THEUNISSE TIP - Theunisse BV Gewasbeschermingsmiddelenhandel

THEUNISSE TIP
Nr. 10, 19 mei 2014
Onkruidbestrijding in suikerbieten
Momenteel is op de meeste percelen suikerbieten de onkruidbestrijding onder controle. Na de neerslag van vorige
week is het de verwachting dat er op veel percelen weer nieuw onkruid zal kiemen. Na deze kiemgolf zullen de
vroege percelen afgespoten kunnen worden. Vergeet bij de laatste bespuitingen niet om bodemherbiciden toe te
voegen voor een sterke nawerking op late kiemers als zwarte nachtschade en hanepoot.
Vanaf het 2-bladstadium van de bieten kan hiervoor 0,5 l Dual Gold (per teelt max. 1,5 l in max. 2 toepassingen) of
0,3 l Frontier Optima (per teelt max. 0,9 l) apart of als toevoeging aan de LDS gespoten worden.
Dual Gold en Frontier Optima geven naast een goede bodemwerking ook versterking van de werking van de LDS op
o.a. zwarte nachtschade, aardappelzaailingen, hondspeterselie en bingelkruid. Frontier Optima heeft daarnaast een
goede werking op veelknopigen, zoals perzikkruid, zwaluwtong en varkensgras.
Bij aanwezigheid van grassen die nog niet uitgestoeld zijn kan aan de LDS 1 – 1,5 l Focus Plus toegevoegd worden.
Het jonge gras dient wel voldoende hersteld te zijn van voorgaande onkruidbestrijdingen.
Voer een aparte grassenbestrijding uit wanneer het gras al flink uitgestoeld is of wanneer er straatgras (2 l Aramo) of
kweekgras (2,5 -3 l Fusilade Max of 4-6 l Focus Plus) bestreden moet worden.
Voor de bestrijding van akkerdistel, akkermelkdistel, hoefblad en opslag van cichorei of witlof kan het best tussen het
4- en 10 bladstadium van de suikerbieten 1,2 l Lontrel 100 + 1 l olie worden ingezet.
Laat de wortelonkruiden eerst voldoende herstellen van de LDS – bespuitingen, zeker wanneer eerder Safari is
ingezet, maar voer de bespuiting wel uit voordat de distels beginnen met het vormen van een bloemknop.
Het beste resultaat wordt bereikt wanneer de bespuiting uitgevoerd wordt tijdens groeizaam weer (hoge RV).
Onkruidbestrijding in wortelen
Met de nieuwe toelating van Brabant Linuron Flowable mag er na opkomst van de wortelen twee keer 0,45 l Brabant
Linuron Flowable in worteIen gespoten worden. In totaal mag er per teeltcyclus 1,6 l/ha gebruikt worden.
Door de nieuwe toelating zijn er weer verschillende adviezen mogelijk voor de onkruidbestrijding in wortelen:

Vanaf het kiembladstadium: 0,25 l Brabant Linuron Flowable + 0,5 l olie

Vanaf 2 - 4 echte blaadjes: 100 ml Sencor + 1 – 2 l Boxer + (0,2 – 0,45 l Linuron)
Van Sencor mag 3 x 100 ml en van Boxer mag maximaal 5 l in 1 - 2 toepassingen per jaar gebruikt worden.
Onkruidbestrijding in conservenerwten, kapucijners en tuinbonen na opkomst
Wanneer in conservenerwten, kapucijners en tuinbonen onkruiden verschijnen na opkomst, kunnen deze het best
snel aangepakt worden. Gebruik hiervoor, onafhankelijk van het gewasstadium, 0,3 – 0,5 l Basagran. Vanaf een
gewaslengte van 5-10 cm kan de dosering verhoogd worden tot 1,5 l Basagran.
Bij de toepassing in conservenerwten en kapucijners wordt geadviseerd om aan deze bespuiting 0,25 l Webowett of
0,3 l Promotor toe te voegen. Voeg bij veld- en tuinbonen alleen uitvloeier toe wanneer het gewas goed afgehard is!
Controleer conservenerwten, kapucijners en veld- en tuinbonen regelmatig op vreterij van de bladrandkever. De
bladrandkever kan bestreden worden met 0,3 l Decis, 0,05 l Karate Zeon of 0,2 l Sumicidin.
Onkruidbestrijding in stamslabonen
Voor de onkruidbestrijding van stamslabonen wordt vaak al tijdig voor het zaaien een zaaibed gemaakt zodat er voor
het zaaien al veel onkruid gekiemd is. Het onkruid dient voor het zaaien bestreden te worden met 3 - 4 l Glyfosaat +
(5 – 10 kg zwavelzure ammoniak). Spuit direct na zaai 0,15 l Centium 360CS + 0,6 l Dual Gold in.
Na opkomst kan in elk stadium 0,3 – 0,5 l Basagran + 0,15 l Webowett op klein onkruid gespoten worden. Indien
nodig de bespuiting na 5 – 7 dagen herhalen. Gebruik de laagste dosering wanneer sprake is van een ras dat extra
gevoelig is voor Basagran, informeer hiernaar bij de afnemer van de bonen.
Korte TIPs

Om virusoverdracht te voorkomen is het aan te raden om wortelen en knolselderij regelmatig op
aanwezigheid van bladluizen te controleren, vooral gevleugelde luizen kunnen hardnekkig zijn. Voor de
bestrijding kan gebruik worden gemaakt van 0,3 - 0,4 kg Pirimor of 0,15 l Calypso. Wortelen, waar gecoat
zaad of Vydate 10G bij het zaaien is gebruikt, zijn tot ca. 8 weken na het zaaien beschermt tegen luizen.

Een onkruidbestrijding na opkomst van de aardappelen geeft meer opbrengstderving dan men vaak denkt.
Beperk deze schade door de onkruidbestrijding op een zo jong mogelijk aardappelgewas (< 15 cm) uit te
voeren. Let er bij de keuze van de middelen Sencor en Basagran op of deze door het aardappelras
verdragen worden. Voor Titus geldt geen rassenbeperking.
Theunisse BV Postbus 10 4650AA Steenbergen Tel 0167-565550 E-mail [email protected] K.v.K. Breda no. 20034807
Hoewel wij deze Theunisse TIP met de grootst mogelijke zorg hebben samengesteld wijzen wij u erop dat u ons niet aansprakelijk
kunt stellen voor schade die voortkomt uit de hier genoemde adviezen, noch uit adviezen van ons en onze medewerkers.