Opa op zolder, kind in de kelder

L12 LEVEN
NRCWEEKEND
ZATERDAG 12 APRIL & ZONDAG 13 APRIL 2014
Lux
Opa op zolder,
kind in de kelder
Meer generaties in één huis.
De participatiesamenleving op microniveau.
tekst Brigit Kooijman illustratie Tjarko van der Pol
H
aar man en haar moeder waren de eersten
die ‘ja’ zeiden toen ze met het voorstel
kwam om met zijn allen één huis te zoeken. Haar vader moest er wat langer over
nadenken, zegt Susan Krieger (43) in de
serre van haar Wormerveerse woning. Elders in huis vermaken Otto (9) en Anna
(10) zich met vriendjes, het is woensdagmiddag. „Dat verbaasde me, want mijn vader is Surinaams, en in de Surinaamse cultuur doe je alles voor je familie.”
Krieger en haar man Marius woonden
met peuter en baby op twee krappe etages
in de Amsterdamse Pijp en wilden graag
‘een echt huis’. Haar ouders woonden elders in Amsterdam in een inmiddels te ruime villa. „Waarom kopen we niet samen
één huis, waar we met zijn zessen in kunnen?” dacht Krieger. Ze wilde sowieso
graag bij haar ouders in de buurt blijven,
al was het maar omdat haar moeder een
dag in de week op de kinderen paste. Maar
ook omdat de band met haar ouders sterk
was. „Mijn moeder ging toen net met pensioen en zou zeeën van tijd krijgen, terwijl
wij juist tijd te kort komen.”
Ze zochten in een straal van 25 kilometer rond Amsterdam en vonden uiteindelijk deze grote woning (370 vierkante meter) in een pittoresk straatje in Wormerveer, vlak achter hun huis stroomt de
Zaan. Het begin twintigste-eeuwse huis
had al vele bestemmingen gehad, van bakkerij en gastarbeiderspension tot fysiotherapiepraktijk. Opa en oma betrokken de
benedenverdieping en het jonge gezin
ging boven wonen. Ruimte en privacy genoeg voor iedereen. Nu, negen jaar later,
is iedereen nog altijd zeer tevreden.
Kriegers vader (84) kreeg alzheimer, hij
is eind vorig jaar verhuisd naar een zorginstelling vlakbij. „Dat wij mijn moeder toen
konden ondersteunen, was erg fijn. Ik ben
ook blij dat ze nu niet alleen woont. Niemand hoort alleen te zijn, vind ik.” Moeder Krieger (76) is nog vitaal en neemt een
flink deel van de verzorging en de opvoeding van Anna en Otto over. Drie dagen
per week verzorgt ze hun ontbijt en brengt
ze hen naar school. Op die dagen kookt ze
’s avonds voor het hele stel. Krieger: „Een
enorme luxe dat ik de trein uit rol om half
zeven en zo kan aanschuiven.”
Mits de onderlinge relaties goed zijn,
kan samenwonen met meerdere generaties voor iedereen voordeel opleveren.
Opa en oma bieden hun (schoon)kinderen-met-drukke-banen de helpende hand,
onder meer door op de kleintjes te passen.
De senioren kunnen erop rekenen dat zij
geholpen worden als dat nodig is, en blijven niet alleen achter als hun partner
overlijdt. En algemener: het kan een oplossing zijn voor het dreigende tekort aan
geschikte woningen voor ouderen en voor
bezuinigingen op de thuiszorg en de kinderopvang. De generatiewoning is de participatiesamenleving op microniveau.
Droomhuis
Theo (61) en Roely (59) de Haas reageerden
in 2005 op een oproep van RTL, dat voor
de televisieserie Wonen in de wolken mensen zocht die op een kavel in Lelystad hun
‘droomhuis’ wilden bouwen. Hun zoons,
destijds 25 en 21, wilden graag op zichzelf
wonen, maar konden geen huis krijgen.
Roely’s moeder woonde zelfstandig maar
werd zorgbehoevend, waardoor Roely veel
tijd kwijt was met heen en weer rijden. Die
twee problemen zouden in één klap opgelost zijn als ze allemaal, op living-apart-together-basis, in dat droomhuis konden
gaan wonen. Het huis is er gekomen, alleen
kwam er een flinke kink in de kabel toen
Roely en Theo vernamen dat er geen hypotheekrenteaftrek mogelijk was voor het he-
HYPOTHEEK/HUUR
Hypotheekrenteaftrek is mogelijk als
een huis uit meerdere zelfstandige
wooneenheden bestaat. Informeer of ieders deel ook door de Belastingdienst
daadwerkelijk als zelfstandig wordt gezien, adviseert de Vereniging Eigen
Huis.
Als een deel wordt verhuurd vervalt
het recht op hypotheekrenteaftrek
(behalve voor het deel van de eigenaar). Als de huur van een niet-zelfstandige ruimte minder dan 4.748 euro
per jaar bedraagt, kan de eigenaar
kamerverhuurvrijstelling krijgen en
blijft ook over dat gedeelte van de
woning de hypotheekrenteaftrek in
stand.
Ouders kunnen meetekenen voor de
hypotheek als het niet lukt er één te
krijgen op het inkomen van alleen de
jonge generatie. Ieder is honderd procent aansprakelijk voor de hele hypotheek.
Woningcorporaties bieden soms
‘kangoeroewoningen’ aan, gekoppelde huurwoningen voor een gezin en
een zorgbehoevende ouder (of ander
familielid). Meestal is daarvoor een ‘zorgindicatie’ nodig. Hou er rekening mee
dat bij vertrek of overlijden van een van
de bewoners de rest waarschijnlijk
moet verhuizen.
le huis als zij – als eigenaar – een deel van
het pand zouden verhuren. Daarmee viel
het financiële plan in duigen en kon oma
uiteindelijk niet mee verhuizen.
Ondanks die teleurstelling wonen Theo
en Roely nog altijd met veel plezier in hun
zelf ontworpen huis. Dat bestaat uit twee
panden, verbonden door een serre, die
dient als gezamenlijke ruimte. In het ene
pand wonen Roely en Theo, in het andere
woont op de bovenverdieping hun oudste
zoon met zijn vrouw. De ruimte waar Roely’s moeder zou gaan wonen is nu haarkantoor. Er zijn drie voordeuren. „We komen elkaar soms dagen niet tegen,” zegt
Roely. „Samen eten doen we hoogstens
twee keer per maand. Maar we zijn er wel
voor elkaar als dat nodig is. Toen Arjen en
Kirsten laatst allebei met griep in bed lagen, zorgden wij voor het eten. En andersom kunnen wij ook op hen rekenen.”
Voor Pauline van Rijsoort (48) uit het
Friese Allingawier was het geen bewuste
keuze om met haar schoonmoeder onder
één dak te gaan wonen. Zij en haar man
Jan Ybema (52) leerden elkaar zes jaar geleden kennen op een feest van het tv-programma Boer zoekt vrouw. Van Rijsoort:
„Ik vond het maar een mistroostige bedoening, zo’n man van tegen de vijftig die samenwoont met zijn moeder. Geen haar op
mijn hoofd die dacht dat ik zelf vanuit Rotterdam met mijn dochter ook op die boerderij zou wonen.”
Tranen
Makkelijk was het niet, in het begin, vertelt
Van Rijsoort. Zij woonde al jaren alleen
met haar dochter Emma (16), en datzelfde
gold voor Jan en zijn intussen 85-jarige
‘mem’. „Emma en ik waren bijna een soort
echtpaar, en Jan en zijn moeder ook. Er
zijn heel wat tranen gevloeid voordat we
een manier gevonden hadden om goed
met elkaar samen te leven. Overigens had
mem altijd gezegd dat ze zou verhuizen als
Jan een vrouw zou vinden, maar mij stuitte
dat tegen de borst. Ze woonde al zestig jaar
op die boerderij, haar man was er gestorven, net als haar dochtertje. Je gaat iemand
na al die jaren toch niet ontwortelen?” Met
behulp van een architect werd de boerderij
verbouwd, zodat mem in huis haar eigen
woninkje kreeg. De aanpalende stal werd
bij het woonhuis getrokken. Van Rijsoort:
„Na die verbouwing begonnen we allemaal
opnieuw, en dat is heel goed geweest. Voor
Emma is het soms nog wel moeilijk, zij is
de enige die geen keus heeft gehad. Maar
mooi dat ze bij mem aanklopt als ze een
scheur in haar spijkerbroek heeft.”
Ook de Kriegers in Wormerveer moesten wennen in het begin. „Met je ouders
gaan samenwonen betekent dat je opnieuw een soort ouder-kindrelatie krijgt”,
zegt Susan Krieger. „Als ik ’s avonds uitging, zei mijn vader: ‘Maak je het niet te
laat?’ De eerste tijd bleef hij zelfs op totdat
ik thuiskwam. Ik moest er alleen maar ontzettend om lachen.”
‘Mijn
vader
zei:
maak je
het niet
te laat’
L13