Toelichting en aandachtspunten Benchmark

Gemeente Ede
Notitie
Toelichting en aandachtspunten
Benchmark Afvalscheiding 2010
Blz. 2
Samenvatting
Ede heeft voor het eerst deelgenomen aan de Benchmark Afvalscheiding 2010 van het
Agentschap.NL (voorheen SenterNovem). Landelijk deden ruim 60 gemeenten mee, waaronder
de overige aandeelhoudende gemeenten van ACV; Wageningen, Renkum Veenendaal.
De benchmark biedt inzicht in de eigen prestaties en kwaliteit van het afvalbeheer in vergelijking
met andere gemeenten.
In 2010 onderzochten we ook de samenstelling van het restafval. Iets dat we tweejaarlijks doen.
De rapportage van de resultaten koppelen we via deze notitie terug met een korte toelichting.
Minder restafval betekent betere afvalscheiding. Ede scoort goed op hergebruik. Wanneer
nascheiding wordt meegerekend is het hergebruikpercentage 62%.
De totale hoeveelheid aangeboden huishoudelijk restafval bedraagt per inwoner 245kg. Hiervan
is 31kg/inwoner grofvuil. Het benchmark gemiddelde is 284kg/inwoner.
Alhoewel er goed gescheiden wordt ingezameld, zijn Groente-, Fruit- en Tuinafval, Oud Papier
1
en kunststoffen nog in 2009 nog ruim aanwezig in het restafval.
De afvalbeheerskosten in Ede zijn vergelijkbaar met die van Veenendaal en liggen hoger dan
het gemiddelde van de Benchmarkgemeenten. Van de ACV-gemeenten heeft Ede het laagste
afvalstoffenheffingtarief voor meerpersoonshuishoudens.
Bij de Benchmark werden inzamelresultaten, kosten, dienstverlening en regieprestatie gemeten.
Daarbij maakt de Benchmark onderscheid in CBS-stedelijkheidsklassen.
De gemeente Ede valt in stedelijkheidsklasse 3, net als Wageningen. Veenendaal is
stedelijkheidsklasse 2 en Renkum 4.
De indeling naar stedelijkheidklasse is voor afvalbeheer eigenlijk minder bruikbaar. Ede kent
gebieden vergelijkbaar met stedelijkheidsklasse 2, maar ook 5.
Het bebouwingstype (hoogbouw, appartementen, laagbouw, vrijstaande woningen etc) is van
grotere invloed op afvalbeheer dan een (gemiddelde) stedelijkheidsklasse.
De vergelijking in stedelijkheidsklassen moet danook als globaal hulpmiddel worden gezien.
De notitie sluit af met een Bijlage, waarin een aantal afvalbeheersaspecten bij gemeenten in
algemene zin worden toegelicht.
1
In 2010 is de gescheiden inzameling van kunststofverpakkingsafval gestart. Hierdoor zit er nu
ruim 600.000kg./jaar minder kunststofafval in het restafval.
Blz. 3
Inhoudsopgave
1. Algemeen ..................................................................................................................... 4
1.1. Inleiding......................................................................................................... 4
1.2. Achtergrond afvalbeheer............................................................................... 4
1.3. Stedelijkheidsklasse...................................................................................... 4
1.4. Wat is de samenstelling van het Edese restafval? ....................................... 6
2.
Benchmark .............................................................................................................. 8
2.1. Restafval ....................................................................................................... 8
2.2. Groente-, Fruit- en Tuinafval......................................................................... 9
2.3. Oud Papier & Karton ................................................................................... 10
2.4. Glas ............................................................................................................. 11
2.5. Textiel.......................................................................................................... 12
2.6. Grofvuil........................................................................................................ 13
3.
BIJLAGE I............................................................................................................. 14
Blz. 4
1. Algemeen
1.1. Inleiding
Jaarlijks biedt het Agentschap.NL (voorheen SenterNovem) gemeenten de mogelijkheid om
mee te doen aan hun Benchmark Afvalscheiding. De benchmark is een hulpmiddel om diverse
afvalaspecten onderling te vergelijken. Doordat verschillende gemeenten hun gegevens
aanleveren kunnen de resultaten vergeleken worden en kan een individuele gemeente bepalen
waar mogelijk verbeterpunten liggen op het gebied van afvalbeheer.
De gemeente Ede nam deel aan de Benchmark Afvalscheiding 2010 met ruim zestig andere
gemeenten, waaronder ook de overige aandeelhoudende gemeenten van de ACV. Voor de
ACV-gemeenten was het de eerste keer, dat zij gezamenlijk deelnamen aan deze benchmark.
Achteraf blijkt, dat bij het aanleveren van de cijfers niet altijd de correcte gegevens zijn gebruikt
of verschillende uitgangspunten werden gehanteerd. Dit is een leerproces. Bij een volgende
deelname aan de benchmark zal dit een extra aandachtspunt zijn.
De gegevens in de benchmark hebben betrekking op het jaar 2009.
1.2. Achtergrond afvalbeheer
Om de analyse met toelichting leesbaar te houden, beschrijven we enkele belangrijke
achtergronden van afvalbeheer in een aparte bijlage.
De Benchmark presenteert per gemeente vier invalshoeken, ook wel prestatiegebieden.
Deze zijn:
1. Milieu (mate waarin afval wordt gescheiden/hergebruikt)
2. Kosten
3. Dienstverlening
4. Regie.
In de hierna beschreven analyse vergelijken we steeds per afvalsoort de onderdelen milieu en
kosten in een vaste matrix.
De vergelijking maken we op grond van 4 verschillende situaties, namelijk voor:
A. Ede
b. ACV-gemeenten (gemiddeld)
C. Stedelijkheidsklasse 3, waaronder Ede valt (gemiddeld)
d. Gemiddelde van alle gemeenten die deelnamen aan de benchmark.
Het kunststof verpakkingsafval is in deze benchmarkanalyse niet meegenomen. Dit omdat er in
2009 nog geen sprake was van een gemeentebrede inzameling van kunststofverpakkingen.
Een benchmarkvergelijking voor deze afvalstroom is danook (nog) niet mogelijk. Daarover
hebben we eind 2010 al een rapportage opgesteld.
‘Dienstverlening’ en ‘Regie’ zijn niet meegenomen, omdat de achterliggende parameters van de
verschillende gemeenten onvoldoende of niet inzichtelijk zijn.
Onderling overleg naderhand leerde ons, dat de ingevoerde gegevens niet door alle gemeenten
eenduidig zijn ingevoerd in de Benchmark. Zo heeft onder andere Ede alle specifieke
kostendragers (kapitaalslasten inzamelmiddel, beheerskosten, containermanagement)
toegerekend aan de inzamelkosten van die bepaalde afvalsoort. Andere gemeenten hebben
uitsluitend de inzamelkosten van de bepaalde afvalsoort opgevoerd.
Een per gemeente wisselende mix van factoren is van invloed op de uiteindelijke prestaties en
kosten van afvalbeheer. Deze mix bestaat uit: stedelijkheidsklasse, bebouwingstype,
inzamelmethode, inzamelbedrijf, beheerskosten, kapitaalslasten, kwijtschelding, toerekeningen
etc.
1.3. Stedelijkheidsklasse
De gemeente Ede valt onder CBS stedelijkheidsklasse 3 (zie bijlage). Voor het Edese
afvalbeheer is dit eigenlijk een te globale indeling. Ede kent binnen haar grenzen gebieden, die
onder klasse 2 zouden vallen (dichte bebouwingslocaties) en klasse 5 (zeer landeljk). Daarbij
komt, dat meer dan de helft van Ede uit natuurgebied bestaat. Gemeente Wageningen valt ook
in klasse 3, Veenendaal in klasse 2 en Renkum in klasse 4. Het zal duidelijk zijn dat uitgestrekte
en dunbevolkte gebieden hogere inzamelkosten met zich meebrengen, dan bij compacte
bebouwing.
Blz. 5
In onderstaand overzicht staan de verschillende prestaties per gemeente en de gemiddelden
per stedelijkheidsklasse gerangschikt. De conclusie is, dat de prestaties per gemeente, zeker
op onderdelen, uiteenlopen. In Ede zijn de inzamelkosten hoger vanwege het uitgestrekte
grondgebied en door zaken als overname gemeente personeel, investeringen in ondergrondse
afvalcontainers met toegangsautorisatie, containermanagement- en Afvalpassysteem, aparte
papierinzameling, acceptatie van zeer veel afvalsoorten (gratis of tegen gereduceerd tarief) op
Afvalbrengstation etc.
Hiermee wordt bevestigd, wat onder ‘bebouwingstype’ in de bijlage is opgemerkt:
voor afvalsturing is het bebouwingstype een beter uitgangspunt en levert meer bruikbare
parameters op dan de stedelijkheidsklasse-indeling.
Prestatievergelijking globaal
scheidingpercentage en kosten
(gemiddeld) per huishouden
350
300
250
200
150
100
50
0
Veenendaal
Gem.
klasse 2
verwerkingskosten (€/huishouden)
107
79
inzamelkosten (€/huishouden)
103
89
1- persoonstarief (€)
232
224
191
250
meerpersoonstarief (€)
310
272
298
320
bron + nascheiding (%)
57
62
56
51
Wag
Gem.
klasse 3
96
91
101
80
86
86
128
103
94
118
80
94
Ede
55
Renkum
55
Tabel 2. Prestatievergelijking ACV-gemeenten per huishouden (cijfers 2009).
Gem.
klasse 4
Landelijk
gemiddelde
106
138
64
50
Blz. 6
1.4. Wat is de samenstelling van het Edese restafval?
Naast monitoren van de inzamelhoeveelheden laten we tweejaarlijks een sorteeranalyse
uitvoeren van de samenstelling van het restafval.
Hiermee krijgen we een beter zicht op wat er nog in het restafval zit en wat dus eigenlijk ook
gescheiden (en dus hergebruikt) had kunnen worden.
De procentuele gewichtsverdeling van de verschillende afvalsoorten in het restafval in 2010
staat in onderstaande tabel aangegeven.
Samenstelling Restafval 2010
(% )
GFT
Papier
GLAS
1%
12%
TEXTIEL
0%
METALEN
4%
4%
41%
KUNSTSTOFFEN
Kunststoffen
verpakkingen
11%
HOUT
3%
PUIN
3%
KCA
4%
3%
14%
WeB
OVERIG
Tabel 3. Samenstelling restafval Ede 2010 ( 1% staat voor ongeveer 230.000kg.)
Toelichting:
Het overgrote (gewichts)deel van het restafval bestaat uit GFT (90,5kg/inw). Oud papier heeft
ook een behoorlijk aandeel in de restafvalcontainer. (43kg/inw) waarvan 31kg/inw voor
hergebruik geschikt is.
Glas, textiel, metalen, hout en puin komen relatief weinig voor (7 – 10kg/inw).
Een aanzienlijk deel bestaat uit kunststoffen (ruim 30kg/inw) waarvan 24kg/inw aan
verpakkingen.
Het overig afval bestaat uit onder andere: drankkartons, hygiënisch papier, dakbedekking,
isolatiemateriaal, stofzuigerzakken, vinyl, kattenbakgrind, tapijt, grond, opblaasboot, zeil.
banden, rubber slangen, behang etc.
Naast het gewichtspercentage is ook gekeken naar het volumeaandeel (hoeveel ruimte neemt
een bepaalde afvalstroom in).
Dat levert een verrassend beeld op: Terwijl GFT het grootste gewichtsaandeel heeft in de
restafvalcontainer bestaat meer dan 50% van het volume uit kunststoffen.
Blz. 7
In onderstaande grafiek is het gemiddelde volumepercentage per afvalstroom weergegeven.
Volume % in restafval
Groente-, fruit- en tuinafval
Papier en karton
Hygiënisch papier
Drankkartons
Kunststoffen
Glas
Metalen
Textiel
Puin en keramiek
Hout
Klein chemisch afval
Wit- en bruingoed
Overig afval
leeg
Tabel 4. Gemiddeld volume-percentage per afvalstroom in restafval
Aandachtpunten:
- verbeteringpotentieel zit bij betere scheiding van GFT, oud papier & karton, kunststof
verpakkingsafval en textiel.
Blz. 8
2. Benchmark
Hierna rapporteren we per afvalsoort. (prestatiegebied ‘Milieu’ en ‘Kosten’)
2.1. Restafval
Restafval (incl. grofvuil)
Afvalstroom
Inzamelmethode Ede:
Halen: mini- en (ondergrondse) verzamelcontainers
Milieu
Ede
Renkum Veenendaal Wageningen benchmark benchmark benchmark
kg/ inw/jr kg/ inw/jr
ingezameld
in restafval
245
245
278
278
kg/ inw/jr
kg/ inw/jr
267
267
217
217
gem. ACV gem Kl. 3
252
252
260
260
L.G.
284
284
Toelichting:
De hoeveelheid restafval neemt in Ede jaarlijks nog steeds af.
Ede streeft naar maximaal 150kg/inwoner in 2015.
Aandachtspunten:
Door afval gescheiden aan te bieden kan meer afval dienst doen als grondstof voor andere
producten. In totaal werd ongeveer 63% van alle afval gescheiden ingezameld. Door een aantal
maatregelen, zoals de invoering van de papiercontainer en gescheiden inzameling van
kunststofverpakkingsafval neemt de hoeveelheid restafval af. Zoals uit de sorteeranalyse te zien
is, zijn we er echter nog niet; veel wat nu nog in het restafval zit zou ook gescheiden kunnen
worden aangeboden.
Afvalstroom
Kosten
Kosten inzameling
kosten verwerking
Restafval (incl. grofvuil)
Ede
Renkum
per ton
per ton
Veenendaal Wageningen benchmark
per ton
€ 84,00 € 110,00 € 79,00
€ 130,00 € 100,00 € 128,00
per ton
€ 85,00
€ 121,00
gem. ACV
benchmark
gem Kl. 3
benchmark
L.G.
€ 90,00 € 72,00 € 80,00
€ 120,00 € 121,00 € 119,00
Toelichting:
De inzamelkosten liggen voor Ede (en de andere ACV-gemeenten) hoger dan voor een
gemiddelde gemeente in stedelijkheidsklasse 3 en het landelijk gemiddelde.
Aandachtspunten:
Ede kent een aantal specifieke zaken, die invloed hebben op de kostencomponent.
Voorbeelden zijn: een groot buitengebied en inzameling met voormalig gemeentepersoneel
(andere CAO). Daarnaast werden, zoals eerder opgemerkt, niet door alle gemeenten alle
kosten doorberekend.
Met ACV zijn afspraken gemaakt onder andere over de inzet van meer zijbeladers. Hierdoor
kunnen de inzamelkosten enigszins worden beperkt.
Blz. 9
2.2. Groente-, Fruit- en Tuinafval
GFT
Afvalstroom
Inzamelmethode Ede :
Laagbouw: mini-container. Hoogbouw: geen
Milieu
Ede
Renkum Veenendaal Wageningen benchmark benchmark benchmark
kg/ inw/jr kg/ inw/jr
gescheiden ingezameld
in restafval
112
69
84
74
kg/ inw/jr
kg/ inw/jr
91
53
70
51
gem. ACV gem Kl. 3
89
62
92
70
L.G.
69
66
Toelichting:
Ede is een groene gemeente. Ook het aandeel gescheiden ingezameld GFT is daardoor hoog.
Een hieraan gekoppeld feit is, dat hierdoor ook, in verhouding, nog veel GFT in het restafval
verdwijnt. Een zekere invloed gaat bovendien uit van het niet gescheiden inzamelen van GFT in
Kernhem en bij hoogbouw. Binnen de woonkernen kan een huishouden een tweede gratis GFTcontainer aanvragen. Ongeveer 25% van de huishoudens heeft dat. In de praktijk blijkt een
extra container erbij, ook al is die gratis, een obstakel. (ruimtegebrek, niet mooi, stank, alleen in
voorjaar-herfst in gebruik etc.)
Aandachtspunten:
Ede volgt de landelijke trend, dat er meer GFT in het restafval zit.
Uit specifieke analyse van het GFT bij andere gemeenten blijkt, dat voedselverspilling een
belangrijke oorzaak is van een groter aandeel GF in het restafval. Meer dan 90% van de
gescheiden ingezamelde GFT bestaat uit tuinafval. Het kleinere groente- en fruitafval mag ook
in de GFT-container, maar komt daar dus vaak niet in. Misschien dat het te veel moeite vraagt
om het (in de keuken) gescheiden te houden.
Om het Groente en Fruit meer gescheiden aan te bieden, wordt geadviseerd hierover naar
huishoudens te communiceren (website, gemeentelijke voorlichtingspagina)
Afvalstroom
Kosten
Kosten inzameling
kosten verwerking
GFT
Ede
Renkum
per ton
per ton
Veenendaal Wageningen benchmark
per ton
€ 84,00 € 110,00 € 79,00
€ 45,00 € 58,00 € 56,00
per ton
€ 85,00
€ 46,00
gem. ACV
benchmark
benchmark
gem Kl. 3
L.G.
€ 90,00 € 71,00 € 80,00
€ 51,00 € 66,00 € 58,00
Toelichting:
De inzamelkosten voor GFT lopen voor Ede parallel aan die voor restafval.
Aandachtspunten:
Om ARBO-technische redenen is binnen de woonkern gekozen voor een 140ltr container
(tweewekelijks) in plaats van een 240ltr zoals in het buitengebied (maandelijks).
Onderzocht wordt in hoeverre inzameling met zijbeladers binnen de woonkernen mogelijk is en
kostenefficiënter uitpakt. Hierdoor kan op termijn ook binnen de woonkernen gebruik gemaakt
worden van een grote GFT-container. Met ingang van 2011 is een nieuw verwerkingscontract
voor GFT gesloten met Twence. De kosten bedragen inclusief transport € 34,50/t. De besparing
is circa € 13,00/t.
Blz. 10
2.3. Oud Papier & Karton
Oud papier & Karton
Afvalstroom
Inzamelmethode Ede:
Halen: mini-container. Brengen: verzamelcontainer
Dichtheidscore
376
15
226
181
200
2513
3051
Milieu
Ede
Renkum Veenendaal Wageningen benchmark benchmark benchmark
kg/ inw/jr kg/ inw/jr
gescheiden ingezameld
in restafval
64
24
kg/ inw/jr
kg/ inw/jr
56
40
60
19
68
30
gem. ACV gem Kl. 3
62
28
L.G.
69
25
58
34
Toelichting:
Achter de dichtheidscore staat weergegeven het gemiddeld aantal huishoudens per brengpunt.
Ede kent een combinatie van twee systemen: halen (via papiercontainers) en brengen (via
organisaties)
Sinds invoering van de papiercontainer wordt structureel minder oud papier aangetroffen in het
restafval. De inzamelhoeveelheden zijn nog stijgende, al is dit niet meer zo spectaculair als kort
na invoering van de oud papiercontainer. Ede volgt hiermee de landelijke trend.
Het aantal huishoudens dat op vrijwillige basis een papiercontainer in gebruik (75%) heeft,
neemt nog steeds toe.
In 2009 werd via organisaties 57% ingezameld en via de ACV 43%. In totaal werd 26% van het
papier gebracht en 74% gehaald. In 2005, voordat de papiercontainer werd ingevoerd, was dat
respectievelijk 84% voor brengen en 16% voor halen.
Aandachtspunten:
Een onbekend deel van het oud papier (geschat wordt 900.000kg/jaar) verdwijnt buiten het
gezicht van gemeente en zonder registratie. Dit komt omdat sommige organisaties hun oud
papier niet via de gemeente aanbieden. Hierdoor telt dit papier niet mee met het
hergebruikpercentage. Bovendien ontvangt de gemeente geen inkomsten over dit deel uit het
Afvalfonds.
Afvalstroom
Kosten
Kosten inzameling
kosten verwerking
Oud papier & Karton
Ede
Renkum
per ton
per ton
Veenendaal Wageningen
per ton
€ 111,00* € 59,00 € 22,00
€ 57,00- € 61,00- €
-
per ton
benchmark
benchmark
benchmark
gem. ACV
gem Kl. 3
L.G.
€ 143,00 € 92,00 € 59,00 € 53,00
€ 58,00- € 37,00- € 38,00- € 30,00-
* Dit betreft een gewogen gemiddelde prijs. De inzameling via organisaties kost Ede ongeveer
€ 133/ton, exclusief €17,--/ton als Pietje Papier het bij hen ophaalt en € 90/ton via de ACV.
Toelichting:
De inzamelkosten voor oud papier en karton uit huishoudens zijn in Ede aanzienlijk. Dat komt
door de huidige inzamelpraktijk. De veelzijdige inzameling (mix van halen en brengen door ruim
150 organisaties, Afvalcombinatie heeft als voordeel, dat er veel mogelijkheden geboden
worden om oud papier in te leveren en dat enkele organisaties er een leuk zakcentje aan
overhouden.
De inzameling (halen) door organisaties komt in de komende jaren onder druk te staan. Door
het inzetten van zogenaamde zijbeladers zal het aantal voertuigen t.b.v. inzameling door
organisaties fors teruglopen.
Aandachtspunten:
Na aftrek van de opbrengst voor het oud papier bedragen de netto inzamelkosten voor
organisaties € 76/t. en voor ACV € 33/t.
De inzamelkosten voor organisaties liggen beduidend hoger dan voor ACV. Dit komt doordat
naast de basis- en bonussubsidie diverse (extra) kosten niet aan organisaties worden
doorberekend: de gemeente betaalt de kosten van het inzamelvoertuig met chauffeur, de
kosten voor het beschikbaar stellen van brengcontainers bij organisaties en de kosten om het
gebrachte oud papier bij de organisaties (door Pietje papier) op te halen. Tot slot zamelen
vrijwilligers minder efficiënt in dan professionele medewerkers.
Blz. 11
2.4. Glas
Glas
Afvalstroom
Inzamelmethode Ede:
Brengen: verzamelcontainer
Dichtheidscore
329
Milieu
Ede
679
Renkum
312
kg/ inw/jr kg/ inw/jr
gescheiden ingezameld
in restafval
17
7
442
Veenendaal Wageningen
29
9
kg/ inw/jr
kg/ inw/jr
19
9
25
8
441
benchmark
535
588
benchmark benchmark
gem. ACV gem Kl. 3
22,5
8
L.G.
21
9
20
11
Toelichting:
Ede volgt de landelijke trend met minder glas in het restafval. De hoeveelheid gescheiden
ingezameld glas blijft de laatste tijd redelijk constant, tussen de 17 - 20kg per inwoner per jaar.
Aandachtspunten:
Het glasbollennetwerk is de afgeliopen jaren behoorlijk uitgebreid.
Voor Ede geldt een dichtheidscore van 329 (aantal huishoudens per brengpunt). Gemiddeld
voor de ACV-gemeenten ligt dat op 441 en landelijk op 588. Het groter aantal brengpunten
heeft voor een toename gezorgd van de gescheiden aanbieding van glas.
Landelijk bekend zijn Bloemendaal en Wassenaar om hun grote hoeveelheden gescheiden
ingezameld glas: 37kg/inwoner per jaar. Dat zal Ede nooit halen.
Procentueel doet Ede het behoorlijk. Ruim 71% wordt gescheiden ingezameld, terwijl dit voor
de stedelijkheidsklasse 3 ligt op 69% en landelijk op 64%.
Afvalstroom
Kosten
Glas
Kosten inzameling
kosten verwerking
€ 58,00 € 17,00
€
€ 6,00-
Ede
Renkum
per ton
per ton
Veenendaal Wageningen
per ton
€
€
8,00
-
per ton
€ 65,00
€ 8,00-
benchmark
benchmark
benchmark
gem. ACV
gem Kl. 3
L.G.
€ 37,00 € 25,00 € 31,00
€ 3,50- € 17,00- € 7,00-
Toelichting:
De hogere inzamelkosten voor glas komen voornamelijk voort uit het uitgestrekte gebied en
uitgebreide gasbollennetwerk. Per tijdseenheid kunnen daardoor minder glasbollen worden
geleegd. Van de inzamelkosten bestaat ongeveer € 18,00/t. uit kapitaallasten.
De gemiddelde verwerkingskosten bedroegen € 7,57/t. De transport kosten waren € 8.75/t. Per
saldo komen de gemiddelde verwerkingskosten uit op € -1,18. De gemeente ontvangt een
aanvulling tot € 40,00/t. op de verwerkingskosten van Nedvang.
Aandachtspunten:
Geen.
Blz. 12
2.5. Textiel
Textiel
Afvalstroom
Inzamelmethode Ede:
Halen: in de woonkernen 4x/jaar aan huis (met zak)
Brengen: verzamel textielcontainer
Dichtheidscore
2.358
2.376
1.268
2.796
2.200
2.018
2.120
Milieu
Ede
Renkum Veenendaal Wageningen benchmark benchmark benchmark
kg/ inw/jr kg/ inw/jr
gescheiden ingezameld
in restafval
4,1
10
5,3
11
kg/ inw/jr
kg/ inw/jr
4
4
3,6
9
gem. ACV gem Kl. 3
4,3
8,5
L.G.
4,2
11
3,7
10
Toelichting:
De dichtheidscore geeft aan het gemiddelde aantal huishoudens per brengpunt.
Van de bij de gemeente bekende hoeveelheden textiel wordt 29% apart ingezameld. Dat komt
overeen met het landelijk gemiddelde. Binnen de ACV gemeenten ligt dat op 34% en voor
stedelijkheidklasse 3 op 26%.
Het Landelijk Afvalstoffenplan gaat uit van een streefpercentage van 50%.
Aandachtspunten:
Uit de sorteeranalyse van 2010 blijkt er nog een aanzienlijk deel bruikbaar textiel in het restafval
te zitten. Bij de gemiddelde ACV-gemeente en landelijk is de brengscore beter dan in Ede.
In samenspraak met Restore Kringloop wordt gewerkt aan een verdichting en verbetering van
de brengvoorzieningen voor textiel.
Afvalstroom
Kosten
Textiel
Ede
Renkum Veenendaal Wageningen benchmark benchmark benchmark
per ton
Kosten inzameling
kosten verwerking
€
€
per ton
-
per ton
per ton
gem. ACV
gem Kl. 3
L.G.
-
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
Toelichting:
De kosten voor inzameling van textiel zijn in de benchmark niet meegenomen, omdat veel
gemeenten niet beschikken over deze gegevens. Vaak wordt dit overgelaten aan charitatieve
instellingen.
Aandachtspunten:
Als inzamelaar van textiel heeft de gemeente (om niet) Ede Restore Kringloop aangewezen.
Dit, omdat voorheen de inzameling niet, onvolledig en versnipperd werd uitgevoerd door diverse
charitatieve organisaties. Daardoor was aansturing niet mogelijk en ontbrak inzicht in de
kwaliteit en de verwerking.
Blz. 13
2.6. Grofvuil
Grofvuil (ABS)
Afvalstroom
Inzamelmethode Ede:
Halen: op verzoek Brengen: Afvalbrengstation
Milieu
Ede
Renkum Veenendaal Wageningen benchmark benchmark benchmark
kg/ inw/jr kg/ inw/jr
gescheiden ingezameld
in restafval
90
31
154
54
kg/ inw/jr
kg/ inw/jr
88
45
122
37
gem. ACV gem Kl. 3
114
42
133
34
L.G.
96
37
Toelichting:
De brengscore is een indicatie van het aantal inwoners/jaar (per 10.000 inwoners), dat grofvuil
aanlevert bij het Afvalbrengstation (ABS). Grofvuil kan met de Afvalpas gebracht worden bij het
ABS. Op verzoek kan het ook aan huis worden opgehaald. Er wordt in verhouding minder
grofvuil aangeleverd dan in andere (ACV) gemeenten.
De Afvalpas reguleert de (gratis) afvalstromen op het ABS. En voorkomt dat anderen dan
Edese huishoudens toegang hebben tot het ABS. De (grotere) afstand van woning tot het ABS
kan een rol spelen in een wat lager bezoekersaantal/ minder grofvuil dan gemiddeld.
Het afvalpasbeleid leidt niet tot een toename van grofvuil in het restafval. Evenmin is een
toename geconstateerd van afvaldumpingen in de openbare ruimte.
Aandachtspunten:
Geen.
Het Afvalpasbeleid is onlangs geëvalueerd en voldoet tot op heden goed.
Afvalstroom
Kosten
Brengscore ABS
Kosten halen
kosten brengen (ABS)
kosten verwerking
Grofvuil (ABS)
Ede
Renkum
per ton
per ton
Veenendaal Wageningen benchmark
per ton
69
76
73
€ 180,00 € 124,00 € 245,00
€ 98,00 € 51,00 € 74,00
€ 57,00 € 62,00 € 56,00
per ton
85
€ 183,00
€ 83,00
€ 57,00
gem. ACV
benchmark
benchmark
gem Kl. 3
L.G.
76
74
71
€ 183,00 € 176,00 € 204,00
€ 77,00 € 62,00 € 82,00
€ 58,00 € 56,00 € 53,00
Toelichting:
Het overgrote deel van het grofvuil wordt gebracht. De brengscore geeft aan het serviceniveau
van het ABS, zoals openingstijden, aantal geaccepteerde afvalstromen, drempel in aanlevering
hoeveelheden (tegelijk) etc. Hiervoor liggen de kosten voor Ede per ton hoger dan gemiddeld,
terwijl de kosten voor halen lager liggen dan gemiddeld.
De kosten van grofvuil bestaan ondermeer uit mensuren (voor toezicht op het ABS en
administratieve afhandeling), wagenuren (bij halen aan huis), de ruime mogelijkheid om alle
grofvuilstromen aan te bieden, de handling en afvoer van containers, het aftransport naar
verwerker, de verwerkingskosten en kapitaallasten ABS.
Het ABS in Ede is 6 dagen in de week geopend, in totaal 47u./week.
Voor een deel van de inwoners is het een nadeel dat het ABS niet centraal in de gemeente ligt.
Nu wonen de meesten wel in het zuidelijk deel, maar voor inwoners van Harskamp is de afstand
naar het ABS relatief ver. Helaas zijn de kosten van een extra steunpunt dermate hoog, dat
uitbreiding met een vast extra brengpunt financieel niet verantwoord is.
Bewoners in het buitengebied en in de buitendorpen bieden we sinds enige tijd de mogelijkheid
om op een aantal zaterdagen in het najaar het grof tuinafval gratis op een locatie in de buurt
aan te bieden (op vertoon van de Afvalpas). Het toezicht wordt, tegen een vergoeding,
uitgevoerd door vrijwilligers van een Edese organisatie. De ervaringen hiermee zijn positief.
Aandachtspunten:
ACV onderzoekt momenteel de mogelijkheid om het aantal bedrijfseigen transportbewegingen
voor op- en overslag van ingezameld afval op het ABS te reduceren. Door deze
(bedrijfs)activiteiten elders te situeren kan het ABS optimaler en veiliger door
inwoners/bezoekers worden benut.
Blz. 14
3. BIJLAGE I
KORTE ALGEMENE TOELICHTING OP EEN AANTAL
AFVALBEHEERASPECTEN BIJ GEMEENTEN
Stedelijkheidsklasse
Op grond van stedelijkheid (aantal woonadressen per km2) heeft het CBS 5 klassen
onderscheiden (1 t/m 5), waarbij 1 zeer stedelijk is en 5 zeer landelijk. (Tabel A).
Het Landelijk Afvalbeheers Plan (LAP) geeft per stedelijkheidsklasse een verschillende
afvalscheidingdoelstelling aan:
Stedelijkheidklasse
Aantal
Gemeenten
% inw.
Doelstelling
hergebruik
(bronscheiding)
Benchmark
gemiddelde
1
12
19%
43%
2*
57
23%
53%
48%
3*
89
18%
56%
55%
4*
160
20%
60%
62%
5
140
20%
60%
Tabel A Overzicht stedelijkheidsklassen en gescheiden inzameldoelstellingen.
* N.B. Gemeente Veenendaal valt in sted.klasse 2, Ede en Wageningen in 3 en Renkum in 4
Totaal
benchmark
gemiddelde
(inclusief
nascheiding)
51%
59%
64%
Richtlijnen voor gescheiden inzameling
De doelstelling voor bronscheiding realiseert de gemeente door gft-afval, papier en karton, glas,
textiel, KCA en grof huishoudelijk afval gescheiden in te zamelen. Om een idee te geven
hoeveel gemeenten onder een bepaalde stedelijkheidsklasse kunnen inzamelen, zijn landelijke
richtlijnen voor inzameling van deze componenten geformuleerd (zie tabel B).
Voor grof huishoudelijk afval is geen richtlijn geformuleerd uitgedrukt in kg per inwoner, omdat
de inzamelwijze bepalend is voor de hoeveelheid grof huishoudelijk afval. In de gemeentelijke
doelstellingen is er vanuit gegaan dat gemeenten 75% van deze afvalstroom gaan hergebruiken
Sted.
Klasse
1
Gft-afval
Papier
Glas
Textiel
KCA
35
60
20
5
2
Grofvuil
(%)
75
2
85
75
23
5
2
75
3
105
85
23
5
2
75
4
125
90
23
5
2
75
5
140
95
23
5
2
75
Tabel B Richtlijnen voor bronscheiding per afvalsoort (in kg/inw./jr)
Bebouwingstype
Bij sorteeranalyses wordt over het algemeen uitgegaan van bebouwingstypen; de volgende
typen worden onderscheiden: laagbouw kleine percelen, laagbouw grote percelen, hoogbouw,
buitengebied, kleinere woonkern. Bebouwingstypen geven een beter inzicht (dan
stedelijkheidsklasse) in de achtergronden van de samenstelling van het afval.
Deze methode heeft echter ook een beperking. De efficiënte inzamelpraktijk staat rapportage
van inzamelgegevens per bebouwingstype in de weg; in een route kunnen meerdere
bebouwingstype worden bereikt. Alleen met extra maatregelen en hoge kosten zouden deze
gegevens verkregen kunnen worden. Gevolg hiervan is dat een sorteeranalyse wel inzicht geeft
in de (veranderende) samenstelling van het restafval in algemene zin. Maar vergelijking met
een bepaald bebouwingstype en de daar gescheiden ingezamelde kilo’s van een afvalstroom is
dus niet mogelijk.
Verzelfstandiging afvalinzameling
Een groot aantal gemeenten hebben hun afvalinzamel- en reinigingstaken verzelfstandigd. (Ede
in 1999). In deze vorm is de gemeente aandeelhouder en opdrachtgever en het
verzelfstandigde inzamelbedrijf is opdrachtnemer. De afspraken over taken en
verantwoordelijkheden zijn vastgelegd in bilaterale dienstverleningsovereenkomsten (DVO)
tussen de aandeelhoudende gemeenten en het inzamelbedrijf.
Blz. 15
Bij de verzelfstandiging van taken spe(e)l(d)en de volgende uitgangspunten:
• het behoud van de bestuurlijke zeggingskracht en controle
• behoud bestuurlijke bevoegdheid waaronder verordeningen en tariefstelling
• continuïteitsgarantie voor over- en opgedragen taken
• behoud van kwalitatief goede inzameling
• levering van maatwerk toegesneden op gemeentelijke beleidslijnen
• sociaal acceptabele en verantwoorde oplossing voor het personeel
• regeling voor overname van materieel en activa
• goede veiligheidsvoorzieningen en naleving van Arbowet
• milieuhygiënisch verantwoord opereren.
Afvalbeheer
De DVO is voor de gemeente een belangrijk instrument om regie te houden op het afvalbeheer.
Een goede relatie met de inzamelaar is daarbij zeker zo belangrijk. Het contact met de
afvalinzamelaar moet niet alleen bij het afsluiten van de overeenkomst goed zijn, maar ook en
vooral gedurende de looptijd van het contract op peil worden gehouden om het contract flexibel
in te kunnen vullen. Door af te spreken dat periodiek verslag wordt gedaan van de uitvoering,
zijn er vaste momenten voor contact en voor het bespreken van ontwikkelingen.
De rol van zowel de gemeente als inzamelaar moet voor beiden duidelijk zijn, waarbij het voor
de gemeente belangrijk is om de rol van opdrachtgever en aandeelhouder te scheiden om
problemen te voorkomen.
Contractmanagement maakt onderdeel uit van het gemeentelijke afvalbeheer. Het is een
instrument om de risico’s, die met het aangaan van contracten gemoeid zijn, te beheersen.
De gemeente heeft verschillende contracten voor de inzameling en verwerking van afval. Door
een compleet overzicht te hebben van de contractuele afspraken over rechten en
verplichtingen, is deze beheersing mogelijk en worden kosten bespaard en risico’s bewaakt.
Verder spelen het tijdig verlengen en beëindigen van contracten, het volgen en bewaken van de
vereiste procedures tijdens het contracteringsproces én de beschikbaarheid van historische
informatie bij selectie van partijen een rol bij risicobeheersing. Een wezenlijk onderdeel van
contractmanagement is contractbeheer. Dit proces zorgt ervoor dat de juiste informatie op het
juiste tijdstip op de juiste plaats is.
Contractbeheer zorgt voor:
• Inzicht of er voor elke leverancier een (juridisch) geldig contract beschikbaar is.
Bijvoorbeeld of na de overname van een leverancier het contract beëindigd of juist
verlengd moet worden.
• Sturingsmogelijkheden richting de diverse toeleveranciers (zowel afnemend als
uitvoerend). Bijvoorbeeld via jaarlijkse evaluaties, rapportages, benchmarks etcetera.
• Inzicht in de risico’s die aan contracten verbonden zijn. Bijvoorbeeld waar de kritische
contracten zitten voor de dagelijkse uitvoering.
• Inzicht in de opbouw van de afvalheffing per afvalsoort (directe en indirecte kosten)
voor inzameling en verwerking. En daarmee bijvoorbeeld informatie beschikbaar te
hebben voor wanneer contracten worden heropend.
• Een overzicht in wie wanneer waarvoor met wie contact kan opnemen. Bijvoorbeeld wie
neemt initiatief voor heropenen contract. Wie van de gemeente kan met wie bij de
leverancier bellen wanneer in de dienstverlening iets schort.
Kosten
Waarom verschillen de kosten van afvalbeheer per gemeente?
Per gemeente kunnen de kosten voor afvalbeheer sterk verschillen. Hiervoor zijn in algemene
zin meerdere oorzaken te noemen:
A. Afvalaanbod
Per gemeente kunnen het afvalaanbod en daarmee de begrote kosten sterk verschillen. Dit
geldt zowel voor het totaalaanbod als voor de verhouding tussen het restafval en gescheiden
ingezamelde herbruikbare afvalfracties.
Blz. 16
B. Kostentoedeling
Per gemeenten kan de kostentoedeling verschillen, onder meer bij:
• de kostenposten die in de begroting voor het afvalbeheer worden betrokken
• de afbakening van kosten/baten tussen huishoudelijk afval en bedrijfsafval
• het opbouwen en aanspreken van reserves.
C. Andere inkomstenbronnen
Gemeenten kunnen ook andere inkomstenbronnen gebruiken om de kosten voor het
afvalbeheer te dekken (in 2005 bij 20% van de gemeenten). De kostendekking vanuit de
afvalstoffenheffing neemt de laatste jaren toe.
D. Kwijtscheldingen
Het percentage kwijtscheldingen kan sterk verschillen, doordat gemeenten niet overal dezelfde
grondslag voor kwijtschelding hanteren en het aantal inwoners met lage inkomens per
gemeente sterk kan verschillen (bijvoorbeeld door veel studenten). Kwijtschelding betekent dat
de financiële prikkel om meer afval te scheiden en minder afval aan te bieden wordt
weggenomen.
Deze factoren zijn met name van invloed op het totaal begrote bedrag voor het beheer van
huishoudelijk afval en op het aantal huishoudens waarover dit kan worden omgeslagen. Beide
zijn bepalend voor de gemiddelde afvalstoffenheffing die een gemeente oplegt.