klik - prodebrug

SCHOOLGIDS & KALENDER 2014-2015
Inhoudsopgave
Voorwoord4
1
De Brug
1.1 Naam en adres
1.2 De directie
1.3 De administratie
1.4 Het bestuur
1.5 De Medezeggenschapsraad
1.6Inspectie
4
4
4
4
4
4
5
2
2.1
Identiteit van de school
Waar de school voor staat
5
5
3
3.1
3.2
De inrichting van het onderwijs in de school 7
Welke vakken worden er gegeven?
7
Samenstelling van het team
9
4
De dagelijkse onderwijspraktijk
4.1 Lestijden en pauzes
4.2 Reglement voor de leerlingen
4.3Medicijngebruik
4.4 Het rooster
4.5 Wat heeft uw kind nodig?
4.6 Maatregelen om lesuitval tegen te gaan
4.7 De mentor
4.8 De coach
4.9 De leerlingenraad
4.10Verzuim
4.11 Verlofregeling voor leerlingen
4.12 Schorsing van een leerling
4.13 Verwijdering van een leerling
4.14Klachtenregeling
4.15Kledingcode
10
10
10
11
11
11
11
12
12
12
12
12
12
12
13
13
5
Praktijkonderwijs en leerlingbegeleiding
5.1Toelatingsprocedure
5.3 Hoe wordt het functioneren van de leerlingen gevolgd?
5.4 Het ondersteuningsprofiel
5.5 Contacten met ouders
14
14
14
18
18
9
Financiële zaken
9.1Boeken
9.2 De ouderbijdrage
9.3Gereedschapskistje
9.4 De schoolverzekering
19
19
19
20
20
10 Huidige ontwikkelingen in het Voortgezet
Onderwijs
20
10.1 Het Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs ‘De Meierij’
20
10.2 Ontwikkelingen in het praktijkonderwijs
20
10.3 Samenwerking met het Cambium College
20
10.4 Ontwikkelingen op de Brug
21
10.5 Samenwerking PrO De Brug en MBO
22
11 Vakantie- en activiteitenrooster
11.1Vakantierooster
11.2Activiteitenrooster
15
15
6
Samenwerking met personen en instellingen16
6.1 De jeugdarts
16
6.2 Schoolmaatschappelijk werk
16
6.3 De arbeidsconsulent
16
6.4 Inschakeling coach of coördinator
16
6.5 Contactpersoon seksuele intimidatie
16
6.6 Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld16
6.7 Preventie project politie
16
6.8Leerplichtambtenaar
17
6.9 Convenant ‘veilige school Bommelerwaard’ 17
voortgezet onderwijs
6.10 Organisaties voor Jeugdhulp
17
7
Resultaten van ons onderwijs
7.1 Resultaten schoolverlaters
7.2Uitstroom
7.3Nazorg
8
Voorbereiding op de arbeidsplaats
8.1Stagebeleidsplan
18
18
18
18
3
23
23
23
Voorwoord
Hoofdstuk 1 | De Brug
Dit is de schoolgids van “De Brug”, School voor Praktijkonderwijs te Zaltbommel. Binnen het door bestuur vastgesteld beleid hebben wij deze gids uitgewerkt om u,
ouders/verzorgers en partners in de regio, de noodzakelijke
informatie te verstrekken over onze school. Tevens kunt u
deze gids ook lezen als een verantwoordingsbrochure waarin
we opgeschreven hebben wat u van onze school mag en
kan verwachten. Deze gids is tevens een uitwerking van een
wettelijke verplichting van het Ministerie van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschappen. De gids is in overleg met de
oudergeleding MR vastgesteld.
1.1 | Naam en adres
De Brug, school voor Praktijkonderwijs te Zaltbommel,
is sinds 1 augustus 2002 een zelfstandige school voor
voortgezet onderwijs.
Adres:
Wielkamp 1
5301 DB Zaltbommel
Tel.: 0418-540394
Fax: 0418-510679
E-mail: [email protected]
Website:www.prodebrug.nl
In de inhoudsopgave kunt u zien welke onderwerpen in deze
schoolgids aan de orde komen. In het eerste deel van dit
boekje vindt u de schoolgids. Het tweede deel is een kalender
van het schooljaar 2014-2015. Belangrijke data zijn al in de
kalender opgenomen. Eventuele wijzigingen en aanvullingen
kunt u vinden in nieuwsbrieven of andere informatiebulletins.
Tevens vindt u foto’s van diverse activiteiten op De Brug.
1.2 | De directie
Directeur: Tel.:
E-mail:
Dhr. Hans van Gent MA
0418-540394
[email protected]
Als u tijdens of na het lezen van deze gids vragen, opmerkingen
of suggesties hebt, willen wij die graag van u vernemen.
U kunt altijd een afspraak maken met de leraren of de
directeur van de school.
De directie van de school bestaat uit één persoon, te weten
dhr. Hans van Gent. Heeft u vragen over de gang van zaken
dan kunt u in eerste instantie bij hem terecht.
Hans van Gent MA
directeur
1.3 | De administratie
Administratief medewerkers:
Mw. Jolanda Martens
Dhr. Henk Teelen
Tel.: 0418-540394
E-mail:[email protected]
1.4 | Het bestuur
De Brug valt onder verantwoordelijkheid van een bestuur.
Dat is het ‘tijdelijk’ bestuur van “De Stichting speciaal basisen praktijkonderwijs Zaltbommel”
Leden van het “tijdelijk” Bestuur Voorzitter (waarnemend)
Dhr. Rob Blatter
Secretaris
Dhr. Ton Keijzer
Penningmeester
Dhr. Rob Blatter
LidDhr. Harry Barendse
Dhr. Wilfried Verboom
Dhr. drs. Gee Jansen
1.5 | De Medezeggenschapsraad
Aan de school is een Medezeggenschapsraad (MR) verbonden.
De MR bestaat uit twee leden vanuit de personeelsgeleding
en twee leden vanuit de oudergeleding. De taak van de MR
is om de belangen van de school, de leerlingen en de leraren
te behartigen. Het bestuur zal, voordat zij beslissingen
neemt, aan de raad om advies of om instemming moeten
vragen.
Leden:
Mw. Simone van Duuren
Personeelsgeleding
[email protected]
4
Hoofdstuk 2 | Identiteit van de school
Mw. Evelina Boonstra
Personeelsgeleding
[email protected]
De Brug is een samenwerkingsschool. Dit wil zeggen dat binnen
onze school het onderwijs wordt gegeven met respect voor
ieders godsdienst of levensbeschouwing die we vinden in de
Nederlandse samenleving.
Mw. Ingrid van Gemert
Oudergeleding
[email protected]
2.1 | Waar de school voor staat
Mw. Marianne Mathijssen
Oudergeleding
[email protected]
Doelgroep
De leerlingen die op onze school worden aangemeld komen
van het basisonderwijs (BAO, SBO, SO) en in een aantal
gevallen van andere scholen voor voortgezet onderwijs.
Onze leerlingen kunnen alleen toegelaten worden met een
‘positieve beschikking’ Praktijkonderwijs, welke verstrekt
wordt door de RVC (Regionale Verwijzingscommissie). Bij het
verlaten van De Brug krijgen de leerlingen een getuigschrift,
al dan niet voorzien van behaalde branchegerichte
certificaten.
1.6 | Inspectie
Inspectie van het onderwijs:
[email protected]
www.onderwijsinspectie.nl
Vragen over onderwijs: 088-6696060
De school leidt leerlingen op tot een plaats op de arbeidsmarkt
en voor enkele leerlingen het vervolgonderwijs. De Brug
wil leerlingen kennis en vaardigheden aanleren, zodat elke
leerling na het verlaten van school voorbereid is op zijn of
haar plaats in de samenleving. De grootste groep leerlingen
verlaat de school met een arbeidscontract in het vrije bedrijf.
Indien nodig, ondersteunen wij leerlingen bij het vinden
van een arbeidsplaats in een beschermde omgeving van
bijvoorbeeld een sociale werkplaats.
Een aantal leerlingen kiest ervoor om verder te studeren
richting MBO, het zgn. ‘entree-onderwijs’. Voor dit vervolgonderwijs liggen er mogelijkheden richting ROC (Regionaal
Opleidings Centrum) en AOC (Agrarisch OpleidingsCentrum)
middels BBL en BOL-trajecten. Bij de BeroepsBegeleidende
Leerweg (BBL) werken leerlingen en gaan ze één of twee
dagen in de week naar school en bij de BeroepsOpleidende
Leerweg (BOL) gaan leerlingen de hele week naar school en
lopen ze stage om praktijkervaring op te doen.
Het bevorderen van de zelfstandigheid is erg belangrijk
voor hun toekomstige plaats in de samenleving. Naast het
voorbereiden op de arbeidsmarkt willen wij de leerlingen
zo zelfstandig mogelijk maken zodat zij in de samenleving
voor zichzelf kunnen zorgen. In diverse vakken komt dit
aspect terug. Bij de vakken consumptief en verzorging
bijvoorbeeld, leren leerlingen behalve koken en catering,
ook op huishoudelijk gebied voor zichzelf te zorgen. Hierbij
valt te denken aan het koken, gezonde voeding, hygiëne en
schoonmaken.
Het voeren van een gesprek, hoe gedraag ik me (op school,
op mijn werk) en meer van deze vaardigheden komen terug
in de lessen sociale vaardigheid. Bij rekenen proberen we
de praktische vaardigheden terug te laten komen. Klussen
in en om het huis, techniek algemeen en fietstechniek zijn
voorbeelden die aan bod komen bij de lessen Praktijk &
loopbaan. Daarnaast vinden wij het belangrijk dat onze
leerlingen hun vrije tijd zinvol kunnen invullen. Er zijn
contacten met diverse instellingen die activiteiten verzorgen
om de vrije tijd in te vullen.
Hoe realiseren wij onze doelstellingen?
In ons onderwijsprogramma onderscheiden we drie
5
excursies naar bedrijven, interne en externe arbeidstraining,
werkweken en afname stageassessment). Vervolgens richten
we ons op de ontwikkeling van de algemene arbeidsgeschiktheid
en beroepsspecifieke opleidingen. De stages spelen daarbij
een belangrijke rol en dit monitoren we aan de hand van
het individueel transitieplan (ITP). Dit wordt op vastliggende
momenten met ouders en leerling doorgesproken.
hoofddoelstellingen:
• Arbeidstoeleiding. De voorbereiding op het arbeidsproces,
het verwerven van een passende arbeidsplaats en het
behouden ervan.
• Sociale redzaamheid. De voorbereiding van de leerling
om de kans van slagen in onze maatschappij zo groot
mogelijk te maken.
• Zelfredzaamheid. De voorbereiding van de leerling in het
zelfstandig kunnen voeren van een huishouding.
We streven naar onderwijs op maat waarbij we voor elke
leerling een eigen individueel ontwikkelingsplan (IOP)
opstellen. Het ontwikkelingsplan willen we op vastliggende
momenten evalueren en bijstellen. Het werken vanuit de
gedachte van individuele leerroutes willen we steeds verder
door ontwikkelen. Ook het (beter) leren omgaan met
verschillen tussen leerlingen en de daarmee samenhangende
didactische en pedagogische vaardigheden voor de leraar,
blijven de komende jaren belangrijke aandachtspunten.
Om bovenstaande hoofddoelstellingen te kunnen bereiken
leggen we veel nadruk op de sociale weerbaarheid en
sociale vaardigheden van onze leerlingen. We stemmen
ons onderwijsprogramma af op zelfstandig wonen, werken
en vrije tijdsbesteding om de leerlingen daarin voldoende
competent te maken. Van de drie doelstellingen krijgt de
voorbereiding op arbeid het zwaarste accent in combinatie
met structurele aandacht voor het ontwikkelen van
communicatieve en sociale vaardigheden. Een belangrijk
kenmerk van onze school is een pedagogisch klimaat waarin
structuur en veiligheid een belangrijke rol spelen. We streven
naar een klimaat waarbij leerlingen met plezier naar school
gaan en elkaar accepteren en respecteren.
Landelijk zijn en blijven de vakgebieden ‘lezen & Nederlands’
en ‘rekenen & wiskunde’ de komende jaren belangrijke
speerpunten in het onderwijs. Dit geldt ook voor het
Praktijkonderwijs op De Brug. Gelet echter op de mogelijkheden van de leerlingen betekent realisering van bijbehorende
doelstellingen dat er vooral praktijk- en maatschappijgericht
onderwijs wordt gegeven. De leerstof moet vooral functioneel
zijn, dus goed bruikbaar in de situatie van alledag. De nadruk
ligt op het praktisch handelen van de leerling. Leren door
doen blijft een belangrijk uitgangspunt. Wij koppelen de
overdracht van kennis zoveel mogelijk aan het toepassen van
die kennis in concrete onderwijsleersituaties.
In de voorbereiding als lid van een gemeenschap gaan de
leerlingen op maatschappelijke stage binnen het onderwijs
van ‘De Brug’ en leren dat ze daarmee iets kunnen
betekenen voor een ander.
Wij bereiden onze leerlingen voor op een directe instroom
op de arbeidsmarkt. Het niveau waartoe wij onze leerlingen
opleiden is afhankelijk van de mogelijkheden van de
leerling:
• De leerling gaat verder studeren op een ROC (Regionaal
Onderwijs Centrum) of AOC (Agrarisch Opleidingscentrum).
• De leerling behaalt een relevant erkende kwalificatie (bv.
heftruckchauffeur, tractorrijbewijs, lasdiploma, certificaat
‘werken in de keuken’, etc.).
• De leerling behaalt een schoolcertificaat van een van de
aangeboden branchegerichte cursussen (zie verder in deze
gids).
• De leerling is inzetbaar in arbeidssituaties waar de leerling
eenvoudig en routinematig werk kan verrichten onder
verantwoordelijkheid van derden.
• De leerling is inzetbaar in arbeidssituaties waar hij
eenvoudig en routinematig werk kan verrichten binnen
een beschermde werkomgeving.
Onze voorbereiding op de uitstroom naar arbeid kenmerkt
zich door oriëntatie op arbeid en de bijbehorende arbeidsgeschiktheid (lessen Praktijk & Loopbaan en arbeidsoriëntatie,
6
Hoofdstuk 3 | De inrichting van het
onderwijs in de school
Fase E: Beroepsopleidende fase.
Fase F: Transitie naar de arbeidsmarkt.
Aan het begin van het schooljaar zal er nog een informatieavond georganiseerd worden, waarin we nog een verdere
toelichting zullen geven. U krijgt hierover nog bericht.
In het Voortgezet Onderwijs wordt gewerkt aan de basisvorming.
Binnen de lessen die op De Brug worden gegeven wordt zoveel
mogelijk gestreefd naar aansluiting bij de vakken van deze
basisvorming. Gelet op onze doelgroep en het feit dat onze
leerlingen anders leren (leren door doen) wordt gewerkt met
beheersingsdoelen en streefdoelen. Door het formuleren van
enkelvoudige beheersingsdoelen, registratie en evaluatie in
het IOP (Individueel OntwikkelingsPlan) willen we ‘opbrengst
gericht werken’ en transparant maken wat onze leerlingen aan
leerstof aangeboden krijgen. De leerling dient centraal te staan
en niet de leerstof; er zal altijd rekening gehouden worden met
(on)mogelijkheden van iedere individuele leerling binnen de
school. Theoretische vakken moeten worden aangepast aan het
niveau wat haalbaar is en veel van wat geleerd wordt heeft een
directe relatie met de praktijk.
3.1 | Welke vakken worden er gegeven?
•
•
•
We vinden het als school belangrijk dat naast het theoretisch
vormen van leerlingen en het zoveel mogelijk aanleren van
praktische vaardigheden er ook voldoende aandacht is voor
de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen. Deze
sociaal-emotionele ontwikkeling is van groot belang om
leerlingen een kans te geven te slagen in de maatschappij.
Nederlands & Lezen
Rekenen & Wiskunde
Engels
Bij bovenstaande theorievakken komen we d.m.v.
differentiatie zo goed mogelijk tegemoet aan de leervraag
van de leerling. De lesinhoud is gerelateerd aan functionele
contexten en gericht op wonen-werken- recreëren. Bij Engels
ligt als basis de nadruk op zelfredzaamheid in de Engelse
taal. Het begrijpen en durven/leren spreken in het Engels
speelt daarbij een belangrijke rol. In de bovenbouw wordt
o.a. de methode Deviant gehanteerd en gebruikt voor de
leerlijnen Nederlands & Lezen, Rekenen & Wiskunde en
Engels. Hiermee is het beter mogelijk om een evt.
aansluiting op een ROC/AOC of VMBO mogelijk te maken.
• Cultuur & Maatschappij (burgerschap)
• Praktijk & Loopbaan
• Informatiekunde
• Sociale Competentie
Voor de leerlijn Cultuur & Maatschappij maken we o.a.
gebruik van “PrOmotie”, een specifiek leermiddelenpakket
voor het Praktijkonderwijs waarin ook burgerschap is
geïntegreerd. Daarnaast ontwikkelen we burgerschap door
hier structureel en schoolbreed thematisch aandacht aan
te besteden. Voorbeelden van thema’s zijn de dag van het
respect, maatschappelijke stage, anti-pestprojecten, omgaan
met social media, seksuele vorming, etc.
De leerlijn Praktijk & Loopbaan is vooral gericht op
zelfredzaamheid en arbeidstoeleiding. Deze leerlijn kent de
volgende richtingen:
-
Techniek (houtbewerking, metaalbewerking, fietstechniek,
schildertechniek);
-Zorg & Welzijn (consumptief [koken/catering],
persoonlijke verzorging, huishoudelijk werk);
-Plant & Dier (groen en dierverzorging).
De lesprogramma’s die gebruikt worden binnen de
afdeling leggen dus de nadruk op training van praktische
vaardigheden en hun toepassing, sociale vaardigheden en
persoonlijkheidsvorming.
Van klassensysteem naar ons fasesysteem
De verschillen tussen onze leerlingen, die van dezelfde leeftijd
zijn of in hetzelfde leerjaar zitten, worden groter: op didactisch
gebied, maar ook op het gebied van sociale competenties,
zelfredzaamheid en praktische vaardigheden. De ene leerling is
verder in zijn ontwikkeling dan de andere leerling.
Bij de groepsindeling (klassen) hebben we als uitgangspunt
dat leerlingen die in dezelfde ontwikkelingsfase zitten, waar
mogelijk bij elkaar in de klas komen. Op deze manier kunnen
wij ze beter begeleiden en kunnen leerlingen ook van elkaar
leren. De hieronder beschreven 6 fases hoeven geen 6 leerjaren
te duren. De ene leerling doorloopt een fase immers sneller
dan de andere leerling, maar dezelfde leerling kan ook de ene
fase sneller doorlopen dan een andere fase. In elke fase staan
een aantal competenties centraal: competenties op het gebied
van gedrag, sociale vaardigheden en praktische vaardigheden.
De leerling werkt aan deze competenties en bij voldoende
ontwikkeling en beheersing hiervan, stroomt hij/zij vervolgens
door naar de volgende fase. Dit kan in de toekomst betekenen
dat de ene leerling bijvoorbeeld 6 maanden in fase B zit en
de andere leerling bijvoorbeeld anderhalf jaar in dezelfde
fase. Wij doen op deze manier meer recht aan de specifieke
ontwikkelingsfase waarin de leerling zit, maar ook aan de
tempoverschillen tussen leerlingen.
Hoe zien de fases er dan uit?
Fase A: Instroom VO, aanleren algemene basisvaardigheden.
Fase B: Uitbreiding basisvaardigheden en praktische
vaardigheden.
Fase C: Stagevaardig worden: uitbreiding en verdieping
sociale en praktische vaardigheden.
Fase D: Oriënterende stage.
Met de leerlijn informatiekunde leren wij de leerlingen
omgaan met de computer en bereiden we ze specifiek
voor op het gebruik van ICT (Informatie- en CommuninicatieTechnologie) in onze samenleving (recreatie, e-mail, social
Media, internet), in het werk (Word, Excel, Powerpoint)
en op school (informatie opzoeken, maken, opslaan en
printen van opdrachten). In de leerlijn sociale competentie besteden we veel aandacht aan communicatieve en sociale
vaardigheden die onmisbaar zijn om in het dagelijks leven
te kunnen functioneren. Samenwerken, jezelf presenteren
en omgaan met kritiek komen daarbij aan de orde.
• Sport & Spel
• CKV (Culturele en Kunstzinnige Vorming)
We besteden aandacht aan de lichamelijke ontwikkeling
van de leerlingen middels het vak sport & spel. Het vak
CKV is een kennismaking met allerlei kunstvormen zoals
beeldende kunst, dans, muziek, toneel, fotografie en film.
7
Het is ook een praktisch vak waarbij expressie centraal
staat. Vaak wordt hierbij getekend, geschilderd of
gemusiceerd. In de onderbouwgroepen organiseren we
een project, waarbij zowel activiteiten sport & spel als
culturele activiteiten (CKV) worden aangeboden op een
vaste tijd in het rooster, namelijk vrijdagmiddag het 5e en
6e lesuur.
•Arbeidsoriëntatie
In fase C krijgen de leerlingen het vak ‘arbeidsoriëntatie’
Zij oriënteren zich in de volgende sectoren: Zorg & welzijn,
Bouw & techniek, Groen & leefomgeving en Detail &
handel. Vast onderdeel van iedere oriëntatie is een
excursie m.b.t. de desbetreffende sector. Daarnaast wordt
de leerling ook voorbereid op de stage met de nadruk op
veiligheid. We gebruiken hiervoor de methode ‘veilig op
stage’, die de leerling kan afronden met een certificaat. Dit
is een voorloper op VCA. (Veiligheid, gezondheid en milieu
Checklist Aannemers).
•Arbeidstraining
Dit is een voorbereiding op stage en wordt, afhankelijk
van de ontwikkeling van de leerling, in de laatste fase van
de onderbouw opgestart (fase C). We onderscheiden
interne en externe arbeidstraining. Bij externe
Lessentabel
O1
O2
arbeidstraining worden vaardigheden getraind en
geoefend op een bedrijf onder begeleiding van een
leerkracht en bij interne arbeidstraining gebeurt dat op
school met opdrachten/werkzaamheden vanuit het bedrijfsleven.
•Stage
Vanaf fase D gaan leerlingen praktische vaardigheden
ontwikkelen en werkervaring opdoen bij een bedrijf of
instelling. Op school gaan we de praktijkvakken, daar waar
mogelijk, aanpassen aan de stage. Vooral in fase E en F
wordt dit nog specifieker door de branchegerichte cursus
die de leerling dan gaat volgen (zie hfst. 10.4).
•Mentoruur/coaching
In iedere fase hebben de leerlingen op een vast tijdstip één
mentoruur per maand en de andere momenten coaching.
Tijdens het mentoruur wordt aandacht besteed aan regels
en afspraken in de school, het welzijn (de sociaal emotionele ontwikkeling), de voortgang (het leren en de
leerresultaten) en de schoolloopbaan van de betreffende
leerlingen. Iedere leerling heeft een eigen coach. Coaching
is individueel en bestaat uit gesprekken waarbij de coach
(leraar), één op één, de leerling begeleidt bij het benutten
van de eigen mogelijkheden. Samen met de coach gaat de
leerling zijn eigen IOP samenstellen en invullen.
O3
B1¹
B2¹
B3
Mentoruur/coaching
111 1
1
1
CKV + Sport & spel²
5
5
1
1
Praktijklessen³
10
10 10(8)10(8/6)
5(4)
3(2)
4-6
4
Arbeidstraining4 44
Stage
15-18
15-18 (2dagen)
24-27
24-27 (3 dagen)
Theorie
171717
7(8-18)
Nederlands & lezen
4
4
4
3 (2)
Rekenen & Wiskunde
3
3
3
3 (2)
Cultuur & Maatschappij (burgerschap)4
4
3
2 (1)
Informatiekunde 3
3
3
2 (1)
Sociale Competentie
2
2
2
3 (2)
Engels 111 1
Arbeidsoriëntatie1
6-10
PLP (Persoonlijk LeerPlan)52
6-106
Totaal
33 3333-34433-36
33-36
6
33-36
¹ In B1 en B2 (bovenbouw) is het aantal lesuren theorie en praktijk mede afhankelijk van het aantal dagen stage (géén stage, 2 of 3 dagen stage)
De leerlingen uit fase D die al ‘stagegeschikt’ zijn, hebben stage op maandag en dinsdag of donderdag en vrijdag. Daarmee vervallen voor hen de lessen op maandag en
dinsdag of donderdag en vrijdag.
² In fase A t/m D hebben de leerlingen één vast lesuur CKV en twee vaste lesuren per week Sport & spel. De andere 2 lesuren zijn keuze-uren (Sport & spel of CKV) in project
vorm op de vrijdagmiddag. Daarbij kan er na een periode van ongeveer 6 à 8 weken een nieuwe keuze gemaakt worden. In geval van arbeidstraining en stage kunnen de
lessen Sport & Spel en/of CKV in fase C en D met 1 of 2 lessen verminderd worden.
³ In de onderbouw (01 en O2) krijgen de leerlingen ’alle’ praktijk praktijkvakken aangeboden. Vanaf fase C (mede afhankelijk van persoonlijke loopbaanoriëntatie) zijn er
keuzeblokken (een lesblok = 2 lesuren van 50 minuten) tussen Praktijk & Loopbaan Algemeen en Praktijk & Loopbaan Consumptief (= koken en catering). Praktijk & Loopbaan
Algemeen betreft houtbewerking, schilderen, metaal & lassen, fietstechniek, plant en dierverzorging (groen). In fase E en F staan de gekozen praktijklessen in het kader van
branchegerichte cursussen.
4
Arbeidstraining start in fase C. Deze Arbeidstraining heeft een omvang van 4 lesuren en vervangt de ‘gebruikelijke’ lesuren van het betreffende dagdeel (dinsdagmiddag of
5
donderdagmiddag). Bij arbeidstraining komt het totaal aantal lesuren in fase C op 34.
In de bovenbouw vanaf fase D wordt er gestart met zgn. PLP-uren (PLP = Persoonlijk Leerplan). De inhoud tijdens deze lesuren is mede afhankelijk van het uitstroom
profiel en keuzes van leerlingen. Het kan een extra theorievak (bv, Nederlands & Lezen, Rekenen & Wiskunde en/of Engels) zijn, maar bijvoorbeeld ook een cursus
die leidt tot een certificaat. Bij de theorie-uren kunnen we nog onderscheid maken tussen leermaterialen van PrOmotie en de methode ‘Deviant’ die voorbereidt
op een aansluiting niveau 1 ROC/AOC.
( ) Minimaal aantal beschikbare lessen bij arbeidstraining of stage.
8
3.2 | Samenstelling van het team
Hieronder ziet u welke mensen er werken binnen onze
school. Tevens wordt aangegeven hoe zij per mail te
bereiken zijn.
•Directeur
Dhr. Hans van Gent •Administratie
Mw. Jolanda Martens Dhr. Henk Teelen
•Stagecoördinator
Dhr. Jacques van der Hee
• Coördinator onderbouw
(onderbouwgroep 1, 2 en 3
= O1, O2 en O3)
Mw. Simone van Duuren
• Coördinator bovenbouw
(bovenbouwgroep 1, 2 en 3
= B1, B2 en B3)
Mw. Elly Vergeer
•Zorgcoördinator
Mw. drs. Anouk Rutten Theoriedocenten
Mw. Evelina Boonstra
Mw. Joanne van Doornmaal
Mw. Simone van Duuren
Mw. Marloes van den Heuvel
Mw. Dorethé de Leeuw
Mw. Emely de Louw
Mw. Engelina Theunissen
Mw. Elly Vergeer
Mw. Maaike Groot
Mw. Engelina Theunissen
• Agressie regulatietrainer
Mw. drs. Anouk Rutten
Mw. Maaike Groot
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Groepsleraren en mentoren
• Onderbouw 1 (O1)
Mw. Marloes van den Heuvel [email protected]
• Onderbouw 2 (O2)
Mw. Engelina Theunissen
[email protected]
Mw. Dorethé de Leeuw
[email protected]
Tijdelijk mw. Maaike Groot [email protected]
(vervanging) • Onderbouw 3 (O3)
Mw. Emely de Louw
[email protected]
Mw. Simone van Duuren
[email protected]
• Bovenbouw 1 (B1)
Mw. Evelina Boonstra
[email protected]
• Bovenbouw 2 (B2)
Mw. Joanne van Doornmaal [email protected]
• Bovenbouw 3 (B3)
Mw. Elly Vergeer
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Externe ondersteuners/medewerkers binnen onze
school
• Orthopedagoog (didactische
leerlingenbegeleiding)
Mw. Saskia Dijkstra MSc
[email protected]
• Ambulant ondersteuner
Mw. Mirjam Wonders [email protected]
• Ambulant begeleider
Dhr. Frank Saris
[email protected]
• Maatschappelijk werker
Mw. Hilda van den Eerenbeemt [email protected]
•Leerplichtambtenaar*
Mw. Irma Evers
[email protected]
• Schoolagent
Mw. Monique Loeffen
•Jeugdarts
Mw. Marie José Brinkhof
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
[email protected]
Vakdocenten
• Sport & Spel
Mw. Maaike Groot
[email protected]
• Praktijk & Loopbaan (techniek)
Dhr. Jacques van der Hee
[email protected]
Dhr. Jan Kraaij
[email protected]
• Praktijk & Loopbaan (Plant & dier)
Jacques van der Hee
[email protected]
• Praktijk & Loopbaan (consumptief)
Mw. Jopie van Rijsingen
[email protected]
Mw. Hannelore van Ooijen [email protected]
• Praktijk & Loopbaan (verzorging)
Mw. Jopie van Rijsingen
jvanrijsingen@prodebrug
Mw. Hannelore van Ooijen
[email protected]
•Docentondersteuner
Praktijk en arbeidstraining
Dhr. Guus Hogerwerf
[email protected]
•Docentassistent
Praktijk (consumptief en
verzorging) en theorie
Mw. Monique Henraath
[email protected]
•Stagebegeleiders
Dhr. Jan Kraaij [email protected]
Dhr. Jacques van der Hee
[email protected]
Mw. Elly Vergeer
[email protected]
•Psycholoog
Mw. drs. Anouk Rutten
[email protected]
• Sociale vaardigheidtrainer
Mw. Marloes van den Heuvel [email protected]
* Mw. Irma Evers is onze contactpersoon/ondersteuner voor leerplichtzaken
m.b.t. onze school in het algemeen en specifiek voor de leerlingen uit de
gemeente Zaltbommel. Zie voor leerplichtambtenaren uit andere
gemeenten hoofdstuk 6.8.
9
Hoofdstuk 4 | De dagelijkse
onderwijspraktijk
vriendinnen die geen leerlingen van onze school zijn, is
niet toegestaan.
9. In de klas staat je mobiele telefoon uit en heb je de
mobiele telefoon opgeborgen. Je mag alleen de mobiele
telefoon gebruiken na toestemming van de leraar.
10.Het is niet toegestaan digitale foto’s of geluidsopnames
met je mobiel (of anderszins) te maken. Het verspreiden
van foto’s, filmpjes of geluidsopnames zijn strafbare
feiten en kan schorsing tot gevolg hebben. Bij constatering
hiervan worden ouders op de hoogte gesteld en wordt
door de school altijd melding gedaan bij politie.
11.Eten, snoepen, drinken tijdens de lessen is niet toegestaan.
12.Je ruimt je afval netjes op, en je laat de lokalen netjes
achter.
13.In het schoolgebouw en tijdens (buiten)lessen draag je
geen petten of hoofddeksels. Als iemand uit geloofs overtuiging in conflict komt met deze regel, wordt per
individueel geval bekeken of ontheffing verleend kan
worden.
14.In de klas draag je géén buitenkleding (zoals jassen en
dassen).
15.We uiten geen racistische en discriminerende taal. We
accepteren niet dat er racistische, seksistische of
discriminerende afbeeldingen en of teksten voorkomen
op affiches, in de agenda’s, op de schriften en de boeken
e.d. Bij constatering worden ouders/verzorgers op de
hoogte gesteld en bij herhaling kan het schorsing tot
gevolg hebben.
16.De kleding die je draagt mag niet aanstootgevend of
uitdagend zijn voor anderen. Denk daarbij aan te diep
uitgesneden blouses en truitjes en te korte blouses of
truitjes. Hierbij geldt ook dat op de kleding geen
aanstootgevende (discriminerende of racistische) teksten
of tekens (b.v. hakenkruizen) mogen staan.
17.We schelden een ander niet uit, doen niet mee aan
pesten en we bedreigen een ander niet. Grappen,
gedragingen of opmerkingen met seksueel getinte,
vernederende strekking ten aanzien van anderen worden
niet getolereerd.
18.We gebruiken binnen en buiten de school geen geweld
ten opzichte van leerlingen en personeel. Dat geldt ook
voor de weg van school naar huis en andersom. Bij
constatering hiervan worden ouders/verzorgers op de
hoogte gesteld en kan het schorsing tot gevolg hebben.
19.Je mag op school en op het schoolterrein niet roken. Bij
constatering worden ouders/verzorgers op de hoogte
gesteld.
20.Sieraden of haardracht die tijdens de lessen gevaar op
kunnen leveren voor je zelf of voor de medeleerlingen,
mogen tijdens die lessen niet gedragen worden, of
moeten worden afgeplakt (denk daarbij aan gymnastiek
of technieklessen).
21.Gebruik van of het in bezit hebben, of het verhandelen
van drugs is verboden. Bij constatering hiervan volgt een
schorsing en kan zelfs verwijdering van school tot gevolg
hebben. De ouders worden hiervan schriftelijk op de
hoogte gesteld. Er wordt door school altijd melding
gedaan bij de politie.
22.We nemen geen alcohol mee naar school. Bij constatering
worden ouders/verzorgers op de hoogte gesteld en kan
het schorsing tot gevolg hebben.
23.Gebruik en het in bezit hebben van vuurwerk op het
schoolterrein is niet toegestaan en kan schorsing tot
gevolg hebben.
4.1 | Lestijden en pauzes
Rooster*
les 1
les 2
pauze
les 3
les 4
lunchpauze
les 5
les 6
pauze
les 7
les 8
08.20
09.10
-
-
09.10
10.00
10.15
11.05
-
-
11.05
11.55
12.15
13.05
-
-
13.05
13.55
14.10 - 15.00
15.00 - 15.50
* Bij studiemiddagen op maandag is er een aangepast rooster
waarbij leerlingen na het 4e lesuur uit zijn; zie hoofdstuk 11.1.
4.2 | Reglement voor de leerlingen
In de dagelijkse praktijk binnen de school, maar ook daar
buiten, hebben we ons allemaal te houden aan een aantal
afspraken, met andere woorden: er zijn bepaalde normen
en waarden waarmee wij hebben om te gaan om het
onderwijs zo goed mogelijk te kunnen laten verlopen.
Voor de leerlingen is er daarom een reglement opgesteld
zodat iedereen (leerlingen, leraren en ouders) weet welke
afspraken er zijn gemaakt.
1. Je mag vanaf 8.00 uur op school aanwezig zijn. Je bent
dan in de kantine of op het schoolplein en je bent niet
voor de school of bij de kantoren naast de school. De
deur is open van 8.00 - 8.20 uur en bij het begin van de
volgende les (9.00 - 9.10 uur).
2. Voor 8.20 uur mag je niet in de lokalen zijn.
3. Wanneer je te laat komt, moet je door de hoofdingang
en moet jij je eerst melden bij de leraar waar je te laat
bent. Bij te laat komen zonder geldige reden moet je de
volgende ochtend om 8.00 uur melden bij Mw. Joanne
van Doornmaal (maandag, dinsdag en woensdag) of bij
Dhr. Guus Hogerwerf (donderdag en vrijdag). Bij
afwezigheid van bovengenoemde leraren melden bij
Mw. Evelina Boonstra. 4. Bij 3 x te laat komen (zonder geldige reden) lever je een
vrije middag in (vanaf 14.00 uur). Je ouders worden via
het rapportageboekje op de hoogte gebracht.
5. Waardevolle spullen leg je in je eigen kluisje, vooral
tijdens een gymles. De school is niet aansprakelijk voor
het verdwijnen van waardevolle spullen van de
leerlingen. Zij kunnen dat in de kluisjes leggen die dag en
nacht door een camera worden bewaakt. De directie
behoudt zich het recht voor om te allen tijde de kluisjes
te controleren.
6. Bij het wisselen van de lessen of wanneer je voor je leraar
een boodschap moet doen, loop je rustig door de gangen
zodat anderen niet door jou gestoord worden en de
lessen in de andere lokalen gewoon kunnen doorgaan.
7. In de pauzes ben je in de kantine of ben je op het
schoolplein.
8. Het meebrengen naar het schoolterrein van vrienden of
10
24.Diefstal wordt gemeld aan de ouders en aan de politie
en kan schorsing en zelfs verwijdering (bij herhaling) van
school tot gevolg hebben.
verplicht tijdens het vak Praktijk en Loopbaan Algemeen een
stofjas te dragen. Zonder veiligheidsschoenen en stofjas aan,
kunnen deze lessen niet gevolgd worden. De stofjassen zijn
via de school aan te schaffen en dragen het schoollogo. De
aanschaf van veiligheidsschoenen kunt u zelf regelen, maar
kan op verzoek ook via de school aanschaft worden
(kosten € 30,-).
4.3 | Medicijngebruik
Voor het gebruik van medicijnen op school is een protocol
opgesteld. Aanleiding hiervoor is dat steeds meer kinderen
gebruik maken van medicatie. Ze moeten die medicatie ook
vaak onder schooltijd hebben. Dat betekent dat leraren
steeds vaker de vraag krijgen of ze aan kinderen, onder
schooltijd, medicijnen willen toedienen. Indien het in het
belang van het kind is en het noodzakelijk is medicijnen
te gebruiken, moet het mogelijk zijn om onder schooltijd
medicijnen te verstrekken. De ouders, wettelijke verzorgers,
blijven verantwoordelijk voor het medicijngebruik van
hun kinderen. Als het enigszins kan, is aan te raden dat de
medicijnen thuis door de ouders gegeven worden.
Protocol:
• Ouders verzoeken de school zowel mondeling als
schriftelijk om medicatie aan hun kind te verstrekken.
Formulieren hiervoor zijn op school verkrijgbaar.
• Ouders zorgen er zelf voor dat de medicijnen op school
aanwezig zijn.
• Er dient een etiket op de verpakking te zitten waarop staat
welk medicijn het is, de hoeveelheid die per keer moet
worden ingenomen, de tijd van inname en de naam van
het kind.
• De ouders zorgen er voor dat de bijsluiter (voor zover
aanwezig) bijgevoegd is.
• De medicijnen worden centraal (magazijn) bewaard.
• De leerling komt zelf onder toezicht de medicijnen bij de
betreffende leraar halen. Er wordt gecontroleerd of het
medicijn ook echt wordt ingenomen.
• Als de dosering of de tijd van verstrekking of het medicijn
verandert, dient er opnieuw een formulier door de ouders/
verzorgers te worden ingevuld.
• Het telefoonnummer waaronder de ouder/verzorger te
bereiken is, is te vinden in het organisatieschema dat
iedere leraar in bezit heeft.
Tip: Om kosten te besparen i.v.m. de groei van de voeten van
uw zoon/dochter bij aanschaf veiligheidsschoenen de schoenmaat iets ‘op de groei’ nemen.
Voor de kooklessen hebben de leerlingen een schort nodig.
Deze zijn aan te schaffen via de school. Ook hier geldt dat
het verplicht is tijdens de kooklessen een schort te dragen.
Indien een leerling zijn “werkkleding” vergeet dan kan de
school niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele
vlekken op de kleding. Mede in het kader van veiligheid
zijn stevige platte schoenen verplicht.
Sport en Spel
Voor sport en spel gelden speciale eisen. Daarvoor is goede
gymkleding verplicht. Dat kan bestaan uit een T-shirt (aan te
schaffen via de school) en een korte broek. Het is verplicht
dat de leerlingen tijdens de gymnastieklessen gymschoenen
dragen (geen zwarte zolen!) Tijdens de gymlessen is het niet
toegestaan horloges of sieraden te dragen. Sieraden die
echt niet uitgedaan of afgedaan kunnen worden, dienen
te worden afgeplakt met tape. Er bestaat een mogelijkheid
om te douchen na de gymlessen. Wij zijn hier, uit hygiënisch
oogpunt een groot voorstander van (zelf een handdoek
meenemen). De directeur kan vrijstelling verlenen voor de
gymlessen. Er dient dan door ouder(s)/verzorger(s) schriftelijk
worden aangegeven (in het rapportageboekje) dat de leerling niet in staat is deze lessen te volgen.
Informatiekunde
Een eigen koptelefoontje zelf aanschaffen (= verplicht).
Algemeen
Een etui met daarin minstens een goed schrijvende pen, een
potlood, kleurpotloden en een gum dat de leerlingen iedere
dag bij zich hebben. Verder 2 ringbanden (één 23 rings voor Praktijk en één 4 rings voor de theorievakken) inclusief 10
tabbladen per ringband, een liniaal, passer, geodriehoek,
zakrekenmachine (via school, zie ouderbijdrage) en een
agenda (zelf aanschaffen).
4.4 | Het rooster
Wij werken met een lesrooster van 50 minuten per les. Bij
het opstellen van het lesrooster gaan wij uit van de leerlingen.
Dit betekent dat er geen tussenuren zijn. De lestijden zoals
die op een van de vorige pagina’s zijn afgedrukt betreft alle
mogelijke lesuren binnen onze school. Voor de onderlinge
jaargroepen kunnen er verschillen zijn. Zoals u merkt is niet
meer de gehele school op een zelfde middag vrij. Per groep
kan het rooster iets afwijken. Voor het vak Praktijk en
Loopbaan is een rooster gemaakt zodat alle leerlingen
naar verhouding alle praktijkvakken met betreffende
deeltechnieken aangeboden krijgen.
4.6 | Maatregelen om lesuitval tegen te gaan
Lesuitval proberen we zoveel mogelijk tegen te gaan. In
die gevallen dat door afwezigheid van leraren lessen niet
door kunnen gaan, wordt er zoveel mogelijk intern naar
een oplossing gezocht. Bij ziekte van een leraar maken we
gebruik van ‘interne vervanging’ en/of een roosterwijziging.
Indien dit niet afdoende is voor een hele dag, als er bijvoorbeeld geen invallers beschikbaar zijn of als er meerdere
leraren afwezig/ziek zijn, kan het voorkomen dat leerlingen
bijvoorbeeld iets eerder vrij krijgen. Tussenuren komen op
onze school niet voor. Bij afwijkende maatregelen wordt u
altijd op de hoogte gebracht d.m.v. een brief of telefonisch
contact.
4.5 | Wat heeft uw kind nodig?
Praktijk en Loopbaan
Voor de praktische vakken hebben de leerlingen veiligheidsschoenen en een stofjas nodig voor de veiligheid en
ter bescherming van hun gewone kleding. De leerlingen zijn
11
Over het algemeen kunt u er van uit gaan dat zaken waar
u zelf verlof voor krijgt van een werkgever, bijvoorbeeld
een huwelijk, begrafenis, jubileum of doktersbezoek, ook
voor uw kind gelden. In dit geval kunt u zich wenden tot
de directeur van de school. Deze beoordeelt of extra verlof
gerechtvaardigd is aan de hand van de leerplichtregeling. Dit
verlof dient minimaal 2 weken van tevoren (indien mogelijk),
schriftelijk te worden aangevraagd; hiervoor kan een
formulier worden gevraagd bij de directeur of administratie.
Alle aanvragen dienen, voor zover redelijkerwijze mogelijk,
te worden vergezeld van bewijsstukken.
4.7 | De mentor
Elke groep heeft een of twee mentoren. De mentor is daarbij
de contactpersoon voor algemene zaken die op groepsniveau
afgestemd moeten worden. Daarbij kun je denken aan
informatie omtrent het rooster en allerlei activiteiten (kamp,
sportdag, kerstviering, leerlingenraad etc.) binnen of
buiten de school. De mentor/coach komt bij de eerstejaars
leerlingen ook op huisbezoek (zie “contacten met ouders”
onder 5.4 op bladzijde 15). Voor verdere (individuele)
onderwijsinhoudelijke afstemming speelt de coach een
belangrijke rol.
Regelmatig moeten wij ouders teleurstellen die verlof aanvragen om extra op vakantie te gaan. Dit is in het algemeen
niet toegestaan. Dit geldt ook bij het ontbreken van andere
boekingsmogelijkheden of een reeds geboekte vakantie.
Extra vakantieverlof wordt uitsluitend en alleen verleend
wanneer het op grond van de specifieke aard van het
beroep van één van de ouders/verzorgers niet mogelijk is
om in één van de schoolvakanties op vakantie te gaan. In
voorkomende gevallen zal een werkgeversverklaring
gevraagd worden waaruit dat blijkt. Een dergelijke aanvraag
moet minimaal 8 weken vooraf worden voorgelegd aan de
directeur. Bij twijfel kunt u contact opnemen met de
directeur van De Brug en/of de leerplichtambtenaar van
uw gemeente. Bij aanvraag van extra verlof hanteren wij
het protocol ‘schoolverzuim en meldingsplicht’ in Regio
Rivierenland.
4.8 | De coach
Elke leerling heeft een coach, de algemene begeleider van
de leerling. De coach bouwt met de leerlingen een vertrouwensband op en is het eerste aanspreekpunt. Hij/zij praat met en
luistert naar de leerlingen en ondersteunt de leerlingen met
hun problemen en behartigt in voorkomende gevallen de
belangen van de leerlingen. De coach zal - indien nodig en
gewenst - ook een of meer gesprekken met u voeren. Mocht
u vragen/opmerkingen hebben dan kunt u natuurlijk zelf
ook contact opnemen met de coach van uw zoon /dochter.
De coach voert in eerste instantie ook de
rapportbesprekingen.
4.12 | Schorsing van een leerling
De directeur van de school kan met onmiddellijke ingang
een leerling voor maximaal een week schorsen. Dit gebeurt
in die gevallen dat een leerling door wangedrag of herhaaldelijke overtreding van de regels, de dagelijkse gang van
zaken zo belemmert, dat van gewoon onderwijs geen sprake
meer kan zijn. De ouders worden mondeling of schriftelijk
op de hoogte gesteld van deze maatregel en indien nodig
voor een gesprek uitgenodigd.
4.9 | De leerlingenraad
Op onze school is een leerlingenraad actief. Elke groep kiest
twee vertegenwoordigers in deze raad. De raad wordt
voorgezeten en begeleid door leraren. Enerzijds denkt de
leerlingenraad mee over hoe we bijvoorbeeld activiteiten
en excursies vormgeven. Anderzijds hebben zij inspraak en
kunnen zij een belangrijke rol spelen bij schoolontwikkelingen,
kwaliteitszorg en welbevinden binnen de school.
4.10 | Verzuim
1.Als uw zoon/dochter ziek is of om een andere reden niet
naar school kan komen, dan moet dit ‘s morgens door
ouder(s)/verzorger(s) tussen 8.00 en 9.00 uur gemeld
worden bij de administratie (0418-540394).
2.Bij afwezigheid zonder melding worden de ouders na
10.00 uur gebeld om te vragen waarom de betreffende
leerling niet op school is.
3.Spijbelen kan bestraft worden met het inleveren van vrije
tijd op de vrije middag of na schooltijd.
4.Ongeoorloofd schoolverzuim wordt aan de ambtenaar van
leerplichtzaken in de betreffende gemeente gemeld.
5.Probeer afspraken bij een dokter, tandarts, in het
ziekenhuis of bij een orthodontist zoveel mogelijk buiten
de lestijden te maken.
Bij het moedwillig toebrengen van lichamelijk letsel volgt
een onmiddellijke schorsing. Ouders worden daarvan mondeling en schriftelijk op de hoogte gesteld. Een afschrift van
het besluit gaat naar het bestuur, leerplichtambtenaar en
de inspectie.
4.13 | Verwijdering van een leerling
Bij bewezen onverbeterlijkheid van wangedrag of een zeer
ernstig vergrijp, kunnen we voor een leerling een procedure
starten die tot verwijdering en uitschrijving leidt. Deze
procedure is door het Ministerie van O, C en W (Onderwijs,
Cultuur en Wetenschappen) samengesteld.
De verwijdering van een leerling geschiedt door het bestuur.
Voordat tot verwijdering wordt besloten hoort het bestuur
de leraren en de ouders. De ouders worden schriftelijk, met
daarin een duidelijke motivatie, op de hoogte gebracht van
de verwijdering. Een afschrift van het besluit gaat naar het
bestuur, leerplichtambtenaar en de inspectie. Ouders hebben
maximaal zes weken de tijd om schriftelijk bij het bestuur
in beroep te gaan. Binnen vier weken reageert het bestuur
4.11 | Verlofregeling voor leerlingen
Volgens de leerplichtwet moeten ouders/ verzorgers er voor
zorgen dan hun kinderen naar school gaan. Extra verlof buiten
de schoolvakanties om, is alleen mogelijk in bijzondere situaties.
12
Hierbij hanteren we de Leidraad kleding op school van het
ministerie van OCW.
De volgende richtlijnen zijn geldend:
• kleding mag geen ongewenst gedrag oproepen, daarom
dus geen kleding met discriminerende of bijvoorbeeld
kwetsende teksten;
• kleding past bij algemeen geldende fatsoensnormen,
daarom doen we binnen onze jas uit, zetten we hoed of
pet af en zijn we niet te bloot gekleed;
• kleding maakt communicatie mogelijk, zowel verbaal als
non-verbaal;
• kleding mag geen gevaar opleveren.
op dit bezwaarschrift, nadat overleg met de inspecteur en
desgewenst met andere deskundigen heeft plaatsgevonden.
Alvorens te beslissen hoort het bestuur opnieuw de ouders.
De ouders hebben voor de beslissing kennis kunnen nemen
van de adviezen of rapporten van een deskundige.
4.14 | Klachtenregeling
Klachten algemeen
Ouders die ontevreden zijn over de gang van zaken of het
onderwijs op onze school, kunnen te allen tijde contact
opnemen met de leraren en de directeur van de school.
Mocht een eventuele klacht niet opgelost worden, dan
kunnen ouders contact opnemen met de landelijke
klachtencommissie. Contactgegevens:
Postbus 82324
2508 EH Den Haag
Telefoon: 070-3861697
Email: [email protected]
Klachten ongewenste omgangsvormen
Voor onze school zijn dhr. Jan Kraaij en mw. Joanne van
Doornmaal de contactpersonen voor ouders, leerlingen,
medewerkers en andere betrokkenen (bv. stagiaires,
vrijwilligers, etc.) binnen de school die ongewenste
omgangsvormen op school ervaren zoals: seksuele
intimidatie, discriminatie, racisme, pesten, agressie en
geweld. Zij overleggen of de vertrouwenspersoon (een
jeugdarts van GGD Rivierenland te Tiel), ingeschakeld
moet worden. Deze vertrouwenspersoon is beschikbaar
voor vragen, klachten en moeilijke situaties. Binnen
onze Stichting is de functie van vertrouwenspersoon
ondergebracht bij:
GGD Rivierenland,
t.a.v. mw. Mariëlle Hornstra,
Postbus 6062,
4000 HB Tiel,
telefoon: 0344-698700.
Er is tevens een meldpunt vertrouwensinspecteurs waar
ook ouders voor klachtmeldingen terechtkunnen. Behalve
seksuele intimidatie en seksueel misbruik, kun je hier ook
terecht bij fysiek geweld, psychisch geweld, discriminatie,
fundamentalisme en extremisme. Het meldpunt vertrouwensinspecteurs is telefonisch tijdens kantooruren te bereiken:
0900-1113111.
Meldplicht seksueel geweld
Schoolleiding, contactpersonen en vertrouwenspersonen zullen een klacht van ouders/leerlingen zorgvuldig behandelen.
Bij klachten van ouders en leerlingen over de schoolsituatie,
waarbij mogelijk sprake is van ontucht, aanranding of een
ander zedendelict, is de school verplicht tot het doen van
aangifte bij de officier van justitie.
4.15 | Kledingcode
Wij respecteren in principe de vrijheid van elke leerling om
zich te kleden zoals hij of zij wil. Soms past kleding van leerlingen of de wijze waarop ze gedragen worden niet bij onze
basisregels (zie 4.2).
13
Hoofdstuk 5 | Praktijkonderwijs en
leerlingbegeleiding
5.2 | Hoe wordt het functioneren van de leerlingen gevolgd?
De ontwikkeling van de leerling wordt nauwlettend gevolgd.
Hierbij wordt niet alleen gedacht aan de leervorderingen,
maar ook aan de sociaal-emotionele ontwikkeling. Het laatste is van niet te onderschatten belang, omdat deze ontwikkeling mede bepalend is op welke wijze de leerling optimaal
kan functioneren in de maatschappij.
5.1 | Toelatingsprocedure
Ouders melden op advies van (speciale) basisscholen of andere
instellingen hun kind aan op De Brug. Nadat de basisschool
alle benodigde informatie heeft aangeleverd, worden ouders
uitgenodigd voor een ‘kennismakingsgesprek’. Dat kennismakingsgesprek wordt gevoerd door de zorgcoördinator
en onderbouwcoördinator of directeur van De Brug. Om
officieel toegelaten te worden tot het Praktijkonderwijs
moet de school de leerling aanmelden bij de Regionale
Verwijzingscommissie (RVC) te ’s-Hertogenbosch. Om
informatie op te sturen naar de RVC moeten ouders
schriftelijk toestemming geven. De toelatingscriteria voor het
Praktijkonderwijs zijn als volgt:
• De leerling heeft een IQ dat ligt tussen de 60 en 80.
• Op minstens twee van de 4 domeinen lezen, spelling,
begrijpend lezen en inzichtelijk rekenen heeft de leerling
een leerachterstand van 3 jaren of meer.
• Daarnaast kunnen sociaal-emotionele factoren een rol
spelen.
Deze ontwikkeling wordt structureel gevolgd en besproken
tijdens coachingsgesprekken (coach - leerling). De ontwikkelpunten krijgen binnen het coachingsgesprek een duidelijke
plaats. In deze coachingsgesprekken zien we een relatie
tussen: “Wat willen/kunnen we (leraar en leerling) en waar
gaan we voor (plannen/doen)”. Het doel van coachingsgesprekken is de leerlingen te coachen/ begeleiden in
hun ontwikkeling. Afspraken die in het coachingsgesprek
gemaakt worden, worden doorgevoerd in het individueel
ontwikkelingsplan (IOP) van de betreffende leerling. Op
deze manier zijn coachingsgesprekken een methode om
onderwijs op maat te realiseren en leerlingen met recht
op inspraak te betrekken bij hun eigen leertraject. Behalve
coachingsgesprekken zijn er diverse overlegmomenten om
de leerlingenzorg te borgen. Op het schema hieronder ziet
u hoe de leerlingenzorg op onze school is opgebouwd.
Nadat de leerling formeel is toegelaten en ingeschreven op
De Brug, wordt een Ontwikkelingsperspectief (OPP) opgesteld.
Tijdens de eerste schoolweken wordt ook per groep een plan
van aanpak gemaakt (groepsplan) en voor elke leerling een
Individueel Ontwikkelingsplan (IOP).
Zorgstructuur
Directeur
1x per week
IC-overleg
(Interne Coördinatie)
•Leerplichtambtenaar
• Maatschappelijk werkster
•Schoolarts
•MEE
• evt. andere deskundigen
Coördinator
Zorg
Extern zorgoverleg ZAT
1x / 6 weken
Coördinator
Onderbouw
bouwvergaderting
1 x / maand
bouwvergaderting
1 x / maand
Mentoren/coaches
Onderbouw
14
Coördinator
Bovenbouw
Mentoren/coaches
Bovenbouw
Coördinator
Stage
stage overleg
1 x / maand
Stagebegeleiders
5.3 | Het Ondersteuningsprofiel
De coach van de leerlingen die voor het eerst bij ons op
school zijn, legt minimaal eenmaal een huisbezoek af bij de
ouders / verzorgers van de leerling. Hierbij worden o.a. de
volgende zaken doorgenomen:
• de ontwikkeling van de leerling op school
• het functioneren van de leerling thuis
• de relatie ouders / school
• de verwachtingen voor de toekomst
De wet op Passend Onderwijs schrijft voor dat iedere school
een Ondersteuningsprofiel heeft. In het Ondersteuningsprofiel staat een overzicht van het aanbod van onze school op
het gebied van zorg. Het gaat dan om 3 niveaus van zorg,
namelijk: basiszorg in de klas, basiszorg op schoolniveau
en extra zorgaanbod. Het Ondersteuningsprofiel van onze
school is terug te vinden op onze website. Daarnaast wordt
elke 4 jaar een Ondersteuningsplan gemaakt. Hierin staan de
speerpunten van school:
• wat wil onze school in dat schooljaar bereiken (doelen)
• en hoe gaan we dat doen (stappenplan)?
De afspraken en actiepunten worden door de coach verwerkt
in het leerlingvolgsysteem. Voor leerlingen die stage gaan
lopen worden de ouders voor besprekingen uitgenodigd op
school. Ook deze afspraken worden vastgelegd in het
leerlingvolgsysteem. In de loop van het schooljaar worden
er informatieavonden georganiseerd. Ouders van ‘nieuwe’
leerlingen krijgen aan het begin van het schooljaar op deze
avond informatie over het schooljaar. Tevens is er dan de
mogelijkheid om nader kennis te maken met de leraren.
Er is ook een avond waarbij gericht informatie wordt
gegeven over stagebeleid of ontwikkelingen binnen
het Praktijkonderwijs.
Stelselherziening
Wettelijk is besloten dat met de komst van Passend Onderwijs
de indicatie cluster 3 en 4 gaan verdwijnen evenals de leerlinggebonden financiering (de zgn. “rugzak”). Wat blijft staan is
thuisnabij onderwijs, met goede ondersteuning voor iedere
leerling. Met het in werking treden van Passend Onderwijs
schrijft de wet voor dat iedere school een ‘Ondersteuningsprofiel’ heeft. Dit is een vastgestelde omschrijving van de
basisondersteuning en de eventuele extra ondersteuning die
elke school biedt.
Minimaal vier keer per jaar wordt er een nieuwsbrief verspreid.
Hierin worden opgenomen het laatste nieuws van de
school, de agenda voor de komende periode en andere
mededelingen die voor de ouders en leerlingen van belang zijn. Indien de ontwikkeling van uw kind niet loopt volgens
het verwachtingspatroon, of heeft u nog vragen, dan
hechten we veel waarde aan extra contacten. Wacht hiermee
niet te lang!
5.4 | Contacten met ouders
Naast het kennismakingsgesprek en de bespreking van de
aanzet tot een IOP (Individueel OntwikkelingsPlan) worden
er regelmatig gesprekken gevoerd met de ouders in het
kader van de ontwikkeling van hun kind.
De IOP-besprekingen zijn hierbij essentieel. Hiermee willen
we de betrokkenheid van ouders vergroten en de manier van
opbrengstgericht werken voor u inzichtelijker maken. In de
eerste 6 weken van het schooljaar maken de leraren met en
voor alle leerlingen een IOP. In oktober, nog voor de herfstvakantie, worden er oudergesprekken gepland waarbij de
eerste opzet van het IOP met de ouders en leerlingen besproken kan worden. Tweemaal per jaar (in 2 semesters) wordt
voor elke leerling een rapport samengesteld. Dit is in de
maand januari en vlak voor de zomervakantie. De ouders
worden voor deze rapportbespreking uitgenodigd op school.
We vinden het van groot belang om samen met de ouders de
ontwikkeling door te spreken en doen dan ook een dringend
beroep op de ouders om samen met hun zoon of dochter te
komen op deze bespreking. Tevens willen wij hierbij van de
gelegenheid gebruik maken om het IOP van het betreffende
semester met u te evalueren. Deze evaluatie kan weer
gebruikt worden bij het stellen van nieuwe doelen voor
de volgende periode. In fase A en fase B ligt de nadruk
binnen het IOP vooral op de basisvorming, In fase C zal
stageschiktheid en vanaf fase D zal stagevoortgang een
belangrijk aandachtspunt zijn. Uiteindelijk zullen we ons
binnen de IOP-gesprekken in de laatste ontwikkelingsfase(s)
vooral richten op de transitie, de overgang naar arbeid. We
spreken ook wel van ITP (Individueel Transitie Plan). Dit is
een onderdeel van het IOP.
Bij verhindering tijdens ouderavonden maken we, indien
wenselijk, een andere afspraak. In principe heeft u een
afspraak met de coach, maar het is ook mogelijk om met
andere docenten een afspraak te maken.
15
Hoofdstuk 6 | Samenwerking met personen
en instellingen
De betrokken docenten en de coach zijn verantwoordelijk
voor het onderwijsaanbod (reguliere handelingsplanning
is de eerstelijns zorg). Indien er problemen zijn
bij het afstemmen op de juiste instructie en/of
ondersteuningsbehoeften kan de leraar / mentor
ondersteuning vragen bij de bouwcoördinator en/of
zorgcoördinator (tweedelijns zorg). Maar soms geeft ook dit
onvoldoende resultaat en blijkt dat een leerling veel leer- of
gedragsproblemen heeft, waar hij of zij niet goed uitkomt.
Dan komt de derdelijns zorg in beeld. Om de juiste acties
en het juiste vervolgtraject te bepalen, kan een leerling dan
besproken worden in het interne zorgoverleg (IC). In dit
IC-overleg, dat wekelijks plaatsvindt, hebben de directeur,
psycholoog / zorgcoördinator en beide bouwcoördinatoren
zitting. Indien nodig, kan een leerling ook besproken
worden in het extern zorgoverleg (ZAT). Deze bestaat, naast
de psycholoog / zorgcoördinator vanuit school, uit enkele
externe deskundigen, te weten de leerplichtambtenaar,
maatschappelijke deskundige, schoolarts, een medewerker
van Bureau Jeugdzorg en een deskundige vanuit MEE.
Elke leerling kan, indien wij dat nodig vinden, besproken
worden in het IC-overleg of het ZAT. Als ouders heeft u bij de
aanmelding van uw zoon/dochter bij ons op school hier een
toestemmingsverklaring voor getekend. Uiteraard wordt u
door een lid van het zorgteam op de hoogte gebracht van de
bevindingen en de vervolgacties.
6.1 | De jeugdarts
De jeugdarts is verbonden aan de GGD Rivierenland. Indien
wenselijk / noodzakelijk, wordt zij ingeschakeld bij de begeleiding van onze leerlingen. Als de jeugdarts een leerling
moet onderzoeken, dan worden ouders hiervan op de
hoogte gesteld.
6.2 | Schoolmaatschappelijk werk
De Brug maakt gebruik van de deskundigheden van een
maatschappelijk werker. De maatschappelijk werker maakt
deel uit van ons Zorg Advies Team (ZAT) en is betrokken bij
de begeleiding van onze leerlingen. In deze functie treedt
hij/zij dan ook in contact met de ouders. In overleg met
de ouders wordt gezamenlijk geprobeerd een oplossing
te vinden voor eventuele problemen. Dit kan bijvoorbeeld
betekenen hulp aan uw kind, maar ook ondersteuning voor
in de thuissituatie. Natuurlijk kunt u zelf ook hulp vragen als
u dit nodig vindt.
6.3 | De arbeidsconsulent
Bij MEE (Sociaal Pedagogische Dienst) werken ook arbeidsconsulenten die in overleg met school een bijdrage kunnen
leveren richting arbeid. Doordat niet alle leerlingen volledig
ingezet kunnen worden in bedrijven en instellingen is het
mogelijk om met behulp van subsidies toch een arbeidsplaats
te realiseren. De arbeidsconsulent helpt de school en de
ouders om door deze ingewikkelde wetgeving de goede weg
te vinden.
6.5 | Contactpersoon seksuele intimidatie Is er naar uw mening sprake van seksuele intimidatie, dan
kunt u of uw zoon/dochter terecht bij de contactpersonen
seksuele intimidatie. Voor onze school zijn dat dhr. Jan Kraaij
en mw. Joanne van Doornmaal. Heeft u vragen over dit
onderwerp dan kunt u hiervoor bij deze contactpersonen
terecht.
6.6. | Meldcode kindermishandeling en huiselijk
geweld
6.4 | Inschakeling coach of coördinator
We kunnen ons voorstellen dat er zorgen voor of problemen
met uw kind zijn die u het liefst bespreekt in een vertrouwde
omgeving en met een bekend persoon. In de eerste plaats
kunt u hiervoor terecht bij de coach van uw kind. Daarnaast
is het natuurlijk ook mogelijk om met de bouwcoördinator,
zorgcoördinator en/of de directeur van De Brug deze problemen
te bespreken. Samen kunnen we dan proberen om tot een
oplossing te komen.
De overheid verplicht het onderwijs een Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld te gebruiken. Deze meldcode bestaat uit een overzichtelijk stappenplan waarin
staat wat school moet doen wanneer ze te maken krijgen
met (vermoedens van) geweld. Het doel van de meldcode is
kinderen/jongeren te beschermen tegen geweld, geweld zo
snel mogelijk te stoppen en medewerkers in het onderwijs te
ondersteunen in het nemen van de juiste besluiten in deze
complexe problematiek.
Leerlingzorg en overlegstructuur
In onderstaand schema worden de stappen van begeleiding
van een leerling aangegeven en de relaties met de
verschillende overlegvormen binnen de school.
Eerstelijns
Tweedelijns
Derdelijns
zorg
zorg
zorg
Betrokken leraar
Leraar/coach
Evt. ext. deskundigen
+ coach
+ ondersteuning
(schoolarts, maatsch.
bouwcoördinator
deskundige) vanuit
of zorgcoördinator
IC-overleg en/of ZAT
6.7 | Preventie project politie
Onze school doet mee aan het project preventie door de
politie. Eenmaal per maand komt er een agent (een vast
contactpersoon) op school om preventief met leerlingen in
contact te treden. Op die manier wordt er een vertrouwensbasis gekweekt zodat bij calamiteiten op een snelle en
vertrouwde manier kan worden ingegrepen.
Politie is partner in veiligheid. De ‘schoolagent’ speelt mede
een rol bij het informeren en adviseren inzake veiligheid, het
vroegtijdig signaleren van risicovol gedrag bij jongeren en
16
samenhangen met het leren en de omgang met elkaar
binnen de school. Buurtzorg Jong richt zich op problemen
die samenhangen met de (psychische) gezondheid, het
thuismilieu en/of buurt en vrije tijd. De samenwerking tussen
school en Buurtzorg Jong kenmerkt zich door een integrale
aanpak richting de jongere en het gezin. Beide gaan uit van
de eigen kracht en het netwerk van het gezin en benutten
deze waar mogelijk.
het doorverwijzen richting zorg en hulpverlening. Hiermee
willen we de relatie tussen veiligheids- en zorgbeleid van de
school versterken. Het netwerk en geïntegreerde toepassing
van zorg en veiligheid heeft ons inziens een meerwaarde.
Denk hierbij aan de rol van de coach van de leerlingen,
coördinatoren, de vertrouwenspersoon, Zorg Advies Team
en schoolagent.
6.8 | Leerplichtambtenaar
In het kader van leerplicht wordt landelijk strenger
gecontroleerd en harder opgetreden. Ouders die hun
kind regelmatig ziekmelden zullen eerder opgeroepen
worden voor onderzoek door de leerplichtambtenaar. Als
school zijn wij verplicht alle vormen van verzuim, inclusief
ziekmeldingen en te laatkomers, te registreren en door te
geven aan de leerplichtambtenaar. Vooral ziekmeldingen
direct voor of direct na de officiële schoolvakanties kunnen
rekenen op extra controle en onderzoek. Uiteraard hopen
wij dat onze leerlingen en ouders hun verantwoording hierin
nemen en de geldende regels naleven.
School en Buurtzorg Jong werken daarom nauw samen, liefst
in een zo vroeg mogelijk stadium en in de eigen omgeving
van de jongere. Alleen dan kunnen jongeren zich optimaal
ontwikkelen en kan escalatie van problemen worden
voorkomen.
Iedere school heeft vaste contactpersonen binnen Buurtzorg
Jong die rechtstreeks benaderd kunnen worden door de
zorgcoördinator van de school. Dit gebeurt altijd in goed
overleg met ouders/verzorgers. Uitwisseling van persoonsgebonden informatie tussen onderwijs en professionals uit
Buurtzorg Jong voldoet altijd aan de wettelijke eisen ten
aanzien van gegevensuitwisseling. U kunt als ouders deze
professionals ook zelf benaderen als u een vraag heeft. Zie
daarvoor onderstaande contactgegevens.
Regelmatig hebben wij contact met de leerplichtambtenaar
van de gemeente Zaltbommel die tevens lid is van het Zorg
Advies Team (ZAT). Daarnaast onderhouden wij ook
contacten met de leerplichtambtenaren van de gemeenten
waarvan inwoners onze school bezoeken.
Buurtzorg Jong is een onderdeel van het Centrum voor
Jeugd en Gezin (CJG). Buurtzorg Jong Bommelerwaard
is vijf dagen in de week bereikbaar op 0612597553 of
[email protected]. Iedereen kan Buurtzorg Jong
inschakelen; aan de hulp zijn geen kosten verbonden. Zie
voor meer informatie ‘www.cjgzaltbommel.nl’
Contactgegevens leerplichtambtenaar:
•Zaltbommel
Mw. Irma Evers
[email protected]
•Maasdriel
Mw. Sylvia Wolters
[email protected]
Onderwijs & Centrum voor Jeugd en Gezin
Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) is een inlooppunt
voor gezinnen. Ouders, kinderen, jongeren tot 23 jaar en
professionals kunnen hier terecht met alle vragen over
opvoeden en opgroeien. In het centrum geven deskundige
medewerkers tips en begeleiding. Ook werken er
verschillende jeugd(gezondheids)zorgorganisaties samen.
Dit centrum biedt advies, ondersteuning en hulp op maat.
Hierbij zijn diverse organisaties betrokken.
6.9 | Convenant ‘veilige school Bommelerwaard’
voortgezet onderwijs
Scholengroep Cambium, school voor praktijkonderwijs De
Brug, de politie en de gemeenten Maasdriel en Zaltbommel
hebben dit convenant getekend. Dit is het resultaat van een
gezamenlijke overeenkomst om in nauwe samenwerking te
staan voor veiligheid op school èn de manier waarop we dat
samen willen vormgeven. Dat betekent dat er een gezamenlijke
verantwoordelijkheid is voor het optimaliseren van veiligheidsbeleving binnen de schoolomgeving. In het convenant staat
een handelingsprotocol die aangeeft welke stappen moeten
worden gezet bij het afhandelen van grensoverschrijdend
gedrag. Zo bereiken we dat er door de scholen in Zaltbommel op een eenduidige en consequente wijze gereageerd
wordt op grensoverschrijdend gedrag. Het gehele convenant
kunt u terugvinden op onze website: www.prodebrug.nl
Basisfuncties van een CJG
Het CJG kent vijf basisfuncties. Het centrum biedt allereerst
een inloop voor vragen van ouders en jongeren over
opvoeden en opgroeien. Daarnaast geeft het laagdrempelig
advies en ondersteuning, zodat gezinnen zichzelf kunnen
redden. Het biedt gezinnen tijdig hulp om het ontstaan van
problemen te voorkomen en het coördineert de zorg volgens
het principe ‘één gezin, één plan’. Dit betekent dat de zorg
op elkaar afgestemd moet zijn als meer leden van een gezin
hulp (nodig) hebben. Tot slot brengt het centrum jeugdigen
en gezinnen met risico’s en problemen in beeld.
6.10 | Organisaties voor Jeugdhulp
Voor meer informatie kunt u de website
www.cjgzaltbommel.nl raadplegen. Op school kunt u met
uw vragen ook bij de zorgcoördinator terecht.
Samenwerking met jeugdhulp voor leerlingen die extra zorg
nodig hebben. Scholen werken al lange tijd intensief samen
met jeugdhulp. Het zijn bijna altijd een schoolmaatschappelijk
werker en een jeugdarts en/of jeugdverpleegkundige. Vanaf
1 januari a.s. zijn de gemeenten verantwoordelijk voor de
gehele jeugdhulp. Vanaf die datum kunnen de scholen bij
Buurtzorg Jong een beroep doen op preventie, ondersteuning
en jeugdzorg. De school richt zich op problemen die
17
Hoofdstuk 7 | Resultaten van ons onderwijs
7.2 | Uitstroom
7.1 | Resultaten schoolverlaters
Het afgelopen jaar hebben 21 leerlingen de school verlaten.
Hiervan zijn:
• 6 leerlingen ingestroomd in het reguliere arbeidsproces
met een arbeidscontract
• 8 leerlingen met een arbeidscontract die een deeltijd opleiding volgen op een ROC/AOC (BBL-traject)
• 2 leerlingen die een volledige dagopleiding gaan volgen
op een ROC (BOL-traject)
• 4 leerlingen naar een andere school gegaan (3 VSO, 1 PrO) • 1 leerling niet geplaatst en kiest voor een eigen weg.
Anders dan bijvoorbeeld het Voorbereidend Middelbaar
Beroepsonderwijs (VMBO) waar leerlingen een diploma
halen binnen een aantal jaren, heeft De Brug een ander
einddoel. Leerlingen verlaten onze school op het moment
dat zij zoveel mogelijk zekerheid hebben op een arbeidsplaats of als er een overstap naar het MBO (= Middelbaar
Beroeps Onderwijs, b.v. ROC of AOC) gemaakt kan worden.
Bij het verlaten van De Brug krijgen de leerlingen een getuigschrift. Door gerichte stagebegeleiding vanaf fase D is het
voor ons mogelijk om in bijna alle gevallen voor een arbeidsplaats te zorgen. Daarbij zijn er mogelijkheden voor onze
leerlingen om rechtstreeks in te stromen in het vrije bedrijf of
in te stromen in het vrije bedrijf met subsidiemogelijkheden.
Dit zal in de toekomst in samenwerking met de gemeente
(participatie wet) gaan plaatsvinden. Er zijn ook leerlingen
die nog een vervolgopleiding op een ROC of AOC gaan
volgen (middels een BOL of een BBL traject).
7.3 | Nazorg
Deze bovengenoemde leerlingen krijgen nog twee jaar
nazorg. Daarmee willen wij deze leerlingen ondersteunen
zodat ze stevig in hun werksituatie blijven staan en/of
hun vervolgopleiding goed kunnen afronden. Om
leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden op een
plaats op de arbeidsmarkt wordt er in alle leerjaren
binnen het vak Sociale Competentie veel aandacht aan
die voorbereiding gegeven. In fase C besteden we met
het vak arbeidsoriëntatie veel aandacht aan allerlei
uitstroomrichtingen. Belangrijk bij dit programma is om de
leerlingen kennis te laten maken met de diverse beroepen
en alles wat met het werken samenhangt. Hierbij kunt u
denken aan zaken als hoe om te gaan met ontslag, wat is
een arbeidscontract, wanneer moet ik naar het
Arbeidsbureau. Tijdens deze lessen is het ook mogelijk dat er
bedrijven en instanties bezocht worden.
Afgelopen schooljaar hebben drie leerlingen hun lasdiploma
behaald. Drie leerlingen hebben hun VCA-diploma behaald en
twee leerlingen haalden hun certificaat Heftruck. Deze examens
|zijn op een externe locatie afgenomen. Twee leerlingen hebben
hun certificaat ‘werken in de keuken’behaald, erkend door de
branchevereniging SVH. Daarnaast hebben alle deelnemers
aan de branchegerichte cursussen schooleigen (deel)certificaten
behaald (groenvaardigheden, schoonmaak in de groothuishouding, werken in de winkel, stappenplan hout en lassen).
Hoofdstuk 8 | Voorbereiding op de
arbeidsplaats
zijn (on)mogelijkheden. In fase E en F loopt de leerling drie
dagen per week stage bij bedrijven die aansluiten bij zijn
belangstelling en mogelijkheden. Het is een beroepsgerichte
stage. Uiteindelijk moet deze stage in fase F uitmonden in
een plaatsingsstage. De branchegerichte cursus die de leerling
in fase E en F op school volgt, sluit zo nauw mogelijk aan
bij deze stage. In zowel fase D, E en F zijn er ook blokstages
(een stageperiode van minimaal een hele week) ingebouwd.
Aan het eind van een periode wordt bekeken of definitieve
plaatsing mogelijk is, al dan niet met subsidiemogelijkheden
voor het bedrijf. Indien van toepassing wordt dit gerealiseerd
in samenwerking met de arbeidsdeskundige van het UWV
(Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen). Tijdens de
stage ontvangen de leerlingen een kleine stagevergoeding.
Deze vergoeding is afhankelijk van de bijdragen door onze
stagebedrijven. Stagebedrijven zijn echter, mede door
economische omstandigheden, steeds minder bereid om
vergoedingen te verstrekken. Dat betekent dat wij ons ook
genoodzaakt zien om de vergoedingen naar beneden bij te
stellen. De stagevergoeding wordt via school uitgekeerd. Iedere
leerling krijgt zijn stagevergoeding gestort op zijn/ haar giro- of
bankrekening. Als een leerling geen giro- of bankrekening
heeft, wordt hij/zij geacht een rekening te openen. De school
heeft voor de leerlingen die stage lopen een verzekering afgesloten.
8.1 | Stagebeleidsplan
Vanuit het stagebeleidsplan wordt op De Brug naar stage en
arbeid toegewerkt. Leerlingen van 15 jaar en ouder kunnen in
aanmerking komen voor stage. Als de leerling de vereiste basiscompetenties van fase B beheerst, wordt vanaf 14,5 jaar een
assessment afgenomen, nemen de leerlingen deel aan een werkweek en volgen zij arbeidstraining. We noemen het interne
arbeidstraining indien dat gebeurt op school met opdrachten/
werkzaamheden vanuit het bedrijfsleven. Bij externe arbeidstraining worden vaardigheden getraind en geoefend op een
bedrijf of instelling onder begeleiding van een leraar. Doel
van de arbeidstraining is om de leerlingen vaardigheden aan
te leren die van belang zijn om met succes stage te kunnen
lopen. Leerlingen komen pas in aanmerking voor stage indien
bij bovenstaande voorwaarden (assessment, werkweek en
arbeidstraining) is gebleken dat zij stagegeschikt zijn. In fase
D wordt er door leerlingen die stagegeschikt zijn, gedurende
twee dagen in de week, gestart met stagelopen. Dit noemen
wij de oriënterende stage. In overleg met de ouders en de
leerling wordt een stageplaats gezocht. Belangrijk doel
van deze stage is de kennismaking met een werksituatie
buiten school, inclusief andere tijden, personen en regels.
Daarnaast is het ook belangrijk dat de leerling zijn voorkeur
voor toekomstige werkzaamheden ontdekt en zicht krijgt op
Mocht uw kind het volgend jaar stage gaan lopen dan krijgt
u natuurlijk tijdig bericht en wordt u uitgenodigd voor een
informatieavond.
18
Hoofdstuk 9 | Financiële zaken
9.1 | Boeken
Schoolboeken zijn al vanaf het schooljaar 2009-2010 voor
leerlingen in het voortgezet onderwijs gratis. Wij blijven er
dus ook voor zorgen dat de leerlingen het lesmateriaal gratis
krijgen en kunnen gebruiken. Behalve op school, kunnen
ouders met al hun vragen ook terecht bij Postbus 20002.
(voorheen Postbus 51). Op de website van het Ministerie van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW) is tevens meer
(achtergrond)informatie over dit onderwerp te vinden.
voor uw kind aantrekkelijker maken is het nodig dat wij
u een vrijwillige bijdrage vragen. Hierbij kunt u denken
aan excursies, introductiekamp, werkweken, culturele
activiteiten, traktaties tijdens activiteiten en vieringen.
De ouderbijdrage is vrijwillig en toelating tot de school
wordt niet afhankelijk gesteld van de betaling van de
ouderbijdrage. Tegen gebruik van bepaalde onderdelen
van de ouderbijdrage kunt u bezwaar maken. Wanneer
u ervoor kiest om bepaalde onderdelen niet te betalen,
houden wij het recht om de leerling geheel of gedeeltelijk
uit te sluiten van onderdelen waarvoor niet wordt betaald.
De hoogte van bovenstaande schoolkosten per leerling, is
door ons voor de verschillende leerjaren als volgt vastgesteld:
Onderbouw 1 (O1): € 239,00 Bovenbouw 1 (B1): € 90,00*
Onderbouw 2 (O2):€ 90,00* Bovenbouw 2 (B2): € 45,00
Onderbouw 3 (O3):€ 90,00* Bovenbouw 3 (B3): € 45,00
Contactgegevens:
Postbus 20002, 2500 EA Den Haag
Tel.: 1400 (lokaal tarief)
Website OCW: www.rijksoverheid.nl
Zie: Onderwerpen > Onderwijs en wetenschap > Voortgezet
Onderwijs > lesgeld en schoolkosten voortgezet onderwijs.
* Deze kosten zijn inclusief werkweek, maar worden pas gefactureerd, nadat
een leerling daadwerkelijk is geselecteerd voor een werkweek
Door de eerste aanschaf zijn de schoolkosten in het eerste
leerjaar hoger dan in de andere leerjaren. In onderstaande
begroting is de aanschaf van veiligheidsschoenen, gymschoenen,
schrijfgerei, etc. (zie Hoofdstuk 4.5; Wat heeft uw kind
nodig) niet opgenomen. Afhankelijk van het persoonlijke
leertraject (profielkeuze) kunnen er in de bovenbouw nog
specifieke kosten bijkomen, bijvoorbeeld ‘kokskleding’ bij
het profiel consumptief. Middels een begeleidende brief en
bij de rekening wordt u altijd op de hoogte gesteld hoe
algemene en (indien van toepassing) specifieke (profielafhankelijke) schoolkosten zijn opgebouwd.
De leerlingen zullen de benodigde boeken op school van de
betreffende leraren ontvangen op het moment dat zij dit nodig
hebben. Evenals afgelopen schooljaren zullen wij, in tegenstelling tot vele andere scholen, geen bruikleenovereenkomst
afsluiten of borg in rekening brengen. Hierin treffen wij dus
geen voorziening. Maar ook in dat geval kan de school bij
beschadigde of niet retour ontvangen boeken, de schade aan
de uitgeleende schoolboeken verhalen op de leerling/ouders.
9.2 | De ouderbijdrage
De schoolkosten en ouderbijdrage in het voortgezet onderwijs zijn de afgelopen jaren veelvuldig in het nieuws geweest.
Het lesgeld is enkele jaren geleden afgeschaft en de ‘gratis’
schoolboeken zijn wettelijk geregeld. Toch blijven er nog
kosten over voor ouders. Vertegenwoordigers van ouders,
besturen en schoolleiders hebben een gedragscode
opgesteld met het doel om transparantie en beheersing van
die kosten voor de ouders te realiseren. Deze gedragscode
hebben wij ondertekend en daarmee staat De Brug op de
zogenaamde ‘witte’ lijst.
Het schoolgeld is alleen in het eerste schooljaar opgebouwd
uit schoolkosten en een vrijwillige ouderbijdrage. In de overige
leerjaren bestaat het schoolgeld alleen uit een vrijwillige
ouderbijdrage. Met de schoolkosten verzorgt de school het
grootste deel voor de aanschaf die niet gratis is. Van het
schoolgeld worden de volgende zaken betaald:
Onderbouw 1 (O1)
Schoolkosten:
Rekenmachine
€ 13,00
Stofjas
€ 27,00
Gereedschapskist + timmermanspotlood +
Rolbandmaat
€ 19,00
Schort
€ 12,00
Sportshirt
€ 10,00
Totaal schoolkosten middels school aangeschaft € 81,00
Niet alle schoolkosten zijn dus gratis. We kunnen twee
soorten schoolkosten onderscheiden:
• De noodzakelijke schoolkosten. Dit zijn aanschafkosten en
vergoedingen voor diensten die noodzakelijk zijn voor het
volgen van onderwijs, maar waarvoor de school geen
bekostiging krijgt. Op de website van OCW (zie contact gegevens in 9.1) vindt u informatie over kosten die hier
wel en niet onder vallen. Rekening houdend met de
benodigdheden voor het praktijkonderwijs op De Brug,
vallen de volgende materialen in ieder geval niet onder
de gratis verstrekking: woordenboeken, agenda, reken machine, gymkleding, kleding t.b.v. de praktijkvakken,
gereedschap, schriften, multomappen, pennen en derge lijke. Een aantal noodzakelijke schoolkosten zijn alleen in
het eerste leerjaar in de ouderbijdrage opgenomen. Als
ouders deze schoolkosten niet willen betalen, is de
consequentie dat de ouders zelf de aanschaf moeten doen.
• De vrijwillige ouderbijdrage. Behalve de noodzakelijke
schoolkosten, zijn er meerdere uitgaven die niet voor
vergoeding door de overheid in aanmerking komen. Om
toch die activiteiten te kunnen doen die het onderwijs
19
Vrijwillige ouderbijdrage:
Excursie
Introductiekamp
Huur kluisje
Waarborg sleutel (terug te ontvangen bij
inlevering van de sleutel)
Totaal:
€ 15,00
€158,00
Onderbouw 2 (O2)
Excursie
Werkweek*
Huur kluisje
Totaal:
€
€
€
€
€ 35,00
€ 98,00
€ 10,00
35,00
45,00
10,00
90,00
Onderbouw 3 (O3)
Excursie
Werkweek*
Huur kluisje
Totaal:
Bovenbouw 1 (B1)
Excursie
Werkweek*
Huur kluisje
Totaal:
€
€
€
€
35,00
45,00
10,00
90,00
€
€
€
€
35,00
45,00
10,00
90,00
Hoofdstuk 10 | Huidige ontwikkelingen in
het Voortgezet Onderwijs
10.1 | Het Samenwerkingsverband Voortgezet
Onderwijs ‘De Meierij’ De Brug is aangesloten bij het Samenwerkingsverband (SWV)
‘de Meierij’ te ‘s-Hertogenbosch. Doelstelling van dit SWV is
om alle scholen voor VO zo goed mogelijk te laten samenwerken. Door goede samenwerking is het mogelijk om een
zo goed mogelijke zorg voor alle leerlingen in het samenwerkingsverband te verzorgen. Alle scholen binnen samenwerkingsverband de Meierij stellen zich tot doel het onderwijs passend te maken voor álle leerlingen binnen haar school,
ongeacht een eventuele specifieke onderwijsbehoefte. Er is
dan ook regelmatig overleg met alle betrokken scholen om
deze samenwerking te verbeteren. Het gaat er om dat alle
leerlingen in het Samenwerkingsverband die extra zorg nodig
hebben, die zorg ook krijgen op de juiste plaats.
Bovenbouw 2 (B2)
Excursie
€ 35,00
Huur kluisje
€ 10,00
Totaal:€ € 45,00
Bovenbouw 3 (B3)
Excursie
Huur kluisje
Totaal:
€ 35,00
€ 10,00
€ € 45,00
Het samenwerkingsverband maakt onderscheid naar zorg
op drie niveaus:
• basiszorg in de klas
• basiszorg op schoolniveau
• bovenschoolse zorg
* Leerlingen die mee op werkweek gaan, krijgen hiervoor apart een factuur.
Gemiddeld gaat een leerling maar eenmaal (in O2, O3 of B1) op werkweek.
De totale schoolkosten zullen in betreffende leerjaren dus maar eenmaal
€ 90,- en tweemaal € 45,- zijn.
Bij de aanvang van het nieuwe schooljaar is het de bedoeling
dat een overeenkomst wordt getekend waarin wordt vastgelegd hoe de betaling van het schoolgeld wordt geregeld.
Het samenwerkingsverband ‘de Meierij’ werkt nauw samen
met onderwijs- en zorgpartners in de regio en lokale, provinciale en landelijke overheid. Die samenwerking is o.a. zichtbaar
in het ZAT (Zorg en Adviesteam) van De Brug, het bovenschools
Advies Commissie Toewijzing (ACT) en de Bovenschoolse
opvang van leerlingen binnen ons samenwerkingsverband
‘De Meierij’.
9.3 | Gereedschapskistje
Het eerste jaar ontvangen de leerlingen tijdens de 1e
techniekles een gereedschapskistje met daarin een
timmermanspotlood en een rolmaat. Materialen die kwijt
raken, moeten op eigen kosten weer aangevuld worden.
Voor een klein bedrag zijn deze materialen op school te
verkrijgen. Maar de leerlingen kunnen hun materialen ook
elders kopen. Voor het afsluiten van het betreffende kistje
moeten leerlingen zelf voor een slotje zorgen.
10.2 | Ontwikkelingen in het Praktijkonderwijs
De Brug is aangesloten bij Het Landelijk Werkverband
Praktijkonderwijs (LWV-PrO). Het is een samenwerkingsverband van ruim 170 praktijkscholen en afdelingen voor
praktijkonderwijs, die zich inzet voor de belangen van het
praktijkonderwijs en samen werken we aan onderwijskwaliteit en innovatie. Een verdergaande digitalisering
in het onderwijsleerproces van het praktijkonderwijs is de
komende jaren een speerpunt. Dit sluit aan bij ontwikkelingen binnen onze maatschappij en wat die maatschappij
van mensen en jongeren vraagt. Een ander speerpunt is professionalisering in het Praktijkonderwijs. Het LWV-PrO wil
dat bereiken door het ontwikkelen van de competenties van
betrokken professionals. Daarbij willen we doelgerichter
werken in het Praktijkonderwijs met een sleutelrol voor leraren en begeleiders, gericht op evaluatie van leertrajecten;
Wat heeft de leerling geleerd en/of ontwikkeld?
9.4 | De schoolverzekering
Onze school heeft een aansprakelijkheidsverzekering
afgesloten voor leerlingen en personeel van de school. Deze
verzekering geldt tijdens de reis van huis naar school en
omgekeerd (via de kortste weg en direct aansluitend op de
schooltijden), tijdens het op school zijn, stage en tijdens de
sportdagen, schoolreisjes, schoolkamp en excursies. Voor de
duidelijkheid wordt er op gewezen dat niet alle schade
wordt vergoed. Lichamelijk letsel is gedekt, materiële
schade niet. Dus schade als gevolg van diefstal of vermissing
van kleding, sieraden, geld etc. wordt niet vergoed.
Aansprakelijkheid is niet gedekt, wanneer een elders
lopende verzekering, al dan niet van jongere datum,
dekking biedt voor hetzelfde risico.
Wie spijbelt is niet verzekerd!
10.3 | Samenwerking met het Cambium College
Het Cambium College en De Brug zijn de enige twee
scholen voor voortgezet onderwijs in de Bommelerwaard.
We proberen afspraken te maken voor het opvangen van
elkaars leerlingen, voor zover dat in ieders vermogen ligt.
Over leerlingen waarvan nog niet helemaal duidelijk is op
welke school ze het beste op hun plaats zijn, is overleg en
we kijken daarbij op welke school die leerling het beste
Voor alle leerlingen die stage lopen is er een scholierenongevallenverzekering afgesloten.
20
2.Keukenmedewerker, fastfoodmedewerker,
bedieningsmedewerker
Stichting Vakbekwaamheid Horeca (SVH) kent drie
kwalificaties “anders van niveau 1” die opleiden tot
onderstaande diploma’s:
• Diploma SVH “Keukenvaardigheden restaurant”
• Diploma SVH “Keukenvaardigheden fastservice”
• Diploma SVH “Bedieningsvaardigheden fastservice”
Bij deze vorm van certificering ligt de nadruk op
arbeidstoeleiding. Hierbij gaat het om het aanleren van
specifieke beroepsvaardigheden op een externe stage in
de horeca. De beroepskansen worden aanzienlijk verhoogd
door dit diploma. Om aan deze cursus deel te nemen moet
je in het bezit zijn van het certificaat “Werken in de keuken”
en met goed gevolg een externe stage in de horeca hebben
afgerond.
kan worden geholpen. Leerlingen, waarbij gedurende
het schooljaar blijkt dat zij didactisch in staat zouden
moeten zijn om een VMBO-diploma te halen, bieden wij
een schakeltraject aan. Dit betekent dat zij VMBO-leerstof
krijgen aangeboden voor de vakken Nederlands & Lezen,
Rekenen & Wiskunde en Engels. Afhankelijk van hun
didactische vorderingen en hun persoonlijke ontwikkeling
is het in incidentele gevallen mogelijk om de overstap naar
het VMBO te maken. Over een dusdanig schakeltraject zijn
ook afspraken gemaakt met De Prinsentuin, VMBO-school in
Andel.
10.4 | Ontwikkelingen op De Brug
Binnen het onderwijsconcept van De Brug sluiten we aan
bij de landelijke speerpunten Nederlands en Wiskunde/
rekenen. In de onderbouw zijn 4 lessen Nederlands per
week ingeroosterd. Wiskunde/rekenen staat structureel drie
keer per week op het lesrooster. In de bovenbouw hebben
we een methode (Deviant) waarbij we voor leerlingen
een goede voorbereiding en aansluiting op een ROC of
AOC kunnen realiseren. Met de nadruk op ‘kunnen’, want
die aansluiting is alleen weggelegd voor leerlingen die in
staat zijn om het voorgeschreven niveau middels Deviant
ook daadwerkelijk te bereiken. Om onze leerlingen te
kwalificeren gaan we verder met het structureel werken aan
kwalificatiestructuren.
3. Werken in de groothuishouding
Dit certificaat is ontwikkeld in samenwerking met de schoonmaakbranche en het SVA project (School voor Arbeidsvoorbereiding) en sluit aan bij de basisvaardigheden van de
professionele schoonmaker.
4. Werken in de detailhandel
Deze cursus leidt op tot aankomend winkelmedewerker en
wordt getoetst door het kenniscentum Handel (KCH). Doel
van deze cursus is om de sociale- en arbeidscompetenties die
nodig zijn voor een externe stage/werkplek in deze sector te
versterken.
In het kader van die kwalificatie organiseren wij voor de
oudere leerlingen (Fase E en F) de volgende branchegerichte
cursussen:
1. Werken in de keuken
2. Keukenmedewerker, fastfoodmedewerker, bedieningsmedewerker
3. Werken in de ‘groothuishouding’
4. werken in de detailhandel
5. Groenvaardigheden:
• Onderhoud schoolomgeving
• Onderhoud plantsoen
6. Stappenplan houtbewerking
7.Schilderen
8. VCA (Veiligheidscursus)*
9.Lassen*
10.Heftruckbestuurder*
11.Tractorrijbewijs*
5. Groenvaardigheden:
• Onderhoud schoolomgeving
Het certificaat/ de verklaring “Onderhoud school omgeving” is ontwikkeld door de KPC- groep. Doel van
deze cursus is om de sociale- en arbeidscompetenties die
nodig zijn voor een externe stage/werkplek in de groene
sector te versterken.
• Werken in het groen
Het certificaat “Onderhoud plantsoen” is ontwikkeld
binnen het SVA project (School voor Arbeidsvoorbereiding)
en sluit aan op de basisvaardigheden van het werken in de
groene sector. De cursus is een vervolg op de cursus
“Onderhoud schoolomgeving.”
6. Stappenplan houtbewerking
Het certificaat “stappenplan houtbewerking” is ontwikkeld
in samenwerking met de Stichting Hout en Meubel (SH&M)
en sluit aan op de basisvaardigheden van het werken in de
houtverwerkende industrie.
* Extra aanbod van cursussen voor (enkele) leerlingen die op maat en in
samenwerking met derden aangeboden kunnen worden. Daarvoor kan de
theorie op school geleerd en geoefend worden, maar praktisch oefenen
is vaak op de stage en het examen wordt bij derden afgenomen. Door
7. Schilderen
De opleiding “Schilderen” is ontwikkeld in samenwerking
met het Vakcentrum Afbouw en Onderhoud (Savantis).
De opleiding sluit aan op de basisvaardigheden van het
werken in de schildersbranche.
middel van deze cursussen en branchegerichte opleidingen, die met
medewerking van diverse branches zijn ontwikkeld, worden de leerlingen
in staat gesteld een diploma, certificaat of getuigschrift te halen. Hierdoor
krijgen zij betere kansen op de arbeidsmarkt en kunnen zij zelfs worden
toegelaten op een ROC/AOC voor verdere studie.
8. VCA Veiligheidscursus*
De opleiding “Basisveiligheid VCA” (Veiligheid, gezondheid en milieu Checklist Aannemers) wordt aangeboden voor
leerlingen die in een branche gaan werken waar werknemers
verplicht zijn het VCA-certificaat te bezitten. De opleiding is
bedoeld voor leerlingen die een externe stage lopen in een
branche waar het certificaat vereist is. De opleiding wordt
ingekocht bij Lander en wordt afgesloten met een examen.
1. Werken in de keuken
Het certificaat “Werken in de keuken” is ontwikkeld in
samenwerking met de Stichting Vakbekwaamheid Horeca
(SVH) en sluit aan op de basisvaardigheden van het vak
koken. Bij deze vorm van certificering ligt de nadruk vooral
op arbeidsvoorbereiding. De cursus kan een opstap zijn voor
het werken in de horeca.
21
9. Lassen*
De opleiding “Lassen” is ontwikkeld in samenwerking met
het Nederlands Instituut voor Lastechniek (NIL). Het aanleren
van vakkennis en praktische vaardigheden kan een opstap
zijn voor een opleiding tot lasser. Het programma is bedoeld
voor leerlingen die een externe stage (willen) lopen waarbij
een lasdiploma gewenst is. Een deel van het opleidingstraject
voor het lasdiploma BMBE 1 (lassen met electroden), wordt
verzorgd door het ROC Rivor in Tiel. Intern kunnen er
deelcertificaten behaald worden (lassen met electroden en
MIG/MAG lassen).
het entree-onderwijs nu? Om door te mogen leren op het
MBO (niveau 2) moet de leerling Nederlands en Rekenen/
Wiskunde kunnen afsluiten op niveau 2F (eind VMBO).
Op het MBO moeten de leerlingen hun ontwikkeling vast
leggen in een portfolio. Ook de ontwikkelingen op hun
stage/werkplek moeten dan worden gevolgd en worden
vastgelegd. Als de leerling het entree-onderwijs volgt wordt
er binnen vier maanden een bindend studieadvies gegeven.
Dit kan inhouden:
1.Eindniveau niet haalbaar, je kunt beter stoppen met
de opleiding,
2. Eindniveau mogelijk niet haalbaar maar de leerling
is gemotiveerd genoeg om de opleiding af te ronden en af
te sluiten met een certificaat uitstroom arbeid of
3.Opleiding gaat succesvol, opleiding wordt afgerond met
een certificaat uitstroom MBO. De leerling kan naar een
niveau 2 opleiding. Als we een samenwerking aangaan,
gaat dat betekenen dat we een dergelijk traject al starten
op het praktijkonderwijs en dat er een geleidelijke
overgang naar het vereiste MBO-niveau gemaakt kan
worden. Daarmee wordt het traject entree-onderwijs voor
onze leerlingen meer uitgesmeerd over de tijd. Hoe e.e.a.
er uit gaat zien is afhankelijk van de afspraken over de
vorm. De eerste stap is gezet door met ROC Rivor en het
Koning Willem 1 College in gesprek te gaan en te
onderzoeken hoe we samen aan de toekomst van onze leerlingen kunnen werken.
10. Heftruckbestuurder*
De opleiding “Heftruckbestuurder” wordt aangeboden voor
leerlingen die in een branche gaan werken waar werknemers
die met een intern transportmiddel werken, een opleiding
moeten hebben gevolgd. Deze opleiding wordt ingekocht
via Lander.
11. Tractorrijbewijs*
De opleiding “Trekkerrijbewijs” is ontwikkeld in samenwerking met de Landelijke Organisatie Beroepsopleidingen
Agrarische Sector (LOBAS). De opleiding “Trekkerrijbewijs”
wordt aangeboden voor leerlingen die een stage/baan willen
in de groensector. Het is wettelijk verplicht dat jongeren
tussen de 16 en 18 jaar dit rijbewijs moeten hebben wanneer
zij op een trekker rijden.
Bromfiets/autorijbewijs
Behalve de branchegerichte cursussen is het in de
bovenbouw ook mogelijk om tijdens PLP-lesuren de
theoriecursus “Bromfiets/autorijbewijs” te volgen. Doel van
de opleiding is om de mobiliteit en redzaamheid van de
leerlingen te vergroten. De theorie-opleiding duurt ongeveer
een schooljaar. De betreffende leerling kan daarna het
theorie-examen af laten nemen in één van de regiokantoren
van het CBR (Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen).
Voor alle cursussen geldt:
• toestemming en medewerking van ouder(s)/verzorger(s)
krijgen;
• in staat zijn om theorie om te zetten naar de praktijk;
• zich in dienst van anderen kunnen stellen;
• leerling volgt branchecursus die past bij zijn stage;
• het aanschaffen van het bijbehorende pakket (branche benodigdheden), indien dit nodig is.
Indien de leerling naast zijn branchegerichte cursus een
beroep doet op het extra aanbod wordt er in overleg met
alle partijen gekeken hoe de kosten verdeeld gaan worden.
10.5 | Samenwerking PrO De Brug en MBO
Voor enkele leerlingen is er de mogelijkheid om nog verder
te leren. Voorheen bood het MBO (middelbaar Beroeps
Onderwijs) niveau 1 opleidingen aan waar deze leerlingen
dan naar toe gingen. Vanaf nu heet dit Entree-onderwijs.
Landelijk zijn er diverse samenwerkingsvormen tussen
praktijkonderwijs en het MBO. Ook wij gaan komend
schooljaar in overleg met het MBO om aan een nauwere
samenwerking vorm te kunnen geven. Nu krijgen de
leerlingen de mogelijkheid om hun didactische niveau zo
goed mogelijk aan te laten sluiten bij een overgang naar
MBO, namelijk 1F (dit is eind basisonderwijs). Hoe werkt
22
Hoofdstuk 11 | Vakantie- en activiteitenrooster
11.1. | Vakantierooster
Herfstvakantie
Kerstvakantie
Voorjaarsvakantie Paasvakantie
Meivakantie Hemelvaartvakantie
Pinkstervakantie
Zomervakantie
20 oktober 22 december 16 februari
06 april 2015
27 april
14 mei
25 mei 2015
20 juli t/m t/m t/m 24 oktober 2014
02 januari 2015
20 februari 2015
t/m t/m
08 mei 2015
15 mei 2015
t/m 28 augustus 2015
Volgens de nieuwe wetgeving vanaf augustus 2013 omtrent vakantieregeling in het voortgezet onderwijs kunnen er 12 organisatiedagen worden ingepland. De
zomervakantie vanaf 2014 is vervolgens één week ingekort (van 7 naar 6 weken). Van de 12 organisatiedagen zijn op 5 dagen leerlingen en leraren vrij en op 7
dagen alleen leerlingen vrij. In bovenstaand vakantierooster zijn de 5 organisatiedagen (waarop zowel leerlingen als leraren vrij zijn) verwerkt, namelijk 28 april
t/m 1 mei en 15 mei. De overige 7 geplande organisatiedagen (alleen leerlingen vrij) worden hieronder genoemd.
Extra vrij (voor leerlingen)
Organisatiedagen
Voorbereiding schooljaar
maandag 25 augustus 2014
Voorbereiding schooljaar
dinsdag 26 augustus 2014
Studiedag
maandag 15 december 2014
Leerling-besprekingen
maandag 26 januari 2014
Leerling-besprekingen
maandag 01 juni 2015
Personeelsdag
Maandag 06 juli 2015
Voorbereiding schooljaar 2015-2016
maandag 13 juli 2015
11.2 | Activiteitenrooster Informatieavond ouders alle leerlingen
Introductiekamp Onderbouw 1e jaars (O1)
IOP-bespreking
(bespreking opzet IOP met ouders)
Blokstage bovenbouw (fase D, E en F; stageleerlingen)
Doedag
Toetsweek
Sinterklaasviering Kerstgala
Blokstage bovenbouw (fase D, E en F)
Rapporten mee naar huis
Werkweek fase C (niet stageleerlingen)
Open avond
Rapportbespreking ouders
(rapport + evaluatie IOP 1e semester,
stagegeschiktheidsgesprekken fase C en
stagevoortgangsgesprekken fase D, E en F)
Toetsweek
Rapporten mee naar huis
Rapportbespreking ouders
(rapport + evaluatie IOP 2e semester en
stagevoortgangsgesprekken fase D, E en F)
Kennismaking nieuwe leerlingen
Excursiedag bovenbouw
Blokstage schoolverlaters (fase F)
Schoolverlateravond / feestavond alle leerlingen
Blokstage bovenbouw
(fase D, E en F; niet-schoolverlaters)
Activiteitenweek onderbouw
(o.a. sport /spel, uitje, etc.)
Verkort rooster (studiemiddagen):
maandag 06 oktober 2014
maandag 27 oktober 2014
maandag 12 januari 2015
maandag 09 maart 2015
maandag 30 maart 2015
maandag 18 mei 2015
maandag 22 juni 2015
15 september 2014 24 t/m 26 september 2014
13, 14 en 15 oktober 2014
13 t/m 17 oktober 2014
26 november 2014
1 t/m 9 september 2014
05 december 2014
18 december 2014
12 t/m 16 januari 2015
13 januari 2015
13 t/m 16 januari 2015
30 januari 2015
09, 10 en11 februari 2015
13 t/m 21 april 2015
02 juni 2015
15, 16 en 17 juni 2015 25 juni 2015 30 juni 2015
01 t/m 08 juli 2015
09 juli 2015
14 juli t/m 17 juli 2015
14 juli t/m 17 juli 2015
23
19.30-21.00
15.30-21.00
08.30-12.00
18.30-21.00
15.30-21.00
24
AUGUSTUS 2014
maandag
dinsdag
woensdag donderdag
vrijdag
zaterdag
zondag
28
29
30
31
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
Voorbereiding
schooljaar
(leerlingen vrij)
Voorbereiding
schooljaar
(leerlingen vrij)
SEPTEMBER 2014
maandag
dinsdag
woensdag donderdag
vrijdag
zaterdag
zondag
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
23
24
25
26
27
28
4
5
Informatieavond ouders
alle leerlingen
22
Introductiekamp
Onderbouw 1e
jaars (O1)
29
30
1
Introductiekamp
Onderbouw 1e
jaars (O1)
2
Introductiekamp
Onderbouw 1e
jaars (O1)
3
OKTOBER 2014
maandag
30
dinsdag
31
woensdag donderdag
1
2
vrijdag
3
zaterdag
4
zondag
5
Offerfeest
t/m 7 oktober
6
7
8
9
10
11
12
15
16
17
18
19
25
26
1
2
VERKORT
ROOSTER
13
14
IOP-bespreking
IOP-bespreking
IOP-bespreking
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E en F;
stageleerlingen)
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E en F;
stageleerlingen)
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E en F;
stageleerlingen)
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E en F;
stageleerlingen)
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E en F;
stageleerlingen)
20
21
22
23
24
HERFSTVAKANTIE
HERFSTVAKANTIE
HERFSTVAKANTIE
HERFSTVAKANTIE
HERFSTVAKANTIE
27
28
29
30
31
VERKORT
ROOSTER
NOVEMBER 2014
maandag
dinsdag
woensdag donderdag
vrijdag
zaterdag
zondag
27
28
29
30
31
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
Doedag
DECEMBER 2014
maandag
dinsdag
1
woensdag donderdag
2
3
vrijdag
4
5
zaterdag
zondag
6
7
Sinterklaasviering
Toetsweek
Toetsweek
8
Toetsweek
15
Toetsweek
KERSTVAKANTIE
29
KERSTVAKANTIE
Toetsweek
9
10
11
12
13
14
16
17
18
19
20
21
25
26
27
28
3
4
Toetsweek
Studiedag
(leerlingen vrij)
22
Toetsweek
Kerstgala
23
KERSTVAKANTIE
30
KERSTVAKANTIE
24
KERSTVAKANTIE
31
1e Kerstdag
2e Kerstdag
KERSTVAKANTIE
KERSTVAKANTIE
1
Oudjaarsdag
Nieuwjaarsdag
KERSTVAKANTIE
KERSTVAKANTIE
2
KERSTVAKANTIE
JANUARI 2015
maandag
29
KERSTVAKANTIE
dinsdag
30
KERSTVAKANTIE
5
12
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E en F)
VERKORT
ROOSTER
woensdag donderdag
31
13
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E en F)
Rapporten mee
naar huis
Werkweek fase C
(niet stageleerlingen)
1
Oudjaarsdag
Nieuwjaarsdag
KERSTVAKANTIE
KERSTVAKANTIE
6
7
14
vrijdag
2
zondag
3
4
9
10
11
16
17
18
KERSTVAKANTIE
8
15
zaterdag
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E en F)
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E en F)
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E en F)
Werkweek fase C
(niet- stageleerlingen)
Werkweek fase C
(niet- stageleerlingen)
Werkweek fase C
(niet- stageleerlingen)
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
1
Leerling
besprekingen
(leerlingen vrij)
Open avond
FEBRUARI 2015
maandag
dinsdag
woensdag donderdag
vrijdag
zaterdag
zondag
26
27
28
29
30
31
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
19
20
21
22
28
1
Rapportbespreking ouders
16
VOORJAARS
VAKANTIE
23
Rapportbespreking ouders
17
VOORJAARS
VAKANTIE
24
Rapportbespreking ouders
18
VOORJAARS
VAKANTIE
25
VOORJAARS
VAKANTIE
26
VOORJAARS
VAKANTIE
27
MAART 2015
maandag
dinsdag
woensdag donderdag
vrijdag
zaterdag
zondag
23
24
25
26
27
28
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
VERKORT
ROOSTER
APRIL 2015
maandag
30
dinsdag
woensdag donderdag
31
1
vrijdag
2
VERKORT
ROOSTER
3
zaterdag
4
Goede vrijdag
6
zondag
5
1e Paasdag
7
8
9
10
11
12
14
15
16
17
18
19
25
26
2e Paasdag
PAASVAKANTIE
13
Toetsweek
20
Toetsweek
27
MEIVAKANTIE
Toetsweek
21
Toetsweek
22
Toetsweek
23
Toetsweek
24
Toetsweek
28
MEIVAKANTIE
Koningsdag
29
MEIVAKANTIE
30
MEIVAKANTIE
1
MEIVAKANTIE
2
3
MEI 2015
maandag
27
MEIVAKANTIE
4
dinsdag
28
MEIVAKANTIE
5
Herdenkingsdag
Bevrijdingsdag
MEIVAKANTIE
MEIVAKANTIE
11
12
woensdag donderdag
29
MEIVAKANTIE
6
MEIVAKANTIE
13
30
MEIVAKANTIE
7
MEIVAKANTIE
14
vrijdag
1
zaterdag
zondag
2
3
9
10
MEIVAKANTIE
8
Moederdag
MEIVAKANTIE
15
16
17
23
24
Hemelvaartsdag
HEMELVAARTVAKANTIE
18
19
20
21
HEMELVAARTVAKANTIE
22
VERKORT
ROOSTER
1e Pinksterdag
25
2e Pinksterdag
PINKSTERVAKANTIE
26
27
28
29
30
31
JUNI 2015
maandag
dinsdag
1
Leerling
besprekingen
(leerlingen vrij)
2
woensdag donderdag
vrijdag
zaterdag
zondag
3
4
5
6
7
Rapporten mee
naar huis
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
Rapportbespreking ouders
22
Rapportbespreking ouders
23
Rapportbespreking ouders
24
VERKORT
ROOSTER
Ramadan
t/m 16 juli
Vaderdag
25
26
27
28
3
4
5
Kennismaking
nieuwe leerlingen
29
30
Excursiedag
bovenbouw
1
2
JULI 2015
maandag
29
dinsdag
woensdag donderdag
30
1
Blokstage
schoolverlaters
(fase F)
6
7
Personeelsdag
(leerlingen vrij)
Blokstage
schoolverlaters
(fase F)
13
Voorbereiding
schooljaar
2015-2016
(leerlingen vrij)
Blokstage
schoolverlaters
(fase F)
14
2
Blokstage
schoolverlaters
(fase F)
8
Blokstage
schoolverlaters
(fase F)
15
vrijdag
3
zaterdag
zondag
4
5
10
11
12
17
18
19
25
26
1
2
Blokstage
schoolverlaters
(fase F)
9
Schoolverlateravond / feestavond alle
leerlingen
16
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E
en F; nietschoolverlaters)
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E
en F; nietschoolverlaters)
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E
en F; nietschoolverlaters)
Activiteitenweek
onderbouw
Activiteitenweek
onderbouw
Activiteitenweek
onderbouw
Suikerfeest
Blokstage
bovenbouw
(fase D, E
en F; nietschoolverlaters)
Activiteitenweek
onderbouw
20
21
22
23
24
ZOMERVAKANTIE
ZOMERVAKANTIE
ZOMERVAKANTIE
ZOMERVAKANTIE
ZOMERVAKANTIE
27
28
29
30
31
ZOMERVAKANTIE
ZOMERVAKANTIE
ZOMERVAKANTIE
ZOMERVAKANTIE
ZOMERVAKANTIE
ADRES: WIELKAMP 1
5301 DB ZALTBOMMEL
TEL.: 0418-540394
FAX: 0418-510679
E-MAIL: [email protected]
WEBSITE: WWW.PRODEBRUG.NL
ONTWERP EN REALISATIE: WWW.BARTIC.NL