Toelichting

Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
- Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede
School Sion”
Ontwerp 12 mei 2014
Gemeente Rijswijk
Bestemmingsplan “Sion - ’t Haantje’ - uitwerkingsplan “Tijdelijke
Brede School Sion”
Ontwerp
Inhoud:
- Toelichting
- Regels
- Verbeelding van de geometrische plaatsbepaling
werknummer: 318.415.12
datum: 12 mei 2014
bestand: J:\318\415\12\3.Projectresultaat\b. ontwerp
Procedureoverzicht
Fase
Datum
Concept ontwerp
1 april 2014
Ontwerp
12 mei 2014
Ter inzage legging
Vaststelling
KuiperCompagnons BV
Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Architectuur, Landschap
Rotterdam
Toelichting
Inhoudsopgave van de toelichting
1 Inleiding
1 1.1 1.2 1.3. 1.4 Aanleiding
Ligging plangebied
Bij het plan behorende stukken
Samenhang tussen de diverse planologische procedures
1 1 1 1 2 Beschrijving plangebied
3 2.1 Het plan RijswijkBuiten
2.2 De tijdelijke basisschool in Sion
3 4 3 Wettelijk kader en beleidskader
11 3.1 Het uitwerkingsplan als deel van het bestemmingsplan
3.2. Procedurele aspecten
11 11 4 Omgevingsaspecten
13 4.1 4.2. 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11 4.12 Algemeen
Milieueffectrapportage
Luchtkwaliteit
Geluid
Bodem
Externe veiligheid
Water
Natuur en ecologie
Cultuurhistorie en archeologie
Geur
Duurzaamheid
Overige aspecten
13 13 13 13 14 15 17 17 17 19 20 21 5 Uitvoerbaarheid
23 5.1 Maatschappelijke uitvoerbaarheid
5.2 Economische uitvoerbaarheid
23 23 Bijlagen bij de toelichting
 Bijlage 1:
Bestemming “Wonen – Uit te werken 1” uit het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”
 Bijlage 2: Akoestisch onderzoek ‘Tijdelijke basisschool Sion’, KuiperCompagnons, d.d. 10 maart
2014
 Bijlage 3:
DPL Sion, november 2011
 Bijlage 4:
Verkennend milieukundig bodemonderzoek aan de Spieringsweteringweg 9 te
Rijswijk, VanderHelm Milieubeheer B.V., d.d. 9 januari 2007
 Bijlage 5:
Verkennend milieukundig bodemonderzoek aan de Van Rijnweg (nabij) 5 te Rijswijk,
VanderHelm B.V., d.d. 12 september 2008
 Bijlage 6:
Parkeertoets Brede School RijswijkBuiten, gemeente Rijswijk, d.d. 29 april 2014
Afbeelding 1a: globale ligging plangebied ten opzichte van de verbeelding van het moederplan “Sion – ’t Haantje”
Afbeelding 1b: globale ligging plangebied
1
1
Inleiding
1.1
Aanleiding
In het zuiden van Rijswijk wordt een groot woon-/werkgebied ontwikkeld: RijswijkBuiten
(voorheen Rijswijk-Zuid). Hiertoe is in september 2011 het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”
vastgesteld. Dit plan geeft de juridisch-planologische basis voor de ontwikkeling van de eerste
twee deelgebieden van RijswijkBuiten. In het plan zijn aan grote delen van het te ontwikkelen
gebied, uit te werken bestemmingen toegekend. Daar mag pas worden gebouwd als dat past
binnen een door burgemeester en wethouders vastgesteld (ontwerp)uitwerkingsplan.
Met het voorliggende uitwerkingsplan wordt voor een tijdelijke brede school in deelgebied Sion
toepassing gegeven aan de uitwerkingsverplichting in artikel 15 (“Wonen – Uit te werken 1”) van
het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”.
1.2
Ligging plangebied
Het plangebied van het uitwerkingsplan “Tijdelijke brede school Sion” is gelegen aan de
zuidzijde van de kern Rijswijk, binnen het nieuw te ontwikkelen woongebied RijswijkBuiten,
deelgebied Sion. Het plangebied omvat de gronden direct ten zuiden van het perceel Van
Rijnweg 5.
Op afbeelding 1a en 1b is de globale ligging van het plangebied weergegeven.
1.3.
Bij het plan behorende stukken
Het uitwerkingsplan “Tijdelijke brede school Sion” bestaat uit bestemmingen en regels. De
bestemmingen zijn geometrisch bepaald. In de bestemmingen zijn regels ten aanzien van het
bouwen en het gebruik opgenomen. Het plan gaat vergezeld van deze toelichting. In de
toelichting worden de keuzes die zijn gemaakt bij het opstellen van de geometrisch bepaalde
bestemmingen en de regels verantwoord en verduidelijkt. Vervolgens wordt hierin de
uitvoerbaarheid van het plan aangetoond.
1.4
Samenhang tussen de diverse planologische procedures
Ten behoeve van de gebiedsontwikkeling van RijswijkBuiten zijn en worden verschillende
planologische procedures doorlopen. Basis-uitgangspunt voor alle procedures is het Masterplan
Rijswijk-Zuid uit 2009. Op basis daarvan is een projectbesluit genomen voor het voorbelasten
van de gronden die als eerste ontwikkeld zouden worden. De in paragraaf 1.2 genoemde
deellocatie maakt daar onderdeel van uit. Daarna is het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”
opgesteld waarbinnen zoals gezegd diverse uit te werken bestemmingen zijn opgenomen. In
het kader van het projectbesluit en het bestemmingsplan is een MER-procedure doorlopen. Het
MER maakt deel uit van het projectbesluit en het bestemmingsplan.
Vanwege nieuwe inzichten, recente ontwikkelingen en enkele geconstateerde omissies wordt
het vastgestelde en onherroepelijk in werking getreden bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”
momenteel op bepaalde punten herzien. Mocht het voorliggende uitwerkingsplan eerder
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
2
vastgesteld worden, dan wordt het plan integraal opgenomen in de herziening van het
bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”.
Voor de uit te werken bestemmingen uit het plan “Sion – ’t Haantje” zijn en worden diverse
uitwerkingsplannen opgesteld. Het voorliggende uitwerkingsplan is concreet bedoeld voor de
bouw van een tijdelijke basisschool aan de Van Rijnweg.
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
3
2
Beschrijving plangebied
2.1
Het plan RijswijkBuiten
Rijswijk-Zuid, een gebied van 240 hectare, fungeert in de huidige situatie als ‘bufferzone’ tussen
Rijswijk en Delft. Het gebied kenmerkt zich door (voormalige) glastuinbouw en weidegronden.
Daarnaast bestaat het gebied op dit moment uit woningen gekoppeld aan overige bedrijvigheid.
Rijswijk-Zuid wordt de komende jaren getransformeerd naar een woon-/werkgebied,
“RijswijkBuiten”, met een groenstedelijk woonmilieu. Duurzaamheid is in het ontwerp het
leidende principe. In het totale plangebied RijswijkBuiten zijn maximaal 4250 woningen gepland,
waarvan maximaal 3400 woningen zullen worden gerealiseerd binnen de eerste twee
deelgebieden Sion en ’t Haantje, waarvan het onderhavige plangebied aan de Van Rijnweg
deel uitmaakt.
Afbeelding 2: ruimtelijke hoofdstructuur RijswijkBuiten in de situatie 2030 (schematisch)
Daarnaast wordt in deze twee deelgebieden in totaal 20 ha bruto bedrijventerrein ontwikkeld. 20
ha bruto betekent ongeveer 15 ha netto. Deze 15 ha netto wordt verdeeld over twee locaties:
één locatie aan de zuidzijde van deelgebied ’t Haantje (ter afscherming van de milieuhinder van
DSM) en één locatie aan de noordzijde van Sion. Deze bedrijvenzone kan worden beschouwd
als overgang van het woongebied naar het noordelijk gelegen park en valt binnen de
geluidszone van de A4.
In RijswijkBuiten wordt daarnaast de groenstructuur versterkt (onder andere in de Zwethzone)
en wordt een nieuw watersysteem gerealiseerd. De ontsluiting van RijswijkBuiten vindt primair
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
4
plaats over de Prinses Beatrixlaan en daarnaast over een lusvormige weg in Sion, de Laan van
Sion / Terras van Sion en over een oost-west-georiënteerde weg in ’t Haantje. Ook worden
diverse nieuwe (regionale) fietsverbindingen gerealiseerd.
Afbeelding 2 geeft e.e.a. weer. Binnen deze afbeelding is tevens de globale ligging van het
plangebied weergegeven (zwart omcirkeld).
In het gebied staan diverse bestaande woningen. Het stedenbouwkundig ontwerp voor
RijswijkBuiten gaat uit van het zoveel mogelijk respecteren van de bestaande (historische)
structuren, zoals bijvoorbeeld de Van Rijnweg, waaraan het plangebied is gelegen. In het
plangebied van dit uitwerkingsplan zijn geen bestaande woningen aanwezig.
2.2
De tijdelijke brede school in Sion
2.2.1 Bestaande situatie
In het plangebied van het uitwerkingsplan “Tijdelijke brede school Sion” bevond zich voorheen
een kleinschalig kassencomplex met bijbehorende voorzieningen (waaronder een bassin).
Inmiddels is de aanwezige bebouwing gesloopt en is het terrein bouwrijp gemaakt.
Onderstaande afbeeldingen tonen de situatie zoals deze momenteel is.
van rijnweg
Afbeelding 3: De situatie in het plangebied zoals deze momenteel is.
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
5
2.2.2 Toekomstige situatie
Onlangs zijn de eerste woningen in RijswijkBuiten opgeleverd. Om de eerste behoefte aan
onderwijsruimte op te vangen, is door de gemeente Rijswijk besloten een tijdelijke basisschool
in de vorm van een Brede School ten behoeve van de nieuwe woonwijk te ontwikkelen. Deze
wordt gesitueerd in deelgebied Sion en dient gereed te zijn voor gebruik vanaf september 2014.
De tijdelijke Brede School zal in gebruik blijven tot de definitieve Brede School in Sion gereed is.
Naar verwachting is dit in 2017.
De Brede School wordt opgebouwd uit tijdelijke units en biedt onderdak aan de volgende
gebruikers:
 Lucas Onderwijs;
 Stichting Rijswijkse Kinderopvang (SRK);
 Huisartsenpraktijk (optioneel).
Lucas onderwijs
Lucas Onderwijs ziet met het stichten van een nieuwe school kansen om een betekenisvolle rol
te spelen in de maatschappelijke ontwikkeling van RijswijkBuiten en kinderen te helpen in hun
ontwikkeling tot verantwoorde burgers. Het programma voor Lucas Onderwijs in de tijdelijke
Brede School zal in hoofdzaak bestaan uit drie groepen basisonderwijs en één speellokaal, met
de daarbij behorende kantoorruimtes, vergaderruimtes en sanitaire voorzieningen.
Stichting Rijswijkse Kinderopvang (SRK)
Kinderopvang EigenWijs maakt onderdeel uit van de Stichting Rijswijkse Kinderopvang maar
heeft een geheel eigen visie en werkwijze. Het programma voor SRK in de tijdelijke Brede
School zal in hoofdzaak bestaan uit één groepsruimte voor kinderdagopvang, inclusief
bijbehorende slaapkamers en sanitaire voorzieningen.
Huisartsenpraktijk (optioneel)
Mogelijk wordt er in de nabije toekomst een huisartsenpraktijk ondergebracht in de tijdelijke
Brede School. Het programma voor de huisartsenpraktijk zal alsdan in hoofdzaak bestaan uit
een praktijkruimte voor twee huisartsen (duopraktijk), inclusief de daarbij behorende balie,
wachtruimte en sanitaire voorzieningen.
Technisch gezien zijn er mogelijkheden om een één- of tweelaags gebouw te realiseren. De
aanbieders (design & built-constructie) zijn vrij daarin een keuze te maken, binnen de kaders
die in dit uitwerkingsplan en het Programma van Eisen worden geboden.
Parkeren
Ten behoeve van de voorgenomen ontwikkeling dient in ieder geval voorzien te worden in
voldoende parkeergelegenheid. Het gaat daarbij niet alleen het benodigde aantal
parkeerplaatsen voor werknemers, maar ook om de nodige parkeergelegenheid voor het
ophalen en wegbrengen van (schoolgaande) kinderen. In het geval van een kinderdagverblijf en
basisonderwijs is dan ook sprake van een zogenaamde ‘Kiss & Ride’-voorziening.
De gemeente Rijswijk heeft haar parkeernormenbeleid vastgelegd in de “Nota Parkeernormen
Gemeente Rijswijk”. Omdat niet alle functies hierin zijn opgenomen, wordt tevens gebruik
gemaakt van de algemene kencijfers van het CROW. Hierbij is gebruik gemaakt van de CROW
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
6
Publicatie 182 ‘Parkeerkencijfers – Basis voor parkeernormering’. Met behulp van deze
kencijfers is de parkeerbehoefte ten behoeve van de Kiss & Ride voorziening berekend.
Op basis van de gemeentelijke parkeernormen, alsmede de CROW-normen voor Kiss & Ridevoorzieningen, bedraagt de totale parkeerbehoefte ten behoeve van de voorliggende
ontwikkeling 23 parkeerplaatsen (zie onderstaande tabel). Voor de Brede School bedraagt de
parkeereis - op basis van 1 onderbouwgroep en 2 bovenbouwgroepen - 12 plaatsen. Indien ook
een kinderdagverblijf en huisartsenpraktijk ontwikkeld worden bedraagt de parkeereis 23
parkeerplaatsen.Voor een volledige berekening van de parkeerbehoefte wordt verwezen naar
bijlage 6 bij deze toelichting. De parkeerbehoefte van 23 parkeerplaatsen wordt volledig op
eigen terrein voorzien (zie afbeelding 4). Daarmee wordt voldaan aan het parkeernormenbeleid
van de gemeente Rijswijk, alsmede aan de CROW-normen voor Kiss & Ride voorzieningen.
Naast parkeren voor auto’s dient er ook voldoende ruimte te zijn voor fietsparkeren. In CROWpublicatie 317 staan voor diverse functies de fietsparkeernormen. In tegenstelling tot normen
voor auto-parkeren, mogen parkeernormen voor fietsers wel overschreden worden. In totaal
bedraagt het aantal benodigde fietsparkeerplaatsen 46. Daarmee is er voldoende ruimte voor
fietsparkeren.
Afbeelding 4: inrichtingsschets tijdelijke school Sion
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
7
2.2.3 Juridische regeling
Regels uit het plan “Sion – ’t Haantje” van toepassing
De uitwerkingsopdracht en het kader waarbinnen de uitwerking dient plaats te vinden, zijn
gegeven in de regels van het geldende bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”. Zoals in hoofdstuk
3 nader wordt toegelicht, geldt dat de regels van het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” ook
van toepassing zijn op het onderhavige uitwerkingsplan. Daarbij is een nieuwe artikel
“Maatschappelijk” opgesteld. In dit artikel is bepaald welk gebruik van de gronden is toegestaan
en welke bouwregels er gelden. De overige regels van het plan “Sion – ’t Haantje” zijn van
overeenkomstige toepassing en worden niet (nog eens) met dit uitwerkingsplan in procedure
gebracht. Hierna wordt het nieuwe artikel toegelicht alsmede de andere in het uitwerkingsplan
opgenomen (dubbel)bestemmingen en aanduidingen. Afbeelding 4 geeft een uitsnede weer van
de verbeelding van het moederplan.
“Maatschappelijk”
De tijdelijke school is voorzien van de bestemming “Maatschappelijk”. Binnen deze bestemming
zijn de gronden bestemd voor maatschappelijke voorzieningen en de daarbij behorende
voorzieningen, zoals parkeervoorzieningen, ontsluitingen, erven, groen en water. Het
hoofdgebouw dient binnen het bouwvlak te worden gesitueerd. De bouwhoogte in meters mag
niet meer bedragen dan op de verbeelding is aangegeven ter plaatse van de aanduiding
'maximum bouwhoogte (m)'.
“Waarde – Archeologie” (dubbelbestemming)
In het moederplan “Sion – ’t Haantje” is voor het gehele betreffende plangebied de
dubbelbestemming “Waarde – Archeologie” opgenomen. Deze dubbelbestemming geeft een
beschermende regeling voor eventueel aanwezige archeologische waarden.
In het plangebied heeft archeologisch onderzoek plaatsgevonden. De meest zuidelijk gelegen
gronden, welke onderdeel zijn van perceel I 2035, zijn bij besluit van 12 december 2012 reeds
vrijgegeven voor verdere ontwikkeling. Hiermee kan de archeologische dubbelbestemming ter
plaatse komen te vervallen en gelden er hieromtrent niet langer beperkingen.
Het noordelijke deel van het plangebied (perceel I 2034) is (voorlopig) nog altijd, middels de
genoemde dubbelbestemming, beschermd tegen grondwerkzaamheden vanwege een
archeologische vindplaats. Het betreft de locatie van de voormalige uithof ‘Nuwehof’ van de
abdij van Egmond, alsmede de voormalige kitswoning. Omdat de tijdelijke Brede School op
staal wordt gefundeerd en de grondwerkzaamheden daarvan niet dieper reiken dan 30
centimer, is nader archeologisch onderzoek op dit moment niet benodigd. Wanneer de gronden
in de toekomst ontwikkeld worden naar woningbouw, dient wel archeologisch onderzoek
uitgevoerd te worden. Derhalve wordt de archeologische dubbelbestemming ter plaatse
gehandhaafd.
Aanduiding ‘zoekgebied fietspad’
Een klein deel van het voorliggende plangebied is in het moederplan voorzien van de
gebiedsaanduiding “zoekgebied fietspad”. Op grond van artikel 24 dient bij de uitwerking ter
plaatse van deze (breed ingetekende) aanduiding, een doorgaande verbinding voor
langzaamverkeer met een breedte van ten minste 3,5 te worden gerealiseerd. Omdat deze
aanduiding voorziet in een zekere bandbreedte en de uiteindelijke langzaamverkeersroute
direct ten westen van het plangebied wordt gerealiseerd, heeft de gebiedsaanduiding geen
consequenties voor dit uitwerkingsplan.
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
8
”Waterstaat – Waterkering” (dubbelbestemming)
In het moederplan “Sion – ’t Haantje” is voor het zuidelijk deel van het plangebied de
dubbelbestemming “Waterstaat – Waterkering” opgenomen. Deze dubbelbestemming bevat
een beschermende regeling voor de aanwezige waterkering. Hoewel de waterkering in de
toekomst komt te vervallen (waarover overigens afspraken zijn gemaakt met het
Hoogheemraadschap van Delfland), is de aanwezige dubbelbestemming vooralsnog
overgenomen in het voorliggende uitwerkingsplan. Ter plaatse van deze dubbelbestemming
mogen in principe alleen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd. Burgemeester
en wethouders kunnen hier van afwijken ten behoeve van het bouwen overeenkomstig de
betreffende andere bestemming van deze gronden, mits door het bouwen geen onevenredige
afbreuk wordt gedaan aan de belangen van de waterkering en de waterhuishouding. Daarnaast
dient vooraf advies te worden ingewonnen van de beheerder van de waterkering. Omdat de
tijdelijke school op staal wordt gefundeerd vormt het gebouw echter geen belemmering voor de
aanwezige waterkering. Hierover heeft reeds afstemming plaatsgevonden met het
Hoogheemraadschap van Delfland.
Geometrische plaatsbepaling van dit uitwerkingsplan
Het uitwerkingsplan is vervat in geometrisch bepaalde bestemmingen (de verbeelding), regels
en deze toelichting. De geometrisch bepaalde bestemmingen zijn ingetekend op basis van een
GBKN-ondergrond en geven door middel van lijnen en arceringen, aanwijzingen met betrekking
tot het bebouwen en het gebruik van het perceel.
Toetsing aan uitwerkingsregels
Ten behoeve van de bouw van de tijdelijke basischool wordt een uitwerkingsprocedure
doorlopen. Dit gebeurt op basis van de bestemming “Wonen – Uit te werken 1” uit het geldende
bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”. Zie ook afbeelding 5.
In de uitwerkingsregels is opgenomen dat binnen de bestemming wonen is toegestaan, met
daaraan ondergeschikt maatschappelijke voorzieningen. Een (brede) school en een
huisartsenpraktijk worden geschaard onder de noemer ‘maatschappelijke voorziening’.
Binnen de bestemming dient aansluitend aan de historische waterstructuur ten minste 0,75 ha
watergangen op boezempeil gerealiseerd te worden met een open verbinding naar open water
via de Zweth en de Vliet (artikel 15.4 sub e). Dit zal in de (verdere) ontwikkeling van
RijswijkBuiten worden bewerkstelligd.
Verder moet de waterbergingscapaciteit in de gezamenlijke bestemmingen ten minste 325 m³
per hectare te bedragen (artikel 15.4 sub f). Zoals in paragraaf 4.8 wordt omschreven, wordt
deze compensatie-eis elders in het gebied opgelost.
De bestemming mag niet eerder worden uitgewerkt dan nadat een actueel
DuurzaamheidsProfiel op Locatie (DPL) is opgesteld, waarbij de minimale score een 7 moet zijn
(artikel 15.4 sub h). Zoals in paragraaf 4.12 wordt omschreven, wordt aan deze eis voldaan.
De bodemkwaliteit moet geschikt zijn voor de bij de uitwerking van het plan toegelaten
doeleinden (artikel 15.4 sub i). Hieraan wordt voldaan.
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
9
Bij de uitwerking en realisatie van de bestemming dient voorkomen te worden dat aanwezige
archeologische en cultuurhistorische waarden worden verstoord (artikel 15.4 sub j). Zoals in
paragraaf 4.10 wordt beschreven, worden er geen waarden verstoord.
Bij de uitwerking moet, in verband met externe veiligheid, rekening worden gehouden met (de
realisatie van) voldoende vluchtroutes (artikel 15.4 sub k). Zoals in paragraaf 4.6 wordt
omschreven, zijn er voldoende vluchtmogelijkheden. Het is niet noodzakelijk om voor dit
uitwerkingsplan regels te stellen aan de afsluitbaarheid van mechanische ventilatie of
anderszins bouwkundige zaken, zoals de uitwerkingsregels stellen.
Afbeelding 5: uitsnede verbeelding bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje
Voor de volledigheid is de bestemming “Wonen – Uit te werken - 1” uit het vastgestelde
bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” als bijlage 1 bij deze toelichting opgenomen.
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
10
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
11
3
Wettelijk kader en beleidskader
3.1
Het uitwerkingsplan als deel van het bestemmingsplan
Bij uitwerking dienen burgemeester en wethouders te voldoen aan de bestemmings- en
bebouwingsbepalingen en aan de uitwerkingsregels van het bestemmingsplan. De uitwerking
vormt daarbij geen nieuw bestemmingsplan maar treedt in de plaats van (een deel van) de
“globale” bestemmingen. Het maakt derhalve deel uit van het bestemmingsplan “Sion – ’t
Haantje”.
Omdat in de toelichting van het plan “Sion – ’t Haantje” uitgebreid is ingegaan op de vraag hoe
de planvorming past binnen het beleid van de verschillende overheden, wordt daarnaar in dit
uitwerkingsplan kortheidshalve verwezen. Ook op basis van het meest actuele provinciale
beleid – de Visie op Zuid-Holland en de provinciale verordening - is het plangebied aangeduid
als bestaand stedelijk gebied. Er is dan ook geen strijdigheid met het geldende beleid.
Momenteel werkt de provincie aan een herziening van haar ruimtelijk beleid. Ook hierin is het
plangebied aangemerkt als bestaand stedelijk gebied.
De overige regels van het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” zijn ook op het uitwerkingsplan
van toepassing. Na het rechtskracht krijgen van het uitwerkingsplan dienen aanvragen te
worden getoetst aan het uitwerkingsplan en de overige van toepassing zijnde bepalingen van
het bestemmingsplan.
Het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is vastgesteld onder de reikwijdte van de Wet
ruimtelijke ordening (Wro). Het voorliggende uitwerkingsplan wordt dan ook beschouwd als
uitwerking zoals bedoeld in artikel 3.6, eerste lid onder b van de Wro. Voor de opbouw van het
plan en de digitalisering zijn de RO-standaarden 2012 van toepassing.
3.2.
Procedurele aspecten
Op een uitwerkingsplan is, ingevolge artikel 3.6 lid 5, tweede volzin Wro, Afdeling 3.4 van de
Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing. De procedure is als volgt:
Het ontwerp-uitwerkingsplan ligt gedurende zes weken ter inzage. Gedurende deze termijn
kunnen belanghebbenden zienswijzen indienen bij burgemeester en wethouders. De
kennisgeving van het besluit tot vaststelling van de uitwerking geschiedt langs elektronische
weg. De aanpassingen die volgen uit de zienswijzen worden verwerkt in het ontwerpuitwerkingsplan. Ook worden er - indien nodig - ambtshalve aanpassingen doorgevoerd. Binnen
acht weken na afloop van de zienswijzentermijn, nemen burgemeester en wethouders een
besluit omtrent de uitwerking: ze stellen het uitwerkingsplan al dan niet vast.
Tegen een besluit omtrent vaststelling staat rechtsreeks beroep open bij de Afdeling
bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS). De termijn om beroep in te dienen bij de
ABRvS vangt aan met ingang na de dag dat het vaststellingsbesluit ter inzage is gelegd.
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
12
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
13
4
Omgevingsaspecten
4.1
Algemeen
In het kader van het projectbesluit, het MER en het bestemmingsplan voor “Sion – ’t Haantje”
zijn reeds veel (milieu)aspecten onderzocht. In dit uitwerkingsplan kan dan ook veelal worden
geput uit c.q. voortgeborduurd op deze onderzoeksresultaten. In het navolgende wordt per
aspect een afweging gemaakt.
4.2.
Milieueffectrapportage
Voor de gebiedsontwikkeling RijswijkBuiten is een Milieueffectrapportage (MER) opgesteld.
Deze rapportage heeft zowel als Besluit-MER als Plan-MER gefungeerd. Na het volgen van
beide m.e.r.-procedures is de m.e.r.-plicht uitgewerkt en is het derhalve niet noodzakelijk dat
voor dit uitwerkingsplan wederom de besluit-m.e.r. procedure wordt doorlopen.
In het MER zijn verschillende varianten onderzocht. Gebleken is dat in de gekozen variant voor
de ontwikkeling van RijswijkBuiten geen onevenredige milieubelasting optreedt.
4.3
Luchtkwaliteit
De ontwikkelingen binnen het plan RijswijkBuiten zijn opgenomen in het NSL. Omdat vanuit het
NSL wordt zorg gedragen dat tijdig aan de grenswaarde wordt voldaan, is een toetsing aan de
grenswaarde uit de Wet luchtkwaliteit niet aan de orde.
Vanuit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening is in het kader van het bestemmingsplan
“Sion – ’t Haantje” wel onderzoek uitgevoerd naar de concentratie luchtverontreinigende stoffen
ter plaatse van (woon)bestemmingen in het plan. Daarnaast is ook langs de Rijksweg A4
onderzoek gedaan naar de concentratie luchtverontreinigende stoffen. Uit dat onderzoek wordt
geconcludeerd dat langs de Rijksweg A4 en ter plaatse van de uit te werken
woonbestemmingen (waarbinnen het voorliggende plan is gelegen) geen overschrijdingen van
de grenswaarde optreden.
Geconcludeerd wordt dat het aspect luchtkwaliteit dan ook niet leidt tot belemmeringen voor de
ontwikkelingen in het bestemmingsplan, en dus ook niet voor het uitwerkingsplan “Tijdelijke
basisschool Sion”.
4.4
Geluid
In het kader van het MER is uitgebreid onderzoek gedaan naar de akoestische situatie in
RijswijkBuiten. Dat onderzoek heeft globaal betrekking gehad op de situatie die in het
bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is vastgelegd. Het voorliggende uitwerkingsplan heeft
betrekking op een tijdelijke school. De geprojecteerde gebouwen voor onderwijsdoeleinden zijn
geluidgevoelig en liggen in de directe invloedssfeer van diverse wegen. Zodoende is in het
kader van de voorbereiding van dit uitwerkingsplan aanvullend akoestisch onderzoek1
uitgevoerd om te beoordelen of in het kader van de Wet geluidhinder de voorkeurswaarde wordt
1
Akoestisch onderzoek ‘Tijdelijke basisschool Sion’, KuiperCompagnons, d.d. 10 maart 2014
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
14
overschreden en een hogere waarde-procedure noodzakelijk is. De berekeningsresultaten van
dit onderzoek zijn hieronder beknopt weergegeven. De volledige rapportage is als bijlage 2 bij
de toelichting opgenomen.
Rijksweg A4 en A13
De geluidsbelasting door het verkeer op de Rijkswegen bedraagt maximaal 48 dB op de naar
deze wegen gekeerde gevel(s). De voorkeurswaarde van 48 dB wordt daarmee niet
overschreden.
Prinses Beatrixlaan
De geluidsbelasting door het verkeer op de Prinses Beatrixlaan bedraagt maximaal 46 dB op de
naar de weg gekeerde gevel. De voorkeurswaarde van 48 dB wordt daarmee niet
overschreden.
Laan van Sion
De geluidsbelasting door het verkeer op de Laan van Sion bedraagt maximaal 31 dB op de naar
de weg gekeerde gevel. De voorkeurswaarde van 48 dB wordt daarmee niet overschreden.
Uit het onderzoek blijkt dat het verkeer op geen van de onderzochte wegen leidt tot een
geluidsbelasting die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde van 48 dB. Geconcludeerd wordt
dat de Wgh niet leidt tot een belemmering voor de ontwikkeling van de tijdelijke Brede School.
4.5
Bodem
Ontwikkelingen kunnen pas plaatsvinden als de bodem, waarop deze ontwikkelingen gaan
plaatsvinden, geschikt is of geschikt is gemaakt voor het beoogde doel. Sinds enkele jaren is de
gemeente Rijswijk bezig met het in eigendom krijgen van de diverse percelen in het te
ontwikkelen gebied. Uitgangspunt bij de aankoop van een perceel is dat ofwel is vastgesteld dat
de grond schoon is, ofwel dat er direct onderzoek wordt uitgevoerd en dat de gronden - indien
noodzakelijk - worden gesaneerd.
Om zicht te krijgen op de (te verwachten) mate van verontreiniging ter plaatse van het
voorliggende plangebied zijn in het verleden diverse bodemonderzoeken uitgevoerd. Daarnaast
hebben sanerende werkzaamheden plaatsgevonden.
Ten aanzien van het voorliggende projectgebied, kadastraal bekend als Gemeente Rijswijk,
sectie I, perceelnummer 2034 en 2035, zijn onderstaande gegevens bekend:
 De locatie is onderzocht door VanderHelm Milieubeheer B.V. middels een verkennend en
aanvullend milieukundig bodemonderzoek (kenmerk RYS60793, d.d. 9 januari 2007). Uit het
onderzoek is onder andere gebleken dat:
- De bodem (grond en grondwater) ter plaatse van perceel 2035 maximaal licht
verontreinigd is met de geanalyseerde parameters;
 De locatie (perceelnummer 2034) is onderzocht door VanderHelm Milieubeheer B.V. middels
een verkennend milieukundig bodemonderzoek (kenmerk RYR80819, d.d. 12 september
2008). Uit het onderzoek is onder andere gebleken dat:
- De bodem (grond en grondwater) niet tot licht verontreinigd is met de
geanalyseerde parameters;
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
15
-
Plaatselijk is in de grond een lichte verontreiniging met minerale olie
aangetroffen, er is geen sprake van ‘geval van ernstige bodemverontreiniging’
zoals beschreven in de Wet Bodembescherming;
 Ten behoeve van het geschikt maken voor de toekomstige bestemming naar ‘woongebied’ is
op 8 september 2010 de lichte verontreiniging met minerale olie door middel van ontgraving
verwijderd en afgevoerd naar een erkend verwerker. Voorafgaand is een verkort Plan van
aanpak opgesteld (kenmerk VanderHelm Milieubeheer B.V: RYRY101048) en verzonden
naar de gemeente Rijswijk.
Voor de overige informatie wordt verwezen naar bovengenoemde rapportages, welke als bijlage
4 en 5 bij de toelichting zijn gevoegd. In de huidige situatie betreft het een braakliggend terrein.
Voor zover bekend hebben er in de afgelopen jaren geen activiteiten plaatsgevonden die de
bodem potentieel negatief hebben kunnen beïnvloed. Geconcludeerd wordt dat de locatie
geschikt is voor het beoogde gebruik als tijdelijke school.
4.6
Externe veiligheid
Externe veiligheid richt zich op het beheersen van activiteiten die een risico voor de omgeving
kunnen opleveren, zoals milieurisico’s, transportrisico’s en risico’s die kunnen optreden bij de
productie, het vervoer en de opslag van gevaarlijke stoffen in inrichtingen. Bij de (her)inrichting
van een gebied bepaalt de externe veiligheidssituatie mede de ruimtelijke (on)mogelijkheden.
Met het plan wordt de realisatie van een tijdelijke Brede School mogelijk gemaakt. Een (brede)
school betreft een kwetsbare object, conform het Bevi. De risicobronnen in de omgeving zijn
daarom beschouwd.
In het kader van het MER en het geldende bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is onderzoek
gedaan naar alle externe veiligheidsaspecten in het plangebied. Het plangebied van dit
uitwerkingsplan valt binnen het invloedsgebied van de aardgasleiding A-517. Het
invloedsgebied van de aardgasleiding W-514 en de DSM reiken niet tot het plangebied.
Het invloedsgebied van de bepalende stofgroep (GF3) over de A4 bedraagt 325 meter en reikt
eveneens niet tot het plangebied dat op meer dan 400 meter is gelegen. Vaststaat dat daarmee
een verantwoording vanuit de A4 niet noodzakelijk is.
Hogedruk aardgasleiding A-517
Ten noorden van het uitwerkingsgebied bevindt zich een aardgasleiding (A-517). Deze
hogedruk aardgasleiding heeft geen PR 10-6-contour. Wel geldt een belemmeringenstrook van
ten hoogste 5 meter waarbinnen geen objecten zijn toegestaan, deze strook is buiten het
onderhavige uitwerkingsgebied gelegen.
In het kader van het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is een volledige verantwoording
inclusief berekeningen van het GR uitgevoerd. Hieruit bleek dat het groepsrisico ten aanzien
van de gasleiding toenam, maar dat de oriëntatiewaarde van het groepsrisico niet werd
overschreden.
Naast de groepsrisicoberekeningen in het kader van het bestemmingsplan “Sion - ’t Haantje”
zijn in oktober 2013 berekeningen uitgevoerd in het kader van het ontwerpbestemmingsplan
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
16
“Sion - ’t Haantje, 1e herziening”. In de rapportage van Oranjewoud2 is de tijdelijke school, welke
met dit bestemmingsplan wordt mogelijk gemaakt, meegenomen in berekeningen voor het
groeprisico van de hogedruk aardgasleiding A-517. Dit betreft echter wel een andere locatie
dan de locatie waar dit uitwerkingsplan op ziet. In deze groepsrisicoberekening is uitgegaan van
een locatie die dichterbij de risicobron ligt dan de locatie in dit uitwerkingsplan. Hierdoor geldt
dat de locatie van dit uitwerkingsplan gunstiger is ten aanzien van de hoogte en toename van
het groepsrisico.
Uit de berekeningen volgt dat het groepsrisico van de leiding toeneemt, maar lager blijft dan 0,1
maal de oriëntatiewaarde. De berekeningsresultaten zijn weergegeven in onderstaande
afbeeldingen.
Afbeelding 6: Groepsrisico leiding A-517, links de ‘huidige’ situatie, rechts de toekomstige situatie incl. tijdelijke school
Omdat het groepsrisico lager is dan 0,1 maal de oriëntatiewaarde kan conform het Bevb
volstaan worden met een ‘beperkte’ verantwoording. De verantwoording van het groepsrisico is
reeds uitgevoerd in het kader van het bestemmingsplan “Sion - ’t Haantje”.
Er kunnen verschillende veiligheidsmaatregelen worden genomen. Sommigen zijn af te dwingen
in de ruimtelijke procedures, anderen kunnen als advies worden meegegeven in latere stadia
van het planproces. Mogelijke veiligheidsmaatregelen zijn:
•
het verleggen van hoge druk aardgasleidingen;
•
ruimtelijk zoneren;
•
het verhogen van gronddekking bij buisleidingen (1,5 meter);
•
het afschermen van een leidingtracé;
•
het uitsluiten van beperkt zelfredzame groepen nabij risicobronnen;
•
de bestrijdbaarheid verbeteren;
•
een gedegen WAS-dekking;
•
het waarborgen van bouwputmanagement (veiligheid, leefbaarheid, bereikbaarheid
tijdens de bouw)
•
interne vluchtwegen en ontruimingsplannen van de bedrijfsgebouwen van de
risicobron africhten.
Er zijn voldoende vluchtwegen vanuit het plangebied. Vanuit het aspect ‘externe veiligheid’
gelden er geen belemmeringen.
2
e
Externe veiligheid 1 bestemmingsplanherziening Sion – ’t Haantje, Oranjewoud, oktober 2013
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
17
4.7
Water
In het kader van de MER en het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is een waterparagraaf
opgesteld. Hierin wordt het toekomstige waterhuishoudkundige systeem voor het totale gebied
uitgebreid beschreven. Volgens het beleid van het hoogheemraadschap is het uitgangspunt dat
er in RijswijkBuiten 325 m3/ha waterberging moet worden gecompenseerd. Dit komt neer op
een oppervlakte van 14 hectare met 49.500 m3 berging. Het is niet de bedoeling dat de
compensatie-eis van 325 m3/ha per perceel wordt opgelost, omdat er op die manier nooit een
robuust en samenhangend watersysteem kan ontstaan. Het is de bedoeling om op bepaalde
plekken in RijswijkBuiten grotere waterpartijen aan te leggen waarin de totale ontwikkeling van
het woon-/werkgebied wordt gecompenseerd. De hiervoor genoemde oppervlakte is dan ook
opgenomen in de stedenbouwkundige uitwerking.
Binnen het voorliggende plangebied worden geen watergangen voorzien. Wel is direct ten
zuiden van het plangebied een van de hoofdwatergangen in RijswijkBuiten geprojecteerd. Het
betreft de Oostwestsingel. Deze watergang kan op basis van de eindbestemming “Water” in het
geldende bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” reeds worden gerealiseerd. Ook de bestaande
watergang direct ten noorden van het plangebied is in het moederplan voorzien van de
bestemming “Water”.
Tot slot is in het moederplan “Sion – ’t Haantje” de dubbelbestemming “Waterstaat –
Waterkering” opgenomen voor het zuidelijk deel van het plangebied. Deze dubbelbestemming
bevat een beschermende regeling voor de aanwezig waterkering. Hoewel de waterkering in de
toekomst komt te vervallen, is de aanwezige dubbelbestemming vooralsnog overgenomen in
het voorliggende uitwerkingsplan. Ter plaatse van deze dubbelbestemming mogen in principe
alleen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd. Burgemeester en wethouders
kunnen hier van afwijken ten behoeve van het bouwen overeenkomstig de betreffende andere
bestemming van deze gronden, mits door het bouwen geen onevenredige afbreuk wordt
gedaan aan de belangen van de waterkering en de waterhuishouding. Daarnaast dient vooraf
advies te worden ingewonnen van de beheerder van de waterkering. Omdat de tijdelijke school
op staal wordt gefundeerd vormt het gebouw echter geen belemmering voor de aanwezige
waterkering. Hierover heeft reeds afstemming plaatsgevonden met het Hoogheemraadschap
van Delfland. In overleg met het Hoogheemraadschap wordt bepaald hoe de
dubbelbestemming bij de vaststelling wordt ingevuld.
4.8
Natuur en ecologie
In het kader van het MER en het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is onderzoek uitgevoerd
naar de aspecten ‘natuur’ en ‘ecologie’. Uit het onderzoek blijkt dat er diverse door de Flora- en
faunawet beschermde soorten in Rijswijk-Zuid voorkomen of mogelijk kunnen voorkomen.
Naast algemene beschermde soorten komen er ook verschillende juridisch zwaarder
beschermde soort(groep)en voor.
Er zijn vijf soorten vleermuizen waargenomen in Rijswijk-Zuid. Alle Nederlandse vleermuizen
zijn strikt beschermd middels tabel 3 van de Ffw en Bijlage IV van de HR. In het moederplan
“Sion – ’t Haantje” is reeds aangetoond dat de uit het bestemmingsplan voortkomende
werkzaamheden alleen invloed hebben op de aanwezige vliegroute van de Gewone
dwergvleermuis langs de Spieringswetering. Deze vliegroute is niet in of nabij het onderhavige
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
18
plangebied gelegen. Omdat er in het plangebied geen bebouwing en/of bomen meer aanwezig
zijn, kan de aanwezigheid van verblijfsplaatsen redelijkerwijs worden uitgesloten.
Met betrekking tot vogels is van belang dat niet met verstorende werkzaamheden mag worden
begonnen in het broedseizoen. Alle inheemse vogels zijn beschermd door de Ffw. In het
plangebied komen verschillende soorten broedvogels voor. Er mag niet met verstorende
werkzaamheden worden begonnen in het broedseizoen, dat ongeveer van half maart tot half juli
loopt (soortspecifiek), tenzij door een deskundige is vastgesteld dat op dat moment ter plaatse
van de werkzaamheden geen vogels broeden. Vaste verblijfplaatsen van een beperkt aantal
vogelsoorten is jaarrond beschermd. Er zijn in Rijswijk-Zuid vaste verblijfplaatsen van de
Huismus, Gierzwaluw en Ransuil aangetroffen. Alle (potentieel geschikte) locaties van deze
vogels zijn echter niet in het voorliggende plangebied gelegen.
In Rijswijk-Zuid is slechts één beschermde vissoort aangetroffen: de Kleine modderkruiper.
Voor de Kleine modderkruiper (tabel 2 Ffw) is van belang dat bij vergraving en / of demping van
watergangen moet worden gewerkt volgens een door het verantwoordelijke ministerie
goedgekeurde gedragscode. In het voorliggende uitwerkingsplan worden geen bestaande
watergangen vergraven of gedempt.
Voor vaatplanten zijn verplichtingen in het kader van de Ffw niet aan de orde. Bovendien zijn er
geen beschermde soorten vaatplanten waargenomen in het onderhavige plangebied.
Verder is geconstateerd dat de ontwikkeling van RijswijkBuiten geen negatief effect heeft op
beschermde natuurgebieden. Er gelden daarmee geen belemmeringen voor het onderhavige
uitwerkingsplan.
4.9
Cultuurhistorie en archeologie
4.9.1 Kader
Een aantal beleidsstukken en nota’s geeft richtlijnen en kaders voor de inrichting van gebieden
in relatie tot cultuurhistorie en archeologie. Te noemen zijn de provinciale cultuurhistorische
hoofdstructuur (CHS) en de Wet op de Archeologische Monumentenzorg.
4.9.2 Afweging en conclusie
Cultuurhistorie
Op de Cultuurhistorische Hoofdstructuur van de Provincie Zuid-Holland zijn wat betreft het
aspect ‘cultuurhistorie’ in RijswijkBuiten de structuren langs de Noordhoornseweg en de
Sionsweg relevant. Deze structuren zijn gekwalificeerd als landschappelijke lijn met een redelijk
hoge waarde. Diverse andere belangrijke (water-)wegen uit de Late Middeleeuwen in het
gebied hadden ook aangegeven kunnen worden. Geen van deze elementen is gelegen binnen
het onderhavige plangebied.
Op de Cultuurhistorische Hoofdstructuur van de Provincie Zuid-Holland heeft het gebied
Rijswijk-Buiten wat betreft het aspect ‘archeologie’ een behoorlijk aantal aanduidingen c.q.
waarderingen gekregen. Geen van deze elementen is gelegen binnen het voorliggende
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
19
plangebied. Wel kent het gehele plangebied de indicatie ‘redelijke tot grote trefkans op
archeologische sporen’.
Archeologie
Het beleid van de gemeente Rijswijk is om waardevolle archeologische resten zoveel mogelijk
intact in hun originele positie in de bodem te bewaren. Als er geen of onvoldoende informatie
over een gebied voorhanden is, wordt een archeologisch vooronderzoek uitgevoerd om na te
gaan, of het gebied van het projectbesluit behoudenswaardige (dat wil zeggen wetenschappelijk
waardevolle) archeologische resten bevat. Percelen, die behoudenswaardige resten bevatten,
worden gereserveerd voor behoud of voor een archeologisch vervolgonderzoek (opgraving).
Opgravingen worden uitsluitend uitgevoerd, als behoud en bescherming van de resten in hun
originele positie in de bodem niet mogelijk is. Deze gedragslijn zorgt voor bescherming van
(mogelijk aanwezige) archeologische waarden in het gebied.
Ten behoeve van de ontwikkeling van RijswijkBuiten als nieuwe woonwijk wordt op dit moment
een vooronderzoek uitgevoerd naar de mogelijke aanwezigheid van waardevolle
archeologische resten. Het archeologisch veldwerk is begonnen in oktober 2010 en wordt thans
voortgezet. Wanneer waardevolle archeologische resten redelijkerwijs in het plan ingepast
kunnen worden door wijziging van de planvorming, worden de onderzochte percelen na het
vooronderzoek niet vrijgegeven, maar aangewezen voor bescherming.
De gemeente Rijswijk zal percelen binnen het plangebied van het bestemmingsplan “Sion – ’t
Haantje” vrijgeven voor het uitvoeren van de voorgenomen werkzaamheden:
 ofwel na het archeologisch bureauonderzoek, als daaruit blijkt dat de kans op het
voorkomen van waardevolle resten verwaarloosbar klein is.
 ofwel na het inventariserend veldonderzoek, als blijkt dat er binnen de percelen
waarschijnlijk geen waardevolle archeologische resten in de bodem aanwezig zijn. Om de
archeologische verwachting te kunnen verifiëren worden bij het veldonderzoek
grondboringen en proefsleuven uitgevoerd.
 ofwel na het afronden van het archeologische vervolgonderzoek, als gebleken is dat er
ter plaatse waardevolle archeologische resten in de bodem aanwezig zijn, die niet
behouden kunnen worden.
Afbeelding 7: stand van zaken archeologisch onderzoek d.d. 7 mei 2014.
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
20
De laatste stand van zaken is dat in het zuidelijke deel van het plangebied (perceel 2035)
archeologisch vervolgonderzoek heeft plaatsgevonden (zie afbeelding 7). Deze gronden zijn bij
besluit van 12 december 2012 reeds vrijgegeven voor verdere ontwikkeling. Hiermee kan de
archeologische dubbelbestemming ter plaatse komen te vervallen en gelden er hieromtrent niet
langer beperkingen.
Het noordelijke de el van het plangebied (perceel 2034) is (voorlopig) beschermd tegen
grondwerkzaamheden vanwege een archeologische vindplaats. Het betreft de locatie van de
voormalige uithof ‘Nuwehof’ van de abdij van Egmond, alsmede de voormalige kitswoning.
Omdat de tijdelijke Brede School op staal wordt gefundeerd en de grondwerkzaamheden
daarvan niet dieper reiken dan 30 centimer, is nader archeologisch onderzoek op dit moment
niet benodigd. Wanneer de gronden in de toekomst ontwikkeld worden naar woningbouw, dient
wel archeologisch onderzoek uitgevoerd te worden. Derhalve wordt de archeologische
dubbelbestemming ter plaatse gehandhaafd.
4.10 Geur
Rond RijswijkBuiten liggen (potentiële) geurbronnen: loodfabriek Uzimet, de AWZI
Harnaschpolder, BPRC en DSM. In het kader van het MER en het geldende bestemmingsplan
“Sion – ’t Haantje” is onderzoek naar geur uitgevoerd. Voor de drie deellocaties is alleen DSM
relevant; de 1 ge/m3-contour van DSM valt over bijna het gehele te ontwikkelen gebied. Op
basis van hedonische waarde, hinderonderzoeken en geurklachten is gemotiveerd waarom
deze situatie acceptabel is.
Verder worden er in RijswijkBuiten geen nieuwe bedrijven mogelijk gemaakt uit hogere
milieucategorieën (en grotere kans op geuremissie). Geuroverlast, veroorzaakt door
toekomstige bedrijven, is hierdoor uitgesloten.
4.11 Duurzaamheid
Bij de ontwikkeling van RijswijkBuiten is ‘duurzaamheid’ een leidend principe. Het is onder meer
een streven om van RijswijkBuiten een CO2-arme wijk te maken. Een ander onderdeel van een
duurzame wijk is om deze leefbaar en veilig te maken.
Monitoring van duurzaamheidsaspecten tijdens het planproces vindt onder meer plaats door het
toepassen van het model “DuurzaamheidsProfiel op Locatie” (DPL). Met deze methode verkrijgt
de wijk op vijfentwintig duurzaamheidaspecten een rapportcijfer, waarop tijdens de verdere
planvorming en uitvoering getoetst wordt.
In de regels van de uit te werken bestemmingen binnen het bestemmingsplan “Sion – ’t
Haantje” is bepaald, dat een DPL voor elk van de afzonderlijke deelgebieden van RijswijkBuiten
zal worden opgesteld, zodat duurzaamheid steeds bespreekbaar wordt gemaakt voor de
verschillende doelgroepen, voortdurend getoetst wordt en de motor vormt voor integrale
kwaliteitsverbetering van de wijk. Daarbij wordt een DPL-score van minimaal 7 nagestreefd
(toetsdatum 2011).
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
21
Voor het eerste deelgebied van RijswijkBuiten, Sion, is een DPL opgesteld3. Hieruit komt naar
voren dat de gemiddelde score over de 20 gemeten aspecten, een 7 bedraagt. De
waarderingen van de afzonderlijke aspecten staan in de tabel in de DPL-rapportage
opgenomen. Voldaan wordt dus aan de DPL-eis uit de uit te werken bestemming. Het DPL voor
Sion van november 2011 is opgenomen als bijlage 3 bij deze toelichting.
4.12 Overige aspecten
In het plangebied voor de tijdelijke school spelen overige aspecten (zoals waterleidingen,
rioolleidingen, beschermingszones, hoogspanningsverbindingen) geen rol.
3
Programmabureau Rijswijk-Zuid, Duurzaamheidsprofiel locatie Sion – Rijswijk, DPL-meting november 2011
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
22
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
23
5
Uitvoerbaarheid
5.1
Maatschappelijke uitvoerbaarheid
In het kader van het geldende bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is uitvoerig stilgestaan bij
inspraakreacties en zienswijzen. Op basis hiervan is het plan op onderdelen aangepast. Het
uitwerkingsplan past binnen het bestemmingsplan en wordt daarom maatschappelijk
uitvoerbaar geacht.
Evenwel zal het ontwerp-uitwerkingsplan conform het gestelde in hoofdstuk 3 ter inzage worden
gelegd. Zienswijzen in het kader van de terinzagelegging zullen worden ingevoegd na afloop
van de zienswijzentermijn. Desgewenst kan het uitwerkingsplan hier nog op worden aangepast.
Gezien het voorgaande wordt het plan maatschappelijk uitvoerbaar geacht.
5.2
Economische uitvoerbaarheid
Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan dient op grond van artikel 3.1.6 van het Besluit
ruimtelijke ordening (Bro) in de toelichting van een bestemmingsplan minimaal inzicht te worden
gegeven in de economische uitvoerbaarheid van het plan.
Bij het bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” is een exploitatieplan opgesteld. Hierin is een
grondexploitatie opgenomen die is opgebouwd uit de opbrengsten en kosten die gemoeid zijn
met de (her)inrichting van het gebied.
Uit de actuele grondexploitatie bij het bestemmingsplan blijkt dat het plan Sion – ’t Haantje, dus
met inbegrip van het thans voorliggende uitwerkingsgebied, economisch uitvoerbaar kan
worden geacht.
Bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje” - Uitwerkingsplan “Tijdelijke Brede School Sion”
Toelichting
Ontwerp
Bijlagen
Bijlage 1:
Bestemming “Wonen – Uit te werken 1” uit het
bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”
LET OP! Dit zijn niet de regels behorende bij dit uitwerkingsplan.
Artikel 15
15.1
Wonen - Uit te werken - 1
Bestemmingsomschrijving
15.1.1
De voor Wonen - Uit te werken - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a.
wonen;
b.
bijzondere woonvormen;
c.
aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit,
met daaraan ondergeschikt:
d.
maatschappelijke voorzieningen;
e.
voorzieningen ten behoeve van kinderopvang en -verblijf;
f.
groen en water;
g.
wegen en paden;
h.
parkeren;
i.
speelvoorzieningen;
j.
nutsvoorzieningen, waaronder een rioolgemaal en leidingen;
k.
straatmeubilair,
met de daarbij behorende:
l.
erven en tuinen;
m.
gebouwen;
n.
bouwwerken geen gebouwen zijnde.
15.1.2
Ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van verkeer - fietspad" zijn de in lid 6.1.1
bedoelde gronden tevens bestemd voor:
a.
een doorgaande verbinding voor langzaamverkeer;
b.
behoud en versterking van de landschappelijke waarde van de route.
15.1.3
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - ongelijkvloerse kruising" zijn de in
lid 13.1.1 bedoelde gronden tevens bestemd voor een ongelijkvloerse kruising, zoals een brug
of een viaduct.
15.1.4
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - te handhaven woonfunctie' zijn de
gronden mede bestemd voor te handhaven woningen.
15.1.5
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - gemengd' zijn de in lid 15.1.1
bedoelde gronden tevens bestemd voor:
a.
maatschappelijke voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van kinderopvang en verblijf met een maximale brutovloeroppervlakte van 1000 m²;
b.
detailhandel en dienstverlening en horeca, met een maximale brutovloeroppervlakte van
1500 m², waarvan maximaal 900 m² brutovloeroppervlakte voor detailhandel;
c.
sport- en recreatieve voorzieningen, met een maximale brutovloeroppervlakte van 500m².
LET OP! Dit zijn niet de regels behorende bij dit uitwerkingsplan.
15.2 Bouwregels
Bouwverbod
Ten aanzien van de in lid 15.1 bedoelde gronden geldt dat het bouwen van bouwwerken
uitsluitend is toegestaan overeenkomstig een door burgemeester en wethouders uitgewerkt
plan dat in werking is getreden.
15.3 Afwijken van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde
in lid 15.2 zolang de uitwerking nog niet in werking is getreden onder de voorwaarde dat het
bouwplan past binnen het ontwerp, dan wel een door een burgemeester en wethouders
vastgesteld uitwerkingsplan.
15.4 Uitwerkingsregels
Ten aanzien van de in lid 15.1.1 bedoelde gronden gelden de volgende uitwerkingsregels:
a.
binnen de bestemming mogen ten hoogste 1325 woningen worden gebouwd, waarvan
maximaal 30% gestapelde woningen;
b.
van het aantal woningen binnen de bestemmingen als bedoeld in de artikelen 13, 15 en
16 worden ten minste 10% sociale huurwoningen gebouwd;
c.
de bouwhoogte van de grondgebonden woningen mag maximaal 12 m bedragen;
d.
de bouwhoogte van de gestapelde woningen mag ten hoogste 16 m bedragen, met dien
verstande dat ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van wonen - gemengd" de
bouwhoogte van gebouwen, waaronder gestapelde woningen, niet meer mag bedragen
dan 25 meter;
e.
binnen de bestemming dient aansluitend aan de historische waterstructuur ten minste
0,75 ha watergangen op boezempeil gerealiseerd te worden met een open verbinding
naar open water via de Zweth en de Vliet;
f.
de waterbergingscapaciteit in de gezamenlijke bestemmingen als bedoeld in de artikelen
6, 8, 9, 10, 11, 13, 14, 15 en 16 dient ten minste 325 m³ per hectare te bedragen;
g.
ter plaatse van de aanduiding "zoekgebied fietspad" is mede het bepaalde in artikel 24.1
van toepassing.
h.
de bestemming mag niet eerder worden uitgewerkt dan nadat een actueel
duurzaamheidsprofiel (DPL 2011) voor het gebied, waar de gronden deel van uitmaken,
is opgesteld. De gemiddelde duurzaamheidsscore van de gezamenlijke bestemmingen in
het deelgebied dient minimaal 7 te zijn. Bij de voorbereiding van een
duurzaamheidsprofiel voor een gebied worden de betrokken overheidsdiensten om
advies gevraagd;
i.
de bodemkwaliteit van de gronden moet geschikt zijn voor de bij de uitwerking van het
plan toegelaten doeleinden;
j.
bij de uitwerking en realisatie van de bestemming dient met name in het gebied Sion
voorkomen te worden dat aanwezige archeologische en cultuurhistorische waarden
worden verstoord;
k.
artikel 13 van het Bevi wordt gehanteerd, wat kan leiden tot maatregelen in het ader van
hulpverlening, zelfredzaamheid en bestrijdbaarheid;
l.
de bestemming mag niet eerder worden uitgewerkt dan nadat het dagelijks bestuur van
het Stadsgewest Haaglanden omtrent hiermee verbonden
verkeers- en
vervoersaspecten is gehoord.
LET OP! Dit zijn niet de regels behorende bij dit uitwerkingsplan.
15.5 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 Wet
ruimtelijke ordening het plan te wijzigen, indien de wijziging betrekking heeft op:
a.
het vervallen van "detailhandel en dienstverlening" in artikel 15.1.5. na de daadwerkelijke
beëindiging van deze functies.
Bijlage 2:
Akoestisch onderzoek ‘Tijdelijke basisschool Sion’,
KuiperCompagnons, d.d. 10 maart 2014
Akoestisch onderzoek ‘Tijdelijke basisschool Sion’
Gemeente Rijswijk
10 maart 2014
Projectgegevens
Concept Akoestisch onderzoek ‘Tijdelijke basisschool Sion’
Opdrachtgever
Contactpersoon
RijswijkBuiten
De heer J. de Oude
Werknummer
318.415.12
Datum
10 maart 2014
Adviseur
KuiperCompagnons
Projectverantwoordelijke: ing. J. Kraaijeveld
Behandeld door: ing. J. Kraaijeveld
Telefoonnummer: 06-22012330
File: j:\318\415\12\3 projectresultaat\milieu\geluid\rapport\318.415.12 concept akoestisch onderzoek tijdelijke school rijswijkbuiten_10
maart 2014.docx
Inhoudsopgave
blz.
1. Inleiding.............................................................................................................................. 1 2. Wettelijk kader ................................................................................................................... 2 2.1. Wet geluidhinder ....................................................................................................... 2 2.2. Bouwbesluit 2012...................................................................................................... 3 3. Uitgangspunten geluidberekeningen.............................................................................. 4 3.1. Wegverkeersgegevens ............................................................................................. 4 3.3. Berekeningsmethode ................................................................................................ 5 4. Berekeningsresultaten ..................................................................................................... 7 4.1. Wegverkeerslawaai................................................................................................... 7 5. Conclusies ......................................................................................................................... 8 Inhoudsopgave bijlagen
Bijlage 1
Bijlage 2
Bijlage 3
Bijlage 4
Bijlage 5
Gehanteerde verkeersgegevens
Rekenmodel wegverkeerslawaai
Berekeningsresultaten Rijkswegen
Berekeningsresultaten Prinses Beatrixlaan
Berekeningsresultaten Laan van Sion
1.
Inleiding
Voor het gebied waarbinnen de nieuwe school wordt gerealiseerd geldt het bestemmingsplan
‘Sion - ’t Haantje’. Voor dit gebied is een herziening van dit bestemmingsplan in voorbereiding.
Vooruitlopend op de vaststelling van dit bestemmingsplan wordt met een ruimtelijke procedure
de nieuwbouw van deze school mogelijk gemaakt.
Deze school is gelegen binnen de onderzoekszone van de Rijksweg A4, de Prinses Beatrixlaan
en de Laan van Sion. Op grond van de Wet geluidhinder (Wgh) is daarom onderzoek uitgevoerd naar het aspect wegverkeerslawaai.
Omdat de locatie niet is gelegen binnen de zone van een spoorlijn of industrieterrein heeft het
onderzoek geen betrekking gehad op de aspecten railverkeers- en industrielawaai.
Leeswijzer
Dit onderzoeksrapport bestaat uit vijf hoofdstukken, waarvan hoofdstuk 1 deze inleiding is. In
hoofdstuk 2 is het wettelijk kader beschreven. In hoofdstuk 3 is een beschrijving van de gebruikte gegevens en berekeningsmethode opgenomen. Het rapport wordt afgesloten met hoofdstuk
4 waarin de conclusies van het onderzoek worden beschreven.
Akoestisch onderzoek (CONCEPT)
Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014
1
2.
Wettelijk kader
2.1.
Wet geluidhinder
Onderzoekszone
Behalve langs 30 km/uur-wegen en woonerven bevindt zich overeenkomstig artikel 74 Wgh aan
weerszijden van een weg een zone waarbinnen akoestisch onderzoek moet worden uitgevoerd.
Voordat een nieuwe school binnen deze zone kunnen worden geprojecteerd dient te worden onderzocht of aan de grenswaarden van de Wgh wordt voldaan. De zonebreedte is afhankelijk van
het aantal rijstroken en van de aard van de omgeving (stedelijk of buitenstedelijk gebied).
De definities van stedelijk en buitenstedelijk gebied zijn opgenomen in artikel 1 Wgh. Deze definities luiden:
- stedelijk gebied: het gebied binnen de bebouwde kom (bepaald door komgrensborden) met
uitzondering van het gebied binnen de zone van een autoweg of autosnelweg;
- buitenstedelijk gebied: het gebied buiten de bebouwde kom en het gebied binnen de bebouwde kom dat is gelegen binnen de zone van een autoweg of autosnelweg.
De nieuwe school in dit bestemmingsplan worden binnen de bebouwde kom gebouwd. Omdat de
Rijksweg A4 een autosnelweg is, is voor deze weg sprake van een buitenstedelijke situatie. Voor
de beide andere wegen is sprake van een stedelijke situatie.
Voor de Rijksweg A4 geldt een zone van 600 m (2x3 rijstroken, buitenstedelijk gebied). De Prinses Beatrixlaan heeft, na reconstructie, een zone van 350 m (drie of meer rijstroken, stedelijk gebied). De Laan van Sion heeft een zone van 200 m (2x1 rijstrook, stedelijk gebied). Deze zone
wordt gemeten vanaf de buitenste begrenzing van de buitenste rijstrook.
Normstelling
De voorkeursgrenswaarde voor een nieuwe school is vastgelegd in het Besluit geluidhinder.
Indien de geluidbelasting hoger is dan de voorkeursgrenswaarde moeten er maatregelen worden getroffen om hieraan alsnog te kunnen voldoen. Blijkt dat niet mogelijk te zijn of op zwaarwegende bezwaren te stuiten van stedenbouwkundige, verkeerskundige, landschappelijke of
financiële aard dan is het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rijswijk
(het college van Rijswijk) bevoegd tot het vaststellen van hogere waarden.
In tabel 1 is aangegeven wat de voorkeursgrenswaarde en de maximale ontheffingswaarde is
voor een nieuwe school.
Tabel 1: Grenswaarden wegverkeerslawaai.
Situatie
School
Voorkeursgrenswaarde
Maximale ontheffingswaarde
Buitenstedelijk
48 dB (art. 3.1 Bgh)
53 dB (art. 3.2 lid 1b Bgh)
Stedelijk
48 dB (art 3.1 Bgh)
63 dB (art. 3.2 lid 2 Bgh)
Reductie geluidbelastingen wegverkeerslawaai
Op grond van de verwachting dat de geluidproductie van motorvoertuigen in de toekomst afneemt, mogen de berekende geluidbelastingen op de gevels worden gereduceerd. Volgens artikel
110g Wgh is deze reductie 2 dB bij wegen met een rijsnelheid van 70 km/uur en hoger en 5 dB bij
wegen met een rijsnelheid van lager dan 70 km/uur.
Akoestisch onderzoek (CONCEPT)
Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014
2
Gelet op de wettelijke toegestane rijsnelheid op de in het onderzoek betrokken wegen is een reductie van 5 dB toegepast voor de Prinses Beatrixlaan en de Laan van Sion.
Voor de rijkswegen is in een reductie toegepast van 2 dB.
Hogere waardenbeleid gemeente Rijswijk
De gemeente Rijswijk heeft nog geen vastgesteld hogere waarden beleid. Dit beleid is wel in
voorbereiding. In dit rapport is geen toetsing uitgevoerd aan dit beleid.
2.2.
Bouwbesluit 2012
In het Bouwbesluit 2012 is aangegeven wat de karakteristieke geluidwering moet zijn om een
binnenwaarde, bij gesloten ramen, te garanderen voor verblijfsgebieden van een nieuwe school.
Deze karakteristieke geluidwering moet minimaal gelijk zijn aan de vastgestelde hogere waarde
minus de toegestane binnenwaarde van 33 dB.
Akoestisch onderzoek (CONCEPT)
Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014
3
3.
Uitgangspunten geluidberekeningen
Hierna worden de uitgangspunten voor de berekeningen van het wegverkeerslawaai beschreven.
Het gaat om de gehanteerde gegevens en de gebruikte berekeningsmethode.
3.1.
Wegverkeersgegevens
Rijkswegen
Vanaf 1 juli 2012 zijn emissieplafonds (Geluidsproductieplafonds GPP) langs hoofdinfrastructuur ingesteld. De Rijksweg A4 valt onder deze hoofdinfrastructuur. Deze rijksweg is in het
emissieregister opgenomen waaruit de benodigde gegevens voor de uitvoering van dit akoestisch onderzoek moeten worden overgenomen.
In het algemeen is in het emissieregister voor rijkswegen het gebruik van de rijkswegen in het
jaar 2008 in het emissieregister vastgelegd. De geluidsbelasting wordt op basis van dit gebruik
bepaald. Daarbij wordt 1,5 dB bij deze geluidsbelasting opgeteld. Deze 1,5 dB kan worden als
een werkruimte voor Rijkswaterstaat. Deze werkwijze is aangehouden voor het deel van de
Rijksweg A4 vanaf de aansluiting met de Prinses Beatrixlaan en oostelijk van deze aansluiting.
Voor het deel van de Rijksweg A4 ten westen van de aansluiting met de Prinses Beatrixlaan is
‘recent’ een tracébesluit vastgesteld. De informatie in het emissieregister is gebaseerd op de
gebruikte gegevens uit dit tracébesluit. Voor rijkswegen waarvoor het toekomstig gebruik uit het
tracébesluit als uitgangspunt is aangehouden wordt geen extra werkruimte van 1,5 dB aangehouden. Dit is gedaan omdat in het akoestisch onderzoek voor het Tracébesluit reeds is uitgegaan van het verwachte toekomstige gebruik. Van belang is te melden dat in het Tracébesluit
voor de Rijksweg A4 voor het deel vanaf de Prinses Beatrixlaan is uitgegaan van Tweelaags
Zoab verharding.
Lokale wegen
De voor dit onderzoek gehanteerde verkeersgegevens voor de Prinses Beatrixlaan en de Laan
van Sion zijn gebaseerd op het verkeersonderzoek Rijswijk-Zuid. Dit onderzoek is uitgevoerd in
het kader van het MER Rijswijk-Zuid. De uitgangspunten en bevindingen van het verkeersonderzoek zijn beschreven in de rapportage van Goudappel Coffeng ‘Verkeersonderzoek Rijswijk-Zuid’
van 11 november 2010. Als belangrijk gegeven wordt vermeld dat in de verkeerscijfers van de
Rijksweg A4 de aanleg van het gedeelte van de Rijksweg A4 tussen Delft en Schiedam is meegenomen.
Voor dit bestemmingsplan dient de akoestische situatie minimaal 10 jaar na vaststelling van het
plan te worden beschouwd. Als uitgangspunt is het prognosejaar 2024 aangehouden. In het eerdergenoemde verkeersonderzoek is een studie uitgevoerd naar de verkeersintensiteiten en de
afwikkeling in het prognosejaar 2020. In dat verkeersonderzoek is er van uitgegaan dat de nieuwbouw binnen Rijswijk-Zuid ten westen van de Lange Kleiweg in het jaar 2020 is uitgevoerd. Voor
de autonome groei van het verkeer in de periode van 2020 tot 2024 is in dit onderzoek uitgegaan
van 2% per jaar.
Een ander belangrijk uitgangspunt is dat op de (gewijzigde) Prinses Beatrixlaan en het Terras van
Sion een stil wegdek wordt aangebracht. Voor het wegdek op de Prinses Beatrixlaan betreft dit
een Micropave-verharding. Op de kruisingsvlakken van de Prinses Beatrixlaan met de Laan van
Sion en het Terras van Sion en ter hoogte van de opstelvakken in de Prinses Beatrixlaan wordt
Akoestisch onderzoek (CONCEPT)
Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014
4
geen stil wegdek aangelegd, omdat dit type wegdek minder bestand is tegen het wringende verkeer op het kruisingsvlak. De wettelijk toegestane rijsnelheid bedraagt op beide wegen 50 km/h.
In bijlage 1 van dit onderzoek is een uitgebreid overzicht gegeven van alle gebruikte verkeersgegevens.
3.2.
Berekeningsmethode
Voor het bepalen van de geluidsbelasting door het verkeer is gebruik gemaakt van Standaardrekenmethode 2 overeenkomstig het RMG 2012. Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van het
softwarepakket Geomilieu, versie 2.30.
In het rekenmodel zijn de volgende elementen ingevoerd:
- rijlijnen;
- bodemgebieden (hard/zacht gebieden);
- objecten (gebouwen);
- hoogtelijnen;
- geluidsschermen/wallen;
- toetspunten.
Rijlijnen
Als uitgangspunt is voor de ligging van de wegen uitgegaan van de gegevens uit het verkeersmodel. Een uitzondering betreft de ligging van de Prinses Beatrixlaan en de Laan van Sion. Voor de
ligging van deze wegen is door de gemeente Rijswijk een digitale ondergrond aangeleverd op
basis waarvan de wegligging is ingevoerd.
Bodemgebieden
In het rekenmodel is als uitgangspunt een akoestisch harde bodem gekozen. Alle akoestische
zachte gebieden zoals gras en bermen zijn als specifieke bodemgebieden in het rekenmodel ingevoerd. De nieuwe bedrijventerreinen in dit bestemmingsplan zijn volledig akoestisch hard gemodelleerd. De nieuwe woonbestemmingen in dit bestemmingsplan zijn als 40% akoestisch zacht
ingevoerd.
Objecten
De ligging van de bestaande gebouwen en de hoogte van deze gebouwen zijn gebaseerd op het
rekenmodel dat is opgesteld in het kader van het Besluit omgevingslawaai (eerste tranche).
Binnen de bestemming ‘Woongebied’ kunnen op grond van de regels van het plan eengezinswoningen worden gebouwd met en hoogte van 12 m en gestapeld woningen met een hoogte van
30 m. Omdat tussen de geluidsbronnen en de locatie van deze school nog geen nieuwe bebouwing aanwezig is, is in dit rekenmodel geen rekening gehouden met de afschermende werking
van deze nieuwe bebouwing.
Geluidsschermen/wallen
De bestaande geluidsreducerende maatregelen langs de Rijksweg A4 zijn in het rekenmodel
meegenomen. Ter hoogte van de afvalwaterzuivering en verder naar het westen is een bestaand
geluidsscherm aanwezig. De hoogte van dit geluidsscherm is 2 m. Vanaf de aansluiting met de
Prinses Beatrixlaan richting het oosten is de Rijksweg A4 verdiept aangelegd. De mate van ver-
Akoestisch onderzoek (CONCEPT)
Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014
5
diepte ligging is gebaseerd op de digitale topografische bestanden (dtb-bestanden) van Rijkswaterstaat. In deze bestanden is eveneens hoogte-informatie opgenomen.
Toetspunten
In de rekenmodellen zijn toetspunten opgenomen. De beoordelingshoogte bij deze toetspunten is
1,5 m omdat de school in één verdieping wordt gebouwd. Gezien de gebruiksperiode van deze
geluidsgevoelige bestemming dient op grond van artikel Wgh de geluidsbelasting te worden gebaseerd op de dagperiode van 7.00 tot 19.00 h. De avond- en nachtperiode zijn niet in de berekening betrokken.
In verband met de grootte van het rekenmodel is er voor gekozen geen uitdraai van het rekenmodel op te nemen in de bijlagen van deze rapportage. Indien gewenst kan deze uitdraai in
digitale vorm worden aangeleverd of er kan een kopie van het rekenmodel worden aangeleverd.
Het gehanteerde rekenmodel is weergegeven in bijlage 2 ‘Rekenmodel verkeerslawaai’.
Akoestisch onderzoek (CONCEPT)
Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014
6
4.
Berekeningsresultaten
4.1.
Wegverkeerslawaai
In het onderstaande gedeelte zijn per weg de berekeningsresultaten beschreven
Rijkswegen
De geluidsbelasting door het verkeer op de rijkswegen bedraagt maximaal 48 dB op deze wegen gekeerde gevel. De voorkeurswaarde van 48 dB wordt niet overschreden.
Prinses Beatrixlaan
De geluidsbelasting door het verkeer op de Prinses Beatrixlaan bedraagt maximaal 46 dB op
deze wegen gekeerde gevel. De voorkeurswaarde van 48 dB wordt niet overschreden.
Laan van Sion
De geluidsbelasting door het verkeer op de Laan van Sion bedraagt maximaal 31 dB op de naar
de weg gekeerde gevel. De voorkeurswaarde van 48 dB wordt niet overschreden.
Akoestisch onderzoek (CONCEPT)
Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014
7
5.
Conclusies
In het plan ‘Tijdelijke basisschool Sion’ wordt voorzien in de bouw van een tijdelijke school.
Uit het onderzoek blijkt dat het verkeer op geen van de onderzochte wegen leidt tot een geluidsbelasting die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde van 48 dB.
Geconcludeerd wordt dat de Wgh niet leidt tot een belemmering voor de ontwikkelingen in dit
bestemmingsplan.
Akoestisch onderzoek (CONCEPT)
Tijdelijke basisschool Sion 318.415.12 / 10 maart 2014
8
Bijlagen >>>
Bijlage 1
Gehanteerde verkeersgegevens
Tabel 1: Verkeersgegevens lokale wegen bestemmingsplan 'Tijdelijke basisschool Sion'.
ID
Wegvak
WegdekRijIntensiteit
type
snelheid
2024
[km/uur]
1a
Prinses Beatrixlaan
Micropave
50
22293
1b
Prinses Beatrixlaan
Micropave
50
22293
1c
Prinses Beatrixlaan
Referentiewegdek
50
22293
1d
Prinses Beatrixlaan
Referentiewegdek
50
22293
1e
Prinses Beatrixlaan
Referentiewegdek
50
20205
1f
Prinses Beatrixlaan
Referentiewegdek
50
20205
1g
Prinses Beatrixlaan
Micropave
50
20205
1h
Prinses Beatrixlaan
Micropave
50
20205
1i
Prinses Beatrixlaan
Micropave
50
20205
1j
Prinses Beatrixlaan
Micropave
50
20205
1k
Prinses Beatrixlaan
Referentiewegdek
50
20205
1l
Prinses Beatrixlaan
Referentiewegdek
50
20205
1m
Prinses Beatrixlaan
Referentiewegdek
50
19964
1n
Prinses Beatrixlaan
Referentiewegdek
50
19592
1o
Prinses Beatrixlaan
Micropave
50
19592
1p
Prinses Beatrixlaan
Micropave
50
19964
1q
Prinses Beatrixlaan
Referentiewegdek
50
19964
1r
Prinses Beatrixlaan
Referentiewegdek
50
19964
1s
Prinses Beatrixlaan
Referentiewegdek
50
19592
2a
Ontsluitingsweg Sion
Referentiewegdek
50
2654
2b
Ontsluitingsweg Sion
Micropave
50
2654
2c
Ontsluitingsweg Sion
Referentiewegdek
50
2654
2d
Ontsluitingsweg Sion
Micropave
50
2654
2e
Ontsluitingsweg Sion
Micropave
50
4367
2f
Ontsluitingsweg Sion
Micropave
50
2548
2g
Ontsluitingsweg Sion
Micropave
50
1917
Gem. uur
[%]
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.98
6.99
6.99
6.99
6.99
6.99
6.99
7.00
Dagperiode
Licht
Middel
[%]
[%]
89.04
6.58
89.04
6.58
89.04
6.58
89.04
6.58
88.55
6.87
88.55
6.87
88.55
6.87
88.55
6.87
88.55
6.87
88.55
6.87
88.55
6.87
88.55
6.87
89.28
6.43
90.12
5.93
90.12
5.93
89.28
6.43
89.28
6.43
89.28
6.43
90.12
5.93
93.55
5.16
93.55
5.16
93.55
5.16
93.55
5.16
96.67
2.66
95.02
3.98
99.97
0.02
Zwaar
[%]
4.38
4.38
4.38
4.38
4.58
4.58
4.58
4.58
4.58
4.58
4.58
4.58
4.29
3.95
3.95
4.29
4.29
4.29
3.95
1.29
1.29
1.29
1.29
0.67
1.00
0.01
Gem. uur
[%]
2.53
2.53
2.53
2.53
2.53
2.53
2.53
2.53
2.53
2.53
2.53
2.53
2.53
2.54
2.54
2.53
2.53
2.53
2.54
2.56
2.56
2.56
2.56
2.58
2.57
2.60
Zwaar
[%]
3.55
3.55
3.55
3.55
3.71
3.71
3.71
3.71
3.71
3.71
3.71
3.71
3.47
3.19
3.19
3.47
3.47
3.47
3.19
1.04
1.04
1.04
1.04
0.53
0.80
0.00
Gem. uur
[%]
0.77
0.77
0.77
0.77
0.77
0.77
0.77
0.77
0.77
0.77
0.77
0.77
0.77
0.76
0.76
0.77
0.77
0.77
0.76
0.74
0.74
0.74
0.74
0.72
0.73
0.70
Nachtperiode
Licht
Middel
[%]
[%]
80.95
11.43
80.95
11.43
80.95
11.43
80.95
11.43
80.18
11.89
80.18
11.89
80.18
11.89
80.18
11.89
80.18
11.89
80.18
11.89
80.18
11.89
80.18
11.89
81.32
11.21
82.68
10.39
82.68
10.39
81.32
11.21
81.32
11.21
81.32
11.21
82.68
10.39
88.36
9.32
88.36
9.32
88.36
9.32
88.36
9.32
93.83
4.94
90.89
7.28
99.95
0.04
Zwaar
[%]
7.62
7.62
7.62
7.62
7.93
7.93
7.93
7.93
7.93
7.93
7.93
7.93
7.47
6.93
6.93
7.47
7.47
7.47
6.93
2.33
2.33
2.33
2.33
1.23
1.82
0.01
J:\318\415\12\3 Projectresultaat\milieu\geluid\verkeer\verkeer 2024_BP Tijdelijke school Sion_maart 2014.xls
Avondperiode
Licht
Middel
[%]
[%]
91.12
5.33
91.12
5.33
91.12
5.33
91.12
5.33
90.71
5.57
90.71
5.57
90.71
5.57
90.71
5.57
90.71
5.57
90.71
5.57
90.71
5.57
90.71
5.57
91.31
5.21
92.01
4.79
92.01
4.79
91.31
5.21
91.31
5.21
91.31
5.21
92.01
4.79
94.82
4.14
94.82
4.14
94.82
4.14
94.82
4.14
97.35
2.12
96.02
3.19
99.98
0.02
Bijlage 1
Gehanteerde verkeersgegevens
Bijlage 2
Rekenmodel wegverkeerslawaai
Bijlage 3
Berekeningsresultaten wijkswegen
Bijlage 4
Berekeningsresultaten Prinses Beatrixlaan
Bijlage 5
Berekeningsresultaten Laan van Sionontouren Oosterweg/ZuiderdreefBijlage 4
Geluidscontouren Oosterweg/Zuiderdreef
Bijlage 3:
DPL Sion, november 2011
DUURZAAMHEIDSPROFIEL SION
Analyse van de duurzaamheid van het ontwikkelingsplan Sion met
het computerinstrument DPL (Duurzaamheidsprofiel van een Locatie)
d.d. 20 augustus 2012 PH/PV
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
1
INHOUD
1. Inleiding
2. Wat is DPL?
3. Resultaat duurzaamheidsmeting Sion
3
3
5
3.1 Algemeen
3.2 Toelichting per aspect
4. Conclusies en aanbevelingen
13
Ruimtelijke hoofdstructuur Sion (Ontwikkelingsplan Sion, mei 2012)
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
2
1. Inleiding
RijswijkBuiten moet in alle opzichten een duurzame wijk worden. Dat is de ambitie, die in het
Masterplan Rijswijk-Zuid (november 2009) staat omschreven. Dit plan vermeldt ook de wijze
waarop in het vervolg van de planvorming de duurzaamheidsdoelen moeten worden
beoordeeld. Dat gebeurt aan de hand van het landelijk geïntroduceerde computerinstrument
DPL (Duurzaamheidsprofiel van een Locatie). De toepassing van deze methode is in het
bestemmingsplan Sion-’t Haantje (september 2011) vastgelegd, inclusief de minimale score
die als gemiddelde voor duurzaamheid moet worden behaald.
Afgelopen jaar zijn de plannen voor het eerste deelgebied Sion regelmatig op duurzaamheid
‘doorgemeten’. Dat leverde steeds aanwijzingen op waar we op de goede weg zijn en waar
verbeteringen nodig zijn. In deze rapportage wordt het uiteindelijke ‘Ontwikkelingsplan Sion’
(mei 2012) onder de loep gelegd. Het laat zien waar we nu staan, wat goed gaat en wat bij
de uitwerking en uitvoering volle aandacht behoeft.
In de volgende paragraaf wordt eerst kort de DPL-methode uitgelegd. Daarna volgen de
resultaten van de meting, over het geheel en per duurzaamheidsaspect. De rapportage sluit
af met conclusies en aanbevelingen.
2. Wat is DPL?
DPL is een door TNO en IVAM ontwikkeld computerinstrument om de duurzaamheid van
een wijk te meten. Voor 24 aspecten van duurzaamheid worden kenmerken van het plan
ingevoerd en wordt een duurzaamheidsscore gegeven in de vorm van een rapportcijfer
tussen de 3 (= minimum) en de 9 (= maximum). De aspecten beslaan een breed scala aan
duurzame onderwerpen: de thema’s ‘People’, ‘Planet’ en ‘Profit’ worden alle drie belicht.
Overzicht van 24 aspecten uit de DPL-methode, gerangschikt naar Planet, People en Profit
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
3
De scores van RijswijkBuiten (en Sion) worden vergeleken met een referentiewijk uit het
DPL-programma. Een referentiewijk in DPL is een theoretisch geconstrueerde wijk waarin
geen bijzondere maatregelen zijn getroffen voor duurzaamheid en waarin net wordt voldaan
aan de eisen uit regelgeving. Referentiewijken scoren in het DPL-programma altijd net een
voldoende, het cijfer 6, op elk van de DPL-aspecten. Voor de analyse van het Masterplan
Rijswijk-Zuid en het Ontwikkelingsplan Sion is uitgegaan van de referentie ‘Woonwijk, laagen middelhoogbouw, rond 2008’. Op enkele plaatsen is deze referentiewijk aangepast voor
dit project, om beter aan te sluiten bij de omvang en aard van het plangebied.
Als basis voor de meting van Sion is de grondgebruikskaart van het Ontwikkelingsplan Sion
genomen. Hierop worden de functies en het oppervlaktebeslag nauwkeurig bijgehouden.
Voorts wordt uitgegaan van de uitvoeringsmaatregelen die het Programmabureau
RijswijkBuiten voornemens is te nemen.
Ontwikkelingsplankaart Sion (mei 2012)
Fragment grondgebruikskaart
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
4
3. Resultaat duurzaamheidsmeting Sion
3.1 Algemeen
De resultaten van de meting van de afzonderlijke aspecten zijn in onderstaande grafiek
weergegeven. De gele balken geven het profiel van het eerder gemeten Masterplan RijswijkZuid weer. De blauwe balken laten het duurzaamheidsprofiel van Sion zien. Op twee
aspecten is een variant (in rode kleur) ingevoerd: een betere EPC (Energieprestatie
Coëfficiënt) van 0,2 in plaats van 0,4 en een gunstiger lijnvoering van het OV (de bus) door
in plaats van langs Sion via de Prinses Beatrixlaan.
Voorts is met de groene balken een ‘klimaatmeting’ toegevoegd. Deze factoren geven aan
hoe de wijk scoort op het voorkomen van negatieve invloeden van klimaatveranderingen,
zoals bij overvloedige regenval, droogte en hitte.
Het Inrichtingsplan Sion scoort over de 20 onderzochte aspecten (de blauwe balken)
gemiddeld een 7,06/7,13. Deze uitkomst is een volle punt hoger dan twee jaar geleden voor
het Masterplan is berekend. De hogere score is vooral te danken aan:
- Beter fietsvoorzieningen in Sion: o.a. de fietsroutes Van Rijnweg en Sion-Noord
- Meer groen ín de wijk: o.a. de aanleg van de ‘groene hagen’, half verharde
parkeerplaatsen en toepassing bijzondere beplanting en bomen
- Cultuurhistorische waarden: het behoud van historisch water en historische objecten
als brug, koetshuis en karakteristieke tuinderswoningen en schoorstenen
- Meer bewonersparticipatie: het aandeel van particulier opdrachtgeverschap
Het aspect ‘lokale werkgelegenheid’ scoort evenwel in het Masterplan hoger dan Sion,
omdat daar ook het bedrijventerrein langs ’t Haantje als bron van arbeidsplaatsen meetelt.
Met de gemiddelde score van minimaal 7,06 voldoet het Ontwikkelingsplan Sion aan het
vereiste van een 7 uit het bestemmingsplan.
Overzicht van scores per onderzocht aspect (geel = Masterplan Rijswijk-Zuid; blauw = Sion; groen = klimaat)
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
5
3.2 Toelichting per aspect
Voor elk aspect afzonderlijk is aan de hand van indicatoren de DPL-score van Sion bepaald.
Omdat het een nieuwe wijk betreft, kunnen niet alle 24 aspecten worden beoordeeld.
Derhalve ontbreken in onderstaande toelichting een aantal volgnummers.
1. Ruimtegebruik
Bij dit aspect wordt beoordeeld hoe efficiënt met ruimte wordt omgesprongen. Dat wordt
berekend aan de hand van de Floor-Space-Index, waarin het totale vloeroppervlak bebouwd
in de wijk wordt gedeeld door het grondoppervlak van de wijk (exclusief open water).
Compact bouwen scoort goed. Daartegenover staat dat een dichte bebouwing weer ten
koste gaat van andere kwaliteiten als groen, parkeervoorzieningen en open ruimte.
Op dit aspect is voor Sion als referentie een laagbouwwijk genomen en bedraagt de score
net geen voldoende: 5,5
2. Energie
De ambities ten aanzien van het energieverbruik zijn in het bestemmingsplan Sion-’t Haantje
vastgelegd: als Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) een 0,4 (het Bouwbesluit gaat nog uit
van 0,6) en als Energieprestatie op Locatie (EPL) een 8. De eerste woningen in Sion worden
gebouwd met een EPC tussen de 0,4 en 0,0 (= energieneutraal, dat wil zeggen dat voor
verwarming en warm water geen energie van buiten nodig is). Bij een gemiddelde van een
EPC van 0,2 is de DPL-score op dit aspect maximaal: 9. Indien het vereiste uit het
bestemmingsplan wordt aangehouden daalt de score naar een 8.
Ten aanzien van energie in de wijk kunnen in het bijzonder de volgende maatregelen worden
genoemd:
- Er wordt geen gas- en warmtenet toegepast: de energiebehoefte wordt beperkt door
passief bouwen en alternatieve energiebronnen (o.a. WKO en zonnepanelen). Het
restant wordt geleverd via het elektrisch net.
- De voorbereiding van een smart grid in de wijk, waarmee uitwisseling van elektriciteit
tussen individuele woningen mogelijk wordt
- De voorbereiding van woningen en bijgebouwen op de plaatsing van zonnepanelen.
- Onderzoek naar de aanleg van een complex zonnepanelen op wijkniveau
- De voorbereiding van laadpunten voor elektrische auto in en bij de woning en in de
publieke ruimte
- De aanleg van led-verlichting in de openbare ruimte
Voorbeeld carport met zonnepanelen
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
6
3. Materialen
Voor de normering van milieubelasting van materiaalgebruik wordt het prestatie-instrument
GPR-Gebouw toegepast. Conform het gemeentelijk beleid wordt een GPR-waarde van
minimaal een 7 voorgeschreven. De score in DPL is dan ook een 7.
In Sion wordt ook in de openbare ruimte rekening gehouden met duurzaamheid: mogelijke
toepassing van geluidsarme betonklinkers, beschoeiing van FSC-hout en uitvoering
straatmeubilair, etc. conform het Programma van Eisen van de gemeente.
4. Waterbeheer
Bij dit aspect wordt beoordeeld of het regenwater al dan niet gescheiden wordt opgevangen
en afgevoerd. In Sion wordt water van het verharde oppervlak afgekoppeld van het
gemengde riool. De DPL-score is dan een 8
Waterstructuur Sion, met donkerblauw boezemwater en lichtblauw polderniveau
5. Afvalinzameling
De DPL-score van 6,4 is gebaseerd op een gescheiden inzameling volgens het huidige
Rijswijkse systeem: papier, glas, GFT, KCA en restafval. Niet apart ingezameld worden
textiel, elektrische apparatuur, metaal en plastic. De inzameling vindt plaats via
ondergrondse containers. De afvalinzamelaar AVALEX experimenteert in Pijnacker-Nootdorp
met een nieuw systeem, waarbij bewoners zelf hun afvalfracties inleveren. Mogelijk dat op
termijn ook in Sion het ‘gescheiden brengen’ wordt ingevoerd.
6. Bodemkwalitet
Waar nodig wordt de grond in het plangebied gesaneerd. Er blijft een lichte verontreiniging
tussen de achtergrondwaarde en maximale waarde van de klassen achter. De score is
daardoor voldoende: 6.
7. Luchtkwaliteit
In het plangebied vinden geen overschrijdingen van de luchtkwaliteitsnormen plaats. De
score is ruim voldoende: 7,1.
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
7
8. Geluidhinder
Het plangebied ondervindt geluidhinder van de A4 en de Prinses Beatrixlaan. De A4 wordt
enigszins afgeschermd door het bedrijventerrein dat aan de noordzijde van Sion is gepland.
Voor een acceptabel geluidsniveau langs de Prinses Beatrixlaan is het nodig dat op de weg
geluidsarm asfalt wordt toegepast en de aanliggende bebouwing zoveel mogelijk gesloten
wordt uitgevoerd. De geluidsproductie van de ringweg binnen Sion kan iets worden
teruggebracht door gebruik van geluidsarm bestratingsmateriaal en door een lagere
ontwerpsnelheid van 40 in plaats van 50 km/uur.
De DPL-score is bij deze maatregelen toch nog een onvoldoende: 4,1. Deze lage waarde
wordt vooral veroorzaakt door de ‘geluidslekken’ langs de Prinses Beatrixlaan, zoals tussen
de bouwstroken en bij de toegangswegen tot de wijk. Hier valt weinig aan te verhelpen.
Variant met strokenbebouwing en stil wegdek
9. Geurhinder
Het plangebied van RijswijkBuiten is zodanig ontworpen dat de woongebieden buiten de
kritische 3 ge/m3 van DSM vallen. In Sion blijft de geurbelasting beperkt van 1 tot 3 ge/m3.
Ervan uitgaande dat deze waarden beleidsmatig acceptabel zijn (zoals door de provincie
Zuid-Holland aangegeven), bedraagt de DPL-score voor dit aspect bijna voldoende: 5,9.
10. Externe veiligheid
De grenswaarde voor het plaatsgebonden risico (PR = 10 -6) wordt nergens in Sion
overschreden. Wel valt een derde van de wijk binnen de toetsingsafstand van de
buisleidingen, die langs het gebied lopen (ingevoerd als PR tussen 10-7 en 10-6). De DPLscore is, gelet op de omvang van deze contouren, licht onvoldoende: 5,8.
12. Verkeersveiligheid
De verkeersveiligheid wordt gemeten aan de hand van de ontwerpsnelheden van wegen in
het plangebied. Op de Prinses Beatrixlaan wordt 50 km/uur toegestaan; op de
wijkontsluitingsweg (Kloostergang) 40 km/uur. De woon- en buurtstraten krijgen een 30
km/uur-regiem. De oranjegekleurde woonstraten zijn voetgangersgebieden; de auto is daar
alleen ‘te gast’. Als gevolg van het hoge aandeel verkeersluwe wegen en paden komt de
score van dit aspect op een hoog niveau: 9
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
8
Verkeersstructuur Sion
13. Voorzieningen en winkels
In de noordoosthoek van Sion is conform het bestemmingsplan en het detailhandelsonderzoek een voorzieningencluster gepland, met onder meer een school, een (tijdelijke)
supermarkt en diverse maatschappelijke en zorgvoorzieningen. Daarbij zal Sion profiteren
van de nabij gelegen winkelcentra in Delft en Rijswijk. Voor DPL tellen in principe alleen
voorzieningen binnen de wijk en die binnen 200 meter buiten de plangrens liggen. Het
wijkwinkelcentrum aan de van Foreestweg (ca 500 meter van de grens van Sion gelegen)
heeft daarom geen invloed op de score.
Als voorzieningen tellen ook mee de speelplekken voor kinderen (< 6 jaar) en jongeren (1218 jaar), die in het plan zijn opgenomen.
In verhouding tot het inwonertal is het aantal voorzieningen in Sion iets lager dan in de
referentiewijk. De door de meetmethode enigszins geflatteerde score is net onvoldoende: 5,4.
Geplande speelvoorzieningen voor jongeren
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
9
14. Bereikbaarheid OV en fiets
Voor de trein is in de DPL berekening uitgegaan van de huidige situatie, zonder toevoeging
van een eventueel station bij ’t Haantje. De dichtstbijzijnde stations (Rijswijk en Delft) liggen
op respectievelijk 2 en 2,4 km. Voor de bus is voorlopig ingeschat dat er één busverbinding
door of langs Sion zal lopen, die in de spits elk kwartier rijdt. Er ontstaat een verschil in score
van 0,8 tussen een busroute over de Prinses Beatrixlaan en met een lus door de wijk. Vanaf
de eerste bewoning van Sion wordt de inzet van busje overwogen.
Voor de fietsers komen zelfstandige routes langs de Van Rijnweg (tussen Hoekpolder en het
Voordijkshoornsepad in Delft) en door Sion-Noord. Langs de Prinses Beatrixlaan en de
wijkontsluitingsweg worden vrij liggende fietspaden aangelegd. De autoluwe binnenwegen
worden fietsvriendelijk ingericht (ingevoerd in DPL als vrij liggend fietspad). De score voor dit
aspect is 6,7.
15. Groen in de wijk
Op grond van het laatste inrichtingsplan scoort Sion op dit aspect hoog: 9. Naast het
oppervlak aan te leggen groen, zijn een aantal verbeterpunten meegerekend:
- De toepassing van half verharde parkeerplaatsen, zowel voor de bezoekersparkeerplaatsen, als in de parkeerkoffers (te regelen met ontwikkelende partijen)
- De gedeeltelijke toepassing van kruidenbermen
- De aanplant van bijzondere hagen (o.a. haagbeuk) in het ‘groene padengebied’
- De toepassing van bijzondere bomen als beuken en eiken
- Eventuele moestuinen, gevelbeplanting en daktuinen zijn (nog) niet in huidige plannen
opgenomen
Groenstructuur Sion
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
10
16. Water in de wijk
Sion heeft ruim voldoende oppervlakte water om aan de norm te voldoen. Naast oppervlakte
water telt ook de kwaliteit mee in de score. De volgende kwalitatieve maatregelen worden
toegepast:
- De aanleg van ecologische oevers: ca. 60% van de oevers wordt natuurvriendelijk
aangelegd
- De aanleg van een fontein
- Het regenwater op wegen langs watergangen wordt direct daarop geloosd
- Ruim voldoende drooglegging, in combinatie met drainage onder het openbaar gebied.
Door de drainage is regulering grondwaterpeil, ook in droge periodes, goed mogelijk
De score wordt bij uitvoering van deze maatregelen maximaal: 9.
18. Cultuurhistorische waarden
Het behoud van de in Sion aanwezige cultuurhistorische elementen geeft de wijk extra
unieke waarden. Het inrichtingsplan voorziet in het respecteren van:
- De historische waterstructuur van het landgoed Sion
- Het behouden van bijzondere objecten als de oude brug, het voormalige koetshuis, de
Kitswoning (voormalige boerderij), enkele karakteristieke tuinderswoningen en een
tuindersschoorsteen
De score voor dit aspect: 9.
Buitenplaats Sion in de 18e eeuw
20. Lokale werkgelegenheid
In het plangebied is een klein bedrijventerrein gepland en is sprake van verzorgende
werkgelegenheid. De score is iets hoger dan in een referentiewijk: 6,2.
23. Functiemenging
Sion is primair een woonwijk, maar door het bedrijventerrein en de ruimte die het
bestemmingsplan biedt voor werk aan huis, is de score hoog: 9.
24. Flexibiliteit
In het bestemmingsplan Sion-‘t Haantje liggen de functies wonen, werken en voorzieningen
in principe vast. Kleinschalige bedrijvigheid in de woningen wordt in het bestemmingsplan
alleen toegestaan zolang wonen de hoofdfunctie blijft. Aan een beperkt deel van de
gebouwen worden maatregelen getroffen om toekomstige functieverandering
mogelijk te maken of gebouwd voor tijdelijk gebruik (ca 3000 m2 bvo). Omdat dit slechts zo’n
1,5% van het totale vloeroppervlakte betreft, is de score niet hoog: 6,3.
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
11
25. Bewonersparticipatie
Het tijdig betrekken van (toekomstige) bewoners bij de inrichting van de wijk heeft invloed op
de sociale cohesie in de wijk en daarmee ook op de duurzaamheid. Een aantal vormen van
participatie telt mee in de score: het informeren en raadplegen van bewoners en de
organisatie van particulier opdrachtgeverschap.
Het voornemen bestaat om thematische bijeenkomsten voor belangstellenden te
organiseren. Tevens wordt ca 30% van de bouwruimte gereserveerd voor zelfbouw.
Indien deze ambities worden waargemaakt, wordt de DPL-score op dit aspect maximaal: een
9. Mocht de belangstelling voor zelfbouw minder zijn, bijvoorbeeld voor 15% in plaats van
30% van de woningen, dan daalt de score naar een 8.
Klimaatmeting (nieuw toegevoegd)
Een aantal duurzaamheidsaspecten bepaalt de mate van ‘klimaatbestendigheid’ van de
nieuwe wijk. Het gaat om de effecten van klimaatveranderingen als overvloedige regenval,
extreme droogte en hittestress. Een nieuwe module van DPL meet de score op de mate van
klimaatadaptatie van de wijk. Deze is nu ook toegepast op het Ontwikkelingsplan Sion:
- Het vasthouden van regenwater: dakvormen, vegetatiedaken en percentage
verharding/half verhard. Als gevolg van het hoge percentage voorgeschreven schuine
daken (snelle afvloeiing van regenwater) scoort dit aspect minder. De voorgenomen half
verharde parkeerplaatsen hebben weer een iets gunstige invloed. Gemiddeld genomen
komt de score op een 6,8.
- Het waterbergend vermogen, ook bij extreme neerslag, scoort goed: 7,5.
- Droogtebestrijding: als gevolg van het ruime oppervlakte water en de lengte van
natuurvriendelijke oevers komt dit aspect op een 9. Daarnaast zorgt de extra drainage
onder het openbare gebied voor de regulering van het grondwaterniveau.
- Hittestress: de mate waarop in warme periodes hittestress (verhoogde temperaturen
binnen de bebouwde kom) kan voorkomen, wordt mede bepaald door de
bebouwingsdichtheid en de aanwezigheid van parken in de wijde omgeving (binnen een
straal van 3 km). Ongeveer 2/3 van de omgeving is bebouwd, hetgeen een score van 5,5
oplevert.
De gemiddelde score op klimaatadaptatie is met 7,2 ruim voldoende.
Bebouwd/onbebouwd binnen 3 km rond Sion
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
12
4. Conclusies
Met een totaal gemiddelde score van 7,06-7,13 doet Sion het in dit stadium van
planontwikkeling beter dan het Masterplan Rijswijk-Zuid. Ook wordt ruimschoots voldaan aan
de minimale score van 7 die in het bestemmingsplan is vastgelegd. Samenvattend ontstaat
het volgende overzicht.
Sterke punten van Sion
Een EPC tussen 0,0 (energieneutraal voor verwarming
en warm water) en 0,4
Verkeersveiligheid Verkeersluwe woongebieden
Groen
Veel extra kwalitatieve maatregelen, zoals groene hagen
Water
Aanleg natuurvriendelijke oevers
Cultuurhistorie
Behoud karakteristieke elementen Sion
Functiemenging
Bedrijventerrein, voorzieningen en werken aan huis mogelijk
Bewonersparticipatie Mogelijkheden van particulier opdrachtgeverschap
Score
Energie
Zwakke punten van Sion
Geluidhinder
Afvalinzameling
Geur
Voorzieningen
Bereikbaarheid OV
Invloed van A4 en Prinses Beatrixlaan
Nog standaard
Invloed van DSM
Minimale winkelvoorzieningen (in Sion)
Onzekerheid busvervoer
9
9
9
9
9
9
9
Score
4,1
6,4
5,9
5,4
6,7
Aanbevelingen
- Als gevolg van de crisis in de woningmarkt en dien ten gevolge de druk op de
grondexploitatie en de bouwkosten, wordt het vasthouden aan de scores moeilijker. Deze
omstandigheden vragen steeds om het creatief zoeken naar ‘betaalbare’ duurzame
oplossingen.
- Gedurende het verdere plan- en ontwikkelingsproces is het geboden alert te blijven op
mogelijke verbeteringen, zoals geluidwerende voorzieningen langs de Prinses
Beatrixlaan, geavanceerde afvalinzameling, de vestiging van winkels en voorzieningen
en de lijnvoering van het busvervoer naar de wijk.
- De successen van duurzaamheid kunnen goed worden gebruikt in de marketing van
RijswijkBuiten: dat draagt bij aan het imago van de wijk en het draagvlak onder
toekomstige bewoners voor de bijzondere maatregelen.
- Tot slot: pas DPL met regelmaat toe. Dan blijft het duurzame karakter van maatregelen
bespreekbaar en dat houdt de plannenmakers en de uitvoerders scherp.
J:\318\408\10\4 Achtergrondinformatie - te verwerken stukken\Rapportage DPL Sion, augustus 2012_concept
weggelaten.doc
13
Bijlage 4:
Verkennend milieukundig bodemonderzoek aan de
Spieringsweteringweg 9 te
Rijswijk, VanderHelm Milieubeheer B.V., d.d. 9
januari 2007
Bijlage 5:
Verkennend milieukundig bodemonderzoek aan de Van
Rijnweg (nabij) 5 te Rijswijk,
VanderHelm B.V., d.d. 12 september 2008
Bijlage 6:
Parkeertoets Brede School RijswijkBuiten, gemeente
Rijswijk, d.d. 29 april 2014
MEMO
aan
van
ter kennisname aan
Mark Kraakman
Tim Koolstra
N. Uwland
Jeroen de Oude
datum
doorkiesnummer
bijlage(n)
29-04-2014
(070) 326 11 30
betreft
Parkeertoets Brede School Rijswijk Buiten
Parkeertoets
Functie
In de gemeente Rijswijk bestaat het plan om in de wijk Rijswijk Buiten een Brede School te
ontwikkelen. Een Brede School heeft, zoals de naam al doet vermoeden, een onderwijsfunctie. Deze
bestaat uit 3 groepen, onderverdeeld in 1 groep onderbouw en 2 groepen bovenbouw. Verder zijn er
diverse andere functies in de ontwikkeling gehuisvest. In dit geval is het zeker dat er een
onderwijsfunctie in het gebouw komt. Optioneel kan het kinderdagopvang huisvesten en een
huisartsenpost.
Functie
Basisonderwijs
Kinderdagopvang
Huisartsenpost
300
3
90
100
2
32
2
M2 BVO
Groepen
Leerlingen
M2 BVO
Groepen
Kinderen
Behandelkamers
Uitgangspunten voor de berekening
Gemeente Rijswijk heeft haar parkeernormenbeleid vastgelegd in de “Nota Parkeernormen Gemeente
Rijswijk”; voortaan aangehaald als Nota Parkeernormen. Voor de meest voorkomende functies is de
parkeernorm opgenomen in de bijlagen van dit document. Niet alle functies zijn hier echter in
opgenomen. Voor functies die niet in de Nota Parkeernormen opgenomen zijn is de parkeerbehoefte
1
daarom berekend op basis van algemene kencijfers van het CROW . De gebruikte parkeernormen en
kencijfers zijn in de tabel op de volgende pagina opgenomen.
De kencijfers zijn geen parkeernormen. De parkeerkencijfers zijn ontwikkeld als hulpmiddel voor
ontwerpers en beleidsmakers om een orde van grootte te bepalen voor het aantal te realiseren
parkeerplaatsen bij bepaalde voorzieningen. Dit blijkt onder andere uit de bandbreedte die wordt
aangegeven. Parkeernormen geven het aantal parkeerplaatsen bij een functie aan. Dit mag niet
worden onder- of overschreven. Gemeenten kunnen zelf op basis van kencijfers, lokaal specifieke
kenmerken en gemeentelijk (parkeer)beleid parkeernormen vaststellen. Voor deze parkeerbalans is
uitgegaan van de normen als omschreven in de nota parkeernormen en de standaard kentallen uit de
publicatie “Parkeerkencijfers – Basis voor parkeernormering”. (Gebaseerd op de ASVV,
Aanbevelingen voor verkeersvoorzieningen binnen de bebouwde kom).
Parkeerkencijfers worden beïnvloed door:
“Kencijfers Parkeren en verkeersgeneratie”, Publicatie 317, oktober 2012, Ede, CROW, ook
opgenomen in de “ASVV 2012”
1
29-4-2014 12:04:00 / 14.051088
pagina 1 van 3
MEMO (vervolg)




bereikbaarheidskenmerken van de locatie;
specifieke kenmerken van de functie;
mobiliteitskenmerken van de gebruikers/bezoekers van een gebouw;
gemeentelijk parkeerbeleid.
In de Nota Parkeernormen staat aangegeven hoe met deze kenmerken omgegaan moet worden. Voor
de verdere berekening zijn de aanwijzingen uit de Nota Parkeernormen gevolgd.
Kiss & Ride
In het geval van een kinderdagverblijf en basisonderwijs is ook sprake van Kiss & Ride. Dit zijn het
aantal parkeerplaatsen dat nodig is voor het ophalen en wegbrengen van de kinderen. Hierbij kan
2
gebruik worden gemaakt van de volgende formule uit CROW Publicatie 182 :
Aantal leerlingen x % leerlingen met de auto x reductiefactor parkeerduur x reductiefactor aantal
kinderen per auto.
De reductiefactoren zijn afhankelijk van het soort onderwijs (kinderdagverblijf, onderbouw en
bovenbouw). CROW publicatie 182 geeft hier vaste waarden voor. Het percentage leerlingen dat met
de auto wordt gebracht kan variëren.
Parkeernormen
De volgende kencijfers zijn van toepassing op de functies van de brede school:
Gebruikte kencijfers
Functie
min
Basisonderwijs (excl. Kiss & Ride)
max
0,5
per
1,0 100m2 BVO
Kiss & Ride Basisonderwijs – onderbouw
0,1125
0,225 leerling
Kiss & Ride Basisonderwijs – bovenbouw
0,010625
0,085 leerling
Kinderdagverblijf (excl. Kiss & Ride)
1,0
Kiss & Ride Kinderdagverblijf
0,09375
Huisartsenpraktijk
2,1
1,2 100m2 BVO
0,15 leerling
2,6 behandelkamer
Met behulp van deze kencijfers kan de parkeerbehoefte berekend worden. Hierbij is afgerond op één
decimaal. Het totaal is op gehele cijfers naar boven afgerond, het is immers niet mogelijk om een
halve parkeerplaats aan te leggen.
Toepassing kencijfers
Functie
min max
2
Basisonderwijs (excl. Kiss & Ride)
1,5
3,0
Kiss & Ride Basisonderwijs – onderbouw
3,4
6,8
Kiss & Ride Basisonderwijs – bovenbouw
0,7
5,1
Kinderdagverblijf (excl. Kiss & Ride)
1,0
1,2
Kiss & Ride Kinderdagverblijf
3,0
4,8
Huisartsenpraktijk
4,2
5,2
Totaal:
14
27
Parkeerkencijfers – Basis voor parkeernormering – CROW publicatie 182, Ede 2003
29-4-2014 12:04:00 / 14.051088
pagina 2 van 3
MEMO (vervolg)
Parkeereis
Uit de bandbreedte van de kencijfers kan nu de parkeereis opgesteld worden. Rijswijk Buiten is een
wijk met een relatief hoog autobezit. De woningdichtheid is laag. Daarom wordt voor de functies,
exclusief kiss & ride het maximale kental als parkeereis aangehouden.
Wat betreft de Kiss & Ride wordt in Rijswijk het percentage kinderen dat met de auto gebracht over
het algemeen gesteld op:
-
50% voor onderbouw
25% voor bovenbouw
75% voor kinderdagverblijven.
Functie
Parkeereis
Basisonderwijs (excl. Kiss & Ride)
3,0
Kiss & Ride Basisonderwijs – onderbouw
5,6
Kiss & Ride Basisonderwijs – bovenbouw
3,2
Totaal Basisonderwijs
12
Kinderdagverblijf (excl. Kiss & Ride)
1,2
Kiss & Ride Kinderdagverblijf
4,5
Huisartsenpraktijk
5,2
Totaal:
23
Voor de Brede School Rijswijk Buiten is, op basis van 1 onderbouwgroep en 2
bovenbouwgroepen, de parkeereis 12 plaatsen. Indien ook de functies Kinderdagverblijf en
huisartsenpraktijk ontwikkeld worden is de parkeereis 23 plaatsen. Deze dienen op eigen
terrein aanwezig te zijn.
Fietsparkeren
Naast parkeren voor auto’s dient er ook voldoende ruimte te zijn voor fietsparkeren. In CROW
publicatie 317 staan voor diverse functies de fietsparkeernormen. In tegenstelling tot normen voor
auto-parkeren, mogen parkeernormen voor fietsers wel overschreden worden.
Functie
Fietsparkeernorm Per
Basisonderwijs (incl. personeel)
4,7
10 leerlingen
Kinderdagverblijf
0,4
10 leerlingen
Huisartsenpraktijk (incl. personeel)
0,75 behandelkamer
In totaal komt dit neer op 46 fietsparkeerplaatsen.
29-4-2014 12:04:00 / 14.051088
pagina 3 van 3
Regels
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1
Artikel 1
Artikel 2
INLEIDENDE REGELS
Van toepassing verklaring
Aanvullende begrippen
1
1
2
Hoofdstuk 2
Artikel 3
Artikel 4
Artikel 5
BESTEMMINGSREGELS
Maatschappelijk
Waarde - Archeologie
Waterstaat - Waterkering
3
3
5
7
Hoofdstuk 3
Artikel 6
OVERGANGS- EN SLOTREGELS
Slotregel
9
9
Bijlagen bij de regels
Bijlage 1:
Regels bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”
Artikel 1: Begrippen
Artikel 2: Wijze van meten
Artikel 22: Anti-dubbelteltregel
Artikel 23: Algemene bouwregels
Artikel 24: Algemene aanduidingsregels
Artikel 25: Algemene gebruiksregels
Artikel 26: Algemene afwijkingsregels
Artikel 27: Algemene wijzigingsregels
Artikel 28: Algemene procedureregels
Artikel 29: Overgangsrecht
1
HOOFDSTUK 1
Artikel 1
INLEIDENDE REGELS
Van toepassing verklaring
Op dit uitwerkings-/wijzigingsplan zijn de regels van het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje",
vastgesteld op 27 september 2011 door de gemeenteraad van Rijswijk en opgenomen als bijlage 1 bij
de regels, van toepassing, voor zover in de regels van dit uitwerkings-/wijzigingsplan niet anders is
bepaald en met dien verstande dat in geval van discrepantie tussen de regels van het
bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" en het uitwerkings-/wijzigingsplan, de regels van het
uitwerkings-/wijzigingsplan van toepassing zijn.
Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion"
Regels
Ontwerp
Artikel 2
Aanvullende begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
2.1
plan:
het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" - uitwerkingsplan "Tijdelijke Brede School Sion" met
identificatienummer NL.IMRO.0603.uptijdlkschoolsion-ON01 van de gemeente Rijswijk.
2.2
uitwerkingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en bijlagen.
Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion"
Regels
Ontwerp
3
HOOFDSTUK 2
Artikel 3
3.1
BESTEMMINGSREGELS
Maatschappelijk
Bestemmingsomschrijving
De voor "Maatschappelijk" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. maatschappelijke voorzieningen;
b. bij deze bestemming behorende voorzieningen waaronder parkeervoorzieningen, ontsluitingen,
erven, groen en water.
3.2
Bouwregels
3.2.1
Hoofdgebouwen
Ten aanzien van de in lid 3.1 bedoelde gronden gelden voor hoofdgebouwen de volgende
bouwregels:
a. hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
b. het bebouwingspercentage van een bouwvlak mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter
plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)';
c. de bouwhoogte in meters mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de
aanduiding 'maximum bouwhoogte (m)'.
3.2.2
Erfbebouwing
Ten aanzien van de in lid 3.1 bedoelde gronden gelden voor erfbebouwing de volgende bouwregels:
a. erfbebouwing mag uitsluitend op het achtererf worden gebouwd;
b. de gezamenlijke oppervlakte aan erfbebouwing mag niet meer bedragen dan 50 % van het
bebouwbaar erf tot een maximum van 50 m2;
c. de bouwhoogte van erfbebouwing mag niet meer bedragen dan 3 m;
3.2.3
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Ten aanzien van de in lid 3.1 bedoelde gronden geldt voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde dat
de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan:
a.
b.
c.
d.
7 m voor kunstobjecten en lichtmasten;
3 m voor speel- en ontmoetingsvoorzieningen;
2 m voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
1 m voor erfafscheidingen op het voorerf.
3.3
Afwijken van de bouwregels
3.3.1
Afwijken
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid:
a. 3.2.2 onder a voor het bouwen van erfbebouwing op het voorerf, waarbij alsdan tevens de
bepalingen zoals bedoeld in lid 3.2.2 onder b en c van overeenkomstige toepassing zijn;
b. 3.2.1 onder b door de bouwhoogte van hoofdgebouwen te vergroten met maximaal 1,5 m indien
in dit in verband met een doelmatige bedrijfsuitoefening noodzakelijk is;
3.3.2
Algemene randvoorwaarden voor afwijken van de bouwregels
De afwijkingsmogelijkheden zoals genoemd in lid 3.3.1 kunnen slechts worden toegepast indien:
Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion"
Regels
Ontwerp
a. de geluidsbelasting op de gevel van geluidsgevoelige gebouwen niet hoger zal zijn dan de
daarvoor geldende grenswaarde uit de Wet geluidhinder of de vastgestelde hogere grenswaarde;
b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
1. de kwaliteit van de openbare ruimte, zoals een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
2. de verkeersveiligheid;
3. de sociale veiligheid;
4. het aantal parkeervoorzieningen;
5. de functionele en ruimtelijke structuur, zoals aansluiting op (structurele) groenelementen en
waterelementen;
6. de bebouwingsmogelijkheden en/of gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en
bouwwerken;
7. het milieu;
c. de verkeersaantrekkende werking hiervan in overeenstemming is met de functie en vormgeving
van de wegen in de nabije omgeving;
d. op een goede wijze in de (extra) parkeerbehoefte wordt voorzien.
Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion"
Regels
Ontwerp
5
Artikel 4
4.1
Waarde - Archeologie
Bestemmingsomschrijving
4.1.1
De voor "Waarde - Archeologie" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar
voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de
archeologische waarden van de gronden.
4.1.2
De belangen van de in lid 4.1.1 bedoelde dubbelbestemming zijn primair ten opzichte van de
belangen van de andere daar voorkomende bestemmingen.
4.2
Bouwregels
Op of de in lid 4.1 bedoelde gronden mag niet worden gebouwd.
4.3
Afwijken van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid
4.2 voor bebouwing ten dienste van andere daar voorkomende bestemmingen, indien:
a. uit een door de aanvrager van een omgevingsvergunning te overleggen rapport of andere
beschikbare informatiebron de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag
mogelijk kunnen worden verstoord naar het oordeel van burgemeester en wethouders in
voldoende mate zijn vastgesteld en hieruit blijkt dat de bouw geen onevenredige gevolgen heeft
voor deze archeologische waarden;
b. uit een door de aanvrager van een omgevingsvergunning te overleggen rapport of andere
informatiebron de archeologische waarden van gronden die blijkens de aanvraag mogelijk kunnen
worden verstoord, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate zijn
vastgesteld en hieruit blijkt dat de bouw wel gevolgen heeft voor deze archeologische waarden,
mits aan de omgevingsvergunning één of meerdere van de volgende voorwaarden worden
verbonden:
1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische waarden
in de bodem kunnen worden behouden;
2. de verplichting tot het doen van opgravingen;
3. de verplichting de werken of werkzaamheden die leiden tot de bodemverstoring, te laten
begeleiden door een deskundige op het terrein van archeologische monumentenzorg die
voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de vergunning te stellen kwalificaties.
4.4
Omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van
werkzaamheden
4.4.1
Het is verboden ter plaatse van de gronden als bedoeld in lid 4.1 de volgende werken, geen
bouwwerken of overkappingen zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten
uitvoeren zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders:
a. het uitvoeren van grondbewerkingen dieper dan 0,30 m onder het maaiveld, zoals afgraven,
diepploegen, egaliseren, frezen, scheuren van grasland, aanleg of rooien van bos, boomgaard of
diepwortelende beplanting, aanbrengen van oppervlakteverhardingen, aanleggen van drainage,
verwijderen van funderingen;
Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion"
Regels
Ontwerp
b. het graven, dempen, dan wel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen,
sloten en greppels;
c. het aanleggen van leidingen dieper dan 0,30 m onder het maaiveld;
d. het ophogen van gronden hoger dan 0,50 m boven het maaiveld.
4.4.2
Het bepaalde in lid 4.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die
a. het normale onderhoud en/of gebruik betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn;
b. reeds in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende vergunning reeds mogen worden
uitgevoerd op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan.
4.4.3
Een vergunning als bedoeld in lid 4.4.1 wordt uitsluitend verleend indien uit een door de aanvrager
van de aanlegvergunning te overleggen rapport of andere beschikbare informatiebron de
archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag mogelijk kunnen worden verstoord,
naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate zijn vastgesteld en hieruit blijkt
dat geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud en de bescherming van de
archeologische waarden van de gronden.
4.5
Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door de dubbelbestemming Waarde Archeologie geheel of gedeeltelijk te laten vervallen, indien:
a. uit nader archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden
(meer) aanwezig zijn;
b. het op grond van nader archeologisch onderzoek niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het
bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarden
voorziet.
Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion"
Regels
Ontwerp
7
Artikel 5
5.1
Waterstaat - Waterkering
Bestemmingsomschrijving
5.1.1
De voor "Waterstaat - Waterkering" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar
voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de waterkering, waterberging en waterhuishouding
met de daarbij behorende voorzieningen.
5.1.2
De belangen van de in lid 5.1.1 bedoelde dubbelbestemming zijn primair ten opzichte van de
belangen van de andere daar voorkomende bestemmingen.
5.2
Bouwregels
5.2.1
Ten aanzien van de in lid 5.1 bedoelde dubbelbestemming geldt dat er uitsluitend bouwwerken, geen
gebouwen zijnde worden gebouwd ten dienste van de in lid 5.1 genoemde bestemming mogen
worden gebouwd waarvan de bouwhoogte niet meer bedragen dan 3 m.
5.2.2
Ten aanzien van de in lid 5.1 bedoelde andere daar voorkomende bestemmingen geldt, in afwijking
van het bepaalde ten aanzien van die andere bestemmingen, dat er niet mag worden gebouwd.
5.3
Afwijken van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid
5.2 ten behoeve van het bouwen overeenkomstig de betreffende andere bestemming van deze
gronden, onder de volgende voorwaarden:
a. door het bouwen wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan de belangen van de waterkering
en de waterhuishouding;
b. vooraf dient advies te worden ingewonnen van de beheerder van de waterkering.
Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion"
Regels
Ontwerp
Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion"
Regels
Ontwerp
9
HOOFDSTUK 3
Artikel 6
OVERGANGS- EN SLOTREGELS
Slotregel
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan "Sion - 't Haantje" Uitwerkingsplan "Tijdelijke Brede School Sion".
Bestemmingsplan "Tijdelijke Brede School Sion"
Regels
Ontwerp
Bijlage 1:
Regels bestemmingsplan “Sion – ’t Haantje”
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
1
HOOFDSTUK 1
Artikel 1
INLEIDENDE REGELS
Begrippen
In deze regels wordt verstaan onder:
plan:
het bestemmingsplan Sion - ’t Haantje van de gemeente Rijswijk.
bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand
NL.IMRO.0603.bpsionthaantje-VA01 met de bijbehorende regels (en bijlagen);
aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar
ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het
bebouwen van deze gronden;
aanduidingsgrens:
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
aan huis gebonden beroep:
een dienstverlenend beroep, dat in een woning wordt uitgeoefend waarbij de woning in
overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of
uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is, zoals medische,
paramedische, juridische, kunstzinnige, ontwerptechnische en/of administratieve
beroepen, alsmede daarmee gelijk te stellen beroepen;
archeologische waarde:
de aan een gebied toegerekende waarde in verband met de kennis en de studie van de
in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteit uit
oude tijden;
ambachtelijk bedrijf
een bedrijf waarbij het productieproces grotendeels wordt uitgevoerd met de hand of
althans niet in hoofdzaak gemechaniseerd, geautomatiseerd of met behulp van
werktuigen, die door energiebronnen buiten de menselijke arbeidskracht worden
aangedreven. Voor zover van laatstbedoelde werktuigen gebruik wordt gemaakt, zijn
deze als ondergeschikt te beschouwen aan de menselijke handvaardigheid;
bebouwing:
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
bebouwingspercentage:
een percentage dat aangeeft welk deel van het bestemmingsvlak of aanduidingsvlak
maximaal mag worden bebouwd.
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
2
bedrijf:
een onderneming waarbij het accent ligt op het vervaardigen, bewerken, installeren,
inzamelen en verhandelen van goederen, waarbij eventueel detailhandel uitsluitend
plaatsvindt als ondergeschikt onderdeel van de onderneming in de vorm van verkoop c.q.
levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen dan wel goederen
die in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende handelingen;
bedrijfsactiviteiten:
bedrijfsmatige activiteiten gericht op de productie, distributie, verwerking en opslag van
goederen;
beperkt kwetsbaar object:
objecten zoals bedoeld in artikel 1 sub b van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
bestaand gebouw
een gebouw, dat op de eerste dag van de inwerkingtreding van het plan bestaat, dan wel
in uitvoering is of mag worden opgericht krachtens een bouwvergunning die voor dat
tijdstip is aangevraagd;
bestemmingsgrens:
de grens van een bestemmingsvlak;
bestemmingsvlak:
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
Bevi-inrichtingen
inrichtingen zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen
(27 mei 2004);
bouwen:
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het
vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen
of veranderen van een standplaats;
bouwgrens:
de grens van een bouwvlak;
bouwlaag, laag
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte
liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en
met uitsluiting van onderbouw en zolder;
bouwperceel:
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar
behorende bebouwing is toegelaten;
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
3
bouwperceelsgrens:
een grens van een bouwperceel;
bouwvlak:
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de
regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;
bouwwerk:
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij
direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op
de grond;
detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden van goederen, waaronder begrepen de uitstalling ten
verkoop, het verkopen en/of leveren aan personen, die die goederen kopen voor gebruik,
verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of
bedrijfsactiviteit;
duurzaamheidsprofiel op locatie (DPL):
een computermodel dat een bijdrage kan leveren aan het totstandbrengen van duurzame
wijken en dat werkt met behulp van indicatoren;
gebouw:
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met
wanden omsloten ruimte vormt;
geluidsgevoelig object:
gebouw, dat dient ter bewoning of een ander geluidsgevoelig gebouw en
geluidsgevoelige terreinen, als bedoeld in de Wet geluidhinder, c.q. het Besluit
geluidhinder;
geurgevoelig object:
gebouw, bestemd voor en blijkens aard, indeling en inrichting geschikt om te worden
gebruikt voor menselijk wonen of menselijk verblijf en die daarvoor permanent of een
daarmee vergelijkbare wijze van gebruik, wordt gebruikt;
handel in en verkoop van goederen via internet:
bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder niet begrepen de uitstalling ten verkoop), het
verkopen en/of leveren van goederen voor gebruik, verbruik of aanwending overwegen
anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, waar vrijwel uitsluitend
een elektronische transactie tot stand komt, dat in of bij een woning wordt uitgeoefend
door de bewoner van de woning, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie
behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in
overeenstemming is;
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
4
horecabedrijf:
een bedrijf dat gericht is op het tegen vergoeding verstrekken van nachtverblijf,
het exploiteren van zaalaccommodatie, het verstrekken van drank en
het voor direct consumptie bereiden en verstrekken van spijzen; in dit plan
worden de volgende horecabedrijven onderscheiden:
1. horecabedrijven categorie 1 'lichte horeca':
a. aan de detailhandelsfunctie verwante horeca zoals:
 automatiek;

broodjeszaak;

cafetaria;

croissanterie;

koffiebar;

lunchroom;

snackbar;

tearoom;

traiteur;
b. overige lichte horeca zoals:

bistro;

restaurant met uitzondering van bezorg- en/of afhaalservice;

hotel, pension, logeerhuis;
 bedrijven met een relatief grote verkeersaantrekkende werking zoals:

bedrijven genoemd onder 1a en 1b met een bedrijfsoppervlak van meer
dan 250 m²;

restaurants;
2.
horecabedrijven categorie 2 'middelzware horeca': bedrijven die normaal
gesproken ook delen van de nacht geopend zijn en die daardoor aanzienlijke hinder
voor omwonenden kunnen veroorzaken, zoals:
a. bar;
b. bierhuis;
c. biljartcentrum;
d. café;
e. proeflokaal;
f. shoarma/grillroom;
g. zalenverhuur;
3.
horecabedrijven categorie 3 'zware horeca': bedrijven die voor een goed
functioneren ook 's nachts geopend zijn en/of die tevens een groot aantal bezoekers
aantrekken en daardoor grote hinder voor de omgeving met zich mee kunnen
brengen, zoals:

dancing;
 discotheek;
 nachtclub;
 partycentrum.
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
5
kantoor:
een gebouw dat dient voor de uitoefening van administratieve werkzaamheden en
werkzaamheden die verband houden met het doen functioneren van
(semi-)overheidsinstellingen, het bankwezen en naar aard daarmee gelijk te stellen
instellingen;
kwetsbaar object:
objecten zoals bedoeld in artikel 1 sub l van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
maatschappelijke voorzieningen:
educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke, sport- en
recreatieve voorzieningen en voorzieningen ten behoeve openbare dienstverlening, als
ook ondergeschikte horeca en detailhandel ten dienste van deze voorzieningen;
peil:
a. voor gebouwen waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van
die weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
b. indien in of op het water wordt gebouwd: het Nieuw Amsterdams Peil;
c. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld;
prostitutie:
het zich in bedrijfsmatige zin beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele
handelingen met een ander tegen vergoeding;
recreatieve voorzieningen:
kleinschalige voorzieningen voor het verenigingsleven op het cultureel gebied, zoals een
creativiteitsstudio, een dansstudio of een hobbyzaal;
seksinrichting:
de voor publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof
zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van
erotisch/pornografische aard plaats vinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval
verstaan: een prostitutiebedrijf, alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop
een seksautomatenhal en een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie
met elkaar;
tuincentrum
een bedrijf waarbinnen bedrijfsmatig bomen, heesters en andere siergewassen worden
gekweekt en/of waarbinnen detailhandel in tuininrichtingsartikelen plaatsvindt;
voorerf:
gedeelte van het erf dat is gelegen tussen de openbare weg en de lijn die 1 m achter (het
verlengde van) de voorgevel gelegen is.
voorgevel:
de naar de openbare wegzijde gekeerde gevel; in geval meerdere gevels zijn aan te
merken als voorgevel, is de gevel die meetelt in de huisnummering de voorgevel;
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
6
woning:
een (zelfstandig gedeelte van een) gebouw, dat dient voor de huisvesting van één
afzonderlijk huishouden.
zijerf:
gedeelte van een aan de zijkant op het openbaar gebied georiënteerd erf dat is gelegen
tussen de zijdelingse perceelsgrens en de lijn die op 1 m afstand van de zijdelingse
perceelsgrens gelegen is;
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
7
Artikel 2
Wijze van meten
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen
gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals
schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen; een
en ander voor zover in deze regels niet anders is bepaald;
brutovloeroppervlakte:
wordt gemeten binnenwerks, met dien verstande, dat de totale vloeroppervlakte ten
dienste van kantoren, winkels of bedrijven, met inbegrip van de daarbij behorende
magazijnen en overige dienstruimten worden opgeteld;
dakhelling:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
goothoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een
daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
hoogte van een windturbine:
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine;
inhoud van een bouwwerk:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het
hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts
geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van
het bouwwerk;
ondergeschikte bouwdelen
Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte
bouwdelen zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen,
schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten
beschouwing gelaten, mits de bouw-, c.q. bestemmingsgrens met niet meer dan 2 m
wordt overschreden;
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
49
HOOFDSTUK 3
Artikel 22
ALGEMENE REGELS
Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan
waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling
van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
50
Artikel 23
23.1
Algemene bouwregels
Geluidzone - industrie 1
Ter plaatse van de aanduiding 'geluidszone - industrie 1' is de bouw van geluidsgevoelige
objecten uitsluitend toegestaan, indien voldaan kan worden aan de in de Wet
geluidhinder gestelde grenswaarden of de verleende hogere waarden.
23.2
Geluidzone - industrie 2
Ter plaatse van de aanduiding 'geluidszone - industrie 2' is de bouw van geluidsgevoelige
objecten, zoals woningen, niet toegestaan.
23.3
Milieuzone - geurzone
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - geurzone' mogen geen geurgevoelige
objecten, waaronder woningen, worden gerealiseerd.
23.4
Veiligheidszone - bevi
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi' mogen geen kwetsbare of beperkt
kwetsbare objecten zoals bedoeld in het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen worden
gerealiseerd.
23.5
Veiligheidszone - munitie
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - munitie' mogen geen kwetsbare of
beperkt kwetsbare objecten worden gerealiseerd.
23.6
Veiligheidszone - vuurwerk
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - vuurwerk' mogen geen kwetsbare
objecten als bedoeld in het Vuurwerkbesluit worden gerealiseerd.
23.7
Nutsvoorzieningen
a. Binnen het plangebied zijn nutsvoorzieningen toegestaan tot een oppervlakte van
maximaal 15 m2 en tot een bouwhoogte van maximaal 3 m.
b. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen aan de plaats en de afmetingen
van de bebouwing, ten behoeve van:
1. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
2. een goede woonsituatie;
3. de verkeersveiligheid;
4. de sociale veiligheid;
5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
51
c.
23.8
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in sub a voor een
nutsvoorziening tot een oppervlakte van maximaal 25 m2 en tot een bouwhoogte van
maximaal 4 m, waarbij in elk geval de aspecten als genoemd in sub b, onder 1 t/m 5
overwogen dienen te worden.
Uitsluiting aanvullende werking Bouwverordening
De voorschriften van de Bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van
stedenbouwkundige aard blijven buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de
parkeergelegenheid.
23.9
Waterdicht bouwen
Indien wordt gebouwd onder peil, dient waterdicht gebouwd te worden.
23.10
Waterveilig bouwen
Bij het bouwen van bouwwerken
ten behoeve van kwetsbare functies voor
wateroverlast, zoals energievoorzieningen en communicatievoorzieningen, dienen deze
op voldoende hoogte (+0,2 NAP) te worden gebouwd teneinde bij falend watersysteem
of dijkdoorbraak te kunnen blijven functioneren.
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
52
Artikel 24
24.1
Algemene aanduidingsregels
Fietspad
Ter plaatse van de aanduiding "zoekgebied fietspad" wordt bij de uitwerking van het plan
een doorgaande verbinding voor langzaamverkeer met een breedte van ten minste 3,5
gerealiseerd.
24.2
Groen
Ter plaatse van de aanduiding 'zoekgebied groen' dient ten minste 50% van de gronden
ten behoeve van groenvoorzieningen, paden en water gerealiseerd te worden.
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
53
Artikel 25
Algemene gebruiksregels
Als verboden gebruik, als bedoeld in artikel 2.1. van de Wet Algemene bepalingen
omgevingsrecht wordt in ieder geval beschouwd:
a. het gebruik van gronden als opslag-, stort, lozings-, of bergplaats van onbruikbare of
althans aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen of producten,
behoudens voor zover dat noodzakelijk is in verband met het op de bestemming
gerichte gebruik van de grond;
b. het gebruik van bijgebouwen voor zelfstandige bewoning;
c. het gebruik van bouwwerken voor seksinrichtingen.
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
54
Artikel 26
Algemene afwijkingsregels
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de
regels van dit plan voor:
a. het overschrijden van de regels inzake goothoogte, bouwhoogte en oppervlakte van
gebouwen, met maximaal 10 %;
b. het overschrijden van de regels inzake de bouwhoogte van bouwwerken, geen
gebouwen zijnde, met maximaal 20 %;
c. het bouwen van installaties ten behoeve van (tele)communicatie tot maximaal 40 m.
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
55
Artikel 27
Algemene wijzigingsregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6
Wet ruimtelijke ordening het plan te wijzigen, indien wijziging betrekking heeft op
a. het aanpassen van de onderlinge begrenzing tussen bestemmingen voor geringe
afwijkingen van een weg, groenstrook of terrein, indien bij de definitieve uitmeting en
verkaveling blijkt dat deze geringe afwijkingen vanwege het belang van een juiste
verwezenlijking van het plan gewenst of noodzakelijk zijn, met dien verstande, dat de
aanpassing van de bestemmingsgrens niet meer mag bedragen dan 10 m;
b. het verkleinen of verwijderen van een zone als bedoeld in lid 23.1 t/m 23.6. Van de
wijzigingsbevoegdheid mag slechts worden gebruik gemaakt indien de
bedrijfsvoering ter plaatse geheel of gedeeltelijk definitief wordt beëindigd. De
wijzigingsbevoegdheid mag ten aanzien van 'geluidszone - industrie 1', 'geluidszone industrie 2' en 'milieuzone – geurzone' vanwege DSM uitsluitend worden toegepast
naar aanleiding van een geldende milieuvergunning van DSM;
c. het wijzigen van de bestemmingen ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone wijzigingsgebied 1' in de bestemming Verkeer - Rail en het verleggen van het figuur
'as van de weg', waarbij het bepaalde in artikel 10 van toepassing is;
d. het vervallen van de bestemming Leiding - Gas ter plaatse van de aanduiding
'Wro-zone - wijzigingsgebied 3' en het wijzigen van de bestemming in de
bestemmingen als bedoeld in de artikelen 6, 10 en 15. Deze bevoegdheid mag
uitsluitend worden toegepast indien de gastransportleiding buiten gebruik is gesteld
of is verwijderd;
e. het vervallen of verplaatsen van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - te
handhaven woonfunctie' binnen de bestemmingen als bedoeld in de artikelen 14, 15
en 16 indien bij definitieve verkaveling blijkt dat de woonfunctie niet gehandhaafd kan
worden;
f. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming Waterstaat - Waterkering:

te verleggen binnen een afstand van 25 m, indien zulks in verband met de
definitieve verkaveling van het woongebied noodzakelijk blijkt;
 op te nemen dan wel te laten vervallen in de bestemmingen als bedoeld in de
artikelen 13 en 15, indien zulks in verband met de definitieve verkaveling van
het woongebied noodzakelijk blijkt;
 te wijzigen in de bestemmingen als bedoeld in de artikelen 13 dan wel 15,
indien bij definitieve verkaveling blijkt dat de waterkerende functie niet meer
van toepassing is en afstemming met de noodzakelijke wijziging van de
waterschapsregeling plaatsgevonden heeft.
Deze bevoegdheid mag uitsluitend worden toegepast indien de instandhouding van
een gesloten waterkeringssysteem is verzekerd;
g. het wijzigen van het in artikel 13.2.1 onder b, artikel 15.4 onder b en artikel 16.2
onder b genoemde percentage voor sociale woningbouw, indien het
woningbouwbeleid hiertoe noodzaakt;
h. de situering van de aanduiding “specifieke vorm van verkeer - ongelijkvloerse
kruising” met ten hoogste 25 m;
i. het plaatsen van een installatie voor reclamedoeleinden, met een bouwhoogte van
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
56
j.
k.
niet meer dan 25 m;
het wijzigen van het beloop van een weg met de bestemming Verkeer - 2 met ten
hoogste 20 m;
het wijzigen van het tracé van hoofdtransportleidingen met ten hoogste 25 m.
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
57
Artikel 28
28.1
Algemene procedureregels
Afwijking
Op de voorbereiding van een besluit tot afwijking, zoals opgenomen in dit plan, is de in
paragraaf 3.2 van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht geregelde procedure
van toepassing.
28.2
Uitwerking of wijziging
Op de voorbereiding van een besluit tot uitwerking of wijziging zoals opgenomen in dit
plan, is de in artikel 3.9a van de Wet ruimtelijke ordening geregelde procedure van
toepassing.
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
LET OP! Dit zijn de regels van bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
59
HOOFDSTUK 4
Artikel 29
29.1
OVERGANGS- EN SLOTREGELS
Overgangsrecht
Overgangsrecht bouwwerken
29.1.1
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan
aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een
bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang
niet worden vergroot,
a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of
veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar
na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
29.1.2
Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig in afwijking van het eerste lid een
omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als
bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
29.1.3
Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip
van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning in strijd met het
daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
29.2
Overgangsrecht gebruik
29.2.1
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding
van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
29.2.2
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid,
te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij
door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
29.2.3
Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het
plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik
daarna te hervatten of te laten hervatten.
29.2.4
Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het
voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van
dat plan.
Bestemmingsplan “Sion - ‘t Haantje”
Regels
Vastgesteld, 27 september 2011
Verbeelding
Plangebied
Plangrens
Enkelbestemmingen
Maatschappelijk
M
Dubbelbestemmingen
Waarde - Archeologie
Waterstaat - Waterkering
WR-A
WS-WK
Bouwvlakken
bouwvlak
Maatvoeringen
maximum bebouwingspercentage (%)
30%
maximum bouwhoogte (m)
8
M
WR-A
ONTWERP
*
8
30%
OVERLEG
.
TERINZAGELEGGING
ONTWERP
Bestemmingsplan "Sion - 't Haantje"
Uitwerkingsplan
"Tijdelijke Brede School Sion"
VASTSTELLING
WS-WK
IDN
GEWIJZIGD
NL.IMRO.0603.uptijdlkschoolsion-ON01
WERKNR.
SCHAAL
DATUM
318.415.12
N
1:1000
12 mei 2014
GETEKEND
whl
Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw, Architectuur, Landschap BV
City & Regional Planning, Urban Design, Architecture, Landscape
DATUM PLOT
USER
12-5-2014
Wout
Postadres: Postbus 13060 3004 HB Rotterdam
Bezoekadres: Van Nelleweg 6060 3044 BC Rotterdam
Telefoon: 010 433 00 99
Fax: 010 404 56 69
E-mail: [email protected]
Internet: www.kuiper.nl
FORMAAT
A3
PROJECTMAP
J:\318\415\12\3 Projectresultaat\verbeelding\dwg
BESTAND
RO-BP-31841512-VB-ON01.dwg
BLAD
--