3e verslag - Boers Advocaten

Hoewel de informatie in dit openbaar verslag en het bijbehorend financieel verslag zo zorgvuldig
mogelijk is samengesteld, staat de curator niet in voor de volledigheid en juistheid daarvan.
Mogelijk is dat bepaalde informatie (nog) niet beschikbaar is, (nog) niet openbaar gemaakt mag
worden of achteraf bijgesteld moet worden. Dit kan ingrijpende gevolgen hebben voor de in dit
verslag en het bijbehorend financieel verslag geschetste perspectieven voor crediteuren en/of
andere belanghebbenden. Aan dit verslag kunnen derhalve geen rechten worden ontleend.
FAILLISSEMENTSVERSLAG
Gegevens onderneming
Nummer: 3
Datum: 17 juli 2014
: AR&D Techniek BV, voorheen genaamd Hendriks
Gevel
Techniek
Veenendaal,
BV,
statutair
kantoorhoudende
gevestigd
te
(3903
te
LA)
Veenendaal aan de Wageningselaan 6, feitelijk
gevestigd te Veenendaal aan de Inductorstraat 62,
KvK-nummer 30078997
Faillissementsnummer
: F.16/13/1276
Datum uitspraak
: 19 november 2013
Curator
: mr J.A.A. Boers
Rechter-commissaris
: mr M.H.F. van Vugt
Rechtbank
: Midden-Nederland
Activiteiten onderneming
: in het Handelsregister is als bedrijfsomschrijving
vermeld: vervaardiging van ijzer en staal en van ferro
legeringen; het verwerken van aluminium, legeringen,
non-ferro metalen, kunststoffen, roestvrijstaal, staal,
alsmede het drijven van de zaken.
Omzetgegevens
: 2010
:
€ 19.429.000,00
2011
:
€ 10.878.000,00
2012
:
€ 13.500.000,00
Personeel gemiddeld aantal
: 66
Verslagperiode
: 25 maart 2014 tot en met 17 juli 2014
Bestede uren in verslagperiode
: 37 uren en 9 minuten(bijlage 1)
Bestede uren totaal
: 256 uren en 47 minuten
Saldo faillissementsrekening
: € 154.672,72 (bijlage 2)
1. Inventarisatie
1.6
Huur
Tijdens deze verslagperiode heeft Rollecate BV op de boedelrekening betaald € 7.709,96
inclusief BTW, zijnde haar deel van de energiekosten van het bedrijfspand aan de Inductorstraat
62 te Veenendaal over de periode 25 november 2013 tot en met 24 februari 2014. De curator
heeft aan Hendriks Groep BV voldaan een bedrag van € 1.629,20 exclusief BTW ofwel
€ 1.971,33 inclusief BTW, zijnde de bijdrage van de boedel in de energiekosten.
Aldus komt, incluis hetgeen de boedel reeds tot en met het tweede verslag had betaald, het
aandeel van de boedel in de energiekosten op € 2.568,30 inclusief BTW.
1.7
Oorzaak faillissement
Na daartoe verkregen toestemming van de Rechter-commissaris heeft de curator Nederpel De
Block & Partners BV opdracht verstrekt een QuickScan uit te voeren. Tijdens dit verslag is het
rapport uitgebracht.
Het staat vast dat Hendriks Groep BV, de aandeelhouder van failliet, zowel in december 2011
als december 2012 een kapitaalstorting heeft gedaan van € 900.000,00.
Uit de jaarstukken blijkt dat het resultaat voor respectievelijk na belastingen respectievelijk de
eigen vermogenspositie van de failliet in de jaren 2010 tot en met 2012 als volgt was:
resultaat voor belastingen
resultaat na belastingen
eigen vermogen
2010
-€
568.000,00
- € 426.000,00
- € 149.000,00
2011
- € 1.114.000,00
- € 838.000,00
-€
2012
-€
- € 600.000,00
+ € 213.000,00
797.000,00
87.000,00
In 2013 is volgens de interne administratie een negatief resultaat behaald van € 1.078.276,00
voor belastingen.
Uit deze cijfers blijkt dat de failliet reeds sinds 2010 ernstig verliesgevend was, op eigen kracht
haar verplichtingen niet kon nakomen en er vanaf 2010 sprake was van discontinuïteit.
In 2011 en 2012 heeft Hendriks Groep BV middels voornoemde kapitaalstortingen de verliezen
aangevuld. Daartoe was zij in 2013 niet bereid, reden waarom het faillissement is aangevraagd.
Structureel was de som van bedrijfsopbrengsten te laag ten opzichte van de som van de gronden hulpgrondstoffen en uitbesteedwerk en de kosten.
Naar het oordeel van de curator, was de markt daarvan niet de oorzaak. De som van de
bedrijfsopbrengsten steeg in de voor de bouw moeilijke jaren 2010 tot en met 2012 nota bene
van € 10.737.000,00 in 2010 naar € 12.032.000,00 in 2011 naar € 13.981.000,00 in 2012. De
kosten, inkoop grond- en hulpgrondstoffen en uitbesteedwerk daalden niet. Integendeel, deze
stegen van € 11.304.000,00 in 2010 naar € 13.145.000,00 in 2011 naar € 14.777.000,00 in
2012.
Hieruit blijkt dat de vennootschap geen althans onvoldoende adequate maatregelen heeft
getroffen de inkoop en kosten zodanig binnen de perken te houden dat een positief resultaat
werd bereikt.
3. Activa
Bedrijfsmiddelen
3.5
Beschrijving
De bij failliet in gebruik zijnde bedrijfsmiddelen, bestaande uit kantoorinventaris, inventaris
bedrijfshal, machinepark, rollend materieel en bedrijfsgereedschap zijn volgens het statutair
bestuur eigendom van Hendriks Materieel BV, een zustervennootschap van failliet. De curator is
in het bezit gesteld van een huurovereenkomst tussen failliet en Hendriks Materieel BV.
In het kader van de QuickScan is onderzocht of en in hoeverre de bedrijfsmiddelen
daadwerkelijk eigendom zijn van Hendriks Materieel BV. Uit dit onderzoek is niet gebleken dat
de eigendom de failliet toebehoort. Evenmin is gebleken dat de failliet de aanschaf van deze
bedrijfsmiddelen heeft gefinancierd. Op basis van deze bevindingen had de curator geen reden
de eigendomsrechten van Hendriks Materieel BV te betwisten danwel verder ter discussie te
stellen. De curator heeft de eigendomsrechten van Hendriks Materieel BV erkend.
3.6
Verkoopopbrengst
Hendriks Materieel BV heeft alle bedrijfsmiddelen middels een veiling verkocht. Met Hendriks
Groep BV had de curator de afspraak gemaakt dat na erkenning door de curator van de
eigendomsrechten van Hendriks Materieel BV op deze bedrijfsmiddelen en na verkoop door
Hendriks Materieel BV, de curator een boedelbijdrage zou ontvangen van 5% van de opbrengst
exclusief BTW.
In mei 2014 heeft de curator opgave ontvangen van de opbrengst alsmede een creditfactuur ad
€ 10.030,19, zijnde 5% van de opbrengst, exclusief BTW. Inclusief BTW ging het om een bedrag
van € 12.136,53. Tijdens deze verslagperiode heeft Hendriks Materieel BV dit bedrag aan de
curator voldaan.
Andere activa
3.12 Beschrijving
C.
Rente
Tijdens deze verslagperiode is aan rente op de boedelrekening bijgeschreven een bedrag van
€ 528,71. Het totaal van de ontvangen bankrente bedraagt thans € 939,07.
D.
Restituties
Tijdens deze verslagperiode heeft PostNL Marketing Sales BV een bedrag van € 255,73 aan de
boedel gerestitueerd.
5. Bank / Zekerheden
5.1
Vordering van bank(en)
Terzake verwijst de curator naar het eerste en tweede verslag.
Daaruit bleek dat het grootste deel van de kredietfaciliteit betrekking heeft op de financiering van
onroerend goed en de aankopen van de aandelen Ruwbouw Groep BV en de activa van
Konosch.
Uit de QuickScan is niet gebleken dat de failliet in de jaren 2010 tot en met 2012 heeft
bijgedragen aan de financiering van deze aankopen anders dan middels de door haar
aangegane verplichting van hoofdelijkheid.
Per faillissementsdatum was de debetstand van de rekening van failliet bij de Rabobank
€ 1.135.654,00. De bankstand per heden bedraagt € 636.059,00 debet.
5.3
Beschrijving zekerheden
Terzake wordt verwezen naar het eerste verslag. De opbrengst voor de Rabobank in het kader
van de verkoop van de activa aan Rollecate BV bedroeg € 501.807,50. Dit bedrag is reeds op
26 november 2013 in mindering gebracht op het debetsaldo van de failliet bij de Rabobank.
5.4
Separatistenpositie
Na faillissementsdatum hebben debiteuren, die waren verkocht en overgedragen aan Rollecate
BV, nog betalingen verricht op de rekening van de failliet bij de Rabobank. De curator heeft
overeenkomstig hetgeen was bepaald in de activaovereenkomst de Rabobank verzocht deze
bedragen door te leiden naar Rollecate BV, aan welke verzoeken de Rabobank heeft voldaan.
Tussen de Rabobank en de curator spelen thans nog twee kwesties.
Op 19 november 2013, faillissementsdatum en op 4 december 2013 heeft een drietal debiteuren
nog betalingen verricht op de rekening van de failliet bij de Rabobank. In totaliteit gaat het om
een bedrag van € 12.153,85. Deze debiteuren bevonden zich niet op de lijst van debiteuren, die
zijn verkocht en overgedragen aan Rollecate BV.
De curator stelt zich op het standpunt, dat nu alle aan de Rabobank verpande vorderingen van
failliet op debiteuren met instemming van de Rabobank zijn verkocht en geleverd aan Rollecate
BV tegen betaling van de overeengekomen koopsom en de Rabobank afstand heeft gedaan van
haar pandrecht op deze vorderingen op debiteuren van failliet, de opbrengst van deze
debiteuren niet de Rabobank toekomt, maar de curator. De Rabobank betwist deze stellingname
van de curator.
Daarnaast is de curator gebleken dat Hendriks Groep BV met valutadatum 1 januari 2014 een
bedrag van € 23.307,01 op de rekening van de failliet heeft gestort met als omschrijving “rente,
provisie en kosten RC 1252.35.933 01-10-2013 t/m 31-12-2013”.
De curator is op basis van bestaande jurisprudentie van oordeel dat deze opbrengst de
Rabobank niet toekomt. Er was geen sprake van een aan de Rabobank verpande vordering.
Evenmin kan de Rabobank zich op verrekening beroepen. De curator heeft de Rabobank
verzocht genoemd bedrag van € 23.307,01 aan de boedel te voldoen. Tot op heden heeft de
Rabobank niet aan dit verzoek voldaan.
7. Rechtmatigheid
7.1
Boekhoudplicht
Nederpel De Block & Partners BV heeft inmiddels een QuickScan uitgevoerd. Deze heeft de
curator besproken met Drs. L.T.J. Nederpel RA. Naar aanleiding daarvan heeft de curator de
financieel directeur van Hendriks Groep BV een eenentwintigtal vragen gesteld bij e-mail d.d. 18
juni 2014. Daarop ontving de curator op 8 juli 2014 antwoord.
De beantwoording van de vragen, die de curator had gesteld, overtuigt de curator niet, reden
waarom de curator de financieel directeur bij e-mail d.d. 16 juli 2014 aanvullende vragen heeft
gesteld danwel toelichtingen heeft verzocht.
De curator zal hierover verder verslag uitbrengen zodra hij zijn mening definitief gevormd.
7.2
Depot jaarrekeningen
De jaarrekening 2011 is één dag te laat gedeponeerd. De jaarrekeningen 2009, 2010 en 2012
zijn tijdig gedeponeerd. Het is de curator gebleken dat in de jaren 2009 tot en met 2011 de
jaarstukken steeds in maart van het daarop volgende jaar zijn vastgesteld, maar eerst in januari
van het daarop volgende jaar werden gepubliceerd. Voor wat betreft de jaarstukken 2012 vond
de vaststelling in maart 2013 en de publicatie eerst op 7 november 2013, twaalf dagen voor
faillissementsdatum plaats. De financieel directeur had hiervoor geen verklaring. Er was aldus
de financieel directeur geen specifiek beleid omtrent het moment waarop de jaarstukken werden
gedeponeerd. De curator constateert dat aldus in ieder geval is gehandeld in strijd met artikel
2:394 lid 1 BW, dat bepaalt dat de vennootschap verplicht is tot openbaarmaking van de
jaarrekening binnen acht dagen na vaststelling.
De curator heeft verder geconstateerd dat de accountant in het kader van de vaststelling van de
jaarrekening kort na afsluiting van de boekjaren geen continuïteitsvoorbehoud heeft gemaakt,
terwijl op het moment van deponering er wel degelijk ernstige twijfel bestond althans diende te
bestaan over de continuïteit. Terzake verwijst de curator naar het gestelde onder 1.7.
7.3
Goedkeurende verklaring accountant
Accountant van de failliet is PricewaterhouseCoopers Accountants NV. Deze accountant heeft
op 4 maart 2013 een (goedkeurende) controleverklaring van de onafhankelijke accountant bij de
jaarrekening afgegeven. De accountant komt tot het oordeel dat de jaarrekening een getrouw
beeld geeft van de grootte en de samenstelling van het vermogen van de failliet per 31
december 2012 en van het resultaat over 2012 in overeenstemming met titel 9 boek 2 van het
BW.
7.4
Stortingsverplichting aandelen
De failliet is op 15 mei 1925 opgericht. Indien en voorzover niet aan de stortingsverplichting is
voldaan, is de vordering terzake verjaard.
7.5
Onbehoorlijk bestuur
In onderzoek.
7.6
Paulianeus handelen
Op basis van de bevindingen van de curator tot op heden is hiervan niet gebleken.
8. Crediteuren
8.1
Boedelvorderingen
Tijdens deze verslagperiode heeft de curator de kosten van de QuickScan en de nabespreking
van de boedelrekening voldaan. In totaliteit gaat het om een bedrag van € 5.238,94.
Na de ontvangst van de bijdrage van Rollecate BV in de energiekosten bedraagt de bijdrage van
de boedel in de energiekosten € 2.568,30.
Het totaal van de inmiddels betaalde faillissementskosten bedraagt € 8.224,09 waarin begrepen
aan terug te vorderen BTW € 1.427,32. Verwezen wordt naar bijlage 3, het (tussentijds)
financieel verslag per 17 juli 2014.
Inmiddels heeft het UWV haar boedelvordering bij de curator ingediend. In totaliteit gaat het om
een bedrag van € 422.460,54.
8.2
Preferente vorderingen van de fiscus
Tegen de aanslag omzetbelasting over het vierde kwartaal 2013 heeft de curator bezwaar
gemaakt. De aanslag is tijdens deze verslagperiode teruggebracht naar het bedrag van de
aangifte, te weten € 168.136,00.
Het totaal van de preferente vorderingen van de fiscus komt daarmee op € 1.053.919,00. Voor
een specificatie wordt verwezen naar bijlage 3a van het financieel verslag.
8.3
Preferente vorderingen van het UWV
Het UWV heeft haar vorderingen inmiddels bij de curator ingediend. Het gaat om een
totaalbedrag van € 188.428,24. Voor een specificatie wordt verwezen naar bijlage 3a van het
financieel verslag.
8.4
Andere preferente Crediteuren
PME (het pensioenfonds) heeft een vordering van € 66.521,29 bij de curator ingediend.
Een oud-werknemer heeft een vordering van € 7.608,00 terzake van een ontslagvergoeding bij
de curator ingediend.
Het totaal van de preferente crediteuren komt hiermee op € 1.317.477,00.
8.5
Aantal concurrente crediteuren
Het totaal aantal crediteuren bedraagt 181. Daarvan hebben 121 crediteuren hun vordering bij
de curator ingediend.
8.6
Bedrag concurrente crediteuren
Het totaal van de crediteuren bedraagt € 1.650.785,90. Daarvan is € 1.232.292,11 ingediend.
Voor een bedrag van € 410.132,69 hebben crediteuren nog geen vordering ingediend. Voor een
specificatie wordt verwezen naar bijlage 4a van het financieel verslag.
8.7
Verwachte wijze van afwikkeling
Aan baten is in dit faillissement per heden € 162.896,81 gerealiseerd.
Aan faillissementskosten is tot op heden voldaan een bedrag van € 8.224,09.
Het saldo van de boedelrekening bedraagt € 154.672,72. Verwezen wordt naar de elektronische
uitdraai van de boedelrekening over de verslagperiode.
Aan omzetbelasting is per heden af te dragen € 11.317,24.
Het voor uitdeling beschikbare saldo bedraagt derhalve voorlopig € 143.355,48.
Gelet op de boedelvordering van het UWV ad € 422.460,54 en het feit dat tot op heden geen
salaris curator is vastgesteld, zal de curator op basis van de stand van zaken per heden slechts
toekomen aan een gedeeltelijke betaling aan boedelcrediteur UWV.
10. Overig
10.1 Termijn afwikkeling faillissement
Nog niet bekend.
10.2 Plan van aanpak
-
onderzoek boekhouding en nadere informatie van het statutair bestuur terzake;
-
onderzoek rechtmatigheid;
-
de gebruikelijke werkzaamheden.
10.3 Indiening volgend verslag
Het volgend verslag zal in de tweede helft van de maand oktober 2014 worden uitgebracht.
10.4 Financieel verslag
Als bijlage 3 wordt het volledige financieel verslag aan dit verslag gehecht.
Veenendaal, 17 juli 2014
mr J.A.A. Boers
Bijlagen:
1.
uren verslagperiode;
2.
elektronische uitdraai boedelrekening over deze verslagperiode;
3.
(tussentijds) financieel verslag.