Zeolieten Structuurverbetering en reductie water- en meststoffengebruik Zeolieten zijn mineralen die behoren tot de tectosilicaten. Natuurlijke zeolieten kunnen veel water en opgeloste meststoffen bevatten. Bij verhitting kookt het water eruit, vandaar de naam ‘zeoliet’: van het Griekse ‘zein’ (koken) en ‘lithos’ (steen). Er bestaan 45 natuurlijke zeolieten en zo’n 150 kunstmatige zeolieten. Op de Nederlandse golf- en sportveldenmarkt zijn twee partijen actief die zeolieten op de markt brengen. Paul Schilders van Greenmaker BV heeft sinds enige tijd het product Greenmaker. Olmix, de nieuwe naam voor het meststoffenbedrijf Melspring, heeft het product Matrix. Vakblad Greenkeeper bekijkt hun producten. Auteurs: Hein van Iersel & Niels Wiertz Zeolieten ontstonden miljarden jaren geleden, onder meer door vulkaanuitbarstingen waarbij het magma in aanraking kwam met zeewater. “De Zweedse wetenschapper Axel Frederick Cronsted ontdekte de werking ervan in 1756”, vertelt bodemkundig adviseur Paul Schilders van Greenmaker BV. “Door verhitting van zeoliet werd duidelijk dat water uit het mineraal kon komen zonder dat de vorm ervan veranderde. Zeolieten zitten in veel hedendaagse producten, zoals waspoeder, tandpasta, kattengrit en vijverfilters. De veelzijdigheid en kwaliteit van de mineralen wordt ook aangetoond door de toepassingen in bodemsaneringen en installatietechniek. Ook de beton-, voeder-, petrochemische en medische industrie maakt gebruik van zeolieten. Greenmaker wordt gemaakt op basis van een zeoliet uit Zuid Oost Azië: clinoptiloliet. Dat is één van de 45 verschillende natuurlijke zeolieten. Er bestaan ook 150 chemische zeolieten die afbreken in de volle grond. 38 www.greenkeeper.nl Tienduizend soorten Het gebruik van zeolieten in golf en sportvelden dient verschillende doeleinden, zoals de reductie van het water- en meststoffengebruik en het doorvoeren van structuurverbeteringen. Schilders: “Zeolieten zijn al sinds jaar en dag door de USGA opgenomen in haar advies voor de opbouw van een green. De USGA adviseert de zeolieten door een toplaag van 30cm te mengen. De praktijk in Nederland wijst echter uit dat de greens in het algemeen een toplaag van 20cm hebben. Als we de bodemstructuur van een green bij de aanleg structureel willen verbeteren, is ons advies 10 tot 20% van het totale volume toe te voegen. Anders is het effect onvoldoende.” Belangrijke vragen die je volgens Schilder moet stellen bij het gebruik van bodemverbeteraars zijn: - wat is de Ph-waarde? - wat is de CEC-waarde? - wat is de EC waarde? - wat is het soortelijk gewicht? wat is de hardheid? blijft de morfologie behouden? welke sporenelementen bevat het van natuurlijke oorsprong? - welke vorm heeft het: poeder, split of granulaat? - hoeveel water wordt er per m³ gebufferd, zonder dat verzadiging optreedt? Schilders: “Door de sterke negatieve geladenheid met een open structuur kunnen zeolieten direct water en voedingsstoffen opnemen. Deze zijn positief geladen en worden in slow release afgestaan aan de plant.” Optimale effect Research & Development manager Maurice Evers van Olmix steekt een theoretisch betoog over zeoliet af: “Zeoliet is een verzamelnaam van vele silicaatverbindingen die tijdens vulkaanuitbar- Special bodemverbeteraars stingen zijn gevormd. Zeolieten zijn eigenlijk een mengsel van vulkanisch ontstane mineralen.” Voor het product Matrix maakt Olmix volgens Evers gebruik van natuurlijk zeoliet in combinatie met meststoffen en bewerkte zeolieten.” Evers: “Net als Greenmaker maken wij gebruik van clinoptiloliet. Daarnaast gebruiken wij ‘echte’ kleimineralen waaronder sepioliet. Sepioliet staat bekend om z’n hoge waterabsorptie capaciteit.” Volgens Evers is de keuze voor de combinatie sepioliet en clinoptiloliet zeer bewust. Evers: “Indien er teveel clinoptiloliet wordt gebruikt, kan er een competitie ontstaan tussen de plantenwortel van het grasplantje en het clinoptiloliet. Beide willen vooral voedingsstoffen als ammonium, kalium, calcium en magnesium naar zich toe trekken. Bij grote hoeveelheden puur clinoptiloliet zal het zeoliet de strijd winnen; daardoor zal het grasplantje honger krijgen en moeten er juist meer meststoffen worden toegediend. Het komt er dus op aan de juiste hoeveelheid clinoptiloliet toe te dienen om het gewenste bufferende effect te verkrijgen.” Die laatste constatering is voor Olmix de reden geweest het zeoliet te mengen met een kleine hoeveelheid meststoffen. Schilders van Greenmaker BV erkent de theoretische mogelijkheid van concurrentie tussen het clinoptiloliet en de plantenwortel, maar geeft aan dat dit in de praktijk nooit een probleem zal zijn als het middel op de juiste manier en in de juiste dosering wordt toegepast. Om zijn stelling te onderschrijven, laat Schilders foto’s zien die genomen zijn tijdens proeven door een potgrondbedrijf. Volgens Schilders laten deze foto’s duidelijk zien dat er van wortelconcurrentie geen sprake is. Onderbouwd advies In de zoektocht naar onafhankelijk onderzoek en duidelijkheid heeft Olmix opdracht gegeven voor een groot onderzoek dat op dit moment door kennisinstituut Alterra van Wageningen Universiteit onder leiding van professor doctor Coen Ritsema wordt uitgevoerd. Evers: “Negen verschillende producten, waaronder puur zeoliet, Matrix en heidecompost, worden in verschillende doseringen in een greenconstructie (met USGAspecificatie) getest. Er wordt onder meer gekeken naar vochtbuffering, CEC, doorstroming van water bij verzadigde omstandigheden, verdam- Ruwe stof zeoliet ping van water uit de grond bij zomerse omstandigheden en vochtafgifte patronen. Te veel vocht kan tot problemen leiden met de draagkracht van de grond van een green of tee. Het is aan te bevelen zeker niet meer dan 10% van een product -of dit nu zeoliet is, een ander kleimineraal of een organisch product- toe te dienen.” Doormengen Voor een optimale werking van zeoliet moet deze goed door de toplaag heen worden gemengd. Bij nieuw aanleg is dat goed mogelijk. Als het zeoliet in een bestaande toplaag toegepast wordt, is dat lastiger. Beide aanbieders schrijven dan voor het zeoliet te vermengen met dressgrond. Schilders: “Wij hebben een granulair zeoliet. Dat materiaal heeft een korrelgrootte van 1 tot 2mm en kan na beluchten eenvoudig worden opgebracht met het kunstmestkarretje. Daarna wordt er gedresst en ingesleept; het granulaat is rond van vorm en rolt daardoor makkelijk in de beluchtinggaten. Naast zeoliet in granulaire vorm heeft Greenmaker ook een zeoliet in een fijnere fractie, met een diameter van plusminus 370 micron. Dit laatste materiaal is bedoeld Greenmaker: 1-2mm (links) en 370 micron (rechts) Schilders: "Dat de plant doodgaat, is een onware bewering. Kijk maar naar bovenstaande foto's." www.greenkeeper.nl 39 Special bodemverbeteraars voor aanleg en renovatie. Omdat dit materiaal een splitvorm heeft, is het moeilijk in de beluchtinggaten te krijgen, behalve in combinatie met machines die het de bodem inwerken, zoals de Dryject, Graden, Drill and Fill. Als je split toepast op bestaande greens, zonder dat het ingewerkt wordt door de genoemde machines, verbeter je vooral de bovenste centimeters en niet de volledige wortelzone. Ook Olmix biedt de mogelijkheid voor pure toepassingen en doormenging met dressgrond. Met de firma Bas van Buren heeft Olmix een speciale zeoliet dressgrond ontwikkeld onder de naam Matrix BVB dressgrond. Dit materiaal bevat circa 1% pure zeoliet. Olmix heeft in verschillende projecten Matrix ook puur gebruikt, bijvoorbeeld op het hoofdveld van FC Twente. Evers ziet het belang een onderscheid te maken tussen aanleg en onderhoud. Evers: “Bij aanleg kan het materiaal, waaronder zeolieten, in de laag 0-10cm worden ingewerkt. Persoonlijk geef ik de voorkeur aan inwerken in de laag 2-10cm, waarna er afgestrooid wordt met een toplaagmengsel dat iets meer organische stof bevat dan het zand eronder. Dit alles om een betere kieming te bewerkstelligen. Bij onderhoud is het te combineren met dressen, om zo ook arbeid te besparen. Het valt aan te bevelen dat in combinatie uit te voeren met prikken met holle pennen met een diameter van minimaal 15mm. Een goed advies door vakmensen heeft daarbij altijd prioriteit. Greenkeepers doen er verstandig aan zich te laten adviseren door een bodemkundig specialist. Geloof niet zomaar ieder leuk verhaal, maar ben kritisch als greenkeeper.” Schilders: “Daar ben ik het mee eens. Als hoofdgreenkeeper was ik al zeer kritisch. In mijn huidige functie probeer ik andere hoofdgreenkeepers te prikkelen zelfstandig te denken. Je zult merken dat de oplossing dichterbij is dan je denkt.” Wortels in symbiose met Greenmaker Het granulaat 1-2mm, vermengd met zand, krijg je goed in beluchtingsgaten van 10mm www.greenkeeper.nl 41
© Copyright 2024 ExpyDoc