Article Volkskrant by Martijn van Calmthout (February 1 and 2)

6
DE VOLKSKRANT WETENSCHAP
ZATERDAG 1 FEBRUARI 2014
Hawking: wedje doen?
Stephen Hawking (1942) is een speler. Hij mag graag met collega’s wedden over wetenschappelijke twistpunten, maar hij verliest die weddenschappen doorgaans wel. In 1975 betaalde
Hawking een jaarabonnement op Penthouse voor collega Kip Thorne, toen Cygnus X-1 een
zwart gat bleek. In 1997 stuurde hij een cricket-encyclopedie aan John Preskill, na een weddenschap over de vraag of informatie uit zwarte gaten kan ontsnappen. In 2012 verloor Hawking
100 dollar aan Gordon Kane, omdat hij niet in het pas ontdekte higgsdeeltje wilde geloven.
Foto Facundo Arrizabalaga / EPA
Natuurkunde
NIEUWS STEPHEN HAWKING KOMT TOT INKEER
ZWART GAT
1
Een zwart gat kan volgens Hawking (1974) stralen en verdampt
dan langzaam. Daarbij gaat alle informatie die erin viel, verloren.
In het vacuüm ontstaan
voortdurend paren
Antideeltje
deeltjes en
antideeltjes…
2
…die elkaar normaal
meteen weer
vernietigen.
3
Deeltje
Rand van het zwarte gat
4
W
at moet het opwindend zijn
om
Stephen
Hawking te zijn.
Natuurlijk, de
Britse fysicus
(72) lijdt aan
een dramatische neurologische ziekte,
die hem al sinds mensenheugenis tot
een rolstoel veroordeelt. Lichamelijk is
hij een wrak. Bewegen kan hij niet. Hij
heeft geen stem, communiceert door letters stuk voor stuk aan te klikken op een
beeldscherm. Met een spiertje onder zijn
rechteroog. Hij is tweemaal gescheiden,
wordt dag en nacht omringd door verzorgers en wetenschappelijke assistenten. Nul privacy. Geen pretje, al met al.
Maar daar staat tegenover dat als hij iets
te berde brengt, de wereld haast overdreven ademloos en aandachtig luistert. En
bepaald niet alleen zijn collega’s in de
theoretische fysica. Vorige week haalde hij
nog ongeveer alle Britse media. Hawking,
was de kern van de berichten, gelooft nu
helemaal niet meer in zwarte gaten.
Never a dull moment, dus. Aanleiding
voor de mediaconsternatie was een korte
paper van Hawking, tegenwoordig emeritus hoogleraar in Cambridge, over de
vraag of je wel echt in een zwart gat kunt
vallen. Zeker wel, is zijn oordeel. Dat publiceert hij nu, maar hij zette het in feite al afgelopen zomer op een conferentie met
collega’s in Santa Barbara uiteen. ‘Als Stephen al is omgegaan, was het toen en
daar’, zegt de Amsterdamse snaartheoreticus en zwaartekracht-expert Erik Verlinde, die er vorig jaar in Californië bij was.
‘Nu heeft hij het opgeschreven.’
Zwarte gaten zijn plekken in het universum waar een enorme massa zo veel
zwaartekracht veroorzaakt, dat zelfs lichtdeeltjes er niet aan kunnen ontsnappen.
Hun bestaan is een consequentie van de
algemene relativiteitstheorie van Albert
Einstein, die ruimte en tijd beschrijft als
een elastische omgeving die door massa
wordt vervormd. Is die massa erg groot,
dan vormt zich een extreme put in ruimte
en tijd waar alles uit de omgeving onherroepelijk in zal rollen. Ook een waarnemer
die te dichtbij de rand komt. En een weg
terug is er niet.
Het point of no return is ook bekend: de
zogeheten horizon van het zwarte gat, de
afstand waar de ontsnappingssnelheid
voor een massa gelijk wordt aan de lichtsnelheid. Niets kan sneller gaan dan de
lichtsnelheid, dus valt alles wat weg zou
willen binnen de horizon terug. Die horizon ligt als een bol om de centrale massa
heen. De zogeheten Schwartzschild-straal,
naar de Duitse fysicus die hem als eerste
afleidde uit Einsteins oorspronkelijke
ruimte-tijdvergelijkingen.
Carrière
Hawking heeft zijn wetenschappelijke
carrière te danken aan zwarte gaten. In
1974 publiceerde hij met Jakob Bekenstein
een van de opmerkelijkste resultaten van
de moderne kosmologie. Zwarte gaten, rekenden zij toen voor, zijn helemaal niet
echt zwart. Ze stralen wel degelijk zachtjes
energie uit waardoor ze uiteindelijk – zij
het na bijna een eeuwigheid – zelfs helemaal zullen verdampen.
Dat komt doordat deeltjesparen die vol-
Een antideeltje
voegt negatieve
energie toe aan het
zwarte gat, dat
daardoor lichter
wordt, en
uiteindelijk
verdampt.
CHAOTISCH GAT
1
4
Als een paar op de rand
van een zwart gat
ontstaat, kan een van
beide in het zwarte gat
vallen. Het andere
deeltje komt vrij als
Hawkingstraling.
was het Joseph Polchinski die grote vraagtekens plaatste bij de bestaande inzichten
over zwarte gaten. Hoe, was zijn simpele
vraag, komt informatie eigenlijk weer uit
zo’n zwart gat?
Zwarte gaten verdampen, maar de quantumwetten
verhinderen dat de informatie die erin viel, verloren gaat.
De deeltjesparen in het vacuüm
blijven met elkaar verbonden,
ook als een van beide in het
zwarte gat verdwijnt.
...chaos maakt
de vrijgekomen
informatie
onleesbaar.
2
Alle informatie over
de deeltjes wordt
opgeslagen op de
gloeiende rand van
het zwarte gat.
3
Als het gat
verdampt komt de
informatie vrij...
Zwarte gaten zijn niet meer wat ze geweest
zijn. Ze waren al niet echt zwart. En nu lijkt
de rand ook nog denkbeeldig.
Door Martijn van Calmthout Illustratie Thijs Balder
Er blijft niet veel over
van het zwarte gat
gens de quantumtheorie voortdurend uit
de lege ruimte op de rand van het zwarte
gat ontstaan, daar uit elkaar gerukt kunnen worden. Een deel van de energie van
het gat vloeit zo toch weg in de vorm van
straling.
Dat leek een kleine kanttekening bij een
verder helder verhaal over de peilloze afvoerputten in ruimte en tijd. Maar in feite
was met Hawking’s nuancering meteen
het hek van de dam. Als er wél iets uit
zwarte gaten komt, werd onder theoretici
al snel de vraag, komt er dan ook informa-
tie uit? Bijvoorbeeld omdat het deeltje
buiten de horizon volgens de quantumtheorie weet wat het deeltje binnen overkomt?
Hawking meende lang van niet. Materie
wordt binnen het zwarte gat zo gemangeld dat ieder spoortje van een ordening
totaal verloren gaat – ongeveer als de inhoud van een boek dat wordt verbrand.
Maar fysici als de Amerikaan John Preskill
rekenden voor dat dat strijdig zou zijn
met de quantumtheorie. Daarin gaat informatie nooit verloren.
In de jaren negentig leidden de discussies met zijn Amerikaanse collega tot een
weddenschap, om een encyclopedie naar
keuze – het symbool bij uitstek van informatie. In 2004 gaf Hawking Preskill gelijk:
om de quantumwetten van het zwarte gat
te redden, moest informatie die erin ging
er inderdaad ook ooit weer uitkomen.
Hawking schonk Preskill een cricket-encyclopedie. Een boek over het Amerikaanse
honkbal was in Cambridge niet te krijgen
geweest. Zaak gesloten, leek het.
Maar niets bleek minder waar. In 2012
Paradox
Het antwoord op papier leek verbluffend:
die hoopt zich in een withete stralingsschil rond de horizon van het zwarte gat
op. Die schil, binnen de kortste keren de firewall gedoopt, zou alles wat richting
zwarte gat viel verzengen. Hetgeen leidt
tot een paradox: in feite komt er om te beginnen al geen informatie het zwarte gat
binnen. Maar wat komt er dan uit? Wat
vormt de firewall?
Niets, was al snel het resolute antwoord
van onder meer de Amsterdamse snaarfysicus Erik Verlinde en zijn broer Herman
op Princeton, die firewall is een theoretische illusie. Daar, zegt Verlinde vanaf een
conferentie in de VS, heeft Hawking zich
nu bij aangesloten. ‘Stephen is inderdaad
anders naar zwarte gaten gaan kijken.
Niet zwaartekracht speelt de hoofdrol,
maar de quantumtheorie.’
Op papier, legt Verlinde uit, heeft de horizon van een zwart gat een temperatuur,
een hele hoge zelfs. Maar dat is op papier,
en vooral een manier van praten over informatiestromen in het zwarte gat.
Verlinde: ‘Je hebt het over een temperatuur, omdat de vergelijkingen lijken op
die uit de warmteleer. In werkelijkheid is
er op die plek niets te zien. Ruimte en tijd
zijn er zodanig gekromd, dat er vanaf daar
geen weg terug meer is. Maar zelfs dat zal
een vallende astronaut niet opmerken.’
Verlinde publiceerde een paar jaar geleden een radicale nieuwe visie op zwaartekracht, die erop neerkomt dat die geen
echte kracht is, maar het gevolg van ongelijk verdeelde informatie in ruimte en tijd.
Ongeveer zoals druk in een gas pas ontstaat als op een bepaalde plaats meer moleculen zijn dan elders. In het geval van
zwaartekracht gaat het volgens Verlinde
niet om moleculen, maar bits informatie.
De denkbeeldige hete rand van het
zwarte gat heeft wel een duidelijke consequentie voor informatie die erop terecht
komt. Die wordt in een oogwenk over de
hele horizon uitgesmeerd, zodat een
waarnemer er eigenlijk niet veel mee kan.
Hawking vergelijkt het in zijn artikeltje
met een vorm van turbulentie, zoals in de
atmosfeer van de planeet aarde. Dat is een
vorm van chaos, die maakt dat het weer
over meer dan een paar dagen onvoorspelbaar wordt. Op dezelfde manier lekt
informatie wel uit een zwart gat weg,
maar niemand heeft er nog iets aan.
Ciritici waren er de afgelopen week als
de kippen bij om dat als een goedkope uitvlucht te zien. ‘Ik weet niet eens zeker of
hij niet gewoon toch hetzelfde bedoelt als
een firewall’, zei San Braunstein van de
York University tegen het weekblad New
Scientist.
Verlinde denkt vooral dat Hawking die
vergelijking met het weer niet zou moeten maken. ‘Dat klinkt allemaal nog veel
te klassiek. In feite sluit hij prachtig aan bij
ons idee van entropische zwaartekracht.
Maar kennelijk is dat voor hem toch nog
even een brug te ver.’
Wat vooral klinkt als een discussie die
nog steeds niet klaar is. En misschien wel
terug bij af.