Les 10A Televisie en computers MUZIEK

Annemieke Hooijschuur en Hanneke de Jong
Les 10A
Televisie en computers
MUZIEK
Fabrieksmuziek
Televisies en computers
MUZIEK
Voorkennis
De leerlingen hebben al verschillende keren op instrumenten gespeeld.
Verder zijn ze enigszins op de hoogte van de 10e periode uit de canon: televisie en computers.
Ook hebben zij enig idee hoe in een frisdrank-fabriek de flessen gevuld worden (lopende band
en flessen die onder een ‘kraantje’ gevuld worden).
Korte lesinhoud
De leerlingen bekijken twee filmpjes waarin muziek gemaakt wordt door het groeperen van
geluiden die niet van instrumenten komen.
Zij gaan zelf ook een partituur uitvoeren.
Lesdoelen
De leerlingen leren dat ze een verhaaltje kunnen uitbeelden met muziekinstrumenten. Ook
leren ze naar elkaar te luisteren en met elkaar samen te werken. Ze leren in de maat spelen,
eenvoudige ritmische patronen te lezen, genoteerd in traditioneel notenschrift.
Benodigdheden
* Klaslokaal met digibord.
* Zoveel mogelijk instrumenten zoals handtrommen, glazen met lepeltjes, xylofoons,
klokkenspellen, claves, buistrom, woodblocks, kazoo.
Les 10A
Groep 1: Machines draaien: tikken met de vingers op tafel
Groep 2: Machines draaien: op 1e tel :stampende voet+handtrom
Groep 3:Flessen rammelen: glazen met lepeltje
Groep 4: Vullen van de flessen: g-f-e-d-c op xylofoons + klokkenspellen
Groep 5: Dopjes erop: claves, buistroms, woodblocks
Groep 6: Alarm: kazoo en/ of loeien met de stem
Ruimte
Klaslokaal met digibord.
Tijd
45 minuten.
Annemieke Hooijschuur en Hanneke de Jong
Voorbereiding
Inventariseer van te voren welke instrumenten er op school aanwezig zijn. De voorgeschreven
instrumenten zijn inwisselbaar voor andere. Wel is belangrijk dat er per groep dezelfde (soort)
instrumenten bespeeld worden. Dus houten slaginstrumenten bij elkaar, velinstrumenten bij
elkaar en instrumenten met toonhoogte (xylofoon, klokkenspel) bij elkaar. Probeer zoveel
mogelijk kinderen een instrument te geven. De kinderen die ‘over’ zijn tikken met 2 vingers op
hun tafel.
Bekijk van te voren ook goed hoe het te spelen stuk ‘fabrieksmuziek’ gespeeld moet worden.
Lees de uitgebreide bijlage hoe de partituur te lezen en hoe aan te leren aan de kinderen.
DE LES
Inleiding
De 10e periode van de canon gaat eigenlijk over het ‘nu’, de periode van televisie en
computers. Na WOII werd ons land weer opgebouwd, de haven werd verder ontwikkeld, er
kwamen veel fabrieken, de metro werd aangelegd en er werden heel veel huizen gebouwd
voor alle mensen die in de haven gingen werken. Veel apparaten die voor de oorlog al bedacht
waren, kwamen nu meer en meer bij alle mensen terecht zoals wasmachine, afwasmachine,
televisie en veel later de computers. Al die apparaten hebben hun eigen geluiden, denk bijv.
aan het opstarten van een computer of het draaien van de wasmachine.
MUZIEK
Wij gaan ook een ritmisch muziekstuk met elkaar spelen: fabrieksmuziek. Praat met de
leerlingen wat voor geluiden je mag verwachten in een frisdrank-fabriek (machines en lopende
band, flessen die tegen elkaar aan tikken, het vullen van de flessen en de doppen op de
flessen).
Televisie en computers
Beluister ook het volgende fragment: http://www.youtube.com/watch?v=fMPD2LrB_4M
tot 0.40 min. Wat is hier te horen? Kassa, geld, gokautomaat. Deze geluiden zijn heel ritmisch
achter elkaar gemonteerd, waardoor het als muziek klinkt. Ook hier is weer geen melodie.
Vanaf 0.30 min worden de geluiden van de gokautomaat en geld steeds zachter tot ze
helemaal verdwenen zijn. Het eerste woord wat de zanger zingt? Money. Het nummer gaat
dus over geld.
Les 10A
Kern
In de muziek gingen ze die geluiden gebruiken als muziek. Luister naar het volgende voorbeeld
(het filmpje is niet belangrijk): http://www.youtube.com/watch?v=9qEsTCTuajE (tot 1.00
min.). Wat is er te horen? Het lijkt eerst misschien een trein, later een geluid van een machine
uit een fabriek. Ook is er een scherpe zoemer te horen. Is er in deze inleiding (tot 0.50) een
melodie te horen? Iets wat je kan nazingen of woorden bij kan bedenken? Nee, het is een
inleiding met alleen ritme (iets wat je na zou kunnen klappen). Vanaf 0.50 min. is er ook een
gitaar te horen, waardoor de begingeluiden op de achtergrond komen.
Annemieke Hooijschuur en Hanneke de Jong
Studeer met de leerlingen het muziekstuk ‘fabrieksmuziek’ in zoals beschreven in de bijlage.
Dit is erg uitgebreid beschreven om zo duidelijk mogelijk te laten zien hoe u dit het beste aan
kan pakken.
Les 10A
Televisie en computers
MUZIEK
Afsluiting
Speel Fabrieksmuziek met de hele klas met de instrumenten. Misschien ook tijdens een
voorstelling?
Bijlage ‘fabrieksmuziek’:
 Er zijn 6 partijen die tegelijk gespeeld worden. Ze zijn voor aan de regel met een lange
verticale lijn verbonden met elkaar. Er zijn in totaal 8 regels (‘blokken’) om te spelen.
 Alles wat recht onder elkaar staat, klinkt tegelijk.
 Alle noten worden gespeeld, de overige soort ‘slangetjes’ zijn rusten en daar spelen
we niet.
Werkwijze:
 Verdeel de klas van te voren in 6 groepjes; dit wordt de uiteindelijke verdeling. Let
daarbij erop dat het aantal kinderen per groepje ook de bijbehorende instrumenten
kan krijgen. Zo kan het zijn dan groep 1 en 2 groter worden dan bijv. groep 4.
 Oefen in het begin altijd langzaam. Het precies tegelijk krijgen is belangrijker dan het
tempo.
 Tel steeds 4 tellen voordat de klas begint en let erop dat het tellen steeds achter elkaar
doorgaat: niet wachten na de 4e tel/voor de 1e tel. Het gaat steeds door.
 Als iets nog niet lukt, oefen het dan wat langer voordat u verder gaat met de volgende
stap. Soms kan visuele ondersteuning helpen: laat dan zien wat ze moeten doen
a.d.h.v. de partituur (noten). Hier staan ook de tellen bij.

Partij 1 (draaiende machines):
Laat de klas eerst rustig tot 4 tellen en laat ze dat met 2 vingers meetikken op hun
tafel. Laat de leerlingen zachtjes meetellen.
Dus: 1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4 enz
tik
tik
tik
tik tik
tik
tik
tik
tik
tik
tik
tik

Partij 2 (draaiende machines):
Kunnen we ook alleen op de 1e tel met de voet stampen? Blijf wel tot 4 tellen.
Dus: 1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
stamp
stamp
stamp
4
Annemieke Hooijschuur en Hanneke de Jong


Partij 3 (rammelende flessen):
Weer met 2 vingers op tafel tikken. Twee snelle tikken op de 1e tel.
Dus: 1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
tiktik
tiktik
tiktik
4
Partij 4 (flessen worden gevuld):
Met 2 vingers op tafel tikken: begin op de 1e tel, tik 5 snelle tikken achter elkaar (2
tikken per tel).
Dus: 1
2
3
Tik tik tik tik tik

3
4
1
2
3
Tik tik tik tik tik
Partij 5 (dopjes erop):
Steeds alleen op de 4e tel een tik.
Dus: 1
2
3
4
1
tik
2
3
4
4
tik
1
2
3
Tik tik tik tik tik
1
2
3
4
4
tik

Partij 6 (alarm):
Loeien als een sirene, verdeeld over de 4 tellen. Doe dit twee keer.
Dus: 1
2
3
4
1
2
3
4

Oefen nu eerst partij 1 (draaiende machines) met de hele klas. De kinderen tellen
steeds zachtjes tot 4 en tikken daarbij met 2 vingers op hun tafel. Laat ze goed naar u
kijken, zodat ze weet wanneer ze moeten stoppen. Laat dit zien door, als ze een poosje
goed gelijk getikt hebben, langzaam uw handen duidelijk zichtbaar naar elkaar te
bewegen. Op de 4e tel zijn ze tegen elkaar aan en is dit het teken om te stoppen. Laat
nu zien hoe het er in de partituur (de geschreven noten) eruit ziet. Laat de klas
nogmaals tikken en wijs het mee in de partituur.

Oefen nu de 2e partij (draaiende machines): de kinderen tellen weer tot 4 en doen 1
stamp op de 1e tel. Eindig steeds zoals hierboven beschreven. Laat, na afloop, ook
weer zien hoe het er in de partituur uit ziet en hoe partij 1 en 2 samen gaan.

Oefen nu de 1e en 2e partij door elkaar. Verdeel hiervoor de klas in 2 groepen. Tel weer
4 tellen vooraf en wees er streng op dat ze precies tegelijk beginnen en eindigen. Wijs
mee in de partituur.
Annemieke Hooijschuur en Hanneke de Jong

Oefen nu de 3e partij (rammelende flessen) eerst weer met de hele klas: 2 snelle tikken
op de eerste tel. Laat de kinderen steeds zachtjes meetellen tot 4. Ook weer laten zien
met de noten (partituur).

Probeer nu partij 1, 2 en 3 te combineren.

Oefen nu de 4e partij (flessen worden gevuld) ook met de hele klas. 5 snelle tikken (2
tikken per tel, op de 1e, 2e en 3e tel). Laat ook weer zien met de noten.

Kunnen ze nu partij 1 t/m 4 combineren? Blijf streng op een precieze uitvoering en
precies gelijke beginnen en eindigen. Let erop dat de 2 snelle tikken van de
rammelende flessen (3) precies tegelijk komen met de eerste 2 snelle tikken van de
‘flessen worden gevuld-partij’ (4). Alleen tikt partij 4 nog 3 tikken door. Indien nodig
partij 3 en 4 anders even apart oefenen.

Neem een groepje van 4/5 leerlingen apart: zij gaan partij 5 oefenen (dopjes erop). Zij
stampen één keer op de 4e tel. Dus: 1,2,3, stamp. Laat weer zien met de noten.

Stamp en tik nu partij 1 t/m 5 tegelijk met de klas. Bekijk met elkaar wat er tegelijk
komt, welke partijen doorgaan en welke moeten wachten (ook aan de hand van de
tellen die erbij staan).

Een paar kinderen willen vast de sirene wel doen. Laat zij dit ook even apart oefenen.

Nu de volledige partituur bekijken: wijs de kinderen erop hoe de fabriek opstart. Er
komen steeds meer geluiden bij. Als de fabriek een poosje op volle toeren draait, stopt
alles plotseling: het brandalarm gaat af (groep 6). Na twee keer 4 tellen (vals)
brandalarm gaat de fabriek weer draaien. Daarna wordt het hele proces weer
afgebouwd: alles stopt om de beurt, omdat de fabriek gaat sluiten. Aan het einde weer
groep 6 met de eindsirene.

Als alle kinderen een goed beeld hebben van de verloop nu het muziekstuk in het
geheel gaan stampen, tikken en loeien. Blijf scherp op het precies tegelijk tot 4 tellen
en het alert reageren op het brandalarm.

Als dit goed verlopen is, de instrumenten uitdelen. Laat groep 4 even met elkaar
oefenen op de klokkenspellen en xylofoons. Zij moeten met hun 5 snelle noten
g-f-e-d-c spelen (dus van hoog naar laag) en precies tegelijk. Wijs de kinderen van
groep 3 erop dat ze, ook tegelijk, 2 keer snel op de zijkant van het glas moeten tikken.

Probeer nu de fabrieksmuziek met de instrumenten uit te voeren.
Annemieke Hooijschuur en Hanneke de Jong