Download het meest recente magazine

onderzoek
PEDCA wil Europese
datacenter-kennis
beter benutten
datacenterontwerp
Storage gaat het
datacenter ingrijpend
veranderen
melanie zevenbergen:
‘CommScope lanceert developer
community voor iTracs'
jan 1. / feb 2. 2014 | in samenwerking met:
advancing information transport systems
DAAROM VERTROUWEN KLANTEN OP TE CONNECTIVITY
Al vanaf het begin werken we samen met de leidende fabrikanten van actieve componenten. Op die manier zijn we in
staat oplossingen te ontwikkelen die in-line zijn met de bekabelingstrends van de toekomst. We investeren in duurzame
lokale bronnen. Daardoor zijn we in staat om wereldwijd een technische aan-huis-service te leveren, zoals bij internationale
datacenter projecten. Houdt uw datacenter flexibel en efficiënt – met de infrastructuur van TE Connectivity!
www.datacenteragility.com
UNIVERSAL CONNECTIVITY PLATFORM (UCP):
• Ideaal voor datacenter omgevingen met “Mixed Media”
• Plug & Play Koper en Glasvezel in een paneel
• Bespaart tijd en ruimte door een hoge efficiency in het rack
• Benut vrije ruimte boven, naast en onder het 19 inch gedeelte
• Optimaal geïntegreerd kabelmanagement door panelen
die onder een kleine hoek zijn gevormd
• Uitgerust voor applicaties voorbij de 100G
www.datacenteragility.com/products
313886DE
Data Center Infrastructuur
EVERY CONNECTION COUNTS
TE Connectivity Nederland BV
Rietveldenweg 32, 5222 AR ‘s-Hertogenbosch
Tel: +31636246211
Mail: [email protected]
KRONE, AMP NETCONNECT,
TE connectivity logo en TE Connectivity zijn trademarks
dcw colofon
De grote klap
datac e nte rwo r ks is hét vakblad
over de technische infrastruc­tuur van
datacenters.
jaargang 7, februari 2014, nr. 1-2
De datacenterindustrie gaat momenteel
door een transitiefase. Dat is althans de
conclusie die we kunnen trekken uit een
recent verschenen rapport van DCD
Intelligence, de onderzoekstak van DatacenterDynamics.
datacenterworks verschijnt tienmaal
per jaar. toezending geschiedt op abonne­
ment­basis en controlled circulation.
h o o f d r e dacte u r / u itg ev e r
robbert hoeffnagel
te l e fo o n +31 (6) 51 28 20 40
e - m a i l [email protected]
e i n d r e dacti e / tr a f f i c a b mu i lw i j k
p o sta d r e s r e dacti e
beatrixstraat 2, 2712 ck zoetermeer
e - m a i l a dm i n i strati e @fenceworks.nl
te l e fo o n +31 (0)79 500 05 59
Laten we eerst de cijfers even op een
rijtje zetten. Volgens DCD Intelligence
is de hoeveelheid energie die datacenters
wereldwijd gebruiken minder snel gegroeid dan tot voor kort verwacht werd.
Anders gezegd: de groei in het energieverbruik bedroeg tussen eind 2012 en
eind 2013 slechts 7 procent; lager dan wat
analisten tot nu toe als groei voorzagen. De onderzoekers zien hierin een trendbreuk: de
groei vlakt langzaam maar zeker af. Gaan we op deze manier door met bewuster omgaan
met energie dan is wellicht zelfs wel een afname denkbaar.
jos raaphorst Directeur
te l e fo o n +31 (0) 6 34 73 54 24
e m a i l [email protected]
www.datacenterworks.nl
Er zijn meer interessante cijfers. In volwassen markten - Nederland hoort daar zeker ook
bij - neemt de groei van het aantal vierkante meters eveneens af. Koppel dit aan het minder
snel groeiende energiegebruik en de analisten durven aan dat alleen al in de Amerikaanse
markt een forse besparing van 1 GW over een periode van drie jaar haalbaar is.
vo r m g ev i n g laura willemsen
In deze eerste editie van DatacenterWorks van 2014 gaan we uitgebreid in op een technologische trend die deze cijfers wel eens snel achterhaald zou kunnen maken. Want waar tot
nu toe de energiebesparing vooral afkomstig is van DCIM (trend naar energie op maat) en
vrije koeling (‘gratis’ koeling), moet de echte - zeg maar - ‘klap’ nog komen. Die klap heet:
flash memory.
grafisch ontwerp
druk
grafia media groep
kopij kan worden ingezonden in overleg met de redactie. geplaatste artikelen
vertegenwoordigen niet noodzakelijk de mening van de redactie. de redactie
noch de uitgever aanvaarden enige aansprakelijkheid voor de inhoud van
artikelen van derden, ingezonden mededelingen, advertenties en de juistheid van
genoemde data en prijzen.
fotokopie en overname van artikelen, geheel of gedeeltelijk op welke wijze dan
ook, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de redactie en
onder vermelding van: ‘overgenomen uit datacenterworks, vakblad over de
technische infrastructuur van datacenters’, met vermelding van de jaargang en
Benodigd vloeroppervlak, energiegebruik en de koelingscapaciteit van flash memory ten
opzichte van disk storage is enorm. DCD Intelligence heeft gelijk als zij een trendbreuk
voorzien op het gebied van de hoeveelheid energie die datacenters gebruiken. De werkelijke impuls van de voorspelde daling van het energiegebruik moet echter nog komen. Met
name bij de IT-laag van het datacenter staan we aan de vooravond van grote veranderingen
die grote gevolgen gaan hebben voor de manier waarop we onze computerzalen ontwerpen
en ‘runnen’.
het nummer. datacenterworks is een uitgave van fenceworks bv
Robbert Hoeffnagel
dcw februari | redactioneel
a dv e rte nti e - e xp lo itati e
3
6
9
18
12
24
29
22
34
Inhoud
onderzoek
datacenterontwerp
8
26
pedca wil europese datacenter-kennis beter benutten
Onder de naam ‘Pan European Data Center Alliance’ (PEDCA) is een
project van start gegaan dat tot doel heeft om de kennis en ervaring die
aanwezig is in de drie zogeheten ‘datacenter hotspots’ van Europa te
bundelen en beschikbaar te stellen aan andere landen en regio’s.
De Europese Unie subsidieert het project met 1,7 miljoen euro.
DatacenterWorks zal de komende tijd regelmatig verslag doen van het
werk van PEDCA en de Data Centre Alliance (DCA).
interview
storage gaat het datacenter veranderen
Tijdens een event dat Pure Storage - een fabrikant van flash memory
storage - onlangs organiseerde, verklaarde Wouter Levenbach, technisch
directeur bij RAM Infotechnology, dat hij zich zorgen maakt over
de omvang van zijn enige tijd geleden geopende nieuwe datacenter.
RAM Infotechnology investeert momenteel namelijk fors is flashgeheugen, waardoor hij drastisch kan besparen op de ruimte die zijn
storage-systemen in het datacenter innemen. Het is zeker niet de enige
storage-ontwikkeling die grote gevolgen gaat hebben voor toekomstige
computerzalen.
12
energiemanagement
‘ veiligheid in het datacenter zorgt voor een
betere beschikbaarheid’
Datacenters herbergen in veel bedrijven de kroonjuwelen: toepassingen
waarmee geld wordt verdiend, gegevens die geld waard zijn. Zijn de
eisen en maatregelen op het gebied van veiligheid (niet beschikbaarheid) de laatste jaren veranderd? En zo ja, hoe? Een interview met
Elbert Raben van Rittal.
energievoorziening
14
ps-systemen zijn betrouwbaar, maar falen
u
desondanks wel degelijk
UPS-systemen zijn in datacenters van groot belang om onderbrekingen
in de stroomvoorziening op te vangen. De continuïteit van de dienstverlening kan anders immers niet gegarandeerd worden. Bijna de
helft van alle bedrijven vertrouwt volledig op UPS-systemen om de
stroom­onderbrekingen op te vangen. Ondanks dat UPS-systemen over
het algemeen erg betrouwbaar blijken te zijn, falen de systemen toch op
sommige momenten. Dit kan grote gevolgen hebben voor de beschikbaarheid van cruciale bedrijfsapplicaties.
datacenterontwerp
18
‘ontbreken standaardterminologie maakt
keuze standaard modules lastig’
De voordelen van datacentersystemen die al in de fabriek zijn voorgefabriceerd, zijn eenvoudig aan te wijzen.Vergeleken met de traditionele
aanpak waarbij de verschillende subsystemen op locatie worden
geïnstalleerd, zorgen kant-en-klare ‘modules’ onder andere voor een
snellere uitrol en lagere kosten bij aanschaf. Minder eenvoudig is het
om het juiste type ‘bouwblok’ te selecteren. “Het ontbreken van een
standaardterminologie en een classificatiesysteem maakt het lastig om
tot een juiste keuze te komen”, zo oordeelt Loek Wilden van Schneider
Electric.
32
power monitoring:
vijf best practices
TrendPoint Systems mag op de Nederlandse markt dan geen grote
speler zijn, het Amerikaanse bedrijf doet wel met regelmaat onderzoek
naar trends en ontwikkelingen op het gebied van de energievoorziening
in computerruimtes en datacenters. Onlangs publiceerde het bedrijf vijf
zogeheten ‘best practices’ op het gebied van power monitoring.
en verder
36 44 45 46 nieuws
agenda
nieuws van it room infra
bicsi-nieuws
coverfoto
Geen DCIM-leverancier is in staat om alle functionaliteit te
ontwikkelen die het toekomstig datacenter nodig heeft, meent
Melanie Zevenbergen, Director of Strategic Programs and Alliances
van CommScope. Daarom lanceert iTracs - de in datacenter infrastructure management gespecialiseerde dochteronderneming van
CommScope - de ‘developer community’ ourDCIM. Dit project
is bedoeld om tot nauwe samenwerking te komen met datacenter
managers en eigenaren, andere leveranciers van DCIM-tools en
softwareontwikkelaars.
dcw februari | inhoud
5
dcw februari | barometer
DDI
77/ 73
6
over pb7 research
Pb7 Research is een onafhankelijk onderzoeksbureau
dat zich richt op de Nederlandse B2B ICT markt. De
nadruk van het onderzoek ligt op thema’s als cloud
computing, datacenters en IT dienstverlening.
Nieuw initiatief DatacenterWorks en Pb7 Research
Dutch Datacenter
Index - Januari 2014
datacenterworks en onderzoeksbureau pb7 research lanceren de eerste dutch datacenter
index (ddc index). met de ddc index brengen we de activiteiten binnen de nederlandse
datacenters kort en krachtig in beeld. we brengen regelmatig de activiteit in de markt in
Om tot de stand van de Dutch Datacenter Index te komen, stellen we datacenter-beslissers en professionals van zowel commerciële datacenters als in-huis datacenters een serie vragen over de
veranderingen op het gebied van gebruikte vierkante meters, het
in gebruik zijnde vermogen en de investeringen in datacenters.
Het gaat hierbij om een selectie van lezers van DatacenterWorks
die door het onafhankelijke onderzoeksbureau Pb7 Research op
anonieme basis worden ondervraagd.
Door het percentage datacenters met krimp af te trekken van
het percentage datacenters met groei, wordt duidelijk of er meer
groeiers of meer krimpers zijn. Dit percentage wordt vertaald
in een index, waarbij een waarde van 0 staat voor 100 procent
krimp (alle datacenters rapporteren krimp) en 100 voor 100 procent groei ofwel alle datacenters rapporteren groei. Als de index
op 50 staat, is hij in balans. Meer dan 50 duidt op groei, minder
dan 50 duidt op krimp.
duidt op een sterke groei van de activiteiten over een langere
periode.
De sterke groei is vooral het gevolg van een toename in de investeringen in het vernieuwen en optimaliseren van het datacenter.
Ook het gebruikte vermogen groeit stevig en stabiel door in het
komende jaar. Op het gebied van het aantal vierkante meters dat
datacenters in gebruik hebben, verwachten datacenter beslissers
dat de groei gaat stabiliseren in de loop van het komende jaar.
Aangezien de groei van het vermogen en de investeringen wel
doorzetten, kunnen we vooral constateren dat - in lijn met wat
we zien in de markt - de vierkante meters steeds beter benut
worden, terwijl de capaciteit alsook de eisen per vierkante meter
sterk toenemen.
Bron: Pb7 Research, januari 2014
indexcijfer
Om tot een totaal-indexcijfer te komen, worden de drie indicatoren als volgt gewogen:
• Oppervlakte (vierkante meters in gebruik): 20 procent
• Vermogen (elektrisch vermogen, koelvermogen): 40 procent
• Investeringen (vernieuwing/innovatie): 40 procent
sterke groei datacenteractiviteit
De DDC Index scoort bij de eerste meting direct bijzonder sterk
met een score van 77 voor het afgelopen kwartaal en 73 voor het
komende kwartaal. Ook de vooruitzichten voor de rest van het
jaar zijn bijzonder positief met beduidend meer datacenters die
groei verwachten dan datacenters die krimp verwachten. Daarmee komt de index in iedere periode ruim boven de 50, wat
Q4 2013
Q1 2014 2014
Vierkante meters in gebruik
67
59
53
Vermogen
73
70
70
Investeringen
87
84
84
Totaal
77
73
72
Tabel: Dutch Datacenter Index, Januari 2014
dutch datacenter index
Vierde kwartaal 2013
77
Eerste kwartaal 2014
73
dcw februari | barometer
tekst: peter vermeulen is directeur van pb7 research
kaart en wat de verwachtingen in de markt zijn voor de komende maanden.
7
Project geeft datacenter-industrie flinke impuls
onder de naam ‘pan european data center alliance’ (pedca) is een project van
start gegaan dat tot doel heeft om de kennis en ervaring die aanwezig is in de
drie zogeheten ‘datacenter hotspots’ van europa te bundelen en beschikbaar te
stellen aan andere landen en regio’s. de europese unie subsidieert het project
met 1,7 miljoen euro. datacenterworks zal de komende tijd regelmatig verslag
dcw februari | onderzoek
doen van het werk van pedca en de data centre alliance (dca).
8
Noem het maar een ‘Pan-European Data Centre Academy’. Die typering suggereert dat er
behoefte is aan het verzamelen en weer verspreiden van kennis van datacenters. En dat
klopt ook. In Europa is ongelooflijk veel kennis van en ervaring met datacenters opge-
bouwd. Helaas zijn er wel initiatieven in individuele landen om dat soort informatie te
delen, maar op Europees niveau gebeurt dit tot
nu toe nauwelijks. Met als gevolg dat veel landen (te) vaak ieder voor zich het wiel proberen
uit te vinden en niet profiteren van kennis die
allang in Europa aanwezig is. PEDCA wil hier
iets aan doen.
nederlandse inbreng
PEDCA is het eerste strategische Europese research & development-programma dat specifiek op de datacenter-industrie is gericht. De
economische waarde van datacenters is enorm.
Dat realiseert ook de Europese Commissie
zich. Niet voor niets wordt in ons eigen land
de datacenter-industrie inmiddels gezien als de
derde grote economische bedrijvigheid - samen met de Rotterdamse haven en Schiphol.
pedca en datacenterworks
De komende maanden zal DatacenterWorks
met regelmaat verslag doen van de activiteiten van PEDCA. Dit zal gebeuren via zowel
het magazine als de website en e-mail
nieuwsbrief van DatacenterWorks.
tekst: frank verhagen is directeur van cerios green. hij maakt tevens deel uit van het bestuur van de data centre alliance
en is vanuit die rol nauw betrokken bij pedca. cerios green is een van de deelnemers aan pedca
PEDCA wil Europese
datacenter-kennis
beter benutten
De Europese Commissie wil graag dat de datacenter-industrie ook elders in Europa naar
dat niveau van bedrijvigheid kan worden getild. Daarom staat men positief tegenover het
PEDCA-initiatief en heeft men besloten een
subsidie van 1,7 miljoen euro voor deze activiteiten beschikbaar te stellen.
Figuur 1. Deelnemers aan PEDCA.
PEDCA heeft een looptijd van 18 maanden en
loopt al een aantal maanden. Het project is een
gezamenlijk initiatief van private organisaties
en overheidsinstellingen uit Nederland, Duitsland en Engeland (figuur 1). Een hoofdrol is
weggelegd voor de Universiteit van East-London.Vanuit ons land doen onder andere Cerios
Green, de TU Delft, het Twente Institute for
Wireless and Mobile en het GreenIT-project
uit Amsterdam mee. Andere deelnemers zijn
onder andere de Duitse Goethe-universiteit en
de Universiteit van Leeds.
waarom pedca?
Wie wel eens te maken heeft gehad met de
datacenter-industrie in Oost- of Zuid-Europa,
zal herkennen dat er grote verschillen zijn tussen de diverse regio’s in Europa. Buiten de drie
genoemde ‘hotspots’ - in feite Londen, Frankfurt en Amsterdam - is vaak maar een beperkte
kennis aanwezig over het efficiënt ontwerpen,
bouwen en ’runnen’ van datacenters. Dat er
binnen Europa nog altijd sprake is van een
wildgroei van normen en standaarden helpt
natuurlijk ook niet mee. Daarnaast zijn de laat-
In feite wil PEDCA de basis leveren
voor een gezonde datacenter-branche
in Europa
dcw februari | onderzoek
Ook in Engeland en Duitsland ziet men heel
duidelijk de waarde van een hoogwaardige
datacenter-industrie.
9
dcw februari | onderzoek
10
PEDCA is het eerste
strategische Europese
research & developmentprogramma dat specifiek op
de datacenter-industrie
is gericht
ste jaren tal van nieuwe methoden ontstaan,
die echter lang niet overal al gemeengoed zijn.
Er is dus duidelijk behoefte aan samenwerking
en kennisdeling binnen Europa. Ook opmerkelijk: er is in veel Europese landen een gebrek
aan betrouwbare informatie over datacenters,
terwijl wetenschappelijk onderzoek dat in het
ene land plaatsvindt maar mondjesmaat zijn
weg vindt naar andere landen.
De conclusie mag duidelijk zijn: er is behoefte
aan veel meer samenwerking en kennisdeling.
PEDCA is opgezet om hierin te voorzien. Dit
zijn de doelstellingen van het project:
•Optimaal verspreiden van de expertise en
de vaardigheden die in de drie hotspots zijn
opgedaan
•Delen van kennis zodat meer landen en regio’s deel kunnen gaan uitmaken van een
gezonde Europese datacenter-industrie
•Identificeren en valideren van onderzoeksbehoeften van de Europese datacenterindustrie
•Ontwikkelen van een structureel en onafhankelijk onderzoeksplatform
•
Identificeren en valideren van gewenste
vaardigheden en opleidingen
•
Ontwikkelen van een ‘joint action plan’
voor een structurele opvolger van PEDCA
na afloop van de 18 maanden die met dit
eerste PEDCA-project zijn gemoeid
visie op datacenter-branche
In figuur 2 is de visie van PEDCA op de Europese datacenter-industrie weergegeven. De
Europese datacenter-sector heeft behoefte aan
vier impulsen op het gebied van respectievelijk
technische R&D, marktontwikkeling rond gemeenschappelijke standaarden, overheidsbeleid, milieugroeperingen en dergelijke, training & opleiding en het ontwikkelen van
vaardigheden. Dat is een ambitieuze visie. In
feite wil PEDCA de basis leveren voor een gezonde datacenter-branche in Europa. De basis
hiervoor wordt geleverd door de Data Centre
Alliance. Dit is een van oorsprong Brits initiatief dat de afgelopen jaren is uitgegroeid tot
een Europees alternatief voor veel Amerikaanse belangenorganisaties.
meer weten over pedca?
Kijk op: www.data-central.org/page/
micrositehome
Figuur 2. De visie van PEDCA op de
verdere ontwikkeling van de Europese
datacenter-industrie.
advertentie
➔ Oog voor samenwerking
All IT Rooms heeft een uitgesproken eigen
aanpak en werkwijze. Wij geloven sterk in de
opbouw van lange termijn relaties met onze
klanten maar ook met onze leveranciers.
Onze leveranciers noemen wij niet voor niks
onze partners.
All IT Rooms werkt aan elke opdracht met
een team van specialisten. Hierin is ook een
belangrijke rol voor u als klant weggelegd.
U bent immers de specialist van uw organisatie. Wij verheugen ons op een prettige
samenwerking met u.
Ontdek de passie van all it ROOms
all it Rooms B.v. | Lange Kleiweg 50B | 2288 GK Rijswijk | t +31(070)31 98 999 | e [email protected] | www.allitrooms.com
www.allitrooms.com
Elbert Raben van Rittal:
‘Veiligheid in het datacenter
zorgt voor een betere
beschikbaarheid’
datacenters herbergen in veel bedrijven de kroonjuwelen: toepassingen waarmee geld wordt
verdiend, gegevens die geld waard zijn. zijn de eisen en maatregelen op het gebied van
veiligheid (niet beschikbaarheid) de laatste jaren veranderd? en zo ja, hoe? een interview met
dcw februari | interview
elbert raben van rittal.
12
De afgelopen jaren nam de hoeveelheid gegevens wereldwijd gestaag
toe.Wij hebben het tegenwoordig over ‘Big Data’ - een explosieve hoeveelheid gegevens waarvan het volume jaarlijks verdubbelt. De daarmee
verband houdende stijging van veiligheidsrelevante gegevens vereiste
toen en nu een permanente verdere ontwikkeling van beveiligingsmaatregelen. Zo worden systemen voor de fysieke beveiliging tegenwoordig ook brancheoverkoepelend gebruikt. IT-veiligheidssafes en
veiligheidsruimten moeten betrouwbaar beschermen tegen brand,
inbraak, elektromagnetische straling en een infrastructuur bieden die
geschikt is voor de toekomst, d.w.z. uitbreidingsmogelijkheden bieden.
Er wordt bijzondere waarde gehecht aan systeemgeteste in plaats van
componentgeteste kwaliteit. Op grond van het aanmerkelijke aantal
historische datacenters en gestaag verder groeiende aantal datacenters
blijft er bijzondere aandacht voor het naderhand installeren van veiligheidsruimten. Dit kan gebeuren terwijl de IT ter plaatse in bedrijf blijft.
Welke nieuwe ontwikkelingen
bieden fysieke toegangsbeveiliging? Wat wordt er aan gedaan
om er bijvoorbeeld voor te
zorgen dat een vriendelijke
medewerker niet zomaar de
deur open kan houden voor
een vreemde?
Al naar de wensen van de exploitant van een datacenter zijn er in de
uitgebreide veiligheidscorridor diverse toegangscontroles. Al ver voor
de toegangsdeur van het eigenlijke
datacenter laten toegangssluizen alleen daartoe bevoegd personeel naar
binnen. Naast de tegenwoordig bekende elektronische toegangssys­
temen worden ook nog steeds mechanische sleutelsystemen gebruikt,
zodat de brandweer met een noodsleutel altijd toegang heeft. De elektronische toegangscontroles berusten niet alleen op de in de praktijk
bewezen cijfercombinatiesloten en het gebruik van code cards, maar
ook op moderne biometrische technologie. Oog-, vinger- en hand­
scanners en biometrische spraak- en gezichtsherkenningssystemen
bieden bovendien het voordeel dat monitoring door moderne Data
Center Infrastructure Management-systemen (DCIM) de toegang
zowel kan bewaken als registreren.
IT-systemen staan tegenwoordig bloot aan meer en bovenal
agressievere aanvallen. Meestal gebeurt dit virtueel via de
netwerktoegang. Nemen de aanvallen op fysieke doelen af?
De mogelijkheden voor fysieke bedreigingen zijn nog alom aanwezig
en nemen met de vooruitgang van de techniek steeds meer toe. Best
Practice datacenters moeten echter alle mogelijke risico's door omgevingsinvloeden met dezelfde prioriteit behandelen. Naast de genoemde
mogelijke maatregelen voor de toegangscontroles worden er ook beveiligingsmaatregelen getroffen tegen elektromagnetische storingen en
impulsen. Een nauwkeurige controle op elektromagnetische compatibiliteit (EMC) en elektromagnetische storingsbronnen (EMP) is van
doorslaggevende betekenis.
IT-budgetten zijn de laatste jaren gekrompen, tegenwoordig
zijn zij verregaand stabiel. Is voldoende geld beschikbaar om
het veiligheidsniveau aan te passen aan de risico's?
IT-systemen op maat waren in het verleden en blijven ook in de toe-
‘EEN “DOWNTIME”ANALYSE
BIEDT VAAK VOLDOENDE
AANLEIDING OM NIET TE
BEZUINIGEN OP VEILIGHEID’
Wat adviseert u bedrijven die een nieuw datacenter bouwen op
het gebied van veiligheid? Wat raadt u bedrijven aan die hun
bestaande datacenter willen/moeten upgraden? Waar worden
de grootste en typische fouten gemaakt?
De volledige IT-infrastructuur van een datacenter wordt met het oog
op veiligheid individueel ontwikkeld. Een analyse van de beveiligingsbehoefte resulteert in de basis voor doorslaggevende factoren en
wensen. In principe geldt: zo veilig als noodzakelijk. Dit is echter niet
automatisch gelijk aan "zo veilig als mogelijk". Vooral bij de beschikbaarheid zijn er tal van variabelen. Met deze variabelen moet bij een
vergelijking tussen de bedrijfskosten (operational expenditure, OPEX)
en investeringskosten (capital expenditure, CAPEX) rekening worden
gehouden.Vooral bij historisch gegroeide serverruimten zoals de zogeheten bezemkasten vinden wij aspecten die een verbetering van de
IT-omgeving noodzakelijk maken. Vuurbelasting door tapijtbodems of
verouderde, los geplaatste klimatiseringsapparaten met een hoog
stroomverbruik – er zijn tal van mogelijkheden om de veiligheid
aanzienlijk te verhogen en de bedrijfskosten daarbij drastisch te
verlagen. Schaalbaarheid is een andere variabele die vaak buiten
beschouwing wordt gelaten. Bij de planning van een datacenter moet
al rekening worden gehouden met uitbreiding, modificatie of
verandering van locatie.
Veiligheid betekent in het datacenter natuurlijk ook beschikbaarheid. Zijn er nieuwe methoden die de beschikbaarheid
verhogen?
Ja, daarbij gaat het om een combinatie van klimatiseringsmethoden.
Zoals de directe of indirecte adiabatische koeling, de directe vrije koeling en diverse energieopslagsystemen (WKO). DCIM in combinatie
met servermanagement kan het datacenter continu bewaken. In principe is een datacenter een complex systeem waarin tal van componenten moeten samenwerken. Overkoepelende functies, op maat gemaakt
en aangepast aan de wensen van de exploitant, brengen zwakke punten
in de planning in geval van een uitval snel aan het licht.
In de breedste zin heeft ook schaalbaarheid/efficiëntie te maken met beschikbaarheid. Merkt u bij bedrijven een andere
manier van denken op het gebied van energie-efficiëntie?
Wordt er actief gezocht naar mogelijkheden (misschien ook
met het oog op de komende DIN ISO 50001)?
Groene technologie wordt al sinds de introductie van de term Green
IT toegepast. Het verlagen van energiekosten en tegelijk aansluitdichtheid, beschikbaarheid en veiligheid verhogen, lukt echter alleen wanneer bestaande systemen continu verder worden ontwikkeld. Het
grootste deel van de energiekosten in een datacenter kan worden
bespaard bij de klimatisering. Opties als de adiabatische of de directe
vrije koeling nemen steeds meer aan betekenis toe. Ook DCIM-systemen worden belangrijker, om continu verbeteringen en vermogensaanpassingen uit te voeren.
dcw februari | interview
tekst: hans vandam is journalist
komst noodzakelijk. Bij het budget, ook al is dit nog zo beperkt, dient
rekening te worden gehouden met de beveiliging van kwetsbare gegevens door de IT-infrastructuur. Door uitval van het datacenter in de
zogeheten "downtime"-analyse te analyseren, wordt de volledige omvang van mogelijk dataverlies duidelijk. Dit biedt vaak voldoende aanleiding om hier niet te bezuinigen.
13
dcw februari | energievoorziening
Onderzoek wijst uit:
14
UPS-systemen zijn
betrouwbaar, maar falen
wel degelijk
ups-systemen zijn in datacenters van groot belang om onderbrekingen in de
stroomvoorziening op te vangen. de continuïteit van de dienstverlening kan anders immers
niet gegarandeerd worden. bijna de helft van alle bedrijven vertrouwt volledig op upssystemen om de stroomonderbrekingen op te vangen. ondanks dat ups-systemen over het
algemeen erg betrouwbaar blijken te zijn, falen de systemen toch op sommige momenten. dit
kan grote gevolgen hebben voor de beschikbaarheid van cruciale bedrijfsapplicaties.
onmisbare schakel
tekst: wouter hoeffnagel is journalist
“Het inzetten van UPS-systemen is algemeen
gebruik binnen Nederlandse datacenters en is
een onmisbare schakel voor een betrouwbare
dienstverlening. De meeste datacenters hebben
ervaring met falende UPS-systemen. Hoewel
het niet met grote regelmaat voorkomt, is het
optimaliseren van de betrouwbaarheid van
UPS-systemen voor vrijwel ieder datacenter
van groot belang”, legt Peter Vermeulen, directeur van Pb7 Research, uit.
Onderhoud is voor een UPS dan ook van
groot belang. Een UPS is voorzien van batterijen, die een beperkte levensduur hebben.
Deze batterijen moeten op termijn dan ook
worden vervangen. Het is dan ook van belang
de staat van de batterijen nauwkeurig te monitoren. Hiervoor zijn monitoringoplossingen
beschikbaar, waarvan sommige geautomatiseerd zijn. 58 procent van de bedrijven maakt
gebruik van een dergelijke oplossing. 13 procent stelt de aanschaf van zo'n systeem te overwegen, terwijl 5 procent hier al concrete plannen voor heeft. Monitoringoplossingen voor
UPS zijn dan ook populair.
risico op ups-falen
verminderen
Het feit dat veel bedrijven in het verleden te
kampen hebben gehad met UPS-falen speelt
hierbij een belangrijke rol. Maar liefst 76 procent van de bedrijven die een monitoringoplossing voor UPS-systemen gebruikt is deze
oplossing gaan gebruiken om het risico op
UPS-falen te verminderen. Slechts 13 procent
kiest voor een dergelijke oplossing om de kosten van onderhoud te verlagen.
“Datacenters begrijpen het belang van batterij-monitoring voor een betrouwbare dienstverlening. Er wordt echter nog maar weinig
nagedacht over hoe monitoring kostenbespa-
‘Het optimaliseren
van de
betrouwbaarheid
van UPS-systemen
is voor vrijwel
ieder datacenter
van groot belang’
ringen kan opleveren, doordat batterijen later
vervangen kunnen worden en het beheer
minder tijd kost. Dat merk ik ook duidelijk in
de praktijk", zegt Ad Smulders, directeur van
FCR&B.
weerstand
Verschillende factoren spelen een belangrijke
rol in de levensduur van een batterij. De temperatuur van de batterij is een duidelijke indicator, maar ook het voltage en weerstand zijn
zeker van belang. Het is dan ook opvallend dat
bedrijven vooral geïnteresseerd zijn in het voltage en de temperatuur van de batterijen. 60
procent wil rapportages ontvangen over temperatuur, terwijl 57 procent vooral het voltage
van de batterijen in de gaten wil houden.
Slechts 37 procent vindt het ook van belang
dat de monitoringoplossing de weerstand van
de batterij toont.
Smulders verklaart het belang van het monitoren van de weerstand. “Als de weerstand van
een batterij omhoog gaat, dan is er sprake van
‘kortsluiting’. Het kan echter ook zijn dat in
het productieproces vervuiling van de batterij
is opgetreden, bijvoorbeeld van gel. Bij ingebruikneming van de batterij kan dit wegbranden, wat een verhoging van de weerstand veroorzaakt. De batterij kan daarna weer zijn
normale cyclus aannemen en een gebruikelijke levensduur hebben. Dit kan je alleen concluderen na het langere tijd monitoren van de
betreffende batterij.”
Veel UPS-systemen blijken wel
Monitoringoplossingen
Het risico op UPS-falen is de
eens problemen te hebben
voor UPS-systemen zijn
belangrijkste reden een moni­
gegeven
populair
toringoplossing te gebruiken
dcw februari | energievoorziening
Datacenter specialist First Case Racks & Batteries (FCR&B) heeft Pb7 Research onderzoek laten doen naar UPS-systemen en bijbehorende monitoringsystemen in datacenters.
Slechts 3 procent van de ondervraagde bedrijven geeft aan tijdens stroomonderbrekingen
regelmatig met UPS-falen te worden geconfronteerd. 35 procent heeft nooit enige problemen met zijn UPS-systemen. De systemen zijn
over het algemeen dan ook betrouwbaar. Problemen komen echter wel degelijk voor. Maar
liefst 65 procent van alle bedrijven heeft wel
eens in meer of mindere mate met een falende
UPS te kampen gehad.
15
dcw februari | energievoorziening
Bedrijven zijn vooral geïnteresseerd in de temperatuur en het
voltage van een batterij
16
De mate waarin monitoringoplossingen van
UPS-systemen geautomatiseerd zijn verschilt
per oplossing. Zo slaan sommige oplossingen
alarm als specifieke waardes worden overschreden, waardoor een beheerder op tijd
wordt gewaarschuwd als een batterij moet
worden vervangen. Andere oplossingen slaan
geen alarm, wat betekent dat de beheerder zelf
goed moet opletten om UPS-falen te voorkomen. Alarmering blijkt voor bedrijven minder
van belang te zijn dan de mogelijkheid de
waardes te monitoren. Bedrijven nemen dus
genoegen met het zelf handmatig controleren
van de temperatuur, de voltages en de weerstand van batterijen. “Ik zie in de praktijk dat
uiteindelijk de waarden niet meer worden gemonitord, wat een potentieel gevaar voor de
continuïteit van de systemen kan opleveren”,
geeft Smulders aan. “Het uitbesteden van deze
monitoring kan dan uitkomst bieden.”
van batterijen te monitoren. Van de bedrijven
die voor een servicecontract kiest wil 80 procent dit contract afsluiten met de UPS-leverancier. Slechts 9 procent vertrouwt liever op
de leverancier van de batterijen.
in eigen huis
“Hoewel veel datacenterbeslissers de monitoring bij voorkeur in eigen huis uitvoeren, staat
men tegelijkertijd onder druk om steeds efficiënter te werken, waarbij steeds minder tolerantie voor downtime overblijft. Door batterij-
‘Uiteindelijk
worden de
waarden niet meer
gemonitord, wat
een potentieel
gevaar voor de
continuïteit van
de systemen kan
opleveren’
monitoring uit te besteden, kunnen de
datacentermedewerkers meer tijd aan andere
zaken besteden, terwijl gespecialiseerde professionals de batterijen in de gaten houden”, legt
Smulders uit.
Het onderzoek is in opdracht van First Case
Racks & Batteries uitgevoerd onder datacenterbeslissers van Nederlandse organisaties. Pb7
Research heeft in december 2013 en januari
2014 vragen voorgelegd aan 93 beslissings­
nemers.
servicecontract
Monitoring is voor veel bedrijven dan ook van
groot belang. Bedrijven voeren deze activiteiten over het algemeen in eigen huis uit. 69
procent van de organisaties wil het liefst zelf de
staat van batterijen in UPS-systemen monitoren. 29 procent sluit hiervoor liever een servicecontract af en besteedt de monitoring dus
het liefst uit aan een derde partij.
Vooral de leverancier van de UPS wordt gezien als een geschikte kandidaat om de staat
Maar liefst 80 procent van de
Het overgrote merendeel houdt
bedrijven wil een servicecon-
de batterijen van UPS-systemen
tract met de UPS-leverancier
het liefst zelf in de gaten
Schneider Electric en HP
combineren DCIM en
IT-management
schneider electric gaat samen met hp een gecombineerd platform leveren voor data center
infrastructure management (dcim) en it-beheer. het platform voorziet zowel facilitaire
experts als it-professionals van consistente informatie. hierdoor zijn zij in staat beter en
efficiënter met elkaar samen te werken. daarnaast kunnen zij tot aanzienlijke
Schneider Electric's DCIM-oplossing StruxureWare for Data Centers
en HP Converged Management Consulting Services (CMCS) vormen
de basis van het gecombineerde platform. Dankzij deze bundeling kunnen de concerns de fysieke infrastructuur van organisaties koppelen aan
hun zakelijke processen. Gebruikers zijn hiermee in staat betere holistische impactanalyses uit te voeren.
kloof
tekst: van de redactie
"Door de samenwerking met HP verkleinen we de kloof tussen IT
en facilitaire afdelingen", zegt Paul Bron, Vice President IT Business
bij Schneider Electric. "Zij beschikken nu immers over een holistische
aanpak. Gebruikers kunnen de impact van wijzigingen in het datacenter
in kaart brengen en hebben een overzicht van de operationele kosten
hiervan. Dit is een belangrijke stap in het verbeteren van de energieefficiëntie in datacenters en de gehele IT-sector an sich."
StruxureWare for Data Centers biedt organisaties een nauwkeurig inzicht. Ze kunnen gedetailleerde rapporten opstellen en accurate analyses uitvoeren over zowel de datacenterinfrastructuur als de faciliteiten
waarin het datacenter is gehuisvest. Deze mogelijkheden zorgen ervoor
dat de DCIM-technologie van Schneider Electric perfect aansluit op
HP's Asset Manager-software.
holistisch overzicht
"Door een holistisch overzicht kunnen datacenters de operationele efficiëntie en capaciteitsplanning verbeteren. Om voordeel uit DCIM
te halen, is immers een combinatie van IT-beheer, faciliteitsmanagement en servicemanagement nodig", zegt Rick Einhorn,Vice President
Technology Services & Datacenter Consulting bij HP. "HP Converged
Management Consulting Services helpt klanten maximaal te profiteren
van Schneider Electric's DCIM-oplossing StruxureWare. Onze oplossing levert hiervoor uitgebreide expertise op het gebied van IT-servicemanagement (ITSM), IT-infrastructuur en faciliteiten. Daarnaast biedt
HP Converged Management Consulting Services een raamwerk om
zakelijke doelstellingen, systemen en datacenterprocessen met elkaar te
verbinden."
integratie
Schneider Electric en HP integreren Struxureware for Data Centers
daarnaast in HP's Universal Configuration Management Database
(UCMDB). Deze integratie zorgt ervoor dat beide organisaties gegevens over de opgestelde apparatuur en geïnstalleerde software met elkaar
kunnen uitwisselen. HP brengt daarnaast ook de functionaliteiten van
StruxureWare for Data Centers in kaart in HP's Converged Management Consulting Framework. Dit helpt consultants op basis van goede
informatie aanbevelingen te doen over het implementeren van een oplossing in het datacenter van een organisatie. De toevoeging aan het
raamwerk helpt consultants de beste manier te bepalen om de ITSMen DCIM-systemen in de omgeving te integreren.
dcw februari | datacenter management
energiebesparingen komen.
17
Framework voor selectie datacentermodules
‘Ontbreken
standaardterminologie
maakt keuze lastig’
de voordelen van datacentersystemen die al in de fabriek zijn voorgefabriceerd, zijn
eenvoudig aan te wijzen. vergeleken met de traditionele aanpak waarbij de verschillende
subsystemen op locatie worden geïnstalleerd, zorgen kant-en-klare ‘modules’ onder andere
voor een snellere uitrol en lagere kosten bij aanschaf. minder eenvoudig is het om het juiste
type ‘bouwblok’ te selecteren. “het ontbreken van een standaardterminologie en een
classificatiesysteem maakt het lastig om tot een juiste keuze te komen”, zo oordeelt loek
18
Het ‘voorgefabriceerde, modulaire datacenter’
kent vele verschijningsvormen, zoals het Performance Optimized Datacenter (POD), de bekende ‘zeecontainer’, modules op een stalen constructie voor de levering van alleen power of
alleen koeling, of juist de ‘all-in-ones’. “Hoewel
termen als POD, modulair, mobiel en ‘containerized’ veelvuldig door elkaar heen worden gebruikt, zijn er belangrijke verschillen aan te wijzen tussen de diverse typen bouwblokken”, stelt
Loek Wilden, Solution Architect for Data Centers bij Schneider Electric. “Om tot een juiste
keuze te komen, is het belangrijk inzicht te hebben in de beperkingen en voordelen van iedere
‘form-factor’.”
pre-engineered en in de fabriek geteste samenstelling dient te zijn geleverd in een behuizing
of op een metalen constructie (een ‘skid’).
Om te komen tot een classificatiesysteem schetst
Wilden een framework waarmee het type modulair datacenter kan worden vastgesteld door te
kijken naar drie attributen: (1) de functies die
worden geleverd door de bouwstenen, (2) de
‘form-factor’ van deze bouwstenen en (3) de
functies
Het door Wilden geschetste framework kent
aan datacentermodules drie verschillende functies toe:
De levering van power. Een ‘power­
module’ is speciaal ontworpen om een
datacenter van een grote hoeveelheid stroom te
voorzien en biedt doorgaans subsystemen zoals
de schakelapparatuur, uninterruptible power
supplies inclusief de batterijen en transformators. Een powermodule die wordt geleverd in
een afgesloten ruimte voorziet optioneel ook
in zaken als verlichting, beveiliging en koeling.
De levering van koeling. Afhankelijk van
de omstandigheden - en dus het type
koeling waarvoor wordt gekozen - biedt een
koelingsmodule zaken als chillers, pompen,
ventilatoren en beheertooling.
1
heldere definitie
Volgens Wilden is het allereerst belangrijk dat er
een heldere definitie is van het ‘voorgefabriceerde, modulaire datacenter’. In de visie van Schneider Electric is er sprake van een dergelijk datacenter als er minimaal één samenstelling
aanwezig is van subsystemen die al in de fabriek
zijn geïntegreerd tot een werkend geheel. Deze
configuratie oftewel de samenstelling van het
datacenter (zie ook afbeelding 1). “Aan de hand
van deze drie attributen kan het overgrote deel
van de voorgefabriceerde, modulaire datacenters
worden gedefinieerd”, zegt Wilden stellig.
Framework voor het aanduiden van de
verschillende typen voorgefabriceerde
datacenters.
2
tekst: ferry waterkamp is freelance journalist
dcw februari | gebouwtechniek
wilden van schneider electric.
“De zogenaamde ‘all-in-ones’ bieden alle drie
de functies in één module, maar gangbaarder
zijn de modules die slechts één functie ondersteunen”, zegt Wilden. Dit is volgens de Solution Architect eenvoudig te verklaren. Datacentermodules worden geregeld ingezet als er
een gebrek is aan of power, of koeling, of ITruimte, en een functie-specifieke module voorziet beter in de behoefte. Een functie-specifieke module biedt bovendien meer capaciteit en
neemt minder ruimte in beslag dan een all-in-
one. Ook is het met een all-in-one moeilijk
om de verschillende beheerdisciplines van elkaar te scheiden.
form-factor
De power-, koelings- en IT-modules zijn beschikbaar in verschillende ‘form-factors’, het
tweede attribuut in het framework. “De vorm
waarin een module wordt geleverd, heeft impact op onder andere de mobiliteit en de capaciteit van de oplossing en de plaats waar de
module kan worden geplaatst”, aldus Wilden.
“Zo zijn niet alle verschijningsvormen geschikt
voor plaatsing in de buitenlucht.”
In het framework zoals weergegeven in afbeelding 1 worden drie verschillende form-factors
onderscheiden. De verschijningsvorm die het
eenvoudigst is te verplaatsen, is de ISO-gestandaardiseerde ‘container’; doorgaans een stalen
zeecontainer die is ontworpen voor het veilig
en efficiënt herbergen van goederen en die kan
worden getransporteerd per schip, trein of
truck. Plaatsing kan zowel binnen als buiten en
vindt bij voorkeur plaats op een betonnen platform of een andere stevige ondergrond. Volgens Wilden zijn deze containers wel beperkt
als het gaat om de capaciteit. “De capaciteit van
een ISO-container is beperkt tot ongeveer 500
kW voor power- en koelingsmodules. Als de
container wordt gebruikt voor de huisvesting
van IT-apparatuur is de capaciteit zelfs beperkt
tot ongeveer 200 tot 250 kW. Dit heeft te maken met het beperkt aantal racks dat in een
container past.”
dcw februari | gebouwtechniek
3
De levering van ruimte voor de plaatsing
van de IT-apparatuur. In een IT-module
treffen we zaken aan als racks, pdu’s, bekabeling,
branddetectie en -preventie en beveiligings­
systemen.
19
dcw februari | gebouwtechniek
Loek Wilden is Solution Architect for Data Centers bij Schneider Electric.
20
Een minder standaard verschijningsvorm is de
‘enclosure’, zoals de metalen behuizingen die we
kennen van de POD’s. Het transport van een
dergelijke behuizing vergt meer voorbereiding;
de oplossing wordt vaak vervoerd in delen die op
de plaats van bestemming weer aan elkaar worden gemonteerd.“Een dergelijke oplossing is wel
weer flexibeler als het gaat om de capaciteit die
het kan ondersteunen en de afmetingen van de
apparatuur die kan worden geplaatst”, merkt
Wilden op.
Waar het overgrote deel van de enclosures zowel
binnen als buiten kan worden geplaatst, is de
‘skid mount’ alleen geschikt voor plaatsing binnen. Hierbij wordt de apparatuur (meestal voor
power) permanent geplaatst op een stalen constructie, met als voordeel dat de apparatuur eenvoudig toegankelijk is. Ook is deze oplossing
goedkoper dan een afgesloten module.Voor een
IT-module heeft plaatsing op een stalen constructie echter weinig zin, aangezien de IT-appa-
ratuur dan in een open ruimte staat opgesteld
wat het lastig maakt om de warme en koude
lucht te scheiden.
configuratie
Behalve dat de functionele bouwstenen op
verschillende manier kunnen worden ‘verpakt’,
kunnen ze ook in verschillende combinaties
worden ingezet. Zo is het mogelijk om alleen
voorgeconfigureerde modules te gebruiken
‘Om tot de beste
keuze te komen,
is het belangrijk
inzicht te hebben
in de beperkingen
en voordelen
van iedere formfactor’
(‘fully prefabricated’), of om voorgeconfigureerde modules te combineren met traditionele
systemen die op locatie worden geïnstalleerd
(semi-prefabricated). Een derde optie is de inzet van de eerder besproken ‘all-in-one’ die een
compleet datacenter biedt in één enkele module.
“Gangbaar is het semi-prefabricated datacenter,
waarbij voorgefabriceerde modules worden
gecombineerd met traditionele, ‘losse’ systemen”, concludeert Wilden. “Zo zien we geregeld dat binnen een gebouw power- en koelingsmodules worden ingezet voor de
ondersteuning van een traditionele IT-ruimte.
Maar ook andere configuraties komen voor,
zoals een buiten geplaatste IT-module die
wordt ondersteund door een traditionele infrastructuur voor power en koeling die zich bevindt binnen in het datacenter.”
Meer weten over business,
innovatie & IT?
Lees www.BusinessEnIT.nl
Business & IT publiceert artikelen en blog posts over de relatie tussen
IT, business en innovatie.
Ook publiceren? Kijk op http://businessenit.nl/over-business-en-it/
geen dcim-leverancier is in staat om alle functionaliteit te ontwikkelen die het toekomstig
datacenter nodig heeft, meent melanie zevenbergen van commscope. daarom lanceert itracs de in datacenter infrastructure management gespecialiseerde dochteronderneming van
commscope - de ‘developer community’ ourdcim. dit project is bedoeld om tot nauwe
samenwerking te komen met datacenter managers en eigenaren, andere leveranciers van
dcim-tools en softwareontwikkelaars.
CommScope lanceert ‘developer community’
voor iTracs
22
29 oktober 1969 is een belangrijke dag in de geschiedenis van de
IT. Op die dag werden voor het eerst de computersystemen van
de Stanford-universiteit en die van de Universiteit van Californië in Los Angeles met elkaar verbonden. Dat was daarvoor nog
nooit vertoond. Die dag wordt daarom gezien als de start van het
internet. Ongetwijfeld zullen de technici die deze koppeling
voor elkaar kregen, het gevoel gehad hebben dat zij met iets
unieks bezig waren. Maar dat het internet nu - 35 jaar later - in
vrijwel ieder aspect van ons leven is doorgedrongen, zullen zij
nooit verwacht hebben.
samenspel
Iets vergelijkbaars gaan we in mijn visie meemaken ten aanzien
van DCIM (datacenter infrastructure management) en onze benadering van de fysieke infrastructuur van het datacenter. Hoewel we niet echt een dag of een moment kunnen kiezen dat als
startpunt voor DCIM kan gelden, zal de toekomst er naar mijn
mening enigszins uit zien als dit:
•Datacenter manager/eigenaar: “We moeten de capaciteit volgend jaar met 65 procent vergroten. Kan het datacenter dat
aan?”
•IT-manager: “Geen zorgen, ik zal zorgen dat we op tijd voldoende extra IT-apparatuur beschikbaar hebben.”
•Facilitair manager: “Heeft iemand gedacht aan de sterke toename in het energie­verbruik dat al deze nieuwe apparatuur
met zich mee zal brengen?”
•Alle drie tegelijk: “Goed dat we even overleggen, dan kunnen
we alle aspecten van deze capaciteitsuitbreiding goed door­
nemen en op elkaar afstemmen.”
DCIM is ontstaan uit de zorgen die binnen veel bedrijven en
overheidsorganisaties bestonden - en soms nog altijd bestaan over het gebrek aan samenwerking tussen IT en facilitair. Voeg
daarbij de almaar toenemende complexiteit van het datacenter
en de oplopende kosten voor energie en het vastgoed en het is
duidelijk dat er iets moest gebeuren.
tekst: melanie zevenbergen is director of strategic programs and alliances bij commscope
fotografie: twobird studio
dcw februari | datacenter management
‘Samenwerking zal forse
impuls geven aan DCIM’
DCIM vindt zijn oorsprong in de behoefte om een goed overzicht te krijgen - we noemen dat in jargon ook wel ‘holistisch’
- van het gehele datacenter, zodat we tot een betere samenwerking tussen IT-afdeling en facilitaire afdeling kunnen komen.
Bovendien - en daar zit natuurlijk ook een belangrijk voordeel
- biedt DCIM een platform waarmee we een groot aantal operationele taken binnen het datacenter kunnen automatiseren.
Een collega van mij heeft DCIM wel eens ‘de autopilot van het
datacenter’ genoemd.
toekomst
Het automatiseren van veel taken is in mijn ogen erg belangrijk.
Dit aspect wordt uiteraard vaak genoemd, maar ik vraag mij wel
eens af of we ons wel voldoende realiseren wat dit betekent. Stel
dat we inderdaad met geavanceerde DCIM-software goed kunnen voorspellen hoeveel capaciteit een datacenter nodig heeft.
Maar ook welke extra functionaliteit we in de toekomst in ons
datacenter nodig hebben. Terwijl we die groei in capaciteit en
functionaliteit ook nog eens goed kunnen plannen.Wat betekent
dit dan voor ons toekomstige datacenter? Hoe gaan we het
‘next-generation’ datacenter ontwerpen, bouwen en beheren?
En hoe ver kunnen we eigenlijk gaan met het almaar efficiënter
omgaan met alle installaties die we in het datacenter opstellen?
De volgende generatie datacenters vereist straks een nauwe samenwerking tussen aanbieders en afnemers. Ook de komende
jaren zullen tal van fabrikanten nauw moeten samenwerken om
de klant - de datacenter manager of eigenaar - maximale waarde
te bieden. Datzelfde geldt voor DCIM. Er is niet één DCIM-
leverancier die alles zelf kan. Niet een leverancier zal in staat zijn
om alle beheerfuncties aan te bieden voor alle installaties die we
in een datacenter willen plaatsen. Anders gezegd: willen we die
eerder genoemde holistische aanpak ook bij een toekomstige
generatie datacenters kunnen bieden, dan zullen DCIM-leveranciers nauw moeten samenwerken met tal van andere aanbieders en softwareontwikkelaars.
Melanie Zevenbergen
ourdcim
Daarom heeft CommScope onlangs het besluit genomen om
een zogeheten ‘developer community’ op te zetten. We noemen
dit project ‘ourDCIM’. We hebben er een speciale website voor
ontwikkeld waar iedereen met belangstelling voor DCIM - van
gebruikers tot leveranciers, maar ook softwareontwikkelaars zich bij kan aansluiten om gezamenlijk te werken aan de toekomst van DCIM.
Daarmee stelt CommScope in feite zijn iTracs DCIM-software
beschikbaar voor iedereen die zich op ourDCIM registreert. Samen met al die mensen en partijen willen we samenwerken om
daarmee te komen tot innovatie op het gebied van datacenter
management.
Wat CommScope betreft staan we aan het begin van een nauwe
samenwerking die we voor de lange termijn aangaan. Wellicht
zal de datacenter-industrie even moeten wennen aan het idee
van samenwerking en ‘open collaboration’, maar persoonlijk ben
ik er van overtuigd dat dit dé manier is om - gezamenlijk - te
werken aan DCIM als de basis voor het toekomstige datacenter.
Kijk voor meer informatie op: https://www.itracs.com/why-itracs-whynow/ourdcim-software-developer-community/
dcw februari | datacenter management
Hoe gaan we het toekomstige
datacenter ontwerpen,
bouwen en beheren?
23
Analisten en aanbieders voorspellen voor 2014:
Investeringen in DCIM
komen (langzaam)
op gang
was 2013 het jaar waarin vooral veel over dcim werd gesproken, het nieuwe jaar lijkt iets
meer een periode van voorzichtige investeringen te worden. dat blijkt uit een inventarisatie
van de voorspellingen die tal van analisten en aanbieders van datacenter-producten en
24
En alweer is de industrie optimistisch over de
(commerciële) kansen van DCIM ofwel datacenter infrastructure management. Uit een inventarisatie van voorspellingen die tal van aanbieders van datacenter-producten en -diensten
de afgelopen weken hebben gedaan, blijkt dat
men sterk het gevoel heeft dat IT-managers en
facilitair managers veel beter dan de afgelopen
jaren een goed begrip hebben van DCIM en
de mogelijkheden die deze verzameling van
beheertools te bieden heeft. Daarbij lijkt niet
zozeer de aanbieder te gaan winnen die de
beste visie heeft, maar zijn het vooral de leveranciers die per direct de genoemde voordelen
daadwerkelijk kunnen realiseren die de meeste
projecten mogen verwachten. Daar komt bij
dat beide kampen - aanbieders en afnemers steeds beter van elkaar beginnen te begrijpen
waar datacenters behoefte aan hebben en wat
de industrie aan functionaliteit heeft te bieden.
complex en kostbaar. Daardoor valt het niet
mee om een business case te maken, te meer
omdat de te behalen voordelen lang niet altijd even duidelijk in euro’s zijn uit te drukken.
Het idee achter DCIM is voor veel datacenter
managers wel duidelijk, maar de weg naar een
daadwerkelijke implementatie is vaak erg onduidelijk. Kunnen we klein beginnen en later
uitbreiden? Is een modulaire aanpak mogelijk?
Hoe kunnen we alle data die nodig is om tot
een goed beheer te komen in het pakket krijgen? Wat kunnen we automatiseren en wat
moet met de hand gebeuren? Het zijn allemaal
vragen waarop tot nu toe lastig een antwoord
te krijgen was.
gle pane of glass’. Beheerders willen niet langer werken met tal van los van elkaar staande
softwarepakketten. Integratie wordt steeds belangrijker, met name binnen het datacenter. ITafdelingen zien het datacenter steeds vaker als
een geïntegreerde omgeving waarbij zij IT-laag
en infrastructuurlaag als één geheel willen beheren. DCIM is daarbij slechts een onderdeel
van hun managementaanpak. Een belangrijke
eis waaraan DCIM-leveranciers de komende
tijd dan ook moeten voldoen is integratie met
omgevingen voor IT-management. Wie aan
die eis kan voldoen, zou dit jaar wel eens een
flinke toename kunnen meemaken van het
aantal DCIM-projecten.
DATACENT
complex en kostbaar
Een belangrijk probleem tot nu toe, zo blijkt
uit de inventarisatie, was het feit dat vraag en
aanbod ver van elkaar af lagen. Veel DCIMpakketten zijn erg breed, veel breder dan veel
datacenters momenteel willen implementeren.
DCIM-projecten hebben - terecht of niet vaak te lijden van een reputatie als langdurig,
Wellicht dat ook de komst van DCIM-aanbieders die niet uit de wereld van IT asset
management en service management afkomstig zijn een gunstig effect heeft. Bij dit soort
aanbieders ligt voor 2014 vooral een nadruk
op typische IT-aspecten: eenvoudige installatie
van de software, gemakkelijke implementatie
en configuratie, soepele integratie met andere
beheerpakketten, nadruk op gebruikersvriendelijkheid.
Een belangrijke voorspelling voor dit jaar heeft
te maken met wat wel genoemd wordt: ‘a sin-
tekst: hans vandam is journalist
dcw februari | trend
-diensten de afgelopen tijd voor 2014 hebben gedaan.
ARCHITECTURE
CONVERSION
SCHEDULING
SE
SE
CLOUD
GRID
INFRASTRUCTURE
MONITORING
DELIVERY
PERFORMANCE
STORAGE
DESIGN
ENERGY
DATACENTERWORKS
APPLICATION
EFFICIENCY
TERS
DATACENTERWORKS
SERVERS
EFFICIENCY
INFRASTRUCTURE
DATACENTERWORKS
DATACENTERWORKS
ARCHITECTURE
RUCTURE
CLOUD CABLING
INFRASTRUCTURE
DESIGN
COOLING
GRID
datacenterworks.nl geheel vernieuwd!
Bel met FenceWorks 079 - 500 05 59
voor een afspraak met uw accountmanager.
Storage gaat het datacenter veranderen
Minder energie,
koeling en ruimte
nodig
tijdens een event dat pure storage - een fabrikant van flash memory storage - onlangs
organiseerde, verklaarde wouter levenbach, technisch directeur bij ram infotechnology, dat
hij zich zorgen maakt over de omvang van zijn enige tijd geleden geopende nieuwe datacenter.
26
drastisch kan besparen op de ruimte die zijn storage-systemen in het datacenter innemen. het
is zeker niet de enige storage-ontwikkeling die grote gevolgen gaat hebben voor toekomstige
computerzalen.
De Flash Memory Summit (http://www.flashmemorysummit.com) die
ieder jaar in Santa Clara, Californië wordt gehouden, is uitgegroeid tot
een van de meest interessante events voor iedereen die interesse heeft in
de toekomst van het datacenter. Flash is aan een enorme opmars bezig en
dat gaan we in het datacenter heel nadrukkelijk voelen. Hoe? Doordat er
minder ruimte nodig is voor storage, SSD-geheugen veel minder koeling
vereist en flash-storage veel minder stroom verbruikt dan disk.
Voorbeeld van een flash array van NetApp.
solid state memory
Als we het over flash-geheugen hebben, dan hebben we het in principe
over exact hetzelfde opslagmedium dat we gebruiken in digitale camera’s en andere consumentenproducten. Bedrijven als XtremeIO (inmiddels overgenomen door EMC) en Pure Storage gebruiken dit soort
chips om opslagcapaciteit voor bedrijven te bouwen. Dat is een aanpak
die al enkele decennia bestaat. Ooit gestart onder de naam ‘solid state
memory’ was dit in eerste instantie een opslagmethode die alleen interessant was voor bepaalde wetenschappelijke toepassingen en voor Wall
Street. Het voordeel van solid state-geheugen was toen ook al: supersnel. Maar ook: zeer duur. Zeker als we de vergelijking trokken met
disk.
Fabrikanten van schijven wisten flash lange tijd uit het datacenter te
weren. Naast de kosten was er nog een ander probleem: de schaalbaar-
tekst: robbert hoeffnagel
dcw februari | datacenterontwerp
ram infotechnology investeert momenteel namelijk fors is flash-geheugen, waardoor hij
data reduction
Daarmee hebben de aanbieders van flash memory het capaciteitsprobleem redelijk onder controle. Ook met de kosten gaat het de goede
kant op. Flash is nog duurder in aanschaf, maar het verhaal verandert
ingrijpend als we kijken naar de manier waarop bedrijven als Pure
Storage data op flash opslaan. Daarbij passen zij een aanpak toe die ‘data
reduction’ wordt genoemd. Dat gebruiken disk-fabrikanten ook, maar
flash storage-aanbieders hebben aan deze reductie van de hoeveelheid
data die opgeslagen moet worden een enorme impuls gegeven. Niet
voor niets zegt Ton Welling, directeur van Pure Storage in de Benelux,
dat hij eerder voor een softwarebedrijf werkt dan voor een hardwarefabrikant. De claims van flash-aanbieders liegen er niet om. Zij stellen
dat zij voor dezelfde data een factor 5 tot 7 minder opslagcapaciteit
nodig hebben dan klassieke storagebedrijven. Klanten - Nederland
geldt als een early adopter-markt als het om flash-geheugen in het datacenter gaat - bevestigen dit soort claims.
Wie dit soort reductieratio’s gebruikt om uit te rekenen hoeveel ruimte er in een computerzaal nodig is voor opslag bij gebruik van flash
Ook dit jaar vindt weer
een editie plaats van het
Flash Memory Summitcongres.
komt tot hele interessante ruimtebesparingen. Tijdens het event waar
ook Wouter Levenbach van RAM Infotechnology sprak, werd een duidelijk voorbeeld gegeven van die ruimtebesparing. Een datacenter dat
100 Terabyte aan opslagruimte wil creëren, kan dit nu realiseren met
een kast van 1U.
Ook het energiegebruik van flash-geheugen heeft grote gevolgen voor
datacenters. Er wordt vaak gerekend met een factor 10 verschil in
stroomverbruik ten gunste van flash. Dit verschil wordt vooral veroorzaakt door het feit dat disk altijd onder stroom dient te staan en flash
alleen als er daadwerkelijk lees- of schrijfacties plaatsvinden. En ook
wat koeling betreft winnen flash arrays het van klassieke disk arrays.
eerder kleiner dan groter
Hoe snel gaat deze ontwikkeling? Dat hangt sterk af van de achtergrond van de deskundige aan wie we deze vraag stellen. Dat flash steeds
goedkoper wordt - daar is iedereen het wel over eens. De komende vijf
tot zes jaar zullen de prijzen per eenheid opslagcapaciteit ieder jaar met
20 tot 30 procent dalen. Dat geeft flash een flinke impuls. Maar zo
mogelijk nog belangrijker is de vraag wat IT-afdelingen gaan doen.
Storage managers zijn gewend te werken met een reeks van typen
storage. ‘Tiering’ noemt men dat in IT-jargon. Daarbij is sprake van
online storage, nearline storage en offline storage. Online storage is altijd direct aan de servers en applicaties gekoppeld. De data op deze
opslagsystemen is zonder vertraging (‘latency') beschikbaar voor applicaties. De deskundigen zijn het er over eens dat deze ‘tier’ over enkele
jaren geheel uit flash storage zal bestaan. Disk schuift op richting nearline storage waarbij de data niet in realtime beschikbaar is, maar het
Ook het energiegebruik van
flash-geheugen heeft grote
gevolgen voor datacenters
dcw februari | datacenterontwerp
heid van flash. Of beter gezegd: het gebrek aan schaalbaarheid. Daarmee
bedoelde men dat bedrijven en overheidsorganisaties in hun datacenter
vaak petabytes aan opslagcapaciteit nodig hebben en flash arrays - zoals
de kasten vol geheugenchips genoemd worden - konden die capaciteit
simpelweg niet bieden. De reden was de opslagcapaciteit per chip. Waren we enkele jaren geleden nog onder de indruk als we een geheugenstickje met een capaciteit van 2 of 4 Gigabyte kregen, inmiddels
spugen de chipfabrieken van Samsung en andere aanbieders SSD-chips
uit die een capaciteit van 1 Terabyte kennen. Op de laatste Flash Memory Summit werd bovendien bekend dat Samsung al heel ver is met
een chip (letterlijk één chip) die 2 Terabytes aan data kwijt kan.We zijn
bovendien op weg naar driedimensionale opslag van data op geheugenchips, waardoor we per chip al heel snel een factor of 10 of meer extra
kunnen vastleggen.
27
Dit wordt een grote
vervangingsoperatie
waarbij vele racks vol
schijfgeheugens zullen
verdwijnen
dcw december | praktijk
opvragen van een gegeven enige tijd (nog altijd seconden) tijd vergt.
Dit blijft - denken althans de analisten - het domein van schijfgeheugen. Offline storage is met name het archiveringsstuk van een storageaanpak. Dit is en blijft het gebied voor met name tape, aangevuld met
disk en - soms - optische media.
28
Voor steeds meer datacenters betekent deze trend dat er de komende
jaren massale hoeveelheden (vele petabytes) aan data binnen gaan komen. Dit wordt een grote vervangingsoperatie waarbij vele racks vol
schijfgeheugens zullen verdwijnen. Voor de technische infrastructuur
van de computerzalen heeft dit dus grote gevolgen: we hebben ineens
tientallen vierkante meters ruimte over.Terwijl de koelingscapaciteit en
de power-infrastructuur straks niet meer aansluit bij de daadwerkelijk
opgestelde apparatuur. Voor veel datacenters betekent dit dat zij een
uitbreiding van de hoeveelheid vierkante meters hoogstwaarschijnlijk
kunnen uitstellen, terwijl er ook op het gebied van power en koeling
de nodige aanpassingen zullen zijn. Ook voor nieuwbouw- en renovatieprojecten zal de opkomst van flash in het datacenter duidelijke gevolgen hebben. Datacenters zullen eerder kleiner dan groter worden.
Een flash accelerator-kaart
wordt geplaatst in een
server en maakt een aanvulling van schijfgeheugen
sneller.
Voorbeeld van een 1 TB flash-geheugen van Samsung.
met helium gekoelde schijven
Fabrikanten van disk storage zien de dreiging van de opkomst van
flash arrays in het datacenter en vechten terug met nieuwe technologie. Een mooi voorbeeld daarvan is de met helium gekoelde schijf
van HGST, een onderdeel van het Japanse Hitachi-concern. Ook
deze oplossing probeert - net als flash - het probleem van kosten en
capaciteit op te lossen. Door disk-omkasting te vullen met helium
heeft de schijf minder koeling nodig, verbruikt minder energie en
kan er meer opslagcapaciteit in een omkasting worden geperst. Ook
is het bij deze aanpak mogelijk om dunnere platen toe te passen,
waardoor ook het gewicht van een disk afneemt.
Flash-in-datacenters in de praktijk
Managed hosting
provider kiest voor
solid state drives
helpt door de inzet van enterprise ssd’s zakelijke klanten met het realiseren van
kostenbesparingen. de managed hosting provider kan nu zowel standaard als op maat
gemaakte serverconfiguraties aanbieden, waardoor het bedrijf zijn huidige groeicurve kan
De server provider heeft gekozen voor SSD’s
ofwel flash-geheugens van Kingston Technology. Dit type storage heeft zich ontwikkeld tot
een belangrijke oplossing voor bedrijven en
datacenters bij het inrichten van hun serveren storage-omgevingen.
Het in Rotterdam gevestigde i3D.net heeft
meer dan achtduizend servers in zestien datacenters wereldwijd. Dagelijks maken 30.000
klanten gebruik van de online infrastructuurdiensten en managed hosting-oplossingen van
het bedrijf, waaronder een aantal gaming-bedrijven. Dankzij i3D.net kunnen dagelijks
meer dan een miljoen gamers hun favoriete
titels spelen.
optimaliseren van
performance
tekst: van de redactie
Onder deze klanten in de gaming-wereld ziet
i3D.net jaarlijks een toename van het aantal
serverspecificaties. Het bedrijf besloot daarop
het aantal virtual server-sessies dat iedere server moet kunnen hosten te verhogen, zonder
in te boeten aan performance. Voor gamingklanten vertaalt deze performance zich in servers die de vertragingstijd minimaliseren, zodat
bijvoorbeeld in ‘first-person shooters’ beelden
elkaar razendsnel opvolgen en ‘responsive gameplay’ behouden blijft.
Om dit te realiseren heeft Kingston zowel enterprise-class SSD’s als DRAM-geheugen geïnstalleerd. De nieuwe gaming-platforms van
i3D.net draaien op een uitgebreide cloud-infrastructuur. Voor een soepele performance
hebben de servers met de platforms en data
van de online games voldoende opslagcapaciteit nodig. Kingston adviseerde het gebruik
van ‘high-density’ modules die ook nog geheugenslots open zouden laten voor toekomstige geheugenuitbreidingen. Dit heeft al geresulteerd in een halvering van het aantal
DRAM-foutmeldingen sinds de standaardisering op Kingston geheugenmodules. Daarnaast zijn er enterprise class SSD’s geïnstalleerd
om de server IO latency bottleneck het hoofd
te bieden. i3D.net en Kingston’s engineers van
Kingston Consult constateerden namelijk dat
de beperkende performance factor de harde
schijven waren en niet zozeer de processors.
“Ons streven de IOPS te verhogen is ingegeven door de wensen van onze klanten,” zegt
Stijn Koster, CEO van i3D.net.“Kingston’s engineers toonden ons hoe we dat konden realiseren èn geld konden besparen met de inzet
van SSD’s. Als je de milliseconde lees-/schrijf­
snelheid van een harde schijf vervangt door de
microseconde timing van een SSD, dan resulteert dat in een grote IOPS per server. De
nieuwe online gaming platformen kunnen nu
60 tot 100 spelers per sessie draaien op i3D.net
servers. Voorheen zouden onze servers hierdoor overbelast zijn geraakt.”
Ferdi van der Zwaag, Business Development
Manager Nederland bij Kingston Technology,
stelt: “Het traject bij i3D.net toont de toegevoegde waarde van KingstonCare, ons programma waarmee we bedrijven kunnen ondersteunen in het terugbrengen van hun
downtime en het behalen van hun SLA’s. Het
geeft veel voldoening om bedrijven op deze
manier te helpen met hun bedrijfsvoering.”
dcw februari | datacenterontwerp
voortzetten.
29
Global Data Center Power 2013-rapport:
Groei in elektriciteits­verbruik vlakt af
dcd intelligence - de onderzoekstak van datacenterdynamics - heeft een rapport geschreven
over de historische ontwikkeling van het energieverbruik van datacenters. hun conclusie? de
groei vlakt af. anders gezegd: het energieverbruik van datacenters neemt - ook in europa nog wel toe, maar met een veel kleiner percentage dan we de afgelopen jaren gewend waren.
30
Het energieverbruik van datacenters staat al weer enkele jaren in het
middelpunt van de aandacht.Weliswaar vormen datacenters - zeker ook
voor Nederland - een belangrijke economische activiteit die voor veel
werkgelegenheid en belastinginkomsten zorgt, een groei in het wereldwijde elektriciteitsverbruik tussen 2011 en 2012 met 19 procent werd
de industrie door de publieke opinie niet in dank afgenomen. De ‘call
to action’ die hier op volgde, lijkt nu echter effect te hebben. Weliswaar
plust het elektriciteitsverbruik van datacenters nog altijd, maar met een
wereldwijde groei van 7 procent is de toename beduidend minder dan
enkele jaren geleden.
maatregelen
Dat blijkt uit het rapport ‘Global Data Center Power 2013’ van DCD
Intelligence. De onderzoekers zien een aantal interessante ontwikkelingen die voor deze afvlakking zorgen:
-steeds meer maatregelen om tot een efficiënter gebruik van energie
te komen
- sterke groei van het aantal consolidatieprojecten
-een toenemend gebruik van outsourcing naar gespecialiseerde aanbieders van IT- en datacenter-diensten
- een lager dan verwachte groei in de ‘emerging markets'
uitsplitsing
De genoemde 7 procent vormt een wereldwijd gemiddelde. Uitgesplitst naar landen en werelddelen ontstaat een heel ander beeld. In
sommige delen van de wereld - het Midden-Oosten en Afrika (MEA)
bijvoorbeeld - groeit het elektriciteitsverbruik nog altijd zeer fors. In
MEA is de plus bijvoorbeeld 17,5 procent. Ook in Latijns-Amerika is
de groei nog altijd zeer fors: een plus van 15,1 procent.
In Europa zien we wereldwijd de geringste toename: een plus van 6
procent. Ook Noord-Amerika en Azië zitten wat groei betreft in de
‘single digits’. In figuur 1 en 2 is de groei van het elektriciteitsverbruik
uitgesplitst naar continenten en naar landen. In de tabel zijn de cijfers
per land weergegeven.
europa
Het beeld dat de Europese datacenter-markt oproept, is erg gefragmenteerd. De scheidslijn loopt volgens de onderzoekers met name tussen de
zeer volwassen Noord-Europese markten en de landen in het zuiden
en oosten van Europa waar de markt nog veel meer in beweging is.
In Noord-Europa zien we heel duidelijk het effect van de maatregelen
Figure 1: Rise in Power Consumption
tekst: van de redactie
dcw februari | marktonderzoek
in nederland blijkt de toename in 2013 met 3 procent uiterst beperkt te zijn geweest.
Figure 2: Increase in Power Consumption 2012 -2013
dcw februari | marktonderzoek
die de aanbieders en afnemers in de datacenter-industrie gezamenlijk
hebben genomen op het gebied van energie-efficiency. In landen als
Turkije en Rusland - waar heel veel nieuwbouw plaatsvindt - is de
groei van het elektriciteitsverbruik het grootst tot soms wel 30 procent.
Een land als Nederland - waar toch ook met regelmaat nieuwe datacenters worden gebouwd - kent een groei van het elektriciteitsverbruik met 3 procent, wat in vergelijking met andere landen uiterst laag
is.
Kijk voor meer informatie over dit rapport op www.dcd-inteligence.com.
31
Onderzoek TrendPoint Systems:
Power monitoring:
vijf best practices
trendpoint systems mag op de nederlandse markt dan geen grote speler zijn, het amerikaanse
bedrijf doet wel met regelmaat onderzoek naar trends en ontwikkelingen op het gebied van
de energievoorziening in computerruimtes en datacenters. onlangs publiceerde het bedrijf vijf
32
Geen computerruimte of datacenter ontkomt
er nog aan: energiemanagement. We willen de
exploitatie van de computerzalen groener en
vooral ook goedkoper. Power monitoringsoftware speelt hierbij een hoofdrol. Immers:
‘you can’t manage what you don’t measure’.
Nu zijn er op de markt tal van softwarepakketten beschikbaar waarmee energiebeheer is aan
te pakken. Hoe kiezen we uit dat brede aanbod de beste kandidaat? Bij TrendPoint - een
Amerikaanse aanbieder van power monitoring-software - heeft men een aantal adviezen
op een rij gezet die bij deze selectie kunnen
helpen.
1
best practice
Ondersteun zoveel mogelijk
soorten en merken
Power monitoring-software zal heel flexibel
moeten zijn. Het probleem van veel datacenters is immers dat er vaak een grote variatie
bestaat als het gaat om de producten die men
toepast voor stroomdistributie. Het gaat van
PDU tot paneelboard tot busbar. Een datacenter manager die overweegt om software voor
energiemanagement in te voeren zal dus een
product moeten kiezen dat in staat is al die
soorten en merken te ondersteunen.
2
best practice
Zorg voor een makkelijk aan te passen manier van meten en beheren
Computerruimtes vormen een zeer dynamische omgeving die continu aan verandering
onderhevig is. Dat geldt dus ook voor het systeem van stroomdistributie dat in gebruik is.
Lang niet ieder pakket voor power monitoring
is echter in staat om al die veranderingen snel
en gemakkelijk te verwerken. Let bij aanschaf
dus goed op de manier waarop wijzigingen op
- zeg maar - hardware gebied in de software
kunnen worden doorgevoerd.
3
best practice
4
best practice
Zorg voor een grote mate van
nauwkeurigheid
Veel stroommeters die op computerzalen worden gebruikt claimen een nauwkeurigheid van
plus of min 5 procent van het daadwerkelijke
verbruik. Dat lijkt misschien mee te vallen,
maar het is uit oogpunt van transparantie en
beheer beter om te streven naar een beduidend
betere nauwkeurigheid. Het doel moet zijn
om net zo nauwkeurig te meten als de energieleverancier. Alleen dan kan een realistische
doorberekening richting interne of externe
klant van het datacenter worden gerealiseerd.
Gebruik geen bedrijfsspecifieke
protocollen
Hoe communiceren de systemen in het datacenter met elkaar? Via SNMP? Modbus TCP
of BACnetIP? De meters op een zaal dienen te
werken met standaard protocollen. Wie apparatuur installeert die niet-standaard communicatiemethoden volgt, zal al snel tot de conclusie komen dat het integreren met power
meting in een DCIM- of BMS-pakket lastig
en kostbaar is.
5
best practice
Kies meters met een uitgebreide
functionaliteit
In veel datacenters is power monitoring een
ingewikkelde zaak waarbij gebruik wordt gemaakt van allerlei protocolconversies, middleware-lagen en andere tools om alle verschillende data bij elkaar te kunnen brengen en
vergelijkbaar te maken. Dit is op zich allemaal
wel voor elkaar te krijgen, maar maakt de kans
op fouten of storingen onnodig groot. Kies
daarom liever voor meters die veel extra functionaliteit aan boord hebben. Denk aan meters
die standaard over een Ethernet-aansluiting
beschikken, met on-board logging- en alarmeringsfuncties, terwijl bij voorkeur ook een
webserver aanwezig is, zodat de meter via internet te bereiken is.
tekst: van de redactie
dcw februari | energiemanagement
zogeheten ‘best practices’ op het gebied van power monitoring.
Eaton lanceert Efficiency Calculator
Tool om efficiëntie van
UPS-systemen te berekenen
eaton heeft een tool geïntroduceerd waarmee datacenter managers de efficiëntie van hun
ups-systeem kunnen berekenen. de eaton efficiency calculator is eenvoudig te gebruiken en
laat zien hoe eaton’s ups-systemen (uninterruptible power supplies) presteren op basis van de
huidige belasting. het toont zowel de financiële besparing als de energiebesparing, alsmede de
jaarlijkse kosten in vergelijking met andere ups-systemen op de markt.
Als aanbieder van UPS-technologie streeft Eaton naar de ontwikkeling
van energie-efficiënte oplossingen. Zo is pasgeleden de Eaton 93PM
UPS gelanceerd, die in dubbele conversiemodus een rendement van
96,7 procent kent. Ook biedt Eaton de 9PX UPS. Deze laatste is nu van
een Energy-certificaat voorzien, een aanduiding die volgens de aanbieder aangeeft dat het product tot de meest efficiënte UPS-en op de
markt behoort.
De Eaton Efficiency Calculator is een volgende stap in deze ontwikkeling. Met deze nieuwe calculator hebben klanten toegang tot alle feiten
en cijfers die ze nodig hebben om een weloverwogen keuze te maken
bij het selecteren van een nieuw UPS-systeem.
Met de calculator, die beschikbaar is op http://pqcalc.eaton.eu/, kunnen IT-specialisten die van plan zijn om een Eaton 93PM, 9PX, 9390
of 9395 UPS te installeren, deze nu rechtstreeks vergelijken met andere
UPS-systemen op de markt. Zowel het verschil in efficiëntie wordt
inzichtelijk gemaakt, alsook de jaarlijkse energiekosten. De calculator
toont bovendien de totale energiebesparing die haalbaar is, door het
berekenen van de carbon footprint-reductie, de jaarlijkse en levenslange
directe energiebesparing en de jaarlijkse en levenslange besparing op
koeling.
tekst: van de redactie
ess-modus
De uiteindelijke resultaten kunnen worden aangepast om zo rekening
te houden met het type en de aantal UPS-eenheden die worden gebruikt, de verwachte load en de gewenste modus, zoals de dubbele conversie modus of de Energy Saver System (ESS) modus van Eaton. Deze
laatste biedt 99% rendement, zelfs bij weinig belasting.
De tool biedt de mogelijkheid om niet alleen de munteenheid en de
kosten aan te passen per kWh, maar ook de efficiëntie en koeling-ratio
voor de UPS-vergelijking. Zo kunnen gebruikers de berekeningen aanpassen aan hun eigen specifieke eisen.
technodag datacenters
Op 11 maart organiseren Eaton en DatacenterWorks in Hengelo
voor de tweede maal een TechnoDag Datacenters. Laat u als datacenterbeheerder, consultant, ontwerper, engineer en anderszins geïnteresseerde binnen één dag bijpraten over interessante ontwikkelingen op het gebied van datacenters.
Aan de hand van praktijkvoorbeelden worden actuele zaken en essentiële technisch-inhoudelijke aspecten uitvoerig belicht door gerenommeerde gastsprekers. Ontmoet Eaton-experts en laat u bijpraten over onder andere selectiviteit en betrouwbaarheid van
installaties. Leer meer over Modulair Datacenter-ontwerp van
ICTroom. Of over systeemkeuze-bepaling van koelmethodieken in
datacenters op strategisch en tactisch niveau tijdens een presentatie
van IQ Support.
Voor meer informatie en aanmelding: www.eaton.nl/technodag
dcw februari | productnieuws
keuze maken
33
Merpa Datahousing Consultancy en Meiberg
Consultancy gaan nauwe samenwerking aan:
Decision Datacenter
Partners
elvira dragstra van merpa datahousing consultancy en henk van den berg van meiberg
consultancy zijn op 15 januari 2014 een samenwerkingsverband aangegaan en betreden met
dcw februari | markt
Zowel Merpa als Meiberg hebben een ruime ervaring op het gebied
van datacenters die bij veel verschillende bedrijven en organisaties is
opgebouwd en zelfs teruggaat tot 1988. De samenwerking is ontstaan
om bedrijven en organisaties nog beter van dienst te kunnen zijn door
een breder portfolio aan datacenterdiensten te bieden, stellen Dragstra
en Meiberg. De dienstverlening van Decision Datacenter Partners richt
zich op :
•datacentermanagement
•datacentermigraties
•datacenteraudits
•datacenterbeheer
34
Meiberg Consultancy heeft internationale ervaring opgebouwd met
het inrichten, verhuizen en vooral migreren van datacenters en computerruimtes. De oorsprong van Meiberg Consultancy ligt op het gebied
van bekabeling van tele- en datacommunicatie- en zwakstroominstallaties. Later is de aandacht meer verschoven richting WAN en LAN en
computerruimten. Deze ervaring is opgedaan bij banken, multinationals en overheidsorganisaties, maar ook bij MKB-ondernemingen in
zowel Europa, het Midden-Oosten als in de Verenigde Staten.
Merpa Datahousing Consultancy heeft jarenlange ervaring opgebouwd
met het ontzorgen van ICT-managers bij lastige IT-vraagstukken over
bijvoorbeeld het verhuizen van een datacenter naar extern, het opstellen van technische programma’s van eisen, het opzetten en begeleiden
van RFP-trajecten en het projectmanagement van de bouw van technische installaties en (her)inrichting van datacenters.
dc plus ion
De naam 'Decision' is ontstaan uit de afkorting DC van Datacenter met
de toevoeging van ION dat in het Grieks gaande betekent, vertellen
Dragstra en Meiberg. "Wikipedia stelt dat het woord 'ion' afkomstig is
van het Griekse (gaande). Het werd in 1834 ingevoerd door de Engelse
Elvira Dragstra en Henk van den Berg
van Decision Datacenter Partners
tekst: van de redactie
een nieuw gezicht de markt: decision datacenter partners.
natuur- en scheikundige Michael Faraday voor een toen onbekend
deeltje dat van de ene elektrode naar de andere ging in een waterige
oplossing.
Dragstra en Meiberg zeggen over hun visie en aanpak: "De naam 'Decision Datacenter Partners' is precies waar wij voor staan: de beschikbaarheid van IT business-omgevingen verhogen door partnership; er
voor zorgen dat alle kritische bedrijfsprocessen door blijven gaan. Een
datacenter heeft hierin een belangrijke functie: continuïteit. Dat stopt
niet bij goede koeling en stroomvoorzieningen. Decision is opgericht
om als verlengstuk van bedrijven en organisaties onafhankelijk en door
middel van langdurige relaties mee te werken aan de verhoging van de
business continuïteit.”
"Dit doen wij door toekomstvisies te ontwikkelen voor bedrijven en
organisaties ten behoeve van de verhoging van de continuïteit en door
'changes' voor te bereiden voor migratieprojecten. Hieronder valt het
schrijven van programma’s van eisen, het maken van nieuwe zaalontwerpen, het verschuiven van racks en apparatuur door verdergaande
virtualisatie en dergelijke. Dit kunnen grootschalige projecten zijn,
maar ook kleine(re) vraagstukken of problemen."
WAT TWEE KABELS
TUSSEN PLUS EN MIN
ALLEMAAL TEWEEG
KUNNEN BRENGEN...
kennisoverdracht
Om eindgebruikers te ondersteunen in het maken van keuzes in deze
markt, zal Decision gaan bijdragen aan kennisoverdracht. Dit zal zij
doen via websites, nieuwsbrieven en seminars.
Daarnaast zal Decision de aandacht richten op het beheer van datacenters. Dit lijkt wellicht onbelangrijk, maar is het niet. Voorbeelden van
grote verstoringen in kritische omgevingen spreken voor zich. Zeker in
deze tijd is er een jungle ontstaan in de beheertools. Belangrijk daarbij
is dat organisaties met beide benen op de grond blijven staan en ervoor
zorgen dat efficiënt gebruik wordt gemaakt van de huidige tools. Het
vastleggen van afspraken over wie, wat beheert in procedures is daarin
een belangrijke component.
SNEL, EFFICIËNT
ÉN EENVOUDIG
ALTIJD IN BEDRIJF
BLIJVEN.
First-Case racks & batteries BV
W : www.fcrb.eu T : + 31 174 22 11 61
E : [email protected] F : + 31 174 22 16 02
Google investeert 55 miljoen
euro in windenergie
Google investeert 55 miljoen euro in de ontwikkeling van windmolens in de Amerikaanse
staat Texas. De windmolens zijn bedoeld om
de CO2-emissies die door traditionele energiebronnen worden geproduceerd te compenseren.
voor 147 miljoen euro aandelen te hebben gekocht in een ander Texaans windmolenpark. De
windmolens in dit park leveren 161 Megawatt
aan gecombineerd vermogen. Daarnaast neemt
het bedrijf ook windenergie af van het Happy
Hereford windmolenpark. Google heeft in totaal in 15 van dergelijke projecten geïnvesteerd.
Deze investeringen moeten er samen toe leiden dat Google zijn CO2-emissies volledig kan
compenseren.
advertentie
Google drijft zijn datacenters en kantoorpanden
niet aan met windenergie, maar maakt gebruik
van lokale, traditionele energiebedrijven. De
CO2-emissies die hierdoor ontstaan compenseert het bedrijf met Renewable Energy Credits. Dit stelt het bedrijf in staat met behulp van
de windmolens in Texas de CO2-emissies op
andere locaties te compenseren. Google meldt
in een blogpost dat de windmolens in Texas een
gecombineerd vermogen moeten krijgen van
182 Megawatt. Het windmolenpark moet voor
het eind van het jaar operationeel zijn.
Het is niet de eerste keer dat Google investeert. Een jaar geleden kondigde Google aan
Een frisse wind
in adviesland
Computerruimte Advies is een
COMPUTERRUIMTEADVIES.NL
gespecialiseerde organisatie die
zich uitsluitend bezig houdt met
advies, maar dan wel in breedste zin van het woord, op het gebied van computerruimten. Computerruimte Advies is er voor
bedrijven, overheden, instellingen en andere organisaties die
op zoek zijn naar onafhankelijke kennis over computerruimten.
Onze focus ligt op computerruimten van 10 tot 250 m2. Een adviseur met een “getting things done“ mentaliteit. Stel de proef
op de som en wij komen graag bij u langs voor een vrijblijvend
kennismakingsgesprek.
Anthuriumpad 26, Wateringen | 070 319 80 10
[email protected]
Metz Connect lanceert
M12 bus die ter plekke kan
worden geconfectioneerd
Metz Connect lanceert een X-gecodeerde M12 bus die ter plekke
geconfectioneerd kan worden. De bus wordt als X-gecodeerde versie
aangeboden in twee varianten: met of zonder flens. De variant met flens
is geschikt voor inbouw in apparaten, machines of installaties, terwijl
de busvariant zonder flens wordt toegepast bij vrije kabelverbindingen.
De M12 bussen zijn Cat. 6A-gecertificeerd, wat betekent dat zij geschikt zijn voor datatransmissie tot 10 Gigabit. De bussen zijn voorzien
van een robuuste behuizing die is opgebouwd uit zinken spuitgietwerk
in combinatie met een volledig metalen afscherming. De M12 bussen kunnen hierdoor ook worden ingezet onder transmissietechnisch
moeilijke omstandigheden.
De bussen hebben in ingestoken toestand de veiligheidsklasse IP67.
Niet ingestoken bussen kunnen optioneel worden afgeschermd met
een stofbeschermkap.
Security, beschikbaarheid
en uitwijk zijn grootste
uitdagingen voor datacenters
security, beschikbaarheid en uitwijk zijn voor datacentereigenaren en -beheerders de
grootste uitdagingen. dit blijkt uit onderzoek onder 444 it-professionals. het onderzoek is
uitgevoerd door telindus, een aanbieder van it-producten en -diensten. it-professionals geven
in het onderzoek aan, waar volgens hen de hoogste prioriteit ligt in het datacenter. de
resultaten van het onderzoek liggen dicht bij elkaar, wat volgens telindus een duidelijk
signaal is voor de complexiteit in het datacenter.
tekst: robbert hoeffnagel
De top 10 van prioriteiten ziet er als volgt uit:
1. Beschikbaarheid/uitwijk en security (gedeelde eerste plek)
2.Performance
3.Opslag
4.Netwerk
5.Complexiteit/management
6.Back-up/restore
7. Groei van het aantal servers
8.Flexibiliteit
9. Opkomst VDI
10. Stroomverbruik
“Deze top drie is niet nieuw, we zien dit ieder jaar terugkomen. En
dat is ook logisch, want het datacenter wordt steeds belangrijker en
de technische complexiteit neemt almaar toe. Daarnaast verandert het
gebruik van het datacenter continu. Denk bijvoorbeeld aan de ontwikkeling van servervirtualisatie en desktopvirtualisatie. Organisaties die
begonnen zijn met servervirtualisatie en vervolgens ook de stap naar
desktopvirtualisatie maken, moeten weer met hele andere ogen naar
hun datacenter gaan kijken. Security en back-up zijn voor beide technologieën bijvoorbeeld volledig anders. Kortom, het datacenter is continu aan verandering onderhevig, waardoor IT-professionals steeds weer
tegen dezelfde uitdagingen aanlopen en op zoek gaan naar de meest
efficiënte oplossingen van dat moment”, legt Harm de Haan, manager
consultancy bij Telindus, uit.
Het datacenter wordt steeds
belangrijker en de
technische complexiteit
neemt almaar toe
dcw februari | onderzoek
top 10
37
Raken standaard servers straks uit de gratie?
Intel werkt aan een computer ter
grootte van slechts een SD-kaart.
Ondanks zijn kleine afmetingen
is het apparaat voorzien van een
dual-core processor en zowel een
ingebouwde WiFi- als Bluetoothmodule. De mini-computer is niet
gericht op datacenters. Het apparaat maakt echter wel duidelijk dat
standaard servers steeds meer uit de
gratie raken door dit soort nieuwe
ontwikkelingen op chip-gebied.
De nieuwe computer heeft van Intel de naam Edison gekregen. Intel
vernieuwt met de Edison het concept PC aanzienlijk. De computer
is wat betreft afmetingen en vorm
gelijk aan een SD-kaart, wat betekent dat de computer fors kleiner is
dan iedere andere computer die we
op dit moment kennen. Het is dan
ook opvallend dat Intel ondanks
het kleine formaat een dual-core
processor in het apparaat heeft weten te krijgen. De Edison maakt gebruik van de Quark-processor van
Intel, die vorig jaar door het bedrijf
werd aangekondigd.
De Edison is gepresenteerd door
Intel-CEO Brian Krzanich tijdens
de Consumer Electronics Show
2014. De Edison communiceerde
tijdens deze demonstratie met een
Mimo Smart Baby Monitor, een
romper die onder andere de ademhaling van een kind meet. De data
van de Mimo Smart Baby Monitor
werden tijdens de presentatie opvallend genoeg doorgestuurd naar
een koffiemok. In de praktijk komt
deze data uiteraard bij de ouders
van het kind terecht.
Nederland ICT benoemt Lotte de Bruijn tot directeur
Nederland ICT maakt bekend dat zij Lotte de
Bruijn tot directeur heeft benoemd. De Bruijn
vervult vanaf half februari haar functie en volgt
Peter van Schelven op. Van Schelven blijft tot
half februari interim-directeur van Nederland
ICT.
Lotte de Bruijn is sinds 2007 werkzaam geweest bij Dell, waar zij verschillende functies
vervulde. Sinds februari 2012 was zij daarnaast
voorzitter van het Young ICT Professionals
Network binnen Nederland ICT.
dcw februari | nieuws
Bart Hogendoorn, voorzitter Nederland ICT:
“Het bestuur is unaniem blij met de komst van
38
Lotte de Bruijn. Zij werkt al jaren in de sector
en kent de markt. Wij kenden haar al als voorzitter van het YIP-netwerk en zij kent daardoor ook Nederland ICT goed.” Volgens de
voorzitter zullen spectaculaire technologische
ontwikkelingen de ICT-sector een ander gezicht geven en een ongekende impact hebben
in alle sectoren van economie en maatschappij.
Internet of things, big data en 3D-printing zijn
daarvan voorbeelden.
licon Delta. Dat vraagt volgens het bestuur om
een nieuwe agenda voor de toekomst. Daar ligt
een taak voor de nieuwe directeur. Nederland
ICT vertegenwoordigt alle ICT-bedrijven in
Nederland. Dat geldt dus ook voor alle nieuwe
bedrijven die zullen ontstaan en voor bestaande
bedrijven uit andere sectoren die zich op ‘nieuwe’ ICT gaan richten. Bart Hogendoorn: “Ook
daar is werk aan de winkel.”
Als digital gateway en als aantrekkelijke vestigingsplaats voor datacenters kan Nederland uitgroeien tot een internationale proeftuin voor
nieuwe toepassingen en uitgroeien tot een Si-
Schneider Electric neemt leverancier van modulaire datacenters
AST Modular over
Schneider Electric neemt AST Modular
over. Het Spaanse AST levert modulaire
datacenters en datacentercontainers over
de gehele wereld. De oplossingen worden
gebruikt in 450 verschillende projecten in
30 landen.
AST Modular ontwerpt en levert allerlei
modules die in korte tijd kunnen worden
gecombineerd tot een modulair datacenter. Ook levert het bedrijf koeloplossingen, die specifiek zijn bedoeld voor
modulaire IT-omgevingen. De laatste productreeks van AST is specifiek gericht op
implementatie in een zeecontainer, waardoor het modulaire datacenter eenvoudig
kan worden verplaatst.
Met de overname van AST Modular
wil Schneider Electric zijn positie op de
markt voor prefab datacenters versterken. AST bedient allerlei soorten klanten. Denk hierbij aan grote IT-bedrijven
als IBM en AOL, maar ook aan banken,
energiebedrijven en andere organisaties.
Datacenters
op een groene
fundering
Lasent gaat als onderdeel van een samenwerking de oplossing profIT­
air van profITbox leveren aan klanten. ProfITair is een slim meet- en
regelsysteem dat vrije luchtkoeling combineert met de bestaande koelingsinstallatie in een datacenter. “Met profITair wordt een aanzienlijke
energiebesparing gerealiseerd èn de CO2-uitstoot flink teruggedrongen”, aldus Stefan Nuberg van Lasent.
De juiste temperatuur en relatieve vochtigheid zijn van groot belang
om binnen een datacenter optimale prestaties te behalen. “Voor serverruimten is een temperatuur tussen de 18 en 27 graden ideaal”, legt
Arthur Singendonk van profITbox uit. “In Nederland is de temperatuur
slechts een klein deel van het jaar hóger dan de gestelde norm. De inzet
van buitenlucht is daarom een ideale manier om serverruimten te koelen. De ProfITair reguleert de temperatuur en controleert de conditie
van lucht. Het systeem wordt direct op de buitengevel aangesloten en
zuigt vrije lucht aan, waardoor de koelinstallatie minder hard hoeft te
werken.”
bestaande koelinstallaties
De oplossing kan worden gecombineerd met bestaande koelinstallaties
van bedrijven. “De bestaande koeling gaat in principe in ruststand en
wordt alleen gebruikt als de ProfITair, vanwege de condities, niet zijn
werk kan doen”, zegt Nuberg van Lasent. “In principe is de ProfITair
in alle situaties toepasbaar; enige voorwaarde is dat de serverruimte zich
nabij een buitengevel bevindt.”
De manier waarop het systeem wordt geïnstalleerd, is afhankelijk van de
situatie en wensen van de klant. Nuberg: “De koele lucht kan direct in
de ruimte en over ICT-apparatuur worden geblazen, maar ook kan worden gekozen voor een effectieve bodemkoeling.’ En hoe energiezuinig
kan een systeem zijn: de snelheid waarmee de ventilator koude lucht
verspreidt, wordt afgestemd op de daadwerkelijke warmteproductie.”
“Naast een aanzienlijke kostenbesparing is het systeem voor bedrijven
en organisaties vooral een mooie manier om hun maatschappelijke gezicht te tonen”, aldus Singendonk. “Via een online energiecalculator
kunnen klanten zien hoeveel CO2-uitstoot ze met de ProfITair realiseren en dat zijn zeer indrukwekkende cijfers.”
De oplossing verdient zich volgens de bedrijven, afhankelijk van het
vermogen, dan ook in korte tijd terug.
Eaton 3 fase UPS.
Energiezuinige power quality oplossingen
• Ongeëvenaarde prestaties
• Toonaangevend op gebied van efficiency
• Innovatieve energiebesparende technologieën
• Compact in vloeroppervlak en gewicht
www.eaton.nl/datacenters
advertentie
Lasent levert profITair
van profITbox
Emerson Network Power
wijst drie speerpunten aan
voor co-locatie providers
emerson network power heeft voor co-locatie providers (colo’s) drie
speerpunten vastgesteld. om meer datacentereigenaren te motiveren een
aantal of alle applicaties onder te brengen bij een colocatie, moet zo’n
faciliteit naadloos inspelen op deze punten.
40
soort en het niveau diensten dat zij nodig hebben. Of het nu gaat om computervermogen in
een klein datacenter, een speciaal gebouwde
co-locatiefaciliteit of om meer uiteenlopende
diensten die te leveren zijn via een cloud model.”
Om co-locatie haalbaar te maken voor eigenaren van datacenters moet de colo voldoen aan
alle eisen van een datacenter op locatie tegen
lagere kosten en met een hogere snelheid en
een betere betrouwbaarheid. Fysieke en ITbeveiliging, energiekosten, schaalbaarheid waaronder een gemakkelijke en snelle implementatie van apparatuur - en verbeterde
zichtbaarheid zijn essentieel voor een succesvolle overgang naar een co-locatie.
In samenwerking met klanten met een datacenter op locatie en colo-klanten stelden experts van Emerson Network Power een lijst
met speerpunten voor colo’s op, waarmee deze
hun klanten beter van dienst kunnen zijn.
Franco Costa: “Colocatiemedewerkers zijn
early adopters van de beste technologieën en
oplossingen voor bedrijfskritische infrastructuur - over het algemeen hebben zij veel interesse in innovatie. Net als bij elk bedrijf is er
nog winst te behalen op het gebied van be-
schikbaarheid, efficiëntie en schaalbaarheid,
maar de prestaties in de colo-sector zijn over
het algemeen erg hoog.”
beschikbaarheid
Downtime is duur voor colo-providers. Een
storing kan leiden tot sancties voor het niet
nakomen van service level agreements, reputatieschade en klanten die opzeggen. Colo-exploitanten moeten dit in het achterhoofd houden en kijken naar best practices voor wat
betreft beschikbaarheid, waaronder zorgvuldige aandacht voor alle uninterruptible power
supply-systemen (UPS). Voor het evalueren
van UPS-systemen moeten colo-exploitanten
de volgende vragen stellen:
•Beschermt de UPS de load of zichzelf? Een
UPS moet in staat zijn om gebeurtenissen
op te vangen zonder over te gaan op bypass.
•Zorgt de UPS voor een hoge efficiëntie ten
koste van een hoge beschikbaarheid? Om
dit te voorkomen moet de UPS geavanceerde instellingen hebben voor efficiëntieen energie-optimalisatie. •Als het gaat om UPS-systemen die al in gebruik zijn: zorgen ze voor irritaties bij medewerkers? Er zijn tegenwoordig goed ont-
tekst: van de redactie
dcw februari | co-locatie
“Een datacenter exploiteren is voor de meeste
bedrijven geen kernactiviteit. Co-locatie is
dan een aantrekkelijke oplossing, omdat eigen
datacenters een steeds grotere rol spelen, complexer en duurder worden en vele hun capaciteit zijn ontgroeid”, zegt Franco Costa, vicepresident en algemeen directeur AC Power bij
Emerson Network Power EMEA. “Bedrijven
kiezen nu vaker voor het colo-model voor het
efficiëntie
Colo’s kunnen zich meer richten op de operationele efficiëntie van de datacenteromgeving.
Eenvoudige efficiëntie-onderzoeken helpen
vast te stellen waar energie wordt verspild.Vervolgens zijn er verschillende technologieën
om de efficiëntie te verbeteren en de operationele uitgaven te verminderen. Voorbeelden
zijn het volgen van best practices op het gebied van efficiëntie, zoals besparingsmethoden,
en het hanteren van een warmtebeheeraanpak
die holistische oplossingen biedt voor het beheer van de datacenteromgeving.
Een warmtebeheeraanpak onderstreept het
belang van het gezamenlijke gebruik van intelligente regelmechanismen en SmartAisletm
containment (scheiding van koude/warme
gangen). Alleen intelligente regelmechanismen
zorgen voor de optimale combinatie van compressor-/koelvermogen en luchtstroom op basis van de temperatuur zoals die bij de servers
gemeten is. Met deze optimalisatie kan de inlaattemperatuur op een instelpunt staan tussen
de gewoonlijk voorgeschreven temperatuur
(24 °C) en de volgens ASHRAE aanbevolen
grens voor datacenters van klasse A1-A4 (27
°C) - ervan uitgaande dat ook alle oude IThardware aan deze norm voldoet. In combinatie met het scheiden van warme en koude
gangen leidt een verhoging van 5 °C van de
inlaattemperatuur tot een verhoging van de
energie-efficiëntie met twintig procent. Bovendien zorgen intelligente regelmechanismen
ervoor, dat alle koelingselementen op een lager
vermogen kunnen draaien door ze samen te
laten werken als een systeem. Als SmartAisletm
containment wordt toegepast, verhoogt deze
vermindering van het vermogen de totale
operationele efficiëntie met gemiddeld nog
eens vijftien procent.
schaalbaarheid met een lager risico mogelijk.
“Tegenwoordig kun je schalen op het niveau
van de ruimte, de gang en de apparatuur, want
modulariteit is zowel in te bouwen in gebouwen, in energie- en koelsystemen, als in rij- en
racksystemen”, zegt Franco Costa.
Veel modulaire systemen zijn vooraf gemonteerd en bieden standaardconfiguraties met
modules die ontworpen zijn om samen te
werken. Het implementeren van modulaire systemen en componenten is herhaalbaar, wat
schalen voor groei eenvoudiger maakt. Modulariteit verlaagt ook kosten: omdat modulaire
systemen just-in-time te implementeren zijn,
hoeven colo’s bij het begin niet meteen ruimte
voor de maximale capaciteit te hebben.
schaalbaarheid
Schaalbare infrastructuurapparatuur zorgt voor
een snellere implementatie van het datacenter
en verlaagt de kosten. Modulariteit maakt
dcw februari | co-locatie
worpen, gebruiksvriendelijke UPS-units op
de markt.
41
Facebook kiest CA voor DCIM
Energiemanagement voor
een van de meest veeleisende IT-omgevingen
facebook heeft gekozen voor de dcim-oplossing van ca technologies. het internetbedrijf past
deze software toe op miljoenen energie-gerelateerde gegevens, zodat het energieverbruik kan
dcw februari | datacenter infrastructure management
worden teruggedrongen. daarnaast verwacht facebook hiermee de energievoorziening
42
efficiënter in te richten en de kosten te kunnen terugdringen.
Facebook heeft een aantal DCIM-leveranciers onderworpen aan een
intensief evaluatieproces. CA Technologies was één van de twaalf leveranciers die werd overwogen en een proof-of-concept heeft voltooid.
Dit werd gevolgd door een uitgebreid proefproject in een datacenter
met een oppervlakte van ruim 9.000 vierkante meter. Na voltooiing
van het proefproject werkten Facebook en CA samen aan een maatoplossing voor de energiebehoeften van datacenters voor nu en in de
toekomst. Hierbij werd rekening gehouden met technologische innovatie en het vermogen van CA Technologies om snel en schaalbaar werk
te leveren. Tot slot werkten de twee bedrijven samen om de zakelijke
doelstellingen van Facebook aan te passen en af te stemmen.
optimaliseren infrastructuur
"Onze missie is om de wereld te verbinden en de eigen IT-infrastructuur speelt een cruciale rol in het realiseren van deze missie", zegt Tom
Furlong, VP Infrastructure Data Centers bij Facebook. "Wij zijn dan
ook voortdurend op zoek naar manieren om onze datacenters te optimaliseren. Het bijeenbrengen van onze energie-gerelateerde informatie
op een centrale plek was daar een van de kernvereisten voor."
"Elke dag weer maken 728 miljoen mensen gebruik van Facebook en
de verwachtingen rond de kwaliteit van de dienst, de beschikbaarheid
en de betrouwbaarheid zijn extreem hoog", zegt Terrence Clark, senior VP Infrastructure Management bij CA Technologies. "Hierdoor
worden aanzienlijke eisen gesteld aan de IT-infrastructuur, met weinig
ruimte voor fouten of kostbare inefficiëntie. De IT- en faciliteitenteams
van Facebook beschouwen het dan ook als een topprioriteit om zoveel
mogelijk te weten te komen over het energiegebruik en de koeling. En
tevens om uit te vinden waar potentiële problemen kunnen schuilen in
de systemen en waar mogelijkheden liggen voor kostenbesparingen."
overzicht
De IT-afdeling van Facebook kan deze energiegegevens nu in hun bredere DCIM-systeem opnemen voor een nog vollediger beeld van de
totale status van het systeem. Daarnaast kunnen zij alle gegevens tegelijkertijd analyseren. Hierdoor kan Facebook beter onderbouwde beslissingen nemen op het gebied van efficiëntie en het verlagen van kosten,
terwijl zij tevens een naadloze beleving bieden aan de klant en nieuwe
mogelijkheden scheppen voor innovatie.
CA DCIM biedt hen dan ook een op het web gebaseerde gecentraliseerde oplossing voor het bewaken van de energievoorziening, koeling
en omstandigheden in het datacenter. Facebook presenteerde de eerste
resultaten van de implementatie van CA DCIM tijdens de Open Compute Project Summit 2014.
Nederland doet er goed aan een keurmerk in het leven te roepen
voor datacenters. Een dergelijke keurmerk is noodzakelijk geworden door de snelle opkomst van datacenters in Nederland en de
groeiende vraag naar data. Dit stellen juristen en datacenterspecialisten althans tegenover Het Financieele Dagblad.
De partijen stellen dat Nederland als een magneet werkt op bedrijven die hun gegevens op een centrale locatie willen opslaan. Advocaat Pieter Lettinga van Dorhout Advocaten is één van de juristen
die pleit voor een keurmerk voor datacenters. Lettinga was onlangs
curator bij het faillissement van een klein datacenter in Nederland.
“Bij zo’n faillissement raken klanten in paniek. Ze zijn bang niet
meer bij hun servers te kunnen en vrezen voor de continuïteit van
hun dienstverlening. Ik realiseerde me toen hoe weinig klanten
eigenlijk weten wat er zich in zo’n ‘data-hotel’ precies afspeelt of
zelfs waar het ding staat”, zegt Lettinga tegenover het FD.
eisen aan een datacenter
De jurist wil daarom dat het duidelijker wordt aan welke eisen een
datacenter moet voldoen. Dit moet bedrijven in staat stellen een
betere afweging te maken bij de keuze hun data bij een specifiek
bedrijf onder te brengen.
Kees Stuurman, hoogleraar aan de Universiteit van Tilburg en partner bij Van Doorne advocaten, is van mening dat de keuze met
een bepaald datacenter in zee te gaan een boardroom-beslissing is.
“Langzaam beseffen we dat sommige informatie zo gevoelig is dat
we die beter niet in de cloud kunnen opslaan. Doen we dat wel,
dan blijft het oppassen. Veel van de cloud-contracten zijn onvoldoende transparant”, legt Stuurman uit.
advertentie
‘Nederland moet
een keurmerk
voor datacenters
opzetten’
Evenementenkalender
DatacenterWorks
blijf op de hoogte van de evenementen op datacenter-gebied. kijk ook op de geheel vernieuwde
website www.datacenterworks.nl onder ‘agenda’. zelf een evenement aankondigen? stuur een
dcw februari | agenda
mailtje naar [email protected].
44
evenement
datum
plaats
land
Green Data Center Conference
25 februari 2014 - 27 februari 2014
San Diego
Verenigde Staten
Data Centre World 2014
26 februari 2014 - 27 februari 2014
Londen
Verenigd Koninkrijk
Eaton TechDay Datacenters
11 maart 2014
Hengelo
Nederland
Cable Europe Awards
12 maart 2014 - 14 maart 2014
Amsterdam
Nederland
Datacenter Today Congres
20 maart 2014
Brussel
België
International Battery Conference
25 maart 2014 - 26 maart 2014
Münster
Duitsland
Hosting & Cloud Transformation Summit
1 april 2014 – 2 april 2014
London
Verenigd Koninkrijk
World Hosting Days global 2014
1 april 2014 - 3 april 2014
Rust
Duitsland
BICSI Middle East Conference
8 april 2014 - 10 april 2014
Dubai
Verenigde Arabische Emiraten
BICSI Canadian Conference
27 april 2014 - 30 april 2014
Vancouver
Canada
Data Center World - Global Conference
28 april 2014 - 2 mei 2014
Las Vegas
Verenigde Staten
BICSI South Pacific Conference
12 mei 2014 - 14 mei 2014
Brisbane
Australië
BICSI United Kingdom Conference
3 juni 2014
Londen
Verenigd Koninkrijk
DatacenterDynamics Converged
4 juni 2014
Warschau
Polen
The Premier Industry Conference and Trade Show for
Webhosting and Cloud Service Providers
16 juni 2014 - 18 juni 2014
Miami Beach
Verenigde Staten
DatacenterDynamics Converged
17 juni 2014
Parijs
Frankrijk
DataCentre Transformation Conference
8 juli 2014
Manchester
Verenigd Koninkrijk
Datacenter Experience
7 oktober
Nijkerk
Nederland
Datacenter Technolgogies Exhibition and Conference
28 oktober 2014 - 29 oktober 2014
Frankfurt
Duitsland
Storage Expo
29 oktober en 30 oktober 2014
Utrecht
Nederland
DatacenterDynamics Converged
19 november 2014
Londen
Verenigd Koninkrijk
it room infra: de vereniging voor de technische infrastructuur van computerruimtes en datacenters.
Een goed begin van 2014!
Met verschillende berichten over de bouw van nieuwe datacenters
eindigde 2013 en begon 2014 goed. Zo gaat Microsoft één van de
grootste datacenters van Europa in Nederland bouwen!
We kunnen ook terugkijken op een goed IT Room Infra jaar. Wat
gaat het nieuwe jaar brengen? Natuurlijk is er het Event in 2014, de
ledenborrel, de vergaderingen op interessante locaties en de introductie van de nieuwe interactieve website, maar wat verwacht u nog
meer dit jaar van IT Room Infra?
IT Room Infra staat voor haar leden en wordt bestuurd door haar
leden, schreef ik al eens eerder. Het is dan gek dat u hier alleen de column van Harm en mij ziet. Vindt u het leuk een keer een gastcolumn
te schrijven? Uw mening te geven over de branche? Ik daag u graag
uit! Bent u de volgende column schrijver?
Arthur Singendonk
Voorzitter stuurgroep IT Room Infra
Na het IT Room Infra Event van 2013 is de stuurgroep direct
begonnen met het maken van het plan voor IT Room Infra 2014. Dit
is een uitdaging! Nu het aantal deelnemers doorgroeit tot boven de
50 is het plan van 2013 achterhaald. Met de groei van het aantal
exposanten is IT Room Infra beter dan ooit te voren in staat de
bezoeker de ontwikkelingen in de markt te laten zien, maar het
brengt ook uitdagingen met zich mee.
IT Room Infra is opgebouwd vanuit een vaste kern leden. Het
evenement IT Room Infra, georganiseerd vanaf 2007, is als idee
vanuit de leden naar voren gekomen. In de voorbereiding kwamen
de leden gemiddeld drie keer bij elkaar om te bepalen hoe het
evenement eruit zou moeten zien. Vele discussies en koerswijzigingen
hebben er toe geleid dat IT Room Infra een event is geworden van
de leden en dit moet zo blijven. Een evenement met een gezellige
sfeer waar kennisoverdracht centraal staat en de bezoeker een goed
beeld krijgt van de laatste oplossingen. Het event waar de bezoeker
een compleet beeld krijgt van de ontwikkelingen op het gebied van
datacenter infrastructuur!
Met meer dan 50 bedrijven is het niet mogelijk om middels
interactieve discussies het beleid te bepalen. Echter het geluid vanuit
de leden blijft zeer belangrijk. Op basis van de exposantenenquête en
de reacties vanuit de leden wordt het plan met de stuurgroep
opgesteld. Met het plan, dat op 7 februari is gepresenteerd, hopen we
te voldoen aan de verwachtingen van de leden en uiteindelijk ook
aan de verwachtingen van de bezoeker.
We houden u op hoogte!
contactgegevens it room infra:
FHI, federatie van technologiebranches
Eline Hazeleger ([email protected])
Telefoon: (033) 465 75 07
Internet: www.itroominfra.nl
dcw februari | it room infra
Groeien met behoud van identiteit
45
13de Editie Telecommunications
Distribution Methods Manual
BICSI begint 2014 met het introduceren van de 13de editie van de TDMM, het handboek soldaat
voor RCDD’s. Verder bevat het BICSI NEWS magazine zoals gebruikelijk diverse technische
artikelen en komen er weer conferenties aan waar BICSI-gecertifceerde netwerkprofessionals de
credits kunnen verdienen om hun certificering te onderhouden.
dcw februari | bicsi
13de TDMM editie
46
De BICSI Telecommunications Distribution Methods Manual is al
sinds 1984 het belangrijkste naslagwerk voor elke RCDD (Registered
Communication Distribution Designer). RCDD’s zijn wereldwijd
erkende ICT-adviseurs die een groot deel van alle datacenters en bedrijfsnetwerken ontwerpen. Geschreven door experts op netwerkgebied bevat dit handboek de wereldwijd meest gebruikte ontwerp­
richtlijnen voor elk type ICT-infrastructuur. In totaal ruim 2.100
pagina’s, verdeeld over 21 hoofdstukken en vijf bijlagen. Behalve updates van de bestaande hoofdstukken, bevat de 13de TDMM ook een
aantal toevoegingen die inspelen op nieuwe netwerktrends, zoals Distributed Antenna Systems (DAS), Passive Optical Networks (PON)
voor toepassing in gebouwen en het gebruik van AV-systemen over
IP-netwerken. Verder bevat het een nieuw hoofdstuk over business
development. Omdat de TDMM het handboek is waarop de BICSIexamens voor RCDD en RITP (Registered Information Technology
Professional) zijn gebaseerd, worden deze vanaf 1 juli 2014 conform
de 13de editie afgenomen. De nieuwe TDMM is zowel in geprinte
versie als in elektronisch formaat leverbaar en te bestellen via www.
bicsi.org/tdmm.
Gigabit WiFi
In het BICSI NEWS Magazine (gratis online te lezen), staat onder
andere een artikel over de aankomende WLAN-standaard 802.11ac.
Deze wordt waarschijnlijk begin 2014 door de IEEE goedgekeurd.
Vandaar dat in de categorie design & employment wordt ingegaan
op de implicaties en geadviseerde voorbereiding om hoge snelheid
draadloze netwerktoepassingen probleemloos in bestaande infrastructuren te integreren. Door de zogenaamde BYOD-trend (Bring Your
Own Device) worden bedrijfsnetwerken met steeds meer apparaten
en een grotere diversiteit daarvan belast. Verder worden op smart­
phones, tablets en straks ook slimme horloges en brillen veel muziek
beluisterd en video’s bekeken, wat zonder afdoende maatregelen een
ongewenste invloed op de netwerkperformance kan hebben. In het
‘Prepare Your Network for Gigabit WiFi’ artikel, worden daarom
eerst de belangrijkste technische kenmerken van de nieuwe WLANstandaard samengevat en de belangrijkste ontwerpoverwegingen belicht. Daarna volgen vijf implementatietips. Zorgvuldig vooraf plannen van de benodigde access points en testen van gebruiksscenario’s
maakt het verschil uit tussen een feilloos presterende infrastructuur,
of tegenvallende prestaties die veel tijd en geld vragen om te verbeteren.
BICSI Conferenties
Wie nog voor de zomer educatieve BICSI-credits wil verdienen voor
het onderhouden van de RCDD-titel, of met vakgenoten wil netwerken, kan deelnemen aan de volgende conferenties:
•8-10 april: BICSI Middle East Conference in Dubai,
Verenigde Arabische Emiraten
• 27-30 april: BICSI Canadian Conference in Vancouver, Canada
• 12-14 mei: BICSI South Pacific Conference in Brisbane, Australië
• 3 juni: BICSI United Kingdom Conference
Voor aanvullende informatie over BICSI kunt u contact
opnemen met de Benelux vertegenwoordigers:
RCDD Joop Ierschot van Deerns,
via [email protected]
RCDD Gert-Jan Roozeboom van R&M,
via [email protected]
Cursus
Code
Data
Certified TIA-942 Design Consultant
(CTDC)
18 t/m 20 juni (Engelstalig)
3
e 2.425,-
Certified ANSI/TIA-942 Internal Auditor
(CTIA)
18 t/m 19 september (Engelstalig)
2
e 1.380,-
Certified Datacenter Professional
(CDCP)
3 t/m 4 april
2
e 1.350,-
Certified Datacenter Specialist
(CDCS)
10 t/m 12 september
3
e 2.050,-
Certified Datacenter Expert
(CDCE)
3 t/m 7 februari
5
e 3.495,-
Certified Datacenter Facilities Operations Manager
(CDFOM) 31 maart t/m 2 april
3
e 2.050,-
Certified Datacenter Risk Professional
(CDRP)
27 t/m 28 maart
2
e 1.380,-
Certified Datacenter Migration Specialist
(CDMS)
26 t/m 27 juni
2
e 1.380,-
Certified Information Technology Manager
(CITM)
24 t/m 26 maart
3
e 2.050,-
Meer informatie, een afspraak maken of direct inschrijven?
Neem contact op met het Vijfhart team, wij heplen u graag verder!
Dagen Actieprijs
[email protected]
088 - 542 78 48
Eindelijk, een efficient-gerichte
efficiënt-gerichtebusiness
businesscase
casevoor
voor
de DCIM
bent.
DCIM waar
waaruuecht
echtnaar
naarop
opzoek
zoek
bent.
Zes manieren waarop StruxureWare for Data Centers software de operationele- en energie-efficiency verbeterd.
verbetert.
11
2
3
Monitor energie-index
wereldwijd
Identificeer buitenbuitensporige capaciteit
capaciteit
Rapporteer energieverbruik en -kosten
-kosten
Informatie waarmee u goed op de
hoogte bent van mogelijkheden of
risico’s in de energiemarkt.
Spoor niet-gebruikte of overbodige
capaciteit op en bepaal welke
apparaten kunnen worden uitgezet
of elders kunnen worden gebruikt.
Verzamel, analyseer en rapporteer uw
energiekosten en –verbruik op macroof microniveau.
4
5
6
Toon PUE
PUE van
vanuw
uwgehele
gehele
IT/facilities-omgeving
Doorbereken
Bereken het van
energieverbruik door
Simuleer effecten
effecten van
van
fouten in
in systemen
systemen
Genereer real-time meetwaardes voor de
effectiviteit van uw energieverbruik en tal
van andere prestaties.
Dankzij details over het energieverbruik
kunt u de kosten voor het gebruik van
het datacenter exact doorbereken
aanaan
doorberekenen
de verschillende business units.
Identificeer belangrijke IT-consequenties
van energie-uitval en falen van koeling.
Energie-efficiënte beschikbaarheid
beschikbaarheid
Organisaties
zijngericht
gerichtop
ophet
hetverlagen
verlagenvan
van
hun
kosten
energieverbruik,
terwijl
ze meer
Organisaties zijn
hun
kosten
enen
energieverbruik,
terwijl
ze meer
capaciteit
capaciteit
nodigDatacenterhebben. Datacenterof facilitymoeten
managers
moeten
daarom de beschikbaarheid
nodig hebben.
of facility managers
daarom
de beschikbaarheid
van systemen
van
systemen
dusdanig
datwetgeving
het binnen
deen
wetgeving
past
voldoet
aan deop het
dusdanig
beheren,
dat hetbeheren,
binnen de
past
voldoet aan
deen
eisen
en wensen
eisen
wensen
van te
OPEX.
Om
aan alleheeft
eisen
te kunnen
voldoen,StruxureWare™
heeft
gebieden
van
OPEX. op
Omhet
aangebied
alle eisen
kunnen
voldoen,
Schneider
Electric™
Schneider
Electric™
StruxureWare™
for Hiermee
Data Centers
geïntroduceerd.
Hiermee kunt u
for Data Centers
software
geïntroduceerd.
kunt usoftware
het monitoren
van uw energieverbruik
het
vanen
uwvolledig
energieverbruik
goedWaardoor
structureren
en volledig
automatiseren.
Waardoor
goedmonitoren
structureren
automatiseren.
u altijd
een compleet
inzicht hebt
in al uw u
altijd
een compleet inzicht hebt in al uw datacenterfuncties.
datacenterfuncties.
Alle informatie op
opieder
iedergewenst
gewenstmoment
moment
Onze datacenter
datacenterinfrastructure
infrastructuremanagement
management
(DCIM-)software
geeft
compleet
overzicht
(DCIM-)software
geeft
eeneen
compleet
overzicht
van van
uw
uw
infrastructuur.
Ofnu
hetopnugebouwniveau
op gebouwniveau
is of serverniveau.
Hierdoor
kuntuptime
u de van
uptime
infrastructuur.
Of het
is of serverniveau.
Hierdoor
kunt u de
uw van
uw
systemen
monitoren
en beschermen.
de effecten
van verplaatsingen,
veranderingen,
systemen
monitoren
en beschermen.
En deEn
effecten
van verplaatsingen,
veranderingen,
uitbreidingen
uitbreidingen
in het
datacenter
simuleren en
analyseren,
zodat
u weethiervan
wat dezijn,
kosten
zijn,
in het datacenter
simuleren
en analyseren,
zodat
u weet wat
de kosten
welkehiervan
capaciteit
welke
u nodig
heeft envoor
wat het
de gevolgen
voor het
deze
manier
bentOp
u er
zeker
u nodigcapaciteit
heeft en wat
de gevolgen
energieverbruik
zijn.energieverbruik
Op deze manierzijn.
bent
u er
zekerIT van
dat zowel
IT als facility
datacenter
op iederaanpassen
moment kunnen
aanpassen
van dat
zowel
als facility
uw datacenter
opuw
ieder
moment kunnen
aan veranderende
aan
veranderende
behoeften.
het datacenter
beschikbaar blijft
behoeften.
Terwijl het
datacenterTerwijl
altijd beschikbaar
blijftaltijd
en energie-efficiënt
is. en energie-efficiënt is.
Business-wise,
Future-driven.™
Business-wise, Future-driven.™
How
DataCentre
CentreManagement
Management
How Data
Software
ImprovesPlanning
Planningand
and
Software
Improves
Software
Improves
Planning and
Cuts
OperationalCosts”
Costs”
Cuts Operational
Cuts Operational Costs”
Executive summary
summary
>>Executive
Executive summary
Contents
Contents
Contents
Compleet inzicht
inzichtin
inuw
uwdatacenter:
datacenter:
> Visualiseer wijzigingen/capaciteitscenario’s
wijzigingen/capaciteitscenario’s
> Bekijk uw huidige
huidigePUE/DCiE
PUE/DCiEen
ende
degegevens
gegevensuituit
het verleden
verleden
> Behoud altijd
altijd de
dehoogste
hoogstebeschikbaarheid
beschikbaarheid
> Bekijk en beheer
beheeruw
uwenergieverbruik
energieverbruik
> Space en
encage
cagemanagement
managementininfaciliteiten
faciliteitenmet
met
meerdere huurders
> Verbeter ‘life-cycle
‘life-cycleservices’
services’van
vanplanning
planning
tot onderhoud
APC™bybySchneider
SchneiderElectric
Electric-producten,
-producten,
-oplossingen, en -diensten zijn integraal
onderdeel van het IT-portfolio van
Schneider Electric.
Dowload uw gratis
realistische
gratiswhite
whitepaper
paperen
enbekijk
bekijkdedetien
tien
realistische
scenario’s waar DCIM
ertoe
doet.
DCIM ertoe doet.
U maakt kans
kansop
opeen
eenSamsung
iPad mini!Galaxy Note 3!
Bezoek
KeyCode
Code 43907p
Bezoek www.SEreply.com
www.SEreply.com
Key
42370P
©2013 Schneider
Electric.
All Rights
Reserved.
Schneider
Electric, APC,
StruxureWare,
and Business-wise,
are trademarks
ownedare
by Schneider
Electric
Industries
SAS or its affiliated
other
©2013
Schneider
Electric.
All Rights
Reserved.
Schneider
Electric,
APC, StruxureWare,
andFuture-driven
Business-wise,
Future-driven
trademarks
owned
by Schneider
Electriccompanies.
Industries All
SAS
ortrademarks
its affiliated
are the property
their respective
owners.
www.schneider-electric.com
• 998-1187091_NL_C
companies.
Allofother
trademarks
are the
property of their respective
owners. www.schneider-electric.com • 998-1187091_NL_C