SCHOOLGIDS & KALENDER 2014-2015 Inhoudsopgave Voorwoord4 1 De Brug 1.1 Naam en adres 1.2 De directie 1.3 De administratie 1.4 Het bestuur 1.5 De Medezeggenschapsraad 1.6Inspectie 4 4 4 4 4 4 5 2 2.1 Identiteit van de school Waar de school voor staat 5 5 3 3.1 3.2 De inrichting van het onderwijs in de school 7 Welke vakken worden er gegeven? 7 Samenstelling van het team 9 4 De dagelijkse onderwijspraktijk 4.1 Lestijden en pauzes 4.2 Reglement voor de leerlingen 4.3Medicijngebruik 4.4 Het rooster 4.5 Wat heeft uw kind nodig? 4.6 Maatregelen om lesuitval tegen te gaan 4.7 De mentor 4.8 De coach 4.9 De leerlingenraad 4.10Verzuim 4.11 Verlofregeling voor leerlingen 4.12 Schorsing van een leerling 4.13 Verwijdering van een leerling 4.14Klachtenregeling 4.15Kledingcode 10 10 10 11 11 11 11 12 12 12 12 12 12 12 13 13 5 Praktijkonderwijs en leerlingbegeleiding 5.1Toelatingsprocedure 5.3 Hoe wordt het functioneren van de leerlingen gevolgd? 5.4 Het ondersteuningsprofiel 5.5 Contacten met ouders 14 14 14 18 18 9 Financiële zaken 9.1Boeken 9.2 De ouderbijdrage 9.3Gereedschapskistje 9.4 De schoolverzekering 19 19 19 20 20 10 Huidige ontwikkelingen in het Voortgezet Onderwijs 20 10.1 Het Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs ‘De Meierij’ 20 10.2 Ontwikkelingen in het praktijkonderwijs 20 10.3 Samenwerking met het Cambium College 20 10.4 Ontwikkelingen op de Brug 21 10.5 Samenwerking PrO De Brug en MBO 22 11 Vakantie- en activiteitenrooster 11.1Vakantierooster 11.2Activiteitenrooster 15 15 6 Samenwerking met personen en instellingen16 6.1 De jeugdarts 16 6.2 Schoolmaatschappelijk werk 16 6.3 De arbeidsconsulent 16 6.4 Inschakeling coach of coördinator 16 6.5 Contactpersoon seksuele intimidatie 16 6.6 Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld16 6.7 Preventie project politie 16 6.8Leerplichtambtenaar 17 6.9 Convenant ‘veilige school Bommelerwaard’ 17 voortgezet onderwijs 6.10 Organisaties voor Jeugdhulp 17 7 Resultaten van ons onderwijs 7.1 Resultaten schoolverlaters 7.2Uitstroom 7.3Nazorg 8 Voorbereiding op de arbeidsplaats 8.1Stagebeleidsplan 18 18 18 18 3 23 23 23 Voorwoord Hoofdstuk 1 | De Brug Dit is de schoolgids van “De Brug”, School voor Praktijkonderwijs te Zaltbommel. Binnen het door bestuur vastgesteld beleid hebben wij deze gids uitgewerkt om u, ouders/verzorgers en partners in de regio, de noodzakelijke informatie te verstrekken over onze school. Tevens kunt u deze gids ook lezen als een verantwoordingsbrochure waarin we opgeschreven hebben wat u van onze school mag en kan verwachten. Deze gids is tevens een uitwerking van een wettelijke verplichting van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. De gids is in overleg met de oudergeleding MR vastgesteld. 1.1 | Naam en adres De Brug, school voor Praktijkonderwijs te Zaltbommel, is sinds 1 augustus 2002 een zelfstandige school voor voortgezet onderwijs. Adres: Wielkamp 1 5301 DB Zaltbommel Tel.: 0418-540394 Fax: 0418-510679 E-mail: [email protected] Website:www.prodebrug.nl In de inhoudsopgave kunt u zien welke onderwerpen in deze schoolgids aan de orde komen. In het eerste deel van dit boekje vindt u de schoolgids. Het tweede deel is een kalender van het schooljaar 2014-2015. Belangrijke data zijn al in de kalender opgenomen. Eventuele wijzigingen en aanvullingen kunt u vinden in nieuwsbrieven of andere informatiebulletins. Tevens vindt u foto’s van diverse activiteiten op De Brug. 1.2 | De directie Directeur: Tel.: E-mail: Dhr. Hans van Gent MA 0418-540394 [email protected] Als u tijdens of na het lezen van deze gids vragen, opmerkingen of suggesties hebt, willen wij die graag van u vernemen. U kunt altijd een afspraak maken met de leraren of de directeur van de school. De directie van de school bestaat uit één persoon, te weten dhr. Hans van Gent. Heeft u vragen over de gang van zaken dan kunt u in eerste instantie bij hem terecht. Hans van Gent MA directeur 1.3 | De administratie Administratief medewerkers: Mw. Jolanda Martens Dhr. Henk Teelen Tel.: 0418-540394 E-mail:[email protected] 1.4 | Het bestuur De Brug valt onder verantwoordelijkheid van een bestuur. Dat is het ‘tijdelijk’ bestuur van “De Stichting speciaal basisen praktijkonderwijs Zaltbommel” Leden van het “tijdelijk” Bestuur Voorzitter (waarnemend) Dhr. Rob Blatter Secretaris Dhr. Ton Keijzer Penningmeester Dhr. Rob Blatter LidDhr. Harry Barendse Dhr. Wilfried Verboom Dhr. drs. Gee Jansen 1.5 | De Medezeggenschapsraad Aan de school is een Medezeggenschapsraad (MR) verbonden. De MR bestaat uit twee leden vanuit de personeelsgeleding en twee leden vanuit de oudergeleding. De taak van de MR is om de belangen van de school, de leerlingen en de leraren te behartigen. Het bestuur zal, voordat zij beslissingen neemt, aan de raad om advies of om instemming moeten vragen. Leden: Mw. Simone van Duuren Personeelsgeleding [email protected] 4 Hoofdstuk 2 | Identiteit van de school Mw. Evelina Boonstra Personeelsgeleding [email protected] De Brug is een samenwerkingsschool. Dit wil zeggen dat binnen onze school het onderwijs wordt gegeven met respect voor ieders godsdienst of levensbeschouwing die we vinden in de Nederlandse samenleving. Mw. Ingrid van Gemert Oudergeleding [email protected] 2.1 | Waar de school voor staat Mw. Marianne Mathijssen Oudergeleding [email protected] Doelgroep De leerlingen die op onze school worden aangemeld komen van het basisonderwijs (BAO, SBO, SO) en in een aantal gevallen van andere scholen voor voortgezet onderwijs. Onze leerlingen kunnen alleen toegelaten worden met een ‘positieve beschikking’ Praktijkonderwijs, welke verstrekt wordt door de RVC (Regionale Verwijzingscommissie). Bij het verlaten van De Brug krijgen de leerlingen een getuigschrift, al dan niet voorzien van behaalde branchegerichte certificaten. 1.6 | Inspectie Inspectie van het onderwijs: [email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 088-6696060 De school leidt leerlingen op tot een plaats op de arbeidsmarkt en voor enkele leerlingen het vervolgonderwijs. De Brug wil leerlingen kennis en vaardigheden aanleren, zodat elke leerling na het verlaten van school voorbereid is op zijn of haar plaats in de samenleving. De grootste groep leerlingen verlaat de school met een arbeidscontract in het vrije bedrijf. Indien nodig, ondersteunen wij leerlingen bij het vinden van een arbeidsplaats in een beschermde omgeving van bijvoorbeeld een sociale werkplaats. Een aantal leerlingen kiest ervoor om verder te studeren richting MBO, het zgn. ‘entree-onderwijs’. Voor dit vervolgonderwijs liggen er mogelijkheden richting ROC (Regionaal Opleidings Centrum) en AOC (Agrarisch OpleidingsCentrum) middels BBL en BOL-trajecten. Bij de BeroepsBegeleidende Leerweg (BBL) werken leerlingen en gaan ze één of twee dagen in de week naar school en bij de BeroepsOpleidende Leerweg (BOL) gaan leerlingen de hele week naar school en lopen ze stage om praktijkervaring op te doen. Het bevorderen van de zelfstandigheid is erg belangrijk voor hun toekomstige plaats in de samenleving. Naast het voorbereiden op de arbeidsmarkt willen wij de leerlingen zo zelfstandig mogelijk maken zodat zij in de samenleving voor zichzelf kunnen zorgen. In diverse vakken komt dit aspect terug. Bij de vakken consumptief en verzorging bijvoorbeeld, leren leerlingen behalve koken en catering, ook op huishoudelijk gebied voor zichzelf te zorgen. Hierbij valt te denken aan het koken, gezonde voeding, hygiëne en schoonmaken. Het voeren van een gesprek, hoe gedraag ik me (op school, op mijn werk) en meer van deze vaardigheden komen terug in de lessen sociale vaardigheid. Bij rekenen proberen we de praktische vaardigheden terug te laten komen. Klussen in en om het huis, techniek algemeen en fietstechniek zijn voorbeelden die aan bod komen bij de lessen Praktijk & loopbaan. Daarnaast vinden wij het belangrijk dat onze leerlingen hun vrije tijd zinvol kunnen invullen. Er zijn contacten met diverse instellingen die activiteiten verzorgen om de vrije tijd in te vullen. Hoe realiseren wij onze doelstellingen? In ons onderwijsprogramma onderscheiden we drie 5 excursies naar bedrijven, interne en externe arbeidstraining, werkweken en afname stageassessment). Vervolgens richten we ons op de ontwikkeling van de algemene arbeidsgeschiktheid en beroepsspecifieke opleidingen. De stages spelen daarbij een belangrijke rol en dit monitoren we aan de hand van het individueel transitieplan (ITP). Dit wordt op vastliggende momenten met ouders en leerling doorgesproken. hoofddoelstellingen: • Arbeidstoeleiding. De voorbereiding op het arbeidsproces, het verwerven van een passende arbeidsplaats en het behouden ervan. • Sociale redzaamheid. De voorbereiding van de leerling om de kans van slagen in onze maatschappij zo groot mogelijk te maken. • Zelfredzaamheid. De voorbereiding van de leerling in het zelfstandig kunnen voeren van een huishouding. We streven naar onderwijs op maat waarbij we voor elke leerling een eigen individueel ontwikkelingsplan (IOP) opstellen. Het ontwikkelingsplan willen we op vastliggende momenten evalueren en bijstellen. Het werken vanuit de gedachte van individuele leerroutes willen we steeds verder door ontwikkelen. Ook het (beter) leren omgaan met verschillen tussen leerlingen en de daarmee samenhangende didactische en pedagogische vaardigheden voor de leraar, blijven de komende jaren belangrijke aandachtspunten. Om bovenstaande hoofddoelstellingen te kunnen bereiken leggen we veel nadruk op de sociale weerbaarheid en sociale vaardigheden van onze leerlingen. We stemmen ons onderwijsprogramma af op zelfstandig wonen, werken en vrije tijdsbesteding om de leerlingen daarin voldoende competent te maken. Van de drie doelstellingen krijgt de voorbereiding op arbeid het zwaarste accent in combinatie met structurele aandacht voor het ontwikkelen van communicatieve en sociale vaardigheden. Een belangrijk kenmerk van onze school is een pedagogisch klimaat waarin structuur en veiligheid een belangrijke rol spelen. We streven naar een klimaat waarbij leerlingen met plezier naar school gaan en elkaar accepteren en respecteren. Landelijk zijn en blijven de vakgebieden ‘lezen & Nederlands’ en ‘rekenen & wiskunde’ de komende jaren belangrijke speerpunten in het onderwijs. Dit geldt ook voor het Praktijkonderwijs op De Brug. Gelet echter op de mogelijkheden van de leerlingen betekent realisering van bijbehorende doelstellingen dat er vooral praktijk- en maatschappijgericht onderwijs wordt gegeven. De leerstof moet vooral functioneel zijn, dus goed bruikbaar in de situatie van alledag. De nadruk ligt op het praktisch handelen van de leerling. Leren door doen blijft een belangrijk uitgangspunt. Wij koppelen de overdracht van kennis zoveel mogelijk aan het toepassen van die kennis in concrete onderwijsleersituaties. In de voorbereiding als lid van een gemeenschap gaan de leerlingen op maatschappelijke stage binnen het onderwijs van ‘De Brug’ en leren dat ze daarmee iets kunnen betekenen voor een ander. Wij bereiden onze leerlingen voor op een directe instroom op de arbeidsmarkt. Het niveau waartoe wij onze leerlingen opleiden is afhankelijk van de mogelijkheden van de leerling: • De leerling gaat verder studeren op een ROC (Regionaal Onderwijs Centrum) of AOC (Agrarisch Opleidingscentrum). • De leerling behaalt een relevant erkende kwalificatie (bv. heftruckchauffeur, tractorrijbewijs, lasdiploma, certificaat ‘werken in de keuken’, etc.). • De leerling behaalt een schoolcertificaat van een van de aangeboden branchegerichte cursussen (zie verder in deze gids). • De leerling is inzetbaar in arbeidssituaties waar de leerling eenvoudig en routinematig werk kan verrichten onder verantwoordelijkheid van derden. • De leerling is inzetbaar in arbeidssituaties waar hij eenvoudig en routinematig werk kan verrichten binnen een beschermde werkomgeving. Onze voorbereiding op de uitstroom naar arbeid kenmerkt zich door oriëntatie op arbeid en de bijbehorende arbeidsgeschiktheid (lessen Praktijk & Loopbaan en arbeidsoriëntatie, 6 Hoofdstuk 3 | De inrichting van het onderwijs in de school Fase E: Beroepsopleidende fase. Fase F: Transitie naar de arbeidsmarkt. Aan het begin van het schooljaar zal er nog een informatieavond georganiseerd worden, waarin we nog een verdere toelichting zullen geven. U krijgt hierover nog bericht. In het Voortgezet Onderwijs wordt gewerkt aan de basisvorming. Binnen de lessen die op De Brug worden gegeven wordt zoveel mogelijk gestreefd naar aansluiting bij de vakken van deze basisvorming. Gelet op onze doelgroep en het feit dat onze leerlingen anders leren (leren door doen) wordt gewerkt met beheersingsdoelen en streefdoelen. Door het formuleren van enkelvoudige beheersingsdoelen, registratie en evaluatie in het IOP (Individueel OntwikkelingsPlan) willen we ‘opbrengst gericht werken’ en transparant maken wat onze leerlingen aan leerstof aangeboden krijgen. De leerling dient centraal te staan en niet de leerstof; er zal altijd rekening gehouden worden met (on)mogelijkheden van iedere individuele leerling binnen de school. Theoretische vakken moeten worden aangepast aan het niveau wat haalbaar is en veel van wat geleerd wordt heeft een directe relatie met de praktijk. 3.1 | Welke vakken worden er gegeven? • • • We vinden het als school belangrijk dat naast het theoretisch vormen van leerlingen en het zoveel mogelijk aanleren van praktische vaardigheden er ook voldoende aandacht is voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen. Deze sociaal-emotionele ontwikkeling is van groot belang om leerlingen een kans te geven te slagen in de maatschappij. Nederlands & Lezen Rekenen & Wiskunde Engels Bij bovenstaande theorievakken komen we d.m.v. differentiatie zo goed mogelijk tegemoet aan de leervraag van de leerling. De lesinhoud is gerelateerd aan functionele contexten en gericht op wonen-werken- recreëren. Bij Engels ligt als basis de nadruk op zelfredzaamheid in de Engelse taal. Het begrijpen en durven/leren spreken in het Engels speelt daarbij een belangrijke rol. In de bovenbouw wordt o.a. de methode Deviant gehanteerd en gebruikt voor de leerlijnen Nederlands & Lezen, Rekenen & Wiskunde en Engels. Hiermee is het beter mogelijk om een evt. aansluiting op een ROC/AOC of VMBO mogelijk te maken. • Cultuur & Maatschappij (burgerschap) • Praktijk & Loopbaan • Informatiekunde • Sociale Competentie Voor de leerlijn Cultuur & Maatschappij maken we o.a. gebruik van “PrOmotie”, een specifiek leermiddelenpakket voor het Praktijkonderwijs waarin ook burgerschap is geïntegreerd. Daarnaast ontwikkelen we burgerschap door hier structureel en schoolbreed thematisch aandacht aan te besteden. Voorbeelden van thema’s zijn de dag van het respect, maatschappelijke stage, anti-pestprojecten, omgaan met social media, seksuele vorming, etc. De leerlijn Praktijk & Loopbaan is vooral gericht op zelfredzaamheid en arbeidstoeleiding. Deze leerlijn kent de volgende richtingen: - Techniek (houtbewerking, metaalbewerking, fietstechniek, schildertechniek); -Zorg & Welzijn (consumptief [koken/catering], persoonlijke verzorging, huishoudelijk werk); -Plant & Dier (groen en dierverzorging). De lesprogramma’s die gebruikt worden binnen de afdeling leggen dus de nadruk op training van praktische vaardigheden en hun toepassing, sociale vaardigheden en persoonlijkheidsvorming. Van klassensysteem naar ons fasesysteem De verschillen tussen onze leerlingen, die van dezelfde leeftijd zijn of in hetzelfde leerjaar zitten, worden groter: op didactisch gebied, maar ook op het gebied van sociale competenties, zelfredzaamheid en praktische vaardigheden. De ene leerling is verder in zijn ontwikkeling dan de andere leerling. Bij de groepsindeling (klassen) hebben we als uitgangspunt dat leerlingen die in dezelfde ontwikkelingsfase zitten, waar mogelijk bij elkaar in de klas komen. Op deze manier kunnen wij ze beter begeleiden en kunnen leerlingen ook van elkaar leren. De hieronder beschreven 6 fases hoeven geen 6 leerjaren te duren. De ene leerling doorloopt een fase immers sneller dan de andere leerling, maar dezelfde leerling kan ook de ene fase sneller doorlopen dan een andere fase. In elke fase staan een aantal competenties centraal: competenties op het gebied van gedrag, sociale vaardigheden en praktische vaardigheden. De leerling werkt aan deze competenties en bij voldoende ontwikkeling en beheersing hiervan, stroomt hij/zij vervolgens door naar de volgende fase. Dit kan in de toekomst betekenen dat de ene leerling bijvoorbeeld 6 maanden in fase B zit en de andere leerling bijvoorbeeld anderhalf jaar in dezelfde fase. Wij doen op deze manier meer recht aan de specifieke ontwikkelingsfase waarin de leerling zit, maar ook aan de tempoverschillen tussen leerlingen. Hoe zien de fases er dan uit? Fase A: Instroom VO, aanleren algemene basisvaardigheden. Fase B: Uitbreiding basisvaardigheden en praktische vaardigheden. Fase C: Stagevaardig worden: uitbreiding en verdieping sociale en praktische vaardigheden. Fase D: Oriënterende stage. Met de leerlijn informatiekunde leren wij de leerlingen omgaan met de computer en bereiden we ze specifiek voor op het gebruik van ICT (Informatie- en CommuninicatieTechnologie) in onze samenleving (recreatie, e-mail, social Media, internet), in het werk (Word, Excel, Powerpoint) en op school (informatie opzoeken, maken, opslaan en printen van opdrachten). In de leerlijn sociale competentie besteden we veel aandacht aan communicatieve en sociale vaardigheden die onmisbaar zijn om in het dagelijks leven te kunnen functioneren. Samenwerken, jezelf presenteren en omgaan met kritiek komen daarbij aan de orde. • Sport & Spel • CKV (Culturele en Kunstzinnige Vorming) We besteden aandacht aan de lichamelijke ontwikkeling van de leerlingen middels het vak sport & spel. Het vak CKV is een kennismaking met allerlei kunstvormen zoals beeldende kunst, dans, muziek, toneel, fotografie en film. 7 Het is ook een praktisch vak waarbij expressie centraal staat. Vaak wordt hierbij getekend, geschilderd of gemusiceerd. In de onderbouwgroepen organiseren we een project, waarbij zowel activiteiten sport & spel als culturele activiteiten (CKV) worden aangeboden op een vaste tijd in het rooster, namelijk vrijdagmiddag het 5e en 6e lesuur. •Arbeidsoriëntatie In fase C krijgen de leerlingen het vak ‘arbeidsoriëntatie’ Zij oriënteren zich in de volgende sectoren: Zorg & welzijn, Bouw & techniek, Groen & leefomgeving en Detail & handel. Vast onderdeel van iedere oriëntatie is een excursie m.b.t. de desbetreffende sector. Daarnaast wordt de leerling ook voorbereid op de stage met de nadruk op veiligheid. We gebruiken hiervoor de methode ‘veilig op stage’, die de leerling kan afronden met een certificaat. Dit is een voorloper op VCA. (Veiligheid, gezondheid en milieu Checklist Aannemers). •Arbeidstraining Dit is een voorbereiding op stage en wordt, afhankelijk van de ontwikkeling van de leerling, in de laatste fase van de onderbouw opgestart (fase C). We onderscheiden interne en externe arbeidstraining. Bij externe Lessentabel O1 O2 arbeidstraining worden vaardigheden getraind en geoefend op een bedrijf onder begeleiding van een leerkracht en bij interne arbeidstraining gebeurt dat op school met opdrachten/werkzaamheden vanuit het bedrijfsleven. •Stage Vanaf fase D gaan leerlingen praktische vaardigheden ontwikkelen en werkervaring opdoen bij een bedrijf of instelling. Op school gaan we de praktijkvakken, daar waar mogelijk, aanpassen aan de stage. Vooral in fase E en F wordt dit nog specifieker door de branchegerichte cursus die de leerling dan gaat volgen (zie hfst. 10.4). •Mentoruur/coaching In iedere fase hebben de leerlingen op een vast tijdstip één mentoruur per maand en de andere momenten coaching. Tijdens het mentoruur wordt aandacht besteed aan regels en afspraken in de school, het welzijn (de sociaal emotionele ontwikkeling), de voortgang (het leren en de leerresultaten) en de schoolloopbaan van de betreffende leerlingen. Iedere leerling heeft een eigen coach. Coaching is individueel en bestaat uit gesprekken waarbij de coach (leraar), één op één, de leerling begeleidt bij het benutten van de eigen mogelijkheden. Samen met de coach gaat de leerling zijn eigen IOP samenstellen en invullen. O3 B1¹ B2¹ B3 Mentoruur/coaching 111 1 1 1 CKV + Sport & spel² 5 5 1 1 Praktijklessen³ 10 10 10(8)10(8/6) 5(4) 3(2) 4-6 4 Arbeidstraining4 44 Stage 15-18 15-18 (2dagen) 24-27 24-27 (3 dagen) Theorie 171717 7(8-18) Nederlands & lezen 4 4 4 3 (2) Rekenen & Wiskunde 3 3 3 3 (2) Cultuur & Maatschappij (burgerschap)4 4 3 2 (1) Informatiekunde 3 3 3 2 (1) Sociale Competentie 2 2 2 3 (2) Engels 111 1 Arbeidsoriëntatie1 6-10 PLP (Persoonlijk LeerPlan)52 6-106 Totaal 33 3333-34433-36 33-36 6 33-36 ¹ In B1 en B2 (bovenbouw) is het aantal lesuren theorie en praktijk mede afhankelijk van het aantal dagen stage (géén stage, 2 of 3 dagen stage) De leerlingen uit fase D die al ‘stagegeschikt’ zijn, hebben stage op maandag en dinsdag of donderdag en vrijdag. Daarmee vervallen voor hen de lessen op maandag en dinsdag of donderdag en vrijdag. ² In fase A t/m D hebben de leerlingen één vast lesuur CKV en twee vaste lesuren per week Sport & spel. De andere 2 lesuren zijn keuze-uren (Sport & spel of CKV) in project vorm op de vrijdagmiddag. Daarbij kan er na een periode van ongeveer 6 à 8 weken een nieuwe keuze gemaakt worden. In geval van arbeidstraining en stage kunnen de lessen Sport & Spel en/of CKV in fase C en D met 1 of 2 lessen verminderd worden. ³ In de onderbouw (01 en O2) krijgen de leerlingen ’alle’ praktijk praktijkvakken aangeboden. Vanaf fase C (mede afhankelijk van persoonlijke loopbaanoriëntatie) zijn er keuzeblokken (een lesblok = 2 lesuren van 50 minuten) tussen Praktijk & Loopbaan Algemeen en Praktijk & Loopbaan Consumptief (= koken en catering). Praktijk & Loopbaan Algemeen betreft houtbewerking, schilderen, metaal & lassen, fietstechniek, plant en dierverzorging (groen). In fase E en F staan de gekozen praktijklessen in het kader van branchegerichte cursussen. 4 Arbeidstraining start in fase C. Deze Arbeidstraining heeft een omvang van 4 lesuren en vervangt de ‘gebruikelijke’ lesuren van het betreffende dagdeel (dinsdagmiddag of 5 donderdagmiddag). Bij arbeidstraining komt het totaal aantal lesuren in fase C op 34. In de bovenbouw vanaf fase D wordt er gestart met zgn. PLP-uren (PLP = Persoonlijk Leerplan). De inhoud tijdens deze lesuren is mede afhankelijk van het uitstroom profiel en keuzes van leerlingen. Het kan een extra theorievak (bv, Nederlands & Lezen, Rekenen & Wiskunde en/of Engels) zijn, maar bijvoorbeeld ook een cursus die leidt tot een certificaat. Bij de theorie-uren kunnen we nog onderscheid maken tussen leermaterialen van PrOmotie en de methode ‘Deviant’ die voorbereidt op een aansluiting niveau 1 ROC/AOC. ( ) Minimaal aantal beschikbare lessen bij arbeidstraining of stage. 8 3.2 | Samenstelling van het team Hieronder ziet u welke mensen er werken binnen onze school. Tevens wordt aangegeven hoe zij per mail te bereiken zijn. •Directeur Dhr. Hans van Gent •Administratie Mw. Jolanda Martens Dhr. Henk Teelen •Stagecoördinator Dhr. Jacques van der Hee • Coördinator onderbouw (onderbouwgroep 1, 2 en 3 = O1, O2 en O3) Mw. Simone van Duuren • Coördinator bovenbouw (bovenbouwgroep 1, 2 en 3 = B1, B2 en B3) Mw. Elly Vergeer •Zorgcoördinator Mw. drs. Anouk Rutten Theoriedocenten Mw. Evelina Boonstra Mw. Joanne van Doornmaal Mw. Simone van Duuren Mw. Marloes van den Heuvel Mw. Dorethé de Leeuw Mw. Emely de Louw Mw. Engelina Theunissen Mw. Elly Vergeer Mw. Maaike Groot Mw. Engelina Theunissen • Agressie regulatietrainer Mw. drs. Anouk Rutten Mw. Maaike Groot [email protected] [email protected] [email protected] Groepsleraren en mentoren • Onderbouw 1 (O1) Mw. Marloes van den Heuvel [email protected] • Onderbouw 2 (O2) Mw. Engelina Theunissen [email protected] Mw. Dorethé de Leeuw [email protected] Tijdelijk mw. Maaike Groot [email protected] (vervanging) • Onderbouw 3 (O3) Mw. Emely de Louw [email protected] Mw. Simone van Duuren [email protected] • Bovenbouw 1 (B1) Mw. Evelina Boonstra [email protected] • Bovenbouw 2 (B2) Mw. Joanne van Doornmaal [email protected] • Bovenbouw 3 (B3) Mw. Elly Vergeer [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] Externe ondersteuners/medewerkers binnen onze school • Orthopedagoog (didactische leerlingenbegeleiding) Mw. Saskia Dijkstra MSc [email protected] • Ambulant ondersteuner Mw. Mirjam Wonders [email protected] • Ambulant begeleider Dhr. Frank Saris [email protected] • Maatschappelijk werker Mw. Hilda van den Eerenbeemt [email protected] •Leerplichtambtenaar* Mw. Irma Evers [email protected] • Schoolagent Mw. Monique Loeffen •Jeugdarts Mw. Marie José Brinkhof [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] Vakdocenten • Sport & Spel Mw. Maaike Groot [email protected] • Praktijk & Loopbaan (techniek) Dhr. Jacques van der Hee [email protected] Dhr. Jan Kraaij [email protected] • Praktijk & Loopbaan (Plant & dier) Jacques van der Hee [email protected] • Praktijk & Loopbaan (consumptief) Mw. Jopie van Rijsingen [email protected] Mw. Hannelore van Ooijen [email protected] • Praktijk & Loopbaan (verzorging) Mw. Jopie van Rijsingen jvanrijsingen@prodebrug Mw. Hannelore van Ooijen [email protected] •Docentondersteuner Praktijk en arbeidstraining Dhr. Guus Hogerwerf [email protected] •Docentassistent Praktijk (consumptief en verzorging) en theorie Mw. Monique Henraath [email protected] •Stagebegeleiders Dhr. Jan Kraaij [email protected] Dhr. Jacques van der Hee [email protected] Mw. Elly Vergeer [email protected] •Psycholoog Mw. drs. Anouk Rutten [email protected] • Sociale vaardigheidtrainer Mw. Marloes van den Heuvel [email protected] * Mw. Irma Evers is onze contactpersoon/ondersteuner voor leerplichtzaken m.b.t. onze school in het algemeen en specifiek voor de leerlingen uit de gemeente Zaltbommel. Zie voor leerplichtambtenaren uit andere gemeenten hoofdstuk 6.8. 9 Hoofdstuk 4 | De dagelijkse onderwijspraktijk vriendinnen die geen leerlingen van onze school zijn, is niet toegestaan. 9. In de klas staat je mobiele telefoon uit en heb je de mobiele telefoon opgeborgen. Je mag alleen de mobiele telefoon gebruiken na toestemming van de leraar. 10.Het is niet toegestaan digitale foto’s of geluidsopnames met je mobiel (of anderszins) te maken. Het verspreiden van foto’s, filmpjes of geluidsopnames zijn strafbare feiten en kan schorsing tot gevolg hebben. Bij constatering hiervan worden ouders op de hoogte gesteld en wordt door de school altijd melding gedaan bij politie. 11.Eten, snoepen, drinken tijdens de lessen is niet toegestaan. 12.Je ruimt je afval netjes op, en je laat de lokalen netjes achter. 13.In het schoolgebouw en tijdens (buiten)lessen draag je geen petten of hoofddeksels. Als iemand uit geloofs overtuiging in conflict komt met deze regel, wordt per individueel geval bekeken of ontheffing verleend kan worden. 14.In de klas draag je géén buitenkleding (zoals jassen en dassen). 15.We uiten geen racistische en discriminerende taal. We accepteren niet dat er racistische, seksistische of discriminerende afbeeldingen en of teksten voorkomen op affiches, in de agenda’s, op de schriften en de boeken e.d. Bij constatering worden ouders/verzorgers op de hoogte gesteld en bij herhaling kan het schorsing tot gevolg hebben. 16.De kleding die je draagt mag niet aanstootgevend of uitdagend zijn voor anderen. Denk daarbij aan te diep uitgesneden blouses en truitjes en te korte blouses of truitjes. Hierbij geldt ook dat op de kleding geen aanstootgevende (discriminerende of racistische) teksten of tekens (b.v. hakenkruizen) mogen staan. 17.We schelden een ander niet uit, doen niet mee aan pesten en we bedreigen een ander niet. Grappen, gedragingen of opmerkingen met seksueel getinte, vernederende strekking ten aanzien van anderen worden niet getolereerd. 18.We gebruiken binnen en buiten de school geen geweld ten opzichte van leerlingen en personeel. Dat geldt ook voor de weg van school naar huis en andersom. Bij constatering hiervan worden ouders/verzorgers op de hoogte gesteld en kan het schorsing tot gevolg hebben. 19.Je mag op school en op het schoolterrein niet roken. Bij constatering worden ouders/verzorgers op de hoogte gesteld. 20.Sieraden of haardracht die tijdens de lessen gevaar op kunnen leveren voor je zelf of voor de medeleerlingen, mogen tijdens die lessen niet gedragen worden, of moeten worden afgeplakt (denk daarbij aan gymnastiek of technieklessen). 21.Gebruik van of het in bezit hebben, of het verhandelen van drugs is verboden. Bij constatering hiervan volgt een schorsing en kan zelfs verwijdering van school tot gevolg hebben. De ouders worden hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld. Er wordt door school altijd melding gedaan bij de politie. 22.We nemen geen alcohol mee naar school. Bij constatering worden ouders/verzorgers op de hoogte gesteld en kan het schorsing tot gevolg hebben. 23.Gebruik en het in bezit hebben van vuurwerk op het schoolterrein is niet toegestaan en kan schorsing tot gevolg hebben. 4.1 | Lestijden en pauzes Rooster* les 1 les 2 pauze les 3 les 4 lunchpauze les 5 les 6 pauze les 7 les 8 08.20 09.10 - - 09.10 10.00 10.15 11.05 - - 11.05 11.55 12.15 13.05 - - 13.05 13.55 14.10 - 15.00 15.00 - 15.50 * Bij studiemiddagen op maandag is er een aangepast rooster waarbij leerlingen na het 4e lesuur uit zijn; zie hoofdstuk 11.1. 4.2 | Reglement voor de leerlingen In de dagelijkse praktijk binnen de school, maar ook daar buiten, hebben we ons allemaal te houden aan een aantal afspraken, met andere woorden: er zijn bepaalde normen en waarden waarmee wij hebben om te gaan om het onderwijs zo goed mogelijk te kunnen laten verlopen. Voor de leerlingen is er daarom een reglement opgesteld zodat iedereen (leerlingen, leraren en ouders) weet welke afspraken er zijn gemaakt. 1. Je mag vanaf 8.00 uur op school aanwezig zijn. Je bent dan in de kantine of op het schoolplein en je bent niet voor de school of bij de kantoren naast de school. De deur is open van 8.00 - 8.20 uur en bij het begin van de volgende les (9.00 - 9.10 uur). 2. Voor 8.20 uur mag je niet in de lokalen zijn. 3. Wanneer je te laat komt, moet je door de hoofdingang en moet jij je eerst melden bij de leraar waar je te laat bent. Bij te laat komen zonder geldige reden moet je de volgende ochtend om 8.00 uur melden bij Mw. Joanne van Doornmaal (maandag, dinsdag en woensdag) of bij Dhr. Guus Hogerwerf (donderdag en vrijdag). Bij afwezigheid van bovengenoemde leraren melden bij Mw. Evelina Boonstra. 4. Bij 3 x te laat komen (zonder geldige reden) lever je een vrije middag in (vanaf 14.00 uur). Je ouders worden via het rapportageboekje op de hoogte gebracht. 5. Waardevolle spullen leg je in je eigen kluisje, vooral tijdens een gymles. De school is niet aansprakelijk voor het verdwijnen van waardevolle spullen van de leerlingen. Zij kunnen dat in de kluisjes leggen die dag en nacht door een camera worden bewaakt. De directie behoudt zich het recht voor om te allen tijde de kluisjes te controleren. 6. Bij het wisselen van de lessen of wanneer je voor je leraar een boodschap moet doen, loop je rustig door de gangen zodat anderen niet door jou gestoord worden en de lessen in de andere lokalen gewoon kunnen doorgaan. 7. In de pauzes ben je in de kantine of ben je op het schoolplein. 8. Het meebrengen naar het schoolterrein van vrienden of 10 24.Diefstal wordt gemeld aan de ouders en aan de politie en kan schorsing en zelfs verwijdering (bij herhaling) van school tot gevolg hebben. verplicht tijdens het vak Praktijk en Loopbaan Algemeen een stofjas te dragen. Zonder veiligheidsschoenen en stofjas aan, kunnen deze lessen niet gevolgd worden. De stofjassen zijn via de school aan te schaffen en dragen het schoollogo. De aanschaf van veiligheidsschoenen kunt u zelf regelen, maar kan op verzoek ook via de school aanschaft worden (kosten € 30,-). 4.3 | Medicijngebruik Voor het gebruik van medicijnen op school is een protocol opgesteld. Aanleiding hiervoor is dat steeds meer kinderen gebruik maken van medicatie. Ze moeten die medicatie ook vaak onder schooltijd hebben. Dat betekent dat leraren steeds vaker de vraag krijgen of ze aan kinderen, onder schooltijd, medicijnen willen toedienen. Indien het in het belang van het kind is en het noodzakelijk is medicijnen te gebruiken, moet het mogelijk zijn om onder schooltijd medicijnen te verstrekken. De ouders, wettelijke verzorgers, blijven verantwoordelijk voor het medicijngebruik van hun kinderen. Als het enigszins kan, is aan te raden dat de medicijnen thuis door de ouders gegeven worden. Protocol: • Ouders verzoeken de school zowel mondeling als schriftelijk om medicatie aan hun kind te verstrekken. Formulieren hiervoor zijn op school verkrijgbaar. • Ouders zorgen er zelf voor dat de medicijnen op school aanwezig zijn. • Er dient een etiket op de verpakking te zitten waarop staat welk medicijn het is, de hoeveelheid die per keer moet worden ingenomen, de tijd van inname en de naam van het kind. • De ouders zorgen er voor dat de bijsluiter (voor zover aanwezig) bijgevoegd is. • De medicijnen worden centraal (magazijn) bewaard. • De leerling komt zelf onder toezicht de medicijnen bij de betreffende leraar halen. Er wordt gecontroleerd of het medicijn ook echt wordt ingenomen. • Als de dosering of de tijd van verstrekking of het medicijn verandert, dient er opnieuw een formulier door de ouders/ verzorgers te worden ingevuld. • Het telefoonnummer waaronder de ouder/verzorger te bereiken is, is te vinden in het organisatieschema dat iedere leraar in bezit heeft. Tip: Om kosten te besparen i.v.m. de groei van de voeten van uw zoon/dochter bij aanschaf veiligheidsschoenen de schoenmaat iets ‘op de groei’ nemen. Voor de kooklessen hebben de leerlingen een schort nodig. Deze zijn aan te schaffen via de school. Ook hier geldt dat het verplicht is tijdens de kooklessen een schort te dragen. Indien een leerling zijn “werkkleding” vergeet dan kan de school niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele vlekken op de kleding. Mede in het kader van veiligheid zijn stevige platte schoenen verplicht. Sport en Spel Voor sport en spel gelden speciale eisen. Daarvoor is goede gymkleding verplicht. Dat kan bestaan uit een T-shirt (aan te schaffen via de school) en een korte broek. Het is verplicht dat de leerlingen tijdens de gymnastieklessen gymschoenen dragen (geen zwarte zolen!) Tijdens de gymlessen is het niet toegestaan horloges of sieraden te dragen. Sieraden die echt niet uitgedaan of afgedaan kunnen worden, dienen te worden afgeplakt met tape. Er bestaat een mogelijkheid om te douchen na de gymlessen. Wij zijn hier, uit hygiënisch oogpunt een groot voorstander van (zelf een handdoek meenemen). De directeur kan vrijstelling verlenen voor de gymlessen. Er dient dan door ouder(s)/verzorger(s) schriftelijk worden aangegeven (in het rapportageboekje) dat de leerling niet in staat is deze lessen te volgen. Informatiekunde Een eigen koptelefoontje zelf aanschaffen (= verplicht). Algemeen Een etui met daarin minstens een goed schrijvende pen, een potlood, kleurpotloden en een gum dat de leerlingen iedere dag bij zich hebben. Verder 2 ringbanden (één 23 rings voor Praktijk en één 4 rings voor de theorievakken) inclusief 10 tabbladen per ringband, een liniaal, passer, geodriehoek, zakrekenmachine (via school, zie ouderbijdrage) en een agenda (zelf aanschaffen). 4.4 | Het rooster Wij werken met een lesrooster van 50 minuten per les. Bij het opstellen van het lesrooster gaan wij uit van de leerlingen. Dit betekent dat er geen tussenuren zijn. De lestijden zoals die op een van de vorige pagina’s zijn afgedrukt betreft alle mogelijke lesuren binnen onze school. Voor de onderlinge jaargroepen kunnen er verschillen zijn. Zoals u merkt is niet meer de gehele school op een zelfde middag vrij. Per groep kan het rooster iets afwijken. Voor het vak Praktijk en Loopbaan is een rooster gemaakt zodat alle leerlingen naar verhouding alle praktijkvakken met betreffende deeltechnieken aangeboden krijgen. 4.6 | Maatregelen om lesuitval tegen te gaan Lesuitval proberen we zoveel mogelijk tegen te gaan. In die gevallen dat door afwezigheid van leraren lessen niet door kunnen gaan, wordt er zoveel mogelijk intern naar een oplossing gezocht. Bij ziekte van een leraar maken we gebruik van ‘interne vervanging’ en/of een roosterwijziging. Indien dit niet afdoende is voor een hele dag, als er bijvoorbeeld geen invallers beschikbaar zijn of als er meerdere leraren afwezig/ziek zijn, kan het voorkomen dat leerlingen bijvoorbeeld iets eerder vrij krijgen. Tussenuren komen op onze school niet voor. Bij afwijkende maatregelen wordt u altijd op de hoogte gebracht d.m.v. een brief of telefonisch contact. 4.5 | Wat heeft uw kind nodig? Praktijk en Loopbaan Voor de praktische vakken hebben de leerlingen veiligheidsschoenen en een stofjas nodig voor de veiligheid en ter bescherming van hun gewone kleding. De leerlingen zijn 11 Over het algemeen kunt u er van uit gaan dat zaken waar u zelf verlof voor krijgt van een werkgever, bijvoorbeeld een huwelijk, begrafenis, jubileum of doktersbezoek, ook voor uw kind gelden. In dit geval kunt u zich wenden tot de directeur van de school. Deze beoordeelt of extra verlof gerechtvaardigd is aan de hand van de leerplichtregeling. Dit verlof dient minimaal 2 weken van tevoren (indien mogelijk), schriftelijk te worden aangevraagd; hiervoor kan een formulier worden gevraagd bij de directeur of administratie. Alle aanvragen dienen, voor zover redelijkerwijze mogelijk, te worden vergezeld van bewijsstukken. 4.7 | De mentor Elke groep heeft een of twee mentoren. De mentor is daarbij de contactpersoon voor algemene zaken die op groepsniveau afgestemd moeten worden. Daarbij kun je denken aan informatie omtrent het rooster en allerlei activiteiten (kamp, sportdag, kerstviering, leerlingenraad etc.) binnen of buiten de school. De mentor/coach komt bij de eerstejaars leerlingen ook op huisbezoek (zie “contacten met ouders” onder 5.4 op bladzijde 15). Voor verdere (individuele) onderwijsinhoudelijke afstemming speelt de coach een belangrijke rol. Regelmatig moeten wij ouders teleurstellen die verlof aanvragen om extra op vakantie te gaan. Dit is in het algemeen niet toegestaan. Dit geldt ook bij het ontbreken van andere boekingsmogelijkheden of een reeds geboekte vakantie. Extra vakantieverlof wordt uitsluitend en alleen verleend wanneer het op grond van de specifieke aard van het beroep van één van de ouders/verzorgers niet mogelijk is om in één van de schoolvakanties op vakantie te gaan. In voorkomende gevallen zal een werkgeversverklaring gevraagd worden waaruit dat blijkt. Een dergelijke aanvraag moet minimaal 8 weken vooraf worden voorgelegd aan de directeur. Bij twijfel kunt u contact opnemen met de directeur van De Brug en/of de leerplichtambtenaar van uw gemeente. Bij aanvraag van extra verlof hanteren wij het protocol ‘schoolverzuim en meldingsplicht’ in Regio Rivierenland. 4.8 | De coach Elke leerling heeft een coach, de algemene begeleider van de leerling. De coach bouwt met de leerlingen een vertrouwensband op en is het eerste aanspreekpunt. Hij/zij praat met en luistert naar de leerlingen en ondersteunt de leerlingen met hun problemen en behartigt in voorkomende gevallen de belangen van de leerlingen. De coach zal - indien nodig en gewenst - ook een of meer gesprekken met u voeren. Mocht u vragen/opmerkingen hebben dan kunt u natuurlijk zelf ook contact opnemen met de coach van uw zoon /dochter. De coach voert in eerste instantie ook de rapportbesprekingen. 4.12 | Schorsing van een leerling De directeur van de school kan met onmiddellijke ingang een leerling voor maximaal een week schorsen. Dit gebeurt in die gevallen dat een leerling door wangedrag of herhaaldelijke overtreding van de regels, de dagelijkse gang van zaken zo belemmert, dat van gewoon onderwijs geen sprake meer kan zijn. De ouders worden mondeling of schriftelijk op de hoogte gesteld van deze maatregel en indien nodig voor een gesprek uitgenodigd. 4.9 | De leerlingenraad Op onze school is een leerlingenraad actief. Elke groep kiest twee vertegenwoordigers in deze raad. De raad wordt voorgezeten en begeleid door leraren. Enerzijds denkt de leerlingenraad mee over hoe we bijvoorbeeld activiteiten en excursies vormgeven. Anderzijds hebben zij inspraak en kunnen zij een belangrijke rol spelen bij schoolontwikkelingen, kwaliteitszorg en welbevinden binnen de school. 4.10 | Verzuim 1.Als uw zoon/dochter ziek is of om een andere reden niet naar school kan komen, dan moet dit ‘s morgens door ouder(s)/verzorger(s) tussen 8.00 en 9.00 uur gemeld worden bij de administratie (0418-540394). 2.Bij afwezigheid zonder melding worden de ouders na 10.00 uur gebeld om te vragen waarom de betreffende leerling niet op school is. 3.Spijbelen kan bestraft worden met het inleveren van vrije tijd op de vrije middag of na schooltijd. 4.Ongeoorloofd schoolverzuim wordt aan de ambtenaar van leerplichtzaken in de betreffende gemeente gemeld. 5.Probeer afspraken bij een dokter, tandarts, in het ziekenhuis of bij een orthodontist zoveel mogelijk buiten de lestijden te maken. Bij het moedwillig toebrengen van lichamelijk letsel volgt een onmiddellijke schorsing. Ouders worden daarvan mondeling en schriftelijk op de hoogte gesteld. Een afschrift van het besluit gaat naar het bestuur, leerplichtambtenaar en de inspectie. 4.13 | Verwijdering van een leerling Bij bewezen onverbeterlijkheid van wangedrag of een zeer ernstig vergrijp, kunnen we voor een leerling een procedure starten die tot verwijdering en uitschrijving leidt. Deze procedure is door het Ministerie van O, C en W (Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen) samengesteld. De verwijdering van een leerling geschiedt door het bestuur. Voordat tot verwijdering wordt besloten hoort het bestuur de leraren en de ouders. De ouders worden schriftelijk, met daarin een duidelijke motivatie, op de hoogte gebracht van de verwijdering. Een afschrift van het besluit gaat naar het bestuur, leerplichtambtenaar en de inspectie. Ouders hebben maximaal zes weken de tijd om schriftelijk bij het bestuur in beroep te gaan. Binnen vier weken reageert het bestuur 4.11 | Verlofregeling voor leerlingen Volgens de leerplichtwet moeten ouders/ verzorgers er voor zorgen dan hun kinderen naar school gaan. Extra verlof buiten de schoolvakanties om, is alleen mogelijk in bijzondere situaties. 12 Hierbij hanteren we de Leidraad kleding op school van het ministerie van OCW. De volgende richtlijnen zijn geldend: • kleding mag geen ongewenst gedrag oproepen, daarom dus geen kleding met discriminerende of bijvoorbeeld kwetsende teksten; • kleding past bij algemeen geldende fatsoensnormen, daarom doen we binnen onze jas uit, zetten we hoed of pet af en zijn we niet te bloot gekleed; • kleding maakt communicatie mogelijk, zowel verbaal als non-verbaal; • kleding mag geen gevaar opleveren. op dit bezwaarschrift, nadat overleg met de inspecteur en desgewenst met andere deskundigen heeft plaatsgevonden. Alvorens te beslissen hoort het bestuur opnieuw de ouders. De ouders hebben voor de beslissing kennis kunnen nemen van de adviezen of rapporten van een deskundige. 4.14 | Klachtenregeling Klachten algemeen Ouders die ontevreden zijn over de gang van zaken of het onderwijs op onze school, kunnen te allen tijde contact opnemen met de leraren en de directeur van de school. Mocht een eventuele klacht niet opgelost worden, dan kunnen ouders contact opnemen met de landelijke klachtencommissie. Contactgegevens: Postbus 82324 2508 EH Den Haag Telefoon: 070-3861697 Email: [email protected] Klachten ongewenste omgangsvormen Voor onze school zijn dhr. Jan Kraaij en mw. Joanne van Doornmaal de contactpersonen voor ouders, leerlingen, medewerkers en andere betrokkenen (bv. stagiaires, vrijwilligers, etc.) binnen de school die ongewenste omgangsvormen op school ervaren zoals: seksuele intimidatie, discriminatie, racisme, pesten, agressie en geweld. Zij overleggen of de vertrouwenspersoon (een jeugdarts van GGD Rivierenland te Tiel), ingeschakeld moet worden. Deze vertrouwenspersoon is beschikbaar voor vragen, klachten en moeilijke situaties. Binnen onze Stichting is de functie van vertrouwenspersoon ondergebracht bij: GGD Rivierenland, t.a.v. mw. Mariëlle Hornstra, Postbus 6062, 4000 HB Tiel, telefoon: 0344-698700. Er is tevens een meldpunt vertrouwensinspecteurs waar ook ouders voor klachtmeldingen terechtkunnen. Behalve seksuele intimidatie en seksueel misbruik, kun je hier ook terecht bij fysiek geweld, psychisch geweld, discriminatie, fundamentalisme en extremisme. Het meldpunt vertrouwensinspecteurs is telefonisch tijdens kantooruren te bereiken: 0900-1113111. Meldplicht seksueel geweld Schoolleiding, contactpersonen en vertrouwenspersonen zullen een klacht van ouders/leerlingen zorgvuldig behandelen. Bij klachten van ouders en leerlingen over de schoolsituatie, waarbij mogelijk sprake is van ontucht, aanranding of een ander zedendelict, is de school verplicht tot het doen van aangifte bij de officier van justitie. 4.15 | Kledingcode Wij respecteren in principe de vrijheid van elke leerling om zich te kleden zoals hij of zij wil. Soms past kleding van leerlingen of de wijze waarop ze gedragen worden niet bij onze basisregels (zie 4.2). 13 Hoofdstuk 5 | Praktijkonderwijs en leerlingbegeleiding 5.2 | Hoe wordt het functioneren van de leerlingen gevolgd? De ontwikkeling van de leerling wordt nauwlettend gevolgd. Hierbij wordt niet alleen gedacht aan de leervorderingen, maar ook aan de sociaal-emotionele ontwikkeling. Het laatste is van niet te onderschatten belang, omdat deze ontwikkeling mede bepalend is op welke wijze de leerling optimaal kan functioneren in de maatschappij. 5.1 | Toelatingsprocedure Ouders melden op advies van (speciale) basisscholen of andere instellingen hun kind aan op De Brug. Nadat de basisschool alle benodigde informatie heeft aangeleverd, worden ouders uitgenodigd voor een ‘kennismakingsgesprek’. Dat kennismakingsgesprek wordt gevoerd door de zorgcoördinator en onderbouwcoördinator of directeur van De Brug. Om officieel toegelaten te worden tot het Praktijkonderwijs moet de school de leerling aanmelden bij de Regionale Verwijzingscommissie (RVC) te ’s-Hertogenbosch. Om informatie op te sturen naar de RVC moeten ouders schriftelijk toestemming geven. De toelatingscriteria voor het Praktijkonderwijs zijn als volgt: • De leerling heeft een IQ dat ligt tussen de 60 en 80. • Op minstens twee van de 4 domeinen lezen, spelling, begrijpend lezen en inzichtelijk rekenen heeft de leerling een leerachterstand van 3 jaren of meer. • Daarnaast kunnen sociaal-emotionele factoren een rol spelen. Deze ontwikkeling wordt structureel gevolgd en besproken tijdens coachingsgesprekken (coach - leerling). De ontwikkelpunten krijgen binnen het coachingsgesprek een duidelijke plaats. In deze coachingsgesprekken zien we een relatie tussen: “Wat willen/kunnen we (leraar en leerling) en waar gaan we voor (plannen/doen)”. Het doel van coachingsgesprekken is de leerlingen te coachen/ begeleiden in hun ontwikkeling. Afspraken die in het coachingsgesprek gemaakt worden, worden doorgevoerd in het individueel ontwikkelingsplan (IOP) van de betreffende leerling. Op deze manier zijn coachingsgesprekken een methode om onderwijs op maat te realiseren en leerlingen met recht op inspraak te betrekken bij hun eigen leertraject. Behalve coachingsgesprekken zijn er diverse overlegmomenten om de leerlingenzorg te borgen. Op het schema hieronder ziet u hoe de leerlingenzorg op onze school is opgebouwd. Nadat de leerling formeel is toegelaten en ingeschreven op De Brug, wordt een Ontwikkelingsperspectief (OPP) opgesteld. Tijdens de eerste schoolweken wordt ook per groep een plan van aanpak gemaakt (groepsplan) en voor elke leerling een Individueel Ontwikkelingsplan (IOP). Zorgstructuur Directeur 1x per week IC-overleg (Interne Coördinatie) •Leerplichtambtenaar • Maatschappelijk werkster •Schoolarts •MEE • evt. andere deskundigen Coördinator Zorg Extern zorgoverleg ZAT 1x / 6 weken Coördinator Onderbouw bouwvergaderting 1 x / maand bouwvergaderting 1 x / maand Mentoren/coaches Onderbouw 14 Coördinator Bovenbouw Mentoren/coaches Bovenbouw Coördinator Stage stage overleg 1 x / maand Stagebegeleiders 5.3 | Het Ondersteuningsprofiel De coach van de leerlingen die voor het eerst bij ons op school zijn, legt minimaal eenmaal een huisbezoek af bij de ouders / verzorgers van de leerling. Hierbij worden o.a. de volgende zaken doorgenomen: • de ontwikkeling van de leerling op school • het functioneren van de leerling thuis • de relatie ouders / school • de verwachtingen voor de toekomst De wet op Passend Onderwijs schrijft voor dat iedere school een Ondersteuningsprofiel heeft. In het Ondersteuningsprofiel staat een overzicht van het aanbod van onze school op het gebied van zorg. Het gaat dan om 3 niveaus van zorg, namelijk: basiszorg in de klas, basiszorg op schoolniveau en extra zorgaanbod. Het Ondersteuningsprofiel van onze school is terug te vinden op onze website. Daarnaast wordt elke 4 jaar een Ondersteuningsplan gemaakt. Hierin staan de speerpunten van school: • wat wil onze school in dat schooljaar bereiken (doelen) • en hoe gaan we dat doen (stappenplan)? De afspraken en actiepunten worden door de coach verwerkt in het leerlingvolgsysteem. Voor leerlingen die stage gaan lopen worden de ouders voor besprekingen uitgenodigd op school. Ook deze afspraken worden vastgelegd in het leerlingvolgsysteem. In de loop van het schooljaar worden er informatieavonden georganiseerd. Ouders van ‘nieuwe’ leerlingen krijgen aan het begin van het schooljaar op deze avond informatie over het schooljaar. Tevens is er dan de mogelijkheid om nader kennis te maken met de leraren. Er is ook een avond waarbij gericht informatie wordt gegeven over stagebeleid of ontwikkelingen binnen het Praktijkonderwijs. Stelselherziening Wettelijk is besloten dat met de komst van Passend Onderwijs de indicatie cluster 3 en 4 gaan verdwijnen evenals de leerlinggebonden financiering (de zgn. “rugzak”). Wat blijft staan is thuisnabij onderwijs, met goede ondersteuning voor iedere leerling. Met het in werking treden van Passend Onderwijs schrijft de wet voor dat iedere school een ‘Ondersteuningsprofiel’ heeft. Dit is een vastgestelde omschrijving van de basisondersteuning en de eventuele extra ondersteuning die elke school biedt. Minimaal vier keer per jaar wordt er een nieuwsbrief verspreid. Hierin worden opgenomen het laatste nieuws van de school, de agenda voor de komende periode en andere mededelingen die voor de ouders en leerlingen van belang zijn. Indien de ontwikkeling van uw kind niet loopt volgens het verwachtingspatroon, of heeft u nog vragen, dan hechten we veel waarde aan extra contacten. Wacht hiermee niet te lang! 5.4 | Contacten met ouders Naast het kennismakingsgesprek en de bespreking van de aanzet tot een IOP (Individueel OntwikkelingsPlan) worden er regelmatig gesprekken gevoerd met de ouders in het kader van de ontwikkeling van hun kind. De IOP-besprekingen zijn hierbij essentieel. Hiermee willen we de betrokkenheid van ouders vergroten en de manier van opbrengstgericht werken voor u inzichtelijker maken. In de eerste 6 weken van het schooljaar maken de leraren met en voor alle leerlingen een IOP. In oktober, nog voor de herfstvakantie, worden er oudergesprekken gepland waarbij de eerste opzet van het IOP met de ouders en leerlingen besproken kan worden. Tweemaal per jaar (in 2 semesters) wordt voor elke leerling een rapport samengesteld. Dit is in de maand januari en vlak voor de zomervakantie. De ouders worden voor deze rapportbespreking uitgenodigd op school. We vinden het van groot belang om samen met de ouders de ontwikkeling door te spreken en doen dan ook een dringend beroep op de ouders om samen met hun zoon of dochter te komen op deze bespreking. Tevens willen wij hierbij van de gelegenheid gebruik maken om het IOP van het betreffende semester met u te evalueren. Deze evaluatie kan weer gebruikt worden bij het stellen van nieuwe doelen voor de volgende periode. In fase A en fase B ligt de nadruk binnen het IOP vooral op de basisvorming, In fase C zal stageschiktheid en vanaf fase D zal stagevoortgang een belangrijk aandachtspunt zijn. Uiteindelijk zullen we ons binnen de IOP-gesprekken in de laatste ontwikkelingsfase(s) vooral richten op de transitie, de overgang naar arbeid. We spreken ook wel van ITP (Individueel Transitie Plan). Dit is een onderdeel van het IOP. Bij verhindering tijdens ouderavonden maken we, indien wenselijk, een andere afspraak. In principe heeft u een afspraak met de coach, maar het is ook mogelijk om met andere docenten een afspraak te maken. 15 Hoofdstuk 6 | Samenwerking met personen en instellingen De betrokken docenten en de coach zijn verantwoordelijk voor het onderwijsaanbod (reguliere handelingsplanning is de eerstelijns zorg). Indien er problemen zijn bij het afstemmen op de juiste instructie en/of ondersteuningsbehoeften kan de leraar / mentor ondersteuning vragen bij de bouwcoördinator en/of zorgcoördinator (tweedelijns zorg). Maar soms geeft ook dit onvoldoende resultaat en blijkt dat een leerling veel leer- of gedragsproblemen heeft, waar hij of zij niet goed uitkomt. Dan komt de derdelijns zorg in beeld. Om de juiste acties en het juiste vervolgtraject te bepalen, kan een leerling dan besproken worden in het interne zorgoverleg (IC). In dit IC-overleg, dat wekelijks plaatsvindt, hebben de directeur, psycholoog / zorgcoördinator en beide bouwcoördinatoren zitting. Indien nodig, kan een leerling ook besproken worden in het extern zorgoverleg (ZAT). Deze bestaat, naast de psycholoog / zorgcoördinator vanuit school, uit enkele externe deskundigen, te weten de leerplichtambtenaar, maatschappelijke deskundige, schoolarts, een medewerker van Bureau Jeugdzorg en een deskundige vanuit MEE. Elke leerling kan, indien wij dat nodig vinden, besproken worden in het IC-overleg of het ZAT. Als ouders heeft u bij de aanmelding van uw zoon/dochter bij ons op school hier een toestemmingsverklaring voor getekend. Uiteraard wordt u door een lid van het zorgteam op de hoogte gebracht van de bevindingen en de vervolgacties. 6.1 | De jeugdarts De jeugdarts is verbonden aan de GGD Rivierenland. Indien wenselijk / noodzakelijk, wordt zij ingeschakeld bij de begeleiding van onze leerlingen. Als de jeugdarts een leerling moet onderzoeken, dan worden ouders hiervan op de hoogte gesteld. 6.2 | Schoolmaatschappelijk werk De Brug maakt gebruik van de deskundigheden van een maatschappelijk werker. De maatschappelijk werker maakt deel uit van ons Zorg Advies Team (ZAT) en is betrokken bij de begeleiding van onze leerlingen. In deze functie treedt hij/zij dan ook in contact met de ouders. In overleg met de ouders wordt gezamenlijk geprobeerd een oplossing te vinden voor eventuele problemen. Dit kan bijvoorbeeld betekenen hulp aan uw kind, maar ook ondersteuning voor in de thuissituatie. Natuurlijk kunt u zelf ook hulp vragen als u dit nodig vindt. 6.3 | De arbeidsconsulent Bij MEE (Sociaal Pedagogische Dienst) werken ook arbeidsconsulenten die in overleg met school een bijdrage kunnen leveren richting arbeid. Doordat niet alle leerlingen volledig ingezet kunnen worden in bedrijven en instellingen is het mogelijk om met behulp van subsidies toch een arbeidsplaats te realiseren. De arbeidsconsulent helpt de school en de ouders om door deze ingewikkelde wetgeving de goede weg te vinden. 6.5 | Contactpersoon seksuele intimidatie Is er naar uw mening sprake van seksuele intimidatie, dan kunt u of uw zoon/dochter terecht bij de contactpersonen seksuele intimidatie. Voor onze school zijn dat dhr. Jan Kraaij en mw. Joanne van Doornmaal. Heeft u vragen over dit onderwerp dan kunt u hiervoor bij deze contactpersonen terecht. 6.6. | Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld 6.4 | Inschakeling coach of coördinator We kunnen ons voorstellen dat er zorgen voor of problemen met uw kind zijn die u het liefst bespreekt in een vertrouwde omgeving en met een bekend persoon. In de eerste plaats kunt u hiervoor terecht bij de coach van uw kind. Daarnaast is het natuurlijk ook mogelijk om met de bouwcoördinator, zorgcoördinator en/of de directeur van De Brug deze problemen te bespreken. Samen kunnen we dan proberen om tot een oplossing te komen. De overheid verplicht het onderwijs een Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld te gebruiken. Deze meldcode bestaat uit een overzichtelijk stappenplan waarin staat wat school moet doen wanneer ze te maken krijgen met (vermoedens van) geweld. Het doel van de meldcode is kinderen/jongeren te beschermen tegen geweld, geweld zo snel mogelijk te stoppen en medewerkers in het onderwijs te ondersteunen in het nemen van de juiste besluiten in deze complexe problematiek. Leerlingzorg en overlegstructuur In onderstaand schema worden de stappen van begeleiding van een leerling aangegeven en de relaties met de verschillende overlegvormen binnen de school. Eerstelijns Tweedelijns Derdelijns zorg zorg zorg Betrokken leraar Leraar/coach Evt. ext. deskundigen + coach + ondersteuning (schoolarts, maatsch. bouwcoördinator deskundige) vanuit of zorgcoördinator IC-overleg en/of ZAT 6.7 | Preventie project politie Onze school doet mee aan het project preventie door de politie. Eenmaal per maand komt er een agent (een vast contactpersoon) op school om preventief met leerlingen in contact te treden. Op die manier wordt er een vertrouwensbasis gekweekt zodat bij calamiteiten op een snelle en vertrouwde manier kan worden ingegrepen. Politie is partner in veiligheid. De ‘schoolagent’ speelt mede een rol bij het informeren en adviseren inzake veiligheid, het vroegtijdig signaleren van risicovol gedrag bij jongeren en 16 samenhangen met het leren en de omgang met elkaar binnen de school. Buurtzorg Jong richt zich op problemen die samenhangen met de (psychische) gezondheid, het thuismilieu en/of buurt en vrije tijd. De samenwerking tussen school en Buurtzorg Jong kenmerkt zich door een integrale aanpak richting de jongere en het gezin. Beide gaan uit van de eigen kracht en het netwerk van het gezin en benutten deze waar mogelijk. het doorverwijzen richting zorg en hulpverlening. Hiermee willen we de relatie tussen veiligheids- en zorgbeleid van de school versterken. Het netwerk en geïntegreerde toepassing van zorg en veiligheid heeft ons inziens een meerwaarde. Denk hierbij aan de rol van de coach van de leerlingen, coördinatoren, de vertrouwenspersoon, Zorg Advies Team en schoolagent. 6.8 | Leerplichtambtenaar In het kader van leerplicht wordt landelijk strenger gecontroleerd en harder opgetreden. Ouders die hun kind regelmatig ziekmelden zullen eerder opgeroepen worden voor onderzoek door de leerplichtambtenaar. Als school zijn wij verplicht alle vormen van verzuim, inclusief ziekmeldingen en te laatkomers, te registreren en door te geven aan de leerplichtambtenaar. Vooral ziekmeldingen direct voor of direct na de officiële schoolvakanties kunnen rekenen op extra controle en onderzoek. Uiteraard hopen wij dat onze leerlingen en ouders hun verantwoording hierin nemen en de geldende regels naleven. School en Buurtzorg Jong werken daarom nauw samen, liefst in een zo vroeg mogelijk stadium en in de eigen omgeving van de jongere. Alleen dan kunnen jongeren zich optimaal ontwikkelen en kan escalatie van problemen worden voorkomen. Iedere school heeft vaste contactpersonen binnen Buurtzorg Jong die rechtstreeks benaderd kunnen worden door de zorgcoördinator van de school. Dit gebeurt altijd in goed overleg met ouders/verzorgers. Uitwisseling van persoonsgebonden informatie tussen onderwijs en professionals uit Buurtzorg Jong voldoet altijd aan de wettelijke eisen ten aanzien van gegevensuitwisseling. U kunt als ouders deze professionals ook zelf benaderen als u een vraag heeft. Zie daarvoor onderstaande contactgegevens. Regelmatig hebben wij contact met de leerplichtambtenaar van de gemeente Zaltbommel die tevens lid is van het Zorg Advies Team (ZAT). Daarnaast onderhouden wij ook contacten met de leerplichtambtenaren van de gemeenten waarvan inwoners onze school bezoeken. Buurtzorg Jong is een onderdeel van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Buurtzorg Jong Bommelerwaard is vijf dagen in de week bereikbaar op 0612597553 of [email protected]. Iedereen kan Buurtzorg Jong inschakelen; aan de hulp zijn geen kosten verbonden. Zie voor meer informatie ‘www.cjgzaltbommel.nl’ Contactgegevens leerplichtambtenaar: •Zaltbommel Mw. Irma Evers [email protected] •Maasdriel Mw. Sylvia Wolters [email protected] Onderwijs & Centrum voor Jeugd en Gezin Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) is een inlooppunt voor gezinnen. Ouders, kinderen, jongeren tot 23 jaar en professionals kunnen hier terecht met alle vragen over opvoeden en opgroeien. In het centrum geven deskundige medewerkers tips en begeleiding. Ook werken er verschillende jeugd(gezondheids)zorgorganisaties samen. Dit centrum biedt advies, ondersteuning en hulp op maat. Hierbij zijn diverse organisaties betrokken. 6.9 | Convenant ‘veilige school Bommelerwaard’ voortgezet onderwijs Scholengroep Cambium, school voor praktijkonderwijs De Brug, de politie en de gemeenten Maasdriel en Zaltbommel hebben dit convenant getekend. Dit is het resultaat van een gezamenlijke overeenkomst om in nauwe samenwerking te staan voor veiligheid op school èn de manier waarop we dat samen willen vormgeven. Dat betekent dat er een gezamenlijke verantwoordelijkheid is voor het optimaliseren van veiligheidsbeleving binnen de schoolomgeving. In het convenant staat een handelingsprotocol die aangeeft welke stappen moeten worden gezet bij het afhandelen van grensoverschrijdend gedrag. Zo bereiken we dat er door de scholen in Zaltbommel op een eenduidige en consequente wijze gereageerd wordt op grensoverschrijdend gedrag. Het gehele convenant kunt u terugvinden op onze website: www.prodebrug.nl Basisfuncties van een CJG Het CJG kent vijf basisfuncties. Het centrum biedt allereerst een inloop voor vragen van ouders en jongeren over opvoeden en opgroeien. Daarnaast geeft het laagdrempelig advies en ondersteuning, zodat gezinnen zichzelf kunnen redden. Het biedt gezinnen tijdig hulp om het ontstaan van problemen te voorkomen en het coördineert de zorg volgens het principe ‘één gezin, één plan’. Dit betekent dat de zorg op elkaar afgestemd moet zijn als meer leden van een gezin hulp (nodig) hebben. Tot slot brengt het centrum jeugdigen en gezinnen met risico’s en problemen in beeld. 6.10 | Organisaties voor Jeugdhulp Voor meer informatie kunt u de website www.cjgzaltbommel.nl raadplegen. Op school kunt u met uw vragen ook bij de zorgcoördinator terecht. Samenwerking met jeugdhulp voor leerlingen die extra zorg nodig hebben. Scholen werken al lange tijd intensief samen met jeugdhulp. Het zijn bijna altijd een schoolmaatschappelijk werker en een jeugdarts en/of jeugdverpleegkundige. Vanaf 1 januari a.s. zijn de gemeenten verantwoordelijk voor de gehele jeugdhulp. Vanaf die datum kunnen de scholen bij Buurtzorg Jong een beroep doen op preventie, ondersteuning en jeugdzorg. De school richt zich op problemen die 17 Hoofdstuk 7 | Resultaten van ons onderwijs 7.2 | Uitstroom 7.1 | Resultaten schoolverlaters Het afgelopen jaar hebben 21 leerlingen de school verlaten. Hiervan zijn: • 6 leerlingen ingestroomd in het reguliere arbeidsproces met een arbeidscontract • 8 leerlingen met een arbeidscontract die een deeltijd opleiding volgen op een ROC/AOC (BBL-traject) • 2 leerlingen die een volledige dagopleiding gaan volgen op een ROC (BOL-traject) • 4 leerlingen naar een andere school gegaan (3 VSO, 1 PrO) • 1 leerling niet geplaatst en kiest voor een eigen weg. Anders dan bijvoorbeeld het Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs (VMBO) waar leerlingen een diploma halen binnen een aantal jaren, heeft De Brug een ander einddoel. Leerlingen verlaten onze school op het moment dat zij zoveel mogelijk zekerheid hebben op een arbeidsplaats of als er een overstap naar het MBO (= Middelbaar Beroeps Onderwijs, b.v. ROC of AOC) gemaakt kan worden. Bij het verlaten van De Brug krijgen de leerlingen een getuigschrift. Door gerichte stagebegeleiding vanaf fase D is het voor ons mogelijk om in bijna alle gevallen voor een arbeidsplaats te zorgen. Daarbij zijn er mogelijkheden voor onze leerlingen om rechtstreeks in te stromen in het vrije bedrijf of in te stromen in het vrije bedrijf met subsidiemogelijkheden. Dit zal in de toekomst in samenwerking met de gemeente (participatie wet) gaan plaatsvinden. Er zijn ook leerlingen die nog een vervolgopleiding op een ROC of AOC gaan volgen (middels een BOL of een BBL traject). 7.3 | Nazorg Deze bovengenoemde leerlingen krijgen nog twee jaar nazorg. Daarmee willen wij deze leerlingen ondersteunen zodat ze stevig in hun werksituatie blijven staan en/of hun vervolgopleiding goed kunnen afronden. Om leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden op een plaats op de arbeidsmarkt wordt er in alle leerjaren binnen het vak Sociale Competentie veel aandacht aan die voorbereiding gegeven. In fase C besteden we met het vak arbeidsoriëntatie veel aandacht aan allerlei uitstroomrichtingen. Belangrijk bij dit programma is om de leerlingen kennis te laten maken met de diverse beroepen en alles wat met het werken samenhangt. Hierbij kunt u denken aan zaken als hoe om te gaan met ontslag, wat is een arbeidscontract, wanneer moet ik naar het Arbeidsbureau. Tijdens deze lessen is het ook mogelijk dat er bedrijven en instanties bezocht worden. Afgelopen schooljaar hebben drie leerlingen hun lasdiploma behaald. Drie leerlingen hebben hun VCA-diploma behaald en twee leerlingen haalden hun certificaat Heftruck. Deze examens |zijn op een externe locatie afgenomen. Twee leerlingen hebben hun certificaat ‘werken in de keuken’behaald, erkend door de branchevereniging SVH. Daarnaast hebben alle deelnemers aan de branchegerichte cursussen schooleigen (deel)certificaten behaald (groenvaardigheden, schoonmaak in de groothuishouding, werken in de winkel, stappenplan hout en lassen). Hoofdstuk 8 | Voorbereiding op de arbeidsplaats zijn (on)mogelijkheden. In fase E en F loopt de leerling drie dagen per week stage bij bedrijven die aansluiten bij zijn belangstelling en mogelijkheden. Het is een beroepsgerichte stage. Uiteindelijk moet deze stage in fase F uitmonden in een plaatsingsstage. De branchegerichte cursus die de leerling in fase E en F op school volgt, sluit zo nauw mogelijk aan bij deze stage. In zowel fase D, E en F zijn er ook blokstages (een stageperiode van minimaal een hele week) ingebouwd. Aan het eind van een periode wordt bekeken of definitieve plaatsing mogelijk is, al dan niet met subsidiemogelijkheden voor het bedrijf. Indien van toepassing wordt dit gerealiseerd in samenwerking met de arbeidsdeskundige van het UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen). Tijdens de stage ontvangen de leerlingen een kleine stagevergoeding. Deze vergoeding is afhankelijk van de bijdragen door onze stagebedrijven. Stagebedrijven zijn echter, mede door economische omstandigheden, steeds minder bereid om vergoedingen te verstrekken. Dat betekent dat wij ons ook genoodzaakt zien om de vergoedingen naar beneden bij te stellen. De stagevergoeding wordt via school uitgekeerd. Iedere leerling krijgt zijn stagevergoeding gestort op zijn/ haar giro- of bankrekening. Als een leerling geen giro- of bankrekening heeft, wordt hij/zij geacht een rekening te openen. De school heeft voor de leerlingen die stage lopen een verzekering afgesloten. 8.1 | Stagebeleidsplan Vanuit het stagebeleidsplan wordt op De Brug naar stage en arbeid toegewerkt. Leerlingen van 15 jaar en ouder kunnen in aanmerking komen voor stage. Als de leerling de vereiste basiscompetenties van fase B beheerst, wordt vanaf 14,5 jaar een assessment afgenomen, nemen de leerlingen deel aan een werkweek en volgen zij arbeidstraining. We noemen het interne arbeidstraining indien dat gebeurt op school met opdrachten/ werkzaamheden vanuit het bedrijfsleven. Bij externe arbeidstraining worden vaardigheden getraind en geoefend op een bedrijf of instelling onder begeleiding van een leraar. Doel van de arbeidstraining is om de leerlingen vaardigheden aan te leren die van belang zijn om met succes stage te kunnen lopen. Leerlingen komen pas in aanmerking voor stage indien bij bovenstaande voorwaarden (assessment, werkweek en arbeidstraining) is gebleken dat zij stagegeschikt zijn. In fase D wordt er door leerlingen die stagegeschikt zijn, gedurende twee dagen in de week, gestart met stagelopen. Dit noemen wij de oriënterende stage. In overleg met de ouders en de leerling wordt een stageplaats gezocht. Belangrijk doel van deze stage is de kennismaking met een werksituatie buiten school, inclusief andere tijden, personen en regels. Daarnaast is het ook belangrijk dat de leerling zijn voorkeur voor toekomstige werkzaamheden ontdekt en zicht krijgt op Mocht uw kind het volgend jaar stage gaan lopen dan krijgt u natuurlijk tijdig bericht en wordt u uitgenodigd voor een informatieavond. 18 Hoofdstuk 9 | Financiële zaken 9.1 | Boeken Schoolboeken zijn al vanaf het schooljaar 2009-2010 voor leerlingen in het voortgezet onderwijs gratis. Wij blijven er dus ook voor zorgen dat de leerlingen het lesmateriaal gratis krijgen en kunnen gebruiken. Behalve op school, kunnen ouders met al hun vragen ook terecht bij Postbus 20002. (voorheen Postbus 51). Op de website van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW) is tevens meer (achtergrond)informatie over dit onderwerp te vinden. voor uw kind aantrekkelijker maken is het nodig dat wij u een vrijwillige bijdrage vragen. Hierbij kunt u denken aan excursies, introductiekamp, werkweken, culturele activiteiten, traktaties tijdens activiteiten en vieringen. De ouderbijdrage is vrijwillig en toelating tot de school wordt niet afhankelijk gesteld van de betaling van de ouderbijdrage. Tegen gebruik van bepaalde onderdelen van de ouderbijdrage kunt u bezwaar maken. Wanneer u ervoor kiest om bepaalde onderdelen niet te betalen, houden wij het recht om de leerling geheel of gedeeltelijk uit te sluiten van onderdelen waarvoor niet wordt betaald. De hoogte van bovenstaande schoolkosten per leerling, is door ons voor de verschillende leerjaren als volgt vastgesteld: Onderbouw 1 (O1): € 239,00 Bovenbouw 1 (B1): € 90,00* Onderbouw 2 (O2):€ 90,00* Bovenbouw 2 (B2): € 45,00 Onderbouw 3 (O3):€ 90,00* Bovenbouw 3 (B3): € 45,00 Contactgegevens: Postbus 20002, 2500 EA Den Haag Tel.: 1400 (lokaal tarief) Website OCW: www.rijksoverheid.nl Zie: Onderwerpen > Onderwijs en wetenschap > Voortgezet Onderwijs > lesgeld en schoolkosten voortgezet onderwijs. * Deze kosten zijn inclusief werkweek, maar worden pas gefactureerd, nadat een leerling daadwerkelijk is geselecteerd voor een werkweek Door de eerste aanschaf zijn de schoolkosten in het eerste leerjaar hoger dan in de andere leerjaren. In onderstaande begroting is de aanschaf van veiligheidsschoenen, gymschoenen, schrijfgerei, etc. (zie Hoofdstuk 4.5; Wat heeft uw kind nodig) niet opgenomen. Afhankelijk van het persoonlijke leertraject (profielkeuze) kunnen er in de bovenbouw nog specifieke kosten bijkomen, bijvoorbeeld ‘kokskleding’ bij het profiel consumptief. Middels een begeleidende brief en bij de rekening wordt u altijd op de hoogte gesteld hoe algemene en (indien van toepassing) specifieke (profielafhankelijke) schoolkosten zijn opgebouwd. De leerlingen zullen de benodigde boeken op school van de betreffende leraren ontvangen op het moment dat zij dit nodig hebben. Evenals afgelopen schooljaren zullen wij, in tegenstelling tot vele andere scholen, geen bruikleenovereenkomst afsluiten of borg in rekening brengen. Hierin treffen wij dus geen voorziening. Maar ook in dat geval kan de school bij beschadigde of niet retour ontvangen boeken, de schade aan de uitgeleende schoolboeken verhalen op de leerling/ouders. 9.2 | De ouderbijdrage De schoolkosten en ouderbijdrage in het voortgezet onderwijs zijn de afgelopen jaren veelvuldig in het nieuws geweest. Het lesgeld is enkele jaren geleden afgeschaft en de ‘gratis’ schoolboeken zijn wettelijk geregeld. Toch blijven er nog kosten over voor ouders. Vertegenwoordigers van ouders, besturen en schoolleiders hebben een gedragscode opgesteld met het doel om transparantie en beheersing van die kosten voor de ouders te realiseren. Deze gedragscode hebben wij ondertekend en daarmee staat De Brug op de zogenaamde ‘witte’ lijst. Het schoolgeld is alleen in het eerste schooljaar opgebouwd uit schoolkosten en een vrijwillige ouderbijdrage. In de overige leerjaren bestaat het schoolgeld alleen uit een vrijwillige ouderbijdrage. Met de schoolkosten verzorgt de school het grootste deel voor de aanschaf die niet gratis is. Van het schoolgeld worden de volgende zaken betaald: Onderbouw 1 (O1) Schoolkosten: Rekenmachine € 13,00 Stofjas € 27,00 Gereedschapskist + timmermanspotlood + Rolbandmaat € 19,00 Schort € 12,00 Sportshirt € 10,00 Totaal schoolkosten middels school aangeschaft € 81,00 Niet alle schoolkosten zijn dus gratis. We kunnen twee soorten schoolkosten onderscheiden: • De noodzakelijke schoolkosten. Dit zijn aanschafkosten en vergoedingen voor diensten die noodzakelijk zijn voor het volgen van onderwijs, maar waarvoor de school geen bekostiging krijgt. Op de website van OCW (zie contact gegevens in 9.1) vindt u informatie over kosten die hier wel en niet onder vallen. Rekening houdend met de benodigdheden voor het praktijkonderwijs op De Brug, vallen de volgende materialen in ieder geval niet onder de gratis verstrekking: woordenboeken, agenda, reken machine, gymkleding, kleding t.b.v. de praktijkvakken, gereedschap, schriften, multomappen, pennen en derge lijke. Een aantal noodzakelijke schoolkosten zijn alleen in het eerste leerjaar in de ouderbijdrage opgenomen. Als ouders deze schoolkosten niet willen betalen, is de consequentie dat de ouders zelf de aanschaf moeten doen. • De vrijwillige ouderbijdrage. Behalve de noodzakelijke schoolkosten, zijn er meerdere uitgaven die niet voor vergoeding door de overheid in aanmerking komen. Om toch die activiteiten te kunnen doen die het onderwijs 19 Vrijwillige ouderbijdrage: Excursie Introductiekamp Huur kluisje Waarborg sleutel (terug te ontvangen bij inlevering van de sleutel) Totaal: € 15,00 €158,00 Onderbouw 2 (O2) Excursie Werkweek* Huur kluisje Totaal: € € € € € 35,00 € 98,00 € 10,00 35,00 45,00 10,00 90,00 Onderbouw 3 (O3) Excursie Werkweek* Huur kluisje Totaal: Bovenbouw 1 (B1) Excursie Werkweek* Huur kluisje Totaal: € € € € 35,00 45,00 10,00 90,00 € € € € 35,00 45,00 10,00 90,00 Hoofdstuk 10 | Huidige ontwikkelingen in het Voortgezet Onderwijs 10.1 | Het Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs ‘De Meierij’ De Brug is aangesloten bij het Samenwerkingsverband (SWV) ‘de Meierij’ te ‘s-Hertogenbosch. Doelstelling van dit SWV is om alle scholen voor VO zo goed mogelijk te laten samenwerken. Door goede samenwerking is het mogelijk om een zo goed mogelijke zorg voor alle leerlingen in het samenwerkingsverband te verzorgen. Alle scholen binnen samenwerkingsverband de Meierij stellen zich tot doel het onderwijs passend te maken voor álle leerlingen binnen haar school, ongeacht een eventuele specifieke onderwijsbehoefte. Er is dan ook regelmatig overleg met alle betrokken scholen om deze samenwerking te verbeteren. Het gaat er om dat alle leerlingen in het Samenwerkingsverband die extra zorg nodig hebben, die zorg ook krijgen op de juiste plaats. Bovenbouw 2 (B2) Excursie € 35,00 Huur kluisje € 10,00 Totaal:€ € 45,00 Bovenbouw 3 (B3) Excursie Huur kluisje Totaal: € 35,00 € 10,00 € € 45,00 Het samenwerkingsverband maakt onderscheid naar zorg op drie niveaus: • basiszorg in de klas • basiszorg op schoolniveau • bovenschoolse zorg * Leerlingen die mee op werkweek gaan, krijgen hiervoor apart een factuur. Gemiddeld gaat een leerling maar eenmaal (in O2, O3 of B1) op werkweek. De totale schoolkosten zullen in betreffende leerjaren dus maar eenmaal € 90,- en tweemaal € 45,- zijn. Bij de aanvang van het nieuwe schooljaar is het de bedoeling dat een overeenkomst wordt getekend waarin wordt vastgelegd hoe de betaling van het schoolgeld wordt geregeld. Het samenwerkingsverband ‘de Meierij’ werkt nauw samen met onderwijs- en zorgpartners in de regio en lokale, provinciale en landelijke overheid. Die samenwerking is o.a. zichtbaar in het ZAT (Zorg en Adviesteam) van De Brug, het bovenschools Advies Commissie Toewijzing (ACT) en de Bovenschoolse opvang van leerlingen binnen ons samenwerkingsverband ‘De Meierij’. 9.3 | Gereedschapskistje Het eerste jaar ontvangen de leerlingen tijdens de 1e techniekles een gereedschapskistje met daarin een timmermanspotlood en een rolmaat. Materialen die kwijt raken, moeten op eigen kosten weer aangevuld worden. Voor een klein bedrag zijn deze materialen op school te verkrijgen. Maar de leerlingen kunnen hun materialen ook elders kopen. Voor het afsluiten van het betreffende kistje moeten leerlingen zelf voor een slotje zorgen. 10.2 | Ontwikkelingen in het Praktijkonderwijs De Brug is aangesloten bij Het Landelijk Werkverband Praktijkonderwijs (LWV-PrO). Het is een samenwerkingsverband van ruim 170 praktijkscholen en afdelingen voor praktijkonderwijs, die zich inzet voor de belangen van het praktijkonderwijs en samen werken we aan onderwijskwaliteit en innovatie. Een verdergaande digitalisering in het onderwijsleerproces van het praktijkonderwijs is de komende jaren een speerpunt. Dit sluit aan bij ontwikkelingen binnen onze maatschappij en wat die maatschappij van mensen en jongeren vraagt. Een ander speerpunt is professionalisering in het Praktijkonderwijs. Het LWV-PrO wil dat bereiken door het ontwikkelen van de competenties van betrokken professionals. Daarbij willen we doelgerichter werken in het Praktijkonderwijs met een sleutelrol voor leraren en begeleiders, gericht op evaluatie van leertrajecten; Wat heeft de leerling geleerd en/of ontwikkeld? 9.4 | De schoolverzekering Onze school heeft een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten voor leerlingen en personeel van de school. Deze verzekering geldt tijdens de reis van huis naar school en omgekeerd (via de kortste weg en direct aansluitend op de schooltijden), tijdens het op school zijn, stage en tijdens de sportdagen, schoolreisjes, schoolkamp en excursies. Voor de duidelijkheid wordt er op gewezen dat niet alle schade wordt vergoed. Lichamelijk letsel is gedekt, materiële schade niet. Dus schade als gevolg van diefstal of vermissing van kleding, sieraden, geld etc. wordt niet vergoed. Aansprakelijkheid is niet gedekt, wanneer een elders lopende verzekering, al dan niet van jongere datum, dekking biedt voor hetzelfde risico. Wie spijbelt is niet verzekerd! 10.3 | Samenwerking met het Cambium College Het Cambium College en De Brug zijn de enige twee scholen voor voortgezet onderwijs in de Bommelerwaard. We proberen afspraken te maken voor het opvangen van elkaars leerlingen, voor zover dat in ieders vermogen ligt. Over leerlingen waarvan nog niet helemaal duidelijk is op welke school ze het beste op hun plaats zijn, is overleg en we kijken daarbij op welke school die leerling het beste Voor alle leerlingen die stage lopen is er een scholierenongevallenverzekering afgesloten. 20 2.Keukenmedewerker, fastfoodmedewerker, bedieningsmedewerker Stichting Vakbekwaamheid Horeca (SVH) kent drie kwalificaties “anders van niveau 1” die opleiden tot onderstaande diploma’s: • Diploma SVH “Keukenvaardigheden restaurant” • Diploma SVH “Keukenvaardigheden fastservice” • Diploma SVH “Bedieningsvaardigheden fastservice” Bij deze vorm van certificering ligt de nadruk op arbeidstoeleiding. Hierbij gaat het om het aanleren van specifieke beroepsvaardigheden op een externe stage in de horeca. De beroepskansen worden aanzienlijk verhoogd door dit diploma. Om aan deze cursus deel te nemen moet je in het bezit zijn van het certificaat “Werken in de keuken” en met goed gevolg een externe stage in de horeca hebben afgerond. kan worden geholpen. Leerlingen, waarbij gedurende het schooljaar blijkt dat zij didactisch in staat zouden moeten zijn om een VMBO-diploma te halen, bieden wij een schakeltraject aan. Dit betekent dat zij VMBO-leerstof krijgen aangeboden voor de vakken Nederlands & Lezen, Rekenen & Wiskunde en Engels. Afhankelijk van hun didactische vorderingen en hun persoonlijke ontwikkeling is het in incidentele gevallen mogelijk om de overstap naar het VMBO te maken. Over een dusdanig schakeltraject zijn ook afspraken gemaakt met De Prinsentuin, VMBO-school in Andel. 10.4 | Ontwikkelingen op De Brug Binnen het onderwijsconcept van De Brug sluiten we aan bij de landelijke speerpunten Nederlands en Wiskunde/ rekenen. In de onderbouw zijn 4 lessen Nederlands per week ingeroosterd. Wiskunde/rekenen staat structureel drie keer per week op het lesrooster. In de bovenbouw hebben we een methode (Deviant) waarbij we voor leerlingen een goede voorbereiding en aansluiting op een ROC of AOC kunnen realiseren. Met de nadruk op ‘kunnen’, want die aansluiting is alleen weggelegd voor leerlingen die in staat zijn om het voorgeschreven niveau middels Deviant ook daadwerkelijk te bereiken. Om onze leerlingen te kwalificeren gaan we verder met het structureel werken aan kwalificatiestructuren. 3. Werken in de groothuishouding Dit certificaat is ontwikkeld in samenwerking met de schoonmaakbranche en het SVA project (School voor Arbeidsvoorbereiding) en sluit aan bij de basisvaardigheden van de professionele schoonmaker. 4. Werken in de detailhandel Deze cursus leidt op tot aankomend winkelmedewerker en wordt getoetst door het kenniscentum Handel (KCH). Doel van deze cursus is om de sociale- en arbeidscompetenties die nodig zijn voor een externe stage/werkplek in deze sector te versterken. In het kader van die kwalificatie organiseren wij voor de oudere leerlingen (Fase E en F) de volgende branchegerichte cursussen: 1. Werken in de keuken 2. Keukenmedewerker, fastfoodmedewerker, bedieningsmedewerker 3. Werken in de ‘groothuishouding’ 4. werken in de detailhandel 5. Groenvaardigheden: • Onderhoud schoolomgeving • Onderhoud plantsoen 6. Stappenplan houtbewerking 7.Schilderen 8. VCA (Veiligheidscursus)* 9.Lassen* 10.Heftruckbestuurder* 11.Tractorrijbewijs* 5. Groenvaardigheden: • Onderhoud schoolomgeving Het certificaat/ de verklaring “Onderhoud school omgeving” is ontwikkeld door de KPC- groep. Doel van deze cursus is om de sociale- en arbeidscompetenties die nodig zijn voor een externe stage/werkplek in de groene sector te versterken. • Werken in het groen Het certificaat “Onderhoud plantsoen” is ontwikkeld binnen het SVA project (School voor Arbeidsvoorbereiding) en sluit aan op de basisvaardigheden van het werken in de groene sector. De cursus is een vervolg op de cursus “Onderhoud schoolomgeving.” 6. Stappenplan houtbewerking Het certificaat “stappenplan houtbewerking” is ontwikkeld in samenwerking met de Stichting Hout en Meubel (SH&M) en sluit aan op de basisvaardigheden van het werken in de houtverwerkende industrie. * Extra aanbod van cursussen voor (enkele) leerlingen die op maat en in samenwerking met derden aangeboden kunnen worden. Daarvoor kan de theorie op school geleerd en geoefend worden, maar praktisch oefenen is vaak op de stage en het examen wordt bij derden afgenomen. Door 7. Schilderen De opleiding “Schilderen” is ontwikkeld in samenwerking met het Vakcentrum Afbouw en Onderhoud (Savantis). De opleiding sluit aan op de basisvaardigheden van het werken in de schildersbranche. middel van deze cursussen en branchegerichte opleidingen, die met medewerking van diverse branches zijn ontwikkeld, worden de leerlingen in staat gesteld een diploma, certificaat of getuigschrift te halen. Hierdoor krijgen zij betere kansen op de arbeidsmarkt en kunnen zij zelfs worden toegelaten op een ROC/AOC voor verdere studie. 8. VCA Veiligheidscursus* De opleiding “Basisveiligheid VCA” (Veiligheid, gezondheid en milieu Checklist Aannemers) wordt aangeboden voor leerlingen die in een branche gaan werken waar werknemers verplicht zijn het VCA-certificaat te bezitten. De opleiding is bedoeld voor leerlingen die een externe stage lopen in een branche waar het certificaat vereist is. De opleiding wordt ingekocht bij Lander en wordt afgesloten met een examen. 1. Werken in de keuken Het certificaat “Werken in de keuken” is ontwikkeld in samenwerking met de Stichting Vakbekwaamheid Horeca (SVH) en sluit aan op de basisvaardigheden van het vak koken. Bij deze vorm van certificering ligt de nadruk vooral op arbeidsvoorbereiding. De cursus kan een opstap zijn voor het werken in de horeca. 21 9. Lassen* De opleiding “Lassen” is ontwikkeld in samenwerking met het Nederlands Instituut voor Lastechniek (NIL). Het aanleren van vakkennis en praktische vaardigheden kan een opstap zijn voor een opleiding tot lasser. Het programma is bedoeld voor leerlingen die een externe stage (willen) lopen waarbij een lasdiploma gewenst is. Een deel van het opleidingstraject voor het lasdiploma BMBE 1 (lassen met electroden), wordt verzorgd door het ROC Rivor in Tiel. Intern kunnen er deelcertificaten behaald worden (lassen met electroden en MIG/MAG lassen). het entree-onderwijs nu? Om door te mogen leren op het MBO (niveau 2) moet de leerling Nederlands en Rekenen/ Wiskunde kunnen afsluiten op niveau 2F (eind VMBO). Op het MBO moeten de leerlingen hun ontwikkeling vast leggen in een portfolio. Ook de ontwikkelingen op hun stage/werkplek moeten dan worden gevolgd en worden vastgelegd. Als de leerling het entree-onderwijs volgt wordt er binnen vier maanden een bindend studieadvies gegeven. Dit kan inhouden: 1.Eindniveau niet haalbaar, je kunt beter stoppen met de opleiding, 2. Eindniveau mogelijk niet haalbaar maar de leerling is gemotiveerd genoeg om de opleiding af te ronden en af te sluiten met een certificaat uitstroom arbeid of 3.Opleiding gaat succesvol, opleiding wordt afgerond met een certificaat uitstroom MBO. De leerling kan naar een niveau 2 opleiding. Als we een samenwerking aangaan, gaat dat betekenen dat we een dergelijk traject al starten op het praktijkonderwijs en dat er een geleidelijke overgang naar het vereiste MBO-niveau gemaakt kan worden. Daarmee wordt het traject entree-onderwijs voor onze leerlingen meer uitgesmeerd over de tijd. Hoe e.e.a. er uit gaat zien is afhankelijk van de afspraken over de vorm. De eerste stap is gezet door met ROC Rivor en het Koning Willem 1 College in gesprek te gaan en te onderzoeken hoe we samen aan de toekomst van onze leerlingen kunnen werken. 10. Heftruckbestuurder* De opleiding “Heftruckbestuurder” wordt aangeboden voor leerlingen die in een branche gaan werken waar werknemers die met een intern transportmiddel werken, een opleiding moeten hebben gevolgd. Deze opleiding wordt ingekocht via Lander. 11. Tractorrijbewijs* De opleiding “Trekkerrijbewijs” is ontwikkeld in samenwerking met de Landelijke Organisatie Beroepsopleidingen Agrarische Sector (LOBAS). De opleiding “Trekkerrijbewijs” wordt aangeboden voor leerlingen die een stage/baan willen in de groensector. Het is wettelijk verplicht dat jongeren tussen de 16 en 18 jaar dit rijbewijs moeten hebben wanneer zij op een trekker rijden. Bromfiets/autorijbewijs Behalve de branchegerichte cursussen is het in de bovenbouw ook mogelijk om tijdens PLP-lesuren de theoriecursus “Bromfiets/autorijbewijs” te volgen. Doel van de opleiding is om de mobiliteit en redzaamheid van de leerlingen te vergroten. De theorie-opleiding duurt ongeveer een schooljaar. De betreffende leerling kan daarna het theorie-examen af laten nemen in één van de regiokantoren van het CBR (Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen). Voor alle cursussen geldt: • toestemming en medewerking van ouder(s)/verzorger(s) krijgen; • in staat zijn om theorie om te zetten naar de praktijk; • zich in dienst van anderen kunnen stellen; • leerling volgt branchecursus die past bij zijn stage; • het aanschaffen van het bijbehorende pakket (branche benodigdheden), indien dit nodig is. Indien de leerling naast zijn branchegerichte cursus een beroep doet op het extra aanbod wordt er in overleg met alle partijen gekeken hoe de kosten verdeeld gaan worden. 10.5 | Samenwerking PrO De Brug en MBO Voor enkele leerlingen is er de mogelijkheid om nog verder te leren. Voorheen bood het MBO (middelbaar Beroeps Onderwijs) niveau 1 opleidingen aan waar deze leerlingen dan naar toe gingen. Vanaf nu heet dit Entree-onderwijs. Landelijk zijn er diverse samenwerkingsvormen tussen praktijkonderwijs en het MBO. Ook wij gaan komend schooljaar in overleg met het MBO om aan een nauwere samenwerking vorm te kunnen geven. Nu krijgen de leerlingen de mogelijkheid om hun didactische niveau zo goed mogelijk aan te laten sluiten bij een overgang naar MBO, namelijk 1F (dit is eind basisonderwijs). Hoe werkt 22 Hoofdstuk 11 | Vakantie- en activiteitenrooster 11.1. | Vakantierooster Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Paasvakantie Meivakantie Hemelvaartvakantie Pinkstervakantie Zomervakantie 20 oktober 22 december 16 februari 06 april 2015 27 april 14 mei 25 mei 2015 20 juli t/m t/m t/m 24 oktober 2014 02 januari 2015 20 februari 2015 t/m t/m 08 mei 2015 15 mei 2015 t/m 28 augustus 2015 Volgens de nieuwe wetgeving vanaf augustus 2013 omtrent vakantieregeling in het voortgezet onderwijs kunnen er 12 organisatiedagen worden ingepland. De zomervakantie vanaf 2014 is vervolgens één week ingekort (van 7 naar 6 weken). Van de 12 organisatiedagen zijn op 5 dagen leerlingen en leraren vrij en op 7 dagen alleen leerlingen vrij. In bovenstaand vakantierooster zijn de 5 organisatiedagen (waarop zowel leerlingen als leraren vrij zijn) verwerkt, namelijk 28 april t/m 1 mei en 15 mei. De overige 7 geplande organisatiedagen (alleen leerlingen vrij) worden hieronder genoemd. Extra vrij (voor leerlingen) Organisatiedagen Voorbereiding schooljaar maandag 25 augustus 2014 Voorbereiding schooljaar dinsdag 26 augustus 2014 Studiedag maandag 15 december 2014 Leerling-besprekingen maandag 26 januari 2014 Leerling-besprekingen maandag 01 juni 2015 Personeelsdag Maandag 06 juli 2015 Voorbereiding schooljaar 2015-2016 maandag 13 juli 2015 11.2 | Activiteitenrooster Informatieavond ouders alle leerlingen Introductiekamp Onderbouw 1e jaars (O1) IOP-bespreking (bespreking opzet IOP met ouders) Blokstage bovenbouw (fase D, E en F; stageleerlingen) Doedag Toetsweek Sinterklaasviering Kerstgala Blokstage bovenbouw (fase D, E en F) Rapporten mee naar huis Werkweek fase C (niet stageleerlingen) Open avond Rapportbespreking ouders (rapport + evaluatie IOP 1e semester, stagegeschiktheidsgesprekken fase C en stagevoortgangsgesprekken fase D, E en F) Toetsweek Rapporten mee naar huis Rapportbespreking ouders (rapport + evaluatie IOP 2e semester en stagevoortgangsgesprekken fase D, E en F) Kennismaking nieuwe leerlingen Excursiedag bovenbouw Blokstage schoolverlaters (fase F) Schoolverlateravond / feestavond alle leerlingen Blokstage bovenbouw (fase D, E en F; niet-schoolverlaters) Activiteitenweek onderbouw (o.a. sport /spel, uitje, etc.) Verkort rooster (studiemiddagen): maandag 06 oktober 2014 maandag 27 oktober 2014 maandag 12 januari 2015 maandag 09 maart 2015 maandag 30 maart 2015 maandag 18 mei 2015 maandag 22 juni 2015 15 september 2014 24 t/m 26 september 2014 13, 14 en 15 oktober 2014 13 t/m 17 oktober 2014 26 november 2014 1 t/m 9 september 2014 05 december 2014 18 december 2014 12 t/m 16 januari 2015 13 januari 2015 13 t/m 16 januari 2015 30 januari 2015 09, 10 en11 februari 2015 13 t/m 21 april 2015 02 juni 2015 15, 16 en 17 juni 2015 25 juni 2015 30 juni 2015 01 t/m 08 juli 2015 09 juli 2015 14 juli t/m 17 juli 2015 14 juli t/m 17 juli 2015 23 19.30-21.00 15.30-21.00 08.30-12.00 18.30-21.00 15.30-21.00 24 AUGUSTUS 2014 maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag 28 29 30 31 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 Voorbereiding schooljaar (leerlingen vrij) Voorbereiding schooljaar (leerlingen vrij) SEPTEMBER 2014 maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 23 24 25 26 27 28 4 5 Informatieavond ouders alle leerlingen 22 Introductiekamp Onderbouw 1e jaars (O1) 29 30 1 Introductiekamp Onderbouw 1e jaars (O1) 2 Introductiekamp Onderbouw 1e jaars (O1) 3 OKTOBER 2014 maandag 30 dinsdag 31 woensdag donderdag 1 2 vrijdag 3 zaterdag 4 zondag 5 Offerfeest t/m 7 oktober 6 7 8 9 10 11 12 15 16 17 18 19 25 26 1 2 VERKORT ROOSTER 13 14 IOP-bespreking IOP-bespreking IOP-bespreking Blokstage bovenbouw (fase D, E en F; stageleerlingen) Blokstage bovenbouw (fase D, E en F; stageleerlingen) Blokstage bovenbouw (fase D, E en F; stageleerlingen) Blokstage bovenbouw (fase D, E en F; stageleerlingen) Blokstage bovenbouw (fase D, E en F; stageleerlingen) 20 21 22 23 24 HERFSTVAKANTIE HERFSTVAKANTIE HERFSTVAKANTIE HERFSTVAKANTIE HERFSTVAKANTIE 27 28 29 30 31 VERKORT ROOSTER NOVEMBER 2014 maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag 27 28 29 30 31 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 Doedag DECEMBER 2014 maandag dinsdag 1 woensdag donderdag 2 3 vrijdag 4 5 zaterdag zondag 6 7 Sinterklaasviering Toetsweek Toetsweek 8 Toetsweek 15 Toetsweek KERSTVAKANTIE 29 KERSTVAKANTIE Toetsweek 9 10 11 12 13 14 16 17 18 19 20 21 25 26 27 28 3 4 Toetsweek Studiedag (leerlingen vrij) 22 Toetsweek Kerstgala 23 KERSTVAKANTIE 30 KERSTVAKANTIE 24 KERSTVAKANTIE 31 1e Kerstdag 2e Kerstdag KERSTVAKANTIE KERSTVAKANTIE 1 Oudjaarsdag Nieuwjaarsdag KERSTVAKANTIE KERSTVAKANTIE 2 KERSTVAKANTIE JANUARI 2015 maandag 29 KERSTVAKANTIE dinsdag 30 KERSTVAKANTIE 5 12 Blokstage bovenbouw (fase D, E en F) VERKORT ROOSTER woensdag donderdag 31 13 Blokstage bovenbouw (fase D, E en F) Rapporten mee naar huis Werkweek fase C (niet stageleerlingen) 1 Oudjaarsdag Nieuwjaarsdag KERSTVAKANTIE KERSTVAKANTIE 6 7 14 vrijdag 2 zondag 3 4 9 10 11 16 17 18 KERSTVAKANTIE 8 15 zaterdag Blokstage bovenbouw (fase D, E en F) Blokstage bovenbouw (fase D, E en F) Blokstage bovenbouw (fase D, E en F) Werkweek fase C (niet- stageleerlingen) Werkweek fase C (niet- stageleerlingen) Werkweek fase C (niet- stageleerlingen) 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 1 Leerling besprekingen (leerlingen vrij) Open avond FEBRUARI 2015 maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag 26 27 28 29 30 31 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 19 20 21 22 28 1 Rapportbespreking ouders 16 VOORJAARS VAKANTIE 23 Rapportbespreking ouders 17 VOORJAARS VAKANTIE 24 Rapportbespreking ouders 18 VOORJAARS VAKANTIE 25 VOORJAARS VAKANTIE 26 VOORJAARS VAKANTIE 27 MAART 2015 maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag 23 24 25 26 27 28 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 VERKORT ROOSTER APRIL 2015 maandag 30 dinsdag woensdag donderdag 31 1 vrijdag 2 VERKORT ROOSTER 3 zaterdag 4 Goede vrijdag 6 zondag 5 1e Paasdag 7 8 9 10 11 12 14 15 16 17 18 19 25 26 2e Paasdag PAASVAKANTIE 13 Toetsweek 20 Toetsweek 27 MEIVAKANTIE Toetsweek 21 Toetsweek 22 Toetsweek 23 Toetsweek 24 Toetsweek 28 MEIVAKANTIE Koningsdag 29 MEIVAKANTIE 30 MEIVAKANTIE 1 MEIVAKANTIE 2 3 MEI 2015 maandag 27 MEIVAKANTIE 4 dinsdag 28 MEIVAKANTIE 5 Herdenkingsdag Bevrijdingsdag MEIVAKANTIE MEIVAKANTIE 11 12 woensdag donderdag 29 MEIVAKANTIE 6 MEIVAKANTIE 13 30 MEIVAKANTIE 7 MEIVAKANTIE 14 vrijdag 1 zaterdag zondag 2 3 9 10 MEIVAKANTIE 8 Moederdag MEIVAKANTIE 15 16 17 23 24 Hemelvaartsdag HEMELVAARTVAKANTIE 18 19 20 21 HEMELVAARTVAKANTIE 22 VERKORT ROOSTER 1e Pinksterdag 25 2e Pinksterdag PINKSTERVAKANTIE 26 27 28 29 30 31 JUNI 2015 maandag dinsdag 1 Leerling besprekingen (leerlingen vrij) 2 woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag 3 4 5 6 7 Rapporten mee naar huis 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 Rapportbespreking ouders 22 Rapportbespreking ouders 23 Rapportbespreking ouders 24 VERKORT ROOSTER Ramadan t/m 16 juli Vaderdag 25 26 27 28 3 4 5 Kennismaking nieuwe leerlingen 29 30 Excursiedag bovenbouw 1 2 JULI 2015 maandag 29 dinsdag woensdag donderdag 30 1 Blokstage schoolverlaters (fase F) 6 7 Personeelsdag (leerlingen vrij) Blokstage schoolverlaters (fase F) 13 Voorbereiding schooljaar 2015-2016 (leerlingen vrij) Blokstage schoolverlaters (fase F) 14 2 Blokstage schoolverlaters (fase F) 8 Blokstage schoolverlaters (fase F) 15 vrijdag 3 zaterdag zondag 4 5 10 11 12 17 18 19 25 26 1 2 Blokstage schoolverlaters (fase F) 9 Schoolverlateravond / feestavond alle leerlingen 16 Blokstage bovenbouw (fase D, E en F; nietschoolverlaters) Blokstage bovenbouw (fase D, E en F; nietschoolverlaters) Blokstage bovenbouw (fase D, E en F; nietschoolverlaters) Activiteitenweek onderbouw Activiteitenweek onderbouw Activiteitenweek onderbouw Suikerfeest Blokstage bovenbouw (fase D, E en F; nietschoolverlaters) Activiteitenweek onderbouw 20 21 22 23 24 ZOMERVAKANTIE ZOMERVAKANTIE ZOMERVAKANTIE ZOMERVAKANTIE ZOMERVAKANTIE 27 28 29 30 31 ZOMERVAKANTIE ZOMERVAKANTIE ZOMERVAKANTIE ZOMERVAKANTIE ZOMERVAKANTIE ADRES: WIELKAMP 1 5301 DB ZALTBOMMEL TEL.: 0418-540394 FAX: 0418-510679 E-MAIL: [email protected] WEBSITE: WWW.PRODEBRUG.NL ONTWERP EN REALISATIE: WWW.BARTIC.NL
© Copyright 2024 ExpyDoc