natuurlijke plekken in de tuin inleiding Ook als je van een keurige tuin houdt, kun je kleine hoekjes natuurvriendelijk inrichten, zelfs zodanig dat vlinders ze weten te vinden. Het aardige van zo’n hoekje is dat je niet de hele tuin overhoop hoeft te halen, desnoods is een weggehaalde stoeptegel al voldoende. Het is weinig werk om zo’n hoekje te maken, maar het is vooral ook een andere manier van denken. Gelukkig is het een tuin: probeer gerust en ontdek wat u wel of niet leuk vindt, het kan altijd weer anders. tegeltuin Stokrozen lijken wel gemaakt voor stoeptegeltuinen. Sterk, geschikt voor droge en schrale omstandigheden, hoog opgaand en langdurig bloeiend. Een stoeptegeltuintje voor een stokroos kan desnoods een tegel groot zijn, maar iets groter is handiger. Schep het droge zand weg en vervang het door zwarte aarde. Plant hierin een jonge stokroos, want grotere stokrozen overplanten is lastig vanwege de penwortel. Soms is het nodig om een stokroos te steunen, maar meestal kunnen ze het zelf wel af, het zijn immers ‘stokrozen’. Kies een enkelbloemige soort in plaats van dubbele bloemen. Daar komen veel hommels op af. Nog zo’n zonnig stoeptegeltuintje kan gemaakt worden door een vlinderstruik te planten. Ook deze stelt weinig eisen en kan goed in de zon staan. Aan het eind van de winter kan er gesnoeid worden, dat houdt meteen ook de omvang binnen de perken. Informeer bij de gemeente naar de plaatselijke gebruiken bij de aanleg van stoeptegeltuintjes. Let ook op waar kabels liggen. voorjaarsbloeiers onder struiken In voedselrijke bossen bloeien in het vroege voorjaar veel planten die, als het blad aan de bomen komt, al snel afsterven. Ze maken gebruik van het licht dat de bosbodem in het vroege voorjaar bereikt. Die situatie is in de tuin, onder struiken of bomen heel goed na te bootsen. Voorwaarde is wel dat er in het voorjaar, voordat het blad aan de bomen komt, licht op de bodem valt. enkele leuke soorten zijn: -sneeuwklokje (Galanthus nivalis) Graag humusrijke, niet te droge grond. Planten kan beter in het voorjaar, ‘in het groen’ dan in het najaar, de bolletjes drogen namelijk makkelijk uit. 1. -bosanemoon (Anemone nemorosa) Groeit van oorsprong in beekbegeleidende bossen. Houdt dus van humus rijke, vochtige grond. Heeft wortelstokken waarmee hij traag vermeerdert. -blauwe anemoon (Anemone appenina) Ook een bosbewoner met een voorkeur voor vochtige, zandige maar humus rijke grond. De eroplijkende Anemone blanda heeft een zonniger standplaats nodig. -longkruid (Pulmonaria officinalis) Fraai blad met grijze vlekken. De bloem is eerst roze, dan blauw. In trek bij hommels. Zandige, niet te droge grond. Bij droogte gevoelig voor meeldauw. -vingerhelmbloem (Corydalis solida) Ook wel ‘vogeltje-op-de-kruk’ genoemd, naar de bloemtrosjes waar met wat fantasie vogeltjes in te herkennen zijn. Fraai in combinatie met bosanemoon. Vormt knolletjes en zaad. Zaait zich langzaam uit, maar is snel na de bloei weer verdwenen, dus geeft geen overlast. bodembedekkers Het bedekt houden van de bodem geeft allerlei voordelen. Allereerst scheelt het in de hoeveelheid onderhoud. Ook zorgt het ervoor dat de bodem beter vocht vast kan houden en dat daardoor minder water gegeven hoeft te worden. Ook het bodemleven, belangrijk voor een gezonde tuin, heeft baat bij bodembedekkers. Voor elke situatie zijn bodembedekkers beschikbaar, in de zon of juist in de schaduw. bodembedekkers in de schaduw Een heel geschikte bodembedekker voor grotere oppervlakken in de schaduw is klimop. Ook in plantsoenen wordt klimop vaak toegepast. Als er geen geschikte klimgelegenheid is zoekt klimop vanzelf z’n weg over de grond. Het is alleen even opletten als er bomen of struiken staan of de klimop niet gaat klimmen. Klimop kan veel schaduwrijke groeiplaatsen aan, maar groeit het best op enigszins zandige, niet te droge grond. Ook kleine maagdenpalm (Vinca minor) groeit graag in de schaduw, hoewel een beetje zon de bloei met mooie lila bloemen bevordert. Maagdenpalm kruipt over de grond en kan flinke oppervlakken bedekken. Elfenbloem (Epimedium) is een ongeveer 30 cm hoge bodembedekker die in de schaduw bloeit. Er zijn verschillende variëteiten met prachtige, tere bloemen waarbij je je goed een elfje kunt voorstellen. 2. bodembedekkers in de zon Rond de vijver is penningkruid een goede bodembedekker, het bloeit met heldergele bloemen. Penningkruid breidt zich kruipend uit, maar is goed te beteugelen. Op droge, zonnige plekken komen verschillende vetplanten in aanmerking. Allereerst natuurlijk muurpeper en zacht vetkruid, beide met gele bloemen. Het blad van wit vetkruid ziet roodachtig, maar de bloemen zijn wit. Ezelsoor (Stachys byzantina) heeft sterk behaard blad. Dankzij het behaarde blad groeit deze plant prima op droge, zonnige grond. De 40 cm hoge bloemstengels trekken bijen en hommels aan. Met meerdere planten kan een mooi sluitend geheel worden verkregen. graanakkertje Een paar vierkante meter is voldoende voor een klein akkertje met ‘akkeronkruiden’. Akkeronkruiden van vroeger zijn nu gewaardeerde sierbloemen: klaproos, korenbloem, echte kamille en gele ganzenbloem. Akkeronkruiden groeien op kale, omgewoelde grond. Als de grond tot rust komt verdwijnen de akkeronkruiden. Ideaal dus voor een tijdelijke situatie. Spit een stukje grond om en zaai eind maart een mengsel van de akkeronkruiden met een graan zoals rogge of tarwe. Zaai het graan vooral niet te dik. Hark het mengsel losjes in en zet er een echte vogelverschrikker bij. Nadat alles uitgebloeid is kan het akkertje weer opgeruimd worden, maar als u de restanten laat staan zullen de mussen, maar ook andere vogels u dankbaar zijn voor de zaden. Granen zijn bij diervoederhandels te koop. Mengsels van akkeronkruiden worden door diverse zaadhandelaren geleverd. fraaie klimmers Een muur, pergola of schutting kan opvrolijkt worden met klimmers. U kunt kiezen voor klimmers die zichzelf vasthouden of die geleid moeten worden. Klimop heeft een dubieuze reputatie vanwege de sterke hechtwortels. Op een stevige muur is dit geen bezwaar. Wel is het uitkijken met klimop op schilderwerk. De hechtwortels beschadigen de verf. Daartegenover staat dat klimop enorme betekenis heeft voor dieren, als schuilplaats, voedselbron en nestelgelegenheid. Bovendien is klimop wintergroen. Ook wingerd houdt zichzelf beet, maar verliest z’n blad. Hop slingert zichzelf omhoog, maar sterft elk jaar af en groeit in het voorjaar vanaf de grond opnieuw. De plant is tweehuizig, de hopbellen groeien alleen aan de vrouwelijke planten. Na enkele jaren kan de plant gaan woekeren. Daar heb je bij kamperfoelie geen last van, die is goed te leiden. Groeit het liefst 3. op een niet te schrale plek in de halfschaduw. Tegen de avond beginnen de bloemen te geuren. Midden in de winter bloeit winterjasmijn al, met gele bloemen. De plant maakt lange slappe stengels die goed geleid kunnen worden met draden of een houten scherm. Bij de clematissen heb je zeer onstuimige, maar ook gematigde groeiers. De wilde bosrank (Clematis vitalba) is een zeer sterke groeier die struikgewas kan overwoekeren. Als er voldoende ruimte is, is het een fraaie plant, in trek bij bijen. Handzamer Clematissen zijn er ook: bijvoorbeeld Clematis alpina, blauwbloeiend; C. montana, roze of wit en C. tangutica, geelbloeiend. Deze clematissen laten zich goed leiden en hebben bijvoorkeur kalkhoudende grond. De wortels kunnen slecht tegen hitte, daarom wordt er vaak een dakpan tegenaan gezet. Bodembedekkers rond de voet voldoen ook. een voorjaarswei Veel mensen zijn erg gesteld op een strak groen gazon. Minder maaien voor een kruidenrijker gazon is dan niet aan de orde. Een zeer fraaie tussenoplossing kan zijn om vroege bloeiers aan te planten. Winterakoniet, sneeuwklokje en krokus bloeien al heel vroeg en fleuren het grasveld op. Eventueel kunnen er ook vroegbloeiende narcissen aan toegevoegd worden, bijvoorbeeld ‘tête-a-tête’. Als het grasveld niet bemest wordt maken pinksterbloemen het voorjaarsfeest compleet. In de periode dat de bloemen bloeien wordt er natuurlijk niet gemaaid. Na de bloei moeten de bollen eerst de kans krijgen om reservevoedsel in te slaan voor volgend jaar. Daarna, als de bladeren geel verkleuren, mag er gemaaid worden. Het grasveld ziet er eerst geel uit maar met regelmatig maaien herstelt dat snel. De rest van de zomer mag er gewoon regelmatig gemaaid worden. Bemest niet met kunstmest, daar houden de bollen niet van. Eventueel mag er in de herfst spaarzaam met organische mest bemest worden. in het stenen tijdperk Tegenwoordig worden veel tuinen aangelegd met voornamelijk bestrating of grind. Behalve onderhoudsarm ook plantarm, al wordt hier of daar wel een gat uitgespaard voor een paar perkplanten of een klein, gesnoeid boompje. Het minste dat je kunt doen in zo’n tuin is voor planten kiezen die ook iets opleveren voor vlinders. Vervang zo’n bolcatalpa bijvoorbeeld eens door een vlinderstruik. In plaats van perkplantjes kun je ook kiezen voor planten die meerwaarde voor vlinders en andere insecten hebben. Door verschillende perkjes te beplanten met soorten met verschillende bloeitijden is er steeds iets te zien. 4. een paar mogelijkheden -vingerhoedskruid (Digitalis purpurea) Halfschaduw, niet te schraal. Tweejarig, overwintert met een rozet. De hoge bloeiwijze komt als solitair prachtig tot z’n recht. Ideale plant voor hommels. -leeuwenbek (Anthirrinium majus) Meestal eenjarig. Veel variatie in hoogte en kleur. Hommelplant en leuke speelplant voor kinderen (knijp de leeuw in z’n wangen en hij brult). -salvia Hiervan zijn zeer veel aantrekkelijke soorten en kleuren. Bovendien zijn het echte hommelplanten. De bekende paarsblauw bloeiende Salvia nemorosa ‘Ostfriesland’ is een betrekkelijk lage blikvanger. Zeer aaibaar blad heeft Salvia argentea (zilversalie), een tweejarige soort met tot 60 cm hoge bloem- pluimen. Veel salvia’s bloeien met witte, roze of paarse tinten. Salvia elegans niet, deze bloeit met scharlakenrode bloemen tot diep in de herfst op een beschutte, zonnige standplaats. De kwetsbare takken kunnen met dun snoei- hout onopvallend gesteund worden. Winterhard tot -5°, dus afdekken bij vorst. -lavendel (Lavendula angustifolia) Zeer geschikt om in uitsparingen tussen tegels te zetten, mits op een zonnige plek. Ook aan te bevelen voor een groter oppervlak. Trekt veel vlinders en bij en aan. Na de bloei de uitgebloeide bloemen en het bovenste deel van de tak terugsnoeien. -slaapbol (Papaver somniferum) Doet het prima tussen tegels. Door de grote bloemen een ware blikvanger. Er komen hommels en honingbijen op af. Zaait zich makkelijk uit, dit is te voorkomen door de zaadbollen na de bloei te verwijderen. -rode spoorbloem (Centhrantus ruber) Groeit bij voorkeur op vrij droge, kalkrijke plaatsen. Aantrekkelijk voor vlinders en hommels. Groeit ook goed bovenop een stenen muurtje. copyright: Machteld Klees, Bureau Zonneklaar | oorspronkelijke uitgave van het AVVN (groentje) vormgeving voor Vlijpark: Marleen Oud (tuin 58) 5.
© Copyright 2024 ExpyDoc