“Een bekerfinale spelen terwijl hij doodziek thuis lag, was niet

Voetbal en dood liggen in Amel naast
elkaar. Het voorbije half jaar raakten ze
voor Christian Brüls met het overlijden
van zijn vader zelfs verstrengeld.
‘Ik wil bewijzen dat ik hem gelukkig
had kunnen maken.’
DOOR RAOUL DE GROOTE - BEELDEN MICHEL GOUVERNEUR (REPORTERS)
I
n Amel, diep in de Oostkantons, liggen het voetbal en de
dood naast elkaar. Waar je
het korte weggetje omhoog
AMEL
naar de terreinen van FC
Amel in moet slaan, ligt ook het
kerkhof van het dorp. Met Anita en
Bert liggen de oma en sinds kort
ook de vader van Christian Brüls
er begraven. Vijf minuten wandelen verder staat het huis waar
Christian Brüls opgroeide en waar hij een paar keer per week vanuit Westerlo naar terugkeert. Op de benedenverdieping, waar zijn
opa Herbert nog woont, bevinden zich ook de vertrekken waar
zijn vader het vlees verwerkte voor de traiteurzaak die hij samen
met een vriend uitbaatte.
Christian Brüls: “Beelden van hoe mijn vader hier ziek lag en
overleed, zijn zo krachtig, die vergeet je je hele leven niet. De
vraag is alleen: hoe ga je daarmee om? Hoe kan je het wegsteken? Ik heb tegen mijzelf gezegd: je moet sterk blijven. Mijn zus
WESTERLO
“Een bekerfinale spelen
terwijl hij doodziek thuis
lag, was niet gemakkelijk.”
heeft op tien uur misschien negen uren geweend. Zij, mijn opa en
mijn moeder zaten mentaal aan de grond. Dan moet iémand sterk
blijven, iemand moet erop wijzen dat het leven verdergaat. Het is
ook mogelijk dat ik er daardoor over twee jaar mentaal helemaal
door zit, maar ik heb, denk ik, een zekere karaktersterkte waardoor ik het goed kan wegsteken. Anders krijg je toch alleen maar
negatieve gedachten. Dat hij geleefd heeft, is het positieve, dus
dát moet je onthouden. Maar het kan jaren duren voor ik zijn
dood kan vergeten.
❯
46
24/08/11 SPORT VOETBAL WWW.SPORTMAGAZINE.BE
Mediargus met docroom pdf
binnenkant I
Christian Brüls bij de terreinen van FC Amel.
‘De beelden van mijn zieke vader zijn zo
krachtig, die vergeet je je hele leven niet.
De vraag is alleen: hoe ga je daarmee om?
Hoe kan je het wegsteken?’
Christian Brüls {Westerlo}
‘Iémand moet zich
sterk houden’
WWW.SPORTMAGAZINE.BE 24/08/11 SPORT VOETBAL
47
Mediargus met docroom pdf
❯
“Alleen op mijn kamer of ’s avonds in
de auto, dat is de tijd dat ik voor mijzelf
emoties toelaat. Bijna zoals een agenda.
(glimlacht) Maar als iedereen in de familie gaat beginnen te wenen als er bezoek
komt, dan blijft er niemand over om het
bezoek te ontvangen. Dus voor mijn broer
en mij was sterk blijven een vanzelfsprekendheid. De meeste tijd om na te denken
had ik in de auto van hier in Amel naar
Westerlo. Ik reed dan om elf, twaalf uur ’s
avonds alleen over de weg en dan kon ik
mijzelf inprenten dat hij zou overlijden en
dat ik sterk moest zijn. Daarvóór kon ik het
niet, maar vaak zat ik na zijn dood te wenen
achter het stuur. Er ontbreekt ineens iets in
je leven, merk je. Ik denk nog elke dag aan
hem en dat zal over tien jaar nog zo zijn.”
“Alleen op mijn
kamer of ’s avonds
in de auto, dat is de tijd dat ik voor
mijzelf emoties toelaat.”
Door de jungle
“Mijn vader voetbalde lang bij FC Amel,
waar ik op mijn vierde ook ben begonnen.
Toen ik zeven of acht was, werd hij met
Amel kampioen en had hij 31 keer gescoord. Door hem ben ik blijven voetballen. Mijn opa en oma werden belangrijk
voor mijn carrière eens ik bij Eupen speelde. Ik moest daar vijf keer per week naartoe, wat algauw 40 minuten rijden is. Terwijl vroeger mijn vader met mij rondreed,
voerden zij mij nu elke keer naar ginder en
bleven ze wachten tot ik terug moest. Elke
keer. Maar eigenlijk moet ik iedereen in
mijn familie op een of andere manier dankbaar zijn dat ik nu zo hoog kan voetballen.
“Er zijn in mijn carrière altijd vier, vijf
mensen geweest die naar elke thuiswedstrijd kwamen kijken, zoals mijn opa en
mijn vader. Nu zal hij daar niet meer zitten.
Ook als ik naar huis kwam, was mijn vader
de enige die altijd naar mijn voetbal vroeg.
Ook dat is weggevallen. Tot ik van Amel
naar Eupen getransfereerd ben, gingen we
altijd samen op vakantie. Maar hij was altijd op zoek naar avontuur. Hij ging daarom de laatste tien jaar altijd alleen op vakantie. Naar Cuba, de Dominicaanse republiek, Roemenië, ... We gingen vroeger de
48
bergen van Tirol in. En dan niet altijd de
begane paden en als het kon ook niet de gemakkelijkste weg. Nu kan ik ook niet zomaar op een strand liggen en niks doen. Ik
wil iets beleven. Een tour door de jungle
bijvoorbeeld zou ik wel eens willen ondernemen. Mijn vader heeft mij altijd gezegd
dat ik mocht doen wat ik wou en dat ik dan
maar moest leren uit mijn fouten.”
In het Frans
“We zagen begin dit jaar allemaal dat
zijn hals wat dik stond en dat daar een tumor zat. Toen beseften we dat er iets niet in
orde was. Op 27 januari kwam mijn moeder zeggen dat hij kanker had, maar hijzelf
wist het nog niet. Mijn vader kon niet perfect Frans en de bijsluiters van alle medicatie die hij kreeg waren in het Frans. Dus wij
beseften het sneller dan hij. Je moest het in
je opnemen en verborgen houden. Je kon
niet zeggen: ‘Verdorie, ik laat je vallen.’
Langzaam hebben we hem dat proberen uit
te leggen. Dat was best een zware week.
Maar ik had het geluk dat ik telkens kon
gaan trainen en in mijn appartement in
Westerlo blijven. Dan krijg je niet alles
mee wat zich thuis afspeelt. Dat is ergens
ook een geluk geweest voor mij. Maar ik
Christian Brüls bij de duiveltjes van FC Amel.
Rechts naast hem zit zijn broer Tobias.
Achteraan links staat vader Bert. ‘Door hem ben
ik blijven voetballen.’
ben sowieso niet iemand die zich daar paniekerig om gaat gedragen.
“Mijn vader bleek kanker aan de lymfeklier en de slokdarm te hebben, stelden de
dokters vast. Daarna is hij met chemotherapie begonnen in Verviers. Eerst met baxters – dat ging goed – maar na twee maanden zagen ze dat er ook bestraling nodig
was. Twee of drie weken heeft hij dat gekregen en toen bleven er alleen nog pillen
van 1.000 euro per stuk over als mogelijkheid. Maar het zou, zagen ze, niks meer bijbrengen.
“Mijn vriendin ken ik sinds januari, dus
zij heeft mijn vader alleen ziek gekend. Ze
was er elke dag bij. Ze heeft zich sterk gehouden, maar het heeft wel veel emoties
met zich meegebracht. Op een nacht, we lagen in bed, vroeg ze mij hoe het mogelijk
was dat ik soms nog rookte terwijl mijn vader zo ziek was. Dus toen ben ik toch gaan
nadenken en heb ik op 1 april – het was
geen grap – besloten om ermee te stoppen.
“Mijn vader rookte misschien dertig sigaretten per dag, maar zijn longen waren
nog goed. Dat was niet de oorzaak van zijn
kanker, zeiden de dokters. Tja, wat dan
wel? Als ik zou kunnen, ik zou alles doen
zoals hij. Als mij overkomt wat mijn vader
is overkomen, dan zal ik mij net zo gedragen als hij: hij is sterk gebleven en tot eind
april blijven werken.”
24/08/11 SPORT VOETBAL WWW.SPORTMAGAZINE.BE
Mediargus met docroom pdf
binnenkant I
Dat zeg je dan
“Ik wou niet dat op Westerlo de hele club
wist dat mijn vader kanker had – dus voor
hen was het een schok toen ze vernamen dat
hij overleden was. Blijven voetballen en dan
ook nog een bekerfinale spelen terwijl hij
doodziek thuis lag, was niet gemakkelijk. Hij
wou absoluut nog naar die finale komen kijken, maar dat lukte niet meer. Hij heeft ze bij
vrienden op een kilometer van hier op tv gezien. Hij was lichamelijk verzwakt, dus het
vervoer viel moeilijk en was pijnlijk. Maar
dat hij toch de moeite gedaan heeft, toont hoe
graag hij ze wou zien. Kort daarna, op 2 juli,
is hij overleden.
“Ik had graag gehad dat hij de dertiende juli, zijn verjaardag, nog gehaald zou hebben.
Al zijn vrienden dan nog eens zien, zou hem
misschien nieuwe moed gegeven hebben.
Maar het heeft niet mogen zijn. De dood
komt toch, maar het is beter dat hij zo is gekomen, waardoor je nog afscheid kon nemen,
dan wanneer je plots verongelukt. Ik heb mij
gerealiseerd dat het beter was dat hij doodging, want wie hem zag op het einde besefte
dat het echt zo niet meer kon. De laatste weken had hij slijmen in de mond en kon hij ook
nog moeilijk praten. Maar hij bleef wel vragen hoe het ging bij de club. Terwijl ik eigenlijk vakantie had. Dus hij was mentaal ook al
langzaam aan het afglijden.
“We hebben nog over vanalles gepraat,
maar hoofdzakelijk over voetbal. Dat was altijd hét gespreksonderwerp tussen ons, bovendien dachten we lang dat hij nog zou genezen. Maar in de laatste maand wist hij ook
dat het zou aflopen met hem. Dan begon hij
ook over andere zaken te praten. Dat ik moest
zorgen dat thuis alles bleef lopen. Ik heb hem
gezegd dat hij nog niet aan sterven moest
denken, dat hij nog leefde. Het was nog niet
voorbij. Dat zeg je dan, ook al weet je dat het
niet waar is.
“Hem zo zien aftakelen, was zwaar,
zwaarder dan zoals nu te weten dat hij dood
is. Hij lag hier – er stond een ziekenhuisbed
en een stoel. Altijd zat en sliep hij hier. In zijn
laatste drie weken kon hij niks meer eten. Hij
woog nog amper veertig kilo. Voor iemand
van 1m81... We zagen dat het helemaal niet
meer ging. ’s Nachts is hij dan gestorven. Ik
sliep bij mijn vriendin, hier vijf minuten vandaan, maar ik werd gebeld. Hij had een aanval gekregen en was heel nerveus toen ik erbij kwam. Daarna, toen hij rustiger werd, ben
ik in mijn kamer gaan slapen. Een paar minuten later is hij dan toch gestorven – in de armen van mijn zus, die voor verpleegster stu-
Christian Brüls bij Westerlo. ‘Mijn vader had mij nog
graag in Duitsland zien spelen.’
Christian Brüls voor het kerkhof in Amel waar zijn vader Bert begraven
ligt. ‘Dat hij geleefd heeft, is het positieve, dus dát moet je onthouden.
Maar het kan jaren duren voor ik zijn dood kan vergeten.’
deert. Mijn broer zat in Dortmund en mijn
moeder kon er niet bij komen – mijn vaders
gezicht zag er te erg uit, alles stond opengesperd en je zag alleen nog botten, zijn benen
waren nog maar zo (maakt een ringetje met
de vingers van één hand, nvdr). Mijn zus en
ik hebben hem dan proper gelegd – we hadden daar ervaring mee van toen onze oma gestorven is. Maar eenvoudig is dat niet, om
daar dan bij te zijn. Dat was emotioneel.
“Maar alleen het positieve mag blijven
hangen. Ik denk liever aan de mooie dingen
en het mooiste moment moet mijn profdebuut bij AS Eupen geweest zijn. Mijn vader
zat met kippenvel op de tribune en ik kon
haast niet lopen van de zenuwen. (glimlacht)
Mijn vader had mij graag nog in Duitsland
zien spelen. Bij Schalke. Hij koesterde altijd
dromen voor mij, die ik dan ook nastreefde.
Die doelen blijven. Ik wil bewijzen dat ik
hem gelukkig had kunnen maken.”
Varkensvlees eten
(de deurbel gaat) “Iedereen kan hier over
de vloer komen. Elke dag. Mijn vader was
geliefd en kende veel mensen, want hij had
een firma. Hij heeft mij altijd op het hart gedrukt om eerst bij hem te rade te gaan voor ik
bij iemand anders ging. Zijn mening zal ik
nooit meer kunnen vragen, maar ik bewaar
wat ik van hem heb kunnen leren. Nu doe ik
het papierwerk van mijn vader – dat heb ik
toch een beetje op school geleerd – want er
komen nog rekeningen en andere documenten binnen. Ik heb het hem tien jaar zien doen
en af en toe geholpen. Al zijn papieren zaten
in een kist die ik nog zelf heb gemaakt op
school. Kijk, die trap daar, heb ik ook gemaakt. Ik heb geleerd voor timmerman. Maar
mijn broer is meer een werker, zoals mijn vader. Ik heb zijn sportieve kwaliteiten. Ik heb
altijd gezegd: ik ben niet iemand die van ’s
morgens zes tot ’s avonds zeven kan werken.
Mijn vader werkte van drie uur ’s ochtends
tot negen uur ’s avonds. Vanaf vijf uur werkte hij thuis, papierwerk of slagerswerk. Hij
deed dat graag, dus waarom zou hij het dan
niet gedaan hebben?
“Zijn specialiteit was een heel varken zeven uur in een bakkersoven roosteren, met
daaronder kruiden en andere speciale ingrediënten. Zijn klanten kwamen uit de hele regio, tot in Luxemburg. De vriend van mijn
vader kan het misschien niet zo goed maken
als hijzelf, maar hij moet zeker het recept
hebben. Het zou jammer zijn mocht dat niet
meer lukken. Want dat varken wil ik nog wel
eens eten. Heel lekker.” ■
WWW.SPORTMAGAZINE.BE 24/08/11 SPORT VOETBAL
49
Mediargus met docroom pdf