DvhN#FDTAB#20-09-2014#FSP#1#FSP22#Q4444#18-09

22
Sneinspetiele | 20 september 2014
Govert Buijs
Werk is meer
dan geld verdienen
Een participatiesamenleving waar de overheid zich terugtrekt
en waar burgers meer dan nu iets voor elkaar kunnen
betekenen: het is mogelijk. Maar dan moeten er wel
voorwaarden worden geschapen waardoor mensen hun
verantwoordelijkheden op een gezonde manier kunnen
beleven, vindt Govert Buijs. Door Pieter Anko de Vries.
P
olitiek
filosoof
prof.dr. Govert Buijs
houdt zich bezig met
de vraag hoe de samenleving moet worden ingericht. Vooral nu het
woord participatiesamenleving
zo’n belangrijke rol is gaan spelen, publiceert hij geregeld over
de vraag wat er moet gebeuren wil
zo’n nieuw vormgegeven maatschappij een beetje werken.
Zijn belangstelling voor de relatie tussen samenleving, politiek
en levensbeschouwing begon al
vroeg. Hij werd geboren in Damwoude (toen nog Murmerwoude)
en groeide op in de jaren zeventig,
een periode van grote polarise-
We hebben tijd
nodig om de
participatiesamenleving tot een
succes te maken
ring. ,,Er waren veel tegenstellingen: wel of geen kernwapens, de
verhouding tussen noord en zuid,
het marxisme had nog steeds een
grote aantrekkingskracht en er
was sprake van een gezagscrisis. Ik
groeide op in een behoorlijk strenge christelijke omgeving en merkte dat de kerk niet goed raad wist
met al deze ontwikkelingen.”
De thema’s van de jaren zeventig en de manier waarop de samenleving ermee omging, hadden Buijs geraakt en hij besloot na de middelbare school politicologie te
gaan studeren aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Deze studie
was echter heel beleidsgericht en
hij voelde behoefte aan meer achtergronden. Hij ging er filosofie bij
studeren. ,,Filosofen hebben natuurlijk door de eeuwen heen veel
nagedacht over de samenleving.
Maar ook het christelijk geloof
heeft een lange, rijke traditie
waarin nagedacht is over de verhouding tussen religie en de
staat.”
De lezingenserie (zie kader) waarvan Buijs het spits afbijt, gaat over
vakmanschap. ,,Werk heeft voor
veel mensen meer betekenis dan
alleen geld verdienen. Het is ook
een manier om je idealen vorm te
geven. Om dat oude woord maar
eens te gebruiken: werken is vaak
ook een roeping: door wat je doet,
lever je een bijdrage aan de samenleving.”
Manager
Veel professionals willen tegenwoordig meer ruimte om zelf
vorm te geven aan datgene wat ze
doen, zo heeft Buijs geconstateerd. Dat heeft alles te maken
met het feit dat het management-
denken de laatste decennia bepalend is geworden in de professionele sfeer. ,,Leiding geven werd
een vak en een doel op zichzelf. Je
hoefde inhoudelijk van het vak
waarin je als manager werkzaam
was niets te weten. Je ziet dat in
de zorg, in het onderwijs. En langzamerhand is het idee ontstaan
dat de manager de belangrijkste
man of vrouw in de organisatie is.
Ja, en dan gaat het mis. Want het
hart van de organisatie hoort te
liggen bij de professional. Het
vakmanschap moet het belangrijkste zijn in een bedrijf of instelling.”
Buijs is ervan overtuigd dat bedrijven en instellingen beter gaan
functioneren als er meer ruimte
komt voor de professional op de
werkvloer. ,,Er zullen natuurlijk
incidenten en fouten zijn, maar
die zijn er nu ook met strakke sturing en protocollen. We hebben
nu heel veel last van de regelreflex: als er iets gebeurt, moeten er
direct weer nieuwe regels komen.
In mijn eigen vak, het onderwijs,
hebben we dat ook gezien. Ongeveer 99 procent van alle diploma’s die worden uitgereikt, drukt
de waarde van de opleiding uit.
En soms komt in de publiciteit
dat dit in een paar gevallen niet zo
is. En wat zie je dan? Er komt een
enorme stroom regelgeving los
voor die ene procent. Daardoor
Lezingenserie over vakmanschap
Veel Nederlanders maken
zich zorgen om de ontwikkeling van vakmanschap, of het
nu gaat om de zorg, het onderwijs of techniek. Het werk
wordt meestal ingericht in
rond modellen, systemen en
protocollen en voor de mens
als professional lijkt steeds
minder ruimte te zijn. Praktische wijsheid wijkt voor afrekenbare maatstaven.
In samenwerking met het
Friesch Dagblad en historisch
en letterkundig centrum
Tresoar in Leeuwarden houdt
het regiocomité Fryslân van
de VU-Vereniging tussen en
januari een lezingenserie
over dit thema. Het gaat zowel om de verdieping van het
vraagstuk als het aanreiken
van mogelijke oplossingen.
Gaan we bijvoorbeeld weer
gilden oprichten?
Dinsdag bijt Govert Buijs
(bijzonder hoogleraar Politieke Filosofie en Levensbeschouwing aan de Vrije Universiteit) het spits af.
De daaropvolgende lezingen
vinden plaats op dinsdag-
avond 28 oktober en dinsdagavond 25 november. Daarna
is er nog een lezing in januari
waarvan de datum nog niet
vaststaat.
Sprekers zijn respectievelijk:
Liesbeth Vos, voorzitter van
het College van Bestuur van
het Friesland College en
Govert Geldof, consultant in
Tzum.
De toegang is gratis.
Aanmelden via ‘bezieling op de
werkvloer’ op de site van de VU:
http://goo.gl/MXOr3R
Govert Buijs. Foto: Tjitske Sluijs
23
Sneinspetiele | 20 september 2014
Premier Rutte zei onlangs in antwoord op Kamervragen van
de ChristenUnie dat de participatiesamenleving niet als een
ideologisch concept moet worden gezien. Hij bekende dat hij
wat dit betreft geen visie had.
Het wordt niets met de participatiesamenleving als mensen niet de tijd en de ruimte krijgen om zorgtaken op zich te nemen. Foto: ANP
vermindert de kwaliteit van het
werk dat wordt geleverd. Een professional die continu moet nagaan of hij de protocollen goed
volgt heeft minder tijd en mogelijkheden om het echte werk te
doen.”
Ingekakt
Tegelijkertijd wil Buijs ervoor
waarschuwen dat professionaliteit niet moet worden geromantiseerd. Er moet kritiek en zelfkritiek blijven, vindt hij. De wil om
door te leren en om beter te worden moet er blijven. ,,Soms zie je
dat professionals een houding
hebben van ‘ik weet het allemaal
wel en niemand kan mij nog iets
We kunnen steeds
minder omgaan
met de
gebrokenheid in
deze wereld
leren’. Dan gaat het fout en raakt
de zaak een beetje ingekakt.”
In verschillende publicaties
heeft Buijs, die ook bestuurslid is
van het Wetenschappelijk Instituut van het CDA, kritiek geleverd op het idee van de participatiesamenleving dat door het huidige kabinet is omarmd. Hij
noemt het een ,,verweesd concept, een dekmantel voor bezuinigingen”. Buijs: ,,Het lijkt me alleszins noodzakelijk en goed dat
de verzorgingsstaat wordt getransformeerd. Maar wat nu gebeurt, maakt de mensen cynisch.
Het kabinet doet net alsof mensen in Nederland te weinig voor
elkaar doen, maar Nederland
hoort bij de wereldtop als het gaat
om vrijwilligerswerk. Het kabinet suggereert echter dat we nu
pas echt gaan beginnen. Moet je
eens nagaan wat dit betekent
voor iemand die al jarenlang voor
iemand anders heeft gezorgd.
Dan word je niet erkend door je
eigen overheid. Veel mantelzorgers raken burn out, blijkt uit de
jongste onderzoeken.”
Het ideaal van een participatiesamenleving leeft al decennia in
CDA-kringen. Al in 1985 had partijleider Brinkman het over de
zorgzame samenleving. Ook oudpremier Balkenende was een
groot voorstander van het ideaal
dat mensen in hun samenwerkingsverbanden meer verantwoordelijkheid voor hun eigen leven kunnen nemen. Daar had hij
voordat hij premier werd al over
nagedacht toen hij ook werkzaam was op het Wetenschappelijk Instituut van de partij. Buijs:
,,Het idee van de participatiesamenleving past natuurlijk goed
in het aloude gedachtegoed van
de christendemocraten. Bij de gereformeerden was ‘soevereiniteit
in eigen kring’ heel belangrijk en
bij de katholieken het subsidiariteitsbeginsel, waarbij het ideaal
is om de verantwoordelijkheden
zo laag mogelijk te leggen waar
het kan.”
Volgens Buijs hebben we, om
van de participatiesamenleving
een succes te maken, als burgers
vooral tijd nodig. ,,De overheid
kan niet zomaar zeggen: we trekken ons terug en ga jezelf maar
redden. ,,Steeds meer vrouwen
werken, wat trouwens ook gestimuleerd wordt door allerlei overheidsregelingen, en in het spitsuur van ons leven tussen 25 en 45/
50 jaar zijn er gewoon heel weinig
uren over om vrijwilligerswerk te
doen of mantelzorg. Dan wordt
de druk gewoon te groot.”
worden opgericht. Je zou ook
kunnen denken aan flexibeler arbeidsverhoudingen; dat je bijvoorbeeld je baan terugkrijgt nadat je met een maatschappelijk
salaris een periode mantelzorg
hebt gedaan, en dat je voor die pe-
Contract
Wat we nodig hebben, is een nationaal akkoord of een maatschappelijk contract met onder
meer het bedrijfsleven en de overheid, vindt Buijs. ,,Als je echt het
ideaal van de participatiesamenleving wilt bereiken, dan zul je
fundamenteel moeten nadenken
over welke mix je wilt tussen zorg
of vrijwilligerswerk en je gewone
baan. Zo’n maatschappelijk contract zou kunnen inhouden dat je
na je zestigste, als je nog vitaal en
daartoe in staat bent, deels blijft
werken. Bijvoorbeeld tot je zeventigste. En dat je daarbij deels
vrijwilligers- of zorgtaken op je
neemt waarvoor je dan een maatschappelijk salaris krijgt. Daarvoor moet een nationaal fonds
riode deeltijdontslag krijgt. Zo
zijn er allerlei mogelijkheden te
verzinnen. Maar er moet wel over
nagedacht en over gesproken
worden. En dat gebeurt met dit
kabinet absoluut niet. Een kreet
over
participatiesamenleving
zonder dat er visie achter zit.”
Naast tijd hebben we ook ruimte nodig om een participatiesamenleving vorm te kunnen geven. ,,De overheid bemoeit zich
met veel te veel dingen. We kennen natuurlijk allemaal de zaak
van kinderopvang Het Hinnepykje in Sneek die al meer dan dertig
jaar naar tevredenheid door ouders wordt gerund. Maar nu mag
dat niet meer omdat een nieuwe
wet bepaalt dat er per se een betaalde kracht op een groep moet
Als je hemel op
aarde wilt
verkrijgen komt de
hel dichterbij
staan. Maar er zijn ook andere belachelijke regels. Neem het kookgroepje. Als je met acht man bent,
mag je een gewone keuken gebruiken in het wijkgebouw of in
het bijgebouw van de kerk. Komen er negen mensen, dan moet
je een professionele keuken met
alles erop en eraan hebben. Als je
wat van de participatiesamenleving wilt maken, dan moet je af
van dit soort bemoeizucht. En ja,
er kunnen zich incidenten voordoen, maar je kunt niet alle narigheid voorkomen.”
Regels
De roep om regels van burgers en
de politiek is volgens Buijs een erfenis uit de jaren zeventig. ,,Alles
was politiek en de politiek werd
beschouwd als de hefboom naar
een ideale samenleving. Daar zitten we nu nog mee. Als er iets als
fout wordt beschouwd, moet de
politiek het maar repareren.”
,,Daarnaast kunnen we steeds
minder goed omgaan met de gebrokenheid, de onvolmaaktheid
in deze wereld. Onze verwachtingen worden steeds groter. Iedereen wil een volmaakt huwelijk,
een droomhuis, maar het leven is
niet zo. En als er toch iets naars
gebeurt dan accepteren we dat
niet. Dan krijgt Den Haag de
schuld. Politici moeten de moed
opbrengen om te zeggen dat ze
aan veel dingen niets kunnen
doen. Als je de hemel op aarde
wilt verkrijgen, komt de hel dichterbij.”