Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Ontwerp 12 mei 2014 Gemeente Rijswijk Bestemmingsplan “Sion - ’t Haantje’ - uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Ontwerp Inhoud: - Toelichting - Regels - Verbeelding van de geometrische plaatsbepaling werknummer: 318.415.12 datum: 12 mei 2014 bestand: J:\318\415\12\3.Projectresultaat\b. ontwerp Procedureoverzicht Fase Datum Concept ontwerp 1 april 2014 Ontwerp 12 mei 2014 Ter inzage legging Vaststelling KuiperCompagnons BV Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Architectuur, Landschap Rotterdam Toelichting Inhoudsopgave van de toelichting 1 Inleiding 1 1.1 1.2 1.3. 1.4 Aanleiding Ligging plangebied Bij het plan behorende stukken Samenhang tussen de diverse planologische procedures 1 1 1 1 2 Beschrijving plangebied 3 2.1 Het plan RijswijkBuiten 2.2 De tijdelijke basisschool in Sion 3 4 3 Wettelijk kader en beleidskader 11 3.1 Het uitwerkingsplan als deel van het bestemmingsplan 3.2. Procedurele aspecten 11 11 4 Omgevingsaspecten 13 4.1 4.2. 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11 4.12 Algemeen Milieueffectrapportage Luchtkwaliteit Geluid Bodem Externe veiligheid Water Natuur en ecologie Cultuurhistorie en archeologie Geur Duurzaamheid Overige aspecten 13 13 13 13 14 15 17 17 17 19 20 21 5 Uitvoerbaarheid 23 5.1 Maatschappelijke uitvoerbaarheid 5.2 Economische uitvoerbaarheid 23 23 Bijlagen bij de toelichting Bijlage 1: Bestemming “Wonen – Uit te werken 1” uit het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” Bijlage 2: Akoestisch onderzoek ‘Tijdelijke basisschool Sion’, KuiperCompagnons, d.d. 10 maart 2014 Bijlage 3: DPL Sion, november 2011 Bijlage 4: Verkennend milieukundig bodemonderzoek aan de Spieringsweteringweg 9 te Rijswijk, VanderHelm Milieubeheer B.V., d.d. 9 januari 2007 Bijlage 5: Verkennend milieukundig bodemonderzoek aan de Van Rijnweg (nabij) 5 te Rijswijk, VanderHelm B.V., d.d. 12 september 2008 Bijlage 6: Parkeertoets Brede School RijswijkBuiten, gemeente Rijswijk, d.d. 29 april 2014 Afbeelding 1a: globale ligging plangebied ten opzichte van de verbeelding van het moederplan “Sion – ’t Haantje” Afbeelding 1b: globale ligging plangebied 1 1 Inleiding 1.1 Aanleiding In het zuiden van Rijswijk wordt een groot woon-/werkgebied ontwikkeld: RijswijkBuiten (voorheen Rijswijk-Zuid). Hiertoe is in september 2011 het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” vastgesteld. Dit plan geeft de juridisch-planologische basis voor de ontwikkeling van de eerste twee deelgebieden van RijswijkBuiten. In het plan zijn aan grote delen van het te ontwikkelen gebied, uit te werken bestemmingen toegekend. Daar mag pas worden gebouwd als dat past binnen een door burgemeester en wethouders vastgesteld (ontwerp)uitwerkingsplan. Met het voorliggende uitwerkingsplan wordt voor een tijdelijke brede school in deelgebied Sion toepassing gegeven aan de uitwerkingsverplichting in artikel 15 (“Wonen – Uit te werken 1”) van het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”. 1.2 Ligging plangebied Het plangebied van het uitwerkingsplan “Tijdelijke brede school Sion” is gelegen aan de zuidzijde van de kern Rijswijk, binnen het nieuw te ontwikkelen woongebied RijswijkBuiten, deelgebied Sion. Het plangebied omvat de gronden direct ten zuiden van het perceel Van Rijnweg 5. Op afbeelding 1a en 1b is de globale ligging van het plangebied weergegeven. 1.3. Bij het plan behorende stukken Het uitwerkingsplan “Tijdelijke brede school Sion” bestaat uit bestemmingen en regels. De bestemmingen zijn geometrisch bepaald. In de bestemmingen zijn regels ten aanzien van het bouwen en het gebruik opgenomen. Het plan gaat vergezeld van deze toelichting. In de toelichting worden de keuzes die zijn gemaakt bij het opstellen van de geometrisch bepaalde bestemmingen en de regels verantwoord en verduidelijkt. Vervolgens wordt hierin de uitvoerbaarheid van het plan aangetoond. 1.4 Samenhang tussen de diverse planologische procedures Ten behoeve van de gebiedsontwikkeling van RijswijkBuiten zijn en worden verschillende planologische procedures doorlopen. Basis-uitgangspunt voor alle procedures is het Masterplan Rijswijk-Zuid uit 2009. Op basis daarvan is een projectbesluit genomen voor het voorbelasten van de gronden die als eerste ontwikkeld zouden worden. De in paragraaf 1.2 genoemde deellocatie maakt daar onderdeel van uit. Daarna is het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” opgesteld waarbinnen zoals gezegd diverse uit te werken bestemmingen zijn opgenomen. In het kader van het projectbesluit en het bestemmingsplan is een MER-procedure doorlopen. Het MER maakt deel uit van het projectbesluit en het bestemmingsplan. Vanwege nieuwe inzichten, recente ontwikkelingen en enkele geconstateerde omissies wordt het vastgestelde en onherroepelijk in werking getreden bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” momenteel op bepaalde punten herzien. Mocht het voorliggende uitwerkingsplan eerder Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 2 vastgesteld worden, dan wordt het plan integraal opgenomen in de herziening van het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”. Voor de uit te werken bestemmingen uit het plan “Sion – ’t Haantje” zijn en worden diverse uitwerkingsplannen opgesteld. Het voorliggende uitwerkingsplan is concreet bedoeld voor de bouw van een tijdelijke basisschool aan de Van Rijnweg. Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 3 2 Beschrijving plangebied 2.1 Het plan RijswijkBuiten Rijswijk-Zuid, een gebied van 240 hectare, fungeert in de huidige situatie als ‘bufferzone’ tussen Rijswijk en Delft. Het gebied kenmerkt zich door (voormalige) glastuinbouw en weidegronden. Daarnaast bestaat het gebied op dit moment uit woningen gekoppeld aan overige bedrijvigheid. Rijswijk-Zuid wordt de komende jaren getransformeerd naar een woon-/werkgebied, “RijswijkBuiten”, met een groenstedelijk woonmilieu. Duurzaamheid is in het ontwerp het leidende principe. In het totale plangebied RijswijkBuiten zijn maximaal 4250 woningen gepland, waarvan maximaal 3400 woningen zullen worden gerealiseerd binnen de eerste twee deelgebieden Sion en ’t Haantje, waarvan het onderhavige plangebied aan de Van Rijnweg deel uitmaakt. Afbeelding 2: ruimtelijke hoofdstructuur RijswijkBuiten in de situatie 2030 (schematisch) Daarnaast wordt in deze twee deelgebieden in totaal 20 ha bruto bedrijventerrein ontwikkeld. 20 ha bruto betekent ongeveer 15 ha netto. Deze 15 ha netto wordt verdeeld over twee locaties: één locatie aan de zuidzijde van deelgebied ’t Haantje (ter afscherming van de milieuhinder van DSM) en één locatie aan de noordzijde van Sion. Deze bedrijvenzone kan worden beschouwd als overgang van het woongebied naar het noordelijk gelegen park en valt binnen de geluidszone van de A4. In RijswijkBuiten wordt daarnaast de groenstructuur versterkt (onder andere in de Zwethzone) en wordt een nieuw watersysteem gerealiseerd. De ontsluiting van RijswijkBuiten vindt primair Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 4 plaats over de Prinses Beatrixlaan en daarnaast over een lusvormige weg in Sion, de Laan van Sion / Terras van Sion en over een oost-west-georiënteerde weg in ’t Haantje. Ook worden diverse nieuwe (regionale) fietsverbindingen gerealiseerd. Afbeelding 2 geeft e.e.a. weer. Binnen deze afbeelding is tevens de globale ligging van het plangebied weergegeven (zwart omcirkeld). In het gebied staan diverse bestaande woningen. Het stedenbouwkundig ontwerp voor RijswijkBuiten gaat uit van het zoveel mogelijk respecteren van de bestaande (historische) structuren, zoals bijvoorbeeld de Van Rijnweg, waaraan het plangebied is gelegen. In het plangebied van dit uitwerkingsplan zijn geen bestaande woningen aanwezig. 2.2 De tijdelijke brede school in Sion 2.2.1 Bestaande situatie In het plangebied van het uitwerkingsplan “Tijdelijke brede school Sion” bevond zich voorheen een kleinschalig kassencomplex met bijbehorende voorzieningen (waaronder een bassin). Inmiddels is de aanwezige bebouwing gesloopt en is het terrein bouwrijp gemaakt. Onderstaande afbeeldingen tonen de situatie zoals deze momenteel is. van rijnweg Afbeelding 3: De situatie in het plangebied zoals deze momenteel is. Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 5 2.2.2 Toekomstige situatie Onlangs zijn de eerste woningen in RijswijkBuiten opgeleverd. Om de eerste behoefte aan onderwijsruimte op te vangen, is door de gemeente Rijswijk besloten een tijdelijke basisschool in de vorm van een Brede School ten behoeve van de nieuwe woonwijk te ontwikkelen. Deze wordt gesitueerd in deelgebied Sion en dient gereed te zijn voor gebruik vanaf september 2014. De tijdelijke Brede School zal in gebruik blijven tot de definitieve Brede School in Sion gereed is. Naar verwachting is dit in 2017. De Brede School wordt opgebouwd uit tijdelijke units en biedt onderdak aan de volgende gebruikers: Lucas Onderwijs; Stichting Rijswijkse Kinderopvang (SRK); Huisartsenpraktijk (optioneel). Lucas onderwijs Lucas Onderwijs ziet met het stichten van een nieuwe school kansen om een betekenisvolle rol te spelen in de maatschappelijke ontwikkeling van RijswijkBuiten en kinderen te helpen in hun ontwikkeling tot verantwoorde burgers. Het programma voor Lucas Onderwijs in de tijdelijke Brede School zal in hoofdzaak bestaan uit drie groepen basisonderwijs en één speellokaal, met de daarbij behorende kantoorruimtes, vergaderruimtes en sanitaire voorzieningen. Stichting Rijswijkse Kinderopvang (SRK) Kinderopvang EigenWijs maakt onderdeel uit van de Stichting Rijswijkse Kinderopvang maar heeft een geheel eigen visie en werkwijze. Het programma voor SRK in de tijdelijke Brede School zal in hoofdzaak bestaan uit één groepsruimte voor kinderdagopvang, inclusief bijbehorende slaapkamers en sanitaire voorzieningen. Huisartsenpraktijk (optioneel) Mogelijk wordt er in de nabije toekomst een huisartsenpraktijk ondergebracht in de tijdelijke Brede School. Het programma voor de huisartsenpraktijk zal alsdan in hoofdzaak bestaan uit een praktijkruimte voor twee huisartsen (duopraktijk), inclusief de daarbij behorende balie, wachtruimte en sanitaire voorzieningen. Technisch gezien zijn er mogelijkheden om een één- of tweelaags gebouw te realiseren. De aanbieders (design & built-constructie) zijn vrij daarin een keuze te maken, binnen de kaders die in dit uitwerkingsplan en het Programma van Eisen worden geboden. Parkeren Ten behoeve van de voorgenomen ontwikkeling dient in ieder geval voorzien te worden in voldoende parkeergelegenheid. Het gaat daarbij niet alleen het benodigde aantal parkeerplaatsen voor werknemers, maar ook om de nodige parkeergelegenheid voor het ophalen en wegbrengen van (schoolgaande) kinderen. In het geval van een kinderdagverblijf en basisonderwijs is dan ook sprake van een zogenaamde ‘Kiss & Ride’-voorziening. De gemeente Rijswijk heeft haar parkeernormenbeleid vastgelegd in de “Nota Parkeernormen Gemeente Rijswijk”. Omdat niet alle functies hierin zijn opgenomen, wordt tevens gebruik gemaakt van de algemene kencijfers van het CROW. Hierbij is gebruik gemaakt van de CROW Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 6 Publicatie 182 ‘Parkeerkencijfers – Basis voor parkeernormering’. Met behulp van deze kencijfers is de parkeerbehoefte ten behoeve van de Kiss & Ride voorziening berekend. Op basis van de gemeentelijke parkeernormen, alsmede de CROW-normen voor Kiss & Ridevoorzieningen, bedraagt de totale parkeerbehoefte ten behoeve van de voorliggende ontwikkeling 23 parkeerplaatsen (zie onderstaande tabel). Voor de Brede School bedraagt de parkeereis - op basis van 1 onderbouwgroep en 2 bovenbouwgroepen - 12 plaatsen. Indien ook een kinderdagverblijf en huisartsenpraktijk ontwikkeld worden bedraagt de parkeereis 23 parkeerplaatsen.Voor een volledige berekening van de parkeerbehoefte wordt verwezen naar bijlage 6 bij deze toelichting. De parkeerbehoefte van 23 parkeerplaatsen wordt volledig op eigen terrein voorzien (zie afbeelding 4). Daarmee wordt voldaan aan het parkeernormenbeleid van de gemeente Rijswijk, alsmede aan de CROW-normen voor Kiss & Ride voorzieningen. Naast parkeren voor auto’s dient er ook voldoende ruimte te zijn voor fietsparkeren. In CROWpublicatie 317 staan voor diverse functies de fietsparkeernormen. In tegenstelling tot normen voor auto-parkeren, mogen parkeernormen voor fietsers wel overschreden worden. In totaal bedraagt het aantal benodigde fietsparkeerplaatsen 46. Daarmee is er voldoende ruimte voor fietsparkeren. Afbeelding 4: inrichtingsschets tijdelijke school Sion Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 7 2.2.3 Juridische regeling Regels uit het plan “Sion – ’t Haantje” van toepassing De uitwerkingsopdracht en het kader waarbinnen de uitwerking dient plaats te vinden, zijn gegeven in de regels van het geldende bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”. Zoals in hoofdstuk 3 nader wordt toegelicht, geldt dat de regels van het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” ook van toepassing zijn op het onderhavige uitwerkingsplan. Daarbij is een nieuwe artikel “Maatschappelijk” opgesteld. In dit artikel is bepaald welk gebruik van de gronden is toegestaan en welke bouwregels er gelden. De overige regels van het plan “Sion – ’t Haantje” zijn van overeenkomstige toepassing en worden niet (nog eens) met dit uitwerkingsplan in procedure gebracht. Hierna wordt het nieuwe artikel toegelicht alsmede de andere in het uitwerkingsplan opgenomen (dubbel)bestemmingen en aanduidingen. Afbeelding 4 geeft een uitsnede weer van de verbeelding van het moederplan. “Maatschappelijk” De tijdelijke school is voorzien van de bestemming “Maatschappelijk”. Binnen deze bestemming zijn de gronden bestemd voor maatschappelijke voorzieningen en de daarbij behorende voorzieningen, zoals parkeervoorzieningen, ontsluitingen, erven, groen en water. Het hoofdgebouw dient binnen het bouwvlak te worden gesitueerd. De bouwhoogte in meters mag niet meer bedragen dan op de verbeelding is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximum bouwhoogte (m)'. “Waarde – Archeologie” (dubbelbestemming) In het moederplan “Sion – ’t Haantje” is voor het gehele betreffende plangebied de dubbelbestemming “Waarde – Archeologie” opgenomen. Deze dubbelbestemming geeft een beschermende regeling voor eventueel aanwezige archeologische waarden. In het plangebied heeft archeologisch onderzoek plaatsgevonden. De meest zuidelijk gelegen gronden, welke onderdeel zijn van perceel I 2035, zijn bij besluit van 12 december 2012 reeds vrijgegeven voor verdere ontwikkeling. Hiermee kan de archeologische dubbelbestemming ter plaatse komen te vervallen en gelden er hieromtrent niet langer beperkingen. Het noordelijke deel van het plangebied (perceel I 2034) is (voorlopig) nog altijd, middels de genoemde dubbelbestemming, beschermd tegen grondwerkzaamheden vanwege een archeologische vindplaats. Het betreft de locatie van de voormalige uithof ‘Nuwehof’ van de abdij van Egmond, alsmede de voormalige kitswoning. Omdat de tijdelijke Brede School op staal wordt gefundeerd en de grondwerkzaamheden daarvan niet dieper reiken dan 30 centimer, is nader archeologisch onderzoek op dit moment niet benodigd. Wanneer de gronden in de toekomst ontwikkeld worden naar woningbouw, dient wel archeologisch onderzoek uitgevoerd te worden. Derhalve wordt de archeologische dubbelbestemming ter plaatse gehandhaafd. Aanduiding ‘zoekgebied fietspad’ Een klein deel van het voorliggende plangebied is in het moederplan voorzien van de gebiedsaanduiding “zoekgebied fietspad”. Op grond van artikel 24 dient bij de uitwerking ter plaatse van deze (breed ingetekende) aanduiding, een doorgaande verbinding voor langzaamverkeer met een breedte van ten minste 3,5 te worden gerealiseerd. Omdat deze aanduiding voorziet in een zekere bandbreedte en de uiteindelijke langzaamverkeersroute direct ten westen van het plangebied wordt gerealiseerd, heeft de gebiedsaanduiding geen consequenties voor dit uitwerkingsplan. Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 8 ”Waterstaat – Waterkering” (dubbelbestemming) In het moederplan “Sion – ’t Haantje” is voor het zuidelijk deel van het plangebied de dubbelbestemming “Waterstaat – Waterkering” opgenomen. Deze dubbelbestemming bevat een beschermende regeling voor de aanwezige waterkering. Hoewel de waterkering in de toekomst komt te vervallen (waarover overigens afspraken zijn gemaakt met het Hoogheemraadschap van Delfland), is de aanwezige dubbelbestemming vooralsnog overgenomen in het voorliggende uitwerkingsplan. Ter plaatse van deze dubbelbestemming mogen in principe alleen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd. Burgemeester en wethouders kunnen hier van afwijken ten behoeve van het bouwen overeenkomstig de betreffende andere bestemming van deze gronden, mits door het bouwen geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de belangen van de waterkering en de waterhuishouding. Daarnaast dient vooraf advies te worden ingewonnen van de beheerder van de waterkering. Omdat de tijdelijke school op staal wordt gefundeerd vormt het gebouw echter geen belemmering voor de aanwezige waterkering. Hierover heeft reeds afstemming plaatsgevonden met het Hoogheemraadschap van Delfland. Geometrische plaatsbepaling van dit uitwerkingsplan Het uitwerkingsplan is vervat in geometrisch bepaalde bestemmingen (de verbeelding), regels en deze toelichting. De geometrisch bepaalde bestemmingen zijn ingetekend op basis van een GBKN-ondergrond en geven door middel van lijnen en arceringen, aanwijzingen met betrekking tot het bebouwen en het gebruik van het perceel. Toetsing aan uitwerkingsregels Ten behoeve van de bouw van de tijdelijke basischool wordt een uitwerkingsprocedure doorlopen. Dit gebeurt op basis van de bestemming “Wonen – Uit te werken 1” uit het geldende bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”. Zie ook afbeelding 5. In de uitwerkingsregels is opgenomen dat binnen de bestemming wonen is toegestaan, met daaraan ondergeschikt maatschappelijke voorzieningen. Een (brede) school en een huisartsenpraktijk worden geschaard onder de noemer ‘maatschappelijke voorziening’. Binnen de bestemming dient aansluitend aan de historische waterstructuur ten minste 0,75 ha watergangen op boezempeil gerealiseerd te worden met een open verbinding naar open water via de Zweth en de Vliet (artikel 15.4 sub e). Dit zal in de (verdere) ontwikkeling van RijswijkBuiten worden bewerkstelligd. Verder moet de waterbergingscapaciteit in de gezamenlijke bestemmingen ten minste 325 m³ per hectare te bedragen (artikel 15.4 sub f). Zoals in paragraaf 4.8 wordt omschreven, wordt deze compensatie-eis elders in het gebied opgelost. De bestemming mag niet eerder worden uitgewerkt dan nadat een actueel DuurzaamheidsProfiel op Locatie (DPL) is opgesteld, waarbij de minimale score een 7 moet zijn (artikel 15.4 sub h). Zoals in paragraaf 4.12 wordt omschreven, wordt aan deze eis voldaan. De bodemkwaliteit moet geschikt zijn voor de bij de uitwerking van het plan toegelaten doeleinden (artikel 15.4 sub i). Hieraan wordt voldaan. Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 9 Bij de uitwerking en realisatie van de bestemming dient voorkomen te worden dat aanwezige archeologische en cultuurhistorische waarden worden verstoord (artikel 15.4 sub j). Zoals in paragraaf 4.10 wordt beschreven, worden er geen waarden verstoord. Bij de uitwerking moet, in verband met externe veiligheid, rekening worden gehouden met (de realisatie van) voldoende vluchtroutes (artikel 15.4 sub k). Zoals in paragraaf 4.6 wordt omschreven, zijn er voldoende vluchtmogelijkheden. Het is niet noodzakelijk om voor dit uitwerkingsplan regels te stellen aan de afsluitbaarheid van mechanische ventilatie of anderszins bouwkundige zaken, zoals de uitwerkingsregels stellen. Afbeelding 5: uitsnede verbeelding bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje Voor de volledigheid is de bestemming “Wonen – Uit te werken - 1” uit het vastgestelde bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” als bijlage 1 bij deze toelichting opgenomen. Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 10 Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 11 3 Wettelijk kader en beleidskader 3.1 Het uitwerkingsplan als deel van het bestemmingsplan Bij uitwerking dienen burgemeester en wethouders te voldoen aan de bestemmings- en bebouwingsbepalingen en aan de uitwerkingsregels van het bestemmingsplan. De uitwerking vormt daarbij geen nieuw bestemmingsplan maar treedt in de plaats van (een deel van) de “globale” bestemmingen. Het maakt derhalve deel uit van het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”. Omdat in de toelichting van het plan “Sion – ’t Haantje” uitgebreid is ingegaan op de vraag hoe de planvorming past binnen het beleid van de verschillende overheden, wordt daarnaar in dit uitwerkingsplan kortheidshalve verwezen. Ook op basis van het meest actuele provinciale beleid – de Visie op Zuid-Holland en de provinciale verordening - is het plangebied aangeduid als bestaand stedelijk gebied. Er is dan ook geen strijdigheid met het geldende beleid. Momenteel werkt de provincie aan een herziening van haar ruimtelijk beleid. Ook hierin is het plangebied aangemerkt als bestaand stedelijk gebied. De overige regels van het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” zijn ook op het uitwerkingsplan van toepassing. Na het rechtskracht krijgen van het uitwerkingsplan dienen aanvragen te worden getoetst aan het uitwerkingsplan en de overige van toepassing zijnde bepalingen van het bestemmingsplan. Het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is vastgesteld onder de reikwijdte van de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Het voorliggende uitwerkingsplan wordt dan ook beschouwd als uitwerking zoals bedoeld in artikel 3.6, eerste lid onder b van de Wro. Voor de opbouw van het plan en de digitalisering zijn de RO-standaarden 2012 van toepassing. 3.2. Procedurele aspecten Op een uitwerkingsplan is, ingevolge artikel 3.6 lid 5, tweede volzin Wro, Afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing. De procedure is als volgt: Het ontwerp-uitwerkingsplan ligt gedurende zes weken ter inzage. Gedurende deze termijn kunnen belanghebbenden zienswijzen indienen bij burgemeester en wethouders. De kennisgeving van het besluit tot vaststelling van de uitwerking geschiedt langs elektronische weg. De aanpassingen die volgen uit de zienswijzen worden verwerkt in het ontwerpuitwerkingsplan. Ook worden er - indien nodig - ambtshalve aanpassingen doorgevoerd. Binnen acht weken na afloop van de zienswijzentermijn, nemen burgemeester en wethouders een besluit omtrent de uitwerking: ze stellen het uitwerkingsplan al dan niet vast. Tegen een besluit omtrent vaststelling staat rechtsreeks beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS). De termijn om beroep in te dienen bij de ABRvS vangt aan met ingang na de dag dat het vaststellingsbesluit ter inzage is gelegd. Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 12 Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 13 4 Omgevingsaspecten 4.1 Algemeen In het kader van het projectbesluit, het MER en het bestemmingsplan voor “Sion – ’t Haantje” zijn reeds veel (milieu)aspecten onderzocht. In dit uitwerkingsplan kan dan ook veelal worden geput uit c.q. voortgeborduurd op deze onderzoeksresultaten. In het navolgende wordt per aspect een afweging gemaakt. 4.2. Milieueffectrapportage Voor de gebiedsontwikkeling RijswijkBuiten is een Milieueffectrapportage (MER) opgesteld. Deze rapportage heeft zowel als Besluit-MER als Plan-MER gefungeerd. Na het volgen van beide m.e.r.-procedures is de m.e.r.-plicht uitgewerkt en is het derhalve niet noodzakelijk dat voor dit uitwerkingsplan wederom de besluit-m.e.r. procedure wordt doorlopen. In het MER zijn verschillende varianten onderzocht. Gebleken is dat in de gekozen variant voor de ontwikkeling van RijswijkBuiten geen onevenredige milieubelasting optreedt. 4.3 Luchtkwaliteit De ontwikkelingen binnen het plan RijswijkBuiten zijn opgenomen in het NSL. Omdat vanuit het NSL wordt zorg gedragen dat tijdig aan de grenswaarde wordt voldaan, is een toetsing aan de grenswaarde uit de Wet luchtkwaliteit niet aan de orde. Vanuit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening is in het kader van het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” wel onderzoek uitgevoerd naar de concentratie luchtverontreinigende stoffen ter plaatse van (woon)bestemmingen in het plan. Daarnaast is ook langs de Rijksweg A4 onderzoek gedaan naar de concentratie luchtverontreinigende stoffen. Uit dat onderzoek wordt geconcludeerd dat langs de Rijksweg A4 en ter plaatse van de uit te werken woonbestemmingen (waarbinnen het voorliggende plan is gelegen) geen overschrijdingen van de grenswaarde optreden. Geconcludeerd wordt dat het aspect luchtkwaliteit dan ook niet leidt tot belemmeringen voor de ontwikkelingen in het bestemmingsplan, en dus ook niet voor het uitwerkingsplan “Tijdelijke basisschool Sion”. 4.4 Geluid In het kader van het MER is uitgebreid onderzoek gedaan naar de akoestische situatie in RijswijkBuiten. Dat onderzoek heeft globaal betrekking gehad op de situatie die in het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is vastgelegd. Het voorliggende uitwerkingsplan heeft betrekking op een tijdelijke school. De geprojecteerde gebouwen voor onderwijsdoeleinden zijn geluidgevoelig en liggen in de directe invloedssfeer van diverse wegen. Zodoende is in het kader van de voorbereiding van dit uitwerkingsplan aanvullend akoestisch onderzoek1 uitgevoerd om te beoordelen of in het kader van de Wet geluidhinder de voorkeurswaarde wordt 1 Akoestisch onderzoek ‘Tijdelijke basisschool Sion’, KuiperCompagnons, d.d. 10 maart 2014 Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 14 overschreden en een hogere waarde-procedure noodzakelijk is. De berekeningsresultaten van dit onderzoek zijn hieronder beknopt weergegeven. De volledige rapportage is als bijlage 2 bij de toelichting opgenomen. Rijksweg A4 en A13 De geluidsbelasting door het verkeer op de Rijkswegen bedraagt maximaal 48 dB op de naar deze wegen gekeerde gevel(s). De voorkeurswaarde van 48 dB wordt daarmee niet overschreden. Prinses Beatrixlaan De geluidsbelasting door het verkeer op de Prinses Beatrixlaan bedraagt maximaal 46 dB op de naar de weg gekeerde gevel. De voorkeurswaarde van 48 dB wordt daarmee niet overschreden. Laan van Sion De geluidsbelasting door het verkeer op de Laan van Sion bedraagt maximaal 31 dB op de naar de weg gekeerde gevel. De voorkeurswaarde van 48 dB wordt daarmee niet overschreden. Uit het onderzoek blijkt dat het verkeer op geen van de onderzochte wegen leidt tot een geluidsbelasting die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde van 48 dB. Geconcludeerd wordt dat de Wgh niet leidt tot een belemmering voor de ontwikkeling van de tijdelijke Brede School. 4.5 Bodem Ontwikkelingen kunnen pas plaatsvinden als de bodem, waarop deze ontwikkelingen gaan plaatsvinden, geschikt is of geschikt is gemaakt voor het beoogde doel. Sinds enkele jaren is de gemeente Rijswijk bezig met het in eigendom krijgen van de diverse percelen in het te ontwikkelen gebied. Uitgangspunt bij de aankoop van een perceel is dat ofwel is vastgesteld dat de grond schoon is, ofwel dat er direct onderzoek wordt uitgevoerd en dat de gronden - indien noodzakelijk - worden gesaneerd. Om zicht te krijgen op de (te verwachten) mate van verontreiniging ter plaatse van het voorliggende plangebied zijn in het verleden diverse bodemonderzoeken uitgevoerd. Daarnaast hebben sanerende werkzaamheden plaatsgevonden. Ten aanzien van het voorliggende projectgebied, kadastraal bekend als Gemeente Rijswijk, sectie I, perceelnummer 2034 en 2035, zijn onderstaande gegevens bekend: De locatie is onderzocht door VanderHelm Milieubeheer B.V. middels een verkennend en aanvullend milieukundig bodemonderzoek (kenmerk RYS60793, d.d. 9 januari 2007). Uit het onderzoek is onder andere gebleken dat: - De bodem (grond en grondwater) ter plaatse van perceel 2035 maximaal licht verontreinigd is met de geanalyseerde parameters; De locatie (perceelnummer 2034) is onderzocht door VanderHelm Milieubeheer B.V. middels een verkennend milieukundig bodemonderzoek (kenmerk RYR80819, d.d. 12 september 2008). Uit het onderzoek is onder andere gebleken dat: - De bodem (grond en grondwater) niet tot licht verontreinigd is met de geanalyseerde parameters; Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 15 - Plaatselijk is in de grond een lichte verontreiniging met minerale olie aangetroffen, er is geen sprake van ‘geval van ernstige bodemverontreiniging’ zoals beschreven in de Wet Bodembescherming; Ten behoeve van het geschikt maken voor de toekomstige bestemming naar ‘woongebied’ is op 8 september 2010 de lichte verontreiniging met minerale olie door middel van ontgraving verwijderd en afgevoerd naar een erkend verwerker. Voorafgaand is een verkort Plan van aanpak opgesteld (kenmerk VanderHelm Milieubeheer B.V: RYRY101048) en verzonden naar de gemeente Rijswijk. Voor de overige informatie wordt verwezen naar bovengenoemde rapportages, welke als bijlage 4 en 5 bij de toelichting zijn gevoegd. In de huidige situatie betreft het een braakliggend terrein. Voor zover bekend hebben er in de afgelopen jaren geen activiteiten plaatsgevonden die de bodem potentieel negatief hebben kunnen beïnvloed. Geconcludeerd wordt dat de locatie geschikt is voor het beoogde gebruik als tijdelijke school. 4.6 Externe veiligheid Externe veiligheid richt zich op het beheersen van activiteiten die een risico voor de omgeving kunnen opleveren, zoals milieurisico’s, transportrisico’s en risico’s die kunnen optreden bij de productie, het vervoer en de opslag van gevaarlijke stoffen in inrichtingen. Bij de (her)inrichting van een gebied bepaalt de externe veiligheidssituatie mede de ruimtelijke (on)mogelijkheden. Met het plan wordt de realisatie van een tijdelijke Brede School mogelijk gemaakt. Een (brede) school betreft een kwetsbare object, conform het Bevi. De risicobronnen in de omgeving zijn daarom beschouwd. In het kader van het MER en het geldende bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is onderzoek gedaan naar alle externe veiligheidsaspecten in het plangebied. Het plangebied van dit uitwerkingsplan valt binnen het invloedsgebied van de aardgasleiding A-517. Het invloedsgebied van de aardgasleiding W-514 en de DSM reiken niet tot het plangebied. Het invloedsgebied van de bepalende stofgroep (GF3) over de A4 bedraagt 325 meter en reikt eveneens niet tot het plangebied dat op meer dan 400 meter is gelegen. Vaststaat dat daarmee een verantwoording vanuit de A4 niet noodzakelijk is. Hogedruk aardgasleiding A-517 Ten noorden van het uitwerkingsgebied bevindt zich een aardgasleiding (A-517). Deze hogedruk aardgasleiding heeft geen PR 10-6-contour. Wel geldt een belemmeringenstrook van ten hoogste 5 meter waarbinnen geen objecten zijn toegestaan, deze strook is buiten het onderhavige uitwerkingsgebied gelegen. In het kader van het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is een volledige verantwoording inclusief berekeningen van het GR uitgevoerd. Hieruit bleek dat het groepsrisico ten aanzien van de gasleiding toenam, maar dat de oriëntatiewaarde van het groepsrisico niet werd overschreden. Naast de groepsrisicoberekeningen in het kader van het bestemmingsplan “Sion - ’t Haantje” zijn in oktober 2013 berekeningen uitgevoerd in het kader van het ontwerpbestemmingsplan Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 16 “Sion - ’t Haantje, 1e herziening”. In de rapportage van Oranjewoud2 is de tijdelijke school, welke met dit bestemmingsplan wordt mogelijk gemaakt, meegenomen in berekeningen voor het groeprisico van de hogedruk aardgasleiding A-517. Dit betreft echter wel een andere locatie dan de locatie waar dit uitwerkingsplan op ziet. In deze groepsrisicoberekening is uitgegaan van een locatie die dichterbij de risicobron ligt dan de locatie in dit uitwerkingsplan. Hierdoor geldt dat de locatie van dit uitwerkingsplan gunstiger is ten aanzien van de hoogte en toename van het groepsrisico. Uit de berekeningen volgt dat het groepsrisico van de leiding toeneemt, maar lager blijft dan 0,1 maal de oriëntatiewaarde. De berekeningsresultaten zijn weergegeven in onderstaande afbeeldingen. Afbeelding 6: Groepsrisico leiding A-517, links de ‘huidige’ situatie, rechts de toekomstige situatie incl. tijdelijke school Omdat het groepsrisico lager is dan 0,1 maal de oriëntatiewaarde kan conform het Bevb volstaan worden met een ‘beperkte’ verantwoording. De verantwoording van het groepsrisico is reeds uitgevoerd in het kader van het bestemmingsplan “Sion - ’t Haantje”. Er kunnen verschillende veiligheidsmaatregelen worden genomen. Sommigen zijn af te dwingen in de ruimtelijke procedures, anderen kunnen als advies worden meegegeven in latere stadia van het planproces. Mogelijke veiligheidsmaatregelen zijn: • het verleggen van hoge druk aardgasleidingen; • ruimtelijk zoneren; • het verhogen van gronddekking bij buisleidingen (1,5 meter); • het afschermen van een leidingtracé; • het uitsluiten van beperkt zelfredzame groepen nabij risicobronnen; • de bestrijdbaarheid verbeteren; • een gedegen WAS-dekking; • het waarborgen van bouwputmanagement (veiligheid, leefbaarheid, bereikbaarheid tijdens de bouw) • interne vluchtwegen en ontruimingsplannen van de bedrijfsgebouwen van de risicobron africhten. Er zijn voldoende vluchtwegen vanuit het plangebied. Vanuit het aspect ‘externe veiligheid’ gelden er geen belemmeringen. 2 e Externe veiligheid 1 bestemmingsplanherziening Sion – ’t Haantje, Oranjewoud, oktober 2013 Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 17 4.7 Water In het kader van de MER en het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is een waterparagraaf opgesteld. Hierin wordt het toekomstige waterhuishoudkundige systeem voor het totale gebied uitgebreid beschreven. Volgens het beleid van het hoogheemraadschap is het uitgangspunt dat er in RijswijkBuiten 325 m3/ha waterberging moet worden gecompenseerd. Dit komt neer op een oppervlakte van 14 hectare met 49.500 m3 berging. Het is niet de bedoeling dat de compensatie-eis van 325 m3/ha per perceel wordt opgelost, omdat er op die manier nooit een robuust en samenhangend watersysteem kan ontstaan. Het is de bedoeling om op bepaalde plekken in RijswijkBuiten grotere waterpartijen aan te leggen waarin de totale ontwikkeling van het woon-/werkgebied wordt gecompenseerd. De hiervoor genoemde oppervlakte is dan ook opgenomen in de stedenbouwkundige uitwerking. Binnen het voorliggende plangebied worden geen watergangen voorzien. Wel is direct ten zuiden van het plangebied een van de hoofdwatergangen in RijswijkBuiten geprojecteerd. Het betreft de Oostwestsingel. Deze watergang kan op basis van de eindbestemming “Water” in het geldende bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” reeds worden gerealiseerd. Ook de bestaande watergang direct ten noorden van het plangebied is in het moederplan voorzien van de bestemming “Water”. Tot slot is in het moederplan “Sion – ’t Haantje” de dubbelbestemming “Waterstaat – Waterkering” opgenomen voor het zuidelijk deel van het plangebied. Deze dubbelbestemming bevat een beschermende regeling voor de aanwezig waterkering. Hoewel de waterkering in de toekomst komt te vervallen, is de aanwezige dubbelbestemming vooralsnog overgenomen in het voorliggende uitwerkingsplan. Ter plaatse van deze dubbelbestemming mogen in principe alleen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd. Burgemeester en wethouders kunnen hier van afwijken ten behoeve van het bouwen overeenkomstig de betreffende andere bestemming van deze gronden, mits door het bouwen geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de belangen van de waterkering en de waterhuishouding. Daarnaast dient vooraf advies te worden ingewonnen van de beheerder van de waterkering. Omdat de tijdelijke school op staal wordt gefundeerd vormt het gebouw echter geen belemmering voor de aanwezige waterkering. Hierover heeft reeds afstemming plaatsgevonden met het Hoogheemraadschap van Delfland. In overleg met het Hoogheemraadschap wordt bepaald hoe de dubbelbestemming bij de vaststelling wordt ingevuld. 4.8 Natuur en ecologie In het kader van het MER en het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is onderzoek uitgevoerd naar de aspecten ‘natuur’ en ‘ecologie’. Uit het onderzoek blijkt dat er diverse door de Flora- en faunawet beschermde soorten in Rijswijk-Zuid voorkomen of mogelijk kunnen voorkomen. Naast algemene beschermde soorten komen er ook verschillende juridisch zwaarder beschermde soort(groep)en voor. Er zijn vijf soorten vleermuizen waargenomen in Rijswijk-Zuid. Alle Nederlandse vleermuizen zijn strikt beschermd middels tabel 3 van de Ffw en Bijlage IV van de HR. In het moederplan “Sion – ’t Haantje” is reeds aangetoond dat de uit het bestemmingsplan voortkomende werkzaamheden alleen invloed hebben op de aanwezige vliegroute van de Gewone dwergvleermuis langs de Spieringswetering. Deze vliegroute is niet in of nabij het onderhavige Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 18 plangebied gelegen. Omdat er in het plangebied geen bebouwing en/of bomen meer aanwezig zijn, kan de aanwezigheid van verblijfsplaatsen redelijkerwijs worden uitgesloten. Met betrekking tot vogels is van belang dat niet met verstorende werkzaamheden mag worden begonnen in het broedseizoen. Alle inheemse vogels zijn beschermd door de Ffw. In het plangebied komen verschillende soorten broedvogels voor. Er mag niet met verstorende werkzaamheden worden begonnen in het broedseizoen, dat ongeveer van half maart tot half juli loopt (soortspecifiek), tenzij door een deskundige is vastgesteld dat op dat moment ter plaatse van de werkzaamheden geen vogels broeden. Vaste verblijfplaatsen van een beperkt aantal vogelsoorten is jaarrond beschermd. Er zijn in Rijswijk-Zuid vaste verblijfplaatsen van de Huismus, Gierzwaluw en Ransuil aangetroffen. Alle (potentieel geschikte) locaties van deze vogels zijn echter niet in het voorliggende plangebied gelegen. In Rijswijk-Zuid is slechts één beschermde vissoort aangetroffen: de Kleine modderkruiper. Voor de Kleine modderkruiper (tabel 2 Ffw) is van belang dat bij vergraving en / of demping van watergangen moet worden gewerkt volgens een door het verantwoordelijke ministerie goedgekeurde gedragscode. In het voorliggende uitwerkingsplan worden geen bestaande watergangen vergraven of gedempt. Voor vaatplanten zijn verplichtingen in het kader van de Ffw niet aan de orde. Bovendien zijn er geen beschermde soorten vaatplanten waargenomen in het onderhavige plangebied. Verder is geconstateerd dat de ontwikkeling van RijswijkBuiten geen negatief effect heeft op beschermde natuurgebieden. Er gelden daarmee geen belemmeringen voor het onderhavige uitwerkingsplan. 4.9 Cultuurhistorie en archeologie 4.9.1 Kader Een aantal beleidsstukken en nota’s geeft richtlijnen en kaders voor de inrichting van gebieden in relatie tot cultuurhistorie en archeologie. Te noemen zijn de provinciale cultuurhistorische hoofdstructuur (CHS) en de Wet op de Archeologische Monumentenzorg. 4.9.2 Afweging en conclusie Cultuurhistorie Op de Cultuurhistorische Hoofdstructuur van de Provincie Zuid-Holland zijn wat betreft het aspect ‘cultuurhistorie’ in RijswijkBuiten de structuren langs de Noordhoornseweg en de Sionsweg relevant. Deze structuren zijn gekwalificeerd als landschappelijke lijn met een redelijk hoge waarde. Diverse andere belangrijke (water-)wegen uit de Late Middeleeuwen in het gebied hadden ook aangegeven kunnen worden. Geen van deze elementen is gelegen binnen het onderhavige plangebied. Op de Cultuurhistorische Hoofdstructuur van de Provincie Zuid-Holland heeft het gebied Rijswijk-Buiten wat betreft het aspect ‘archeologie’ een behoorlijk aantal aanduidingen c.q. waarderingen gekregen. Geen van deze elementen is gelegen binnen het voorliggende Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 19 plangebied. Wel kent het gehele plangebied de indicatie ‘redelijke tot grote trefkans op archeologische sporen’. Archeologie Het beleid van de gemeente Rijswijk is om waardevolle archeologische resten zoveel mogelijk intact in hun originele positie in de bodem te bewaren. Als er geen of onvoldoende informatie over een gebied voorhanden is, wordt een archeologisch vooronderzoek uitgevoerd om na te gaan, of het gebied van het projectbesluit behoudenswaardige (dat wil zeggen wetenschappelijk waardevolle) archeologische resten bevat. Percelen, die behoudenswaardige resten bevatten, worden gereserveerd voor behoud of voor een archeologisch vervolgonderzoek (opgraving). Opgravingen worden uitsluitend uitgevoerd, als behoud en bescherming van de resten in hun originele positie in de bodem niet mogelijk is. Deze gedragslijn zorgt voor bescherming van (mogelijk aanwezige) archeologische waarden in het gebied. Ten behoeve van de ontwikkeling van RijswijkBuiten als nieuwe woonwijk wordt op dit moment een vooronderzoek uitgevoerd naar de mogelijke aanwezigheid van waardevolle archeologische resten. Het archeologisch veldwerk is begonnen in oktober 2010 en wordt thans voortgezet. Wanneer waardevolle archeologische resten redelijkerwijs in het plan ingepast kunnen worden door wijziging van de planvorming, worden de onderzochte percelen na het vooronderzoek niet vrijgegeven, maar aangewezen voor bescherming. De gemeente Rijswijk zal percelen binnen het plangebied van het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” vrijgeven voor het uitvoeren van de voorgenomen werkzaamheden: ofwel na het archeologisch bureauonderzoek, als daaruit blijkt dat de kans op het voorkomen van waardevolle resten verwaarloosbar klein is. ofwel na het inventariserend veldonderzoek, als blijkt dat er binnen de percelen waarschijnlijk geen waardevolle archeologische resten in de bodem aanwezig zijn. Om de archeologische verwachting te kunnen verifiëren worden bij het veldonderzoek grondboringen en proefsleuven uitgevoerd. ofwel na het afronden van het archeologische vervolgonderzoek, als gebleken is dat er ter plaatse waardevolle archeologische resten in de bodem aanwezig zijn, die niet behouden kunnen worden. Afbeelding 7: stand van zaken archeologisch onderzoek d.d. 7 mei 2014. Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 20 De laatste stand van zaken is dat in het zuidelijke deel van het plangebied (perceel 2035) archeologisch vervolgonderzoek heeft plaatsgevonden (zie afbeelding 7). Deze gronden zijn bij besluit van 12 december 2012 reeds vrijgegeven voor verdere ontwikkeling. Hiermee kan de archeologische dubbelbestemming ter plaatse komen te vervallen en gelden er hieromtrent niet langer beperkingen. Het noordelijke de el van het plangebied (perceel 2034) is (voorlopig) beschermd tegen grondwerkzaamheden vanwege een archeologische vindplaats. Het betreft de locatie van de voormalige uithof ‘Nuwehof’ van de abdij van Egmond, alsmede de voormalige kitswoning. Omdat de tijdelijke Brede School op staal wordt gefundeerd en de grondwerkzaamheden daarvan niet dieper reiken dan 30 centimer, is nader archeologisch onderzoek op dit moment niet benodigd. Wanneer de gronden in de toekomst ontwikkeld worden naar woningbouw, dient wel archeologisch onderzoek uitgevoerd te worden. Derhalve wordt de archeologische dubbelbestemming ter plaatse gehandhaafd. 4.10 Geur Rond RijswijkBuiten liggen (potentiële) geurbronnen: loodfabriek Uzimet, de AWZI Harnaschpolder, BPRC en DSM. In het kader van het MER en het geldende bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is onderzoek naar geur uitgevoerd. Voor de drie deellocaties is alleen DSM relevant; de 1 ge/m3-contour van DSM valt over bijna het gehele te ontwikkelen gebied. Op basis van hedonische waarde, hinderonderzoeken en geurklachten is gemotiveerd waarom deze situatie acceptabel is. Verder worden er in RijswijkBuiten geen nieuwe bedrijven mogelijk gemaakt uit hogere milieucategorieën (en grotere kans op geuremissie). Geuroverlast, veroorzaakt door toekomstige bedrijven, is hierdoor uitgesloten. 4.11 Duurzaamheid Bij de ontwikkeling van RijswijkBuiten is ‘duurzaamheid’ een leidend principe. Het is onder meer een streven om van RijswijkBuiten een CO2-arme wijk te maken. Een ander onderdeel van een duurzame wijk is om deze leefbaar en veilig te maken. Monitoring van duurzaamheidsaspecten tijdens het planproces vindt onder meer plaats door het toepassen van het model “DuurzaamheidsProfiel op Locatie” (DPL). Met deze methode verkrijgt de wijk op vijfentwintig duurzaamheidaspecten een rapportcijfer, waarop tijdens de verdere planvorming en uitvoering getoetst wordt. In de regels van de uit te werken bestemmingen binnen het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is bepaald, dat een DPL voor elk van de afzonderlijke deelgebieden van RijswijkBuiten zal worden opgesteld, zodat duurzaamheid steeds bespreekbaar wordt gemaakt voor de verschillende doelgroepen, voortdurend getoetst wordt en de motor vormt voor integrale kwaliteitsverbetering van de wijk. Daarbij wordt een DPL-score van minimaal 7 nagestreefd (toetsdatum 2011). Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 21 Voor het eerste deelgebied van RijswijkBuiten, Sion, is een DPL opgesteld3. Hieruit komt naar voren dat de gemiddelde score over de 20 gemeten aspecten, een 7 bedraagt. De waarderingen van de afzonderlijke aspecten staan in de tabel in de DPL-rapportage opgenomen. Voldaan wordt dus aan de DPL-eis uit de uit te werken bestemming. Het DPL voor Sion van november 2011 is opgenomen als bijlage 3 bij deze toelichting. 4.12 Overige aspecten In het plangebied voor de tijdelijke school spelen overige aspecten (zoals waterleidingen, rioolleidingen, beschermingszones, hoogspanningsverbindingen) geen rol. 3 Programmabureau Rijswijk-Zuid, Duurzaamheidsprofiel locatie Sion – Rijswijk, DPL-meting november 2011 Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 22 Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp 23 5 Uitvoerbaarheid 5.1 Maatschappelijke uitvoerbaarheid In het kader van het geldende bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is uitvoerig stilgestaan bij inspraakreacties en zienswijzen. Op basis hiervan is het plan op onderdelen aangepast. Het uitwerkingsplan past binnen het bestemmingsplan en wordt daarom maatschappelijk uitvoerbaar geacht. Evenwel zal het ontwerp-uitwerkingsplan conform het gestelde in hoofdstuk 3 ter inzage worden gelegd. Zienswijzen in het kader van de terinzagelegging zullen worden ingevoegd na afloop van de zienswijzentermijn. Desgewenst kan het uitwerkingsplan hier nog op worden aangepast. Gezien het voorgaande wordt het plan maatschappelijk uitvoerbaar geacht. 5.2 Economische uitvoerbaarheid Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan dient op grond van artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) in de toelichting van een bestemmingsplan minimaal inzicht te worden gegeven in de economische uitvoerbaarheid van het plan. Bij het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is een exploitatieplan opgesteld. Hierin is een grondexploitatie opgenomen die is opgebouwd uit de opbrengsten en kosten die gemoeid zijn met de (her)inrichting van het gebied. Uit de actuele grondexploitatie bij het bestemmingsplan blijkt dat het plan Sion – ’t Haantje, dus met inbegrip van het thans voorliggende uitwerkingsgebied, economisch uitvoerbaar kan worden geacht. Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion” Toelichting Ontwerp Bijlagen Bijlage 1: Bestemming “Wonen – Uit te werken 1” uit het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” LET OP! Dit zijn niet de regels behorende bij dit uitwerkingsplan. Artikel 15 15.1 Wonen - Uit te werken - 1 Bestemmingsomschrijving 15.1.1 De voor Wonen - Uit te werken - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wonen; b. bijzondere woonvormen; c. aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit, met daaraan ondergeschikt: d. maatschappelijke voorzieningen; e. voorzieningen ten behoeve van kinderopvang en -verblijf; f. groen en water; g. wegen en paden; h. parkeren; i. speelvoorzieningen; j. nutsvoorzieningen, waaronder een rioolgemaal en leidingen; k. straatmeubilair, met de daarbij behorende: l. erven en tuinen; m. gebouwen; n. bouwwerken geen gebouwen zijnde. 15.1.2 Ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van verkeer - fietspad" zijn de in lid 6.1.1 bedoelde gronden tevens bestemd voor: a. een doorgaande verbinding voor langzaamverkeer; b. behoud en versterking van de landschappelijke waarde van de route. 15.1.3 Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - ongelijkvloerse kruising" zijn de in lid 13.1.1 bedoelde gronden tevens bestemd voor een ongelijkvloerse kruising, zoals een brug of een viaduct. 15.1.4 Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - te handhaven woonfunctie' zijn de gronden mede bestemd voor te handhaven woningen. 15.1.5 Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - gemengd' zijn de in lid 15.1.1 bedoelde gronden tevens bestemd voor: a. maatschappelijke voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van kinderopvang en verblijf met een maximale brutovloeroppervlakte van 1000 m²; b. detailhandel en dienstverlening en horeca, met een maximale brutovloeroppervlakte van 1500 m², waarvan maximaal 900 m² brutovloeroppervlakte voor detailhandel; c. sport- en recreatieve voorzieningen, met een maximale brutovloeroppervlakte van 500m². LET OP! Dit zijn niet de regels behorende bij dit uitwerkingsplan. 15.2 Bouwregels Bouwverbod Ten aanzien van de in lid 15.1 bedoelde gronden geldt dat het bouwen van bouwwerken uitsluitend is toegestaan overeenkomstig een door burgemeester en wethouders uitgewerkt plan dat in werking is getreden. 15.3 Afwijken van de bouwregels Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 15.2 zolang de uitwerking nog niet in werking is getreden onder de voorwaarde dat het bouwplan past binnen het ontwerp, dan wel een door een burgemeester en wethouders vastgesteld uitwerkingsplan. 15.4 Uitwerkingsregels Ten aanzien van de in lid 15.1.1 bedoelde gronden gelden de volgende uitwerkingsregels: a. binnen de bestemming mogen ten hoogste 1325 woningen worden gebouwd, waarvan maximaal 30% gestapelde woningen; b. van het aantal woningen binnen de bestemmingen als bedoeld in de artikelen 13, 15 en 16 worden ten minste 10% sociale huurwoningen gebouwd; c. de bouwhoogte van de grondgebonden woningen mag maximaal 12 m bedragen; d. de bouwhoogte van de gestapelde woningen mag ten hoogste 16 m bedragen, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van wonen - gemengd" de bouwhoogte van gebouwen, waaronder gestapelde woningen, niet meer mag bedragen dan 25 meter; e. binnen de bestemming dient aansluitend aan de historische waterstructuur ten minste 0,75 ha watergangen op boezempeil gerealiseerd te worden met een open verbinding naar open water via de Zweth en de Vliet; f. de waterbergingscapaciteit in de gezamenlijke bestemmingen als bedoeld in de artikelen 6, 8, 9, 10, 11, 13, 14, 15 en 16 dient ten minste 325 m³ per hectare te bedragen; g. ter plaatse van de aanduiding "zoekgebied fietspad" is mede het bepaalde in artikel 24.1 van toepassing. h. de bestemming mag niet eerder worden uitgewerkt dan nadat een actueel duurzaamheidsprofiel (DPL 2011) voor het gebied, waar de gronden deel van uitmaken, is opgesteld. De gemiddelde duurzaamheidsscore van de gezamenlijke bestemmingen in het deelgebied dient minimaal 7 te zijn. Bij de voorbereiding van een duurzaamheidsprofiel voor een gebied worden de betrokken overheidsdiensten om advies gevraagd; i. de bodemkwaliteit van de gronden moet geschikt zijn voor de bij de uitwerking van het plan toegelaten doeleinden; j. bij de uitwerking en realisatie van de bestemming dient met name in het gebied Sion voorkomen te worden dat aanwezige archeologische en cultuurhistorische waarden worden verstoord; k. artikel 13 van het Bevi wordt gehanteerd, wat kan leiden tot maatregelen in het ader van hulpverlening, zelfredzaamheid en bestrijdbaarheid; l. de bestemming mag niet eerder worden uitgewerkt dan nadat het dagelijks bestuur van het Stadsgewest Haaglanden omtrent hiermee verbonden verkeers- en vervoersaspecten is gehoord. LET OP! Dit zijn niet de regels behorende bij dit uitwerkingsplan. 15.5 Wijzigingsbevoegdheid Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 Wet ruimtelijke ordening het plan te wijzigen, indien de wijziging betrekking heeft op: a. het vervallen van "detailhandel en dienstverlening" in artikel 15.1.5. na de daadwerkelijke beëindiging van deze functies. Bijlage 2: Akoestisch onderzoek ‘Tijdelijke basisschool Sion’, KuiperCompagnons, d.d. 10 maart 2014 Akoestisch onderzoek ‘Tijdelijke basisschool Sion’ Gemeente Rijswijk 10 maart 2014 Projectgegevens Concept Akoestisch onderzoek ‘Tijdelijke basisschool Sion’ Opdrachtgever Contactpersoon RijswijkBuiten De heer J. de Oude Werknummer 318.415.12 Datum 10 maart 2014 Adviseur KuiperCompagnons Projectverantwoordelijke: ing. J. Kraaijeveld Behandeld door: ing. J. Kraaijeveld Telefoonnummer: 06-22012330 File: j:\318\415\12\3 projectresultaat\milieu\geluid\rapport\318.415.12 concept akoestisch onderzoek tijdelijke school rijswijkbuiten_10 maart 2014.docx Inhoudsopgave blz. 1. Inleiding.............................................................................................................................. 1 2. Wettelijk kader ................................................................................................................... 2 2.1. Wet geluidhinder ....................................................................................................... 2 2.2. Bouwbesluit 2012...................................................................................................... 3 3. Uitgangspunten geluidberekeningen.............................................................................. 4 3.1. Wegverkeersgegevens ............................................................................................. 4 3.3. Berekeningsmethode ................................................................................................ 5 4. Berekeningsresultaten ..................................................................................................... 7 4.1. Wegverkeerslawaai................................................................................................... 7 5. Conclusies ......................................................................................................................... 8 Inhoudsopgave bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Gehanteerde verkeersgegevens Rekenmodel wegverkeerslawaai Berekeningsresultaten Rijkswegen Berekeningsresultaten Prinses Beatrixlaan Berekeningsresultaten Laan van Sion 1. Inleiding Voor het gebied waarbinnen de nieuwe school wordt gerealiseerd geldt het bestemmingsplan ‘Sion - ’t Haantje’. Voor dit gebied is een herziening van dit bestemmingsplan in voorbereiding. Vooruitlopend op de vaststelling van dit bestemmingsplan wordt met een ruimtelijke procedure de nieuwbouw van deze school mogelijk gemaakt. Deze school is gelegen binnen de onderzoekszone van de Rijksweg A4, de Prinses Beatrixlaan en de Laan van Sion. Op grond van de Wet geluidhinder (Wgh) is daarom onderzoek uitgevoerd naar het aspect wegverkeerslawaai. Omdat de locatie niet is gelegen binnen de zone van een spoorlijn of industrieterrein heeft het onderzoek geen betrekking gehad op de aspecten railverkeers- en industrielawaai. Leeswijzer Dit onderzoeksrapport bestaat uit vijf hoofdstukken, waarvan hoofdstuk 1 deze inleiding is. In hoofdstuk 2 is het wettelijk kader beschreven. In hoofdstuk 3 is een beschrijving van de gebruikte gegevens en berekeningsmethode opgenomen. Het rapport wordt afgesloten met hoofdstuk 4 waarin de conclusies van het onderzoek worden beschreven. Akoestisch onderzoek (CONCEPT) Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014 1 2. Wettelijk kader 2.1. Wet geluidhinder Onderzoekszone Behalve langs 30 km/uur-wegen en woonerven bevindt zich overeenkomstig artikel 74 Wgh aan weerszijden van een weg een zone waarbinnen akoestisch onderzoek moet worden uitgevoerd. Voordat een nieuwe school binnen deze zone kunnen worden geprojecteerd dient te worden onderzocht of aan de grenswaarden van de Wgh wordt voldaan. De zonebreedte is afhankelijk van het aantal rijstroken en van de aard van de omgeving (stedelijk of buitenstedelijk gebied). De definities van stedelijk en buitenstedelijk gebied zijn opgenomen in artikel 1 Wgh. Deze definities luiden: - stedelijk gebied: het gebied binnen de bebouwde kom (bepaald door komgrensborden) met uitzondering van het gebied binnen de zone van een autoweg of autosnelweg; - buitenstedelijk gebied: het gebied buiten de bebouwde kom en het gebied binnen de bebouwde kom dat is gelegen binnen de zone van een autoweg of autosnelweg. De nieuwe school in dit bestemmingsplan worden binnen de bebouwde kom gebouwd. Omdat de Rijksweg A4 een autosnelweg is, is voor deze weg sprake van een buitenstedelijke situatie. Voor de beide andere wegen is sprake van een stedelijke situatie. Voor de Rijksweg A4 geldt een zone van 600 m (2x3 rijstroken, buitenstedelijk gebied). De Prinses Beatrixlaan heeft, na reconstructie, een zone van 350 m (drie of meer rijstroken, stedelijk gebied). De Laan van Sion heeft een zone van 200 m (2x1 rijstrook, stedelijk gebied). Deze zone wordt gemeten vanaf de buitenste begrenzing van de buitenste rijstrook. Normstelling De voorkeursgrenswaarde voor een nieuwe school is vastgelegd in het Besluit geluidhinder. Indien de geluidbelasting hoger is dan de voorkeursgrenswaarde moeten er maatregelen worden getroffen om hieraan alsnog te kunnen voldoen. Blijkt dat niet mogelijk te zijn of op zwaarwegende bezwaren te stuiten van stedenbouwkundige, verkeerskundige, landschappelijke of financiële aard dan is het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rijswijk (het college van Rijswijk) bevoegd tot het vaststellen van hogere waarden. In tabel 1 is aangegeven wat de voorkeursgrenswaarde en de maximale ontheffingswaarde is voor een nieuwe school. Tabel 1: Grenswaarden wegverkeerslawaai. Situatie School Voorkeursgrenswaarde Maximale ontheffingswaarde Buitenstedelijk 48 dB (art. 3.1 Bgh) 53 dB (art. 3.2 lid 1b Bgh) Stedelijk 48 dB (art 3.1 Bgh) 63 dB (art. 3.2 lid 2 Bgh) Reductie geluidbelastingen wegverkeerslawaai Op grond van de verwachting dat de geluidproductie van motorvoertuigen in de toekomst afneemt, mogen de berekende geluidbelastingen op de gevels worden gereduceerd. Volgens artikel 110g Wgh is deze reductie 2 dB bij wegen met een rijsnelheid van 70 km/uur en hoger en 5 dB bij wegen met een rijsnelheid van lager dan 70 km/uur. Akoestisch onderzoek (CONCEPT) Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014 2 Gelet op de wettelijke toegestane rijsnelheid op de in het onderzoek betrokken wegen is een reductie van 5 dB toegepast voor de Prinses Beatrixlaan en de Laan van Sion. Voor de rijkswegen is in een reductie toegepast van 2 dB. Hogere waardenbeleid gemeente Rijswijk De gemeente Rijswijk heeft nog geen vastgesteld hogere waarden beleid. Dit beleid is wel in voorbereiding. In dit rapport is geen toetsing uitgevoerd aan dit beleid. 2.2. Bouwbesluit 2012 In het Bouwbesluit 2012 is aangegeven wat de karakteristieke geluidwering moet zijn om een binnenwaarde, bij gesloten ramen, te garanderen voor verblijfsgebieden van een nieuwe school. Deze karakteristieke geluidwering moet minimaal gelijk zijn aan de vastgestelde hogere waarde minus de toegestane binnenwaarde van 33 dB. Akoestisch onderzoek (CONCEPT) Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014 3 3. Uitgangspunten geluidberekeningen Hierna worden de uitgangspunten voor de berekeningen van het wegverkeerslawaai beschreven. Het gaat om de gehanteerde gegevens en de gebruikte berekeningsmethode. 3.1. Wegverkeersgegevens Rijkswegen Vanaf 1 juli 2012 zijn emissieplafonds (Geluidsproductieplafonds GPP) langs hoofdinfrastructuur ingesteld. De Rijksweg A4 valt onder deze hoofdinfrastructuur. Deze rijksweg is in het emissieregister opgenomen waaruit de benodigde gegevens voor de uitvoering van dit akoestisch onderzoek moeten worden overgenomen. In het algemeen is in het emissieregister voor rijkswegen het gebruik van de rijkswegen in het jaar 2008 in het emissieregister vastgelegd. De geluidsbelasting wordt op basis van dit gebruik bepaald. Daarbij wordt 1,5 dB bij deze geluidsbelasting opgeteld. Deze 1,5 dB kan worden als een werkruimte voor Rijkswaterstaat. Deze werkwijze is aangehouden voor het deel van de Rijksweg A4 vanaf de aansluiting met de Prinses Beatrixlaan en oostelijk van deze aansluiting. Voor het deel van de Rijksweg A4 ten westen van de aansluiting met de Prinses Beatrixlaan is ‘recent’ een tracébesluit vastgesteld. De informatie in het emissieregister is gebaseerd op de gebruikte gegevens uit dit tracébesluit. Voor rijkswegen waarvoor het toekomstig gebruik uit het tracébesluit als uitgangspunt is aangehouden wordt geen extra werkruimte van 1,5 dB aangehouden. Dit is gedaan omdat in het akoestisch onderzoek voor het Tracébesluit reeds is uitgegaan van het verwachte toekomstige gebruik. Van belang is te melden dat in het Tracébesluit voor de Rijksweg A4 voor het deel vanaf de Prinses Beatrixlaan is uitgegaan van Tweelaags Zoab verharding. Lokale wegen De voor dit onderzoek gehanteerde verkeersgegevens voor de Prinses Beatrixlaan en de Laan van Sion zijn gebaseerd op het verkeersonderzoek Rijswijk-Zuid. Dit onderzoek is uitgevoerd in het kader van het MER Rijswijk-Zuid. De uitgangspunten en bevindingen van het verkeersonderzoek zijn beschreven in de rapportage van Goudappel Coffeng ‘Verkeersonderzoek Rijswijk-Zuid’ van 11 november 2010. Als belangrijk gegeven wordt vermeld dat in de verkeerscijfers van de Rijksweg A4 de aanleg van het gedeelte van de Rijksweg A4 tussen Delft en Schiedam is meegenomen. Voor dit bestemmingsplan dient de akoestische situatie minimaal 10 jaar na vaststelling van het plan te worden beschouwd. Als uitgangspunt is het prognosejaar 2024 aangehouden. In het eerdergenoemde verkeersonderzoek is een studie uitgevoerd naar de verkeersintensiteiten en de afwikkeling in het prognosejaar 2020. In dat verkeersonderzoek is er van uitgegaan dat de nieuwbouw binnen Rijswijk-Zuid ten westen van de Lange Kleiweg in het jaar 2020 is uitgevoerd. Voor de autonome groei van het verkeer in de periode van 2020 tot 2024 is in dit onderzoek uitgegaan van 2% per jaar. Een ander belangrijk uitgangspunt is dat op de (gewijzigde) Prinses Beatrixlaan en het Terras van Sion een stil wegdek wordt aangebracht. Voor het wegdek op de Prinses Beatrixlaan betreft dit een Micropave-verharding. Op de kruisingsvlakken van de Prinses Beatrixlaan met de Laan van Sion en het Terras van Sion en ter hoogte van de opstelvakken in de Prinses Beatrixlaan wordt Akoestisch onderzoek (CONCEPT) Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014 4 geen stil wegdek aangelegd, omdat dit type wegdek minder bestand is tegen het wringende verkeer op het kruisingsvlak. De wettelijk toegestane rijsnelheid bedraagt op beide wegen 50 km/h. In bijlage 1 van dit onderzoek is een uitgebreid overzicht gegeven van alle gebruikte verkeersgegevens. 3.2. Berekeningsmethode Voor het bepalen van de geluidsbelasting door het verkeer is gebruik gemaakt van Standaardrekenmethode 2 overeenkomstig het RMG 2012. Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van het softwarepakket Geomilieu, versie 2.30. In het rekenmodel zijn de volgende elementen ingevoerd: - rijlijnen; - bodemgebieden (hard/zacht gebieden); - objecten (gebouwen); - hoogtelijnen; - geluidsschermen/wallen; - toetspunten. Rijlijnen Als uitgangspunt is voor de ligging van de wegen uitgegaan van de gegevens uit het verkeersmodel. Een uitzondering betreft de ligging van de Prinses Beatrixlaan en de Laan van Sion. Voor de ligging van deze wegen is door de gemeente Rijswijk een digitale ondergrond aangeleverd op basis waarvan de wegligging is ingevoerd. Bodemgebieden In het rekenmodel is als uitgangspunt een akoestisch harde bodem gekozen. Alle akoestische zachte gebieden zoals gras en bermen zijn als specifieke bodemgebieden in het rekenmodel ingevoerd. De nieuwe bedrijventerreinen in dit bestemmingsplan zijn volledig akoestisch hard gemodelleerd. De nieuwe woonbestemmingen in dit bestemmingsplan zijn als 40% akoestisch zacht ingevoerd. Objecten De ligging van de bestaande gebouwen en de hoogte van deze gebouwen zijn gebaseerd op het rekenmodel dat is opgesteld in het kader van het Besluit omgevingslawaai (eerste tranche). Binnen de bestemming ‘Woongebied’ kunnen op grond van de regels van het plan eengezinswoningen worden gebouwd met en hoogte van 12 m en gestapeld woningen met een hoogte van 30 m. Omdat tussen de geluidsbronnen en de locatie van deze school nog geen nieuwe bebouwing aanwezig is, is in dit rekenmodel geen rekening gehouden met de afschermende werking van deze nieuwe bebouwing. Geluidsschermen/wallen De bestaande geluidsreducerende maatregelen langs de Rijksweg A4 zijn in het rekenmodel meegenomen. Ter hoogte van de afvalwaterzuivering en verder naar het westen is een bestaand geluidsscherm aanwezig. De hoogte van dit geluidsscherm is 2 m. Vanaf de aansluiting met de Prinses Beatrixlaan richting het oosten is de Rijksweg A4 verdiept aangelegd. De mate van ver- Akoestisch onderzoek (CONCEPT) Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014 5 diepte ligging is gebaseerd op de digitale topografische bestanden (dtb-bestanden) van Rijkswaterstaat. In deze bestanden is eveneens hoogte-informatie opgenomen. Toetspunten In de rekenmodellen zijn toetspunten opgenomen. De beoordelingshoogte bij deze toetspunten is 1,5 m omdat de school in één verdieping wordt gebouwd. Gezien de gebruiksperiode van deze geluidsgevoelige bestemming dient op grond van artikel Wgh de geluidsbelasting te worden gebaseerd op de dagperiode van 7.00 tot 19.00 h. De avond- en nachtperiode zijn niet in de berekening betrokken. In verband met de grootte van het rekenmodel is er voor gekozen geen uitdraai van het rekenmodel op te nemen in de bijlagen van deze rapportage. Indien gewenst kan deze uitdraai in digitale vorm worden aangeleverd of er kan een kopie van het rekenmodel worden aangeleverd. Het gehanteerde rekenmodel is weergegeven in bijlage 2 ‘Rekenmodel verkeerslawaai’. Akoestisch onderzoek (CONCEPT) Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014 6 4. Berekeningsresultaten 4.1. Wegverkeerslawaai In het onderstaande gedeelte zijn per weg de berekeningsresultaten beschreven Rijkswegen De geluidsbelasting door het verkeer op de rijkswegen bedraagt maximaal 48 dB op deze wegen gekeerde gevel. De voorkeurswaarde van 48 dB wordt niet overschreden. Prinses Beatrixlaan De geluidsbelasting door het verkeer op de Prinses Beatrixlaan bedraagt maximaal 46 dB op deze wegen gekeerde gevel. De voorkeurswaarde van 48 dB wordt niet overschreden. Laan van Sion De geluidsbelasting door het verkeer op de Laan van Sion bedraagt maximaal 31 dB op de naar de weg gekeerde gevel. De voorkeurswaarde van 48 dB wordt niet overschreden. Akoestisch onderzoek (CONCEPT) Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014 7 5. Conclusies In het plan ‘Tijdelijke basisschool Sion’ wordt voorzien in de bouw van een tijdelijke school. Uit het onderzoek blijkt dat het verkeer op geen van de onderzochte wegen leidt tot een geluidsbelasting die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde van 48 dB. Geconcludeerd wordt dat de Wgh niet leidt tot een belemmering voor de ontwikkelingen in dit bestemmingsplan. Akoestisch onderzoek (CONCEPT) Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014 8 Bijlagen >>> Bijlage 1 Gehanteerde verkeersgegevens Tabel 1: Verkeersgegevens lokale wegen bestemmingsplan 'Tijdelijke basisschool Sion'. ID Wegvak WegdekRijIntensiteit type snelheid 2024 [km/uur] 1a Prinses Beatrixlaan Micropave 50 22293 1b Prinses Beatrixlaan Micropave 50 22293 1c Prinses Beatrixlaan Referentiewegdek 50 22293 1d Prinses Beatrixlaan Referentiewegdek 50 22293 1e Prinses Beatrixlaan Referentiewegdek 50 20205 1f Prinses Beatrixlaan Referentiewegdek 50 20205 1g Prinses Beatrixlaan Micropave 50 20205 1h Prinses Beatrixlaan Micropave 50 20205 1i Prinses Beatrixlaan Micropave 50 20205 1j Prinses Beatrixlaan Micropave 50 20205 1k Prinses Beatrixlaan Referentiewegdek 50 20205 1l Prinses Beatrixlaan Referentiewegdek 50 20205 1m Prinses Beatrixlaan Referentiewegdek 50 19964 1n Prinses Beatrixlaan Referentiewegdek 50 19592 1o Prinses Beatrixlaan Micropave 50 19592 1p Prinses Beatrixlaan Micropave 50 19964 1q Prinses Beatrixlaan Referentiewegdek 50 19964 1r Prinses Beatrixlaan Referentiewegdek 50 19964 1s Prinses Beatrixlaan Referentiewegdek 50 19592 2a Ontsluitingsweg Sion Referentiewegdek 50 2654 2b Ontsluitingsweg Sion Micropave 50 2654 2c Ontsluitingsweg Sion Referentiewegdek 50 2654 2d Ontsluitingsweg Sion Micropave 50 2654 2e Ontsluitingsweg Sion Micropave 50 4367 2f Ontsluitingsweg Sion Micropave 50 2548 2g Ontsluitingsweg Sion Micropave 50 1917 Gem. uur [%] 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.98 6.99 6.99 6.99 6.99 6.99 6.99 7.00 Dagperiode Licht Middel [%] [%] 89.04 6.58 89.04 6.58 89.04 6.58 89.04 6.58 88.55 6.87 88.55 6.87 88.55 6.87 88.55 6.87 88.55 6.87 88.55 6.87 88.55 6.87 88.55 6.87 89.28 6.43 90.12 5.93 90.12 5.93 89.28 6.43 89.28 6.43 89.28 6.43 90.12 5.93 93.55 5.16 93.55 5.16 93.55 5.16 93.55 5.16 96.67 2.66 95.02 3.98 99.97 0.02 Zwaar [%] 4.38 4.38 4.38 4.38 4.58 4.58 4.58 4.58 4.58 4.58 4.58 4.58 4.29 3.95 3.95 4.29 4.29 4.29 3.95 1.29 1.29 1.29 1.29 0.67 1.00 0.01 Gem. uur [%] 2.53 2.53 2.53 2.53 2.53 2.53 2.53 2.53 2.53 2.53 2.53 2.53 2.53 2.54 2.54 2.53 2.53 2.53 2.54 2.56 2.56 2.56 2.56 2.58 2.57 2.60 Zwaar [%] 3.55 3.55 3.55 3.55 3.71 3.71 3.71 3.71 3.71 3.71 3.71 3.71 3.47 3.19 3.19 3.47 3.47 3.47 3.19 1.04 1.04 1.04 1.04 0.53 0.80 0.00 Gem. uur [%] 0.77 0.77 0.77 0.77 0.77 0.77 0.77 0.77 0.77 0.77 0.77 0.77 0.77 0.76 0.76 0.77 0.77 0.77 0.76 0.74 0.74 0.74 0.74 0.72 0.73 0.70 Nachtperiode Licht Middel [%] [%] 80.95 11.43 80.95 11.43 80.95 11.43 80.95 11.43 80.18 11.89 80.18 11.89 80.18 11.89 80.18 11.89 80.18 11.89 80.18 11.89 80.18 11.89 80.18 11.89 81.32 11.21 82.68 10.39 82.68 10.39 81.32 11.21 81.32 11.21 81.32 11.21 82.68 10.39 88.36 9.32 88.36 9.32 88.36 9.32 88.36 9.32 93.83 4.94 90.89 7.28 99.95 0.04 Zwaar [%] 7.62 7.62 7.62 7.62 7.93 7.93 7.93 7.93 7.93 7.93 7.93 7.93 7.47 6.93 6.93 7.47 7.47 7.47 6.93 2.33 2.33 2.33 2.33 1.23 1.82 0.01 J:\318\415\12\3 Projectresultaat\milieu\geluid\verkeer\verkeer 2024_BP Tijdelijke school Sion_maart 2014.xls Avondperiode Licht Middel [%] [%] 91.12 5.33 91.12 5.33 91.12 5.33 91.12 5.33 90.71 5.57 90.71 5.57 90.71 5.57 90.71 5.57 90.71 5.57 90.71 5.57 90.71 5.57 90.71 5.57 91.31 5.21 92.01 4.79 92.01 4.79 91.31 5.21 91.31 5.21 91.31 5.21 92.01 4.79 94.82 4.14 94.82 4.14 94.82 4.14 94.82 4.14 97.35 2.12 96.02 3.19 99.98 0.02 Bijlage 1 Gehanteerde verkeersgegevens Bijlage 2 Rekenmodel wegverkeerslawaai Bijlage 3 Berekeningsresultaten wijkswegen Bijlage 4 Berekeningsresultaten Prinses Beatrixlaan Bijlage 5 Berekeningsresultaten Laan van Sionontouren Oosterweg/ZuiderdreefBijlage 4 Geluidscontouren Oosterweg/Zuiderdreef Bijlage 3: DPL Sion, november 2011 DUURZAAMHEIDSPROFIEL SION Analyse van de duurzaamheid van het ontwikkelingsplan Sion met het computerinstrument DPL (Duurzaamheidsprofiel van een Locatie) d.d. 20 augustus 2012 PH/PV J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 1 INHOUD 1. Inleiding 2. Wat is DPL? 3. Resultaat duurzaamheidsmeting Sion 3 3 5 3.1 Algemeen 3.2 Toelichting per aspect 4. Conclusies en aanbevelingen 13 Ruimtelijke hoofdstructuur Sion (Ontwikkelingsplan Sion, mei 2012) J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 2 1. Inleiding RijswijkBuiten moet in alle opzichten een duurzame wijk worden. Dat is de ambitie, die in het Masterplan Rijswijk-Zuid (november 2009) staat omschreven. Dit plan vermeldt ook de wijze waarop in het vervolg van de planvorming de duurzaamheidsdoelen moeten worden beoordeeld. Dat gebeurt aan de hand van het landelijk geïntroduceerde computerinstrument DPL (Duurzaamheidsprofiel van een Locatie). De toepassing van deze methode is in het bestemmingsplan Sion-’t Haantje (september 2011) vastgelegd, inclusief de minimale score die als gemiddelde voor duurzaamheid moet worden behaald. Afgelopen jaar zijn de plannen voor het eerste deelgebied Sion regelmatig op duurzaamheid ‘doorgemeten’. Dat leverde steeds aanwijzingen op waar we op de goede weg zijn en waar verbeteringen nodig zijn. In deze rapportage wordt het uiteindelijke ‘Ontwikkelingsplan Sion’ (mei 2012) onder de loep gelegd. Het laat zien waar we nu staan, wat goed gaat en wat bij de uitwerking en uitvoering volle aandacht behoeft. In de volgende paragraaf wordt eerst kort de DPL-methode uitgelegd. Daarna volgen de resultaten van de meting, over het geheel en per duurzaamheidsaspect. De rapportage sluit af met conclusies en aanbevelingen. 2. Wat is DPL? DPL is een door TNO en IVAM ontwikkeld computerinstrument om de duurzaamheid van een wijk te meten. Voor 24 aspecten van duurzaamheid worden kenmerken van het plan ingevoerd en wordt een duurzaamheidsscore gegeven in de vorm van een rapportcijfer tussen de 3 (= minimum) en de 9 (= maximum). De aspecten beslaan een breed scala aan duurzame onderwerpen: de thema’s ‘People’, ‘Planet’ en ‘Profit’ worden alle drie belicht. Overzicht van 24 aspecten uit de DPL-methode, gerangschikt naar Planet, People en Profit J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 3 De scores van RijswijkBuiten (en Sion) worden vergeleken met een referentiewijk uit het DPL-programma. Een referentiewijk in DPL is een theoretisch geconstrueerde wijk waarin geen bijzondere maatregelen zijn getroffen voor duurzaamheid en waarin net wordt voldaan aan de eisen uit regelgeving. Referentiewijken scoren in het DPL-programma altijd net een voldoende, het cijfer 6, op elk van de DPL-aspecten. Voor de analyse van het Masterplan Rijswijk-Zuid en het Ontwikkelingsplan Sion is uitgegaan van de referentie ‘Woonwijk, laagen middelhoogbouw, rond 2008’. Op enkele plaatsen is deze referentiewijk aangepast voor dit project, om beter aan te sluiten bij de omvang en aard van het plangebied. Als basis voor de meting van Sion is de grondgebruikskaart van het Ontwikkelingsplan Sion genomen. Hierop worden de functies en het oppervlaktebeslag nauwkeurig bijgehouden. Voorts wordt uitgegaan van de uitvoeringsmaatregelen die het Programmabureau RijswijkBuiten voornemens is te nemen. Ontwikkelingsplankaart Sion (mei 2012) Fragment grondgebruikskaart J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 4 3. Resultaat duurzaamheidsmeting Sion 3.1 Algemeen De resultaten van de meting van de afzonderlijke aspecten zijn in onderstaande grafiek weergegeven. De gele balken geven het profiel van het eerder gemeten Masterplan RijswijkZuid weer. De blauwe balken laten het duurzaamheidsprofiel van Sion zien. Op twee aspecten is een variant (in rode kleur) ingevoerd: een betere EPC (Energieprestatie Coëfficiënt) van 0,2 in plaats van 0,4 en een gunstiger lijnvoering van het OV (de bus) door in plaats van langs Sion via de Prinses Beatrixlaan. Voorts is met de groene balken een ‘klimaatmeting’ toegevoegd. Deze factoren geven aan hoe de wijk scoort op het voorkomen van negatieve invloeden van klimaatveranderingen, zoals bij overvloedige regenval, droogte en hitte. Het Inrichtingsplan Sion scoort over de 20 onderzochte aspecten (de blauwe balken) gemiddeld een 7,06/7,13. Deze uitkomst is een volle punt hoger dan twee jaar geleden voor het Masterplan is berekend. De hogere score is vooral te danken aan: - Beter fietsvoorzieningen in Sion: o.a. de fietsroutes Van Rijnweg en Sion-Noord - Meer groen ín de wijk: o.a. de aanleg van de ‘groene hagen’, half verharde parkeerplaatsen en toepassing bijzondere beplanting en bomen - Cultuurhistorische waarden: het behoud van historisch water en historische objecten als brug, koetshuis en karakteristieke tuinderswoningen en schoorstenen - Meer bewonersparticipatie: het aandeel van particulier opdrachtgeverschap Het aspect ‘lokale werkgelegenheid’ scoort evenwel in het Masterplan hoger dan Sion, omdat daar ook het bedrijventerrein langs ’t Haantje als bron van arbeidsplaatsen meetelt. Met de gemiddelde score van minimaal 7,06 voldoet het Ontwikkelingsplan Sion aan het vereiste van een 7 uit het bestemmingsplan. Overzicht van scores per onderzocht aspect (geel = Masterplan Rijswijk-Zuid; blauw = Sion; groen = klimaat) J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 5 3.2 Toelichting per aspect Voor elk aspect afzonderlijk is aan de hand van indicatoren de DPL-score van Sion bepaald. Omdat het een nieuwe wijk betreft, kunnen niet alle 24 aspecten worden beoordeeld. Derhalve ontbreken in onderstaande toelichting een aantal volgnummers. 1. Ruimtegebruik Bij dit aspect wordt beoordeeld hoe efficiënt met ruimte wordt omgesprongen. Dat wordt berekend aan de hand van de Floor-Space-Index, waarin het totale vloeroppervlak bebouwd in de wijk wordt gedeeld door het grondoppervlak van de wijk (exclusief open water). Compact bouwen scoort goed. Daartegenover staat dat een dichte bebouwing weer ten koste gaat van andere kwaliteiten als groen, parkeervoorzieningen en open ruimte. Op dit aspect is voor Sion als referentie een laagbouwwijk genomen en bedraagt de score net geen voldoende: 5,5 2. Energie De ambities ten aanzien van het energieverbruik zijn in het bestemmingsplan Sion-’t Haantje vastgelegd: als Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) een 0,4 (het Bouwbesluit gaat nog uit van 0,6) en als Energieprestatie op Locatie (EPL) een 8. De eerste woningen in Sion worden gebouwd met een EPC tussen de 0,4 en 0,0 (= energieneutraal, dat wil zeggen dat voor verwarming en warm water geen energie van buiten nodig is). Bij een gemiddelde van een EPC van 0,2 is de DPL-score op dit aspect maximaal: 9. Indien het vereiste uit het bestemmingsplan wordt aangehouden daalt de score naar een 8. Ten aanzien van energie in de wijk kunnen in het bijzonder de volgende maatregelen worden genoemd: - Er wordt geen gas- en warmtenet toegepast: de energiebehoefte wordt beperkt door passief bouwen en alternatieve energiebronnen (o.a. WKO en zonnepanelen). Het restant wordt geleverd via het elektrisch net. - De voorbereiding van een smart grid in de wijk, waarmee uitwisseling van elektriciteit tussen individuele woningen mogelijk wordt - De voorbereiding van woningen en bijgebouwen op de plaatsing van zonnepanelen. - Onderzoek naar de aanleg van een complex zonnepanelen op wijkniveau - De voorbereiding van laadpunten voor elektrische auto in en bij de woning en in de publieke ruimte - De aanleg van led-verlichting in de openbare ruimte Voorbeeld carport met zonnepanelen J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 6 3. Materialen Voor de normering van milieubelasting van materiaalgebruik wordt het prestatie-instrument GPR-Gebouw toegepast. Conform het gemeentelijk beleid wordt een GPR-waarde van minimaal een 7 voorgeschreven. De score in DPL is dan ook een 7. In Sion wordt ook in de openbare ruimte rekening gehouden met duurzaamheid: mogelijke toepassing van geluidsarme betonklinkers, beschoeiing van FSC-hout en uitvoering straatmeubilair, etc. conform het Programma van Eisen van de gemeente. 4. Waterbeheer Bij dit aspect wordt beoordeeld of het regenwater al dan niet gescheiden wordt opgevangen en afgevoerd. In Sion wordt water van het verharde oppervlak afgekoppeld van het gemengde riool. De DPL-score is dan een 8 Waterstructuur Sion, met donkerblauw boezemwater en lichtblauw polderniveau 5. Afvalinzameling De DPL-score van 6,4 is gebaseerd op een gescheiden inzameling volgens het huidige Rijswijkse systeem: papier, glas, GFT, KCA en restafval. Niet apart ingezameld worden textiel, elektrische apparatuur, metaal en plastic. De inzameling vindt plaats via ondergrondse containers. De afvalinzamelaar AVALEX experimenteert in Pijnacker-Nootdorp met een nieuw systeem, waarbij bewoners zelf hun afvalfracties inleveren. Mogelijk dat op termijn ook in Sion het ‘gescheiden brengen’ wordt ingevoerd. 6. Bodemkwalitet Waar nodig wordt de grond in het plangebied gesaneerd. Er blijft een lichte verontreiniging tussen de achtergrondwaarde en maximale waarde van de klassen achter. De score is daardoor voldoende: 6. 7. Luchtkwaliteit In het plangebied vinden geen overschrijdingen van de luchtkwaliteitsnormen plaats. De score is ruim voldoende: 7,1. J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 7 8. Geluidhinder Het plangebied ondervindt geluidhinder van de A4 en de Prinses Beatrixlaan. De A4 wordt enigszins afgeschermd door het bedrijventerrein dat aan de noordzijde van Sion is gepland. Voor een acceptabel geluidsniveau langs de Prinses Beatrixlaan is het nodig dat op de weg geluidsarm asfalt wordt toegepast en de aanliggende bebouwing zoveel mogelijk gesloten wordt uitgevoerd. De geluidsproductie van de ringweg binnen Sion kan iets worden teruggebracht door gebruik van geluidsarm bestratingsmateriaal en door een lagere ontwerpsnelheid van 40 in plaats van 50 km/uur. De DPL-score is bij deze maatregelen toch nog een onvoldoende: 4,1. Deze lage waarde wordt vooral veroorzaakt door de ‘geluidslekken’ langs de Prinses Beatrixlaan, zoals tussen de bouwstroken en bij de toegangswegen tot de wijk. Hier valt weinig aan te verhelpen. Variant met strokenbebouwing en stil wegdek 9. Geurhinder Het plangebied van RijswijkBuiten is zodanig ontworpen dat de woongebieden buiten de kritische 3 ge/m3 van DSM vallen. In Sion blijft de geurbelasting beperkt van 1 tot 3 ge/m3. Ervan uitgaande dat deze waarden beleidsmatig acceptabel zijn (zoals door de provincie Zuid-Holland aangegeven), bedraagt de DPL-score voor dit aspect bijna voldoende: 5,9. 10. Externe veiligheid De grenswaarde voor het plaatsgebonden risico (PR = 10 -6) wordt nergens in Sion overschreden. Wel valt een derde van de wijk binnen de toetsingsafstand van de buisleidingen, die langs het gebied lopen (ingevoerd als PR tussen 10-7 en 10-6). De DPLscore is, gelet op de omvang van deze contouren, licht onvoldoende: 5,8. 12. Verkeersveiligheid De verkeersveiligheid wordt gemeten aan de hand van de ontwerpsnelheden van wegen in het plangebied. Op de Prinses Beatrixlaan wordt 50 km/uur toegestaan; op de wijkontsluitingsweg (Kloostergang) 40 km/uur. De woon- en buurtstraten krijgen een 30 km/uur-regiem. De oranjegekleurde woonstraten zijn voetgangersgebieden; de auto is daar alleen ‘te gast’. Als gevolg van het hoge aandeel verkeersluwe wegen en paden komt de score van dit aspect op een hoog niveau: 9 J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 8 Verkeersstructuur Sion 13. Voorzieningen en winkels In de noordoosthoek van Sion is conform het bestemmingsplan en het detailhandelsonderzoek een voorzieningencluster gepland, met onder meer een school, een (tijdelijke) supermarkt en diverse maatschappelijke en zorgvoorzieningen. Daarbij zal Sion profiteren van de nabij gelegen winkelcentra in Delft en Rijswijk. Voor DPL tellen in principe alleen voorzieningen binnen de wijk en die binnen 200 meter buiten de plangrens liggen. Het wijkwinkelcentrum aan de van Foreestweg (ca 500 meter van de grens van Sion gelegen) heeft daarom geen invloed op de score. Als voorzieningen tellen ook mee de speelplekken voor kinderen (< 6 jaar) en jongeren (1218 jaar), die in het plan zijn opgenomen. In verhouding tot het inwonertal is het aantal voorzieningen in Sion iets lager dan in de referentiewijk. De door de meetmethode enigszins geflatteerde score is net onvoldoende: 5,4. Geplande speelvoorzieningen voor jongeren J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 9 14. Bereikbaarheid OV en fiets Voor de trein is in de DPL berekening uitgegaan van de huidige situatie, zonder toevoeging van een eventueel station bij ’t Haantje. De dichtstbijzijnde stations (Rijswijk en Delft) liggen op respectievelijk 2 en 2,4 km. Voor de bus is voorlopig ingeschat dat er één busverbinding door of langs Sion zal lopen, die in de spits elk kwartier rijdt. Er ontstaat een verschil in score van 0,8 tussen een busroute over de Prinses Beatrixlaan en met een lus door de wijk. Vanaf de eerste bewoning van Sion wordt de inzet van busje overwogen. Voor de fietsers komen zelfstandige routes langs de Van Rijnweg (tussen Hoekpolder en het Voordijkshoornsepad in Delft) en door Sion-Noord. Langs de Prinses Beatrixlaan en de wijkontsluitingsweg worden vrij liggende fietspaden aangelegd. De autoluwe binnenwegen worden fietsvriendelijk ingericht (ingevoerd in DPL als vrij liggend fietspad). De score voor dit aspect is 6,7. 15. Groen in de wijk Op grond van het laatste inrichtingsplan scoort Sion op dit aspect hoog: 9. Naast het oppervlak aan te leggen groen, zijn een aantal verbeterpunten meegerekend: - De toepassing van half verharde parkeerplaatsen, zowel voor de bezoekersparkeerplaatsen, als in de parkeerkoffers (te regelen met ontwikkelende partijen) - De gedeeltelijke toepassing van kruidenbermen - De aanplant van bijzondere hagen (o.a. haagbeuk) in het ‘groene padengebied’ - De toepassing van bijzondere bomen als beuken en eiken - Eventuele moestuinen, gevelbeplanting en daktuinen zijn (nog) niet in huidige plannen opgenomen Groenstructuur Sion J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 10 16. Water in de wijk Sion heeft ruim voldoende oppervlakte water om aan de norm te voldoen. Naast oppervlakte water telt ook de kwaliteit mee in de score. De volgende kwalitatieve maatregelen worden toegepast: - De aanleg van ecologische oevers: ca. 60% van de oevers wordt natuurvriendelijk aangelegd - De aanleg van een fontein - Het regenwater op wegen langs watergangen wordt direct daarop geloosd - Ruim voldoende drooglegging, in combinatie met drainage onder het openbaar gebied. Door de drainage is regulering grondwaterpeil, ook in droge periodes, goed mogelijk De score wordt bij uitvoering van deze maatregelen maximaal: 9. 18. Cultuurhistorische waarden Het behoud van de in Sion aanwezige cultuurhistorische elementen geeft de wijk extra unieke waarden. Het inrichtingsplan voorziet in het respecteren van: - De historische waterstructuur van het landgoed Sion - Het behouden van bijzondere objecten als de oude brug, het voormalige koetshuis, de Kitswoning (voormalige boerderij), enkele karakteristieke tuinderswoningen en een tuindersschoorsteen De score voor dit aspect: 9. Buitenplaats Sion in de 18e eeuw 20. Lokale werkgelegenheid In het plangebied is een klein bedrijventerrein gepland en is sprake van verzorgende werkgelegenheid. De score is iets hoger dan in een referentiewijk: 6,2. 23. Functiemenging Sion is primair een woonwijk, maar door het bedrijventerrein en de ruimte die het bestemmingsplan biedt voor werk aan huis, is de score hoog: 9. 24. Flexibiliteit In het bestemmingsplan Sion-‘t Haantje liggen de functies wonen, werken en voorzieningen in principe vast. Kleinschalige bedrijvigheid in de woningen wordt in het bestemmingsplan alleen toegestaan zolang wonen de hoofdfunctie blijft. Aan een beperkt deel van de gebouwen worden maatregelen getroffen om toekomstige functieverandering mogelijk te maken of gebouwd voor tijdelijk gebruik (ca 3000 m2 bvo). Omdat dit slechts zo’n 1,5% van het totale vloeroppervlakte betreft, is de score niet hoog: 6,3. J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 11 25. Bewonersparticipatie Het tijdig betrekken van (toekomstige) bewoners bij de inrichting van de wijk heeft invloed op de sociale cohesie in de wijk en daarmee ook op de duurzaamheid. Een aantal vormen van participatie telt mee in de score: het informeren en raadplegen van bewoners en de organisatie van particulier opdrachtgeverschap. Het voornemen bestaat om thematische bijeenkomsten voor belangstellenden te organiseren. Tevens wordt ca 30% van de bouwruimte gereserveerd voor zelfbouw. Indien deze ambities worden waargemaakt, wordt de DPL-score op dit aspect maximaal: een 9. Mocht de belangstelling voor zelfbouw minder zijn, bijvoorbeeld voor 15% in plaats van 30% van de woningen, dan daalt de score naar een 8. Klimaatmeting (nieuw toegevoegd) Een aantal duurzaamheidsaspecten bepaalt de mate van ‘klimaatbestendigheid’ van de nieuwe wijk. Het gaat om de effecten van klimaatveranderingen als overvloedige regenval, extreme droogte en hittestress. Een nieuwe module van DPL meet de score op de mate van klimaatadaptatie van de wijk. Deze is nu ook toegepast op het Ontwikkelingsplan Sion: - Het vasthouden van regenwater: dakvormen, vegetatiedaken en percentage verharding/half verhard. Als gevolg van het hoge percentage voorgeschreven schuine daken (snelle afvloeiing van regenwater) scoort dit aspect minder. De voorgenomen half verharde parkeerplaatsen hebben weer een iets gunstige invloed. Gemiddeld genomen komt de score op een 6,8. - Het waterbergend vermogen, ook bij extreme neerslag, scoort goed: 7,5. - Droogtebestrijding: als gevolg van het ruime oppervlakte water en de lengte van natuurvriendelijke oevers komt dit aspect op een 9. Daarnaast zorgt de extra drainage onder het openbare gebied voor de regulering van het grondwaterniveau. - Hittestress: de mate waarop in warme periodes hittestress (verhoogde temperaturen binnen de bebouwde kom) kan voorkomen, wordt mede bepaald door de bebouwingsdichtheid en de aanwezigheid van parken in de wijde omgeving (binnen een straal van 3 km). Ongeveer 2/3 van de omgeving is bebouwd, hetgeen een score van 5,5 oplevert. De gemiddelde score op klimaatadaptatie is met 7,2 ruim voldoende. Bebouwd/onbebouwd binnen 3 km rond Sion J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 12 4. Conclusies Met een totaal gemiddelde score van 7,06-7,13 doet Sion het in dit stadium van planontwikkeling beter dan het Masterplan Rijswijk-Zuid. Ook wordt ruimschoots voldaan aan de minimale score van 7 die in het bestemmingsplan is vastgelegd. Samenvattend ontstaat het volgende overzicht. Sterke punten van Sion Een EPC tussen 0,0 (energieneutraal voor verwarming en warm water) en 0,4 Verkeersveiligheid Verkeersluwe woongebieden Groen Veel extra kwalitatieve maatregelen, zoals groene hagen Water Aanleg natuurvriendelijke oevers Cultuurhistorie Behoud karakteristieke elementen Sion Functiemenging Bedrijventerrein, voorzieningen en werken aan huis mogelijk Bewonersparticipatie Mogelijkheden van particulier opdrachtgeverschap Score Energie Zwakke punten van Sion Geluidhinder Afvalinzameling Geur Voorzieningen Bereikbaarheid OV Invloed van A4 en Prinses Beatrixlaan Nog standaard Invloed van DSM Minimale winkelvoorzieningen (in Sion) Onzekerheid busvervoer 9 9 9 9 9 9 9 Score 4,1 6,4 5,9 5,4 6,7 Aanbevelingen - Als gevolg van de crisis in de woningmarkt en dien ten gevolge de druk op de grondexploitatie en de bouwkosten, wordt het vasthouden aan de scores moeilijker. Deze omstandigheden vragen steeds om het creatief zoeken naar ‘betaalbare’ duurzame oplossingen. - Gedurende het verdere plan- en ontwikkelingsproces is het geboden alert te blijven op mogelijke verbeteringen, zoals geluidwerende voorzieningen langs de Prinses Beatrixlaan, geavanceerde afvalinzameling, de vestiging van winkels en voorzieningen en de lijnvoering van het busvervoer naar de wijk. - De successen van duurzaamheid kunnen goed worden gebruikt in de marketing van RijswijkBuiten: dat draagt bij aan het imago van de wijk en het draagvlak onder toekomstige bewoners voor de bijzondere maatregelen. - Tot slot: pas DPL met regelmaat toe. Dan blijft het duurzame karakter van maatregelen bespreekbaar en dat houdt de plannenmakers en de uitvoerders scherp. J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept weggelaten.doc 13 Bijlage 4: Verkennend milieukundig bodemonderzoek aan de Spieringsweteringweg 9 te Rijswijk, VanderHelm Milieubeheer B.V., d.d. 9 januari 2007 Bijlage 5: Verkennend milieukundig bodemonderzoek aan de Van Rijnweg (nabij) 5 te Rijswijk, VanderHelm B.V., d.d. 12 september 2008 Bijlage 6: Parkeertoets Brede School RijswijkBuiten, gemeente Rijswijk, d.d. 29 april 2014 MEMO aan van ter kennisname aan Mark Kraakman Tim Koolstra N. Uwland Jeroen de Oude datum doorkiesnummer bijlage(n) 29-04-2014 (070) 326 11 30 betreft Parkeertoets Brede School Rijswijk Buiten Parkeertoets Functie In de gemeente Rijswijk bestaat het plan om in de wijk Rijswijk Buiten een Brede School te ontwikkelen. Een Brede School heeft, zoals de naam al doet vermoeden, een onderwijsfunctie. Deze bestaat uit 3 groepen, onderverdeeld in 1 groep onderbouw en 2 groepen bovenbouw. Verder zijn er diverse andere functies in de ontwikkeling gehuisvest. In dit geval is het zeker dat er een onderwijsfunctie in het gebouw komt. Optioneel kan het kinderdagopvang huisvesten en een huisartsenpost. Functie Basisonderwijs Kinderdagopvang Huisartsenpost 300 3 90 100 2 32 2 M2 BVO Groepen Leerlingen M2 BVO Groepen Kinderen Behandelkamers Uitgangspunten voor de berekening Gemeente Rijswijk heeft haar parkeernormenbeleid vastgelegd in de “Nota Parkeernormen Gemeente Rijswijk”; voortaan aangehaald als Nota Parkeernormen. Voor de meest voorkomende functies is de parkeernorm opgenomen in de bijlagen van dit document. Niet alle functies zijn hier echter in opgenomen. Voor functies die niet in de Nota Parkeernormen opgenomen zijn is de parkeerbehoefte 1 daarom berekend op basis van algemene kencijfers van het CROW . De gebruikte parkeernormen en kencijfers zijn in de tabel op de volgende pagina opgenomen. De kencijfers zijn geen parkeernormen. De parkeerkencijfers zijn ontwikkeld als hulpmiddel voor ontwerpers en beleidsmakers om een orde van grootte te bepalen voor het aantal te realiseren parkeerplaatsen bij bepaalde voorzieningen. Dit blijkt onder andere uit de bandbreedte die wordt aangegeven. Parkeernormen geven het aantal parkeerplaatsen bij een functie aan. Dit mag niet worden onder- of overschreven. Gemeenten kunnen zelf op basis van kencijfers, lokaal specifieke kenmerken en gemeentelijk (parkeer)beleid parkeernormen vaststellen. Voor deze parkeerbalans is uitgegaan van de normen als omschreven in de nota parkeernormen en de standaard kentallen uit de publicatie “Parkeerkencijfers – Basis voor parkeernormering”. (Gebaseerd op de ASVV, Aanbevelingen voor verkeersvoorzieningen binnen de bebouwde kom). Parkeerkencijfers worden beïnvloed door: “Kencijfers Parkeren en verkeersgeneratie”, Publicatie 317, oktober 2012, Ede, CROW, ook opgenomen in de “ASVV 2012” 1 29-4-2014 12:04:00 / 14.051088 pagina 1 van 3 MEMO (vervolg) bereikbaarheidskenmerken van de locatie; specifieke kenmerken van de functie; mobiliteitskenmerken van de gebruikers/bezoekers van een gebouw; gemeentelijk parkeerbeleid. In de Nota Parkeernormen staat aangegeven hoe met deze kenmerken omgegaan moet worden. Voor de verdere berekening zijn de aanwijzingen uit de Nota Parkeernormen gevolgd. Kiss & Ride In het geval van een kinderdagverblijf en basisonderwijs is ook sprake van Kiss & Ride. Dit zijn het aantal parkeerplaatsen dat nodig is voor het ophalen en wegbrengen van de kinderen. Hierbij kan 2 gebruik worden gemaakt van de volgende formule uit CROW Publicatie 182 : Aantal leerlingen x % leerlingen met de auto x reductiefactor parkeerduur x reductiefactor aantal kinderen per auto. De reductiefactoren zijn afhankelijk van het soort onderwijs (kinderdagverblijf, onderbouw en bovenbouw). CROW publicatie 182 geeft hier vaste waarden voor. Het percentage leerlingen dat met de auto wordt gebracht kan variëren. Parkeernormen De volgende kencijfers zijn van toepassing op de functies van de brede school: Gebruikte kencijfers Functie min Basisonderwijs (excl. Kiss & Ride) max 0,5 per 1,0 100m2 BVO Kiss & Ride Basisonderwijs – onderbouw 0,1125 0,225 leerling Kiss & Ride Basisonderwijs – bovenbouw 0,010625 0,085 leerling Kinderdagverblijf (excl. Kiss & Ride) 1,0 Kiss & Ride Kinderdagverblijf 0,09375 Huisartsenpraktijk 2,1 1,2 100m2 BVO 0,15 leerling 2,6 behandelkamer Met behulp van deze kencijfers kan de parkeerbehoefte berekend worden. Hierbij is afgerond op één decimaal. Het totaal is op gehele cijfers naar boven afgerond, het is immers niet mogelijk om een halve parkeerplaats aan te leggen. Toepassing kencijfers Functie min max 2 Basisonderwijs (excl. Kiss & Ride) 1,5 3,0 Kiss & Ride Basisonderwijs – onderbouw 3,4 6,8 Kiss & Ride Basisonderwijs – bovenbouw 0,7 5,1 Kinderdagverblijf (excl. Kiss & Ride) 1,0 1,2 Kiss & Ride Kinderdagverblijf 3,0 4,8 Huisartsenpraktijk 4,2 5,2 Totaal: 14 27 Parkeerkencijfers – Basis voor parkeernormering – CROW publicatie 182, Ede 2003 29-4-2014 12:04:00 / 14.051088 pagina 2 van 3 MEMO (vervolg) Parkeereis Uit de bandbreedte van de kencijfers kan nu de parkeereis opgesteld worden. Rijswijk Buiten is een wijk met een relatief hoog autobezit. De woningdichtheid is laag. Daarom wordt voor de functies, exclusief kiss & ride het maximale kental als parkeereis aangehouden. Wat betreft de Kiss & Ride wordt in Rijswijk het percentage kinderen dat met de auto gebracht over het algemeen gesteld op: - 50% voor onderbouw 25% voor bovenbouw 75% voor kinderdagverblijven. Functie Parkeereis Basisonderwijs (excl. Kiss & Ride) 3,0 Kiss & Ride Basisonderwijs – onderbouw 5,6 Kiss & Ride Basisonderwijs – bovenbouw 3,2 Totaal Basisonderwijs 12 Kinderdagverblijf (excl. Kiss & Ride) 1,2 Kiss & Ride Kinderdagverblijf 4,5 Huisartsenpraktijk 5,2 Totaal: 23 Voor de Brede School Rijswijk Buiten is, op basis van 1 onderbouwgroep en 2 bovenbouwgroepen, de parkeereis 12 plaatsen. Indien ook de functies Kinderdagverblijf en huisartsenpraktijk ontwikkeld worden is de parkeereis 23 plaatsen. Deze dienen op eigen terrein aanwezig te zijn. Fietsparkeren Naast parkeren voor auto’s dient er ook voldoende ruimte te zijn voor fietsparkeren. In CROW publicatie 317 staan voor diverse functies de fietsparkeernormen. In tegenstelling tot normen voor auto-parkeren, mogen parkeernormen voor fietsers wel overschreden worden. Functie Fietsparkeernorm Per Basisonderwijs (incl. personeel) 4,7 10 leerlingen Kinderdagverblijf 0,4 10 leerlingen Huisartsenpraktijk (incl. personeel) 0,75 behandelkamer In totaal komt dit neer op 46 fietsparkeerplaatsen. 29-4-2014 12:04:00 / 14.051088 pagina 3 van 3 Regels Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Artikel 1 Artikel 2 INLEIDENDE REGELS Van toepassing verklaring Aanvullende begrippen 1 1 2 Hoofdstuk 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 BESTEMMINGSREGELS Maatschappelijk Waarde - Archeologie Waterstaat - Waterkering 3 3 5 7 Hoofdstuk 3 Artikel 6 OVERGANGS- EN SLOTREGELS Slotregel 9 9 Bijlagen bij de regels Bijlage 1: Regels bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” Artikel 1: Begrippen Artikel 2: Wijze van meten Artikel 22: Anti-dubbelteltregel Artikel 23: Algemene bouwregels Artikel 24: Algemene aanduidingsregels Artikel 25: Algemene gebruiksregels Artikel 26: Algemene afwijkingsregels Artikel 27: Algemene wijzigingsregels Artikel 28: Algemene procedureregels Artikel 29: Overgangsrecht 1 HOOFDSTUK 1 Artikel 1 INLEIDENDE REGELS Van toepassing verklaring Op dit uitwerkings-/wijzigingsplan zijn de regels van het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje", vastgesteld op 27 september 2011 door de gemeenteraad van Rijswijk en opgenomen als bijlage 1 bij de regels, van toepassing, voor zover in de regels van dit uitwerkings-/wijzigingsplan niet anders is bepaald en met dien verstande dat in geval van discrepantie tussen de regels van het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" en het uitwerkings-/wijzigingsplan, de regels van het uitwerkings-/wijzigingsplan van toepassing zijn. Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion" Regels Ontwerp Artikel 2 Aanvullende begrippen In deze regels wordt verstaan onder: 2.1 plan: het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" - uitwerkingsplan "Tijdelijke Brede School Sion" met identificatienummer NL.IMRO.0603.uptijdlkschoolsion-ON01 van de gemeente Rijswijk. 2.2 uitwerkingsplan: de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en bijlagen. Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion" Regels Ontwerp 3 HOOFDSTUK 2 Artikel 3 3.1 BESTEMMINGSREGELS Maatschappelijk Bestemmingsomschrijving De voor "Maatschappelijk" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. maatschappelijke voorzieningen; b. bij deze bestemming behorende voorzieningen waaronder parkeervoorzieningen, ontsluitingen, erven, groen en water. 3.2 Bouwregels 3.2.1 Hoofdgebouwen Ten aanzien van de in lid 3.1 bedoelde gronden gelden voor hoofdgebouwen de volgende bouwregels: a. hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd; b. het bebouwingspercentage van een bouwvlak mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)'; c. de bouwhoogte in meters mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximum bouwhoogte (m)'. 3.2.2 Erfbebouwing Ten aanzien van de in lid 3.1 bedoelde gronden gelden voor erfbebouwing de volgende bouwregels: a. erfbebouwing mag uitsluitend op het achtererf worden gebouwd; b. de gezamenlijke oppervlakte aan erfbebouwing mag niet meer bedragen dan 50 % van het bebouwbaar erf tot een maximum van 50 m2; c. de bouwhoogte van erfbebouwing mag niet meer bedragen dan 3 m; 3.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Ten aanzien van de in lid 3.1 bedoelde gronden geldt voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan: a. b. c. d. 7 m voor kunstobjecten en lichtmasten; 3 m voor speel- en ontmoetingsvoorzieningen; 2 m voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde; 1 m voor erfafscheidingen op het voorerf. 3.3 Afwijken van de bouwregels 3.3.1 Afwijken Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid: a. 3.2.2 onder a voor het bouwen van erfbebouwing op het voorerf, waarbij alsdan tevens de bepalingen zoals bedoeld in lid 3.2.2 onder b en c van overeenkomstige toepassing zijn; b. 3.2.1 onder b door de bouwhoogte van hoofdgebouwen te vergroten met maximaal 1,5 m indien in dit in verband met een doelmatige bedrijfsuitoefening noodzakelijk is; 3.3.2 Algemene randvoorwaarden voor afwijken van de bouwregels De afwijkingsmogelijkheden zoals genoemd in lid 3.3.1 kunnen slechts worden toegepast indien: Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion" Regels Ontwerp a. de geluidsbelasting op de gevel van geluidsgevoelige gebouwen niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende grenswaarde uit de Wet geluidhinder of de vastgestelde hogere grenswaarde; b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van: 1. de kwaliteit van de openbare ruimte, zoals een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld; 2. de verkeersveiligheid; 3. de sociale veiligheid; 4. het aantal parkeervoorzieningen; 5. de functionele en ruimtelijke structuur, zoals aansluiting op (structurele) groenelementen en waterelementen; 6. de bebouwingsmogelijkheden en/of gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken; 7. het milieu; c. de verkeersaantrekkende werking hiervan in overeenstemming is met de functie en vormgeving van de wegen in de nabije omgeving; d. op een goede wijze in de (extra) parkeerbehoefte wordt voorzien. Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion" Regels Ontwerp 5 Artikel 4 4.1 Waarde - Archeologie Bestemmingsomschrijving 4.1.1 De voor "Waarde - Archeologie" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. 4.1.2 De belangen van de in lid 4.1.1 bedoelde dubbelbestemming zijn primair ten opzichte van de belangen van de andere daar voorkomende bestemmingen. 4.2 Bouwregels Op of de in lid 4.1 bedoelde gronden mag niet worden gebouwd. 4.3 Afwijken van de bouwregels Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.2 voor bebouwing ten dienste van andere daar voorkomende bestemmingen, indien: a. uit een door de aanvrager van een omgevingsvergunning te overleggen rapport of andere beschikbare informatiebron de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag mogelijk kunnen worden verstoord naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate zijn vastgesteld en hieruit blijkt dat de bouw geen onevenredige gevolgen heeft voor deze archeologische waarden; b. uit een door de aanvrager van een omgevingsvergunning te overleggen rapport of andere informatiebron de archeologische waarden van gronden die blijkens de aanvraag mogelijk kunnen worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate zijn vastgesteld en hieruit blijkt dat de bouw wel gevolgen heeft voor deze archeologische waarden, mits aan de omgevingsvergunning één of meerdere van de volgende voorwaarden worden verbonden: 1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden; 2. de verplichting tot het doen van opgravingen; 3. de verplichting de werken of werkzaamheden die leiden tot de bodemverstoring, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de vergunning te stellen kwalificaties. 4.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden 4.4.1 Het is verboden ter plaatse van de gronden als bedoeld in lid 4.1 de volgende werken, geen bouwwerken of overkappingen zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten uitvoeren zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders: a. het uitvoeren van grondbewerkingen dieper dan 0,30 m onder het maaiveld, zoals afgraven, diepploegen, egaliseren, frezen, scheuren van grasland, aanleg of rooien van bos, boomgaard of diepwortelende beplanting, aanbrengen van oppervlakteverhardingen, aanleggen van drainage, verwijderen van funderingen; Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion" Regels Ontwerp b. het graven, dempen, dan wel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, sloten en greppels; c. het aanleggen van leidingen dieper dan 0,30 m onder het maaiveld; d. het ophogen van gronden hoger dan 0,50 m boven het maaiveld. 4.4.2 Het bepaalde in lid 4.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die a. het normale onderhoud en/of gebruik betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn; b. reeds in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende vergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan. 4.4.3 Een vergunning als bedoeld in lid 4.4.1 wordt uitsluitend verleend indien uit een door de aanvrager van de aanlegvergunning te overleggen rapport of andere beschikbare informatiebron de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag mogelijk kunnen worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate zijn vastgesteld en hieruit blijkt dat geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden. 4.5 Wijzigingsbevoegdheid Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door de dubbelbestemming Waarde Archeologie geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien: a. uit nader archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn; b. het op grond van nader archeologisch onderzoek niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarden voorziet. Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion" Regels Ontwerp 7 Artikel 5 5.1 Waterstaat - Waterkering Bestemmingsomschrijving 5.1.1 De voor "Waterstaat - Waterkering" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de waterkering, waterberging en waterhuishouding met de daarbij behorende voorzieningen. 5.1.2 De belangen van de in lid 5.1.1 bedoelde dubbelbestemming zijn primair ten opzichte van de belangen van de andere daar voorkomende bestemmingen. 5.2 Bouwregels 5.2.1 Ten aanzien van de in lid 5.1 bedoelde dubbelbestemming geldt dat er uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd ten dienste van de in lid 5.1 genoemde bestemming mogen worden gebouwd waarvan de bouwhoogte niet meer bedragen dan 3 m. 5.2.2 Ten aanzien van de in lid 5.1 bedoelde andere daar voorkomende bestemmingen geldt, in afwijking van het bepaalde ten aanzien van die andere bestemmingen, dat er niet mag worden gebouwd. 5.3 Afwijken van de bouwregels Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.2 ten behoeve van het bouwen overeenkomstig de betreffende andere bestemming van deze gronden, onder de volgende voorwaarden: a. door het bouwen wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan de belangen van de waterkering en de waterhuishouding; b. vooraf dient advies te worden ingewonnen van de beheerder van de waterkering. Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion" Regels Ontwerp Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion" Regels Ontwerp 9 HOOFDSTUK 3 Artikel 6 OVERGANGS- EN SLOTREGELS Slotregel Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" Uitwerkingsplan "Tijdelijke Brede School Sion". Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion" Regels Ontwerp Bijlage 1: Regels bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 1 HOOFDSTUK 1 Artikel 1 INLEIDENDE REGELS Begrippen In deze regels wordt verstaan onder: plan: het bestemmingsplan Sion - ’t Haantje van de gemeente Rijswijk. bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0603.bpsionthaantje-VA01 met de bijbehorende regels (en bijlagen); aanduiding: een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden; aanduidingsgrens: de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft; aan huis gebonden beroep: een dienstverlenend beroep, dat in een woning wordt uitgeoefend waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is, zoals medische, paramedische, juridische, kunstzinnige, ontwerptechnische en/of administratieve beroepen, alsmede daarmee gelijk te stellen beroepen; archeologische waarde: de aan een gebied toegerekende waarde in verband met de kennis en de studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteit uit oude tijden; ambachtelijk bedrijf een bedrijf waarbij het productieproces grotendeels wordt uitgevoerd met de hand of althans niet in hoofdzaak gemechaniseerd, geautomatiseerd of met behulp van werktuigen, die door energiebronnen buiten de menselijke arbeidskracht worden aangedreven. Voor zover van laatstbedoelde werktuigen gebruik wordt gemaakt, zijn deze als ondergeschikt te beschouwen aan de menselijke handvaardigheid; bebouwing: één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde; bebouwingspercentage: een percentage dat aangeeft welk deel van het bestemmingsvlak of aanduidingsvlak maximaal mag worden bebouwd. Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 2 bedrijf: een onderneming waarbij het accent ligt op het vervaardigen, bewerken, installeren, inzamelen en verhandelen van goederen, waarbij eventueel detailhandel uitsluitend plaatsvindt als ondergeschikt onderdeel van de onderneming in de vorm van verkoop c.q. levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen dan wel goederen die in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende handelingen; bedrijfsactiviteiten: bedrijfsmatige activiteiten gericht op de productie, distributie, verwerking en opslag van goederen; beperkt kwetsbaar object: objecten zoals bedoeld in artikel 1 sub b van het Besluit externe veiligheid inrichtingen; bestaand gebouw een gebouw, dat op de eerste dag van de inwerkingtreding van het plan bestaat, dan wel in uitvoering is of mag worden opgericht krachtens een bouwvergunning die voor dat tijdstip is aangevraagd; bestemmingsgrens: de grens van een bestemmingsvlak; bestemmingsvlak: een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming; Bevi-inrichtingen inrichtingen zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (27 mei 2004); bouwen: het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats; bouwgrens: de grens van een bouwvlak; bouwlaag, laag een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder; bouwperceel: een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten; Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 3 bouwperceelsgrens: een grens van een bouwperceel; bouwvlak: een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten; bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond; detailhandel het bedrijfsmatig te koop aanbieden van goederen, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren aan personen, die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit; duurzaamheidsprofiel op locatie (DPL): een computermodel dat een bijdrage kan leveren aan het totstandbrengen van duurzame wijken en dat werkt met behulp van indicatoren; gebouw: elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt; geluidsgevoelig object: gebouw, dat dient ter bewoning of een ander geluidsgevoelig gebouw en geluidsgevoelige terreinen, als bedoeld in de Wet geluidhinder, c.q. het Besluit geluidhinder; geurgevoelig object: gebouw, bestemd voor en blijkens aard, indeling en inrichting geschikt om te worden gebruikt voor menselijk wonen of menselijk verblijf en die daarvoor permanent of een daarmee vergelijkbare wijze van gebruik, wordt gebruikt; handel in en verkoop van goederen via internet: bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder niet begrepen de uitstalling ten verkoop), het verkopen en/of leveren van goederen voor gebruik, verbruik of aanwending overwegen anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, waar vrijwel uitsluitend een elektronische transactie tot stand komt, dat in of bij een woning wordt uitgeoefend door de bewoner van de woning, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is; Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 4 horecabedrijf: een bedrijf dat gericht is op het tegen vergoeding verstrekken van nachtverblijf, het exploiteren van zaalaccommodatie, het verstrekken van drank en het voor direct consumptie bereiden en verstrekken van spijzen; in dit plan worden de volgende horecabedrijven onderscheiden: 1. horecabedrijven categorie 1 'lichte horeca': a. aan de detailhandelsfunctie verwante horeca zoals: automatiek; broodjeszaak; cafetaria; croissanterie; koffiebar; lunchroom; snackbar; tearoom; traiteur; b. overige lichte horeca zoals: bistro; restaurant met uitzondering van bezorg- en/of afhaalservice; hotel, pension, logeerhuis; bedrijven met een relatief grote verkeersaantrekkende werking zoals: bedrijven genoemd onder 1a en 1b met een bedrijfsoppervlak van meer dan 250 m²; restaurants; 2. horecabedrijven categorie 2 'middelzware horeca': bedrijven die normaal gesproken ook delen van de nacht geopend zijn en die daardoor aanzienlijke hinder voor omwonenden kunnen veroorzaken, zoals: a. bar; b. bierhuis; c. biljartcentrum; d. café; e. proeflokaal; f. shoarma/grillroom; g. zalenverhuur; 3. horecabedrijven categorie 3 'zware horeca': bedrijven die voor een goed functioneren ook 's nachts geopend zijn en/of die tevens een groot aantal bezoekers aantrekken en daardoor grote hinder voor de omgeving met zich mee kunnen brengen, zoals: dancing; discotheek; nachtclub; partycentrum. Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 5 kantoor: een gebouw dat dient voor de uitoefening van administratieve werkzaamheden en werkzaamheden die verband houden met het doen functioneren van (semi-)overheidsinstellingen, het bankwezen en naar aard daarmee gelijk te stellen instellingen; kwetsbaar object: objecten zoals bedoeld in artikel 1 sub l van het Besluit externe veiligheid inrichtingen; maatschappelijke voorzieningen: educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke, sport- en recreatieve voorzieningen en voorzieningen ten behoeve openbare dienstverlening, als ook ondergeschikte horeca en detailhandel ten dienste van deze voorzieningen; peil: a. voor gebouwen waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van die weg ter plaatse van de hoofdtoegang; b. indien in of op het water wordt gebouwd: het Nieuw Amsterdams Peil; c. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld; prostitutie: het zich in bedrijfsmatige zin beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding; recreatieve voorzieningen: kleinschalige voorzieningen voor het verenigingsleven op het cultureel gebied, zoals een creativiteitsstudio, een dansstudio of een hobbyzaal; seksinrichting: de voor publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaats vinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop een seksautomatenhal en een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar; tuincentrum een bedrijf waarbinnen bedrijfsmatig bomen, heesters en andere siergewassen worden gekweekt en/of waarbinnen detailhandel in tuininrichtingsartikelen plaatsvindt; voorerf: gedeelte van het erf dat is gelegen tussen de openbare weg en de lijn die 1 m achter (het verlengde van) de voorgevel gelegen is. voorgevel: de naar de openbare wegzijde gekeerde gevel; in geval meerdere gevels zijn aan te merken als voorgevel, is de gevel die meetelt in de huisnummering de voorgevel; Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 6 woning: een (zelfstandig gedeelte van een) gebouw, dat dient voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden. zijerf: gedeelte van een aan de zijkant op het openbaar gebied georiënteerd erf dat is gelegen tussen de zijdelingse perceelsgrens en de lijn die op 1 m afstand van de zijdelingse perceelsgrens gelegen is; Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 7 Artikel 2 Wijze van meten Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten: bouwhoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen; een en ander voor zover in deze regels niet anders is bepaald; brutovloeroppervlakte: wordt gemeten binnenwerks, met dien verstande, dat de totale vloeroppervlakte ten dienste van kantoren, winkels of bedrijven, met inbegrip van de daarbij behorende magazijnen en overige dienstruimten worden opgeteld; dakhelling: langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak; goothoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel; hoogte van een windturbine: vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine; inhoud van een bouwwerk: tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen; oppervlakte van een bouwwerk: tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk; ondergeschikte bouwdelen Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de bouw-, c.q. bestemmingsgrens met niet meer dan 2 m wordt overschreden; Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 49 HOOFDSTUK 3 Artikel 22 ALGEMENE REGELS Anti-dubbeltelregel Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing. Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 50 Artikel 23 23.1 Algemene bouwregels Geluidzone - industrie 1 Ter plaatse van de aanduiding 'geluidszone - industrie 1' is de bouw van geluidsgevoelige objecten uitsluitend toegestaan, indien voldaan kan worden aan de in de Wet geluidhinder gestelde grenswaarden of de verleende hogere waarden. 23.2 Geluidzone - industrie 2 Ter plaatse van de aanduiding 'geluidszone - industrie 2' is de bouw van geluidsgevoelige objecten, zoals woningen, niet toegestaan. 23.3 Milieuzone - geurzone Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - geurzone' mogen geen geurgevoelige objecten, waaronder woningen, worden gerealiseerd. 23.4 Veiligheidszone - bevi Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi' mogen geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten zoals bedoeld in het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen worden gerealiseerd. 23.5 Veiligheidszone - munitie Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - munitie' mogen geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten worden gerealiseerd. 23.6 Veiligheidszone - vuurwerk Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - vuurwerk' mogen geen kwetsbare objecten als bedoeld in het Vuurwerkbesluit worden gerealiseerd. 23.7 Nutsvoorzieningen a. Binnen het plangebied zijn nutsvoorzieningen toegestaan tot een oppervlakte van maximaal 15 m2 en tot een bouwhoogte van maximaal 3 m. b. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld; 2. een goede woonsituatie; 3. de verkeersveiligheid; 4. de sociale veiligheid; 5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden. Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 51 c. 23.8 Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in sub a voor een nutsvoorziening tot een oppervlakte van maximaal 25 m2 en tot een bouwhoogte van maximaal 4 m, waarbij in elk geval de aspecten als genoemd in sub b, onder 1 t/m 5 overwogen dienen te worden. Uitsluiting aanvullende werking Bouwverordening De voorschriften van de Bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van stedenbouwkundige aard blijven buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de parkeergelegenheid. 23.9 Waterdicht bouwen Indien wordt gebouwd onder peil, dient waterdicht gebouwd te worden. 23.10 Waterveilig bouwen Bij het bouwen van bouwwerken ten behoeve van kwetsbare functies voor wateroverlast, zoals energievoorzieningen en communicatievoorzieningen, dienen deze op voldoende hoogte (+0,2 NAP) te worden gebouwd teneinde bij falend watersysteem of dijkdoorbraak te kunnen blijven functioneren. Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 52 Artikel 24 24.1 Algemene aanduidingsregels Fietspad Ter plaatse van de aanduiding "zoekgebied fietspad" wordt bij de uitwerking van het plan een doorgaande verbinding voor langzaamverkeer met een breedte van ten minste 3,5 gerealiseerd. 24.2 Groen Ter plaatse van de aanduiding 'zoekgebied groen' dient ten minste 50% van de gronden ten behoeve van groenvoorzieningen, paden en water gerealiseerd te worden. Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 53 Artikel 25 Algemene gebruiksregels Als verboden gebruik, als bedoeld in artikel 2.1. van de Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht wordt in ieder geval beschouwd: a. het gebruik van gronden als opslag-, stort, lozings-, of bergplaats van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen of producten, behoudens voor zover dat noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond; b. het gebruik van bijgebouwen voor zelfstandige bewoning; c. het gebruik van bouwwerken voor seksinrichtingen. Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 54 Artikel 26 Algemene afwijkingsregels Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels van dit plan voor: a. het overschrijden van de regels inzake goothoogte, bouwhoogte en oppervlakte van gebouwen, met maximaal 10 %; b. het overschrijden van de regels inzake de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met maximaal 20 %; c. het bouwen van installaties ten behoeve van (tele)communicatie tot maximaal 40 m. Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 55 Artikel 27 Algemene wijzigingsregels Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 Wet ruimtelijke ordening het plan te wijzigen, indien wijziging betrekking heeft op a. het aanpassen van de onderlinge begrenzing tussen bestemmingen voor geringe afwijkingen van een weg, groenstrook of terrein, indien bij de definitieve uitmeting en verkaveling blijkt dat deze geringe afwijkingen vanwege het belang van een juiste verwezenlijking van het plan gewenst of noodzakelijk zijn, met dien verstande, dat de aanpassing van de bestemmingsgrens niet meer mag bedragen dan 10 m; b. het verkleinen of verwijderen van een zone als bedoeld in lid 23.1 t/m 23.6. Van de wijzigingsbevoegdheid mag slechts worden gebruik gemaakt indien de bedrijfsvoering ter plaatse geheel of gedeeltelijk definitief wordt beëindigd. De wijzigingsbevoegdheid mag ten aanzien van 'geluidszone - industrie 1', 'geluidszone industrie 2' en 'milieuzone – geurzone' vanwege DSM uitsluitend worden toegepast naar aanleiding van een geldende milieuvergunning van DSM; c. het wijzigen van de bestemmingen ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone wijzigingsgebied 1' in de bestemming Verkeer - Rail en het verleggen van het figuur 'as van de weg', waarbij het bepaalde in artikel 10 van toepassing is; d. het vervallen van de bestemming Leiding - Gas ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 3' en het wijzigen van de bestemming in de bestemmingen als bedoeld in de artikelen 6, 10 en 15. Deze bevoegdheid mag uitsluitend worden toegepast indien de gastransportleiding buiten gebruik is gesteld of is verwijderd; e. het vervallen of verplaatsen van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - te handhaven woonfunctie' binnen de bestemmingen als bedoeld in de artikelen 14, 15 en 16 indien bij definitieve verkaveling blijkt dat de woonfunctie niet gehandhaafd kan worden; f. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming Waterstaat - Waterkering: te verleggen binnen een afstand van 25 m, indien zulks in verband met de definitieve verkaveling van het woongebied noodzakelijk blijkt; op te nemen dan wel te laten vervallen in de bestemmingen als bedoeld in de artikelen 13 en 15, indien zulks in verband met de definitieve verkaveling van het woongebied noodzakelijk blijkt; te wijzigen in de bestemmingen als bedoeld in de artikelen 13 dan wel 15, indien bij definitieve verkaveling blijkt dat de waterkerende functie niet meer van toepassing is en afstemming met de noodzakelijke wijziging van de waterschapsregeling plaatsgevonden heeft. Deze bevoegdheid mag uitsluitend worden toegepast indien de instandhouding van een gesloten waterkeringssysteem is verzekerd; g. het wijzigen van het in artikel 13.2.1 onder b, artikel 15.4 onder b en artikel 16.2 onder b genoemde percentage voor sociale woningbouw, indien het woningbouwbeleid hiertoe noodzaakt; h. de situering van de aanduiding “specifieke vorm van verkeer - ongelijkvloerse kruising” met ten hoogste 25 m; i. het plaatsen van een installatie voor reclamedoeleinden, met een bouwhoogte van Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 56 j. k. niet meer dan 25 m; het wijzigen van het beloop van een weg met de bestemming Verkeer - 2 met ten hoogste 20 m; het wijzigen van het tracé van hoofdtransportleidingen met ten hoogste 25 m. Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 57 Artikel 28 28.1 Algemene procedureregels Afwijking Op de voorbereiding van een besluit tot afwijking, zoals opgenomen in dit plan, is de in paragraaf 3.2 van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht geregelde procedure van toepassing. 28.2 Uitwerking of wijziging Op de voorbereiding van een besluit tot uitwerking of wijziging zoals opgenomen in dit plan, is de in artikel 3.9a van de Wet ruimtelijke ordening geregelde procedure van toepassing. Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" 59 HOOFDSTUK 4 Artikel 29 29.1 OVERGANGS- EN SLOTREGELS Overgangsrecht Overgangsrecht bouwwerken 29.1.1 Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet worden vergroot, a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan. 29.1.2 Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%. 29.1.3 Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. 29.2 Overgangsrecht gebruik 29.2.1 Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. 29.2.2 Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind. 29.2.3 Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. 29.2.4 Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan. Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje” Regels Vastgesteld, 27 september 2011 Verbeelding Plangebied Plangrens Enkelbestemmingen Maatschappelijk M Dubbelbestemmingen Waarde - Archeologie Waterstaat - Waterkering WR-A WS-WK Bouwvlakken bouwvlak Maatvoeringen maximum bebouwingspercentage (%) 30% maximum bouwhoogte (m) 8 M WR-A ONTWERP * 8 30% OVERLEG . TERINZAGELEGGING ONTWERP Bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" Uitwerkingsplan "Tijdelijke Brede School Sion" VASTSTELLING WS-WK IDN GEWIJZIGD NL.IMRO.0603.uptijdlkschoolsion-ON01 WERKNR. SCHAAL DATUM 318.415.12 N 1:1000 12 mei 2014 GETEKEND whl Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Architectuur, Landschap BV City & Regional Planning, Urban Design, Architecture, Landscape DATUM PLOT USER 12-5-2014 Wout Postadres: Postbus 13060 3004 HB Rotterdam Bezoekadres: Van Nelleweg 6060 3044 BC Rotterdam Telefoon: 010 433 00 99 Fax: 010 404 56 69 E-mail: [email protected] Internet: www.kuiper.nl FORMAAT A3 PROJECTMAP J:\318\415\12\3 Projectresultaat\verbeelding\dwg BESTAND RO-BP-31841512-VB-ON01.dwg BLAD --
© Copyright 2024 ExpyDoc