Reacties van de fracties

Raadscommissie van 18 en 19 november 2014
DATUM
17 november 2014
2 Vaststellen agenda (en inventariseren insprekers)
- Het verslag van de auditcommissie van 5 november 2014 wordt aan agendapunt 10 toegevoegd met
het voorstel het verslag voor kennisgeving aan te nemen.
- Raadslid de heer Z. Güler wil namens de raadsleden van Turkse afkomst een statement afgeven
over Turkse jongeren die volgens een onderzoeksbureau (Motivaction) sympathiseren met de ideologie van IS in Syrië.
- Raadslid de heer M. Erdem wil graag namens de PvdA een statement maken over een onderzoeksresultaat van Motivaction in opdracht van Forum.
- De heer of mevrouw E.H.H. Wolbers over het voorliggende beplantingsplan A4-tracé van Rijkswaterstaat, een plan waarover de gemeente volgens inspreker binnenkort zal moeten beslissen.
3 Business case Stroomopwaarts MVS (VR 56/2014)
- Vraag van de fractie van de PvdA
In het organogram staat de directeur bovenin. Wie monitort het handelen van de directeur?
Antwoord:
Conform hetgeen is opgenomen in de Gemeenschappelijke Regeling, legt de directeur Stroomopwaarts verantwoording af aan en wordt aangestuurd en gemonitord door de directieraad, bestaande uit
de drie gemeentesecretarissen.
4 Gemeenschappelijke regeling Stroomopwaarts MVS (VR 57/2014)
Het advies van de auditcommissie ligt bij de projectorganisatie Stroomopwaarts. Aanvankelijk was de
verwachting dat nog voor de commissievergadering zou worden gemeld wat met de opmerkingen van
de auditcommissie zou worden gedaan. Vorige week is gemeld dat eerst nog opmerkingen van de
raadscommissie in Schiedam en Maassluis en van de ondernemingsraden worden verzameld. Eind
deze week verschijnt een reactie op al die opmerkingen, op tijd voor de raadsvergadering.
5 Paraplubestemmingsplan Wonen (VR 58/2014)
- Vraag van de fractie van de VVD
Het Paraplubestemmingsplan Wonen verlaagt de regeldruk en voorkomt onnodig lange procedures
omtrent de kamerverhuurmogelijkheden in Schiedam. Daar is de VVD in beginsel een voorstander
van. Echter, in met name de oude stadswijken zoals Schiedam Oost en West is kamerverhuur onwenselijk, omdat dit grote impact heeft op de woondruk en leefbaarheid in deze wijken. Kan het college
ons informeren over de gevolgen die dit Paraplu Bestemmingsplan heeft ten aanzien van het verlenen
van kamerverhuurvergunningen in deze oude stadswijken?
Antwoord:
Het Paraplubestemmingsplan Wonen heeft geen gevolgen voor het verlenen van de kamerverhuurvergunningen omdat dit geregeld wordt door het beleid op grond van de Huisvestingswet, in het bijzonder
de ‘Nadere regels kamerverhuur’ die in 2013 zijn vastgesteld.
Indien iemand een kamerverhuurbedrijf wil starten dient er zowel vanuit het bestemmingsplan als
vanuit de nadere regels kamerverhuur geen bezwaar te zijn. De verruiming van het begrip in het bestemmingsplan doet dus geen afbreuk aan de weigeringsgronden die in de nadere regels kamerverhuur
zijn opgenomen.
In artikel 5 lid 2 zijn de weigeringsgronden opgenomen voor het realiseren van kamerverhuur:
Het college weigert een vergunning indien:
a. de aanvraag betrekking heeft op een woonruimte die gelegen is in een buurt waarvan de indicatorscore Overbewoning slechter is dan het Schiedamse gemiddelde;
b. de verlening van de vergunning ertoe zou leiden dat het aantal slaapplaatsen kamerverhuurbedrijven meer dan 5% bedraagt van het totaal aantal slaapplaatsen in de straat waar de betreffende
woonruimte is gelegen, waarbij voor elke woonruimte, niet zijnde een kamerverhuurbedrijf, wordt
uitgegaan van de gemiddelde woningbezetting van die betreffende straat;
c. de aanvraag betrekking heeft op een portiek- of flatwoning;
d. de minimale gebruiksoppervlakte per persoon minder is dan 18m2.
Hoewel alle weigeringsgronden in beginsel van toepassing kunnen zijn, is de ‘Indicatorscore Overbewoning’ een veelgebruikte weigeringsgrond voor aanvragen tot een kamerverhuurbedrijf in de wijken
‘West’ en ‘Oost’. Een aanvraag tot een kamerverhuurbedrijf wordt dus, hoewel het in het bestemmingsplan past, geweigerd op grond van de ‘Nadere regels kamerverhuur’.
Andersom zou voor een aanvraag voor een kamerverhuurbedrijf die wel passend is in de regels van
een kamerverhuurbedrijf een afwijking van het bestemmingsplan gevolgd moeten worden. Dit kost
onnodig extra tijd, geld (leges) en daarom wordt met het Paraplubestemmingsplan deze onnodige afwijkingsprocedure afgeschaft.
11 Mededelingen en ingekomen stukken
- Vragen van de fractie van D66
De vragen hebben betrekking op de brief van het college van 30 oktober 2014: Luchtkwaliteits metingen - rapportage DCMR.
1. pag. 4:
Er wordt gemeld dat er nabij de in aanbouw zijnde A4 gemeten is, om tot een nulmeting te komen.
Vraag:
In het plattegrondje (pag. 20) lijkt geen meetpunt te vinden te zijn bij de Van Beethovenflat? Klopt
dit? Zo ja? waarom is hier niet gemeten? Juist op deze plaats is toch (ingang tunnel die opgeschoven
is) een toename van NO2 en PM 10 te verwachten?
Antwoord:
Ja, dit klopt. Er zijn alleen metingen verricht bij de in aanbouw zijnde noordelijke tunnelmond, omdat
daar het minste invloed was van uitstoot door bouwwerkzaamheden. De toename, van de concentraties
NO2 en fijn stof bij de Van Beethovenflat zal echter vergelijkbaar zijn aan de toename bij de noordelijke tunnelmond.
2. pag. 8
In 2015 worden nieuwe luchtkwaliteitsnormen van kracht. Passieve metingen bij het Life College
laten zien dat op 3 meetpunten de jaargemiddelde grenswaarde voor NO2 overschreden wordt. Het
rapport geeft aan (pag. 11) dat de ligging dicht bij de A20 hiervoor de reden kan zijn.
Acht het college overschrijding van deze grenswaarden aanvaardbaar? Zo nee, welke maatregelen zijn
te treffen de waarden onder de grenswaarden te krijgen?
Op eenzelfde afstand van dezelfde snelweg, enkele honderden meters verder, zal een bioscoop en P+R
verrijzen. Is aan te nemen dat op deze locatie soortgelijke overschrijdingen van NO2 grenswaarden
zullen plaatsvinden?
Kan dit gevolgen hebben voor de personeelsleden die op dit complex komen te werken?
Antwoord:
Deze overschrijdingen zijn niet wenselijk, maar conform het “Toepasbaarheidsbeginsel” wel aanvaardbaar, omdat conform de Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007 toetsing alleen hoeft plaats te
vinden op plaatsen waar sprake is van relevante blootstelling (in dit geval plekken waar dag en nacht
mensen verblijven/ woningen). Het is inderdaad aan te nemen, dat bij de te realiseren bioscoop zich
dicht bij de A20 soortgelijke immissies voordoen. Dit zal net als bij het Lentiz College echter geen
gevolgen hebben voor de personeelsleden als er ook hier zorg voor gedragen wordt, dat dicht bij de
A20 (aan de noordzijde van de gevel) geen sprake is van relevante blootstelling.
Pagina 2 van 3
3. Pag. 12
Er is nu gemeten rondom de Oranjestraat. Er is al het voornemen verkeersmaatregelen te nemen op
deze locatie. Dit rapport kan hiervoor een ondersteuning zijn. Zijn er plannen om soortgelijke metingen op andere drukke locaties te verrichten?
Zo ja, waar?
Antwoord:
Langs de Oranjestraat is gemeten, omdat daar de problematiek het grootste is. Als uit de berekeningen
of metingen blijkt, dat soortgelijke condities zich ook op andere locaties voordoen kunnen daar ook
metingen uitgevoerd worden. De prioriteit ligt op dit moment bij de uitvoering van het Actieplan
Luchtkwaliteit.
16 Inventariseren insprekers
Mevrouw H. Hagen spreekt in bij punt 18 (Aanpak verkeersknooppunt Vijfsluizen).
19 Bestuurlijke overeenkomst Hoekse Lijn deel II
- Vraag van de fractie van D66
In de collegebrief van 22 oktober 2014 over de bestuurlijke overeenkomst Hoekse Lijn staat op pagina 2 de voorlaatste alinea de zin: “Uw raad bij de behandeling van de zomernota 2013 besloten € 1,0
miljoen te reserveren voor de inrichting van de buitenruimte; op dit moment is nog niet zeker of dit
voldoende is.”
Wat wordt bedoeld met “op dit moment is nog niet zeker of dit voldoende is.”?
Antwoord:
Uitvoering van het project Hoekselijn zal naar verwachting in 2017 een aantal gevolgen met zich mee
brengen voor de gemeente Schiedam. De exacte consequenties voor Schiedam worden in 2014/ 2015
in beeld gebracht en zullen in 2015 middels een projectplan (waarin het benodigde projectbudget is
opgenomen) worden voorgelegd. Eén van de belangrijkste gevolgen is bijvoorbeeld het herinrichten
van een deel van de buitenruimte o.a. bij het nieuwe Station Nieuwland. In de zomernota 2013 is voor
het project Hoekselijn reeds een budget ter beschikking gesteld van € 1,0 mln. in 2016/2017 op basis
van de toen afgegeven ruwe eerste begroting. In 2015 zal naar aanleiding van het projectplan (en de
projectbegroting daarin) worden bezien in hoeverre dit budget toereikend is. Een volledige en exacte
kostenraming kan nu nog niet worden gegeven.
Pagina 3 van 3