FILMMUZIEKMAGAZINE ANDRÉ DZIEZUK - Componist van Oorlogsgeheimen NUMMER 178 – 43ste JAARGANG – JULI 2014 1 Score 178 Juli 2014 43ste jaargang ISSN-nummer: 09212612 Het e-zine Score is een uitgave van de stichting Cinemusica, het Nederlands Centrum voor Filmmuziek FILMMUZIEKMAGAZINE REDACTIONEEL Informatienummer: +31 050-5251991 E-mail: [email protected] Kernredactie: Paul Stevelmans en Sijbold Tonkens Aan Score 178 werkten mee: Henk Maassen, Paul Stevelmans, Sijbold Tonkens en Julius Wolthuis Eindredactie: Paul Stevelmans Vormgeving: Paul Stevelmans Met dank aan: André Dziezuk, Eefje Goderie (DFW), Laura Reijnders en Jochem Valkenburg (Holland Festival), Carl Davis, Rens Machielse, Dennis Braunsdorf Een groot succes in de vaderlandse bioscopen is momenteel Oorlogsgeheimen, de film voor vooral jong maar ook oud. De muziek werd geschreven door een in Nederland nog vrij onbekende Franse filmcomponist. André Dziezuk doet in deze Score uit de doeken hoe het tot zijn omvangrijke score is gekomen. Deze productie is echter een uitzondering waar het de filmmuziek betreft. Het merendeel der Nederlandse films wordt door filmcomponisten van eigen bodem van een score voorzien. Een hele generatie nieuwe jonge componisten doet de laatste jaren van zich horen. Veel van deze jonge componisten hebben een studie gevolgd aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht. En steeds weer valt de naam van Rens Machielse als Score spreekt met deze jonge garde componisten. Hoog tijd dus om Rens Machielse aan het woord te laten. Op pagina 10 kunt u een interview met hem lezen. Direct daarna volgt een interview met een van zijn huidige studenten. Dennis Braunsdorf timmert al aardig aan de weg en vertelt wat er in zijn leven als gedreven masterstudent allemaal op zijn weg komt. INHOUDSOPGAVE 3 Interview met André Dziezuk 6 Napoléon - Verslag 10 Interview met Rens Machielse 14 Interview met Dennis Braunsdorf 16 Gladiator Live 18 Boekbespreking 19 Cd-recensies 2 70 MINUTEN MUZIEK SCHRIJVEN André Dziezuk over zijn muziek voor Oorlogsgeheimen Vorige week kwam Oorlogsgeheimen in de bioscopen, de nieuwe film van regisseur Dennis Bots. Twee jaar geleden oogstte hij veel succes met zijn jeugdfilm Achtste-groepers huilen niet. Ook Oorlogsgeheimen is een film voor de jeugd die net zo goed een volwassen publiek weet te behagen. De Franse filmcomponist André Dziezuk schreef de muziek. tiende ontdekte hij de wereld van de jazz en speelde hij vaak saxofoon. Daarnaast was hij ook veel in de weer met elektronica op het gebied van drum 'n' bass en triphop. Bij toeval kwam Dziezuk in de filmwereld terecht. Regisseur Frédéric Fonteyne vroeg hem om de muziek te schrijven voor zijn film Une liaison pornographique (1999) die een jaar later ook in de Nederlandse filmtheaters te zien was. De jaren erna schreef Dziezuk steeds meer voor film: documentaires, korte films, tv-films en bioscoopfilms als Illégal (2010), La vie d'une autre (2012) en Avant l'hiver (2013) die ook in Nederland werden uitgebracht. Voor Avant l'hiver van streekgenoot Philippe Claudel schreef Dziezuk kalme pianostukken. Wat heeft deze film voor zijn carrière betekend? Dziezuk: ʽIk kreeg naar aanleiding van die film veel positieve reacties, ook vanuit Nederland (dankzij Facebook). Maar ik zou niet willen zeggen dat deze film mijn reputatie heeft vergroot.ʼ Dankzij de Luxemburger Donato Rotunno, een van de coproducenten van Oorlogsgeheimen, werd Dziezuk gevraagd voor deze deels in Luxemburg opgenomen film de muziek te schrijven. André Dziezuk. André Dziezuk (Thionville, 1966) komt uit een muzikale familie. Zijn vader was leider en accordeonist van een orkest dat uitsluitend bestond uit broers en zussen uit zijn familie. Zelf bezocht Dziezuk op jonge leeftijd de plaatselijke muziekschool en speelde hij klarinet. Na zijn eindexamen volgde hij zowel een studie musicologie aan de universiteit van het nabijgelegen Metz als enkele lessen aan het conservatorium waaronder hobo. Rond zijn negen- 70 minuten Oorlogsgeheimen speelt zich af tijdens de Tweede Wereldoorlog in Zuid-Limburg (waar de mensen met een zwaar Hollands accent spreken). Tuur, Lambert en Maartje 3 Vooraan, van links naar rechts: Maartje (Pippa Allen), Tuur (Maas Bronkhuyzen) en Lambert (Joes Brauers) in Oorlogsgeheimen. zijn drie klasgenootjes die allerlei avonturen beleven in en vooral buiten hun dorp. De ernst van de bezetting dringt steeds meer tot hen door met uiteindelijk fatale gevolgen. Wat bij het kijken naar de film meteen opvalt is de enorme hoeveelheid muziek die de 95 minuten durende film bevat. ʽTijdens mijn eerste ontmoeting met Dennis Bots vertelde hij mij over zijn werkwijze en over zijn gewoonte om veel muziek te gebruiken in zijn films wat ik ook merkte toen ik Achtste-groepers huilen niet zag. Toen ik in Amsterdam de film met hem spotte, besefte ik dat de muziek alomtegenwoordig en een beslissend onderdeel van de film moest zijn. Ik kon me toen amper voorstellen dat de film na voltooiing 70 minuten aan muziek zou bevatten.ʼ meer op het scheppen van een bepaalde sfeer. Van karakterisering is nauwelijks sprake. Bij Oorlogsgeheimen is de aanpak meer een Angelsaksische, waarbij nauwkeurig wordt besproken hoeveel thema's nodig zijn en wat de gewenste uitwerkingen ervan dienen te zijn. Bovendien was het een ware uitdaging voor mij om 70 minuten muziek te leveren. Ik moet zeggen dat Oorlogsgeheimen een nieuwe fase vormt in mijn bestaan als componist.ʼ Los van deze benadering was er natuurlijk de vraag in hoeverre Dziezuk rekening moest houden met een jong publiek. ʽDennis heeft mij steeds op het hart gedrukt dat ik geen al te kinderlijke muziek moest maken. Met deze film wordt op een veel breder publiek gemikt.ʼ Thema's Voor Avant l'hiver schreef Dziezuk vrij weinig muziek, slechts enkele korte stukjes kamermuziek. Is hij bij Oorlogsgeheimen op dezelfde wijze te werk gegaan? ʽNee. In Avant l'hiver en in veel Franse auteursfilms is muziek vrij schaars en niet echt thematisch. Ze wordt vooral gekenmerkt door een contrapuntisch karakter en richt zich De toon van de film verandert al gauw. Na een idyllisch begin in en om het dorp van de jeugdige hoofdrolspelers gaat deze gauw over in een sfeer van dreiging en uiteindelijk ook geweld. ʽAl in een vroeg stadium werkten we met verschillende thema's die zich gedurende het verloop van de 4 Tijdens het mixen van de muziek van Oorlogsgeheimen in de studio. film ontwikkelden. Zoals het thema van de vriendschap dat later het thema van de drie vrienden wordt, het thema van de ontluikende liefde tussen Tuur en Maartje, het thema van het geheim (de oorlog en het verzet) en ten slotte het thema van het verraad (Lambert verraadt Tuur). Vanaf het moment dat deze thema's een vaste plek hadden gekregen hoefde ik alleen maar de verhaallijn te volgen en de duistere ontwikkelingen muzikaal te begeleiden.ʼ De score werd opgenomen in de abdij Neumünster in Luxemburg stad. Waarom werd de muziek in dit centrum voor sociaal-culturele doeleinden opgenomen? ʽEr zijn in Luxemburg geen studio's waar filmmuziek kan worden opgenomen of waar een groot orkest kan worden ondergebracht. Dus moet je een concertzaal huren en een geluidstechnicus (in dit geval Frédéric Briant) die gespecialiseerd is in opnamen van klassieke muziek vragen om al zijn opnameapparatuur mee te nemen naar die zaal. De musici waren allen afkomstig van het Luxemburg Filharmonisch Orkest en het waren stuk voor stuk uitstekende vaklui. Dank ben ik ook verschuldigd aan Loic Collignon die mijn muziek heeft gemixt.ʼ Overigens werd niet alle muziek door een orkest gespeeld. ʽEigenlijk hebben we hier te maken met een hybride score met heel wat elektronische elementen. Aan de ene kant zijn er de elektronische beats en daarnaast heb ik voor de akoestische instrumenten die we niet konden opnemen gebruikgemaakt van elektronica. Ik werk graag met deze combinatie.ʼ Een sleutelscène in de eerste helft van de film is het moment dat Tuur 's nachts de deportatie van de buren stiekem gadeslaat. Dziezuk gebruikt hier onder meer een cimbalom. ʽDat is een instrument dat ik graag gebruik, eigenlijk al vanaf mijn eerste score en ook voor veel films daarna. Dit instrument heeft iets mysterieus wat ook verwijst naar het thema van het geheim in de film. Daarnaast heb ik meer traditionele instrumenten gebruikt zoals diverse strijkinstrumenten en houtblazers die de kern van de score bepalen. En voor het eerst in mijn carrière heb ik veel percussie en koper gebruikt, met name voor de geweldsscènes.ʼ PS 5 NAPOLÉON VU PAR ABEL GANCE Marathonvoorstelling van acht uur vliegt voorbij Iedereen die enigszins op de hoogte is van de geschiedenis van de film weet dat er een monumentale film bestaat over Napoleon, een zwijgende zwart-wit productie met een even majestueuze muzikale omlijsting. Tijdens het zojuist afgesloten Holland Festival werd een nieuwe, vijfenhalf uur durende versie van het meesterwerk van Abel Gance vertoond. Carl Davis dirigeerde het Gelders Orkest manmoedig door zijn eigen originele score, die werd aangevuld met bestaande werken uit de klassieke muziek. De Ziggo Dome barstte op 15 juni jongstleden als het ware uit zijn voegen gedurende dit monsterevenement. Geheel onbekend was Abel Gance niet voor het Holland Festival. Vijf jaar geleden werd in de Amsterdamse Stadsschouwburg zijn indringende J'accuse! (1919) vertoond met een nieuwe score die live werd uitgevoerd (zie Score 153). Die film duurde 165 minuten en zorgde voor een groots schouwspel. In 2012 was er de bijzondere voorstelling van 2001: A Space Odyssey (1968) met enkele door een symfonieorkest live gespeelde klassieke stukken. Jochem Valkenburg is programmeur muziek en muziektheater van het Holland Festival en legt uit waarom steeds vaker wordt gekozen voor film plus live muziek: ʽWij zijn een podiumkunstfestival. In principe komt film enigszins in die richting, maar zeker wanneer daar live muziek bij is. Napoléon is indertijd in Parijs in de Opera in première gegaan, dus ook de maker van de film beschouwde het toch als een kunstwerk dat dichtbij meer traditionele vormen van podiumkunst ligt, dichterbij misschien dan veel mensen denken als ze naar de bioscoop gaan.ʼ We hebben hier te maken met een evenement, aldus Valkenburg: ʽJuist door die live muziek verandert het hele karakter ervan. Uiteindelijk wordt het veel meer een gezamenlijke beleving die echt alleen op dat unieke moment in de tijd plaatsvindt. Dat komt dan erg overeen met 6 een opera-uitvoering, een toneelstuk of een concert.ʼ dinerbuffet. Wat kwam er bij deze logistieke operatie allemaal kijken? Valkenburg: ʽEen van de belangrijkste dingen is de dirigent en het orkest bij elkaar brengen. Daarnaast de enorme technische uitdaging: drie projectoren, die schermen, de enorme schaal plus het bijna militaire planningsgedeelte van de maaltijden. En daarnaast de publieksstromen gedurende het hele verloop van zo'n lange dag, van die simpele dingen als hoe vinden mensen hun weg tot de meest complexe technische projectievraagstukken. Er zitten behoorlijk wat voeten in de aarde, maar wat ons betreft dubbel en dwars waard.ʼ Napoléon is een legendarische film. Na de triomf bij de première in 1927 raakte de film alras in de vergetelheid, niet in de laatste plaats omdat hij sterk werd ingekort. Het is te danken aan de inzet en het niet aflatende enthousiasme van de Engelse filmhistoricus Kevin Brownlow dat Napoléon praktisch geheel in zijn oude staat is teruggekeerd. Waarom is dit jaar gekozen voor deze film? ʽWe hebben eerder een film van Abel Gance gehad in het festival, J'accuse!, met nieuw gecomponeerde muziek, dus er is een relatie met Gance. Van Napoléon is er een nieuwere versie van de film dan die eerder in Nederland vertoond is. Het is dertig jaar geleden dat die film in Nederland was en in de tussentijd is nog veel door Kevin Brownlow gesleuteld aan de film. Er zijn nieuwe scènes opgedoken en gemonteerd en ook zijn er scènes uitgehaald omdat men ontdekte dat er shots dubbel in de film voorkwamen. Maar uiteindelijk duurt de film nu langer dan de versie die hier ooit vertoond is, daar is ook nieuwe muziek bij gecomponeerd door Carl Davis. Dus dit is eigenlijk de Nederlandse première van deze versie van de film en we zijn als festival natuurlijk erg gebrand op bijzondere nieuwe dingen. Dus daarom dat dit een aantrekkelijke mogelijkheid voor ons was, ook omdat we dit samen konden doen met Mojo Concerts en met de Ziggo Dome, waar men ook vertrouwen heeft in een groots, spectaculair evenement. Het was voor ons ook interessant om een nieuwe zaal in het festival te hebben. En zo kwam alles mooi bij elkaar en we zijn erg gelukkig dat we het zo hebben kunnen realiseren.ʼ Carl Davis (foto: Richard Cannon). Over de samenwerking met Carl Davis is Valkenburg lovend: ʽHij is niet alleen een geweldige componist, maar ook een fantastische dirigent en een bijzonder prettige man om mee te werken. Hij was heel enthousiast over dit project. Hij is niet de jongste, maar staat toch vijfenhalf uur te zwaaien en dat is puur uit liefde voor deze film. En dan die energie die hij - neem ik aan - ook van zijn eigen muziek krijgt en wij als kijkers met hem. Het is zo'n fantastische productie dat hij als een kind zo blij is dat hij het weer een keer kan doen, dus dat maakt het wel een stuk prettiger werken.ʼ Logistiek De voorstelling op zondag 15 juni kan gerust een marathonvoorstelling worden genoemd die van 's middags 14.00 uur tot 's avonds 22.00 uur duurde met liefst drie pauzes - waaronder een pauze inclusief 7 Carl Davis repeteerde twee volle dagen met het Gelders Orkest plus nog een generale repetitie in de zaal. ʽEigenlijk valt het wel mee. Vergeleken met een operaproductie of een ander orkestproject is het niet eens bijzonder veel tijd. Voor een groot deel is de muziek samengesteld uit bestaand repertoire: Beethoven, Berlioz, Mozart, ze komen allemaal voorbij en dat is repertoire dat zo'n orkest op zijn duimpje kent. De Eroïca, die ooit door Beethoven was opgedragen aan Napoleon of de Egmont ouverture die je voortdurend hoort, dat zijn stukken die dit orkest al honderden keren heeft gespeeld. Ze zijn nu net even in een ander verband ingemetseld en dat moet even gerepeteerd worden, maar de noten zelf kennen ze voor een groot deel al en dan is er natuurlijk nog het gedeelte dat Davis er zelf aan heeft toegevoegd, dat Eagle of Destiny thema dat technisch gezien niet heel veel obstakels meebrengt, dus dat kan uiteindelijk snel en efficiënt worden ingestudeerd.ʼ noot en soms klonk zij uitgelaten humoristisch wat dan weer tot gelach onder het publiek leidde. Dat veelal oudere publiek was toch vrijwel immer in stil ontzag voor de weergaloze beeldenpracht. Misschien wel de grootste verdienste van de muziek was dat de klassieke stukken en de originele score naadloos in elkaar over wisten te gaan en aldus tot een uniform geheel wisten te geraken. Tegen het einde pakten Davis en het Gelders Orkest onder het wonder van de drie beeldschermen flink uit alsof hun leven ervan afhing, met Davis op volle sterkte. Na een stormachtig applaus riep de Amerikaan Kevin Brownlow op het podium die verwoordde wat menig toeschouwer in de zaal vast ook dacht: Napoléon is de beste film aller tijden met de grootste score ooit. De grote dag De faam van Napoléon zit hem niet alleen in de muzikale omlijsting. Voor een zwijgende film uit 1927 zijn de indertijd volslagen nieuwe en revolutionaire film- en montagetechnieken als mobiel camerawerk en Polyvision-opnamen nog steeds adembenemend. Ondanks het vooruitzicht acht uur te moeten of mogen vertoeven in de immense Ziggo Dome vlogen de uren voorbij. Het vlotte ritme van de meeste stukken gaf de epische film een enorme vaart. Soms waren er de bekende klassieke stukken en dan weer de originele score van Davis, een weldadige mix die sommige nu toch wat oubollige dan wel wat al te melodramatische scènes aangenaam wisten te verfrissen. De score kende verder talloze strijdliederen, volksmuziek uit Corsica plus een plukje volkslied, zowel het Britse als de Marseillaise waarvan het ontstaan ook in prachtige beelden en muziek over het voetlicht kwam. Meestentijds was de muziek opgewekt met zo nu en dan een trieste Albert Dieudonné als Napoléon. Terugblikkend op dit exceptionele evenement, merkt Carl Davis op: ʽOver de voorstelling ben ik zeer tevreden: een volle zaal, een prachtig orkest, een vlekkeloze technische ondersteuning, wat wil je nog meer!ʼ De wereldpremière van deze gerestaureerde versie vond in 2012 plaats in 8 Na afloop van de voorstelling van Napoléon in de Ziggo Dome in Amsterdam. Oakland, Californië en werd een jaar later in Londen nog eens herhaald. Voor de derde productie, in Amsterdam, heeft Davis niets aangepast aan de muziek. Over de samenwerking met het Gelders Orkest: ʽNederlandse orkesten hebben heel veel ervaring opgedaan in het begeleiden van zwijgende films en voor het Gelders Orkest geldt dat ook. Ik had niet kunnen verwachten dat zij de werken van Haydn, Mozart en Beethoven zo prachtig zouden spelen, ook door een aantal uitzonderlijke solisten. Heel vaak zei ik tegen mezelf: dit is het beste spel ooit.ʼ reactie van het publiek na afloop was dan ook een welkome beloning voor de dirigent: ʽDat was echt geweldig. Het was een immense onderneming voor mij, zowel de voorbereiding als de uitvoering, maar als ik het enthousiasme weer voor de geest haal, dan is dat allemaal zeker de moeite waard geweest.ʼ Jochem Valkenburg ten slotte over toekomstige film+muziekprojecten van het Holland Festival: ʽEr is binnen film een enorme reikwijdte en, zeg maar, dat domein zit op mijn radar, net als allerlei andere domeinen. Met het Holland Festival is het niet zo dat we een lijstje hebben wat we af moeten vinken: we moeten nog een opera, we moeten nog een film, we moeten nog een dit en dat, zo werkt dat niet. Wij kijken altijd per project. Is het bijzonder? Is dit iets wat we willen doen? Past dit in het festival? Zo ja, dan doen we het of het nou een film is of een dansvoorstelling. Het moet exclusief zijn, want er is het hele jaar door best veel met live muziek te zien. Wanneer het iets toevoegt aan het bestaande, dan is het voor ons interessant. En dat kan heel goed op het vlak van film weer voorkomen.ʼ PS Hoe heeft Davis (77) in vredesnaam deze uitdaging fysiek doorstaan? Hij moest zich immers vijfenhalf uur letterlijk staande houden als dirigent. ʽEr was wel een kruk ter ondersteuning, maar die heb ik nauwelijks gebruikt. Om de acht uur durende voorstelling tot het einde vol te houden had ik de pauzes wel nodig. Behalve de fysieke inspanning is een hoge mate aan concentratie vereist om zowel vaardig te dirigeren als de synchronisatie met de film voortdurend te bewaken. De adrenaline die bij deze krachttoer vrijkomt biedt een extra fysieke en mentale stimulans die nodig is voor zo'n lang spektakel.ʼ De uitbundige 9 HOFLEVERANCIER VAN JONG FILMMUZIEKTALENT In gesprek met HKU-docent Rens Machielse Ze zijn jong, timmeren al gauw flink aan de weg en hebben allen dezelfde onderwijsachtergrond: Herman Witkam, Jorrit Kleijnen, Alexander Reumers en Vidjay Beerepoot. De afgelopen jaren kwamen ze in Score aan het woord en staken ze hun enthousiasme over hun opleiding aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) en over Rens Machielse, hun bezielende docent aldaar, niet onder stoelen en banken. Score sprak onlangs met Machielse over zijn werk aan de HKU. HKU Muziek en Technologie in Hilversum. Hier kunnen studenten negen vierjarige bacheloropleidingen volgen, waaronder Compositie voor de Media, Sound Design en Audio Design. Studenten belanden na hun opleiding veelal in de creatieve en culturele industrie waar ze door hun brede opleiding werkzaam zijn op het snijvlak van muziek, geluid en technologie. Kun je bij Muziek en Technologie spreken van een volwaardige opleiding tot filmcomponist? Machielse: ʽEigenlijk niet, dat is het grappige bij ons. Als je het goed bekijkt, dan zie je eigenlijk één opleiding: Muziek en Technologie. Daarbinnen doen studenten een basisjaar, waarin ze alles van muziek tot technologie krijgen en waarin ze met allerlei dingen kennis maken, ook met allerlei dingen waar ze geen idee van hebben, bijvoorbeeld industrial sound design. Vanuit dat eerste jaar gaan ze twee keuzetrajecten volgen, want dat dwingt ze om over de schutting heen te kijken. Wanneer iemand Compositie voor de Media wil doen, moet hij bijvoorbeeld ook productie doen of sound design of klankontwerp, afhankelijk van wat hij verder nog interessant vindt. Dus dat maakt al dat hij een veel breder profiel gaat krijgen dan alleen maar Compositie voor de Media.ʼ Rens Machielse. Rens Machielse (1952) heeft als filmcomponist een dertigtal scores voor documentaires, korte en lange films op zijn naam staan. Sinds 1990 is hij als docent verbonden aan de HKU. De hogeschool biedt studies aan op velerlei gebied: van beeldende kunst tot theater en van muziek tot kunstmanagement. Momenteel is Machielse fulltime werkzaam aan de hogeschool. Behalve als docent en onderzoeker is hij vanaf 2007 - ook directeur van de school Strijkkwartet Dat brede profiel wordt ook in andere jaren op diverse wijzen gestalte gegeven. ʽDe 10 student heeft binnen die compositielijn ook weer verschillende keuzen. Hij doet Compositie voor de Media, maar je kunt je ook op Songwriting gaan richten. Dat zijn allemaal blokken achter elkaar gedurende jaar 2 en 3, waar de studenten telkens opnieuw een keuze moeten maken binnen die compositielijn en daar is altijd een blok bij waarin niets is over media. Dan worden ze gedwongen om bijvoorbeeld een compositie voor strijkkwartet te kiezen en worden ze even van die lijn afgehaald. Dus er ligt in dat opzicht geen rechtlijnig pad dat van begin tot eind alleen maar over Compositie voor de Media gaat. We dwingen ze echt om af en toe verschillende zijpaden in te slaan om daar rond te kijken. Ze ontdekken in het eerste jaar ook andere talenten bij zichzelf die ze helemaal niet vermoed hadden. En omdat ze die twee trajecten moeten volgen ontwikkelen ze ook een profiel dat vaak veel interessanter is dan alleen maar puur componist voor de media. Dat is onze filosofie in de hele opleiding. Anders dan sommige opleidingen die zich Compositie voor de Media noemen en alleen maar daarmee bezig zijn, zijn wij in dat opzicht veel breder en algemener.ʼ studenten uit een andere discipline. Machielse: ʽDan gaat het in studiejaar 3 en 4 over allerlei andere zaken: hoe werk je samen met regisseurs, animatoren en producers? Want uiteindelijk is communicatie in dit vak nog belangrijker dan je muzikale kunnen. Je moet natuurlijk wel kwaliteit leveren als componist, maar als je heel goed begrijpt hoe regisseurs en producers werken en op wat voor manier iemand zijn verhaal wil vertellen in een film en je kunt daar goed over praten en communiceren, dan zullen mensen veel sneller en langer met je willen samenwerken.ʼ Een mooi voorbeeld van samenwerking is een afstudeerproject in het vierde jaar. ʽWe zetten twee virtuele bedrijfjes op bestaande uit componisten en sound designers, want dat is vaak een vorm die je tegenkomt in het werkveld. Die bedrijfjes gaan een half jaar lang met elkaar samenwerken en komen op een verdieping te zitten, waar al die andere studenten van Muziek en Technologie, maar ook van de opleidingen Media en Games en Interactie zitten. Al die mediastudenten gaan documentaires, kleine speelfilms, leaders en commercials maken. Daar is allemaal muziek en geluid voor nodig. Wat je in feite doet is een soort nabootsing van het werkveld creëren, wel virtueel natuurlijk want ze hebben geen echte budgetten. Ze leren om binnen het verloop van een half jaar aan meerdere projecten te werken, waarbij het lastig is omdat al die projecten dezelfde dynamiek hebben, namelijk tegen het einde moet het klaar zijn. Dus zij moeten heel erg goed gaan plannen en ook leren wanneer ze nee moeten gaan zeggen of bepaalde eisen stellen zoals: ik moet nu de montage hebben, want anders heb ik te weinig tijd om de muziek te maken. Ze leren daar enorm veel Een leerzaam project in het derde jaar is Compositie voor zwijgende film. ʽDat is een horde die ik heel bewust opwerp voor die componisten voor de media omdat het heel lastig is. Want zwijgende films kunnen, zeker in de ervaring van jonge mensen, enorm saai zijn omdat er minutenlang niets gebeurt. Ook is er geen geluid, dus ga er maar aan staan. Ik zeg dan altijd: als je dit overleeft en je vindt het nog steeds leuk, dan heb je kans dat je componist voor de media kunt gaan worden.ʼ Ook is er in het derde jaar ruimte voor een stage van drie maanden die de studenten zelf moeten regelen. Studenten die na hun afstuderen als filmcomponist aan de slag gaan doen in de regel de opleiding Compositie voor de Media. Tijdens de vierjarige studie wordt veel nadruk gelegd op het samenwerken met 11 Rens Machielse tijdens een college in 2012. van, dat zeggen ze ook zelf. Natuurlijk doen we ook oefeningen in jaar 2 en 3, maar in jaar 4 is het menens. Wat er ook gebeurt, is dat ze gigantisch netwerken onder hun generatiegenoten. Ze proberen natuurlijk ook wel aan de bak te komen daarbuiten. Zo zijn er regisseurs en producenten die al contacten met componisten hebben. Die hebben vaak al samenwerkingsverbanden met componisten. Het is dus heel verstandig om in een generatiegenoot te investeren, want daar kan het werk van komen in de toekomst.ʼ technologie en het werken met digitale orkesten heeft een praktische reden. ʽWij doen met opzet geen orkesten. Wat studenten wel doen is soms in het afstudeerjaar zelf een orkest regelen. Maar wij richten ons daar niet specifiek op, ook omdat dat niet de praktijk van de Nederlandse filmindustrie is. Het gebeurt natuurlijk wel, maar dat is pas als je verderop in een carrière bent. Als je net bent afgestudeerd zal het niet gebeuren dat je gelijk de beschikking krijgt over een symfonieorkest om daarmee filmmuziek op te nemen.ʼ Hoe belangrijk is de technologische component binnen de locatie Muziek en Technologie? ʽStudenten leren om die technologie in te zetten, ik noem het even digitale orkesten maken. Als je kijkt naar een soundtrack, die kan puur met behulp van technologie gecreëerd worden, bijvoorbeeld met samples, waardoor je toch nog steeds het idee kunt hebben dat in ieder geval een deel echte instrumenten zijn. Aan de andere kant is er het orkest of een akoestisch ensemble. Zelfs aan die andere kant gebruik je heel veel technologie, maar dan gaat het bijvoorbeeld in de opname en de productie ervan zitten.ʼ Deze nadruk op Na de studie In het eerste jaar van Muziek en Technologie stromen negentig studenten de opleiding binnen. De vraag is groot, slechts een op de vijf gegadigden kan na een strenge selectie worden geplaatst. Aan het eind van het vierde jaar studeren rond de 60 studenten af, waarvan een handvol in de richting Compositie voor de Media. Waar komen studenten van deze richting na hun afstuderen allemaal terecht? ʽIn Nederland is het vrijwel onmogelijk om alleen maar van filmmuziek te leven. Iemand als Herman 12 Witkam doet niet alleen film, hij combineert dit met tv, commercials, animaties, documentaires en soms opdrachten voor het theater. Dat is over het algemeen de praktijk van een componist voor de media in Nederland. Je kunt je wel helemaal richten op film, maar dan moet je veel internationaler gaan werken. Alleen van de Nederlandse filmindustrie ga je het nooit van zijn leven redden.ʼ het proces gericht zijn, vind ik ook belangrijk.ʼ Als directeur van de locatie Muziek en Technologie is Machielse belast met zowel zakelijk als inhoudelijk management, het leiding geven aan een veertigtal docenten en het aansturen van onderzoek. Daarnaast is hij docent. Wat leert hij zijn studenten? ʽHoe muziek werkt ten opzichte van beeld en het verhaal dat je wilt vertellen. Wat je als componist heel vaak doet, is dat je aan het experimenteren bent, en dat levert heel veel inzichtelijke ervaringen op. Dan ervaar je, als je de muziek twee seconden naar voren legt, dat je soms een geheel andere scène krijgt. Daar kan ik natuurlijk wel over vertellen, maar de studenten moeten het met name ervaren. In mijn eigen praktijk leverde dat soms een raar gevoel van macht op: zal ik de kijkers hier laten schrikken of zal ik ze daar laten schrikken? Dat is een heel belangrijk inzicht dat studenten moeten krijgen. Daarnaast is er het compositieproces: je moet leren inschatten hoe lang je over iets doet en door wat voor soort fasen je heen gaat, hoe je materiaal moet genereren en hoe je vervolgens met kleine stukjes materiaal een compositie in elkaar gaat timmeren. En hoe verhoudt zich dat dan tot een regisseur of een editor waar je mee moet samenwerken? Al die samenwerkingsprocessen moet je ook leren. Dat een editor eigenlijk veel belangrijker is dan een regisseur, want de editor begint met de montage en gaat met temporary music werken, waardoor jij in de ellende kunt komen. Je kunt maar beter jouw muzikale schetsen aan die editor geven zodat hij met jouw muziek aan de gang gaat. Al dat soort afwegingen die meer op Voor hun master kunnen studenten zich verdiepen in compositietechnieken of een vraag als: hoe kun je een samenwerkingsproces anders inrichten? Als onderzoeker houdt Machielse zich ook bezig met dit veranderende postproductieproces inzake de rol van componist en editor. Hij kan daarbij putten uit zijn eigen ervaring als filmcomponist. Die carrière beëindigde hij in 2006 met de documentaire Blond, Blue Eyes over Rutger Hauer teneinde zich helemaal te kunnen wijden aan zijn werk aan de HKU. ʽWat ik leuk vind aan lesgeven is dat het je heel erg dwingt om na te denken over wat je doet. Want er was in de tijd dat ik begon met lesgeven helemaal geen theorie over het componeren van filmmuziek, behalve enkele boekjes in Amerika. En dus werd ik gedwongen om aan eigen theorievorming te doen. Dus heel simpel: wat doe ik als ik filmmuziek componeer? Ik voel me alleen al bevoorrecht dat ik op zo'n plek kan zitten waar ik zelf heel veel leer. Dat is ook de reden waarom al die docenten bij mij zitten, dat zijn allemaal hotshots in hun vak. Je leert veel van lesgeven, maar omdat er heel veel verschillende disciplines rondlopen leren we ook heel veel van elkaar.ʼ PS 13 ‘HIJ NEEMT ELKE STUDENT SERIEUS’ Student-componist Dennis Braunsdorf over docent-componist Rens Machielse Sinds 2009 studeert Dennis Braunsdorf “Compositie en Productie voor de Media” aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) in Hilversum. In die hoedanigheid heef hij te maken met Rens Machielse, als docent en als leider van de muziekafdeling. In 2013 ontving Braunsdorf het Bachelor of Music diploma. Hij doet nu de tweejarige masteropleiding aan de HKU. Naast zijn studie is hij sinds drie jaar professioneel actief als freelance componist bij voornamelijk commercials en korte films. Vaak gaat het om korte stukjes korte muziek van dertig tot veertig seconden. Braunsdorf waardeert de Hilversumse opleiding zeer. ‘Het bachelortraject duurt vier jaar met verschillende afdelingen binnen Muziek en Technologie; je kunt bijvoorbeeld, zoals ik, Compositie en Productie kiezen, maar ook Studiotechnologie, Sound Design, of Compositie en Performance. In de eerste twee jaren krijg je daarbij een heel breed aanbod. Dat is goed, omdat studenten vaak niet goed weten wat bijvoorbeeld een vak als Sound Design precies inhoudt. Zo kun je bepalen welke kant je precies op wilt.’ Had je van begin af aan te maken met Rens Machielse als docent? Dennis Braunsdorf: ‘Ja, hij was er al in het eerste jaar. Rens geeft eigenlijk ieder jaar wel een lesreeks. In het eerste jaar kregen we de opdracht om bij een korte film van Erwin Olaf muziek te schrijven. In het tweede jaar moesten we composities maken voor drie commercials. Ook in de masterfase word ik begeleid door Rens.’ Wat voor soort docent is hij? ‘Zijn kracht is dat hij elke student heel erg serieus neemt. Voorbeeld: in het eerste jaar heb ik hem een film gestuurd die ik nu heel slecht vind, met slechte muziek ook. Maar hij nam toch de moeite om daar naar te kijken en er serieus op in te gaan. Dat vind ik heel erg goed. Voor elk groot of klein probleem kun je bij hem terecht. Dat geeft je als student een vertrouwd gevoel. Bovendien reageert hij altijd erg snel op vragen, via internet of als je hem op de gang tegenkomt. Zelfs als je hem zondagavond om tien uur een mailtje stuurt. Verbazingwekkend: studenten vragen zich wel eens af hoe hij dat doet. Heeft hij misschien een dubbelganger? Hij brengt verder een enorme praktijkervaring met zich mee. Toen ik op zoek was naar mijn artistieke profiel, Dennis Braunsdorf. heeft hij mij uitgelegd hoe hij dat zelf heeft aangepakt. Dat is waardevol en maakt hem geloofwaardig als docent. Wat zijn lessen ook sterk maakt is dat hij je weliswaar veel informatie geeft maar je niets opdringt. Sterker nog, hij wil dat zijn studenten initiatief nemen. Of dat nu de ontwikkeling van je muziekstijl betreft of het vinden van een stageplaats. Hij helpt je altijd om de nodige stappen te zetten, maar uiteindelijk is het de verantwoordelijkheid van de student. Toen ik stage wilde lopen bij Massive Music in Shanghai heb ik hem gevraagd om mij wat contacten te geven, maar ik heb vervolgens zelf alles geregeld. Zo moet het ook zijn. En hij geeft altijd een objectieve mening over je muziekstijl en 14 Dennis Braunsdorf. over je plan van aanpak. Hij kijkt of wat je hebt gemaakt bij het beeld past. Zijn eigen smaak of stijl speelt daarbij geen rol.’ Je hebt je eigen compositietechniek ontwikkeld waarmee je naar eigen zeggen unieke klanken voor ieder project schept. Wat houdt dat in? ‘Ik ontwikkel dat nu verder in mijn mastertraject. Ik componeer in plaats van met losse noten, met grotere bouwstenen, met frases. Zo leg ik een link tussen de oude muziektheorie en de moderne muziekproductie en muziektechnologie. Daardoor schep ik andere, naar mijn gevoel ook natuurlijker klanken. Dat heb ik ook bij de film Rood gedaan. Blijkbaar werkt het goed.’ Heb je tijdens de opleiding zo ook je eigen stijl ontdekt? ‘Jazeker. Dat is het sterke van de HKU. Zeker in het begin van de studie wordt een goede en brede basis gelegd als het gaat om compositie- en productietechnieken. En je wordt aangespoord om veel te doen. Zo ontwikkelt zich in de loop der jaren een eigen stijl. Een eigen muzikaal visitekaartje.’ In mei kreeg je de Buma Music in Motionprijs voor je muziek bij de korte film Rood. De jury had het over bijzondere, sferische muziek die perfect past bij de film. ʽEen geslaagde minimalistische score zonder gebruik te maken van sample-libraries of synthese, maar met unieke klanken.ʼ Hoe belangrijk is zo’n prijs? ‘Heel belangrijk. Het maakt de buitenwereld attent op mijn werk. Men ziet dat ik iets kan. Maar ik ben niet iemand die nu alleen nog maar prijzen wil winnen. Het product dat je maakt moet goed zijn, en daarbij gaat het in eerste instantie om de film.’ Terug naar Rens Machielse: je zult met hem vast ook bespreken wat je ambities zijn. Wat voor soort componist wil je worden? ‘We hebben het daar vaak over. Dat is een lang proces. Vandaar ook die zoektocht naar mijn artistieke profiel. Dat moet ik zelf vinden, en ik moet me daarbij niet laten sturen door anderen, vindt hij. Maar Rens zei me laatst wel dat je in deze tijden niet alles meer kunt doen. Dat je moet focussen op een specifieke branche, documentaires bijvoorbeeld. In mijn geval is dat momenteel heel specifiek: ik schrijf nu veel orkestrale composities gecrossfade met moderne elektronische klanken voor autocommercials.’ HM 15 GLADIATOR: HOOGSTAAND FILMMUZIKAAL SPEKTAKEL Op donderdag 19, vrijdag 20 en zaterdag 21 juni jongstleden was er een bijzonder filmmuziekconcert in De Doelen in Rotterdam. Het Rotterdams Philharmonisch Orkest speelde de muziek bij de vertoning van de kaskraker Gladiator. Er was een extra voorstelling voor nodig om de grote belangstelling van dit spektakel Gladiator Live op te vangen. Ondergetekende was bij de vrijdageditie aanwezig. Het Rotterdams Philharmonisch Orkest speelde de door Hans Zimmer gecomponeerde muziek in een absoluut niet uitverkochte mooie zaal. Een groots orkest onder een groot doek waarop de film werd geprojecteerd. Daarnaast het 60 man sterke koor van het Laurens Collegium Rotterdam, allemaal onder de bezielende leiding van dirigent Ludwig Wicki. Deze voorstelling past in de serie niet-traditionele producties van het orkest waarmee De Doelen een nieuw publiek tracht te bereiken. En: de aanwezigheid van de stem van componiste Lisa Gerrard die zorgde voor een bijzonder muzikaal sausje over dit concert. Het programma Gladiator Live is de opvolger van de trilogie The Lord of the Rings Live dat de afgelopen paar jaar ook in De Doelen door het Rotterdams Philharmonisch Orkest werd uitgevoerd. Nu dan Gladiator, de film van Ridley Scott, nu bezig met de film Exodus. De film won vijf Oscars: die voor beste film, beste acteur, kostuums, geluid en effecten. Daarnaast nog eens 52 andere hoofdprijzen waaronder twee Golden Globes en vier BAFTA Awards en verder 108 nominaties. De film blijft ook bij dit weerzien in De Doelen een indrukwekkende spektakelfilm, helemaal in de stijl van de gouden klassieker Spartacus met Kirk Douglas. De acteurs zijn fenomenaal. Russell Crowe als Maximus (recent zagen we hem in Noah en Man of Steel), Joaquin Phoenix als Commodus (recent in een hoofdrol van Her) en Connie Nielsen. En schitterende bijrollen van allemaal jammer genoeg reeds overleden acteurs als Oliver Reed, David Hemmings en Richard Harris. Hans Zimmer kent de trouwe lezer natuurlijk. Eind jaren ’80 richtte hij Media Ventures op, een bedrijf 16 waar jonge componisten een kans kregen filmmuziek te gaan schrijven, begeleid door Zimmer. Jeff Rona, Mark Mancina, Harry Gregson-Williams en John van Tongeren waren componisten van dat eerste uur. De lijst van Zimmer is indrukwekkend. Van Pearl Harbor en Hannibal, The Thin Red Line en Crimson Tide tot recente films als The Amazing Spider-Man 2, Son of God en Man of Steel. Inmiddels de score voor 163 films gemaakt, maar vooral tegenwoordig als music producer op de aftiteling van films te zien. Het hoofdthema van Gladiator had Zimmer binnen tien minuten gemaakt, vertelde hij Peter Simons bij een interview met hem tijdens het Filmfestival van Gent in oktober 2000. zangstem. Wel zo toepasselijk gezien de dood van Maximus op het eind van Gladiator. Gerrard is van Ierse komaf. Dat is terug te horen in de muziek. Als je al een taal denkt te horen in de voortgebrachte klanken dan is het Iers. De Gerrard-sound is geheel terug te leiden uit haar lange muzikale ervaring met de groep Dead Can Dance. Een mengeling van punk- en new waveachtige muziek. Kortom, niet in één hokje te vangen. Het zijn geluidsgolven met een hallucinerend effect die diep doordringen in je gevoel en je raken door de emotionele zetting van de muziek en het filmverhaal. En haar contra-alt-stem doet de rest. Zimmer werkte samen met de Australische zangeres Lisa Gerrard. Zij had haar eigen groep Dead Can Dance, een band die heel aparte avant-gardistische muziek maakte. Zimmer had die muziek gehoord en wilde Gerrard onmiddellijk hebben. De samenwerking resulteerde in een betoverende score voor Gladiator waarbij Gerrard vooral de emotionele kant van het verhaal voor haar rekening nam. Gerrard is inmiddels 53 jaar en heeft meegewerkt aan veertig films. Soms alleen de muziek, soms met een of meer songs. Luister vooral eens naar haar in Heat, The Insider, Whale Rider, Ichi of recent bij I, Frankenstein en Son of God. Van haar stem en teksten in een zelfbedachte taal krijg je kippenvel tijdens dit concert. Enkele redacteuren van het filmmuziekmagazine hadden dit gevoel ook tijdens een interview met haar in oktober 2000 in Gent. En de brandende vraag was natuurlijk: in welke taal zingt zij het thema Now We Are Free, de finale van Ridley Scott’s epos? ʽHet is de taal van het hart,ʼ zegt Gerrard, ʽhet is een verzonnen taal die ik rond mijn twaalfde jaar ontdekte. Ik gebruikte het vooral om tegen God te praten.ʼ Haar gedachte is dat je een persoonlijke band kunt hebben met God waarbij een organisatie als een kerk overbodig is. Die boodschap wil Gerrard uitdragen met haar Zelden een filmmuziekconcert bijgewoond waarbij de zaal tijdens het gehele concert zo stil en geconcentreerd luisterde en vooral opvallend bij de fragmenten waarbij Lisa Gerrard zong. Adembenemend, kippenvel. Dit mag vaker gebeuren. En voor iedereen die de muziek voor het eerst hoorde: de soundtrack-cd was ter plekke voor 10 euro te koop met een gratis handtekening van Gerrard. En wat wil je nog meer als sluitstuk voor een drie uur durend concert. JW 17 BOEKBESPREKING: Muziek als beslissende factor Verleden jaar zag een langverwacht boek het licht. Christine Lee Gengaro's Listening to Stanley Kubrick: The Music in his Films (zie Score 173) bewees zich als een uiterst bruikbare inventaris van alle muziek die in de films van Stanley Kubrick voorkwam. Van een muzikale duiding was in dit boek amper sprake. Daarin voorziet Kate McQuiston in We'll Meet Again: Musical Design in the films of Stanley Kubrick wel in hoge mate. Shining en Eyes Wide Shut uitvoerig aan bod. Kennis van het publiek met klassieke stukken (2001), de oorsprong van de muziek in de film (EWS), karakters beter leren kennen (Barry Lyndon), het onzegbare met muziek tot uitdrukking brengen (Lolita), het wordt allemaal op vrij academische wijze uitgediept en met talloze voorbeelden toegelicht. Maar misschien wel het meest opzienbarend is het laatste hoofdstuk waarin McQuiston Kubrick vergelijkt met Max Ophüls, een regisseur waarvoor Kubrick een diepe bewondering koesterde. Hun gebruik van de wals bijvoorbeeld heeft veel overeenkomsten, maar ook hun voorliefde voor Arthur Schnitzler (Ophüls verfilmde diens Liebelei en Kubrick diens Traumnovelle) beschrijft McQuiston, wat tot menig verfrissend inzicht leidt. We'll Meet Again is misschien wel het bekendste liedje dat ooit in een film van Kubrick werd gebruikt (in Dr. Strangelove (1964)). Kate McQuiston, hoogleraar musicologie aan de Universiteit van Hawaï in Manoa, heeft toegang gehad tot het Kubrick archief in Londen. Een schat aan informatie kwam daarbij aan het licht, waarvan McQuiston dankbaar gebruik heeft gemaakt. Brieven, memo's en andere documenten werpen een soms nieuw licht op de muzikale ideeën van de regisseur die muziek in zijn films altijd zeer weloverwogen inzette. Op de voorlaatste pagina lezen we dat Kubrick dirigent had willen worden als hij geen regisseur was geworden. Deze onthulling zal eenieder die het betrekkelijk kleine œuvre van de lange tijd in Engeland werkzame Amerikaan heeft gezien nauwelijks verbazen. Soms lijkt het erop dat muziek in zijn films belangrijker is dan beelden of geluid. Kate McQuiston heeft veel nuttig onderzoek gedaan, maar er blijven nog genoeg vragen. Het laatste woord is nog niet gezegd; na lezing van dit boek kijken en luisteren we beslist nog beter naar zijn films. Niet al zijn films heeft McQuiston in muzikaal opzicht tegen het licht gehouden. Zo komt Spartacus (1960) nergens ter sprake en worden de originele stukken van Jocelyn Pook voor Eyes Wide Shut (1999) evenmin nader onderzocht. Zoals de titel van het boek aangeeft beperkt McQuiston zich grotendeels tot bestaande muziek die de regisseur ter versterking van zijn beelden gebruikte. Om die reden komen films als Lolita, 2001: A Space Odyssey, A Clockwork Orange, Barry Lyndon, The We'll Meet Again: Musical Design in the Films of Stanley Kubrick. Kate McQuiston. Oxford University Press, Oxford, 2013. ISBN 978-0-19-976766-3, 235 p. Prijs: € 21,99 (Bol.com). PS 18 CD-RECENSIES THE DOUBLE Milan Music 36681-02 24 tracks, 51:45 The Double is de opvolger van Submarine (2010), de opmerkelijke debuutfilm van de Britse filmregisseur Richard Ayoade. In The Double speelt Jesse Eisenberg een voor zijn omgeving onzichtbare kantoormedewerker die op een dag een nieuwe collega krijgt die als twee druppels water op hem lijkt, maar in wezen zijn volstrekte tegenbeeld is. Die gespletenheid van het hoofdpersonage heeft componist Andrew Hewitt in zijn muziek trachten te verwerken. Met een klein ensemble, bestaande uit cello, piano en viool creëert Hewitt een indringend hoofdthema waarin staccato vioolklanken de nare omgeving van Simon, de kantoorklerk, onontkoombaar maken. De dualiteit van Simon en zijn dubbelganger James komt mooi naar voren in The Switch (Part 1 en 2) waar ditmaal de cello de hoofdrol in staccatovorm speelt. Minder beladen is het door piano uitgevoerde thema van Hannah, de collega van Simon die zijn verlangens niet beantwoordt. Begint de score vrij kaal met voornoemde drie instrumenten, gaandeweg is er meer orkestrale begeleiding en tussendoor trakteert Hewitt ons op nummers als Mr. Papadopoulos en Melanie's Computer Game waar enkel geluiden een melodie of ritme nabootsen. Met The Double valt heel wat te beleven. De creatieve composities zorgen voor een krachtige opvolger van Submarine. PS EDGE OF TOMORROW WaterTower Music 22 tracks, 45:31 Christophe Beck kennen we als meester van de romantische en komische muziek. The Hangover reeks was een van zijn grootste successen van de afgelopen jaren en met Frozen stootte hij eerder dit jaar door naar de top in Hollywood. De sciencefictionfilm Edge of tomorrow met Tom Cruise en Emily Blunt in de hoofdrollen vormt een betrekkelijk nieuw filmgenre voor de Canadees. Geheel in stijl gebruikt hij veel elektronica naast orkestrale klanken met als resultaat een vrij aantrekkelijke mix die veelal op de achtergrond een futuristische wereld ondersteunt die bolstaat van ontreddering en dreiging. Opvallend kenmerk van het merendeel der composities is de melodische basis. Die horen we onder meer terug in het hoofdthema waarmee de cd begint. Ook in de track Solo Flight is de mix van elektronisch en orkestraal zeer goed gelukt. Juist die afgewogen mix naast de melodische lijnen in de verschillende tracks maakt de cd goed verteerbaar bij beluistering. Daarnaast zorgt een niet te opdringerige plek op de soundtrack ervoor dat Edge of Tomorrow bij vlagen zijn werk prima doet. PS 19 THE RELUCTANT SAINT Saimel Ediciones 3998963 31 tracks, 64:22 In 1962 maakte regisseur-producent Edward Dmytryk de film The Reluctant Saint met Maximilian Schell in de rol van de Franciscaanse pater Giuseppe da Copertino. Nino Rota componeerde en dirigeerde de muziek in hetzelfde jaar als Boccaccio ’70. 52 jaar na dato is nu de soundtrack op cd verschenen. We hebben er lang op moeten wachten maar het is de moeite waard. Het hoofdthema opent na kerkklokken met een vrolijk melancholisch deuntje waarin de hoofdrolspeler voor de gek wordt gehouden door kinderen. Hier en daar duikt een frase op uit Rocco e i suoi fratelli in de score, maar de muziek is grotendeels origineel en geeft een mooie religieuze sfeer aan het geheel. Ook horen we in een paar tracks een koor van priesters of kinderen en een kerkorgel. Er zitten een paar thema’s in de score die bij personages horen en regelmatig in diverse stijlen terugkeren. Nino Rota was een fantastische componist en was eigenlijk een pionier in de filmmuziek. Het is jammer dat er in zijn beginjaren bijna geen soundtracks werden uitgebracht. Pas in zijn laatste jaren was dit gebruikelijk. Hij maakte al zijn eerste score in 1933: Treno popolare. En er zitten nogal wat juweeltjes tussen zijn onuitgebrachte soundtracks. Daarom is het mooi dat deze score nu eindelijk voor het publiek te koop is. De geluidskwaliteit is in mono, maar de tapes zijn dan ook oud. De eerste achttien tracks vormen de originele filmscore, tracks 19 – 31 zijn bonustracks. Zoals onder andere alternatieve versies voor de Main Title en End Credits. Alle muziek gemaakt voor de film staat op deze cd. ST TRANSCENDENCE WaterTower Music 22 tracks, 59:45 De Oscar die Mychael Danna vorig jaar won voor Life of Pi heeft nog niet geleid tot veel grote producties in Hollywood. Twee films met Atom Egoyan en binnenkort de nieuwe film van Bennett Miller - met wie Danna in 2011 Moneyball deed - tonen aan dat de Canadese componist vooral kiest voor kwaliteit. Transcendence van Wally Pfister, die vorige maand net als Devil's Knot van Egoyan in Nederland in roulatie ging, is een tamelijk grote film. Johnny Depp en Rebecca Hall spelen de hoofdrollen. Een knieval voor Hollywood-mainstream heeft Danna niet gemaakt bij het schrijven van de score voor deze film over kunstmatige intelligentie. Langzaam bouwt hij de score op. Eerst zijn er verstilde soundscapes en al snel doet de piano zijn intrede waarna de gamelan snel volgt en ondersteund door een sterk ritme enkele melodielijnen te herkennen zijn. Halverwege de score - in Healing the Sick - pakt Danna eens lekker uit met heftige klanken evenals zangstemmen en geluiden waarna de score steeds meer melodie krijgt en met enkele actiestukken ten slotte in Why Did You Lose Faith? ronduit orkestraal wordt. I Can See Everything krijgt door de zang een spirituele dimensie wat in de laatste tracks doorgevoerd wordt. Danna maakt het de luisteraar en kijker na het toegankelijke Life of Pi niet makkelijk met deze overwegend esoterische score die tijdens het kijken overigens aangenaam werkt. PS 20 MALEFICENT Walt Disney Records D001908702 23 tracks, 71:58 James Newton Howard schreef twee jaar geleden een spetterende score voor Snow White and the Huntsman. Nu is er Maleficent, dat wederom een sprookjesfilm is gebaseerd op de gebroeders Grimm. De cd begint met The Maleficent Suite, een 6:37 durende compositie waarin Howard alle registers opentrekt en de vele kwade krachten en mysterieuze demonen muzikaal probeert te vangen. Deze tour de force wordt behendig ondersteund door een jongenskoor waardoor de broodnodige sprookjessfeer terstond allerwegen is. Het muzikale geweld is nog niet voorbij, want snel volgen meer luidruchtige nummers met menig ferme paukenslag evenals veel koorgezang waardoor in Battle of the Moors een waar pandemonium lijkt te heersen. Maar Howard weet hoe hij moet afwisselen en met de volgende track - Three Pleasant Women - bewijst hij ook met lichtvoetige muziek uit de voeten te kunnen. Allengs gaat de storm liggen en in het lange middenstuk wordt middels een handvol melodische thema's de persoonlijke ontwikkeling van het titelpersonage treffend begeleid. Tegen het eind (Maleficent Is Captured) slaan de stoppen nog eens door en volgt in The Queen in Faerieland uiteindelijk een zoete melodie, wederom door jongenskoor ondersteund. Deze lange score heeft voor elk wat wils en kan goeddeels een indrukwekkende prestatie worden genoemd. Er is ook een bescheiden Nederlandse inbreng: Sunna Wehrmeijer, oud HKU-studente en leerling van Rens Machielse, werkte mee aan de arrangementen en de synth programmering. PS BELLE MA POVERE Digitmovies DPDM014 26 tracks, 50:19 Een film uit 1957 van Dino Risi: Mooi maar arm is de vertaling van de titel. De komedie, zoals er in die tijd veel zijn gemaakt, is het vervolg op de succesfilm Poveri ma belli (1956) met muziek van Giorgio Fabor. De muziek voor deze film is van Piero Piccioni (die in de filmcredits het pseudoniem Piero Morgan gebruikte). Voor deze cd zijn de complete monomastertapes opgepoetst en de kwaliteit is nu mooi. De muziek doet iets jazzy aan zoals we dat van Piccioni kennen. De score werd gedirigeerd door Carlo Savina. Voor het hoofdthema is een aardig volksdeuntje gecomponeerd dat in de score een paar keer terugkomt. Het is in het geheel een mooie cd met vrolijke en soms komische deuntjes die de verhaallijn in de film ondersteunen. Het is ook een tijdsbeeld van de jaren '50 met een accordeon, een trompet en een contrabas. Daarnaast horen we ook een tarantella. Het is een lichtvoetige score, waarvan nog nooit iets is verschenen en zo is dit een mooie aanvulling geworden op de Piccioni-verzameling. Ook is weer veel zorg besteed aan het digipackhoesje. Alleen daarom is het al een hebbedingetje. Verder staat het boekje in het Engels en Italiaans vol met info over de film en de score plus foto’s en de filmposter. ST 21 SNOWPIERCER Varèse Sarabande 3020672968 20 tracks, 55:57 De eerste film die de Zuid-Koreaanse regisseur Joon-ho Bong buiten zijn vaderland maakte is de postapocalyptische thriller Snowpiercer. Onder een zacht treingeraas over een eindeloos lijkend spoor neemt de score een aanvang. Piano en een woud aan strijkers kondigen een wereld aan van apocalyptische proporties met tegen het einde een flinke uithaal: This Is the End. De aanvankelijk sterk ritmische score werd geschreven door Marco Beltrami. De eerste helft van de score is een mix van doemmuziek, krijsende vioolpartijen en paukenslagen die de vele vechtscènes en de alom op de loer liggende spanning prachtig ondersteunen. Beltrami doseert de soms oorverdovende klanken beheerst waardoor uit deze doffe geluiden soms originele melodielijnen opdwarrelen. Halverwege - in Go Ahead - komt de voortdenderende trein haast tot stilstand en neemt de piano het over. Maar enkele tracks later (We Go Forward) raast de trein verder en na Steam Car - louter uit treingeluiden bestaand - doet Beltrami in het slepende Take My Place - de langste track - een aanloop naar de finale die zich middels meer traditionele klanken voltrekt. Afsluiter Yona's Theme heeft een hoofdrol voor de elektrische viool die aanvankelijk weinig goeds voorspeelt totdat ....... Snowpiercer was in april al in Nederland te zien, maar ging pas onlangs in de Verenigde Staten in première. Deze uitgave verschijnt ter gelegenheid van de Amerikaanse release. Een Koreaanse cd-uitgave verscheen vorig jaar al. Dit is een bravourestuk van de steeds weer verrassende Beltrami. PS SENILITÀ GDM Music 4329 30 tracks, 70:18 Senilità is een liefdesdrama van regisseur Mauro Bolognini uit 1962 met in de hoofdrollen Claudia Cardinale, Anthony Franciosa en Philippe Leroy. Piero Piccioni schreef een interessante dramatische score voor orkest. De score bestaat uit onder andere drie hoofdthema’s in diverse variaties: Tema di Amalia, Tango del mare en Musica della notte. Piccioni weet met violen, cello’s en piano een boeiende sfeer neer te zetten. Spanning, drama en romantiek komen voorbij in deze score. Voor de verandering eens geen jazzy thema’s van de maestro. Het mooie thema Musica del mare horen we de eerste keer op dwarsfluit met gitaar en hammondorgel. Later op de cd komt het thema terug maar dan een octaaf lager. De track Tango per flicorno (Tango voor flugelhorn) staat ook in een paar variaties op de cd. Een tango doet het altijd goed en is vaak en ook nu een pakkend thema. Al met al is het een goede score die de begin jaren '60 mooi weergeeft qua stijl: alles is nog orkest zonder elektronica. Het thema Tango Senilità wordt aangevoerd door een tuba. Een mooie vondst want tuba’s hoor je bijna nooit bewust. Die zitten vaak in hevige stukken muziek om wat extra dimensie te geven. Maar dit is een rustig thema. Ooit verscheen de score in 1962 als lp met een half uur muziek. Nu is er de complete score op cd met 42 minuten extra muziek in mono. ST 22 PIZZA CONNECTION GDM Music 4325 13 tracks, 40:09 Nadat Damiano Damiani in 1984 La piovra had geregisseerd voor tv met in de hoofdrol Michele Placido maakt hij een jaar later Pizza Connection met alweer Michele Placido in de hoofdrol bij alweer een maffiafilm. Met op de cdhoes alweer een octopus en Placido met pistool in de aanslag geeft dit een muzikaal verwachtingspatroon. Het is dan ook een totale verrassing dat componist Carlo Savina met een klassiek getinte score voor de dag komt. Het doet af en toe aan Stravinsky denken, maar dan met wat blueselementen. De score is voor klein orkest met ook tracks die uitsluitend door solisten gespeeld worden. Ook een adagio en een scherzo zitten in de score. Er is een thema voor twee broers dat een paar keer terugkomt en steeds voor een solo-instrument. Tema due fratelli solo cello is daar een voorbeeld van. Hier moet je even voor zitten om de schoonheid ervan te ervaren. Dit verwacht je niet bij een actiefilm. Savina laat in deze score duidelijk weten dat hij klassiek geschoold is en de muziek is af en toe ook experimenteel, zoals bij Scherzo per violino e piano. Ook horen we thema’s voor dwarsfluit en orkest. Het staat nergens vermeld, maar ik vermoed dat het Marianne Eckstein op dwarsfluit is. (Ze werkte in die tijd veel met Ennio Morricone.) Het boekje is informatief en rijk geïllustreerd. Een mooie en toch rustige score van componist/dirigent Carlo Savina. ST VICTOR YOUNG AT PARAMOUNT Kritzerland KR 20027-8 31 tracks, 65:14 Victor Young werkte van 1936 tot aan zijn onverwachte overlijden in 1956 voor Paramount. Op deze cd staan drie niet eerder op geluidsdrager uitgebrachte scores die Young voor deze studio schreef. De eerste is Appointment With Danger, een film noir uit 1951, waarvoor Young vooral actiemuziek schreef naast een dosis nummers die de spanning en suspense van deze thriller dienen op te voeren. Daarna volgt The Accused (1949), een film noir met een sterk romantisch karakter. Hier komt de virtuositeit van de componist mooi naar voren: zijn gave om zonder moeite de prachtigste melodieën uit de mouw te schudden. Het hoofdthema is een van de vele prachtmelodieën die hij componeerde, inclusief een vioolsolo tegen het einde: mierzoet, maar volstrekt onweerstaanbaar. De derde score is van het trio mogelijk het bekendst. Voor het liefdesdrama September Affair (1950) schreef Young uiterst romantische muziek. Hij is hier overduidelijk in zijn element. Op meeslepende wijze voert hij de kijker mee langs Italiaanse locaties, hierbij soms gebruikmakend van de mandoline. In enkele nummers verwerkte hij vernuftig het liedje September Song van Kurt Weill en Maxwell Anderson. September Affair leverde de componist indertijd een Golden Globe op. Anders dan de vooral functionele muziek voor Appointment With Danger - vooral geschikt bij het zien van de film kunnen de andere scores ook buiten de film prima worden beluisterd. PS 23 W. - WITSE THE FILM MovieScore Media MMS14017 (download) 28 tracks, 45:16 De Belgische film W. - Witse de film van Frank van Mechelen kwam in maart van dit jaar in de Belgische bioscopen. In Nederland is de film vanaf eind deze maand verkrijgbaar op dvd. De film is gebaseerd op de populaire politieserie Witse (2004-2012) die in Nederland onder de titel Commissaris Witse werd uitgezonden. Johan Hoogewijs schreef de muziek van de serie en hij deed dat ook voor deze film. De Belgische filmcomponist heeft de afgelopen jaren regelmatig voor Nederlandse films gewerkt zoals Het leven uit een dag (2009), Kom niet aan mijn kinderen (2010) en Achtste-groepers huilen niet (2012). Voor W. - Witse de film schreef hij een pakkend thema dat de score moeiteloos weet te dragen in zijn lyrische pracht. Piano en strijkers domineren dit thema en deze instrumenten bepalen ook de andere tracks van de score. Een thriller kan niet zonder spannende muziek en daarin voorziet Hoogewijs met nummers als Branded - mooi onheilspellend -, Mortuary en Dicky's Confession - vol dissonante klanken. Maar ook zijn er stukjes muziek die de stemming en de psyche van de commissaris begeleiden. Het steeds terugkerende hoofdthema is echter een van de sterkste troeven van deze overwegend orkestrale score. PS NO DOWN PAYMENT/THE REMARKABLE MR. PENNYPACKER Kritzerland KR 20028-1 25 tracks, 49:24 Wie de score van No Down Payment voor het eerst hoort, zou kunnen denken in een film noir te zijn beland. Duistere, zware tonen horen we in tracks als Escape en Criminal Attack. Maar niets is minder waar, want de film uit 1957 gaat over het leven van vier jonge stellen in Amerikaans suburbia. Dat het in sommige huishoudens niet helemaal pluis is, bewijzen de drukkende composities, maar de cd begint ontspannen met Sunrise Hills, de naam van de voorstad waar de film zich zal ontrollen, en hier horen we energieke, uitnodigende muziek. In deze vooral met dialogen volgestopte soap zit weinig muziek. Dertig minuten zijn vertegenwoordigd op de cd. Tweevoudig Oscarwinnaar Leigh Harline (1907-1969) schreef de gevarieerde score die wordt aangevuld met een zwoel jazznummer van andere componisten. De tweede, slechts twintig minuten durende score op deze uitgave is The Remarkable Mr. Pennypacker (1959), ook van de hand van Harline. Deze score biedt een en al vrolijke zorgeloosheid met zo nu en dan een serieuze ondertoon, want we hebben hier van doen met een komedie. Minpuntje van deze uitgave is het cd-boekje waarin nauwelijks informatie over beide scores staat. Gelukkig maken die in hun weelderige orkestratie en zwierige arrangementen veel goed. PS 24 MIO CARO DOTTOR GRÄSLER GDM Music 4326 20 tracks, 58:44 In 1990 maakte Roberto Faenza de film Mio caro dottor Gräsler (The Bachelor) met onder meer Keith Carradine en Max von Sydow in de hoofdrollen. Ennio Morricone schreef er extreem romantische muziek bij. De score doet iets denken aan One Two Two: 122, rue de Provence. Bijna alle tracks liggen goed in het gehoor en de romantiek wordt afgewisseld met dansmuziek. Romantiek staat bij Maestro Morricone garant voor mooie thema’s. Voor het eerst staat het Liebeslied nu op cd als nieuwe track gezongen door Edda Dell’Orso. De tekst is van L. Winiewicz. Voor het eerst is de stereoscore in zijn complete vorm nu uitgebracht. Alle tracks zijn geremastered en de kwaliteit is beter dan voorheen. Maestro Morricone deed twaalf films in 1990 plus een cd met Amii Stewart. Zijn stijl en kwaliteit steken ver boven de rest uit. Track 6 (Perfect Wife) doet een beetje atonaal aan, maar duurt maar 44 seconden. Dwarsfluit, viool en piano voeren de boventoon op deze cd. Het boekje is zoals we van GDM gewend zijn. ST A MILLION WAYS TO DIE IN THE WEST Backlot Music 267 18 tracks, 41:29 Wie had gedacht dat deze door de pers zuinig ontvangen westernparodie van en met de in de Verenigde Staten populaire komiek Seth McFarlane zo'n opgewekte en verrukkelijke score zou krijgen. Want dat is precies wat Joel McNeely heeft bereikt met zijn uitgelaten, levendige en uptempo muziek. Hij heeft goed geluisterd naar onverwoestbare westernmuziek als die van The Big Country (1958), want Main Title lijkt zo uit die western te zijn weggelopen. Wat volgt is een staalkaart aan westernmotieven: van gevoelig (Missing Louise) naar romantisch (Anna and Albert) en van uitbundig (The Barn Dance) naar actie (Racing the Train). Waar de eerste helft van de score vooral bruist van energie en jovialiteit, zo bestaat de tweede helft vooral uit spanning en actie. Om het feest compleet te maken zijn er twee blijmoedige liedjes: A Million Ways to Die gezongen door Alan Jackson en If You've Only Got a Moustache gezongen door Amick Byram. En dat alles in die onmiskenbare westernstijl uit de jaren '50 die de luisteraar meteen voor zich inneemt. We kunnen hier gerust spreken van een van de grote verrassingen van 2014 op filmmuziekgebied. PS 25
© Copyright 2025 ExpyDoc