Download dit nummer

FILMMUZIEKMAGAZINE
ANDRÉ DZIEZUK - Componist van Oorlogsgeheimen
NUMMER 178 – 43ste JAARGANG – JULI 2014
1
Score 178
Juli 2014
43ste jaargang
ISSN-nummer: 09212612
Het e-zine Score is een
uitgave van de stichting
Cinemusica, het
Nederlands Centrum
voor Filmmuziek
FILMMUZIEKMAGAZINE
REDACTIONEEL
Informatienummer:
+31 050-5251991
E-mail:
[email protected]
Kernredactie: Paul
Stevelmans en Sijbold
Tonkens
Aan Score 178 werkten
mee: Henk Maassen,
Paul Stevelmans, Sijbold Tonkens en Julius
Wolthuis
Eindredactie: Paul
Stevelmans
Vormgeving: Paul
Stevelmans
Met dank aan: André
Dziezuk, Eefje Goderie
(DFW), Laura Reijnders
en Jochem Valkenburg
(Holland Festival), Carl
Davis, Rens Machielse,
Dennis Braunsdorf
Een groot succes in de vaderlandse bioscopen is momenteel
Oorlogsgeheimen, de film voor vooral jong maar ook oud. De
muziek werd geschreven door een in Nederland nog vrij onbekende Franse filmcomponist. André Dziezuk doet in deze
Score uit de doeken hoe het tot zijn omvangrijke score is gekomen. Deze productie is echter een uitzondering waar het de
filmmuziek betreft. Het merendeel der Nederlandse films
wordt door filmcomponisten van eigen bodem van een score
voorzien. Een hele generatie nieuwe jonge componisten doet
de laatste jaren van zich horen. Veel van deze jonge componisten hebben een studie gevolgd aan de Hogeschool voor de
Kunsten Utrecht. En steeds weer valt de naam van Rens Machielse als Score spreekt met deze jonge garde componisten.
Hoog tijd dus om Rens Machielse aan het woord te laten. Op
pagina 10 kunt u een interview met hem lezen. Direct daarna
volgt een interview met een van zijn huidige studenten. Dennis Braunsdorf timmert al aardig aan de weg en vertelt wat er
in zijn leven als gedreven masterstudent allemaal op zijn weg
komt.
INHOUDSOPGAVE
3 Interview met André Dziezuk
6 Napoléon - Verslag 10 Interview met Rens Machielse
14 Interview met Dennis Braunsdorf 16 Gladiator Live
18 Boekbespreking
19 Cd-recensies
2
70 MINUTEN MUZIEK SCHRIJVEN
André Dziezuk over zijn muziek voor Oorlogsgeheimen
Vorige week kwam Oorlogsgeheimen in de bioscopen, de nieuwe film van regisseur Dennis
Bots. Twee jaar geleden oogstte hij veel succes met zijn jeugdfilm Achtste-groepers huilen
niet. Ook Oorlogsgeheimen is een film voor de jeugd die net zo goed een volwassen publiek
weet te behagen. De Franse filmcomponist André Dziezuk schreef de muziek.
tiende ontdekte hij de wereld van de jazz
en speelde hij vaak saxofoon. Daarnaast
was hij ook veel in de weer met elektronica
op het gebied van drum 'n' bass en triphop.
Bij toeval kwam Dziezuk in de filmwereld
terecht. Regisseur Frédéric Fonteyne vroeg
hem om de muziek te schrijven voor zijn
film Une liaison pornographique (1999)
die een jaar later ook in de Nederlandse
filmtheaters te zien was. De jaren erna
schreef Dziezuk steeds meer voor film: documentaires, korte films, tv-films en bioscoopfilms als Illégal (2010), La vie d'une
autre (2012) en Avant l'hiver (2013) die
ook in Nederland werden uitgebracht.
Voor Avant l'hiver van streekgenoot Philippe Claudel schreef Dziezuk kalme pianostukken. Wat heeft deze film voor zijn
carrière betekend? Dziezuk: ʽIk kreeg naar
aanleiding van die film veel positieve reacties, ook vanuit Nederland (dankzij Facebook). Maar ik zou niet willen zeggen dat
deze film mijn reputatie heeft vergroot.ʼ
Dankzij de Luxemburger Donato Rotunno,
een van de coproducenten van Oorlogsgeheimen, werd Dziezuk gevraagd voor deze
deels in Luxemburg opgenomen film de
muziek te schrijven.
André Dziezuk.
André Dziezuk (Thionville, 1966) komt uit
een muzikale familie. Zijn vader was leider
en accordeonist van een orkest dat uitsluitend bestond uit broers en zussen uit zijn
familie. Zelf bezocht Dziezuk op jonge
leeftijd de plaatselijke muziekschool en
speelde hij klarinet. Na zijn eindexamen
volgde hij zowel een studie musicologie
aan de universiteit van het nabijgelegen
Metz als enkele lessen aan het conservatorium waaronder hobo. Rond zijn negen-
70 minuten
Oorlogsgeheimen speelt zich af tijdens de
Tweede Wereldoorlog in Zuid-Limburg
(waar de mensen met een zwaar Hollands
accent spreken). Tuur, Lambert en Maartje
3
Vooraan, van links naar rechts: Maartje (Pippa Allen), Tuur (Maas Bronkhuyzen) en Lambert (Joes
Brauers) in Oorlogsgeheimen.
zijn drie klasgenootjes die allerlei avonturen beleven in en vooral buiten hun dorp.
De ernst van de bezetting dringt steeds
meer tot hen door met uiteindelijk fatale
gevolgen. Wat bij het kijken naar de film
meteen opvalt is de enorme hoeveelheid
muziek die de 95 minuten durende film
bevat. ʽTijdens mijn eerste ontmoeting met
Dennis Bots vertelde hij mij over zijn
werkwijze en over zijn gewoonte om veel
muziek te gebruiken in zijn films wat ik
ook merkte toen ik Achtste-groepers huilen
niet zag. Toen ik in Amsterdam de film
met hem spotte, besefte ik dat de muziek
alomtegenwoordig en een beslissend onderdeel van de film moest zijn. Ik kon me
toen amper voorstellen dat de film na voltooiing 70 minuten aan muziek zou bevatten.ʼ
meer op het scheppen van een bepaalde
sfeer. Van karakterisering is nauwelijks
sprake. Bij Oorlogsgeheimen is de aanpak
meer een Angelsaksische, waarbij nauwkeurig wordt besproken hoeveel thema's
nodig zijn en wat de gewenste uitwerkingen ervan dienen te zijn. Bovendien was
het een ware uitdaging voor mij om 70 minuten muziek te leveren. Ik moet zeggen
dat Oorlogsgeheimen een nieuwe fase
vormt in mijn bestaan als componist.ʼ Los
van deze benadering was er natuurlijk de
vraag in hoeverre Dziezuk rekening moest
houden met een jong publiek. ʽDennis
heeft mij steeds op het hart gedrukt dat ik
geen al te kinderlijke muziek moest maken.
Met deze film wordt op een veel breder publiek gemikt.ʼ
Thema's
Voor Avant l'hiver schreef Dziezuk vrij
weinig muziek, slechts enkele korte stukjes
kamermuziek. Is hij bij Oorlogsgeheimen
op dezelfde wijze te werk gegaan? ʽNee. In
Avant l'hiver en in veel Franse auteursfilms
is muziek vrij schaars en niet echt thematisch. Ze wordt vooral gekenmerkt door
een contrapuntisch karakter en richt zich
De toon van de film verandert al gauw. Na
een idyllisch begin in en om het dorp van
de jeugdige hoofdrolspelers gaat deze
gauw over in een sfeer van dreiging en uiteindelijk ook geweld. ʽAl in een vroeg stadium werkten we met verschillende thema's die zich gedurende het verloop van de
4
Tijdens het mixen van de muziek van Oorlogsgeheimen in de studio.
film ontwikkelden. Zoals het thema van de
vriendschap dat later het thema van de drie
vrienden wordt, het thema van de ontluikende liefde tussen Tuur en Maartje, het
thema van het geheim (de oorlog en het
verzet) en ten slotte het thema van het verraad (Lambert verraadt Tuur). Vanaf het
moment dat deze thema's een vaste plek
hadden gekregen hoefde ik alleen maar de
verhaallijn te volgen en de duistere ontwikkelingen muzikaal te begeleiden.ʼ
De score werd opgenomen in de abdij Neumünster in Luxemburg stad. Waarom werd
de muziek in dit centrum voor sociaal-culturele doeleinden opgenomen? ʽEr zijn in
Luxemburg geen studio's waar filmmuziek
kan worden opgenomen of waar een groot
orkest kan worden ondergebracht. Dus
moet je een concertzaal huren en een geluidstechnicus (in dit geval Frédéric
Briant) die gespecialiseerd is in opnamen
van klassieke muziek vragen om al zijn
opnameapparatuur mee te nemen naar die
zaal. De musici waren allen afkomstig van
het Luxemburg Filharmonisch Orkest en
het waren stuk voor stuk uitstekende vaklui. Dank ben ik ook verschuldigd aan Loic
Collignon die mijn muziek heeft gemixt.ʼ
Overigens werd niet alle muziek door een
orkest gespeeld. ʽEigenlijk hebben we hier
te maken met een hybride score met heel
wat elektronische elementen. Aan de ene
kant zijn er de elektronische beats en daarnaast heb ik voor de akoestische instrumenten die we niet konden opnemen gebruikgemaakt van elektronica. Ik werk
graag met deze combinatie.ʼ
Een sleutelscène in de eerste helft van de
film is het moment dat Tuur 's nachts de
deportatie van de buren stiekem gadeslaat.
Dziezuk gebruikt hier onder meer een cimbalom. ʽDat is een instrument dat ik graag
gebruik, eigenlijk al vanaf mijn eerste score en ook voor veel films daarna. Dit instrument heeft iets mysterieus wat ook verwijst naar het thema van het geheim in de
film. Daarnaast heb ik meer traditionele
instrumenten gebruikt zoals diverse strijkinstrumenten en houtblazers die de kern
van de score bepalen. En voor het eerst in
mijn carrière heb ik veel percussie en koper gebruikt, met name voor de geweldsscènes.ʼ
PS
5
NAPOLÉON VU PAR ABEL GANCE
Marathonvoorstelling van acht uur vliegt voorbij
Iedereen die enigszins op de hoogte is van de geschiedenis van de film weet dat er een monumentale film bestaat over Napoleon, een zwijgende zwart-wit productie met een even majestueuze muzikale omlijsting. Tijdens het zojuist afgesloten Holland Festival werd een nieuwe,
vijfenhalf uur durende versie van het meesterwerk van Abel Gance vertoond. Carl Davis dirigeerde het Gelders Orkest manmoedig door zijn eigen originele score, die werd aangevuld
met bestaande werken uit de klassieke muziek. De Ziggo Dome barstte op 15 juni jongstleden
als het ware uit zijn voegen gedurende dit monsterevenement.
Geheel onbekend was Abel Gance niet
voor het Holland Festival. Vijf jaar geleden
werd in de Amsterdamse Stadsschouwburg
zijn indringende J'accuse! (1919) vertoond
met een nieuwe score die live werd uitgevoerd (zie Score 153). Die film duurde 165
minuten en zorgde voor een groots
schouwspel. In 2012 was er de bijzondere
voorstelling van 2001: A Space Odyssey
(1968) met enkele door een symfonieorkest
live gespeelde klassieke stukken. Jochem
Valkenburg is programmeur muziek en
muziektheater van het Holland Festival en
legt uit waarom steeds vaker wordt gekozen voor film plus live muziek: ʽWij zijn
een podiumkunstfestival. In principe komt
film enigszins in die richting, maar zeker
wanneer daar live muziek bij is. Napoléon
is indertijd in Parijs in de Opera in première gegaan, dus ook de maker van de film
beschouwde het toch als een kunstwerk dat
dichtbij meer traditionele vormen van podiumkunst ligt, dichterbij misschien dan
veel mensen denken als ze naar de bioscoop gaan.ʼ We hebben hier te maken met
een evenement, aldus Valkenburg: ʽJuist
door die live muziek verandert het hele
karakter ervan. Uiteindelijk wordt het veel
meer een gezamenlijke beleving die echt
alleen op dat unieke moment in de tijd
plaatsvindt. Dat komt dan erg overeen met
6
een opera-uitvoering, een toneelstuk of een
concert.ʼ
dinerbuffet. Wat kwam er bij deze logistieke operatie allemaal kijken? Valkenburg:
ʽEen van de belangrijkste dingen is de dirigent en het orkest bij elkaar brengen.
Daarnaast de enorme technische uitdaging:
drie projectoren, die schermen, de enorme
schaal plus het bijna militaire planningsgedeelte van de maaltijden. En daarnaast de
publieksstromen gedurende het hele verloop van zo'n lange dag, van die simpele
dingen als hoe vinden mensen hun weg tot
de meest complexe technische projectievraagstukken. Er zitten behoorlijk wat voeten in de aarde, maar wat ons betreft dubbel en dwars waard.ʼ
Napoléon is een legendarische film. Na de
triomf bij de première in 1927 raakte de
film alras in de vergetelheid, niet in de
laatste plaats omdat hij sterk werd ingekort. Het is te danken aan de inzet en het
niet aflatende enthousiasme van de Engelse
filmhistoricus Kevin Brownlow dat Napoléon praktisch geheel in zijn oude staat is
teruggekeerd. Waarom is dit jaar gekozen
voor deze film? ʽWe hebben eerder een
film van Abel Gance gehad in het festival,
J'accuse!, met nieuw gecomponeerde muziek, dus er is een relatie met Gance. Van
Napoléon is er een nieuwere versie van de
film dan die eerder in Nederland vertoond
is. Het is dertig jaar geleden dat die film in
Nederland was en in de tussentijd is nog
veel door Kevin Brownlow gesleuteld aan
de film. Er zijn nieuwe scènes opgedoken
en gemonteerd en ook zijn er scènes uitgehaald omdat men ontdekte dat er shots
dubbel in de film voorkwamen. Maar uiteindelijk duurt de film nu langer dan de
versie die hier ooit vertoond is, daar is ook
nieuwe muziek bij gecomponeerd door
Carl Davis. Dus dit is eigenlijk de Nederlandse première van deze versie van de
film en we zijn als festival natuurlijk erg
gebrand op bijzondere nieuwe dingen. Dus
daarom dat dit een aantrekkelijke mogelijkheid voor ons was, ook omdat we dit
samen konden doen met Mojo Concerts en
met de Ziggo Dome, waar men ook vertrouwen heeft in een groots, spectaculair
evenement. Het was voor ons ook interessant om een nieuwe zaal in het festival te
hebben. En zo kwam alles mooi bij elkaar
en we zijn erg gelukkig dat we het zo hebben kunnen realiseren.ʼ
Carl Davis (foto: Richard Cannon).
Over de samenwerking met Carl Davis is
Valkenburg lovend: ʽHij is niet alleen een
geweldige componist, maar ook een fantastische dirigent en een bijzonder prettige
man om mee te werken. Hij was heel enthousiast over dit project. Hij is niet de
jongste, maar staat toch vijfenhalf uur te
zwaaien en dat is puur uit liefde voor deze
film. En dan die energie die hij - neem ik
aan - ook van zijn eigen muziek krijgt en
wij als kijkers met hem. Het is zo'n fantastische productie dat hij als een kind zo blij
is dat hij het weer een keer kan doen, dus
dat maakt het wel een stuk prettiger werken.ʼ
Logistiek
De voorstelling op zondag 15 juni kan
gerust een marathonvoorstelling worden
genoemd die van 's middags 14.00 uur tot
's avonds 22.00 uur duurde met liefst drie
pauzes - waaronder een pauze inclusief
7
Carl Davis repeteerde twee volle dagen
met het Gelders Orkest plus nog een generale repetitie in de zaal. ʽEigenlijk valt het
wel mee. Vergeleken met een operaproductie of een ander orkestproject is het niet
eens bijzonder veel tijd. Voor een groot
deel is de muziek samengesteld uit bestaand repertoire: Beethoven, Berlioz, Mozart, ze komen allemaal voorbij en dat is
repertoire dat zo'n orkest op zijn duimpje
kent. De Eroïca, die ooit door Beethoven
was opgedragen aan Napoleon of de Egmont ouverture die je voortdurend hoort,
dat zijn stukken die dit orkest al honderden
keren heeft gespeeld. Ze zijn nu net even in
een ander verband ingemetseld en dat moet
even gerepeteerd worden, maar de noten
zelf kennen ze voor een groot deel al en
dan is er natuurlijk nog het gedeelte dat
Davis er zelf aan heeft toegevoegd, dat
Eagle of Destiny thema dat technisch gezien niet heel veel obstakels meebrengt,
dus dat kan uiteindelijk snel en efficiënt
worden ingestudeerd.ʼ
noot en soms klonk zij uitgelaten humoristisch wat dan weer tot gelach onder het publiek leidde. Dat veelal oudere publiek was
toch vrijwel immer in stil ontzag voor de
weergaloze beeldenpracht. Misschien wel
de grootste verdienste van de muziek was
dat de klassieke stukken en de originele
score naadloos in elkaar over wisten te
gaan en aldus tot een uniform geheel wisten te geraken. Tegen het einde pakten Davis en het Gelders Orkest onder het wonder
van de drie beeldschermen flink uit alsof
hun leven ervan afhing, met Davis op volle
sterkte. Na een stormachtig applaus riep de
Amerikaan Kevin Brownlow op het podium die verwoordde wat menig toeschouwer in de zaal vast ook dacht: Napoléon is
de beste film aller tijden met de grootste
score ooit.
De grote dag
De faam van Napoléon zit hem niet alleen
in de muzikale omlijsting. Voor een zwijgende film uit 1927 zijn de indertijd volslagen nieuwe en revolutionaire film- en
montagetechnieken als mobiel camerawerk
en Polyvision-opnamen nog steeds adembenemend. Ondanks het vooruitzicht acht
uur te moeten of mogen vertoeven in de
immense Ziggo Dome vlogen de uren
voorbij. Het vlotte ritme van de meeste
stukken gaf de epische film een enorme
vaart. Soms waren er de bekende klassieke
stukken en dan weer de originele score van
Davis, een weldadige mix die sommige nu
toch wat oubollige dan wel wat al te melodramatische scènes aangenaam wisten te
verfrissen. De score kende verder talloze
strijdliederen, volksmuziek uit Corsica plus
een plukje volkslied, zowel het Britse als
de Marseillaise waarvan het ontstaan ook
in prachtige beelden en muziek over het
voetlicht kwam. Meestentijds was de muziek opgewekt met zo nu en dan een trieste
Albert Dieudonné als Napoléon.
Terugblikkend op dit exceptionele evenement, merkt Carl Davis op: ʽOver de voorstelling ben ik zeer tevreden: een volle
zaal, een prachtig orkest, een vlekkeloze
technische ondersteuning, wat wil je nog
meer!ʼ De wereldpremière van deze gerestaureerde versie vond in 2012 plaats in
8
Na afloop van de voorstelling van Napoléon in de Ziggo Dome in Amsterdam.
Oakland, Californië en werd een jaar later
in Londen nog eens herhaald. Voor de derde productie, in Amsterdam, heeft Davis
niets aangepast aan de muziek. Over de
samenwerking met het Gelders Orkest:
ʽNederlandse orkesten hebben heel veel
ervaring opgedaan in het begeleiden van
zwijgende films en voor het Gelders Orkest geldt dat ook. Ik had niet kunnen verwachten dat zij de werken van Haydn, Mozart en Beethoven zo prachtig zouden spelen, ook door een aantal uitzonderlijke solisten. Heel vaak zei ik tegen mezelf: dit is
het beste spel ooit.ʼ
reactie van het publiek na afloop was dan
ook een welkome beloning voor de dirigent: ʽDat was echt geweldig. Het was een
immense onderneming voor mij, zowel de
voorbereiding als de uitvoering, maar als ik
het enthousiasme weer voor de geest haal,
dan is dat allemaal zeker de moeite waard
geweest.ʼ
Jochem Valkenburg ten slotte over toekomstige film+muziekprojecten van het
Holland Festival: ʽEr is binnen film een
enorme reikwijdte en, zeg maar, dat domein zit op mijn radar, net als allerlei andere domeinen. Met het Holland Festival is
het niet zo dat we een lijstje hebben wat we
af moeten vinken: we moeten nog een opera, we moeten nog een film, we moeten
nog een dit en dat, zo werkt dat niet. Wij
kijken altijd per project. Is het bijzonder?
Is dit iets wat we willen doen? Past dit in
het festival? Zo ja, dan doen we het of het
nou een film is of een dansvoorstelling.
Het moet exclusief zijn, want er is het hele
jaar door best veel met live muziek te zien.
Wanneer het iets toevoegt aan het bestaande, dan is het voor ons interessant. En dat
kan heel goed op het vlak van film weer
voorkomen.ʼ
PS
Hoe heeft Davis (77) in vredesnaam deze
uitdaging fysiek doorstaan? Hij moest zich
immers vijfenhalf uur letterlijk staande
houden als dirigent. ʽEr was wel een kruk
ter ondersteuning, maar die heb ik nauwelijks gebruikt. Om de acht uur durende
voorstelling tot het einde vol te houden had
ik de pauzes wel nodig. Behalve de fysieke
inspanning is een hoge mate aan concentratie vereist om zowel vaardig te dirigeren
als de synchronisatie met de film voortdurend te bewaken. De adrenaline die bij
deze krachttoer vrijkomt biedt een extra
fysieke en mentale stimulans die nodig is
voor zo'n lang spektakel.ʼ De uitbundige
9
HOFLEVERANCIER VAN JONG FILMMUZIEKTALENT
In gesprek met HKU-docent Rens Machielse
Ze zijn jong, timmeren al gauw flink aan de weg en hebben allen dezelfde onderwijsachtergrond: Herman Witkam, Jorrit Kleijnen, Alexander Reumers en Vidjay Beerepoot. De afgelopen jaren kwamen ze in Score aan het woord en staken ze hun enthousiasme over hun opleiding aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) en over Rens Machielse, hun bezielende docent aldaar, niet onder stoelen en banken. Score sprak onlangs met Machielse over
zijn werk aan de HKU.
HKU Muziek en Technologie in Hilversum. Hier kunnen studenten negen vierjarige bacheloropleidingen volgen, waaronder Compositie voor de Media, Sound Design en Audio Design. Studenten belanden
na hun opleiding veelal in de creatieve en
culturele industrie waar ze door hun brede
opleiding werkzaam zijn op het snijvlak
van muziek, geluid en technologie.
Kun je bij Muziek en Technologie spreken
van een volwaardige opleiding tot filmcomponist? Machielse: ʽEigenlijk niet, dat
is het grappige bij ons. Als je het goed bekijkt, dan zie je eigenlijk één opleiding:
Muziek en Technologie. Daarbinnen doen
studenten een basisjaar, waarin ze alles van
muziek tot technologie krijgen en waarin
ze met allerlei dingen kennis maken, ook
met allerlei dingen waar ze geen idee van
hebben, bijvoorbeeld industrial sound design. Vanuit dat eerste jaar gaan ze twee
keuzetrajecten volgen, want dat dwingt ze
om over de schutting heen te kijken. Wanneer iemand Compositie voor de Media wil
doen, moet hij bijvoorbeeld ook productie
doen of sound design of klankontwerp, afhankelijk van wat hij verder nog interessant vindt. Dus dat maakt al dat hij een
veel breder profiel gaat krijgen dan alleen
maar Compositie voor de Media.ʼ
Rens Machielse.
Rens Machielse (1952) heeft als filmcomponist een dertigtal scores voor documentaires, korte en lange films op zijn naam
staan. Sinds 1990 is hij als docent verbonden aan de HKU. De hogeschool biedt studies aan op velerlei gebied: van beeldende
kunst tot theater en van muziek tot kunstmanagement. Momenteel is Machielse
fulltime werkzaam aan de hogeschool.
Behalve als docent en onderzoeker is hij vanaf 2007 - ook directeur van de school
Strijkkwartet
Dat brede profiel wordt ook in andere jaren
op diverse wijzen gestalte gegeven. ʽDe
10
student heeft binnen die compositielijn ook
weer verschillende keuzen. Hij doet Compositie voor de Media, maar je kunt je ook
op Songwriting gaan richten. Dat zijn allemaal blokken achter elkaar gedurende jaar
2 en 3, waar de studenten telkens opnieuw
een keuze moeten maken binnen die compositielijn en daar is altijd een blok bij
waarin niets is over media. Dan worden ze
gedwongen om bijvoorbeeld een compositie voor strijkkwartet te kiezen en worden
ze even van die lijn afgehaald. Dus er ligt
in dat opzicht geen rechtlijnig pad dat van
begin tot eind alleen maar over Compositie
voor de Media gaat. We dwingen ze echt
om af en toe verschillende zijpaden in te
slaan om daar rond te kijken. Ze ontdekken
in het eerste jaar ook andere talenten bij
zichzelf die ze helemaal niet vermoed hadden. En omdat ze die twee trajecten moeten volgen ontwikkelen ze ook een profiel
dat vaak veel interessanter is dan alleen
maar puur componist voor de media. Dat is
onze filosofie in de hele opleiding. Anders
dan sommige opleidingen die zich Compositie voor de Media noemen en alleen maar
daarmee bezig zijn, zijn wij in dat opzicht
veel breder en algemener.ʼ
studenten uit een andere discipline. Machielse: ʽDan gaat het in studiejaar 3 en 4
over allerlei andere zaken: hoe werk je samen met regisseurs, animatoren en producers? Want uiteindelijk is communicatie in
dit vak nog belangrijker dan je muzikale
kunnen. Je moet natuurlijk wel kwaliteit
leveren als componist, maar als je heel
goed begrijpt hoe regisseurs en producers
werken en op wat voor manier iemand zijn
verhaal wil vertellen in een film en je kunt
daar goed over praten en communiceren,
dan zullen mensen veel sneller en langer
met je willen samenwerken.ʼ
Een mooi voorbeeld van samenwerking is
een afstudeerproject in het vierde jaar. ʽWe
zetten twee virtuele bedrijfjes op bestaande
uit componisten en sound designers, want
dat is vaak een vorm die je tegenkomt in
het werkveld. Die bedrijfjes gaan een half
jaar lang met elkaar samenwerken en komen op een verdieping te zitten, waar al
die andere studenten van Muziek en Technologie, maar ook van de opleidingen Media en Games en Interactie zitten. Al die
mediastudenten gaan documentaires, kleine speelfilms, leaders en commercials maken. Daar is allemaal muziek en geluid
voor nodig. Wat je in feite doet is een soort
nabootsing van het werkveld creëren, wel
virtueel natuurlijk want ze hebben geen
echte budgetten. Ze leren om binnen het
verloop van een half jaar aan meerdere
projecten te werken, waarbij het lastig is
omdat al die projecten dezelfde dynamiek
hebben, namelijk tegen het einde moet het
klaar zijn. Dus zij moeten heel erg goed
gaan plannen en ook leren wanneer ze nee
moeten gaan zeggen of bepaalde eisen stellen zoals: ik moet nu de montage hebben,
want anders heb ik te weinig tijd om de
muziek te maken. Ze leren daar enorm veel
Een leerzaam project in het derde jaar is
Compositie voor zwijgende film. ʽDat is
een horde die ik heel bewust opwerp voor
die componisten voor de media omdat het
heel lastig is. Want zwijgende films kunnen, zeker in de ervaring van jonge mensen, enorm saai zijn omdat er minutenlang
niets gebeurt. Ook is er geen geluid, dus ga
er maar aan staan. Ik zeg dan altijd: als je
dit overleeft en je vindt het nog steeds
leuk, dan heb je kans dat je componist voor
de media kunt gaan worden.ʼ Ook is er in
het derde jaar ruimte voor een stage van
drie maanden die de studenten zelf moeten
regelen.
Studenten die na hun afstuderen als filmcomponist aan de slag gaan doen in de regel de opleiding Compositie voor de Media. Tijdens de vierjarige studie wordt veel
nadruk gelegd op het samenwerken met
11
Rens Machielse tijdens een college in 2012.
van, dat zeggen ze ook zelf. Natuurlijk
doen we ook oefeningen in jaar 2 en 3,
maar in jaar 4 is het menens. Wat er ook
gebeurt, is dat ze gigantisch netwerken
onder hun generatiegenoten. Ze proberen
natuurlijk ook wel aan de bak te komen
daarbuiten. Zo zijn er regisseurs en producenten die al contacten met componisten
hebben. Die hebben vaak al samenwerkingsverbanden met componisten. Het is
dus heel verstandig om in een generatiegenoot te investeren, want daar kan het
werk van komen in de toekomst.ʼ
technologie en het werken met digitale orkesten heeft een praktische reden. ʽWij
doen met opzet geen orkesten. Wat studenten wel doen is soms in het afstudeerjaar zelf een orkest regelen. Maar wij
richten ons daar niet specifiek op, ook
omdat dat niet de praktijk van de Nederlandse filmindustrie is. Het gebeurt natuurlijk wel, maar dat is pas als je verderop
in een carrière bent. Als je net bent afgestudeerd zal het niet gebeuren dat je gelijk
de beschikking krijgt over een symfonieorkest om daarmee filmmuziek op te
nemen.ʼ
Hoe belangrijk is de technologische component binnen de locatie Muziek en Technologie? ʽStudenten leren om die technologie in te zetten, ik noem het even digitale
orkesten maken. Als je kijkt naar een
soundtrack, die kan puur met behulp van
technologie gecreëerd worden, bijvoorbeeld met samples, waardoor je toch nog
steeds het idee kunt hebben dat in ieder
geval een deel echte instrumenten zijn.
Aan de andere kant is er het orkest of een
akoestisch ensemble. Zelfs aan die andere
kant gebruik je heel veel technologie, maar
dan gaat het bijvoorbeeld in de opname en
de productie ervan zitten.ʼ Deze nadruk op
Na de studie
In het eerste jaar van Muziek en Technologie stromen negentig studenten de opleiding binnen. De vraag is groot, slechts een
op de vijf gegadigden kan na een strenge
selectie worden geplaatst. Aan het eind van
het vierde jaar studeren rond de 60 studenten af, waarvan een handvol in de richting
Compositie voor de Media. Waar komen
studenten van deze richting na hun afstuderen allemaal terecht? ʽIn Nederland is het
vrijwel onmogelijk om alleen maar van
filmmuziek te leven. Iemand als Herman
12
Witkam doet niet alleen film, hij combineert dit met tv, commercials, animaties,
documentaires en soms opdrachten voor
het theater. Dat is over het algemeen de
praktijk van een componist voor de media
in Nederland. Je kunt je wel helemaal richten op film, maar dan moet je veel internationaler gaan werken. Alleen van de Nederlandse filmindustrie ga je het nooit van
zijn leven redden.ʼ
het proces gericht zijn, vind ik ook belangrijk.ʼ
Als directeur van de locatie Muziek en
Technologie is Machielse belast met zowel
zakelijk als inhoudelijk management, het
leiding geven aan een veertigtal docenten
en het aansturen van onderzoek. Daarnaast
is hij docent. Wat leert hij zijn studenten?
ʽHoe muziek werkt ten opzichte van beeld
en het verhaal dat je wilt vertellen. Wat je
als componist heel vaak doet, is dat je aan
het experimenteren bent, en dat levert heel
veel inzichtelijke ervaringen op. Dan ervaar je, als je de muziek twee seconden
naar voren legt, dat je soms een geheel andere scène krijgt. Daar kan ik natuurlijk
wel over vertellen, maar de studenten
moeten het met name ervaren. In mijn
eigen praktijk leverde dat soms een raar
gevoel van macht op: zal ik de kijkers hier
laten schrikken of zal ik ze daar laten
schrikken? Dat is een heel belangrijk inzicht dat studenten moeten krijgen. Daarnaast is er het compositieproces: je moet
leren inschatten hoe lang je over iets doet
en door wat voor soort fasen je heen gaat,
hoe je materiaal moet genereren en hoe je
vervolgens met kleine stukjes materiaal
een compositie in elkaar gaat timmeren. En
hoe verhoudt zich dat dan tot een regisseur
of een editor waar je mee moet samenwerken? Al die samenwerkingsprocessen moet
je ook leren. Dat een editor eigenlijk veel
belangrijker is dan een regisseur, want de
editor begint met de montage en gaat met
temporary music werken, waardoor jij in
de ellende kunt komen. Je kunt maar beter
jouw muzikale schetsen aan die editor geven zodat hij met jouw muziek aan de gang
gaat. Al dat soort afwegingen die meer op
Voor hun master kunnen studenten zich
verdiepen in compositietechnieken of een
vraag als: hoe kun je een samenwerkingsproces anders inrichten? Als onderzoeker
houdt Machielse zich ook bezig met dit
veranderende postproductieproces inzake
de rol van componist en editor. Hij kan
daarbij putten uit zijn eigen ervaring als
filmcomponist. Die carrière beëindigde hij
in 2006 met de documentaire Blond, Blue
Eyes over Rutger Hauer teneinde zich helemaal te kunnen wijden aan zijn werk aan
de HKU. ʽWat ik leuk vind aan lesgeven is
dat het je heel erg dwingt om na te denken
over wat je doet. Want er was in de tijd dat
ik begon met lesgeven helemaal geen theorie over het componeren van filmmuziek,
behalve enkele boekjes in Amerika. En dus
werd ik gedwongen om aan eigen theorievorming te doen. Dus heel simpel: wat doe
ik als ik filmmuziek componeer? Ik voel
me alleen al bevoorrecht dat ik op zo'n
plek kan zitten waar ik zelf heel veel leer.
Dat is ook de reden waarom al die docenten bij mij zitten, dat zijn allemaal hotshots
in hun vak. Je leert veel van lesgeven,
maar omdat er heel veel verschillende disciplines rondlopen leren we ook heel veel
van elkaar.ʼ
PS
13
‘HIJ NEEMT ELKE STUDENT SERIEUS’
Student-componist Dennis Braunsdorf over docent-componist Rens Machielse
Sinds 2009 studeert Dennis Braunsdorf “Compositie en Productie voor de Media” aan de
Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) in Hilversum. In die hoedanigheid heef hij te
maken met Rens Machielse, als docent en als leider van de muziekafdeling. In 2013 ontving
Braunsdorf het Bachelor of Music diploma. Hij doet nu de tweejarige masteropleiding aan de
HKU. Naast zijn studie is hij sinds drie jaar professioneel actief als freelance componist bij
voornamelijk commercials en korte films. Vaak gaat het om korte stukjes korte muziek van
dertig tot veertig seconden. Braunsdorf waardeert de Hilversumse opleiding zeer. ‘Het bachelortraject duurt vier jaar met verschillende afdelingen binnen Muziek en Technologie; je
kunt bijvoorbeeld, zoals ik, Compositie en Productie kiezen, maar ook Studiotechnologie,
Sound Design, of Compositie en Performance. In de eerste twee jaren krijg je daarbij een
heel breed aanbod. Dat is goed, omdat studenten vaak niet goed weten wat bijvoorbeeld een
vak als Sound Design precies inhoudt. Zo kun je bepalen welke kant je precies op wilt.’
Had je van begin af aan te maken met Rens
Machielse als docent?
Dennis Braunsdorf: ‘Ja, hij was er al in het
eerste jaar. Rens geeft eigenlijk ieder jaar
wel een lesreeks. In het eerste jaar kregen
we de opdracht om bij een korte film van
Erwin Olaf muziek te schrijven. In het
tweede jaar moesten we composities maken voor drie commercials. Ook in de
masterfase word ik begeleid door Rens.’
Wat voor soort docent is hij?
‘Zijn kracht is dat hij elke student heel erg
serieus neemt. Voorbeeld: in het eerste jaar
heb ik hem een film gestuurd die ik nu heel
slecht vind, met slechte muziek ook. Maar
hij nam toch de moeite om daar naar te kijken en er serieus op in te gaan. Dat vind ik
heel erg goed. Voor elk groot of klein probleem kun je bij hem terecht. Dat geeft je
als student een vertrouwd gevoel. Bovendien reageert hij altijd erg snel op vragen,
via internet of als je hem op de gang tegenkomt. Zelfs als je hem zondagavond om
tien uur een mailtje stuurt. Verbazingwekkend: studenten vragen zich wel eens af
hoe hij dat doet. Heeft hij misschien een
dubbelganger? Hij brengt verder een enorme praktijkervaring met zich mee. Toen ik
op zoek was naar mijn artistieke profiel,
Dennis Braunsdorf.
heeft hij mij uitgelegd hoe hij dat zelf heeft
aangepakt. Dat is waardevol en maakt hem
geloofwaardig als docent. Wat zijn lessen
ook sterk maakt is dat hij je weliswaar veel
informatie geeft maar je niets opdringt.
Sterker nog, hij wil dat zijn studenten initiatief nemen. Of dat nu de ontwikkeling
van je muziekstijl betreft of het vinden van
een stageplaats. Hij helpt je altijd om de
nodige stappen te zetten, maar uiteindelijk
is het de verantwoordelijkheid van de student. Toen ik stage wilde lopen bij Massive Music in Shanghai heb ik hem gevraagd
om mij wat contacten te geven, maar ik
heb vervolgens zelf alles geregeld. Zo
moet het ook zijn. En hij geeft altijd een
objectieve mening over je muziekstijl en
14
Dennis Braunsdorf.
over je plan van aanpak. Hij kijkt of wat je
hebt gemaakt bij het beeld past. Zijn eigen
smaak of stijl speelt daarbij geen rol.’
Je hebt je eigen compositietechniek ontwikkeld waarmee je naar eigen zeggen unieke
klanken voor ieder project schept. Wat
houdt dat in?
‘Ik ontwikkel dat nu verder in mijn mastertraject. Ik componeer in plaats van met losse noten, met grotere bouwstenen, met frases. Zo leg ik een link tussen de oude muziektheorie en de moderne muziekproductie en muziektechnologie. Daardoor schep
ik andere, naar mijn gevoel ook natuurlijker klanken. Dat heb ik ook bij de film
Rood gedaan. Blijkbaar werkt het goed.’
Heb je tijdens de opleiding zo ook je eigen
stijl ontdekt?
‘Jazeker. Dat is het sterke van de HKU.
Zeker in het begin van de studie wordt een
goede en brede basis gelegd als het gaat
om compositie- en productietechnieken. En
je wordt aangespoord om veel te doen. Zo
ontwikkelt zich in de loop der jaren een eigen stijl. Een eigen muzikaal visitekaartje.’
In mei kreeg je de Buma Music in Motionprijs voor je muziek bij de korte film Rood.
De jury had het over bijzondere, sferische
muziek die perfect past bij de film. ʽEen
geslaagde minimalistische score zonder
gebruik te maken van sample-libraries of
synthese, maar met unieke klanken.ʼ Hoe
belangrijk is zo’n prijs?
‘Heel belangrijk. Het maakt de buitenwereld attent op mijn werk. Men ziet dat ik
iets kan. Maar ik ben niet iemand die nu
alleen nog maar prijzen wil winnen. Het
product dat je maakt moet goed zijn, en
daarbij gaat het in eerste instantie om de
film.’
Terug naar Rens Machielse: je zult met
hem vast ook bespreken wat je ambities
zijn. Wat voor soort componist wil je
worden?
‘We hebben het daar vaak over. Dat is een
lang proces. Vandaar ook die zoektocht
naar mijn artistieke profiel. Dat moet ik
zelf vinden, en ik moet me daarbij niet laten sturen door anderen, vindt hij. Maar
Rens zei me laatst wel dat je in deze tijden
niet alles meer kunt doen. Dat je moet focussen op een specifieke branche, documentaires bijvoorbeeld. In mijn geval is dat
momenteel heel specifiek: ik schrijf nu
veel orkestrale composities gecrossfade
met moderne elektronische klanken voor
autocommercials.’
HM
15
GLADIATOR: HOOGSTAAND FILMMUZIKAAL SPEKTAKEL
Op donderdag 19, vrijdag 20 en zaterdag 21 juni jongstleden was er een bijzonder filmmuziekconcert in De Doelen in Rotterdam. Het Rotterdams Philharmonisch Orkest speelde de
muziek bij de vertoning van de kaskraker Gladiator. Er was een extra voorstelling voor nodig
om de grote belangstelling van dit spektakel Gladiator Live op te vangen. Ondergetekende
was bij de vrijdageditie aanwezig. Het Rotterdams Philharmonisch Orkest speelde de door
Hans Zimmer gecomponeerde muziek in een absoluut niet uitverkochte mooie zaal. Een
groots orkest onder een groot doek waarop de film werd geprojecteerd. Daarnaast het 60
man sterke koor van het Laurens Collegium Rotterdam, allemaal onder de bezielende leiding
van dirigent Ludwig Wicki. Deze voorstelling past in de serie niet-traditionele producties van
het orkest waarmee De Doelen een nieuw publiek tracht te bereiken. En: de aanwezigheid van
de stem van componiste Lisa Gerrard die zorgde voor een bijzonder muzikaal sausje over dit
concert.
Het programma Gladiator Live is de opvolger van de trilogie The Lord of the
Rings Live dat de afgelopen paar jaar ook
in De Doelen door het Rotterdams Philharmonisch Orkest werd uitgevoerd. Nu dan
Gladiator, de film van Ridley Scott, nu bezig met de film Exodus. De film won vijf
Oscars: die voor beste film, beste acteur,
kostuums, geluid en effecten. Daarnaast
nog eens 52 andere hoofdprijzen waaronder twee Golden Globes en vier BAFTA
Awards en verder 108 nominaties. De film
blijft ook bij dit weerzien in De Doelen een
indrukwekkende spektakelfilm, helemaal
in de stijl van de gouden klassieker Spartacus met Kirk Douglas. De acteurs zijn fenomenaal. Russell Crowe als Maximus (recent zagen we hem in Noah en Man of
Steel), Joaquin Phoenix als Commodus (recent in een hoofdrol van Her) en Connie
Nielsen. En schitterende bijrollen van allemaal jammer genoeg reeds overleden acteurs als Oliver Reed, David Hemmings en
Richard Harris. Hans Zimmer kent de
trouwe lezer natuurlijk. Eind jaren ’80
richtte hij Media Ventures op, een bedrijf
16
waar jonge componisten een kans kregen
filmmuziek te gaan schrijven, begeleid
door Zimmer. Jeff Rona, Mark Mancina,
Harry Gregson-Williams en John van Tongeren waren componisten van dat eerste
uur. De lijst van Zimmer is indrukwekkend. Van Pearl Harbor en Hannibal, The
Thin Red Line en Crimson Tide tot recente
films als The Amazing Spider-Man 2, Son
of God en Man of Steel. Inmiddels de score
voor 163 films gemaakt, maar vooral tegenwoordig als music producer op de aftiteling van films te zien. Het hoofdthema
van Gladiator had Zimmer binnen tien
minuten gemaakt, vertelde hij Peter Simons bij een interview met hem tijdens het
Filmfestival van Gent in oktober 2000.
zangstem. Wel zo toepasselijk gezien de
dood van Maximus op het eind van Gladiator. Gerrard is van Ierse komaf. Dat is
terug te horen in de muziek. Als je al een
taal denkt te horen in de voortgebrachte
klanken dan is het Iers. De Gerrard-sound
is geheel terug te leiden uit haar lange muzikale ervaring met de groep Dead Can
Dance. Een mengeling van punk- en new
waveachtige muziek. Kortom, niet in één
hokje te vangen. Het zijn geluidsgolven
met een hallucinerend effect die diep doordringen in je gevoel en je raken door de
emotionele zetting van de muziek en het
filmverhaal. En haar contra-alt-stem doet
de rest.
Zimmer werkte samen met de Australische
zangeres Lisa Gerrard. Zij had haar eigen
groep Dead Can Dance, een band die heel
aparte avant-gardistische muziek maakte.
Zimmer had die muziek gehoord en wilde
Gerrard onmiddellijk hebben. De samenwerking resulteerde in een betoverende
score voor Gladiator waarbij Gerrard
vooral de emotionele kant van het verhaal
voor haar rekening nam. Gerrard is inmiddels 53 jaar en heeft meegewerkt aan veertig films. Soms alleen de muziek, soms met
een of meer songs. Luister vooral eens naar
haar in Heat, The Insider, Whale Rider,
Ichi of recent bij I, Frankenstein en Son of
God. Van haar stem en teksten in een zelfbedachte taal krijg je kippenvel tijdens dit
concert. Enkele redacteuren van het filmmuziekmagazine hadden dit gevoel ook
tijdens een interview met haar in oktober
2000 in Gent. En de brandende vraag was
natuurlijk: in welke taal zingt zij het thema
Now We Are Free, de finale van Ridley
Scott’s epos? ʽHet is de taal van het hart,ʼ
zegt Gerrard, ʽhet is een verzonnen taal die
ik rond mijn twaalfde jaar ontdekte. Ik gebruikte het vooral om tegen God te praten.ʼ
Haar gedachte is dat je een persoonlijke
band kunt hebben met God waarbij een organisatie als een kerk overbodig is. Die
boodschap wil Gerrard uitdragen met haar
Zelden een filmmuziekconcert bijgewoond
waarbij de zaal tijdens het gehele concert
zo stil en geconcentreerd luisterde en vooral opvallend bij de fragmenten waarbij Lisa Gerrard zong. Adembenemend, kippenvel. Dit mag vaker gebeuren. En voor iedereen die de muziek voor het eerst hoorde: de soundtrack-cd was ter plekke voor
10 euro te koop met een gratis handtekening van Gerrard. En wat wil je nog meer
als sluitstuk voor een drie uur durend concert.
JW
17
BOEKBESPREKING: Muziek als beslissende factor
Verleden jaar zag een langverwacht boek het licht. Christine Lee Gengaro's Listening to
Stanley Kubrick: The Music in his Films (zie Score 173) bewees zich als een uiterst bruikbare
inventaris van alle muziek die in de films van Stanley Kubrick voorkwam. Van een muzikale
duiding was in dit boek amper sprake. Daarin voorziet Kate McQuiston in We'll Meet Again:
Musical Design in the films of Stanley Kubrick wel in hoge mate.
Shining en Eyes Wide Shut uitvoerig aan
bod. Kennis van het publiek met klassieke
stukken (2001), de oorsprong van de muziek in de film (EWS), karakters beter leren
kennen (Barry Lyndon), het onzegbare met
muziek tot uitdrukking brengen (Lolita),
het wordt allemaal op vrij academische
wijze uitgediept en met talloze voorbeelden toegelicht.
Maar misschien wel het meest opzienbarend is het laatste hoofdstuk waarin
McQuiston Kubrick vergelijkt met Max
Ophüls, een regisseur waarvoor Kubrick
een diepe bewondering koesterde. Hun gebruik van de wals bijvoorbeeld heeft veel
overeenkomsten, maar ook hun voorliefde
voor Arthur Schnitzler (Ophüls verfilmde
diens Liebelei en Kubrick diens Traumnovelle) beschrijft McQuiston, wat tot menig
verfrissend inzicht leidt.
We'll Meet Again is misschien wel het bekendste liedje dat ooit in een film van Kubrick werd gebruikt (in Dr. Strangelove
(1964)). Kate McQuiston, hoogleraar musicologie aan de Universiteit van Hawaï in
Manoa, heeft toegang gehad tot het Kubrick archief in Londen. Een schat aan informatie kwam daarbij aan het licht, waarvan McQuiston dankbaar gebruik heeft gemaakt. Brieven, memo's en andere documenten werpen een soms nieuw licht op de
muzikale ideeën van de regisseur die muziek in zijn films altijd zeer weloverwogen
inzette.
Op de voorlaatste pagina lezen we dat Kubrick dirigent had willen worden als hij
geen regisseur was geworden. Deze onthulling zal eenieder die het betrekkelijk
kleine œuvre van de lange tijd in Engeland
werkzame Amerikaan heeft gezien nauwelijks verbazen. Soms lijkt het erop dat muziek in zijn films belangrijker is dan beelden of geluid. Kate McQuiston heeft veel
nuttig onderzoek gedaan, maar er blijven
nog genoeg vragen. Het laatste woord is
nog niet gezegd; na lezing van dit boek
kijken en luisteren we beslist nog beter
naar zijn films.
Niet al zijn films heeft McQuiston in muzikaal opzicht tegen het licht gehouden. Zo
komt Spartacus (1960) nergens ter sprake
en worden de originele stukken van Jocelyn Pook voor Eyes Wide Shut (1999)
evenmin nader onderzocht. Zoals de titel
van het boek aangeeft beperkt McQuiston
zich grotendeels tot bestaande muziek die
de regisseur ter versterking van zijn beelden gebruikte. Om die reden komen films
als Lolita, 2001: A Space Odyssey, A
Clockwork Orange, Barry Lyndon, The
We'll Meet Again: Musical Design in the
Films of Stanley Kubrick. Kate McQuiston.
Oxford University Press, Oxford, 2013.
ISBN 978-0-19-976766-3, 235 p. Prijs: €
21,99 (Bol.com).
PS
18
CD-RECENSIES
THE DOUBLE
Milan Music 36681-02
24 tracks, 51:45
The Double is de opvolger van Submarine (2010), de opmerkelijke debuutfilm van de Britse filmregisseur Richard
Ayoade. In The Double speelt Jesse Eisenberg een voor
zijn omgeving onzichtbare kantoormedewerker die op een
dag een nieuwe collega krijgt die als twee druppels water
op hem lijkt, maar in wezen zijn volstrekte tegenbeeld is.
Die gespletenheid van het hoofdpersonage heeft componist Andrew Hewitt in zijn muziek trachten te verwerken.
Met een klein ensemble, bestaande uit cello, piano en viool creëert Hewitt een indringend
hoofdthema waarin staccato vioolklanken de nare omgeving van Simon, de kantoorklerk,
onontkoombaar maken. De dualiteit van Simon en zijn dubbelganger James komt mooi naar
voren in The Switch (Part 1 en 2) waar ditmaal de cello de hoofdrol in staccatovorm speelt.
Minder beladen is het door piano uitgevoerde thema van Hannah, de collega van Simon die
zijn verlangens niet beantwoordt. Begint de score vrij kaal met voornoemde drie instrumenten, gaandeweg is er meer orkestrale begeleiding en tussendoor trakteert Hewitt ons op nummers als Mr. Papadopoulos en Melanie's Computer Game waar enkel geluiden een melodie of
ritme nabootsen. Met The Double valt heel wat te beleven. De creatieve composities zorgen
voor een krachtige opvolger van Submarine.
PS
EDGE OF TOMORROW
WaterTower Music
22 tracks, 45:31
Christophe Beck kennen we als meester van de romantische en komische muziek. The Hangover reeks was een
van zijn grootste successen van de afgelopen jaren en met
Frozen stootte hij eerder dit jaar door naar de top in Hollywood. De sciencefictionfilm Edge of tomorrow met
Tom Cruise en Emily Blunt in de hoofdrollen vormt een
betrekkelijk nieuw filmgenre voor de Canadees. Geheel
in stijl gebruikt hij veel elektronica naast orkestrale klanken met als resultaat een vrij aantrekkelijke mix die veelal op de achtergrond een futuristische
wereld ondersteunt die bolstaat van ontreddering en dreiging. Opvallend kenmerk van het merendeel der composities is de melodische basis. Die horen we onder meer terug in het hoofdthema waarmee de cd begint. Ook in de track Solo Flight is de mix van elektronisch en orkestraal zeer goed gelukt. Juist die afgewogen mix naast de melodische lijnen in de verschillende tracks maakt de cd goed verteerbaar bij beluistering. Daarnaast zorgt een niet te opdringerige plek op de soundtrack ervoor dat Edge of Tomorrow bij vlagen zijn werk prima doet.
PS
19
THE RELUCTANT SAINT
Saimel Ediciones 3998963
31 tracks, 64:22
In 1962 maakte regisseur-producent Edward Dmytryk de
film The Reluctant Saint met Maximilian Schell in de rol
van de Franciscaanse pater Giuseppe da Copertino. Nino
Rota componeerde en dirigeerde de muziek in hetzelfde
jaar als Boccaccio ’70. 52 jaar na dato is nu de soundtrack
op cd verschenen. We hebben er lang op moeten wachten
maar het is de moeite waard. Het hoofdthema opent na
kerkklokken met een vrolijk melancholisch deuntje waarin
de hoofdrolspeler voor de gek wordt gehouden door kinderen. Hier en daar duikt een frase op
uit Rocco e i suoi fratelli in de score, maar de muziek is grotendeels origineel en geeft een
mooie religieuze sfeer aan het geheel. Ook horen we in een paar tracks een koor van priesters
of kinderen en een kerkorgel. Er zitten een paar thema’s in de score die bij personages horen
en regelmatig in diverse stijlen terugkeren. Nino Rota was een fantastische componist en was
eigenlijk een pionier in de filmmuziek. Het is jammer dat er in zijn beginjaren bijna geen
soundtracks werden uitgebracht. Pas in zijn laatste jaren was dit gebruikelijk. Hij maakte al
zijn eerste score in 1933: Treno popolare. En er zitten nogal wat juweeltjes tussen zijn onuitgebrachte soundtracks. Daarom is het mooi dat deze score nu eindelijk voor het publiek te
koop is. De geluidskwaliteit is in mono, maar de tapes zijn dan ook oud. De eerste achttien
tracks vormen de originele filmscore, tracks 19 – 31 zijn bonustracks. Zoals onder andere
alternatieve versies voor de Main Title en End Credits. Alle muziek gemaakt voor de film
staat op deze cd.
ST
TRANSCENDENCE
WaterTower Music
22 tracks, 59:45
De Oscar die Mychael Danna vorig jaar won voor Life of Pi
heeft nog niet geleid tot veel grote producties in Hollywood.
Twee films met Atom Egoyan en binnenkort de nieuwe film
van Bennett Miller - met wie Danna in 2011 Moneyball deed
- tonen aan dat de Canadese componist vooral kiest voor
kwaliteit. Transcendence van Wally Pfister, die vorige
maand net als Devil's Knot van Egoyan in Nederland in roulatie ging, is een tamelijk grote film. Johnny Depp en Rebecca Hall spelen de hoofdrollen.
Een knieval voor Hollywood-mainstream heeft Danna niet gemaakt bij het schrijven van de
score voor deze film over kunstmatige intelligentie. Langzaam bouwt hij de score op. Eerst
zijn er verstilde soundscapes en al snel doet de piano zijn intrede waarna de gamelan snel
volgt en ondersteund door een sterk ritme enkele melodielijnen te herkennen zijn. Halverwege
de score - in Healing the Sick - pakt Danna eens lekker uit met heftige klanken evenals zangstemmen en geluiden waarna de score steeds meer melodie krijgt en met enkele actiestukken
ten slotte in Why Did You Lose Faith? ronduit orkestraal wordt. I Can See Everything krijgt
door de zang een spirituele dimensie wat in de laatste tracks doorgevoerd wordt. Danna maakt
het de luisteraar en kijker na het toegankelijke Life of Pi niet makkelijk met deze overwegend
esoterische score die tijdens het kijken overigens aangenaam werkt.
PS
20
MALEFICENT
Walt Disney Records D001908702
23 tracks, 71:58
James Newton Howard schreef twee jaar geleden een spetterende score voor Snow White and the Huntsman. Nu is er Maleficent, dat wederom een sprookjesfilm is gebaseerd op de
gebroeders Grimm. De cd begint met The Maleficent Suite,
een 6:37 durende compositie waarin Howard alle registers
opentrekt en de vele kwade krachten en mysterieuze demonen
muzikaal probeert te vangen. Deze tour de force wordt behendig ondersteund door een jongenskoor waardoor de broodnodige sprookjessfeer terstond allerwegen is. Het muzikale geweld is nog niet voorbij, want snel volgen meer luidruchtige nummers met menig ferme paukenslag evenals veel koorgezang waardoor in Battle of the Moors
een waar pandemonium lijkt te heersen. Maar Howard weet hoe hij moet afwisselen en met de
volgende track - Three Pleasant Women - bewijst hij ook met lichtvoetige muziek uit de voeten te kunnen. Allengs gaat de storm liggen en in het lange middenstuk wordt middels een
handvol melodische thema's de persoonlijke ontwikkeling van het titelpersonage treffend
begeleid. Tegen het eind (Maleficent Is Captured) slaan de stoppen nog eens door en volgt in
The Queen in Faerieland uiteindelijk een zoete melodie, wederom door jongenskoor ondersteund. Deze lange score heeft voor elk wat wils en kan goeddeels een indrukwekkende
prestatie worden genoemd. Er is ook een bescheiden Nederlandse inbreng: Sunna Wehrmeijer, oud HKU-studente en leerling van Rens Machielse, werkte mee aan de arrangementen
en de synth programmering.
PS
BELLE MA POVERE
Digitmovies DPDM014
26 tracks, 50:19
Een film uit 1957 van Dino Risi: Mooi maar arm is de vertaling van de titel. De komedie, zoals er in die tijd veel zijn
gemaakt, is het vervolg op de succesfilm Poveri ma belli
(1956) met muziek van Giorgio Fabor. De muziek voor deze
film is van Piero Piccioni (die in de filmcredits het pseudoniem Piero Morgan gebruikte). Voor deze cd zijn de complete
monomastertapes opgepoetst en de kwaliteit is nu mooi. De
muziek doet iets jazzy aan zoals we dat van Piccioni kennen. De score werd gedirigeerd door
Carlo Savina. Voor het hoofdthema is een aardig volksdeuntje gecomponeerd dat in de score
een paar keer terugkomt. Het is in het geheel een mooie cd met vrolijke en soms komische
deuntjes die de verhaallijn in de film ondersteunen. Het is ook een tijdsbeeld van de jaren '50
met een accordeon, een trompet en een contrabas. Daarnaast horen we ook een tarantella. Het
is een lichtvoetige score, waarvan nog nooit iets is verschenen en zo is dit een mooie aanvulling geworden op de Piccioni-verzameling. Ook is weer veel zorg besteed aan het digipackhoesje. Alleen daarom is het al een hebbedingetje. Verder staat het boekje in het Engels en
Italiaans vol met info over de film en de score plus foto’s en de filmposter.
ST
21
SNOWPIERCER
Varèse Sarabande 3020672968
20 tracks, 55:57
De eerste film die de Zuid-Koreaanse regisseur Joon-ho
Bong buiten zijn vaderland maakte is de postapocalyptische
thriller Snowpiercer. Onder een zacht treingeraas over een
eindeloos lijkend spoor neemt de score een aanvang. Piano
en een woud aan strijkers kondigen een wereld aan van apocalyptische proporties met tegen het einde een flinke uithaal:
This Is the End. De aanvankelijk sterk ritmische score werd
geschreven door Marco Beltrami. De eerste helft van de
score is een mix van doemmuziek, krijsende vioolpartijen en paukenslagen die de vele vechtscènes en de alom op de loer liggende spanning prachtig ondersteunen. Beltrami doseert de
soms oorverdovende klanken beheerst waardoor uit deze doffe geluiden soms originele melodielijnen opdwarrelen. Halverwege - in Go Ahead - komt de voortdenderende trein haast tot
stilstand en neemt de piano het over. Maar enkele tracks later (We Go Forward) raast de trein
verder en na Steam Car - louter uit treingeluiden bestaand - doet Beltrami in het slepende
Take My Place - de langste track - een aanloop naar de finale die zich middels meer traditionele klanken voltrekt. Afsluiter Yona's Theme heeft een hoofdrol voor de elektrische viool die
aanvankelijk weinig goeds voorspeelt totdat ....... Snowpiercer was in april al in Nederland te
zien, maar ging pas onlangs in de Verenigde Staten in première. Deze uitgave verschijnt ter
gelegenheid van de Amerikaanse release. Een Koreaanse cd-uitgave verscheen vorig jaar al.
Dit is een bravourestuk van de steeds weer verrassende Beltrami.
PS
SENILITÀ
GDM Music 4329
30 tracks, 70:18
Senilità is een liefdesdrama van regisseur Mauro Bolognini
uit 1962 met in de hoofdrollen Claudia Cardinale, Anthony
Franciosa en Philippe Leroy. Piero Piccioni schreef een interessante dramatische score voor orkest. De score bestaat uit
onder andere drie hoofdthema’s in diverse variaties: Tema di
Amalia, Tango del mare en Musica della notte. Piccioni weet
met violen, cello’s en piano een boeiende sfeer neer te zetten.
Spanning, drama en romantiek komen voorbij in deze score. Voor de verandering eens geen
jazzy thema’s van de maestro. Het mooie thema Musica del mare horen we de eerste keer op
dwarsfluit met gitaar en hammondorgel. Later op de cd komt het thema terug maar dan een
octaaf lager. De track Tango per flicorno (Tango voor flugelhorn) staat ook in een paar variaties op de cd. Een tango doet het altijd goed en is vaak en ook nu een pakkend thema. Al met
al is het een goede score die de begin jaren '60 mooi weergeeft qua stijl: alles is nog orkest
zonder elektronica. Het thema Tango Senilità wordt aangevoerd door een tuba. Een mooie
vondst want tuba’s hoor je bijna nooit bewust. Die zitten vaak in hevige stukken muziek om
wat extra dimensie te geven. Maar dit is een rustig thema. Ooit verscheen de score in 1962 als
lp met een half uur muziek. Nu is er de complete score op cd met 42 minuten extra muziek in
mono.
ST
22
PIZZA CONNECTION
GDM Music 4325
13 tracks, 40:09
Nadat Damiano Damiani in 1984 La piovra had geregisseerd voor tv met in de hoofdrol Michele Placido maakt hij
een jaar later Pizza Connection met alweer Michele Placido in de hoofdrol bij alweer een maffiafilm. Met op de cdhoes alweer een octopus en Placido met pistool in de aanslag geeft dit een muzikaal verwachtingspatroon. Het is
dan ook een totale verrassing dat componist Carlo Savina
met een klassiek getinte score voor de dag komt. Het doet
af en toe aan Stravinsky denken, maar dan met wat blueselementen. De score is voor klein
orkest met ook tracks die uitsluitend door solisten gespeeld worden. Ook een adagio en een
scherzo zitten in de score. Er is een thema voor twee broers dat een paar keer terugkomt en
steeds voor een solo-instrument. Tema due fratelli solo cello is daar een voorbeeld van. Hier
moet je even voor zitten om de schoonheid ervan te ervaren. Dit verwacht je niet bij een actiefilm. Savina laat in deze score duidelijk weten dat hij klassiek geschoold is en de muziek is af
en toe ook experimenteel, zoals bij Scherzo per violino e piano. Ook horen we thema’s voor
dwarsfluit en orkest. Het staat nergens vermeld, maar ik vermoed dat het Marianne Eckstein
op dwarsfluit is. (Ze werkte in die tijd veel met Ennio Morricone.) Het boekje is informatief
en rijk geïllustreerd. Een mooie en toch rustige score van componist/dirigent Carlo Savina.
ST
VICTOR YOUNG AT PARAMOUNT
Kritzerland KR 20027-8
31 tracks, 65:14
Victor Young werkte van 1936 tot aan zijn onverwachte
overlijden in 1956 voor Paramount. Op deze cd staan drie
niet eerder op geluidsdrager uitgebrachte scores die Young
voor deze studio schreef. De eerste is Appointment With
Danger, een film noir uit 1951, waarvoor Young vooral
actiemuziek schreef naast een dosis nummers die de spanning en suspense van deze thriller dienen op te voeren.
Daarna volgt The Accused (1949), een film noir met een
sterk romantisch karakter. Hier komt de virtuositeit van de componist mooi naar voren: zijn
gave om zonder moeite de prachtigste melodieën uit de mouw te schudden. Het hoofdthema is
een van de vele prachtmelodieën die hij componeerde, inclusief een vioolsolo tegen het einde:
mierzoet, maar volstrekt onweerstaanbaar. De derde score is van het trio mogelijk het bekendst. Voor het liefdesdrama September Affair (1950) schreef Young uiterst romantische
muziek. Hij is hier overduidelijk in zijn element. Op meeslepende wijze voert hij de kijker
mee langs Italiaanse locaties, hierbij soms gebruikmakend van de mandoline. In enkele nummers verwerkte hij vernuftig het liedje September Song van Kurt Weill en Maxwell Anderson.
September Affair leverde de componist indertijd een Golden Globe op. Anders dan de vooral
functionele muziek voor Appointment With Danger - vooral geschikt bij het zien van de film kunnen de andere scores ook buiten de film prima worden beluisterd.
PS
23
W. - WITSE THE FILM
MovieScore Media MMS14017 (download)
28 tracks, 45:16
De Belgische film W. - Witse de film van Frank van
Mechelen kwam in maart van dit jaar in de Belgische
bioscopen. In Nederland is de film vanaf eind deze
maand verkrijgbaar op dvd. De film is gebaseerd op de
populaire politieserie Witse (2004-2012) die in Nederland onder de titel Commissaris Witse werd uitgezonden.
Johan Hoogewijs schreef de muziek van de serie en hij
deed dat ook voor deze film. De Belgische filmcomponist heeft de afgelopen jaren regelmatig voor Nederlandse films gewerkt zoals Het leven uit een dag (2009), Kom niet aan mijn kinderen (2010) en
Achtste-groepers huilen niet (2012). Voor W. - Witse de film schreef hij een pakkend thema
dat de score moeiteloos weet te dragen in zijn lyrische pracht. Piano en strijkers domineren dit
thema en deze instrumenten bepalen ook de andere tracks van de score. Een thriller kan niet
zonder spannende muziek en daarin voorziet Hoogewijs met nummers als Branded - mooi
onheilspellend -, Mortuary en Dicky's Confession - vol dissonante klanken. Maar ook zijn er
stukjes muziek die de stemming en de psyche van de commissaris begeleiden. Het steeds
terugkerende hoofdthema is echter een van de sterkste troeven van deze overwegend
orkestrale score.
PS
NO DOWN PAYMENT/THE REMARKABLE MR.
PENNYPACKER
Kritzerland KR 20028-1
25 tracks, 49:24
Wie de score van No Down Payment voor het eerst hoort,
zou kunnen denken in een film noir te zijn beland. Duistere, zware tonen horen we in tracks als Escape en Criminal Attack. Maar niets is minder waar, want de film uit
1957 gaat over het leven van vier jonge stellen in Amerikaans suburbia. Dat het in sommige huishoudens niet
helemaal pluis is, bewijzen de drukkende composities,
maar de cd begint ontspannen met Sunrise Hills, de naam van de voorstad waar de film zich
zal ontrollen, en hier horen we energieke, uitnodigende muziek. In deze vooral met dialogen
volgestopte soap zit weinig muziek. Dertig minuten zijn vertegenwoordigd op de cd. Tweevoudig Oscarwinnaar Leigh Harline (1907-1969) schreef de gevarieerde score die wordt aangevuld met een zwoel jazznummer van andere componisten. De tweede, slechts twintig minuten durende score op deze uitgave is The Remarkable Mr. Pennypacker (1959), ook van de
hand van Harline. Deze score biedt een en al vrolijke zorgeloosheid met zo nu en dan een
serieuze ondertoon, want we hebben hier van doen met een komedie. Minpuntje van deze
uitgave is het cd-boekje waarin nauwelijks informatie over beide scores staat. Gelukkig
maken die in hun weelderige orkestratie en zwierige arrangementen veel goed.
PS
24
MIO CARO DOTTOR GRÄSLER
GDM Music 4326
20 tracks, 58:44
In 1990 maakte Roberto Faenza de film Mio caro
dottor Gräsler (The Bachelor) met onder meer Keith
Carradine en Max von Sydow in de hoofdrollen. Ennio Morricone schreef er extreem romantische muziek bij. De score doet iets denken aan One Two Two:
122, rue de Provence. Bijna alle tracks liggen goed in
het gehoor en de romantiek wordt afgewisseld met
dansmuziek. Romantiek staat bij Maestro Morricone
garant voor mooie thema’s. Voor het eerst staat het
Liebeslied nu op cd als nieuwe track gezongen door
Edda Dell’Orso. De tekst is van L. Winiewicz. Voor het eerst is de stereoscore in zijn complete vorm nu uitgebracht. Alle tracks zijn geremastered en de kwaliteit is beter dan voorheen.
Maestro Morricone deed twaalf films in 1990 plus een cd met Amii Stewart. Zijn stijl en kwaliteit steken ver boven de rest uit. Track 6 (Perfect Wife) doet een beetje atonaal aan, maar
duurt maar 44 seconden. Dwarsfluit, viool en piano voeren de boventoon op deze cd. Het
boekje is zoals we van GDM gewend zijn.
ST
A MILLION WAYS TO DIE IN THE WEST
Backlot Music 267
18 tracks, 41:29
Wie had gedacht dat deze door de pers zuinig ontvangen westernparodie van en met de in de Verenigde Staten populaire komiek Seth McFarlane
zo'n opgewekte en verrukkelijke score zou krijgen.
Want dat is precies wat Joel McNeely heeft bereikt
met zijn uitgelaten, levendige en uptempo muziek.
Hij heeft goed geluisterd naar onverwoestbare
westernmuziek als die van The Big Country (1958),
want Main Title lijkt zo uit die western te zijn
weggelopen. Wat volgt is een staalkaart aan
westernmotieven: van gevoelig (Missing Louise) naar romantisch (Anna and Albert) en van
uitbundig (The Barn Dance) naar actie (Racing the Train). Waar de eerste helft van de score
vooral bruist van energie en jovialiteit, zo bestaat de tweede helft vooral uit spanning en actie.
Om het feest compleet te maken zijn er twee blijmoedige liedjes: A Million Ways to Die
gezongen door Alan Jackson en If You've Only Got a Moustache gezongen door Amick
Byram. En dat alles in die onmiskenbare westernstijl uit de jaren '50 die de luisteraar meteen
voor zich inneemt. We kunnen hier gerust spreken van een van de grote verrassingen van
2014 op filmmuziekgebied.
PS
25