Levenswijze en gedrag van konijnen Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 1 1. levenswijze van het Europese wilde konijn • • • Lagomorpha of haasachtigen : levenswijze totaal ≠ sociale dieren kolonie’s eigengegraven holen voorkeur voor : – – – – • lichte bodem heuvelachtig struiken zelden boven de 600 m gróót aanpassingsvermogen – moeras boven de grond (in wilgen) zwemmen − echte cultuurvolger soms ook in kunstmatige holten Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 2 • holen : – liefst op hellingen – structuur = hoofdgang(en) (± 15 cm) + woonketels (± 30-60 cm) + doodlopende zijgangen – hoofdingang (kaal) + kleinere vluchtgaten (407 konijnen 2080 ingangen !) • • graven : met voorpoten (achterpoten = wegschuiven zand) sterke plaats-trouw – gebied van ≤ 20 Ha Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 3 2. territoriumgedrag • • • • • vaste wissels keutels op vaste plaatsen = markeren van hol/territorium rond hol alles afgegraasd (fourageergebied kleiner) oudere moertjes sterkste binding met territorium agressief tov. andere ♀ (+ jongen) vooral tijdens voortplantingstijd veel markeren – urine – geurklieren (kin) • onder gunstige omstandigheden zeer hoge bezettingsdichtheid : 100 konijnen/Ha Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 4 3. voortplanting • • • • • seizoensgebonden (ook ± bij tam konijn) tijdens seizoen : 90 à 100% drachtig buiten seizoen : zelden gelukte dekkingen (potentie rammelaar ↓) dekking : wordt ≠ keren herhaald voorspel : – – – – ± opjagen van ♀ door ♂ ♂ draait rond ♀, sproeit en springt likken van kop en oren geen partnertrouw Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 5 …. • • reflectorische (geïnduceerde) ovulatie tot 60% herresorptie op 12d. - ± ‘schijndracht’ weer bronstig - rang - populatiedichtheid (?) • 5 à 7 nesten/jaar 10 à 30 grootgebrachte jongen (bij tamme konijnen het dubbele mogelijk) worpgrootte : 1 à 9 • Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 6 4. wentels • einde dracht : speciaal werphol – pijp van 0,5 m à 3 m verbreedt naar woonketel • • nest bekleed met gras + mos + wol op ± 100 m van koloniehol ivm. – roofdieren (onderzoek Australië?) – kolonieleden • Australië : – geen wentels – dominerende moertjes graven werppijp in de woonholen Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 7 5. grootbrengen jongen • • • • • naakt, blind, doof bij geboorte (40 – 50 gr) zéér snelle ontwikkeling verlaten hol op 3 weken zogen bij ingang hol na 4 weken gespeend (volgende worp!) geslachtsrijp op 4 – 5 maand Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 8 6. voedingsgewoonten • kieskeurige eters jonge plantjes – wel : klaver, gras, graan – niet : stekelig, giftig, brandharen, vlier • • bos : schade aan jonge bomen of aanplant fourageren tijdens – ochtendstond – schemering • • • koude neutraal zware wind, regen, sneeuw : blijven in holen gevaar : waarschuwing door trommelen achterpoten Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 9 7. zintuigen - vijanden • gehoor is het belangrijkste : – bewegende oorschelpen – opzitten Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen Species Approximate Range (Hz) human 64-23,000 dog 67-45,000 cat 45-64,000 cow 23-35,000 horse 55-33,500 sheep 100-30,000 rabbit 360-42,000 rat 200-76,000 mouse 1,000-91,000 gerbil 100-60,000 guinea pig 54-50,000 hedgehog 250-45,000 10 • zicht : – relatief veel staafjes goed zicht in schemering – relatief minder kegeltjes minder kleurenzicht – gezichtsveld is bijna 360° Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 11 • reuk : – tot 100 miljoen reukcellen in reukslijmvlies ( mens : 5 à 6 miljoen) – belangrijk zowel tijdens fourageren als voor predatorendetectie • tastzin : – lippen en snorharen, belangrijk bij verplaatsen in het duister en bij fourageren Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 12 • • veel natuurlijke vijanden : roofvogels, vos, materachtigen enz. beweging : hippen lopen sprinten springen Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 13 8. konijnenethogram • minimaal nodig voor een ‘huiskonijn’ : – – – – – – – – – – rennen huppelen springen knagen foerageren onderzoeken graven sociaal contact vluchten/zich verstoppen (vechten) Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 14 9. communicatie • via geluiden : – – – – • luid grommen (boos) piepend knorren : ‘neen’ of ‘ja’ schreeuwen = erge angst stampen met achterpoten : waarschuwing (geluid) via lichaamstaal : – – – – slaan met voorpoten (boos) oren afwisselend attent en plat : klaar voor de aanval ontspannen gezicht en platte oren : vriendelijk bijten Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 15 10. gedomesticeerde konijnen – huisvesting gebaseerd op natuurlijk gedrag • uitgangspunt : – dierenwelzijn • • sociale contacten • alle ≠ gedragsvormen 3 hoofdlijnen : 1. alle gedragsvormen toelaten • fokdieren • vleeskonijnen 2. practisch (werk) + financiëel haalbaar 3. behoorlijke resultaten dierenwelzijn ‘verzoenen’ met economie Inge Overmeire - Levenswijze en gedrag van konijnen 16
© Copyright 2024 ExpyDoc