Good practice Waar zit de winst in online onderwijs?

VERSLAG SESSIE – HAAGSE HOGESCHOOL
WAAR ZIT DE WINST IN ONLINE ONDERWIJS?
Lou Smeding, docent International Business & Management Studies aan de Haagse Hogeschool
Wanneer zorgt online onderwijs voor kostenbesparingen? Welke investeringen zijn nodig? Lou
Smeding van de Haagse Hogeschool behandelt deze vragen tijdens zijn sessie ‘Online
onderwijs: verwacht effect op kosten, klanttevredenheid en studierendement’ op het
symposium Open en Online Education op 11 maart 2014. Hij ziet persoonlijke aandacht als
mogelijk verdienmodel en is ervan overtuigd dat het onderwijs bij de verdere ontwikkeling van
online onderwijs veel kan leren van de gamewereld.
De Haagse Hogeschool maakt
onderdeel uit van het nationaal platform
IBMS (International Business and
Management Studies), een
samenwerking tussen dertien
educatieve instellingen met gelijke
opleidingen. Omdat online learning een
niet te missen ontwikkeling is, start
IBMS met het maken en aanbieden van
de blended-learningmodule ‘Circular
Economy’ over duurzaamheid. De
IBMS-opleidingen gaan de module
aanbieden aan de studenten van hun
hogescholen en in een later stadium
aan hun partneruniversiteiten over de
hele wereld.
Disruptieve innovaties vele malen goedkoper
Het Trendrapport Open Educational Resources 2013 noemt de ontwikkeling van MOOC’s een
disruptieve (verstorende) innovatie, geïnspireerd door het boek The Innovator’s Dilemma van Clayton
Christensen. Dit klopt aldus Smeding. “Het is een nieuwe ontwikkeling. Marktleiders en klanten
(onderwijsinstellingen en studenten) zijn nog niet gewend aan de verschuiving van onderwijs aan een
klein clubje in een klas naar tienduizenden luisteraars over de hele wereld.
Er ontstaan hybride oplossingen, zoals blended learning, die het gat overbruggen tussen de oude en
de nieuwe technologie.” Wat Smeding echter miste in het trendrapport was een discussie over het
financiële aspect. “Disruptieve innovaties zijn vele malen goedkoper dan bestaande technologie. Hoe
zit dat met online onderwijs?”
Kostenbesparing bij volledig online module
Zit de echte investering in het leveren van hoogwaardige content? Brengt de leukste docent de meest
pakkende informatie online? Smeding: “Wanneer de Haagse Hogeschool een hoorcollege online zet,
betekent dat: één keer opnemen, waarna alle klassen dat hoorcollege kunnen volgen zonder verdere
docentinspanning. Dat drukt de kosten, maar als we werkcolleges per klas blijven geven worden we er
niet rijk van. Pas bij een volledig online module zijn kostenbesparingen mogelijk. Ook moeten we een
keuze maken tussen wat we online zetten en wat niet, want er is al heel veel materiaal beschikbaar.”
Iemand uit het publiek merkte op dat onze taal een zegening is in deze. “In het Nederlands is nog lang
niet zoveel online beschikbaar als in het Engels.”
Persoonlijke aandacht als verdienmodel
Of zit de investering juist in de processen daaromheen: de begeleiding van studenten en het type
interactie? De Amerikaanse Southern New Hampshire University heeft voornamelijk werkende
volwassenen als online student. Middels analytics monitort de universiteit studentactiviteit. Zij gebruikt
deze data om studenten te bellen en te vragen of alles goed gaat of hulp nodig is. De
klanttevredenheid is in vijf jaar gestegen naar 95% en het aantal studenten is gegroeid van 2.000 naar
34.000. Dat drukt de kosten en doet de winst stijgen. “Persoonlijke aandacht als verdienmodel. In dit
geval gaat het om een dure studie die studenten zelf betalen. Hierdoor zijn de opbrengsten hoger en
werkt motivatie wellicht anders dan in ons gesubsidieerde onderwijs. Toch is het een interessant punt.”
Een ander verdienmodel kan volgens Smeding zitten in ‘het schuiven met doelgroepen’. “Disruptieve
innovaties worden in eerste instantie geadopteerd door andere doelgroepen, in dit geval wellicht
werkende volwassenen of het midden- en kleinbedrijf. Waarom laten we onze alumni geen content
ontwikkelen voor de beroepsbevolking?”
Leren van de gamewereld
Spreker en publiek waren het erover eens dat online onderwijs veel gaat veranderen, maar dat dé
oplossing nog niet is gevonden. Het nationaal platform IBMS gaat in de ontwikkeling van hun module
alle online elementen meenemen die bewezen hebben te werken, zoals self-pacing, peer-learning,
instant feedback en gamification.
Over dat laatste zei Smeding dat het onderwijs een hoop kan leren van de gamewereld. “Gaming is
learning by dying. Je speelt, het mislukt, je gaat dood, je begint opnieuw. In onderwijs scoor je goed of
fout en dan is het game over. In gaming is de beloning voor het oplossen van een probleem een
moeilijker probleem. In onderwijs krijg je meer van dezelfde problemen. Een game-maker past een
spel aan wanneer een speler zich dertig seconden verveelt. Wij verwachten van studenten dat ze een
uur lang de aandacht hebben. Daar valt nog een hoop te winnen.”
Contact
Lou Smeding
E-mail [email protected]
Symposium Open en Online Education
Op dinsdag 11 maart organiseerden SURF, het ministerie van OCW, de VSNU en de Vereniging
Hogescholen het symposium Open en Online Education voor bestuurders en managers in het hoger
onderwijs. Tijdens het symposium is duidelijk geworden dat open en online onderwijs aan het begin
staat van een lange en interessante weg. Nieuwe leermethoden ontstaan bijna als vanzelf door de
experimenten die Nederlandse hoger onderwijs instellingen aangaan, waarvan de meest bekende de
MOOC’s zijn. Of deze ontwikkelingen disruptive zijn of een aanvulling vormen op het bestaande
campusonderwijs was een van de vragen die tijdens het symposium ruimschoots aan bod kwam. Dat
zowel open, als online onderwijs ‘here to stay’ zijn, stond voor alle aanwezigen vast.
Beschikbaar onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederland.