middel (2) LVM per 1000 m² spuiten per 100 liter werkzame stof foggen per 1000 m² chem. groep ziekte / plaag veiligheidstermijn in dagen dosering (1) --- --- Max. aantal behandeling-en per teelt Spuitadvieskaart Tomaat (op substraat, onder glas) geïntegreerd versie: januari 2015 opmerkingen insecticiden en acariciden Bladluis 9 Plenum 50 WG (spuiten) pymetrozine 50 % 20 g Plenum 50 WG (druppelen) 1 10 gram per 1000 planten Pirimor pirimicarb 50 % Pirimor rookontwikkelaar pirimicarb 10 % Calypso (druppelen) 3 Mineervlieg 17 6 3 Rupsen 11 UN 28 Admire 70 WG (druppelen) imidacloprid 70 % Decis ec deltamethrin 25 g/l Spruzit vlb. Trigard 100 SL 1 Geen werking tegen katoenluis. 1 20 ml per 1000 planten 1 Alleen na 1 maart. Behandeling na een week herhalen. 25 ml --- --- 3 25 g --- --- 3 Om in het water levende organismen te beschermen is het in de bedekte teelten niet toegestaan om ongezuiverd filterspoelwater of drainwater bij substraatteelten op het oppervlaktewater te lozen. 1 2 50 ml 100 ml 50 ml 3 3 Behandeling enige malen herhalen (interval 5-7 dagen). Opgebruiktermijn Decis Micro: 1-7-2013 pyrethrinen + piperonylbutoxide 100 ml --- --- 2 cyromazin 100 g/l 100 ml --- --- 1 3 Werkt alleen op larven. Vertimec Gold / Vectine Plus abamectine 18 g/l Decis ec deltamethrin 25 g/l Spruzit vlb. pyrethrinen + piperonylbutoxide 3,5 g per 1000 planten Ruimte 3-6 uren na het roken gesloten houden. Geen werking tegen katoenluis. Indien nodig toepassing na een week herhalen. 50 ml --- --- 3 4 Gebruik minimaal 500 ml middel per ha. 50 ml 100 ml 50 ml 3 3 Behandeling enige malen herhalen (interval 5-7 dagen). 100 ml --- --- 2 Indien nodig toepassing na een week herhalen. Turex 50 WP (T) Bacillus thur. 25000 iu/mg 50 g --- --- 0 Minimaal 1 kg per ha. Minder geschikt voor ruimtebehandelingen. Let op: pH-gevoelig. Xen Tari WG (T) Bacillus thur. 15000 iu/mg 100 g --- --- 0 Minder geschikt voor ruimtebehandelingen. Let op: pH-gevoelig. 100 ml --- --- --- --- Nocturn (F) pyridalyl 100 g/l Fame WG (F) flubendiamide 240 g/kg 25 g Altacor (F) chlorantraniliprole 350 g/l 10 g 3 2 Snelle aanvangswerking en goede duurwerking. Bestrijdt alle larvale stadia. Heeft nevenwerking op trips. 1 1 6 Nevenwerking op mineervlieg. Runner (T) (F) methoxyfenozide (240 g/l) 40 ml --- --- 1 5 Tracer (T) (F) spinosad 480 g/l 20 ml --- --- 1 5 Hoofdtoelating op trips. 22 Steward (T) (F) indoxacarb 30 % 6 Nevenwerking op wantsen en cicaden. 15 Nomolt 3 Behandeling enige malen herhalen (interval 5-7 dagen). 10 12,5 g --- --- 1 teflubenzuron 150 g/l 100 ml 200 ml 100 - 200 ml 3 Spruzit vlb. pyrethrinen + piperonylbutoxide 100 ml --- --- 2 Decis ec deltamethrin 25 g/l 50 ml 100 ml 50 ml 3 Apollo chlofentezin 500 g/l 30 ml --- --- Indien nodig toepassing na een week herhalen. Werkt tegen eieren en het eerste larvale stadium. Indien nodig uitvloeier toevoegen. 3 Trage aanvangswerking. Werkt tegen eieren en het eerste larvale stadium. Nissorun vlb. // spp. hexythiazox 250 g/l // 10 % 20 ml // 50 g --- --- 3 UN Floramite bifenazate 240 g/l 40 ml --- --- 1 Max 600 ml/ha gebruiken. PH gevoelig (rond 6). 2 toepassingen per blok. Spuitinterval 7 dagen / blok en 56 dagen tussen twee blokken. 12 Torque fenbutatinoxide 50 % 50 g --- --- 3 Werkt op de volwassen stadia. Te gebruiken tot: 1-7-2015 10b Borneo etoxazale 110g/l 50 ml --- --- 3 23 Oberon spiromesifen 240 g/l 50 ml --- --- 1 2 Nevenwerking tegen tomatengalmijt, schild- en dopluis. Geen uitvloeier gebruiken. 6 Vertimec Gold / Vectine Plus abamectine 18 g/l 50 ml --- --- 3 4 Gebruik minimaal 500 ml middel per ha. 21 Tomaten galmijt acetamiprid 20 % 50 g Bij aanwezigheid van de luizen een druppelbehandeling uitvoeren. 18 3 Spint Gazelle 50 - 100 g Indien nodig een keer herhalen (interval 7 dagen). 1 1 rookontwikelaar per 700 m3 thiacloprid 480 g/l Calypso (spuiten) 4 50 g 1 2 Max 0,5 liter in 1000 liter water per ha. Werkt op de eiereen larven en nimfen. Mengen met bijv Vectine plus. Kans op schade bij spuittoepassing. Werking op wittevlieg beter dan op spint. Carex pyradiben 157 g/l 70 ml 90 ml 90 ml 3 12 Torque fenbutatinoxide 50 % 50 g --- --- 3 23 Oberon spiromesifen 240 g/l 50 ml --- --- 1 2 Nevenwerking tegen tomatengalmijt, schild- en dopluis. Geen uitvloeier gebruiken. SBI ureum koolzuur diamide 200 ml --- --- Botanigard WP Beauveria bassiana 62,5 g 75 - 100 g 75 - 100 g 1 25 Behandeling 3 tot 4 keer herhalen met een interval van 5 tot 7 dagen. In jonge gewassen schade mogelijk. Nevenwerking op trips en wants. Maximale dosering per toepassing 0,9 kg/ha. pyriproxyfen 100 g/l 25 ml Witte vlieg Werkt op de volwassen stadia. Te gebruiken tot: 1-7-2015 Alleen werking op larvale en volwassen stadia. Breedwerkend en tevens uitvloeier. B 7 9 Admiral Plenum 50 WG (spuiten) pymetrozine 50 % 60 g 23 Oberon spiromesifen 240 g/l Calypso (druppelen) 4 50 ml --- 3 --- 1 --- 25 ml --- Geen effect op volwassenen. Indien nodig herhalen na 10-14 dagen. 1 2 Nevenwerking tegen tomatengalmijt, schild- en dopluis. Geen uitvloeier gebruiken. --- 1 1 Alleen na 1 maart. --- 1 Behandeling na een week herhalen. 20 ml per 1000 planten thiacloprid 480 g/l Calypso (spuiten) ----15 g per 1000 planten Plenum 50 WG (druppelen) Om in het water levende organismen te beschermen is het in de bedekte teelten niet toegestaan om ongezuiverd filterspoelwater of drainwater bij substraatteelten op het oppervlaktewater te lozen. Admire 70 WG (druppelen) imidacloprid 70 % 21 Carex pyridaben 157 g/l 70 ml 90 ml 90 ml 3 Toepassing herhalen (interval 10-14 dagen). Kans op schade bij spuittoepassing. 4 Calypso (spuiten) thiacloprid 480 g/l 25 ml --- --- 1 Schadelijk voor Macrolophus. Te gebruiken in combinatie met SBI voor een betere werking B Prestop 2 Wolluis 14 g per 1000 planten 1 2 fungiciden Botrytis Behandeling indien nodig herhalen (na 7-10 dagen). Neveneffect tegen bladvlekkenziekte(Cladosporium fulvum) . 50 ml 150 ml 150 ml 3 5 Signum 100 g --- --- 1 3 9 12 Switch fludioxonil 25 % + cyprodinil 37,5 % 80 g --- --- 3 3 Gerichte bespuiting op de stengels uitvoeren. Toepassing op jonge planten en op het blad kan, in het bijzonder onder lichtarme omstandigheden, schade veroorzaken. 7 Luna privilege (druppelen) fluopyram 1 4 Preventief druppelen bij een beginnende aantasting in het gewas. Curatief eerst ander middel inzetten. Na èèn toepassing afwisselen met middelen uit andere groep. 9 Echte meeldauw B D 40 ml per 1000 planten Scala (spuiten) pyrimethanil 400 g/l 100 ml --- --- 1 2 Prolectus Fenpyrazamine 50% 80-120 g --- --- 1 3 1 Maximale dosering (middel) per toepassing 1,2 kg / ha. Minimale interval tussen de toepassingen 10 dagen. Preventief met intervallen van 10-14 dagen. Uitvloeier alleen nodig bij risico van zichbaar residu. Teldor spuitkorrels fenhexamide 50 % 100 g 150 - 200 g 150 - 200 g SBI ureum koolzuur diamide 200 ml --- --- Preventieve werking op meeldauw. Tevens uitvloeiende werking. Enzicur kaliumjodide 52gkg + kaliumthiocyanaat 22g/kg 150 g --- --- Gewas moet na behandeling minimaal 10-20 minuten vochtig zijn. Te gebruiken tot 27 augustus 2015. Zwavel zwavel > 99 % Alleen preventieve werking. Dosering: 1 verdamper 800-1000 m2. Potjes maximaal 1/2 vullen i.v.m. mogelijke schade. --- --- --- Fungaflor 100 EC imazalil 100 g/l 200 ml 200 - 400 ml 200 - 400 ml 1 3 Rocket EC triflumizool 150 g/l 100 ml --- --- 1 Topaz peconazool 100 g/l 50ml --- --- 3 4 7 11 Signum boscalid 26,7% + pyraclostrobin 6,7% 100 g --- --- 1 3 8 Nimrod vlb. bupirimat 250 g/l 200 ml 200 - 400 ml 200 - 400 ml 7 Luna privilege (druppelen) fluopyram 40 ml per 1000 planten Niet toegelaten in grondgebonden teelt. Niet toepassen in de winter op jong gewas. Werking zowel preventief als curatief. 5 Werking zowel preventief als curatief. Niet voor 1 mei of pas 4 weken na het planten! 3 6 Toe te passen in 2 blokken van maximaal 3 behandelingen per blok. 1 4 Preventief druppelen bij een beginnende aantasting in het gewas. Curatief eerst ander middel inzetten. Na èèn toepassing afwisselen met middelen uit andere groep. 3 Vivando metrafenon 30 ml 2 Max. 1500 l spuitvloeistof/ha. Flint trifloxystrobin 500 g/l 12,5 g --- --- 1 3 Maximaal 33% van de bespuitingen, met een maximum van 3 bespuitingen per teelt, Ortiva azoxystrobin 250 g/l 80 ml --- --- 1 3 14 AA Terra ME etridiazool 700 g/l B Trianum Trichoderma harzianum t-22 28 33 Previcur Energy propamocarb 530 g/l + fosethylaluminium 310 g/l U8 11 Phytophthora Preventieve werking op botrytis, elke 4 weken spuitbehandeling herhalen. Dosering 100 gr/3000 planten (max. 1 kg/ha). iprodion 500 g/l boscalid 26,7% + pyraclostrobin 6,7% 17 Pythium zie opmerking Gliocladium catenulatem Rovral aquaflo 7 11 --- --- Indien nodig nabehandelingen uitvoeren met een interval van 7-10 dagen. Met 100 ml per plant aangieten (dosering 20 ml per 100 liter water). Of 400-800 ml middel per ha druppelen. Niet vóór het productiestadium toepassen. Opslagtemperatuur min. 20 °C. druppelen: 400 - 800 ml per ha aangieten 15-30 ml per 1000 planten Na 4 tot 10 weken behandeling herhalen. aangieten: 3 liter per ha 3 Zowel preventief als curatief. Bij het planten of bij een beginnende aantasting. Om de 4 weken herhalen. Met 100 ml per plant aangieten (dosering 20 ml per 100 liter water). Of 400-800 ml middel per ha druppelen. Om de kans op het ontstaan van fytotoxiciteit zoveel mogelijk uit te sluiten niet toepassen voor het produktiestadium. De behandeling indien nodig na 14 dagen herhalen. Niet vóór het productiestadium toepassen. Opslagtemperatuur min. 20 °C. druppelen: 400 - 800 ml per ha 14 AA Terra ME etridiazool 700 g/l 28 33 Previcur Energy propamocarb 530 g/l + fosethylaluminium 310 g/l Afrijpen van de vruchten H Ethrel A ethefon 480 g/l Wondafdekking H Scaniavital silica pasta 3 Scomrid Aerosol imazalil 2% De pasta goed op de wond verdelen. Bewaartemperatuur tussen de 5 en 15 graden celcius. Verse wonden pleksgewijs behandelen. Het middel gedurende 0,5-1 seconde vanaf 10-15 cm afstand gericht spuiten op de plaats waar een beginnende infectie aanwezig is of waar door het ontstaan van een wond, b.v. door het wegnemen van “dieven” of overtollige bladeren, een infectie kan worden verwacht. Te lang of van te dichtbij spuiten kan fytotoxiciteit veroorzaken in de vorm van necrose. Geen bladeren of vruchten raken en niet toepassen op jonge niet verhoute stengels (kans op verbranding van het gewas). aangieten: 3 liter per ha 3 Zowel preventief als curatief. Bij het planten of bij een beginnende aantasting. Om de 4 weken herhalen. 7 Alleen op afgedragen gewas om resterende vruchten snel tot afrijping te brengen. Neem contact op met uw afzetorganisatie om overschrijding van de MRL te voorkomen. hulpstoffen Pulsfoggen 100 ml --- --- B Botryspray plantaardige zepen en extracten De spray goed op de wond spuiten. H Ekomist diethyleenglycol Draagstof voor lage volume spuittechnieken (foggen, LVM). Dosering: 10 % (bij hoge RV) tot 25% (bij lage RV) van het water door Ekomist vervangen. D Menno ter forte didecyldimethyl-ammoniumchloride 320 g/l Standaarddosering tegen algen is 650 ml/100 liter water. Niet in contact laten komen met het gewas. D Menno clean benzoëzuur 90 gr/l Ontsmetting van kasopstanden,glas,gronddoek,buitenzijde druppelsysteem en teeltsysteem. reinigen Algen ontsmetten Bacterien,Schimmels en Virussen Maximum residu limiet (2) Indeling middelen: (1) Chemische groepen: Inzetbaar in de geïntegreerde teelt Op de volgende website zijn de MRL waarden Gelijke nummers geven aan dat verschillende middelen dezelfde werkingsmechanisme hebben. Gedeeltelijk te combineren met biologie Niet te combineren met biologie per land binnen de EU op te vragen: Het afwisselen van middelen met dezelfde werkingsmechanisme wordt afgeraden. http://ec.europa.eu/sanco_pesticides/public Verschillende nummers geven aan dat er geen (kruis)resistentie bekend is (bron: IRAC & FRAC) (3) Max. aantal: H = hulpstof V = viruspreperaat Afkortingen: vlb vloeibaar B = biologiche producten ssp. spuitpoeder D = diversen vbdg. verbindingen UN = onbekende groep --- wordt niet aangeraden Max. aantal behandelingen / teeltcyclus of jaar Opmerkingen - Neem voor de geïntegreerde teelt contact op met een van onze productspecialisten - Lees vóór het gebruik altijd de etikettekst. Algemene veiligheidsaanbevelingen i.v.m. herbetreding: - Voer voor het gebruik van een onbekend middel altijd eerst een proefbespuiting uit Kassen na een gewas- of ruimtebehandeling uitsluitend herbetreden - Draag bij het klaar maken van spuit-oplossingen altijd beschermende kleding en een masker nadat de spuitvloeistof is opgedroogd en er gedurende 2 uur geventileerd is. - De aangegeven middelen zijn niet gesorteerd op effectiviteit! - Toelatingen kunnen snel veranderen. Raadpleeg bij enige twijfel uw vertegenwoordiger of een van onze specialisten - Adviezen worden met grote zorg samengesteld. Royal Brinkman aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele schadelijke gevolgen. Wilt u een update van deze spuitadvieskaart, vraag dan uw adviseur of bel met Royal Brinkman (0174-446100). Voor de meest recente veranderingen kijk op onze website www.brinkman.nl Royal Brinkman | Woutersweg 10 • 2691 PR ’s-Gravenzande | T 0174 - 44 61 00 | E [email protected] Het is niet toegestaan deze lijst zonder toestemming van Royal Brinkman te verspreiden of te vermeningvuldigen
© Copyright 2024 ExpyDoc