Notitie voortgang (centrale) toegang sociale teams in de wijk De uitgangspunten zoals weergegeven in de notitie "Slim organiseren van toegang in de wijken en dorpen" zijn hieronder geordend naar werkwijze, aandachtsgebieden en functionaliteiten. Deze uitgangspunten zijn verder geconcretiseerd en aangevuld met de aangedragen suggesties uit de bespreking met de raad op 23 april. De hieronder genoemde uitgangspunten zijn ook in lijn met het uitvoeringskader decentralisatie Awbz naar Wmo. Opdracht sociale teams in wijken en dorpen: - mensen die moeite hebben met zelfredzaamheid op één of meer leefgebieden te ondersteunen, zodat zij weer regie op hun leven krijgen en daarmee het beroep op voorzieningen en zwaardere zorg te voorkomen. - door preventief handelen zwaardere problematiek voorkomen. - door middel van vraagverheldering sturing geven aan de inzet van ondersteuning (voorzieningen en specialistische zorg). - daarbij de kracht van bewoners optimaal te benutten en versterken. Leefgebieden Sociale teams lopen alle leefgebieden langs. De acht leefgebieden zijn: 1. Huisvesting: woonsituatie. 2. Financiën: financiële situatie en bestedingspatroon. 3. Sociaal functioneren: relatie tussen cliënt en omgeving, inclusief maatschappelijk gedrag (justitie). 4. Psychisch functioneren: welbevinden, inclusief verslaving en psychiatrisch. 5. Zingeving: motivatie om te leven, levens- en geloofsovertuiging. 6. Lichamelijk functioneren: fysieke gesteldheid en zelfzorg. 7. Praktisch functioneren: huishoudelijke en technische vaardigheden, taalvaardigheid. 8. Dagbesteding: werk, hobby's, studie, maatschappelijke-sociale activering. Werkwijze De sociale teams worden werkenderwijs ontwikkeld en vraagt van iedereen tijd en energie. Zoals afgesproken binnen het project naar de bron van het sociale domein worden deze inspanningen budgettair neutraal uitgevoerd. − In de wijk of het dorp een “sociaal meldpunt” (nabij en natuurlijk plek). De sociale teams zijn er voor de 15 wijken en dorpen, volgens de indeling van WIJ Deventer. Momenteel wordt gedacht aan 8 tot 10 teams die alle wijken en dorpen bedienen. − Regie blijft bij de burger − Denken vanuit de burger (de professionals werken nadrukkelijk vraaggericht en burgers hoeven maar een keer hun verhaal te doen) − Niet iets nieuws erbij, maar vervangen en verbinden van bestaande initiatieven − Samenstelling sociale team afstemmen op behoefte van de wijk − Medewerkers sociale teams zijn “neutraal”. De Kern (maatschappelijk werk), Mee, Raster (opbouwwerk, ouderenadviseurs) en medewerkers van de gemeente vormen de kern van de sociale teams. Bij deze partijen zal de onafhankelijke toegang geborgd worden, zodat ze tot een objectief en deskundig ondersteuningsplan voor de cliënt kunnen komen zonder dat ze een eigen (financieel)belang hebben bij de in te zetten ondersteuning, afspraken volgend uit het ondersteuningsplan. Toegevoegd aan het team wordt nog de preventief wijkverpleegkundige zorg die vanaf 2015 via de zorgverzekeraar wordt gefinancierd.. − De specialistische kennis wordt vroegtijdig betrokken bij de sociale teams. De partijen met specialistische kennis worden zo nodig bij het opstellen van een ondersteuningsplan betrokken dan wel om advies gevraagd. Dit gebeurt wanneer bekend is dat iemand onder behandeling is dan wel het vermoeden bestaat dat er specialistische hulp nodig is. Dit met in achtneming van de (privacy)regels die gelden omtrent de uitwisseling van gegevens. Partijen met specialistische − − − − − − − − kennis zijn bijvoorbeeld huisartsen (en andere eerste lijns hulpverleners), ggz instellingen, instellingen voor verpleging en verzorging, gehandicapten instellingen, instellingen uit de jeugdzorg. De eerste verbinding tussen sociale teams en specialistische kennis wordt gemaakt bij de decentralisatie Awbz. In relaties denken ipv voorzieningen Individueel maatwerk Rem op te snel professioneel gaan denken --> proportionaliteit (de niet kwetsbaren vinden vaak zelf de weg) Collectieve oplossingen (in de wijk) Waar het simpel is, simpel houden De wijkwinkel vervult een belangrijke (preventieve) rol bij de fase voorafgaand aan het eerst contact (informatie verschaffen). De aanname is dat ongeveer 80% van de inwoners zelfredzaam is. Via de wijkwinkels maar bijv. ook via Wij Deventer en de vrijwilligerscentrale wordt geïnvesteerd in het behouden en vergroten van de zelfredzaamheid en vrijwillige inzet van deze groep. De sociale teams richten zich op de inwoners met (lichte) problematiek op één of meerdere levensgebieden en die moeite hebben met zelfredzaamheid (circa 15%). En verder op inwoners met een dermate gecompliceerde problematiek die zichzelf zonder gespecialiseerde zorg of ondersteuning niet kunnen redden (circa 5%). Beslissingsmacht/coördinatie/keuzevrijheid cliënt decentralisatie Awbz: In de sociale teams wordt een ondersteuningsplan opgesteld. Deze wordt tijdens ‘het gesprek’ gemaakt en betreft alle leefgebieden van een persoon. Hierin wordt dus ook de maatwerkvoorziening, zoals ondersteuning (voorheen begeleiding), bepaald. Dit betekent dat tijdens ‘het gesprek’ door het sociale team een zwaarwegend advies met betrekking tot de decentralisatie Awbz wordt gegeven aan de gemeente. Vervolgens kiest de persoon zelf een organisatie van wie hij of zij de ondersteuning ontvangt. Het ondersteuningsplan met de onderbouwing voor de maatwerkvoorziening wordt naar de gemeente gestuurd zodat een beschikking kan worden opgesteld. Dit is de grondslag voor de persoon om de maatwerkvoorziening te ontvangen en de organisatie de financiering ontvangt. Het proces van gesprek tot beschikking zal zo effectief en efficiënt mogelijk gebeuren. Binnen de mogelijkheden van de wet zal zoveel mogelijk verantwoordelijkheid en beslisbevoegdheid bij de professional van de sociale teams worden gelegd. De coördinatie van het ondersteuningsplan dat wordt opgesteld tijdens ‘het gesprek’ wordt neergelegd bij 1 partij. Er is dus 1 regisseur. Afhankelijk van de individuele situatie van de cliënt wordt de coördinatie bij de generalist van het sociale team of de specialist (bijvoorbeeld in geval van meervoudige problemen op aangeven van het sociale team) van de gekozen organisatie neergelegd. In de uitgangspunten notitie inkoop Wmo 2015 is te lezen dat deze coördinatietaak ook kan worden ingekocht bij de huidige Awbz partijen. Tijdens de afgelopen jaren hebben de partners aangegeven dat sommige situaties zo complex zijn dat specialistische kennis vereist is. De mogelijkheid dat vanuit de specialistische partijen coördinatie kan plaatsvinden, is geborgd via de inkoop. Functionaliteiten (de te verrichten werkzaamheden) − Korte lijnen: “erop af team!” met mandaat en “neutraal”. − Generalist zorgt voor vraagverheldering (het gesprek), dat resulteert in een ondersteuningsplan. − Sociale team betrekt de omgeving van de burger en versterkt het zelforganiserend vermogen van de inwoner). Succesfactoren hierbij zijn de betrokkenheid van burgers en de inzet van de kracht van de samenleving. − − − Sociale team geeft informatie. Sociale team zorgt voor afstemming, samenwerking tussen partijen in de wijk en (probeert onnodige zorg, dubbelingen in zorg/ondersteuning te voorkomen).Het gaat hier bijvoorbeeld om samenwerkingsafspraken, afstemming met de eerste lijn (huisartsen) en tweede lijn (ziekenhuis, medisch specialist) Onderzocht worden de mogelijkheden om te komen tot de centrale toegang / meldpunt voor de domeinen (Jeugd)zorg en onderwijs , Werk en Inkomen (rekening houdend met DWT), Wmo (incl. toekomstige taken), Minimabeleid, Schuldhulpverlening/Bad (generalistisch en integraal). Voor de jeugdzorg loopt de toegang via de Beraden voor Extra Aandacht (BEA). De sociale teams zullen samenwerkingsafspraken gaan maken met de BEA. In 2015 zullen de samenwerkingsafspraken geëvalueerd worden. Op basis hiervan zal het streven naar één centrale toegang/meldpunt opnieuw worden bezien. Proces voorstel Op 4 juni is er een informatieve sessie met de raad. Op 18 juni is er een raadstafel over de sociale teams en 2 juli zal de raad gevraagd worden om te besluiten over de sociale teams en de verdere implementatie. Op basis hiervan neemt het college een definitief besluit over de verdere implementatie en starten per 1-1-2015 sociale teams. In juli wordt vanuit de projectstructuur sociale teams bepaald welke taken wanneer in de sociale teams komen. Op basis hiervan zal een gemeentelijk transitieplan worden opgesteld over de overgang van de gemeentelijke taken naar de sociale teams. Voor 1 september zal het college een besluit nemen over deze fasering. Als eerste is al afgesproken dat per 1 januari 2015 de toegang voor de Wmo en ondersteuning (oud Awbz) via de sociale teams zal verlopen. In september start de scholing en gaan de gespreksvoerders de wijken in. De raad zal eind 2014 en verder informatief betrokken worden bij de besluitvorming (wensen en bedenkingen zullen gevraagd worden) over de reikwijdte van de sociale teams. Daarmee wordt de raad meegenomen in de fasegewijze opbouw van de sociale teams. De evaluatie momenten van de sociale teams zullen parallel aan deze fasering lopen. Nog uit te werken: Over de onderstaande onderwerpen komen afzonderlijke documenten. Een aantal documenten wordt uitgewerkt vanuit de drie decentralisaties en het totale project naar de bron van het sociale domein. De documenten worden uiterlijk in november opgeleverd en aan de raad ter informatie gestuurd. Het betreft documenten over: • Aansturing. • Evaluatie • Relatie met andere toegangen. Zoals het bijzondere zorgteam, beraden voor extra aandacht en de veiligheidsketen. • Samenwerking (van de sociale teams met partijen die specialistische kennis hebben) • Nazorg/ voorkomen terugval • Informatie voorziening. • Kwaliteitsborging • Bezwaarprocedures/klachtenregeling
© Copyright 2024 ExpyDoc