Verslag praktijknetwerk Zwoele Drentse Vachten Innovatie perspectieven met rondbreitechnieken Regeling LNV subsidies Praktijknetwerken 2013 Aanvraagnummer 4090011662652 Foto Monica Commandeur (Rolde, 2014) Hoofdaanvrager Herders van Balloo Crabbeweg 2 9458 TE BALLOO KvK 01127446 BRS 202384713 Projectbegeleider Monica Commandeur Tel 030 29 35 307 Mobiel 06 10 75 81 84 [email protected] Datum: maandag 1 september 2014 Verslag: Monica Commandeur Inleiding Een paar deelnemers aan het Praktijknetwerk Zwoele Drentse vachten hebben in juli 2014 een cursus in de weefsteek rondbrei-techniek gevolgd en enkele ontwerpen aangekocht van de Deense ontwerpster Madam (Bodil) Munch. Aan de hand van de ontwerpen zullen zij verder oefenen met de techniek. Daardoor hopen zij geïnspireerd te raken tot eigen ontwerpen in de sfeer van interieurbekleding en overkleding, die uitgevoerd kunnen worden met de natuurlijke kleurvariaties in de garens van de wol van Drentse heideschapen. Dit verslag gaat in op het initiatief en het innovatie perspectief. Kennis- en samenwerkingspartner Knitted Knots is eind november 2010 gestart als webwinkel. Sinds augustus 2013 is er tevens in Rolde een atelierwinkel geopend als vaste locatie. Knitted Knots heeft veel garens van (gedeeltelijk) echte wol, die gekleurd zijn met natuurlijke verfstoffen. Het bedrijf betrekt zijn voorraden vooral van enkele bedrijven in Denemarken. Sinds de locatie in Rolde is geopend is er een speciale hoek voor garens van ongeverfde wol van Nederlandse schapenrassen en in Nederland gehouden schapen, zoals de Texelaar, Drents heideschaap en de schapen van het bedrijf Uilenstad in Vlijmen (Brabant).In de atelierwinkel vinden ook cursussen plaats en is er elke woensdagochtend een algemeen breicafé. In de atelierwinkel van Knitted Knots vinden diverse cursussen plaats, o.a. in de complexe weefsteek rondbrei-techniek onder de Schotse naam ‘Fair Isle breien’. Elke derde vrijdagmiddag in de maand is er bovendien een speciaal Fair Isle breicafé, waarin oud-cursisten eventueel individueel geholpen kunnen worden met hun breiproblemen. 1 De weg van kennisontwikkeling naar innovatie in moderne handbreiwerken Historie van de breitechnieken en hun verspreiding Er zijn twee soorten van fundamenteel verschillende manieren om te breien, die op verschillende plaatsen zijn ontstaan. Veel daarover is onduidelijk, maar het volgende wordt waarschijnlijk geacht: 1. Scandinavisch-Engels breiwerk. Dit is een rondbrei-techniek, uitgevoerd op één slap gebogen twijg met naalden als uiteinden aan beide kanten. Bij deze techniek geleidt de linkerhand de breidraad. Deze breiwerken worden uitgevoerd met garens in verschillende kleuren, die van oudsher met natuurlijke verfstoffen werden gemaakt. Bij deze breitechniek reikt de rechterhand de steken aan en voert de extra breidraden mee in de niet-gebruikte kleuren. Bij het eenvoudig meevoeren worden de niet-gebruikte draden bij de kleurwisseling om de breidraad heen gedraaid en blijven dan achter het werk als losse lussen zichtbaar. Bij de weefsteek rondbrei-techniek worden de niet-gebreide draden voortdurend met de rechterhand door het werk heen geweven. In deze breitechniek is het maken van averechte steken vrijwel onmogelijk. Het werk wordt in principe uitsluitend in met rechte steken uitgevoerd. Variaties worden bij deze techniek gemaakt door kleurgebruik; niet door stekenpatronen. • Deze breitechniek heeft zich breed in Noord-Europa verspreid o.a. over alle Britse eilanden. Daarbij zijn regionaal kenmerkende patronen van kleurvariaties en ontwerpen ontstaan, die geworteld zijn geraakt in diverse cultuurtradities. Een belangrijke innovatie in de ontwerpen van de rondbrei-techniek, is het openknippen van het werk na het breien en het afwerken van de lap als vlakbreiwerk met opgestikte, rondgebreide afwerkranden die eveneens zijn opengeknipt (zie: foto bovenaan dit verslag). Van oudsher hield dit openknippen aanzienlijke risico’s in op rafels. Door het direct afwerken van de afgeknipte randen op een moderne zigzag- of loc naaimachine kunnen die risico’s op rafels tegenwoordig echter sterk worden beperkt. • De laatste tijd hebben sommige ontwerpen van “Scandinavisch-Engels” breiwerk grote en internationale bekendheid verworven, zoals met Zweedse Öland breiwerken (De Haan- van Huisstede, 2014) en met Shetlander Fair Isle breiwerken, zoals toegepast in de cursussen bij Knitted Knots. Het Noorse ontwerpersduo Arne en Carlos (Nerjodet & Zachrison, 2013) heeft in de jaren 2010/12 een mode rage op gang gebracht met gebreide kerstballen (idem, 2011). 2. Arabisch breiwerk. Dit is in de basis een vlakbrei-techniek met twee of meer losse breinaalden, waarbij de rechterhand de breidraad geleidt. Met de linkerhand worden één of meer andere breinaalden bediend, zodat de steken recht of averecht kunnen worden gebreid, of afgehaald en op een hulpnaald gezet, of samen gebreid, etc.. Door de steken op een creatieve manier te combineren ontstaan gevarieerde stekenpatronen. Door de steken te verdelen over meerdere naalden na elkaar kan deze techniek ook worden toegepast als rondbrei-techniek. Van oudsher worden deze breiwerken uitgevoerd met één breidraad van garen in de natuurlijke wolkleur, voornamelijk écru. Het was van oorsprong bij de Arabieren bij uitstek een tijdverdrijf voor mannen (’s avonds rond het kampvuur). • De techniek van het Arabisch breien heeft zich in het kielzog van de kruistochten verspreid over het continent van Europa (inclusief in Nederland), maar dan vrijwel uitsluitend als tijdverdrijf voor vrouwen. De laatste jaren is er belangstelling gekomen voor de cultuurhistorische aspecten van de breipatronen in de Nederlandse visserstruien (Ruhe, 2013; Van der Klift- Tellegen, 1983). Sinds enkele jaren leggen Jan (ontwerper) en Jenny (breister) de Graaf- Schaap zich erop toe om vanuit 2 die visserssteek patronen moderne interieuraccessoires (vooral kussens) en overkleding (vesten) te maken met garens van de wol van de Drentse heideschapen (Wolatelier Herders van Balloo). Foto: Monica Commandeur (2013) Foto: idem (2014) Jan (ontwerper) en Jenny (breister) de Graaf- Schaap tonen hun werk, uitgevoerd in traditionele vlakbrei-vissersteek patronen, tijdens het schapenscheerders weekend in Balloo (juli 2013) Kussens in traditionele vlakbreivisserssteek patronen (ontwerp Jan) gemaakt door Jenny de Graaf- Schaap • Tot op de dag van vandaag wordt de “Arabisch-continentale” techniek in Nederland aan kinderen (meisjes) op scholen onderwezen – voor zover dat nog steeds gebeurt. • Als variatie is trouwens het werken met verschillende kleuren bij deze vlakbrei-techniek in de loop der tijd in zekere mate ook opgekomen. Daarbij wordt voor elk kleurwerkje, een apart bolletje (of op een ‘visje’ gewonden) garen gebruikt. Dat maakt het uitvoeren van het breiwerk echter omslachtig en heeft risico’s in zich van slechte aansluitingen tussen de kleuren. Foto’s: Monica Commandeur (2014) Detail van een omslagdoek (ontwerp Deens: Madam Munch) gebreid in de Shetlander Fair Isle variant van de weefsteek rondbrei-techniek. Kleed van wol van het Drentse heideschaap in de natuurlijke kleuren (ongeveer 3x2 m); ontworpen door Marianne Duinkerken en Rika Post. In stukken gebreid door Rika Post met stekenpatroon-variaties in Arabische vlakbrei-techniek. Belang van de weefsteek rondbrei-techniek voor de innovatie van breiwerken met Drents heideschaap De vacht van Drentse heideschapen kent van nature wel 300 verschillende kleurvariaties. Hoewel de meeste kleurvariaties voorkomen op de niet-bewolde delen (kop en onderpoten) leggen sommige schapenhouders zich tegenwoordig toe op het fokken van zoveel mogelijk kleurvariatie in de wol. Het werken met vilt en wollen garens van verschillende natuurlijke kleuren is steeds meer populair. 3 Aangezien de rondbreitechniek van oudsher de meest aangewezen techniek is om met verschillende kleuren te werken, biedt deze techniek perspectieven voor de verwerking van veelkleurige garens van Drentse heideschapen. Voor interieuraccessoires en overkleding, waarbij de binnenzijde vaak zichtbaar is, heeft de weefsteek rondbrei-techniek dan de voorkeur, omdat er dan geen losse lussen hangen aan de binnenzijde van het werk. Voor Nederlandse breisters betekent dit echter, dat zij een nieuwe techniek moeten aanleren die ‘tegendraads’ aanvoelt. I.p.v. de rechterhand leidt de linkerhand nu de breidraad; de linkerhand maakt geen steekbeweging meer en de rechterhand moet de niet-gebruikte draden meeweven door het werk. Dat vergt veel oefening. Het perspectief van het aanleren van de weefsteek rondbrei-techniek is, dat er daarmee voor de Nederlandse en internationale markt innovatieve ontwerpen (zonder precedent) kunnen worden ontwikkeld. Denk hierbij vooral aan ontwerpen voor interieuraccessoires en overkleding, die een plaats kunnen krijgen in onze moderne beleving en uitstraling van cultuur, couture en haute-design. De cursus voor de Praktijknetwerk deelnemers en het vervolg De cursus Fair Isle breien bij Knitted Knots is bedoeld voor gevorderde deelnemers. Bij de cursus van één middag worden de materialen verstrekt voor tweekleurige, rondgebreide polswarmers in Öland patroon, naar ontwerp van Madam Munch. Aan het eind van de cursus zijn de polswarmers in principe af. Dan zijn tevens alle aspecten aan bod geweest van het breien met deze techniek, inclusief de afwerking. Na de cursus hebben de deelnemers van het Praktijknetwerk “Zwoele Drentse vachten” twee ontwerpen beschrijvingen aangeschaft uit de collectie van Madam Munch, namelijk voor een omslagdoek en een sjaal. De beschrijvingen zijn uit het Deens vertaald door Knitted Knots, die het alleenrecht heeft voor de verkoop van deze ontwerp patronen in Nederland. Per verkocht patroon wordt er een bedrag afgedragen aan de ontwerper, maar elke gebruiker is vrij om te variëren met het aangeboden ontwerp. In de komende weken zullen de breisters deze ontwerpen breien en regelmatig het speciale breicafé bezoeken om hun technische vaardigheden te oefenen. Daarna zullen hun creaties zijn te zien in het Wolatelier bij de Herders van Balloo: www.herdersvanballoo.nl/balloo-wol.html . Verantwoording Voor dit verslag heb ik geput uit mijn eigen kennis van de breihistorie. Mede-eigenaar en docente Riek Siertsema van Knitted Knots www.knittedknots.com heeft enthousiast meegewerkt aan dit verslag. Bijpassende literatuur: Haan- van Huisstede, M. van (2014). Öland breien. 104 pp. Trollenwol. Klift-Tellegen, H. van der (1983). Nederlandse visserstruien met breipatronen. 95 pp. Cantecleer. Norjedet A. & C. Zachrison (2013). Noors breien met Arne en Carlos. 144 pp. Tirion. Norjedet A. & C. Zachrison (2011). Kerstballen breien met Arne en Carlos. 94 pp. Tirion. Ruhe, S. (2013). Visserstruien uit 40 Nederlandse vissersplaatsen. 174 pp. Forte Uitgevers. Voor meer informatie over dit Praktijknetwerk en over andere Praktijknetwerken: www.verantwoordeveehouderij.nl www.innovatieveenkolonien.nl Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling: Europa investeert in zijn platteland 4
© Copyright 2024 ExpyDoc