Lamb Weston/Meijer v.o.f. Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1.1. Probleem- en doelstelling 1.2. Plangebied 1.3. Huidige situatie 1.4. Toekomstige situatie 1.5. Vigerend bestemmingsplan 1.6. Leeswijzer blz. 1 1 1 2 4 5 6 2. BELEIDSKADERS 2.1. Inleiding 2.2. Rijksbeleid 2.3. Provincie Noord-Brabant 2.3.1. Structuurvisie ruimtelijke ordening Noord-Brabant 2.3.2. Verordening ruimte 2012 Noord-Brabant 2.4. Gemeente Bergen op Zoom 2.4.1. Structuurvisie Bergen op Zoom 2030 2.4.2. Bestemmingsplan Theodorushaven-Noordland 2.4.3. Ontwerp bestemmingsplan Nieuwe Vesting 2.5. Conclusie 7 7 7 7 7 11 12 12 13 14 15 3. PLANOPZET EN RUIMTELIJKE STRUCTUUR 3.1. Inleiding 3.2. Stedenbouwkundige hoofdstructuur 3.3. Verkeer 3.3.1. Verkeersproductie en -attractie 3.3.2. Verkeersafwikkeling en verkeersveiligheid 3.3.3. Parkeren 3.3.4. Openbaar Vervoer 3.3.5. Groen 17 17 17 17 17 18 19 19 20 4. MILIEUASPECTEN 4.1. Inleiding 4.2. Bedrijven en milieuzonering 4.3. Geur 4.3.1. Toetsingskader 4.3.2. Uitgangspunten 4.3.3. Resultaten 4.3.4. Conclusie 4.4. Luchtkwaliteit 4.4.1. Toetsingskader 4.4.2. Uitgangspunten 4.4.3. Resultaten 4.4.4. Conclusie 4.5. Externe veiligheid 4.5.1. Wettelijke kaders en beleid 4.5.2. Inventarisatie en toets 4.5.3. Conclusie 4.6. Geluid 4.6.1. Wettelijke kaders 4.6.2. Werkwijze 4.6.3. Rekenresultaten 21 21 21 22 22 22 22 23 23 23 24 24 25 25 25 26 30 31 31 31 31 4.6.4. Conclusies Bodem Water 4.8.1. Beleidskader 4.8.2. Huidige situatie 4.8.3. Toekomstige situatie 4.8.4. Conclusie 4.9. Cultuurhistorie en archeologie 4.10. Natuur 4.10.1. Ecologische hoofdstructuur (EHS) 4.10.2. Natura 2000-gebieden 4.10.3. Flora en fauna 4.10.4. Conclusie 4.7. 4.8. 32 33 33 33 34 36 37 37 38 38 40 41 41 5. MAATSCHAPPELIJKE EN ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID 5.1. Inleiding 5.2. Economische uitvoerbaarheid 5.3. Maatschappelijke uitvoerbaarheid 43 43 43 43 laatste bladzijde 44 BIJLAGEN I Onderzoek geur II Onderzoek luchtkwaliteit III Akoestisch onderzoek aantal blz. 41 33 76 1. INLEIDING 1.1. Probleem- en doelstelling Aanleiding Lamb Weston/Meijer is van plan de huidige productie van de productielocatie aan de Vierlinghweg in Bergen op Zoom uit te breiden. Om dit te realiseren wordt de bestaande bebouwing uitgebreid en maakt een deel van de bestaande bebouwing plaats voor nieuwe productielijnen, die naast de bestaande lijnen gebouwd worden. Naast de gebouwen, wordt ook de huidige waterzuiveringsinstallatie uitgebreid, om het afvalwater van de toegenomen productie te kunnen verwerken. Ten behoeve van deze voorgenomen uitbreiding is Lamb Weston/Meijer voornemens om twee percelen, die nu in eigendom zijn van de gemeente, aan te kopen. Een van deze percelen betreft een huidige weg (Theodorusweg), het andere perceel betreft een bedrijfsperceel. Probleem- en doelstelling Het vigerende bestemmingsplan staat de voorgenomen uitbreiding van de productielocatie op een deel van de aan te kopen percelen niet toe. Om die reden is de gemeente Bergen op Zoom van plan om de voorgenomen uitbreiding planologisch mogelijk te maken met een omgevingsvergunning op grond van artikel 2.12 eerste lid onderdeel a, sub 3º van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) voor de activiteit bouwen in combinatie met handelen in strijd met de regels voor ruimtelijke ordening en de activiteit milieu. Lamb Weston/Meijer is met de gemeente overeengekomen zelf de ruimtelijke onderbouwing aan te leveren bij de voorgenomen herziening. Deze rapportage voorziet hierin. 1.2. Plangebied De percelen waarop de voorgenomen uitbreiding plaatsvindt, liggen aan de Theodorushaven en Vierlinghweg in Bergen op Zoom (zie afbeelding 1.1). Afbeelding 1.1. Ligging plangebied (grijze arcering: uitbreiding) Theodorushaven Vierlinghweg Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 1 1.3. Huidige situatie Bedrijventerrein Theodorushaven De Theodorushaven is een haven- en industrieterrein ten noordwesten van Bergen op Zoom. Het terrein is 300 ha groot en gelegen op de Theodoruspolder, welke in 1786 werd gerealiseerd. Van 1959 tot 1964 werd de Theodorushaven aangelegd. Via de Burgemeester Peterssluis staat deze rechtstreeks in verbinding met het ScheldeRijnkanaal, waardoor zeeschepen met een diepgang tot 4,5 m de haven kunnen bereiken. Het bedrijventerrein is ook via de weg bereikbaar. In totaal zijn er op de terreinen Theodorushaven en Noordland ongeveer 120 bedrijven gevestigd en werken er 5.000 mensen (www.bergenopzoom.nl). In onderstaande afbeelding is het plangebied omcirkeld. Afbeelding 1.2. Luchtfoto van het bedrijventerrein Bron: www.google.com. Huidige productielocatie De bestaande productielocatie van Lamb Weston/Meijer is gevestigd op een perceel aan de Vierlinghweg 33 op industrieterrein Theodorushaven, gelegen in het westelijk deel van Bergen op Zoom. Het perceel heeft een oppervlakte van ongeveer 55.450 m 2 met één ontsluiting op de Theodorusweg en twee ontsluitingen op de Vierlinghweg. Aan de noordzijde van de Vierlinghweg staan een kantoorgebouw en het magazijn met droge opslag. 2 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing Het terrein aan de zuidzijde van de Vierlingweg is voorzien van diverse gebouwen met kantoor- of industriële functies: - kantoor; - laboratoria; - kantine met kleedruimten; - ontvangst van aardappelen: ⋅ bestaande uit een hal voor ontvangst, sortering, afvalverwerking en opslag van kleine aardappels; - productie van friet: ⋅ bestaande uit de afdelingen schillen, snijden, sorteren, blancheren, battering, bakken, invriezen en inpakken; - productie van flakes; - magazijn voor gereedgekomen product en laaddocks; - waterzuiveringsinstallatie; - technische dienst en diverse utilitaire ruimten. Afbeelding 1.3. Luchtfoto van het huidige complex Bron: www.google.com. De productie geschiedt twaalf dagen per veertien kalenderdagen over een periode van 50 weken per jaar. De aanvoer van aardappelen gebeurt 24 uur per dag. De gehele productie is evenredig verdeeld, en is niet seizoensafhankelijk. Er wordt gewerkt in ploegendiensten. In de bestaande situatie is het geschatte aantal medewerkers: - kantoormedewerkers: 40 personen (dagdienst); - productiemedewerkers: 35 personen per ploeg met drie ploegen per dag. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 3 1.4. Toekomstige situatie Het nieuwe ontwerp omvat in hoofdlijnen de in tabel 1.1 genoemde onderdelen. Naast elk huidig onderdeel zijn de relevante wijzigingen of uitbreidingen vermeld. Tabel 1.1. Toekomstige voorgenomen activiteiten onderdeel voorgenomen activiteiten kantoor geen laboratoria verplaatsen bestaande laboratoria naar een nieuwe locatie kantine met kleedruimten realisatie nieuwe locatie en uitbreiding van bestaande locatie ontvangst aardappelen aanpassing en uitbreiding van de bestaande hal voor ontvangst, productie van voorgebakken aardappelproducten een extra productielijn naast de bestaande lijn sorteer, afval en opslag kleine aardappels productie van vlokken een uitbreiding van de bestaande productie magazijn gereedgekomen product en laaddocks een nieuwe locatie en uitbreiding van het laaddock, aan het bestaand magazijn worden geen aanpassingen gedaan magazijn voor droge opslag een nieuwe hal voor de opslag van folie en karton palletopslag een nieuwe ruimte/locatie voor de opslag van de pallets waterzuiveringsinstallatie uitbreiding van de bestaande waterzuiveringsinstallatie technische dienst geen aanpassingen gedaan aan het bestaande kantoor en magazijn van de technische dienst utilitaire ruimten een uitbreiding van de bestaande utilitaire ruimten De bovenstaande uitbreidingen kunnen niet op de bestaande locatie gerealiseerd worden. Voor de uitbreiding is meer ruimte nodig en dient extra grond aangekocht te worden. In overleg met de gemeente Bergen op Zoom is overeengekomen de Theodorusweg en een deel van het naastgelegen perceel aan te kopen. Het terrein heeft na aankoop een oppervlakte van ongeveer 66.000 m 2 met drie ontsluitingsmogelijkheden op de Vierlinghweg en één ontsluiting op de Kade (aan de havenzijde van het complex). Het terrein is vooral bedoeld voor het vracht- en transportverkeer, waarbij er een duidelijke scheiding is gemaakt tussen transport en loopzones om de veiligheid van het personeel te waarborgen. Personenauto’s van het personeel worden geparkeerd op een apart parkeerterrein langs de Vierlinghweg. Dit terrein is fysiek gescheiden van het vrachtverkeer. Verder worden de bestaande parkeerplaatsen aan de Vierlinghweg, bestemd voor bezoekers en personeel, behouden. De productie geschiedt ook in de nieuwe situatie twaalf dagen per veertien kalenderdagen over een periode van 50 weken per jaar. De gehele productie blijft evenredig verdeeld en is niet seizoensafhankelijk. Er wordt gewerkt in ploegendiensten. In de bestaande situatie is het aantal productiemedewerkers naar schatting uitgebreid tot 40 tot 45 personen per ploeg, met drie ploegen per dag. 4 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing Afbeelding 1.4. Impressie van de toekomstige situatie 1.5. Vigerend bestemmingsplan Het plangebied is gelegen binnen het bestemmingsplan Theodorushaven-Noordland en heeft de bestemming ‘bedrijven II’(BII). Zie ook onderstaande afbeelding. Afbeelding 1.5. Uitsneden vigerend bestemmingsplan Een uitgebreide beschrijving van de relevante planvoorschriften is opgenomen in paragraaf 2.4 (over het planologisch beleid van de gemeente Bergen op Zoom). Het voornemen past voor een belangrijk deel binnen het bestemmingsplan. Echter, de functie ‘verkeer’ ter plaatse van de Theodorusweg dient te worden gewijzigd naar ‘bedrijven II’ conform de vigerende bestemmingen aan weerszijden van de weg. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 5 1.6. Leeswijzer Deze ruimtelijke onderbouwing kent de volgende globale inhoud: - hoofdstuk 2 toetst de voorgenomen functiewijziging aan het planologisch beleid van het Rijk, de provincie Noord-Brabant en de gemeente Bergen op Zoom; - hoofdstuk 3 beschrijft de gevolgen die de voorgenomen functiewijziging heeft voor de stedenbouwkundige structuur van het bedrijventerrein, de verkeersstructuur en verkeersaantallen en de groenblauwe structuur in de omgeving van de planlocatie; - hoofdstuk 4 gaat in op gevolgen die de voorgenomen functiewijziging heeft op de relevante milieuaspecten; - hoofdstuk 5 beschrijft de manier waarop de initiatiefnemer en de gemeente Bergen op Zoom de maatschappelijke en economische uitvoerbaarheid van de voorgenomen functiewijziging borgen. 6 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 2. BELEIDSKADERS 2.1. Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft de planologische beleidskaders van het Rijk, de provincie NoordBrabant en de gemeente Bergen op Zoom waarbinnen het voornemen plaatsvindt. Daarbij wordt het voornemen getoetst aan de relevante beleidsdoelstellingen en -uitgangspunten die op deze overheidsniveaus zijn vastgesteld. In hoofdstuk 4 is het voornemen getoetst aan overig relevant beleid op het gebied van ruimte en milieu. 2.2. Rijksbeleid Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) Op 13 maart 2012 is de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) vastgesteld. In de SVIR schetst het kabinet hoe Nederland er in 2040 uit moet zien: concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig. Het ruimtelijk en mobiliteitsbeleid wordt meer aan de provincies en de gemeenten overgelaten. De Rijksoverheid richt zich op nationale belangen, zoals een goed vestigingsklimaat, een degelijk wegennet en waterveiligheid. Tot 2028 heeft het kabinet de volgende drie rijksdoelen geformuleerd: 1. de concurrentiekracht vergroten door de ruimtelijk-economische structuur van Nederland te versterken; 2. de bereikbaarheid verbeteren; 3. zorgen voor een leefbare en veilige omgeving met unieke natuurlijke en cultuurhistorische waarden. Om een zorgvuldig gebruik van de schaarse ruimte te bevorderen, wordt een ladder voor duurzame verstedelijking geïntroduceerd. Dat betekent: eerst kijken of er vraag is naar een bepaalde nieuwe ontwikkeling, vervolgens kijken of het bestaande stedelijk gebied of bestaande bebouwing kan worden hergebruikt en, mocht nieuwbouw echt nodig zijn, altijd zorgen voor een optimale (multimodale) bereikbaarheid. De provincies en de gemeenten krijgen de ruimte om maatwerk te leveren. Toetsing aan de SVIR Het voornemen is in lijn met de ambities en doelen in de SVIR omdat ruimte binnen bestaand stedelijk gebied wordt benut voor de uitbreiding van de productiecapaciteit van een bestaande inrichting. Hiermee wordt ruimte binnen bestaand stedelijk gebied zo goed mogelijk benut. 2.3. Provincie Noord-Brabant 2.3.1. Structuurvisie ruimtelijke ordening Noord-Brabant Op 1 januari 2011 is de Structuurvisie ruimtelijke ordening Noord-Brabant in werking getreden. De structuurvisie is opgebouwd uit twee delen (A en B) en een uitwerking. Deel A en de sturingsfilosofie Deel A bevat de hoofdlijnen van het beleid. In deel A zijn de centrale ruimtelijke opgaven voor Noord-Brabant, de provinciale belangen en keuzes en de provinciale sturingsfilosofie beschreven. Wat betreft dat laatste kiest de provincie nadrukkelijk voor het subsidiariteitsbeginsel. Dat betekent dat de provincie geen werk doet dat medeoverheden ook kunnen doen. De provincie onderscheidt daarbij vier manieren van sturen om haar doelen te bereiken. Dat zijn regionaal samenwerken, ontwikkelen, beschermen en stimuleren. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 7 De provincie doet mee in ontwikkelingen en focust op (boven)regionale opgaven en afstemming. Het stellen van heldere kaders biedt duidelijkheid voor nieuwe ontwikkelingen of voor een efficiënte uitvoering. Deel B: ruimtelijke structuren In deel B beschrijft de provincie vier ruimtelijke structuren: de groenblauwe structuur, het landelijk gebied, de stedelijke structuur en de infrastructuur. Voor iedere structuur formuleert de provincie ambities en beleid. Per beleidsdoel is aangegeven welke instrumenten de provincie inzet om haar doelen te bereiken. Afbeelding 2.1. Uitsnede structurenkaart Structuurvisie Noord-Brabant 8 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing In afbeelding 2.1 is zichtbaar dat Bergen op Zoom (inclusief het plangebied) binnen de stedelijke structuur ligt en specifiek is aangeduid als stedelijk concentratiegebied. Ditzelfde geldt voor de provinciale visiekaart (zie afbeelding 2.2). Met betrekking tot de stedelijke structuur wil de provincie het volgende bereiken: 1. concentratie van verstedelijking; 2. inspelen op demografische ontwikkelingen; 3. zorgvuldig ruimtegebruik; 4. meer aandacht voor ruimtelijke kwaliteit; 5. betere verknoping van stedelijke ontwikkelingen aan de infrastructuur; 6. versterking van de economische kennisclusters. Afbeelding 2.2. Uitsnede visiekaart Structuurvisie Noord-Brabant Uitwerking De provincie Noord-Brabant maakt uitwerkingen van de structuurvisie in gebiedspaspoorten (met een landschappelijke ontwikkelingsvisie) en deelstructuurvisies voor diverse onderwerpen. Deze onderwerpen zijn: - deelstructuurvisie LPM (Logistiek Park Moerdijk) en AFC (Agro & Food cluster Nieuw Prinsenland); - deelstructuurvisie Brainport Oost (ten oosten van Eindhoven); - deelstructuurvisie de Levende Beerze (tussen Bergeijk en Den Bosch). Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 9 In de gebiedspaspoorten beschrijft de provincie twaalf Brabantse landschapstypen. Voor elk geeft zij de kenmerkende landschapskwaliteiten en haar ambitie om deze kwaliteiten te versterken bij nieuwe ontwikkelingen. Hiermee wil de provincie gemeenten en initiatiefnemers stimuleren om de kwaliteit van het Brabantse landschap te versterken. De Uitwerking gebiedspaspoorten is niet verplichtend maar biedt een handreiking. Het plangebied ligt op de grens van gebiedspaspoort Brabantse Wal en Zeekleigebied, zie onderstaande afbeelding. Afbeelding 2.3. Uitsnede Gebiedspaspoorten provincie Noord-Brabant Bergen op Zoom De ambities voor het zeekleigebied zijn: 1. het behoud van het contrast tussen de open grootschalige zeekleipolders en de beboste steilrand van de Brabantse Wal en het kleinschalige landschap van de WestBrabantse venen; 2. het versterken van de zeekleipolders als grootschalig en open landbouwgebied; 3. het ontwikkelen van een robuust krekensysteem; 4. het ontwikkelen van dynamische natuurwaarden in de buitendijkse gebieden; 10 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 5. de cultuurhistorische waarden in hun samenhang verder ontwikkelen, beschermen en toeristisch-recreatief ontsluiten; 6. het versterken van de ecologische waarden van het landschap door te sturen op te behouden of te ontwikkelen kenmerken van het landschap; 7. al geplande grootschalige ontwikkelingen worden zorgvuldig ingepast en leveren een bijdrage aan een nieuwe landschapskwaliteit. De ambities voor de Brabantse Wal zijn: 1. ontwikkeling tot een samenhangend natuurgebied (provinciaal landschap én nationaal park); 2. het versterken van het kleinschalige karakter van het oude zandontginningslandschap; 3. versterking van de kwaliteit en beleving van de steilrand van de Brabantse Wal; 4. de cultuurhistorische waarden van de Brabantse Wal in hun samenhang verder ontwikkelen, beschermen en toeristisch-recreatief ontsluiten; 5. het versterken van de ecologische waarden van het landschap. Relevante kenmerken in afbeelding 2.3 zijn kanaal en turfhaven (T). Ambities in relatie hiertoe zijn versterking van de structuur van turfhavens. De Theodorushaven is niet specifiek benoemd. Toetsing aan de structuurvisie Het voornemen draagt bij aan de provinciale beleidsdoelen concentratie van verstedelijking en zorgvuldig ruimtegebruik door de benutting van bestaand stedelijk gebied voor de uitbreiding van de productiecapaciteit van de inrichting. Het plangebied is niet gelegen in één van de gebieden van bovengenoemde deelstructuurvisies en de ambities in de gebiedspaspoorten conflicteren niet met het voornemen. 2.3.2. Verordening ruimte 2012 Noord-Brabant Inhoud en functie van de verordening In de Verordening ruimte staan regels waarmee een gemeente rekening moet houden bij het ontwikkelen van bestemmingsplannen. Per onderwerp zijn in de verordening gebieden tot op perceelniveau begrensd op een kaart. Hierdoor is duidelijk voor welke gebieden de regels gelden. De volgende kaarten behoren bij de ruimtelijke verordening: - cultuurhistorie; - natuur en landschap; - ontwikkeling intensieve veehouderij; - overige agrarische ontwikkeling; - stedelijke ontwikkeling; - water. Relevante regels Het plangebied ligt alleen binnen het begrensde gebied met betrekking tot het onderwerp met stedelijke ontwikkeling en is daarbij aangewezen als stedelijk concentratiegebied. In artikel 3.7 van de verordening zijn regels vastgesteld voor bestaande bedrijventerreinen en kantorenlocaties. Conform dat artikel geldt dat een besluit over de afwijking van een bestemmingsplan een verantwoording bevat over de financiële, juridische of feitelijke mogelijkheden voor herstructurering alsmede voor zorgvuldig ruimtegebruik. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 11 Toetsing aan de regels Wat betreft de regels in artikel 3.7 van de verordening ruimte van de provincie NoordBrabant geldt het volgende: - de financiële uitvoerbaarheid is beschreven in hoofdstuk 5 van dit document; - de juridische mogelijkheden voor uitbreiding van de productiecapaciteit van de inrichting worden gecreëerd door middel van een afwijking van het vigerende bestemmingsplan; - de feitelijke mogelijkheden zijn er doordat de bestaande bebouwing in het plangebied al verwijderd is en het plangebied daarom geschikt is voor bebouwing; - er is sprake van zorgvuldig ruimtegebruik door de benutting van bestaand stedelijk gebied voor de uitbreiding van de productiecapaciteit van de inrichting en daaruit volgende concentratie van verstedelijking. 2.4. Gemeente Bergen op Zoom 2.4.1. Structuurvisie Bergen op Zoom 2030 In onderstaande afbeelding is een uitsnede uit de structuurvisie van de gemeente weergegeven. Afbeelding 2.4. Uitsnede structuurvisie Bergen op Zoom Het plangebied valt binnen het gebied bestaande bedrijventerreinen. Grootschalige en zwaardere industrie is daarbij alleen mogelijk op bedrijventerrein Theodorushaven en Noordland. Belangrijk daarbij is volgens de gemeente het bieden van doorgroeiruimte aan bestaande bedrijven. De gemeente wil ook graag de beeldkwaliteit van werkgebieden verbeteren, vooral daar waar de terreinen grenzen aan representatieve zijden van de stad zoals de snelweg A4 en langs de hoofdwegenstructuur. Ook wil de gemeente op langere termijn meer aandacht voor duurzaamheid en klimaatverandering door de aanleg van meer structureel groen en water op bedrijventerreinen. 12 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing Impulsen zoals de ontwikkeling van een groene campus voor biobased economy op bedrijventerrein Theodorushaven kunnen aanjagers zijn voor een schonere bedrijvigheid. Via parkmanagement trekken overheid en ondernemers samen op, dit platform biedt mogelijkheden om ambities gezamenlijk te realiseren. Toetsing aan de structuurvisie Bergen op Zoom Het voornemen past binnen de hoofdlijnen van het ruimtelijke beleid van de gemeente Bergen op Zoom. Het voornemen beantwoordt specifiek aan de vestiging van grootschalige en zwaardere industrie op bedrijventerrein Theodorushaven en Noordland. Wat betreft beeldkwaliteit geldt dat het voornemen grenst aan de Randweg West, onderdeel van de hoofdwegenstructuur van Bergen op Zoom. De nieuwbouw zal in gelijke stijl worden gebouwd als de bestaande gebouwen. Er worden verder geen specifieke maatregelen getroffen. Wat betreft duurzaamheid en klimaatverandering geldt dat er in het productieproces maatregelen worden getroffen. In ruimtelijke zin worden er geen maatregelen getroffen (zoals de toevoeging van extra water of groen). Bij het ontwikkelen en uitgeven van bedrijventerreinen op zowel Noordland/Theodorushaven (TNP) als Oude Molen is intensivering van grondgebruik een belangrijke doelstelling. Lamb Weston/Meijer voldoet aan deze doelstelling door de uitbreiding van productielocatie Bergen op Zoom te voorzien in bestaand stedelijk gebied. 2.4.2. Bestemmingsplan Theodorushaven-Noordland Het plangebied is gelegen binnen het bestemmingsplan Theodorushaven-Noordland en heeft de bestemming ‘bedrijven II’(BII). Deze gronden zijn hoofdzakelijk aangewezen voor industriële, ambachtelijke bedrijven en groothandelsbedrijven en bedrijven in de transporten distributiesector, voor zover deze bedrijven voorkomen in de milieucategorieën 3.1, 3.2, 4.1 en 4.2, en geluidzoneringplichtige inrichtingen. De bestemmingsregeling gaat uit van: - de vestiging van nieuwe bedrijven; - handhaving van reeds op het terrein aanwezige bedrijven. In de voorschriften en op de plankaart zijn bepalingen opgenomen voor de bouwmogelijkheden. Het betreft bepalingen voor de maximaal te bebouwen oppervlakte (bebouwingspercentage), de hoogte van gebouwen en bouwwerken en de afstand van bebouwing tot de weg (rooilijnen). Voor het gehele bedrijventerrein geldt een bebouwingspercentage van 80 %. De maximale hoogte is 18 m. De bouwgrens komt overeen met de bestemmingsgrens. Zie ook de volgende afbeelding. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 13 Afbeelding 2.5. Uitsneden vigerend bestemmingsplan Toetsing aan het bestemmingsplan Het voornemen valt in de categorie 4.2 van de lijst van bedrijfsactiviteiten (bedrijfscategorie ‘vervaardiging van aardappelproducten’) behorende bij het bestemmingsplan en past op grond daarvan binnen het vigerende bestemmingsplan. Echter, de functie ‘verkeer’ ter plaatse van de Theodorusweg dient te worden gewijzigd naar ‘bedrijven II’ conform de vigerende bestemmingen aan weerszijden van de weg. 2.4.3. Ontwerp bestemmingsplan Nieuwe Vesting Aan de Van Gorkumweg, tegenover het plangebied, is het Bestemmingsplan Nieuwe Vesting in voorbereiding. Het ontwerp bestemmingsplan lag vanaf 3 juni 2013 zes weken ter inzage. Het plangebied betreft het voormalige Nedalco-terrein en wordt globaal begrensd door: - de Van Gorkumweg aan de noordzijde; - de Van Konijnenburgweg aan de west zijde; - de Rijtuigweg aan de zuidzijde; - de Wittouksingel en Smitsvest aan de oostzijde. 14 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing Afbeelding 2.6. Plangebied bestemmingsplan Nieuwe Vesting Het gebied Nieuwe Vesting wordt een binnenstedelijk woongebied. Het plan omvat transformatie van een bedrijventerrein naar een woongebied. In de toelichting behorende bij het ontwerp bestemmingsplan is in het kader van het thema ‘bedrijven en milieuzonering’ onderzoek gedaan naar bedrijven op het industriegebied Theodorushaven/Noordland. Dat onderzoek is beperkt tot bedrijven binnen een afstand van 200 meter tot de bestemming wonen in het bestemmingsplan Nieuwe Vesting. Hierbij is geen rekening gehouden met de uitbreiding van Lamb Weston/Meijer. In voorliggende ruimtelijke onderbouwing is nader ingegaan op het effect van de uitbreiding van Lamb Weston/Meijer op de (toekomstige) woonbestemming. 2.5. Conclusie Geconcludeerd is dat het voornemen past binnen het planologische beleid op diverse schaalniveaus. De belangrijkste en enige belemmering betreft de functie ‘verkeer’ in het vigerende bestemmingsplan ter plaatse van de Theodorusweg. Door middel van een omgevingsvergunning op grond van artikel 2.12 eerste lid onderdeel a, sub 3º van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) voor de activiteit bouwen in combinatie met handelen in strijd met de regels voor ruimtelijke ordening en de activiteit milieu, wordt de uitbreiding van de productiecapaciteit van de inrichting planologisch mogelijk gemaakt. In deze ruimtelijke onderbouwing is rekening gehouden met de realisatie van woonfuncties ten zuiden van het plangebied binnen het plangebied van het (ontwerp) bestemmingsplan Nieuwe Vesting. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 15 16 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 3. PLANOPZET EN RUIMTELIJKE STRUCTUUR 3.1. Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft de gevolgen die de voorgenomen uitbreiding heeft voor: - de stedenbouwkundige hoofdstructuur van bedrijventerrein Theodorushaven; - de verkeersstructuur in de omgeving van de planlocatie; - de groenblauwe structuur in de omgeving van de planlocatie. 3.2. Stedenbouwkundige hoofdstructuur Lamb Weston/Meijer heeft behoefte aan een ruime, goed bereikbare productielocatie op een strategische locatie met voldoende parkeergelegenheid. De voorgenomen uitbreiding brengt een wijziging aan in de bestaande stedenbouwkundige structuur van bedrijventerrein Theodorushaven. De schaalvergroting die plaatsvindt door de verdubbeling van de productielocatie van Lamb Weston/Meijer leidt tot het samenvoegen van twee afzonderlijke bedrijfspercelen en het opheffen van de daar tussen in gelegen Theodorusweg. De huidige stedenbouwkundige verkaveling neemt daardoor in schaal toe. Deze schaalsprong past goed in de stedenbouwkundige structuur van de Theodorushaven, dat grotendeels wordt ingenomen door bedrijven met een vergelijkbare omvang in oppervlakte. De voorgenomen uitbreiding sluit daarom naar aard en omvang goed aan bij de grootschalige bedrijfsactiviteiten op het bedrijventerrein Theodorushaven. 3.3. Verkeer In deze paragraaf zijn achtereenvolgens de verkeerskundige aspecten verkeersproductie en -attractie, verkeersafwikkeling en verkeersveiligheid, parkeren en openbaar vervoer behandeld. 3.3.1. Verkeersproductie en -attractie Elke ruimtelijke ontwikkeling brengt een verandering van verkeersstromen met zich mee. Dit geldt ook voor de uitbreiding van Lamb Weston/Meijer. Huidige situatie In de huidige situatie genereert de industriële activiteit van Lamb Weston/Meijer de in tabel 3.1 genoemde verkeersbewegingen per etmaal (gegevens zijn aangeleverd door Lamb Weston/Meijer). Een verkeersbeweging betreft een enkele beweging van of naar het bedrijf. Tabel 3.1. Verkeersproductie Lamb Weston/Meijer in de huidige situatie voertuigtype vrachtwagens aanvoer aardappelen 07.00-19.00 uur 19.00-23.00 uur 23.00-07.00 uur totaal 25 12 3 vrachtwagens afvoer product (frites en veevoer) 20 8 15 43 vrachtwagens aanvoer hulpstoffen en materialen 21 4 1 26 vrachtwagens afvoer van reststoffen personeel totaal 40 7 3 1 11 70 30 30 120 143 57 50 250 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 17 Toekomstige situatie In de toekomstige situatie genereert de industriële activiteit van Lamb Weston/Meijer de in tabel 3.2 genoemde verkeersbewegingen per etmaal (gegevens zijn aangeleverd door Lamb Weston/Meijer). De totale door de productielocatie Bergen op Zoom gegenereerde verkeersbewegingen nemen door de voorgenomen uitbreiding van de productiecapaciteit met een factor 1,35 toe van 250 tot 337 verkeersbewegingen per etmaal, waarvan 137 vrachtauto’s en 200 personenauto’s. Tabel 3.2. Verkeersproductie Lamb Weston/Meijer in de toekomstige situatie voertuigtype 07.00-19.00 uur 19.00-23.00 uur 23.00-07.00 uur vrachtwagens aanvoer aardappelen 30 10 20 60 vrachtwagens afvoer product (frites en veevoer) 30 10 20 60 vrachtwagens aanvoer hulpstoffen en materialen 10 0 0 10 4 1 2 7 personeel 100 50 50 200 totaal 174 71 92 337 vrachtwagens afvoer van reststoffen 3.3.2. totaal Verkeersafwikkeling en verkeersveiligheid Verkeersstructuur De verkeersafwikkeling van vrachtwagens van en naar Lamb Weston/Meijer vindt plaats via de hoofdtoegang aan de Vierlinghweg en een aantal secundaire toegangen (zie afbeelding 3.1). Afbeelding 3.1. Verkeersafwikkeling grotendeels via hoofdtoegang 18 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing Het personeel komt aan en vertrekt via een aparte ingang. Ook bezoekers en een aantal kantoormedewerkers, die op eigen terrein parkeren op een aantal insteekplaatsen langs de Vierlinghweg, gebruiken een andere ingang. Verkeersafwikkeling Wat betreft de verkeersafwikkeling geldt dat het product naar een externe opslag gaat aan de Van Konijnenburgweg, ten westen van het bedrijf. Het verkeer naar deze locatie wordt afgewikkeld via de Vierlinghweg en Van Gorkumweg. Een groot deel van het verkeer wordt daarnaast afgewikkeld via de Synthesebaan en Randweg West. Er is geen aanleiding om aan te nemen dat het extra verkeer van/naar het bedrijf in de nieuwe situatie tot knelpunten wat betreft doorstroming leidt, vanwege de ruime, op vrachtwagens toegesneden dimensionering van de wegen op het industrieterrein Theodorushaven. Verkeersveiligheid Wat betreft verkeersveiligheid geldt dat de wegen op het bedrijventerrein zijn ingericht voor het gebruik door vrachtverkeer en dat de wegen weinig door fietsers wordt gebruikt. Voor voetgangers zijn er aparte voetpaden. Op de overige routes van/naar het bedrijventerrein (Lelyweg, Randweg West en Van Gorkumweg) zijn vrij liggende fietspaden aanwezig. Om deze en bovenstaande redenen is er geen aanleiding om aan te nemen dat er belangrijke verkeersveiligheidknelpunten ontstaan na de uitbreiding van de inrichting. 3.3.3. Parkeren Voor het personeel zijn op eigen terrein 112 parkeerplaatsen gesitueerd. Daarnaast beschikt Lamb Weston/Meijer over 32 insteekplaatsen langs de Vierlinghweg aan de voorzijde van de productielocatie, welke primair bestemd zijn voor kantoorpersoneel en bezoekers. Het totale aantal van 144 parkeerplaatsen op eigen terrein is ruim voldoende om tijdens wisselingen van de personeelsshifts de totale parkeervraag van personeel en bezoekers op te vangen. 3.3.4. Openbaar Vervoer De planlocatie ligt nabij bushalte Burgerhout. Meerdere streekbussen rijden hier ieder uur van en naar het centrum en omliggende plaatsen. De planlocatie is daarmee redelijk ontsloten door het openbaar vervoer (zie afbeelding 3.2). Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 19 Afbeelding 3.2. De planlocatie ligt nabij bushalte Burgerhout 3.3.5. Groen De planlocatie is volledig bebouwd en herbergt geen groene elementen. Dit geldt ook voor de in de openbare ruimte aanwezige parkeerplaatsen. Bomen of planten met een beschermde status bevinden zich niet op de planlocatie. 20 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 4. MILIEUASPECTEN 4.1. Inleiding In dit hoofdstuk worden de gevolgen beschreven van de voorgenomen functiewijziging op de relevante milieuaspecten. Achtereenvolgens zijn dit bedrijven en milieuzonering, geur, luchtkwaliteit, externe veiligheid, geluid, bodem, water, cultuurhistorie en archeologie en natuur. 4.2. Bedrijven en milieuzonering Vergunningplicht Wabo Met de invoering van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) zijn de inrichtingen die vergunningplichtig of meldingplichtig zijn, opgenomen in bijlage 1, onderdeel C van het Besluit omgevingsrecht (Bor). Indien een inrichting niet vergunningplichtig is, valt deze onder de algemene regels van het Activiteitenbesluit milieubeheer. Ten overvloede, een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer betreft een activiteit die bedrijfsmatig is of een bedrijfsmatige omvang heeft, die continue is en plaatsvindt binnen een zekere begrenzing. Activiteitenbesluit milieubeheer Sinds 1 januari 2008 is het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer van kracht, sinds 1 januari 2013 het Activiteitenbesluit milieubeheer genoemd, kortweg het Activiteitenbesluit. De voornaamste milieuhinder van de bedrijven die onder het Activiteitenbesluit vallen, is de geluidshinder. Toets Het voornemen betreft de uitbreiding van een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer. Daarnaast valt het bedrijf binnen categorie 9 van bijlage 1, onderdeel C van het Besluit omgevingsrecht (Bor). Specifiek betreft het een inrichting voor ‘het vervaardigen, bewerken of verwerken van voedingsmiddelen, genotmiddelen of grondstoffen daarvoor’. Bovenstaande betekent dat het voornemen vergunningplichtig is. Ten behoeve van de vergunningaanvraag is er onderzoek uitgevoerd naar de relevante aspecten geur, luchtkwaliteit, externe veiligheid en geluid. De resultaten van dat onderzoek zijn in dit rapport samengevat. Daarnaast is het voornemen in het kader van het thema ‘bedrijven en milieuzonering’ getoetst op basis van de richtafstandenlijst van de VNG. Voorheen was het bedrijf Mepavex gevestigd op de locatie van de uitbreiding van Lamb Weston/Meijer. Op basis van de toelichting van het ontwerp bestemmingsplan Nieuwe Vesting betreft dit ‘goederenwegvervoerbedrijf (zonder schoonmaken tanks) met bedrijfsoppervlak > 1.000 vierkante meter’ en valt het bedrijf binnen milieucategorie 3.2. Het bedrijf Lamb Weston/Meijer valt binnen milieucategorie 4.2. Dit betekent dat de richtafstanden in beginsel wijzigen: - voor geur van 0 meter naar 300 meter; - voor stof van 0 meter naar 30 meter; - voor geluid van 100 meter naar 200 meter; - voor gevaar van 30 meter naar 50 meter; - voor grootste afstand van 100 meter naar 300 meter. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 21 Hierbij geldt dat de uitbreiding van Lamb Weston/Meijer niet het gehele voormalige gebied van Mepavex beslaat. De kortste afstand tussen het huidige terrein van Lamb Weston Meijer en de woonbestemming binnen het bestemmingsplan Nieuwe Vesting is ruim 300 meter. De kortste afstand tussen het terrein van Lamb Weston/Meijer en de woonbestemming binnen het bestemmingsplan Nieuwe Vesting is na de uitbreiding van het bedrijf circa 30 meter korter. Dit betekent dat de woonbestemming in het bestemmingsplan Nieuwe Vesting binnen de richtafstand voor geur valt (300 meter). Het thema geur is nader onderzocht. De onderzoeksresultaten zijn beschreven in paragraaf 4.3. Geconcludeerd is dat de voorgenomen bedrijfsuitbreiding geen belemmering vormt voor de toekomstige woningbouw binnen het bestemmingsplan Nieuwe Vesting. 4.3. Geur In het kader van de aanvraag voor een omgevingsvergunning is onderzoek naar de effecten van het voornemen op geur uitgevoerd (zie bijlage I) (betreft het rapport ‘Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom’ d.d. 6 augustus 2013). 4.3.1. Toetsingskader Het toetsingskader voor het aspect geur bestaat uit: - lokaal beleid; - rijksbeleid; - de bijzondere regeling aardappelverwerkende industrie; - BBT (best beschikbare technieken) referentiedocumenten (BREF). Zie voor een uitgebreide toelichting het betreffende onderzoeksrapport. 4.3.2. Uitgangspunten In het geuronderzoek zijn twee scenario’s onderzocht: - de huidige vergunde situatie; - de aangevraagde situatie (het voornemen). De gedetailleerde uitgangspunten (onder andere productie-uren en productiecapaciteit) zijn vermeld in het onderzoeksrapport. 4.3.3. Resultaten In het onderzoek zijn eerst de geuremissies van de inrichting onderzocht. Vervolgens zijn verspreidingsberekeningen uitgevoerd met het Nieuwe Nationaal Model versie Kema Stacks 12.1. De geuremissies vormen de basis van de verspreidingsberekeningen voor respectievelijk de vergunde situatie en de aangevraagde situatie. Na uitbreiding van de productie zou de geurbelasting in beginsel evenredig toenemen met de productie. Door middel van aanvullende geurreducerende maatregelen wordt juist een afname van de geurbelasting bereikt. De maximale geurbelasting van de dichtstbijgelegen aaneengesloten woonbebouwing langs de Halsterseweg is in de vergunde situatie maximaal 1,6 ouE/m 3 als 98-percentiel (ou is een Europese geureenheid) (in dit geval gaat het om de geurconcentratie per kubieke meter bij een 98-percentielwaarde, dit betekent dat gedurende 98 % van de tijd de waarde van 1,6 ouE/m3 niet wordt overschreden). In de aangevraagde situatie verbetert de geurbelasting bij de dichtstbijzijnde aaneengesloten woonbebouwing tot een maximum van 1,3 ouE/m 3 als 98-percentiel. 22 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing In de vergunde situatie is de maximale geurbelasting in de omgeving van LWM 4,1 ouE/m 3 als 98-percentiel. In de aangevraagde situatie is de maximale geurbelasting die in de omgeving van LWM zal optreden gedaald tot 1,9 ouE/m 3 als 98-percentiel. Wat betreft de toekomstige woningbouw binnen het bestemmingsplan Nieuwe Vesting, is geconcludeerd dat het voornemen geen belemmeringen oplevert. Ten eerste omdat de afstand van het bedrijf tot de woonbestemming vanwege de bedrijfsuitbreiding (slechts) circa 30 meter wordt verkleind, ten tweede omdat de berekende geurcontour vanwege het bedrijf juist kleiner wordt na de uitbreiding en ten derde omdat de maximale geurbelasting vanwege het bedrijf daalt na de uitbreiding. 4.3.4. Conclusie Het totale pakket aan geurreducerende maatregelen dat door de initiatiefnemer is genomen en bij de aangevraagde uitbreiding wordt genomen, voldoet aan de Best Beschikbare Technieken (BBT) en gaat zelfs nog verder dan dat. De resterende geurbelasting is na de aangevraagde uitbreiding en na ingebruikname van de aanvullende geurreducerende maatregelen te beschouwen als aanvaardbaar. Er wordt bovendien een afname van de geurbelasting bereikt. 4.4. Luchtkwaliteit In het kader van de aanvraag voor een omgevingsvergunning is onderzoek naar de effecten van het voornemen op luchtkwaliteit1 uitgevoerd (zie bijlage II). 4.4.1. Toetsingskader In de Wet milieubeheer titel 5.2 (‘Wet luchtkwaliteit’) zijn luchtkwaliteiteisen opgenomen voor luchtverontreinigende stoffen in de buitenlucht. In onderhavige situatie zijn, op basis van de emissies, vooral de stoffen stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10) relevant. Het luchtkwaliteitonderzoek beperkt zich dan ook tot deze stoffen. Tabel 4.1. Toetsingskader luchtkwaliteit grenswaarde (ug/m3) ingangsdatum stof criterium NO2 jaargemiddelde concentratie 40 1 januari 2015 * uurgemiddelde concentratie 200 ** 1 januari 2015 *** 40 1 januari 2005 50**** 11 juni 2011 (mag maximaal 18 keer per jaar worden overschreden) PM10 ***** jaargemiddelde concentratie etmaalgemiddelde concentratie (mag maximaal 35 keer per jaar worden overschreden) 3 * Tot die datum geldt een tijdelijke grenswaarde van 60 µg/m . ** Hiervoor geldt als indicatorgrenswaarde: jaargemiddelde concentratie van 82 µg/m . *** Tot die datum geldt een tijdelijke grenswaarde van 300 µg/m . **** Hiervoor geldt als indicatorgrenswaarde: jaargemiddelde concentratie van 31,2 µg/m . ***** Bij de beoordeling van de concentraties PM10 is in geval van grenswaardeoverschrijding een correctie toege- 3 3 3 staan voor zeezout. In dit rapport is niet gecorrigeerd voor zeezout. 1 Witteveen+Bos, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 met referentie BOZ3553/nija4/002 d.d. 29 mei 2013. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 23 De vergunning kan worden verleend indien aannemelijk kan worden gemaakt dat: - de inrichting, al dan niet in combinatie met maatregelen, niet in betekende mate bijdraagt aan de luchtkwaliteit (Wm artikel 5.16.1.c), ofwel dat - de luchtkwaliteit door de inrichting, al dan niet in combinatie met maatregelen, per saldo verbetert of tenminste gelijk blijft (Wm artikel 5.16.1.b.1°), ofwel dat - bij een beperkte verslechtering van de luchtkwaliteit vanwege de inrichting, de luchtkwaliteit in een gebied rondom de inrichting per saldo verbetert (Wm artikel 5.16.1.b.2°). De verbetering en verslechtering zullen beide moeten gelden voor overschrijdingssituaties en dienen te worden betrokken op de concentraties van NO2 en/of PM10, ofwel dat - er geen grenswaarden worden overschreden (Wm artikel 5.16.1.a). 4.4.2. Uitgangspunten Ten gevolge van de voorgenomen activiteiten worden emissies van de stoffen NOx en PM10 verwacht. De diverse verbrandingsinstallaties van LWM (industriële bronnen) emitteren NOx en door het met de inrichting samenhangende wegverkeer wordt NOx en PM10 geëmitteerd. Op basis van het type bron wordt het gehanteerde verspreidingsmodel gekozen. Voor binnenstedelijk wegverkeer is het CARII-model versie 11.0 gehanteerd (mei 2012). Voor de industriële bronnen wordt gebruik gemaakt van het model KEMA Stacks (versie 2012). De totale concentraties in de omgeving van LWM bestaan uit de optelling van: - de achtergrondconcentratie (op basis van de monitoringstool); - de bijdrage van het lokale wegverkeer; - de bijdrage van de bronnen van de inrichting. De jaargemiddelde concentraties worden getoetst aan de grenswaarden zoals weergegeven in tabel 4.1. De relevante jaren zijn 2014, 2015 en 2020. Het jaar 2014 is gehanteerd aangezien in dit jaar de revisievergunning wordt aangevraagd. Het jaar 2015 is relevant aangezien dan de grenswaarden voor NO2 in werking treden. Het jaar 2020 is toegevoegd om een doorkijk te geven naar de toekomstige situatie. 4.4.3. Resultaten NO2 Op de maatgevende locaties wordt voldaan aan de grenswaarden voor de jaargemiddelde concentraties NO2, zie tabel 4.2. Overschrijding van de grenswaarde voor de uurgemiddelde concentratie NO2 wordt op basis van de jaargemiddelde concentraties niet verwacht. Tabel 4.2. Resultaten NO2 jaargemiddelde concentratie NO2 (ug/m3) locatie ID 2170 ID 2182 24 jaar achtergrond bijdrage verkeer bijdrage industrie totaal grenswaarde 2014 21,6 1,7 2,6 25,9 60 2015 20,6 1,7 2,6 24,9 40 2020 17,5 1,7 2,6 21,8 40 2014 23,6 1,7 0,4 25,7 60 2015 22,6 1,7 0,4 24,7 40 2020 18,8 1,7 0,4 20,9 40 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing De maximale bijdrage van de industriële bronnen aan de NO 2 -concentraties in de omgeving is 2,6 µg/m3 als jaargemiddelde. Deze maximale bijdrage treedt op ten noordoosten van LWM. De maximale concentratiebijdragen van het personen- en vrachtverkeer dat van en naar de inrichting rijdt is 1,7 µg NO2/m 3. PM10 Op de maatgevende locaties wordt voldaan aan de grenswaarden voor de jaargemiddelde concentraties PM10, zie tabel 4.3. Overschrijding van de grenswaarde voor de uurgemiddelde concentratie NO2 wordt op basis van de jaargemiddelde concentraties niet verwacht. Tabel 4.3. Resultaten PM10 jaargemiddelde concentratie PM10 (ug/m3) locatie ID 2170 ID 2182 jaar achtergrond bijdrage verkeer totaal grenswaarde 2014 23,8 0,2 24,0 40 2015 22,8 0,2 23,0 40 2020 21,9 0,2 22,1 40 2014 22,9 0,2 23,1 40 2015 21,8 0,2 22,0 40 2020 21,1 0,2 21,3 40 De maximale concentratiebijdragen van het personen- en vrachtverkeer dat van en naar de inrichting rijdt is 0,2 µg PM10/m 3 als jaargemiddelde. 4.4.4. Conclusie Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat op de maatgevende locaties: - wordt voldaan aan de grenswaarde voor de jaargemiddelde concentratie NO2; - wordt voldaan aan de grenswaarde voor het aantal uren met een uurgemiddelde concentratie boven 200 µg NO2/m 3; - wordt voldaan aan de grenswaarde voor de jaargemiddelde concentratie PM10; - wordt voldaan aan de grenswaarde voor het aantal dagen met een etmaalgemiddelde concentratie boven 50 µg PM10/m 3. De voorgenomen activiteit voldoet hiermee aan artikel 5.16, eerste lid, onder a van de Wet milieubeheer. Het thema luchtkwaliteit vormt geen belemmering voor de realisatie van het voornemen. De toekomstige woningbouw binnen het bestemmingsplan Nieuwe Vesting heeft, mede gezien de lage concentratiebijdragen van LWM, geen invloed op deze conclusie. 4.5. Externe veiligheid 4.5.1. Wettelijke kaders en beleid Het transport, het gebruik, de opslag en de productie van gevaarlijke stoffen brengen risico’s met zich mee door de mogelijkheid dat bij een ongeval gevaarlijke lading kan vrijkomen. Het begrip externe veiligheid geeft inzicht in het risico voor omwonenden. Indien risicobronnen aanwezig zijn in de nabijheid van risicogevoelige bestemmingen dient dat meegewogen te worden bij de voorbereiding van ruimtelijke ontwikkelingen, zoals een bestemmingsplan- of Wabo-projectbesluitprocedure. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 25 Het externe veiligheidsbeleid stelt twee doelstellingen centraal: - de bescherming van individuen tegen de kans op verwonding of overlijden ten gevolge van een ongeval (plaatsgebonden risico, PR); - de bescherming van de samenleving tegen het ontwrichtende effect van een ramp met een groter aantal slachtoffers (groepsrisico, GR). Het plaatsgebonden risico is de kans per jaar dat een persoon dodelijk wordt getroffen door een ongeval, indien hij zich permanent en onbeschermd op een bepaalde plaats bevindt. Het groepsrisico is de kans per jaar dat in één keer een groep van een bepaalde grootte dodelijk slachtoffer wordt van een ongeval met gevaarlijke stoffen. 4.5.2. Inventarisatie en toets Lamb Weston/Meijer Lamb Weston/Meijer krijgt in de toekomstige situatie beschikking over een koelsysteem dat bestaat uit drie ammoniakkoelinstallaties en volledig wordt ontworpen conform de richtlijn PGS-13. De ammoniakkoelinstallaties vallen ieder separaat onder de werkingskracht van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). Conform de bijbehorende Regeling externe veiligheid inrichtingen dienen de gevolgen van deze installaties voor de externe veiligheid separaat te worden beoordeeld. Afbeelding 4.1. Een van de ammoniakkoelinstallaties heeft een risicocontour De inhoud van het totale koelsysteem is 7500 kg koelmiddel, en kent de volgende specificaties. Installatie nummer 1 heeft: - een werktemperatuur van -4°C; - een maximale hoeveelheid ammoniak van 2.775 kg; 26 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing - een opstellingsuitvoering 2 conform tabel 6 van de Regeling externe veiligheid inrichtingen (Revi); een vloeistofleiding met een diameter van DN50. Installatie nummer 2 heeft: - een werktemperatuur van -32°C; - een maximale hoeveelheid ammoniak van 4.700 kg; - een opstellingsuitvoering 2 conform tabel 6 van de Regeling externe veiligheid inrichtingen (Revi); - een vloeistofleiding met een diameter van > DN80. Installatie nummer 3 heeft: - een werktemperatuur van -32°C; - een maximale hoeveelheid ammoniak van 7.500 kg; - een opstellingsuitvoering 2 conform tabel 6 van de Regeling externe veiligheid inrichtingen (Revi); - een vloeistofleiding met een diameter van ≤ DN80. De bestaande installatie 1 is een type 2-installatie met een hoeveelheid ammoniak die kleiner is dan 3.500 kg en kent een vloeistofleiding met een diameter ≤ DN80. Daarom geldt voor installatie 1 conform de Regeling externe veiligheid inrichtingen (Revi) geen afstandseisen en/of een aan te houden 10-6-plaatsgebonden risicocontour. De bestaande installatie 3 is een type 2-installatie met een hoeveelheid ammoniak die kleiner is dan 6.000 kg en kent een vloeistofleiding met een diameter ≤ DN80. Daarom geldt voor installatie 3 conform de Regeling externe veiligheid inrichtingen (Revi) een afstandseis en/of een aan te houden 10-6-plaatsgebonden risicocontour van 40 meter vanaf de vloeistofleiding en 45 meter vanaf de machinekamer. Deze afstanden worden gerespecteerd; er bevinden zich binnen deze afstanden geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten. Installatie 2 valt echter buiten de Revi-tabel, omdat de vloeistofleiding naar de verdampers groter is dan DN80. Om het risico van deze installatie te bepalen is er een QRA opgesteld. Zie hiervoor de bijlage 4.06d, TNO-rapport R&I-A R2005/025, maart 2005 die is gevoegd bij de aanvraag omgevingsvergunning. Het RIVM heeft op 22 juli 2005 geadviseerd om ten opzicht van het resultaat van de risicoanalyse een zekerheidsmarge te hanteren en de generieke veiligheidsafstand van 45 meter uit het Revi te hanteren. Met de conclusies uit QRA en het advies van het RIVM heeft de vergunningverlener op 5 november 2010 ingestemd. Verder zijn, voor het bepalen van de te hanteren minimale afstand tot (beperkt) kwetsbare objecten, de volgende uitgangspunten gehanteerd: - bij de bepaling van de veiligheidheidsafstand wordt uitgegaan van de grootste installatie (7.500 kg NH3, werktemperatuur van -32 ºC, leidingdiameter <=DN80); - bij plaatsing van drie installaties in één (bestaande) machinekamer dient er 20 meter extra afstand gerekend wordt tot (beperkt) kwetsbare objecten ten opzichte van de afstand zoals vermeld in Revi bijlage 1, tabel 6. Dit betekent een afstand van 65 meter tot de machinekamer; - bij plaatsing van de grootste (= nieuwe) installatie in een aparte machinekamer volstaat de afstand uit REVI, bijlage 1, tabel 6. Dit is in dit geval 45 meter; - voor vloeistofleidingen die door de buitenlucht lopen geld in dit geval (DN>50 en DN<=80) een minimale afstand van 40 meter. Daar er binnen 65 meter van de machinekamer mogelijk sprake is van (beperkt) kwetsbare objecten heeft Lamb Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 27 Weston/Meijer besloten de nieuwe koelinstallatie in een volledig separate machinekamer te plaatsen. Daarmee kan de minimale afstand van 45 meter gehanteerd worden. Deze afstand leidt niet tot een overlap met kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten, een daarmee een overschrijding van de grenswaarde van het plaatsgebonden risico. Een overzichtstekening veiligheid is opgenomen in afbeelding 4.1. Conform de Regeling externe veiligheid inrichtingen is er geen sprake van een invloedsgebied voor de berekening van het groepsrisico rondom ammoniakkoelinstallaties. Derhalve kan en hoeft geen inzicht te worden gegeven in de gevolgen van de uitbreiding van de productielocatie Bergen op Zoom voor de omvang van het groepsrisico. Risicobronnen in de omgeving In de omgeving van Lamb Weston/Meijer bevinden zich de volgende andere risicobronnen voor de externe veiligheid (zie afbeelding 4.2): 1. Sabic aan de Plasticslaan 1 in Bergen op Zoom; 2. Crealis Nederland BV aan de Van Konijnenburgweg 84 in Bergen op Zoom; 3. Nuplex Resins aan de Synthesebaan 1 in Bergen op Zoom; 4. Mevapex Logistics aan de Blankenweg 11 in Bergen op Zoom (Markiezaats Container Terminal); 5. Gasleiding Z-526-10-KR-002; 6. Obot BV aan de Van Konijnenburgweg 40; 7. Akkermans Techniek aan de Lelyweg 50; 8. Pico Bello aan de Halsterweg 318; 9. transport van gevaarlijke stoffen over de weg. Afbeelding 4.2. Risicobronnen in de omgeving van Lamb Weston/Meijer Plaatsgebonden risico De 10-6-plaatsgebonden risicocontouren van deze bedrijven, buisleidingen en wegen overlappen niet met de planlocatie voor de voorgenomen uitbreiding, waardoor geen sprake van een overschrijding van de grenswaarde van het plaatsgebonden risico (zie tabel 4.4). 28 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing Groepsrisico De productielocatie Bergen op Zoom ligt binnen de invloedsgebieden van enkele in tabel 4.4 genoemde risicobronnen. Als gevolg hiervan staan de werknemers van Lamb Weston/Meijer onder invloed van een groepsrisico, dat overigens geldt voor alle werknemers van industrieterrein Theodorushaven. Het groepsrisico van de relevante inrichtingen ligt in alle gevallen ruim onder de oriënterende waarde voor het groepsrisico. Het hoogste groepsrisico wordt veroorzaakt door Nuplex en bedraagt 0,2 maal de oriënterende waarde. In alle andere gevallen bedraagt het groepsrisico minder dan 0,1 maal de oriënterende waarde. Omdat het voornemen niet leidt tot een significante toename van de bevolking in het plangebied, is geconcludeerd dat er geen toename is van het groepsrisico als gevolg van het voornemen. Omdat het plangebied is gelegen binnen het invloedsgebied van zogenaamde Beviinrichtingen, dient bij het nemen van een ruimtelijk besluit zoals een Wabo-projectbesluit, op grond van het Bevi, een verantwoording van het groepsrisico te worden afgelegd door de gemeente. Tabel 4.4. Productielocatie Bergen op Zoom ligt binnen enkele invloedsgebieden risicobron Sabic (was GEP) afstand tot Lamb afstand LWM tot Weston/Meijer (m) 10 -PR-contour (m) -6 overlap omvang overlap PR? invloedsgebied (m) GR? 1.450 980 nee 8.705 Crealis 940 800 nee > 942 ja Nuplex 350 100 nee 2.105 ja Mevapex 670 490 nee 3.260 ja 2 0 nee 100 ja Z-526-01-KR-022 ja Obot 260 90 nee 94 nee Akkermans 120 100 nee n.v.t. nee Pico Bello 400 370 nee 150 nee 2 0 nee 200 ja transport van gevaarlijke stoffen (Randweg Zuid, Vierlinghweg) Transport van gevaarlijke stoffen over de weg vindt plaats binnen een afstand van 200 meter tot de inrichting. De route voor gevaarlijke stoffen loopt vanaf de A4 naar het industrieterrein Theodorushaven. De aanvoerroute en hoofdroute loopt via de Randweg Noord naar de Lelyweg. Over de Randweg West vindt ook transport van gevaarlijke stoffen plaats, maar de intensiteiten hiervan zijn beduidend lager dan de intensiteiten op de Randweg Noord. Voor de randwegen zijn in het kader van eerdere bestemmingsplannen risicoberekeningen uitgevoerd. Hieruit blijkt dat het groepsrisico minder dan 0,1 maal de oriënterende waarde bedraagt. Omdat het voornemen niet leidt tot een significante toename van de bevolking in het plangebied, is geconcludeerd dat er geen toename is van het groepsrisico als gevolg van het voornemen. Omdat er geen toename is van het groepsrisico en het groepsrisico minder dan 0,1 maal de oriënterende waarde bedraagt, is, op grond van de Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen, verantwoording van het groepsrisico, vanwege het transport van gevaarlijke stoffen over de weg, niet aan de orde. In de nabijheid van het plangebied is een hogedruk aardgasleiding gelegen. Het plangebied is gelegen binnen het invloedsgebied van deze leiding. Voor diverse buisleidingen in de omgeving van de haven is in het verleden een kwantitatieve risicoanalyse uitgevoerd. Uit deze analyse blijkt dat het groepsrisico vanwege de aardgas- Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 29 leiding ruim onder 0,1 maal de oriënterende waarde ligt. Omdat het voornemen niet leidt tot een significante toename van de bevolking in het plangebied, is geconcludeerd dat er geen toename is van het groepsrisico als gevolg van het voornemen. Omdat er geen toename is van het groepsrisico en het groepsrisico minder dan 0,1 maal de oriënterende waarde bedraagt, is verantwoording van het groepsrisico, vanwege aanwezige buisleidingen, op grond van het Besluit externe veiligheid buisleidingen, niet aan de orde. Door de uitbreiding van de productielocatie van Lamb Weston/Meijer neemt het groepsrisico per saldo af. Dit is een rechtstreeks gevolg van het feit dat de personendichtheid op het perceel van Lamb Weston/Meijer daalt (zie ook tabel 4.5): - tussen 2002 en 2013 daalde het aantal werknemers van Lamb Weston/Meijer op de productielocatie Bergen op Zoom van 170 naar 145 medewerkers; - het aantal medewerkers neemt na de voorgenomen capaciteitsuitbreiding slechts in zeer beperkte mate toe, doordat de ploegendiensten uitbreiden van 35 tot circa 40 tot 45 personen per dagdeel. Het aantal kantoormedewerkers blijft gelijk; - Lamb Weston/Meijer breidt uit op een deel van het perceel waarop tot 2003 een grootschalig bedrijfspand gevestigd was van Mevapex. In dit pand werkten tot op het laatst 39 personen. Het door Lamb Weston/Meijer te verwerven perceel beslaat ongeveer 1/3 van het voormalige Mevapex-terrein en representeert daarom ongeveer 10 tot 15 personen; - de nieuwbouw van Lamb Weston/Meijer leidt er daarom toe dat de personendichtheid op dit perceel de personendichtheid van het voormalige Mevapex vervangt. Per saldo neemt de gemiddelde personendichtheid op de percelen van Lamb Weston/Meijer daarom af. Tabel 4.5. Vergelijking personendichtheid huidige en toekomstige situatie 4.5.3. huidige situatie toekomstige situatie LWM: ploegendiensten van 35 personen LWM: ploegendiensten van 45 personen LWM: circa 20 kantoormedewerkers LWM: circa 20 kantoormedewerkers Mevapex: 15 medewerkers Mevapex: - totaal: 70 personen totaal: 65 personen Conclusie De uitbreiding van productielocatie Bergen op Zoom leidt niet tot een overschrijding van de grenswaarde van het plaatsgebonden risico. Daarnaast is er geen sprake van een invloedsgebied voor de berekening van het groepsrisico rondom ammoniakkoelinstallaties. Door de uitbreiding van de productielocatie neemt het groepsrisico niet toe. De redenen hiervoor zijn dat: - het aantal personen dat zich in de inrichting bevindt door de voorgenomen capaciteitsuitbreiding per saldo afneemt; - de productielocatie uitbreidt op een thans braakliggend perceel, waarop tot voor kort eveneens een grootschalig bedrijfspand gevestigd was. Omdat het plangebied is gelegen binnen het invloedsgebied van zogenaamde Beviinrichtingen, dient bij het vaststellen van het nemen van een Wabo-projectbesluit, op grond van het Bevi, een verantwoording van het groepsrisico te worden afgelegd door de gemeente. 30 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 4.6. Geluid 4.6.1. Wettelijke kaders LWM ligt op het volgens de Wet geluidhinder gezoneerde industrieterrein Theodorushaven. De geluidbelasting van alle bedrijven op het gezoneerde industrieterrein samen mag op een vastgestelde afstand de norm van 50 dB(A) niet overschrijden. De vigerende (milieu)vergunning is afgegeven door de gemeente Bergen op Zoom op 31 oktober 2000. Voor geluid zijn hierin specifieke voorschriften opgenomen. Toetsing aan de genoemde voorschriften moet geschieden overeenkomstig de Handleiding meten en rekenen industrielawaai (VROM, 1999). 4.6.2. Werkwijze Zonetoets Door de zonebeheerder (Omgevingsdienst Midden en West Brabant) is in het kader van het vooroverleg over de uitbreiding van LWM een tussentijdse zonetoets uitgevoerd. Door middel van de zonetoets is door Lamb Weston/Meijer (LWM) met de zonebeheerder afgestemd over de akoestische inpasbaarheid van het voornemen. Het rekenmodel wat ten grondslag ligt aan het akoestisch onderzoek ten behoeve van de vergunningaanvraag, is door de omgevingsdienst in het zonebewakingsmodel van industrieterrein Theodorushaven gevoegd. Hierbij is de geluidbelasting vanwege alle bedrijven op het industrieterrein in de huidige situatie vergeleken met de geluidbelasting vanwege alle bedrijven op het industrieterrein, inclusief de door LWM aangevraagde geluidsruimte. Uit deze berekening blijkt dat de geluidbelasting vanwege het voornemen op enkele zonebewakingspunten met ten hoogste 0,3 dB toeneemt en ter plaatse van enkele MTG- en woningpunten met ten hoogste 0,2 dB respectievelijk 1,3 dB toeneemt (MTG staat voor maximaal toelaatbare of toegestane geluidbelasting). De grenswaarden voor de zonebewakingspunten, de woningen en de MTG-punten worden niet overschreden als gevolg van het voornemen en de nieuwe geluidruimte. De omgevingsdienst concludeert hieruit dat het voornemen inpasbaar is binnen de geluidzonde van het industrieterrein. De gemeente heeft het ontwerp bestemmingsplan Nieuwe Vesting in procedure gebracht. Het plangebied van dit bestemmingsplan is gelegen binnen de zone van het industrieterrein. De geluidbelasting vanwege de voorgenomen uitbreiding van LWM op de voorgenomen ontwikkelingen binnen het ontwerp bestemmingsplan Nieuwe Vesting is onderzocht. Hieruit blijkt dat de voorgenomen ontwikkelingen akoestisch inpasbaar zijn. De zonetoets door de omgevingsdienst is opgenomen in bijlage III van deze ruimtelijke onderbouwing. Akoestisch onderzoek Om de geluidbelasting op de omgeving te kunnen bepalen is een akoestisch overdrachtsmodel opgesteld conform de ‘Handleiding meten en rekenen industrielawaai’. 4.6.3. Rekenresultaten In tabel 4.6 zijn de rekenresultaten gegeven voor de langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus op de vergunningspunten A tot en met D. De waarden zijn vergeleken met de waarden in de vigerende vergunning. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 31 Tabel 4.6. Equivalente geluidsbelasting op de vergunningspunten in dB(A) dagperiode immissiepunt avondperiode nachtperiode berekend vergund berekend vergund berekend vergund A (woning) 44 45 44 45 44 44 B 50 52 49 52 49 52 C 67 63 60 63 58 62 D 51 51 51 51 49 51 Uit tabel 4.6 volgt dat de geluidsbelasting in de dagperiode op één punt de vergunde waarden overschrijdt. Deze overschrijding wordt veroorzaakt doordat in de nieuwe situatie het transport op korte afstand van dit punt plaatsvindt. De langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus zijn tenminste gelijk of lager dan de geluidniveaus die bij de zonetoets inpasbaar werden geacht door de zonebeheerder. In tabel 4.7 zijn de rekenresultaten gegeven voor de maximale geluidniveaus op de vergunningspunten A tot en met D. De waarden zijn vergeleken met de waarden in de vergunning. Tabel 4.7. Maximale geluidsniveaus op de vergunningspunten in dB(A) dagperiode immissiepunt A (woning) 1 avondperiode nachtperiode 49 49 49 B 1 55 55 55 C 2 75 75 75 D 2 66 66 66 De waarden uit de vigerende vergunning worden ter plaatse van de immissiepunten C en D overschreden. Ter hoogte van de woning (immissiepunt A) wordt ruimschoots voldaan aan de streefwaarde van maximaal 10 dB boven de equivalente geluidsbelasting. Het project past binnen de vastgestelde geluidruimte van het gezoneerde industrieterrein. Er is vanwege het project geen aanleiding om de bestaande zone te wijzigen. De zone reikt niet over de toekomstige woongebieden binnen het bestemmingsplan Nieuwe Vesting. Beide projecten vormen daarmee geen belemmering voor elkaar. 4.6.4. Conclusies Uit de resultaten van dit onderzoek volgt dat ter plaatse van één immissiepunt niet voldaan kan worden aan de vigerende geluidvoorschriften voor het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau in de dagperiode. Ter plaatse van twee immissiepunten kan in de dag- avond en nachtperiode niet voldaan worden aan de vigerende voorschriften voor de maximale geluidniveaus. Gezien de resultaten van de zonetoets en de bovenstaande rekenresultaten, is de situatie naar verwachting inpasbaar. In het kader van de voorschriftstelling in de vergunning is geadviseerd twee voorschriften te wijzigen. 1 Maximale geluidniveaus worden bepaald door stationaire bronnen (equivalente geluidbelasting en 5dB). 2 Maximale geluidniveaus worden bepaald door overslaghandelingen. 32 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 4.7. Bodem De voorgenomen uitbreiding van Lamb Weston/Meijer vindt plaats op twee percelen: - de locatie Vierlinghweg 25. Op dit perceel was tot voor kort een transportbedrijf gevestigd. Dit bedrijf is vertrokken, en de gebouwen zijn gesloopt; - de op te heffen Theodorusweg. Uitsluitend voor het perceel Vierlinghweg 25 zijn bodemonderzoeken beschikbaar. Volgens het landelijke bodemdocumentatiesysteem Bodemloket is het gehele perceel gesaneerd, nadat hier na uitplaatsing van het transportbedrijf ernstige verontreinigingen werden aangetroffen. De sanering is inmiddels voltooid. Dit betekent dat ten behoeve van de uitbreiding van Lamb Weston/Meijer geen bodemonderzoek meer hoeft plaats te vinden, en dat de kwaliteit van de bodem geschikt is voor het beoogde gebruik (Wet bodembescherming). Ten aanzien van de op te heffen Theodorusweg is momenteel geen bodeminformatie beschikbaar. Gezien het feit dat dit perceel meteen naast het gesaneerde perceel Vierlinghweg 25 ligt, is het niet ondenkbaar dat zich hier bodemverontreinigingen bevinden. De huidige eigenaar van deze grond, de gemeente Bergen op Zoom, heeft met Lamb Weston/Meijer afgesproken dat het perceel geschikt voor de beoogde nieuwe bestemming (industrie) wordt overgedragen. Concreet betekent dit dat meteen na verkoop door de gemeente Bergen op Zoom een bodemonderzoek zal worden uitgevoerd. Mocht uit het onderzoek blijken dat er een saneringsplicht is, dan zal de gemeente deze plicht op zich nemen. Hierbij wordt uitgegaan van de terugsaneerwaarden gebaseerd op de bodemkwaliteitskaart en bodembeheernota van de gemeente. Deze verplichting is door de gemeente Bergen op Zoom en Lamb Weston/Meijer opgenomen in het concept koopcontract en zal ook in het definitieve koopcontract opgenomen worden. Daarmee kan worden geconcludeerd dat de voorgenomen inpassing van de uit te breiden plant van Lamb Weston/Meijer niet leidt tot strijdigheid met de Wet bodembescherming. Daarmee is het project planologisch haalbaar. 4.8. Water 4.8.1. Beleidskader Beleid waterschap Brabantse Delta Het waterschap Brabantse Delta is verantwoordelijk voor het waterbeheer in de gemeente. Het gaat dan om de waterkwantiteit en -kwaliteitsbeheer, de waterkeringzorg, waterzuivering, het grondwaterbeheer, het waterbodembeheer en vaak ook het scheepvaartbeheer. Het waterschap heeft de grondslag van haar beleid opgenomen in het waterbeheersplan 2010-2015, wat is afgestemd op Europees, nationaal en provinciaal beleid. Speerpunten uit het waterbeheerplan zijn veiligheid, droge voeten, voldoende water, gezonde natuur, schoon water, genieten van water en het waterschap als calamiteitenorganisatie. Het waterschap heeft in een toetsingskader RO ‘De ruimte blauw geordend’ aangegeven wat de ruimtelijke consequenties zijn van het waterbeleid. Daarnaast heeft het waterschap waar nodig nog toegespitst beleid en beleidsregels op de verschillende thema’s/speerpunten uit het waterbeheersplan en heeft het waterschap een eigen verordening: de Keur en de legger. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 33 De Keur bevat gebods- en verbodsbepalingen met betrekking tot ingrepen die consequenties hebben voor de waterhuishouding en het waterbeheer. De legger geeft aan waar de waterstaatswerken liggen, aan welke afmetingen en eisen die moeten voldoen en wie onderhoudsplichtig is. Veelal is voor deze ingrepen een watervergunning van het waterschap benodigd. De Keur is onder andere te raadplegen via de site van waterschap Brabantse Delta. Het waterschap hanteert bij nieuwe ontwikkelingen het principe van waterneutraal bouwen, waarbij gestreefd wordt naar het behoud of herstel van de ‘natuurlijke’ waterhuishoudkundige situatie. Vanwege dit principe wordt bij uitbreiding van verhard oppervlak voor de omgang met hemelwater uitgegaan van de voorkeursvolgorde infiltreren, bergen, afvoeren. De technische eisen en uitgangspunten voor het ontwerp van watersystemen zijn opgenomen in de ‘beleidsregel hydraulische randvoorwaarden 2009’. Watertoets De watertoets is verplicht bij alle plannen voor landelijk en stedelijk gebied. De gemeente doorloopt met het waterschap het watertoetsproces, dat bestaat uit advisering, toetsing en goedkeuring door het waterschap. Het doel van de watertoets is waarborgen dat de waterhuishoudkundige doelstellingen expliciet en op evenwichtige wijze in beschouwing worden genomen bij alle waterhuishoudkundig relevante ruimtelijke plannen en besluiten van Rijk, provincies en gemeenten. Ruimtelijke plannen moeten voorzien zijn van een waterparagraaf. Hiervoor moet het proces van de watertoets worden doorlopen. Het waterschap kijkt of in een plan voldoende rekening is gehouden met de waterhuishouding ter plaatse en geeft een wateradvies. Het watertoetsproces is een belangrijk instrument om het waterbelang in ruimtelijke plannen en besluiten te waarborgen. Het gaat daarbij om alle waterhuishoudkundige aspecten, waaronder veiligheid, wateroverlast, watertekort, waterkwaliteit en verdroging, en om alle wateren: rijkswateren, regionale wateren en grondwater. Het is niet een toets achteraf, maar een proces dat de initiatiefnemer van een ruimtelijk plan en de waterbeheerder tot elkaar brengt. 4.8.2. Huidige situatie Verharding Het plangebied bestaat uit twee delen: - de Theodorusweg; - het terrein tussen de Vierlinghweg en de Theodorusweg. Het terrein tussen de Vierlinghweg en de Theodorusweg is tijdelijk onverhard, in de periode na de sloop van de bestaande gebouwen en de bouw van het nieuwe complex. Uitgangspunt van deze waterparagraaf is dat het plangebied in de huidige situatie volledig verhard is, zie ook onderstaande afbeelding 4.3. 34 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing Afbeelding 4.3. Luchtfoto plangebied Bron: www.google.com. Watersysteem Er is in de huidige situatie geen sprake van onttrekking van grondwater of onttrekking van oppervlaktewater. Afvalwater wordt in de huidige situatie gezuiverd in de afvalwaterzuiveringsinstallatie op het bestaande terrein. Het gezuiverde water wordt geloosd op de gemeentelijke riolering. Hemelwater wordt in de huidige situatie deels direct afgevoerd naar het oppervlaktewater in de aangrenzende haven. Deels gaat het hemelwater direct naar het gemeentelijke riool (zoals water van parkeerplaatsen). Vervuild hemelwater wordt gezuiverd in de afvalwaterzuiveringsinstallatie op het terrein en vervolgens geloosd op de gemeentelijke riolering. Waterbelangen In de volgende afbeelding is een uitsnede opgenomen uit de ‘Watertoets viewer’ van het waterschap Brabantse Delta. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 35 Afbeelding 4.4. Uitsnede Watertoets viewer De Watertoets viewer geeft inzicht in de waterbelangen die in een plangebied spelen. Op basis van bovenstaande afbeelding is duidelijk dat er in het plangebied geen watergerelateerde functies of beschermingsregimes aanwezig zijn. 4.8.3. Toekomstige situatie Verharding Op basis van artikel 4.9 van de Keur van het Waterschap Brabantse Delta is een vergunning noodzakelijk voor het brengen van water in oppervlaktewaterlichamen van hemelwater dat afkomstig is van verhard oppervlak van 2.000 m 2 of meer. In de vergunning kan worden opgenomen dat een bufferende voorziening (retentie) vereist is. Gebaseerd op bovenstaande informatie over de huidige situatie, wordt het verharde oppervlak niet vergroot en is een watervergunning om die reden niet nodig. Watersysteem In de toekomstige situatie wordt het watersysteem uitgebreid en neemt het waterverbruik toe. De volgende wijzigingen treden op: - de drinkwaterinname verhoogd van 100 m 3/uur naar 200 m 3/uur; - hetzelfde geldt voor de afvoer van afvalwater; - er worden nieuwe koppelingen gemaakt met het gemeentelijke riool. Waterbelangen Er zijn in het plangebied geen specifieke waterbelangen aanwezig (zoals beschermingsgebieden of waterkeringen) waarmee rekening dient te worden gehouden. 36 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 4.8.4. Conclusie Op basis van bovenstaande informatie is er geen watervergunning noodzakelijk, hoofdzakelijk om de volgende redenen: - de oppervlakte van de verharding neemt niet toe; - er wordt geen grond- of oppervlaktewater onttrokken; - alleen hemelwater wordt direct geloosd op oppervlaktewater; - er geen aanpassingen plaatsvinden aan het watersysteem, anders dan nieuwe koppelingen met het gemeentelijke riool; - er spelen geen waterbelangen in het plangebied. Hieruit volgt dat aan de voorwaarden voor het succesvol doorlopen van de watertoets voldaan kan worden. 4.9. Cultuurhistorie en archeologie Bij ruimtelijke ontwikkelingen dient rekening te worden gehouden met het thema cultuurhistorie. Cultuurhistorie bestaat uit drie aspecten: - historische geografische waarden, zoals landschappelijke kenmerken, verkaveling en dijken; - historische stedenbouwkundige waarden, waaronder monumenten en stedenbouwkundige patronen en kwaliteiten; - archeologie ofwel de ondergrondse cultuurhistorie. Het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) schrijft voor dat in ruimtelijke plannen een inventarisatie van cultuurhistorie moet plaatsvinden. Ook moet er een gedegen afweging plaatsvinden indien cultuurhistorie mogelijk wordt geraakt in de plannen. Op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is voor het aantasten van monumenten (zowel gebouwen, landschappelijke elementen en archeologie) een vergunning nodig. In het plangebied zijn geen monumenten aanwezig. Er zijn verder geen specifieke cultuurhistorische waarden aanwezig. Op basis van de informatie van de provincie NoordBrabant zijn er in het plangebied ook geen archeologische waarden, archeologische monumenten, archeologische verwachtingswaarden of aardkundige waarden in het plangebied. Zie ook de volgende afbeelding. Nader onderzoek naar archeologische waarden is op basis van deze informatie niet nodig. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 37 Afbeelding 4.5. Uitsnede aardkundige waardenkaart Noord-Brabant 4.10. Natuur Tijdens de voorbereiding van ruimtelijke plannen dient de initiatiefnemer inzicht te geven in de gevolgen die zijn plan heeft voor de natuur. Achtereenvolgens is hieronder nader ingegaan op het volgende: - effecten op Ecologische Hoofdstructuur (EHS); - effecten op Natura 2000-gebieden; - effecten op flora en fauna; - beheersmaatregelen. 4.10.1. Ecologische hoofdstructuur (EHS) De ecologische hoofdstructuur (EHS) is een netwerk van natuurgebieden en verbindingszones. De regels rondom bescherming van de EHS zijn beschreven in de provinciale verordening ruimte van 2012. Hieronder is kort ingegaan op de potentiële effecten van het voornemen op de EHS en is het voornemen getoetst aan de regels in de verordening van de provincie Noord-Brabant. Binnen Bergen op Zoom zijn enkele EHS gebieden aanwezig (zie afbeeldingen 4.6 en 4.7). 38 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing Afbeelding 4.6. Beheertypen EHS provincie Noord-Brabant Afbeelding 4.7. Ambitiekaart EHS provincie Noord-Brabant Het voornemen is niet gelegen binnen de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Conform de provinciale verordening ruimte, artikel 4.2, lid 4, geldt echter ook dat de effecten van een bestemmingsplan buiten de EHS moeten worden beoordeeld: ‘een bestemmingsplan dat is gelegen buiten de ecologische hoofdstructuur en dat leidt tot een aantasting van de ecologische waarden en kenmerken van de ecologische hoofdstructuur, strekt ertoe dat de negatieve effecten waar mogelijk worden beperkt en de overblijvende, negatieve effecten worden gecompenseerd waarbij wordt voldaan aan de regels inzake het compenseren van verlies van ecologische waarden en kenmerken bedoeld in artikel 4.11’. Artikel 4.11 beschrijft in dat kader de regels inzake een compensatieplan. In artikel 4.12 staat dat ‘door compensatie mag geen netto verlies ontstaan aan ecologische waarden en kenmerken van het desbetreffende gebied in termen van areaal, kwaliteit en samenhang.’ Er dient daarmee gekeken te worden naar effecten die invloed kunnen hebben op de kwaliteit van EHS, naast (ruimtelijke) effecten op areaal en samenhang. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 39 De negatieve effecten van het voornemen op de kwaliteit van de EHS zijn mede afhankelijk van de waarden en kenmerken van de EHS-gebieden en de afstand van het plangebied tot de EHS (in dit geval circa 1 tot 2 km). Negatieve effecten als gevolg van geluid of licht kunnen, gezien de afstand tot de EHS-gebieden, worden uitgesloten. De uitstoot van schadelijke stoffen door Lamb Weston/Meijer heeft een negatief effect op nabijgelegen, stikstofgevoelige EHS-gebieden, die eveneens Natura 2000-gebieden zijn. 4.10.2. Natura 2000-gebieden De Natuurbeschermingswet (Nbwet) biedt de juridische basis voor de aanwijzing van te beschermen gebieden en landschapsgezichten, vergunningverlening, schadevergoeding, toezicht en beroep. De Nbwet heeft als doel het beschermen en in stand houden van bijzondere natuurgebieden. De gebiedsbescherming is geïmplementeerd in de Nbwet voor wat betreft Natura 2000-gebieden en Beschermde Natuurmonumenten. Nederland past een vergunningstelsel toe bij de bescherming van Natura 2000-gebieden. De provincie is bevoegd gezag voor de vergunningverlening in het kader van de Nbwet. Projecten of andere handelingen, die gelet op de instandhoudingdoelen van Natura 2000-gebieden, verslechterende of significant verstorende gevolgen hebben op de beschermde natuur in een Natura 2000-gebied, zijn vergunningplichtig volgens artikel 19d, lid 1 van de Nbwet. In de omgeving van Bergen op Zoom zijn enkele Natura 2000-gebieden aanwezig, zie onderstaande afbeelding. Afbeelding 4.8. Overzicht Natura 2000-gebieden De Natura 2000-gebieden in de omgeving van Bergen op Zoom overlappen voor een belangrijk deel de EHS-gebieden. De afstand van het plangebied tot de Natura 2000gebieden is circa 1,5 tot 2 km. Opnieuw geldt dat negatieve effecten als gevolg van geluid of licht, gezien de afstand tot de Natura 2000-gebieden, kunnen worden uitgesloten. 40 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing De uitstoot van schadelijke stoffen door Lamb Weston/Meijer heeft een negatief effect op nabijgelegen, stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden. Daarom wordt in het kader van het voornemen een Natuurbeschermingswetvergunning aangevraagd. 4.10.3. Flora en fauna Vanuit de Flora- en Faunawet is een initiatiefnemer van ruimtelijke ingrepen of functiewijzigingen verplicht om op de hoogte te zijn van mogelijk voorkomende beschermde natuurwaarden binnen het plangebied. Het doel van de Flora- en Faunawet is het in stand houden van de inheemse flora en fauna. Door, voorafgaand aan ruimtelijke ingrepen, stil te staan bij aanwezige natuurwaarden, kan schade aan beschermde soorten worden voorkomen of beperkt. Indien schade niet te voorkomen is, is een ontheffing ex artikel 75 van de Flora- en Faunawet noodzakelijk. Het voornemen is gelegen binnen een bestaand industriegebied. Het plangebied is in de huidige situatie geheel versteend en gedeeltelijk in gebruik als opslag voor bouwmaterialen. Hieruit volgt dat geen sprake is van een structurele aanwezigheid van beschermde soorten. De voorgenomen uitbreiding van de productielocatie Bergen op Zoom leidt niet tot een overtreding van de verbodsbepalingen van de Flora- en Faunawet. 4.10.4. Conclusie De voorgenomen uitbreiding van de productielocatie Bergen op Zoom leidt niet tot een overtreding van de verbodsbepalingen van de Flora- en Faunawet. De uitstoot van schadelijke stoffen door Lamb Weston/Meijer heeft een negatief effect op nabijgelegen, stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden. Daarom wordt in het kader van het voornemen een Natuurbeschermingswetvergunning aangevraagd. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 41 42 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 5. MAATSCHAPPELIJKE EN ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID 5.1. Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft de manier waarop de initiatiefnemer en de gemeente Bergen op Zoom de maatschappelijke en economische uitvoerbaarheid van de voorgenomen functiewijziging borgen. 5.2. Economische uitvoerbaarheid De economische uitvoerbaarheid wordt door de initiatiefnemer gewaarborgd. 5.3. Maatschappelijke uitvoerbaarheid Ten behoeve van de planologische inpassing van het project wordt bij gemeente Bergen op Zoom een omgevingsvergunning op grond van artikel 2.12 eerste lid onderdeel a, sub 3º van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) voor de activiteit bouwen in combinatie met handelen in strijd met de regels voor ruimtelijke ordening en de activiteit milieu aangevraagd. Voorliggende ruimtelijke onderbouwing dient ter onderbouwing van deze aanvraag. De ontwerp omgevingsvergunning zal zes weken ter inzage worden gelegd voor zienswijzen. Mogelijk geven deze zienswijzen aanleiding tot wijzigingen in het plan of de omgevingsvergunning. Na eventuele wijzigingen wordt de omgevingsvergunning door het college van burgemeester en wethouders verleend. Hierna staat de vergunning zes weken open voor bezwaar.. Wanneer geen bezwaar wordt ingediend, is het plan na deze periode onherroepelijk. Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing 43 44 Witteveen+Bos, BOZ35-50/13.001.130 definitief 03 d.d. 13 december 2013, Uitbreiding productielocatie Bergen op Zoom ruimtelijke onderbouwing BIJLAGE I ONDERZOEK GEUR Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-50/13.001.130 d.d. 13 december 2013 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-50/13.001.130 d.d. 13 december 2013 Lamb Weston/Meijer v.o.f. Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 INHOUDSOPGAVE blz. 1. INLEIDING 1 2. TOETSINGSKADER 2.1. Rijksbeleid en lokaal geurbeleid 2.2. Bijzondere regeling aardappelverwerkende industrie 2.3. Hindersystematiek 2.4. Resultaat BREF Food, Drink and Milk Industries 3 3 3 4 5 3. GEUREMISSIE EN GEURVERSPREIDING 3.1. Scenario’s 3.2. Geuremissies 3.2.1. Vergunde situatie 3.2.2. Aangevraagde situatie 3.3. Verspreidingsberekeningen 3.3.1. Invoergegevens verspreidingsberekeningen 3.3.2. Geurbelasting en hedonische waarden 3.3.3. Resultaten verspreidingsberekeningen 9 9 9 9 10 11 11 11 12 4. GEURREDUCERENDE MAATREGELEN (BBT) 4.1. Reeds genomen geurreducerende maatregelen 4.2. Aanvullende geurreducerende maatregelen 4.3. Evaluatie 13 13 13 14 5. CONCLUSIES 15 6. REFERENTIES 17 laatste bladzijde 17 BIJLAGEN I Scenariofiles verspreidingsberekeningen II Geurcontouren III Overzicht afgasstromen aangevraagde situatie aantal blz. 6 3 1 1. INLEIDING Lamb Weston/Meijer v.o.f. (verder: LWM) heeft plannen om de productie uit te breiden op de locatie te Bergen op Zoom. De beoogde uitbreiding zou effect kunnen hebben op de geuremissie en ook op de geurbelasting van de omgeving. In het vooroverleg met de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (verder: OMWB) heeft de OMWB aangegeven dat de geurbelasting bij een eventuele uitbreiding van de productie binnen de nu vergunde geurcontouren moet blijven. Dit betekent dat de toename van de geuremissie door de uitbreiding zal worden gecompenseerd met aanvullende geurreducerende maatregelen. De uitbreidingsplannen die de basis vormen van het voorliggende geuronderzoek worden als volgt kort omschreven (zie ook de vergunningaanvraag WABO bijlage: B200c): - realisatie van een tweede lijn voor gebakken aardappelproducten, waardoor de totale hoeveelheid gebakken aardappelproducten met 70 % toeneemt; - de vlokkenlijn wordt in capaciteit uitgebreid van 1 ton/h naar 3 ton/h; - de mogelijkheid om 100 % van de tijd gebatterd product (spicy wedges) te kunnen produceren blijft gehandhaafd; - het totale aardappelverbruik door de uitbreidingen van zowel gebakken product als vlokken wordt hiermee verdubbeld naar circa 500.000 ton per jaar. In dit geuronderzoek, dat als bijlage bij de aanvraag omgevingsvergunning is gevoegd, worden de effecten op de geurbelasting van de omgeving inzichtelijk gemaakt. In hoofdstuk 2 wordt het toetsingskader beschreven dat van belang is bij de beoordeling van de geursituatie rond LWM. In hoofdstuk 3 worden de geuremissies gekwantificeerd en wordt de geurbelasting van de omgeving in kaart gebracht. Hoofdstuk 4 bevat een overzicht en een evaluatie van geurreducerende maatregelen. De conclusies zijn beschreven in hoofdstuk 5. Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 1 2 Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 2. TOETSINGSKADER 2.1. Rijksbeleid en lokaal geurbeleid De gemeente Bergen op Zoom heeft geen eigen lokaal geurbeleid vastgelegd. Voor de situatie rond LWM is daarom alleen het Rijksbeleid van toepassing. Het Rijksbeleid inzake geur is vastgelegd in een brief van de minister van Volkshuisvestiging, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (d.d. 30 juni 1995, kenmerk LE/LV/AJS95.16B), die integraal is overgenomen in de NeR [ref. 2.]. Als algemeen uitgangspunt wordt sindsdien gehanteerd het voorkomen van (nieuwe) hinder. Als er geen hinder is, zijn maatregelen om emissies te voorkomen niet nodig. De mate van hinder kan onder andere worden bepaald via een klachtenregistratie of een Telefonisch Leefsituatie Onderzoek (TLO). Als er wel sprake is van hinder, geldt dat de uitworp van geur dient te worden voorkomen, dan wel zoveel als redelijkerwijs mogelijk te worden beperkt (zie NeR). De mate van hinder die aanvaardbaar is, wordt vastgesteld door het bevoegd bestuursorgaan. Daarbij wordt het effect van mogelijke hinderbestrijdingsmaatregelen afgewogen tegen de mate van resulterende resthinder en de aan de maatregelen verbonden kosten. Deze methode staat tevens beschreven in de ‘Handleiding geur’ [ref. 7.]. Indien een bedrijfstakstudie is uitgevoerd, dient het bevoegd bestuursorgaan de resultaten hiervan, zoals weergegeven in de Bijzondere Regelingen van de NeR, rekening te houden. In de Bijzondere Regelingen is op basis van overleg tussen de Rijksoverheid en het bedrijfsleven op brancheniveau aangegeven welk effect met specifieke maatregelen kan worden bewerkstelligd. Voor de aardappelverwerkende industrie is een brancheonderzoek uitgevoerd [ref. 3]. De Bijzondere Regeling B8 Aardappelverwerkende industrie uit de NeR is een samenvatting van dit onderzoek [ref. 4.]. Het resultaat hiervan wordt in paragraaf 2.2 beschreven. Ook de Europese Commissie organiseert de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten en de betrokken bedrijfstakken over de beste beschikbare technieken, de daarmee samenhangende controlevoorschriften en de ontwikkelingen op dat gebied. Het resultaat daarvan is terug te vinden in de BREF's - de BBT referentie documenten. Voor de voedingsmiddelenindustrie en de zuivelindustrie is in augustus 2006 [ref. 5.] een BREF verschenen. Het resultaat daarvan voor de aardappelverwerkende industrie is in paragraaf 2.4 van dit rapport beschreven. 2.2. Bijzondere regeling aardappelverwerkende industrie De bijzondere regeling aardappelverwerkende industrie is van toepassing op IPPCinrichtingen en dus ook op LWM. In het brancheonderzoek is geen relatie vastgelegd tussen de geurbelasting en de mate van hinder. Wel is een basispakket van standaardmaatregelen vastgesteld, waarmee geurhinder normaliter in voldoende mate kan worden voorkomen. De maatregelen hebben betrekking op de belangrijkst geachte bronnen. Het standaard maatregelenpakket staat vermeld in tabel 2.1. Tabel 2.1. Standaardmaatregelen aardappelverwerkende industrie productgroep bronnen maatregelen criteria frites en specialiteiten koelen recirculatie met koudemiddel bij renovatie of vervanging koeltunnel bakken condensor tuit maximaal 85 °C Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 3 Indien de standaardmaatregelen niet toereikend zijn voor het wegnemen van hinder, kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn. Als additionele maatregelen worden in de Bijzondere Regeling genoemd: - schoorsteenverhoging; - biofilters; - gaswassers; - verbranding. De afvalwaterzuivering is niet in deze regeling opgenomen omdat deze geen geurhinder veroorzaakt mits goed ontworpen, geïnstalleerd en bedreven. 2.3. Hindersystematiek Zoals in paragraaf 2.2 is beschreven, is er in het brancheonderzoek geen relatie gelegd tussen de geurbelasting en de mate van hinder. Het vaststellen van het toetsingskader voor een specifieke situatie is daarom maatwerk. In de Handleiding Geur [ref. 7.] en ook in paragraaf 3.6 van de NeR is de hindersystematiek beschreven waarmee het aanvaardbaar geurhinderniveau voor een specifieke situatie moet worden vastgesteld. De Handleiding Geur is bedoeld om het bepalen van een aanvaardbaar hinderniveau zoveel mogelijk te harmoniseren. Het bepalen van een aanvaardbaar hinderniveau bestaat enerzijds uit een onderzoek naar de geursituatie en het hinderniveau. Anderzijds bestaat het uit een overweging en beoordeling wat aanvaardbaar is. De overwegingen die op lokaal niveau kunnen spelen om te komen tot een afgewogen beslissing zijn wegens het specifieke karakter hiervan niet in de Handleiding Geur uitgewerkt, de van belang zijnde aspecten wel. Het aanvaardbaar hinderniveau wordt uiteindelijk door het bevoegd gezag vastgesteld. Indien sprake is van een bedrijf uit een bedrijfstak waarvoor een Bijzondere Regeling in de NeR is opgenomen, wordt de Bijzondere Regeling voor de desbetreffende bedrijfstak gevolgd. Indien geen Bijzondere Regeling van toepassing is, of wanneer deze niet toereikend is, wordt door het bevoegd gezag zelf een afweging gemaakt. Bij de afweging of het hinderniveau aanvaardbaar is moet de mate van hinder die door het initiatief wordt veroorzaakt worden afgewogen tegen de inspanningen die de initiatiefnemer moet leveren om de hoeveelheid hinder te verminderen. De inspanningen van de initiatiefnemer moeten conform BBT zijn. In de afweging of het hinderniveau aanvaardbaar is zijn onder andere de volgende aspecten van belang: - het toetsingskader; - de geurbelasting ter plaatse van geurgevoelige objecten; - de aard en de waardering van de geur; - het klachtenpatroon; - de huidige en verwachte hinder; - de technische en financiële consequenties van de (voorgenomen en andere mogelijke) maatregelen en de gevolgen daarvan voor andere emissies; - of de getroffen maatregelen voor luchtemissies overeenkomstig de BBT conclusies uit de BREF’s en nationale BBT-documenten zijn; - de lokale situatie waarin onder meer de planologische ruimte, sociaaleconomische aspecten (bijvoorbeeld consequenties voor de werkgelegenheid) en andere lokale afwegingen een rol spelen; - de historie van het bedrijf in zijn omgeving; - toekomstige ontwikkelingen in de bedrijfstak en de leefomgeving. 4 Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 De resultante van dit uitgebreide afwegingsproces is een besluit van het bevoegd gezag over het zogenaamde aanvaardbaar hinderniveau; de daarvoor toegepaste technieken zijn BBT voor geur. Er is geen ‘formule’ voor hoe zwaar elk van de aspecten uit bovenstaande opsomming meeweegt. In de NTA 9065 [ref. 8.] zijn methoden opgenomen waarmee een beeld van het hinderniveau verkregen kan worden. Methoden voor indicatief onderzoek (inzicht) zijn: klachtenregistratie, klachtenanalyse, inspraakprocedures, vergelijkbare studies, literatuur, eigen veldwaarnemingen. Methoden voor nader onderzoek zijn: klachtenanalyse, belevingsonderzoek, hinderenquêtes (TLO), omgevingspanel, emissiemetingen met verspreidingsberekeningen, hedonische schaal, eigen waarneming en snuffelploegen. Combinaties van methoden zijn eveneens mogelijk: snuffelploegmetingen met klachtenanalyse, snuffelploegmetingen met hedonische schaal, emissiemetingen met verspreidingsberekeningen in combinatie met hedonische schaal, hinderenquêtes (TLO), immissiegegevens van vergelijkbare situaties, belevingsonderzoeken/of klachtenanalyse. 2.4. Resultaat BREF Food, Drink and Milk Industries De IPPC-richtlijn [ref. 6.] verplicht de lidstaten van de EU om bedrijven met een relatief hoge milieubelasting te reguleren middels een integrale vergunning gebaseerd op de beste beschikbare technieken (BBT). In Nederland is de richtlijn in de Wet milieubeheer (Wm) en in de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (Wvo) geïmplementeerd. Om de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten en de betrokken bedrijfstakken over de beste beschikbare technieken te bevorderen, worden door de Europese Commissie zogenaamde BREF's de BBT referentie documenten - uitgegeven. Voor de voedingsmiddelenindustrie en de zuivelindustrie is in augustus 2006 [ref. 5.] een BREF verschenen. In paragraaf 5.1.5 van BREF zijn de technieken beschreven die als BBT worden beschouwd om emissies naar de lucht te minimaliseren in de FDM sector: 5.1.5 Minimisation of air emissions Air emissions arise from various sources during processing and cleaning and from the drying of FDM materials. Process-integrated BAT which minimise air emissions by the selection and use of substances and techniques should be applied. The selection of air emission abatement techniques can then be made, if further control is required. To prevent air emissions from FDM installations, BAT is to do the following: 1. apply and maintain an air emissions control strategy (see Section 4.4.1) incorporating: 1.1 definition of the problem (see Sections 4.4.1.1 and 4.4.1.1.1) 1.2 an inventory of site emissions, including, e.g. abnormal operation (see Sections 4.4.1.2 and 4.4.1.2.1) 1.3 measuring the major emissions (see Sections 4.4.1.3 and 4.4.1.3.1) 1.4 assessing and selecting the air emission control techniques (see Section 4.4.1.4) 2. collect waste gases, odours and dusts at source (see Section 4.4.3.2) and duct them to the treatment or abatement equipment (see Section 4.4.3.3) 3. optimise the start-up and shut-down procedures for the air emission abatement equipment to ensure that it is always operating effectively at all of the times when abatement is required (see Sections 4.4.3.1) 4. unless specified otherwise, where process-integrated BAT which minimise air emissions by the selection and use of substances and the application of techniques do not achieve emission levels of 5 – 20 mg/Nm3 for dry dust, 35 – 60 mg/Nm3 for wet/sticky dust and <50 Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 5 mg/Nm3 TOC, to achieve these levels by applying abatement techniques. This document does not specifically consider emissions from combustion power plants in FDM installations and these levels are, therefore, not intended to represent BAT associated emission levels from those combustion plants. Some air abatement techniques are described in Sections 4.4 to 4.4.3.12 5. where process-integrated BAT do not eliminate odour nuisance, apply abatement techniques. Many of the techniques described in Section 4.4 are applicable to odour abatement. Met betrekking tot frituurprocessen en BBT wordt in paragraaf 5.1.4.4 het volgende genoemd: 5.1.4.4 Frying In all FDM installations carrying out frying, BAT is to do the following: 1 recirculate and burn exhaust gases (see Section 4.2.7.1). In paragraaf 4.2.7.1 staat vervolgens: 4.2.7.1 Recirculate and burn exhaust gases Description Air emissions are dependent on the operational temperature of frying, e.g. high temperature frying at 180 – 200 °C will result in more rapid production of oil breakdown products than frying at lower temperatures. The air above a fryer is extracted and vented. This exhaust air contains VOCs, and may lead to odour complaints. Oil and heat recovery and recirculation of exhaust gases to the burner minimises these emissions. Achieved environmental benefits Reduced air emissions, including odour. Recovery of oil. Recovery of energy. Recycling of exhaust gases. Operational data For example, when controlling a crisp frying process, ensuring that the frying process ends when the final moisture content is in the critical range of 1 – 2 % leads to a minimisation of air emissions. Furthermore, to save energy, the heat-exchangers are mounted in the fryer exhaust hood. Figure 4.11 (afbeelding 2.1) illustrates a heat and oil recovery system applied to a fryer. 6 Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 Afbeelding 2.1. Heat and oil recovery: heat-exchangers mounted in the fryer exhaust hood Applicability Applicable in the fish, meat and poultry and potato frying sectors. Reference literature [85, Environment Agency of England and Wales, 2000] Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 7 8 Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 3. GEUREMISSIE EN GEURVERSPREIDING 3.1. Scenario’s In dit geuronderzoek worden de effecten van de volgende scenario’s inzichtelijk gemaakt: - vergunde situatie, met als uitgangspunten: ⋅ 7.032 productie-uren per jaar; ⋅ geen beperking in de productietijd gebatterd product; ⋅ bakdampen worden gereinigd met achtereenvolgens een Bruden-condensor en een thermische naverbrander (TNV) en op een hoogte van 11,5 m geëmitteerd; ⋅ de ruimtelucht wordt gereinigd met een gaswasser en op een hoogte van 30 m geëmitteerd; ⋅ de vlokkenlijn heeft een capaciteit van 1 ton per uur; ⋅ de emissie van de vlokkenlijn wordt via 6 schoorstenen geëmitteerd op een hoogte van 11 m; - aangevraagde situatie, met als uitgangspunten: ⋅ 7.100 productie-uren per jaar; ⋅ geen beperking in de productietijd gebatterd product; ⋅ realisatie van een tweede friteslijn waardoor de hoeveelheid gebakken aardappelproducten met 70 % toeneemt ten opzichte van de vergunde situatie; ⋅ bakdampen van beide friteslijnen worden gereinigd met achtereenvolgens een Bruden-condensor en een TNV en op een hoogte van 11,5 m geëmitteerd; ⋅ de ruimtelucht wordt gereinigd met een gaswasser en op een hoogte van 30 m geëmitteerd; ⋅ de vlokkenlijn wordt uitgebreid tot een totale capaciteit van 3 ton per uur; ⋅ de emissie van de vlokkenlijn wordt gereinigd met een gaswasser en op een hoogte van 30 m geëmitteerd. Een schematische weergave van de afgasstromen in de aangevraagde situatie is opgenomen in bijlage III. Als aanvulling wordt voor beide scenario’s de situatie in beeld gebracht zonder de geuremissies van de TNV. De rookgassen van een goed werkende naverbrander zijn vergelijkbaar met emissies van overige rookgassen, zoals die bijvoorbeeld vrijkomen bij een stoomketel. Hoewel rookgassen niet geurloos zijn, worden dergelijke rookgassen doorgaans in geuronderzoeken niet meegenomen als geurbron omdat deze zelden tot hinder leiden in de omgeving. Voor de volledigheid worden de geurcontouren rond LWM berekend zowel mèt de emissies van de TNV (‘worst case’) als zonder de emissies van de TNV. 3.2. Geuremissies 3.2.1. Vergunde situatie In het geuronderzoek uit 2010, behorende bij de aanvraag van de vigerende vergunning zijn de geuremissies van LWM gekwantificeerd [ref. 9.]. In tabel 3.1 zijn de geuremissies en relevante emissieparameters samengevat. Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 9 Tabel 3.1. Geuremissies en relevante emissieparameters vergunde situatie geuremissie geuremissie bron ongereinigd 6 [10 ouE//h] bakoven (TNV) friteslijn overig (gaswasser) vlokkenlijn 3.2.2. debiet gereinigd 6 [10 ouE/h] emissie- bedrijfs- temperatuur hoogte tijd [m] [h/jaar] 3 [m /h] [°C] 22.910 229* 30.000 11,5 7.032 110 2.545 191** 320.000 30 7.032 25 174 174 66.000 11 7.032 43 * 50 % reductie door Bruden-condensor, gevolgd door 98 % reductie door TNV. ** 92,5 % reductie door gaswasser (in 2004 gemeten rendement bij productie gebatterd product [ref. 10.]). Aangevraagde situatie In bijlage III zijn de afgasstromen van de verschillende processen schematisch weergegeven voor de aangevraagde situatie. In de aangevraagde situatie wordt een tweede friteslijn gerealiseerd waardoor de hoeveelheid gebakken aardappelproducten met 70 % toeneemt ten opzichte van de vergunde situatie. De bakdampen van de tweede friteslijn worden net als de bakdampen van de bestaande friteslijn gereinigd met de Bruden-condensor en de TNV. In dit geuronderzoek wordt er vanuit gegaan dat zowel de geuremissie als het debiet van de TNV daardoor toeneemt met een factor 1,7. De capaciteit van de condensor en van de TNV is voldoende om deze grotere afgasstroom te verwerken, zonder dat dit een negatief effect heeft op de geurverwijderingsrendementen. In de vergunde situatie is het debiet over de gaswasser 320.000 m 3/h. Dit debiet is de ruimteventilatie van de friteslijn, met daarin de geur van stoomschillen, blancheren, drogen en eventueel (verse, ongebakken) batter. De ontwerpcapaciteit van de gaswasser is 450.000 m 3/h. In de aangevraagde situatie neemt het te ventileren bedrijfvolume toe. Om energie te besparen en vanwege de maximale (ontwerp)capaciteit van de gaswasser wordt het totale ventilatiedebiet juist iets verlaagd. In de aangevraagde situatie neemt de ventilatievoud dus af. Als ‘worst case’ wordt er vanuit gegaan dat de geurconcentratie in de ventilatielucht hierdoor met een factor 1,7 toeneemt. Dit betekent dat de ongereinigde geuremissie (als gevolg van de ruimteventilatie) na de gaswasser met een factor 1,7 toeneemt tot 4.327·106 ouE/h (1,7 x ‘friteslijn overig’ in tabel 3.1). De capaciteit van de vlokkenlijn neemt in de aangevraagde situatie met een factor 3 toe ten opzichte van de vergunde situatie. Zowel het debiet als de geuremissie nemen met dezelfde factor toe. Het debiet van de vlokkenlijn wordt 198.000 m 3/h (20 °C, 1013 hPa, vochtig). De emissie van de vlokkenlijn bevat 0,075 kg/m 03 vocht bij een temperatuur van 43 °C. Om zowel het debiet als de temperatuur te verlagen wordt de emissie van de vlokkenlijn gekoeld. Onder de aanname dat er tot 30 °C1 kan worden gekoeld, zal 36 % van het aanwezige water uit de afgassen condenseren (bij 30 °C en 100 % rv is het vochtgehalte 0,048 kg/m 03). Het debiet neemt daardoor af tot 192.000 m 3/h (bij standaardomstandigheden voor geurdebieten: 20 °C, 1013 hPa, vochtig). Door condensatie zal een deel van de geur uit de gasfase worden verwijderd. De geuremissie van de vlokkenlijn wordt door middel van condensatie gereduceerd tot 334·106 ouE/h. Het wasproces zelf leidt eveneens tot geurreductie door absorptie van geurstoffen in het waswater. Aangenomen wordt dat het totale geurverwijderingsrendement van gaswasser en condensatie 92,5 % blijft. De tempe- 1 Momenteel wordt er binnen LWM een onderzoek uitgevoerd naar de meest milieuvriendelijke oplossing voor deze koeling. Hierbij wordt aandacht besteed aan het koelmedium (havenwater, effluentwater, mechanische koeling, etc.) en aan de mogelijkheden voor hergebruik van de warmte in deze damp op een ander procesonderdeel. 10 Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 ratuur aan de uitlaat van de gaswasser was tijdens dit in 2004 gemeten rendement 39 °C, dus een hoog rendement blijkt mogelijk bij een relatief hoge waswatertemperatuur [ref. 10]. De resterende geuremissie van de vlokkenlijn is dan 39·106 ouE/h. De totale geuremissie via de gaswasser wordt dan 325·106 + 39·106 = 364·106 ouE/h en het debiet 450.000 m 3/h (maximale ontwerpcapaciteit). Het debiet bestaat uit 258.000 m 3/h ruimteventilatie en 192.000 m 3/h vlokkenlijn. In tabel 3.2 zijn de geuremissies en relevante emissieparameters samengevat. Tabel 3.2. Geuremissies en relevante emissieparameters aangevraagde situatie bron geuremissie geuremissie ongereinigd 6 [10 ouE//h] bakoven (TNV) gaswasser debiet gereinigd 6 emissie- tijd [m] [h/jaar] 3 [10 ouE/h] bedrijfs- temperatuur hoogte [m /h] [°C] 38.947 389* 51.000 11,5 7.100 110 4.849 364** 450.000 30 7.100 30 * 50 % reductie door Bruden-condensor, gevolgd door 98 % reductie door TNV. ** 92,5 % reductie condensatie/gaswasser (in 2004 gemeten rendement bij productie gebatterd product [ref. 10.]). 3.3. Verspreidingsberekeningen 3.3.1. Invoergegevens verspreidingsberekeningen De geurbelasting van de omgeving is berekend met het Nieuwe Nationaal Model versie Kema Stacks 12.1. De geuremissies zoals weergegeven in tabel 3.1 en tabel 3.2 vormen de basis van de verspreidingsberekeningen voor respectievelijk de vergunde situatie en de aangevraagde situatie. De scenariofiles met de gedetailleerde invoergegevens zijn weergegeven in bijlage I. Er is gerekend met een grid van 4 km x 4 km met 2.500 receptorpunten. Op verzoek van de OMWB is als aanvulling de geurbelasting berekend voor zowel de vergunde als de aangevraagde situatie, maar dan zonder de emissies van de TNV (zie paragraaf 3.1). 3.3.2. Geurbelasting en hedonische waarden Tijdens geuranalyses kan door een geurpanel tevens een beoordeling worden gemaakt van de (on)aangenaamheid van de geur (hedonische waarde). De beoordeling vindt plaats op een schaal van H = +4 (uiterst aangenaam), via H = 0 (neutraal) tot H = -4 (uiterst onaangenaam). De hedonische waarde wordt gemeten conform NVN 2818. De resultaten van hedonische metingen kunnen worden gebruikt ter onderbouwing van het toetsingskader, zie paragraaf 2.3. Bij LWM zijn in 2004 [ref. 10] hedonische metingen uitgevoerd. De resultaten daarvan zijn in onderstaande tabel samengevat. Tabel 3.3. Resultaten hedonische metingen in 2004 [ref. 10] bron H = -0,5 3 [ouE/m ] na gaswasser vlokkenlijn H = -1 3 [ouE/m ] H = -2 3 [ouE/m ] productie frites 1,1 2,0 4,3 gebatterd product 0,9 1,7 3,5 1,2 2,4 6,0 Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 11 In 2004 was de TNV nog niet geïnstalleerd, zodat daarvan geen gegevens van hedonische waarde bekend zijn. Ook na installatie van de TNV zijn geen hedonische metingen uitgevoerd. In 2004 werden de bakdampen gereinigd met de gaswasser. In de aangevraagde situatie worden de afgassen van de vlokkenlijn en de ruimteventilatie naar de gaswasser geleid. Van deze nieuwe situatie zijn nog geen hedonische metingen mogelijk. Verwacht wordt dat de gewogen hedonische waarde van de geuremissie in de aangevraagde situatie niet onaangenamer zal zijn dan de meest onaangename geur in tabel 3.3: de geur aan de uitlaat van de gaswasser tijdens productie van gebatterd product (bakdamen en ruimteventilatie). Als ‘worst case’ kan daarom worden aangenomen dat H = -0,5 bij concentraties hoger dan 0,9 ouE/m 3 zal worden bereikt en H = -1 bij concentraties hoger dan 1,7 ouE/m 3. 3.3.3. Resultaten verspreidingsberekeningen In bijlage II zijn in afbeelding II.1 de geurcontouren weergegeven voor de vergunde situatie en de aangevraagde situatie na productie-uitbreiding en aanvullende geurreducerende maatregelen. In de aangevraagde situatie verschuiven er emissies van lage bronnen (vlokkenlijn) naar hoge bronnen (gaswasser), hierdoor wijzigt de vorm van de geurcontour. De geurcontour van 1 ouE/m 3 als 98-percentiel is in de aangevraagde situatie kleiner dan in de vergunde situatie. In de vergunde situatie is de maximale geurbelasting in de omgeving van LWM 4,1 ouE/m 3 als 98-percentiel. In de aangevraagde situatie is de maximale geurbelasting die in de omgeving van LWM zal optreden gedaald tot 1,9 ouE/m3 als 98-percentiel. Ter hoogte van de dichtst bijgelegen aaneengesloten woonbebouwing langs de Halsterseweg is de geurbelasting in de vergunde situatie maximaal 1,6 ouE/m 3 als 98-percentiel. In de aangevraagde situatie verbetert de geurbelasting bij de dichtstbijzijnde aaneengesloten woonbebouwing en is dan maximaal 1,3 ouE/m 3 als 98-percentiel. Dit is geïllustreerd in afbeelding II.2 in bijlage II. In paragraaf 3.3.2. is als ‘worst case’ aangenomen dat de hedonische waarde van H = -0,5 bij concentraties hoger dan 0,9 ouE/m 3 zal worden bereikt en H = -1 bij concentraties hoger dan 1,7 ouE/m 3. Dit betekent dat H = -1 niet zal worden overschreden bij de dichtstbijzijnde aaneengesloten woonbebouwing. De contour behorende bij H = -0,5 is weergegeven in afbeelding II.1. De H = -0,5 contour ligt alleen aan de noordoostzijde net iets buiten de contour van 1 ouE/m 3 als 98-percentiel van de vergunde situatie. In afbeelding II.3 in bijlage II zijn de geurcontouren weergeven voor de vergunde situatie en de aangevraagde situatie, maar dan zonder de emissies van de TNV. Uit deze afbeelding blijkt dat in de zone met een geurbelasting tussen 1 en 2 ouE/m 3 als 98-percentiel in de vergunde situatie, voor de aangevraagde situatie een geurbelasting van minder dan 0,45 ouE/m 3 als 98-percentiel wordt verwacht wanneer de geur van de TNV als niet relevant voor de geurbelasting wordt beschouwd. 12 Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 4. GEURREDUCERENDE MAATREGELEN (BBT) 4.1. Reeds genomen geurreducerende maatregelen LWM heeft reeds diverse installaties geplaatst en maatregelen genomen om de geurbelasting te minimaliseren. De standaard maatregelen uit de Bijzondere Regeling (zie paragraaf 2.2) zijn geïmplementeerd en daarnaast is een aantal aanvullende geurreducerende maatregelen genomen. In de volgende tabel zijn de geurreducerende maatregelen bij LWM opgesomd. Tabel 4.1. Overzicht reeds genomen geurreducerende maatregelen periode maatregel tot mei 2004 - compleet gesloten voorkoeler geplaatst; - condensor (Bruden) geplaatst om bakdampen af te koelen en te condenseren; - gaswasser waarin alle damp vrijkomend in het fritesproces en de bakdampen uit de condensor worden behandeld; - afkoelen/bevochtigen van de bakdampen in de afvoerleiding, hierdoor slaan waterdamp aerosolen neer met geur-/vetdeeltjes; na mei 2004 - verplaatsen en aanpassen (verbeteren Brudencondensor; - verhoging van pH gaswasser, waardoor betere binding van vetdeeltjes plaatsvindt; - emissiehoogte gaswasser (friteslijn) 30 m om verspreiding dampen te bevorderen; - gecontroleerde afzuiging op de bakoven, temperatuur geregeld; - in- en uitvoer bakoven verkleint, waardoor minder sleeplucht; - verbetering afkoelen/bevochtigen bakdampen in de afvoerleiding, hierdoor slaan waterdamp aerosolen beter neer met geur-/vetdeeltjes; - verbetering procesregeling waardoor meer warmte wordt onttrokken aan bakdampen en een lagere temperatuur wordt bereikt van de bakdampen (meer condensatie, meer geur afscheiding); - automatisering controlesysteem Brudencondensor. Door de procesomstandigheden in de condensor te meten en alarmniveaus in te stellen worden afwijkingen in het proces eerder opgemerkt en hersteld; - nieuwe verdeelbakken in gaswasser geïnstalleerd. Dit geeft een beter verdeelpatroon waardoor de damp optimaal in contact komt met het waswater; 2011 - bakdampen worden behandeld met de Brudencondensor en vervolgens gereinigd met een thermische naverbrander (TNV). De gaswasser behandelt nu alleen de afgassen van de ‘overige bronnen’ van de friteslijn. 4.2. Aanvullende geurreducerende maatregelen In de aangevraagde situatie wordt een toename van de geurbelasting van de omgeving, die het gevolg zou zijn van de toename van de productie, (meer dan) gecompenseerd met aanvullende maatregelen. Deze aanvullende maatregelen zijn samengevat in tabel 4.2. Tabel 4.2. Overzicht aanvullende geurreducerende maatregelen periode maatregel 2014 - e bakdampen van de 2 friteslijn worden achtereenvolgens behandeld met een condensor en een thermische naverbrander; - de emissies van de vlokkenlijn worden achtereenvolgens behandeld met een condensor en een gaswasser. De emissie vindt plaats op een hoogte van 30 m. Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 13 Toepassing van dampcondensatie en gaswassing bij een vlokkenlijn van een aardappelverwerker zijn zeer ongebruikelijke maatregelen die in de branche voor zover bekend nog niet wordt toegepast. Deze maatregelen kunnen worden beschouwd als verdergaand dan BBT. 4.3. Evaluatie In paragraaf 2.2 is een samenvatting gegeven van de bijzondere regeling aardappelverwerkende industrie, die van toepassing is op LWM. In deze regeling is een basispakket van standaardmaatregelen vastgesteld, waarmee geurhinder normaliter in voldoende mate kan worden voorkomen. LWM heeft dit basispakket aan maatregelen geïmplementeerd. Vanwege de relatief korte afstand tussen de productielocatie van LWM en de woonbebouwing zijn de standaardmaatregelen niet afdoende om geurhinder te voorkomen. LWM heeft daarom een groot pakket aan additionele maatregelen genomen, waaronder de in de regeling genoemde schoorsteenverhoging, gaswasser en verbranding. In de ‘BREF Food, Drink and Milk Industries’ (zie paragraaf 2.4) is beschreven dat voor frituurprocessen het recirculeren en verbranden van bakdampen als BBT wordt beschouwd. LWM heeft een thermische naverbrander (TNV) geïnstalleerd voor het reinigen van de bakdampen. Deze techniek komt niet exact overeen met de beschrijving in de BREF FDM, omdat de bakdampen niet worden teruggevoerd in de branders van de bakovens zelf. De bakdampen worden in een separate TNV gereinigd. Dit is zowel energetisch als wat betreft het geurverwijderingsrendement een superieure techniek. Geconcludeerd wordt dat het maatregelenpakket, dat door LWM is geïmplementeerd om de geuremissies en de geurbelasting voor de omgeving zoveel als mogelijk te beperken, voldoet aan BBT en zelfs verder gaat dan dat. 14 Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 5. CONCLUSIES In het voorliggende geuronderzoek is de geurbelasting in de omgeving van LWM berekend voor de: - vergunde situatie; - aangevraagde situatie; - aangevraagde situatie zonder emissies van de TNV. De berekende geurcontouren voor deze situaties zijn weergegeven in de afbeelding II.1, II.2 en II.3 in bijlage II. Na uitbreiding van de productie (tweede baklijn en verdrievoudiging van de vlokkenlijn) zou de geurbelasting evenredig toenemen met de productie. Door middel van aanvullende geurreducerende maatregelen wordt juist een afname van de geurbelasting bereikt. De maximale geurbelasting van de dichtst bijgelegen aaneengesloten woonbebouwing langs de Halsterseweg is in de vergunde situatie maximaal 1,6 ouE/m 3 als 98-percentiel. In de aangevraagde situatie verbetert de geurbelasting bij de dichtstbijzijnde aaneengesloten woonbebouwing tot een maximum van 1,3 ouE/m 3 als 98-percentiel. Het totale pakket aan geurreducerende maatregelen dat door LWM reeds is genomen en bij de aangevraagde uitbreiding nog wordt genomen voldoet aan de Best Beschikbare Technieken (BBT) en gaat zelfs nog verder dan dat. Naar de mening van Witteveen+Bos is de resterende geurbelasting na de aangevraagde uitbreiding en na ingebruikname van de aanvullende geurreducerende maatregelen te beschouwen als een aanvaardbaar geurhinderniveau. Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 15 16 Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 6. REFERENTIES 1. ‘Document Meten en Rekenen Geur, Publicatiereeks lucht en energie nr. 115, ministerie van VROM, 1994. 2. Nederlandse Emissierichtlijn Lucht, InfoMil, Den Haag, april 2003 en aanvullingen. 3. Geuronderzoek aardappelverwerkende industrie, fase 1, TNO Milieu- en Energietechnologie, februari 1995. 4. Bijzondere Regeling Aardappelverwerkende industrie, Nederlandse Emissielichtlijn Lucht, Den Haag, januari 1996. 5. Integrated Pollution Prevention and Control, Reference Document on Best Available Techniques in the Food, Drink and Milk Industries, European Commission, August 2006. 6. Europese Richtlijn 96/61/EG inzake geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging; gecodificeerd 2008/1/EG. 7. Handleiding geur: bepalen van het aanvaardbaar hinderniveau van industrie en bedrijven (niet veehouderijen), Agentschap NL, 28 juni 2012. 8. Nederlandse technische afspraak NTA 9065 (nl), Luchtkwaliteit-Geurmetingen-Meten en rekenen geur, ICS13.040.99, december 2012. 9. Geursituatie na reiniging bakdampen met een thermische naverbrander (TNV), Witteveen+Bos, BOZ35-45, 17 juni 2010. 10. Geuronderzoek locatie Vierlinghweg 26 Bergen op Zoom, Witteveen+Bos, BOZ35-34, 9 februari 2005. Witteveen+Bos, BOZ35-52/zegv/006 definitief 03 d.d. 29 augustus 2013, Geuronderzoek productielocatie Bergen op Zoom augustus 2013 17 BIJLAGE I SCENARIOFILES VERSPREIDINGSBEREKENINGEN Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 vergunde situatie KEMA STACKS VERSIE 2012.1 Release 10 mei 2012 Stof-identificatie: GEUR start datum/tijd: 24-04-2013 11:28:06 datum/tijd journaal bestand: 24-04-2013 11:39:33 BEREKENINGRESULTATEN Percentielen voor 1-uurgemiddelde concentraties In het percentielenbestand is aangegeven op hoeveel uur(blokken) de percentielwaarden betrekking hebben, de hoge percentielen kunnen bij een gering aantal berekeningsuren daardoor minder nauwkeurig zijn! (laatste regel in percentielbestand) Berekening uitgevoerd met alle meteo uit Presrm! Meteo Schiphol en Eindhoven, vertaald naar locatiespecifieke meteo De locatie waarop de achtergrondconcentratie (en meteo) is bepaald : 77000 390500 De basis-meteorologie EN afgeleide meteo (u*, L etc) is via de PreSRM verkregen opgegeven emissie-bestand D:\STACKS_12_1\Stacks12_1_BOZ3548\input\emis.dat Alleen bron(nen)-bijdragen berekend! Doorgerekende (meteo)periode Start datum/tijd: 1- 1-1995 1:00 h Eind datum/tijd: 31-12-2004 24:00 h Prognostische berekeningen met referentie jaar: 2012 Aantal meteo-uren waarmee gerekend is : 87672 De windroos: frekwentie van voorkomen van de windsektoren(uren, %) op receptor-lokatie met coordinaten: 77000 390500 gem. windsnelheid, neerslagsom sektor(van-tot) uren % ws neerslag(mm) 1 2 3 4 5 6 (-15- 15): ( 15- 45): ( 45- 75): ( 75-105): (105-135): (135-165): 4279.0 4990.0 7179.0 4862.0 5333.0 6049.0 4.9 5.7 8.2 5.5 6.1 6.9 3.3 3.5 3.9 3.4 3.3 3.4 281.45 225.85 189.40 231.60 373.20 552.25 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 7 (165-195): 9376.0 8 (195-225): 12678.0 9 (225-255): 12210.0 10 (255-285): 9186.0 11 (285-315): 6401.0 12 (315-345): 5129.0 gemiddeld/som: 0.0 10.7 14.5 13.9 10.5 7.3 5.9 4.1 4.7 5.3 4.4 4.0 3.6 4.1 897.69 1306.34 1430.74 1313.00 834.89 459.60 8096.02 lengtegraad: : 5.0 breedtegraad: : 52.0 Bodemvochtigheid-index: 1.00 Albedo (bodemweerkaatsingscoefficient): 0.20 Percentielen voor 1-uurgemiddelde concentraties In het percentielenbestand is aangegeven op hoeveel uur(blokken) de percentielwaarden betrekking hebben, de hoge percentielen kunnen bij een gering aantal berekeningsuren daardoor minder nauwkeurig zijn! (laatste regel in percentielbestand) Aantal receptorpunten 2601 Terreinruwheid receptor gebied [m]: 0.6022 Terreinruwheid [m] op meteolokatiein windgegevens verwerkt Hoogte berekende concentraties [m]: 1.5 Gemiddelde veldwaarde concentratie [ouE/m3]: hoogste gem. concentratiewaarde in het grid: Hoogste uurwaarde concentratie in tijdreeks: Coordinaten (x,y): 77520, 390840 Datum/tijd (yy,mm,dd,hh): 1995 7 9 19 Aantal bronnen : 0.02326 0.29475 8.84002 3 ********* Brongegevens van bron : ** PUNTBRON ** vlokkenlijn 1 X-positie van de bron [m]: 77620 Y-positie van de bron [m]: 390940 Schoorsteenhoogte (tov maaiveld) [m]: 11.0 Inw. schoorsteendiameter (top): 0.71 Uitw. schoorsteendiameter (top): 0.72 Gem. volumeflux over bedrijfsuren (Nm3/s) : 3.39057 Gem. uittree snelheid over bedrijfsuren (m/s) : 9.91512 Temperatuur rookgassen (K) : 316.00 Gem. warmte emissie over bedrijfsuren (MW) : 0.152 **Warmte emissie is per uur berekend afh van buitenluchttemp** Aantal bedrijfsuren: 70368 (Bedrijfsuren zijn uren met een emissie > 0) gemiddelde emissie over bedrijfsuren: (ouE/s) 48333 gemiddelde emissie over alle uren: (ouE/s) 38793 ********* Brongegevens van bron ** PUNTBRON ** gaswasser : 2 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 X-positie van de bron [m]: 77595 Y-positie van de bron [m]: 390888 Schoorsteenhoogte (tov maaiveld) [m]: 30.0 Inw. schoorsteendiameter (top): 3.00 Uitw. schoorsteendiameter (top): 3.01 Gem. volumeflux over bedrijfsuren (Nm3/s) : 97.15089 Gem. uittree snelheid over bedrijfsuren (m/s) : 15.00369 Temperatuur rookgassen (K) : 298.00 Gem. warmte emissie over bedrijfsuren (MW) : 1.940 **Warmte emissie is per uur berekend afh van buitenluchttemp** Aantal bedrijfsuren: 70346 (Bedrijfsuren zijn uren met een emissie > 0) gemiddelde emissie over bedrijfsuren: (ouE/s) 53066 gemiddelde emissie over alle uren: (ouE/s) 42579 ********* Brongegevens van bron ** PUNTBRON ** TNV : 3 X-positie van de bron [m]: 77645 Y-positie van de bron [m]: 390943 Schoorsteenhoogte (tov maaiveld) [m]: 11.5 Inw. schoorsteendiameter (top): 1.20 Uitw. schoorsteendiameter (top): 1.21 Gem. volumeflux over bedrijfsuren (Nm3/s) : 5.56198 Gem. uittree snelheid over bedrijfsuren (m/s) : 6.89980 Temperatuur rookgassen (K) : 383.00 Gem. warmte emissie over bedrijfsuren (MW) : 0.763 **Warmte emissie is per uur berekend afh van buitenluchttemp** Aantal bedrijfsuren: 70417 (Bedrijfsuren zijn uren met een emissie > 0) gemiddelde emissie over bedrijfsuren: (ouE/s) 63611 gemiddelde emissie over alle uren: (ouE/s) 51092 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 aangevraagde situatie KEMA STACKS VERSIE 2012.1 Release 10 mei 2012 Stof-identificatie: GEUR start datum/tijd: 01-07-2013 14:51:29 datum/tijd journaal bestand: 01-07-2013 14:56:24 BEREKENINGRESULTATEN Percentielen voor 1-uurgemiddelde concentraties In het percentielenbestand is aangegeven op hoeveel uur(blokken) de percentielwaarden betrekking hebben, de hoge percentielen kunnen bij een gering aantal berekeningsuren daardoor minder nauwkeurig zijn! (laatste regel in percentielbestand) Berekening uitgevoerd met alle meteo uit Presrm! Meteo Schiphol en Eindhoven, vertaald naar locatiespecifieke meteo De locatie waarop de achtergrondconcentratie (en meteo) is bepaald : 77000 390500 De basis-meteorologie EN afgeleide meteo (u*, L etc) is via de PreSRM verkregen opgegeven emissie-bestand D:\STACKS_12_1\Stacks12_1_BOZ3548\input\emis.dat Alleen bron(nen)-bijdragen berekend! Doorgerekende (meteo)periode Start datum/tijd: 1- 1-1995 1:00 h Eind datum/tijd: 31-12-2004 24:00 h Prognostische berekeningen met referentie jaar: 2012 Aantal meteo-uren waarmee gerekend is : 87672 De windroos: frekwentie van voorkomen van de windsektoren(uren, %) op receptor-lokatie met coordinaten: 77000 390500 gem. windsnelheid, neerslagsom sektor(van-tot) uren % ws neerslag(mm) 1 2 3 4 5 6 7 (-15- 15): ( 15- 45): ( 45- 75): ( 75-105): (105-135): (135-165): (165-195): 4279.0 4990.0 7179.0 4862.0 5333.0 6049.0 9376.0 4.9 5.7 8.2 5.5 6.1 6.9 10.7 3.3 3.5 3.9 3.4 3.3 3.4 4.1 281.45 225.85 189.40 231.60 373.20 552.25 897.69 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 8 (195-225): 12678.0 14.5 9 (225-255): 12210.0 13.9 10 (255-285): 9186.0 10.5 11 (285-315): 6401.0 7.3 12 (315-345): 5129.0 5.9 gemiddeld/som: 0.0 4.7 5.3 4.4 4.0 3.6 4.1 1306.34 1430.74 1313.00 834.89 459.60 8096.02 lengtegraad: : 5.0 breedtegraad: : 52.0 Bodemvochtigheid-index: 1.00 Albedo (bodemweerkaatsingscoefficient): 0.20 Percentielen voor 1-uurgemiddelde concentraties In het percentielenbestand is aangegeven op hoeveel uur(blokken) de percentielwaarden betrekking hebben, de hoge percentielen kunnen bij een gering aantal berekeningsuren daardoor minder nauwkeurig zijn! (laatste regel in percentielbestand) Aantal receptorpunten 2601 Terreinruwheid receptor gebied [m]: 0.6022 Terreinruwheid [m] op meteolokatiein windgegevens verwerkt Hoogte berekende concentraties [m]: 1.5 Gemiddelde veldwaarde concentratie [ouE/m3]: hoogste gem. concentratiewaarde in het grid: Hoogste uurwaarde concentratie in tijdreeks: Coordinaten (x,y): 77360, 390760 Datum/tijd (yy,mm,dd,hh): 1995 7 9 17 Aantal bronnen : ********* Brongegevens van bron ** PUNTBRON ** gaswasser 0.01659 0.12335 6.06665 2 : 1 X-positie van de bron [m]: 77595 Y-positie van de bron [m]: 390888 Schoorsteenhoogte (tov maaiveld) [m]: 30.0 Inw. schoorsteendiameter (top): 3.00 Uitw. schoorsteendiameter (top): 3.01 Gem. volumeflux over bedrijfsuren (Nm3/s) : 125.00000 Gem. uittree snelheid over bedrijfsuren (m/s) : 19.62514 Temperatuur rookgassen (K) : 303.00 Gem. warmte emissie over bedrijfsuren (MW) : 3.347 **Warmte emissie voor deze bron constante - ingelezen - waarde** Aantal bedrijfsuren: 71057 (Bedrijfsuren zijn uren met een emissie > 0) gemiddelde emissie over bedrijfsuren: (ouE/s) 101111 gemiddelde emissie over alle uren: (ouE/s) 81949 ********* Brongegevens van bron ** PUNTBRON ** TNV X-positie van de bron [m]: : 2 77645 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 Y-positie van de bron [m]: 390943 Schoorsteenhoogte (tov maaiveld) [m]: 11.5 Inw. schoorsteendiameter (top): 1.20 Uitw. schoorsteendiameter (top): 1.21 Gem. volumeflux over bedrijfsuren (Nm3/s) : 9.44325 Gem. uittree snelheid over bedrijfsuren (m/s) : 11.73059 Temperatuur rookgassen (K) : 383.00 Gem. warmte emissie over bedrijfsuren (MW) : 1.296 **Warmte emissie is per uur berekend afh van buitenluchttemp** Aantal bedrijfsuren: 70918 (Bedrijfsuren zijn uren met een emissie > 0) gemiddelde emissie over bedrijfsuren: (ouE/s) 108056 gemiddelde emissie over alle uren: (ouE/s) 87407 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 BIJLAGE II GEURCONTOUREN Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 Afbeelding II.1. Geurcontouren vergunde en aangevraagde situatie Tabel II.1. Geurcontouren LWM Bergen op Zoom 3 29 augustus 2013 geurcontouren ouE/m als 98-percentiel versie 2 meteogegevens 1995-2004 berekend — vergunde situatie waarde 1,0 - - vergunde situatie waarde 0,9 (H = -0,5) — aangevraagde situatie - - aangevraagde situatie waarde 0,9 (H = -0,5) meteostation Nederland terreinruwheidslengte 0,6022 m schaal 3 x 3 km datum model Kema Stacks 12.1 getekend ir. A.C.J. Donkersloot Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 Afbeelding II.2. Geurbelasting aaneengesloten woonbebouwing vergunde en aangevraagde situatie Tabel II.2. Geurbelasting ter hoogte van aaneengesloten woonbebouwing 3 datum 4 juli 2013 geurcontouren ouE/m als 98-percentiel versie 1 meteogegevens 1995-2004 berekend — — vergunde situatie meteostation Nederland aangevraagde situatie terreinruwheidslengte 0,6022 m schaal 3 x 3 km model Kema Stacks 12.1 getekend ir. A.C.J. Donkersloot Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 Afbeelding II.3. Geurcontouren vergunde en aangevraagde situatie - zonder TNV Tabel II.3. Geurbelasting ter hoogte van aaneengesloten woonbebouwing 3 4 juli 2013 geurcontouren ouE/m als 98-percentiel versie 1 berekend — — datum meteogegevens 1995-2004 vergunde situatie meteostation Nederland aangevraagde situatie terreinruwheidslengte 0,6022 m schaal 3 x 3 km model Kema Stacks 12.1 getekend ir. A.C.J. Donkersloot Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 BIJLAGE III OVERZICHT AFGASSTROMEN AANGEVRAAGDE SITUATIE Witteveen+Bos, bijlage III behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage III behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage III behorende bij rapport BOZ35-52/zegv/006 d.d. 29 augustus 2013 BIJLAGE II ONDERZOEK LUCHTKWALITEIT Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-50/13.001.130 d.d. 13 december 2013 Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-50/13.001.130 d.d. 13 december 2013 Lamb Weston / Meijer v.o.f. Luchtkwaliteitsonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 INHOUDSOPGAVE blz. 1. INLEIDING 1 2. TOETSINGSKADER 3 3. UITGANGSPUNTEN LUCHTKWALITEITONDERZOEK 3.1. Werkwijze 3.2. Toetsingslocaties 3.3. Zichtjaren 3.4. Relevante bronnen 3.4.1. Industriële bronnen 3.4.2. Wegverkeer 3.5. Achtergrondconcentratie 5 5 5 5 6 6 7 7 4. RESULTATEN 4.1. Industriële bijdrage 4.2. Verkeersbijdrage 4.3. Totale concentraties en toetsing aan de grenswaarden 4.3.1. NO2 4.3.2. PM10 11 11 11 11 11 12 5. CONCLUSIES 13 laatste bladzijde 14 BIJLAGEN I Scenariofiles NOx verspreidingsberekeningen II Invoerbestand en resultaten CARII berekening III Contourenkaart NO2-bijdrage LWM aantal blz. 3 1 1 1. INLEIDING Lamb Weston/Meijer v.o.f. (verder: LWM) heeft plannen om de productie uit te breiden op de locatie te Bergen op Zoom. De beoogde uitbreiding zou effect kunnen hebben op de emissies naar de lucht en daarmee op de luchtkwaliteit in de omgeving. De uitbreidingsplannen die de basis vormen van het voorliggende geuronderzoek worden als volgt kort omschreven (zie ook de vergunningaanvraag WABO bijlage: B200c): - realisatie van een tweede lijn voor gebakken aardappelproducten, waardoor de totale hoeveelheid gebakken aardappelproducten met 70 % toeneemt; - de vlokkenlijn wordt in capaciteit uitgebreid van 1 ton/h naar 3 ton/h; - de mogelijkheid om 100 % van de tijd gebatterd product (spicy wedges) te kunnen produceren blijft gehandhaafd; - het totale aardappelverbruik door de uitbreidingen van zowel gebakken product als vlokken wordt hiermee verdubbeld naar circa 500.000 ton per jaar. De uitbreidingsplannen hebben gevolgen voor de emissies van NOx van diverse verbrandingsinstallaties van LWM (industriële bronnen) en emissies van NOx en PM10 van het met de inrichting samenhangende wegverkeer. In dit luchtkwaliteitonderzoek, dat als bijlage bij de aanvraag omgevingsvergunning is gevoegd, worden de effecten van de gehele inrichting (inclusief de uitbreiding) op de concentraties stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10) in de omgeving inzichtelijk gemaakt. De emissies van de industriële bronnen en het aantal bewegingen van het met de inrichting samenhangende wegverkeer zijn gekwantificeerd. Vervolgens zijn met behulp van verspreidingsberekeningen met het rekenmodel Kema-Stacks (industriële bronnen) en het rekenmodel CARII (wegverkeer), de concentraties van NO2 en PM10 in de omgeving berekend. De concentraties van deze luchtverontreinigende stoffen zijn in beeld gebracht. De totale concentraties NO2 en PM10 zijn ter hoogte van de maatgevende toetsingslocaties voor de jaren 2014, 2015 en 2020 getoetst aan het wettelijk kader. Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt het wettelijk kader met betrekking tot luchtkwaliteit beschreven. In hoofdstuk 3 worden de emissies naar de lucht gekwantificeerd en zijn de overige uitgangspunten voor het onderzoek beschreven. De resultaten van de berekeningen staan in hoofdstuk 4 en tot slot zijn de conclusies samengevat in hoofdstuk 5. Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 1 2 Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 2. TOETSINGSKADER In de Wet milieubeheer titel 5.2 (‘Wet luchtkwaliteit’) zijn luchtkwaliteiteisen opgenomen voor luchtverontreinigende stoffen in de buitenlucht. In onderhavige situatie worden, op basis van de emissies, met name de stoffen stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10) relevant geacht. Het luchtkwaliteitonderzoek beperkt zich dan ook tot deze stoffen. De grenswaarden voor NO2 en PM10 uit de Wet luchtkwaliteit zijn weergegeven in tabel 2.1. Hierbij is tevens weergegeven wanneer deze grenswaarden in werking treden. Tabel 2.1. Overzicht toetsingskader luchtkwaliteit 3 grenswaarde (µg/m ) ingangsdatum stof criterium NO2 jaargemiddelde concentratie 40 uurgemiddelde concentratie 200 ** 1 januari 2015 40 1 januari 2005 1 januari 2015 * # (mag maximaal 18 keer per jaar worden overschreden) PM10 *** jaargemiddelde concentratie etmaalgemiddelde concentratie 50 ## 11 juni 2011 (mag maximaal 35 keer per jaar worden overschreden) 3 * Tot die datum geldt een tijdelijke grenswaarde van 60 µg/m . ** Hiervoor geldt als indicatorgrenswaarde: jaargemiddelde concentratie van 82 µg/m . 3 # Tot die datum geldt een tijdelijke grenswaarde van 300 µg/m . ## Hiervoor geldt als indicatorgrenswaarde: jaargemiddelde concentratie van 31,2 µg/m . *** 3 3 Bij de beoordeling van de concentraties PM10 is in geval van grenswaardeoverschrijding een correctie toegestaan voor zeezout. In dit rapport is niet gecorrigeerd voor zeezout. De revisievergunning kan worden verleend indien aannemelijk kan worden gemaakt dat: - de inrichting, al dan niet in combinatie met maatregelen, niet in betekende mate bijdraagt aan de luchtkwaliteit (Wm artikel 5.16.1.c), ofwel dat - de luchtkwaliteit door de inrichting, al dan niet in combinatie met de met maatregelen, per saldo verbetert of tenminste gelijk blijft (Wm artikel 5.16.1.b.1°), ofwel dat - bij een beperkte verslechtering van de luchtkwaliteit vanwege de inrichting, de luchtkwaliteit in een gebied rondom de inrichting per saldo verbetert (Wm artikel 5.16.1.b.2°). De verbetering en verslechtering zullen beide moeten gelden voor overschrijdingssituaties en dienen te worden betrokken op de concentraties van NO2 en/of PM10, ofwel dat - er geen grenswaarden worden overschreden (Wm artikel 5.16.1.a). In het Besluit ‘Niet in betekenende mate bijdragen’ (Besluit NIBM) en de ministeriële regeling ‘Niet in betekenende mate bijdragen’ (Regeling NIBM) zijn de uitvoeringsregels vastgelegd die betrekking hebben op het begrip NIBM. Hierin is bepaald dat de concentratiebijdragen NO2 en PM10 als NIBM mogen worden beschouwd wanneer deze het jaargemiddeld maximaal 1,2 µg/m 3 bedragen. Wanneer hiervan sprake is, wordt voldaan aan artikel 5.16 eerste lid, onder c van de Wm en kan een uitgebreid luchtonderzoek achterwege blijven. Op 19 december 2008 is een wijziging van de Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007 (RBL) in werking getreden. Met deze wijziging wordt het ‘toepasbaarheidbeginsel’ geïntroduceerd. Dit beginsel geeft aan op welke plaatsen de luchtkwaliteitseisen toegepast moeten worden: de werkingssfeer en de beoordelingssystematiek. Dit is een uitwerking van bijlage III uit de nieuwe Europese Richtlijn luchtkwaliteit (2008). Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 3 De belangrijkste gevolgen van de gewijzigde RBL zijn: - geen beoordeling van de luchtkwaliteit op plaatsen waar het publiek geen toegang heeft en waar geen bewoning is; - geen beoordeling van de luchtkwaliteit op bedrijfsterreinen of terreinen van industriële inrichtingen (hier gelden de ARBO regels). Dit omvat mede de (eigen) bedrijfswoning. Toetsing vindt plaats vanaf de grens van de inrichting of bedrijfsterrein; - geen beoordeling van de luchtkwaliteit op de rijbaan van wegen, en op de middenberm van wegen, tenzij voetgangers normaliter toegang hebben tot de middenberm. Het onderhavige onderzoek is uitgevoerd conform het bovenstaande toetsingskader. 4 Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 3. UITGANGSPUNTEN LUCHTKWALITEITONDERZOEK 3.1. Werkwijze Ten gevolge van de activiteiten van LWM worden emissies van de stoffen NOx en PM10 verwacht. De diverse verbrandingsinstallaties van LWM (industriële bronnen) emitteren NOx en door het met de inrichting samenhangende wegverkeer wordt NOx en PM10 geëmitteerd. De totale concentraties in de omgeving van LWM bestaan uit de optelling van: - de achtergrondconcentratie; - de bijdrage van het lokale wegverkeer; - de bijdrage van de bronnen van LWM. In Nederland worden de concentraties uit de GCN (Grootschalige Concentratiekaarten Nederland) gebruikt als achtergrondconcentratie1. De bijdrage van het lokale wegverkeer wordt berekend met de Monitoringstool (zie paragraaf 3.5). De bijdrage van LWM wordt in dit luchtkwaliteitonderzoek berekend. In het luchtkwaliteitonderzoek zijn de totale concentraties NO2 en PM10 in de nabije omgeving van de inrichting van LWM inzichtelijk gemaakt ter hoogte van een aantal maatgevende locaties en voor de relevante zichtjaren. De op deze wijze berekende totale concentraties worden getoetst aan het wettelijk kader dat is beschreven hoofdstuk 2. 3.2. Toetsingslocaties In het onderzoek wordt uitgegaan van twee toetsingslocaties, te weten: 1. toetsingspunt 1: de locatie waar een maximale bijdrage van de inrichting te verwachten is, vanwege de industriële NOx-emissies van de inrichting. De keuze van deze locatie is gebaseerd op de berekende contouren voor NO2. Bij de keuze is rekening gehouden met locaties waar volgens het toepasbaarheidbeginsel de luchtkwaliteitseisen van toepassing zijn; 2. toetsingspunt 2; de locatie langs de Randweg-West waar de totale concentraties volgens de Monitoringstool het hoogst zijn. Deze toetsingslocatie is in het onderzoek meegenomen om inzichtelijk te maken of langs de Randweg-West al dan niet sprake zal zijn van overschrijdingen van de grenswaarden. 3.3. Zichtjaren De jaargemiddelde concentraties worden getoetst aan de grenswaarden zoals weergegeven in tabel 2.1 (hoofdstuk 2). De relevante jaren zijn 2014, 2015 en 2020. Het jaar 2014 is gehanteerd aangezien in dit jaar de revisievergunning wordt aangevraagd. Het jaar 2015 is relevant aangezien dan de grenswaarden voor NO2 in werking treden. Het jaar 2020 is toegevoegd om een doorkijk te geven naar de toekomstige situatie. 1 Door het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) jaarlijks gepresenteerde update van kaarten waarin de concentraties van luchtverontreinigende stoffen in Nederland tot 2030 staan weergegeven op een detailniveau van 1 km x 1 km. Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 5 De Monitoringstool rapporteert geen gegevens van ná 2020. Voor de periode 2020-2030 wordt in Nederland voor de stoffen NO2 en PM10 een lichte daling van de concentraties verwacht [bron: GCN-kaarten]. Hierdoor mag worden verwacht dat als in het jaar 2020 wordt voldaan aan de grenswaarden en de bijdrage van LWM niet wijzigt, er ook in de jaren na 2020 wordt voldaan aan de grenswaarden. 3.4. Relevante bronnen Op basis van het type bron wordt het gehanteerde verspreidingsmodel gekozen. Voor binnenstedelijk wegverkeer is het CARII-model versie 11.0 gehanteerd (mei 2012). Voor de industriële bronnen wordt gebruik gemaakt van het model KEMA Stacks (versie 2012)1. In onderstaande paragrafen worden de uitgangspunten per broncategorie beschreven. 3.4.1. Industriële bronnen De relevante industriële bronnen van LWM voor NOx zijn door het bedrijf geïnventariseerd en aangeleverd. Het overzicht van de bronnen is opgenomen als tabel 3.1. Deze gegevens vormen de basis voor de invoer van de verspreidingsberekeningen met KEMA Stacks. De scenariofiles van deze berekeningen zijn opgenomen als bijlage I. Er zijn geen relevante PM10 emissies afkomstig van industriële bronnen. In de aangevraagde situatie zullen de bestaande ‘Procal ketel’ en de ‘Stork ketel’ worden vervangen door twee nieuwe ketels: nieuwe ketel 1 en nieuwe ketel 2. De nieuwe ketels zijn identiek aan elkaar. De emissies van deze ketels is geschat op basis van het meest ongunstige NOx emissiekental van de Stork ketel: 30,5 g/GJ. Voor de TNV en de biogasmotor is uitgegaan van bij deze installaties gemeten emissiekentallen. Overige aannames: - de locatie van de nieuwe ketels komt overeen met de locatie van de oude ketels; - het verwachtte aardgasverbruik in de aangevraagde situatie is 29·106 m 3/jaar. Dit is geschat op basis van een verwacht aardgasverbruik van de friteslijn van 19·106 m 3/jaar (1,7 x huidige verbruik) en 10·106 m 3/jaar (3 x huidige verbruik) van de vlokkenlijn; - het verwachtte biogasverbruik is 3,3·106 m 3/jaar; - de rookgasdebieten van de nieuwe ketels en de biogasmotor zijn berekend uitgaande van 11 m 3 rookgas per m 3 aardgas en 12 m 3 rookgas per m 3 biogas; - het rookgasdebiet van de TNV is berekend uitgaande van 17 m 3 rookgas per m 3 aardgas of biogas; - de verbrandingswaarde van aardgas is 31,65 MJ/m 3 en van biogas 23,9 MJ/m 3; - de direct als NO2 uitgestoten fractie van de NOx-emissie is 10 %. Tabel 3.1. Uitgangspunten industriële NOx-emissies bron x y hoogte m-mv 1 aardgas 6 3 10 m /jaar biogas 6 3 10 m /jaar g NOx/ GJ debiet bedrijfuren NOx 3 uren/jaar kg/s m0 /s nieuwe ketel 1 77656 390941 13 11,60 0 30,5 4,726 7.500 nieuwe ketel 2 77660 390938 13 10,44 0 30,5 4,493 7.100 0,000415 0,000394 TNV 77631 390934 11 6,96 0,33 43,8 4,849 7.100 0,000391 biogasmotor 77639 390928 12 0 2,97 118 1,394 7.100 0,000328 Op het moment van uitvoering van deze berekeningen was nog geen up-date 2013 van CARII en Kema Stacks beschikbaar. Voor de berekening van concentratiebijdragen is dit echter minder van belang aangezien de bedrijfsemissies niet wijzigen bij een model update. 6 Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 3.4.2. Wegverkeer De verkeersaantrekkende werking van LWM wordt in de aangevraagde situatie geschat op 137 vrachtwagens per werkdag (waarvan 95 % zwaar en 5 % middelzwaar) en 200 personenvoertuigen. Aangezien elk voertuig 2 voertuigbewegingen oplevert, resulteert dit in 674 voertuigbewegingen per etmaal met 59 % licht verkeer, 2 % middelzwaar en 39 % zwaar verkeer. De concentratiebijdrage van het verkeer van en naar LWM is maximaal ter hoogte van de inrit van de inrichting, aangezien op deze locatie al het verkeer passeert. De concentratiebijdrage is echter berekend langs de Randweg West, ter hoogte van de toetsingspunten met ID 2170 en ID 2182 uit de Monitoringstool. Deze punten zijn gekozen omdat blijkt dat op het punt ID 2170 de bijdrage van de industriële bronnen van LWM het hoogst is (zie paragraaf 4.1) en op het punt met ID 2182 blijkt totale concentratie van achtergrond en lokale verkeersbijdragen het hoogst te zijn. Als ‘worst case’ is aangenomen is dat alle verkeer van en naar LWM langs deze toetsingspunten passeert. In bijlage II is de uitdraai opgenomen van de invoergegevens voor de CARII-berekeningen. Het verkeer over de omliggende wegen is opgenomen in de berekening van de GCN/Monitoringstool en is derhalve niet als separate bron in dit onderzoek betrokken. 3.5. Achtergrondconcentratie In de Monitoringstool1 (versie: monitoring NSL 2012) zijn de concentraties in de nabijheid van hoofdwegen gedetailleerder weergegeven dan in de GCN. In de GCN zijn de concentraties in heel Nederland met een nauwkeurigheid van 1 vierkante kilometer opgenomen. Binnen deze vierkante kilometer zijn er geen concentratieverschillen. Nabij hoofdwegen is deze resolutie niet nauwkeurig genoeg. Vergelijking met de GCN-waarden laat zien dat nabij de hoofdwegen de concentratiewaarden van de Monitoringstool boven de GCN-waarden liggen2. In het onderhavig onderzoek is daarom ten behoeve van de toetsing aan de grenswaarden voor de toetsingslocatie langs de Randweg West uitgegaan van de achtergrondconcentraties uit de Monitoringstool. Het toetsingspunt in de nabijheid van LWM met de hoogste concentratiewaarde is het punt met ID 2182, ter hoogte van het kruispunt Randweg West en de Halsterseweg. Het toetsingspunt met ID 2170 is het punt in de nabijheid van LWM waar de bijdrage van LWM aan de NO2-concentraties het hoogst is. De ligging van beide toetspunten is weergegeven in afbeelding 3.1. 1 Ten behoeve van de monitoring van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit is de Monitoringstool ontwikkeld. Deze tool toont de concentraties NO2 en PM10 voor het afgelopen jaar en de relevante zichtjaren van het NSL. In deze tool is eveneens informatie opgenomen over de uitvoering van projecten en maatregelen die zijn opgenomen in het NSL. 2 De concentratiewaarden van de monitoringstool zijn veelal hoger dan de GCN-waarden, omdat in de concentraties in de Monitoringstool zowel de achtergrondconcentratie als de bijdrage van het plaatselijke wegverkeer is opgenomen. Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 7 Afbeelding 3.1. Ligging toetsingspunten ID 2170 en ID 2182 (rood omcirkeld) In de tabel 3.2 en 3.3 zijn de NO2 en PM10 concentraties weergeven voor de toetsingspunten ID 2170 en ID 2182 van de Monitoringstool. Ter vergelijking zijn in de tabellen tevens de bijbehorende grenswaarden opgenomen. Tabel 3.2. NO2 en PM10 concentraties toetsingspunt ID 2170 Monitoringstool jaartal* NO2-concentratie PM10-concentratie 3 3 (µg/m als jaargemiddelde) (µg/m als jaargemiddelde) GCN monitoringtool** grenswaarde GCN monitoringstool** grenswaarde 2011 21,6 23,4 60 26,4 26,8 40 2014 18,8 21,6 60 23,5 23,8 40 2015 17,9 20,6 40 22,5 22,8 40 2020 15,8 17,5 40 21,6 21,9 40 * In de Monitoringstool zijn alleen de jaren 2011, 2015 en 2020 beschikbaar. De gegevens voor het jaar 2014 zijn li- ** Totaal van GCN en bijdrage lokale wegverkeer. neair geïnterpoleerd tussen 2011 en 2015. Tabel 3.3. NO2 en PM10 concentraties toetsingspunt ID 2182 Monitoringstool jaartal* NO2-concentratie PM10-concentratie 3 3 (µg/m als jaargemiddelde) (µg/m als jaargemiddelde) GCN monitoringtool** grenswaarde GCN monitoringstool** grenswaarde 2011 23,5 26,6 60 25,7 26,1 40 2014 20,2 23,6 60 22,5 22,9 40 2015 19,1 22,6 40 21,4 21,8 40 2020 16,4 18,8 40 20,7 21,1 40 * In de Monitoringstool zijn alleen de jaren 2011, 2015 en 2020 beschikbaar. De gegevens voor het jaar 2014 zijn lineair geïnterpoleerd tussen 2011 en 2015. ** Totaal van GCN en bijdrage lokale wegverkeer. Uit tabel 3.2 en 3.3 blijkt dat op beide toetsingspunten wordt voldaan aan de grenswaarden voor de jaargemiddelde concentraties NO2 en PM10. Boven een indicatorgrenswaarde van 82 µg NO2/m 3 als jaargemiddelde kan de grenswaarde van maximaal 18 uren per jaar met uurgemiddelde concentraties hoger dan 200 µg NO2/m 3 worden verwacht. Er wordt op de 8 Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 toetspunten ruim voldaan aan deze indicatorgrenswaarde. Boven een indicatorgrenswaarde van 31,2 µg PM10/m 3 als jaargemiddelde, kan de grenswaarde van maximaal 35 dagen per jaar met etmaalgemiddelde concentraties hoger dan 50 µg PM10/m 3 worden verwacht. Er wordt op de toetspunten eveneens ruim voldaan aan deze indicatorgrenswaarde. Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 9 10 Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 4. RESULTATEN 4.1. Industriële bijdrage De contourenkaart met de berekende jaargemiddelde concentratiebijdragen van NO2 ten gevolge van de industriële emissies van de inrichting zijn weergegeven in afbeelding III.1 in bijlage III. De bijdragen zijn berekend in het jaar 2014. Deze zijn tevens representatief voor de bijdragen in de jaren daarna. De maximale bijdrage van de industriële bronnen aan de NO2-concentraties in de omgeving is 2,6 µg/m 3 als jaargemiddelde. Deze maximale bijdrage treedt op ten noordoosten van LWM ter hoogte van het toetsingspunt met ID 2170 uit de Monitoringstool. Op het toetsingspunt met ID 2182 uit de Monitoringstool is de bijdrage van de industriële emissies van LWM 0,4 µg NO2/m 3 als jaargemiddelde. De berekende concentratiebijdragen zijn tevens opgenomen in tabel 4.1 en 4.2. 4.2. Verkeersbijdrage De resultaten van de CARII berekeningen zijn opgenomen in bijlage II. De bijdrage van het verkeer van LWM is berekend uit het verschil tussen de totale concentratie (jaargemiddelde) en de achtergrondconcentratie (jm achtergrond). De te verwachten maximale concentratiebijdragen van het personen- en vrachtverkeer dat van en naar de inrichting rijdt is 1,7 µg NO2/m 3 als jaargemiddelde en 0,2 µg PM10/m 3 als jaargemiddelde. In de tabellen 4.1 en 4.2 zijn deze bijdragen samen met de bijdrage van de industriële emissies gesommeerd met de concentraties van de Monitoringstool. 4.3. Totale concentraties en toetsing aan de grenswaarden 4.3.1. NO2 In onderstaande tabel 4.1 zijn de berekende bijdrage van de industriële bronnen van LWM en de bijdrage van het wegverkeer van LWM aan de NO2-concentraties gesommeerd met de totale NO2-concentraties uit de Monitoringstool (tabel 3.2 en 3.3). Tabel 4.1. Resultaten NO2 locatie 3 jaargemiddelde concentratie NO2 (µg/m ) jaar monitoringstool ID 2170 ID 2182 max. bijdrage bijdrage industriële verkeer LWM emissies LWM totaal grenswaarde 2014 21,6 1,7 2,6 25,9 60 2015 20,6 1,7 2,6 24,9 40 2020 17,5 1,7 2,6 21,8 40 2014 23,6 1,7 0,4 25,7 60 2015 22,6 1,7 0,4 24,7 40 2020 18,8 1,7 0,4 20,9 40 Uit tabel 4.1 blijkt dat op beide toetsingspunten wordt voldaan aan de grenswaarden voor de jaargemiddelde concentraties NO2. Boven een indicatorgrenswaarde van 82 µg NO2/m 3 als jaargemiddelde kan de grenswaarde van maximaal 18 uren per jaar met uurgemiddelde concentraties hoger dan 200 µg NO2/m 3 worden verwacht. Er wordt op de toetspunten ruim Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 11 voldaan aan deze indicatorgrenswaarde, dus overschrijding van de grenswaarde voor de uurgemiddelde concentratie NO2 wordt niet verwacht. 4.3.2. PM10 In onderstaande tabel 4.2 is de berekende bijdrage van het wegverkeer van LWM aan de PM10-concentraties gesommeerd met de totale PM10-concentraties uit de Monitoringstool (tabel 3.2 en 3.3). Er zijn geen relevante PM10 emissies afkomstig van industriële bronnen. Tabel 4.2. Resultaten PM10 locatie 3 jaargemiddelde concentratie PM10 (µg/m ) jaar monitoringstool max. bijdrage totaal grenswaarde verkeer LWM ID 2170 ID 2182 2014 23,8 0,2 24,0 40 2015 22,8 0,2 23,0 40 2020 21,9 0,2 22,1 40 2014 22,9 0,2 23,1 40 2015 21,8 0,2 22,0 40 2020 21,1 0,2 21,3 40 Uit tabel 4.2 blijkt dat op beide toetsingspunten wordt voldaan aan de grenswaarden voor de jaargemiddelde concentraties PM10. Boven een indicatorgrenswaarde van 31,2 µg PM10/m 3 als jaargemiddelde, kan de grenswaarde van maximaal 35 dagen per jaar met etmaalgemiddelde concentraties hoger dan 50 µg PM10/m 3 worden verwacht. Er wordt op de toetspunten eveneens ruim voldaan aan deze indicatorgrenswaarde, dus overschrijding van de grenswaarde voor de etmaalgemiddelde concentratie PM10 wordt niet verwacht. 12 Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 5. CONCLUSIES Berekeningen met Kema Stacks en CARII zijn uitgevoerd om de concentraties NO2 en PM10 en de invloed van de inrichting van LWM te Bergen op Zoom in beeld te brengen. Op maatgevende locaties is de gecombineerde invloed in beeld gebracht van de activiteiten van LWM en de achtergrondconcentratie en de bijdrage van lokaal wegverkeer. Uit de resultaten blijkt dat op de maatgevende locaties: - wordt voldaan aan de grenswaarde voor de jaargemiddelde concentratie NO2; - wordt voldaan aan de grenswaarde voor het aantal uren met een uurgemiddelde concentratie boven 200 µg NO2/m 3; - wordt voldaan aan de grenswaarde voor de jaargemiddelde concentratie PM10; - wordt voldaan aan de grenswaarde voor het aantal dagen met een etmaalgemiddelde concentratie boven 50 µg PM10/m 3. De aangevraagde activiteiten van LWM voldoen op deze punten aan de luchtkwaliteitseisen, waarmee wordt voldaan aan artikel 5.16, eerste lid, onder a van de Wet milieubeheer. Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 13 14 Witteveen+Bos, BOZ35-53/spij2/008 definitief d.d. 26 augustus 2013, Luchtkwaliteitonderzoek productielocatie Bergen op Zoom mei 2013 BIJLAGE I SCENARIOFILE NOX VERSPREIDINGSBEREKENINGEN Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-53/spij2/008 d.d. 26 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-53/spij2/008 d.d. 26 augustus 2013 KEMA STACKS VERSIE 2012.1 Release 10 mei 2012 Stof-identificatie: NO2 start datum/tijd: 31-05-2013 9:50:46 datum/tijd journaal bestand: 31-05-2013 10:21:26 BEREKENINGRESULTATEN Geen percentielen berekend Berekening uitgevoerd met alle meteo uit Presrm! Meteo Schiphol en Eindhoven, vertaald naar locatiespecifieke meteo De locatie waarop de achtergrondconcentratie (en meteo) is bepaald : 77500 391000 De basis-meteorologie EN afgeleide meteo (u*, L etc) is via de PreSRM verkregen opgegeven emissie-bestand D:\STACKS_12_1\Stacks12_1_BOZ3553\input\emis.dat Bron(nen)-bijdragen PLUS achtergrondconcentraties berekend! Generieke Concentraties van Nederland (GCN) gebruikt Deze zijn gelezen met de PreSRM module; versie : 1.206 Opgegeven eigen dubbeltellingscorrectie achtergrondconcentraties 0.0000 Windroos-waarden berekend op opgegeven coordinaten: 391000 GCN-waarden in de BLK file per receptorpunt berekend. Doorgerekende (meteo)periode Start datum/tijd: 1- 1-1995 1:00 h Eind datum/tijd: 31-12-2004 24:00 h Prognostische berekeningen met referentie jaar: 2014 Aantal meteo-uren waarmee gerekend is : 77500 87600 De windroos: frekwentie van voorkomen van de windsektoren(uren, %) op receptor-lokatie met coordinaten: 77500 391000 gem. windsnelheid, neerslagsom en gem. achtergrondconcentraties (ug/m3) sektor(van-tot) uren % ws neerslag(mm) NO2 O3 1 2 3 (-15- 15): ( 15- 45): ( 45- 75): 4278.0 4969.0 7172.0 4.9 5.7 8.2 3.2 3.3 3.8 281.40 225.85 189.30 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-53/spij2/008 d.d. 26 augustus 2013 17.36 19.91 21.49 52.82 46.91 41.35 4 ( 75-105): 4861.0 5 (105-135): 5334.0 6 (135-165): 6052.0 7 (165-195): 9358.0 8 (195-225): 12670.0 9 (225-255): 12210.0 10 (255-285): 9181.0 11 (285-315): 6404.0 12 (315-345): 5111.0 gemiddeld/som: 87600.0 5.5 6.1 6.9 10.7 14.5 13.9 10.5 7.3 5.8 3.3 3.2 3.2 3.9 4.5 5.0 4.2 3.8 3.4 3.9 231.70 373.20 552.25 895.74 1306.24 1428.69 1308.80 834.54 459.60 8087.32 lengtegraad: : 5.0 breedtegraad: : 52.0 Bodemvochtigheid-index: 1.00 Albedo (bodemweerkaatsingscoefficient): 25.31 26.00 25.51 22.09 18.08 13.51 12.22 11.64 13.44 18.3 34.44 31.99 29.90 34.05 40.22 50.88 55.27 59.50 58.29 44.6 0.20 Geen percentielen berekend Aantal receptorpunten 2601 Terreinruwheid receptor gebied [m]: 0.8767 Terreinruwheid [m] op meteolokatiein windgegevens verwerkt Hoogte berekende concentraties [m]: 1.5 Gemiddelde veldwaarde concentratie [ug/m3]: 18.59362 hoogste gem. concentratiewaarde in het grid: 23.06866 Hoogste uurwaarde concentratie in tijdreeks: 138.31133 Coordinaten (x,y): 80000, 390060 Datum/tijd (yy,mm,dd,hh): 2001 1 19 14 Aantal bronnen : 4 ********* Brongegevens van bron : 1 ** PUNTBRON ** 01 nieuwe ketel 1 X-positie van de bron [m]: 77660 Y-positie van de bron [m]: 390938 Schoorsteenhoogte (tov maaiveld) [m]: 13.0 Inw. schoorsteendiameter (top): 1.00 Uitw. schoorsteendiameter (top): 1.05 Gem. volumeflux over bedrijfsuren (Nm3/s) : 4.72161 Gem. uittree snelheid over bedrijfsuren (m/s) : 8.22375 Temperatuur rookgassen (K) : 373.00 Gem. warmte emissie over bedrijfsuren (MW) : 0.583 **Warmte emissie is per uur berekend afh van buitenluchttemp** NO2 fraktie in het rookgas [%] : 10.00 Aantal bedrijfsuren: 74967 (Bedrijfsuren zijn uren met een emissie > 0) gemiddelde emissie over bedrijfsuren: (kg/s) 0.000415000 gemiddelde emissie over alle uren: (kg/s) 0.000355152 ********* Brongegevens van bron : 2 ** PUNTBRON ** 02 nieuwe ketel 2 X-positie van de bron [m]: 77656 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-53/spij2/008 d.d. 26 augustus 2013 Y-positie van de bron [m]: 390941 Schoorsteenhoogte (tov maaiveld) [m]: 13.0 Inw. schoorsteendiameter (top): 1.00 Uitw. schoorsteendiameter (top): 1.05 Gem. volumeflux over bedrijfsuren (Nm3/s) : 4.49684 Gem. uittree snelheid over bedrijfsuren (m/s) : 7.81296 Temperatuur rookgassen (K) : 373.00 Gem. warmte emissie over bedrijfsuren (MW) : 0.554 **Warmte emissie is per uur berekend afh van buitenluchttemp** NO2 fraktie in het rookgas [%] : 10.00 Aantal bedrijfsuren: 71047 (Bedrijfsuren zijn uren met een emissie > 0) gemiddelde emissie over bedrijfsuren: (kg/s) 0.000394000 gemiddelde emissie over alle uren: (kg/s) 0.000319549 ********* Brongegevens van bron ** PUNTBRON ** 03 TNV : 3 X-positie van de bron [m]: 77631 Y-positie van de bron [m]: 390934 Schoorsteenhoogte (tov maaiveld) [m]: 11.0 Inw. schoorsteendiameter (top): 1.20 Uitw. schoorsteendiameter (top): 1.25 Gem. volumeflux over bedrijfsuren (Nm3/s) : 4.84613 Gem. uittree snelheid over bedrijfsuren (m/s) : 5.85347 Temperatuur rookgassen (K) : 373.00 Gem. warmte emissie over bedrijfsuren (MW) : 0.598 **Warmte emissie is per uur berekend afh van buitenluchttemp** NO2 fraktie in het rookgas [%] : 10.00 Aantal bedrijfsuren: 71017 (Bedrijfsuren zijn uren met een emissie > 0) gemiddelde emissie over bedrijfsuren: (kg/s) 0.000391000 gemiddelde emissie over alle uren: (kg/s) 0.000316982 ********* Brongegevens van bron : ** PUNTBRON ** 04 Biogas motor 4 X-positie van de bron [m]: 77639 Y-positie van de bron [m]: 390928 Schoorsteenhoogte (tov maaiveld) [m]: 12.0 Inw. schoorsteendiameter (top): 0.45 Uitw. schoorsteendiameter (top): 0.50 Gem. volumeflux over bedrijfsuren (Nm3/s) : 1.39309 Gem. uittree snelheid over bedrijfsuren (m/s) : 11.98184 Temperatuur rookgassen (K) : 373.00 Gem. warmte emissie over bedrijfsuren (MW) : 0.172 **Warmte emissie is per uur berekend afh van buitenluchttemp** NO2 fraktie in het rookgas [%] : 10.00 Aantal bedrijfsuren: 70892 (Bedrijfsuren zijn uren met een emissie > 0) gemiddelde emissie over bedrijfsuren: (kg/s) 0.000328000 gemiddelde emissie over alle uren: (kg/s) 0.000265440 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-53/spij2/008 d.d. 26 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-53/spij2/008 d.d. 26 augustus 2013 BIJLAGE II INVOERBESTAND EN RESULTATEN CARII-BEREKENING Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-53/spij2/008 d.d. 26 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-53/spij2/008 d.d. 26 augustus 2013 Tabel II.1. Invoergegevens CARII berekening Straat Intensiteit Fractie Fractie Fractie Fractie Parkeer Snelheids Weg Bomen Afstand Fractie Plaats naam X(m) Y(m) (mvt/etm) licht middel zwaar autob. beweg. type type factor tot wegas stagnatie Bergen op Zoom Randweg West 78000 391993 674 0,59 0,02 0,39 0 0 Normaal stadsverkeer Basistype 1,25 10 0 Tabel II.2. Resultaten CARII berekening Rapportage no2pm10 Naam Versie Stratenbestand Jaartal Meteorologische conditie Resultaten inclusief zeezoutcorrectie Resultaten inclusief zeezoutcorrectie Schalingsfactor emissiefactoren Personeneauto's Middelzwaar verkeer Zwaar verkeer Autobussen Plaats Bergen op Zoom rekenaar, vrij. 11.0 LWM2014 2014 Meerjarige meteorologie locatieafhankelijk 0 µg/m3 1 1 1 1 Straatnaam Randweg West X Y 78000 391993 Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-53/spij2/008 d.d. 26 augustus 2013 NO2 (µg/m3) Jaargemiddelde 21,3 NO2 (µg/m3) Jm achtergrond 19,6 PM10 (µg/m3) Jaargemiddelde 22 PM10 (µg/m3) Jm achtergrond 21,8 BIJLAGE III CONTOURENKAART NO2-BIJDRAGE LWM Witteveen+Bos, bijlage III behorende bij rapport BOZ35-53/spij2/008 d.d. 26 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage III behorende bij rapport BOZ35-53/spij2/008 d.d. 26 augustus 2013 Afbeelding III.1. Bijdrage industriële bronnen LWM aan NO2-concentraties Tabel III.3. Bijdrage industriële bronnen LWM aan NO2-concentraties 3 datum 31 mei 2013 contouren µg/m als jaargemiddelde versie 1 meteogegevens 1995-2004 berekend NO2-bijdrage meteostation Nederland model Kema Stacks 12.1 terreinruwheidslengte 0,8767 m getekend ir. A.C.J. Donkersloot schaal 3 x 3 km Witteveen+Bos, bijlage III behorende bij rapport BOZ35-53/spij2/008 d.d. 26 augustus 2013 BIJLAGE III AKOESTISCH ONDERZOEK Witteveen+Bos, bijlage III behorende bij rapport BOZ35-50/13.001.130 d.d. 13 december 2013 Witteveen+Bos, bijlage III behorende bij rapport BOZ35-50/13.001.130 d.d. 13 december 2013 Lamb Weston/Meijer v.o.f. INHOUDSOPGAVE blz. 1. INLEIDING 1 2. WETTELIJK KADER 2.1. Gezoneerde industrieterrein Theodorushaven 2.2. Vigerende geluidvoorschriften 2.3. Tussentijdse toetsing door zonebeheerder 3 3 3 3 3. UITGANGSPUNTEN 3.1. Algemeen 3.2. Representatieve bedrijfssituatie 3.3. Bronnen in het rekenmodel 3.4. Maximale geluidniveaus 3.5. Afwijkingen van de representatieve bedrijfssituatie 5 5 5 7 10 10 4. BEREKENINGEN 4.1. Akoestische modelvorming 4.2. Rekenresultaten langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus 4.3. Rekenresultaten maximale geluidniveaus 11 11 11 12 5. BEOORDELING EN CONCLUSIES 13 laatste bladzijde 13 BIJLAGEN I Advies van tussentijdse toetsing II Overzicht van de inrichting III Invoergegevens rekenmodel IV Rekenresultaten (langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus) V Rekenresultaten (maximale geluidniveaus) aantal blz. 3 1 15 11 8 1. INLEIDING De vestiging van Lamb Weston/Meijer (hierna: LWM) aan de Vierlinghweg te Bergen op Zoom is ingericht voor de productie van voorgebakken aardappelproducten, die in bevroren toestand worden gedistribueerd naar afnemers. De inrichting ligt op het gezoneerde industrieterrein Theodorushaven. Afbeelding 1.1. Ligging Lamb Weston/Meijer LWM is voornemens de productielocatie in Bergen op Zoom uit te breiden. Voor deze uitbreiding wordt een omgevingsvergunning voor het onderdeel milieu aangevraagd. Als onderdeel van deze aanvraag dient de geluidbelasting ten gevolge van de inrichting in beeld gebracht te worden en vervolgens dient deze getoetst te worden door de betreffende zonebeheerder. In dat kader is onderhavig akoestisch onderzoek uitgevoerd. Bij het bepalen van de geluidbelasting is de gehele inrichting beschouwd (niet alleen de uitbreiding). De uitbreidingsplannen die de basis vormen van het voorliggende geluidonderzoek worden als volgt kort omschreven (zie ook de vergunningaanvraag WABO bijlage: B200c): - realisatie van een tweede lijn voor gebakken aardappelproducten, waardoor de totale hoeveelheid gebakken aardappelproducten met 70 % toeneemt; - de vlokkenlijn wordt in capaciteit uitgebreid van 1 ton/h naar 3 ton/h; - de mogelijkheid om 100 % van de tijd gebatterd product (spicy wedges) te kunnen produceren blijft gehandhaafd; - het totale aardappelverbruik door de uitbreidingen van zowel gebakken product als vlokken wordt hiermee verdubbeld naar circa 500.000 ton per jaar. Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) 1 2 Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) 2. WETTELIJK KADER 2.1. Gezoneerde industrieterrein Theodorushaven LWM ligt op het, volgens de Wet geluidhinder, gezoneerde industrieterrein Theodorushaven. De geluidbelasting van alle bedrijven op het gezoneerde industrieterrein samen mag op een vastgestelde afstand de norm van 50 dB(A) niet overschrijden. De beoordeling of aan deze norm voldaan kan worden na de uitbreiding van LWM is aan de zonebeheerder van het industrieterrein. In dit geval is dat de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant. 2.2. Vigerende geluidvoorschriften De vigerende (milieu)vergunning is afgegeven door de gemeente Bergen op Zoom op 31 oktober 2000. Voor geluid zijn hierin onder andere de volgende voorschriften opgenomen: Het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau geproduceerd door de in de inrichting aanwezige toestellen en installaties, alsmede door de in de inrichting verrichte werkzaamheden en plaatsvindende activiteiten, mag op de volgende immissiepunten op een hoogte van 5 meter boven het plaatselijk maaiveld niet meer bedragen dan de in tabel 2.1 vermelde grenswaarden. Tabel 2.1 Grenswaarden voor het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau in dB(A) immissiepunt rijksdriehoekscoördinaten dagperiode avondperiode nachtperiode punt A 77810 , 390987 45 45 44 punt B 77769 , 390885 52 52 52 punt C 77614 , 390984 63 63 62 punt D 77642 , 390749 51 51 51 Onverminderd het hierboven gestelde mag het maximale geluidsniveau, veroorzaakt door de in de inrichting aanwezige toestellen en installaties, alsmede door de in de inrichting verrichte werkzaamheden en plaatsvindende activiteiten ter plaatse van de genoemde immissiepunten niet meer bedragen dan de in tabel 2.2 genoemde waarden. Tabel 2.2. Grenswaarden voor het maximale geluidsniveau in dB(A) immissiepunt dagperiode avondperiode nachtperiode punt A 58 58 58 punt B 57 57 57 punt C 64 64 64 punt D 64 64 64 Controle op of berekening van de genoemde voorschriften moet geschieden overeenkomstig de Handleiding meten en rekenen industrielawaai (VROM, 1999). 2.3. Tussentijdse toetsing door zonebeheerder Op 9 juli 2013 heeft door de zonebeheerder in het kader van het vooroverleg over de uitbreiding van LWM een tussentijdse zonetoets plaatsgevonden. Het advies van deze toetsing is bijgevoegd in bijlage I van dit rapport. Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) 3 De conclusie van de toetsing luidde dat als gevolg van de wijzigingen binnen LWM de geluidbelasting op een aantal punten licht afneemt en op een aantal andere punten licht toeneemt. Ter plaatse van de bestaande zonebewakingspunten en MTG-punten neemt de geluidbelasting in ieder geval niet zoveel toe dat de vastgestelde zonegrens of de maximaal toelaatbare geluidbelasting wordt overschreden. In tabel 2.3 zijn de in het kader van de tussentijdse toetsing berekende langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus getoond. Tabel 2.3 Langtijdgemiddelde beoordelingsniveau in dB(A) - tussentijdse toetsing immissiepunt rijksdriehoekscoördinaten dagperiode avondperiode nachtperiode punt A 77810 , 390987 47 47 47 punt B 77769 , 390885 53 53 53 punt C 77614 , 390984 67 60 59 punt D 77642 , 390749 52 51 50 punt E 77495 , 390796 52 51 51 punt F 77359 , 390094 47 47 47 punt G 77453 , 391105 51 49 48 punt H 77725 , 391140 43 43 42 4 Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) 3. UITGANGSPUNTEN 3.1. Algemeen LWM produceert voorgebakken aardappelproducten, die in bevroren toestand worden gedistribueerd naar afnemers. Tevens worden gedroogde aardappelvlokken geproduceerd welke als halffabricaat worden afgevoerd. De inrichting start op maandag om 07.00 uur en gaat 12 dagen continu door tot de tweede zaterdag 07.00 uur. De installaties zijn volcontinu in bedrijf, ook de transportbewegingen vinden in de dag-, avond- en nachtperiode plaats. De uitbreiding betreft vergroting van de productiecapaciteit: realisatie van een tweede lijn voor gebakken aardappelproducten, waardoor de totale hoeveelheid gebakken aardappelproducten met 70 % toeneemt; - de vlokkenlijn wordt in capaciteit uitgebreid van 1 ton/h naar 3 ton/h; - de mogelijkheid om 100 % van de tijd gebatterd product (spicy wedges) te kunnen produceren blijft gehandhaafd; - het totale aardappelverbruik door de uitbreidingen van zowel gebakken product als vlokken wordt hiermee verdubbeld naar circa 500.000 ton per jaar. Dit uit zich in de oprichting van een nieuwe productiehal, het verdwijnen van de opslagactiviteit naar een externe locatie, het verplaatsen van enkele machines, het uitbreiden van de waterzuivering en het vergroten van het parkeerterrein. Met de nieuwe bedrijfsindeling zijn vooral transportbewegingen (door heftrucks) op het terrein minder nodig. Nieuwe installaties zijn voor zover mogelijk binnen gebouwen opgesteld en grotere lawaaimakers op het dak van gebouwen zijn voorzien van dempers of zodanig geplaatst dat deze worden afgeschermd door koven. In het volgende is de representatieve bedrijfssituatie voor de gehele inrichting (inclusief uitbreiding) uitvoerig beschreven. 3.2. Representatieve bedrijfssituatie In deze paragraaf is het productieproces op hoofdlijnen besproken en zijn de akoestisch relevante activiteiten uitgelicht. In bijlage II is een overzicht weergegeven met daarin de genoemde locaties. Aardappelontvangst (locatie A) De aardappels worden met vrachtwagens aangevoerd en gelost in een bestaande en een nieuwe hal aardappelontvangst. Vrachtwagens rijden achteruit tot de transportband nabij de hallen en lossen de aardappels op deze transportband. De transportroute voor de aanvoer van aardappels zal plaatsvinden vanaf de Vierlinghweg. Lege aardappelwagens verlaten het terrein weer via de Vierlinghweg. Voor de aanvoer van aardappelen zijn 60 vrachtwagenbewegingen per dag voorzien. Het laden en lossen neemt in totaal 3 uur in beslag. Sorteerafdeling (locatie A) De aardappels worden gelost, door de tussenwand gevoerd waar ze worden gesorteerd op grootte en worden gewassen. Op het dak van deze hal bevindt zich een aantal luchtuitblaasopeningen en ventilatoren. In de nieuwe hal bevinden zich geen blowers voor afvalwater, hierdoor zijn geen luchtuitblaasopeningen en ventilatoren op het dak benodigd. Vanuit de sorteerafdeling worden de aardappels in een transportleiding met water verpompt naar de schilafdeling in de productiehal. De transportleiding straalt niet in relevante mate geluid af. Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) 5 Productiehallen (locatie B) In zowel de bestaande als de nieuwe productiehal worden de aardappels geschild en vervolgens gesneden, gesorteerd, geblancheerd, gedroogd, gebakken, gekoeld en ingevroren. Op het dak van de productiehallen bevindt zich een aantal installaties voor het uitblazen van lucht, stoom en afgassen, twee vriescondensors voor de vries/koelsystemen, ventilatoren en diverse luchtinlaten. In de ‘tote room’ wordt het ingevroren product verdeeld naar de inpakafdeling of opgevangen voor tijdelijke opslag in een vriesruimte. Na de inpakafdeling wordt het product naar de expeditie getransporteerd. Vanuit de expeditie rijden vrachtwagens (dagelijks circa 55) voor het vervoer van gereed product vanaf de zuidoostzijde (ten zuidoosten van de huidige Theodorusweg) naar een externe vriesopslag. Vlokkenlijn/vlokkensilo’s Vanuit de snijafdeling worden uitgesorteerde delen van de gesneden aardappels in de vlokkenlijn gevoerd, waar ze gekookt, gepureerd en gedroogd worden, verpakt in big-bags of opgeslagen in de vlokkensilo’s. De vlokken worden met vrachtwagens afgevoerd voor distributie naar afnemers. Per dag rijden vier wagens onder de silo’s om gedurende één uur te worden beladen. De vrachtwagens kunnen de silo’s direct vanaf de Vierlinghweg benaderen. De vlokkenlijn wordt uitgebreid met een hal net ten oosten van de ingang. De productie wordt verhoogd met een factor drie. In totaal tien ventilatoren, twee luchtbehandelingskasten en drie uitblazen van schillers zullen worden geplaatst op het dak van de productieruimtes. Coldstore De Cold store is buiten gebruik; de opslag vindt extern plaats. Ter plaatse van deze locatie bevinden zich geen geluidbronnen. Afvoer van veevoeder en zetmaal, aanvoer van bakvet Bij de productie komt schilafval vrij. Dit wordt eerst versneden in een hamermolen (op maaiveldhoogte) en vervolgens opgeslagen in silo’s. De hamermolen is opgesteld in een gebouw. Omdat hiervan geen nadere informatie is wordt de hamermolen als vrij rondom stralende geluidbron in het rekenmodel opgenomen. Per dag voeren zeven vrachtwagens het veevoeder en zetmeel af. Het laden neemt per vrachtwagen een half uur in beslag. Vers bakvet wordt met een vrachtwagen per dag aangevoerd en gelost in silo’s in het vettankenpark en daarna gebruikt in de productie. Waterzuivering Het afvalwater wordt in de waterzuivering gezuiverd voordat het wordt geloosd. Ten behoeve van de waterzuivering is een viertal blowers opgesteld in de sorteerafdeling. De blowers zijn inpandig opgesteld, zodat de geluidafstraling naar de omgeving verwaarloosbaar is. Twee decanters ten behoeve van slibontwatering en grijs zetmeel worden aan de havenzijde in een container geplaatst. De waterzuivering wordt uitgebreid. In de nieuwe Nabezinktank is geen puntbeluchter actief en aldus geen geluidbron aanwezig. Het groter worden van de waterzuivering levert geen extra geluidbronnen maar wel een anderhalf maal zo grote geluidemissie; de bestaande bronnen worden vermenigvuldigd met 6 Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) een factor 1,5; dit komt neer op een toename van 1,8 dB(A). Dit geldt niet voor de ventilator van de biogasmotor. Het nieuwe grotere exemplaar kent eenzelfde geluidemissie. Biogasinstallatie (locatie D) In het ketelhuis is een biogasmotor geïnstalleerd. De uitlaat van de biogasventilator is opgesteld op het dak van de schilafdeling. Zowel het luchtinlaatrooster als de uitlaat zijn voorzien van dempers. Deze bronnen dienen niet te worden verward met de ventilator van de biogasmotor ter plaatse van de zuivering. Voor de biogasmotor is een noodkoeler aanwezig. Voor de representatieve bedrijfssituatie wordt gesteld dat deze volcontinu in bedrijf is. Opslag emballage (‘dry store’) (locatie E) Vrachtwagens met verpakkingsmateriaal worden gelost met heftrucks in de ‘dry store’, het materiaal wordt van daaruit met heftrucks inpandig verplaatst naar emballagevoorraad. Hiermee zijn heftrucks dagelijks gemiddeld 10 uur bezig. Hierbij vindt geen geluidemissie plaats. Voor de aanvoer van hulpstoffen vinden gemiddeld acht transportbewegingen per dag plaats. Weegbrug, palletopslag en andere activiteiten Aan de haven, ter hoogte van de waterzuivering, bevindt zich een weegbrug. Ter plaatse van de weegbrug wordt door 67 vrachtwagens (van aan-/afvoer aardappel en veevoer/reststoffen) per keer 3 minuten gemanoeuvreerd. Bij de drystore vindt de palletopslag plaats, waar twee vrachtwagens per dag pallets afleveren. Het intern transport met heftrucks vindt grotendeels binnen de gebouwen plaats en heeft hierdoor geen geluidemissie; buiten vindt dit beperkt plaats gedurende 4 uur. Personenauto’s van personeel en bezoekers worden direct vanaf de Vierlinghweg geparkeerd in daarvoor bestemde parkeervakken en een parkeerplaats aan de Vierlinghweg naast de traileropslag, waar plaats is voor 112 voertuigen. In de dagperiode worden 100 personenauto’s verwacht, in zowel de avond- als nachtperiode worden 50 auto’s geparkeerd. 3.3. Bronnen in het rekenmodel In tabel 3.1 zijn de in het rekenmodel opgenomen bronnen, de bronvermogens en de bedrijfstijden getoond. De gewijzigde en/of toegevoegde bronnen vanwege de uitbreiding zijn grijs gearceerd. De gewijzigde gegevens zijn conform opgave van LWM. Tabel 3.1. Akoestisch representatieve bedrijfssituatie in het rekenmodel bronnr. omschrijving bedrijfsduur in uren dag avond Lwr in dB(A) nacht 003a uitblaas vlokkenlijn 1 12 4 8 90 003b uitblaas vlokkenlijn 1 12 4 8 90 003c uitblaas vlokkenlijn 1 12 4 8 90 003d uitblaas vlokkenlijn 1 12 4 8 90 004a ventilator gaswasser (westzijde) 12 4 8 87 004b ventilator gaswasser (oostzijde) 12 4 8 87 005a ventilator gaswasser (noordzijde) 12 4 8 89 005b ventilator gaswasser (zuidzijde) 12 4 8 89 007a luchtinlaat droger 1 12 4 8 90 007b luchtinlaat droger 1 12 4 8 90 007c luchtinlaat droger 1 12 4 8 90 007d luchtinlaat droger 1 12 4 8 90 008a luchtinlaat productiehal 1 12 4 8 74 Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) 7 bronnr. omschrijving 008b luchtinlaat productiehal 1 bedrijfsduur in uren 12 4 dag Lwr in dB(A) 8 avond 74 nacht 008c luchtinlaat productiehal 1 12 4 8 74 008d luchtinlaat productiehal 1 12 4 8 74 016a onluchtingsrooster wasserij 12 4 8 77 016b onluchtingsrooster wasserij 12 4 8 77 020a ontluchtingsroosters ketelhuis (best. 100 %) 12 4 8 76 020b ontluchtingsroosters ketelhuis (best. 100 %) 12 4 8 76 043a NH3 condensor 1, vriestunnel 1 12 4 8 80 043b NH3 condensor 1, vriestunnel 1 12 4 8 80 044a NH3 condensor 2, vriestunnel 1 12 4 8 82 044b NH3 condensor 2, vriestunnel 1 12 4 8 82 006 ventilator gaswasser (bovenzijde) 12 4 8 90 010 hakmolen schilafval (oost) 12 4 8 86 011 hakmolen schilafval (noord) 12 4 8 84 012 hakmolen schilafval (west) 12 4 8 86 013 hakmolen schilafval (zuid) 12 4 8 87 014 hakmolen schilafval (dak) 12 4 8 78 017 open deur aardappelontvangst 1 -- -- 93 018 dak wasserij-1a 1 -- -- 84 027 afblaas Bosch-ketel 2 12 4 8 83 029 uitblaas dak schillerij 1 12 4 8 85 030 uitblaas dak schillerij 1 12 4 8 81 031 uitblaas dak schillerij 1 12 4 8 79 032 uitblaas dak schillerij 1 12 4 8 81 035 luchinlaat schillerij 1 12 4 8 78 036 luchinlaat schillerij 1 12 4 8 84 039 uitblaas schiller, lijn 1 12 4 8 88 041 LBK inpak 1 12 4 8 75 042 dakventilator inpak 1 12 4 8 88 046 NH3 condensor 1, voorkoeltunnel 1 12 4 8 90 051 dak wasserij-1b 12 4 8 89 055 dak sorteerafdeling-1 12 4 8 74 061 NH3 condensor 2, voorkoeltunnel 1 12 4 8 92 063 gaspijp (bestaand 100 %) 12 4 8 84 064 deur ketelhuis (bestaand 100 %) 12 4 8 74 065 ventilator biogas 12 4 8 92 066 rooster ketelhuis (bestaand 100 %) 12 4 8 88 081 heftruck product vlokkenlijn 1,2 0,4 0,4 101 083 heftruck pallets/hulpstoffen 1,2 0,4 0,4 101 089 waterzuivering 12 4 8 84 090 waterzuivering 12 4 8 84 091 waterzuivering 092 manoeuvreren vrachtwagens restproduct 093 manoeuvreren vrachtwagens aardappelen 094 manoeuvreren vrachtwagens vlokken 095 loods aardappelontvangst, deur blowers 12 4 8 90 096 loods aardappelontvangst, deur blowers 12 4 8 90 097 loods aardappelontvangst, inlaat blowers 12 4 8 92 101 uitlaat gasmotor 12 4 8 98 102 NH3 condensor 3, vriestunnel 1 12 4 8 87 103 noodkoeler biogasmotor 12 4 8 87 8 12 4 8 84 3,351 -- -- 100 3 -- -- 107 4,001 -- -- 107 Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) bronnr. omschrijving 104 rooster ketelhuis gasmotor (bestaand 100 %) bedrijfsduur in uren 12 4 dag avond Lwr in dB(A) 8 88 nacht 105 afblaas TNV 12 4 8 70 106 decanter zuiveringsslib 12 4 8 84 107 LBK vlokkenlijn 1 12 4 8 80 203a uitblaas vlokkenlijn 2 12 4 8 90 203b uitblaas vlokkenlijn 2 12 4 8 90 203c uitblaas vlokkenlijn 2 12 4 8 90 203d uitblaas vlokkenlijn 2 12 4 8 90 203e uitblaas vlokkenlijn 2 12 4 8 90 203f uitblaas vlokkenlijn 2 12 4 8 90 208a luchtinlaat productiehal 2 12 4 8 74 208b luchtinlaat productiehal 2 12 4 8 74 208c luchtinlaat productiehal 2 12 4 8 74 208d luchtinlaat productiehal 2 12 4 8 74 220a ontluchtingsroosters ketelhuis (100 %) 12 4 8 76 220b ontluchtingsroosters ketelhuis (100 %) 12 4 8 76 243a NH3 condensor, voorkoeltunnel 2 (nieuw 100 12 4 8 80 %) 244a NH3 condensor, precooler 2 (nieuw 100 %) 12 4 8 82 245a NH3 condensor, vriestunnel 2 (nieuw 100 %) 12 4 8 89 218 dak wassserij-1 a 1 -- -- 84 227 afblaas Bosch-ketel 1 (100 %) 12 4 8 83 229 uitblaas schillerij 2 12 4 8 85 230 uitblaas schillerij 2 12 4 8 81 231 uitblaas schillerij 2 12 4 8 79 232 uitblaas schillerij 2 12 4 8 81 235 luchtinlaat schillerij 2 12 4 8 78 236 luchtinlaat schillerij 2 12 4 8 84 239 uitblaas schiller, lijn 2 12 4 8 88 241 LBK inpak 2 12 4 8 75 242 dakventilator inpak 2 12 4 8 88 251 dak wassserij-2 a 12 4 8 89 255 dak sorteerafdeling-2 12 4 8 74 306 decanter grijs zetmeel 12 4 8 84 307 LBK vlokkenlijn 2 12 4 8 80 339 uitblaas schiller K en K 12 4 8 84 Tabel 3.2. Akoestisch representatieve bedrijfssituatie (transportbewegingen) bron omschrijving 75 aanvoer aardappelen 76 aanvoer afval en veevoer 77 aanvoer hulpstoffen/pallets 78 distributie gereed product vlokken 79 distributie gereed product frites 98 personenauto’s dag aantal bewegingen avond nacht equivalent geluidsvermogen LWR in dB(A) 60 20 40 104 8 2 4 104 20 0 0 104 4 2 2 104 56 18 38 104 100 50 50 94 Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) 9 3.4. Maximale geluidniveaus Vanwege overslaghandelingen (het wisselen van containers) bij vrachtwagens en de handelingen met de vorkheftrucks treden piekniveaus op. In tabel 3.3 is een overzicht gegeven van de geluidbronnen die het betreft. Tabel 3.3. Akoestisch representatieve bedrijfssituatie, piekgeluidbronnen bron omschrijving piekgeluidsvermogen LWR p1 vrachtwagen wisselen containers 111 p2 heftruck piek (vlokken) 110 p3 uitblaas schiller p4 heftruck piek (frites) in dB(A) 95 110 Vanwege het continu karakter van de geluidafstraling zal de piekgeluidsbelasting vanwege stationaire bronnen niet meer dan 5 dB boven de totale equivalente geluidsbelasting uitkomen. 3.5. Afwijkingen van de representatieve bedrijfssituatie Omdat er voornamelijk sprake is van stationaire processen, zijn incidentele verhogingen van de geluidsafstraling (behoudens calamiteiten) niet te verwachten. Tijdens de tweewekelijkse productiestop in het weekend wordt onderhoud gepleegd aan de installaties, waarbij normaliter nauwelijks geluid wordt geproduceerd. Eventuele storingen aan installaties en calamiteiten worden direct aangepakt. 10 Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) 4. BEREKENINGEN 4.1. Akoestische modelvorming Om de geluidbelasting op de omgeving te kunnen bepalen is een akoestisch overdrachtsmodel opgesteld conform de ‘Handleiding meten en rekenen industrielawaai’. In het model wordt de werkelijke situatie geschematiseerd tot bronnen, objecten, bodemgebieden en hoogtelijnen. Ter plaatse van de beoordelingsposities uit de vigerende vergunning zijn toetspunten gemodelleerd. Voor de invoergegevens van het model wordt verwezen naar bijlage III. 4.2. Rekenresultaten langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus In tabel 4.1 zijn de berekeningsresultaten gegeven voor de langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus op de vergunningspunten A tot en met D. De waarden zijn vergeleken met de waarden in de vergunning. Tabel 4.1. Equivalente geluidsbelasting op de vergunningspunten in dB(A) dagperiode immissiepunt avondperiode nachtperiode berekend vergund berekend vergund berekend vergund A (woning) 44 45 44 45 44 44 B 50 52 49 52 49 52 C 67 63 60 63 58 62 D 51 51 51 51 49 51 In bijlage IV zijn voor alle in het model opgenomen punten de resultaten gegeven. Uit tabel 4.1 volgt dat de geluidsbelasting in de dagperiode op één punt de vergunde waarden overschrijdt. Deze overschrijding wordt veroorzaakt doordat in de nieuwe situatie het transport op korte afstand van dit punt plaatsvindt. Tabel 4.2. Equivalente geluidsbelasting en tussentijdse toetsing dB(A) dagperiode immissiepunt berekend tussentijdse avondperiode berekend toets tussentijdse nachtperiode berekend tussentijdse toets toets A (woning) 44 47 44 47 44 47 B 50 53 49 53 49 53 C 67 67 60 60 58 59 D 51 52 51 51 49 50 E 51 52 50 51 50 51 F 48 47 46 47 46 47 G 50 51 47 49 46 48 H 41 43 41 43 41 42 De berekende geluidsbelasting is ten opzichte van de tussentijdse toetsing enigszins gewijzigd. Alleen ter plaatse van immissiepunt F is sprake van een toename van de geluidsbelasting met 1 dB(A) in de dagperiode. Gezien dit resultaat geldt de verwachting dat de uitbreiding van LWM inpasbaar is binnen de zone. De feitelijke zonetoets is uiteraard aan de zonebeheerder. Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) 11 4.3. Rekenresultaten maximale geluidniveaus In tabel 4.3 zijn de berekeningsresultaten gegeven voor de maximale geluidniveaus op de vergunningspunten A tot en met D (zie bijlage V). De waarden zijn vergeleken met de waarden in de vergunning. Tabel 4.3. Maximale geluidsniveaus op de vergunningspunten in dB(A) dagperiode avondperiode nachtperiode 49 49 49 1 55 55 55 C2 75 75 75 D2 66 66 66 immissiepunt A (woning)1 B De waarde uit de vigerende vergunning worden ter plaatse van de immissiepunten C en D overschreden. Ter hoogte van de woning (immissiepunt A) wordt ruimschoots voldaan aan de streefwaarde van maximaal 10 dB boven de equivalente geluidsbelasting. 1 Maximale geluidniveaus worden bepaald door stationaire bronnen (equivalente geluidbelasting en 5dB). 2 Maximale geluidniveaus worden bepaald door overslaghandelingen. 12 Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) 5. BEOORDELING EN CONCLUSIES De vestiging van Lamb Weston/Meijer (hierna: LWM) aan de Vierlinghweg te Bergen op Zoom is ingericht voor de productie van voorgebakken aardappelproducten. De inrichting ligt op het gezoneerde industrieterrein Theodorushaven. Als onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning is door Witteveen+Bos de geluidsbelasting naar de omgeving in beeld gebracht. Uit de resultaten van dit onderzoek volgt dat ter plaatse van immissiepunt C niet voldaan kan worden aan de vigerende geluidvoorschriften voor het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau in de dagperiode. Ter plaatse van de immissiepunten C en D kan in de dag,- avond en nachtperiode niet voldaan worden aan de vigerende voorschriften voor de maximale geluidniveaus. Omdat (1) de langtijdgemiddelde beoordelingsviveaus grosso modo tenminste gelijk of lager bedragen dan de geluidniveaus die bij de tussentijdse toetsing (9 juli 2013) inpasbaar werden geacht door de zonebeheerder en omdat (2) ter plaatse van de meest nabij gelegen woningen ruimschoots voldaan kan worden aan de streefwaarde van maximaal 10 dB boven de equivalente geluidsbelasting, is de geluidsbelasting naar verwachting inpasbaar. In het kader van de voorschriftstelling verzoeken wij om - de grenswaarde voor het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau ter plaatse van immissiepunt C in de dagperiode te verhogen naar 67 dB(A), en; - de maximale geluidniveaus ter plaatse van de immissiepunten C en D te verhogen naar respectievelijk 75 dB(A) en 66 dB(A)-etmaalwaarde. Witteveen+Bos, BOZ35-54/balm/003 definitief d.d. 29 augustus 2013, Akoestisch onderzoek Vierlinghweg Bergen op Zoom onderdeel van de aanvraag voor omgevingsvergunning (milieu) 13 BIJLAGE I ADVIES VAN TUSSENTIJDSE TOETSING Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-54/balm/003 d.d. 29 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage I behorende bij rapport BOZ35-54/balm/003 d.d. 29 augustus 2013 Advies geluid Projectgegevens Naam bedrijf Adres inrichting Woonplaats Vergunning Projectnummer : : : : : Lamb Weston Meijer Vierlinghweg Bergen op Zoom Verandering/revisie? ?? Opdrachtgever Adviseur Datum opdracht Datum gereed : : : : Wim Daemen Willem Jan van Empel 1 juli 9 juli Omschrijving opdracht Met betrekking tot bovenvermeld project is verzocht de volgende werkzaamheden uit te voeren: Uitvoeren zonetoets. Uitgevoerde werkzaamheden Met betrekking tot bovenvermeld project zijn de volgende werkzaamheden uitgevoerd: Het akoestisch rekenmodel is in het bestaande zonebewakingsmodel gepast; Zonetoets is uitgevoerd. Resultaten werkzaamheden Lamb Weston Meijer is voornemens de bestaande fabriek flink uit te breiden. Hierover is het bedrijf in overleg met de gemeente en de Omgevingsdienst. In het kader van het vooroverleg is verzocht de geluidimmissie vanwege het bedrijf te toetsen aan de beschikbare geluidruimte binnen de zone vanwege industrieterrein Theodorushaven. Het rekenmodel is verder inhoudelijk niet getoetst. Van Witteveen+Bos is een akoestisch rekenmodel ontvangen. Dit rekenmodel is in het bestaande zonebewakingsmodel vanwege het industrieterrein gevoegd. Hiertoe is allereerst het bestaande rekenmodel van Lamb Weston Meijer uit het model verwijderd. In het rekenmodel van Witteveen+Bos was een hoogtelijn opgenomen om de terreingrenzen. Omdat er op het industrieterrein in het zonebewakingsmodel nu geen hoogtelijnen zijn toegepast is dit onwenselijk. In overleg met de akoestisch adviseur is de hoogtelijn uit het model verwijderd. Alle gebouwen, objecten en bronnen die een ‘relatieve hoogte’ in het rekenmodel hadden meegekregen, hebben een ‘eigen waarde’ gekregen van 2,0 meter boven maaiveld, wat overeenkomt met de hoogtelijn van Witteveen+Bos. Daarnaast zijn de volgende wijzigingen in het rekenmodel toegepast: Gebouw 051, gelegen op het huidige terrein van MCT, is uit het model verwijderd; De bestaande bronnen van MCT die zijn gelegen binnen de uitbreiding van Lamb Weston Meijer zijn vooralsnog gehandhaafd. T.z.t. zal de vergunning van MCT moeten worden aangepast; De gebouwen van Lamb Weston Meijer aan de Vierlinghweg 26-28 en de Van Wemelweg 2 zijn aangepast aan de digitale ondergrond. De maaiveldhoogte en de hoogte van de gebouwen is niet gewijzigd. Uit de rekenresultaten blijkt dat als gevolg van de wijzigingen binnen Lamb Weston Meijer de geluidbelasting op een aantal punten licht afneemt en op een aantal andere punten licht toeneemt. Ter plaatse van de bestaande zonebewakingspunten en MTG-punten neemt de geluidbelasting in ieder geval niet zoveel toe dat de vastgestelde zonegrens of de maximaal toelaatbare geluidbelasting wordt overschreden (zie bijlage I). Advies Samenvattend wordt geadviseerd om in te stemmen met de nu gepresenteerde geluidimmissie vanwege Lamb Weston Meijer. Wel wordt opgemerkt dat het model inhoudelijk niet is beoordeeld, dit zal bij het vervolg van de Wabo-procedure alsnog dienen te gebeuren. Met vriendelijke groet, Willem Jan van Empel ............................................ (handtekening medewerk(st)er) 9 juli 2013 ..................................... (paraaf collegiale toets) Bijlage I BIJLAGE II OVERZICHT VAN DE INRICHTING Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-54/balm/003 d.d. 29 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage II behorende bij rapport BOZ35-54/balm/003 d.d. 29 augustus 2013 BIJLAGE III INVOERGEGEVENS REKENMODEL Witteveen+Bos, bijlage III behorende bij rapport BOZ35-54/balm/003 d.d. 29 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage III behorende bij rapport BOZ35-54/balm/003 d.d. 29 augustus 2013 LWM vergunningpunt G 391100 0m LWM A.O. Vierlinghweg Bodemgebied Gebouw Toetspunt LWM vergunningpunt H 100 m schaal = 1 : 2500 391000 LWM vergunningpunt A LWM vergunningpunt C LWM vergunningpunt F 390900 LWM vergunningpunt B LWM vergunningpunt E LWM vergunningpunt D overzicht toetspunten 77600 77700 77800 77900 BOZ35-54 77400 77500 Industrielawaai - IL, [revisie augustus 2013 - rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f.] , Geomilieu V2.14 Witteveen+Bos - locatie Den Haag 390800 09 8 07 5 0m LWM A.O. Vierlinghweg Bodemgebied Detail puntbron Gebouw Mobiele bron Puntbron 70 m schaal = 1 : 1715 093 391000 017 251 016a 255 106 07 6 306 390900 016b 8 051 07 218 081 307 094 203c 107 095 203a 203e 203d 203b 097 203f 220b 104 055 066 003c 227 020b 089 003a 220a 096 064 003d 003b 105 101020a 102 027 103 339 061 046 239 029 036 044b 090 043b 030032 039 044a 043a 243a 065 031 236 244a 245a 235 035 091 229 008b 208b230232 231 004a 005a 006 208c 008c 208a 005b 004b 007d 011 014 092 012 013 010 208d 007c 008a 007b 041 007a 008d 018 042 063 241 07 7 242 083 overzicht bronnen langtijdgemiddeld beoordelingsniveau 77600 77700 77800 BOZ35-54 77400 77500 Industrielawaai - IL, [revisie augustus 2013 - rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f.] , Geomilieu V2.14 Witteveen+Bos 07 9 390800 203c 203a 203e 203d 203b 203f 097 003c 003a 003d 003b 089 0m 107 20 m schaal = 1 : 584 220b 220a 227 104 101 066 020b 020a 105 LWM 094 Bodemgebied Detail puntbron Gebouw 095 Mobiele bron Puntbron 096 A.O. Vierlinghweg 018 064 102 027 103 339 061 046 239 029 090 030 065 032 031 036 039 236 044b 044a 043b 043a 243a 244a 245a 235 035 390900 229 208b 208a 092 230 004a 005a 006 005b 004b 008b 232 231 208c 008c 007d 012011 014 013010 208d 007c 008a 007b overzicht bronnen langtijdgemiddeld beoordelingsniveau detail BOZ35-54 77600 Industrielawaai - IL, [revisie augustus 2013 - rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f.] , Geomilieu V2.14 041 Witteveen+Bos 007a 0m LWM A.O. Vierlinghweg Bodemgebied Detail puntbron Gebouw Mobiele bron Puntbron 70 m schaal = 1 : 1715 391000 p4 p3 390900 p1 p2 390800 77700 77800 Witteveen+Bos overzicht bronnen maximale geluidniveaus 77600 BOZ35-54 77400 77500 Industrielawaai - IL, [revisie augustus 2013 - piekgeluiden Lamb Weston / Meijer V.o.f.] , Geomilieu V2.14 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: Witteveen+Bos BOZ35-54 Lijst van model eigenschappen rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. Model eigenschap Omschrijving Verantwoordelijke Rekenmethode Aangemaakt door rekenmodel Lamb Weston / Meijer dijd2 IL rwi op 07-11-2005 Laatst ingezien door Model aangemaakt met Origineel project Originele omschrijving dijd2 op 31-07-2013 GN-V5.00 Uitgifte modellen Kopie van Kopie van Groep Export : Lamb Weston / Meijer Geïmporteerd door Definitief Definitief verklaard door Standaard maaiveldhoogte Rekenhoogte contouren Detailniveau toetspunt resultaten Detailniveau resultaten grids Meteorologische correctie dijd2 op 15-05-2013 omgevingsvergunning concept dijd2 op 31-07-2013 0 5 Bronresultaten Groepsresultaten Toepassen standaard, 5.0 Standaard bodemfactor Absorptiestandaarden Clusteren gebouwen Verwijderen binnenwanden Luchtdemping [dB/km] 0.0 HMRI-II.8 Ja Ja 0.02 0.07 0.25 0.76 1.63 2.86 6.23 19.00 67.40 Aandachtsgebied Dynamische foutmarge --- Geomilieu V2.14 V.o.f. V.o.f. 31-07-2013 23:10:33 LWM A.O. Vierlinghweg Witteveen+Bos BOZ35-54 Commentaar Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:10:33 LWM A.O. Vierlinghweg Model: Groep: Witteveen+Bos BOZ35-54 rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. LWM Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam 003a 003b 003c 003d 004a Omschr. uitblaas vlokkenlijn uitblaas vlokkenlijn uitblaas vlokkenlijn uitblaas vlokkenlijn ventilator gaswasser Hoogte 0.80 0.80 0.80 0.80 0.70 Maaiveld 13.50 13.50 13.50 13.50 11.40 004b 005a 005b 007a 007b ventilator gaswasser (oostzijde) ventilator gaswasser (noordzijde) ventilator gaswasser (zuidzijde) luchtinlaat droger 1 luchtinlaat droger 1 0.70 0.70 0.70 1.00 1.00 11.40 11.40 11.40 14.00 14.00 Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief aan aan aan aan aan onderliggend onderliggend onderliggend onderliggend onderliggend item item item item item 007c 007d 008a 008b 008c luchtinlaat luchtinlaat luchtinlaat luchtinlaat luchtinlaat 1.00 1.00 1.00 1.00 1.00 14.00 14.00 14.00 14.00 14.00 Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief aan aan aan aan aan onderliggend onderliggend onderliggend onderliggend onderliggend item item item item item 008d 016a 016b 020a 020b luchtinlaat productiehal 1 ontluchtingsrooster wasserij ontluchtingsrooster wasserij ontluchtingsroosters ketelhuis (best. 100%) ontluchtingsroosters ketelhuis (best. 100%) 1.00 0.10 0.10 0.70 0.70 14.00 10.00 10.00 11.40 11.40 Relatief aan onderliggend item Relatief aan onderliggend item Relatief aan onderliggend item Eigen waarde Eigen waarde 043a 043b 044a 044b 203a NH3 condensor 1, vriestunnel NH3 condensor 1, vriestunnel NH3 condensor 2, vriestunnel NH3 condensor 2, vriestunnel uitblaas vlokkenlijn 2 5.40 5.40 5.40 5.40 0.80 10.40 10.40 10.40 10.40 11.40 Relatief aan Relatief aan Relatief aan Relatief aan Eigen waarde 203b 203c 203d 203e 203f uitblaas uitblaas uitblaas uitblaas uitblaas 0.80 0.80 0.80 0.80 0.80 11.40 11.40 11.40 11.40 11.40 Eigen Eigen Eigen Eigen Eigen 208a 208b 208c 208d 220a luchtinlaat productiehal 2 luchtinlaat productiehal 2 luchtinlaat productiehal 2 luchtinlaat productiehal 2 ontluchtingsroosters ketelhuis (100%) 1.00 1.00 1.00 1.00 0.70 11.40 11.40 11.40 11.40 13.50 Relatief aan Relatief aan Relatief aan Relatief aan Eigen waarde 220b 243a 244a 245a 006 ontluchtingsroosters ketelhuis (100%) NH3 condensor, voorkoeltnl 2 (nw 100%) NH3 condensor, precooler (nieuw 100%) NH3 condensor, vriestunnel 2 (nw 100%) ventilator gaswasser (bovenzijde) 0.70 5.40 5.40 2.00 0.10 13.50 11.40 11.40 11.40 12.40 Eigen waarde Relatief aan Relatief aan Relatief aan Relatief aan 010 011 012 013 014 hakmolen hakmolen hakmolen hakmolen hakmolen 1.60 1.60 1.60 1.60 0.10 2.00 2.00 2.00 2.00 4.00 017 018 027 029 030 open deur aardappelontvangst dak loods wasserij-1 a afblaas Bosch-ketel 2 uitblaas dak schillerij 1 uitblaas dak schillerij 1 4.00 0.10 0.10 2.10 2.10 2.00 10.00 13.40 11.40 11.40 Eigen waarde Relatief aan onderliggend item Eigen waarde Relatief aan onderliggend item Relatief aan onderliggend item 031 032 035 036 039 uitblaas dak schillerij 1 uitblaas dak schillerij 1 luchtinlaat schillerij 1 luchtinlaat schillerij 1 uitblaas schiller, lijn 1 2.10 2.10 0.50 0.50 0.10 11.40 11.40 11.40 11.40 14.90 Relatief aan Relatief aan Relatief aan Relatief aan Eigen waarde 041 042 046 051 055 LBK inpak 1 dakventilator inpak 1 NH3 condensor 1, voorkoeltunnel 1 dak wasserij-1 b dak sorteerafdeling-1 0.20 0.20 1.00 0.10 0.10 11.40 11.40 10.40 10.00 10.00 Eigen waarde Eigen waarde Relatief aan onderliggend item Relatief aan onderliggend item Relatief aan onderliggend item 061 NH3 condensor 2, voorkoeltunnel 1 2.00 10.40 Relatief aan onderliggend item 1 1 1 1 (westzijde) droger 1 droger 1 productiehal 1 productiehal 1 productiehal 1 vlokkenlijn vlokkenlijn vlokkenlijn vlokkenlijn vlokkenlijn schilafval schilafval schilafval schilafval schilafval Geomilieu V2.14 1 1 1 1 2 2 2 2 2 (oost) (noord) (west) (zuid) (dak) Hdef. Eigen waarde Eigen waarde Eigen waarde Eigen waarde Relatief aan onderliggend item Eigen Eigen Eigen Eigen Eigen onderliggend onderliggend onderliggend onderliggend item item item item onderliggend onderliggend onderliggend onderliggend item item item item onderliggend onderliggend onderliggend onderliggend item item item item waarde waarde waarde waarde waarde waarde waarde waarde waarde waarde onderliggend onderliggend onderliggend onderliggend item item item item 31-07-2013 23:18:23 LWM A.O. Vierlinghweg Model: Groep: Witteveen+Bos BOZ35-54 rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. LWM Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam 003a 003b 003c 003d 004a Type Normale puntbron Normale puntbron Normale puntbron Normale puntbron Uitstralende gevel Cb(u)(D) 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 Cb(u)(A) 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 Cb(u)(N) 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 Lw 31 62.00 62.00 62.00 62.00 55.50 Lw 63 68.50 68.50 68.50 68.50 69.50 Lw 125 78.70 78.70 78.70 78.70 76.20 Lw 250 92.00 92.00 92.00 92.00 80.20 Lw 500 97.50 97.50 97.50 97.50 80.30 Lw 1k 98.90 98.90 98.90 98.90 80.80 004b 005a 005b 007a 007b Uitstralende gevel Uitstralende gevel Uitstralende gevel Normale puntbron Normale puntbron 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 55.50 52.20 52.20 52.40 52.40 69.50 67.00 67.00 67.50 67.50 76.20 72.50 72.50 71.60 71.60 80.20 81.60 81.60 82.20 82.20 80.30 83.00 83.00 85.10 85.10 80.80 83.80 83.80 84.90 84.90 007c 007d 008a 008b 008c Normale Normale Normale Normale Normale puntbron puntbron puntbron puntbron puntbron 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 52.40 52.40 44.10 44.10 44.10 67.50 67.50 58.70 58.70 58.70 71.60 71.60 62.90 62.90 62.90 82.20 82.20 67.30 67.30 67.30 85.10 85.10 68.70 68.70 68.70 84.90 84.90 68.20 68.20 68.20 008d 016a 016b 020a 020b Normale puntbron Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralende gevel Uitstralende gevel 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 44.10 39.50 39.50 44.60 44.60 58.70 53.10 53.10 56.90 56.90 62.90 62.80 62.80 62.60 62.60 67.30 66.40 66.40 67.90 67.90 68.70 67.80 67.80 67.20 67.20 68.20 70.50 70.50 69.30 69.30 043a 043b 044a 044b 203a Normale Normale Normale Normale Normale puntbron puntbron puntbron puntbron puntbron 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 50.50 50.50 53.20 53.20 62.00 57.50 57.50 59.80 59.80 68.50 61.80 61.80 64.00 64.00 78.70 68.10 68.10 70.10 70.10 92.00 73.10 73.10 75.30 75.30 97.50 75.90 75.90 77.80 77.80 98.90 203b 203c 203d 203e 203f Normale Normale Normale Normale Normale puntbron puntbron puntbron puntbron puntbron 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 62.00 62.00 62.00 62.00 62.00 68.50 68.50 68.50 68.50 68.50 78.70 78.70 78.70 78.70 78.70 92.00 92.00 92.00 92.00 92.00 97.50 97.50 97.50 97.50 97.50 98.90 98.90 98.90 98.90 98.90 208a 208b 208c 208d 220a Normale puntbron Normale puntbron Normale puntbron Normale puntbron Uitstralende gevel 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 44.10 44.10 44.10 44.10 44.60 58.70 58.70 58.70 58.70 56.90 62.90 62.90 62.90 62.90 62.60 67.30 67.30 67.30 67.30 67.90 68.70 68.70 68.70 68.70 67.20 68.20 68.20 68.20 68.20 69.30 220b 243a 244a 245a 006 Uitstralende gevel Normale puntbron Normale puntbron Normale puntbron Uitstralend dak HMRI-II.8 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 44.60 50.50 53.20 60.00 56.10 56.90 57.50 59.80 71.70 70.40 62.60 61.80 64.00 76.20 72.90 67.90 68.10 70.10 78.40 82.30 67.20 73.10 75.30 80.70 83.90 69.30 75.90 77.80 84.20 84.90 010 011 012 013 014 Uitstralende gevel Uitstralende gevel Uitstralende gevel Uitstralende gevel Uitstralend dak HMRI-II.8 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 52.30 51.00 51.20 51.80 50.80 64.10 62.40 62.30 63.40 62.50 70.40 68.40 68.80 70.80 66.00 77.10 76.10 76.50 78.30 71.10 79.50 77.70 80.10 81.20 71.90 80.90 78.80 81.40 81.50 72.90 017 018 027 029 030 Uitstralende gevel Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 1.000 1.000 12.000 12.000 12.000 --4.000 4.000 4.000 --8.000 8.000 8.000 66.30 66.70 64.70 55.90 48.30 73.30 68.30 77.80 62.50 60.80 67.10 67.10 77.70 76.10 71.30 73.10 64.70 74.50 79.10 75.10 83.60 75.00 73.00 79.60 74.60 88.40 77.10 73.60 78.00 74.90 031 032 035 036 039 Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralende gevel Uitstralende gevel Uitstralend dak HMRI-II.8 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 60.60 47.90 48.10 50.10 65.60 67.00 61.80 61.30 62.50 73.00 71.20 71.40 70.60 73.40 77.00 72.30 73.30 69.10 75.50 80.30 73.30 77.40 70.50 76.90 82.30 72.80 74.70 73.10 79.90 82.00 041 042 046 051 055 Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 Normale puntbron Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 43.70 46.50 53.00 57.80 49.10 50.80 60.10 63.90 70.30 61.30 57.90 71.20 70.20 80.10 68.30 63.70 78.10 76.50 78.70 63.50 65.50 84.50 83.20 80.20 62.20 72.50 83.80 85.30 78.20 60.30 061 Normale puntbron 12.000 4.000 8.000 70.60 77.60 83.80 86.00 86.10 85.80 Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:18:23 LWM A.O. Vierlinghweg Model: Groep: Witteveen+Bos BOZ35-54 rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. LWM Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam 003a 003b 003c 003d 004a Lw 2k 95.60 95.60 95.60 95.60 76.80 Lw 4k 86.50 86.50 86.50 86.50 71.80 Lw 8k 77.90 77.90 77.90 77.90 69.20 Lw Totaal 102.83 102.83 102.83 102.83 86.57 Red 31 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Red 63 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Red 125 5.00 5.00 5.00 5.00 0.00 Red 250 10.00 10.00 10.00 10.00 0.00 Red 500 12.50 12.50 12.50 12.50 0.00 Red 1k 13.00 13.00 13.00 13.00 0.00 Red 2k 16.00 16.00 16.00 16.00 0.00 Red 4k 7.00 7.00 7.00 7.00 0.00 004b 005a 005b 007a 007b 76.80 80.60 80.60 80.60 80.60 71.80 75.60 75.60 71.90 71.90 69.20 71.50 71.50 63.10 63.10 86.57 88.88 88.88 89.78 89.78 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 007c 007d 008a 008b 008c 80.60 80.60 64.30 64.30 64.30 71.90 71.90 60.10 60.10 60.10 63.10 63.10 53.00 53.00 53.00 89.78 89.78 74.15 74.15 74.15 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 008d 016a 016b 020a 020b 64.30 72.00 72.00 68.50 68.50 60.10 69.10 69.10 67.00 67.00 53.00 62.80 62.80 65.80 65.80 74.15 76.96 76.96 75.82 75.82 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 043a 043b 044a 044b 203a 73.80 73.80 75.50 75.50 95.60 69.50 69.50 70.90 70.90 86.50 64.80 64.80 65.70 65.70 77.90 80.17 80.17 82.03 82.03 102.83 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 5.00 0.00 0.00 0.00 0.00 10.00 0.00 0.00 0.00 0.00 12.50 0.00 0.00 0.00 0.00 13.00 0.00 0.00 0.00 0.00 16.00 0.00 0.00 0.00 0.00 7.00 203b 203c 203d 203e 203f 95.60 95.60 95.60 95.60 95.60 86.50 86.50 86.50 86.50 86.50 77.90 77.90 77.90 77.90 77.90 102.83 102.83 102.83 102.83 102.83 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 5.00 5.00 5.00 5.00 5.00 10.00 10.00 10.00 10.00 10.00 12.50 12.50 12.50 12.50 12.50 13.00 13.00 13.00 13.00 13.00 16.00 16.00 16.00 16.00 16.00 7.00 7.00 7.00 7.00 7.00 208a 208b 208c 208d 220a 64.30 64.30 64.30 64.30 68.50 60.10 60.10 60.10 60.10 67.00 53.00 53.00 53.00 53.00 65.80 74.15 74.15 74.15 74.15 75.82 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 220b 243a 244a 245a 006 68.50 73.80 75.50 82.90 81.40 67.00 69.50 70.90 79.70 75.00 65.80 64.80 65.70 72.90 68.60 75.82 80.17 82.03 89.11 89.69 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 010 011 012 013 014 78.90 76.90 78.90 79.70 69.70 73.20 71.00 73.90 74.40 62.20 66.00 64.40 67.00 65.90 52.30 85.79 83.95 86.04 86.81 78.12 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 017 018 027 029 030 88.70 72.20 71.00 75.80 70.40 81.50 59.30 66.90 66.50 63.60 70.80 47.90 63.00 54.90 52.30 92.71 80.79 83.28 85.07 80.80 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 031 032 035 036 039 68.20 68.80 70.50 77.20 77.90 61.90 61.70 64.50 70.80 72.40 53.80 52.60 54.70 59.80 63.30 79.30 81.16 78.26 84.34 87.71 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 041 042 046 051 055 68.50 76.10 84.10 71.50 51.40 58.10 68.00 80.90 61.90 37.80 48.40 58.70 73.10 54.20 26.20 75.08 88.12 90.03 85.73 71.24 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 061 82.70 77.00 71.40 92.42 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:18:23 LWM A.O. Vierlinghweg Model: Groep: Witteveen+Bos BOZ35-54 rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. LWM Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam 003a 003b 003c 003d 004a Red 8k 5.00 5.00 5.00 5.00 0.00 Lwr 31 62.00 62.00 62.00 62.00 55.50 Lwr 63 68.50 68.50 68.50 68.50 69.50 Lwr 125 73.70 73.70 73.70 73.70 76.20 Lwr 250 82.00 82.00 82.00 82.00 80.20 Lwr 500 85.00 85.00 85.00 85.00 80.30 Lwr 1k 85.90 85.90 85.90 85.90 80.80 Lwr 2k 79.60 79.60 79.60 79.60 76.80 Lwr 4k 79.50 79.50 79.50 79.50 71.80 Lwr 8k 72.90 72.90 72.90 72.90 69.20 Lwr Totaal 90.40 90.40 90.40 90.40 86.57 004b 005a 005b 007a 007b 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 55.50 52.20 52.20 52.40 52.40 69.50 67.00 67.00 67.50 67.50 76.20 72.50 72.50 71.60 71.60 80.20 81.60 81.60 82.20 82.20 80.30 83.00 83.00 85.10 85.10 80.80 83.80 83.80 84.90 84.90 76.80 80.60 80.60 80.60 80.60 71.80 75.60 75.60 71.90 71.90 69.20 71.50 71.50 63.10 63.10 86.57 88.88 88.88 89.78 89.78 007c 007d 008a 008b 008c 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 52.40 52.40 44.10 44.10 44.10 67.50 67.50 58.70 58.70 58.70 71.60 71.60 62.90 62.90 62.90 82.20 82.20 67.30 67.30 67.30 85.10 85.10 68.70 68.70 68.70 84.90 84.90 68.20 68.20 68.20 80.60 80.60 64.30 64.30 64.30 71.90 71.90 60.10 60.10 60.10 63.10 63.10 53.00 53.00 53.00 89.78 89.78 74.15 74.15 74.15 008d 016a 016b 020a 020b 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 44.10 39.50 39.50 44.60 44.60 58.70 53.10 53.10 56.90 56.90 62.90 62.80 62.80 62.60 62.60 67.30 66.40 66.40 67.90 67.90 68.70 67.80 67.80 67.20 67.20 68.20 70.50 70.50 69.30 69.30 64.30 72.00 72.00 68.50 68.50 60.10 69.10 69.10 67.00 67.00 53.00 62.80 62.80 65.80 65.80 74.15 76.96 76.96 75.82 75.82 043a 043b 044a 044b 203a 0.00 0.00 0.00 0.00 5.00 50.50 50.50 53.20 53.20 62.00 57.50 57.50 59.80 59.80 68.50 61.80 61.80 64.00 64.00 73.70 68.10 68.10 70.10 70.10 82.00 73.10 73.10 75.30 75.30 85.00 75.90 75.90 77.80 77.80 85.90 73.80 73.80 75.50 75.50 79.60 69.50 69.50 70.90 70.90 79.50 64.80 64.80 65.70 65.70 72.90 80.17 80.17 82.03 82.03 90.40 203b 203c 203d 203e 203f 5.00 5.00 5.00 5.00 5.00 62.00 62.00 62.00 62.00 62.00 68.50 68.50 68.50 68.50 68.50 73.70 73.70 73.70 73.70 73.70 82.00 82.00 82.00 82.00 82.00 85.00 85.00 85.00 85.00 85.00 85.90 85.90 85.90 85.90 85.90 79.60 79.60 79.60 79.60 79.60 79.50 79.50 79.50 79.50 79.50 72.90 72.90 72.90 72.90 72.90 90.40 90.40 90.40 90.40 90.40 208a 208b 208c 208d 220a 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 44.10 44.10 44.10 44.10 44.60 58.70 58.70 58.70 58.70 56.90 62.90 62.90 62.90 62.90 62.60 67.30 67.30 67.30 67.30 67.90 68.70 68.70 68.70 68.70 67.20 68.20 68.20 68.20 68.20 69.30 64.30 64.30 64.30 64.30 68.50 60.10 60.10 60.10 60.10 67.00 53.00 53.00 53.00 53.00 65.80 74.15 74.15 74.15 74.15 75.82 220b 243a 244a 245a 006 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 44.60 50.50 53.20 60.00 56.10 56.90 57.50 59.80 71.70 70.40 62.60 61.80 64.00 76.20 72.90 67.90 68.10 70.10 78.40 82.30 67.20 73.10 75.30 80.70 83.90 69.30 75.90 77.80 84.20 84.90 68.50 73.80 75.50 82.90 81.40 67.00 69.50 70.90 79.70 75.00 65.80 64.80 65.70 72.90 68.60 75.82 80.17 82.03 89.11 89.69 010 011 012 013 014 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 52.30 51.00 51.20 51.80 50.80 64.10 62.40 62.30 63.40 62.50 70.40 68.40 68.80 70.80 66.00 77.10 76.10 76.50 78.30 71.10 79.50 77.70 80.10 81.20 71.90 80.90 78.80 81.40 81.50 72.90 78.90 76.90 78.90 79.70 69.70 73.20 71.00 73.90 74.40 62.20 66.00 64.40 67.00 65.90 52.30 85.79 83.95 86.04 86.81 78.12 017 018 027 029 030 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 66.30 69.70 64.70 55.90 48.30 73.30 71.30 77.80 62.50 60.80 67.10 70.10 77.70 76.10 71.30 73.10 67.70 74.50 79.10 75.10 83.60 78.00 73.00 79.60 74.60 88.40 80.10 73.60 78.00 74.90 88.70 75.20 71.00 75.80 70.40 81.50 62.30 66.90 66.50 63.60 70.80 50.90 63.00 54.90 52.30 92.71 83.79 83.28 85.07 80.80 031 032 035 036 039 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 60.60 47.90 48.10 50.10 65.60 67.00 61.80 61.30 62.50 73.00 71.20 71.40 70.60 73.40 77.00 72.30 73.30 69.10 75.50 80.30 73.30 77.40 70.50 76.90 82.30 72.80 74.70 73.10 79.90 82.00 68.20 68.80 70.50 77.20 77.90 61.90 61.70 64.50 70.80 72.40 53.80 52.60 54.70 59.80 63.30 79.30 81.16 78.26 84.34 87.71 041 042 046 051 055 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 43.70 46.50 53.00 60.80 52.10 50.80 60.10 63.90 73.30 64.30 57.90 71.20 70.20 83.10 71.30 63.70 78.10 76.50 81.70 66.50 65.50 84.50 83.20 83.20 65.20 72.50 83.80 85.30 81.20 63.30 68.50 76.10 84.10 74.50 54.40 58.10 68.00 80.90 64.90 40.80 48.40 58.70 73.10 57.20 29.20 75.08 88.12 90.03 88.73 74.24 061 0.00 70.60 77.60 83.80 86.00 86.10 85.80 82.70 77.00 71.40 92.42 Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:18:23 LWM A.O. Vierlinghweg Model: Groep: Witteveen+Bos BOZ35-54 rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. LWM Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam 063 064 065 066 081 Omschr. gaspijp (bestaand 100%) deur ketelhuis (bestaand 100%) ventilator biogas rooster ketelhuis (bestaand 100%) heftruck product vlokkenlijn Hoogte 4.50 3.00 8.40 3.00 1.00 Maaiveld 2.00 2.00 2.00 2.00 2.00 083 089 090 091 092 heftruck pallets/hulpstoffen Waterzuivering Waterzuivering Waterzuivering Manoeuvreren vrachtwagens restproduct 1.00 0.10 0.10 0.10 1.25 2.00 9.90 9.90 9.90 2.00 Eigen waarde Relatief aan onderliggend item Relatief aan onderliggend item Relatief aan onderliggend item Eigen waarde 093 094 095 096 097 Manoeuvreren vrachtwagens Manoeuvreren vrachtwagens Loods aardappelontvangst, Loods aardappelontvangst, Loods aardappelontvangst, 1.25 1.25 2.00 2.00 5.00 2.00 2.00 2.00 2.00 2.00 Eigen Eigen Eigen Eigen Eigen 101 102 103 104 105 uitlaat gasmotor NH3 condensor 3, vriestunnel 1 noodkoeler biogasmaotor rooster ketelhuis gasmotor (bestaand 100%) afblaas TNV 0.50 0.50 0.50 3.00 2.00 13.50 11.40 13.50 2.00 13.50 Relatief aan Relatief aan Relatief aan Eigen waarde Relatief aan 106 107 218 227 229 decanter zuiveringsslib LBH vlokkenlijn 1 dak wasserij-1 a afblaas Bosch-ketel 1 (100%) uitblaas schillerij 2 2.00 1.50 0.10 0.10 2.10 2.00 13.50 16.00 15.50 11.40 Eigen waarde Relatief aan Relatief aan Relatief aan Relatief aan onderliggend onderliggend onderliggend onderliggend item item item item 230 231 232 235 236 uitblaas schillerij 2 uitblaas schillerij 2 uitblaas schillerij 2 luchtinlaat schillerij 2 luchtinlaat schillerij 2 2.10 2.10 2.10 0.50 0.50 11.40 11.40 11.40 11.40 11.40 Relatief Relatief Relatief Relatief Relatief onderliggend onderliggend onderliggend onderliggend onderliggend item item item item item 239 241 242 251 255 uitblaas schiller, lijn 2 LBK inpak 2 dakventilator inpak 2 dak wasserij-2 a dak sorteerafdeling-2 0.10 0.20 0.20 0.10 0.10 14.90 11.40 11.40 16.00 16.00 Relatief aan onderliggend item Eigen waarde Eigen waarde Eigen waarde Eigen waarde 306 307 339 decanter grijs zetmeel LBH vlokkenlijn 2 uitblaas schillervlokkenlijn (KenK) 2.00 1.50 0.10 2.00 11.40 14.90 Eigen waarde Relatief aan onderliggend item Relatief aan onderliggend item Geomilieu V2.14 aardappelen vlokken deur blowers deur blowers inlaat blowers Hdef. Eigen Eigen Eigen Eigen Eigen waarde waarde waarde waarde waarde waarde waarde waarde waarde waarde aan aan aan aan aan onderliggend item onderliggend item onderliggend item onderliggend item 31-07-2013 23:18:23 LWM A.O. Vierlinghweg Model: Groep: Witteveen+Bos BOZ35-54 rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. LWM Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam 063 064 065 066 081 Normale Normale Normale Normale Normale Type puntbron puntbron puntbron puntbron puntbron Cb(u)(D) 12.000 12.000 12.000 12.000 1.200 Cb(u)(A) 4.000 4.000 4.000 4.000 0.400 Cb(u)(N) 8.000 8.000 8.000 8.000 0.400 Lw 31 44.70 46.00 50.60 57.10 66.30 Lw 63 60.50 64.70 58.90 76.50 74.00 Lw 125 68.60 60.80 70.20 76.90 90.30 Lw 250 69.20 59.80 75.00 77.20 91.70 Lw 500 72.60 64.00 85.60 76.40 96.50 Lw 1k 76.90 64.60 83.20 75.00 95.90 083 089 090 091 092 Normale puntbron Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 Normale puntbron 1.200 12.000 12.000 12.000 3.351 0.400 4.000 4.000 4.000 -- 0.400 8.000 8.000 8.000 -- 66.30 ---54.60 74.00 65.00 65.00 65.00 80.20 90.30 65.00 65.00 65.00 86.30 91.70 69.00 69.00 69.00 89.90 96.50 74.00 74.00 74.00 89.40 95.90 76.00 76.00 76.00 95.80 093 094 095 096 097 Normale puntbron Normale puntbron Uitstralende gevel Uitstralende gevel Uitstralende gevel 3.000 4.001 12.000 12.000 12.000 --4.000 4.000 4.000 --8.000 8.000 8.000 63.30 63.30 79.80 79.80 69.90 72.20 72.20 82.70 82.70 81.30 81.50 81.50 87.60 87.60 91.00 89.60 89.60 77.00 77.00 80.70 95.00 95.00 75.50 75.50 79.20 101.60 101.60 70.00 70.00 74.30 101 102 103 104 105 Normale Normale Normale Normale Normale puntbron puntbron puntbron puntbron puntbron 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 73.10 62.20 62.20 63.60 46.20 78.10 67.20 67.20 68.60 64.90 83.10 72.20 72.20 73.60 60.00 87.10 76.20 76.20 77.60 60.60 91.10 80.20 80.20 81.60 64.20 92.10 81.20 81.20 82.60 62.80 106 107 218 227 229 Normale puntbron Uitstralende gevel Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 12.000 12.000 1.000 12.000 12.000 4.000 4.000 -4.000 4.000 8.000 8.000 -8.000 8.000 40.40 55.70 66.70 64.70 55.90 48.00 74.40 68.30 77.80 62.50 67.20 69.70 67.10 77.70 76.10 71.00 70.10 64.70 74.50 79.10 80.30 73.70 75.00 73.00 79.60 79.60 72.30 77.10 73.60 78.00 230 231 232 235 236 Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralend dak HMRI-II.8 Uitstralende gevel Uitstralende gevel 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 48.30 60.60 47.90 48.10 50.10 60.80 67.00 61.80 61.30 62.50 71.30 71.20 71.40 70.60 73.40 75.10 72.30 73.30 69.10 75.50 74.60 73.30 77.40 70.50 76.90 74.90 72.80 74.70 73.10 79.90 239 241 242 251 255 Uitstralend Uitstralend Uitstralend Uitstralend Uitstralend HMRI-II.8 HMRI-II.8 HMRI-II.8 HMRI-II.8 HMRI-II.8 12.000 12.000 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 65.60 43.70 46.50 57.80 49.10 73.00 50.80 60.10 70.30 61.30 77.00 57.90 71.20 80.10 68.30 80.30 63.70 78.10 78.70 63.50 82.30 65.50 84.50 80.20 62.20 82.00 72.50 83.80 78.20 60.30 306 307 339 Normale puntbron Uitstralende gevel Uitstralend dak HMRI-II.8 12.000 12.000 12.000 4.000 4.000 4.000 8.000 8.000 8.000 40.40 55.70 65.60 48.00 74.40 73.00 67.20 69.70 77.00 71.00 70.10 80.30 80.30 73.70 82.30 79.60 72.30 82.00 dak dak dak dak dak Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:18:23 LWM A.O. Vierlinghweg Model: Groep: Witteveen+Bos BOZ35-54 rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. LWM Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam 063 064 065 066 081 Lw 2k 79.30 63.00 88.80 74.40 94.00 Lw 4k 76.10 63.00 83.30 77.80 83.90 Lw 8k 75.00 70.50 74.80 85.70 73.70 Lw Totaal 83.83 74.11 92.09 88.33 101.37 Red 31 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Red 63 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Red 125 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Red 250 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Red 500 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Red 1k 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Red 2k 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Red 4k 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 083 089 090 091 092 94.00 76.00 76.00 76.00 94.40 83.90 74.00 74.00 74.00 85.80 73.70 72.00 72.00 72.00 76.60 101.37 82.04 82.04 82.04 99.71 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -1.80 -1.80 -1.80 0.00 0.00 -1.80 -1.80 -1.80 0.00 0.00 -1.80 -1.80 -1.80 0.00 0.00 -1.80 -1.80 -1.80 0.00 0.00 -1.80 -1.80 -1.80 0.00 0.00 -1.80 -1.80 -1.80 0.00 0.00 -1.80 -1.80 -1.80 0.00 093 094 095 096 097 101.30 101.30 63.90 63.90 70.10 100.70 100.70 58.00 58.00 65.90 89.80 89.80 49.70 49.70 57.30 106.52 106.52 89.80 89.80 92.16 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 101 102 103 104 105 90.10 79.20 79.20 80.60 60.30 89.10 78.20 78.20 79.60 54.60 87.10 76.20 76.20 77.60 41.50 97.83 86.93 86.93 88.33 70.49 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 106 107 218 227 229 72.50 69.80 72.20 71.00 75.80 67.40 64.10 59.30 66.90 66.50 55.90 51.00 47.90 63.00 54.90 83.80 80.01 80.79 83.28 85.07 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 230 231 232 235 236 70.40 68.20 68.80 70.50 77.20 63.60 61.90 61.70 64.50 70.80 52.30 53.80 52.60 54.70 59.80 80.80 79.30 81.16 78.26 84.34 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 239 241 242 251 255 77.90 68.50 76.10 71.50 51.40 72.40 58.10 68.00 61.90 37.80 63.30 48.40 58.70 54.20 26.20 87.71 75.08 88.12 85.73 71.24 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 306 307 339 72.50 69.80 77.90 67.40 64.10 72.40 55.90 51.00 63.30 83.80 80.01 87.71 0.00 0.00 4.00 0.00 0.00 4.00 0.00 0.00 4.00 0.00 0.00 4.00 0.00 0.00 4.00 0.00 0.00 4.00 0.00 0.00 4.00 0.00 0.00 4.00 Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:18:23 LWM A.O. Vierlinghweg Model: Groep: Witteveen+Bos BOZ35-54 rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. LWM Lijst van Puntbronnen, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam 063 064 065 066 081 Red 8k 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Lwr 31 44.70 46.00 50.60 57.10 66.30 Lwr 63 60.50 64.70 58.90 76.50 74.00 Lwr 125 68.60 60.80 70.20 76.90 90.30 Lwr 250 69.20 59.80 75.00 77.20 91.70 Lwr 500 72.60 64.00 85.60 76.40 96.50 Lwr 1k 76.90 64.60 83.20 75.00 95.90 Lwr 2k 79.30 63.00 88.80 74.40 94.00 Lwr 4k 76.10 63.00 83.30 77.80 83.90 Lwr 8k 75.00 70.50 74.80 85.70 73.70 Lwr Totaal 83.83 74.11 92.09 88.33 101.37 083 089 090 091 092 0.00 -1.80 -1.80 -1.80 0.00 66.30 ---54.60 74.00 66.80 66.80 66.80 80.20 90.30 66.80 66.80 66.80 86.30 91.70 70.80 70.80 70.80 89.90 96.50 75.80 75.80 75.80 89.40 95.90 77.80 77.80 77.80 95.80 94.00 77.80 77.80 77.80 94.40 83.90 75.80 75.80 75.80 85.80 73.70 73.80 73.80 73.80 76.60 101.37 83.84 83.84 83.84 99.71 093 094 095 096 097 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 63.30 63.30 79.80 79.80 69.90 72.20 72.20 82.70 82.70 81.30 81.50 81.50 87.60 87.60 91.00 89.60 89.60 77.00 77.00 80.70 95.00 95.00 75.50 75.50 79.20 101.60 101.60 70.00 70.00 74.30 101.30 101.30 63.90 63.90 70.10 100.70 100.70 58.00 58.00 65.90 89.80 89.80 49.70 49.70 57.30 106.52 106.52 89.80 89.80 92.16 101 102 103 104 105 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 73.10 62.20 62.20 63.60 46.20 78.10 67.20 67.20 68.60 64.90 83.10 72.20 72.20 73.60 60.00 87.10 76.20 76.20 77.60 60.60 91.10 80.20 80.20 81.60 64.20 92.10 81.20 81.20 82.60 62.80 90.10 79.20 79.20 80.60 60.30 89.10 78.20 78.20 79.60 54.60 87.10 76.20 76.20 77.60 41.50 97.83 86.93 86.93 88.33 70.49 106 107 218 227 229 0.00 0.00 -3.00 0.00 0.00 40.40 55.70 69.70 64.70 55.90 48.00 74.40 71.30 77.80 62.50 67.20 69.70 70.10 77.70 76.10 71.00 70.10 67.70 74.50 79.10 80.30 73.70 78.00 73.00 79.60 79.60 72.30 80.10 73.60 78.00 72.50 69.80 75.20 71.00 75.80 67.40 64.10 62.30 66.90 66.50 55.90 51.00 50.90 63.00 54.90 83.80 80.01 83.79 83.28 85.07 230 231 232 235 236 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 48.30 60.60 47.90 48.10 50.10 60.80 67.00 61.80 61.30 62.50 71.30 71.20 71.40 70.60 73.40 75.10 72.30 73.30 69.10 75.50 74.60 73.30 77.40 70.50 76.90 74.90 72.80 74.70 73.10 79.90 70.40 68.20 68.80 70.50 77.20 63.60 61.90 61.70 64.50 70.80 52.30 53.80 52.60 54.70 59.80 80.80 79.30 81.16 78.26 84.34 239 241 242 251 255 0.00 0.00 0.00 -3.00 -3.00 65.60 43.70 46.50 60.80 52.10 73.00 50.80 60.10 73.30 64.30 77.00 57.90 71.20 83.10 71.30 80.30 63.70 78.10 81.70 66.50 82.30 65.50 84.50 83.20 65.20 82.00 72.50 83.80 81.20 63.30 77.90 68.50 76.10 74.50 54.40 72.40 58.10 68.00 64.90 40.80 63.30 48.40 58.70 57.20 29.20 87.71 75.08 88.12 88.73 74.24 306 307 339 0.00 0.00 4.00 40.40 55.70 61.60 48.00 74.40 69.00 67.20 69.70 73.00 71.00 70.10 76.30 80.30 73.70 78.30 79.60 72.30 78.00 72.50 69.80 73.90 67.40 64.10 68.40 55.90 51.00 59.30 83.80 80.01 83.71 Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:18:23 LWM A.O. Vierlinghweg Model: Groep: Witteveen+Bos BOZ35-54 rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. LWM Lijst van Mobiele bron, voor rekenmethode Industrielawaai - IL Naam 075 076 077 078 079 Omschr. aanvoer aardappelen aanvoer afval + veevoer aanvoer hulpstoffen/pallets distributie gereed product vlokken distributie gereed product frites 098 personenauto's Geomilieu V2.14 Aantal(D) 60 8 20 4 56 Aantal(A) 20 2 -2 18 Aantal(N) 40 4 -2 38 Gem.snelheid 15 15 10 10 10 Lw 31 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 Lw 63 79.00 79.00 79.00 79.00 79.00 Lw 125 87.00 87.00 87.00 87.00 87.00 Lw 250 93.00 93.00 93.00 93.00 93.00 Lw 500 97.00 97.00 97.00 97.00 97.00 Lw 1k 100.00 100.00 100.00 100.00 100.00 Lw 2k 98.00 98.00 98.00 98.00 98.00 Lw 4k 92.00 92.00 92.00 92.00 92.00 Lw 8k 81.00 81.00 81.00 81.00 81.00 Lw Totaal 104.08 104.08 104.08 104.08 104.08 100 50 50 10 68.00 72.00 80.00 82.00 84.00 87.00 90.00 86.00 78.00 93.97 31-07-2013 23:21:48 BIJLAGE IV REKENRESULTATEN (LANGTIJDGEMIDDELDE BEOORDELINGSNIVEAUS) Witteveen+Bos, bijlage IV behorende bij rapport BOZ35-54/balm/003 d.d. 29 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage IV behorende bij rapport BOZ35-54/balm/003 d.d. 29 augustus 2013 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Naam Toetspunt 2_A 3_A 4_A 5_A 6_A 7_A 8_A 9_A a1161_A a1161_B Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. LAeq totaalresultaten voor toetspunten LWM Nee Omschrijving LWM vergunningpunt LWM vergunningpunt LWM vergunningpunt LWM vergunningpunt LWM vergunningpunt A B C D E LWM vergunningpunt F LWM vergunningpunt G LWM vergunningpunt H Hoogte 5.00 5.00 5.00 5.00 5.00 Dag Avond Nacht Etmaal Li 44.1 44.0 44.0 54.0 59.0 49.8 49.2 49.2 59.2 69.7 66.8 59.8 58.5 68.5 79.6 51.3 50.6 49.3 59.3 73.4 50.9 49.7 49.7 59.7 69.9 5.00 5.00 5.00 1.50 4.50 47.6 50.3 41.3 25.1 27.1 45.7 47.0 41.0 24.5 26.5 45.7 46.2 41.0 24.5 26.5 55.7 56.2 51.0 34.5 36.5 69.4 71.6 59.5 45.2 47.2 a1162_A a1162_B a1163_A a1163_B a1164_A 1.50 4.50 1.50 4.50 1.50 27.1 29.1 24.9 26.9 17.0 26.6 28.7 24.3 26.3 16.8 26.6 28.6 24.2 26.3 16.7 36.6 38.6 34.2 36.3 26.7 46.8 48.8 45.1 47.1 33.7 a1164_B a1165_A a1165_B a1166_A a1166_B 4.50 1.50 4.50 1.50 4.50 18.4 12.8 15.1 12.8 15.1 18.1 12.6 14.8 12.6 14.9 18.1 12.6 14.8 12.6 14.9 28.1 22.6 24.8 22.6 24.9 35.0 28.6 30.8 28.6 30.9 a1167_A a1167_B a1168_A a1168_B a1169_A 1.50 4.50 1.50 4.50 1.50 14.0 15.9 25.0 27.0 17.7 13.8 15.7 24.5 26.5 17.4 13.8 15.6 24.5 26.5 17.4 23.8 25.6 34.5 36.5 27.4 29.7 31.7 45.2 47.2 34.9 a1169_B a1169_C a1169_D a1169_E a1169_F 4.50 7.50 10.50 13.60 16.50 20.7 27.5 27.8 27.9 28.0 20.3 27.0 27.2 27.4 27.5 20.3 26.9 27.2 27.3 27.4 30.3 36.9 37.2 37.3 37.4 38.7 47.4 47.6 47.7 47.7 a1170_A a1170_B a1170_C a1170_D a1170_E 1.50 4.50 7.50 10.50 13.60 16.6 16.6 16.6 16.9 17.2 16.3 16.4 16.3 16.6 17.0 16.3 16.4 16.3 16.6 16.9 26.3 26.4 26.3 26.6 26.9 33.4 33.4 33.3 33.5 33.8 a1170_F a1171_A a1171_B a1171_C a1171_D 16.50 1.50 4.50 7.50 10.50 18.4 10.8 11.0 11.3 11.8 18.1 10.5 10.6 10.9 11.5 18.1 10.4 10.6 10.9 11.5 28.1 20.4 20.6 20.9 21.5 34.8 28.5 28.6 28.6 28.9 a1171_E a1171_F a1172_A a1172_B 13.60 16.50 1.50 4.50 12.7 15.1 18.6 22.9 12.4 14.8 18.2 22.6 12.3 14.8 18.2 22.6 22.3 24.8 28.2 32.6 29.4 31.3 36.4 41.5 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:25:45 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. LAeq totaalresultaten voor toetspunten LWM Nee Naam Toetspunt Omschrijving a1172_C a1172_D a1172_E a1172_F a1173_A Hoogte 7.50 10.50 13.60 16.50 1.50 Dag Avond Nacht Etmaal Li 27.7 27.1 27.1 37.1 47.8 27.9 27.3 27.3 37.3 47.9 28.0 27.5 27.4 37.4 47.9 28.1 27.5 27.5 37.5 47.9 16.8 16.5 16.5 26.5 33.8 a1173_B a1173_C a1173_D a1173_E a1173_F 4.50 7.50 10.50 13.60 16.50 19.2 27.1 28.0 28.1 28.2 18.9 26.8 27.6 27.7 27.8 18.9 26.7 27.5 27.7 27.7 28.9 36.7 37.5 37.7 37.7 36.7 45.5 48.1 48.2 48.2 a1174_A a1174_B a1174_C a1174_D a1174_E 1.50 4.50 7.50 10.50 13.60 15.9 16.0 15.9 16.3 16.7 15.7 15.8 15.7 16.0 16.4 15.6 15.7 15.7 16.0 16.4 25.6 25.7 25.7 26.0 26.4 33.6 33.6 33.6 33.8 34.1 a1174_F a1175_A a1175_B a1175_C a1175_D 16.50 1.50 4.50 7.50 10.50 17.9 18.9 24.6 25.0 25.3 17.6 18.7 24.3 24.7 24.9 17.6 18.7 24.3 24.7 24.9 27.6 28.7 34.3 34.7 34.9 34.8 34.9 42.8 43.1 43.2 a1175_E a1175_F a1176_A a1176_B a1176_C 13.60 16.50 1.50 4.50 7.50 25.4 15.4 21.3 25.5 27.6 25.1 15.1 21.1 25.2 27.3 25.0 15.1 21.1 25.1 27.3 35.0 25.1 31.1 35.1 37.3 43.2 31.7 36.6 43.3 45.4 a1176_D a1176_E a1176_F a1177_A a1177_B 10.50 13.60 16.50 1.50 4.50 29.8 29.9 28.2 19.8 24.8 29.4 29.6 27.8 19.7 24.7 29.3 29.5 27.7 19.6 24.7 39.3 39.5 37.7 29.6 34.7 49.1 49.2 48.1 35.7 41.6 a1177_C a1177_D a1177_E a1177_F a1180_A 7.50 10.50 13.60 16.50 1.50 27.8 29.8 29.8 28.6 21.2 27.6 29.4 29.4 28.1 21.0 27.5 29.3 29.3 28.0 21.0 37.5 39.3 39.3 38.0 31.0 44.9 49.1 49.2 48.5 37.5 a1180_B a1180_C a1180_D a1180_E a1180_F 4.50 7.50 10.50 13.60 16.50 25.2 29.2 29.5 29.6 28.4 25.0 28.8 29.1 29.2 27.9 25.0 28.7 29.0 29.2 27.8 35.0 38.7 39.0 39.2 37.8 42.5 48.6 49.0 49.1 48.4 a1426_A a1426_B a1426_C a1426_D 4.50 7.50 13.50 16.50 27.6 27.9 28.2 28.2 27.1 27.4 27.6 27.7 27.0 27.3 27.6 27.6 37.0 37.3 37.6 37.6 48.0 48.0 48.0 47.9 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:25:45 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel rekenmodel Lamb Weston / Meijer V.o.f. LAeq totaalresultaten voor toetspunten LWM Nee Naam Toetspunt Omschrijving a1426_E a1426_F a1427_A a1427_B a1427_C Hoogte 19.50 22.50 4.50 7.50 13.50 Dag Avond Nacht Etmaal Li 28.3 27.7 27.7 37.7 47.8 28.3 27.8 27.7 37.7 47.7 27.6 27.0 27.0 37.0 47.9 27.9 27.4 27.3 37.3 48.0 28.1 27.6 27.5 37.5 47.9 a1427_D a1427_E a1427_F a1428_A a1428_B 16.50 19.50 22.50 4.50 7.50 28.2 28.2 28.3 27.6 27.9 27.6 27.7 27.7 27.0 27.3 27.6 27.6 27.7 26.9 27.3 37.6 37.6 37.7 36.9 37.3 47.8 47.8 47.7 47.9 47.9 a1428_C a1428_D a1428_E a1428_F MMB_1_A 13.50 16.50 19.50 22.50 5.00 28.1 28.1 28.2 28.2 51.6 27.6 27.6 27.6 27.7 47.7 27.5 27.5 27.6 27.6 46.5 37.5 37.5 37.6 37.6 56.5 47.9 47.8 47.7 47.6 72.8 MMB_2_A MMB_3_A MTG01_A MTG02_A MTG03_A Kannewielse weg 16a-16c Kannewielseweg 18, 33 Kannewielseweg 27, Spinolaberg1-13 5.00 5.00 5.00 5.00 5.00 58.4 45.8 25.4 26.5 29.4 52.8 43.9 24.5 25.5 28.8 52.2 43.7 24.4 25.4 28.7 62.2 53.7 34.4 35.4 38.7 78.0 64.7 42.9 44.3 46.3 MTG04_A MTG05_A MTG06_A MTG07_A MTG08_A Kannewielseweg 31, Spinolaberg 10 Spinolaberg 12-17, Stapelakker 3, 4 Nieuw Bijmoerseweg 1, Stapelakker 1 Ringersweg 22, 26 Ringersweg 32, 36 en 40 5.00 5.00 5.00 5.00 5.00 28.7 31.1 30.8 35.9 33.9 27.5 30.4 29.5 34.5 32.9 27.5 30.4 29.4 34.4 32.8 37.5 40.4 39.4 44.4 42.8 46.6 48.2 49.0 53.5 52.2 MTG09_A MTG10_A MTG11_A Ref 1_A Ref 2_A Groenewoudseweg 2-9, Oude Koepel 9, 11 Koepel 1-12 Noord- en Zuidzijde Haven Referentiepunt Referentiepunt 5.00 5.00 5.00 5.00 5.00 37.1 36.1 33.1 26.8 27.5 35.3 34.9 32.5 26.4 27.0 35.2 34.9 32.4 26.3 27.0 45.2 44.9 42.4 36.3 37.0 54.4 51.9 52.8 44.4 45.7 Ref 3_A Ref 4_A ZBP02_A ZBP03_A ZBP04_A Referentiepunt Referentiepunt Zonebewakingspunt 2 Zonebewakingspunt 3 Zonebewakingspunt 4 5.00 5.00 5.00 5.00 5.00 19.3 26.0 16.9 13.8 22.6 18.9 25.6 16.3 13.6 21.8 18.9 25.5 16.3 13.6 21.8 28.9 35.5 26.3 23.6 31.8 35.8 44.5 33.9 28.3 39.5 ZBP05_A ZBP06_A ZBP07_A ZBP08_A ZBP09_A Zonebewakingspunt Zonebewakingspunt Zonebewakingspunt Zonebewakingspunt Zonebewakingspunt 5 6 7 8 9 5.00 5.00 5.00 5.00 5.00 27.1 28.8 19.2 29.1 24.7 26.3 28.5 19.0 28.5 24.3 26.3 28.5 18.9 28.4 24.2 36.3 38.5 28.9 38.4 34.2 43.8 45.1 35.6 49.7 44.2 ZBP10_A ZBP11_A ZBP12_A ZBP13_A Zonebewakingspunt Zonebewakingspunt Zonebewakingspunt Zonebewakingspunt 10 11 12 13 5.00 5.00 5.00 5.00 22.8 18.8 16.8 16.7 22.2 18.0 16.2 16.2 22.1 17.9 16.1 16.2 32.1 27.9 26.1 26.2 42.5 36.7 34.1 33.1 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:25:45 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel rekenmodel Lamb Weston / Meijer 2_A - LWM vergunningpunt A LWM Nee V.o.f. Naam Bron 2_A 101 061 063 245a 039 Omschrijving LWM vergunningpunt A uitlaat gasmotor NH3 condensor 2, voorkoeltunnel 1 gaspijp (bestaand 100%) NH3 condensor, vriestunnel 2 (nw 100%) uitblaas schiller, lijn 1 242 042 007d 007c 007b dakventilator inpak 2 dakventilator inpak 1 luchtinlaat droger 1 luchtinlaat droger 1 luchtinlaat droger 1 0.20 0.20 1.00 1.00 1.00 29.9 29.3 28.7 28.4 28.1 29.9 29.3 28.7 28.4 28.1 29.9 29.3 28.7 28.4 28.1 39.9 39.3 38.7 38.4 38.1 31.4 30.9 32.3 32.1 31.8 1.5 1.6 3.6 3.6 3.7 007a 244a 251 036 044a luchtinlaat droger 1 NH3 condensor, precooler (nieuw 100%) dak wasserij-2 a luchtinlaat schillerij 1 NH3 condensor 2, vriestunnel 1 1.00 5.40 0.10 0.50 5.40 27.9 27.6 27.1 27.1 26.8 27.9 27.6 27.1 27.1 26.8 27.9 27.6 27.1 27.1 26.8 37.9 37.6 37.1 37.1 36.8 31.6 29.0 28.6 30.4 28.4 3.7 1.4 1.5 3.4 1.6 044b 243a 095 239 043a NH3 condensor 2, vriestunnel 1 NH3 condensor, voorkoeltnl 2 (nw 100%) Loods aardappelontvangst, deur blowers uitblaas schiller, lijn 2 NH3 condensor 1, vriestunnel 1 5.40 5.40 2.00 0.10 5.40 26.7 25.9 25.5 25.2 25.1 26.7 25.9 25.5 25.2 25.1 26.7 25.9 25.5 25.2 25.1 36.7 35.9 35.5 35.2 35.1 28.3 27.2 29.1 28.0 26.6 1.6 1.3 3.6 2.8 1.5 043b 003a 027 003c 003d NH3 condensor 1, vriestunnel 1 uitblaas vlokkenlijn 1 afblaas Bosch-ketel 2 uitblaas vlokkenlijn 1 uitblaas vlokkenlijn 1 5.40 0.80 0.10 0.80 0.80 25.0 24.8 24.7 24.6 24.5 25.0 24.8 24.7 24.6 24.5 25.0 24.8 24.7 24.6 24.5 35.0 34.8 34.7 34.6 34.5 26.5 28.3 27.5 28.1 28.0 1.6 3.4 2.8 3.5 3.5 051 227 103 339 003b dak wasserij-1 b afblaas Bosch-ketel 1 (100%) noodkoeler biogasmaotor uitblaas schillervlokkenlijn (KenK) uitblaas vlokkenlijn 1 0.10 0.10 0.50 0.10 0.80 24.3 24.2 23.5 22.8 22.8 24.3 24.2 23.5 22.8 22.8 24.3 24.2 23.5 22.8 22.8 34.3 34.2 33.5 32.8 32.8 26.7 27.1 26.9 25.4 26.3 2.4 2.9 3.4 2.5 3.5 035 046 065 097 029 luchtinlaat schillerij 1 NH3 condensor 1, voorkoeltunnel 1 ventilator biogas Loods aardappelontvangst, inlaat blowers uitblaas dak schillerij 1 0.50 1.00 8.40 5.00 2.10 22.7 22.7 21.8 21.8 21.6 22.7 22.7 21.8 21.8 21.6 22.7 22.7 21.8 21.8 21.6 32.7 32.7 31.8 31.8 31.6 26.2 25.8 24.1 24.8 24.6 3.5 3.1 2.3 3.1 3.0 096 107 066 236 229 Loods aardappelontvangst, deur blowers LBH vlokkenlijn 1 rooster ketelhuis (bestaand 100%) luchtinlaat schillerij 2 uitblaas schillerij 2 2.00 1.50 3.00 0.50 2.10 21.2 20.8 20.1 19.9 19.8 21.2 20.8 20.1 19.9 19.8 21.2 20.8 20.1 19.9 19.8 31.2 30.8 30.1 29.9 29.8 24.9 24.0 22.5 23.6 23.2 3.7 3.2 2.5 3.7 3.4 34.0 32.2 32.1 42.1 58.7 Rest Hoogte 5.00 0.50 2.00 4.50 2.00 0.10 Dag Avond Nacht Etmaal Li Cm 44.1 44.0 44.0 54.0 59.0 35.6 35.6 35.6 45.6 38.9 3.4 33.6 33.6 33.6 43.6 36.4 2.8 33.4 33.4 33.4 43.4 34.6 1.2 32.9 32.9 32.9 42.9 35.5 2.6 29.9 29.9 29.9 39.9 32.3 2.4 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:29:45 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel rekenmodel Lamb Weston / Meijer 3_A - LWM vergunningpunt B LWM Nee V.o.f. Naam Bron 3_A 101 063 245a 061 066 Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal Li Cm LWM vergunningpunt B 5.00 49.8 49.2 49.2 59.2 69.7 uitlaat gasmotor 0.50 43.2 43.2 43.2 53.2 46.1 2.9 gaspijp (bestaand 100%) 4.50 40.2 40.2 40.2 50.2 40.2 0.0 NH3 condensor, vriestunnel 2 (nw 100%) 2.00 39.5 39.5 39.5 49.5 40.2 0.8 NH3 condensor 2, voorkoeltunnel 1 2.00 38.7 38.7 38.7 48.7 40.5 1.8 rooster ketelhuis (bestaand 100%) 3.00 34.6 34.6 34.6 44.6 36.3 1.8 244a 046 039 243a 044a NH3 condensor, precooler (nieuw 100%) NH3 condensor 1, voorkoeltunnel 1 uitblaas schiller, lijn 1 NH3 condensor, voorkoeltnl 2 (nw 100%) NH3 condensor 2, vriestunnel 1 5.40 1.00 0.10 5.40 5.40 33.9 33.3 33.3 32.2 32.2 33.9 33.3 33.3 32.2 32.2 33.9 33.3 33.3 32.2 32.2 43.9 43.3 43.3 42.2 42.2 33.9 35.5 34.4 32.2 32.2 0.0 2.2 1.1 0.0 0.0 003a 044b 003b 003c 003d uitblaas vlokkenlijn 1 NH3 condensor 2, vriestunnel 1 uitblaas vlokkenlijn 1 uitblaas vlokkenlijn 1 uitblaas vlokkenlijn 1 0.80 5.40 0.80 0.80 0.80 32.0 32.0 31.9 31.9 31.8 32.0 32.0 31.9 31.9 31.8 32.0 32.0 31.9 31.9 31.8 42.0 42.0 41.9 41.9 41.8 35.1 32.0 35.0 35.0 34.9 3.1 0.0 3.1 3.1 3.1 077 043a 043b 103 102 aanvoer hulpstoffen/pallets NH3 condensor 1, vriestunnel 1 NH3 condensor 1, vriestunnel 1 noodkoeler biogasmaotor NH3 condensor 3, vriestunnel 1 0.75 5.40 5.40 0.50 0.50 41.0 30.8 30.5 30.1 29.8 -30.8 30.5 30.1 29.8 -30.8 30.5 30.1 29.8 41.0 40.8 40.5 40.1 39.8 69.5 30.8 30.5 33.0 32.4 0.6 0.0 0.0 2.9 2.7 239 027 251 227 029 uitblaas schiller, lijn 2 afblaas Bosch-ketel 2 dak wasserij-2 a afblaas Bosch-ketel 1 (100%) uitblaas dak schillerij 1 0.10 0.10 0.10 0.10 2.10 29.2 29.0 28.6 28.2 28.2 29.2 29.0 28.6 28.2 28.2 29.2 29.0 28.6 28.2 28.2 39.2 39.0 38.6 38.2 38.2 31.3 31.0 29.8 30.6 30.4 2.1 2.0 1.2 2.4 2.2 339 036 051 042 107 uitblaas schillervlokkenlijn (KenK) luchtinlaat schillerij 1 dak wasserij-1 b dakventilator inpak 1 LBH vlokkenlijn 1 0.10 0.50 0.10 0.20 1.50 27.9 27.0 25.5 24.7 24.5 27.9 27.0 25.5 24.7 24.5 27.9 27.0 25.5 24.7 24.5 37.9 37.0 35.5 34.7 34.5 29.5 29.6 27.6 24.7 27.4 1.6 2.6 2.1 0.0 2.9 007d 032 007c 203c 096 luchtinlaat droger 1 uitblaas dak schillerij 1 luchtinlaat droger 1 uitblaas vlokkenlijn 2 Loods aardappelontvangst, deur blowers 1.00 2.10 1.00 0.80 2.00 24.1 23.4 23.2 22.9 22.9 24.1 23.4 23.2 22.9 22.9 24.1 23.4 23.2 22.9 22.9 34.1 33.4 33.2 32.9 32.9 27.0 25.5 26.2 26.2 26.4 2.9 2.1 3.0 3.3 3.4 007b 203a 203b 203d 064 luchtinlaat droger 1 uitblaas vlokkenlijn 2 uitblaas vlokkenlijn 2 uitblaas vlokkenlijn 2 deur ketelhuis (bestaand 100%) 1.00 0.80 0.80 0.80 3.00 22.4 22.3 22.3 22.3 22.2 22.4 22.3 22.3 22.3 22.2 22.4 22.3 22.3 22.3 22.2 32.4 32.3 32.3 32.3 32.2 25.4 25.6 25.6 25.6 23.7 3.0 3.3 3.3 3.3 1.6 34.9 34.3 34.2 44.2 56.5 Rest Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:30:37 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel rekenmodel Lamb Weston / Meijer 4_A - LWM vergunningpunt C LWM Nee Naam Bron 4_A 094 081 104 203c 065 Omschrijving LWM vergunningpunt C Manoeuvreren vrachtwagens vlokken heftruck product vlokkenlijn rooster ketelhuis gasmotor (bestaand 100%) uitblaas vlokkenlijn 2 ventilator biogas 203d 097 095 203a 203b V.o.f. Hoogte 5.00 1.25 1.00 3.00 0.80 8.40 Dag 66.8 65.9 56.6 47.3 46.2 46.0 Avond 59.8 -56.6 47.3 46.2 46.0 Nacht 58.5 -53.6 47.3 46.2 46.0 Etmaal 68.5 65.9 63.6 57.3 56.2 56.0 Li 79.6 70.6 66.6 47.3 46.2 46.0 0.0 0.0 0.0 0.0 0.0 uitblaas vlokkenlijn 2 Loods aardappelontvangst, inlaat blowers Loods aardappelontvangst, deur blowers uitblaas vlokkenlijn 2 uitblaas vlokkenlijn 2 0.80 5.00 2.00 0.80 0.80 46.0 45.0 44.3 43.8 43.1 46.0 45.0 44.3 43.8 43.1 46.0 45.0 44.3 43.8 43.1 56.0 55.0 54.3 53.8 53.1 46.0 45.0 44.3 43.8 43.1 0.0 0.0 0.0 0.0 0.0 203e 203f 066 078 307 uitblaas vlokkenlijn 2 uitblaas vlokkenlijn 2 rooster ketelhuis (bestaand 100%) distributie gereed product vlokken LBH vlokkenlijn 2 0.80 0.80 3.00 0.75 1.50 42.9 42.4 42.0 43.2 41.9 42.9 42.4 42.0 44.9 41.9 42.9 42.4 42.0 41.9 41.9 52.9 52.4 52.0 51.9 51.9 42.9 42.4 42.0 78.6 41.9 0.0 0.0 0.0 0.0 0.0 096 101 107 003c 003b Loods aardappelontvangst, deur blowers uitlaat gasmotor LBH vlokkenlijn 1 uitblaas vlokkenlijn 1 uitblaas vlokkenlijn 1 2.00 0.50 1.50 0.80 0.80 41.3 40.6 39.8 39.0 38.9 41.3 40.6 39.8 39.0 38.9 41.3 40.6 39.8 39.0 38.9 51.3 50.6 49.8 49.0 48.9 41.8 41.0 39.8 39.0 38.9 0.5 0.4 0.0 0.0 0.0 003d 051 089 003a 061 uitblaas vlokkenlijn 1 dak wasserij-1 b Waterzuivering uitblaas vlokkenlijn 1 NH3 condensor 2, voorkoeltunnel 1 0.80 0.10 0.10 0.80 2.00 38.1 37.2 37.1 36.7 36.3 38.1 37.2 37.1 36.7 36.3 38.1 37.2 37.1 36.7 36.3 48.1 47.2 47.1 46.7 46.3 38.1 37.9 37.8 36.7 36.9 0.0 0.7 0.7 0.0 0.6 004a 102 245a 227 063 ventilator gaswasser (westzijde) NH3 condensor 3, vriestunnel 1 NH3 condensor, vriestunnel 2 (nw 100%) afblaas Bosch-ketel 1 (100%) gaspijp (bestaand 100%) 0.70 0.50 2.00 0.10 4.50 35.2 34.5 34.4 33.4 32.6 35.2 34.5 34.4 33.4 32.6 35.2 34.5 34.4 33.4 32.6 45.2 44.5 44.4 43.4 42.6 37.4 35.5 36.2 33.4 33.8 2.2 1.0 1.8 0.0 1.1 005a 103 251 090 244a ventilator gaswasser (noordzijde) noodkoeler biogasmaotor dak wasserij-2 a Waterzuivering NH3 condensor, precooler (nieuw 100%) 0.70 0.50 0.10 0.10 5.40 32.5 32.1 32.1 32.0 31.6 32.5 32.1 32.1 32.0 31.6 32.5 32.1 32.1 32.0 31.6 42.5 42.1 42.1 42.0 41.6 34.7 32.7 33.8 32.0 31.8 2.2 0.6 1.8 0.0 0.2 007b 007d 007c 029 006 luchtinlaat droger 1 luchtinlaat droger 1 luchtinlaat droger 1 uitblaas dak schillerij 1 ventilator gaswasser (bovenzijde) 1.00 1.00 1.00 2.10 0.10 30.7 30.7 30.7 30.5 30.3 30.7 30.7 30.7 30.5 30.3 30.7 30.7 30.7 30.5 30.3 40.7 40.7 40.7 40.5 40.3 33.3 33.0 33.1 30.7 32.4 2.5 2.2 2.4 0.2 2.1 43.4 42.6 42.6 52.6 60.0 Rest Cm Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:31:19 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel rekenmodel Lamb Weston / Meijer 5_A - LWM vergunningpunt D LWM Nee V.o.f. Naam Bron 5_A 083 079 101 042 007a Omschrijving LWM vergunningpunt D heftruck pallets/hulpstoffen distributie gereed product frites uitlaat gasmotor dakventilator inpak 1 luchtinlaat droger 1 Hoogte 5.00 1.00 0.75 0.50 0.20 1.00 007b 007c 061 076 077 luchtinlaat droger 1 luchtinlaat droger 1 NH3 condensor 2, voorkoeltunnel 1 aanvoer afval + veevoer aanvoer hulpstoffen/pallets 1.00 1.00 2.00 0.75 0.75 34.2 33.7 32.5 33.6 41.3 34.2 33.7 32.5 32.4 -- 34.2 33.7 32.5 32.4 -- 44.2 43.7 42.5 42.4 41.3 36.6 36.3 35.5 68.5 69.6 2.4 2.6 3.0 1.4 0.5 242 245a 007d 097 039 dakventilator inpak 2 NH3 condensor, vriestunnel 2 (nw 100%) luchtinlaat droger 1 Loods aardappelontvangst, inlaat blowers uitblaas schiller, lijn 1 0.20 2.00 1.00 5.00 0.10 31.0 31.0 29.9 29.6 29.4 31.0 31.0 29.9 29.6 29.4 31.0 31.0 29.9 29.6 29.4 41.0 41.0 39.9 39.6 39.4 33.0 33.9 32.6 32.3 31.8 2.0 2.9 2.7 2.7 2.4 051 065 251 046 092 dak wasserij-1 b ventilator biogas dak wasserij-2 a NH3 condensor 1, voorkoeltunnel 1 Manoeuvreren vrachtwagens restproduct 0.10 8.40 0.10 1.00 1.25 28.9 28.6 27.8 27.7 37.2 28.9 28.6 27.8 27.7 -- 28.9 28.6 27.8 27.7 -- 38.9 38.6 37.8 37.7 37.2 31.1 29.8 29.1 31.0 45.7 2.2 1.2 1.3 3.3 3.0 036 091 005b 027 103 luchtinlaat schillerij 1 Waterzuivering ventilator gaswasser (zuidzijde) afblaas Bosch-ketel 2 noodkoeler biogasmaotor 0.50 0.10 0.70 0.10 0.50 27.1 26.9 26.6 25.7 25.6 27.1 26.9 26.6 25.7 25.6 27.1 26.9 26.6 25.7 25.6 37.1 36.9 36.6 35.7 35.6 30.5 28.2 29.6 28.7 29.1 3.4 1.4 2.9 3.1 3.5 102 244a 239 044a 044b NH3 condensor 3, vriestunnel 1 NH3 condensor, precooler (nieuw 100%) uitblaas schiller, lijn 2 NH3 condensor 2, vriestunnel 1 NH3 condensor 2, vriestunnel 1 0.50 5.40 0.10 5.40 5.40 25.5 25.4 25.3 25.2 25.1 25.5 25.4 25.3 25.2 25.1 25.5 25.4 25.3 25.2 25.1 35.5 35.4 35.3 35.2 35.1 29.0 27.3 27.8 27.1 27.1 3.5 1.9 2.5 1.9 2.0 005a 003a 004a 339 306 ventilator gaswasser (noordzijde) uitblaas vlokkenlijn 1 ventilator gaswasser (westzijde) uitblaas schillervlokkenlijn (KenK) decanter grijs zetmeel 0.70 0.80 0.70 0.10 2.00 25.1 24.8 24.8 24.7 24.6 25.1 24.8 24.8 24.7 24.6 25.1 24.8 24.8 24.7 24.6 35.1 34.8 34.8 34.7 34.6 28.0 28.2 27.8 27.2 27.9 3.0 3.5 3.0 2.5 3.3 003b 096 003d 003c 041 uitblaas vlokkenlijn 1 Loods aardappelontvangst, deur blowers uitblaas vlokkenlijn 1 uitblaas vlokkenlijn 1 LBK inpak 1 0.80 2.00 0.80 0.80 0.20 24.5 24.5 24.4 24.4 24.2 24.5 24.5 24.4 24.4 24.2 24.5 24.5 24.4 24.4 24.2 34.5 34.5 34.4 34.4 34.2 28.0 27.8 27.9 27.9 24.2 3.5 3.3 3.5 3.5 0.0 37.3 36.9 36.9 46.9 51.9 Rest Dag Avond Nacht Etmaal Li Cm 51.3 50.6 49.3 59.3 73.4 47.7 47.7 44.7 54.7 57.7 0.0 41.7 41.6 41.8 51.8 66.7 0.0 36.9 36.9 36.9 46.9 40.4 3.5 36.7 36.7 36.7 46.7 36.7 0.0 35.5 35.5 35.5 45.5 37.9 2.3 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:32:51 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel rekenmodel Lamb Weston / Meijer 6_A - LWM vergunningpunt E LWM Nee V.o.f. Naam Bron 6_A 065 012 013 010 097 Omschrijving Hoogte Dag Avond Nacht Etmaal Li Cm LWM vergunningpunt E 5.00 50.9 49.7 49.7 59.7 69.9 ventilator biogas 8.40 39.2 39.2 39.2 49.2 39.3 0.1 hakmolen schilafval (west) 1.60 38.7 38.7 38.7 48.7 40.5 1.9 hakmolen schilafval (zuid) 1.60 38.0 38.0 38.0 48.0 39.8 1.8 hakmolen schilafval (oost) 1.60 36.9 36.9 36.9 46.9 38.7 1.9 Loods aardappelontvangst, inlaat blowers 5.00 36.7 36.7 36.7 46.7 38.7 1.9 101 096 007a 051 306 uitlaat gasmotor Loods aardappelontvangst, deur blowers luchtinlaat droger 1 dak wasserij-1 b decanter grijs zetmeel 0.50 2.00 1.00 0.10 2.00 36.2 35.2 34.0 34.0 33.6 36.2 35.2 34.0 34.0 33.6 36.2 35.2 34.0 34.0 33.6 46.2 45.2 44.0 44.0 43.6 39.9 37.9 36.7 35.4 35.4 3.7 2.7 2.7 1.4 1.8 095 092 004a 005b 006 Loods aardappelontvangst, deur blowers Manoeuvreren vrachtwagens restproduct ventilator gaswasser (westzijde) ventilator gaswasser (zuidzijde) ventilator gaswasser (bovenzijde) 2.00 1.25 0.70 0.70 0.10 33.1 43.0 32.7 32.7 32.5 33.1 -32.7 32.7 32.5 33.1 -32.7 32.7 32.5 43.1 43.0 42.7 42.7 42.5 36.0 50.3 35.6 35.5 35.2 2.9 1.7 2.8 2.8 2.7 091 007b 042 076 007c Waterzuivering luchtinlaat droger 1 dakventilator inpak 1 aanvoer afval + veevoer luchtinlaat droger 1 0.10 1.00 0.20 0.75 1.00 32.5 32.4 32.3 33.3 31.9 32.5 32.4 32.3 32.0 31.9 32.5 32.4 32.3 32.0 31.9 42.5 42.4 42.3 42.0 41.9 32.5 35.2 32.8 69.1 34.9 0.0 2.8 0.5 2.3 3.0 007d 251 242 083 203d luchtinlaat droger 1 dak wasserij-2 a dakventilator inpak 2 heftruck pallets/hulpstoffen uitblaas vlokkenlijn 2 1.00 0.10 0.20 1.00 0.80 31.7 31.7 31.4 33.4 30.1 31.7 31.7 31.4 33.4 30.1 31.7 31.7 31.4 30.4 30.1 41.7 41.7 41.4 40.4 40.1 34.8 31.8 32.4 46.6 33.5 3.1 0.1 1.0 3.2 3.5 203b 203f 003d 236 090 uitblaas vlokkenlijn 2 uitblaas vlokkenlijn 2 uitblaas vlokkenlijn 1 luchtinlaat schillerij 2 Waterzuivering 0.80 0.80 0.80 0.50 0.10 30.1 30.0 30.0 30.0 29.9 30.1 30.0 30.0 30.0 29.9 30.1 30.0 30.0 30.0 29.9 40.1 40.0 40.0 40.0 39.9 33.5 33.5 33.5 33.3 30.1 3.5 3.5 3.5 3.4 0.2 014 003b 106 203a 203c hakmolen uitblaas decanter uitblaas uitblaas 0.10 0.80 2.00 0.80 0.80 29.9 29.5 29.4 29.4 29.4 29.9 29.5 29.4 29.4 29.4 29.9 29.5 29.4 29.4 29.4 39.9 39.5 39.4 39.4 39.4 31.5 33.0 32.2 32.9 32.9 1.6 3.5 2.8 3.5 3.5 203e 094 003c 003a 004b uitblaas vlokkenlijn 2 Manoeuvreren vrachtwagens vlokken uitblaas vlokkenlijn 1 uitblaas vlokkenlijn 1 ventilator gaswasser (oostzijde) 0.80 1.25 0.80 0.80 0.70 29.4 39.3 29.2 29.2 29.2 29.4 -29.2 29.2 29.2 29.4 -29.2 29.2 29.2 39.4 39.3 39.2 39.2 39.2 32.9 47.4 32.7 32.7 32.0 3.5 3.4 3.5 3.5 2.9 41.0 40.7 40.5 50.5 61.2 schilafval (dak) vlokkenlijn 1 zuiveringsslib vlokkenlijn 2 vlokkenlijn 2 Rest Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:33:59 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel rekenmodel Lamb Weston / Meijer 7_A - LWM vergunningpunt F LWM Nee V.o.f. Naam Bron 7_A 075 106 065 101 013 Omschrijving LWM vergunningpunt F aanvoer aardappelen decanter zuiveringsslib ventilator biogas uitlaat gasmotor hakmolen schilafval (zuid) 093 251 005b 203e 076 Manoeuvreren vrachtwagens aardappelen dak wasserij-2 a ventilator gaswasser (zuidzijde) uitblaas vlokkenlijn 2 aanvoer afval + veevoer 1.25 0.10 0.70 0.80 0.75 41.9 31.7 31.6 31.1 32.1 -31.7 31.6 31.1 30.8 -31.7 31.6 31.1 30.8 41.9 41.7 41.6 41.1 40.8 51.1 31.8 35.4 35.0 68.1 3.2 0.1 3.8 3.9 2.5 097 006 203f 203a 012 Loods aardappelontvangst, inlaat blowers ventilator gaswasser (bovenzijde) uitblaas vlokkenlijn 2 uitblaas vlokkenlijn 2 hakmolen schilafval (west) 5.00 0.10 0.80 0.80 1.60 30.7 30.1 29.9 29.7 29.3 30.7 30.1 29.9 29.7 29.3 30.7 30.1 29.9 29.7 29.3 40.7 40.1 39.9 39.7 39.3 33.2 33.8 33.8 33.6 32.7 2.5 3.7 3.9 3.9 3.4 003a 010 203d 203c 306 uitblaas hakmolen uitblaas uitblaas decanter 0.80 1.60 0.80 0.80 2.00 28.8 27.9 27.6 27.5 27.4 28.8 27.9 27.6 27.5 27.4 28.8 27.9 27.6 27.5 27.4 38.8 37.9 37.6 37.5 37.4 32.7 31.3 31.5 31.3 30.2 3.9 3.4 3.9 3.9 2.7 203b 007a 004a 096 091 uitblaas vlokkenlijn 2 luchtinlaat droger 1 ventilator gaswasser (westzijde) Loods aardappelontvangst, deur blowers Waterzuivering 0.80 1.00 0.70 2.00 0.10 27.4 27.3 27.2 27.2 27.0 27.4 27.3 27.2 27.2 27.0 27.4 27.3 27.2 27.2 27.0 37.4 37.3 37.2 37.2 37.0 31.3 31.2 31.0 30.4 28.4 3.9 3.8 3.8 3.2 1.4 007b 003d 003b 007c 004b luchtinlaat droger 1 uitblaas vlokkenlijn 1 uitblaas vlokkenlijn 1 luchtinlaat droger 1 ventilator gaswasser (oostzijde) 1.00 0.80 0.80 1.00 0.70 26.8 26.8 26.7 26.7 26.7 26.8 26.8 26.7 26.7 26.7 26.8 26.8 26.7 26.7 26.7 36.8 36.8 36.7 36.7 36.7 30.7 30.7 30.6 30.6 30.5 3.9 3.9 3.9 3.9 3.8 007d 003c 098 239 061 luchtinlaat droger 1 uitblaas vlokkenlijn 1 personenauto's uitblaas schiller, lijn 2 NH3 condensor 2, voorkoeltunnel 1 1.00 0.80 0.75 0.10 2.00 26.6 26.5 26.8 25.5 25.5 26.6 26.5 28.6 25.5 25.5 26.6 26.5 25.5 25.5 25.5 36.6 36.5 35.5 35.5 35.5 30.5 30.4 51.3 28.9 29.4 3.9 3.9 3.5 3.4 3.9 090 242 092 095 039 Waterzuivering dakventilator inpak 2 Manoeuvreren vrachtwagens restproduct Loods aardappelontvangst, deur blowers uitblaas schiller, lijn 1 0.10 0.20 1.25 2.00 0.10 25.3 25.3 34.9 24.8 24.7 25.3 25.3 -24.8 24.7 25.3 25.3 -24.8 24.7 35.3 35.3 34.9 34.8 34.7 27.1 28.1 43.8 28.1 28.3 1.7 2.8 3.4 3.3 3.6 37.3 36.5 36.5 46.5 53.9 vlokkenlijn 1 schilafval (oost) vlokkenlijn 2 vlokkenlijn 2 grijs zetmeel Rest Hoogte 5.00 0.75 2.00 8.40 0.50 1.60 Dag Avond Nacht Etmaal Li Cm 47.6 45.7 45.7 55.7 69.4 34.1 34.1 34.1 44.1 62.1 3.0 33.9 33.9 33.9 43.9 35.9 2.0 33.2 33.2 33.2 43.2 35.1 1.8 33.2 33.2 33.2 43.2 37.3 4.1 32.1 32.1 32.1 42.1 35.5 3.4 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:34:47 LWM A.O. Vierlinghweg Witteveen+Bos BOZ35-54 Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Resultatentabel rekenmodel Lamb Weston / Meijer 8_A - LWM vergunningpunt G LWM Nee Naam Bron 8_A 075 098 093 251 076 Omschrijving LWM vergunningpunt G aanvoer aardappelen personenauto's Manoeuvreren vrachtwagens aardappelen dak wasserij-2 a aanvoer afval + veevoer 203d 203c 203a 203b 203e uitblaas uitblaas uitblaas uitblaas uitblaas vlokkenlijn vlokkenlijn vlokkenlijn vlokkenlijn vlokkenlijn 203f 101 003c 003d 003a uitblaas vlokkenlijn uitlaat gasmotor uitblaas vlokkenlijn uitblaas vlokkenlijn uitblaas vlokkenlijn 003b 061 239 104 039 V.o.f. Hoogte 5.00 0.75 0.75 1.25 0.10 0.75 Dag 50.3 41.2 40.4 47.8 33.9 33.2 Avond 47.0 41.2 42.1 -33.9 32.0 Nacht 46.2 41.2 39.1 -33.9 32.0 Etmaal 56.2 51.2 49.1 47.8 43.9 42.0 Li 71.6 67.6 61.7 56.1 33.9 68.2 1.4 0.3 2.3 0.0 1.4 2 2 2 2 2 0.80 0.80 0.80 0.80 0.80 31.1 31.1 30.9 30.9 30.7 31.1 31.1 30.9 30.9 30.7 31.1 31.1 30.9 30.9 30.7 41.1 41.1 40.9 40.9 40.7 34.8 34.8 34.6 34.6 34.4 3.7 3.7 3.7 3.7 3.7 2 0.80 0.50 0.80 0.80 0.80 30.6 30.3 27.6 27.6 27.3 30.6 30.3 27.6 27.6 27.3 30.6 30.3 27.6 27.6 27.3 40.6 40.3 37.6 37.6 37.3 34.4 34.2 31.4 31.4 31.1 3.7 3.9 3.8 3.8 3.8 uitblaas vlokkenlijn 1 NH3 condensor 2, voorkoeltunnel 1 uitblaas schiller, lijn 2 rooster ketelhuis gasmotor (bestaand 100%) uitblaas schiller, lijn 1 0.80 2.00 0.10 3.00 0.10 27.3 26.8 25.7 25.1 24.9 27.3 26.8 25.7 25.1 24.9 27.3 26.8 25.7 25.1 24.9 37.3 36.8 35.7 35.1 34.9 31.1 30.6 29.0 28.6 28.4 3.8 3.8 3.3 3.5 3.5 066 307 103 095 107 rooster ketelhuis (bestaand 100%) LBH vlokkenlijn 2 noodkoeler biogasmaotor Loods aardappelontvangst, deur blowers LBH vlokkenlijn 1 3.00 1.50 0.50 2.00 1.50 23.9 23.9 23.3 22.5 22.3 23.9 23.9 23.3 22.5 22.3 23.9 23.9 23.3 22.5 22.3 33.9 33.9 33.3 32.5 32.3 27.4 27.4 27.2 25.6 25.9 3.5 3.5 3.9 3.1 3.6 245a 227 027 005a 339 NH3 condensor, vriestunnel 2 (nw 100%) afblaas Bosch-ketel 1 (100%) afblaas Bosch-ketel 2 ventilator gaswasser (noordzijde) uitblaas schillervlokkenlijn (KenK) 2.00 0.10 0.10 0.70 0.10 22.1 22.1 21.7 21.5 20.7 22.1 22.1 21.7 21.5 20.7 22.1 22.1 21.7 21.5 20.7 32.1 32.1 31.7 31.5 30.7 25.9 25.7 25.3 25.4 24.1 3.9 3.6 3.7 3.9 3.4 017 106 029 006 051 open deur aardappelontvangst decanter zuiveringsslib uitblaas dak schillerij 1 ventilator gaswasser (bovenzijde) dak wasserij-1 b 4.00 2.00 2.10 0.10 0.10 30.5 20.2 19.9 19.9 19.7 -20.2 19.9 19.9 19.7 -20.2 19.9 19.9 19.7 30.5 30.2 29.9 29.9 29.7 43.0 22.9 23.6 23.8 20.9 1.7 2.7 3.7 3.9 1.2 065 255 007d 044b 007c ventilator biogas dak sorteerafdeling-2 luchtinlaat droger 1 NH3 condensor 2, vriestunnel 1 luchtinlaat droger 1 8.40 0.10 1.00 5.40 1.00 19.3 19.2 19.1 19.0 18.9 19.3 19.2 19.1 19.0 18.9 19.3 19.2 19.1 19.0 18.9 29.3 29.2 29.1 29.0 28.9 21.4 19.2 23.0 22.2 22.8 2.1 0.0 4.0 3.2 4.0 33.5 32.1 31.9 41.9 49.7 1 1 1 Rest Cm Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:35:21 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAeq bij Bron voor toetspunt: Groep: Groepsreductie: Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel rekenmodel Lamb Weston / Meijer 9_A - LWM vergunningpunt H LWM Nee V.o.f. Naam Bron 9_A 101 075 007d 007c 007a Omschrijving LWM vergunningpunt H uitlaat gasmotor aanvoer aardappelen luchtinlaat droger 1 luchtinlaat droger 1 luchtinlaat droger 1 007b 039 061 097 095 luchtinlaat droger 1 uitblaas schiller, lijn 1 NH3 condensor 2, voorkoeltunnel 1 Loods aardappelontvangst, inlaat blowers Loods aardappelontvangst, deur blowers 1.00 0.10 2.00 5.00 2.00 25.9 25.8 25.6 24.5 24.4 25.9 25.8 25.6 24.5 24.4 25.9 25.8 25.6 24.5 24.4 35.9 35.8 35.6 34.5 34.4 29.9 29.0 29.1 27.6 28.0 4.0 3.2 3.4 3.1 3.6 103 245a 227 046 096 noodkoeler biogasmaotor NH3 condensor, vriestunnel 2 (nw 100%) afblaas Bosch-ketel 1 (100%) NH3 condensor 1, voorkoeltunnel 1 Loods aardappelontvangst, deur blowers 0.50 2.00 0.10 1.00 2.00 24.3 23.9 23.8 23.0 22.9 24.3 23.9 23.8 23.0 22.9 24.3 23.9 23.8 23.0 22.9 34.3 33.9 33.8 33.0 32.9 28.1 27.4 27.2 26.6 26.6 3.8 3.5 3.4 3.7 3.7 251 242 029 003a 203e dak wasserij-2 a dakventilator inpak 2 uitblaas dak schillerij 1 uitblaas vlokkenlijn 1 uitblaas vlokkenlijn 2 0.10 0.20 2.10 0.80 0.80 22.8 22.7 22.7 22.6 22.6 22.8 22.7 22.7 22.6 22.6 22.8 22.7 22.7 22.6 22.6 32.8 32.7 32.7 32.6 32.6 23.9 25.4 26.2 26.3 26.3 1.1 2.7 3.5 3.7 3.7 339 003b 042 003c 203d uitblaas schillervlokkenlijn (KenK) uitblaas vlokkenlijn 1 dakventilator inpak 1 uitblaas vlokkenlijn 1 uitblaas vlokkenlijn 2 0.10 0.80 0.20 0.80 0.80 22.5 22.2 22.2 22.1 21.9 22.5 22.2 22.2 22.1 21.9 22.5 22.2 22.2 22.1 21.9 32.5 32.2 32.2 32.1 31.9 25.6 25.9 24.8 25.8 25.6 3.1 3.7 2.6 3.7 3.7 003d 203c 239 044b 203f uitblaas vlokkenlijn 1 uitblaas vlokkenlijn 2 uitblaas schiller, lijn 2 NH3 condensor 2, vriestunnel 1 uitblaas vlokkenlijn 2 0.80 0.80 0.10 5.40 0.80 21.7 21.7 21.6 21.5 21.4 21.7 21.7 21.6 21.5 21.4 21.7 21.7 21.6 21.5 21.4 31.7 31.7 31.6 31.5 31.4 25.5 25.4 24.9 24.2 25.1 3.7 3.7 3.2 2.7 3.7 044a 027 203b 244a 004a NH3 condensor 2, vriestunnel 1 afblaas Bosch-ketel 2 uitblaas vlokkenlijn 2 NH3 condensor, precooler (nieuw 100%) ventilator gaswasser (westzijde) 5.40 0.10 0.80 5.40 0.70 21.3 21.2 21.0 20.8 20.7 21.3 21.2 21.0 20.8 20.7 21.3 21.2 21.0 20.8 20.7 31.3 31.2 31.0 30.8 30.7 24.0 24.6 24.7 23.6 24.8 2.7 3.4 3.7 2.8 4.0 005a 203a 102 043b 051 ventilator gaswasser (noordzijde) uitblaas vlokkenlijn 2 NH3 condensor 3, vriestunnel 1 NH3 condensor 1, vriestunnel 1 dak wasserij-1 b 0.70 0.80 0.50 5.40 0.10 20.4 20.3 19.6 19.3 19.2 20.4 20.3 19.6 19.3 19.2 20.4 20.3 19.6 19.3 19.2 30.4 30.3 29.6 29.3 29.2 24.4 24.0 23.3 22.0 21.4 4.0 3.7 3.7 2.8 2.3 33.4 31.3 30.9 40.9 57.2 Rest Hoogte 5.00 0.50 0.75 1.00 1.00 1.00 Dag Avond Nacht Etmaal Li Cm 41.3 41.0 41.0 51.0 59.5 35.1 35.1 35.1 45.1 38.9 3.7 26.4 26.4 26.4 36.4 55.4 4.0 26.2 26.2 26.2 36.2 30.1 3.9 26.0 26.0 26.0 36.0 30.0 4.0 26.0 26.0 26.0 36.0 30.0 4.0 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 31-07-2013 23:36:06 BIJLAGE V REKENRESULTATEN (MAXIMALE GELUIDNIVEAUS) Witteveen+Bos, bijlage V behorende bij rapport BOZ35-54/balm/003 d.d. 29 augustus 2013 Witteveen+Bos, bijlage V behorende bij rapport BOZ35-54/balm/003 d.d. 29 augustus 2013 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAmax bij Bron voor toetspunt: Groep: Naam Bron 2_A p3 p4 p1 p2 LAmax Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel piekgeluiden Lamb Weston / Meijer 2_A - LWM vergunningpunt A LWM Omschrijving LWM vergunningpunt A uitblaas schiller heftruck piek (frites) vrachtwagen wisselen containers heftruck piek (vlokken) LWM V.o.f. Dag Avond Nacht 34.9 34.9 34.9 34.9 34.9 34.9 33.6 33.6 33.6 30.9 --30.0 30.0 30.0 34.9 34.9 34.9 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 09-08-2013 13:05:58 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAmax bij Bron voor toetspunt: Groep: Naam Bron 3_A p3 p4 p1 p2 LAmax Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel piekgeluiden Lamb Weston / Meijer 3_A - LWM vergunningpunt B LWM Omschrijving LWM vergunningpunt B uitblaas schiller heftruck piek (frites) vrachtwagen wisselen containers heftruck piek (vlokken) LWM V.o.f. Dag Avond Nacht 39.0 39.0 39.0 39.0 39.0 39.0 34.6 34.6 34.6 29.5 --17.0 17.0 17.0 39.0 39.0 39.0 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 09-08-2013 13:08:03 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAmax bij Bron voor toetspunt: Groep: Naam Bron 4_A p4 p1 p3 p2 LAmax Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel piekgeluiden Lamb Weston / Meijer 4_A - LWM vergunningpunt C LWM Omschrijving LWM vergunningpunt C heftruck piek (frites) vrachtwagen wisselen containers uitblaas schiller heftruck piek (vlokken) LWM V.o.f. Dag Avond Nacht 75.1 75.1 75.1 75.1 75.1 75.1 48.1 --38.2 38.2 38.2 15.0 15.0 15.0 75.1 75.1 75.1 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 09-08-2013 13:08:32 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAmax bij Bron voor toetspunt: Groep: Naam Bron 5_A p2 p1 p3 p4 LAmax Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel piekgeluiden Lamb Weston / Meijer 5_A - LWM vergunningpunt D LWM Omschrijving LWM vergunningpunt D heftruck piek (vlokken) vrachtwagen wisselen containers uitblaas schiller heftruck piek (frites) LWM V.o.f. Dag Avond Nacht 66.3 66.3 66.3 66.3 66.3 66.3 53.3 --34.9 34.9 34.9 34.5 34.5 34.5 66.3 66.3 66.3 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 09-08-2013 13:09:13 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAmax bij Bron voor toetspunt: Groep: Naam Bron 2_A p3 p4 p1 p2 LAmax Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel piekgeluiden Lamb Weston / Meijer 2_A - LWM vergunningpunt A LWM Omschrijving LWM vergunningpunt A uitblaas schiller heftruck piek (frites) vrachtwagen wisselen containers heftruck piek (vlokken) LWM V.o.f. Dag Avond Nacht 34.9 34.9 34.9 34.9 34.9 34.9 33.6 33.6 33.6 30.9 --30.0 30.0 30.0 34.9 34.9 34.9 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 09-08-2013 13:05:58 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAmax bij Bron voor toetspunt: Groep: Naam Bron 7_A p1 p4 p2 p3 LAmax Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel piekgeluiden Lamb Weston / Meijer 7_A - LWM vergunningpunt F LWM Omschrijving LWM vergunningpunt F vrachtwagen wisselen containers heftruck piek (frites) heftruck piek (vlokken) uitblaas schiller LWM V.o.f. Dag Avond Nacht 51.1 35.8 35.8 51.1 --35.8 35.8 35.8 30.2 30.2 30.2 30.1 30.1 30.1 51.1 35.8 35.8 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 09-08-2013 13:10:54 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAmax bij Bron voor toetspunt: Groep: Naam Bron 8_A p4 p1 p3 p2 LAmax Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel piekgeluiden Lamb Weston / Meijer 8_A - LWM vergunningpunt G LWM Omschrijving LWM vergunningpunt G heftruck piek (frites) vrachtwagen wisselen containers uitblaas schiller heftruck piek (vlokken) LWM V.o.f. Dag Avond Nacht 36.6 36.6 36.6 36.6 36.6 36.6 34.4 --30.5 30.5 30.5 24.7 24.7 24.7 36.6 36.6 36.6 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 09-08-2013 13:11:22 LWM A.O. Vierlinghweg Rapport: Model: LAmax bij Bron voor toetspunt: Groep: Naam Bron 9_A p4 p3 p1 p2 LAmax Witteveen+Bos BOZ35-54 Resultatentabel piekgeluiden Lamb Weston / Meijer 9_A - LWM vergunningpunt H LWM Omschrijving LWM vergunningpunt H heftruck piek (frites) uitblaas schiller vrachtwagen wisselen containers heftruck piek (vlokken) LWM V.o.f. Dag Avond Nacht 33.4 33.4 33.4 33.4 33.4 33.4 32.1 32.1 32.1 28.0 --28.0 28.0 28.0 33.4 33.4 33.4 Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen Geomilieu V2.14 09-08-2013 13:11:49 Witteveen+Bos, bijlage III behorende bij rapport BOZ35-50/13-000.095 d.d. 2 december 2013
© Copyright 2024 ExpyDoc