DE EERSTE NEGEN

DE
EERSTE NEGEN
Een stuk Oost-Groningen voor de tweede maal op de schop
In de zomer van 1989 worden de bewoners van de Langeleegte opgeschrikt door een niet alledaagse stoet
voertuigen. Het zijn grondbewerkingsmachines op weg naar een stuk landbouwgrond, gelegen achter de
tennis- en hockeyvelden. Dit stukje Oost-Groningen zal, weliswaar op kleinere schaal, een net zo’n drastische
metamorfose ondergaan als destijds tijdens de veenafgravingen.
Aize Tolsma, regiomanager van de Grontmij, die de directievoering over het werk gaat voeren, had zijn intrek
al genomen in een werkkeet op de plek waar later het clubhuis zou komen te staan. Daar verzamelt zich op
24 juni een illuster gezelschap. Naast de bestuursleden van de stichting en de vereniging en enkele leden
van de jonge club, ontwaren we onder andere baanarchitect Gerard Jol en een paar leden van het
college van B&W, waaronder de net benoemde burgemeester Hayo Apotheker. Aan deze is het de eer
om de symbolische eerste spade in de grond te zetten.
Ook Harm Huisman is van de partij. Hij volgt de
eerste verrichtingen met argusogen en zal de
komende tijd het werk intensief volgen. Harm is
namelijk door het verenigingsbestuur gevraagd
baancommissaris te worden. Want een voormalig
agrariër weet immers alles af van gras, bemesten en
onkruidbestrijding, of niet soms? Tot Harms
genoegen en dat van vele anderen, verloopt de
aanleg voorspoedig. Gelukkig maar, het
wordt nu eindelijk wel eens tijd dat er op een
echte baan gespeeld kan worden. De club
behelpt zich al maandenlang met een
provisorische driving range op een voormalig
rugbyveld, gelegen op de plek waar straks hole drie komt
te liggen. Gerard de Munnik maait het onkruidrijke veld
er omheen regelmatig, zodat er met enige verbeeldingskracht een par-3 baan in te ontdekken valt. De momenten
dat de beheerder van de voetbalvelden even niet oplet
worden door de leden gretig aangegrepen. Want ze komen
er al snel achter dat de velden van BV Veendam uitstekend dienst kunnen doen als fairways. Ze golfen er naar
hartenlust, maar het blijft een gênante vertoning als een
clublid tijdens een ‘heterdaadje’ van de voetbalvelden
wordt weggestuurd.
HET WACHTEN BELOOND
Aan het lange wachten komt een eind op 22 september
1990 wanneer de club de baan officieel in gebruik neemt.
Dat gaat uiteraard gepaard met de nodige feestelijkheden.
Helaas heeft de bekende golfende voetbalcoach
Thijs Libreghts op het laatste moment afgezegd om de
openingshandeling te verrichten, dus wordt er een beroep
gedaan op sportwethouder Fokko Molema.
Een openingsfeest is natuurlijk leuk, maar het stemt de
leden vrolijker dat ze nu werkelijk beschikken over een
volwaardige negen holes baan. Alhoewel, wat heet volwaardig? De grasmat is zo dun dat de baancommissaris
in overleg met Gerard, wiens hoveniersbedrijf het onderhoud heeft gekregen, een bijzondere regel instelt. De spelers
dienen door de baan de bal op te nemen en te plaatsen
op een kunstgrasmatje alvorens de volgende slag te doen.
Een kniesoor die dat als een belemmering ervaart!
Al snel bleek dat het onderhouden van een golfbaan
specifieke deskundigheid vraagt. Reden voor Gerard de
Munnik om in de zomer van 1991 Gerrit Oonk, greenkeeper van de Twentsche Golfclub te Hengelo, naar Veendam
te halen en als hoofdgreenkeeper bij De Compagnie te
detacheren. Aan hem de taak om de kwaliteit van de baan
De werkzaamheden zijn begonnen. Met de aanleg is een bedrag
gemoeid van 1,6 miljoen gulden, waarvan de helft gefinancierd
wordt met garanties van het Waarborgfonds voor de sport en van
de gemeente Veendam. De garanten stellen als voorwaarde dat de
leden middels participatie voor voldoende risicodragend vermogen
zorgdragen.
In augustus 1991, wanneer de baan een jaar in gebruik is, geeft
Gerard Jol een interview af in het clubblad. “Ik heb me behoorlijk
kunnen uitleven op de landbouwgronden achter de Langeleegte.
Een belangrijk voordeel was dat ik niet de beperking van oppervlakte had. De baan is dan ook groter dan andere negen holes
banen in het westen.“
Over de inrichting van de baan is Gerard duidelijk. “Het is een
volwaardige professionele baan. Startende golfers in een beginnende club zouden misschien tevreden zijn geweest met een iets
eenvoudiger baan, maar daar krijg je binnen de kortste keren
spijt van. Een gemakkelijke baan verveelt snel en is dodelijk voor
het spelplezier.” Verder stelt Jol dat waterpartijen wellicht in
eerste instantie als vervelend kunnen worden ervaren, maar dat
ze onmisbaar zijn. De waterpartijen hebben hem in staat gesteld
hoogteverschillen aan te brengen, ze zijn nodig voor de drainage
en ze beïnvloeden op positieve manier het landschap dat veel
gevarieerder is geworden. Maar bovenal beïnvloedt het water op
strategische wijze het spel.
9