Wiskunde Opdrachten: Hoeken meten en berekenen

Wiskunde
Opdrachten: Hoeken meten en berekenen
Opdracht 1:
Kijk naar het figuur hieronder.
ABCD is een rechthoek. Hoek A2 = 24° en hoek S1 = 132°
A. Bereken de hoeken A1, S2 en S3
Kijk naar het figuur hieronder.
ABCD is een rechthoek. Hoek A2 = 56° en hoek S1 = 68°
B. Bereken de hoeken A1, S2 en S3
Kijk naar het figuur hieronder.
Gegeven is hoek F1 = 18° en hoek F3 = 38°
C. Bereken de hoeken F2, F4 en F5
Kijk naar het figuur hieronder.
Gegeven is hoek F1 = 64° en hoek F3 = 37°
D. Bereken de hoeken F2, F4 en F5
Opdracht 2:
In het figuur hieronder is lijn m evenwijdig aan lijn n. Verder is hoek A1 = 75° en hoek
A3 = 50°
Bereken de hoeken A2, B1, B2, C1 en C2
Wiskunde
Antwoordenblad Hoeken meten en bereken
Opdracht 1:
A. Hoek A1+A2 = 90° en hoek A2 = 24° dus hoek A1 = 90-24 = 66°
Hoek S1+S2 = 180° en hoek S1 = 132° hoek S2 = 180-132 =48°
Hoek S2+S3 = 180° en hoek S2 = 48° dus hoek S3 = 180-48 = 132°
B. Hoek A1+A2 = 90° en hoek A2 = 56° dus hoek A1 = 90-56 = 34°
Hoek S1+S2 = 180° en hoek S1 = 68° dus hoek S2 = 180-68 = 112°
Hoek S2+S3 = 180° en hoek S2 = 112° dus hoek S3 = 180-112 = 68°
C. Hoek F1+F2 = 180° en hoek F1 = 18° dus hoek F2 = 180-18 = 162°
Hoek F2+F5 = 180° en hoek F2 = 162° dus hoek F5 = 180-162 = 18°
Hoek F3+F4+F5 = 180° en hoek F5 = 18° en hoek F3 = 38° dus
hoek F4 = 180-18-38 = 124°
D. Hoek F1+F2+F3 = 180° en hoek F1 = 64° en hoek F3 = 37° dus hoek F2 = 180-6437 = 79°
Hoek F1+F3+F5 = 180° en hoek F1 = 64° en hoek F3 = 37° dus hoek F5 = 180-6437 = 79°
Hoek F4+F2 = 180° en hoek F2 = 79° dus hoek F4 = 180-79 = 101°
Opdracht 2:
Hoek A1+A2+A3 = 180° en hoek A1 = 75° en hoek A3 = 50° dus hoek A2 = 180-75-50 =
55°
Hoek A3 = 50° en m // n dus hoek B1 = 50°
Hoek B1+B2 = 180° en hoek B1 = 50° dus hoek B2 = 180-50 = 130°
Hoek A1 = 75° en m // n dus hoek C3 = 75°
Hoek C2+C3 = 180° en hoek C3 = 75° dus hoek C2 = 180-75 = 105°
Hoek C2+C1 = 180° en hoek C2 = 105° dus hoek C1 = 180-105 = 75°