> Gemeente Vianen ZONDER BEGELEIDEND SCHRIJVEN Waterschap Rivierenland t.a.v. mevr. H. Schelleman . „ Postbus 599 4000 AN TIEL ML -3 m. Vianen, donderdag 02 oktober 2014 -— Geachte mevrouw/ Schelleman, Hierbij stuur ik u op verzoek van mevr. I.M. Bekkers, Provincie Utrecht, in zake het dijkverbeteringsproject Dijkvernageling Lekdijk Vianen de ontwerp omgevingsvergunning. Met vriendelijke groet. G.C. van Dijk Team Handhaving & Vergunningen Bijlage : Ontwerp omgevingsvergunning Gemeente Vianen • Voorstraat 30 • Postbus 46 • 4130 EA Vianen • T 0347 369 911 • F 0347 374 688 • E gemeente(S)vianen.nl • I www.vianen.nl Gemeente Vianen ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING V283288/284142 Het college van burgemeester en wethouders van Vianen heeft op 26 augustus 2014 een aanvraag voor een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) ontvangen voor het versterken van de primaire waterkering door middel van een dijkvernageling (project "Dijkvernageling Lekdijk Vianen") op het perceel, kadastraal bekend gemeente Vianen, sectie K en nummer 170. Het college van burgemeester en wethouders van Vianen; gelet op artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; BESLUIT: de concept omgevingsvergunning te verlenen overeenkomstig de bij dit besluit behorende en gewaarmerkte stukken nummers I t/m III. Bijgevoegde documenten Bijlage Type Nummer Omschrijving Datum 1 II III formulier rapport tekening VA20-3-P 332487-TOOl aanvraag archeologisch vooronderzoek Overzichtstekening doorsnede 26-08-2014 22-07-2014 25-07-2014 Gemeente Vianen • Voorstraat 30 • Postbus 46 • 4130 EA Vianen • T 0347 369 911 • F 0347 374 688 • E [email protected] • I www.vianen.nl PROCEDUREEL Project Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: het versterken van Primaire waterkering door middel van een dijkvernageling (project "Dijkvernageling Lekdijk Vianen"). Voor deze dijkversterking is door het waterschap Rivierenland een projectplan conform artikel 5.4 van de Waterwet opgesteld. Ter uitvoering van dit projectplan Dijkvernageling Lekdijk Vianen is door het waterschap een Omgevingsvergunning aangevraagd. Uw aanvraag bestaat uit de volgende activiteit: • "bouwen". Bevoegd gezag Gelet op bovenstaande activiteit is de gemeente Vianen het bevoegd gezag om op deze aanvraag een besluit te nemen. Deze bevoegdheid is gebaseerd op grond van: • Besluit omgevingsrecht (Bor). De gemeente Vianen is er procedureel en inhoudelijk voor verantwoordelijk dat in ons besluit alle relevante aspecten met betrekking tot de fysieke leefomgeving, zoals: ruimte, milieu, natuur en aspecten met betrekking tot bouwen, monumenten en brandveiligheid, aan de orde komen. Ontvankelijkheid In artikel 2.8 van de Wabo is de wettelijke basis opgenomen met betrekking tot het stellen van regels aan de wijze van indienen van een aanvraag en aan de gegevens en bescheiden die hierbij moeten worden ingediend. Het gaat hier om gegevens en bescheiden die bij een aanvraag om een omgevingsvergunning moeten worden ingediend om tot een ontvankelijke aanvraag te komen. Deze regeling is uitgewerkt in het besluit omgevingsrecht (Bor) en de ministeriële regeling omgevingsrecht (Mor). De Bor beschrijft de wijze van indiening (paragraaf 4.2) en de Mor bevat een nader uitwerking van de aan te leveren gegevens en bescheiden. Na ontvangst van de aanvraag hebben wij deze aan de hand van de Bor en Mor getoetst op ontvankelijkheid. Wij zijn van oordeel dat de aanvraag voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook ontvankelijk en in behandeling genomen. Coördinatie Conform artikel 5.8 Waterwet is een provinciale gecoördineerde voorbereiding van de uitvoeringsbesluiten van toepassing. Het toepassen van genoemde coördinatieregeling heeft mede tot doel dat de bekendmaking van besluiten, de gelegenheid tot het naar voren brengen van zienswijzen daarop, respectievelijk het indienen van beroep daartegen voor de verschillende besluiten gelijktijdig plaatsvindt. Dit heeft tevens tot gevolg dat Gedeputeerde Staten van andere bestuursorganen, tenzij dit een bestuursorgaan van het Rijk is, de medewerking kunnen vorderen, die voor het welslagen van de coördinatie nodig is. Crisis en herstelwet het projectplan en tevens de onderliggende concept omgevingsvergunning, vallen onder de Crisis- en herstelwet (Chw): artikel 1.1 eerste lid Chw en bijlage 1, artikel 7.3 Chw; Dit betekent onder meer dat: de Raad van State binnen 6 maanden beslist op beroep; relativiteitsvereiste geldt: geschonden norm moet dienen om de belangen van benadeelde te beschermen; geen pro forma beroep meer ingesteld kan worden: het beroepschrift moet binnen de termijn worden ingediend; het beroep niet-ontvankelijk wordt verklaard, indien binnen de beroepstermijn geen gronden zijn ingediend; decentrale overheden geen beroep kunnen instellen. HET (VER)BOUWEN VAN EEN BOUWWERK Overwegingen: dat naar het oordeel van het bevoegd gezag op basis van de aanvraag en de daarbij verstrekte gegevens en bescheiden het aannemelijk is gemaakt dat het bouwen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft voldoet aan de (nieuw)bouwvoorschriften die zijn gesteld in het Bouwbesluit 2012; dat naar het oordeel van het bevoegd gezag op basis van de aanvraag en de daarbij verstrekte gegevens en bescheiden het aannemelijk is gemaakt dat het bouwen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft voldoet aan de voorschriften die zijn gesteld in de bouwverordening; dat het betreffende perceel is gelegen in het bestemmingsplan "Binnenstad"; dat op basis van dit bestemmingsplan het te bebouwen perceel bestemd is tot "Groen" (artikel 9) met de dubbelbestemmingen "Waarde - Archeologie 1" (artikel 16), "Waarde - Beschermd stadsgezicht" (artikel 18) en "Waterstaat - Waterkering" (artikel 19) met de gebiedsaanduidingen "Zone B" en "vrijwaringszone - molenbiotoop" (artikel 23.3); dat op basis van artikel 16.2 sub b van de bestemming "Waarde - Archeologie 1" bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming "Waterstaat - Waterkering" uitsluitend zijn toegestaan, indien: • op basis van archeologisch onderzoek, waarvan het rapport is gevoegd bij de vergunningaanvraag, is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn, of; • het bouwplan geen bodemverstorende activiteiten met zich meebrengt; dat aan bovenstaande voorwaarde is voldaan; dat uit oogpunt van bescherming van de aanwezige archeologische waarden geen bezwaar bestaat tegen het verlenen van de vergunning; dat het bouwen niet in strijd is met het planologisch beleid zoals neergelegd in het eerder genoemde bestemmingsplan; dat op 4 september 2014 door de Erfgoedcommissie een advies is uitgebracht; dat de Erfgoedcommissie van oordeel is dat het bouwwerk zowel op zich zelf als in verband met de omgeving voldoet aan redelijke eisen van welstand onder de voorwaarde dat de (uiteinden) van de groutankers niet zichtbaar zijn; dat het advies van de Erfgoedcommissie door ons college wordt onderschreven en derhalve onverkort is overgenomen; dat de bovenstaande overwegingen hebben geleid tot het voornemen om de vergunning te verlening. Toetsingsdocumenten: De volgende wetten en regels zijn bij de inhoudelijke beoordeling betrokken: • Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; • Crisis- en herstelwet; • Waterwet; • Bouwbesluit; • BouwA/erordening; • Bestemmingsplan; • Welstandsnota; • Woningwet. ALGEMENE VERPLICHTINGEN M.B.T. EEN BOUWACTIVITEIT Uiterlijk twee dagen voor de aanvang van de werkzaamheden moeten de bouw- en/of aanlegactiviteiten schriftelijk worden gemeld bij de het Team Handhaving & vergunningen (H&v) via het formulier start werkzaamheden; Het bouwtoezicht dient tenminste één dag (24 uur) van tevoren schriftelijk in kennis te worden gesteld van het storten van beton; Het bouwen en het verrichten van alles wat daarmee in verband staat, moet geschieden op veilige wijze, onder meer zodanig dat de nodige veiligheidsmaatregelen zijn genomen ten behoeve van de weg, de in de weg gelegen werken, de weggebruikers en ten behoeve van naburige bouwwerken, open erven en terreinen en hun gebruikers; Het terrein waarop wordt gebouwd moet door een doeltreffende afscheiding van de weg en van het aangrenzende open erf of terrein zijn afgescheiden indien gevaar of hinder te duchten is door het ontgraven van grond of door het verrichten van dergelijke werkzaamheden; Het formulier gereedmelding moet uiterlijk twee dagen na beëindiging van de bouw activiteiten schriftelijk bij het Team Handhaving & vergunningen (H&v) zijn ingediend; Het toepassen en/of verwijderen van alle bouwstoffen dient plaats te vinden conform de regels van het Besluit bodemkwaliteit; Indien tijdens de (ver)bouw/sloopactiviteiten asbest wordt aangetroffen dient u per direct de werkzaamheden te staken en gestaakt te houden. Daarnaast dient u per omgaande contact op te nemen met het Team Handhaving & vergunningen (H&v); Indien bij graafwerkzaamheden (spontaan) archeologische vondsten (zowel roerend als onroerend) worden gedaan moet hiervan binnen 3 dagen aangifte worden gedaan bij het college van burgemeester en wethouders; Het aanvragen van een ontheffing in verband met een tijdelijke wegafsluiting dient minimaal 3 weken van te voren te worden aangevraagd bij het college van burgemeester en wethouders; Als grond wordt afgevoerd van het terrein kan het in beginsel elders in Vianen worden toegepast in gebieden met een vergelijkbare bodemkwaliteit op basis van de Bodemkwaliteitskaart Vianen. De eigenaar van het perceel waar de grond wordt toegepast, moet in dat geval minimaal 5 werkdagen van tevoren een melding doen bij de Omgevingsdienst regio Utrecht. Meer informatie (inclusief het meldingsformulier) kunt u vinden op de site van de Omgevingsdienst regio Utrecht, www.odru.nl; Als geen gebruik wordt gemaakt van de bovenstaande mogelijkheden moet de vrijkomende grond worden afgevoerd naar een erkende verwerker. De ontdoener van de grond dient op aanvraag de afleverbonnen van de verwerkingsinrichting te tonen. Verwerkingsinrichtingen zijn te vinden op de internetsite, zie de onderstaande URL: http://www.rwsleefomReving.nl/onderwerpen/bodem-ondergrond/erkenningen/zoekmenu. Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met één van de deskundigen 'Besluit bodemkwaliteit' van de Omgevingsdienst regio Utrecht, telefoon 088-0225000; Om schades aan kabels en leidingen door graafactiviteiten te voorkomen adviseren wij u, indien u een vergunning hebt voor werkzaamheden waarbij de grond wordt geroerd, een KLIC-melding uit te voeren. Het KLIC is bereikbaar via telefoon 0800-0080 en via www.klic.nl; Wij verzoeken u bij het plaatsen van containers, werk- en/of bouwmaterialen e.d. op de weg, (waaronder begrepen een weggedeelte of de berm) te voorkomen dat schade wordt toegebracht aan de weg, of gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig gebruik daarvan, dan wel een belemmering kan vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg. RECHTSMIDDELEN Zienswijzen en adviezen De aanvraag en de ontwerpbeschikking met bijbehorende stukken zijn op grond van de Algemene wet bestuursrecht en met inachtneming van artikel 5.9 Waterwet met ingang van 9 oktober 2014 tot en met 19 november 2014 voor een ieder ter inzage gelegd. Binnen zes weken na start van de ter inzage termijn kunnen eventuele zienswijzen tegen of adviezen over de ontwerpbeschikking worden ingediend bij GS van de provincie Utrecht. Beroep en inwerkingtreding Tegen het definitieve besluit kunnen belanghebbenden op grond van artikel 5.13 van de Waterwet gedurende zes weken met ingang van de dag waarop een exemplaar van de beschikking ter inzage is gelegd, beroep instellen bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, postbus 20019, 2500 EA Den Haag. Geen beroep kan worden ingesteld door belanghebbenden aan wie redelijkerwijs kan worden verweten dat geen zienswijze naar voren is gebracht tegen de ontwerpbeschikking. Er is geen mogelijkheid pro forma beroep in te stellen, zie artikel 1.6 lid 2 Crisis en Herstelwet. Verzuimherstel in het kader van artikel 6:6 Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing. Consequentie van het indienen van een pro forma beroep is dan niet-ontvankelijkheid. Eisen aan het beroepschrift Het beroepschrift moet worden ondertekend en bevat tevens: a. De naam en het adres van de indiener; b. De dagtekening; c. Een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht; d. De gronden van het beroep. Krachtens artikel 6:16 van de Algemene wet bestuursrecht schorst het beroep de werking van dit besluit niet. Gelet hierop kan, als tegen dit besluit beroep wordt aangetekend, ingevolge artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht bij de voorzieningenrechter van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening worden ingediend. Dit besluit treedt in werking na afloop van de beroepstermijn. Indien gedurende de beroepstermijn een verzoek om voorlopige voorziening is ingediend, treedt dit besluit niet in werking voordat op het verzoek is beslist. Dossiernummer Documentnummer Datum beschikking Datum verzending 20140428/V283288 V284142 Het college van burgemeester en wethouders van Vianen, Namens deze. M. (Marieke) de Kruijk Teamcoördinator Handhaving & vergunningen Informatie : B. Lammers, telefoonnummer: 0347 - 369 911 (maandag afwezig) Afschrift : H&V MapB&W Gegevens bevoegd gezag Referentienuitimer Bijlage: Datum ontvangst Behoort bij besluit van h e t college van burgemeester e f l ' r ••'. yvethouders van Vianen, '• d.d.; t 'doss.nr.: amens deze. Formulierversie 2013.01 Publiceerbare aanvraag/melding M.C.R. de Kruijk Teamcoördinator Aanvraagnummer 1267853 Aanvraagnaam omgevingsvergunning dijkvernageling Vianen Uw referentiecode VA20-3 Ingediend op 26-08-2014 Soort procedure Reguliere procedure Projectomschrijving Versterking van Primaire waterkering bij Vianen door middel van een dijkvernageling Opmerking Op deze aanvraag is de gecoördineerde procedure op grond van artikel 5.8 van de Watenwet (Projectplan Watenwet) van toepassing. Gefaseerd Nee Blokkerende onderdelen weglaten Nee Kosten openbaar maken Nee Bijlagen die later komen Geen, overige bijlagen zijn niet van toepassing Bijlagen n.v.t. of al bekend Overige bijlagen zijn niet van toepassing Handhaving & VergunningeTft Bevoegd gezag Naam: Gemeente Vianen Bezoekadres: Voorstraat 30 4132 AS Vianen Postadres: Postbus 46 4130 EA Vianen Telefoonnummer: 0347369415 E-mailadres algemeen: [email protected] Website: www.vianen.nl Contactpersoon: Afdeling Vergunning en Handhaving Datum aanvraag: 26 augustus 2014 Aanvraagnummer: 1267853 Pagina 1 van 2 Overzicht bijgevoegde modulebladen j ^ Aanvraaggegevens Aanvragergegevens Locatie van de werkzaamheden Werkzaamheden en onderdelen Overig bouwwerk bouwen • Bouwen Bijlagen Datum aanvraag: 26 augustus 2014 Aanvraagnummer: 1267853 Pagina 2 van 2 Formulierversie 2013.01 .1^ 1 2 3 Aianvrager bedrijf Bedrijf KvK-nummer 60539054 Vestigingsnummer 000029726514 Statutaire naam Consortium Dijkvernageling Handelsnaam - Contactpersoon Geslacht 0 • Man Vrouw Voorletters W.J Voorvoegsels de Achternaam Vos Functie Bedrijfsleider Vestigingsadres bedrijf Postcode 3087BM Huisnummer 85 Huisletter B Huisnummertoevoeging 4 Straatnaam Waalhaven O.z. Woonplaats Rotterdam Correspondentieadres Postbus 4234 Postcode 3006AE Plaats Rotterdam Datum aanvraag: 26 augustus 2014 Aanvraagnummer: 1267853 Pagina 1 van 1 • I Gemachtigde bëdrijf Formulierversie 2013.01 Bedrijf KvK-nummer 38020751 Vestigingsnummer 000007345658 Statutaire naam Witteveen+Bos Handelsnaam 2 Contactpersoon Geslacht 0 • Voorletters j Man Vrouw Voorvoegsels 3 Achternaam Hassing Functie Vergunningenspecialist Vestigingsadres bedrijf Postcode 741isc Huisnummer 2 Huisletter Huisnummertoevoeging 4 Straatnaam van Twickelostraat Woonplaats Deventer Correspondentieadres Postbus 233 Postcode 7400AE Plaats Deventer Datum aanvraag: 26 augustus 2014 Aanvraagnummer: 1267853 Pagina 1 van 1 I Locatie Formulierversie 2013.01 1 . ! Kadastraal perceelnummer Burgerlijke gemeente Vianen Kadastrale gemeente 0 Kadastrale sectie K Kadastraal perceelnummer 170 Vianen Bouwplannaam Bouwnummer Gelden de werkzaamheden in deze aanvraag/melding voor meerdere adressen of percelen? 2 3 • Ja 0 Nee Eigendomssituatie Eigendomssituatie van het perceel • • • 0 U bent eigenaar van het perceel U bent erfpachter van het perceel U bent huurder van het perceel Anders Uw belang bij deze aanvraag Wij voeren de werkzaamheden uit namens het Waterschap Rivierenland welke eigenaar is van het perceel Toelichting Eventuele toelichting op locatie Datum aanvraag: 26 augustus 2014 Aanvraagnummer: 1267853 Zie bijgevoegde tekening Pagina 1 van 1 I 1 Bouwen Formulierversie 2013.01 I ; ; Overig bouwwerk bouwen 1 2 De bouwwerkzaamheden Wat is er op het bouwwerk van toepassing? • • 0 Eventuele toelichting Het plaatsen van nagels (lengte ca. 18 meter) in de dijk ter versteviging van de waterkering over een lengte van ca. 250 meter op 3 niveaus (3 nagels boven elkaar). De hoeveelheid nagels kan variëren van 375 (hart op hart afstand 2,0 meter) tot 500 (hart op hart afstand 1,5 meter). De niveaus van de nagels kunnen mogelijk nog iets wijzigen t.o.v. bijgevoegd VO (ca. +0,40 NAP). Er wordt geen facing aangebracht en de nagels steken niet uit. Hebt u voor deze bouwwerkzaamheden al eerder een vergunning aangevraagd? • 0 • 0 Ja Nee • 0 Ja Nee Oppervlakte bebouwd terrein Verandert de bebouwde oppervlakte van het terrein na uitvoering van de bouwwerkzaamheden? 6 n Ja ^ Nee ~ Bruto Inhoud bouwweric Verandert de bruto inhoud van het bouvwverk door de bouwwerkzaamheden? 5 Terrein Bruto vloeroppervlakte bouwwerk Verandert de bruto vloeroppervlakte van het bouwwerk door de bouwwerkzaamheden? 4 Ja Nee Plaats van het bouwwerk Waar gaat u bouwen? 3 Het wordt geheel vervangen Het wordt gedeeltelijk vervangen Het wordt nieuw geplaatst Seizoensgebonden en tijdelijke bouwwerken Gaat het om een seizoensgebonden bouwwerk? • 0 Ja Nee Gaat het om een tijdelijk bouwwerk? • 0 Ja Nee Datum aanvraag: 26 augustus 2014 Aanvraagnummer: 1267853 Bevoegd gezag: Gemeente Vianen Pagina 1 van 3 Waar gebruikt u het bouwwerk en/ of terrein momenteel voor? n Wonen 0 Overige gebruiksfuncties Geef aan waar u het bouwwerk en/ of terrein momenteel voor gebruikt. Dijklichaam/waterkering Waar gaat u het bouwwerk voor gebruiken? • Wonen 0 Overige gebruiksfuncties Geef aan waar u het bouwwerk voor gaat gebruiken. Dijklichaam/waterkering In onderstaande tabel staan in de eerste kolom mogelijke gebruiksfuncties die in een bouwwerk kunnen voorkomen. Vul voor alle gebruiksfuncties die voor u van toepassing zijn het aantal personen, de totale gebruiksoppervlakte en de totale vloeroppervlakte van het verblijfsgebied in m2 in hele getallen in. Gebruiksfunctie Aantal personen Verblijfsopperviakte (m2) Gebruiksoppervlakte (m2) Bijeenkomst Cel ! Gezondheidszorg Industrie Kantoor Logies Ondenvijs Sport Winkel Overige gebruiksfuncties Beschrijf van de onderstaande onderdelen de materialen en kleuren die u voor het bouwwerk gebruikt. U mag het veld leeg laten als u materialen en kleuren in de bijlagen vermeldt Onderdelen Materiaal Gevels \ - Plint gebouw ! Kleur ! - Gevelbekleding - Borstweringen | - Voegweri< | Kozijnen 1 1 - Ramen - Deuren | 1 i - Luiken ! Dakgoten en boeidelen ' Dakbedekking Vul hier overige onderdelen en zie bijgevoegde tekening bijbehorende materialen en kleuren in. Datum aanvraag: 26 augustus 2014 Aanvraagnummer: 1267853 Bevoegd gezag; Gemeente Vianen gina 2 van 3 10 Mondeling toelichten Ik wil mijn bouwplan mondeling toelichten voor de welstandscommissie/ stadsbouwmeester. Datum aanvraag: 26 augustus 2014 Aanvraagnummer: 1267853 0 Ja 0 Nee Bevoegd gezag: Gemeente Vianen Pagina 3 van 3 I -1 • ^ '.I Formulierversie 2013.01 Bijlagen Formele bijlagen Naam bijlage Bestandsnaam Type Datum Ingediend Status document Archeologisch rapport_pdf /Vrcheologisch rapport.pdf Anders 26-08-2014 In behandeling VO-tekening vernageling _v2_pdf P 332487_Tekening Bestemmingsplan, 26-08-2014 IMM_Dijkvemageling beheersverordening Vianen A1 _v2.pdf en bouwverordening complexere bouwwerken Constructieve veiligheid complexere bouwwerken Plattegronden, doorsneden en detailtekeningen bouwen complexere bouwwerken Welstand Installaties complexere bouwweri^en Gelijkwaardigheid Gegevens en bescheiden over veiligheid en het voori<omen van hinder Bruikbaarheid bouwwerk Kwaliteitsverklaringen Anders In behandeling Datum aanvraag: 26 augustus 2014 Aanvraagnummer: 1267853 Pagina 1 van 1 Behoort, bij besluit van . GoH'ege van burgemeestsTOa wethoudejrs van Vianen, • d.d.: (s) < doss.nr„- 2 o V 4 * *T RAAP-NOTITIE 4841 Plangebied dijkvernageling Namens deze, VA20-3-P in Vianen MCR de Kruijk ^ ^ „. Teamcoördinator Gemeente Vianen Handhavi (nPiS69 Archeologisch vooronderzoek: een bureauonferzo^R^ & V c r g U f i n n g ^ al Archeologisch Adviesbureau [L_r] ^>-..-, ~:-i_ —frkr :VV*%S, Colofon Opdrachtgever: Witteveen + Bos B.V. (initiatiefnemer Waterschap Rivierenland) Titel: Plangebied dijkvernageling VA20-3-P in Vianen, gemeente Vianen: archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek Status: eindversie Datum: 22 juli 2014 Auteur: J. Sprangers MSc Projectcode: VIADV Bestandsnaam: N04841_VIADV.docx Projectleider: J. Sprangers MSc ARCHIS-vondstmeldIngsnummers: niet van toepassing ARCHIS-waarnemingsnummers: niet van toepassing ARCHIS-onderzoeksmeldingsnummer: 60565 Bewaarplaats documentatie: RAAP West-Nederland Autorisatie: drs. R.S. Kok Bevoegd gezag: gemeente Vianen Deskundige namens bevoegd gezag: Omgevingsdienst regio Utrecht ISSN: 0925-6369 RAAP Arctieologiscti Adviesbureau B.V. Leeuwenveldseweg 5b telefoon: 0294-491 500 1382 LV Weesp telefax: 0294-491 519 Postbus 5069 E-mall: [email protected] 1380 GB Weesp © RAAP Archeologisch Adviesbureau B.V., 2014 RAAP Archeologisch Adviesbureau B.V. aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele schade voortvloeiend uit het gebruik van de resultaten van dit onderzoek of de toepassing van de adviezen. Plangebied dijkvernageling VA20-3-P In Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek R A A P Samenvatting In opdracht van Witteveen + Bos Raadgevende Ingenieurs B.V.(namens initiatiefnemer Waterschap Rivierenland) heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau in maart 2014 een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd in plangebied dijkvernageling VA20-3-P in Vianen in de gemeente Vianen. De aanleiding voor dit onderzoek is de planstudie en realisatie van een verbetering van de Ringdijk. Op basis van de onderzoeksresultaten en de voorgenomen bodemingrepen kan worden geconcludeerd dat bij de dijkvernageling in het werkgebied archeologische resten zullen worden verstoord. Ter plaatse van het werkgebied zijn archeologische resten in de grachtvulling aanwezig. De verstoring van deze archeologische laag zal voornamelijk plaats gaan vinden op de lager gelegen delen aan de voet van de dijk. Hoe hoger de nagels worden ingebracht, hoe kleiner de kans dat deze door de grachtvulling heen zullen gaan omdat deze onder een hoek zullen worden ingebracht (richting de uiterwaarden). Behalve de grachtvulling kan ook het dijklichaam worden aangemerkt als archeologische vindplaats. Alle nagels zullen logischerwijs door de 16e-eeuwse dijk worden geduwd. De dijkopbouw en daarmee ook de inzichten In de manier van bedijken en dateerbare vondsten afkomstig uit het dijklichaam - zullen hierdoor (in geringe mate) worden aangetast. Deze aantasting is echter zeer gering (maximaal 66 m^). Ter plaatse van de overkluizing en de toekomstige werkplaats zullen geen archeologische resten worden verstoord zolang er op geen enkele manier bodemingrepen zullen plaatsvinden. Conform het gemeentelijk beleid wordt in eerste instantie geadviseerd geen bodemingrepen dieper dan 0,3 m -Mv in het werkgebied uit te voeren. Als de mogelijkheid bestaat om de dijk op een andere manier (buitendijks) te versterken, dan heeft planaanpassing de voorkeur. Behoud van de archeologische resten bij een niet-aangepaste uitvoering is namelijk gezien de diepteligging en de kwetsbaarheid van de archeologische resten (de grachtvulling) niet mogelijk. Indien besloten wordt dat de vindplaats niet in situ kan worden behouden, dan is een logische vervolgstap de archeologische resten op te graven. De locaties van de ingreep en de geringe mate waarin archeologische waarnemingen kunnen worden uitgevoerd (de nagels zijn grondverdringend, er komt zo goed als geen grond naar boven), maakt een archeologisch vervolgonderzoek echter (praktisch gezien) niet zinvol. Op grond van dit gegeven en de beperkte verstoring door de dijkvernageling binnen het werkgebied (66 m^), wordt dan ook geen archeologisch vervolgonderzoek geadviseerd. De gemeente neemt uiteindelijk een selectiebesluit op basis van dit rapport. RAAP-notltle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [3] Plangebied dijkvernageling VA20-3-P In Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek R A A P Inhoudsopgave Samenvatting 3 Inhoudsopgave 4 Administratieve gegevens 5 1 Inleiding 6 1.1 Aanleiding 6 1.2 Ligging van het plangebied en planomschrijving 6 1.3 Doel-en vraagstelling 7 1.4 Kwaliteit 7 Bureauonderzoek 8 2.1 Methode 8 2.2 Aardkundige situatie 8 2.3 Cultuurhistorisch kader: kasteel Batestein 8 2.4 Archeologie 9 2.5 Gespecificeerde archeologische verwachting 2 4 10 Conclusies en aanbevelingen 12 4.1 Conclusies 12 4.2 Aanbevelingen 12 Literatuur 13 Gebruikte afkortingen 13 Overzicht van figuren en tabellen 14 RAAP-notltle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [4] Plangebied dijkvernageling VA20-3-P In Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek RAAP Administratieve gegevens Projectcode VIADV ARCHIS Onderzoeksmelding 60565 Type onderzoek bureauonderzoek Initiatiefnemer Waterschap Rivierenland Opdrachtgever Witteveen + Bos Raadgevende Ingenieurs B.V. Contactpersoon dr.ir. W. Soepboer Onderzoekskader planstudie en realisatie dijkversterking Locatie Ringdijk (ten westen van de Voorstraat/Buitenstad) Plaats Vianen (figuur 1) Gemeente Vianen Provincie Utrecht Lengte plangebied circa 250 m Kaartblad 38F Centrumcoördinaat 134.468 / 445.332 (figuur 2) Bevoegd gezag gemeente Vianen Contactpersoon mevrouw A.F. van Pelt Onderzoeksperiode maart 2014 Deskundige Omgevingsdienst regio Utrecht contactpersoon de heer P.C. de Boer Afbakening onderzoeksgebied tijdens het bureauonderzoek is het plangebied inclusief een zone van 250 m rondom het plangebied onderzocht ARCHIS-vondstmelding niet van toepassing ARCHIS-waarneming niet van toepassing RAAP-notltle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [5] Plangebied dijkvernageling VA20-3-P in Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek R A A P 1 Inleiding 1.1 Aanleiding In opdracht van Witteveen + Bos Raadgevende Ingenieurs B.V.(namens initiatiefnemer Waterschap Rivierenland) heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau in maart 2014 een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd in plangebied dijkvernageling VA20-3-P in Vianen in de gemeente Vianen. De aanleiding voor dit onderzoek is de planstudie en realisatie van een verbetering van de Ringdijk. Ten westen van de Voorstraat/Buitenstad ligt deze primaire waterkering waarvan de binnenwaartse stabiliteit onvoldoende is. Het Waterschap Rivierenland heeft om die reden besloten de dijk over een lengte van circa 250 m te versterken door middel van vernageling. Op de archeologische beleidskaart van Vianen ligt het plangebied in Archeologisch Waardevol Gebied 2. Het betreft het terrein van het voormalige kasteel Batestein, een terrein van archeologische waarde (AMK-terrein 15360), waarbinnen volgens het archeologisch beleid van de gemeente Vianen geen bodemingrepen zijn toegestaan. Het bestemmingsplan in het plangebied schrijft voor dat rekening gehouden dient te worden met archeologische waarden indien bodemingrepen dieper reiken dan 0,3 m -Mv (ww/w.ruimtelijkeplannen.nl). 1.2 Ligging van het plangebied en planomschrijving Het plangebied ligt ten westen van de Voorstraat/Buitenstad en is onderdeel van de Ringdijk (figuren 1 en 2). Zoals gesteld vindt de dijkversterking plaats door middel van vernageling. Dijkvernageling bestaat uit het verankeren van het grondmassief door middel van trekelementen. Dat zijn nagels met een groutomhulling die volgens een bepaald stramien en onder een geschikte hoek op het binnendijkse talud ingebracht worden. In het basisconcept is gerekend met stalen buisnagels met een lengte van circa 14,0 m en een onderlinge afstand van 2,0 m (Woning e.a., 2009); in totaal zullen ongeveer 375 nagels worden ingebracht op het dijktraject (drie per 2,0 m over een lengte van 250 m). Vanwege de hoek van inbrenging zullen de nagels effectief tot circa 5,0 m -Mv reiken. De nagels hebben een doorsnede van ongeveer 0,5 m, inclusief groutlichaam. Bij het aanbrengen van de nagels is het volgende materieel nodig: - een funderingsmachine met makelaar ten behoeve van het boren; - een hulpkraan op het talud om boorbuizen op te pakken en de nagels in te voeren; - een centrale om grout te mengen en te verpompen. De dijkvernageling zal worden uitgevoerd op het talud van het dijklichaam (figuur 2: rood omlijnd). Het materieel zal tijdelijk worden opgeslagen op de werkplaats (figuur 2: paars) en ten behoeve van de werkbaarheid zal een overkluizing worden geplaatst (figuur 2: oranje; locatie nader te bepalen). Met een oppervlak van 0,177 m^ per nagel zal in het werkgebied een bodemverstoring plaatsvinden met een oppervlak van ongeveer 66 m^. Daarbij is ervan uitgegaan dat bij de overige werkzaamheden (aanleg werkplaats en overkluizing) geen bodemingrepen plaatsvinden. RAAP-notltle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [6] Plangebied dijkvernageling VA20-3-P In Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek R A A P 1.3 Doel-en vraagstelling De doelstelling van het bureauonderzoek is het verwerven van informatie over bekende of verwachte archeologische waarden binnen het plangebied aan de hand van bestaande bronnen om een gespecificeerde archeologische verwachting op te stellen. Op basis van de onderzoeksresultaten en de aard en omvang van de voorgenomen bodemingrepen is vervolgens een advies gegeven over de omgang met eventueel aanwezige archeologisch relevante geo(morfo)logische eenheden of archeologische resten in relatie tot de werkzaamheden. Het bureauonderzoek dient antwoord te geven op de volgende onderzoeksvragen: 1. Zijn in het plangebied naar verwachting archeologisch resten aanwezig? 2. Wat is de gespecificeerde archeologische verwachting voor het plangebied? 3. Op welke wijze dient bij de werkzaamheden rekening te worden gehouden met de verwachte archeologische resten? 1.4 Kwaliteit Het onderzoek is uitgevoerd volgens de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA, versie 3.3), beheerd door de Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer (SIKB; www.sikb.nl). Voor de in deze notitie genoemde archeologische perioden wordt verwezen naar tabel 1. RAAP-notltle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [7] Plangebied dijkvernageling VA20-3-P In Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek R A A P 2 Bureauonderzoek 2.1 IVIethode Tijdens het bureauonderzoek is aan de hand van verschillende bronnen informatie verzameld om inzicht te krijgen in de genese van het landschap, de (lokale) opbouw van de bodem en de sporen die de mens in het landschap heeft achtergelaten. Om een indruk te krijgen van het voormalige landschap is gebruik gemaakt van de bodemkaart van Pons (1951) en de paleogeografische kaart van de Rijn-Maasdelta (Cohen e.a. 2012). De bekende archeologische gegevens zijn geïnventariseerd aan de hand van de beleidsadvieskaart van de gemeente Vianen (Sprangers e.a., 2011) en het Archeologisch Informatie Systeem (ARCHIS II) van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Bovendien zijn gegevens gebruikt van eerder uitgevoerd archeologisch onderzoeken op kasteelterrein Batestein (zie literatuurlijst). 2.2 Aardkundige situatie Het oudste landschap dat in het plangebied voor kan komen, is het pleistocene rivierenlandschap. Sedimenten van de Rijn, afgezet in het Midden Weichselien, zijn van circa 4,0 tot 8,0 m -NAP als vlechtende riviervlakte te vinden (figuur 3: blauw). Vanaf het begin van het Holoceen steeg het grondwater onder invloed van de stijgende zeespiegel. Hierdoor vond op grote schaal veenvorming plaats. Het pleistocene landschap is hierbij volledig bedekt geraakt met een laag veen (Formatie van Nieuwkoop, Basisveen Laagpakket). De rivieren die actief zijn in het Holoceen, betreffen zogenaamde meanderende rivieren. Meanderende rivieren kenmerken zich door relatief brede stroomgordels die zijn ontstaan als gevolg van het stroomafwaarts verplaatsen van de meanderbochten. De eerste fluviatiele sedimentatie die bekend is in de omgeving van het plangebied, heeft plaatsgevonden toen de Benschopstroomgordel actief werd (7600-5350 ^^C BP; Cohen e.a., 2012; figuur 3: groen). In het plangebied zelf komen echter alleen afzettingen van de Lekstroomgordel voor (figuur 3: oranje). De Lek is ontstaan in de Romeinse tijd en heeft na bedijking in de Middeleeuwen haar natuurlijke karakter verloren. Geo(morfo)logle Op de bodemkaart van Pons (1951) is de bodemgesteldheid in het plangebied niet in kaart gebracht. Op basis van omliggende bodemeenheden wordt verondersteld dat in het plangebied 'stroomruggronden' voor kunnen komen (figuur 4: oranje en geel). 2.3 Cultuurhistorisch kader: kasteel Batestein Het plangebied ligt op het terrein van het voormalige kasteel Batestein. Gijsbert van Beusichem, heer van Vianen, gaf in 1370 de opdracht kasteel Batestein te bouwen. Batestein is voor hem de opvolger van kasteel 'Op de Bol' (AMK-terrein 6760; Kaptein & Koopmanschap, 2008). Deze paragraaf gaat In op de geschiedenis van het kasteel door de jaren heen. Eerder uitgevoerde RAAP-notltle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [8] Plangebied dijkvernageling VA20-3-P in Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek R A A P archeologische onderzoeken, de beleidskaart van de gemeente Vianen en andere literatuur liggen aan deze paragraaf ten grondslag. Van het mooiste kasteel naar gasfabriek Hoewel het kasteel omstreeks 1370 is gebouwd, dateert de oudst bekende afbeelding van kasteel Batestein uit circa 1560, getekend door Jacob van Deventer (figuur 5; Van der Krogt, 1992). De afbeelding laat een situatie zien die in grote lijnen overeenkomt met de situatie die bekend is van afbeeldingen uit de 17e en 18e eeuw, hoewel het versterkte huis schetsmatig is aangegeven. Het is echter niet waarschijnlijk dat dit de oorspronkelijke situatie is van vlak na de bouw in de 14e eeuw. In de onderzoeken van Nuijten (1998) en Oude Rengerink (1998) wordt namelijk verondersteld dat de oorspronkelijke middeleeuwse gracht zuidelijker heeft gelegen dan de gracht op de kaart van Van Deventer (figuur 6). De gracht zoals afgebeeld op figuur 6, de voormalige muur direct ten zuiden daarvan en het rondeel in de noordwesthoek van het kasteelterrein, zijn een latere toevoeging uit de 16e eeuw. Aan het begin van de 17e eeuw is kasteel Batestein verbouwd door de toenmalige eigenaar Johan Wolfert van Brederode. Hij liet onder andere indrukwekkende tuinen in Neoclassistische stijl aanleggen, omgeven door een wal met een uitzichtpunt (belvedère) in de noordwesthoek. Het kasteel kreeg in die tijd een nieuwe poort - de huidige Hofpoort - en een aantal gebouwen tegen de ommuring van het binnenplein. Tijden lang was Batestein één van de fraaiste en sterkste kastelen in Nederland (figuur 7; Nuijten, 1998; Kaptein & Koopmanschap, 2007). Na het verlies van de adellijke bloedlijn 'Van Brederode' en een brand in 1696, raakte het kasteel in verval. Het is in de 18e eeuw tijdelijk een militair hospitaal geweest. Na een poging om een kuuroord in Batestein te stichten, is het terrein vervolgens als kazerne in gebruik genomen tot het geheel aan het begin van de 19e eeuw definitief is afgebroken. Op 24 mei 1830 werd de gemeente Vianen eigenaar van een groot gedeelte van de grond waarop kasteel Batestein had gestaan. Op een stuk van het Hofplein is dan waarschijnlijk al een fabriek gevestigd voor 'aardappelsyroop'. In de loop van de 19e eeuw komen er steeds meer bedrijven bij: het kasteelterrein wordt als het ware het eerste bedrijventerrein van Vianen. Niet verwonderlijk dat het gemeentebestuur dit gebied aanwijst tot vestigingsplek voor een gasfabriek. De gasproductie in Vianen stopt in 1954. Eind jaren 70 van de 20e eeuw zijn de gashouders gesloopt (Kaptein & Koopmanschap, 2008). 2.4 Archeologie Terrein van archeologische waarde Op basis van de resultaten van eerder uitgevoerde archeologische onderzoeken is vastgesteld dat het kasteelterrein waardevolle archeologische resten herbergt van het voormalige kasteel Batestein: het rondeel in de noordwesthoek en de noordelijke vestingmuur uit de 16e eeuw, de voormalige kasteelmuren (die samenvalt met de stadsmuur) en de noordelijke gracht met ommuring (figuur 8; ARCHIS-waarnemingsnummers 45100 en 412272). Specifiek voor het plangebied RAAP-notltle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [9] Plangebied dijkvernageling VA20-3-P In Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek R A A P (het werkgebied) zijn de volgende bevindingen van belang die voortvloeien uit eerdere onderzoeken: - De huidige Ringdijk is geen onderdeel van de eerste bedijking rondom de Lek. Het oudste dijklichaam heeft ter plaatse van de voormalige kasteelmuur gelegen (circa 65 m ten zuiden van het plangebied; Nuijten, 1998). Vermoedelijk is de (voorloper van de) Ringdijk ten tijde van de uitbreiding in de 16e eeuw aangelegd. - Op basis van vondstmateriaal lijkt de noordelijke gracht te zijn gegraven in de eerste helft van de 16e eeuw (Jordanov, 2008). Deze gracht was circa 170 m lang en circa 20 m breed (op basis van de kadastrale minuut uit 1811-1832; figuur 6). De waargenomen diepte van de grachtvulling ter plaatse van de huidige sloot is circa 1,6 tot 0,2 m +NAP (ter illustratie: figuur 9). De houten paaltjes die in het oosten van de gracht zijn aangetroffen, houden mogelijk verband met enige vorm van beschoeiing. Een begrenzing van de gracht heeft tijdens het onderzoek, een archeologische begeleiding van de graafwerkzaamheden, niet kunnen plaatsvinden. Vermoed wordt dat de oudere grachtvulling zowel ten noorden als ten zuiden van de ontgraven sloot aanwezig is. - Naast keramiekscherven is in de grachtvulling slooppuin aangetroffen, mogelijk afkomstig van afgebroken kasteelgebouwen of muren (plavuizen, dakpannen, mortel en bakstenen). Waarschijnlijk is het puin kort na 1567 in de gracht gestort toen Vianen door de Spanjaarden is ingenomen. De veenlaag (grachtbodem) waardoor het slooppuin afgedekt wordt, is waarschijnlijk gevormd in de loop van de 16e eeuw. Aan het begin van de 17e eeuw zijn, zoals gesteld, tuinen aangelegd op de noordelijke helft van het kasteelterrein. In die tijd, waarschijnlijk samenhangend met de tuinaanleg, is een laag lichtbruingrijze, sterk siltige klei met puinfragmenten en keramiekscherven in de gracht ontstaan. De sterk humeuze sliblaag die daarop afgezet is, getuigt van een stabiele periode in het gebruik van de gracht en aangrenzende tuinen en is gevormd in de loop van de 17e en 18e eeuw. De daarop liggende puinlaag in het oostelijke en westelijke deel van de gracht heeft vermoedelijk te maken met afbraakpuin van het kasteel uit de 19e en 20e eeuw. In de periode na de sloop van de laatste kasteelstructuren in de omgeving van de noordelijke gracht (19e-20e eeuw) is de gracht deels gedempt (versmald), waarbij de bovenste 1,5 tot 2 m van de grachtvulling is gevormd. De verschillende lagen van de grachtvulling zijn niet verstoord door latere bodemingrepen. De gaafheid is dan ook goed. - Ten noorden van de huidige sloot worden geen funderingsresten van gebouwen/muren verwacht. In de zone direct ten zuiden van de huidige sloot worden wel (funderings)resten verwacht van de vestingmuur uit de 16e eeuw en in het noordwesten worden resten verwacht van het in de kasteelmuur aangelegde rondeel met twee vleugelvormige uitsteeksels (ter plaatse van de overkluizing; figuur 6). Deze resten worden op basis van de resultaten van het proefsleuvenonderzoek door Oude Rengerink (1998) verwacht vanaf 2,2 m -Mv (1,4 m +NAP). 2.5 Gespecificeerde archeologische verwachting Op basis van het bureauonderzoek geldt een zeer hoge verwachting voor de aanwezigheid van archeologische resten uit het de Nieuwe tijd. De specificatie binnen de grenzen van het plangebied is als volgt. RAAP-notltle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [10] Plangebied dijkvernageling VA20-3-P In Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek R A A P Werkgebied Ter plaatse van het werkgebied zijn resten van de noordelijke gracht van kasteel Batestein aanwezig. Archeologisch onderzoek heeft uitgewezen dat deze gracht dateert uit de 16e eeuw. De archeologische resten zullen zich bevinden in de venige grachtvulling en bestaan uit keramiekfragmenten en slooppuin (dakpannen, plavuizen, bakstenen en mortel). De puinconcentraties zullen vermoedelijk het grootst zijn in het westelijke deel van het werkgebied (direct ten noorden van het voormalige rondeel/belvedère) en in de oostelijke hoek waar direct ten zuiden ervan in de 19e eeuw bebouwing heeft gestaan. De voormalige gracht heeft een breedte van 20 m; zowel de noord- als zuidzijde van de gracht is echter nog niet begrensd. De diepteligging van de grachtvulling met archeologische resten wordt verwacht tussen 1,6 en 0,2 m +NAP. Jordanov (2008) stelt dat de vondstdichtheid matig is en de gaafheid van de archeologische resten goed. De Ringdijk zelf kan strikt genomen ook worden gezien als historisch (en archeologisch) relevant (conform bestemmingsplan en archeologische onderzoeksagenda; Kloosterman, 2011), al is deze geen onderdeel van de eerste bedijking rondom de Lek. Vermoedelijk is de (voorloper van de) Ringdijk ten tijde van de uitbreiding in de 16e eeuw aangelegd. Hoe de dijk is aangelegd, welke materialen er zijn gebruikt en of hierin nog (toevals)vondsten aanwezig kunnen zijn, is onbekend omdat niet eerder archeologisch onderzoek in het dijklichaam is uitgevoerd (vanwege functie als waterkering). Overkluizing Hoewel de locatie van de overkluizing nader moet worden bepaald, geldt ook hier dat er in de ondergrond archeologische resten van het kasteelterrein aanwezig zijn. Naast de hierboven beschreven noordelijke gracht bevinden zich in het westelijke deel van de overkluizing resten van het rondeel/de belvedère. De archeologische resten zullen bestaan uit muurfunderingen en worden verwacht op 1,4 m +NAP of dieper. Werkplaats De werkplaats bevindt zich op het binnenterrein van Batestein, binnen de vestingmuur uit de 16e eeuw. Het is de locatie waar rond 1700 de tuinen zijn aangelegd en mogelijk funderingsresten aanwezig zijn (vermoedelijke ook vanaf 1,4 m +NAP). Het natuurlijke landschap Ten aanzien van het natuurlijke landschap geldt voor het gehele plangebied een lage archeologische verwachting voor vindplaatsen ouder dan de aanleg van het kasteel. Voor de 16e eeuw was het plangebied namelijk onderdeel van de uiterwaarden en bovendien heeft het graven van de kasteelgracht ertoe geleid dat een eventueel potentieel archeologisch niveau op de afzettingen van de Lek niet meer aanwezig is. Dieper gelegen stroomgordels komen in het plangebied niet voor en het pleistocene oppervlak ligt te diep ten opzichte van een potentiële verstoring door de voorgenomen bodemingrepen. RAAP-notltle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [11] Plangebied dijkvernageling VA20-3-P in Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek R A A P 1^ 4 Conclusies en aanbevelingen 4.1 Conclusies Op basis van de onderzoeksresultaten en de voorgenomen bodemingrepen kan worden geconcludeerd dat bij de dijkvernageling in het werkgebied archeologische resten zullen worden verstoord. Ter plaatse van het werkgebied zijn archeologische resten in de grachtvulling aanwezig. De verstoring van deze archeologische laag zal voornamelijk plaats gaan vinden op de lager gelegen delen aan de voet van de dijk. Hoe hoger de nagels worden ingebracht, hoe kleiner de kans is dat deze door de grachtvulling heen zullen gaan omdat deze onder een hoek zullen worden ingebracht (richting de uiterwaarden). Behalve de grachtvulling kan ook het dijklichaam worden aangemerkt als archeologische vindplaats. Alle nagels zullen logischenA/ijs door de 16e-eeuwse dijk worden geduwd. De dijkopbouw - en daarmee ook de inzichten in de manier van bedijken en dateerbare vondsten afkomstig uit het dijklichaam - zullen hierdoor (in geringe mate) worden aangetast. Deze aantasting is echter zeer gering (maximaal 66 m^). Ter plaatse van de overkluizing en de toekomstige werkplaats zullen geen archeologische resten worden verstoord zolang er op geen enkele manier bodemingrepen zullen plaatsvinden. 4.2 Aanbevelingen Conform het gemeentelijk beleid wordt in eerste instantie geadviseerd geen bodemingrepen dieper dan 0,3 m -Mv in het werkgebied uit te voeren. Als de mogelijkheid bestaat om de dijk op een andere manier (buitendijks) te versterken, dan heeft planaanpassing de voorkeur. Behoud van de archeologische resten bij een niet-aangepaste uitvoering is namelijk gezien de diepteligging en de kwetsbaarheid van de archeologische resten (de grachtvulling) niet mogelijk. Indien besloten wordt dat de vindplaats niet in situ kan worden behouden, dan is een logische vervolgstap de archeologische resten op te graven. De locaties van de ingreep en de geringe mate waarin archeologische waarnemingen kunnen worden uitgevoerd (de nagels zijn grondverdringend, er komt zo goed als geen grond naar boven), maakt een archeologisch vervolgonderzoek echter (praktisch gezien) niet zinvol. Op grond van dit gegeven en de beperkte verstoring door de dijkvernageling binnen het werkgebied (66 m^), wordt dan ook geen archeologisch vervolgonderzoek geadviseerd. Over dit advies kunt u contact opnemen met de bevoegde overheid, in deze mevrouw Van Pelt, adviseur archeologie van de gemeente Vianen. De gemeente neemt uiteindelijk een selectiebesluit op basis van dit rapport. RAAP-notltle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [12] Plangebied dijkvernageling VA20-3-P in Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek R A A P Literatuur Cohen, K.M, E. Stouthamer, H.J. Plerik & A.M. Geurts, 2012. Rhine-Meuse Delta Studies' Digital Basemap for Delta Evolution and Palaeogeography: catalogus: channel belts in the Rhine-Meuse Delta. Utrecht. Jordanov, M.S., 2008. Plangebied Noordgracht kasteel Batestein, gemeente Vianen: een archeologische begeleiding van de graafwerkzaamheden. RAAP-rapport 1643. RAAP Archeologisch Adviesbureau, Weesp. Kaptein, I.N. & H. Koopmanschap, 2008. Archeologische begeleiding van de bodemsanering en gedeeltelijke opgravingrondom het Hofplein te Vianen. Oranjewoud-rapport 2007-^26. Oranjewoud, Heereveen. Kloosterman, P., 2011. Onderzoeksagenda archeologie gemeente Vianen. RAAP-adviesdocument 478. RAAP Archeologisch Adviesbureau, Weesp. Krogt, P.J.C. van der (red.), 1992. De stadsplattegronden van Jacob van Deventer map 1: Zuid-Holland. Alphen aan den Rijn. Molenaar, S., 2007. Programma van Eisen. Bodemsanering Hofplein, Gemeente Vianen. RAAP Archeologisch Adviesbureau, Amsterdam. Nuijten, I.M.C., 1998. Gemeente Vianen, kasteel Batestein: archeologisch onderzoek. RAAPrapport 330. Stichting RAAP, Amsterdam Oude Rengerink, J.A.M., 1998. Gemeente Vianen: Kasteel Batestein: archeologisch proefsleuvenonderzoek. RAAP-rapport 4^0. Stichting RAAP, Amsterdam. Pons, L.J., 1951. De bodemgesteldheid van de Vijfheerenlanden. Stiboka, Wageningen. Sprangers, J . R. Klaarenbeek, P. Kloosterman & J.A.T. Wijnen, 2011. Gemeente Vianen; een actualisatie van de archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart. RAAPrapporf 2169. RAAP Archeologisch Adviesbureau, Weesp. Woning, M, J . Rietdijk & A.M.J. Mens, 2009 (concept). Risico Inventarisatie Dijkdeuvels, Mixed-in-Place en Dijkvernageling. Deltares. Gebruikte afkortingen AMK Archeologische Monumenten Kaart ARCHIS ARCHeologisch Informatie Systeem KNA Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie -Mv beneden maaiveld NAP Normaal Amsterdams Peil SIKB Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer RAAP-notltle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [13] Plangebied dijkvernageling VA20-3-P In Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek R A A P Overzicht van figuren en tabellen Figuur 1. Ligging van het plangebied (gearceerd; inzet linksboven: zwarte lijnen) met ARCHISwaarnemingen (rood) en AMK-terreinen (blauw) op de archeologische beleidskaart van de gemeente Vianen; inzet: ligging in Nederland (ster). Figuur 2. Het plangebied met in rood het werkgebied, de nader te bepalen overkluizing (oranje) en de werkplaats (paars); inzet: principe dijkversterking door dijkvernageling (dwarsdoorsnede; Woning e.a., 2009). Figuur 3. Ligging van het plangebied (zwart; zie inzet linksboven) op een uitsnede van de paleogeografische kaart van de Rijn-Maasdelta (Cohen e.a., 2012). Het plangebied ligt in de oranje zone waarbinnen (oever)afzettingen van de Lek aanwezig zijn. Figuur 4. Ligging van het plangebied (zwart; zie inzet linksboven) op de bodemkaart van Pons (1951). Figuur 5. Kasteel Batestein op de kaart van Jacob van Deventer. Figuur 6. Het plangebied (onderbroken, zwarte lijnen) geprojecteerd op de veronderstelde plattegrond van kasteel Batestein (Molenaar, 2007) en de kadastrale minuut 18111832 (www.watwaswaar.nl). In blauw de gracht met het voormalige kasteel (paars) en de vermoedelijke uitbreiding uit de 16e eeuw (rood). Figuur 7. Kasteel Batestein vanaf de Lekdijk omstreeks 1700 op een ets (Atlas Coenen van 's Gravesloot; www.utrechtsarchief.nl). Figuur 8. Kasteel Batestein op de kaart van Blaeu (1650; www.watwaswaar.nl). Figuur 9. Verbreding van de sloot direct langs de Ringdijk (foto genomen in zuidwestelijke richting; Jordanov, 2008). Tabel 1. Archeologische tijdschaal. RAAP-notitle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [14] Plangebied dijkvernageling VA20-3-P In Vianen, gemeente Vianen; archeologisch vooronderzoek: een bureauonderzoek RAAP A r c h e o l o g i s c h e perioden Nieuwste tijd (=Nleuwe tijd 0 ) 1795 1650 Nieuwe tijd 1500 Laat 1250 Vol 1050 Ottoons Middeleeuwen Karolingisch Merovlnglsch laat Merovingisch vroeg Laat R o m e i n s e tijd Ml(jden Vroeg Laat Ijzertijd Midden Vroeg Laat Bronstijd Midden Vroeg Laat Neollthicum Midden (Nieuwe Steentijd) Vroeg Laat Mesollthicum Midden (Midden Steentijd) Vroeg Laat Paleolithicum Jong B (Oude Steentijd) Jong A Midden Oud 900 725 525 450 270 70 na Chr. 15 voor Chr. 250 500 800 1100 1800 2000 2850 4200 4900/5300 6450 8640 9700 12.500 16.000 35.000 250.000 tabel1_stanaaard.Archeobgisch.RAAP_2010 Tabel 1. Archeologische tijdschaal. RAAP-notltle 4841 / eindversie, 22 juli 2014 [15] Figuur 1. Ligging van het plangebied (gearceerd: inzet linl<sboven: zwarte lijnen) met ARCHIS-waarnemingen (rood) en AI\AK-terreinen (blauw) op de archeologisctie beleidskaart van de gemeente Vianen: inzet: ligging in Nederland (ster). I 134600 JSIfviadv_pten{pbBi] Figuur 2. Het plangebied met in rood tiet werkgebied, de nader te bepalen overkluizing (oranje) en de werkplaats (paars); inzet: principe dijkversterking door dijkvernageling (dwarsdoorsnede: Woning e.a., 2009). Figuur 3. Ligging van het plangebied (zwart: zie inzet linksboven) op een uitsnede van de paleogeografische kaart van de Rijn-Maasdelta (Cotien e.a., 2012). Het plangebied ligt in de oranje zone waarbinnen (oever) afzettingen van de Lek aanwezig zijn. I 135 • i 't • I • . - • : . - . - : : - : -r.'-"-!; / ^l^^.^ Figuur4. Ligging van het plangebied (zwart; zie inzet linf<sboven) op de bodemkaart van Pons (1951). ^i.^^'-^ Figuur 5. Kasteel Batestein op de kaart van Jacob van Deventer Figuur 6. Het plangebied (onderbroken, zwarte lijnen) geprojecteerd op de veronderstelde plattegrond van kasteel Batestein (n^olenaar, 2007) en de kadastrale minuut 1811-1832 (www.watwaswaarnl). In blauw de gracht met het voormalige kasteel (paars) en de vermoedelijke uitbreiding uit de 16e eeuw (rood). Figuur 7. Kasteel Batestein vanaf de Lekdijk omstreeks 1700 op een ets (Atlas Coenen van 's Gravesloot: wvim.utrechtsarchief.nl). • ^•••v • f Figuur 8. Kasteel Batestein op de kaart van Blaeu (1650; www.watwaswaarnl). .. ' i : . •• • i,..t^'-;^>:'i-" ' "• - • Figuur 9. Verbreding van de sloot direct langs de Ringdijk (foto genomen in zuidwestelijke richting: Jordanov, 2008).
© Copyright 2024 ExpyDoc