NAUTILUS Maandblad van het Koninklijk Belgisch Zeemanscollege v.z.w. Revue mensuelle du Collège Royal Maritime Belge a.s.b.l. Zetel / Siège: Stella Maris Italiëlei 72 - 2000 Antwerpen 104 de jaar oktober ème année octobre AGENDA Maandelijkse lunch donderdag, 17 oktober Lunch mensuel jeudi, 17 octobre Causerie KBZ + Kon. Gallois Genootschap HZS - ESN donderdag, 24 oktober Bestuursvergadering dinsdag, 5 november Réunion du Conseil mardi, 5 november Mw. Caroline Smits Tel.: 03-233.34.75 / Fax: 03-232.29.10 Maandelijkse vergadering dinsdag, 5 november Réunion mensuelle mardi, 5 novembe E-mail: [email protected] Maandelijke lunch donderdag, 21 november Website: www.kbz-crmb.be Lunch mensuel jeudi, 21 novembre Permanent secretariaat / Secrétariat permanent: dinsdag en donderdag / mardi et jeudi: 09-12 h & 14-17 h Bankrekening / Compte bancaire: 416-6095341-49 IBAN: BE97 4166 0953 4149 BIC: KREDBEBB BTW-nummer / Numéro TVA: BE 0410.000.192 Raad van Bestuur / Conseil d’Administration 2013 Voorzitter / Président: A. Pels Ondervoorzitters / Vice-Présidents: A. Annaert, I. De Cauwer*, D. Vanderplasschen 2013 jeudi, 24 octobre om à om à om à om à om à 12h00 20h00 19h30 20h00 12h00 Consulteer ook de MARITIEME AGENDA / Consultez également l’AGENDA MARITIME www.lmb-bzb.be LEDEN / MEMBRES Nieuwe leden / Nouveaux membres (september 2013) Werden voor de 2de maal voorgesteld en aanvaard als toegetreden leden: Ont été présentés en 2nde lecture et acceptés comme membres adhérents: GYSBRECHTS Stefan, VAN HEES Robert Werden voor de 1ste maal voorgesteld als effectieve leden: Ont été présentés en 1ère lecture comme membres effectifs: BROOS Patrick en TOMANEK Paul Schatbewaarder / Trésorier: D. Vanderplasschen Secretaris-generaal / Secrétaire-général J.Cuyt Raadsleden / Membres du Conseil: T. Aga*, P. Boyens*, T. Coornaert*, J. Cuyt, J. De Bock*, M. De Cocker, F. Doomen*, C. Lacroix*, C. Maerten, W. Mazijn, J. S’Jegers*, R. Van Damme*, H. Van Herendael*, K. Van Overloop* Bestuurssecretaris / Secrétaire de direction: J. Gleissner * varend lid / membre naviguant Lidgeld / Cotisation: e 75,00 Studenten HZS / Etudiants ESN: e 40,00 Steunend lid / membre soutenant: e 55,00 Abonnement : e 55,00 (excl. BTW) Alle artikels worden gepubliceerd onder de verantwoordelijkheid van de auteurs en vertolken niet noodzakelijk de mening van het KBZ Tous les articles sont publiés sous l’entière responsabilité de leurs auteurs et ne reflètent pas nécessairement la conception du CRMB. Omslag / Couverture: “Dover Lighthouse” Olieverfschilderij van / Peinture à l’huile de André Paquet INHOUD / SOMMAIRE •Info-Agenda 289 •KBZ / CRMB - Verslag maandelijkse vergadering -Ledenvergadering - Réunion des membres 03.09.2013 - Port of Antwerp Dragon Boat Festival 291 292 293 297 •Open Forum / Forum ouvert -MOL Comfort - Is container weight the issue? 298 298 •Dag der zeelieden -Huldiging zeelieden 301 - Inrichtend Comité ‘Dag der zeelieden’ een beknopt overzicht 304 •DAB Vloot -Doop nieuw vaartuig “Pierre Petit” 307 • Watererfgoed / Patrimoine Maritime - “New Belgica” afgezwakt tot museumschip 310 •Maritieme geschiedenis / Histoire Maritime -D’Anvers a Ellis Island avec la Red Star Line ! 312 • Belgische Kust / Côte Belge -MRCC: Hoofdkwartier van de reddende engelen 314 •De Belgische vlag van toen / Le pavillon Belge autrefois -Als eerste tolvrij de Schelde op: “Marnix de Ste. Aldegonde” 316 •Bibliografie / Bibliographie 320 • Causerieën 321 Verantwoordelijke Uitgever / Editeur Responsable: KBZ Italiëlei 72 2000 Antwerpen Nautilus, oktober 2013 289 Bredastraat 139 - B-2060 antwerpen tel.: +32 3 231 89 50 - Fax.: +32 3 233 00 40 telex: 31536 vhulle-b - [email protected] - www.vanhulleships.be 290 tel. after hours: +32 499 53 57 10 - +32 497 54 84 39 Boomkorstraat 2 - B-8380 ZeeBrugge tel: +32 50 37 75 02 - Fax: +32 50 37 75 02 mob. + 32 495 38 72 26 Nautilus, oktober 2013 [email protected] - [email protected] KBZCRMB KBZ CRMB VERSLAG MAANDELIJKSE VERGADERING (3 september 2013) RAPPORT REUNION MENSUELLE (2 septembre 2013) _________ Op de maandelijkse ledenvergadering van dinsdag, 3 september 2013, stonden o.m. volgende onderwerpen op de agenda: Lors de la réunion mensuelle des membres du mardi 3 septembre 2013, les points suivants étaient portés à l’ordre du jour : Leden Werden voor de eerste maal voorgesteld: Patrick BROOS en Pavel TOMANEK (effectieve leden). Werden voor de tweede maal voorgesteld en aanvaard: Stefan GYSBRECHTS, Robert VAN HEES (toegetreden leden) Membres Ont été présentés en première lecture : Patrick BROOS et Pavel TOMANEK (membres effectifs). Ont été présentés en seconde lecture et acceptés : Stefan GYSBRECHTS et Robert VAN HEES (membres adhérents) Agenda Volgende agendapunten werden besproken: - statutenwijziging - wet op privé-milities - Dag der Zeelieden - drakenbootrace - plechtige naamgeving nieuwe promotie HZS - film “A Hijacking” - varia: o.a. nieuwe opdrachten voor BZB, de administratieve rompslomp aan boord van schepen, ratificatie Maritime Labour Convention 2006, enz. Agenda Les points suivants furent abordés : - changements des statuts - la nouvelle loi sur les milices privées - le Jour des Marins - la course de bateaux-dragons - cérémonie annuelle à l’ESNA au début de l’année académique - le film « A hijacking » - divers : e.a. de nouveaux défis pour la LMB, les tracasseries administratives à bord, la ratification du MLC2006 Een uitgebreider verslag verschijnt verder in Nautilus. Un rapport plus détaillé est publié dans ce Nautilus FOTO’s GEVRAAGD Redactie Nautilus is op zoek naar foto’s voor een nieuwe cover van ons maandblad NAUTILUS, jaargang 2014. Daarom nodigen wij onze leden/fotografen uit om ons fotomateriaal te bezorgen van een maritiem onderwerp, zoals: bemanningen, techniek, natuur, milieu, schepen, enz. De redactie zal dan een keuze maken uit het ingezonden materiaal maar is niet gebonden een van de inzendingen te gebruiken. Foto’s (portret-formaat/vertikaal) moeten vóór 1 december aangeleverd worden via electronische weg ([email protected]). De eigenaar/maker van de geselecteerde foto heeft geen recht op vergoeding, maar zal vermeld worden in elke editie van NAUTILUS. Met dank bij voorbaat! RECHERCHE PHOTOS La rédaction de NAUTILUS recherche des photos pour une nouvelle couverture pour notre mensuel NAUTILUS, année 2014. Nous invitons donc nos membres/photographes à nous faire parvenir des documents photographiques ayant trait à des sujets maritimes, comme par exemple : navires, équipages, technique, nature, environnement… La rédaction effectuera une sélection des photos envoyées, mais n’est nullement obligée d’en faire usage. Les photos (format portrait/vertical) doivent nous parvenir avant le 1er décembre par courriel à [email protected] . Le propriétaires/photographe de la photo sélectionnée ne recevra aucune rémunération, mais sera mentionné dans chaque édition de NAUTILUS. Merci d’avance ! Nautilus, oktober 2013 291 KBZCRMB KBZ CRMB Ledenvergadering 03.09.2013 KBZ LAAT PIRATERIJ NIET LOS _________ “De ervaring van de voorbije jaren heeft geleerd dat de meest efficiënte maatregel om kapingen te voorkomen erin bestaat om gedurende de transit door het risicogebied gewapende beveiligingsagenten aan boord te nemen.” Dat schreef secretaris-generaal Kapt. Cuyt van het KBZ in een brief aan Mw. Joëlle Milquet, minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansenbeleid. In dezelfde brief juichte de auteur de wet van 16 januari 2013 toe die maatregelen tegen de piraterij bevatte waaronder de mogelijkheid om aan boord van Belgische schepen gewapende milities toe te laten. “Helaas stellen wij vast dat – zes maanden na de publicatie van de wet – deze nog steeds niet in werking kan treden door het ontbreken van de vereiste uitvoeringsbesluiten. Dit heeft als gevolg dat de Belgische koopvaardijschepen nog steeds niet op wettige, adequate wijze kunnen worden beschermd tegen de nog steeds aanwezige dreiging van piraten;” aldus nog de brief die besloot met een dringende oproep tot Mevrouw de Minister om alles in het werk te stellen om zonder verder uitstel de nodige wettelijke maatregelen te treffen die het in werking treden van de wet van 16 januari 2013 moet mogelijk maken. Het schrijven waartoe op een vorige vergadering werd beslist, werd op de maandelijkse bijeenkomst van het College op 3 september integraal voorgelezen evenals het antwoord van mevrouw Milquet, die daarmee trouwens niet talmde. Haar antwoord was overigens een pareltje van administratieve bondigheid: “Uw brief werd in goede orde ontvangen. Ik zal niet nalaten hieraan nuttig gevolg te verlenen binnen een zo gunstig mogelijke tijdspanne. Hoogachtend.” In het kader van dit agendapunt refereerde J. Cuyt ook naar de film “A Hijacking” waarin een beklijvende maar realistische voorstelling wordt gegeven van de psychische en fysieke gruwelen waaraan gekaapte bemanningen worden blootgesteld. De film, gebaseerd op waar gebeurde feiten, waarin ook de spanningen en de tribulaties op de rederijkantoren worden getoond, wordt weliswaar nooit een kaskraker maar is voor zeelui alleszins aan te raden. Met de Belgische Zeevaartbond wordt overlegd om gezamenlijk een vertoning voor de leden te organiseren. Een trailer is te zien op http://ahijacking.com Papierwerk aan boord stresserend Een ander thema dat op de maandelijkse vergadering werd aangekaart was het verslag van een Maersk-kapitein “Lean ship of the future” waarin hij de administratieve rompslomp aan boord van schepen aanklaagde: de waanzin nabij! Zijn verslag kreeg op de vergadering onmiddellijk bijval van varende officieren en dus ervaringsdeskundig in zoverre “dat de haren ervan ten berge rijzen als men de stapel stomme, lompe documenten overschouwt die de scheepsleiding geacht wordt te verwerken en waardoor en minder tijd kan worden besteed aan navigatie, veiligheid enz.” Het ontketende dan ook een stroom van voorbeelden. Zo moet voor ieder klusje aan boord, zoals voor de gangway uitzetten, een work-permit worden ingevuld. Aan een anker-manoeuvre moet een briefing en een “risk-asssesment” voorafgaan; hoewel “lego ancre” niet altijd op voorhand kan worden gepland. Voor vrouwelijke bemanningsleden aan boord geldt in sommige havens zelfs een pregnancy-certificate waarin het geslacht M/V van de betrokkene moet worden ingevuld!. Weliswaar fungeert binnen de IMO al sinds 1967 een FAL-comité (Facilitation Committee) met als opdracht de paperload aan boord te beperken. Inmiddels ratificeerde België op 20 augustus dit jaar de Maritime Labour Convention 2006 (MLC) die voorziet in audits op alle schepen onder Belgische vlag. Een van de varende aanwezigen was met die mededeling helemaal niet opgezet en zag nog meer papieren rompslomp en stress op zich afkomen. Maar een aanwezige rederijvertegenwoordiger relativeerde: “Als we er door audits in slagen het aantal ongevallen aan boord te doen dalen, dan kan men geen bezwaren hebben tegen deze MLC.” KBZ-leden zullen worden bevraagd over statutenwijziging Twee buitengewone algemene vergaderingen SG Cuyt kondigde ook een statutenwijziging aan. De huidige versie dateert van 2004, is dus tien jaar oud en aan herziening toe. De doelstellingen van de vereniging zullen worden gemoderniseerd, voor aanvaarding van nieuwe leden komt een snellere procedure, beschermende leden worden voortaan steunende leden enz.. Alle leden krijgen de voorstellen toegestuurd zodat amenderingen mogelijk zijn. De nieuwe statuten zullen op een eerste buitengewone algemene vergadering in februari worden voorgelegd om dan op een tweede buitengewone algemene vergadering in maart te worden goedgekeurd. Aan elk van de laureaten 2012-2013 van de nautische afdeling (Masters) en afdeling scheepswerktuigkunde (Bachelors) aan de HZS zal het KBZ het boek aanbieden: Babics Dictionnary of Marine Technology. Zij krijgen ook het Koopvaardijboek en het gratis lidmaatschap tot einde 2014. JG 292 Nautilus, oktober 2013 KBZCRMB KBZ CRMB Réunion des membres 03.09.2013 LE CRMB NE LACHE PAS LE DOSSIER DE LA PIRATERIE _________ "L'expérience du passé nous a appris que la meilleure façon d'éviter la piraterie en mer est d'embarquer des agents de sécurité armés à bord des navires durant le transit dans les zones à risques." C'est ce qu'a écrit le secrètaire-général du CRMB Capt.Cuyt dans sa lettre à Mme. Joëlle Milquet, ministre de l'Intérieur et de l'Egalité des Chances. Dans la même lettre l'auteur faisait l'éloge de la loi du 16 janvier 2013 qui contient des mesures contre la piraterie tel que la possibilité d'embarquer des milices armées à bord des navires Belges. "Hélas nous constatons que, six mois après la publication de la loi, celle-ci ne peut encore être appliquée à cause de l'absence des traités d'application. Ceci a pour conséquence que les navires marchands Belges ne savent toujours pas être défendus de manière légale contre les menaces de piratages toujours présentes;" mentionnait la lettre qui concluait en faisant un appel urgent à Madame le Ministre afin de mettre tout en oeuvre et sans délai pour prendre toutes les mesures légales adéquates qui rendront possible l'application de cette loi du 16 janvier 2013. Le contenu de cette lettre dont l'envoi avait été décidé lors d'une précédente réunion, a été lu dans son intégralité lors de la réunion mensuelle du Collège du 3 septembre ainsi que le contenu de la réponse de madame Milquet, qui ne s'est d'ailleurs pas fait attendre. Sa réponse fut une perle de concision administrative: "Nous avons bien reçu votre lettre. Je ne manquerai d'y donner une réponse utile dans les plus brefs délais. Salutations distinguées." Dans le cadre de l'ordre du jour J. Cuyt a également fait référence au film "A Hijacking" dans lequel une présentation prenante mais réaliste expose les atrocités physiques et psychiques auxquelles sont confrontés les équipages pris en otages. Le film, basé sur des faits réels et dans lequel on montre également les tribulations et les tensions qui règnent dans les bureaux des armateurs, ne sera jamais un blockbuster mais reste malgré tout recommandable pour les gens de mer. En accord avec la Ligue Maritime Belge il a été décidé d’essayer d'organiser une représentation du film à l'attention des membres. Un trailer existe déjà sur http://ahijacking.com Administration stressante à bord Un autre point abordé durant la réunion était le rapport d'un capitaine de la Maersk "Lean ship of the future" dans lequel il dénonce les corvées administratives à bord des navires: cela frôle la démence !' Son rapport reçu immédiatement l'aval des officiers naviguants et donc expérimentés en la matière: "Cela fait hérisser les poils lorsqu'on se rend compte de la masse de document idiots et contraignants que l'on doit rédiger au détriment du temps que l'on devrait consacrer à la navigation et à la sécurité à bord" Ce sujet engendra un flot d'exemples. Quantité de tâches à bord, comme descendre le gangway à terre nécessitant la rédaction d'un "work-permit". Avant de jeter l'ancre il faut organiser un briefing et un "risk-assesment" bien que l'on ne sache pas toujours prévoir de jeter l'ancre en cas d'urgence. Pour les membres d'équipage féminins on demande même dans certains ports de remplir un déclaration de grossesse avec mention du sexe H/F de l'intéressée ! Mentionnons toutefois qu'un "Facilitation Committee" qui a pour tâche de réduire les contraintes administratives à bord existe au sein de l'OMI depuis 1967. Cependant la Belgique ratifia le 20 août de cette année la « Maritime Labour Convention 2006 » qui prévoit un audit de tous les navires sous pavillon Belge. Un des membres navigants présent modéra l'importance de ce cette convention et déclarait qu'au contraire, il se voyait de plus en plus envahis de paperasserie et de stress au travail. Un représentant d'armateur également présent remarqua que si l'on pouvait, grâce à ces audits, diminuer les accidents à bord, il ne voyait pas d'objection à l'encontre de cette MLC. Les membres du CRMB seront consultés au sujet du changement des statuts Le SG Capt.J.Cuyt annonce également un changement des statuts du CRMB. La version actuelle datant de 2004 est vieille de 10 ans et demande des adaptations. Les objectifs de l'association seront modernisés; la procédure d'acceptation des nouveaux membres sera accélérée, les membres protecteurs deviendront membres soutenants etc...Chaque membre recevra les propositions de façon à permettre l'approbation ultérieure des amendements. Les nouveaux statuts seront présentés lors d'une prochaine assemblée générale extraordinaire en février prochain de façon à pouvoir les approuver lors d'une deuxième assemblée générale extraordinaire en mars. Chaque lauréat 2012-2013 de la section "pont" (Masters) et de la section "machines" (Bachelors) de l'ESNA recevra du CRMB le livre : Babics Dictionnary of Marine Technology. Ils recevront également le livre de la Marine Marchande et l'affiliation gratuite au CRMB pour 2014. JG – Traduction Néerlandais > Français par Marc Sohie Nautilus, oktober 2013 293 BMTknowledge Surveys (Antwerp) NV “Where will our take you?” Naval architects, technical, nautical and cargo surveyors Naval technical, nautical and cargoindustry surveyors andarchitects, consultants for marine, shore based Navaland architects, technical, nautical cargo surveyors consultants forand marine, shoreand based industry transport and consultants forand marine, shore based industry transport Kapelsesteenweg 286 - 2930 Brasschaat, Belgium and transport Tel.: +32 (0)3 664 286 02 79 - Fax:Brasschaat, +32 (0)3 605 19 63 Kapelsesteenweg - 2930 Kapelsesteenweg 286 Belgium [email protected] - www.bmttechmar.com Tel.: +32 02 - Fax: (0)3 605 19 63 Tel.: +32 (0)3 (0)3664 664286 02 79 79 +32 (0)3 63 Kapelsesteenweg – 2930 Brasschaat, Belgium -www.bmttechmar.com www.bmtsurveys.com [email protected] Tel.:[email protected] +32 (0)3 664.02.79 - -Fax: +32 (0)3 605.19.63 [email protected] – www.bmttechmar.com Waar u ook voor gaat, wij gaan met u mee. KBC Bank & Verzekering Sint-Jansplein 51, 2060 Antwerpen Tel. 03 206 84 10 Fax 03 206 84 11 Wij gaan met u mee Imago 105_148 Antwerpen St Jans.indd 1 CMB BOCIMAR 25-11-2010 15:03: De Gerlachekaai 20 | BE 2000 Antwerpen www.cmb.be 294 Nautilus, oktober 2013 Sobelnord NV Shipbrokers since 1969 MARINE & ENERGY INSURANCE BROKERS Specialists in H&M, P&I and Liability covers for Owners, Charterers, Onshore & Offshore Operators Junge Verzekeringsmakelaars NV Suikerrui 5 - 2000 Antwerpen Tel: + 32 (0)3 304 03 11 Mobile: + 32 478 537 810 e-mail: [email protected] www.junge.de Suikerrui 5 - 2000 Antwerpen Tel: + 32 (0)3 231 04 31 Member of L.S.S. SA worldwide broking network with offices in Oslo, Singapore, Shanghai, Geneva, Luxembourg and Antwerp [email protected]@lssbrokers. com www.lsscape.com • Harbour towage • Offshore assistance • Environmental protection • Maritime contracting • Emergency response Tel.: +32 (0)3 545 11 20 www.smit.com 3° Nautilus, oktober 2013 5’ www.urs.be 3° 10’ 3° 15’ 3° 20’ 3° 25’ 295 Members of the DEME Group Dredging International nv Haven 1025 - Scheldedijk 30 B-2070 Zwijndrecht, België T +32 3 250 52 11 F +32 3 250 56 50 [email protected] www.deme.be DEME brengt innovatieve en op maat gesneden oplossingen voor een leefwereld in constante beweging. NV Baggerwerken Decloedt en Zoon Slijkensesteenweg 2 B-8400 Oostende, Belgium T +32 59 24 21 40 F +32 59 24 21 80 [email protected] www.decloedt.be Onze wereld kent heel wat landschappen: het economische, het sociale, het fysische landschap. DEME laat overal zijn sporen na. Door onze unieke ervaring, gedreven specialisten en vernieuwingsdrang voelen wij ons steeds weer pioniers op onverkend terrein, waar ook ter wereld. We leggen steeds weer de basis voor nieuw duurzame ontwikkelingen op het land, op het water of in de zone daartussen. DEME is steeds op zoek naar nieuwe krachten om de bemanning van haar vloot uit te breiden. Gedreven vakmensen, stuurlieden en werktuigkundigen kunnen een kijkje nemen op www.deme.be DEME: creating land for the future 296 Nautilus, Nautilus, november oktober 2011 2013 KBZCRMB KBZ CRMB Port of Antwerp Dragon Boat Festival KBZ-CRMB 9th OUT OF 43 TEAMS IN FIRST PARTICIPATION! _________ th On Saturday 14 September the KBZ-CRMB participated in the third edition of the Port of Antwerp Dragon Boat Festival. This maritime event, in which 43 teams participated, is organized by Rotary Club Antwerpen-West. With a constant breeze and frequent showers, the weather gods were not on our side. But this couldn’t dampen the spirits. Our rowing team was, unfortunately, not complete, but luckily URS-LSV (LoodsenSportVereniging) shared that problem. We wouldn’t be seamen if we didn’t find a solution for this and very quickly it was decided to share a few rowers. The boat was manned by 16 rowers, one drummer and one helmsman (provided by the organization). After three races, over a 250 meter stretch of water, the average times were taken and the first eight got a place in the semifinals. In the Kempisch Dok we gave everything we had and keeping in mind that none of us had any experience and it was our first participation, we succeeded in finishing 9th out of 43. The KBZ-team The semifinals slipped through our fingers. How knows where we would finish if we did practice… But this is next year’s food for thought… With a fantastic team spirit within our team, three new KBZ-members and a great ambiance we can easily say that it was a success! Thanks again to everybody who participated and we hope to see each other next year! Tom Aga Nautilus, oktober 2013 Our drummer! 297 OPEN OPENFORUM FORUM FORUMOUVERT OUVERT FORUM Que penser de…? Wat te denken van…? ‘MOL COMFORT’ IS CONTAINER WEIGHT THE ISSUE? _________ Michael Grey How on earth does a 5 year old 90,000 ton containership, built by one of Japan’s finest shipyards and operated by a tip-top liner company, come to be floating in two bits 19 miles apart? Weather? Welding? Perhaps one of those 100 year waves the Met. Offices are warning us about are rather more frequent? The smart money must surely be on the stresses induced by under-declared container weights, which shippers routinely refuse to take with any seriousness whatsoever. Always supposing that there is a good run through the IMO, it has been suggested that it could be another three or four years before SOLAS Regulation VI/2, which provides for the “verification” of container weights, comes into effect. As the distinguished delegates undertake their deliberations on this matter, a huge picture of the after part of the MOL Comfort sitting forlornly in the Arabian Gulf might usefully be displayed on the Council Chamber screens to help focus their minds. It is now more than six years since the emergency in the English Channel when the MSC Napoli nearly sank through an ingress of water. It is worth underlining the views of the UK Marine Accident Investigation Branch, which painstakingly required all the boxes retrieved from the wreck to be weighed, and note its suggestion that overweight boxes contributed to the loss of that ship. Wheels often grind slowly in marine safety mills, but there have surely been enough warnings about excessive container weights to wake everyone up. Feeders have been regularly rolling over, fortunately in shallow water or against the quay. This clearly expensive incident which has put 25 lives and more than 4000 containers at risk ought to clarify the issues. But we shouldn’t bet on it. Shippers’ organisations, which have been defending their flawed position on container weights for forty years or more will still be arguing about the responsibilities for verification until the bitter end. If the salvors manage to save this ship, let us hope that every one of those boxes retrieved is weighed, and compared with the manifested declaration. gCaptain – 20.06.13 298 Nautilus, oktober 2013 Containership Cargo Care – A Ticking Time Bomb? I may have been taken to task for blaming the cargo (weights) for breaking the MOL Comfort in half, but I am probably on a safer wicket if I suggest that it was the cargo which saw off the forepart of the ship, along with 2672 containers. It would be interesting to learn what was in the container which appeared to spontaneously ignite on the deck stack of the ship’s forepart as she was being towed slowly towards land. It ought to be easy enough to identify, as those on the towing tug would have a reasonable view of the further problem they had to deal with. But there will be plenty of choice, as it seems that pretty well the whole deck stack was composed of containers that only needed a severe look to have them burst into flames. Rather too long under the fierce heat of the sun, with no 20 knot breezes from the ship’s motion acting to cool their boundaries as the bow wallowed in the Arabian Sea and any number of container contents could have ignited in their oven-like stowage. In the pre-container liner trades we used to lavish the most extraordinary care upon our cargo, with the utmost attention paid to ventilation, the avoidance of condensation, ensuring the circulation of air around the holds, with a king’s ransom paid each voyage on dunnage and Kraft paper. I recall a tween deck full of fish meal, which we nursed across the Indian Ocean like a sick child, taking its internal temperature about twice an hour. “Carefully to carry” was a manual we knew by heart. Who remembers that? Now, it’s bunged into a steel box, behind a sealed door, to be cooked like the contents of an oven across tropical seas, the sun beating down on the upper tiers. It probably isn’t helped that the cargo in this vulnerable position in the stow is quoted in the DG book, apart from that which the shipper, either carelessly or malevolently, has neglected to declare. My question is this: After we have managed to lose an 8000 teu ship and everything aboard her, what are we doing to avoid a ship twice the size burning to the waterline? Barely noticed as the Comfort break took everyone’s attention, was the fire aboard one of the Maersk big “E”s which, because of prompt and diligent work by the crew, was confined to but a few boxes. They might not be so lucky the next time. Michael Grey gCaptain – 15.07.13 De redactie aanvaardt met dank alle commentaar op de artikels onder de rubriek “Open Forum” La rédaction accepte avec reconnaissance tous commentaires concernant les articles sous la rubrique « Forum Ouvert » Tel : 03-829.90.11 Fax : 03-829.93.29 E-mail : [email protected] Nautilus, oktober 2013 299 DE START van een BOEIENDE CARRIERE De vraag naar hoogopgeleide koopvaardijofficieren is groot. Ook de vraag van de maritieme industrie naar ex-zeevarenden overtreft ruimschoots het aanbod. Goedbetaalde tewerkstelling is dus zowel tijdens als na de vaartijd verzekerd! De Hogere Zeevaartschool is de enige hogeschool in België die hiervoor de gepaste opleidingen (in het Nederlands en in het Frans) aanbiedt: Bachelor & Master in de Nautische Wetenschappen Bachelor in de Scheepswerktuigkunde Geïnteresseerd in een boeiende maritieme carrière? Bezoek onze website www.hzs.be voor meer informatie. 300 Nautilus, oktober 2013 DAG DER ZEELIEDEN DAG DER ZEELIEDEN HULDIGING ZEELIEDEN _________ Op zaterdag, 7 september vond aan het Monument der Zeelieden vóór het gebouw Loodswezen aan de Schelde traditiegetrouw de jaarlijkse herdenking plaats voor de in beide wereldoorlogen gesneuvelde Belgische zeelieden, en de zeelieden die het leven lieten bij de uitoefening van hun beroep op zee. Talrijke burgerlijke en militaire prominenten, waaronder Flottieljeadmiraal Michel Hofman als vertegenwoordiger van de Koning, woonden de plechtigheid bij, die werd afgesloten met een ingetogen bloemenhulde, waarbij Voorzitter Kapt. Alain Pels namens het Koninklijk Belgisch Zeemanscollege eveneens een bloemenkrans neerlegde. Op de aansluitende receptie op het Antwerps Stadhuis, werden drie verdienstelijke zeelieden gehuldigd. In zijn gelegenheidstoespraak, waarin hij ook hulde bracht aan de tientallen Congolese zeelui die het leven lieten aan boord van Belgische schepen, zei Kapitein Roger Smet, Voorzitter van het Inrichtend Comité Dag der Zeelieden, ondermeer: “…Sedert de inhuldiging van dit monument op 28 september 1930 werd elk jaar tijdens de maand september, deze plechtigheid georganiseerd ter nagedachtenis van onze gesneuvelde zeelieden . Ook tijdens de donkere bezettingsjaren van WO II zij het dan in mineur gezien de "Militär Verwaltung" alle vlagvertoon verbood en slechts een zeer beperkt aantal aanwezigen toeliet. Sedert 1990 betrekken wij bij deze huldiging ook de zeevarenden overleden tijdens de uitoefening van hun beroep, of verdienstelijke personeelsleden van Koopvaardij of Marine. Het Inrichtend Comité is vast besloten deze meer dan 80 jaar oude traditie verder te zetten. Deze plechtigheid is dan ook de gepaste gelegenheid om enkele verdienstelijke zeelieden of ex-zeelieden eens extra in de kijker te plaatsen. Een verdienstelijk oud-zeeofficier was ongetwijfeld Roger Ghys, ere-commandant van ons voormalig schoolschip "Mercator". Afkomstig uit een vissersfamilie deed hij tijdens de schoolvakanties, reeds op de leeftijd van 14 jaar, zijn eerste stappen op zee aan boord van de treiler van zijn vader. Hij slaagde in 1939 voor het ingangsexamen aan de Hogere Zeevaartschool en scheepte in aan boord van het zeilopleidingsschip "Mercator" dat onder het bevel stond van commandant Van de Sande. Ondanks de oorlogsdreiging vertrok "Mercator" op 22 februari 1940 met bestemming Rio de Janeiro. Op 10 mei 1940 was het schoolschip op weg naar het eiland Sint Helena. Bij gebrek aan onderrichtingen van de Belgische overheid werd besloten vervolgens naar Banana en Matadi. koers te zetten naar het neutrale Angola, Pas in januari 1941 werd aan de bemanning van "Mercator" de keuze gelaten uit vier mogelijkheden: de Engelse Navy, de Belgische Koopvaardij, de Belgische Weermacht in Kongo of de "Service des Voies navigables" van onze Kolonie. Kadet Roger Ghys koos voor dit laatste. Hij behaalde tijdens die periode het getuigschrift van "Conducteur de bateaux sur le Haut fleuve, affluents et lacs du Congo Belge". Op het einde van zijn "Congo-periode" nam hij dienst in het leger en werd hij aspirant benoemd. Hij vervoegde de marinebasis in Banana bij de afdeling "Service Surveillance Maritime" waar hij diende aan boord van de snelboot "Benga". Na zijn terugkeer in België begin 1946 vervoegde hij onze koopvaardij. Hij behaalde achtereenvolgens de brevetten van luitenant en kapitein ter lange omvaart. Als 25 jarige werd hij in 1948 kapitein aan boord van de "Good Gulf", toen de grootste tanker van onze vloot. Op vraag van commandant Van de Sande vervoegde hij in 1949 de "Mercator" als eerste officier om dan in 1955 het bevel ervan over te nemen. Alhoewel hij elk jaar tijdens de winterperiode met een nieuwe promotie kadetten de Atlantische Oceaan overstak, is er nooit een ongeval gebeurd of een man verloren gegaan. Vermeldenswaard is wel het feit dat hij met "Mercator" driemaal deelnam aan de internationale zeilwedstrijd voor grote zeilschepen en tweemaal als eerste aan de aankomstlijn kwam. Het jaar 1961 was voor Roger Ghys minder aangenaam: "Mercator" werd uit de vaart genomen en werd een stilliggend museumschip. Nautilus, oktober 2013 301 Commandant Ghys werd dan benoemd als gerechtsdeskundige bij de Nautische Commissie van de Rechtbank van Koophandel te Antwerpen om er later deken van te worden tot aan zijn pensionnering in 1988. Hij was tijdens die periode de specialist inzake het vervoer van gevaarlijke stoffen, oliepollutie en brandbestrijding. Tijdens zijn loopbaan vervulde hij allerlei bijkomende functies zoals voorzitter van het Koninklijk Belgisch Zeemanscollege, lid van de Koninklijke Belgische Marine Academie en van de Marine Academie van Portugal, voorzitter van de Kapiteins Kaap Hoorn vaarders en stichter van de Sail training Association Belgium. Hij is houder van talrijke Belgische en buitenlandse eretekens. Met zijn overlijden op 12 november 2012 is een boegbeeld van onze maritieme gemeenschap heen gegaan. Onze tweede gehuldigde Guy Cornillie begint zijn militaire loopbaan als dienstplichtige in 1966, waar hij onmiddellijk tekende om tijdelijke vrijwilliger te worden. In 1967stelt hij zich kandidaat beroepsonderofficier. Als jong onderofficier ontdekt hij alle wereldzeeën op diverse eenheden van de toenmalige Zeemacht, zoals de Rochefort, Vanhaverbeke en Veurne. Hij stelt zich in 1974 kandidaat als aanvullingsofficier en in 1976 is hij aangesteld als vaandrig ter zee 2de Klasse. Van dan af is hij tweede commandant aan boord van de Bovesse, Dufour en officier dek op de Zinnia en Godetia. Hij volgt dan verscheidene beroepsgerichte cursussen in België en in het buitenland, specifiek gericht naar brand- en pollutiebestrijding. Wanneer hij niet aan boord is, dient hij hoofdzakelijk in marine functies, meestal met betrekking tot de anti-pollutie bestrijding die hem nauw aan het hart lag. Hij wordt in 1982 vaandrig -ter-zee en krijgt zijn eerste bevel op 30 april 1984 van het zeilopleidingsschip Zénobe Gramme. Hij deed met het zeilschip verschillende keer mee aan de prestigieuze Tall Ships races, waar hij twee keer de prijs krijgt van meest sportieve deelnemer. Hij voert het bevel van de Zénobe Gramme tot 1988. Daarna wordt hij hoofd pollutiebestrijding in de staf van de Marine. Maar de zee is zijn lokaas en vanaf 1994 wordt hij commandant van diverse "tripartite mijnenjagers" zoals de Myosotis en Crocus, en ingezet in de Golfoorlog. Hij gaat op 1 januari 1998 met pensioen en wordt in 1999 aangesteld als korvetkapitein in de reserve. Hij verlaat in 2007 definitief het reservekader wegens de leeftijdsgrens. Korvetkapitein Guy Cornillie was houder van diverse eretekens. Hij verliet ons op 26 december 2012. Het curriculum vitae van onze laatste gehuldigde, hoofdscheepswerktuigkundige Manfred Grignard, hier aanwezig, is wel merkwaardig te noemen. Hij werd geboren op 4 augustus 1927 in Elbefeld -Oostkantons, Belgisch territorium sedert 1918. Bij het uitbreken van WO II werden de Oostkantons in 1940 opnieuw geannexeerd bij Duitsland. Grignard werd door de bezetter in 1943 aangehouden en afgevoerd naar Duitsland om opgeleid te worden voor de Duitse strijdkrachten. Hij slaagde erin te ontvluchten en belandde uiteindelijk in Rotterdam waar hij onderdook onder een valse naam. Hij studeerde daar aan de Zeevaartschool en behaalde er het voorlopig diploma van werktuigkundige. Na de bevrijding keerde hij terug naar België en vervulde er zijn militaire dienst bij de Ardeense jagers. Hij bracht het tot sergeant en later tot adjudant in de Reserve. Na de militaire dienst begon zijn maritieme loopbaan bij de Compagnie Maritime Belge als aspirant scheepswerktuigkundige. Tot aan zijn pensioengerechtigde leeftijd bleef hij deze rederij trouw. Tijdens zijn loopbaan behaalde hij achtereenvolgens de brevetten van 2de en 1ste officier scheepswerktuigkundige alsook dit van officier elektricien. Bovendien behaalde hij in Engeland het diploma van Chartered Engineer dat tevens de licentie inhoudt van Surveyor. Voor hem was dit blijkbaar niet voldoende. Inderdaad, aan de universiteit Antwerpen behaalde hij het Diploma in het Zee- en Binnenscheepvaartrecht en aan de Gentse Universiteit promoveerde hij als licentiaat in de Criminologie. Na zijn pensionnering kreeg hij nog verschillende opdrachten als surveyor en als technisch- en juridisch adviseur. Vermeldenswaard is nog dat onze gehuldigde lid was van diverse militaire en academische verenigingen, waaronder het Koninklijk Gallois genootschap dat hij meer dan 60 jaar trouw bleef. Manfred Grignard werd vereerd met verschillende eretekens. Tijdens de september plechtigheid van 1994 werd hier kapitein ter lange omvaart Eugène Colson gehuldigd. Deze boegfiguur van het verzet in de Antwerpse haven is spijtig genoeg overleden maar zou nu de leeftijd van 100 jaar bereikt hebben. Tot slot wens ik in naam van het Inrichtend Comité allen te bedanken die door hun actieve inbreng, financiële en andere, bijgedragen hebben tot het ordelijke verloop en het welslagen van deze huldiging. Ik vermeld hier in het bijzonder divisieadmiraal Hofman, provinciecommandant kolonel Verhaege, burgemeester De Wever, hoofdcommissaris van politie Muyters en al hun medewerkers. Ik dank U.” Roger Smet - 07.09.2013 302 Nautilus, oktober 2013 Mensen en schepen Dat is de kracht achter Jan De Nul Group. Dankzij de gedreven werknemers, vakkennis en de hypermoderne vloot staat de groep vandaag aan de top van de internationale baggerindustrie en is de firma een van de grootste aannemersbedrijven op vlak van civiele bouwkunde en milieuwerken. Dankzij de ondersteunende diensten rond de baggerdivisie, civiele bouwkunde en de milieudivisie, kan Jan De Nul Group de meest grootschalige projecten tot in de puntjes verzorgen. Of het nu gaat om een Palm Island in Dubai, een afvalverwerkingsinstallatie in Roemenië of om de bouw van het nieuwe sluizencomplex in het Panamakanaal. www.jandenul.com JAN DE NUL GROUP 34-36, Parc d’Activités Capellen I Luxembourg Nautilus, oktober 2013 T +352 39 89 11 F +352 39 96 43 I [email protected] 303 DAG DER ZEELIEDEN DAG DER ZEELIEDEN INRICHTEND COMITE “DAG DER ZEELIEDEN” EEN BEKNOPTE HISTORIEK _________ Het "Inrichtend Comité - Dag der Zeelieden" is nog voor sommigen, zelfs nog voor enkelingen uit de maritieme middens, een onbekende. Een beknopte historiek kan deze lacune ongedaan maken. Op basis van de weinige archiefstukken waarover men kan beschikken is het toch mogelijk een beknopte historiek van het "Comité" te schrijven, ongetwijfeld wel met hier en daar enkele hiaten. De jaarlijkse plechtigheid aan het Monument der Zeelieden dat werd opgericht aan de Tavernierkaai-Zeeuwse Koornmarkt te Antwerpen en de plechtige zielemis in St Pauluskerk opgedragen voor de gesneuvelde zeelieden uit de beide wereldoorlogen, én sedert 1990 ook voor de overledenen uit de zeevaartmidddens, zijn nu traditionele september-manifestaties geworden met een reeds meer dan 80-jarige geschiedenis. De voorgeschiedenis van het "Comité" vangt aan tijdens de maand juli 1919 wanneer Constant Smeesters, een eminent jurist en voorzitter van de Antwerpse afdeling van de Koninklijke Belgische Zeevaartbond, een vergadering belegt met als agendapunt: te nemen maatregelen met het oog op het organiseren van een publieke plechtigheid en een pontificale mis ter ere van de gesneuvelde Belgische zeelieden van de eerste wereldoorlog. Het voorstel werd door de leden zeer positief aanvaard. Het is precies tijdens dezelfde juli-vergadering dat ook voor de eerste maal de idee naar voor werd gebracht om een monument op te richten ter nagedachtenis van de gesneuvelde zeelieden. Reeds op 7 augustus 1919 had voormelde publieke plechtigheid plaats en de plechtige zielenmis werd in de Antwerpse OLVkathedraal gecelebreerd door kardinaal Mercier. Het verwezenlijken van een monument ter nagedachtenis van de gesneuvelde zeelieden nam wel wat meer tijd in beslag. Alhoewel een "voorlopig Komiteit" de nodige fondsen trachtte in te zamelen, aanvankelijk zonder al te veel succes, werd pas in het jaar 1925 een definitief comité opgericht: "Komiteit van het gedenkteken aan de Zeelieden gesneuveld voor het Vaderland onder de Hooge Bescherming van Zijne Majesteit Koning Albert en de Bescherming van de Heer Anseele, Minister van Ijzerwegen, Zeewezen, Postwezen, Telegrafen, Telefonen en Luchtvaart". Een lijst "Inschrijvingen" werd opgesteld waar naast de naam en voornaam of firmanaam, adres en bedrag, ook vermeld moest worden of "het bedrag ten huize moest geïnd worden". Blijkbaar had men nu veel meer succes en kon vrij vlug worden overgegaan tot het uitschrijven van een prijskamp voor het ontwerp van het monument. Eenentwintig ontwerpen met bijhorende maquettes werden ingediend voor 13 november 1929, de uiterste inzendingsdatum van de prijskamp. De jury, bestaande uit vier kunstenaars en één architect, kon op 16 november 1929 niet tot een definitieve keuze komen gezien drie projecten ex aequo werden beoordeeld door de jury. Uiteindelijk werd dan toch, na vele discussies, het project van de kunstenaar Goossens weerhouden, na een nieuwe stembeurt en mits het aanbrengen van enkele wijzigingen aan het oorspronkelijk ontwerp. Het monument werd opgericht op de Zeeuwse Koornmarkt tussen het gebouw van het Belgische Loodswezen en de rechter Scheldeoever. Het monument werd ingehuldigd op 28 september 1930, in aanwezigheid van vele prominenten. Tijdens deze plechtigheid maakte de Heer Boen, voorzitter van het Comité, het monument over aan het stadsbestuur van Antwerpen, met bede de laatste zondag van de maand september als verjaardag van de inhuldiging van het monument op te tekenen én dan telkens de plechtige kerkdienst, gevolgd door de plechtigheid aan het monument, te laten plaatshebben. Namens de Stad Antwerpen aanvaardde burgemeester Van Cauwelaert het monument. 304 Nautilus, oktober 2013 De afgelegde belofte werd gehouden: elk jaar had een plechtigheid plaats telkens op de laatste zondag van de maand september. Merkwaardig en zeker vermeldenswaard is het feit dat sinds 1930 tot op heden de herdenkingen ononderbroken hebben kunnen plaatsvinden, zelfs tijdens de oorlogsjaren van WO II. Weliswaar was het tijdens de oorlogsperiode een plechtigheid in mineur, zonder vaandels en trompetgeschal. De bezettende overheid gedoogde enkel dat er toen slechts één krans werd neergelegd door de Antwerpse havencommandant, die wel vergezeld mocht zijn van de voorzitter en de ondervoorzitter van het Comité. Het was wel een minimale herdenking, maar de traditie werd toch gered. De eerste na-oorlogse plechtigheid had plaats op zondag 30 september 1945, traditioneel met een plechtige Eucharistieviering in de Sint Pauluskerk, waarna de genodigden zich stoetsgewijs naar het monument begaven voor de bloemen- neerlegging. Tijdens de oorlogsjaren 1940-45 had het monument nogal wat schade opgelopen en was het toe aan een flinke opknapbeurt. De nodige werken werden uitgevoerd en tevens werden de jaartallen 1940-1945 aan de achterkant van het monument ingehakt. Vanaf het jaar 1945 werden de plechtigheden ieder jaar bijgewoond door een vertegenwoordiger van de Koning, die dan ook telkens een bloemenkrans neerlegt in naam van zijne Majesteit. Uitzonderlijk was het een lid van de koninklijke familie die de vertegenwoordiging op zich nam. Tijdens de plechtigheid van september 1962 waren het Prins Albert en Prinses Paola die de huldiging aan het monument bijwoonden en een bloemenkrans neerlegden. Prins Laurent vertegenwoordigde de Koning in het jaar 2005. De kerkelijke plechtigheid van september 1995 werd uitzonderlijk in de Sint Antoniuskerk gezamenlijk georganiseerd met de verschillende zeemanskerken die actief aanwezig zijn in de haven van Antwerpen. Op deze 65e herdenkingsplechtigheid was het Prins Laurent die de Koning vertegenwoordigde. In het jaar 1990 werd door het Inrichtend Comité besloten af te wijken van het traditioneel scenario. In plaats van de zielenmis, onmiddellijk gevolgd door de plechtigheid aan het monument, te organiseren op de laatste zondag van september, werd geopteerd om de manifestatie aan het monument te voorzien tijdens het weekeinde van de Antwerpse bevrijdingsfeesten, begin van de maand september. De kerkelijke plechtigheid zou echter behouden blijven op de laatste zondag van de maand september. Deze beslissing werd vooral geïnspireerd om de plechtigheid aan het monument der zeelieden te integreren in het kader van de bevrijding van de haven van Antwerpen. Hierdoor konden dan ook meer logistieke faciliteiten door het stadsbestuur ter beschikking worden gesteld. Vertegenwoordiger van ZM de Koning admiraal M. Hofman september 2012 Ook tijdens het jaar 1990 werden de doelstellingen van het Inrichtend Comité belangrijk uitgebreid: in de toekomst zouden jaarlijks naast de gesneuvelde zeelieden van beide oorlogen, ook zeevarenden worden herdacht die tijdens de uitoefening van hun beroep overleden zijn. Bovendien werd besloten verdienstelijke zeelieden van de Koopvaardij en de Marine te huldigen, eventueel een eenheid van de Koopvaardij of van de Marine en hun bemanningen. Door deze beslissing werd de continuïteit van de september-manifestaties ongetwijfeld beter verzekerd. Vermeldenswaard is nog het feit dat onmiddellijk na de plechtigheid aan het monument de aanwezigen door de Stad Antwerpen uitgenodigd worden op een receptie op het Stadhuis, op het "Schoon Verdiep". Tijdens die receptie wordt aan de gehuldigde personen of zij die hen vertegenwoordigen door de burgemeester een stadmedaille op naam van de gehuldigde aangeboden. Op dit ogenblik telt het Inrichtend Comité zeventien leden, waaronder één voorzitter, één ondervoorzitter en één secretaris. Enkele leden zijn belast met één of meerdere specifieke taken zoals o.a. de "relaties met de zeemanskerken" en het "protocol". Sedert de oprichting, en vooral na WO II, heeft het Comité voor het organiseren van de jaarlijkse manifestaties steeds kunnen rekenen op de volle medewerking van de militaire en burgerlijke Overheden. Zo stelt het Militair Commando van de Provincie Antwerpen enkele militairen ter beschikking en de Marine doet het nodige om haar muziekkorps de plechtigheid te laten opluisteren. Nautilus, oktober 2013 305 De Stad Antwerpen zorgt voor de nodige tribunes, vlaggenmasten en vlaggen, spreekgestoelte en geluidsinstallatie. De Antwerpse Politiediensten zorgen voor het vrijhouden van de site en het vlot verkeer. Zonder deze steun, maar ook zonder de giften van openbare diensten, maritieme firma's, vaderlandsminnende verenigingen en sympathisanten zou het onmogelijk zijn de jaarlijkse plechtigheden met de gepaste luister te organiseren. Uitreiking van de stadmedaille door de Burgemeester Herdenkingsplechtigheid in St Pauluskerk september 2012 Bij de jaarlijkse activiteiten van het Comité wordt ook naar de mate van het mogelijke de jeugd betrokken zoals studenten van de Hogere Zeevaartschool en leerlingen van Cenflumarin, leden van het Marine Kadettenkorps en van andere jeugdverenigingen. Zij hebben ongetwijfeld ook steeds mee bijgedragen tot het sfeervol verloop van de plechtigheden. Kapt.l.o. R. Smet - februari 2013 ZEEBRUGGE EEN NETWERK • 2 miljoen TEU • 1,7 miljoen nieuwe wagens VOOR EUROPA • 12,5 miljoen ton roro-ladingen • 20 dagelijkse verbindingen met het V.K., Scandinavië en Zuid-Europa • uitstekende distributiemogelijkheden in de Maritieme Logistieke Zone Havenbestuur Zeebrugge Isabellalaan 1 - B - 8380 Zeebrugge Tel. +32/50/54 32 11 - Fax +32/50/54 32 24 www.portofzeebrugge.be - [email protected] ©www.mbz.be - ©www.henderyckx.com nautilus_2013.indd 1 306 24/01/2013 16:26:09 Nautilus, oktober 2013 DAB VLOOT DAB VLOOT DOOP NIEUW VAARTUIG “PIERRE PETIT” _________ Op dinsdag, 17 september heeft Mevrouw Wivina Demeester-De Meyer in Antwerpen het nieuwe vaartuig Pierre Petit in gebruik genomen. De Pierre Petit zal ingezet worden voor metingen op de Schelde waardoor nog beter zal kunnen nagegaan worden of de diepte van de Schelde wel is wat afgesproken werd. Vlaanderen toont hiermee aan dat zij veel belang hecht aan de Scheldevaart en vooral aan de veiligheid van diezelfde Schelde. De Pierre Petit is een multifunctioneel meetvaartuig dat op termijn de oude en verouderde Scheldewacht 2 (32 jaar oud) zal vervangen. De Scheldewacht 2 werd vele jaren ingezet voor onder andere de Hogere Zeevaartschool, het waterbouwkundig labo maar ook voor de Vlaamse hydrografie. Ook de Pierre Petit zal als multifunctionele catamaran met gespecialiseerde meetapparatuur, ingezet worden om metingen uit te voeren op de Schelde en op het Vlaams deel van het kanaal Gent-Terneuzen. Door haar multifunctioneel karakter zal het vaartuig ook kunnen ingezet worden in de kustwateren. De Pierre Petit zal o.a. dieptemetingen uitvoeren waarbij gebruik gemaakt wordt van akoestische meetsystemen zoals ‘single beam’ en ‘multi beam’ apparatuur. De meetresultaten kunnen worden verwerkt tot peilplannen. De peilplannen en zeekaarten van de Vlaamse hydrografie (entiteit van het agentschap MDK) worden gebruikt voor het verzekeren van een veilige scheepvaart, bij infrastructuurwerken, voor het aansturen van baggerwerken, enz… In het kader van de opdrachten van het Waterbouwkundig Labo om o.a. de veiligheid van de scheepvaart te verbeteren, zal de Pierre Petit net zoals Scheldewacht 2 ook ingezet worden voor staalnames (o.a. studie van de interactie tussen waterbewegingen en transport van sediment). Voor het bepalen van de karakteristieken van water- en sedimentstalen beschikt het Waterbouwkundig Laboratorium van het departement Mobiliteit en Openbare Werken over een sedimentologisch laboratorium. Het nieuwe vaartuig draagt de naam van Pierre Petit die directeur was van de Vlaamse hydrografie in de jaren 1884 tot 1893. Hij was permanent commissaris voor toezicht op de Scheldevaart van 1885 tot 1893 en was ook voorzitter van de examenjury van de toenmalige Hogere Zeevaartschool. Vaartuig De Pierre Petit is gebouwd op de Spaanse werf Rodman Polyship, is 22,80m lang, 6,50m breed en heeft een diepgang van 1,28m. De kostprijs bedraagt een kleine 2,5 miljoen euro. Het vaartuig werd gebouwd onder toezicht van de Belgische vlaggenstaat en Lloyds Register of Shipping. Als ‘catamaran’ kan de Pierre Petit iets sneller varen (maximaal 22 knopen) en is zijn koersstabiliteit en manoeuvreerbaarheid optimaal, wat gezien de hiervoor vermelde opdrachten, zeer belangrijke eigenschappen zijn. Nautilus, oktober 2013 307 Net zoals andere nieuwe vaartuigen van VLOOT is de Pierre Petit opgevat als een duurzaam en groen vaartuig. Ze vaart, net zoals alle andere vaartuigen van VLOOT, op zwavelarme brandstof. Er is ook warmterecuperatie op de motoren voorzien voor de verwarming van de verblijven maar er is ook aandacht geweest voor andere kleinere ‘groene’ details (vb. het bannen van gloeilampen aan boord, ..). Modernisering VLOOT In haar beleidsnota bevestigde Vlaams minister Hilde Crevits de continue modernisering van de overheidsvloot als één van haar strategische doelstellingen binnen haar beleid. VLOOT is als rederij gespecialiseerd in het management van vaartuigen (technisch, operationeel, nieuwbouw) binnen de overheidsniche. VLOOT stelt 560 personeelsleden te werk en beheert 45 vaartuigen. De laatste jaren heeft VLOOT ook met een aantal opvallende realisaties haar sterkte bevestigd en uitgebouwd (vb. het zeewetenschappelijk onderzoeksvaartuig Simon Stevin, de boeienlegger en emergency response vaartuig Zeeschelde en de SWATH’s). Als rederij moet VLOOT ook zelf steeds de tering naar de nering zetten en continu streven naar optimalisaties. Dit betekent dat ook de Pierre Petit enkel gerealiseerd kon worden dank zij de interne besparingen en efficiëntiewinsten binnen de standaard onderhouds- en vervangingsbudgetten van VLOOT en een marktconforme werking. Technische steekkaart Scheepswerf: Rodman Polyship (Vigo – Spanje) Bouwjaar: 2013 LOA: 22.80m BOA: 6.50m Diepgang: 1.28m Snelheid: 22kn GRT: 77 t. Motoren: 2x Volvo D16 C-C MH Schroeven: 2x 4 blad schroef (vaste spoed) Reder: VLOOT Thuishaven: Antwerpen Opdrachten: hydrografie Persmededeling DAB Vloot Navigatie: Dieptemeter: Furuno FE-700 AIS: Furuno FA-150 Windmeter: Aimar CS4500 Communicatie: VHF 2x Sailor RT-6222 Radar: Furuno FAR-2117 Satelietkompas: Furuno SC-50 ECDIS: Furuno FEA-2107 NAVTEX: Furuno NX-700B DGPS: 2x Furuno GP-150 GMDSS EPIRB: Jotron Tron 30 GPS SART: Jotron Tron Sart 20 THE BIGGEST (sofar…) The 18.720 TEU ULCV ‘Maersk Mc-Kinney Møller’ entering Europort Rotterdam on 16 August 2013 308 Photo: Arjan Elmendorp Nautilus, oktober 2013 WE ARE ALWAYS THERE WHEN YOU NEED US! s s i el-, e ic te rv s: s e S air ine rep rks r a M age l wo c a y e vit f vo ctric a o le N s inds -, e r i pa k ng , re all iggi tion rs e in , r c u g d a str de con ed wel oy lise ipe , v s p a ifi air all eci e-, rep g, cert g p n n s gi in di wel ng, fitt en i pip ps, s, pum e n i g n ers e engine winches , turbo’s cargogear repair, rigging, testing electri c contro ians general , crane ls, alar s, ms t en NAVITEC MARINE SERVICES nm lig ra se la car g bra olash cke i ts, ng we m cha ld ins ing o of ach f Dm pu in ring illi m ing s, ng ps a , b , r nd or eb tu in us rn g h in in g g, m sha et ft al s, sp re ra co y, n tu dit rn io in nn g, in g “Class approved marine workshop” Haven 215 Emdenweg 17 B-2030 Antwerp Tel +32 (0) 3 542 31 31 • fax +32 (0) 3 542 31 30 Nautilus, oktober 2013 email [email protected] • website www.navitec.be B U R E A U V E R I T A S 309 WATERERFGOED WATERERFGOED PATRIMOINE MARITIME PATRIMOINE MARITIME Geen draagvlak voor varende replica “NEW BELGICA” AFGEZWAKT TOT MUSEUMSCHIP _________ BOOM - Het project dat op 23 september 2011 met veel omhaal werd aangekondigd als de bouw van een zeewaardige replica van de historische driemaster en zuidpoolvaarder Belgica uit 1896, blijkt twee jaar later te zijn afgezwakt tot nietvarend museumschip. En het valt nog te bezien of het schip stilliggend drijvend in een dok of stilstaand op de wal zal te bezichtigen zijn. Een en ander werd dinsdag 3 september duidelijk na een persconferentie in Boom ingericht door Dassault Systèmes, die CATIA 3D-software ontwikkelde waarmee scheepsarchitect Stefan Vennekens alle plannen voor de New Belgica had getekend. Ter afsluiting van de voorstelling was ook een bezoek voorzien aan de New Belgica-werf maar die werd afgelast; naar verluidt omdat Eddy Stuer, bezieler van het project, ziek was. Maar Rudi De Meyer, voorzitter van de vzw De Steenschuit, optredend als bouwheer, tapt uit een heel ander vaatje: “Er was ook niet veel te zien want van 64 spanten voor de replica waren er na twee jaar bouwen nog maar vier afgewerkt. Aan dat tempo zou het schip mogelijk eerst in 2040 vaarklaar zijn geweest. Overigens werd Vennekens bedankt voor zijn diensten en in zijn plaats werd Pollux Engeneering aangesteld. Van de aankoop van de CATIA-software van Dassault werd eveneens afgezien. Het project werd ook helemaal herdacht en een nieuw business-plan werd opgesteld waarbij de kosten, eerst begroot op 8,5 miljoen euro maar gestegen tot 22 miljoen euro, thans worden herleid tot vier à zes miljoen euro en met een bouwtijd van circa zes jaar. Na twee jaar bouwen werden van de New Belgica nog maar vier spanten op de kielbalk geplaatst. (Foto De Steenschuit) We zullen alleen nog inzetten op de sociale doelstelling van het project: langdurig en ongeschoolde werklozen uit de Rupelstreek een stiel aanleren en hen tevens werkattitudes bijbrengen.” Volgens het oorspronkelijk opzet zou de New Belgica, naast de zeilen, ook worden uitgerust met een experimentele waterstof motor. Het schip zou de herinnering aan de legendarische Zuidpoolexpeditie van Adrien de Gerlache in België levendig houden maar ook als klimaatpionier de hele wereldrondvaren. Er werd alleen geen reder gevonden om de New Belgica uit te baten als cruiseschip. De Marine was wel bereid om het schip gedurende veertig dagen per jaar te charteren dan wel in juli en augustus; als iedereen wel eens graag een zeiltochtje maakt. Rudi De Meyer maakt ook gewag van “verlammende discussies” met de overheid en met het classicifatiebureau Veritas, die aan de replica steeds hogere en duurdere eisen stelde waardoor de vzw, gesponsord door overheden en privé, dreigde failliet te gaan. Sponsoring door de provincie Antwerpen werd inmiddels al stopgezet. Nu is het zeker dat de New Belgica nooit zal varen. Alle spanten, wrangen en de beplankingen worden wel nog op de werf De Steenschuit in Boom vervaardigd maar zullen over de weg naar Antwerpen worden vervoerd om er op de oude droogdokken-site te worden geassembleerd. Aan de Rupel in Boom (Noeveren) kan het zelfs niet te water worden gelaten omdat de geplande weg naar de Rupel niet wordt aangelegd. Het schip zal mogelijk zelfs nooit drijven maar bovengronds worden opgesteld op de site van de oude droogdokken waar ook een nieuw scheepvaartmuseum zou worden gebouwd. 310 Nautilus, oktober 2013 Zo zou de New Belgica er hebben uitgezien volgens de plannen die de 3D software van Dassault Systèmes werden ontworpen. (Foto Dassault) Van de geplande accommodatie worden alleen de kajuit van de Gerlache geconstrueerd, het labo en de slaapplaats van de matrozen; als herinnering aan de historische Zuidpoolexpeditie van 1896. Hoe is het de echte Belgica vergaan? Die is inderdaad letterlijk vergaan toen het in mei 1940 in de baai van Brurvik, nabij de Noorse havenstad Harstad door de Luftwaffe van nazi-Duitsland werd gebombardeerd. Daar werd het wrak in 1990 op een diepte van twintig meter door duikers ontdekt. In 2006 werd in België een Belgica Genootschap opgericht die het wrak wil bergen. Maar dat is een ander verhaal. (JG) Bron: Schuttevaer De Gerlache l Nieuw: Schooltjalk de Gerlache l Gezelschappen tot 30 personen l l Zowel korte vaarten als lange reizen al dan niet met catering Brabo 20 l Kan op motor als onder zeil varen l l l Geschikt voor rondvaarten met groepen tot 18 personen Ideaal kader om op een exclusieve manier de haven te ontdekken Andere vaargebieden / bestemmingen zijn uiteraard ook mogelijk Volledig uitgeruste keuken Verdere inlichtingen: cvba BRABO - Stieven Rottier - tel. 03/205.94.39 - [email protected] - www.brabo.com Nautilus, oktober 2013 311 MARITIEME GESCHIEDENIS MARITIEME GESCHIEDENIS HISTOIRE MARITIME HISTOIRE MARITIME D’ANVERS A ELLIS ISLAND AVEC LA RED STAR LINE ! _________ Entre 1815 et 1940, soixante millions d’émigrants quittèrent l’Europe en bateau, la plupart à destination des Etats-Unis et du Canada, pour y chercher de meilleures conditions de vie. Parmi ceux-ci, près de 2.500.000 transitèrent par Anvers, la majorité d’entre eux étant des Juifs venant d’Allemagne et des pays de l’Est. Mais il y eut aussi plus de 200.000 Belges qui s’embarquèrent comme eux, à bord des navires de la Red Star Line qui assurèrent entre 1873 et 1934, une liaison directe avec New York et Philadelphie. Cet armement fut fondé en 1872 sous le nom de Société Anonyme de Navigation Belge Américaine – SANBA à l’initiative d’armateurs américains (Jules Bernard von der Becke en William Edward Marsily) et de partenaires belges, dans le but de ère ème ème transporter des touristes (1 et 2 classe) et des émigrants, pauvres, (3 classe) à l’aller et du pétrole au retour. Toutefois, la législation américaine n’autorisant plus ce type de cargo à bord de liners, la compagnie se spécialisa dès lors dans le transport, fort rémunérateur, de passagers. A cette époque la Red Star Line avait des bureaux dans toutes les grandes villes d’Europe où les candidats au voyage pouvaient acheter un billet comprenant le voyage en train vers Anvers, le logement éventuel avant le départ, la traversée et le billet de train américain vers leur destination finale. A l’apogée de sa gloire commerciale en 1913, la Red Star transporta 117.000 passagers (dont 90.000 en 3 les Etats-Unis, à raison de deux départs hebdomadaires du Rijnkaai à Anvers. ème classe) vers Malgré les conditions de confort souvent sordides, -- les émigrants entassés dans les cales, sujets aux mal de mer, devaient rester strictement à l’écart des passagers plus fortunés -- la traversée, d’une durée moyenne de 10 jours, n’était qu’une partie de l’aventure. En effet, après avoir vendu tous leurs biens, ils devaient entreprendre un long voyage en train jusqu’au port d’embarquement. ® Coll. Janssens RSL Là, ils ne pouvaient embarquer qu’après avoir subi de nombreux contrôles dans les bâtiments anversois de la Red Star et que leur (maigre) bagage y ait été désinfecté dans de vastes autoclaves. 1 Ensuite, au port de destination, avec comme escale obligée Ellis Island (New York) , ils leur fallait encore passer avec succès, cette porte d’entrée des Etats-Unis. Les contrôle qui y durait de deux à cinq heures, étaient particulièrement rigoureux. Les anarchistes, les polygames, les prostituées, les femmes enceintes et non mariées, ceux qui n’étaient pas en état de travailler ou qui souffraient de trachome (infection oculaire bactérienne contagieuse menant à la cécité), étaient irrémédiablement refoulés (2% entre 1892 et 1924) … au frais de l’armement ! Toute une époque ! Afin que ne s’oublie cette partie de notre passé et celui de la Red Star Line qui fut un des fleurons de notre histoire maritime belge, un remarquable et très didactique musée s’est ouvert, fin septembre dernier à Anvers, op ’t Eilantje, dans les anciens 2 locaux de la Red Star Line entièrement restaurés . Au travers d’objets, de témoignages et autres éléments interactifs, on y entreprend un voyage mouvementé sur les traces des émigrants. Remarquablement conçu sur le plan architectural et richement illustré, on y découvre de nombreux objets du collectionneur Robert Vervoort, des œuvres d'art prêtées par le KMSKA et le MAS. 312 Nautilus, oktober 2013 De même que le piano du compositeur émigré Irving Berlin (1888-1989) prêté par ses descendants. Et des legs personnels aussi, d’émigrants ou de ère touristes de 1 classe qui eurent pour nom Fred Astair, le chimiste belge Léo Baekeland, la famille de l’ambassadeur Sam Fox, la féministe Sonia Pressman Fuentes, Albert Einstein, Golda Meir, etc. Sans oublier des œuvres du peintre anversois Eugeen Van Mieghem, dont les parents tenaient un café en face des bâtiments de la Red Star et dont les files de misère inspirèrent profondément son œuvre. ® Fr. Philips Et même si dans ce fabuleux musée, qui se veut de dimension internationale, toutes les légendes explicatives visuelles ne sont pas traduites (mais disponibles en d’autres langues usuelles via iOs et autres plateformes Java, dit-on), la découverte de ce lieu de mémoire dédié à l’histoire de l’humanité et à ses séculaires mouvements migratoires, est une réflexion pour tous. Et aussi le missing link entre notre métropole et Ellis Island, cet american dream de million d’immigrants. Freddy Philips - Membre de l’Académie Royale de Marine de Belgique. 1. 12.000.000 d’émigrants y transitèrent entre 1892 et 1924. 2. www.redstarline.be ® Vrienden van de RSL ® Fr. Philips Nautilus, oktober 2013 313 BELGISCHE BELGISCHE KUST KUST BELGISCHE KUST COTEBELGE BELGE COTE COTE BELGE MRCC: MRCC: HOOFDKWARTIER VAN DE DE HOOFDKWARTIER VAN REDDENDE ENGELEN REDDENDE ENGELEN _________ _________ Dereddingsdiensten reddingsdiensten die die opereren opereren aan de kust en dede De en op op zee zee zijn zijn vrij vrij bekend bekendbij bijhet hetgrote grotepubliek. publiek.Redders Reddersopophet hetstrand, strand, iconische Sea Sea Kings, Kings, snelle snelle reddingsboten reddingsboten en andere dede iconische andere hulp hulp springt springt nu nueenmaal eenmaalininhet hetoog. oog.Maar Maarhet hetzenuwcentrum zenuwcentrumdat dat reddingsoperaties coördineert coördineert is veel minder bekend. reddingsoperaties bekend. Het Het Maritiem Maritiem ReddingsReddings- enen Coördinatiecentrum Coördinatiecentrum (MRCC) is gevestigd onze (MRCC) is gevestigdininOostende Oostendeenenbewaakt bewaakt onze kustzone kustzone24/7. 24/7. Het Hetbeschikt beschiktdaartoe daartoeover overspeciaal speciaalopgeleid opgeleidpersopersoneel en de meest moderne technologie. neel en de meest moderne technologie. Het hét centraHetcentrum centrumisisdan danook ookniets nietsminder minderdan dan hét centralelemeldpunt voor alle incidenten3 op zee. meldpunt voor alle incidenten3 op zee. Het gebied wordt dan ook wel de “11e provincie” Het gebied wordt dan ook wel de “11e provincie” genoemd. De Belgische territoriale wateren omvatgenoemd. De Belgische territoriale wateren omvatten een oppervlakte vergelijkbaar met Westten een oppervlakte vergelijkbaar met WestVlaanderen en behoren tot de drukst bevaren geVlaanderen en behoren tot de drukst bevaren gebieden ter wereld. bieden ter wereld. Dit deel van de Noordzee is bovendien relatief onDit deel van de Noordzee is bovendien relatief ondiep, bezaaid met oude scheepswrakken en doordiep, bezaaid met oude scheepswrakken en doortrokken van allerhande nutsvoorzieningen, zoals trokken van allerhande nutsvoorzieningen, zoals communicatiekabels en gasleidingen. communicatiekabels en gasleidingen. Er wordt ook heel wat gebaggerd en de kust bevat natuurlijk veel waterrecreatie, waaronder zwemmers, surfers, zeilers, Er wordt ook heel wat gebaggerd de ook kustenergiewinning, bevat natuurlijkzandveelen waterrecreatie, waaronder zwemmers, surfers, zeilers, motorbootvaarders en duikers. (…) en Maar grindwinning en milieubescherming eisen hun plaats motorbootvaarders en duikers. (…) Maar ook energiewinning, zanden grindwinning en milieubescherming eisen hun plaats op. Heel wat belangen op een relatief kleine oppervlakte dus, en dat betekent noodgedwongen permanente waakzaamheid. op. Heel wat belangen op een relatief kleine oppervlakte dus, en dat betekent noodgedwongen permanente waakzaamheid. Centraal meldpunt in nood Centraal meldpunt in nood van de Afdeling Scheepvaartbegeleiding, een belangrijke partner van de Kustwacht. Het cenHet MRCC is een onderdeel Het is een onderdeelrol van Scheepvaartbegeleiding, eentebelangrijke partnerAls vanerde Kustwacht. centrumMRCC heeft een permanente omdeal Afdeling dat drukke verkeer en die activiteiten helpen bewaken. een zwemmer Het of een trum heeft een permanente rol omeen al dat drukkeuitzendt, verkeer en dieberoepsschepen activiteiten te helpen Als er gesignaleerd een zwemmerwordt, of een surfer in nood is, een motorjacht PANPAN twee botsenbewaken. of een olievlek surfer nood is, een PANPAN uitzendt, maatregelen twee beroepsschepen dan isinhet MRCC er alsmotorjacht de kippen een bij om de noodzakelijke te treffen. botsen of een olievlek gesignaleerd wordt, dan is het MRCC er als de kippen bij om de noodzakelijke maatregelen te treffen. (…) (…) Reddingsdiensten uitsturen Reddingsdiensten uitsturen Het coördinatiecentrum luistert continu de internationale noodfrequenties uit zodat een noodoproep onmiddellijk wordt ontHet coördinatiecentrum luistert de of internationale uitEPIRB zodat een noodoproep onmiddellijk wordt ontvangen. Dat gebeurt niet enkelcontinu via VHF middengolf. noodfrequenties Signalen van een (Emergency Position Indication Radio vangen. gebeurt niet enkel via VHF of middengolf. Signalen vannoodvuurpijl een EPIRBwaarnemen (Emergency Position Beacon)Dat worden per satelliet automatisch gemeld, en mensen die een melden dat Indication eveneens Radio aan het MRCC. Beacon) worden per satelliet automatisch gemeld, en mensen die een noodvuurpijl waarnemen melden dat eveneens aan het MRCC. Maar het centrum krijgt ook veel “gewone” telefoontjes met noodoproepen. Liefst 70% van de oproepen komt overigens van waterrecreanten. eenveel oproep binnenkomt analyseert nautische verkeersleider het incident. Draaiboeken en proceMaar het centrum Zodra krijgt ook “gewone” telefoontjes met de noodoproepen. Liefst 70% van de oproepen komt overigens van dures zorgen ervoor dateen er snel en efficiënt kan worden gereageerd. Het komt er dan ookhet opincident. aan zo snel mogelijk de waterrecreanten. Zodra oproep binnenkomt analyseert de nautische verkeersleider Draaiboeken enjuiste proce1 hulpdiensten in werking tesnel latenen treden. dures zorgen ervoor dat er efficiënt kan worden gereageerd. Het komt er dan ook op aan zo snel mogelijk de juiste 1 hulpdiensten in werking te laten treden. Veel werk in de zomer. Naargelang ongeval of incident wordt een bepaalde procedure in werking gezet. Het centrum heeft geen eigen Veel werk inhet de soort zomer. reddingsboten helikopters, werkt nauw met partners binnen in dewerking kustwacht, die varende en vliegende eenheNaargelang hetofsoort ongevalmaar of incident wordtsamen een bepaalde procedure gezet. Het centrum heeft geen eigen den snel kunnen inzetten. reddingsboten of helikopters, maar werkt nauw samen met partners binnen de kustwacht, die varende en vliegende eenheden snel kunnen inzetten. Onze kust kent tegenwoordig drie reddingsstations: Ship Support in Nieuwpoort, VLOOT in Oostende en de Vrijwillige Blankenbergse Zeereddingsdienst. Dereddingsstations: reddingshelikopters van het 40e (deVLOOT legendarische Sea Kings worden Onze kust kent tegenwoordig drie Ship Support in Smaldeel Nieuwpoort, in Oostende en de zullen Vrijwillige Blanvervangen door de NH90) vertrekken vanaf de luchtmachtbasis in Koksijde. kenbergse Zeereddingsdienst. De reddingshelikopters van het 40e Smaldeel (de legendarische Sea Kings zullen worden vervangen door de NH90) vertrekken vanaf de luchtmachtbasis in Koksijde. Het MRCC staat onder operationele leiding van kapitein Réjanne Gyssens, die kan beschikken over een team van zestien medewerkers. Vooral tijdens de zomermaanden is er veel werk aan de winkel. Omdat er dan veel toeristen zijn aan zee en Het MRCC staat onder operationele leiding van kapitein Réjanne Gyssens, die kan beschikken over een team van zestien veel waterrecreatie en pleziervaart. medewerkers. Vooral tijdens de zomermaanden is er veel werk aan de winkel. Omdat er dan veel toeristen zijn aan zee en veel 314 waterrecreatie en pleziervaart. Nautilus, oktober 2013 Motorpech en ander onheil. Heel wat oproepen die het MRCC bereiken hebben te maken met pleziervaart, en niet zelden gaat het om motorpech. In juli 2012 werden 29 tussenkomsten voor dergelijke noodsituaties genoteerd.(…) 1 adres voor al uw drukwerk! Maar ook vermiste personen zorgen geregeld voor werk. In dezelfde maand werden maar liefst 24 personen als ver2 mist opgegeven. Dikwijls gaat het om tussen toeristen verdwaalde kinderen die vanzelf worden teruggevonden, maar het MRCC aarzelt nooit om, indien nodig, alle bruikbare middelen, zoals een reddingshelikopter, in te zetten. In juli vorig jaar werden ook vier baders in nood geholpen en werd bijstand verleend aan twee vaartuigen die explosieven hadden opgevist. De vloot reddingsboten van de varende SAR-eenheden ligt sinds vorig jaar overigens permanent stand-by. Vroeger was dat enkel het geval bij stormwacht vanaf 7 Beaufort. Bron: extractie uit artikel verschenen in het tijdschrift VAREN, editie juni 2013, tekst Koen Vanderpoorten). handelsdrukwerk, folders, affiches, omslagen brochures, catalogi, firmakaarten, kalenders, ... 1)Hulpdiensten: om de nood-, hulp- en politiediensten vanaf voertuig, vaartuig of vliegende eenheden snel naar de plaats van het onheil te kunnen dirigeren, werd de database “Referentiepunten kust” ontwikkeld door de Scheepvaartpolitie op het MIK, dit in samenwerking met verschillende Kustwachtpartners. Deze database combineert plaatsnamen en geografische posities langsheen de kustlijn. Zie ook Waterkrant Zeester, editie augustus 2013, blz.2. (Bron: CP Filip Schamp, SPN Comdo/MIK). 2) Vermist: op het ogenblik dat personen als vermist worden opgegeven licht het MRCC onmiddellijk het MIK in waar de scheepvaartpolitie, als voorpost van de Cel Vermiste Personen van de Federale Politie, instaat voor de verdere opvolging en de contacten met Nederland, Frankrijk en de UK (m.b.t. de ante- en postmortemgegevens en de mogelijke identificatie van slachtoffers). DRUK-CLB_advertentie_zeemanscollege_105x148mm_zw_V2.pdf 1 26/11/12 Kapelsesteenweg 395 2180 Ekeren - Donk T. +32 3 232 03 70 F. +32 3 226 43 37 [email protected] www.dirixvanhoof.be 14:19 C M Y CM MY CY CMY Nautical charts & publications Safety equipment Navigation equipment K Oude Leeuwenrui 37 2000 Antwerpen tel: 03/213.41.70 email: [email protected] Nautilus, oktober 2013 315 DE DE BELGISCHE BELGISCHE VLAG VLAG VAN VAN TOEN TOEN PAVILLON BELGE AUTREFOIS LELE PAVILLON BELGE AUTREFOIS ALS EERSTE TOLVRIJ DE SCHELDE OP: “MARNIX DE STE. ALDEGONDE” _________ De Scheldetol die vanaf 1839 en tot in 1863 door Nederland geheven werd voor de schepen die de Schelde op- en afvoeren, betekende voor de Belgische regering een buitengewoon zware financiële last. België betaalde immers zelf de tol die door buitenlandse schepen verschuldigd was. Door het verdrag van 12 mei 1863 werd aan die toestand een einde gesteld. Het bepaalde dat aan Nederland een eenmalig en enorm bedrag moest overgemaakt worden (huidige waarde bijna 199.000.000 €), waarna verder en ten eeuwige titel voor de vaart op de Schelde geen tol meer zou geheven worden. Op 16 juli werd door België en een 26-tal maritieme staten overeengekomen dat België aan Nederland ongeveer een derde van het bedrag zou betalen, terwijl de andere staten het saldo voor hun rekening namen. De afkoping van de tol betekende een stimulans voor de verdere erkenning van de haven van Antwerpen als belangrijke en gestaag groeiende haven. Op 1 augustus had dan ook een grootse viering plaats die georganiseerd werd door de Antwerpse Kamer van Koophandel. In de literatuur beteffende de feesten die gepaard gingen met de afkoping van de Scheldetol wordt telkens het Belgisch volschip “Marnix de Ste.Aldegonde” genoemd, dat als allereerste vaartuig de Antwerpse haven verliet onder het nieuw en tolvrij regime. Over het schip zelf worden verder geen bijzonderheden vermeld. Aangezien de “Marnix de Ste.Aldegonde” echter toch een enigszins speciale plaats inneemt in de geschiedenis van onze koopvaardij, volgt hier een korte beschrijving van het schip. Volschip “Marnix de Ste. Aldegonde” Op de werf van Louis Marguerie, gelegen aan de Kattendijk, werd in 1858 de kiel gelegd. Er was nog geen koper. Feitelijk werd het vaartuig gebouwd “on spec”, hetgeen betekende dat de scheepsbouwer speculeerde op het feit dat na verloop van tijd wel een reder zou opdagen om het schip te kopen. In maart 1860 was de bekende componist en pianovirtuoos Henry Litolff op bezoek in Antwerpen. Tijdens een bezoek aan de scheepswerf van Marguerie werd beslist het schip “Litolff” te noemen, als blijk van sympathie en bewondering voor de illustere virtuoos. Het duurde nog geruime tijd vooraleer een koper werd gevonden voor de op stapel staande nieuwe scheepsromp. In 1862 was het dan toch zover: rederij T.C.Engels & Co.kocht de “Litolff”, liet het schip afwerken en herdoopte het in “Marnix de Ste.Aldegonde” (burgemeester van Antwerpen tijdens het beleg en de val van 1584/1585). Op 28 april 1863 had de tewaterlating plaats. De krant Le Précurseur schreef lovende woorden: “Tous les hommes compétents, qui ont été à même de voir le Marnix, en louent la bonne et solide construction; ses formes gracieuses, bien appropriées à la navigation transatlantique, annoncent un excellent voilier.” Er was veel volk komen opdagen om het gebeuren te bekijken, want het was al lang geleden dat in Antwerpen nog een zeilschip van stapel was gelopen. Het laatste was immers het volschip “Constant”, dat op 3 oktober 1857 tewater was gelaten. De “Marnix de Ste.Aldegonde” was bovendien het allerlaatste groot vierkant getuigd zeilschip dat in ons land gebouwd werd voor de koopvaardij. Indien men bedenkt dat in Europa, de Verenigde Staten en Canada na 1863 en nog gedurende tientallen jaren duizenden traditionele zeilschepen gebouwd werden, lijkt het toch bijzonder eigenaardig dat in ons land reeds zo vroeg een einde werd gesteld aan de lokale nieuwbouw van grote zeilschepen. Ook al groeide Antwerpen uit tot één van de grootste wereldhavens, toch bestond om diverse redenen in België weinig interesse voor een eigen koopvaardijvloot. Zelfs nieuwbouw van stoomschepen evolueerde erg traag tijdens de 19e eeuw. Het was pas tijdens de allereerste jaren van de 20e eeuw dat er langzaam schot kwam in de uitbouw van een belangrijkere eigen koopvaardijvloot. 316 Nautilus, oktober 2013 Theodoor Engels, de reder van de “Marnix de Ste.Aldegonde”, was afkomstig uit Amsterdam en was in 1859 in Antwerpen begonnen met een eigen rederij. In totaal bezat hij 11 zeilschepen, waarvan er benevens de “Marnix de Ste.Aldegonde” slechts twee andere in België gebouwd werden, nl. in 1857. In 1891 werden zijn laatste twee zeilschepen aan buitenlandse reders verkocht. In 1870 was ook zijn eerste stoomschip in de vaart gekomen. Van de zeven volgende stoomschepen werd er slechts één in België gebouwd. In 1894 verging zijn laatste stoomschip en hield zijn rederij op van te bestaan. De eikenhouten “Marnix de Ste.Aldegonde” was getuigd als volschip en mat 600 bruto registerton. Het onderwaterschip was gedubbeld in koper en het schip was door Bureau Veritas gekeurd voor de lange omvaart. De geregistreerde afmetingen waren: lengte 42,50m en breedte 9,10m. Tot kapitein werd aangesteld de Bruggeling Joseph Couderé (°1827) die gedurende 7 jaren kapitein was geweest van de Belgische clipper “Cesar”. Couderé en de bemanning voor de “Marnix de Ste.Aldegonde” monsterden aan op 28 juli 1863 en vier dagen later hadden de feesten voor de afkoping van de Scheldetol plaats. De gloednieuwe “Marnix de Ste.Aldegonde” had de eer die dag, 1 augustus, als allereerste koopvaardijschip de Schelde af te varen. De bestemming was Valparaiso en de lading bestond uit stukgoederen. Engels zette zijn stoomschepen in op de vaart met vracht, passagiers en emigranten tussen Antwerpen en New York. Zijn zeilschepen bevoeren echter geheel andere routes: het Verre Oosten en ook enkele malen Montevideo en Buenos Aires. Spoedig kwam daar echter verandering in en Valparaiso werd veruit de belangrijkste bestemming. Een lijst van goederen die door de “Marnix de Ste.Aldegonde” werd ingeladen geeft een goed idee van welke producten destijds uit België werden geëxporteerd: zeep, cement, papier, nagels, speelkaarten, glaswerk, wapens, bier, zink, hop, kaas, suiker, kaarsen, kristal, genever en planken. Na het lossen van de stukgoederen in Valparaiso (en soms in het Peruviaanse Callao) zeilde men naar de haventjes waar ladingen Chilisalpeter werden ingenomen: Pisagua, Caleta Buena, Iquique, Tocopilla, Mejillones, Antofagasta, Taltal. Feitelijk waren deze havens, waar geen dokken bestonden en de schepen op de rede ten anker lagen, nog gelegen op resp. Peruviaans en Boliviaans grondgebied, totdat ze tijdens de “Salpeteroorlog” van 1879-1884 door Chili veroverd werden. Chilisalpeter (ook als “Chilinitraat” bekend) werd sinds de jaren 1830 gewonnen in de Atacamawoestijn, in het noorden van Chili, en werd in Europa en Amerika vooral als meststof gebruikt. Voor zeilschepen werd salpeter geleidelijk één van de belangrijkste vrachten. Salpeter was immers practisch altijd beschikbaar en het transport ervan was niet dringend en niet tijdsgebonden. Bekende firma’s die zich terdege hadden gespecialiseerd in het vervoer van salpeter met zeilschepen waren de Franse rederij A.D.Bordes & Fils en niet in het minst de Hamburgse Reederei F.Laeisz, overbekend als “the Flying P-Line”. In 1850 werd 26.000 ton uitgevoerd en in 1875 bedroeg de export reeds 250.000 ton. Na verloop van tijd zorgde de uitvoer van salpeter zelfs voor de helft van de Chileense overheidsinkomsten ! De “Marnix de Ste.Aldegonde” maakte in totaal 15 reizen: 13 maal naar Chili, éénmaal naar Montevideo en Buenos Aires en eenmaal een zeer lange reis naar het verre Oosten (juli 1869 tot augustus 1872, inclusief een periode van kustvaart in de Chinese wateren ). De “Marnix de Ste.Aldegonde” brak over de afstanden naar Valparaiso en terug uit Chili in de verste verte geen records, zoals de zeilschepen van Laeisz, maar maakte toch goede reizen. De langste uitreis duurde 126 dagen. De kortste nam daarentegen slechts 81 dagen in beslag en was dus behoorlijk korter dan het gemiddelde dat gewoonlijk op ongeveer 95 dagen werd bepaald. Voor de retourreizen vanuit de salpeterhavens naar Europa was de afstand langer dan de afstand vanuit Europa tot Valparaiso: de terugreizen varieerden dan ook van 99 tot 141 dagen en in een uitzonderlijk geval zelfs tot 162 dagen. Couderé maakte de eerste drie reizen als kapitein mee. Hij werd in 1866 opgevolgd door de Antwerpenaar Pierre Goedts (°1826, 5 reizen, incl.de zeer lange afwezigheid in het Verre Oosten). In 1873 kwam Oke Jepsen aan boord (°1819, afkomstig van het eiland Föhr, 3 reizen). De jonge Jürgen Jepsen (°1851, eiland Föhr) werd in 1878 de volgende kapitein. Hij had pas in maart in Antwerpen zijn kapiteinsbrevet behaald. Tijdens zijn tweede reis overleed hij te Valparaiso in maart 1881. Zijn eerste stuurman, Jürgen Salzer, bracht de “Marnix de Ste.Aldegonde” terug naar Europa. De laatste kapitein was Robert Schröder (°1843, geboren in Schwerin, 2 reizen). Aan de vijftiende reis van de “Marnix de Ste.Aldegonde” kwam op 15 oktober 1883 een einde toen het schip in Antwerpen toekwam. Nog tijdens dezelfde maand verkocht Engels zijn schip aan de Zweedse reder Johannes Lund. Helsingborg werd de nieuwe thuishaven. De Zweedse kapitein Carl Borg kwam aan boord en op 9 december verliet hij Antwerpen met Shields als bestemming. In juni 1884 kocht de Deense reder J.J.Lochman de “Marnix de Ste.Aldegonde” die inmiddels tot driemastbark was omgetuigd. Lochman veranderde de naam kortweg in “Marnix”. In december was de “Marnix” met een lading hout op weg van Skutskär (Zweden) naar Sevilla, maar strandde bij slecht weer in de nacht van 10/11 december nabij het eiland Schouwen en ging volledig verloren. Het MAS bezit een prachtig model van de “Marnix de Ste.Aldegonde” en tevens een uitstekend achterglasschilderij, toegeschreven aan C.L.Weyts, 1863. Luc Van Coolput (lid Koninklijke Belgische Marine Academie) Nautilus, oktober 2013 317 Klaar voor groots werk De haven van Antwerpen is de draaischijf van de Vlaamse en Belgische economie. Ze levert meer dan 61% van de toegevoegde waarde van de Belgische havens. Goed voor bijna 150.000 jobs! Door haar centrale ligging is Antwerpen uw toegangspoort tot Europa en daarom investeert ze continu in vooruitgang en innovatie. Als slimme haven staat Antwerpen hoog aangeschreven om haar snelle en kostenefficiënte multimodale verbindingen naar alle Europese industriële en commerciële centra. Antwerpen biedt als tweede haven in Europa capaciteit, productiviteit en dienstverlening. Klaar voor groots werk. www.portofantwerp.com 318 Nautilus, oktober 2013 YOUR RELIABLE PARTNER IN SHIP, RIG & CREW MANAGEMENT The Lowland International Group is specialised in ship, rig and crew management for the maritime sector, dredging and inland shipping. Diverse multinationals as well as medium-sized shipping companies, rigs and ship owners have been making use of our services since 1993. Through our offices in the Netherlands, Belgium, Switzerland, Ukraine, Romania, Bulgaria, Latvia and Norway, we work with hundreds of international employees. At this moment we are looking for: • Captains • Chief Officers • 2nd Officers • 3rd Officers • Chief Engineers • 2nd Engineers • 3rd Engineers • Apprentices in possession of all required qualifications for all types of vessels, seagoing, offshore and inland shipping. We offer good wages, full insurance, social security. If you are interested in what we have to offer, please contact us. Office Belgium St-Katelijnevest 61 bus 4 2000 Antwerpen T +32 3 227 31 85 F +32 3 227 31 82 E [email protected] www.lowland.com Nautilus, oktober 2013 319 BIBLIOGRAFIE (1) BIBLIOGRAPHIE BIBLIOGRAFIE (1) BIBLIOGRAPHIE BIBLIOGRAFIE (1)BIBLIOGRAPHIE BIBLIOGRAFIE (1) BIBLIOGRAPHIE Twee interessante maritieme kijkboeken over Britse en internationale scheepvaart : Twee interessante maritieme kijkboeken over Britse en internationale scheepvaart : Twee interessante maritieme kijkboeken over Britse en internationale scheepvaart : LOOKING BULK CARRIERS LOOKING BACK BACK AT AT & BULK CARRIERS LOOKING BACK AT & BULK CARRIERS BRISTOL CHANNEL SHIPPING MEMORIES & BRISTOL CHANNEL SHIPPING MEMORIES _________ BRISTOL CHANNEL SHIPPING MEMORIES _________ _________ Beide boeken, van de hand van de ervaren maritieme auteur Andrew Wiltshire, zou ik graag omschrijven als echte Beide boeken,scheepvaart van de hand van de Vooral ervarendan maritieme Andrew Wiltshire,want zouhet ik zijn graag omschrijven als echte "nostalgische kijkboeken". echt metauteur de nadruk op "kijken", natuurlijk de schitterende "nostalgische kijkboeken". Vooral dan echt met de nadruk op "kijken", want zijn van natuurlijk de schitterende Beide die boeken, van De de teksten hand van ervaren maritieme auteur Andrew Wiltshire, zouhet ik graag omschrijven als foto's het scheepvaart doen. zijnde beperkt en vereisen daarom ook niet een perfecte kennis het Engels watechte voor foto's die het doen. De teksten zijn beperkt en vereisen daarom ook niet een perfecte kennis van het Engels wat voor "nostalgische scheepvaart kijkboeken". Vooral dan echt met de nadruk op "kijken", want het zijn natuurlijk de schitterende sommigen onder ons een pluspunt is. sommigen onder ons De eenteksten pluspunt is. beperkt en vereisen daarom ook niet een perfecte kennis van het Engels wat voor foto's die het doen. zijn sommigen deze onder80 ons een pluspunt is. telkens iets meer dan 100 grote en kleinere foto's van zeer goede kwaliteit van allerlei Inderdaad pagina's bevatten Inderdaadvan deze 80 pagina's bevatten danschepen 100 grote kleinere foto's zeer goede kwaliteit van allerlei schepen weleer. Dit wil zeker niettelkens zeggeniets dat meer al deze nietenmeer varen. Hetvan is inderdaad een minderheid maar schepen van Ditschepen wil zeker nietnog zeggen dat al deze schepen nietenmeer varen. Hetvan is inderdaad een minderheid maar Inderdaad deze 80 pagina's bevatten telkens iets meer 100 grote kleinere foto's zeer goede kwaliteit van allerlei er zijn nog welweleer. "oudere" die steeds hun nutdan bewijzen. er zijn nog welweleer. "oudere" steeds hun nut bewijzen. schepen van Ditschepen wil zekerdie nietnog zeggen dat al deze schepen niet meer varen. Het is inderdaad een minderheid maar er zijn de nogtitel welvan "oudere" schepen nog steeds hun het nut bewijzen. Zoals het eerste boek die duidelijk stelt, gaat hier over bulk carriers in alle soorten, formaten en nationaliteiten. Ik Zoals de titel van het eerste boek duidelijk stelt, gaat hetcarrier" hier over bulkbuiten carriers alle soorten, heb formaten engevonden. nationaliteiten. Ik dacht dat er een Nederlandse term bestond voor "bulk maar eeninomschrijving ik niets Zoals dacht dattitel er Engelse een term bestond voor "bulk maar buiten een omschrijving ik niets gevonden. Zoalsandere de van Nederlandse het woorden eerste boek duidelijk stelt, gaat het hier over bulk carriers alle soorten, formaten en nationaliteiten. Ik vele in de scheepvaart zijn zijcarrier" algemeen aanvaard eninworden zij ookheb dagelijks gebruikt, denkZoals bvb vele woorden in de bestond scheepvaart zijcarrier" algemeen aanvaard en worden zij ookheb dagelijks denkZoals bvb dachtandere dat "cruiseschip". er Engelse een Nederlandse term voor zijn "bulk maar buiten een omschrijving ik nietsgebruikt, gevonden. maar aan maar aan "cruiseschip". vele andere Engelse woorden in de scheepvaart zijn zij algemeen aanvaard en worden zij ook dagelijks gebruikt, denk bvb maar aanzijn "cruiseschip". De foto's genomen tussen 1960 en 1990 zodat een deel van deze oudere werkpaarden toch nog steeds in dienst is. Het De foto's genomen 1960 en 1990 zodat een deel van deze oudere toch nogmaar steeds in dienst is. Het gaat niet zijn enkel over de tussen echt gespecialiseerde vaartuigen voor het vervoer vanwerkpaarden graan en steenkool, werkelijk over het gaat nietalle enkel over de"losse" echt gespecialiseerde vaartuigen voor het vervoer vanwerkpaarden graan en steenkool, werkelijk over het De foto's zijn genomen tussen 1960 en 1990 zodat een deel van deze oudere toch nogmaar steeds in dienst is. Het vervoer mogelijke goederen. vervoer mogelijke goederen. gaat nietalle enkel over de"losse" echt gespecialiseerde vaartuigen voor het vervoer van graan en steenkool, maar werkelijk over het vervoer "losse" goederen. Elke fotoalle vanmogelijke het transportschip is voorzien van een beknopte beschrijving met enkele hoogtepunten uit de levensloop tot en Elke foto vanmeeste het transportschip is onvermijdelijke voorzien van een beknopte beschrijving met enkele hoogtepunten uit de levensloop tot en met - in de gevallen - de sloop. met foto - in van de meeste gevallen - de sloop. Elke het transportschip is onvermijdelijke voorzien van een beknopte beschrijving met enkele hoogtepunten uit de levensloop tot en met schip - in dedat meeste gevallen onvermijdelijke sloop. Stahl" die van 1986 tot in 2011 de grootste bulk carrier ter wereld Een mij opviel is de- de toen reusachtige "Berge Een schip is de toengestoten reusachtige Stahl" die van 1986 tot in 2011 de ruimen grootstemet bulkeen carrier terijzererts wereld was. Pas dat dat mij jaaropviel van de troon door"Berge de "Vale Brasil". Berge Stahl heeft tien totale was. Pas dat jaar van de troon gestoten door de "Vale Brasil". Berge Stahl heeft tien ruimen met een totale ijzererts Een schip dat mij opviel is de toen reusachtige "Berge Stahl" die van 1986 tot in 2011 de grootste bulk carrier ter wereld capaciteit van 199.324 kubieke meter! Eigenaar is P/R Bergesen met thuishaven Stavanger in Noorwegen. Het schip is capaciteit van kubieke meter! Eigenaar Bergesen thuishaven Stavanger in Noorwegen. Het ijzererts schip is was. Pas dat jaar vanin de gestoten door is deP/R "Vale Brasil". met Berge Stahl heeft tien ruimen met een totale voorzien om tot199.324 in 2016 detroon vaart te blijven. voorzien tot199.324 in 2016 kubieke in de vaart te blijven. capaciteitom van meter! Eigenaar is P/R Bergesen met thuishaven Stavanger in Noorwegen. Het schip is voorzien omboek tot inhandelt 2016 inindedevaart te blijven. Het tweede eerste plaats, maar niet uitsluitend, over schepen van Britse maatschappijen zoals Ellerman, Het tweede boek handelt in en de Palm eersteLine plaats, maar niet1960 uitsluitend, over schepen van maatschappijen zoals Ellerman, Clan, Everard, Blue Funnel uit de jaren en 1970. Dus nog voor deBritse algemene groei en overheersing van Clan, Everard, Blue Funnel Palm Line uit de jaren en 1970. Dus nog voor algemene groei en overheersing van Hetcontainer. tweede boek handelt in en de eerste plaats, maar niet1960 uitsluitend, over schepen vandeBritse maatschappijen zoals Ellerman, de de container. Clan, Everard, Blue Funnel en Palm Line uit de jaren 1960 en 1970. Dus nog voor de algemene groei en overheersing van de container. 320 Nautilus, oktober 2013 Dezelfde aanpak zoals in boek één in verband met de kleurfoto en beperkte levensloop van de schepen. Vanzelfsprekend ook veel illustraties van tankers, kustvaarders, sleepboten, baggerschepen, ferries en andere vaartuigen allerhande. Er zijn ook lichtschepen tussen en RFA vaartuigen (Royal Fleet Auxiliary). Kortom alle scheepvaart die te bewonderen viel op het kanaal van Bristol in de bewuste jaren. De lijst wordt beëindigd met twee zeilschepen van de Sail Training Association en die te zien waren in "Sail": "Winston Churchill" in dienst van maart 1966 tot in 2000 en sindsdien een privé jacht. "Malcolm Miller" idem van maart 1968 tot in 1999 met kleurfoto en ook later in dienst als privé jacht. Ik heb gelezen dat in Groot-Brittannië de kopers van dergelijke publicaties voor een groot deel mensen zijn die op deze schepen hebben gevaren, de echte "seafarers". Maar uiteraard ook familie en vrienden die zich de spannende verhalen van vader, grootvader of oom nog levendig herinneren. Voor België denk ik natuurlijk in de eerste plaats aan de doorwinterde "shiplovers" en zeker ook aan de verzamelaars van scheepsmaquettes groot en klein. Ik ben er van overtuigd dat in de formaten 1:1200 en 1:1250 zeker sommige schepen vereeuwigd zijn als maquette in de loop der jaren. Coastal Shipping Publications biedt een zeer uitgebreide keuze van scheepvaartboeken allerhande aan, zeker kijken op hun website of een katalogus aanvragen. Als u beslist één dezer publicaties aan te schaffen, wens ik u nu reeds echt veel en lang kijkplezier! Coastal Shipping Publications 400 Nore Road, Portishead Bristol BS20 8EZ UK Tel/Fax : 0044 1275 846178 www.coastalshipping.co.uk [email protected] Formaat : 241 x 195 mm (landscape format) Stevige hardbacks in kleur 80 pagina's - £ 16,00/per boek. Louis Van Cant - Vaste medewerker "Miniship Belgium" CAUSERIE en Het Koninklijk Belgisch Zeemanscollege Het Koninklijk Gallois Genootschap organiseren een causerie op donderdag, 24 oktober 2013 om 20u00 met als onderwerp Uitdagingen van de ‘Prestige’ door Kapt. Jef CUYT Secretaris-Generaal Koninklijk Belgisch Zeemanscollege Locatie: HOGERE ZEEVAARTSCHOOL - Noordkasteel Oost 6 - 2030 Antwerpen Alle leden en sympathisanten van harte welkom! Aansluitend aan de causerie bieden de organiserende verenigingen een drink aan. Gelieve uw aanwezigheid te bevestigen vóór 21 oktober 2013 Tel: 0477-44.09.02 - E-mail: [email protected] Nautilus, oktober 2013 321 BIBLIOGRAFIE (2)BIBLIOGRAPHIE BIBLIOGRAFIE (2) BIBLIOGRAPHIE Verhalen rond schepen uit de 19de en 20ste eeuw BELGIË OP ZEE _________ Zich bewust zijnde van de historische waarde van het rijke maritieme beeld- en tekstarchief dat de auteurs Flor Van Otterdyk en Luc Van Coolput over de jaren heen hebben opgebouwd met betrekking tot koopvaardijschepen die ooit de Belgische driekleur in de mast voerden, archief dat onbenut en ongekend in hun archiefkasten bleef liggen, vatte Kapt. Jef Cuyt, hoofdredacteur van het maandblad NAUTILUS, het maritiem magazine van het Koninklijk Belgisch Zeemanscollege (KBZ), de idee op om dit archief wereldkundig te maken door elke maand één verhaal te publiceren, alternerend van Flor Van Otterdyk (schepen van de 20 ste eeuw) en van Luc Van Coolput (schepen van de 19 de eeuw) onder de rubriek: ‘De Belgische Vlag van Toen – Le Pavillon Belge Autrefois’. In Nautilus van april 2005 verscheen de eerste bijdrage van Flor Van Otterdyk onder de titel „Zuid-Amerikaans trio‟, over de „Mar del Plata‟, de „Copacabana‟ en de „Piriapolis‟. De serie wordt tot op de dag van vandaag ononderbroken voortgezet, zodat er nu sinds april 2005 meer dan 90 artikels zijn verschenen. Het KBZ, beroepsvereniging van Belgische koopvaardijkapiteins en –officieren, draagt zodoende zijn steentje bij om de herinnering aan „België‟s Glorie‟ levendig te houden. Dit boek bevat een bloemlezing van de verschenen artikels, stuk voor stuk pareltjes van ongekende anekdotes en historische wetenswaardigheden waaraan de Belgische koopvaardij zo rijk is. Het begeleidend beeldmateriaal is grotendeels onuitgegeven en afkomstig uit de verzamelingen van de auteurs. Kapt. Jef Cuyt BELGIË OP ZEE wordt in december 2013 uitgegeven door De Vrienden van het Nationaal Scheepvaartmuseum v.z.w. in het kader van het vijfenzeventigjarig bestaan van de vereniging in 2014. Het is een lijvig werk van 256 bladzijden met 80 historische verhalen met feiten en cijfers rond schepen uit de 19e en 20e eeuw. Het vijfde vaartuig met de naam „Leopoldville‟ gefotografeerd kort na de indienstneming in zijn thuishaven Antwerpen Naast talloze reproducties van historische tekeningen en schilderijen bevat het boek ook afbeeldingen van archiefbeelden uit kranten, postkaarten, boeken... Inschrijven op dit boek kan tegen de voor-intekenprijs van € 37 tot 31 december 2013, exclusief eventuele portkosten (€8 binnenland). Het boek kan ook afgehaald worden op het MAS bij Karen Van Peel, Hanzestedenplaats 1, 2000 Antwerpen. Daarna kost het boek € 45. 322 Nautilus, oktober 2013 Technische gegevens Technische gegevens Hardcover uitgave, gedrukt op Gardapat Kiara 135 g/m2, met buikband, vierkleurendruk op formaat 240 x 315 mm, 256 Hardcover uitgave, gedrukt op Gardapat Kiara 135 g/m2, met buikband, vierkleurendruk op formaat 240 x 315 mm, 256 pagina’s met 120 illustraties. pagina‟s met 120 illustraties. De grafische vormgeving werd verzorgd door Van Looveren & Princen. De teksten zijn gezet uit Lexicon van Bram de Does De grafische vormgeving werd verzorgd door Van Looveren & Princen. De teksten zijn gezet uit Lexicon van Bram de Does en AW Conqueror van Jean François Porchez. en AW Conqueror van Jean François Porchez. BESTELBON BESTELBON Naam………………………………………………………….… Naam………………………………………………………….… Voornaam……………………………………………………….. Voornaam……………………………………………………….. Bedrijf…………………………………………………………….. Bedrijf…………………………………………………………….. Adres……………………………………………………………... Adres……………………………………………………………... Postcode + Plaats………………………………………………. Telefoon………………………………………………………….. Telefoon………………………………………………………….. BTW Nr…………………………………………………………… Nr…………………………………………………………… BTW E-mail…………………………………………………………….. E-mail…………………………………………………………….. Aantal exemplaren:…………………. exemplaren:…………………. à à€ € 37 Aantal 37 per per exemplaar exemplaar (aanbod geldig geldig tot tot 31.12.2013) 31.12.2013) (aanbod Komt de bestelling zelf afhalen in het MAS, bij Komt de bestelling zelf afhalen in het MAS, bij Karen Van Peel, Hanzestedenplaats 1, 2000 Antwerpen Karen Van Peel, Hanzestedenplaats 1, 2000 Antwerpen Betaalt………x € 37 en…………..x € 8 (portkosten) Betaalt………x € 37 en…………..x € 8 (portkosten) of €……………………(totaal) of €……………………(totaal) op rekening op rekening BE23 2200 2200 5191 (BIC: GEBABEBB) BE23 2200 2200 5191 (BIC: GEBABEBB) van VNSM van VNSM Jordaenskaai 25 Jordaenskaai 25 2000 Antwerpen Antwerpen“België op zee……….ex” met 2000 de vermelding: met de vermelding: “België op zee……….ex” Wenst een factuur te ontvangen op bovenstaand adres Wenst een factuur te ontvangen op bovenstaand adres Datum: Datum: Handtekening, Handtekening, …………………………………. …………………………………. Terug te zenden of te mailen vóór 7 januari 2014 aan Terug te zenden of te mailen vóór 7 januari 2014 aan RAYMOND RAYMOND VAN VAN HERCK HERCK c/o De Vrienden c/o De Vrienden van van het het Nationaal Nationaal Scheepvaartmuseum Scheepvaartmuseum Boechoutsesteenweg Boechoutsesteenweg 146 146 B4 B4 2540 2540 Hove Hove of of [email protected] [email protected] Nautilus, oktober 2013 323 Jachth aven Antwerpen Jachth aven Antwerpen Willemdok u:vv jEGEu Tel7uEvuj:uEuG uEvuj:ufu_8 u7be u jEEEu Tel7uEvujv:uGEuff uEvujvju_fuE: u7be w w w .jach th aven -an tw er pen .be uu6u7be u6uuuuwH9u6uuuu BELGISCHE LIGUE BELGIAN ZEEVAARTBOND MARITIME MARITIME BELGE LEAGUE "Maritieme Agenda" www.lmb-bzb.be
© Copyright 2024 ExpyDoc