kunt het blad downloaden.

2 014
Kerkenwerk is heel gewoon mensenwerk.
Van koffieschenken tot folders uitdelen, van
gesprekken voeren tot diensten houden, van
bemoedigen tot kinderoppas.
Er moet soms een dak gerepareerd worden, geld
Het gaat niet om geld…
maar zonder gaat het niet
maar doen? De kruikenvullers
gaan in gehoorzaamheid
onderweg en doen het gewone. Zij
kunnen geen wonderen verrichten,
ze kunnen wel doen wat gedaan moet
worden! En door gehoor te geven aan de
roepstem van Jezus gebeurt het onmogelijke:
water wordt wijn!
Een mooier beeld van onze noodzakelijke
inzet is bijna niet te geven. Gewoon kruiken
vullen: VVB - bijdragen geven, brieven
rondbrengen, mensen opzoeken, diaconale
acties opzetten, stukjes schrijven, avonden
organiseren, ambts- of taakdrager worden, clubs
leiden, etc. Het hoort er allemaal bij. Waarom?
Het heeft met zijn roepstem te maken.
En tegelijk is dit een onmisbare voorwaarde
voor de wijn op het feest!. Voor de bezieling van
Boven. Kerk-zijn zit vol menselijke inspanning –
die zes kruiken waren wat zwaar! – maar waar
wij vertrouwensvol en in geloof ons kerkenwerk
doen, kan God onze inspanningen tot zegen
maken. Dan wordt het mensenwerk Plus.
Het
is goed en uitdagend om dit ook voor 2014
te verwachten. Dat hebben we de afgelopen
jaren toch ook regelmatig mogen zien: dat Plus
van Boven, dat het aangedragen water in wijn
veranderde?
Voor het
komende jaar
Kerkbalans t al.
he
worden we
Het woo rd zegt
kosten en
allemaal weer
Balanceren tussen
e evenw icht vingevraagd om
baten. Het goed
ale activiteiten,
kruikenvullers
den tussen pastor
r in de eredienst,
te zijn!
geluidsapparatuu
on derhou d, etc.
elt over wat men
ds. Nico van
Deze krant vert
onze gemeente.
Tellingen
sen beweegt in
an we in op de
In de bijlage ga
financiële zaken.
De kerk is
mensenwerk+
opgehaald en weggebracht worden, of vergaderd
worden. Wat wordt er veel aangepakt! Zoveel dat
je soms denkt: wat heeft dat nog met geloven
te maken? Wat raakt het wezenlijke? Dat merk
je als predikant ook wel eens: je hebt dan wel
een deftige titel: dominee (Latijnse oorsprong:
heer!) en je wordt herder en leraar en dienaar
des Woords genoemd, en tegelijk doe je allerlei
klusjes, kruimel- en knutselwerk. Je bent soms
postbode, je loopt soms tevergeefs achter mensen
aan, je bent soms gewoon een regelaar, die van
alles en nog wat moet oppakken. Zo gaat dat in
de kerk.
Is dat dan te min? Moet je daar je neus voor
ophalen? Je beter afschermen? Helemaal niet,
want al ons kerkenwerk, al ons mensenwerk
krijgt meerwaarde wanneer we in geloof
onderweg gaan.
Daarvan is de bruiloft in Kana
een prachtig voorbeeld (Johannes 2). Als tijdens
deze spetterde bruiloft de wijn opraakt geeft
Jezus de opdracht aan de bedienden om zes
stenen kruiken te vullen met water. Gewoon
mensenwerk, kerkenwerk, niets bijzonders,
dagelijkse routine zou je zeggen. Maar hier ook
een beetje vreemd midden op zo’n feest. Hoezo
gewoon water gieten in die grote kruiken? Toch
Ed Hoogenboom
Impressie door Hetty Lievestro en
Ada van der Herberg van het werk
van enkele van onze vaste hulpkosters van de Opstandingskerk:
Ed Hoogenboom, Jaap Noort,
Thijs Wester en Henk Veenstra.
avond ervoor al moet gebeuren.
Met plezier wordt terug gedacht aan
de leuke reacties die Coen kreeg toen
hij bij het sneeuwruimen de vorm
van een kruis op de stoep had gemaakt. Het klaarleggen van kaarten
voor de zieken of jarige gemeenteleden achter in de kerk, het
“Wij willen gastvrijheid
uitstralen“
Jaap Noort
2
Henk en Jaap zijn allebei diaken
geweest en wilden daarna liever iets
praktisch doen.
Jaap weet niet anders dan dat hij een
vrijwilligerstaak heeft. Naast het kosterschap heeft hij ook altijd de tuin
van de kerk onderhouden en helpt
hij zijn vrouw mee om de schoonmaakploeg te versterken. Ook rijdt
hij een keer in de week in de buurtbus: “Dan zie je ook nog eens andere
mensen dan alleen Gereformeerden”.
Ed werd gevraagd een tijdelijk tekort
op te lossen en doet dat nog steeds.
Hij weet dat het moeilijk genoeg is
om een kerkelijk bedrijf in gang te
houden.
Thijs lijkt behalve een doener ook
een navolger. In de voetsporen van
zijn opa Piet van der Haar zag hij
al wat er allemaal aan handen en
voeten nodig is om een kerkdienst te
kunnen houden.
Hij wordt per 1 januari 2014 officieel
hulpkoster. Zoals hij zelf zegt “Ik zit
toch elke zondag in de kerk en om
een uurtje eerder te komen en een
uurtje langer te blijven is toch geen
moeite”.
Hij gaat ook meewerken in het nieuw
op te richten beamerteam.
Tijdens het gesprek met hen vieren
blijkt dat het hulpkosterschap een
taak is waarvoor Coen van Klinken
(de afgetreden koster) een heel complete en duidelijke handleiding heeft
geschreven. Over de sleutels voor de
hekken en deuren, maar ook over
sneeuwruimen, dat soms zelfs de
voorbedenboek, de kaarsen, de
verlichting, het glaasje water voor
de dominee, het aanpassen van de
kleden aan de kleur van het kerkelijk
jaar, het hoort er allemaal bij.
De hulpkosters zijn erg tevreden dat
er een vaste tekst op de psalmborden
staat. Het was altijd een tijdrovende
klus om de te zingen liederen daarop
aan te geven.
De hulpkosters hebben een BHV
(bedrijfshulpverlening)-diploma, zodat ze o.a. weten wat ze moeten doen
bij brand of als er iemand onwel
wordt tijdens de dienst. Om die reden moeten ze ook tijdens de dienst
in de kerkzaal zitten. Dat vergt nadenken bij het koffiezetten, want je
kunt er niet bij bijblijven ook al kun
je de preek daar ook volgen. Vergeet
je dan in de haast om de ketels eerst
leeg te maken (ze moeten eerst met
water opgewarmd worden) voor je
koffie gaat zetten, dan stromen ze
over en dan heb je meer water dan
koffie….
Thijs Wester
Henk Veenstra
Tot slot. Je bent als hulpkoster toch
een beetje het visitekaartje van de
kerk. Je wilt gastvrijheid uitstralen.
Het vraagt om geduld en flexibiliteit.
Een kerkdienst of een vergadering
loopt nog wel eens uit. Er wordt ook
geregeld gemopperd tegen de koster
over de temperatuur, het geluid of
over de koffie.
Maar allemaal doen ze het met
plezier!
Toekom stdroom
Emma van Katwijk
Ik ben Emma van Katwijk. Ik ben 14 jaar en woon
in Zegveld. Mijn hobby is voetbal en ik doe mee aan
musical ‘De Bestemming’. Ik zit op het Kalsbeek
college Schilderspark en doe nu 2 Havo. Wat ik
graag wil bereiken is kleuterjuf te worden. Dat
betekent dat als ik klaar ben op de Kalsbeek ik
verder ga studeren op bijvoorbeeld de Pabo. Het
lijkt me heel leuk om dan op kamers te gaan,
bijvoorbeeld in Utrecht. Als ik wat ouder ben en
dus ook klaar ben op de Pabo hoop ik een leuke
baan te vinden in de buurt van Woerden en daar
dus ook te gaan wonen. Maar als ik de mogelijkheid
zou kunnen krijgen om mijn droom werkelijkheid
te laten worden zou ik dat eerst gaan doen. Mijn
droom is met mijn vriendinnen een school te
bouwen in Afrika. Dat wil ik graag doen als ik
afgestudeerd ben. Ik vind het belangrijk dat de
kinderen daar aan hun toekomst kunnen bouwen
en het lijkt me geweldig daaraan mee te helpen.
Hierdoor maken zij een grotere kans om werk te
vinden zodat ze geld kunnen verdienen om een
huis te bouwen en eten te kopen. Ik zou graag het
geloof willen doorgeven aan mijn kinderen en aan
de kinderen in Afrika. Het lijkt me heel leuk om
hun dat bij te brengen.
Breng de kerk naar de jongeren toe
Twintigers zijn op zondagochtend een zeldzame verschijning in
de kerk. Dat is een groep waar aandacht aan besteed moet worden,
dacht Mirjam Oosterhoff bijna 2 jaar geleden.
Zij is een pilot gestart om met jongeren in gesprek te
gaan, op zoek naar een nieuwe manier van kerk-zijn.
“Jezus ging naar de mensen toe, dus de kerk moet naar
de jongeren toe”.
“Via Facebook en Twitter, maar ook door gewoon de straat
op te gaan en in de kroeg het gesprek aan te gaan,
probeer ik zoveel mogelijk mensen te bereiken,
PKN breed, en daarbuiten,” aldus Mirjam.
“Om het laagdrempelig te houden, is als locatie
gekozen voor Restaurant El Rey. De activiteiten
zijn divers en onder de noemer van Netwerk,
Zinzoekers en de Verdieping is er voor ieder
wat wils. Netwerkavonden zijn er op gericht
om nieuwe mensen te leren kennen. Twintigers
wonen net op zichzelf en zoeken hoe ze hun
leven vorm moeten geven. Met Zinzoekers gaan
we in op vragen die je niet snel met je vrienden
bespreekt. Wat wil ik met mijn leven? Wat
inspireert mij? En bij De Verdieping doen we
een Bijbelstudie en gaan we in op hoe je je geloof
vorm geeft in je dagelijks leven”, licht Mirjam toe.
Zo bereikt zij een steeds grotere groep jong-volwassenen,
waarvan de helft nooit in de kerk komt.
Aukje Kreuger
3
heeft
4
Wist je dat…
Hoe is ZIN ontstaan?
• We gemiddeld 80 bezoekers hebben.
• Februari met theatergroep No More Lies
de drukst bezochte ZIN was.
• We gemiddeld 18 liter frisdrank schenken.
• We het programma samenstellen voor
jongeren tussen de 16 en 25 jaar.
• We met z’n 7en ZIN organiseren.
• ZIN voor ZINderend en ZINnig staat.
We zagen dat in de
reguliere erediensten
een steeds minder groot
aantal jongeren aanwezig was. De afname is te zien bij
de jeugd vanaf ongeveer 12 jaar. En de groep jongeren
van 16 tot en met 25 jaar lijkt soms bijna helemaal
afwezig. Als PJO (Protestants Jeugd Overleg) vonden we
dit een zorgelijke ontwikkeling. We willen juist graag
onze jongeren betrekken bij het christelijk geloof. Twee
jaar geleden zijn we daarom met de gezamenlijke PKNwijken van Hervormd, Luthers en Gereformeerd gestart
met een “proef” onder de naam ZIN.
Wat is ZIN?
Onder de naam ZIN organiseren we samenkomsten
voor jongeren van 16 t/m 25 jaar. ZIN staat voor ZINderend en ZINnig. In deze jeugddiensten willen we God
en elkaar ontmoeten en thema’s op eigentijdse wijze
laten aansluiten bij jongeren. Zo gaan we
samen op zoek naar de ZIN van het leven.
Dit doen we elke laatste zondag van de
maand, om 10.30 uur in Het Baken (Beneluxlaan 3, Woerden). Het belangrijkste bij ZIN is dat
we jongeren willen aanspreken in voor hen boeiende
thema’s. De invulling van deze thema’s wisselt sterk:
van een spreker en band tot interactieve bijeenkomsten,
theater en cabaret.
Een terugblik op de 1e twee jaren ZIN
In het eerste jaar werden de bijeenkomsten om 16.00
uur ’s middags gehouden. Na een enquête onder jongeren zijn de bijeenkomsten sinds september 2013 verplaatst qua tijdstip naar de ochtend om 10.30 uur.
De afgelopen tijd hebben we veel wisselende invullingen gehad. Waar we in de reguliere erediensten gewend
zijn aan een vaste volgorde van de dienst, wijken we
bij ZIN daar juist vanaf. Soms is er een spreker met een
5
ogte
o
h
e
d
p
o
f
j
i
l
B
via
eenkomsten
van de ZIN bij
den.nl)
ww.jongwoer
(w
te
si
eb
w
onze
agina
of Facebookp
)
jongwoerden
(facebook.nl/
band. Als verwerking van het thema gaan we dan vaak
interactief met elkaar aan de slag, bijvoorbeeld in kleine
gespreksgroepjes, door het invullen van keuzes op papier of door jongeren kaarsen aan te laten steken. Deze
bijeenkomsten lijken nog het meest op de jeugddiensten
zoals deze voorheen ook wel werden georganiseerd.
Andere ZIN bijeenkomsten verlopen echter weer compleet anders. Het kan zijn dat we een bijeenkomst juist
alleen veel zingen met elkaar. Een volgende keer komt
er een toneelgroep langs of we nodigen een christelijke
cabaretier uit.
jongeren erg
gewaardeerd en
zo leren ze makkelijk christelijke
leeftijdsgenoten
kennen. Daarnaast komen er inmiddels ook ouders
samen met hun jongeren vanaf ongeveer 12 jaar naar
ZIN. Ook zij vinden ZIN prettig en aansprekend, hoewel
de thema’s wat meer gericht zijn op de oudere jeugd.
De zin van ZIN spreekt eigenlijk vooral uit de positieve
reacties van de jongeren zelf.
Heeft ZIN zin?
Ben je geïnteresseerd in ZIN? Kom gerust ook een keer
kijken. De ZIN-commissie ontvangt ook graag goede
suggesties voor bijvoorbeeld sprekers, bands of creatieve
werkvormen. We kunnen ook goed extra hulp gebruiken
in de commissie zelf, bijvoorbeeld als secretaris en voor
losse taken zoals fris schenken na de bijeenkomsten.
Jolanda Kuiper en Michiel Koekoek
We zien in de afgelopen twee jaar dat de naamsbekendheid van ZIN onder jongeren toeneemt en daarmee ook
het aantal bezoekers. Een steeds grotere groep jongeren
weet ZIN inmiddels maandelijks te vinden. Na ZIN is er
altijd ruimte voor jongeren om, onder het genot van een
hapje en drankje, met elkaar te kletsen. Dit wordt door
‘Al vergeten de mensen de kerk,
de kerk vergeet hen niet‘
Riki de Bruijn van het Kerkelijk Bureau woont
met haar man in Zegveld. Ze zijn in de Opstandingskerk getrouwd en gaan sinds de bouw van
de Kruiskerk daar naar de kerk. Riki is 25 jaar
contactpersoon geweest en wilde wel eens wat
anders. Omdat degene die het Kerkelijk Bureau
beheerde ermee wilde stoppen kon zij 3 jaar geleden mooi die taak overnemen.
6
De administratieve kant van een bedrijf is haar niet vreemd.
Ze heeft altijd de administratie gedaan van hun bedrijf.
Haar man “zit” in elektronische orgels en geluidsinstallaties en is altijd betrokken geweest, en is dat nog steeds,
bij de geluidsinstallaties van de beide kerkgebouwen. Riki
vindt het prettig dat ze haar werkzaamheden zelf kan indelen. Ze is zeker 5 dagen van de week een uur druk met
haar taak.
De taak omvat het bijhouden van het ledenbestand, maar
het bureau is ook het aanspreekpunt voor mensen die willen weten waar of bij wie ze moeten zijn voor informatie.
Het ledenbestand wordt bijgehouden in het Leden Registratiesysteem Protestantse Kerken in Nederland (LRP). Dit
systeem maakt het voor de plaatselijke gemeente mogelijk
in contact te komen en te blijven met haar leden en onder-
steunt zo het werk van predikanten, ouderlingen, diakenen
en kerkrentmeesters. De privacy van gemeenteleden is bij
LRP goed gewaarborgd.
“Als gebruiker krijg ik alleen toegang tot het systeem met
een persoonlijke autorisatiesleutel. De toegangsbeveiliging
voldoet aan de eisen van de Wet Bescherming Persoonsgegevens.”
Zo’n ledenbestand is alleen actueel als de constante stroom
van mutaties goed wordt bijgehouden. Denk daarbij aan geboorte, doop, verhuizing, huwelijk en overlijden.Riki geeft
enkele voorbeelden van het belang van het ledenbestand.
- Als je verhuist worden die gegevens via de gemeentelijke
administratie aangeleverd aan de plaatselijke kerk. Zo kan
meteen een nieuwkomer in de gemeente bezocht worden
door een contactpersoon van de plaatselijke kerk.
- Voor de laatste zondag van het kerkelijk jaar, wanneer de
namen van de in het afgelopen jaar overleden gemeenteleden genoemd worden, wordt de lijst met namen door
het bureau aangeleverd aan de dominees.
- Riki levert namen en data van doop en overlijden aan diegenen die deze bijschrijven in de doop- en overlijdensregisters.
- Je bent met elkaar een kerkelijke gemeente en dat kost
wat, net zoals het geld kost als je lid bent van een vereniging. De plaatselijke kerk is verplicht per lid een bepaald
bedrag over te maken aan de landelijke PKN en deze administratie dient ook daarvoor.
- Als een studerend kind op kamers gaat wonen kan het
aangeven of hij/ zij voorkeurslid wil blijven in de oorspronkelijke plaatselijke kerk. Zo niet dan zal de kerk in
de nieuwe woonplaats contact leggen met deze nieuwkomer. Riki gaat hier zelf achteraan om het op de juiste manier vast te leggen.
- Riki levert alle informatie voor het Verjaardagsfonds.
Een spannende kant is het eventueel uitschrijven van gemeenteleden. Daar zit veel meer achter dan alleen het uitschrijven uit het systeem. Mensen, die door hun persoonlijke financiële situatie geen financiële bijdrage kunnen
geven, hoeven zich om die reden niet te laten uitschrijven.
Daar wordt altijd een oplossing voor gezocht!
Ada van der Herberg
Riki de Bruijn
Toen we aan het brainstormen waren over wat allemaal
in deze krant moest komen, kwamen we al snel tot de
conclusie dat een portret van Hans in’t Veld hierin niet
mocht ontbreken. Aan mij, Aukje Kreuger, de eer om
eens in gesprek te gaan met deze ervaren kerkenman.
Als contactpersoon, ouderling, voorzitter van zowel
Wijkkerkenraad West als Oost, lid van de interkerkelijke commissie Kerk & Israel, lector, medeoprichter
van de Voedselbank in Woerden, actief binnen de
vakbond voor het onderwijspersoneel, is Hans in’t Veld
met recht de verpersoonlijking van het thema van deze
krant: ‘Kerkenwerk is mensenwerk.’
Kerkenwerk
is mensenwerk;
in de praktijk
Je zou bijna kunnen zeggen dat het hem
met de paplepel is ingegoten. Als zoon
van een kweker en ouderling, ging hij
als 11-jarige jongen al bij mensen langs
om af te spreken wanneer zijn vader
op huisbezoek zou komen. Het credo
in de familie in ’t Veld was dat je moest
zorgen dat er brood op de plank kwam,
maar je daarnaast ook in moest zetten
voor de kerk, de maatschappij, de vakbond of het verenigingsleven.
Toen hij samen met zijn vrouw in 1960
in Woerden kwam wonen, was hij al
actief in het landelijke jeugdwerk en al
snel werd hij contactpersoon van zijn
wijk. Dit was het begin van een hele
loopbaan in het vrijwilligerswerk. Solliciteren deed hij in 1960 voor het laatst
voor zijn baan op het Kalsbeek College
en daarna werd hij overal voor gevraagd.
Zo werd hij ouderling in de, toen net
nieuwe, Kruiskerk. Na 3 jaar werd hij gevraagd voor de Gemeenteraad en met 4
kleine kinderen thuis werd de combinatie met de kerkenraad te veel. Toenmalig
dominee Griffioen zei over zijn overstap:
“De wijngaard van de Heer is groot
genoeg, maar je moet er wel in werken.”
21 jaar lang zat Hans in’t Veld in de Gemeenteraad en stond het kerkenwerk op
een lager pitje. Toen hij eenmaal gepensioneerd was kwam er weer meer tijd
voor de kerk. Hij werd weer ouderling en
later ook voorzitter van Wijkkerkenraad
West. Na een verhuizing herhaalde deze
cyclus zich voor wijk Oost.
Tot hij 15 jaar geleden door de Algemene Kerkenraad gevraagd werd om het
preekrooster te maken. Elke zondag een
predikant lijkt een simpele opgave, maar niets
Hans in ‘t Veld
is minder waar. Al in mei
begint het bellen voor
het rooster van het volgende jaar. Wat
geen excuus. Al geeft hij wel toe dat al
begon met jaarlijks 20 gastpredikanten,
zijn werk alleen kon doordat zijn baan
7
is met de huidige vacature uitgebreid
als leraar goed te combineren was met
tot 70 gastpredikanten per jaar. Over
andere werkzaamheden en zijn vrouw
enkele maanden wordt Hans in’t Veld
thuis veel heeft opgevangen. En ook zo
82 jaar en het wordt zo langzamerhand
maar zeggen dat iets niets voor jou is,
tijd om het stokje over te geven aan een
voordat je het geprobeerd hebt, kan volnieuwe generatie. Ondertussen heeft hij gens hem eigenlijk niet. Je hoeft je niet
het stokje, of in dit geval de USB-stick
aan te melden, maar je moet er goed
met alle benodigde gegevens en lijsten,
over nadenken als je gevraagd wordt. Je
overgedragen aan de jongere generatie.
wordt immers niet voor niets gevraagd.
Op mijn vraag wat nu het leukste werk
Daarbij ben je Gods afgezant en hoef
was, weet Hans in’t Veld direct een
je het niet alleen te doen. Met dat in
antwoord. Dat is beslist de preekvoorzijn achterhoofd heeft Hans zich altijd
ziening. Met op een tweede plek het
ingezet voor de kerk en de maatschapvoorzitterschap, het regelwerk past hem pij. Vrijwilligerswerk doe je tot genoegen
wel. Ook over het moeilijkste aspect van
van een ander, maar ook voor jezelf. Je
kerkenwerk hoeft hij niet lang na te
mag het leuk vinden! En hiermee sluidenken. Dat was toch wel het bezoeken
ten we een mooi, inspirerend
van gemeenteleden in zijn functie als
gesprek af.
ouderling. Het praten over geloof blijft
erg intiem.
ire Commissie
a
n
o
si
is
M
e
D
Op bezoek bij zo’n ervaren man is nat
eroepen, geraak
tuurlijk de ideale gelegenheid om advies
Wij voelen ons “g
2014 w illen
in te winnen. Hij heeft de bouw van
en gezonden”. In
een tweede kerkgebouw, de Kruiskerk,
met Ju dith
a. samenwerken
o.
e
w
van dichtbij meegemaakt. Hoe zorgen
even is haar
Jansen, die ge dr
wij, als volgende generatie, dat dit blijft
(vanuit de kerk
Outreachproject
bestaan?
en) hier in
Volgens Hans in’t Veld ben je door lid te
naar buiten tred
geven.
zijn van een vereniging hier ook verantWoerden vorm te
woordelijk voor en dat geldt ook voor de
s en w ij kunnen
Zij inspireert on
kerk. Je kunt niet zo maar ‘nee’ zeggen,
dig. Vo or
bijstaan waar no
ar
ha
want dan moet je wel een zeer goede
de bijlage.
meer nieuws: Zie
reden hebben. Geen tijd is eigenlijk
Geroepen, Geraakt,
Gezonden.....
Gesprek met 3 voorzitters:
Arie Bol, Frans Jansen en Ruud van der Herberg
Ruud van der Herberg
8
De missie van onze kerk wordt in het nieuwe beleidsplan
samengevat in de 3 kernbegrippen: geroepen, geraakt, gezonden.
Wat brengen deze begrippen bij de voorzitters van de
Wijkkerkenraden en van de Algemene Kerkenraad zelf teweeg?
Jan Uittenbroek en Aart Sliedrecht gingen op zoek naar hun
gedachten aan de hand van een aantal vragen, zoals ‘hoe sta je zelf
in dit proces’, ‘waar liggen de uitdagingen en de knelpunten’ ?
En om het gesprek op gang te brengen hebben we een aantal foto’s
laten kiezen:
Na deze fototaal ging het gesprek verder over het afgelopen jaar en blikten
we vooruit naar 2014 en verder. We noteerden:
“We zijn door een moeilijke periode gegaan als gemeente, maar we gaan nu
met z’n allen vooruit. De afgelopen jaren hebben we een dieper inzicht in
elkaar gekregen”. En: “Het veranderingsproces is nog steeds gaande, daar
zitten we midden in”.
Er is bij onze voorzitters/voortrekkers veel ambitie voor de nabije en verdere
toekomst. Samengevat in deze zin, die we noteerden in dit boeiende gesprek:
“Wat wij willen is een interactieve kerk, een kerk waar mensen zich thuis
voelen, met als doel de schat van het Evangelie van Jezus Christus steeds
meer zichtbaar te maken”.
Frans Jansen
Arie Bol
•We zijn druk bezig geweest met de stapels beleidsstukken. Nu moeten we voorbij de stapels zien te komen. De
woorden moeten gaan leven.
•De kerk is als een tuin, ongelooflijk hoeveel mensen
hierin druk zijn!
•We gaan blijvend proberen vanuit een samenhangend
geheel ons werk te doen, eilandjes zien te voorkomen.
•De kerk is voor mij een pluriforme, creatieve kudde.
Deze kudde vind ik leuker dan schapen in het gelid.
•Pluriformiteit is belangrijk en heeft een functie , maar
ik zie wel een grens aan wat je kunt overbruggen.
9
•Samen aan de slag, dat is voor mij het gevoel bij onze
wijk.
•In de verte het Licht van de eeuwigheid
•Het afgelopen jaar was een periode van praten, hervinden en bouwen. We komen eruit!
•Aanpakken, mouwen opstropen, dat geeft mij veel
positieve energie.
•De kerk is wel eens leger dan ik zou willen.
•Dit doet me denken aan plezier, levensenergie. Die
vreugde wil ik voor de hele wijk.
•Eerst intern de gemeente versterken en dan naar buiten
op basis van positiviteit.
•Mijn missie is er vol aan te werken dat de kerk voor alle
mensen een thuis is, een plaats voor toevlucht, beleving en
toerusting.
•Thuis, dat is ergens terecht kunnen, dat zijn vrienden die
naar elkaar omzien, daar is liefde en beleving.
•Toerusting van jong en oud, zodat je sterker wordt om je
als christen te handhaven in deze complexe samenleving.
•Ik ben één van die fietsers, je trekt ergens aan; het kost
energie en het geeft me ook veel. Ik doe het zolang ik er
plezier aan beleef.
•Deze foto zegt ook iets over in beweging blijven, niet trappen is omvallen.
•Ik vind wel dat de caravan ergens naar toe moet. Mijn
ambitie is verder gaan en richting geven aan de ontwikkeling van onze wijk. Niet stilstaan!
•Het werk doe je minstens met z’n tweeën, in afstemming
met anderen. We gaan met elkaar voor die Gemeente.
Vrolijk
Gereformeerd
Lettie Cornelisse draait al ruim 40 jaar (!) mee
bij de kindernevendienst in de Opstandingskerk. In 1970 werd zij, omdat ze juf was op de
WG van der Hulstschool in Utrecht, door Ds.
Treurniet gevraagd mee te werken aan nevendiensten voor de kinderen. Er waren nog
geen methodes, maar Lettie wist met haar
onderwijservaring en creatieve en muzikale
kwaliteiten er fijne diensten voor de kinderen van te maken.
Lettie Cornelisse
10
Dat doet ze nog steeds, al zijn er nu methodes die
het werk in de kindernevendienst makkelijker maken. Voor Lettie is de uitspraak van Jezus “Laat de kinderen
tot mij komen, verhindert ze niet” de leidraad voor dit
werk in de kerk. Door de kinderen verhalen te vertellen,
met ze te zingen en spelletjes met ze te doen wil ze de kinderen de Liefde van God bijbrengen. Als kinderen het fijn
vinden om naar de kindernevendienst te gaan is de kans
groter dat ze als ze ouder zijn ook nog naar de kerk komen.
Zelf voelt Lettie zich helemaal thuis in de kerk. Lettie is vrolijk Gereformeerd, zoals ze zelf zegt, is ook blij dat er meer
speelsere vormen van eredienst zijn dan vroeger en kan
Sabine van der Maarl
Sabine van der Maarl woont met echtgenoot bijna
3 jaar in Woerden. Hiervoor kerkten zij in Rotterdam. Dat was een “jonge” en kleine kerkelijke gemeenschap met vooral dertigers.
tegelijkertijd ook erg genieten van het orgelspel. Dat speelskerk- zijn wil ze ook graag meegeven aan de kinderen.
Lettie denkt nog niet aan stoppen. Ze vindt het heel leuk
om de kindernevendienst te doen en voor haarzelf is het
een reden om regelmatig naar de kerk te blijven gaan. Ze
mist dan wel de preek, maar die vertelt haar man haar
thuis bij de koffie. Dat levert dan ook weer fijne gesprekken
op!
Hetty Lievestro
Samen bouw je
een gemeente op!
Iedereen deed dan ook naar vermogen zijn of haar taak,
anders kon de kerk niet blijven draaien. Dat is ook niet
erg, want het is leuk om mee te werken. Samen bouw je
een gemeente op! Die instelling is meegegaan naar Woerden, wat zich onder andere uit in actief meedoen door
zich bij een gesprekskring aan te sluiten en naar de gemeenteavonden te gaan. Dat laatste doet ze ook om haar
waardering te laten blijken voor alle inspanningen die
nodig zijn om zo’n avond te kunnen laten plaatsvinden.
Mede door wat daar besproken werd heeft ze haar juridische kwaliteiten aangeboden aan de Kerkenraad en is ze
bestuurlijk ouderling geworden. Zo is ze bezig de plaatselijke regelingen en procedures in kaart te brengen en
werkt mee aan het beleidsplan.
Sabine houdt van toekomstgericht werken. Waar willen/
gaan we als kerk naar toe en hoe kunnen we dat zo goed
mogelijk vorm geven.
Mede daarom is ze voorzitter geworden van de beroepingscommissie. Een fijne club mensen, die zich inspant
om de kerk weer een positieve toekomst te geven. Samen
met iedereen, jong en oud, in de kerk werken aan de opbouw van de gemeente is belangrijk en ook gewoon leuk!
Ada van der Herberg
Marly Engel: van bezorger van Kerkklanken naar hoofdverdeler en
kerkrentmeester; geniet van alle contacten. Eigenlijk zou er elke drie jaar zo’n actie
georganiseerd moeten worden.
‘Ik geniet van alle contacten...’
Marly woont met haar man Janwillem
(en zoontje van bijna 4) 8 jaar in Snel
en Polanen. Janwillem, afkomstig uit
Wilnis, was al langer actief betrokken
bij de Gereformeerde Kerk in Wilnis:
rond zijn 25e maakte hij al deel uit van
de beroepingscommissie en was actief
betrokken bij de organisatie van de
World Servants. Marly komt uit Zuid
Limburg, daar waar het Limburgse
heuvellandschap begint en is warm
katholiek groot gekomen. Eenmaal
wonend in Snel en Polanen zochten ze
een kerkelijke gemeente waar ze zich
samen thuis konden voelen. Dat werd
de gemeente van de Opstandingskerk.
Dat was wennen; in haar jeugd was de
hoogmis in 25 minuten klaar en ging
vervolgens het leven weer gewoon door.
De Gereformeerde Kerk was best kaal, er
werd veel gezongen en de bijbel stond
centraal. Maar het trok wel, die kerk.
Bezorger Kerkklanken
Na twee maanden kwam ouderling Nel
Griffioen op bezoek en vroeg of ze wat
voor de kerk wilden doen. Janwillem
werd contactpersoon en Marly bezorger
van Kerkklanken en na enige tijd ook
“hoofdverdeler” voor Snel en Polanen.
Sinds kort heeft ze deze taak overgedragen vanwege haar vele andere vrijwilligerswerk en de komst van hun tweede
kindje. Ze heeft wel haar eigen wijk
gehouden.
De actiedag
Heel goede herinneringen heeft Marly
ook aan de organisatie van de actiedag
twee jaar geleden. Er moest 40.000 euro
bij elkaar gesprokkeld worden voor de
verbouwing van de koffieruimte en
vergaderzalen van de Opstandingskerk.
Als enige jonge vrouw tussen een groep
Z WO
an ZWO
ld dat u a
e
g
t
e
h
t
2014
Me
we o ok in
n
e
ll
u
z
t
e kunschenk
n deren” t
o
w
“
n
e
r
e
or
weer prob
e dan? Do
o
H
.
n
e
n
u
ste
kan
nen on der
et an ders
h
t
a
d
n
ie
even hun
te laten z
kans te g
e
d
n
e
s
n
betere
en me
ren, do or
e
d
n
a
r
e
v
he zorg,
leven te
re me disc
e
t
e
b
,
g
n
scholi
bijlage.
eer in de
m
s
e
e
L
.
c
et
van “doorgewinterde
Marly Engel
mannen” heeft ze enorm
veel praktisch werk
verricht, veel mensen
bereid gevonden om de
kraampjes te bemensen, pannenkoeken en
cakes te bakken, loten te
verkopen en ga zo maar
door. Het was geweldig
om te ervaren wat een
saamhorigheid zo’n actie teweeg kon brengen.
Het enthousiasme werd
steeds groter. Eigenlijk
zou er elke drie jaar
zo’n actie georganiseerd
moeten worden. Voor
iedereen was wel wat te
doen wat bij hem/ haar
paste. Marly heeft zo veel
mensen leren kennen
en voelde zich steeds meer thuis in de
Opstandingskerk.
Ouderling kerkrentmeester
Al komt Marly er eigenlijk nooit, ze
is nog steeds lid van de RK kerk. Om
ouderling te worden moest ze zich laten
uitschrijven bij de RK kerk; dat gaf haar
het gevoel dat ze haar hele verleden in
de prullenbak moest gooien. Dominee
van Tellingen maakte duidelijk dat het
vormsel wat ze had ontvangen gelijk
gesteld mocht worden met het doen
van belijdenis en zo kon ze als belijdend
gastlid als “taakdrager” secretariskerkrentmeester worden. Als bedrijfskundige kan ze hier veel in kwijt. Onder
de kerkrentmeesters worden taken
verdeeld zoals de financiën, de Vaste
Vrijwillige Bijdrage, beheer en onderhoud van de kerkgebouwen, ledenadministratie, collectebonnen en deze
actiekrant.
Actie schoenendoos
Marly wil graag wat vertellen over de
actie schoenendoos, de Actie4Kids. Ze
runt samen met Karin Bol en Yvonne
de Wit het verwerkingscentrum in
Woerden. Hier worden aan het einde
van elk jaar 8000 schoenendozen volledig gevuld met goede schoolspullen,
speelgoed en toiletartikelen om kinderen ergens anders op de wereld heel blij
te maken. Kinderen die nog nooit zo’n
schitterend cadeau gekregen hebben
en misschien ook nooit meer zullen
krijgen. Kinderen die soms eerst 10
minuten blij om de doos heen dansen
voor deze open te maken. Bij elke doos
wordt een boekje met Bijbelverhalen
gegeven, want ieder kind mag ook weten dat er een God is die van hen houdt.
Op filmpjes die gemaakt worden bij het
uitdelen van de dozen kun je ook zien
dat er gezongen en gebeden wordt als
de dozen worden bezorgd.
Deze actie vraagt het hele jaar veel
aandacht; er worden kledingbeurzen
en rommelmarkten afgestruind om
bruikbare spullen te vinden en er zijn
ruilafspraken met de Roemenië markt
(wij de knuffels en jullie de sjaals en
mutsen). Marly wast jaarlijks 2000 knuffels voor deze actie; haar hele zolder
ligt dan vol. Met diverse acties wordt
het hele jaar door geld verdiend. Zo
is met behulp van het bloementeam
van de Opstandingskerk wel 1000 euro
verdiend door vlak voor Moederdag
bloemen te verkopen op een Actie4Kidsmarkt in het Baken!
Waarom Marly dit allemaal doet? “Vrijwilligerswerk is voor mij belangrijk. Ik
ontmoet mensen, het is dankbaar en
leuk werk; ik ga er lekker op uit en heb
dat ook nodig”.
11
Wij in de wijk
“We voelen ons geroepen
in eigen wijk, we worden
geraakt door gezelligheid
met ouderen die ondanks
alles doorgaan.
Gezonden uit liefde
voor onze naaste, in het
bijzonder de kwetsbare
mens.”
Truus en Anne Uythoven
Truus en Anne Uythoven
Inloophuis
Het is al weer 20
jaar geleden dat
de deuren van
het Inloophuis
‘t Centrum voor
het eerst open
gingen.
Ruim 20 jaar geleden namen
15 diaconieën van kerken uit Woerden
en omliggende plaatsen het initiatief
om een inloophuis in Woerden op te
richten.
‘t Centrum
12
Na al die jaren is het uitgegroeid tot een
niet meer weg te denken plek voor heel
veel mensen. Een plek in Woerden, waar
de deur altijd open staat en waar mensen
terecht kunnen voor een luisterend oor,
een praatje, een kopje koffie, een warme
maaltijd, een lunch, de dagelijkse krant
lezen of een spelletje doen. Ook kan er
gratis gebruikt gemaakt worden van internet.
Kortom, een huis, waar bezoekers zich
“thuis” mogen voelen.
In het inloophuis
werken coördinatoren en heel veel vrijwilligers. Ook ik, Janneke van der Wind,mag
daar al 16 jaar deel van uit maken. Ik ben
met heel veel plezier vrijwilligster,anders
had ik het niet zo lang volgehouden. Dit
werk mag gedaan worden vanuit de liefde
van Christus, die ieder mens uniek geschapen heeft.
Het motto van het inloophuis
is dan ook: “Met elkaar, voor elkaar”.
Mooi
dat dit in de binnenstad van Woerden aan
de Hogewoerd 3a
in praktijk gebracht kan
worden.
Ik hoop dat ‘t Centrum nog heel lang blijft
bestaan en dat velen de weg
er naar toe
zullen vinden.
Iedereen is welkom!
Janneke van der Wind
Kerk in de buurtwinkel
Kerk in de buurtwinkel is opgericht, omdat we naast maaltijden
ook goedkoop kleding aan wilden bieden aan de bezoekers van
het Inloophuis en voor nieuwe mensen, die juist via de Kidbwinkel van het Inloophuis horen.
Het gaat erom er te zijn voor mensen met een smalle beurs. Ik heb het
zelf niet bedacht. Dat was de beheerder van het pand, John Tamerus.
Hij had al een toonbank laten maken. Hij was alleen nog op zoek naar
iemand die het concept uit wilde voeren. En toen kwam ik aangelopen.
Vers uit Afrika, vol van inspiratie en idealisme om ‘wat goeds’ te doen
voor de medemens.
In december 2011 meldde ik me aan als vrijwilliger bij het Inloophuis
en in april 2012 hebben we de winkel geopend. De eerste driekwart jaar
moesten we elke week de winkel 2 keer ombouwen, omdat de peuterspeelzaal in de ochtend in dezelfde ruimte zat. Dankzij een aantal geweldige vrijwilligers is dit iedere keer opgebouwd en afgebroken. Vorig jaar
is de Gebedswinkel er ook bij gekomen. Dat was voor ons aanleiding om
een zanggroepje op te richten.
Arie Brouwer
Een wensdieet
klaarmaken!
Ja, als je eenmaal gestopt bent
met werken heb je vaak aardig
wat tijd over. Je wilt daar een zinnige besteding aan geven en dat
is me gelukt, al heeft dat wel een
jaartje gekost. De kerk zocht nog
een 2e penningmeester en dat
doe ik graag, nu alweer 4 jaar.
Ik wilde ook nog wat doen voor mijn
medemens buiten de kerk en via via
kwam ik er achter dat ze bij “Hospice
de Mantelmeeuw” nog vrijwilligers
zochten om te koken voor de gasten.
Je maakt voor maximaal 4 gasten
een wensdieet klaar, maar het komt
eigenlijk niet voor dat je 4 maaltijden moet bereiden, veelal zijn het er
maar 2. Rond de middag ga ik langs
om te vragen wat voor avondeten zij
willen gebruiken, ‘s middags ga ik
de boodschappen doen en omstreeks
17:15 uur ga ik ter plekke koken. Een
enkele keer eet familie mee. Al met
al is dat dankbaar werk, en het wordt
door de gasten zeer gewaardeerd.
En veelal ga je met een tevreden en
dankbaar gevoel naar huis toe.
Arie Brouwer
Hoe kwam ik er dan bij om me aan te melden als vrijwilliger bij het Inloophuis? Heel simpel: ik wilde op een plek zijn waar voedsel en kleding
uitgedeeld wordt aan de allerarmsten van een stad. Hier in Woerden
werkt het net even iets anders als in Tel Aviv (Israël), waar je voor 70
zwervers staat te koken met 7 man, elke week. Maar ik ging nadenken
en kwam tot de conclusie dat het Inloophuis zo’n plek moest zijn in
Woerden. Waar bezoekers eten krijgen tegen een lage vergoeding, waar
altijd wel een
spelletje te doen
13
is, een praatje te
maken is en een
kop koffie klaar
staat. Ook is er
opvang in het gebouw. Mensen die
komen voor een
douche, een lekkere maaltijd en
een nachtje warm
onder de wol.
Dat zie je bijna
Maaike van Oosterom
niet, ik moet dat
echt hebben van
de verhalen van John en Corrie. Soms komen hier mensen voor langere
tijd. Ze eten dan mee in het Inloophuis of bij John en Corrie. Die mensen
hebben bijvoorbeeld acute problemen, kunnen niet meer thuis wonen,
huiselijk geweld, depressie, zulk soort dingen. Met mijn opleiding maatschappelijk werk ben ik hier echt als een vis in het water.
Over geroepen, geraakt, gezonden: ik weet nog dat ik in de Gebedswinkel stond (de oude in de Rijnstraat) en ik duidelijk hoorde: ga naar het
Inloophuis. Ik geloof dat ik een advertentie had gelezen voor barvrijwilliger op de dinsdagavond. Toen ik kwam zag Corrie het als een gebedsverhoring, omdat ze juist op zoek was naar een enthousiast iemand. Er
heeft voor mij altijd een soort van zekerheid in gezeten van: hier moet je
zijn. Daarom wist ik dat ik nog wel even in het Inloophuis werken zou.
De verhalen die John en Corrie me altijd verteld hebben over de zegeningen die ze meegemaakt hebben tijdens dit werk hebben mij ook enthousiast gemaakt. Ik dacht: daar wil ik bij zijn! Daar gebeurt het! Je kunt er
over lezen op de site: www.weeshuiswoerden.nl
Maaike van Oosterom
Het nieuwe
Liedboek
Zingen en bidden
in huis en kerk
Dominee Nico van Tellingen
vertelt met het voor hem
bekende enthousiasme over
het nieuwe Liedboek (NLB). De
heerlijke verscheidenheid van
liederen doet zijn hart sneller
kloppen. Een hart dat tijdens
de studie theologie al warm
liep voor de hymnologie
(kerk­muziek).
14
Nico van Tellingen
“We hebben veertig jaar met het oude
liedboek gedaan; laten we dus vooral niet
doen alsof er steeds weer nieuwe bundels
komen. Het werd tijd!”
Ik zie het NLB als een afspiegeling
van de geleefde spiritualiteit tot nu
toe en tegelijkertijd als een motor,
die ons allemaal aan het werk zet
om nieuwe dingen te gaan leren. Het
zoekt de grenzen van de liturgie op
en brengt deze ook in de huiskamer;
ook om thuis aan tafel te lezen is
veel te vinden in het liedboek, net
als voor openingen en sluitingen van
vergaderingen of studiekringen. Je
moet wel even je weg vinden in het
NLB; de liederen na de 150 psalmen
hebben een heel andere volgorde
gekregen. Tussen de liederen staan
leuke “knipoogjes”, zoals gedichtjes
van Toon Hermans en op blz. 1350
een prachtige tekst van Augustinus
“Maar wat heb ik lief als ik U liefheb?”. Op blz. 1375 vind je gebeden
die je kunt uitspreken voor een
operatie, lied 955 gaat over kinderverdriet en lied 786 over beginnende
dementie.
De liederen zullen zich vast weer
uitselecteren; ook van het oude
Liedboek werden niet alle liederen
gezongen. Ook buiten dit NLB zullen we nog steeds nieuwe inspiratie
opdoen. We leven in een spannende
tijd waar veel opnieuw gedefinieerd
wordt; ik ben er nog lang niet op
uitgekeken.
Dicky en Jan Boot
“Het gezongen
geloof is belangrijker
dan een geleerd
geloof”
De totstandkoming van het liedboek
is bijna een nog groter feest dan de
totstandkoming van de PKN.
Het liedboek is een spiritueel resultaat. Doordat ook kerken die niet bij
de PKN zijn aangesloten aan het project hebben deelgenomen, verbindt
het liedboek nog veel meer dan het
samengaan van kerken in de PKN.
Denk daarbij aan de Doopsgezinden,
Remonstranten en de Vrijzinnige
Geloofsgemeenschap, maar ook de
Nederlands Gereformeerde Kerken
en de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt. Zelfs de RK kerken kijken
ernaar.
Het oude Liedboek voor de kerken
dateert van 1973 en sindsdien zijn er
veel nieuwe liederen verschenen. In
dit Liedboek zijn liederen uit verschillende stromingen opgenomen.
We hebben veertig jaar met het oude
Liedboek gedaan; laten we dus vooral
niet doen alsof er steeds weer nieuwe
bundels komen. Het werd tijd!
Zo noemt Nico de basisbeweging van
Huub Oosterhuis met als voorbeeld
het welbekende lied “Licht dat ons
aanstoot in de morgen”, maar ook
de feministische beweging die de
gender kwestie aan de orde stelt is
vertegenwoordigd. Dat is zichtbaar
in het lied waarin wij mensen niet
meer Gods zonen, maar Gods kinderen worden genoemd en in het Ionalied “Ze zit als een vogel broedend op
het water”. Iona is een communiteit
in Schotland waar prachtige liederen
uit afkomstig zijn. Ook de Evangelische beweging, denk aan “Heer, Uw
licht en Uw liefde schijnen” en “Abba
Vader” zijn in het nieuwe liedboek
vertegenwoordigd. Verder prachtige
liederen van Taizé zoals “Laudate Domine”, kinderliedjes en liederen van
niet-westerse oorsprong zoals negro
spirituals, waarbij gebruik van het
orgel overigens niet geschikt is. Uit
de “Psalmen van nu” is een kleine
selectie overgenomen. Deze hebben
een wat beat-achtige sound.
Tot zover Nico van Tellingen
Zingen
Nico van Tellingen: Zingen is stemgeven aan de ziel.
Zingen geeft uiting aan de menselijke emotie, het doet iets diep in
de mens, het geeft moed, verbindt,
schept eenheid, brengt je bij jezelf,
je ziel resoneert - vindt weerklank.
Zingen geeft kracht, denk maar aan
mensen die zongen op de brandstapel.
Op de landelijke presentatie van het
liedboek in Monnickendam waren
40 (!) workshops georganiseerd met
verschillende thema’s. Bijvoorbeeld
over verdriet, maar ook over muziek
en dans. Heel inspirerend.
Jan en Dicky Boot: Met zingen verzet
je je geest.
Zingen werkt heel ontspannend. Jan
en Dicky hebben beiden het zingen
thuis met de paplepel ingegoten gekregen; er werd rond het orgel gezongen en al jong waren ze lid van een
kinderkoor. Zingen is altijd aanwezig
geweest in hun leven: Dicky kon als
onderwijzeres op een basisschool
veel zingen met de kinderen en Jan
loopt thuis meestal te neuriën of te
zingen. Het zingen van mooie liederen, bijvoorbeeld gedichten van Sytze
de Vries op mooie muziek, versterkt
je geloofsleven.
Beiden zingen in de Vesper zanggroep van de Opstandingskerk en in
het projectkoor van Wiebe Tilstra;
ook zullen ze het koor versterken dat
het inoefenen van nieuwe liederen in
de kerkdiensten zal begeleiden.
Jan Boot heeft het nieuwe Liedboek
al helemaal doorgelezen en ziet
veel mogelijkheden voor toepassing
ervan. In de laatste Vesper was er
maar 1 lied niet afkomstig uit het
NLB! Je mist natuurlijk wel eens een
lied, zoals bijvoorbeeld het bekende
dooplied “O Heere God, ons liefst
verlangen”. Jan heeft dat inmiddels
teruggevonden bij nummer 778, het
1e lied onder het hoofdstuk “Levenlevenstijd”.
Over psalmen
Nico van Tellingen
De psalmen hebben een belangrijke
rol in de liturgie, maar dat moet je
niet wettisch zien; een psalm mag
ook wel eens ontbreken. In de psalmen komt het hele leven langs met
vreugde, verdriet tot wanhoop. De
psalmen zijn daarmee een bron voor
ons geloofsleven. Van Nico is bekend
dat hij diverse psalmen uit het hoofd
kan citeren.
De psalmen zoals wij die kennen heb-
15
“Ik ken geen cultuur
waar niet gezongen
wordt. Zingen is bijna
net zo populair als
voetbal”
16
Wiebe Tilstra
ben een strofische opbouw, zijn opgebouwd uit meerdere verzen. Het NLB
biedt de mogelijkheid om psalmen
op een andere manier in de liturgie
te gebruiken. Van enkele psalmen
is een responsoriaanse vorm in het
liedboek opgenomen, dat wil zeggen
in vraag en antwoord vorm. Hierbij
wordt de kern van de psalm steeds
herhaald door de gemeente, denk
aan psalm 126 a met het refrein ”Als
God ons thuisbrengt uit onze ballingschap, dat zal een droom zijn”. Van
psalm 23 staan er wel 8 versies in het
nieuwe liedboek. In deze tijd is er
ook wel de behoefte aan wat ritmischer zang en dat vind je weer terug
bij de “Psalmen van nu”.
Tussen deze grote verscheidenheid van psalmbewerkingen staan
ook mooie meditatieve teksten en
gedichtjes.
Het gebruik van het
Nieuw Liedboek:
Met goed voorspelen hopen alle
organisten de gemeentezang te ondersteunen. Hans van Vliet over de
nieuwe melodieën:
Het liedboek is vernieuwend. Er worden meer smaken aangeboden met
veel variatie voor jong en oud, van
muzikaal eenvoudig tot hoge kwaliteit. De cantorij kan niet elke zondag
aantreden om de nieuwe liederen
voor te zingen, daarom zal er onge-
veer elke vier weken een ad hoc koortje onder leiding van Wiebe Tilstra
behulpzaam zijn bij het inoefenen
van nieuwe liederen, afwisselend in
de beide kerken.
Jan Boot: beamer
Het zou fijn zijn als er in de Opstandingskerk een professioneel
beamersysteem beschikbaar komt.
Het NLB is in “dundruk” uitgegeven
en heeft een nogal kleine letter. Met
een beamerpresentatie kun je de letters goed leesbaar in beeld brengen;
ook ervaren mensen in deze tijd het
meezingen van teksten op de beamer
als meer bij deze tijd passend.
Wiebe Tilstra, koordirigent:
Liedboeken, met en zonder melodieën, kennen een lange geschiedenis. Bij de mystieke gedichten die
Hadewijch rond 1250 maakte is een
aantal melodieën teruggevonden. Uit
1544 stamt het Antwerps Liedboek
met wereldlijke liederen. Sindsdien
zijn er vele nieuwe liedbundels gekomen en aan deze reeks bundels is
nu dus het NLB toegevoegd. En wat
voor nieuw Liedboek! Natuurlijk, bij
veranderingen zijn er liederen die
niet door de selectie komen. Soms
doet dat pijn en nemen we met
weemoed afscheid van een dierbaar
lied. Maar ook kan het verdwijnen
van een lied onze volle instemming
hebben, omdat het wat betreft tekst
en/of melodie niet meer aansluit bij
deze tijd. Gelukkig zijn er ook heel
veel liederen uit het “oude” Liedboek
overgenomen én is er een schat aan
nieuwe liederen bijgekomen. Liederen die inspireren, liederen die ons
voorbij de waan van de dag voeren.
Liederen die ons boven onze twijfel
uittillen en verwoorden en verklanken wat ons anders vaak zo moeilijk
over de lippen komt. Ik hoop dan ook
dat “in de veelheid van geluiden, in
het stormen van de tijd” (NLB 283),
veel liederen uit dit NLB gezongen
zullen worden. Dat ook dít liedboek
niet het laatste zal zijn, maakt Willem Barnard ons op pagina 1561 wel
duidelijk.
Frans van Dijke 25 jaar predikant
Eind november maakten we een
bijzonder Uur van Lofprijzing mee.
Een volle kerk, mooie liederen, goede
musici en een open, hartelijke sfeer.
God, “Ik zal er zijn” stond centraal.
Heel mooi legde Frans van Dijke de
link tussen het lied van Sela en de
uitleg over het thema. De aanwezigheid van enkele doven en de enthousiaste doventolken maakten deze
dienst heel speciaal. Niet alleen voor
hen, maar voor ons allemaal.
Aan het eind van de dienst was er
aandacht voor het 25 jarig jubileum
van Frans. Ontroerend om na het
gebed van Marieke Meiring en de
zegening door de predikanten Gerrit
Schouten en Evert Hoogerwerf ook
als interkerkelijke gemeente hem in
lied en gebaar te zegenen. Een dienst
om niet te vergeten.
Piet de Koning
Frans van Dijke 25 jaar predikant
Mensen respectvol Pioniersplekken en cadeaus
behandelen
“Wat doet de Landelijke PKN voor mij, als gewoon kerklid”? Met die
Lida Noort werkte ruim 25 jaar als
thuis begeleidster bij Careyn in de
schuldhulpverlening. Met veel kennis
in de rugzak werkt ze nu mee aan
het ( landelijke) diaconale project “
Schuldhulpmaatje”. Het gaat erom,
zo vertelt Lida in een gesprek met
Aart Sliedrecht, mensen die hulp nodig hebben, weer op de rit te krijgen.
Via ouderlingen, contactpersonen, de
predikanten en via personen buiten
de kerk krijgen we de signalen over
wie in - het bijzonder - financiële
hulpvragen hebben. Met z’n tweeen
bezoeken we dan deze mensen en kijken wat de Diaconie kan doen, maar
ook wat de overheid kan doen.
Het is een moeilijk werkterrein. Als
Diaconie zijn we zoekende: wat pikken we wel op en wat niet. De samenwerking met het maatschappelijke
werk is heel belangrijk. Maar het
allerbelangrijkste is dat we zorgvuldig te werk gaan. Met ieder mens, die
in de problemen komt, behoren we
respectvol om te gaan.
vraag ben ik, Jan Uittenbroek, voor de redactie van dit Kerkbalans
magazine binnengestapt in het hoofdkantoor van de Protestantse
Kerk Nederland in Utrecht. Bij binnenkomst valt meteen de grote
folder- en materiaal-showkast op. Er wordt hier veel moois gemaakt
in de vorm van magazines, cadeauboekjes, folders, cursusmappen,
gespreksmateriaal.
Na een gesprek met 2 medewerkers weet ik nu over het streven van de PKN
om 100 ‘pioniersplekken’ in te richten, waarbij 2 in Woerden. Daar wordt
geëxperimenteerd met vormen van kerk-zijn anno 2014. De PKN begeleidt de
projecten en zorgt ook voor financiële middelen. De onlangs gestarte Internetkerk is een voorbeeld van zo’n plek en het bezoeken waard: www.mijnkerk.nl. Deze kerk is altijd open en je kunt er terecht voor een inspirerende
tekst, een gebedsvraag of je kunt er een kaarsje aansteken.
Ik ben in het gesprek op de hoogte gebracht van de mooie materialen die hier
ontwikkeld worden zoals de bladen ‘Bries’ en ‘Kerkinformatie’ en bijvoorbeeld de Kerstkrant. Vanuit dit hoofdkantoor wordt Kerk in Actie en Kerk en
Israël ondersteund. Dat er veel gedaan wordt voor de jeugd wist ik wel (JOP),
maar dat er ook op het gebied van toerusting en educatie zoveel ‘te halen’
valt in Utrecht was mij niet bekend. Ook op het gebied van de eredienst, kerkmuziek, spiritualiteit (Vacare), de synode, de classis, missionaire gemeente
zijn, de ledenadministratie en het begeleiden van predikanten, ambtsdragers,
kerkenraden of jeugdwerkers. Elke regio heeft een gemeenteadviseur die in
kan gaan op allerlei hulpvragen.
Ik heb me voorgenomen de website www.pkn.nl vaker te bezoeken. En op de
verjaardagen van mijn zussen een inspirerend PKN-cadeau mee te nemen in
plaats van een bosje bloemen, te bestellen via: www.pkn.nl/webwinkel.
Ons gemeentelid Hennie Groenendijk is regelmatig werkzaam in het produktenwinkeltje van de PKN.
Haar plan is binnenkort de boekentafel van de Kruiskerk uit te breiden met
een gedeelte van het materiaal dat in Utrecht te koop is. We gaan het zien.
17
Jeugd-catechese
Tijdens de huiscatechese in november 2013 bij
Titia en Aart Sliedrecht ligt de vraag voor:
“Hoe weet ik zeker dat God bestaat?” Het gesprek
met Inez, Irma, Jochem en Niels komt op de Drieeenheid. Voor de jongelui een pittig onderwerp
maar bij doorvragen worden mooie antwoorden
gegeven. Leest U mee…
Jochem
Irma
Vader:
“God zelf is een hogere macht die boeven de aarde staat.”
“God zegt dat de aarde heel blijft.”
“Iemand waar je altijd terecht kunt als je ergens mee zit.”
“Tot God kun je bidden.”
18
Zoon;
Inez
“Persoon op aarde waar mensen in het echt
een God hadden.”
“Je kon zeggen dat God van iedereen hield.”
“Soort zoon van God die luistert.”
“God gehoorzamen: houden aan de 10
geboden”
Niels
Heilige Geest:
“Soort God die even op aarde is.”
”Gevoel wat je erbij hebt, als je aan God
denkt.”
“Soort gevoel dat je weet dat God bij je is.”
Toekomstdroom
Ik ben Dirk Jan van Amerongen, 24 jaar en
wonend in Zegveld. Momenteel werk ik als
financieel medewerker bij een fulfillmentbedrijf. Dit houdt in het inpakken van pakketjes, hoofdzakelijk voor internetproviders. In
mijn vrije tijd squash ik vaak. Verder zit ik in
de commissie van de ZIN! diensten. Dit is een
jongerendienst die gehouden wordt in het
Baken.
Dirk Jan van Amerongen
Ik hoop te bereiken dat ik iemand ben en word, die
van het leven geniet op een gezonde manier en die
goed is voor zijn medemens. Op zakelijk gebied wil
ik nog een deeltijdopleiding gaan doen om mij verder te ontwikkelen om als controller aan het werk
te kunnen gaan.
Verder hoop ik mij verder te kunnen ontwikkelen
op sportief gebied in squashen en in kitesurfen.
Op het gebied van het geloof hoop ik vaker iets te
voelen van God.
Mijn droom voor de toekomst is kitesurfen in Brazilië. Met heerlijke tempraturen in harde wind staan
om te genieten van de natuurelementen.
19
Jan Kreuger
Ik ben Jan Kreuger, 27 jaar en ik woon in
Woerden. Samen met met mijn ouders heb
ik een varkensbedrijf en daarnaast verhuur
ik mij zelf als zzp’er. Ik heb een leuke vriendin die woont in Nieuwegein. Verder schaats
ik en zit ik in de organisatie van PJGU pulling Montfoort, een jaarlijks 2- daags evenement met truck en tractor pulling.
Mijn belangrijkste droom is gezond te zijn en te
blijven. Ik denk dat dat toch wel echt boven aan
staat in het leven. Ik hoop samen met mijn vriendin gelukkig te worden en in de toekomst samen
een gezin te stichten. Daarnaast wil ik het bedrijf
van mijn ouders voortzetten. Het ondernemen in
de agrarische sector is van kinds af aan al een passie geweest. Ik zit nu in de maatschap en ik hoop
in de toekomst dat ik het bedrijf voort kan zetten
en zo dagelijks in mijn passie en jongensdroom
werkzaam te zijn.
“Ik laat
de wind
waaien“
20
Pas als de geest, dat is de
wind, waait begint het orgel
te spreken. Zonder de geest
is het instrument dood en de
Gemeente trouwens ook. De
kunst is om er muziek van te
maken, de juiste toetsen en
registers te gebruiken. Alles
op zijn beurt, anders wordt
het een chaos. Aldus Arie
Schüller in gesprek met Aart
Sliedrecht.
zen”. En het pedaal wordt met
voeten getreden, maar vormt de
grond van het geheel.
Werken in de kerk is mensenwerk plus. Voor Arie is dat het
zingen: God troont op de lofzangen van het volk (de psalmen en
gezangen). Ik mag het fundament
leggen, het is niet zomaar een
‘versje’ wat je speelt. Ik bereid me
goed voor, in mijn hoofd loop ik
de dienst door. Wat gebeurt er?,
extra spelmomenten. Je kijkt naar
de voor- en naspelen en probeert
er een geheel van te maken.
Waar zit de plus? Als je boven jezelf uitstijgt en het één geheel is.
Geweldig als het “hok” vol zit en
je kunt er in klimmen, maar het
kunnen ook de verstilde momenten zijn die de meerwaarde aan
dit prachtige vak geven.
Sprekend over orgelpijpen: De
kleinste heeft het “hoogste
woord”, de dichter Jacob Revius
zei het al: “Die het allerminste
weet, wil het allerhoogste ra-
De toekomst: we zullen moeten
blijven zingen met begeleiding…
Het orgel is heel mooi, maar het
kan ook met Afrikaanse trommels.
Diaconie
Arie Schüller
devies: VerVoor 2014 luidt het
tussen twee
binden. Dit kan met/
nooit alleen.
of meer mensen en
nsen die zich
Er zijn echter ook me
, maar dat
wel willen verbinden
kte, verlies
niet kunnen. Door zie
re redenen
van werk of om ande
n de mogeontbreekt het hen aa
ving. Als kerk
lijkheden of de omge
verbinding
kunnen wij dan die
Als Diaconie
bieden of zelfs zijn.
de verbinding
mogen wij, namens u,
medemens.
zijn tussen u en onze
ook daarbij op
Mogen wij dit jaar
u rekenen?
Zie de
bijlage.
Colofon
De bloemen
gaan vanochtend naar...
Die bloemen hebben geen
voetjes, dus ze gaan niet uit
zichzelf. Meestal is het de
wijkouderling of de contactpersoon, die het betreffende
gemeentelid mag verrassen
met het boeket bloemen.
Bedankt dames en heren
voor deze dienst.
Die bloemen groeien ook niet
uit zichzelf. Het is niet zo dat er
elke werkdag een beetje water in
de vaas gegoten wordt en er dan
zondags een mooie ruiker uit gegroeid is. Er is een vast team met
dames, die er voor zorgen dat
elke week weer in de Kruiskerk
en de Opstandingskerk een
prachtig boeket bloemen op
de liturgische tafel staat te
pronken.
Bedankt voor dit fantastische,
hoog gewaardeerde werk.
Behalve de bloemen tot kleurig
boeket opmaken, moeten de
bloemen gekocht worden. Daar-
voor is er een bloemenpotje, waar
de dames het geld uithalen. En daar
wringt soms de schoen. Want er moet
dan regelmatig ook geld ingestopt
worden, ten minste zolang de kruik
van de weduwe van Sarefat zoek blijft
(Koningen 17).
Om het feest van een boeket bloemen
op zondag in de kerk en het plezieren van een van de gemeenteleden
na afloop van de dienst mogelijk te
houden, vragen wij u af en toe wat
geld over te maken naar een van de
rekeningen van de bloemenfondsen:
Voor de Kruiskerk: NL05ABNA0930715179 t.n.v. Bloemenfonds
Kruiskerk.
Voor de Opstandingskerk: NL49FVLB0635811049 t.n.v. Bloemenfonds
Opstandingskerk.
Ook kunt u een gift in een envelop
doen met daarop BLOEMENFONDS en
deze in de collectezak stoppen.
Namens Bloemenfonds Kruiskerk:
An van Os – tel. 41 74 09
Namens Bloemenfonds Opstandingskerk:
Irene en Aad Kamer – tel. 41 63 78
Redactie: Ada van Doorn • Jan Uittenbroek • Hetty Lievestro • Ada van der Herberg • Jan Pool • Aukje Kreuger • Aart Sliedrecht • Jan Jacob Uythoven • Michel de Wit
Uitgave: Gereformeerde Kerk Woerden-Zegveld • Meer info: www. kerkklanken.nl
Vormgeving: Studio Gerrit Gerritsen, Zegveld • Druk: Senz Grafische Media B.V., Woerden