Zwangerschap bij een chronische darmziekte

Maag-, Darm- en Leverziekten
Zwangerschap bij een
chronische darmziekte
www.catharinaziekenhuis.nl
Inhoud
Vruchtbaarheid . .................................................................................
Erfelijkheid ..........................................................................................
Medicijnen ..........................................................................................
Invloed chronische darmziekte op de zwangerschap .........................
Invloed zwangerschap op activiteit van de ziekte ..............................
Welke onderwerpen bespreken met arts of specialist .......................
Plaats van controle van de zwangerschap en bevalling ......................
Vaginale bevalling of een keizersnede? ..............................................
Borstvoeding ......................................................................................
Welke onderzoeken toegestaan tijdens zwangerschap ......................
Tot slot ................................................................................................
Vragen ................................................................................................
Contactgegevens ................................................................................
Patiëntenvoorlichting: [email protected]
MDL029 / Zwangerschap bij een chronische darmziekte / 04-03-2014
2
3
4
4
5
6
6
6
7
7
7
8
8
8
Zwangerschap
bij een chronische darmziekte
Zwanger worden als je een chronische darmziekte hebt,
zoals de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa. Voor veel
patiënten speelt dit onderwerp op een bepaald moment in
het leven. Er kunnen dan veel vragen ontstaan waar je op
dat moment graag antwoord op wilt hebben.
Hoe zit het met de vruchtbaarheid en het slikken van medicijnen? Kan ik
borstvoeding geven en is mijn ziekte erfelijk? Ook mogelijke risico’s die
het ongeboren kind loopt en hoe groot de kans is op een aangeboren
afwijking zijn zaken waarover patiënten geïnformeerd willen worden.
In deze folder vindt u antwoorden op de meest gestelde vragen. Het
is belangrijk om de individuele situatie met uw Maag-Darm-Leverarts
(MDL-arts) of de verpleegkundig specialist te bespreken. Het liefst vóór
de zwangerschap!
Vruchtbaarheid
Meestal is de vruchtbaarheid van vrouwen met een chronische
darmziekte niet verminderd. Toch is dat bij sommige vrouwen helaas
wel het geval. Bijvoorbeeld bij vrouwen die operaties hebben ondergaan
in het gebied van het kleine bekken. Verminderde vruchtbaarheid komt
ook voor bij vrouwen met een gecompliceerd verloop van de ziekte van
Crohn, bijvoorbeeld bij abcessen en na operaties in het kleine bekken.
Dit is echter in wetenschappelijk onderzoek onvoldoende aangetoond.
Ook een actieve darmziekte lijkt de vruchtbaarheid te verminderen.
Dit komt voornamelijk doordat in perioden van actieve ontsteking, de
menstruele cyclus verstoord kan zijn.
In principe geldt voor mannen hetzelfde als voor vrouwen; de
vruchtbaarheid is bij een rustig verlopende darmziekte niet anders
dan bij gezonde mannen. Wel kunnen sommige medicijnen invloed
hebben op de zaadkwaliteit. Daarom is het belangrijk om een
actuele kinderwens met de MDL- arts of verpleegkundig specialist te
3
bespreken, dit geldt voor zowel mannen als vrouwen. Hierbij wordt
dan gekeken welke medicijnen wel of niet gebruikt kunnen worden bij
een kinderwens. Soms is het nodig om medicijnen te stoppen of aan
te passen. Verder speelt bij mannen de medische voorgeschiedenis
een rol. Mannen met bijvoorbeeld een ileoanale pouch, een reservoir
gemaakt van het laatste deel van de dunne darm, dat aan de anus is
gehecht, kunnen minder vruchtbaar zijn.
Het is daarom belangrijk om de beslissing wel of niet opereren goed met
de MDL- arts en de chirurg te bespreken.
Erfelijkheid
De vraag of een chronische darmziekte erfelijk overdraagbaar is, is met
enige zekerheid te beantwoorden. Er zijn namelijk aanwijzingen dat
kinderen van een ouder met de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa
een iets verhoogde kans hebben om deze ziekte ook te krijgen. Van
de patiënten met de ziekte van Crohn heeft 13-35% kans dat 1e graad
verwanten de ziekte ook hebben of krijgen. De kans bestaat dat bij
een kind waarvan één van de ouders de ziekte van Crohn heeft, zich
tijdens haar of zijn levensjaren ook deze ziekte ontwikkelt. Dit is het
geval bij ongeveer 13% van de meisjes en 8% van de jongens. Voor
colitis ulcerosa ligt het risico iets lager, namelijk 5%. Als beide ouders de
ziekte hebben is het risico groter. De kans op aangeboren afwijkingen
bij kinderen, waarvan de moeder een chronische darmziekte heeft,
lijkt niet verhoogd te zijn. In diverse studies kon geen relatie gevonden
worden met aangeboren afwijkingen.
Medicijnen
Het is een misvatting dat stoppen van medicijnen, voorafgaande aan
een zwangerschap de kans op complicaties voor het kind vermindert.
Een actieve darmziekte brengt juist meer risico’s met zich mee. Bij
vrouwen met een kinderwens wordt ook altijd geadviseerd te starten
met foliumzuur (1x daags 0,5 mg).
Voor vrouwen geldt dat zoveel mogelijk medicijnen worden gestopt
vóór de zwangerschap. Dit gebeurt altijd in overleg met de MDL- arts
of verpleegkundig specialist. Soms is het nodig om door te gaan met
medicijnen om de darmziekte rustig te houden. Alleen methotrexaat is
absoluut niet toegestaan, met name zes maanden voor de bevruchting.
4
Niet van alle medicijnen zijn voldoende effecten bekend over het
gebruik bij de zwangerschap, vooral effecten op de langere termijn
zijn vaak onbekend. Voor sommige medicijnen zijn aanpassingen in
de dosering noodzakelijk. Het is daarom belangrijk dat vrouwen een
zwangerschap direct aan de MDL-arts of verpleegkundig specialist
melden. Het beste is om dit al vóór de zwangerschap of bij de
kinderwens te bespreken met beiden.
Om risico’s op aangeboren afwijkingen bij het kind te verminderen,
wordt vrouwen geadviseerd om bij een kinderwens voorafgaand en
tijdens het eerste trimester (eerste 12 weken) van de zwangerschap
foliumzuur te gebruiken.
Bij vrouwen met een chronische darmziekte kan een hogere dosering
worden gebruikt bij aanwijzingen van voedingsdeficiëntie wegens
ziekteactiviteit en bij behandeling met het medicijn sulfasalazine.
Voedingsdeficiëntie is een tekort aan voedingsstoffen die voor het
functioneren van het lichaam belangrijk zijn.
Bij mannen lijken de meeste medicijnen veilig te zijn, maar voor mannen
zijn deze risico’s minder goed onderzocht dan bij vrouwen. Er zijn
medicijnen die de kwaliteit van het zaad beïnvloeden en daardoor de
vruchtbaarheid verminderen, zoals methotrexaat en sulfasalazine. Voor
mannen geldt; methotrexaat mag niet worden gebruikt tot zes maanden
vóór de bevruchting. Daarom is het ook voor mannen verstandig, bij een
kinderwens, met de MDL-arts of verpleegkundig specialist te spreken.
Invloed chronische darmziekte op de
zwangerschap
Uit onderzoek is gebleken dat een zwangerschap een gunstig effect
heeft op het verdere verloop van een chronische darmziekte. Een
actieve vorm van een darmziekte op het tijdstip van de bevruchting of
tijdens de zwangerschap verhoogt beduidend de kans op een miskraam,
vroeggeboorte en een lager geboortegewicht. Aangeboren afwijkingen
van het kind komen echter niet aantoonbaar vaker voor bij patiënten
met een chronische darmziekte dan bij personen zonder deze ziekte.
Als de darmziekte actief is bij het begin van de zwangerschap, dan blijft
de ziekte zonder aangepaste behandeling meestal actief tijdens de
5
hele zwangerschap. Anderzijds verloopt de darmziekte gunstig tijdens
de zwangerschap als deze niet of weinig actief is bij het begin van de
zwangerschap. Na de bevalling krijgen vier op de tien vrouwen met een
chronische darmziekte wel een opvlamming van hun ziekte.
Invloed zwangerschap op activiteit van de
ziekte
Ongeveer éénderde van de vrouwen met een chronische darmziekte
krijgt tijdens de zwangerschap een verhoogde activiteit van deze ziekte.
Dat is ongeveer hetzelfde risico als voor niet-zwangere vrouwen. Het
is belangrijk om zwanger te worden als de ziekte rustig is, zo wordt de
kans op actieve darmziekte verkleind. Tijdens de zwangerschap kunnen
bepaalde medicijnen andere spiegels in het bloed veroorzaken en dat
kan een reden zijn om u vaker poliklinisch te controleren.
Tijdens de zwangerschap bij patiënten met een chronische darmziekte
moet het innemen van medicijnen voortgezet of zelfs gestart worden.
Ook hier geldt het principe dat de actieve darmziekte veel nadeliger is
dan het innemen van medicijnen.
Welke onderwerpen bespreken met arts of
specialist
• Individuele situatie rondom uw darmziekte, liefst vóór de
zwangerschap.
• Uw medicijngebruik voor en tijdens de zwangerschap.
• Medicijngebruik bij mannen, vooral ontstekingsremmers.
• Borstvoeding.
Plaats van controle van de zwangerschap en
bevalling
De kans op een opvlamming van de darmziekte tijdens uw
zwangerschap is afhankelijk van de medicijnen die u blijft gebruiken.
Zonder medicijnen wordt deze kans op opvlamming geschat op 20-30%.
Dit is vergelijkbaar met de kans buiten de zwangerschap. Aangezien het
lastig kan zijn om signalen van een opvlamming vroegtijdig op te sporen
bij zwangere vrouwen, wordt geadviseerd om onder controle te blijven
van een gynaecoloog. En liefst in samenwerking met een MDL-arts. Bij
controles dient gericht naar de klachten te worden gevraagd, zodat bij
6
verergering de behandeling aangepast kan worden. Bij vrouwen met
een actieve darmziekte wordt extra echoscopische controle aanbevolen
op de groei van het ongeboren kind.
Vaginale bevalling of een keizersnede?
Of de bevalling vaginaal of via een keizersnede plaatsvindt, wordt
bepaald door de gynaecoloog en is afhankelijk van uw persoonlijke
situatie. De bevalling bij vrouwen met een chronische darmziekte
verloopt niet anders dan bij vrouwen zonder deze ziekte. Bij bijzondere
situaties wordt goed overlegd tussen de behandelende gynaecoloog
en de MDL-arts. Een keizersnede wordt geadviseerd bij een actieve
darmziekte rondom de anus (perianaal) of bij een gecompliceerd
probleem van fistelvorming. In overige situaties kan de besluitvorming
bij de baring afhangen van gynaecologische argumenten.
Borstvoeding
Over dit onderwerp ontbreken te veel wetenschappelijke gegevens
om algemene uitspraken te kunnen doen. Omdat de voordelen en
risico’s van borstvoeding per individu verschillen, kunt u dit het beste
bespreken met de MDL-arts of verpleegkundig specialist. Zij kunnen
op dat moment kijken naar uw huidige medicijngebruik en u vertellen
welke medicijn(en) wel of niet gebruikt mag worden bij borstvoeding.
Welke onderzoeken toegestaan tijdens
zwangerschap
Tijdens de zwangerschap kunnen verschillende onderzoeken
noodzakelijk zijn om tot de juiste bepaling van de ziekte en
de behandeling te komen. In de eerste drie maanden van een
zwangerschap wordt geprobeerd om bepaalde onderzoeken te
vermijden, zoals een inwendig onderzoek van de darm (coloscopie) of
een röntgenonderzoek. Maar deze onderzoeken zijn soms van groot
belang. Op dat moment wegen de risico’s van het niet optimaal kunnen
behandelen zwaarder dan de mogelijke risico’s van het onderzoek
zelf. In het tweede en derde trimester van de zwangerschap kan een
coloscopie met een kleine dosering pijnstilling veilig worden uitgevoerd.
Hetzelfde geldt voor beeldvormend onderzoek, zoals een MRI-scan. Ook
een eenmalig röntgenonderzoek is in die periode toegestaan.
7
Tot slot
De combinatie zwangerschap en een chronische darmziekte vraagt
speciale voorzorgsmaatregelen en controle. Het is belangrijk dat u
begeleiding krijgt van de MDL- arts, de verpleegkundig specialist en
eventueel de gynaecoloog.
Vragen
Als u na het lezen van deze folder nog vragen heeft, neem dan gerust
contact op met uw MDL-arts of verpleegkundig specialist. U kunt
hiervoor het beste een telefonische afspraak maken via de secretaresse
van de polikliniek Maag-, Darm-, en Leverziekten (MDL).
De verpleegkundig specialist is telefonisch bereikbaar op maandag tot
en met donderdag tussen 09.00 en 10.00 uur..
Contactgegevens
Polikliniek MDL, route 84
040 - 239 97 50
Verpleegkundig specialist
040 - 239 97 50 (bereikbaar op ma t/m do van 09.00 tot 10.00 uur)
8
9
10
11
Michelangelolaan 2 – 5623 EJ Eindhoven
Postbus 1350 – 5602 ZA Eindhoven