MIS 1203 2015 inleiding

Standaard
MIS-1203-2015
Materiaalselectie en Inspectie
Corrosiebestendige dragende materialen voor toepassing in de
atmosfeer van binnenzwembaden
Deze standaard is opgesteld voor materiaalselectie en inspectie van dragende materialen in de
atmosfeer van binnenzwembaden. Dragende materialen zijn bevestigingsmiddelen zoals
bouten, moeren, draadeinden, inslagankers en schroeven. Daarnaast zijn het delen in
ophangconstructies zoals plafondhangers, beugels, draad, kabels en lassen.
In het Bouwbesluit (Nederlandse Wet- en Regelgeving) staat dat constructiematerialen
duurzaam deugdelijk moeten zijn. Het is reeds jarenlang bekend dat in roestvaststaal (RVS)
uitgevoerde koud gevormde constructiematerialen niet duurzaam deugdelijk zijn bij toepassing
in de zwembadatmosfeer. Ze kunnen spontaan doormidden scheuren en breken t.g.v.
scheurvormende spanningscorrosie. Onder invloed van chlooraminegas in de lucht ontstaan
onder de boutkop onzichtbare haarscheurtjes die leiden tot breuk. Dit is levensgevaarlijk en
heeft wereldwijd geleid tot minstens 13 doden en vele gewonden wegens instorting van daken
en plafonds of wegens vallende voorwerpen, en tot talloze bijna-ongevallen. Dertig jaar geleden
was al bekend dat roestvaststaal de oorzaak was van het instorten van het dak/plafond van een
zwembad in Uster, Zwitserland. Hierbij waren 12 doden en 19 gewonden te betreuren..
Dergelijke onveilige situaties (en overtreding van het Bouwbesluit) zijn sinds 1985 bekend bij de
zwembadbranche, de overheid en de (vergunning)houders, en zeker sinds 2001, toen in
Steenwijk, gelukkig tijdens sluitingstijd, net als in Uster het gehele plafond en de luchtkanalen
instortte. Echter, na 30 jaar is er nog steeds geen algemene maatregel van bestuur
uitgevaardigd.
In artikel 4, lid 1 van de Wet Hygiëne en Veiligheid Badinrichtingen en Zwemgelegenheden
(WHVBZ) staat het volgende:
WHVBZ, Artikel 4, Lid 1. In het belang van de veiligheid van de bezoekers kunnen bij
algemene maatregel van bestuur met betrekking tot badinrichtingen voorschriften worden
gegeven betreffende: d. de te bezigen materialen;
De WHVBZ geldt specifiek voor bestaande gebouwen en de onderhoudsdienst van de
(vergunning)houder moet ervoor zorgen dat ondeugdelijke constructiematerialen (zoals RVS)
worden vervangen voor geschikte materialen. De Provincies houden toezicht op het naleven
van de WHVBZ. De gemeenten zien toe op het naleven van het Bouwbesluit (bij nieuwbouw en
renovatie).
Geschikte materialen zijn koolstofstaal met een zinklaag van voorgeschreven minimum dikte, of
koolstofstaal met de combinatie van een zinklaag en een organische coating (duplex systeem).
Ook geschikt zijn aluminiumlegeringen mits voorzien van de juiste oppervlaktebehandeling.
Behalve materiaalselectie behandelt deze standaard ook hoe een eenduidige en duidelijke
inspectie plaats kan vinden, en wat de aanbevolen inspectietermijn is per geïnspecteerd
onderdeel. Tegelijkertijd met de inspectie wordt een risicoanalyse uitgevoerd volgens de
methode ‘risc based inspection’. Van alle toegepaste dragende delen in de zwembadatmosfeer
moet een inventarisatie worden gemaakt (zie handboek Keurmerk Veilig en Schoon) met
vermelding van de materiaalkwaliteit en onderliggende specificaties.
Er wordt onderscheid gemaakt tussen de droge zone van de atmosfeer en de natte zone net
boven vloerniveau (de spatwaterzone). In beide zones is roestvaststaal niet geschikt, maar
daarnaast blijkt ook verzinkt staal niet geschikt in de natte zone. Een goed alternatief is hier
verzinkt staal met een duplex coating zink/epoxy of zink/PTFE (Teflon).
Uitgever: Corrodium BV/ Planetenweg 5/ 2132 HN Hoofddorp/ +31 85 2733501
Alle rechten voorbehouden, (c) 2012, 2013, 2014, 2015. J. Heselmans
«datum_geleverd», «NR_», «Verstrekt_aan», «F4»
INHOUDSOPGAVE
1
SAMENVATTING MATERIAALSELECTIE ........................................................................................ 3
2
DEFINITIES ................................................................................................................................. 4
2.1
ZWEMBADATMOSFEER ....................................................................................................................... 4
2.2
DRAGENDE DELEN ............................................................................................................................. 5
3
MATERIAALSELECTIE (DROGE ZONE) ........................................................................................... 6
3.1
KESTERNICH TESTEN ISO 3231 EN ISO 6988 ....................................................................................... 6
3.2
KOOLSTOFSTAAL MET EEN METALLISCHE DEKLAAG .................................................................................. 7
3.3
ELECTROLYTISCH VERZINKT STALEN BEVESTIGINGSARTIKELEN (ISO 4042 A2) .............................................. 7
3.4
ANDERE METALLISCHE DEKLAGEN, PASSIVATIE ........................................................................................ 8
3.5
VERZINKT STALEN DUNWANDIGE OPHANGCONSTRUCTIES (PLAFONDHANGERS E.D.)...................................... 8
3.6
MET DE HAND GECOAT VERZINKT KOOLSTOFSTAAL .................................................................................. 8
3.7
DIN 18168-1 VOOR CORROSIEWERENDE OPHANGSYSTEMEN .................................................................. 8
3.8
BEVESTIGINGSARTIKELEN MET DUPLEX COATING ZINK MET EPOXY OF PTFE ................................................. 9
3.9
6% MO RVS (1.4529 OF 1.4547) ...................................................................................................... 9
4
MATERIAALSELECTIE NATTE ZONE (SPATWATERZONE).............................................................. 10
4.1
ZINK MET EPOXY OF PTFE (TEFLON) COATING...................................................................................... 10
4.2
ISOLATIE RVS MET STAAL-DUPLEX COATING .......................................................................................... 10
4.3
6% MO RVS (1.4529 OF 1.4547) .................................................................................................... 10
5
SCHEURVORMING BIJ ROESTVASTSTAAL................................................................................... 10
5.1
ALGEMEEN..................................................................................................................................... 10
5.2
REINIGBAARHEID EN INSPECTEERBAARHEID .......................................................................................... 10
5.3
NIET GESCHIKTE ROESTVASTSTAALTYPEN ............................................................................................. 11
5.4
ROESTVASTSTAAL MET EEN COATING (DEKLAAG) .................................................................................. 12
6
DOCUMENTATIE BIJ INKOOP EN INSTALLATIE ........................................................................... 12
7
INSPECTIE EN RISICOANALYSE .................................................................................................. 13
7.1
INLEIDING ...................................................................................................................................... 13
7.2
INVENTARISATIELIJST IS MINIMUM EIS BIJ INSPECTIE .............................................................................. 13
7.3
RISC BASED INSPECTION ................................................................................................................... 13
7.4
CONSEQUENTIE VAN FALEN BIJ ZWEMBADEN ....................................................................................... 14
7.5
KANS OP FALEN BIJ ZWEMBADEN ....................................................................................................... 14
7.6
OPZOEKTABEL ................................................................................................................................ 15
7.7
TOEPASSING VAN DE MATRIX IN MICROSOFT EXCEL OF ANDER PROGRAMMA ............................................ 16
7.8
SAMENVATTING RBI METHODE ......................................................................................................... 16
7.9
VOORBEELD ................................................................................................................................... 17
7.10 AFNAME INSPECTIE EN INVENTARISATIELIJST ........................................................................................ 17
7.11 NULINSPECTIE, INVENTARISATIE EN INSPECTIEPLAN ............................................................................... 17
7.12 HERHALINGSINSPECTIE ..................................................................................................................... 17
7.13 ROL ONDERHOUDSDIENST ................................................................................................................ 18
7.14 INSPECTIEMETHODE......................................................................................................................... 18
8
NORMEN ................................................................................................................................. 19
Uitgever: Corrodium BV/ Planetenweg 5/ 2132 HN Hoofddorp/ +31 85 2733501
Alle rechten voorbehouden, (c) 2012, 2013, 2014, 2015. J. Heselmans
«datum_geleverd», «NR_», «Verstrekt_aan», «F4»
Pag. 2