting van twee jaar, afhankelijk van de mate van schuld zijdens betrokkene. Hierbij geldt dat sanctiereductie alleen mogelijk is als (i) de betrokkene heeft aangetoond dat van zijn kant sprake is van geen aanmerkelijke mate van schuld of nalatigheid, en (ii) de betrokkene heeft voldaan aan de voorwaarden voor de toepassing van artikel 45.3, artikel 45.4 of artikel 45.5. Indien de betrokkene niet aan deze voorwaarden kan voldoen, bedraagt de periode van uitsluiting twee jaar, tenzij artikel 46, artikel 47 en/of artikel 48 wordt toegepast. 45.12. Als de betrokkene bij een overtreding van artikel 3, artikel 4 en artikel 8 inzake een niet-specifieke stof niet heeft aangetoond dat van zijn kant geen sprake was van opzet: a. kan artikel 45 niet worden toegepast; en b. bedraagt de periode van uitsluiting vier jaar, tenzij artikel 46, artikel 47 en/of artikel 48 wordt toegepast. 45.13. Als de betrokkene bij een overtreding van artikel 3, artikel 4 en artikel 8 inzake een niet-specifieke stof heeft aangetoond dat van zijn kant geen sprake was van opzet: 128 a. kan artikel 45 worden toegepast, doch alleen als de betrokkene kan aantonen in aanmerking te komen voor sanctiereductie op grond van artikel 45; en b. kan de periode van uitsluiting worden gereduceerd afhankelijk van de mate van schuld zijdens betrokkene, doch nooit minder zijn dan de helft van anders van toepassing zijnde periode van uitsluiting. Hierbij geldt dat sanctiereductie alleen mogelijk is als (i) de betrokkene heeft aangetoond dat van zijn kant sprake is van geen aanmerkelijke mate van schuld of nalatigheid, en (ii) de betrokkene heeft voldaan aan de voorwaarden voor de toepassing van artikel 45.3, artikel 45.4 of artikel 45.5. Indien de betrokkene niet aan deze voorwaarden kan voldoen, bedraagt de periode van uitsluiting twee jaar, tenzij artikel 46, artikel 47 en/of artikel 48 wordt toegepast. 45.14. Voor de toepassing van artikel 45: a. dient de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS eerst te beoordelen welke bepaling eventueel van toepassing is: artikel 45.3, artikel 45.4 of artikel 45.5; b. dient de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS vervolgens te beoordelen of de betrokkene heeft aangetoond dat bij het begaan van de dopingovertreding van zijn kant sprake was van geen aanmerkelijke mate van schuld of nalatigheid. Daartoe dient de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS artikel 45.1, artikel 1.46 en artikel 40.3 toe te passen, in samenhang met artikel 44.1. Indien de dopingzaak een dopingovertreding van artikel 3 betreft, dient de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS artikel 45.2 toe te passen; c. dient de Tuchtcommissie of de Commissie van Beroep, indien het van oordeel is dat de betrokkene heeft aangetoond in aanmerking te komen voor sanctiereductie op grond van artikel 45, de mate van sanctiereductie te bepalen aan de hand van de mate van schuld zijdens de betrokkene, waarbij de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS artikel 1.46 en artikel 40.3 moet toepassen. Artikel 46 Substantiële ondersteuning 46.1. Indien het resultaatmanagement (deels) plaatsvindt door de Dopingautoriteit, kan de Dopingautoriteit voorafgaand aan een definitief niet meer voor beroep openstaande uitspraak van de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS in een dopingzaak, dan wel voorafgaand aan het verstrijken van de op de uitspraak van de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS van toepassing zijnde beroepstermijn, een deel van de opgelegde, dan wel op te leggen periode van uitsluiting, opschorten indien de betrokkene substantiële ondersteuning heeft verschaft aan een ADO, een justitiële instantie en/of een professioneel disciplinair orgaan. 46.2. Indien het resultaatmanagement (deels) plaatsvindt door de Dopingautoriteit, kan de Dopingautoriteit nadat (i) een definitief niet meer voor beroep openstaande uitspraak van de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS in een dopingzaak is genomen, dan wel (ii) de op de uitspraak van het bevoegde tuchtcollege van toepassing zijnde beroepstermijn is verstreken, een deel van de opgelegde periode van uitsluiting, opschorten indien: a. de betrokkene substantiële ondersteuning heeft verleend; en b. zowel de internationale federatie als WADA dit besluit van de Dopingautoriteit goedkeuren. 46.3. Van substantiële ondersteuning is sprake indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: a. de betrokkene heeft alle hem beschikbare informatie inzake een of meer dopingovertredingen, correct, tijdig en volledig overlegd, via of vergezeld van een schriftelijke door hem ondertekende verklaring; b. de betrokkene verleent zijn volledige medewerking aan het onderzoek naar, alsmede de (tuchtrechtelijke) vervolging van de (doping)zaak waarop de door hem verschafte informatie betrekking heeft, door onder andere als getuige te verklaren bij een hoorzitting indien de ADO, de Tuchtcommissie of de Commissie van Beroep, een rechter, een arbiter, dan wel een arbitragepanel daarom verzoekt; c. de door de betrokkene verschafte informatie dient geloofwaardig te zijn, en dient (i) een belangrijk onderdeel te vormen van (het bewijs in) een (doping)zaak die tot (tuchtrechtelijke) vervolging heeft geleid, dan wel (ii), indien geen (tuchtrechtelijke) vervolging heeft plaatsgevonden, voldoende grond te hebben verschaft op basis waarvan (tuchtrechtelijke) vervolging had kunnen plaatsvinden; en d. de ondersteuning dient tot gevolg te hebben dat: 129 (i) een ADO een dopingzaak ontdekt, van een dopingovertreding aangifte wordt gedaan, dan wel een dopingovertreding wordt vastgesteld, welke dopingzaak of dopingovertreding is begaan door een andere persoon dan de betrokkene die de substantiële ondersteuning heeft verleend; of (ii) een justitiële instantie of professioneel disciplinair orgaan een strafbaar feit of de overtreding van beroepsregels ontdekt, meldt of daarvan aangifte doet, welk strafbaar feit of welke overtreding is begaan door een andere persoon dan de betrokkene die de substantiële ondersteuning heeft verleend; en (iii) de informatie die in het kader van het verlenen van substantiële ondersteuning door de betrokkene die de substantiële ondersteuning heeft verleend, beschikbaar is gesteld aan de Dopingautoriteit of de andere ADO aan welke substantiële ondersteuning is verleend. 46.4. De mate waarin de periode van uitsluiting op grond van artikel 46 kan worden opgeschort, is afhankelijk van (i) de ernst van de dopingovertreding die de betrokkene heeft begaan, en (ii) het belang van de verleende substantiële ondersteuning voor het elimineren van doping in de sport. De mate waarin de periode van uitsluiting kan worden opgeschort, kan echter niet meer bedragen dan driekwart van de periode van uitsluiting die zonder de toepassing van artikel 46 zou worden opgelegd. Indien de periode van uitsluiting zonder de toepassing van artikel 46 een levenslange periode van uitsluiting zou bedragen, kan de niet-opgeschorte periode van uitsluiting niet minder dan acht jaar bedragen. 46.5. Op verzoek van (i) de ADO met verantwoordelijkheid voor het resultaatmanagement of (ii) een persoon die (beweerdelijk) een dopingovertreding heeft begaan, kan WADA voor het verlenen van substantiële ondersteuning in elke fase van het resultaatmanagement, inclusief nadat een bevoegd tuchtcollege in een dopingzaak uitspraak heeft gedaan en deze uitspraak definitief is geworden, instemmen met wat het beschouwt als een passende opschorting van de opgelegde of zonder toepassing van artikel 46 toepasselijke periode van uitsluiting. 46.6. In uitzonderlijke omstandigheden kan WADA voor het verlenen van substantiële ondersteuning akkoord gaan met een opschorting van (i) de periode van uitsluiting en (ii) de oplegging en/of tenuitvoerlegging van andere consequenties van het begaan van een dopingovertreding (zoals het vervallen van wedstrijdresultaten, het opheffen van een voorlopige schorsing, het opleggen van financiële consequenties en sancties), die verder gaat dan de opschortingen die anderszins mogelijk zijn op grond van artikel 46. In dergelijke gevallen kan WADA akkoord gaan met (i) de volledige opschorting van de (opgelegde of op te leggen) periode van uitsluiting, (ii) het nietterugbetalen van prijzengeld, en/of (iii) het niet-betalen van boetes of kosten. 46.7. De Dopingautoriteit beoordeelt ook nadat een periode van uitsluiting is opgeschort in hoeverre de door de betrokkene verleende ondersteuning voldoet, en blijft voldoen, aan de in artikel 46 bedoelde voorwaarden. 46.8. Indien de ADO die de periode van uitsluiting heeft opgeschort, oordeelt dat de door de betrokkene verleende ondersteuning niet (meer) voldoet aan de in artikel 46 bedoelde voorwaarden, komt de opschorting te vervallen, en: a. zal, indien nog geen melding van een dopingzaak is gedaan, alsnog melding en/of aangifte plaatsvinden; b. worden, indien het resultaatmanagement is opgeschort vanwege de in eerste instantie verleende substantiële ondersteuning, de reglementaire stappen van het resultaatmanagement geïnitieerd of (verder) gecontinueerd; en/of c. treedt de door de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS opgelegde periode van uitsluiting die zonder de toepassing van artikel 46 werd opgelegd, alsnog in werking. Deze periode gaat in op het moment dat zowel de betrokkene als de NTTB schriftelijk op de hoogte zijn gesteld van voornoemd oordeel van de ADO. 46.9. Tegen een besluit van een bevoegde ADO om een opgeschorte periode van uitsluiting, in weerwil van de omstandigheid dat de door de betrokkene verleende ondersteuning niet (meer) voldoet aan de in artikel 46 bedoelde voorwaarden, niet (opnieuw) in werking te laten treden, kan beroep worden ingesteld door de partijen met het recht op beroep overeenkomstig artikel 60. Hetzelfde geldt voor het besluit van een ADO de periode van uitsluiting wel (opnieuw) in werking te laten 130 treden. Tegen een besluit van WADA op grond van artikel 46.5 of artikel 46.6 staat geen beroep open. 46.10. Indien een ADO (een deel van) een periode van uitsluiting opschort vanwege verleende substantiële ondersteuning, dient deze ADO dit besluit met redenen omkleed te melden aan de ADO’s met een recht op beroep op grond van artikel 60. In unieke omstandigheden, waarin WADA oordeelt dat dit in het beste belang van de strijd tegen doping is, kan WADA een ADO toestemming geven een geheimhoudingsovereenkomst aan te gaan, welke de bekendmaking van de in het kader van de substantiële ondersteuning gesloten overeenkomst en/of de aard van de verleende substantiële ondersteuning beperkt of uitstelt. 46.11. Het opschorten van (een deel van) de periode van uitsluiting is alleen mogelijk op grond van artikel 46. Artikel 47 Bekentenis voorafgaand aan dopingzaak 47.1. Indien: a. een betrokkene, hetzij voorafgaand aan het door hem kennisnemen van een bij hem uit te voeren dopingcontrole die kan leiden tot constatering van een dopingovertreding, hetzij (bij andere overtredingen dan artikel 3) voorafgaand aan kennisgeving inzake een mogelijke dopingzaak door de Dopingautoriteit, de NTTB, de internationale federatie en/of een buitenlandse nationale sportbond of NADO, vrijwillig bekent een overtreding als genoemd in Hoofdstuk 2 te hebben begaan, en b. deze bekentenis op dat moment het enige betrouwbare bewijs is van bedoelde overtreding, kan de op te leggen periode van uitsluiting worden verkort, doch niet minder bedragen dan de helft van de zonder deze bekentenis van toepassing zijnde periode. 47.2. Dit artikel kan slechts worden toegepast in omstandigheden waarin een lid geheel uit eigen beweging een dopingovertreding bekent, in omstandigheden waar geen enkele ADO een vermoeden heeft dat zijdens een lid sprake is van (het begaan van) een dopingovertreding. Dit artikel kan niet worden toegepast in omstandigheden waarin de bekentenis plaatsvindt nadat het lid denkt dat hij zal worden betrapt. 47.3. De mate waarin de periode van uitsluiting wordt verkort, dient te zijn gebaseerd op de kans dat het lid zou zijn betrapt indien hij niet vrijwillig had bekend. Artikel 48 Bekentenis na kennisgeving 48.1. Een betrokkene die een periode van uitsluiting kan worden opgelegd op grond van artikel 37 of artikel 39, komt door het onmiddellijk na schriftelijke kennisgeving over de dopingzaak door de Dopingautoriteit of de NTTB bekennen dat hij de dopingovertreding waarvan hij wordt beschuldigd heeft begaan, in aanmerking voor een reductie van de periode van uitsluiting tot ten minste twee jaar. De reductie is afhankelijk van: a. de ernst van de betreffende dopingovertreding; b. de mate van schuld zijdens de betrokkene; en c. de goedkeuring van zowel de Dopingautoriteit als WADA. 48.2. De betrokkene dient, om in aanmerking komen voor de in het vorige lid bedoelde sanctiereductie, de Dopingautoriteit en/of de NTTB schriftelijk op de hoogte te stellen van de in het vorige lid bedoelde onmiddellijke bekentenis. De Dopingautoriteit en de NTTB hebben ten opzichte van elkaar een informatieplicht. Artikel 49 Meerdere opties sanctiereductie 49.1. Voor de toepassing van artikel 49: a. dient de betrokkene eerst aan te tonen dat hij in aanmerking komt voor sanctiereductie op basis van meer dan een van de volgende artikelen: artikel 44, artikel 45, artikel 46, artikel 47 en artikel 48; en b. dient voorafgaand aan de eventuele toepassing van artikel 46, artikel 47 of artikel 48, eerst de van toepassing zijnde periode van uitsluiting te worden bepaald aan de hand van (i) de bepalingen in Hoofdstuk 9, en (ii) artikel 44 en artikel 45. 131 49.2. Indien de betrokkene heeft aangetoond in aanmerking te komen voor sanctiereductie op grond van artikel 46, artikel 47 en/of artikel 48, kan de periode van uitsluiting worden gereduceerd, doch niet minder dan een kwart bedragen van de op basis van artikel 49.1 sub b bepaalde periode. Artikel 50 Meerdere overtredingen 50.1. Voor een tweede dopingovertreding bedraagt de periode van uitsluiting de langste van de volgende perioden: a. zes maanden; b. de helft van de periode van uitsluiting die voor de eerste dopingovertreding werd opgelegd, zonder rekening te houden met enige sanctiereductie op grond van artikel 46, artikel 47 of artikel 48; of c. twee keer de periode van uitsluiting die van toepassing zou zijn geweest op de tweede dopingovertreding indien deze zou zijn behandeld alsof het een eerste dopingovertreding betrof, zonder rekening te houden met enige sanctiereductie op grond van artikel 46, artikel 47 of artikel 48. 50.2. De op basis van het vorige lid vastgestelde periode van uitsluiting kan worden gereduceerd op grond van en in overeenstemming met de eventuele toepassing van artikel 46, artikel 47 of artikel 48. 50.3. Een derde dopingovertreding leidt altijd tot de oplegging van een levenslange periode van uitsluiting, tenzij de betrokkene kan aantonen dat hij terzake de derde dopingovertreding in aanmerking komt voor de toepassing van artikel 44 of artikel 45, dan wel de derde dopingovertreding een overtreding van artikel 6 betreft, in welk geval de periode van uitsluiting ten minste acht jaar en maximaal levenslang bedraagt. 50.4. Indien de betrokkene inzake een dopingovertreding heeft aangetoond dat van zijn kant geen sprake is van schuld of nalatigheid in de zin van artikel 44, wordt deze overtreding niet als dopingovertreding beschouwd voor de toepassing van artikel 50. 50.5. Een dopingovertreding wordt voor het opleggen van sancties op grond van artikel 50 beschouwd als een tweede of volgende overtreding, als kan worden aangetoond dat de betrokkene de tweede of volgende dopingovertreding heeft begaan nadat (i) de betrokkene de kennisgeving inzake de eerste of vorige dopingzaak heeft ontvangen, dan wel (ii) een redelijke poging is gedaan hem deze kennisgeving te doen toekomen. Als dit niet kan worden bewezen, worden de overtredingen samen beschouwd als één afzonderlijke (eerste) overtreding en wordt de op te leggen sanctie gebaseerd op de overtreding waarop de zwaarste sanctie staat. 50.6. Indien een ADO, na oplegging van een sanctie voor een eerste dopingovertreding, feiten ontdekt betreffende een dopingovertreding door een lid die zich hebben voorgedaan voorafgaand aan de kennisgeving inzake de eerste dopingovertreding, zal de ADO een extra sanctie opleggen op basis van de sanctie die had kunnen worden opgelegd indien de beide dopingovertredingen tegelijkertijd tuchtrechtelijk waren behandeld. Alle behaalde wedstrijdresultaten die de betrokkene heeft behaald sinds de eerdere dopingovertreding komen te vervallen. 50.7. Voor de toepassing van dit artikel dient een tweede of volgende dopingovertreding binnen tien jaar van de vorige overtreding(en) te hebben plaatsgevonden. Hoofdstuk 11 Overige sanctiebepalingen Artikel 51 Aanvang van de periode van uitsluiting 51.1. De periode van uitsluiting vangt aan op de dag van de tuchtrechtelijke uitspraak, tenzij in dit reglement anders is bepaald. 51.2. Indien sprake is geweest van aanmerkelijke vertraging van de in Hoofdstuk 5 en/of Hoofdstuk 6 bedoelde procedures, en deze vertraging de betrokkene niet is aan te rekenen, kan het bevoegde tuchtcollege de periode van uitsluiting op een eerder dan het in het vorige lid bedoelde moment laten ingaan, tot op zijn vroegst de dag waarop de (laatste) dopingovertreding is begaan. In geval 132 van een overtreding van artikel 3 wordt hiermee gedoeld op de dag waarop het monster is afgenomen dat tot de positieve uitslag heeft geleid. 51.3. Inzake dopingovertredingen die geen betrekking hebben op artikel 3, kan een ADO veel tijd nodig hebben om feiten te ontdekken en bewijs te verzamelen dat nodig is om een dopingovertreding aan te tonen. In dergelijke gevallen bestaat niet de mogelijkheid om de sanctie op een eerder tijdstip te laten ingaan. 51.4. Indien de betrokkene direct (dat wil zeggen, tenminste voordat hij deelneemt aan een volgende wedstrijd) na kennisgeving inzake een mogelijke dopingzaak door de Dopingautoriteit, de NTTB, de ITTF en/of ETTU en/of een buitenlandse nationale sportbond of NADO, bekent een overtreding als genoemd in Hoofdstuk 2 te hebben begaan, kan de periode van uitsluiting reeds ingaan op de dag dat de betreffende overtreding (voor het laatst) plaatsvond. In geval van een overtreding van artikel 3 wordt hiermee gedoeld op de dag waarop het monster is afgenomen dat tot de positieve uitslag heeft geleid. Minimaal de helft van de op te leggen periode van uitsluiting dient echter aan te vangen op (i) de dag van de tuchtrechtelijke uitspraak, dan wel (ii) de dag waarop de betrokkene de sanctie formeel aanvaardt, dan wel (iii) de dag waarop de sanctie anderszins wordt opgelegd. Dit lid is niet van toepassing in gevallen waarin artikel 47 is toegepast. 51.5. De periode van uitsluiting in het kader van de oplegging van een voorlopige schorsing wordt in mindering gebracht op de totale periode van uitsluiting die wordt opgelegd, tenzij de betrokkene deze voorlopige schorsing niet strikt heeft nageleefd. Hetzelfde geldt voor een door een bevoegd (tucht)orgaan opgelegde voorlopige maatregel, voorlopige schorsing of voorlopige uitsluiting. 51.6. Indien de betrokkene (i) nadat hij de in artikel 24.2 bedoelde kennisgeving inzake een dopingzaak heeft ontvangen, en (ii) voorafgaand aan het hem opleggen van een voorlopige schorsing, het Hoofdbestuur en de Dopingautoriteit schriftelijk meldt zich vrijwillig te houden aan het gestelde in artikel 26.2, en zich vanaf dat moment, ook nadat tegen hem een voorlopige schorsing is genomen, strikt houdt aan het gestelde in artikel 26.2, wordt deze periode van (zelf opgelegde) uitsluiting in mindering gebracht op de totale periode van uitsluiting die wordt opgelegd. De betrokkene dient de in dit lid bedoelde brief zowel aan het Hoofdbestuur als aan de Dopingautoriteit te zenden. Wordt de brief alleen aan het Hoofdbestuur gezonden dan zendt deze de brief aan de Dopingautoriteit en omgekeerd. 51.7. De periode waarin (i) geen voorlopige schorsing is opgelegd en (ii) geen sprake is van de zelf opgelegde uitsluiting (en de naleving daarvan) als bedoeld in het vorige lid, kan niet worden afgetrokken van een (uiteindelijk) opgelegde periode van uitsluiting, ongeacht de omstandigheid dat de betrokkene (vrijwillig) heeft afgezien van het deelnemen aan wedstrijden, competities en/of evenementen. 51.8. Anders dan de in artikel 51 beschreven opties bestaan geen mogelijkheden een op te leggen periode van uitsluiting eerder te laten ingaan dan op het in artikel 51.1 genoemde moment. 51.9. Artikel 51 lid 9 uit het Nationaal Dopingreglement is niet van toepassing 51.10. Het is niet mogelijk de in dit reglement genoemde sancties geheel of gedeeltelijk voorwaardelijk op te leggen. 51.11. De eventuele (ontbrekende) prestatiebevorderende werking van een verboden stof en/of verboden methode kan niet worden meegewogen bij de beoordeling: a. of sprake is van een dopingovertreding; en b. het vaststellen van de wegens een dopingovertreding op te leggen sanctie. Artikel 52 Status gedurende uitsluiting 52.1. Oplegging van een periode van uitsluiting houdt in dat de betrokkene vanaf het moment dat deze sanctie is opgelegd: a. is uitgesloten van deelname aan enige onder auspiciën van de NTTB georganiseerde wedstrijd, competitie en/of evenement, noch aan enige andere activiteit mag deelnemen binnen de NTTB (inclusief bij de NTTB aangesloten, of op andere wijze aan de NTTB verbonden, lid-verenigingen, teams of andere rechtspersonen); 133 b. is uitgesloten van deelname aan een door een overheidsinstantie gefinancierde sportactiviteit op nationaal of topsportniveau; c. in geen enkele hoedanigheid mag acteren of participeren binnen de NTTB (inclusief bij de NTTB aangesloten lid-verenigingen, teams of andere rechtspersonen), noch enige (financiële) vergoedingen, zoals is bedoeld in artikel 52.2, mag ontvangen; d. geen trainingen mag geven, noch enige training mag volgen of ondergaan die is goedgekeurd door en/of georganiseerd onder auspiciën van (i) de NTTB of (ii) van een rechtspersoon en/of organisatie die lid is van de NTTB, dan wel op andere wijze bij de NTTB is aangesloten. Hieronder valt in ieder geval het trainen bij de NTTB, het trainen bij een bij de NTTB aangesloten lid-vereniging of andere bij de NTTB aangesloten rechtspersoon, alsmede het trainen onder (bege)leiding van een voor de NTTB (als vrijwilliger of anderszins) werkzame persoon; e. geen begeleidingsactiviteiten mag uitvoeren bij onder auspiciën van de NTTB (inclusief bij de NTTB aangesloten, of op andere wijze aan de NTTB verbonden, lid-verenigingen, teams of andere rechtspersonen) georganiseerde trainingen en/of wedstrijden. De betrokkene mag wel participeren in anti-dopingprogramma’s en/of rehabilitatieprogramma’s. 52.2. Een dopingovertreding waarbij geen sanctiereductie is toegepast, leidt tot de gehele of gedeeltelijke intrekking van de financiële steun, vergoedingen en andere voordelen in relatie tot de sportbeoefening, die de betrokkene van de NTTB ontvangt. 52.3. Degene die een periode van uitsluiting is opgelegd van langer dan vier jaar kan, als vier jaren van de periode van uitsluiting zijn verstreken, deelnemen aan en/of participeren in lokale evenementen die niet worden georganiseerd onder auspiciën van, dan wel niet anderszins vallen onder de bevoegdheid van een ADO, indien: a. deze evenementen niet direct of indirect de mogelijkheid bieden tot kwalificatie voor deelname aan een nationaal kampioenschap, internationaal evenement of internationale wedstrijd; b. deze evenementen niet direct of indirect punten zouden kunnen opleveren die nodig zijn voor kwalificatie voor, dan wel deelname aan een nationaal kampioenschap, internationaal evenement of internationale wedstrijd; en c. de betrokkene tijdens deze lokale sportevenementen in geen enkele hoedanigheid met minderjarigen werkt. 52.4. Een betrokkene verkrijgt na het aflopen van de hem opgelegde periode van uitsluiting, pas het recht tot deelname aan wedstrijden op het moment dat hij het prijzengeld heeft terugbetaald en een eventuele uitgesproken kostenveroordeling heeft voldaan. De volgorde bij het voldoen van een door het CAS toegewezen kostenveroordeling en verbeurd verklaren van prijzengeld, is als volgt: a. eerst de betaling van de door het CAS toegewezen kosten; b. vervolgens de herverdeling van het verbeurde prijzengeld aan andere sporters indien dit is bepaald in de regels van de relevante internationale federatie; en c. vervolgens de vergoeding van de kosten van de ADO die het resultaatmanagement heeft uitgevoerd. 52.5. Indien de betrokkene gedurende een hem opgelegde periode van uitsluiting, participeert in een in artikel 52.1 bedoelde activiteit en/of hoedanigheid: a. komen eventueel behaalde wedstrijdresultaten automatisch te vervallen; en b. wordt aan de betrokkene een nieuwe periode van uitsluiting opgelegd, welke gelijk is aan de aan de oorspronkelijk aan betrokkene opgelegde periode van uitsluiting. Deze nieuwe periode van uitsluiting treedt in werking vanaf het moment dat de oorspronkelijk aan betrokkene opgelegde periode van uitsluiting afloopt. Deze nieuwe periode van uitsluiting kan worden gereduceerd, afhankelijk van de mate van schuld zijdens betrokkene en de andere omstandigheden van het geval. De Dopingautoriteit bepaalt of de betrokkene artikel 52.1 niet heeft nageleefd, en of de betrokkene in aanmerking komt voor enige reductie van de nieuw op te leggen periode van uitsluiting. Tegen de beslissing van de Dopingautoriteit staat beroep open overeenkomstig het gestelde in Hoofdstuk 12. 52.6. In afwijking van artikel 52.1 mag een betrokkene weer beginnen te trainen met een team of weer gebruik beginnen te maken van de faciliteiten van een bij de NTTB aangesloten lid-vereniging, tijdens de kortste van de volgende perioden: 134 a. b. de laatste twee maanden van de aan de betrokkene opgelegde periode van uitsluiting; of het laatste kwart van de aan de betrokkene opgelegde periode van uitsluiting. Artikel 53 Consequenties teams (indien van toepassing) Artikel 53 lid 1 en 2 uit het Nationaal Dopingreglement zijn niet van toepassing 53.3. Bij sporten die geen teamsporten zijn maar waarbij prijzen worden uitgereikt aan teams, geschiedt diskwalificatie, alsmede de oplegging van enige andere disciplinaire maatregel tegen het team als één of meer teamleden zich schuldig hebben gemaakt aan dopingovertredingen, volgens de van toepassing zijnde regels van de internationale federatie. 53.4. Indien meer dan één lid van een team op de hoogte wordt gesteld van een mogelijke overtreding van artikel 7 in verband met een evenement, zal de NTTB (indien het evenement wordt georganiseerd door of onder auspiciën van de NTTB) zorg dragen voor het uitvoeren van (passende) gerichte dopingcontroles bij het betreffende team gedurende het bewuste evenement. Artikel 54 Herziening 54.1. Indien met betrekking tot een verboden stof of verboden methode een verbod is geformuleerd, en dit verbod nadien wordt gewijzigd of opgeheven, kan een betrokkene die op grond van de oorspronkelijke bepaling een straf is opgelegd daarvan herziening vragen. Een herziening strekt ten gunste van de betrokkene. 54.2. De betrokkene richt een schriftelijk en gemotiveerd verzoek tot herziening aan de Tuchtcommissie of de Commissie van Beroep of het CAS, dat het verzoek toezendt aan de Dopingautoriteit. 54.3. Het verzoek tot herziening wordt schriftelijk behandeld. De Dopingautoriteit heeft het recht op het nemen van een conclusie. 54.4. Van een uitspraak van het bevoegde tuchtcollege staat beroep open conform Hoofdstuk XII. Artikel 55 Verjaringstermijn Een dopingovertreding verjaart als niet binnen tien jaar, te rekenen vanaf de datum waarop de overtreding beweerdelijk heeft plaatsgevonden, de betrokkene schriftelijk over de dopingzaak in kennis is gesteld, dan wel een redelijke poging daartoe is gedaan. Artikel 56 Wederzijdse erkenning Onverminderd het recht op beroep, zal de NTTB door een bevoegde ADO of andere organisatie of instantie verleende dispensatie, opgelegde voorlopige schorsing en tuchtrechtelijke uitspraak die consistent is met de World Anti-Doping Code, erkennen, respecteren en overnemen. Artikel 57 Bekendmaking 57.1. De World Anti-Doping Code bevat regels inzake het, in overeenstemming met nationale wetgeving: a. communiceren met en tussen ADO’s in dopingzaken, alsmede de inhoud van deze communicatie; b. communiceren met de betrokkene in dopingzaken, alsmede de inhoud van deze communicatie; c. publiceren en/of het anderszins bekendmaken van (i) tuchtrechtelijke beslissingen in dopingzaken, en (ii) opgelegde sancties wegens het begaan van een dopingovertreding; 57.2. De World Anti-Doping Code bevat regels inzake: a. de te betrachten vertrouwelijkheid bij de communicatie in dopingzaken; b. de beslissingen inzake dopingovertredingen welke een volledige motivering moeten omvatten, met (indien van toepassing) inbegrip van de reden waarom de maximum sanctie niet is opgelegd; en c. de ADO’s die het recht hebben op het ontvangen van het volledige bij een dopingzaak behorende dossier, alvorens binnen vijftien dagen na ontvangst te mogen beslissen beroep in te stellen tegen de beslissing of uitspraak. 57.3. De Dopingautoriteit en de NTTB laten zich door deze regels leiden, tenzij nationale wet- en regelgeving dit niet toestaat. 135 Hoofdstuk 12 Beroep Artikel 58 Beroep 58.1. Beroep kan slechts worden aangetekend op de wijze die is beschreven in dit reglement. 58.2. Besluiten waartegen beroep is aangetekend blijven van kracht tijdens de beroepsprocedure, tenzij de Commissie van Beroep anders bepaalt. 58.3. In beroep kunnen de feitelijke en de juridische gronden volledig opnieuw worden beoordeeld. De Commissie van Beroep is bevoegd de in eerdere instantie opgelegde sanctie te verhogen tot aan de maximale reglementair toegestane strafmaat of te verlagen tot de minimale strafmaat. Artikel 59 Voor beroep vatbare besluiten 59.1. Tegen de volgende besluiten kan beroep worden aangetekend: a. een besluit dat (g)een dopingovertreding heeft plaatsgevonden; b. een besluit tot schuldigverklaring zonder strafoplegging; c. een besluit van WADA als bedoeld in artikel 19.5; d. een besluit dat de Tuchtcommissie en/of de Dopingautoriteit in een dopingzaak niet ontvankelijk is. Een besluit dat (i) in een dopingzaak de verjaringstermijn is verstreken, dan wel te laat aangifte is gedaan, en (ii) de Tuchtcommissie en/of de Dopingautoriteit in een dopingzaak geen jurisdictie hebben, wordt voor de toepassing van dit artikel gelijk gesteld met een besluit dat sprake is van niet-ontvankelijkheid; e. een besluit inhoudende de oplegging van een voorlopige schorsing; f. een besluit dat is genomen op grond van artikel 52.5; g. een besluit dat is genomen in strijd met artikel 26.3, artikel 46.11, artikel 51.10 of artikel 51.11; h. een besluit betreffende de kostenveroordeling; i. een besluit op grond van artikel 46 om een periode van uitsluiting op te schorten; j. een besluit als bedoeld in artikel 46.8, genomen door de Dopingautoriteit of WADA. Als een andere ADO een dergelijk besluit neemt, dan is op dat besluit het dopingreglement van de betreffende ADO van toepassing, tenzij het dopingreglement van de desbetreffende ADO het Anti-dopingreglement van de NTTB van toepassing verklaart; en k. een besluit van een ADO om het besluit van een andere ADO niet te erkennen. 59.2. Alleen de betrokkene kan beroep instellen tegen besluiten als bedoeld in artikel 59.1 sub e en artikel 59.1 sub j. 59.3. Indien het bestuur niet conform artikel 26.3 overgaat tot het opleggen van een voorlopige schorsing, wordt deze omstandigheid voor de toepassing van artikel 59 aangemerkt als een besluit dat is genomen in strijd met artikel 26.3. 59.4. Een besluit om een verplichte voorlopige schorsing niet te laten vervallen, is niet voor beroep vatbaar. 59.5. In aanvulling op het in artikel 59.1 gestelde is de Dopingautoriteit gerechtigd beroep in te stellen tegen elk in het kader van het resultaatmanagement genomen besluit, uitgezonderd het besluit tot oplegging van een voorlopige schorsing, tenzij dat besluit niet voldoet aan de in artikel 26 opgenomen eisen. Dit beroepsrecht is niet gebonden aan enige voorwaarde, anders dan het gestelde in artikel 60.1. De Dopingautoriteit hoeft derhalve geen belang voor het instellen van beroep aan te tonen. 59.6. Indien de tuchtrechtelijke behandeling van een dopingzaak langer dan vier maanden in beslag neemt, kan de betrokkene beroep instellen tegen een hem eventueel opgelegde voorlopige schorsing. Indien de Commissie van Beroep besluit tot opheffing van de voorlopige schorsing, mag de betrokkene vanaf dat moment weer in wedstrijden uitkomen. Als de Commissie van Beroep oordeelt dat de betrokkene een dopingovertreding heeft begaan, komen alle na de opheffing van de voorlopige schorsing behaalde wedstrijdresultaten te vervallen, tenzij de rechtvaardigheid anders vereist. 136 59.7. Indien na afloop van een periode van dertig dagen nadat WADA met betrekking tot een betrokkene schriftelijk bericht heeft ontvangen van een derde whereabouts- fout, geen aangifte is gedaan van een dopingovertreding, wordt deze omstandigheid voor de toepassing van Hoofdstuk XII aangemerkt als een besluit dat geen dopingovertreding heeft plaatsgevonden. Artikel 60 Beroepsrecht 60.1. Van een uitspraak van de Tuchtcommissie in een dopingzaak staat beroep open bij de Commissie van Beroep. 60.2. Van een uitspraak van de Commissie van Beroep staat beroep open bij het CAS. 60.3. De volgende partijen hebben het recht beroep aan te tekenen tegen een besluit van de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS in een dopingzaak: a. de betrokkene voor wie het besluit waartegen beroep wordt aangetekend, geldt; b. de NTTB; c. de ITTF, ETTU en/of het CAS en elke andere tot het (laten) uitvoeren van dopingcontroles bevoegde organisatie volgens wier dopingreglement een sanctie had kunnen worden opgelegd; d. de Dopingautoriteit; e. de NADO van het land waarvan de betrokkene de nationaliteit heeft, dan wel waar hij woonachtig is; f. het IOC of het IPC, indien van toepassing, als het besluit een effect kan hebben dat betrekking heeft op respectievelijk de Olympische Spelen of de Paralympische Spelen, waaronder besluiten die van invloed (kunnen) zijn op de bevoegdheid tot deelname aan de Olympische Spelen of Paralympische Spelen; en g. WADA. 60.4. In dopingzaken (i) betreffende (begeleidend personeel van) betrokkenen die op het moment dat de dopingovertreding plaatsvond, waren opgenomen in de registered testing pool van de ITTF en/of ETTU, dan wel (ii) voortvloeiend uit participatie in een onder auspiciën van ITTF en/of ETTU georganiseerde wedstrijd en/of evenement, kan ITTF en/of ETTU direct tegen het besluit van het tuchtcollege in eerste aanleg beroep instellen bij het CAS. 60.5. Op een beroep bij het CAS zijn de regels en voorwaarden van het CAS van toepassing. 60.6. Indien een tot het instellen van beroep gerechtigde partij tegen een besluit in beroep is gekomen bij het CAS, zijn alle andere tot het instellen van beroep gerechtigde partijen expliciet gerechtigd tot het instellen van incidenteel beroep. Indien een partij van dit recht gebruik wenst te maken, dient deze partij het incidenteel beroep uiterlijk in te stellen met het door de partij bij het CAS in te dienen verweerschrift. Artikel 61 Beroep/interventie WADA/Dopingautoriteit 61.1. Indien WADA overeenkomstig het bepaalde in Hoofdstuk 12 het recht heeft tegen een besluit in beroep te gaan, en geen andere in artikel 60.1 genoemde partij anders dan WADA beroep heeft aangetekend, mag WADA zonder de andere beroepsmogelijkheden uit te putten direct beroep aantekenen bij het CAS. 61.2. WADA heeft het recht in een aanhangig gemaakte dopingzaak te interveniëren indien het bevoegde tuchtcollege of beroepscollege niet binnen een redelijke door WADA vast te stellen termijn, tot een uitspraak is gekomen. Op het moment dat voornoemde termijn verstrijkt, wordt dit aangemerkt als een besluit van het bevoegde tuchtcollege of beroepscollege dat geen dopingovertreding heeft plaatsgevonden. WADA mag in dat geval direct beroep aantekenen bij het CAS. Indien het CAS oordeelt dat (i) in de betreffende dopingzaak sprake is van een dopingovertreding, en (ii) het besluit van WADA om direct beroep in te stellen bij het CAS redelijk was, dient de NTTB WADA’s kosten (waaronder in ieder geval de kosten voor de juridische bijstand), voor het beroep bij het CAS te vergoeden. 61.3. Het in dit artikel gestelde met betrekking tot (de rechten van) WADA, geldt tevens met betrekking tot de Dopingautoriteit. 137 Artikel 62 Beroep dispensaties 62.1. Tegen een besluit tot het afwijzen van een dispensatieverzoek, genomen door een andere tot het (laten) uitvoeren van dopingcontroles bevoegde organisatie dan WADA, dat niet wordt herroepen door WADA, kan de betrokkene beroep aantekenen: a. bij het CAS, indien de betrokkene op het moment van het afwijzen van het betreffende dispensatieverzoek is opgenomen in de registered testing pool van de internationale federatie; b. bij een door de Dopingautoriteit ingestelde commissie van beroep, indien de betrokkene op het moment van het afwijzen van het betreffende dispensatieverzoek niet is opgenomen in de registered testing pool van de internationale federatie. De samenstelling, werkwijze, besluitvorming en andere relevante aspecten met betrekking tot deze commissie van beroep worden bepaald door de Dopingautoriteit. Als deze commissie van beroep het besluit tot het afwijzen van het dispensatieverzoek herroept, kan WADA tegen dat besluit in beroep gaan bij het CAS. 62.2. Tegen een besluit van WADA met betrekking tot het inwilligen of afwijzen van een dispensatieverzoek, staat alleen beroep open bij het CAS. Beroepsgerechtigd in deze zijn de betrokkene en de Dopingautoriteit. 62.3. Dispensaties die op enig moment door WADA worden herzien, blijven van kracht tot het moment waarop de betrokkene schriftelijk door WADA van dit besluit op de hoogte is gesteld. 62.4. Indien een besluit inzake een dispensatieverzoek niet binnen de hiervoor geldende termijnen is genomen, wordt voor de toepassing van artikel 62 het dispensatieverzoek geacht te zijn afgewezen. Artikel 63 Beroepstermijnen 63.1. De termijn voor het instellen van beroep is eenentwintig dagen, te rekenen vanaf de dag dat de tot het instellen van beroep bevoegde partij schriftelijk van het voor beroep vatbare besluit in kennis is gesteld. 63.2. De tuchtrechtelijke behandeling van een dopingzaak in eerste aanleg dient uiterlijk binnen drie maanden na het aanhangig maken van de dopingzaak tot een uitspraak van de Tuchtcommissie, de Commissie van Beroep of het CAS te leiden. Indien dit niet het geval is, hebben de Dopingautoriteit, alsmede de betrokkene of de organisatie die van het begaan van een dopingovertreding wordt beschuldigd, het recht binnen een termijn van veertien dagen breoep aan te tekenen bij de Commissie van Beroep of het CAS. 63.3. De beroepstermijn voor een door WADA in te stellen beroep, dan wel een door WADA te plegen interventie, is de laatst aflopende van de volgende termijnen: a. eenentwintig dagen te rekenen vanaf de dag waarop de beroepstermijn voor de andere tot beroep gerechtigde partijen is verlopen; dan wel b. eenentwintig dagen te rekenen vanaf de dag waarop WADA het volledige dossier inzake het voor beroep vatbare besluit heeft ontvangen, waaronder in ieder geval een vertaling van dit besluit. 63.4. Het in artikel 63.3 onder b gestelde met betrekking tot WADA, is tevens van toepassing op de voor de Dopingautoriteit geldende beroepstermijn. Hoofdstuk 13 Restbepalingen Artikel 64 Taken en verantwoordelijkheden van de Dopingautoriteit 64.1. De Dopingautoriteit is de NADO van Nederland in de zin van dit reglement en de World AntiDoping Code. 64.2. De Dopingautoriteit heeft de volgende taken en bevoegdheden: a. het verzorgen van voorlichting, alsmede het aanbieden en ontwikkelen van voorlichtingsmateriaal; 138 b. het vaststellen van de van dit reglement onderdeel uitmakende bijlagen (uitgezonderd de dopinglijst); c. het opsporen van, en doen van onderzoek naar, mogelijke dopingzaken in binnen- en buitenland, het in dit verband beleggen van hoorzittingen, alsmede het in dit verband uitwisselen van kennis en informatie met binnen- en buitenlandse ADO’s; d. het bewaken van en toezicht houden op de correcte toepassing van dit reglement en de World Anti-Doping Code, alsmede het in dit kader waar nodig corrigeren en interveniëren (bijvoorbeeld door middel van het gebruik maken van het beroepsrecht); e. het in voorkomende gevallen zorgdragen voor de bewijsvoering; f. het beheren van de nationale registered testing pool; g. het beheren van whereabouts-informatie, alsmede het toepassen van de Whereabouts-bijlage; h. het verwerken, behandelen en beoordelen van dispensatieverzoeken, het verlenen van dispensaties, alsmede het toepassen van de Dispensatiebijlage; i. het plannen en uitvoeren van dopingcontroles, het laten analyseren van monsters; j. het in overeenstemming met dit reglement zorgdragen voor het uitvoeren van het dopingcontroleproces; k. het uitvoeren van het resultaatmanagement; l. het onderhouden van contacten met leden en/of betrokkenen, of hun vertegenwoordigers, specifiek, maar niet uitsluitend, in het kader van de toepassing van artikel 27 en artikel 46; m. het in voorkomende gevallen doen van aangifte in dopingzaken; n. het deelnemen aan de tuchtrechtelijke behandeling van dopingzaken; o. het samenwerken met politie, justitie, douane, de Inspectie Gezondheidszorg en andere justitiële instellingen en instanties (zoals bijvoorbeeld de douane, het Openbaar Ministerie, de politie en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) met betrekking tot mogelijke dopingzaken, alsmede het uitwisselen van informatie met deze instanties inzake mogelijke dopingzaken; p. het beheren van biologische paspoorten, waaronder het plannen en (laten) uitvoeren van monsterafname in dit verband, het (laten) analyseren van monsters, het (laten) beoordelen en/of vergelijken van resultaten, het benoemen van een commissie die de relevante gegevens beoordeelt, en alle andere aspecten zoals deze zijn bepaald in de richtlijn(en) voor dergelijke paspoorten zoals opgesteld door WADA, en de Bijlage inzake het biologische paspoort (indien de Dopingautoriteit een dergelijke bijlage vaststelt); q. het onderzoeken van (i) het betreffende begeleidend personeel indien sprake is van een dopingovertreding door een minderjarige, en (ii) begeleidend personeel dat werkt met meerdere leden die een dopingovertreding hebben begaan; r. het verlenen van volledige medewerking aan door WADA geïnitieerde onderzoeken naar (i) dopingovertredingen, en (ii) activiteiten die doping kunnen faciliteren; s. het uitvoeren van alle andere door of namens WADA aan de Dopingautoriteit opgelegde taken en verplichtingen; en t. het verrichten van alle overige werkzaamheden en taken die bijdragen aan het terugdringen van dopinggebruik in de sport. Artikel 65 Taken en verantwoordelijkheden van leden Onverminderd het gestelde in de andere Hoofdstukken van dit reglement, heeft elk lid de volgende taken en verantwoordelijkheden: a. het zich houden aan de op hem van toepassing zijnde dopingreglementen; b. het te allen tijde beschikbaar zijn voor het uitvoeren van een dopingcontrole; c. het voorkomen dat een verboden stof of verboden methode in zijn lichaam terecht komt; d. het voorkomen dat hij een dopingovertreding begaat; e. het informeren van begeleidend personeel, waaronder in iedere geval het medische personeel, inzake (i) de voor leden geldende verplichting om geen verboden stoffen en verboden methoden te gebruiken of toegediend te krijgen, en (ii) de verantwoordelijkheid van het begeleidend personeel ervoor te zorgen dat geen verboden stoffen en/of verboden methoden in het lichaam van een lid dat zij begeleiden, behandelen en/of waarmee zij werken, terecht komen; f. het in kennis stellen van de Dopingautoriteit en de internationale federatie van elke uitspraak of besluit van een niet onder de World Anti-Doping Code vallende organisatie of instantie, inhoudende dat hij in de voorgaande tien jaar een dopingovertreding heeft begaan; en g. het verlenen van medewerking aan door ADO’s geïnitieerde onderzoeken naar (i) dopingovertredingen, en (ii) activiteiten die doping kunnen faciliteren. 139 Artikel 66 Taken en verantwoordelijkheden van begeleidend personeel Onverminderd het gestelde in de andere Hoofdstukken van dit reglement, heeft begeleidend personeel de volgende taken en verantwoordelijkheden: a. het verlenen van medewerking aan de uitvoering van dopingcontroles bij leden; b. het bij leden stimuleren van een afwijzende houding ten aanzien van doping; c. het voorkomen dat een verboden stof of verboden methode in het lichaam terecht komt van leden die door het begeleidend personeel worden begeleid en/of waarmee het begeleidend personeel werkt; d. het voorkomen dat het een dopingovertreding begaat; e. het in kennis stellen van de Dopingautoriteit en de internationale federatie van elke uitspraak of besluit van een niet onder de World Anti-Doping Code vallende organisatie of instantie, inhoudende dat hij in de voorgaande tien jaar een dopingovertreding heeft begaan; en f. het verlenen van medewerking aan door ADO’s geïnitieerde onderzoeken naar (i) dopingovertredingen, en (ii) activiteiten die doping kunnen faciliteren. Artikel 67 Taken en verantwoordelijkheden van de NTTB Onverminderd het gestelde in de andere Hoofdstukken van dit reglement, heeft de NTTB de volgende taken en verantwoordelijkheden: a. het verlenen van medewerking aan de uitvoering van dopingcontroles bij leden; b. het verlenen van medewerking aan door ADO’s geïnitieerde onderzoeken naar (i) dopingovertredingen, en (ii) activiteiten die doping kunnen faciliteren; en c. het direct bij de Dopingautoriteit en de ITTF en/of ETTU melden van alle informatie die mogelijk wijst op of mogelijk verband houdt met een dopingovertreding. Artikel 68 Privacy 68.1. Het maken van opnamen in beeld of geluid van de dopingcontrole, alsmede het tonen, weergeven of openbaar maken van beeld- en/of geluidsopnamen van de dopingcontrole, is slechts toegestaan na toestemming van de betrokkene en de dopingcontrole-uitvoerende organisatie. 68.2. De persoonsgegevens van de betrokkene, waaronder zijn whereabouts-informatie, dispensatiegegevens en controleresultaten, (kunnen) worden verzonden aan de NTTB, de dopingcontrole-uitvoerende organisatie, het laboratorium en de relevante ADO’s, waaronder in ieder geval de Dopingautoriteit, de internationale federaties, alsmede WADA. 68.3. De Dopingautoriteit en de NTTB kunnen informatie verspreiden inzake controleresultaten en/of dopingzaken in overeenstemming met het daaromtrent bepaalde in dit reglement, de World AntiDoping Code en/of een of meer International Standards. Artikel 69 Kosten 69.1. Voor zover het de uitvoering van de analyse betreft, voldoet de betrokkene de kosten van het in artikel 23 bedoelde onderzoek van het B-monster, tenzij: a. de analyse van het B-monster geschiedt op verzoek van de Dopingautoriteit, in welk geval de bedoelde kosten, ongeacht het analyseresultaat, voor rekening komen van de Dopingautoriteit; dan wel b. de uitslag van de analyse van het B-monster de uitslag van het A-monster niet bevestigt, in welk geval de bedoelde kosten voor rekening van de Dopingautoriteit komen. 69.2. De overige kosten die de betrokkene maakt in het kader van het laten analyseren van het Bmonster, zoals het aanwezig zijn van de betrokkene zelf en/of een door hem aangewezen persoon in het laboratorium, komen voor rekening van de betrokkene. 69.3. De kosten die de betrokkene maakt in het kader van diens verdediging bij een dopingzaak, komen voor eigen rekening, tenzij de Tuchtcommissie, Commissie van Beroep, het CAS, arbitragecollege of rechter anders beslist. 69.4. Kosten die worden gemaakt in het kader van het onderzoeken van een atypische bevinding, conform hetgeen dit reglement en/of de dopinglijst bepalen, komen voor rekening van de Dopingautoriteit, tenzij dit onderzoek aantoont dat zijdens de betrokkene sprake is van een dopingovertreding, in welk geval de kosten voor rekening van de betrokkene komen. 140 69.5. De kosten die verbonden zijn aan het in artikel 24.2 sub c bedoelde documentatiepakket (zowel inzake het A-monster als het B-monster) komen voor rekening van de betrokkene, tenzij de Tuchtcommissie, Commissie van Beroep of het CAS besluit dat de betrokkene zich niet schuldig heeft gemaakt aan een dopingovertreding, in welk geval deze kosten voor rekening van de Dopingautoriteit komen. Artikel 70 Verhouding reglementen 70.1. Dit reglement is opgezet als een waar mogelijk zelfstandig toepasbaar reglement. Dientengevolge zijn andere reglementen en/of besluiten van de NTTB slechts van toepassing voor zover deze aanvullend werken op dit reglement en daarmee niet in strijd zijn. 70.2. De toepassing van dit reglement wordt niet beperkt door andere reglementen van de NTTB. Derhalve is het Tuchtreglement van de NTTB slechts van toepassing, voor zover het Tuchtreglement niet in strijd is met de inhoud en/of de strekking van dit reglement. Artikel 71 Interpretatie 71.1. In relevante gevallen geschiedt interpretatie van dit reglement aan de hand van de Engelstalige tekst van de ten tijde van de dopingcontrole, dan wel (indien geen sprake was van een dopingcontrole) het (beweerdelijk) plaatsvinden van de dopingovertreding van kracht zijnde World Anti-Doping Code en/of International Standards. 71.2. De World Anti-Doping Code dient te worden geïnterpreteerd als een onafhankelijke en autonome tekst, en niet aan de hand van wetten of statuten, tenzij dit reglement uitdrukkelijk anders bepaalt. 71.3. De opschriften van de artikelen in dit reglement dienen slechts voor gebruiksgemak, maken geen onderdeel uit van de inhoud van de artikelen, en zijn niet van invloed op de interpretatie van de bijbehorende bepalingen. 71.4. Dit reglement is overeenkomstig de van toepassing zijnde bepalingen in de World Anti-Doping Code en bijbehorende International Standards opgesteld, en dient te worden geïnterpreteerd op een wijze die verenigbaar is met deze bepalingen van de World Anti-Doping Code en International Standards. 71.5. De toelichting bij de bepalingen in de World Anti-Doping Code kunnen worden gebruikt bij het interpreteren van dit reglement. Hetzelfde geldt voor een door de Dopingautoriteit opgestelde toelichting bij dit reglement, als een dergelijke toelichting beschikbaar is. 71.6. Alle voor het resultaatmanagement geldende termijnen vangen aan op de eerstvolgende dag nadat de betrokkene, de NTTB en/of de Dopingautoriteit schriftelijk de bedoelde kennisgeving of informatie hebben ontvangen. 71.7. De datum van ontvangst wordt bij schriftelijke correspondentie geacht zeven dagen na de datum van verzending te zijn gelegen. Artikel 72 Overgangsbepalingen 72.1. Artikel 50 en artikel 55 zijn procedurele bepalingen die met terugwerkende kracht kunnen worden toegepast. 72.2. Ten tijde van het doen van aangifte van een dopingovertreding zijn van toepassing de bepalingen van dit reglement zoals die op die datum gelden. Indien tijdens het aanhangig zijn van een dopingzaak bepalingen van dit reglement worden gewijzigd, zijn om redenen van proceseconomie en omwille van te betrachten uniformiteit, die gewijzigde bepalingen op de behandeling van de dopingzaak van toepassing, tenzij naar het oordeel van de Tuchtcommissie, Commissie van Beroep of het CAS de betrokkene hierdoor aantoonbaar wordt geschaad, in welk geval de oorspronkelijke bepalingen van kracht blijven. 72.3. Bij het bepalen van de periode van uitsluiting voor een tweede dopingovertreding op basis van artikel 50, waarbij de sanctie voor de eerste dopingovertreding is bepaald op basis van het Antidopingreglement zoals dit van toepassing was voorafgaand aan de inwerkingtreding van de World Anti-Doping Code op 1 januari 2015, dient de periode van uitsluiting te worden toegepast die voor 141 voornoemde eerste dopingovertreding zou zijn opgelegd indien het op 1 januari 2015 in werking getreden Anti-dopingreglement van toepassing zou zijn geweest. Artikel 73 Bijlagen 73.1. De bij dit reglement behorende en van dit reglement onderdeel uitmakende bijlagen worden, uitgezonderd de dopinglijst, vastgesteld door de Dopingautoriteit. 73.2. De in het vorige lid bedoelde bijlagen treden in werking vanaf het moment van plaatsing op de website van de Dopingautoriteit: www.dopingautoriteit.nl. De dopinglijst treedt telkens in werking op een door WADA te bepalen datum. Artikel 74 Slotbepaling In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist het Hoofdbestuur. In dergelijke gevallen consulteert het Hoofdbestuur, voorafgaand aan het nemen van een besluit, de Dopingautoriteit. 142 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 13 - agendapunt 9D WIJZIGINGEN COMPETITIEREGLEMENT Artikel 17 luidt als volgt: Artikel 17 Uitstel van competitiewedstrijden Slechts bij hoge uitzondering en alleen om bijzondere redenen, te beoordelen door de betrokken competitieleider, kan uitstel van het spelen van een competitiewedstrijd worden verleend. Het verzoek daartoe moet schriftelijk en met redenen omkleed ten minste vier maal 24 uur vóór het vastgestelde tijdstip van de competitiewedstrijd bij die competitieleider zijn ingediend. Deze draagt er zorg voor dat in geval van verlenen van uitstel de betrokken lid-verenigingen ten minste 24 uur vóór het oorspronkelijk vastgestelde tijdstip van de competitiewedstrijd hiervan in kennis zijn gesteld. In ieder geval zal de betrokken competitieleider uitstel verlenen indien een speler door de ETTU of ITTF voor een evenement is uitgenodigd, en indien een speler door de NTTB is uitgenodigd voor deelname aan door het Hoofdbestuur jaarlijks aan het begin van het wedstrijdseizoen vast te stellen evenementen en trainingsstages, mits het verzoek tot uitstel zo spoedig mogelijk na het bekend worden van de nominatie van de betrokken speler, maar uiterlijk binnen 2 weken na die nominatie door de vereniging van de betrokken speler schriftelijk bij de betrokken competitieleider wordt ingediend. Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel als volgt te wijzigen: Artikel 17 Uitstel van competitiewedstrijden Slechts bij hoge uitzondering en alleen om bijzondere redenen, te beoordelen door de betrokken competitieleider, kan uitstel van het spelen van een competitiewedstrijd worden verleend. Het verzoek daartoe moet schriftelijk en met redenen omkleed ten minste vier maal 24 uur vóór het vastgestelde tijdstip van de competitiewedstrijd bij die competitieleider zijn ingediend. Deze draagt er zorg voor dat in geval van verlenen van uitstel de betrokken lid-verenigingen ten minste 24 uur vóór het oorspronkelijk vastgestelde tijdstip van de competitiewedstrijd hiervan in kennis zijn gesteld. In ieder geval zal de betrokken competitieleider uitstel verlenen indien een speler door de ETTU of ITTF voor een evenement is uitgenodigd, en indien een speler door de NTTB is uitgenodigd voor deelname aan door het Hoofdbestuur jaarlijks aan het begin van het wedstrijdseizoen vast te stellen evenementen en trainingsstages, mits het verzoek tot uitstel zo spoedig mogelijk na het bekend worden van de nominatie van de betrokken speler, maar uiterlijk binnen 2 weken na die nominatie door de vereniging van de betrokken speler schriftelijk bij de betrokken competitieleider wordt ingediend. Het Hoofdbestuur kan bij HB-besluit nadere voorwaarden stellen voor het uitnodigen van spelers voor de genoemde evenementen en trainingsstages. Toelichting Gedurende dit jaar is onduidelijkheid ontstaan over de status van deelnemers aan internationale evenementen in relatie tot de verplichting van competitieleiders om uitstel te verlenen voor competitiewedstrijden. Deze verplichting geldt indien een speler door de NTTB is uitgenodigd voor deelname aan evenementen en trainingsstages. Aan een aantal internationale toernooien nemen echter ook spelers deel die niet door de NTTB uitgenodigde zijn om hieraan deel te nemen, maar dit op eigen gelegenheid en op eigen kosten doen. Omdat voor de meeste internationale toernooien (in ieder geval voor alle toernooien die meetellen voor de Wereldranglijst) geldt dat uitsluitend nationale bonden deelnemers kunnen inschrijven, verzorgt de NTTB de inschrijving ook voor deze niet door de NTTB zelf uitgenodigde spelers. Aangezien deze spelers op eigen gelegenheid deelnemen, kan geen sprake zijn van uitstel van competitiewedstrijden. Er is immers geen uitnodiging door de NTTB en dus geen sprake van een situatie waarin de speler op meerdere plaatsen tegelijk moet zijn. Om deze reden is aan artikel 17 toegevoegd dat het Hoofdbestuur nadere voorwaarden kan stellen voor het uitnodigen van spelers voor dergelijke evenementen. Deze nadere voorwaarden zijn aangegeven in de jaarlijks te publiceren Hoofdbestuursbesluiten, en worden tevens aangegeven in elke uitnodiging voor een internationaal evenement. 143 Artikel 22 lid 2 en 3 luiden als volgt: Artikel 22 Speelgerechtigdheid 2. Een dame is niet gerechtigd aan de herencompetitie deel te nemen, tenzij het Hoofdbestuur dispensatie heeft verleend op grond van haar lidmaatschap van één van de nationale selecties zoals vermeld in het jaarlijks verschijnende Topsportstatuut. Het Hoofdbestuur kan nadere voorwaarden stellen aan de deelname in de herencompetitie. Deze voorwaarden worden voorafgaand aan de teamopgave voor elke competitie aan de betrokken vereniging(en) medegedeeld. Door de teamopgave maakt betrokkene kenbaar of zij in het betreffende wedstrijdseizoen van de dispensatie gebruik maakt. Indien betrokkene niet meer voldoet aan de gestelde criteria en eventuele nadere voorwaarden vervalt de mogelijkheid tot dispensatie met ingang van het volgende wedstrijdseizoen. 3. Tevens kan door het Hoofdbestuur dispensatie worden verleend aan een dame die deel uitmaakt van een team dat vanuit de hoogste afdelingsklasse is gepromoveerd naar de landelijke herencompetitie. De betrokken dame dient minimaal 70% van het aantal enkelspelwedstrijden gespeeld te hebben, met een winstpercentage van minimaal 40%. Wanneer het team van de betrokken dame zich minimaal twee opeenvolgende competities handhaaft in de landelijke herencompetitie krijgt de betrokken dame het recht om ook in andere teams en/of namens andere lid-verenigingen in de landelijke herencompetitie uit te komen. Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel als volgt te wijzigen: Artikel 22 Speelgerechtigdheid 2. Een dame is niet gerechtigd aan de herencompetitie deel te nemen, tenzij het Hoofdbestuur dispensatie heeft verleend op grond van: a. Haar lidmaatschap van één van de nationale selecties zoals vermeld in het jaarlijks verschijnende Topsportstatuut. Het Hoofdbestuur kan nadere voorwaarden stellen aan de deelname in de herencompetitie. Deze voorwaarden worden voorafgaand aan de teamopgave voor elke competitie aan de betrokken vereniging(en) medegedeeld. b. Het feit dat zij deel uitmaakt van een team dat uitkomt in de eredivisie dames. De betrokken dame dient in het direct voorafgaande wedstrijdseizoen ten minste 8 wedstrijden in de eredivisie dames te hebben gespeeld. Voor het opstellen van een dame in de landelijke herencompetitie die niet aan dit aantal voldoet, dient de betrokken lid-vereniging toestemming te vragen aan de betrokken competitieleider Door de teamopgave maakt betrokkene kenbaar of zij in het betreffende wedstrijdseizoen van de dispensatie gebruik maakt. Indien betrokkene niet meer voldoet aan de gestelde criteria en eventuele nadere voorwaarden vervalt de mogelijkheid tot dispensatie met ingang van het volgende wedstrijdseizoen. 3. Tevens kan door het Hoofdbestuur dispensatie worden verleend aan een dame die deel uitmaakt van een team dat vanuit de hoogste afdelingsklasse is gepromoveerd naar de landelijke herencompetitie. De betrokken dame dient minimaal 50% van het aantal enkelspelwedstrijden gespeeld te hebben, met een winstpercentage van minimaal 50%. Wanneer de betrokken dame in de competitie na promotie naar de landelijke herencompetitie is uitgekomen in het team waarmee zij naar de landelijke herencompetitie is gepromoveerd krijgt zij het recht om ook in andere teams en/of namens andere lidverenigingen in de landelijke herencompetitie uit te komen. Toelichting In 2013 is artikel 22 lid 2 aangepast. Daarbij is het aantal speelsters dat toegang kan krijgen tot de landelijke herencompetitie uitgebreid met de leden van de nationale jeugdselecties. Gebleken is dat dit in een behoefte voorziet, en tevens geen verzwakking van de hoogste landelijke damesklassen tot gevolg heeft. Wel is geconstateerd dat een aantal jonge speelsters buiten de jeugdselecties die sterker zijn dan leden van de nationale jeugdselecties nu niet in aanmerking komen voor deze dispensatie. Zij komen alleen in aanmerking voor deelname aan de landelijke herencompetitie indien zij met een team uit de afdelingscompetitie mee promoveren. Vanuit de gezamenlijke eredivisieverenigingen is voorgesteld deze dispensatie ook mogelijk te maken voor niet-selectiespeelsters die in de dames eredivisie spelen. Het Hoofdbestuur neemt dit voorstel van de eredivisieverenigingen over. In overleg tussen Hoofdbestuur en verenigingen is wel een aantal voorwaarden aan deze dispensatie geformuleerd. Het moet gaan om dames die in een team in de eredivisie dames zijn opgesteld. Tevens wordt dispensatie alleen aan deze dames 144 verleend als zij in het voorafgaande wedstrijdseizoen (najaars- en voorjaarsdeel samen) ten minste 8 wedstrijden in de eredivisie dames hebben gespeeld. Haalt de betrokken dame dit niet, dan kan de betrokken competitieleider alsnog dispensatie verlenen indien hij van oordeel is dat er voldoende reden is dat de betrokken dame dit aantal niet haalde. In alle andere gevallen verliest de betrokken dame het recht op spelen in de landelijke herencompetitie. Het Hoofdbestuur deelt de mening van de eredivisieverenigingen dat het spelen in de landelijke herencompetitie het niveau van deze dames ten goede kan komen, waarmee ook het niveau van de dames eredivisie wordt verhoogd. De aanpassing van artikel 22 lid 3 heeft twee redenen. Ten eerste is gebleken dat met name dames die meepromoveren en tevens in de landelijke damescompetitie spelen moeilijk aan het vereiste aantal gespeelde wedstrijden kunnen komen, zeker als de wedstrijden in de afdelingsseniorencompetitie waarin zij mee promoveren op zaterdag worden gespeeld. Met het oog daarop stelt het HB voor om het minimum aantal wedstrijden dat nodig is om mee te kunnen promoveren wordt verlaagd van 70% naar 50% van het totaal aantal wedstrijden dat door het team dat naar de landelijke herencompetitie is gepromoveerd is gespeeld. Ten tweede is gebleken dat de dames die in de afgelopen jaren zijn meegepromoveerd zeer ruim hebben voldaan aan het minimum winstpercentage van 40%. Daarom is dit minimum winstpercentage verhoogd naar 50%. Tevens is gebleken dat in een aantal gevallen waarbij dames mee promoveerden naar de landelijke herencompetitie het team zich niet handhaafde, terwijl de dame(s) in het team echter duidelijk de sterkste spelers van het team waren. Door de degradatie van het team verloren zij echter het recht om uit te komen in de landelijke herencompetitie. Aangezien het niet goed te rechtvaardigen is dat een dame die bewezen het niveau van de landelijke herencompetitie heeft haar dispensatie verliest doordat de andere spelers in haar team te zwak zijn, is deze regel aangepast. Wanneer de dame ook daadwerkelijk gebruik maakt van het recht op uitkomen in de landelijke herencompetitie verwerft zij daarmee het recht dit te blijven doen. Artikel 34 luidt als volgt: Artikel 34 Promotie De teams die promotieplaatsen bezetten hebben het recht respectievelijk de plicht te promoveren of deel te nemen aan promotiewedstrijden, tenzij het bepaalde in artikel 24 lid 3 van dit reglement deze teams dat recht ontneemt of van die plicht ontslaat. Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel als volgt te wijzigen: Artikel 34 Promotie 1. De teams die promotieplaatsen bezetten hebben het recht respectievelijk de plicht te promoveren of deel te nemen aan promotiewedstrijden, tenzij het bepaalde in artikel 24 lid 3 van dit reglement deze teams dat recht ontneemt of van die plicht ontslaat. 2. Een vereniging kan, uitsluitend vóór aanvang van een competitie, de betrokken competitieleider schriftelijk en met redenen omkleed verzoeken voor één of meerdere van hun teams af te zien van het recht op promotie. Indien de competitieleider een dergelijk verzoek inwilligt, worden in de betreffende groep aan het einde van de competitie twee eindstanden opgemaakt. Voor promotie geldt een eindstand waarin alle resultaten van het team dat heeft afgezien van het recht op promotie uit de stand zijn verwijderd. Voor degradatie geldt een eindstand inclusief alle resultaten van het team dat heeft afgezien van het recht op promotie. Toelichting Het komt met enige regelmaat voor, dat verenigingen voor een bepaald team vragen of kan worden afgezien van het recht respectievelijk de plicht van een team te promoveren. Hiervoor kunnen verschillende plausibele redenen zijn. Het huidige Competitiereglement biedt echter geen reglementaire basis voor het inwilligen van een dergelijk verzoek. Artikel 24 lid 3 regelt wel het zogenaamde promotieverbod, dat kan worden opgelegd als in een team waarin een speler uitkomt die wegens omstandigheden in een hoger genummerd team is ingedeeld dan waarvoor hij feitelijk wegens zijn speelsterkte is aangemerkt. Dit biedt de competitieleider te mogelijkheid om een team te verbieden te promoveren. Echter, dit ondervangt niet 145 de situatie waarbij de sterktevolgorde binnen een vereniging klopt met de speelsterkte, maar waarbij een team toch goede redenen heeft niet te willen promoveren. Het nieuwe lid 2 biedt deze mogelijkheid wel. De vereniging kan een dergelijk verzoek doen. Of dit wordt ingewilligd wordt beoordeeld door de betrokken competitieleider. Belangrijk is dat het verzoek vóór aanvang van de competitie wordt ingediend, zodat vóór aanvang van de competitie bij alle betrokken verenigingen en teams duidelijk is of, en zo ja welk, team in de groep niet zal promoveren. Verzoeken tijdens of ná een competitie zijn niet mogelijk. Artikel 28 lid 3 luidt als volgt: Artikel 28 Competitiewedstrijd 3. Voor de eredivisie dames en heren geldt een aparte regeling, welke is omschreven in artikel 42. Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel als volgt te wijzigen Artikel 28 Competitiewedstrijd 3. Voor de eredivisie dames en heren geldt een aparte regeling, welke door middel van een Hoofdbestuursbesluit wordt vastgesteld. Artikel 42 luidt als volgt: Artikel 42 Eredivisie dames en heren 1. Zowel de eredivisie dames als de eredivisie heren bestaat in de najaarscompetitie uit 10 teams en in de voorjaarscompetitie uit 12 teams. 2. Een competitiewedstrijd in deze klassen bestaat uit zes enkelspelen. Iedere speler speelt twee enkelspelen. In alle wedstrijden, met uitzondering van de finale van de zogenaamde "play-off", worden de sets gespeeld in de volgorde: A – Y, B – X, C – Z, A – X, C – Y, B – Z. In de finale van de zogenaamde "playoff" worden de sets gespeeld in de volgorde A - X, B - Y, C - Z, A - Y, B - X. Na het derde enkelspel wordt een pauze van 15 minuten gehouden. 3. Een team bestaat uit ten minste drie spelers. 4. Gedurende de najaarscompetitie wordt een halve competitie gespeeld. In deze halve competitie worden in alle wedstrijden alle zes enkelspelen gespeeld. Na deze halve competitie (de voorronde) wordt er een stand opgemaakt. De hoogst geëindigde zes teams spelen gedurende de voorjaarscompetitie in de zogenaamde Eredivisie A om het landskampioenschap. De Eredivisie A start met een halve competitie. In deze halve competitie worden de wedstrijden beëindigd zodra één van beide teams 4 enkelspelen heeft gewonnen. Na deze halve competitie wordt een stand opgemaakt. Daarna zullen de deelnemers via een zogenaamde “play off” uitmaken wie zich kampioen mag noemen. De nummers 1 en 2 na de halve competitie zijn direct geplaatst voor de halve finales. De nummer 3 speelt in de kwartfinale tegen de nummer 6, de nummer 4 speelt in de kwartfinale tegen de nummer 5. De winnaar van de kwartfinale tussen de nummers 3 en 6 speelt in de halve finale tegen de nummer 2 uit de halve competitie. De winnaar van de kwartfinale tussen de nummers 4 en 5 speelt tegen de nummer 1 uit de halve competitie. Zowel in de kwart- als halve finale spelen de teams zowel een thuis- als een uitwedstrijd. Een competitiewedstrijd in de kwart- en halve finales is beslist zodra er één van beide teams 4 sets heeft gewonnen. In de kwart- en halve finales wint het team dat beide competitiewedstrijden wint. Indien beide teams één wedstrijd winnen of één of beide wedstrijden in een gelijkspel eindigt, wint het team dat in beide wedstrijden samen de meeste enkelspelen gewonnen heeft. Indien dit aantal gewonnen enkelspelen gelijk is, wordt de uitslag bepaald volgens het gestelde in artikel 33 lid 2 en 3. De winnaars spelen één competitiewedstrijd op neutraal terrein tegen elkaar om het kampioenschap. Deze finalewedstrijd wordt beëindigd zodra één van beide teams drie enkelspelen heeft gewonnen. e De laagst geëindigde vier teams spelen samen met de kampioenen van de 1 divisie uit de najaarscompetitie in de Eredivisie B één groep van 6 teams. In deze groep wordt een hele competitie gespeeld. In deze competitie worden in alle wedstrijden alle zes enkelspelen gespeeld. 5. In de zogenaamde “play off’ mogen alleen die spelers worden opgesteld die in de halve competitie in het najaar ten minste 3 wedstrijden én in de halve competitie in het voorjaar ten minste 2 wedstrijden 146 hebben gespeeld. Voor het opstellen van een speler die niet aan deze norm voldoet, dient de betrokken lid-vereniging toestemming te vragen aan de betrokken competitieleider. Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel te schrappen en te vervangen door een Hoofdbestuursbesluit waarin de samenstelling en speelwijze van de eredivisies wordt bepaald. De Reglementscommissie heeft in het kader van reglementering en de samenhang met de overige reglementen en/of reglementsartikelen geen bezwaar tegen deze wijzigingen. 147 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 14 - agendapunt 9E WIJZIGINGEN TOERNOOI- EN WEDSTRIJDREGLEMENT Artikel 10 luidt als volgt: Artikel 10 Aanwijzing Bondsvertegenwoordiger 1. De organisator van een I-, N-, N-I-, N-S- of O-L-, O-S-evenement krijgt, tegelijk met de toestemming tot het houden van het evenement, door het Hoofdbestuur een bondsvertegenwoordiger toegewezen. 2. De organisator van een O-A-evenement krijgt, tegelijk met de toestemming tot het houden van het evenement, door het betrokken Afdelingsbestuur een bondsvertegenwoordiger toegewezen. Het Hoofdbestuur stelt voor dit artikel als volgt te wijzigen Artikel 10 Aanwijzing Bondsvertegenwoordiger 1. De organisator van een I-, N-, N-I-, N-S- of O-L-, O-S-evenement krijgt, tegelijk met de toestemming tot het houden van het evenement, door het Hoofdbestuur een bondsvertegenwoordiger toegewezen. 2. Bij een N-I-evenement benoemt het Hoofdbestuur daarnaast een jury, bestaande uit de bondsvertegenwoordiger, een lid van het Hoofdbestuur en een vertegenwoordiger van de organisator. De jury heeft bij N-I-evenementen alle bevoegdheden welke in de artikelen 13 en 15 van dit reglement zijn toegeschreven aan de bondsvertegenwoordiger. 3. De organisator van een O-A-evenement krijgt, tegelijk met de toestemming tot het houden van het evenement, door het betrokken Afdelingsbestuur een bondsvertegenwoordiger toegewezen. Toelichting De groep N-I-evenementen is omschreven als nationale evenementen waarbij wordt gespeeld volgens internationale regels. Deze groep evenementen bestaat uit de Nederlandse Kampioenschappen A, de Masters en de finaleronde van de Nationale Beker. De afgelopen 10 jaar zijn met name de NK-A en de Masters uitgegroeid tot evenementen waarbij voor de kwaliteit van het evenement niet alleen reglementaire en wedstrijdtechnische zaken van belang zijn, maar ook financiële, publicitaire en mediabelangen een rol spelen. Alle beslissingen rond toernooien worden echter conform het T&W-reglement uiteindelijk genomen door de Bondsvertegenwoordiger. Dat is bij de meeste toernooien geen probleem. Bij NK-A, Masters en Bekerfinale komen echter inmiddels zo veel extra zaken kijken, dat van een Bondsvertegenwoordiger niet mag worden verwacht dat deze alleen al deze beslissingen kan nemen. Dit gaat aanzienlijk verder dan de eisen die aan een Bondsvertegenwoordiger worden gesteld. Het is ook niet realistisch te verwachten dat Bondsvertegenwoordigers zo breed gekwalificeerd kunnen zijn dat zij bij deze evenementen alle beslissingen geheel alleen te nemen. Om deze redenen stelt het Hoofdbestuur voor om bij de N-I-evenementen een jury te benoemen. Deze jury bestaat uit de Bondsvertegenwoordiger, een lid van het Hoofdbestuur en een vertegenwoordiger van de organisatie. Deze jury heeft de bevoegdheden zoals omschreven in artikel 13 en 15 van het Toernooi- en Wedstrijdreglement. Dit houdt in het nemen van beslissingen over alles wat het verloop en de kwaliteit van het evenement kan beïnvloeden, inclusief het geven van aanwijzingen aan deelnemers, andere betrokken partijen (sponsors, leveranciers, pers, marketing, organisatie etc) en in extreme gevallen het geheel of gedeeltelijk aflassen van het evenement (artikel 13). Daarnaast fungeert de jury als instantie bij wie deelnemers en andere bij het evenement betrokkenen protest kunnen indienen omtrent beslissingen van de toernooileiding of andere binnen het toernooi verantwoordelijke partijen en organen (artikel 15). De jury wordt voorafgaande aan het evenement aangesteld door het Hoofdbestuur. De Reglementscommissie heeft in het kader van reglementering en de samenhang met de overige reglementen en/of reglementsartikelen geen bezwaar tegen deze wijziging. 148 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 15 – agendapunt 10A HB-BESLUITEN 2015 NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Uitgave december 2014 149 HB-Besluiten 2015 De besluiten zijn geldig van 1 januari 2015 t/m 31 december 2015. A. Controle van het bat op de eisen van hoofdstuk 2.4 en 3.2.4. van de Spelregels A1. Hoofdbestuursbesluit aangaande het lijmen in accommodaties. 1. In alle accommodaties waar onder auspiciën van de NTTB tafeltennis wordt gespeeld geldt een verbod om te lijmen in gesloten ruimtes, ongeacht of de ruimte geventileerd is. Dat houdt in dat in de gehele accommodatie niet gelijmd mag worden. Het verbod geldt voor alle lijmen, met of zonder schadelijke vluchtige organische stoffen. Lijmen kan alleen in de buitenlucht, geheel op eigen risico. 2. Indien direct voor of tijdens een evenement (een toernooi of competitiewedstrijd) geconstateerd wordt dat er gelijmd wordt binnen de accommodatie, dan is de betreffende persoon strafbaar. 3. Indien bij een toernooi geconstateerd wordt dat een deelnemer (of begeleider van de deelnemer) de onder punt 1 beschreven regel overtreedt, dan volgt direct uitsluiting van de desbetreffende speler voor het gehele (lopende) toernooi waaraan op dat moment wordt deelgenomen. Bij toernooien heeft de hoofdscheidsrechter dan wel de bondsvertegenwoordiger de bevoegdheid om deze maatregel uit te voeren. Indien er geen bondsvertegenwoordiger aanwezig is, dan is dat de toernooileider. Bij toernooien waar alle wedstrijden worden geleid door bondsscheidsrechters is de hoofdscheidsrechter tevens de bondsvertegenwoordiger. 4. Indien bij een competitiewedstrijd geconstateerd wordt dat een deelnemer (of begeleider van de deelnemer) de onder punt 1 beschreven regel overtreedt, dan volgt direct uitsluiting van de desbetreffende speler voor alle te spelen partijen van de competitiewedstrijd waaraan op dat moment wordt deelgenomen. Bij competitiewedstrijden geleid door bondsscheidsrechters heeft de bondsscheidsrechter de bevoegdheid om deze maatregel uit te voeren. Bij competitiewedstrijden zonder bondsscheidsrechter ligt deze verantwoordelijkheid bij de betrokken competitieleider. A2: Controle op de in de Spelregels aan het bat gestelde eisen 1. Tijdens competitiewedstrijden, toernooien en andere evenementen kan racketcontrole plaatsvinden. Het Hoofdbestuur bepaalt bij welke competitiewedstrijden in de landelijke competitie en bij welke nationale evenementen (I-, N-, OL- en OS-evenementen) racketcontrole wordt toegepast. Het betrokken Afdelingsbestuur bepaalt in welke afdelingscompetitiewedstrijden en –evenementen (OAevenementen) racketcontrole plaatsvindt. 2. Bij competitiewedstrijden die worden geleid door bondsscheidsrechters zijn de aangewezen bondsscheidsrechters verantwoordelijk voor de racketcontrole. De racketcontrole wordt uitgevoerd door de bondsscheidsrechters die voor die wedstrijd zijn aangewezen. Zij kunnen de controle laten uitvoeren door andere opgeleide racketcontroleurs. 3. Bij andere competitiewedstrijden is de betrokken competitieleider verantwoordelijk voor de racketcontrole. Racketcontrole wordt bij deze wedstrijden uitgevoerd door opgeleide racketcontroleurs. 4. Bij alle andere evenementen is de hoofdscheidsrechter dan wel de bondsvertegenwoordiger verantwoordelijk voor de racketcontrole. Indien de bondsvertegenwoordiger niet aanwezig is, is de toernooileider verantwoordelijk. Indien alle wedstrijden van het evenement worden geleid door bondsscheidsrechters vindt de racketcontrole plaats door bondsscheidsrechters aangewezen door de hoofdscheidsrechter. Indien geen of niet alle wedstrijden worden geleid door bondsscheidsrechters vindt racketcontrole plaats door opgeleide racketcontroleurs aangewezen door de bondsvertegenwoordiger. 5. Indien tijdens een racketcontrole blijkt dat een bat niet voldoet aan de in hoofdstuk 2.4 van de Spelregels gestelde eisen volgt diskwalificatie van de speler voor de betrokken wedstrijd, tenzij de speler in staat is om tijdig een racket te tonen dat wel aan de eisen voldoet. Tijdig betekent dat vóór aanvang van de betrokken wedstrijd een racketcontrole kan worden uitgevoerd. 6. Een diskwalificatie als gevolg van een racketcontrole geldt niet als het staken van een wedstrijd of het zich onttrekken aan de plicht een wedstrijd te spelen als bedoeld in artikel 13 van het 150 Competitiereglement en ook niet als het zich niet houden aan een door de toernooileider gegeven aanwijzing als bedoeld in artikel 16 van het Reglement Toernooien en Wedstrijden. 7. Wanneer blijkt dat het bat van één dezelfde speler bij meerdere racketcontroles niet blijkt te voldoen aan de in hoofdstuk 2.4 van de Spelregels gestelde eisen kan het Hoofdbestuur aangifte doen bij de Tuchtcommissie. 8. Er is een landelijke commissie racketcontrole. Voor wedstrijden die niet worden geleid door bondsscheidsrechters verzorgt deze commissie de uitvoering van de racketcontroles bij evenementen in de landelijke competities en nationale toernooien. Tevens verzorgt deze commissie de opleiding van de racketcontroleurs en een uniforme toepassing van de controle. 9. Het HB adviseert dat in elke afdeling een aparte commissie racketcontrole wordt gevormd onder leiding van een door het afdelingsbestuur aan te wijzen verantwoordelijke functionaris. B. NATIONALE AFVAARDIGING B1. Deelname aan internationale evenementen en competitiewedstrijden. In artikel 17 van het Competitiereglement is beschreven hoe wordt omgegaan met uitstel van competitiewedstrijden. Het laatste deel van dit artikel luidt “in ieder geval zal de betrokken competitieleider uitstel verlenen indien een speler door de NTTB is uitgenodigd voor deelname aan door het Hoofdbestuur jaarlijks aan het begin van het wedstrijdseizoen vast te stellen evenementen en trainingsstages.” Voor spelers die niet door de NTTB zijn geselecteerd (maar wel door de NTTB moeten worden ingeschreven) en op eigen verzoek (en op eigen kosten) deel gaan nemen aan internationale toernooien of activiteiten is bovenstaande regeling NIET van toepassing. Alleen in onderling overleg tussen de betrokken verenigingen en met toestemming van de betreffende competitieleider kan een wedstrijd worden verplaatst! De in dit artikel bedoelde evenementen en trainingsstages worden vastgesteld via de zogenaamde topsportagenda. Deze topsportagenda wordt maandelijks opgemaakt door de Directeur Tafeltennis en verstrekt aan alle betrokkenen. De topsportagenda wordt tevens gehanteerd bij de uitvoering van HBbesluit B2. B2. Deelname aan internationale evenementen en nationale evenementen 1. Indien door de NTTB wordt deelgenomen aan een internationaal evenement, vindt selectie plaats op basis van het Topsportstatuut voor dat seizoen. In uitzonderlijke gevallen kunnen jeugdselectieleden ook voor internationale seniorenevenementen worden uitgenodigd (bijvoorbeeld bij goede prestaties op Open jeugdkampioenschappen of de EJK). Op aanvraag van de verantwoordelijke jeugdbondscoach (EJK coach) wordt hierover beslist door de Directeur Tafeltennis in overleg met de senioren bondscoach. 2. Als de NTTB niet kan of wil deelnemen aan een internationaal evenement hebben selectieleden de mogelijkheid binnen hun leeftijdsgroep (dus jeugd bij jeugdtoernooien en senioren bij seniorentoernooien) op eigen kosten deel te nemen. In dit geval verzorgt de NTTB de inschrijving; de begeleiding moet geregeld worden in overleg met de verantwoordelijke bondscoach en met toestemming van de Directeur Tafeltennis. 3. Deelname aan internationale seniorenevenementen door andere spelers en speelsters is alleen mogelijk in aanvulling op de geselecteerde spelers en speelsters tot het maximaal aantal in te schrijven deelnemers. Selectiespelers en -speelsters hebben daarbij voorrang op niet-selectiespelers en -speelsters. 4. Van de niet-selectiespelers en -speelsters komen voor internationale seniorenevene-menten alleen de eerste acht spelers en -speelsters van de meest recente geschoonde Nederlandse seniorenranglijst in aanmerking om in te schrijven. Indien het aantal niet-selectiespelers en -speelsters het maximaal aantal in te schrijven deelnemers overschrijdt, wordt voor het inschrijven de volgorde gehanteerd van eerdergenoemde ranglijst. 5. Voor alle niet-geselecteerde spelers en speelsters geldt dat deelname plaatsvindt op eigen kosten. Voor selectiespelers en -speelsters wordt de coaching in overleg bepaald; niet-selectiespelers en -speelsters moeten hier in ieder geval zelf in voorzien. 6. Een aanvraag voor deelname als hiervoor bedoeld moet worden gedaan bij de Directeur Tafeltennis van de NTTB. 7. De hiervoor opgenomen regels zijn van overeenkomstige toepassing indien de NTTB niet deelneemt aan een dergelijk evenement en waarbij inschrijving door de NTTB moet plaatsvinden. 151 C. UITNODIGING NATIONALE SELECTIES C1. Regeling voor selectiespelers voor vrijstelling van deelname aan nationale evenementen 1. De landelijke Commissie Wedstrijdzaken en de sectie Topsport houden bij het opstellen van de NTTBevenementenagenda zo veel mogelijk rekening met de dan reeds bekende data van internationale evenementen waar een NTTB-vertegenwoordiging aan zal deelnemen. 2. Als daarna door wijzigingen of aanvullingen toch nog dubbelplanningen in de agenda ontstaan, wordt in principe geen vrijstelling verleend aan spelers die aan beide evenementen willen deelnemen. 3. Als desondanks vanuit de sectie Topsport de wens bestaat om selectiespelers in verband met deelname aan internationale evenementen vrij te stellen van deelname aan één of meerdere (ronden van) nationale evenementen zal de Directeur Tafeltennis jaarlijks uiterlijk 1 augustus aan de Commissie Wedstrijdzaken laten weten voor welke spelers en voor welke nationale evenementen deze vrijstellingen gewenst zijn. 4. In overleg tussen de Commissie Wedstrijdzaken en de Directeur Tafeltennis wordt voor 1 september besproken voor welke spelers voor welke (ronden van) nationale evenementen de Commissie Wedstrijdzaken vrijstelling kan honoreren. De Commissie Wedstrijdzaken zorgt er dan voor, dat deze vrijstellingen via de uitnodiging voor het betreffende evenement bekend worden gemaakt. 5. Als na 1 september wijzigingen in de internationale agenda optreden kan de Directeur Tafeltennis aanvullende verzoeken tot vrijstelling bij de Commissie Wedstrijdzaken doen, onder voorwaarde dat zo een verzoek ten minste zes weken voor het betreffende internationale evenement bij de Commissie Wedstrijdzaken bekend Is. Ook een na 1 september gedaan verzoek om vrijstelling wordt daarna behandeld als onder 3 bedoeld. 6. Als op het moment dat de Directeur Tafeltennis een verzoek tot vrijstelling doet bij de Commissie Wedstrijdzaken, de uitnodiging voor het evenement al verstuurd is, zal door de Commissie Wedstrijdzaken voordat eventueel vrijstelling wordt verleend, over deze vrijstelling overleg gepleegd worden met de toernooileider en de bondsvertegenwoordiger van het betreffende evenement. 7. Naast vrijstelling voor selectiespelers kan in voorkomende gevallen door de Commissie Wedstrijdzaken ook vrijstelling worden verleend aan spelers die op basis van hun ranglijstpositie in sterkte vergelijkbaar of sterker zijn dan selectiespelers. 8. Tevens kan in voorkomende situaties het hierboven genoemde van toepassing zijn voor leden van de selectie van de sporters met een beperking. D. SPECIFIEKE BEPALINGEN VOOR DE EREDIVISIES Artikel 42 lid 6 van het Competitiereglement geeft aan dat voor de eredivisies specifieke bepalingen vastgesteld kunnen worden. Deze bepalingen luiden als volgt: D1. Algemeen 1. De werkgroep eredivisie (verder genoemd “WGE”) bestaat uit 3 leden: a. Eén lid aangesteld namens de NTTB, die fungeert als operationeel competitiemanager; b. Eén lid aangesteld namens de eredivisieverenigingen, die fungeert als contactpersoon van de verenigingen; c. Een onafhankelijk voorzitter, tevens HCL voor de eredivisies als bedoeld in artikel 15 lid 1 van het Competitiereglement. De WGE stelt zich als taak om een zodanig competitieprogramma tot stand te brengen (en te bewaken) dat: a. een zo regelmatig mogelijk verloop wordt bereikt; b. de belangen van de Eredivisie competitie zoveel mogelijk worden gediend; c. de interesse van de media zoveel als mogelijk wordt gewekt en behouden. D2. Regels bij het opstellen van de planning 1. De WGE streeft ernaar toe te werken naar een situatie waarbij alle wedstrijden op dezelfde dag en per vereniging op steeds hetzelfde tijdstip worden gespeeld. Dit in verband met belangstelling van de pers, radio en TV. De ervaring leert dat bestendigheid de belangstelling van de media aanwakkert. 2. Vooralsnog wordt ervan uitgegaan dat alle wedstrijden in weekends worden gespeeld. Een éénmaal vastgesteld tijdstip voor thuiswedstrijden van een bepaalde vereniging dient gedurende de gehele competitie in principe te worden gehandhaafd. Uitzonderingen zijn denkbaar: bijvoorbeeld in verband met TV programmering en het gelijktijdig spelen van wedstrijden op de laatste wedstrijddag van de competitie. 152 3. 4. 5. 6. 7. 8. Wedstrijden zullen in principe nimmer vroeger dan 12.00 uur en later dan 18.00 uur aanvangen. Op weekdagen is de uiterste aanvangstijd 19.30 uur. Bij de planning zullen in elk geval niet als speel weekends worden ingeroosterd: de weekends waarin de NK-A individueel senioren worden gespeeld, waarin grote nationale evenementen* worden gehouden, alsmede de data welke staan gereserveerd voor het spelen van Europacup wedstrijden (indien brede Nederlandse deelname te verwachten valt). Verder zullen de door Directeur Tafeltennis aangegeven “A” Pro Tourevenementen (jeugd en senioren) en “B” Challenge toernooien worden vrijgehouden. Bij de eerste planning zal de werkgroep zoveel mogelijk rekening houden met de voorgenomen deelname van Nederlandse internationals die in de Eredivisie spelen. Bij voorkeur zal dit gebeuren door het verschuiven van wedstrijden. Indien mogelijk zal rekening worden gehouden met trainingsstages van Nederlandse (jeugd) internationals welke (mede) in een bepaald weekend vallen. Per competitiehelft zal dit echter nimmer meer dan één vrij weekend voor de hele eredivisie tot gevolg hebben. Teneinde deelname aan een tweede trainingsstage voor deze internationals mogelijk te maken kunnen wedstrijden, waarbij deze internationals zijn betrokken, op andere weekends worden ingepland terwijl de rest van het programma gewoon doorgang vindt. Een dergelijke aanpassing zal alleen plaatsvinden wanneer het regelmatig verloop van het programma in de eredivisie hierdoor niet wordt beïnvloed. Nadat het programma als zijnde definitief is vastgesteld, zal daarin niet meer worden geschoven omwille van hetgeen hier aan de orde is gesteld. Dubbele weekends dienen te worden vermeden. Alleen bij uitzondering kan daarnaar worden uitgeweken. Een programma mag in elk geval per competitiehelft niet meer dan twee dubbele weekends bevatten. Voor streekderby’s kan op verzoek van betrokken verenigingen uitgeweken worden naar weekdagen, maximaal 2 per competitie. Persoonlijke omstandigheden van spelers of speelsters vormen in principe geen reden voor aanpassing van het programma. Slechts teamverplichtingen vormen een reden voor aanpassing. Hieronder ook (en vooral) te verstaan: Europacup- en/of andere internationale verplichtingen. * Onder grote nationale evenementen wordt verstaan: Senioren: Masters, B-meerkampen Jeugd: NK A, A ranglijsttoernooien, Nationale Jeugdmeerkampen (NJM) D3. Procedure van opstellen en bekendmaking Aan de hand van voornoemde uitgangspunten komt de WGE tot een competitieprogramma volgens de navolgende procedure: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. Vaststelling van de speeldata door de twee “operationele” leden van de WGE; dit in overleg met de voorzitter van de WGE. Zodra beide voornoemde leden van de WGE hierover hebben besloten wordt het stuk voorgelegd aan de voorzitter van de werkgroep. Mochten ze het niet eens worden, dan worden deze data vastgesteld in een formele vergadering van de WGE. De WGE vervaardigt aan de hand van de aangegeven data een eerste concept competitieprogramma (wie tegen wie en waar). Tevens vervaardigt zij een overzicht van de teamsamenstellingen en voorgestelde volgorde qua speelsterkte. Dit concept competitieprogramma wordt door de competitieleiding aan alle Eredivisieverenigingen per email toegezonden. Er wordt naar gestreefd dit uiterlijk een maand voor aanvang van de desbetreffende competitie naar de verenigingen te zenden (behoudens bijzondere omstandigheden). De verenigingen worden 2x per jaar uitgenodigd voor een eenmalige inspraakbijeen-komst van de werkgroep met de verenigingen, waar het concept programma wordt besproken. Contactpersonen van verenigingen worden geacht aanwezig te zijn dan wel een vervanger te sturen. Bij afwezigheid conformeert men zich aan de genomen beslissingen. De WGE stelt binnen een week na de inspraakbijeenkomst het definitieve competitie-programma vast en overhandigt dit per omgaande aan de eredivisieverenigingen. Nadat op grond van lid 6 het programma definitief is vastgesteld kan wijziging alleen plaatsvinden, in afwijking van het gestelde in D2, als er sprake is van bijzondere omstandigheden, dit ter beoordeling van de WGE. 153 D4. Uitgangspunten bij behandeling van speciale verzoeken van verenigingen 1. In beginsel zal de WGE, nadat het programma is vastgesteld, conform de procedure als hiervoor aangegeven, geen verzoeken tot wijziging honoreren. 2. In het bijzonder zullen verzoeken welke zijn gestoeld op omstandigheden betrekking hebbend op individuele spelers en speelsters (studieredenen, blessures, problemen met visa etc.) terzijde worden gelegd. 3. Uitzonderingen op de regel worden door de WGE slechts overwogen wanneer het gaat om situaties van overmacht, waarbij deze betrekking heeft op (nagenoeg) het gehele team. Daarbij valt te denken aan bijzondere weersomstandigheden, het plotseling onklaar raken van de speelzaal, ziekte van epidemische omvang etc. 4. De WGE behoudt zich te allen tijde het recht voor wijzigingen aan te brengen in het programma. Daarbij valt te denken aan: kennelijke fouten in de programmering welke dienen te worden hersteld, wijzingen (in datum en/of tijd) welke (bijvoorbeeld) een TV uitzending kunnen bevorderen etc. E.e.a. altijd in overleg met de desbetreffende vereniging(en). D5. Werkwijze en beslissingsprocedure van de Werkgroep 1. In beginsel worden alle initiatieven genomen door twee leden, namelijk: het lid dat zitting heeft namens de NTTB en het lid dat zitting heeft namens de verenigingen. Zij zullen waar nodig overleggen inzake de agenda met de competitieleiding overige divisies (HCL) en de competitieleiding jeugd (HJCL). 2. Zo lang deze beide leden het met elkaar eens zijn kunnen zij gezamenlijk alle besluiten nemen. Zij zijn echter verplicht om de voorzitter van alle lopende zaken op de hoogte te houden. Indien de voorzitter dit gepast vindt, kan hij de voornoemde beide leden voorzien van zijn commentaar en advies. Niet alleen kan dit voor de beide leden leiden tot bredere informatie; ook kan het van belang zijn te weten welke kant een beslissing op gaat wanneer de formele procedure moet worden toegepast. 3. De vaststelling van het conceptschema alsmede van het definitieve schema zal te allen tijde plaatsvinden in een formeel overleg. Dit om te voorkomen dat misverstanden zouden kunnen ontstaan omtrent de versie welke als zodanig is aan te merken. D6. Overige zaken e e 1. Indien sprake is van een kampioenschap van een 2 team in de 1 divisie is CR art. 39 lid 2 van toepassing. Eventuele kampioens- of degradatiewedstrijden komen in dat geval te vervallen. pm. wijze bepalen eindstand in deze gevallen e 2. De WGE is tevens verantwoordelijk voor de organisatie van de kampioenswedstrijden 1 divisie e (dames en heren) en de promotie-/degradatiewedstrijden in ere- en 1 divisie. 3. De Play off wedstrijden eredivisie dames en heren worden tot en met de ½ finales door de WGE georganiseerd. 4. De Play off finales dames en heren worden georganiseerd door het Hoofdbestuur van de NTTB in samenspraak met de WGE op een van te voren vastgestelde locatie. De organisator dient te voldoen aan de door de NTTB opgestelde evenementeneisen. F. HOOGTE VOORSCHOT ARBITRAGEHEFFING Artikel 50 lid 1 van het Arbitragereglement stelt: De eiser dient binnen twee weken na het indienen van het verzoekschrift als bedoeld in artikel 15, lid 1 een voorschot aan de NTTB te voldoen. De hoogte van dit voorschot wordt jaarlijks door het Hoofdbestuur vastgesteld. Voor 2015 stelt het Hoofdbestuur dit voorschot vast op € 240,00. 154 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 16 – agendapunt 10B SPELREGELS NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND ITTF augustus 2014 Uitgave NTTB september 2014 (ingangsdatum 1 september 2014) 155 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk Hoofdstuk Hoofdstuk 1. 2. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10 2.11 2.12 2.13 2.14 2.15 3. 3.1 3.1.1 3.1.2 3.2 3.2.1 3.2.2 3.2.3 3.2.4 3.2.5 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 3.4 3.4.1 3.4.2 3.4.3 3.4.4 3.5 3.5.1 3.5.2 3.5.3 Toepassing in Nederland Tafeltennisspelregels De tafel De netcombinatie De bal Het bat Definities De service De terugslag De speelvolgorde Een let Een punt Een game Een wedstrijd De volgorde van serveren, ontvangen en tafelhelft Verkeerde volgorde van serveren, ontvangen en tafelhelft De tijdregel Reglementen voor internationale wedstrijden Strekking van spelregels en reglementen Soorten wedstrijden Toepassing Uitrusting en speelcondities Goedgekeurde en toegestane spelbenodigdheden Speelkleding Speelcondities Batcontrole Reclames Wedstrijdofficials Hoofdscheidsrechter Scheidsrechter, assistent-scheidsrechter en slagenteller Protesten Wedstrijdleiding Het aangeven van de stand Uitrusting Inspelen Pauzes Discipline Advies aan spelers (coaching) Wangedrag Een goede presentatie Bijlage 1 Alfabetisch trefwoordenregister met verwijzing naar betreffende (sub)artikelnummers. Bijlage 2 Hoofdbestuursbesluit over regels voor competitieklassen en evenementen waarin games tot 21 worden gespeeld. 156 Hoofdstuk 1 TOEPASSING IN NEDERLAND Conform de aanbevelingen van de ITTF heeft het Hoofdbestuur op voorstel van de Directeur Tafeltennis het volgende besloten: 1. Hoofdstuk 2 is voor de Nederlandse competitiewedstrijden, toernooien en andere wedstrijden van toepassing. 2. Uit hoofdstuk 3 zijn voor de Nederlandse competitiewedstrijden, toernooien en andere wedstrijden van toepassing de artikelen 3.2, 3.3, 3.4 en 3.5 met uitzondering van de doorgestreepte teksten met inachtneming van: a. Waar na een (sub)artikelnummer een "A" staat, geldt dit (sub)artikel voor alle Nederlandse competitiewedstrijden, toernooien en andere wedstrijden; b. Waar na een (sub)artikelnummer een "B" staat, geldt dit (sub)artikel alleen voor competitiewedstrijden in alle landelijke klassen senioren en jeugd; c. Waar na een (sub)artikelnummer een "C" staat, geldt dit (sub)artikel alleen voor de zogenaamde I-, N- en O-evenementen, zoals omschreven in artikel 2 van het Reglement Toernooien en Wedstrijden; d. Waar na een (sub)artikelnummer een "D" staat, geldt dit (sub)artikel alleen voor de zogenaamde OA-evenementen, zoals omschreven in artikel 2 van het Reglement Toernooien en Wedstrijden; e. Waar na een (sub)artikelnummer een "E" staat, geldt dit (sub)artikel voor wedstrijden, welke worden geleid door bondsscheidsrechters. f. Waar na een (sub)artikelnummer een "BC" staat, geldt dit (sub)artikel voor de groepen zoals hierboven vermeld onder b en c omschreven; g. Waar na een (sub)artikelnummer een "CD" staat geldt dit (sub)artikel voor de groepen zoals hierboven vermeld onder c en d omschreven; h. Waar na een (sub)artikelnummer een * staat wordt verwezen naar het competitiereglement. De betreffende (sub)artikelen in het competitiereglement zijn dan van toepassing. i. Indien voor een evenement geen hoofdscheidsrechter is aangewezen wordt hier de verantwoordelijke bondsfunctionaris bedoeld. Voor competitiewedstrijden is dit de verantwoordelijke competitieleider zoals genoemd in artikel 15 van het Competitiereglement. Voor andere evenementen is dit de bondsvertegenwoordiger, zoals genoemd in artikel 11 van het Reglement Toernooien en Wedstrijden. 157 Hoofdstuk 2 TAFELTENNISSPELREGELS 2.1 2.1.1 De tafel Het oppervlak van de bovenkant van de tafel, genaamd het "speelvlak", moet rechthoekig zijn, 274 cm lang en 152,5 cm breed en moet in een horizontaal vlak 76 cm boven de vloer liggen. Het speelvlak omvat niet de zijkanten van het tafelblad. Het speelvlak mag van elk materiaal zijn en moet een gelijkmatig stuitvermogen hebben van ongeveer 23 cm, wanneer een standaardbal wordt losgelaten vanaf een hoogte van 30 cm. Het speelvlak moet gelijkmatig donker en mat gekleurd zijn, met een 2 cm brede witte zijlijn langs beide 274 cm lange randen en een 2 cm brede witte eindlijn langs beide 152,5 cm lange randen. Het speelvlak wordt verdeeld in 2 gelijke "vlakken" door een verticaal net, dat evenwijdig loopt met de eindlijnen en doorlopend moet zijn over de gehele breedte tussen beide vlakken. Voor dubbelspelen moet elk vlak verdeeld zijn in 2 gelijke halve vlakken door een 3 mm brede witte middellijn, die evenwijdig loopt met de zijlijnen; de middellijn moet beschouwd worden als deel van beide rechter halve vlakken. 2.1.2 2.1.3 2.1.4 2.1.5 2.1.6 2.2 2.2.1 2.2.2 2.2.3 2.2.4 De netcombinatie De netcombinatie bestaat uit het net, de bevestiging daarvan en de netposten, inclusief de klemmen waarmee de netposten aan de tafel zijn vastgemaakt. Het net wordt gespannen door een koord, dat aan beide einden aan een verticale netpost van 15,25 cm hoog is bevestigd. De buitenzijden van de netposten zijn 15,25 cm van de zijlijnen verwijderd. De bovenkant van het net moet zich over de gehele lengte 15,25 cm boven het speelvlak bevinden. De onderkant van het net moet over de gehele lengte zo dicht mogelijk langs het speelvlak lopen en de einden van het net moeten zo dicht mogelijk aansluiten op de netposten. 2.3 2.3.1 2.3.2 2.3.3 De bal De bal moet zuiver rond zijn met een diameter van 40 mm. Het gewicht van de bal moet 2,7 gram zijn. De bal moet van celluloid of een gelijksoortige kunststof zijn en moet wit of oranje gekleurd en mat zijn. 2.4 2.4.1 Het bat Het bat mag van elke afmeting, vorm en gewicht zijn, maar het frame moet vlak en onbuigzaam zijn. Tenminste 85% van de dikte van het frame moet uit natuurlijk hout bestaan; een kleefstoflaag in het frame mag versterkt zijn met vezelmateriaal zoals carbonvezel, glasvezel of geperst papier maar mag niet dikker zijn dan 7,5% van de totale bladdikte tot een maximum van 0,35 mm. De bedekking van een zijde van het frame, die gebruikt wordt om de bal te slaan, moet zijn: - gewoon nopjesrubber (nopjes naar buiten) met een totale dikte, met inbegrip van het plakmiddel, van maximaal 2.0 mm of - sandwichrubber (nopjes naar buiten of naar binnen) met een totale dikte, met inbegrip van het plakmiddel, van maximaal 4.0 mm. Gewoon nopjesrubber is een enkele laag niet-cellulair rubber, natuurlijk of synthetisch, met nopjes gelijkmatig verdeeld over het oppervlak met een dichtheid van niet minder 2 dan 10 en niet meer dan 30 nopjes per cm . "Sandwichrubber" is een enkele laag cellulair rubber, bedekt met een enkele buitenlaag gewoon nopjesrubber, waarbij de dikte van het nopjesrubber maximaal 2.0 mm mag zijn. 2.4.2 2.4.3 2.4.3.1 2.4.3.2 158 2.4.4 2.4.5 2.4.6 2.4.7 2.4.7.1 2.4.8 2.5 2.5.1 2.5.2 2.5.3 2.5.4 2.5.5 2.5.6 2.5.7 2.5.8 2.5.9 2.5.10 2.5.11 2.5.12 2.5.13 2.5.14 2.6 2.6.1 2.6.2 2.6.3 2.6.4 Het materiaal waarmee een zijde van het frame wordt beplakt, dient deze zijde geheel te bedekken, maar mag er niet buiten steken. Alleen de plaats vlak bij het handvat die normaal door de vingers van de bathand kan worden vastgehouden, mag onbedekt blijven of bedekt worden met ieder ander materiaal. Het frame, iedere laag van het frame en iedere bedekking- of kleefstoflaag aan een zijde, die gebruikt wordt om de bal te slaan, dient ononderbroken en van gelijke dikte te zijn. De oppervlakte van beide zijden van het frame, al dan niet bekleed met bedekkingmateriaal, moet mat zijn; helder rood aan één zijde en zwart aan de andere zijde. De bedekking van het bat dient te worden gebruikt zonder enige fysische, chemische of andersoortige behandeling. Geringe afwijkingen in de gelijkmatigheid van de kleur en van de volledigheid van de bedekking, die ontstaan zijn door verschieten respectievelijk slijtage of door een toevallige beschadiging, kunnen buiten beschouwing blijven, mits daardoor de eigenschappen van het oppervlak niet wezenlijk worden veranderd. Aan het begin van een wedstrijd en iedere keer als hij tijdens een wedstrijd van bat wisselt, dient een speler zijn tegenstander en de scheidsrechter het bat dat hij gaat gebruiken te tonen en hen toe te staan het te onderzoeken. (Aanvulling: een en ander onverlet het bepaalde in 3.4.2.2 en 3.5.2.5). Definities Een "rally" is de periode waarin de bal in het spel is. De bal is "in het spel" vanaf het laatste moment dat deze bij het serveren bewegingloos op de palm van de vrije hand ligt, met de bedoeling deze op te gooien, totdat de rally wordt beslist door een let of een punt. Een "let" is een rallybeëindiging zonder dat er wordt gescoord. Een "punt" is een rallybeëindiging doordat er wordt gescoord. De "bathand" is de hand die het bat vasthoudt. De "vrije hand" is de hand die het bat niet vasthoudt; de vrije arm is de arm van de vrije hand. Een speler "slaat" de bal als hij de bal raakt met zijn bat, door zijn hand vastgehouden, of met zijn bathand beneden de pols. Een speler "blokkeert" de bal als hij, of iets dat hij draagt of vasthoudt, de bal raakt tijdens het spel als deze zich boven of onderweg naar het speelvlak bevindt, waarbij de bal zijn vlak niet heeft geraakt sinds deze het laatst door zijn tegenstander is geslagen. De "serveerder" is de speler die in een rally het eerst de bal moet slaan. De "ontvanger" is de speler die in een rally als tweede de bal moet slaan. De "scheidsrechter" is de persoon die is aangesteld om een wedstrijd te leiden. De "assistent-scheidsrechter" is de persoon die is aangesteld om de scheidsrechter te assisteren bij bepaalde beslissingen. Onder iets dat een speler "draagt of vasthoudt", wordt verstaan alles dat hij draagt of vasthoudt, anders dan de bal, bij het begin van een rally. De "eindlijn" moet worden beschouwd als zijnde onbegrensd verlengd in beide richtingen. De service De service begint op het moment, dat de bal vrij op de open palm ligt van de onbeweeglijk gehouden vrije hand van de serveerder. De serveerder moet vervolgens de bal nagenoeg loodrecht opgooien, zonder er effect aan te geven, zodanig dat deze minstens 16 cm omhoog komt nadat deze de palm van de vrije hand heeft verlaten en vervolgens daalt zonder iets te raken voordat deze wordt geslagen. Als de bal dalend is moet de serveerder zodanig slaan, dat de bal eerst het eigen speelvlak raakt en daarna rechtstreeks het speelvlak van de ontvanger raakt; bij dubbelspelen dient de bal achtereenvolgens de rechter speelvlakken van de serveerder en de ontvanger te raken. Vanaf het begin van de service totdat de bal wordt geslagen, dient de bal zich boven de 159 2.6.5 2.6.6 2.6.6.1 2.6.7 2.7 2.7.1 hoogte van het speelvlak en achter de eindlijn van de serveerder te bevinden en mag voor de ontvanger niet worden verborgen door de serveerder of de dubbelpartner of door iets dat ze dragen of vasthouden. Zodra de bal is opgegooid, dienen de vrije arm en hand van de serveerder te worden weggehaald uit de ruimte tussen de bal en het net. De ruimte tussen de bal en het net wordt bepaald door de bal, het net en het verlengde van het net naar boven. Het is de verantwoordelijkheid van de serveerder om zodanig te serveren dat de scheidsrechter of de assistent-scheidsrechter ervan overtuigd is dat de service volgens de regels wordt uitgevoerd en beiden mogen beslissen dat een service incorrect is. Wanneer de scheidsrechter of de assistent-scheidsrechter niet zeker is dat een service correct is, kan hij, bij de eerste keer dat zich tijdens de wedstrijd een dergelijke situatie voordoet, het spel onderbreken en de serveerder waarschuwen; maar elke volgende service van de speler of zijn dubbelpartner die niet duidelijk correct is, zal als incorrect worden beschouwd. Bij wijze van uitzondering mag de scheidsrechter van een strikte naleving van de voorgeschreven manier van serveren afzien, als hij er van overtuigd is dat nakoming van de regels door een lichamelijke handicap wordt verhinderd. De terugslag De bal, na geserveerd of teruggeslagen te zijn, moet zo worden geslagen dat deze over of om de netcombinatie heen gaat - deze al dan niet rakend - en het speelvlak van de tegenstander raakt. 2.8 2.8.1 De speelvolgorde Bij enkelspelen moet de serveerder de bal eerst in het spel brengen, waarna de ontvanger de bal moet terugslaan. Daarna moeten de spelers om beurten de bal retourneren. 2.8.2 In dubbelspelen, met uitzondering van het bepaalde in 2.8.3, moet de serveerder de bal eerst in het spel brengen, waarna de ontvanger de bal moet retourneren. Vervolgens zal de partner van de serveerder moeten terugslaan, terwijl daarna de partner van de ontvanger aan de beurt is om de bal te retourneren. Hierna zullen de spelers steeds in dezelfde volgorde moeten terugslaan. 2.8.3 Als twee spelers, vanwege een lichamelijke handicap in rolstoelen spelend, samen een dubbel vormen, moet de serveerder eerst de bal in het spel brengen, vervolgens moet de ontvanger de bal terugslaan, maar daarna mag elke speler van het invalide paar de bal retourneren. Geen enkel deel van de rolstoel van een speler mag daarbij echter over het denkbeeldige verlengde van de middellijn van de tafel komen. Als dit wel het geval is, zal de scheidsrechter het punt toekennen aan het andere paar. Noot: Voor Nederland geldt dat deze regel ook van toepassing is voor een dubbel, bestaande uit een rolstoelspeler en een staande speler. 2.9 2.9.1 2.9.1.1 2.9.1.2 2.9.1.3 2.9.1.4 2.9.1.5 2.9.1.5.1 2.9.1.5.2 2.9.1.5.3 Een let De rally eindigt met een let indien: - de bal bij de service, bij het passeren over of om de netcombinatie, de netcombinatie raakt, mits de service verder correct is, of de bal door de ontvanger of zijn partner wordt geblokkeerd; - wordt geserveerd als de ontvanger of zijn partner nog niet gereed is, vooropgesteld dat noch de ontvanger noch zijn partner een poging onderneemt de bal te slaan; - een speler door een gebeurtenis, waarop hij geen invloed heeft, er niet in slaagt te serveren of terug te slaan of op een andere manier een regel overtreedt; - het spel wordt onderbroken door de scheidsrechter of de assistent-scheidsrechter; - de ontvanger door een lichamelijke handicap in een rolstoel speelt en bij de service de bal, mits de service verder correct is,: na het raken van de tafelhelft van de ontvanger in de richting van het net gaat; tot stilstand komt op de tafelhelft van de ontvanger; bij enkelspelen de tafelhelft van de ontvanger verlaat, na deze te hebben geraakt, via één van de zijlijnen. 160 2.9.2 2.9.2.1 2.9.2.2 2.9.2.3 2.9.2.4 2.10 2.10.1 2.10.1.1 2.10.1.2 2.10.1.3 2.10.1.4 2.10.1.5 2.10.1.6 2.10.1.7 2.10.1.8 2.10.1.9 2.10.1.10 2.10.1.11 2.10.1.12 2.10.1.13 2.10.1.14 2.10.1.14.1 2.10.1.14.2 2.10.1.14.3 2.10.1.15 Het spel kan worden onderbroken: - voor de correctie van een fout in de volgorde van serveren, ontvangen, of speelhelft.; - voor het in werking treden van de tijdregel; - voor het waarschuwen of bestraffen van een speler of adviseur; - wanneer zich omstandigheden voordoen, die het resultaat van de rally kunnen beïnvloeden. Een punt Behalve wanneer de rally met een let eindigt, zal een speler een punt krijgen: - als zijn tegenstander er niet in slaagt op de juiste manier te serveren; - als zijn tegenstander er niet in slaagt om op de juiste manier terug te slaan; - als, nadat hij een service of terugslag heeft gemaakt, de bal iets anders dan de netcombinatie raakt voordat deze door zijn tegenstander wordt geslagen; - als de bal, nadat de tegenstander deze heeft geslagen, zijn speelvlak of zijn eindlijn passeert zonder zijn speelvlak te raken; - als de bal, nadat zijn tegenstander deze heeft geslagen, door het net heen gaat of het net passeert tussen het net en de netpost door of tussen het net en het speelvlak door; - als zijn tegenstander de bal blokkeert; - als zijn tegenstander de bal opzettelijk tweemaal achter elkaar slaat; - als zijn tegenstander de bal slaat met een zijde van het bat waarvan het oppervlak niet voldoet aan de vereisten van artikel 2.4.3, 2.4.4 en 2.4.5; - als zijn tegenstander, of iets wat zijn tegenstander draagt of vasthoudt, het speelvlak doet bewegen; - als zijn tegenstander, of iets wat zijn tegenstander draagt of vasthoudt, de netcombinatie raakt; - als zijn tegenstander met de vrije hand het speelvlak raakt; - als een tegenstander tijdens het dubbelspel de bal niet in de volgorde slaat, die is vastgesteld door de eerste serveerder en de eerste ontvanger; - zoals bepaald is bij de tijdregel (artikel 2.15.4) - als beide spelers of paren door een lichamelijke handicap in een rolstoel spelen en de tegenstander met de achterkant van zijn dijen geen minimum contact houdt met de zitting of kussens wanneer de bal wordt geslagen; de tegenstander voordat hij de bal slaat met een van beide handen de tafel raakt; de voetsteun of voet van de tegenstander de vloer raakt wanneer de bal in het spel is. - zoals bepaald is bij de volgorde van serveren en retourneren (artikel 2.8.3). 2.11 2.11.1 Een game Een game wordt gewonnen door de speler of het paar, die/dat het eerst 11 punten scoort, tenzij beide spelers of paren 10 punten hebben gescoord, in welk geval die speler of dat paar winnaar wordt die/dat als eerste 2 punten meer scoort dan zijn/hun tegenstander(s). 2.12 2.12.1 Een wedstrijd Een wedstrijd bestaat uit de meeste gewonnen games van elk oneven aantal. 2.13 2.13.1 De volgorde van serveren, ontvangen en tafelhelft Het recht op de keuze om als eerste te serveren of te ontvangen, of de keuze van tafelhelft, wordt beslist door de "toss" en de winnaar heeft de keuze om als eerste te serveren of te ontvangen, of aan een bepaalde zijde van de tafel te beginnen. Wanneer een speler of paar de keus heeft gemaakt om als eerste te serveren of te ontvangen, óf te beginnen aan een bepaalde zijde van de tafel, dient de andere speler of het andere paar de andere keuze te maken. Na elke 2 gescoorde punten wordt de/het ontvangende speler/paar de/het serverende speler/paar en dat gaat zo door tot het einde van de game, tenzij ieder(e) speler of paar 2.13.2 2.13.3 161 2.13.4 2.13.5 2.13.6 2.13.7 2.14 2.14.1 2.14.2 2.14.3 2.15 2.15.1 2.15.2 2.15.3 2.15.4 2.15.5 2.15.6 10 punten gescoord heeft of de tijdregel ingaat, waarbij de volgorde van serveren en ontvangen hetzelfde zal zijn, maar waarbij na elk gescoord punt de service naar de tegenstander zal overgaan. Bij het dubbelspel dient, in elke game, het paar dat het recht heeft om als eerste te serveren, te beslissen wie van hen serveert en in de eerste game van een wedstrijd moet het ontvangende paar beslissen wie van hen het eerst ontvangt; nadat, in de volgende games van de wedstrijd, de eerste serveerder is gekozen, zal de eerste ontvanger diegene zijn, die in de voorafgaande game op hem serveerde. Bij iedere servicewisseling in het dubbelspel wordt de vorige ontvanger de serveerder en wordt de partner van de vorige serveerder de ontvanger. De speler of het paar, die/dat het eerst serveerde in een game, zal in de volgende game als eerste ontvangen en in de laatst mogelijke game van een dubbelwedstrijd moet het paar dat in de volgende rally de service ontvangt de volgorde van ontvangen veranderen, nadat één der paren 5 punten heeft behaald. De speler of het paar die/dat in een game aan een bepaalde zijde van de tafel begint, zal in de volgende game aan de andere kant beginnen en in de laatst mogelijke game van een wedstrijd moeten de spelers of paren van tafelhelft wisselen zodra één speler of paar 5 punten heeft gescoord. Verkeerde volgorde van serveren, ontvangen en tafelhelft Als een speler serveert of ontvangt, terwijl het zijn beurt niet is, moet het spel door de scheidsrechter worden onderbroken zodra de fout wordt geconstateerd en worden hervat met die speler aan service of als ontvanger die, volgens de aan het begin van een wedstrijd bepaalde volgorde, aan de beurt zou zijn bij de stand die is bereikt, en bij het dubbelspel overeenkomstig de volgorde van serveren, zoals die gekozen is door het paar, dat in het begin van de game waarin de fout is ontdekt het recht van serveren had. Als de spelers niet van tafelhelft hebben gewisseld toen dat was vereist, moet het spel door de scheidsrechter worden onderbroken zodra de fout wordt geconstateerd en het spel worden hervat aan die zijde van de tafel waar de spelers op het moment van de bereikte stand hadden behoren te staan volgens de aan het begin van de wedstrijd bepaalde volgorde. Onder alle omstandigheden blijven de punten, gescoord vóór de ontdekking van een fout, geldig. De tijdregel Behalve zoals beschreven in 2.15.2, treedt de tijdregel in werking nadat in een game 10 minuten speeltijd zijn verstreken of op ieder ander moment indien beide spelers of paren dit verzoeken. De tijdregel zal niet in werking treden wanneer in een game 18 punten zijn gescoord. Indien de bal in het spel is als de tijdslimiet is bereikt, moet het spel door de scheidsrechter worden onderbroken en worden hervat met de beginslag van de speler die bij de onderbroken rally serveerde; indien de bal niet in het spel is wanneer de tijdregel in werking treedt, moet het spel worden hervat met de beginslag van de speler die ontving in de onmiddellijk voorafgaande rally. Daarna serveert iedere speler om de beurt om één punt tot het eind van de game en als de ontvangende speler of het ontvangende paar 13 terugslagen in een rally maakt, wint de ontvanger een punt. Het in werking treden van de tijdregel zal de volgorde van serveren en ontvangen in een wedstrijd, zoals gedefinieerd in artikel 2.13.6, niet veranderen. Indien de tijdregel eenmaal is ingegaan, dienen alle volgende games in die wedstrijd volgens de tijdregel te worden gespeeld. 162 Hoofdstuk 3 REGLEMENTEN VOOR INTERNATIONALE WEDSTRIJDEN 3.1 3.1.1 3.1.1.1 Strekking van spelregels en reglementen Soorten wedstrijden Een "internationale wedstrijd" is een wedstrijd waaraan spelers van meer dan één nationale bond kunnen meedoen. Een "interlandwedstrijd" is een wedstrijd tussen teams die een land vertegenwoordigen. Een "open toernooi" is een toernooi waaraan spelers van alle bonden kunnen deelnemen. Een "gesloten toernooi" is een toernooi waaraan alleen met name genoemde groepen spelers - andere dan leeftijdsgroepen - kunnen deelnemen. Een "invitatietoernooi" is een toernooi waaraan alleen met name genoemde bonden of individueel uitgenodigde spelers kunnen deelnemen. 3.1.1.2 3.1.1.3 3.1.1.4 3.1.1.5 3.1.2 3.1.2.1 3.1.2.2 3.1.2.3 3.1.2.3.1 3.1.2.3.2 3.1.2.3.3 3.1.2.3.4 3.1.2.4 3.1.2.5 3.1.2.6 3.1.2.7 3.2 3.2.1 3.2.1.1 A Toepassing Behoudens het gestelde in 3.1.2.2, gelden de spelregels (hoofdstuk 2) voor Wereld-, Continentale, Olympische en Paralympische titelwedstrijden, open toernooien en - tenzij anders overeengekomen tussen de deelnemende bonden - voor interlandwedstrijden. De Board of Directors heeft het recht de organisator van een open toernooi experimentele spelregelvarianten toe te staan, welke zijn gespecificeerd door het Executive Committee. De reglementen voor internationale wedstrijden gelden voor: - Wereld-, Olympische en Paralympische titelwedstrijden, tenzij andere regels door de Board of Directors worden bekrachtigd en vooraf aan de deelnemende bonden bekend gemaakt worden; - Continentale titelwedstrijden, tenzij andere regels door de organiserende Continentale Federatie worden bekrachtigd en vooraf aan de deelnemende bonden bekend gemaakt worden; - Open Internationale Kampioenschappen, tenzij andere regels door het Executive Committee worden bekrachtigd en vooraf aan de deelnemers worden bekend gemaakt in overeenstemming met artikel 3.1.2.4; - open toernooien, behoudens het gestelde in 3.1.2.4. Wanneer een open toernooi gespeeld wordt met afwijkende regels, dienen aard en strekking van de afwijkingen op het aanmeldingsformulier gespecificeerd te worden; met de invulling van het aanmeldingsformulier accepteert de inschrijver de voorwaarden van het toernooi, inclusief de gewijzigde reglementen. De spelregels en de reglementen worden aanbevolen voor alle internationale wedstrijden, maar, mits de statuten in acht worden genomen, mogen internationale geslotenen invitatietoernooien en erkende internationale wedstrijden georganiseerd door een niet aangesloten lichaam, worden gespeeld met regels, die opgesteld zijn door het organiserende lichaam. De spelregels en de reglementen voor internationale wedstrijden moeten worden aangehouden, tenzij van tevoren wijzigingen zijn overeengekomen of in de gepubliceerde regels van de betreffende wedstrijden zijn vermeld. Een aantal Spelregels wordt meer in detail uitgelegd en geïnterpreteerd in de vorm van door de Board of Directors uit te geven Technical of Administrative Leaflets. Dit geldt ook voor specificaties voor spelbenodigdheden Praktische instructies en uitvoerende procedures kunnen worden uitgegeven als Handboeken of Richtlijnen door het Executive Committee. Deze publicaties kunnen zowel verplichtingen als aanbevelingen bevatten. Uitrusting en speelcondities Goedgekeurde en toegestane spelbenodigdheden De goedkeuring en het toestaan van spelbenodigdheden geschiedt namens de Board of Directors door het Equipment Committee; deze goedkeuring kan op elk moment worden ingetrokken door het Executive Committee. Vervolgens kan de goedkeuring en het toestaan door de Board of Directors worden ingetrokken. 163 3.2.1.2 3.2.1.3 A 3.2.1.4 A Het aanmeldingsformulier of de prospectus voor een open toernooi moet de merken en kleuren van tafel, netcombinatie en bal, welke gebruikt gaan worden, vermelden; de keuze van het materiaal zal voorgeschreven zijn door de bond van het land waar het toernooi wordt gehouden, geselecteerd uit de merken en types welke recentelijk door de ITTF zijn goedgekeurd. De bedekking van een zijde van het frame, welke gebruikt wordt om de bal te slaan, dient van een merk en type te zijn dat momenteel door de ITTF is goedgekeurd en dient zodanig aan het frame bevestigd te worden, dat de namen van leverancier en merk plus het ITTF-logo en het ITTF-nummer (indien van toepassing) duidelijk zichtbaar zijn bij de rand van het slagoppervlak vlak bij het handvat. Tafelpoten moeten minstens 40cm van de eindlijn zijn bevestigd bij de tafel voor rolstoelspelers. Verklaring; De namen van leverancier en merk zijn soms weergegeven in lettertypes en afmetingen, die moeilijk zijn te lezen. Om de identificatie van batbedekking voor scheidsrechters te vergemakkelijken worden ITTFnummers geleidelijk aangebracht op batbedekkingen. Dit ITTF-nummer wordt geplaatst binnen een rechthoek samen met het logo. Op den duur zal dit zeker de belangrijkste identificatie worden. Hierdoor kunnen batbedekkingen geïdentificeerd worden door toegewezen nummers. Lijsten van alle goedgekeurde en toegestane spelbenodigdheden en materialen worden bijgehouden door het “I.T.T.F.-Office” en details zijn beschikbaar via de I.T.T.F.-website. Voor goedgekeurde materialen verwijzen wij u ook naar de NTTB-website: www.nttb.nl. 3.2.2 3.2.2.1 A 3.2.2.2 A 3.2.2.3 A 3.2.2.4 A 3.2.2.5 A 3.2.2.6 A 3.2.2.7 BC 3.2.2.8 A 3.2.2.9 C 3.2.2.10 C Speelkleding Speelkleding bestaat normaal uit een shirt met korte mouwen of zonder mouwen en korte broek of rok, of een ééndelig sporttenue, sokken en sportschoenen; andere kleding, zoals een gedeelte van of een geheel trainingspak, mag niet worden gedragen behalve met toestemming van de hoofdscheidsrechter. De hoofdkleur van een shirt, korte broek of rok, met uitzondering van de kraag en mouwen van een shirt, moet duidelijk verschillen van de kleur van de in gebruik zijnde bal. Op de achterkant van het shirt mogen belettering of nummers zijn aangebracht om een speler, zijn Bond en in clubwedstrijden zijn club te herkennen en mogen reclames worden geplaatst mits in overeenstemming met artikel 3.2.5.10.; als de achterzijde van een shirt de naam van de speler draagt, moet deze naam net onder de kraag zijn aangebracht. Door organisatoren verplichte rugnummers ter herkenning van een speler hebben prioriteit boven reclames op het midden van de achterzijde van een shirt; zulke nummers 2 moeten passen binnen een vak met een totaaloppervlak van maximaal 600 cm . Merktekens en garneringen aan de voor- of zijkant van de speelkleding en door de speler gedragen sieraden, mogen niet zo opvallend of reflecterend zijn, dat zij een tegenstander visueel kunnen hinderen. Op kleding mogen geen ontwerpen of letters aangebracht zijn welke beledigend kunnen zijn of de sport in diskrediet brengen. Over elke vraag omtrent het toegestaan of acceptabel zijn van speelkleding wordt beslist door de hoofdscheidsrechter. Spelers, die aan een teamwedstrijd deelnemen en spelers van eenzelfde bond die een dubbel vormen, in een Wereld-, Olympische- of Paralympische titelwedstrijd, dienen uniform gekleed te zijn, met mogelijke uitzondering van sokken, schoenen en het aantal, het ontwerp en de afmeting en kleur van reclames op kleding. Spelers van eenzelfde bond die een dubbel vormen in andere Internationale competities mogen verschillende kleding dragen, als de basis kleur maar hetzelfde is en de bond deze procedure heeft goedgekeurd. Tegenstanders in enkel- en dubbelwedstrijden dienen shirts te dragen met voldoende verschillende kleuren, waardoor zij voor het publiek gemakkelijk te onderscheiden zijn. Indien tegenstanders of teams dezelfde kleding dragen en niet overeen kunnen komen wie van hen zich zal omkleden, zal dit door de scheidsrechter door de "toss" worden beslist. 164 3.2.2.11 Spelers die uitkomen in een Wereld-, Olympische- of Paralympische titelwedstrijd of een Open Internationaal Kampioenschap moeten een shirt en broek of rok dragen van types, die goedgekeurd zijn door hun nationale bond. 3.2.3 3.2.3.1 * Speelcondities De speelruimte moet rechthoekig zijn en minstens 14 m lang, 7 m breed en 5 m hoog, maar de 4 hoeken mogen worden afgedekt door afzettingen met een lengte van niet meer dan 1,5 m. Bij wedstrijden voor rolstoelgebruikers kan de speelruimte worden verkleind, maar de lengte mag bij deze wedstrijden niet minder zijn dan 8 meter en de breedte niet minder dan 6 meter. De volgende uitrusting en spelbenodigdheden worden beschouwd als onderdeel van iedere speelruimte: De tafel inclusief de netcombinatie, scheidsrechterstafels en –stoelen, scoreborden, handdoekenbakjes, gedrukte tafelnummers, afzettingen, vloerbedekkingen, borden op de afzettingen, die de namen van spelers of nationale bonden aangeven. De speelruimte moet zijn omgeven door een ongeveer 75 cm hoge afzetting, geheel van dezelfde donkere achtergrondkleur, die zorgt voor afscheiding van aangrenzende speelruimte(s) en van toeschouwers Tijdens Wereld-, Olympische en Paralympische titelwedstrijden moet de lichtsterkte, gemeten op de hoogte van het speelvlak, boven het speelvlak gelijkmatig minstens 1000 lux zijn en minstens 500 lux in de rest van de speelruimte; bij andere wedstrijden dient de lichtsterkte boven het speelvlak gelijkmatig minstens 600 lux zijn en minstens 400 lux in de rest van de speelruimte. Als er meerdere tafels in gebruik zijn moet de lichtsterkte boven alle tafels gelijk zijn en de sterkte van de achtergrondverlichting in de speelzaal mag niet meer bedragen dan het laagste niveau in de speelruimte. De lichtbron moet zich minstens 5 m boven de grond bevinden. De achtergrond moet donker zijn, er mogen zich geen heldere lichtbronnen bevinden en er mag geen daglicht binnendringen door onbedekte ramen of andere openingen. De vloer mag niet lichtgekleurd, helder reflecterend of glad zijn en het vloeroppervlak mag niet van baksteen, keramiek, beton of steen zijn; maar bij toernooien voor rolstoelers mag de vloer van beton zijn. Tijdens Wereld-, Olympische- en Paralympische kampioenschappen moet de vloer van hout zijn of van een door de ITTF goedgekeurd merk en type oprolbaar synthetisch materiaal. 3.2.3.2 A 3.2.3.3 * 3.2.3.4 * 3.2.3.5 A 3.2.3.6 * 3.2.3.7 A 3.2.3.8 A 3.2.3.8 1.A 3.2.4 3.2.4.1 A Batcontrole Het is de verantwoordelijkheid van iedere speler om zich ervan te verzekeren, dat bekledingen op het frame van zijn bat zijn bevestigd met kleefstoffen, die geen schadelijke vluchtige oplosmiddelen bevatten. 3.2.4.2 Een batcontrolepost dient te worden opgezet bij alle Wereld-, Olympische- en Paralympische titelwedstrijden, bij een beperkt aantal ITTF World-Tour of Global Junior toernooien en kan worden opgezet bij continentale en regionale competities. Bij de batcontrolepost zullen bats getest worden volgens het beleid en de procedure zoals deze is opgesteld door het Executive Committee op aanbevelen van het Equipment Committee en het Umpires en Referee Committee, om te verzekeren dat bats voldoen aan alle ITTF-regels, inclusief, maar zich niet beperkend tot, dikte en egaliteit van de bedekking van het bat en aanwezigheid van schadelijke vluchtige verbindingen. De batcontrole wordt alleen na afloop van een willekeurig gekozen wedstrijd uitgevoerd als de speler het bat niet heeft aangeboden voor een test voorafgaande aan de wedstrijd, maar vanaf de kwartfinales zullen de batcontroles tijdens individuele evenementen voorafgaande aan alle wedstrijden plaatsvinden en tijdens teamwedstrijden voorafgaande aan geselecteerde individuele wedstrijden. Bats die voorafgaande aan de wedstrijd bij de batcontrole niet worden goedgekeurd, mogen niet worden gebruikt in de hierboven vermelde competities, maar mogen worden vervangen door een tweede bat dat na de wedstrijd zal worden 3.2.4.2.1 3.2.4.2.2 3.2.4.2.3 165 3.2.4.2.4 getest. Indien een bat na afloop van een willekeurig gekozen wedstrijd wordt afgekeurd, kan aan de overtredende speler straf worden opgelegd. Alle spelers hebben het recht om op vrijwillige basis en zonder consequenties hun bats ter keuring aan te bieden conform de procedures van betreffend evenement 3.2.4.3 Na 4 opgetelde negatieve batcontroles in een periode van vier jaar, op welk onderdeel van de batcontrole dan ook, mag de speler tijdens het evenement doorspelen, maar vervolgens zal de Executive Committee de speler die in overtreding is schorsen voor 12 maanden.(met ingang van 1 april 2012) 3.2.4.3.1? 3.2.4.3.2? De ITTF zal een speler schriftelijk informeren over diens schorsing De geschorste speler kan in beroep gaan bij het Hof van Arbitrage voor de Sport binnen 21 dagen na ontvangst van het bericht van schorsing. Indienen van een dergelijk beroep schort de opgelegde schorsing niet op. 3.2.4.4 ITTF zal een overzicht bijhouden van alle negatieve batcontroles met ingang van 1 september 2010. 3.2.4.5 BC Bij alle evenementen dient een goed geventileerde ruimte beschikbaar gesteld te worden voor het plakken van de bedekkingen op frames en nergens anders op de speellocatie mogen vloeibare kleefstoffen worden gebruikt. De “speellocatie” bestaat uit dat deel van het gebouw dat gebruikt wordt voor tafeltennis, en de gerelateerde activiteiten, voorzieningen en openbare ruimtes. 3.2.5 3.2.5.1 3.2.5.1.1. A 3.2.5.2 3.2.5.3 A Reclames Binnen de speelruimte mogen alleen eeclames worden aangebracht op de normaal hier aanwezige uitrusting en spelbenodigdheden en er mogen geen speciale aanvullende reclameborden worden geplaatst. In of in de omgeving van de speelruimte mogen geen reclames of andere aanduidingen worden aangebracht voor tabaksproducten, alcoholische dranken, schadelijke middelen (drugs) of illegale producten. Reclames en andere aanduidingen moeten vrij zijn van negatieve uitingen over ras, nationaliteit, geslacht, geloofsrichting, lichamelijke of geestelijke handicaps of andere vormen van discriminatie, Tijdens Olympische- en Paralympische spelen moeten reclames op spelbenodigdheden, op speelkleding en op scheidsrechterskleding in overeenstemming zijn met de respectievelijke IOC- en IPC-reglementen. Met uitzondering van LED (light emitting diodes) mogen nergens in de speelruimte op afzettingen fluorescerende, lichtgevende of glimmende kleuren worden gebruikt en de achtergrondkleur van de afzettingen dient donker te blijven; 3.2.5.3.1 Reclames op de afzettingen mogen tijdens de wedstrijden niet veranderen van donker naar licht en vice versa. 3.2.5.3.2 LED-reclames op de afzettingen mogen niet zo helder zijn dat de spelers tijdens de wedstrijd worden gehinderd en mogen niet veranderen zo lang de bal in het spel is. 3.2.5.3.3 LED-reclames mogen alleen worden gebruikt met voorafgaande toestemming van de ITTF. 3.2.5.4 Letters of symbolen op de binnenkant van de afzetting moeten duidelijk verschillend van kleur zijn in vergelijking met de speelbal, er mogen niet meer dan twee kleuren worden gebruikt en de letters of symbolen mogen een totaalhoogte van 40 cm niet overschrijden; het wordt aanbevolen dat zij een tint lichter of donkerder zijn dan de achtergrondkleur (met ingang van 1 juli 2012) Reclames op de speelvloer moeten duidelijk verschillend van kleur zijn in vergelijking met de speelbal; het wordt aanbevolen dat zij een tint lichter of donkerder zijn dan de achtergrond. (met ingang van 1 juli 2012) Maximaal 4 reclames zijn toegestaan op de vloer van de speelruimte, 1 aan elke eindkant en 1 aan elke zijkant van de tafel, elk met een maximaal totaaloppervlak van 2 2.5 m ; deze reclames dienen minimaal 1 m en aan de eindkanten tevens maximaal 2 m van de afzetting te zijn aangebracht. 3.2.5.5 3.2.5.6 166 3.2.5.7 Het is toegestaan 1 permanente reclame van de naam of logo van de fabrikant of leverancier en 1 tijdelijke reclame op elke helft van elke zijde van het tafelblad te plaatsen en 1 aan elke eindkant, elke reclame afzonderlijk mag maximaal 60 cm lang zijn. Tijdelijke reclames moeten duidelijk afgescheiden zijn van de permanente reclames; deze reclames mogen geen betrekking hebben op andere leveranciers van tafeltennisuitrustingen en mag geen reclame, logo, naam van de tafel of naam van de fabrikant of leverancier op het tafelonderstel staan, behalve als de tafel fabrikant of leverancier the titel sponsor van het evenement is.(met ingang van 1 april 2012) Reclames op het net dienen duidelijk verschillend van kleur te zijn in vergelijking met de speelbal, moeten minimaal 3 cm verwijderd zijn van de biesband van het spankoord en mogen de doorzichtigheid van het net niet belemmeren. Reclames op scheidsrechterstafels en ander meubilair in de speelruimte mogen niet 2 groter zijn dan een totaaloppervlak op elke voorkant van 750 cm . Reclames op de speelkleding mogen slechts bestaan uit: - het normale handelsmerk, symbool of naam van de fabrikant binnen een totaalop2 pervlak van 24 cm ; - niet meer dan 6 reclames op de voorzijde, zijkant en mouw van het shirt tezamen, 2 passend binnen een totaaloppervlak van 600 cm en duidelijk van elkaar gescheiden, met niet meer dan 4 reclames op de voorkant; - niet meer dan 2 reclames op de achterzijde van het shirt binnen een totaaloppervlak 2 van 400 cm , - niet meer dan 2 reclames, alleen op de voorkant en de zijkanten van broek of rok tezamen, passend binnen een totaal oppervlak van 120 cm2. 2 Reclames op rugnummers van de spelers mogen een totaaloppervlak van 100 cm niet te boven gaan. 2 Reclames op scheidsrechterskleding mogen een totaaloppervlak van 40 cm niet te boven gaan. Op speelkleding en rugnummers mogen geen reclames worden aangebracht voor tabakswaren, alcoholica of schadelijke middelen (drugs). 3.2.5.8 3.2.5.9 3.2.5.10 3.2.5.10.1 3.2.5.10.2 3.2.5.10.3 3.2.5.10.4 3.2.5.11 3.2.5.12 E 3.2.5.13 A 3.2.6 Dopingcontrole 3.2.6.1 Alle spelers die deelnemen aan internationale competities, inclusief jeugdcompetities, kunnen tijdens betreffende competities worden onderworpen aan dopingcontroles door de ITTF, de nationale bond van de speler en iedere andere anti-doping-organisatie die verantwoordelijk is voor de controle tijdens de competitie waaraan zij deelnemen. 3.3 3.3.1 3.3.1.1 CD 3.3.1.2 C 3.3.1.2.1 CD 3.3.1.2.2 C 3.3.1.2.3 C 3.3.1.2.4 C 3.3.1.2.5 CD 3.3.1.2.6 C 3.3.1.2.7 C 3.3.1.2.8 C 3.3.1.2.9 C 3.3.1.2.10 CD Wedstrijdofficials Hoofdscheidsrechter Voor iedere serie wedstrijden moet een hoofdscheidsrechter worden aangewezen en zijn identiteit en locatie moeten aan de deelnemers en, indien van toepassing, aan de teamaanvoerders bekend worden gemaakt. De hoofdscheidsrechter is verantwoordelijk voor: - de leiding bij de loting; - het opstellen van het tafel-tijdschema; - het aanstellen van wedstrijdofficials; - de leiding bij een briefing voor wedstrijdofficials; - het controleren van de speelgerechtigdheid van spelers; - de beslissing of een wedstrijd bij onvoorziene omstandigheden mag worden opgeschort; - de beslissing of spelers tijdens een wedstrijd de speelruimte mogen verlaten; - de beslissing of de reglementaire inspeeltijd mag worden verlengd; - de beslissing of spelers tijdens de wedstrijd een trainingspak mogen dragen; - de beslissing bij kwesties betreffende interpretatie van spelregels of reglementen, inclusief het toegestaan zijn van kleding, spelbenodigdheden en speelomstandigheden; 167 3.3.1.2.11 C 3.3.1.2.12 CD 3.3.1.3 CD 3.3.1.4 C 3.3.1.5 C 3.3.1.6.C 3.3.2 3.3.2.1 BCE 3.3.2.2 BCE 3.3.2.3 BCE 3.3.2.3.1 BCE 3.3.2.3.2 BCE 3.3.2.3.3 BCE 3.3.2.3.4 BCE 3.3.2.3.5 BCE 3.3.2.3.6 BCE 3.3.2.3.7 BCE 3.3.2.3.8 BCE 3.3.2.3.9 BCE 3.3.2.3.10 BCE - de beslissing of en waar spelers mogen oefenen gedurende een onvoorziene spelonderbreking; - het nemen van disciplinaire maatregelen bij wangedrag of andere schendingen van de reglementen. Indien, met toestemming van de wedstrijdleiding, enige van de plichten van de hoofdscheidsrechter worden gedelegeerd aan andere personen, moeten de speciale verantwoordelijkheden en de locaties van elk van deze personen aan de deelnemers en, indien van toepassing, aan de teamaanvoerders bekend gemaakt worden. De hoofdscheidsrechter of een bij zijn afwezigheid aangestelde plaatsvervanger dient gedurende de gehele speeltijd aanwezig te zijn. Indien hij dat wenselijk acht, kan de hoofdscheidsrechter te allen tijde een wedstrijdofficial vervangen, maar hij mag geen enkele door de vervangen official binnen zijn bevoegdheid genomen beslissing betreffende een waarneming herroepen. Spelers vallen onder de rechtsbevoegdheid van de hoofdscheidsrechter, vanaf het moment dat zij de speellocatie binnenkomen tot ze die weer verlaten. Scheidsrechter, assistent-scheidsrechter en slagenteller Voor iedere wedstrijd moeten een scheidsrechter en een assistent-scheidsrechter worden aangesteld. De scheidsrechter dient in het verlengde van het net te zitten of te staan en de assistent-scheidsrechter dient tegenover hem aan de andere kant van de tafel te zitten. De scheidsrechter is verantwoordelijk voor: - het controleren van de kwaliteit van het spelmateriaal en de speelomstandigheden en het melden van elke onvolkomenheid aan de hoofdscheidsrechter; - het kiezen van een willekeurige bal zoals bepaald bij 3.4.2.1.1 - 2; - het leiden van de loting voor de keuze van serveren, ontvangen en speelhelft; - het beslissen of de voorgeschreven manier van serveren mag worden versoepeld voor een speler met een lichamelijke handicap; - het controleren van de volgorde van serveren, ontvangen en plaats en het corrigeren van elke fout daarbij; - het beslissen bij elke rally omtrent een punt of een let; - het afroepen van de stand, in overeenstemming met de omschreven procedure; - het beginnen van de tijdregel op het juiste moment; - het onderhouden van de voortgang van het spel; - het ondernemen van actie in geval van schendingen van de reglementen betreffende het advies aan spelers of het gedrag van spelers; 3.3.2.3.11 BCE - het door de ‘’toss’’ laten beslissen, welke speler, paar of teams van shirt zullen moeten wisselen, als tegenstanders of teams dezelfde shirts dragen en niet overeen kunnen komen wie van hen zich zal omkleden; 3.3.2.3.12 BCE - het waarborgen dat uitsluitend geautoriseerde personen in de speelruimte aanwezig zijn. 3.3.2.4 BE 3.3.2.4.1 BE De assistent-scheidsrechter moet: - beslissen of de bal tijdens het spel aan zijn kant van de tafel de bovenrand van het speelvlak raakt; 3.3.2.4.2 BE - de scheidsrechter informeren in geval van schending van de reglementen betreffende advies of wangedrag. 3.3.2.5 BCE Zowel de scheidsrechter als een assistent-scheidsrechter mogen: 3.3.2.5.1 BCE - beslissen dat de service van een speler niet correct is; 3.3.2.5.2 BCE - beslissen dat, bij een verder goede service, de bal de netcombinatie raakt bij het passeren over of om de netcombinatie; 3.3.2.5.3 BCE - beslissen dat een speler de bal blokkeert; 3.3.2.5.4 BCE beslissen dat de speelomstandigheden dermate zijn gestoord dat het resultaat van de rally daardoor beïnvloed kan worden; 3.3.2.5.5 BCE - de inspeeltijd voor het begin van een wedstrijd, de speeltijd van de games en de tijd van de onderbrekingen bijhouden. 168 3.3.2.6 BCE 3.3.2.7 BCE 3.3.2.8 BCE 3.3.3 3.3.3.1 CD 3.3.3.2 CD 3.3.3.3 CD 3.3.3.4 3.3.3.5 BCE 3.3.3.5.1 3.3.3.6 3.3.3.7 3.4 3.4.1 3.4.1.1 E 3.4.1.1.1 E 3.4.1.1.2 E 3.4.1.1.3 E Zowel de assistent-scheidsrechter als een speciaal aangestelde official kunnen als slagenteller optreden, om de slagen van de ontvangende speler of het ontvangende paar te tellen, wanneer de tijdregel is ingegaan. Een beslissing welke door de assistent- scheidsrechter of de slagenteller in overeenstemming met het gestelde in 3.3.2.5 is genomen, kan niet worden herroepen door de scheidsrechter. Spelers vallen onder de rechtsbevoegdheid van de scheidsrechter, vanaf het moment dat zij de speelruimte betreden tot ze die weer verlaten. Protesten Een overeenkomst tussen spelers in een individuele wedstrijd of tussen aanvoerders in een teamwedstrijd kan geen verandering brengen in de beslissing betreffende een waarneming door de verantwoordelijke wedstrijdofficial of in de interpretatie van de spelregels of reglementen door de verantwoordelijke hoofdscheidsrechter of in elke andere beslissing toernooi- of wedstrijdorganisatie betreffende genomen door de verantwoordelijke wedstrijd- of toernooileiding. Er kan geen beroep worden aangetekend bij de hoofdscheidsrechter tegen een beslissing betreffende een waarneming door de verantwoordelijke wedstrijdofficial of bij de wedstrijdleiding tegen de interpretatie van de spelregels of reglementen door de hoofdscheidsrechter. Bij de hoofdscheidsrechter kan worden geprotesteerd tegen een beslissing van een wedstrijdofficial betreffende de interpretatie van spelregels of reglementen. De beslissing van de hoofdscheidsrechter is bindend. Bij de wedstrijd- of toernooileiding kan worden geprotesteerd tegen een beslissing door de hoofdscheidsrechter de toernooi- of wedstrijdorganisatie betreffend, die niet wordt gedekt door de spelregels of reglementen. De beslissing van de wedstrijdleiding is bindend. Bij een individuele wedstrijd kan alleen worden geprotesteerd door een speler die aan de wedstrijd deelnam waarin het probleem zich voordeed; bij een teamwedstrijd kan alleen worden geprotesteerd door de aanvoerder van een team dat deelnam aan de wedstrijd waarin het probleem zich voordeed. De naam van de aanvoerder van het team, spelend of niet-spelend, zal voorafgaand aan de wedstrijd aan de scheidsrechter bekend worden gemaakt. Een uit de beslissing door de hoofdscheidsrechter voortvloeiende kwestie over de interpretatie van de spelregels of reglementen of een uit de beslissing door de toernooi- of wedstrijdleiding voortvloeiende kwestie betreffende de wedstrijdorganisatie kan door de speler of de teamcaptain via zijn eigen bond worden doorgegeven om ter beoordeling aan de ITTF Rules Committee te worden voorgelegd. De Rules Committee zal richtlijnen geven voor toekomstige beslissingen en deze richtlijnen kunnen ook onderwerp gemaakt worden van een protest door een bond bij de Board of Directors of een General Meeting, maar dit zal geen enkele reeds door de verantwoordelijke hoofdscheidsrechter of wedstrijdleiding genomen beslissing meer kunnen beïnvloeden. Wedstrijdleiding Het aangeven van de stand De scheidsrechter dient de stand af te roepen dadelijk nadat de bal uit het spel is na beëindiging van een rally, of zo snel mogelijk daarna. Bij het noemen van de stand dient de scheidsrechter eerst het aantal gescoorde punten te vermelden van de speler of het paar die/dat in de volgende rally van de game dient te serveren en daarna het door de tegenstander(s) gescoorde aantal punten. Aan het begin van de game en voor iedere servicewisseling dient de scheidsrechter de volgende serveerder met zijn hand aan te wijzen, en kan hij het afroepen van de stand laten volgen door de naam van die serveerder. Aan het eind van de game dient de scheidsrechter de naam van de winnende speler of het winnende paar te noemen, gevolgd door het door hem/hen gescoorde aantal punten en daarna het door de verliezer(s) gescoorde aantal punten. 169 3.4.1.2 E 3.4.1.2.1 E 3.4.1.2.2 E 3.4.1.3 E 3.4.1.4 E 3.4.1.5 E 3.4.2 3.4.2.1 E 3.4.2.1.1 E 3.4.2.1.2 E 3.4.2.1.3 E 3.4.2.2 3.4.2.3 3.4.2.4 A 3.4.2.5 E 3.4.3 3.4.3.1 E 3.4.3.2 E 3.4.3.3 E 3.4.4 Als aanvulling op het noemen van de stand kan de scheidsrechter handgebaren gebruiken om zijn beslissingen te verduidelijken. Als een punt gescoord is, kan hij zijn arm het dichtst bij de speler of het paar opheffen die/dat het punt scoorde, zodanig dat de bovenarm horizontaal is en de onderarm verticaal met de gesloten hand naar boven. Als om welke reden dan ook de rally een let is, kan hij zijn hand boven zijn hoofd opheffen om aan te geven dat de rally is geëindigd. De stand en, tijdens de tijdregel, het aantal slagen moet worden afgeroepen in het Engels of in iedere andere taal die aanvaardbaar is voor beide spelers of paren en voor de scheidsrechter. De stand moet worden getoond op mechanische of elektronische scoreborden die duidelijk zichtbaar moeten zijn voor de spelers en voor de toeschouwers. Wanneer een speler formeel wordt gewaarschuwd voor slecht gedrag, dient een geel waarschuwingsteken op of nabij het scorebord geplaatst te worden naast de score van betreffende speler. Uitrusting Spelers mogen geen ballen uitzoeken in de speelruimte. Overal waar mogelijk moet de spelers de gelegenheid worden geboden om één of meer ballen te kiezen alvorens naar de speelruimte te komen en de wedstrijd moet worden gespeeld met de door de spelers gekozen bal. Als er geen bal is uitgezocht voordat de spelers naar de speelruimte komen, of de spelers het niet eens kunnen worden met welke bal zal worden gespeeld, moet de wedstrijd worden gespeeld met een bal die willekeurig door de scheidsrechter is gekozen uit een doos met voor de wedstrijd aangewezen ballen. Als een bal tijdens een wedstrijd is beschadigd, moet deze worden vervangen door een andere van de vóór de wedstrijd uitgekozen ballen, of, als zo’n bal niet beschikbaar is, door één, die willekeurig door de scheidsrechter is gekozen uit een doos met aangewezen ballen. De bedekking van het bat dient te worden gebruikt zoals het is goedgekeurd door de ITTF, zonder enige fysische, chemische of andersoortige behandeling die de speleigenschappen, stroefheid, uiterlijk, kleur, structuur, oppervlakte, etc. verandert of aanpast; in het bijzonder toevoegingen zijn verboden. Een bat moet bij de batcontrole voldoen aan alle onderdelen van de test. Tijdens een afzonderlijke wedstrijd mag een bat niet worden verwisseld tenzij het zonder opzet dermate is beschadigd dat het niet meer gebruikt kan worden; wanneer dit gebeurt dient het beschadigde bat meteen vervangen te worden door een exemplaar dat de speler in de speelruimte heeft meegebracht of dat hem daar wordt aangereikt. Tenzij anders is bepaald door de scheidsrechter dienen de spelers hun bat op de tafel te laten liggen tijdens de pauzes tussen de games en bij time-outs; doch indien het bat aan de hand is vastgebonden moet de scheidsrechter de speler toestaan het bat tijdens de pauzes tussen de games en bij time-outs aan de hand vastgebonden te houden. Inspelen Spelers zijn gerechtigd om op de wedstrijdtafel in te spelen en wel tot maximaal twee minuten onmiddellijk vóór het begin van een wedstrijd maar niet tijdens de normale pauzes; de genoemde inspeelperiode mag slechts met toestemming van de hoofdscheidsrechter worden verlengd. Tijdens een onvoorziene spelonderbreking mag de hoofdscheidsrechter spelers toestaan op elke tafel te oefenen, inclusief de wedstrijdtafel. Men moet de spelers voldoende gelegenheid geven alle materialen die ze gaan gebruiken te controleren en zich ermee vertrouwd te maken, maar dit geeft hen geen recht op meer dan een paar oefenrally's alvorens het spel te hervatten na de vervanging van een kapotte bal of een beschadigd bat. Pauzes 170 3.4.4.1 A 3.4.4.1.1 A 3.4.4.1.2 A 3.4.4.2 A 3.4.4.2.1 A 3.4.4.2.2 A 3.4.4.2.3 A 3.4.4.2.4 A 3.4.4.2.5 A 3.4.4.2.6 A 3.4.4.3 A 3.4.4.4 A 3.4.4.5 A 3.4.4.6 A 3.4.4.7 E Het spel moet onafgebroken doorgaan gedurende een individuele wedstrijd, maar elke speler heeft recht op: - een pauze van maximaal 1 minuut tussen opeenvolgende games van een individuele wedstrijd; - korte onderbrekingen voor het gebruik van de handdoek na elke 6 punten vanaf het begin van elke game en bij het wisselen van tafelhelft in de laatst mogelijke game van een individuele wedstrijd. Een speler of paar heeft gedurende een individuele wedstrijd het recht één time-out van maximaal 1 minuut aan te vragen. Tijdens een individuele wedstrijd mag het verzoek om een time-out ingediend worden door de speler of het paar of door de aangewezen coach; tijdens een teamwedstrijd mag dit door de speler, het paar of de teamaanvoerder. Als een speler of paar en een adviseur of aanvoerder het niet eens zijn of er een timeout zal worden aangevraagd, dient de eindbeslissing te worden genomen door de speler of het paar in een individuele wedstrijd en door de aanvoerder in een teamwedstrijd. Het verzoek om een time-out, dat alleen kan plaatsvinden tussen rally’s in een game, dient aangegeven te worden door het maken van een “T” teken met de handen. Op het moment, dat de scheidsrechter een geldig verzoek voor een time-out ontvangt, zal hij het spel onderbreken en een witte kaart omhoog houden met de hand naar de zijde van de speler of het paar welke het verzoek heeft geuit; de witte kaart of een ander toepasselijk merkteken, dient vervolgens op de tafelhelft van die speler of dat paar te worden geplaatst. De witte kaart of het merkteken zal worden verwijderd en het spel hervat, zodra de speler of het paar, welke het verzoek heeft geuit, klaar is om het spel te hervatten of aan het eind van de betreffende minuut, al naar gelang hetgeen als eerste plaats vindt. Als een geldig verzoek om een time-out gelijktijdig is ingediend door of namens beide spelers of paren, zal het spel worden voortgezet als beide spelers of paren klaar zijn of na 1 minuut, al naar gelang hetgeen als eerste plaats vindt; en geen speler of paar zal recht hebben op nog een time-out tijdens die individuele wedstrijd. Met inachtneming van een inspeelperiode (3.4.3.1) zullen opeenvolgende wedstrijden van een teamwedstrijd zonder onderbreking worden gespeeld, behalve dat een speler, die in zulke opeenvolgende wedstrijden moet spelen, het recht heeft om een pauze van maximaal 5 minuten te nemen tussen die wedstrijden. De hoofdscheidsrechter mag een spelonderbreking toestaan, die zo kort mogelijk moet zijn en in geen geval meer dan 10 minuten, als een speler door een ongeluk tijdelijk niet in staat is om te spelen, mits dit oponthoud naar het oordeel van de hoofdscheidsrechter de tegenstander(s) niet al te veel benadeelt. Een spelonderbreking mag niet worden toegestaan als het onvermogen om te spelen reeds bij het begin van de wedstrijd aanwezig was of redelijkerwijs kon worden verwacht of het gevolg is van normale inspanningen eigen aan het spel; onvermogen door kramp of uitputting veroorzaakt door de algemene conditie van de speler of het spelverloop, mag geen reden zijn om oponthoud toe te staan; dit mag alleen worden toegestaan als er sprake is van onvermogen als gevolg van een ongeluk, zoals een blessure veroorzaakt door een val. Als er iemand in de speelruimte bloedt, zal het spel onmiddellijk worden onderbroken en niet worden hervat alvorens die persoon medische behandeling heeft ontvangen en alle bloedsporen in de speelruimte zijn verwijderd. Spelers dienen gedurende een individuele wedstrijd in of bij de speelruimte te blijven, behalve wanneer zij toestemming hebben van de hoofdscheidsrechter; gedurende de pauzes tussen de games en bij time-outs, mogen de spelers zich niet verder dan 3 meter buiten de speelruimte bevinden onder toezicht van de scheidsrechter. 171 3.5 3.5.1 3.5.1.1 A 3.5.1.2 A 3.5.1.3 A 3.5.1.4 A 3.5.1.5 A 3.5.1.6 A 3.5.1.7 A 3.5.2 3.5.2.1 A 3.5.2.2 BC 3.5.2.3 BC 3.5.2.4 BC 3.5.2.5 BC Discipline Advies aan spelers (coaching) Tijdens een teamwedstrijd mogen spelers van iedereen advies ontvangen die geautoriseerd is om in de speelruimte aanwezig te zijn. Tijdens een individueel evenement mag een speler of paar slechts van één persoon advies ontvangen, die vóór de wedstrijd aan de scheidsrechter als zodanig bekend is gemaakt; alleen indien de spelers van een dubbel uitkomen voor verschillende nationale bonden, mag iedere speler een adviseur aanwijzen, maar met betrekking tot artikel 3.5.1 en 3.5.2 zullen deze adviseurs als eenheid worden behandeld. Als een onbevoegd persoon advies geeft moet de scheidsrechter een rode kaart tonen en deze persoon van de speelruimte wegsturen. Spelers mogen slechts advies ontvangen tijdens de pauzes tussen de games of tijdens elke andere toegestane onderbreking van het spel, en niet tussen het einde van de inspeeltijd en het begin van de wedstrijd; indien een bevoegde persoon op andere momenten advies geeft, dient de scheidsrechter hem een gele kaart te tonen en hem te waarschuwen, dat elke volgende overtreding zal leiden tot zijn wegzenden van de speelruimte. Indien tijdens dezelfde teamwedstrijd of dezelfde wedstrijd van een individueel evenement iemand weer onrechtmatig advies geeft, nadat reeds een waarschuwing is gegeven, moet de scheidsrechter een rode kaart tonen en de raadgever van de speelruimte wegsturen, ook al betreft het niet de reeds gewaarschuwde persoon. Tijdens een teamwedstrijd mag de weggestuurde raadgever niet worden toegestaan terug te komen, behalve indien deze nog moet spelen; en hij mag niet worden vervangen door een andere adviseur tot het einde van de teamwedstrijd; tijdens een individueel evenement mag de weggestuurde coach niet worden toegestaan terug te keren voor het einde van de individuele wedstrijd. Als de raadgever weigert te vertrekken, of terugkeert voor het einde van de wedstrijd, moet de scheidsrechter de wedstrijd onderbreken en onmiddellijk de hoofdscheidsrechter inlichten. Deze regels hebben alleen betrekking op advies gedurende het spel en mogen een speler of aanvoerder niet beletten om protest aan te tekenen noch een overleg te verhinderen met een tolk of bondsafgevaardigde over de uitleg van een juridische beslissing. Wangedrag Spelers en coaches of andere adviseurs dienen zich te onthouden van gedragingen welke de tegenstander oneerlijk kunnen beïnvloeden, beledigend kunnen zijn voor het publiek of de sport in diskrediet kunnen brengen, zoals het opzettelijk beschadigen van materiaal, het beschadigen van de bal of het met het bat tegen de tafel slaan, overdadig roepen of onbehoorlijke taal, opzettelijk de bal uit de speelruimte slaan, tegen de tafel of de afzetting trappen en minachting van wedstrijdofficials. Elke keer als een speler of coach of een andere adviseur een ernstige overtreding begaat, dient de scheidsrechter het spel te onderbreken en onmiddellijk het voorval te melden bij de hoofdscheidsrechter; in geval van minder ernstige overtredingen kan hij bij de eerste aanleiding een gele kaart tonen en de overtreder waarschuwen, dat elke volgende overtreding een straf tot gevolg zal hebben. Als, behoudens het gestelde in 3.5.2.2 en 3.5.2.5, een speler die reeds is gewaarschuwd een tweede overtreding begaat in dezelfde individuele- of teamwedstrijd, moet de scheidsrechter aan de tegenstander van de overtreder 1 punt toekennen en voor een volgende overtreding 2 punten, waarbij hij telkens tegelijkertijd een gele en rode kaart laat zien. Indien een speler tegen wie in dezelfde individuele- of teamwedstrijd 3 strafpunten zijn toegekend, doorgaat zich te misdragen, zal de scheidsrechter het spel onderbreken en onmiddellijk de hoofdscheidsrechter inlichten. Als een speler van bat wisselt tijdens een individuele wedstrijd, terwijl het niet beschadigd is, dient de scheidsrechter het spel te onderbreken en dit te melden bij de hoofdscheidsrechter. 172 3.5.2.6 BC 3.5.2.7 BC 3.5.2.8 BC 3.5.2.9 BC 3.5.2.10 BC 3.5.2.11 BC 3.5.2.12 A Een waarschuwing of straf gegeven aan een speler van een dubbel geldt als gegeven aan beide spelers, maar niet voor de non-overtreder in een volgende individuele wedstrijd van dezelfde teamwedstrijd. Aan het begin van een dubbelwedstrijd heeft het paar het hoogste aantal waarschuwingen of strafpunten door de afzonderlijke spelers geïncasseerd in dezelfde teamwedstrijd. Als, behoudens het gestelde in 3.5.2.2, een reeds gewaarschuwde coach of andere adviseur een volgende overtreding begaat in dezelfde individuele- of teamwedstrijd, moet de scheidsrechter hem een rode kaart tonen en hem wegsturen van de speelruimte tot het einde van de teamwedstrijd of, tijdens een individueel evenement, tot het einde van de individuele wedstrijd. De hoofdscheidsrechter heeft de bevoegdheid om een speler te diskwalificeren voor een wedstrijd, een evenement of een toernooi wegens bijzonder onsportief of agressief gedrag, al dan niet door de scheidsrechter gerapporteerd; wanneer hij dit doet moet hij een rode kaart tonen. Indien een speler is gediskwalificeerd voor 2 wedstrijden van een team- of individueel evenement, zal hij automatisch worden gediskwalificeerd voor dat team- of individueel evenement. De hoofdscheidsrechter heeft het recht iedereen te diskwalificeren voor de rest van het toernooi wanneer betreffend persoon twee keer verwijderd is van de speelruimte gedurende datzelfde toernooi. Indien een speler om welke reden dan ook wordt gediskwalificeerd voor een evenement of competitie, vervalt elke bijbehorende titel, medaille en punten voor de ranglijst en wordt eventueel gewonnen prijzengeld verbeurd verklaard. Gevallen van zeer ernstig wangedrag moeten worden doorgegeven aan de nationale bond van de overtreder. 3.5.3 3.5.3.1 A Een goede presentatie Spelers, coaches en officials moeten een goede presentatie van de sport hooghouden en de integriteit van de sport waarborgen door af te zien van iedere poging om onderdelen van een competitie te beïnvloeden op een manier die in strijd is met de sportethiek. 3.5.3.1.1 Spelers moeten hun uiterste best doen om een wedstrijd te winnen en dienen zich niet terug te trekken, behalve in geval van ziekte of blessure. 3.5.3.1.2 Spelers, coaches and officials mogen niet helpen of meedoen aan welke vorm dan ook van wedden of gokken op zaken die betrekking hebben op hun eigen wedstrijden of competities. 3.5.3.2 Elke speler, die opzettelijk in gebreke blijft om aan deze principes te voldoen, zal worden bestraft door een gehele of gedeeltelijke inhouding van prijzengeld in wedstrijden met geldprijzen en/of door het uitsluiten van deelname aan ITTFevenementen. 3.5.3.3 In het geval medeplichtigheid is bewezen van enige adviseur of official, wordt van de betrokken nationale bond verwacht, dat er disciplinaire maatregelen tegen deze persoon worden genomen. 3.5.3.4 Een “Disciplinair Panel”, aangewezen door het “Executive Committee”, bestaande uit 4 leden en een voorzitter, zal beslissen of een overtreding is begaan en indien nodig over toepasselijke sancties; deze Commissie zal beslissingen nemen volgens richtlijnen uitgegeven door het “Executive Committee”. 3.5.3.5 Een protest tegen de beslissing van het “Disciplinair Panel” kan binnen 15 dagen ingediend worden door de gestrafte speler, adviseur of official bij het “ITTF Executive Commitee”. Diens beslissing in de zaak zal bindend zijn. 173 Bijlage 1 Alfabetisch trefwoordenregister met verwijzing naar de betreffende (sub)artikelnummers Achtergrond Advies aan spelers Na het inspelen Onrechtmatig advies Tijdens een individueel evenement Tijdens een teamwedstrijd Waarschuwing Wegsturen van de coach Afzetting Reclame op de afzetting Assistent-scheidsrechter Aanstelling Verantwoordelijkheden Vervanging 3.2.3.7 3.5.1 3.5.1.3 3.5.1.2-4 3.5.1.2 3.5.1.1 3.5.1.3 3.5.1.2, 3.5.1.4-6 3.2.3.1-3 3.2.5.4 2.5.12, 3.3.2 3.3.2.1 3.3.2.2, 3.3.2.1-2, 3.3.2.5.1-5 3.3.1.5 Bal 2.3 2.3.1-2 3.2.1.1 2.5.2 2.3.3 2.3.3 3.4.2.1, 3.4.2.1.1-2 3.4.2.1.3 2.4 3.2.4 2.4.6-7 3.4.2.3 2.4.2, 2.4.5 3.4.2.2, 3.5.2.5 2.4.8 2.5.5 Afmeting Goedkeuring In het spel Kleur Samenstelling Uitkiezen Vervanging Bat Controle Kleur van het oppervlak Op tafel laten liggen Samenstelling van het frame Vervanging Wissel Bathand Bedekkingmateriaal Bevestiging Goedkeuring Mate van bedekking van het frame Soorten bedekking Beginslag (service) Dalende bal bij het raken Lichamelijke handicap Opwerpen van de bal Positie van de bal Positie van het bat Twijfelachtige beginslag Verantwoordelijkheid van de serveerder Waarschuwing Beschadiging van spelbenodigdheden Blessure Bloed(sporen) in de speelruimte Blokkeren 3.2.4.1, 3.2.4.3 3.2.1.3 2.4.4 2.4.3, 2.4.3.1-2 2.6 2.6.3 2.6.7 2.6.2 2.6.1, 2.6.4-5 2.6.4 2.6.6.1-2 2.6.5 2.6.5.1 3.4.2.1.3, 3.4.2.2 3.4.4.3-5 3.4.4.6 2.5.8, 2.9.1.1 Centre-court zie speelruimte Coaching zie advies aan spelers Definities Diskwalificatie Dubbelspel 2.5 3.5.2.5, 3.5.2.8-10, 174 Beginslag Serveren en ontvangen Volgorde Waarschuwing en strafpunten 2.6.3 2.13.4 2.8.2, 2.13.5-6 3.5.2.6 Eindlijn 2.1.4, 2.5.15 Game Gele kaart Gesloten toernooi Goedgekeurde en toegestane spelbenodigdheden Goedkeuring van spelbenodigdheden 2.11 3.5.1.3, 3.5.2.2-3 3.1.1.4 Handdoekgebruik Handicap Hoofdscheidsrechter Aanstelling Aanwezigheidsplicht Bevoegdheid Delegeren van taken en verantwoordelijkheden Verantwoordelijkheden 3.4.4.1.2 2.8.3, 2.9.1.5 3.3.1 3.3.1.1 3.3.1.4 3.3.3.3 Inspelen Na vervanging van spelmateriaal Tijd bijhouden Tijdens onvoorziene spelonderbreking Verlenging reglementaire inspeeltijd Voorafgaande aan de wedstrijd Interlandwedstrijd Internationale wedstrijd Invalide Invitatietoernooi 3.4.3 3.4.3.3 3.3.2.5.5 3.4.3.2 3.3.1.2.8 3.4.3.1 3.1.1.2 3.1.1.1 2.8.3 3.1.1.5 Keuze van serveren, ontvangen of tafelhelft Kleding Aanvaardbaarheid Belettering Bij dubbelspel Bij teamwedstrijden Goedkeuring door de Bond Kleur Merktekens en garnering Ontwerpen Reclames Rugnummers Tegenstander(s) 2.13.1-2, 2.13.4 3.2.2 3.2.2.7 3.2.2.3, 3.2.2.6 3.2.2.8 3.2.2.8 3.2.2.11 3.2.2.2 3.2.2.5 3.2.2.6 3.2.5.10, 3.2.5.12-13 3.2.2.4, 3.2.5.11, 3.2.5.13 3.2.2.9-10 3.2.1 3.2.1.1 3.3.1.3 3.3.1.2 Let Lichtsterkte zie verlichting 2.5.3, 2.9 Netcombinatie Goedkeuring Hoogte van het net Netposten Over of om de netcombinatie Reclames 2.2 3.2.1.1 2.2.3 2.2.2 2.5.14 3.2.5.8 175 Samenstelling 2.2.1 Ongeluk gedurende het spel Ontvanger Open internationale kampioenschappen Open toernooi 3.4.4.4-5 2.5.10, 2.6.4, 2.15.2 3.1.2.3.3 3.1.1.3 Pauzes Gevolgen van ongeluk Time-out Tussen de games Voor handdoekgebruik Plakken zie lijmen Protesten Punt 3.4.4 3.4.4.3-5 3.4.4.2 3.4.4.1.1 3.4.4.1.2 Rally Reclames In de speelruimte Kleuren Op de afzetting Op de kleding van de scheidsrechters Op de kleding van de spelers Op de rugnummers Op de scheidsrechterstafels Op de speelvloer Op de tafeltennistafels Op het net Reglementen voor internationale wedstrijden Afwijkende regels Geldigheid Rode kaart Rolstoel Rubbers zie bedekkingen 2.5.1 3.2.5 3.2.5.1 3.2.5.3-4 3.2.5.4 Scheidsrechter Aanstelling Verantwoordelijkheden Vervanging Serveerder Service zie beginslag Slagenteller Speelruimte Afzetting Speelvlak Belijning Kleur Samenstelling Speelvloer Kleur Reclames Samenstelling Speelvolgorde Dubbelspel Enkelspel Spelonderbreking Stand Afroepen van de stand 3.3.3 2.5.4, 2.10 3.2.5.12 3.2.5.10, 3.2.5.13 3.2.5.11, 3.2.5.13 3.2.5.9 3.2.5.5-6 3.2.5.7 3.2.5.8 3 3.1.2.2, 3.1.2.3.1-4, 3.1.2.4, 3.1.2.6 3.1.2.3, 3.1.2.5-6 3.5.1.2, 3.5.1.4, 3.5.2.3, 3.5.2.7-8 2.8.3, 2.9.1.5 2.5.11 3.3.2.1 3.3.2.3, 3.3.2.5 3.3.1.5 2.5.9, 2.6 3.3.2, 3.3.2.6-7 3.2.3.1 3.2.3.2 2.1.1-5 2.1.6 2.1.4 2.1.3 3.2.5.5 3.2.5.6 3.2.3.7, 3.2.3.8 2.8 2.8.2 2.8.1 3.4.4.3-6 3.4.1 3.4.1.1 176 Handgebaren Scorebord Taal Strafpunten 3.4.1.1.2, 3.4.1.2, 3.4.1.2.1-2 3.4.1.4 3.4.1.3 3.5.2.3-4 Tafel zie tafeltennistafel Tafeloppervlak zie tafeltennistafel Tafeltennisspelregels Geldigheid Tafeltennistafel Afmetingen Goedkeuring Kleur Reclame Technical Leaflets Terugslag (goed) Tijd bijhouden Tijdregel In navolgende games In werking treden Volgorde van serveren Time-out Toernooi Toss 3.1.2.1, 3.1.2.5-6 2.1 2.1.1 3.2.1.1 2.1.4 3.2.5.6, 3.2.5.7 3.1.2.7 2.7 3.3.2.5.5 2.15 2.15.3 2.15.1 2.13.3, 2.15.2 3.4.4.2 3.1.1.3-5 2.13.1-2, 3.3.2.3.11 Uitrusting en speelcondities 3.2 Verboden oplosmiddelen Verkeerde volgorde van serveren, ontvangen en tafelhelft Verlichting Volgorde van serveren, ontvangen en tafelhelft Voortgang van het spel Vrije hand 3.2.4.1, 3.2.4.1.1, 3.2.4.2 2.13 3.3.2.3.9 2.5.6 Wangedrag Diskwalificatie Overheveling van strafpunten Rapportage Toekenning van strafpunten Waarschuwing Wegsturen Wedstrijd Wedstrijdleiding Wedstrijdofficials Aanstelling Schorsing Verantwoordelijkheden Vervanging Wisselen van tafelhelft Witte kaart Zijlijn 3.5.2 3.5.2.8-10 3.5.2.6 3.5.2.11 3.5.2.3-4 3.5.2.2, 3.5.2.6 3.5.2.7 2.12 3.3.3.2, 3.3.3.4, 3.4 3.3 3.3.1.2.3, 3.3.2.1 3.3.1.2.3 3.3.1.2, 3.3.2.3-6, 3.3.3.1-2 3.3.1.2.3, 3.3.1.5 2.13.7, 2.14.2 3.4.4.2.4-5 2.1.4, 2.9.1.5.3 2.14 3.2.3.4-7 177 Bijlage 2 Hoofdbestuursbesluit over regels voor competitieklassen en evenementen waarin games tot 21 worden gespeeld. In de spelregels 2.11.1, 2.12.1, 2.13.3, 2.13.6, 2.13.7, 2.15.1, 2.15.3, 3.4.4.1, 3.4.4.1.1.en 3.4.4.1.2 wordt uitgegaan van games tot 11 punten. Voor de klassen en evenementen waar games tot 21 worden gespeeld gelden de onderstaande spelregels: 2.11 Een game Een game wordt gewonnen door de speler of het paar, die/dat het eerst 21 punten scoort, tenzij beide spelers of paren 20 punten hebben gescoord, in welk geval die speler of dat paar winnaar wordt die/dat als eerste 2 punten meer scoort dan zijn/hun tegenstander(s). 2.12 2.12.1 Een wedstrijd Een wedstrijd bestaat uit 2 (“best of three”) of 3 (“best of five”) gewonnen games. 2.13 2.13.3 De keuze van serveren, ontvangen en tafelhelft Na elke 5 gescoorde punten wordt de/het ontvangende speler/paar de/het serverende speler/paar en dat gaat zo door tot het einde van de game, tenzij ieder(e) speler of paar 20 punten gescoord heeft of de tijdregel ingaat, waarbij de volgorde van serveren en ontvangen hetzelfde zal zijn, maar waarbij na elk gescoord punt de service naar de tegenstander zal overgaan. De speler of het paar, die/dat het eerst serveerde in een game, zal in de volgende game als eerste ontvangen en in de laatst mogelijke game van een dubbelwedstrijd moet het paar dat in de volgende rally de service ontvangt de volgorde van ontvangen veranderen, nadat één der paren 10 punten heeft behaald. De speler of het paar die/dat in een game aan een bepaalde zijde van de tafel begint, zal in de volgende game aan de andere kant beginnen en in de laatst mogelijke game van een wedstrijd moeten de spelers of paren van tafelhelft wisselen zodra één speler of paar 10 punten heeft gescoord. 2.13.6 2.13.7 2.15 2.15.1 2.15.3 3.4.4 3.4.4.1 3.4.4.1.1 3.4.4.1.2 De tijdregel Behalve wanneer beide spelers of paren tenminste 19 punten hebben gescoord treedt de tijdregel in werking indien een game na 15 minuten speeltijd nog niet is geëindigd, of eerder indien beide spelers of paren dit verzoeken. Indien de tijdregel eenmaal is ingegaan, dienen alle volgende games in die wedstrijd volgens de tijdregel te worden gespeeld. Pauzes Elke speler heeft recht op: Een onderbreking van maximaal 2 minuten tussen opeenvolgende games binnen een wedstrijd. Korte onderbrekingen voor het gebruik van de handdoek na elke 5 punten vanaf het begin van elke game en bij het wisselen van tafelhelft in de laatst mogelijke game van een wedstrijd. 178 Bondsraad 22 november 2014 Bijlage 17 AFKORTINGEN BIJ DE VERGADERSTUKKEN VOOR DE BONDSRAADSVERGADERING VAN 22 NOVEMBER 2014 OP ALFABET AB ABZ ACL AJCL ALO ASK AVO Bb BR BRV BSO BV CAA CMS CTO CTW CvV DvhT EJK EK ELO EOA ES ETTU fte HB HB-vergadering HBO HCL HJCL ICT ISA ITTF JCF JONIT K/k KISS KNAS KNHB KNVB KPI KSS KTTF MJBP MT M/V NAS NASB NJK NK NOC*NSF NOS Afdelingsbestuur Algemeen Bestuurlijke Zaken Afdelingscompetitieleider Afdelingsjeugdcompetitieleider Algemeen Lichamelijke Opvoeding Akademie voor SportKader Algemene Voorwaarden Opleidingen Bondsbureau Bondsraad Bondsraadsvergadering Buitenschoolse Opvang Bondsvertegenwoordiger Commissie Administratie en Automatisering Content Management System Centrum voor Topsport en Onderwijs Commissie Toernooien & Wedstrijden College van Voorzitters Dag van het Talent Europese Jeugdkampioenschappen Europese Kampioenschappen Elektronische Leer Omgeving Expertgroep Opleidingen Arbitrage Europese Spelen European Table Tennis Union Fulltime equivalent Hoofdbestuur Hoofdbestuursvergadering Hoger BeroepsOnderwijs Hoofdcompetitieleider Hoofdjeugdcompetitieleider Informatie en CommunicatieTechniek Instituut voor Sportaccommodaties International Table Tennis Federation Johan Cruyff Foundation Stichting Jeugd Ondersteuning Nationaal en Internationaal tafeltennis = duizend, wordt gebruikt in samenstellingen met bedragen Kennis en Informatie Systeem in de Sport Koninklijke Nederlandse Algemene Schermbond Koninklijke Nederlandse HockeyBond Koninklijke Nederlandse VoetbalBond Kritische Prestatie Indicator Kwalificatie Structuur Sport Kinder TafeltennisFeest Meerjarenbeleidsplan Management Team Mannelijk/vrouwelijk NTTB Administratie Systeem Nationaal Actieplan Sport en Bewegen Nederlandse Jeugdkampioenschappen Nederlandse Kampioenschappen Nederlands Olympisch Comité*Nederlandse Sport Federatie Nederlandse Omroep Stichting 179 NSW NTTB ODMT OPL OTT P&O PPS PR PTT PvB RCL SBN SMART SPBS SPO SR3/SR4 SRC STN SWOT-analyse TBPR TBV’s TEC TH TNL TO TOP TT1 t/m 4 TUC VO VSK VV VVTT VWS WK WOS Nationale Sportweek Nederlandse Tafeltennisbond Ontwikkeling dames- en meisjestafeltennis Opleidingen Olympic Talent Team Personeel & Organisatie Penalty Point System Public Relations Paratafeltennis Proeve van Bekwaamheid RegioCompetitieLeider Squashbond Nederland Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden Studie Planning & Beheer Systeem Sport- en Productontwikkeling Opleiding Scheidsrechter niveau 3 / niveau 4 Scheidsrechterscommissie Stichting Tafeltennisevenementen Nederland Sterkte-zwakteanalyse (oorspr. Engels: Strengths, Weaknesses, Opportunities and Threats) Toolbar PageRank Beschrijving van Taken, Bevoegdheden en Verantwoordelijkheden TopEvenementenCommissie Talentherkenning Opleiding Toernooileider Talentontwikkeling Tafeltennis overdag project Opleiding Tafeltennistrainer-1 t/m 4 Tuchtcommissie Verenigingsondersteuning Veilig Sport Klimaat Voetbalvereniging Vereniging Van TafeltennisTrainers Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Wereldkampioenschappen tafeltennis Werkgevers Organisatie in de Sport 180
© Copyright 2024 ExpyDoc