AGENDA VAN DE GEMEENTERAADSZITTING VAN 3 MAART 2014 SAMENVATTENDE INHOUD VAN DE AGENDAPUNTEN Openbare zitting 1. Goedkeuring notulen van 3 februari 2014. OVERWEGEND GEDEELTE Juridische grond Artikelen 33, 180 en 181 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. Feiten – context De notulen van de vergadering van 3 februari 2014 werden conform de bepalingen van het gemeentedecreet opgemaakt en tijdig ter beschikking gesteld van de raadsleden. Er zijn geen opmerkingen geformuleerd waardoor ze als goedgekeurd kunnen beschouwd worden. BESCHIKKEND GEDEELTE Op basis van deze overwegingen worden de notulen van de zitting van 3 februari 2014 als goedgekeurd beschouwd. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------2. Politieverordening houdende tijdelijke ordemaatregelen naar aanleiding van evenementen Goedkeuring OVERWEGEND GEDEELTE: Juridische grond De wet betreffende de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, gecoördineerd door het KB van 16 maart 1968. Het KB van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer. Het KB van 10 augustus 1998 art. 7 § 2, 1° houdende de oprichting van het Commissie voor Dringende Geneeskundige Hulpverlening. De wet van 13 mei 1999 betreffende de invoering van de gemeentelijke administratieve sancties, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 10 juni 1999. Het KB van 7 januari 2001 tot vaststelling van de procedure tot aanwijzing van de ambtenaar en tot inning van de boetes in uitvoering van de wet van 13 mei 1999 betreffende de invoering van gemeentelijke administratieve sancties, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 2 februari 2001. Het KB van 16 februari 2006 betreffende de nood- en interventieplannen. De omzendbrief OOP 30bis van 3 januari 2005 aangaande de uitvoering van de wetten van 13 mei 1999 tot invoering van gemeentelijke administratieve sancties, van 7 mei 2004 tot wijziging van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming en de nieuwe gemeentewet en van 17 juni 2004 tot wijziging van de nieuwe gemeentewet, Belgisch Staatsblad 20 januari 2005 (tweede uitgave). De omzendbrief OOP 30ter waarbij uitleg verschaft word bij de wijziging van artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet krachtens de wet van 20 juli 2005 houdende diverse bepalingen. De wet van 20 juli 2005 houdende diverse bepalingen. De wet van 15 mei 2006 tot wijziging van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het Wetboek van strafvordering, het Strafwetboek, het Burgerlijk Wetboek, de nieuwe gemeentewet en de wet van 24 april 2003 tot hervorming van de adoptie. De nieuwe gemeentewet, meer bepaald de artikelen 119, 119bis, 119ter en art. 135 § 2. Het gemeentedecreet van 15 juli 2005. De ministeriële omzendbrief van 10 december 1987 van de minister van Binnenlandse Zaken houdende gecoördineerde algemene onderrichtingen inzake ordehandhaving. Bevoegdheid De gemeenteraad kan maatregelen nemen naar aanleiding van de organisatie van evenementen op haar grondgebied, dit met het oog op een goed en veilig verloop ervan. De gemeenteraad voorziet daarbij in een politieverordening waarin de voorwaarden worden bepaald en waarbij de overtredingen zijn opgenomen die strafbaar worden gesteld op het grondgebied van de stad. Artikel 119bis, §1, van de nieuwe gemeentewet laat aan de gemeenteraad de keuzevrijheid politiestraffen of administratieve sancties te bepalen voor overtredingen van zijn reglementen of verordeningen. Feiten – context Jaarlijks vinden er talloze activiteiten en evenementen op het grondgebied van Ieper plaats. Om deze evenementen allemaal in goede banen te leiden zou het opportuun zijn om hiervoor een algemene reglement te hebben. Dit algemeen reglement is optimaal een politieverordening zijnde houdende tijdelijke politiemaatregelen zijn. De eerste activiteit die onder deze politieverordening zou vallen is de wielerwedstrijd "Gent-Wevelgem voor Vrouwen” en “Gent-Wevelgem voor Elite" op 30 maart 2014, weliswaar ermee rekening houdend dat de termijnen voorzien in verordening in casu niet kunnen toegepast worden. Andere activiteiten (niet limitatief weliswaar) zijn: Wings for Life-run, start Tour de France, Ypres Geko Rally, Disney Channel Zomertour, Dwars door Ieper etc.. De organisatie van deze evenementen zal zeker een volkstoeloop met zich mee brengen, vooral bij de start op de Grote Markt. De laatste jaren blijft het aantal commerciële activiteiten, die langsheen het parcours van dergelijke evenementen worden georganiseerd, toenemen. Dergelijke activiteiten worden voornamelijk georganiseerd op locaties die op zich al veel toeschouwers aantrekken waardoor de te nemen veiligheidsmaatregelen moeten verhoogd worden. Coördinatie en overleg tussen de verschillende organisatoren van activiteiten op dezelfde locatie is dan ook aangewezen. Het is aangewezen dat de organisatoren van de verschillende (deel)activiteiten onderling de nodige afspraken maken inzake opvang van de toeschouwers, parkings, enz … teneinde de overlast voor de bewoners langsheen deze delen van het parcours tot een minimum te beperken. Een aantal bijkomende maatregelen dringen zich op om zowel de veiligheid van de toeschouwers te kunnen waarborgen en om het normaal verloop van het evenement te kunnen garanderen: − Voorafgaandelijke kennisgeving van alle commerciële activiteiten langsheen de reisweg − Voorafgaandelijk overleg tussen de organisatoren van de verschillende activiteiten langsheen de reisweg en de bestuurlijke overheid; − Voorafgaandelijk overleg tussen de verschillende hulp- en veiligheidsdiensten onderling opdat de dringende hulpverlening kan gegarandeerd worden. Om deze overlegmomenten voldoende vooraf te kunnen inplannen, moeten dergelijke activiteiten (zijnde een wielerkoers, loopwedstrijd, etc.;) minstens twee maanden (voor de activiteit zelf) op voorhand worden aangevraagd. BESCHIKKEND GEDEELTE: Op basis van deze overwegingen besluit de raad om een politieverordening evenementen goed te keuren met de bepalingen hierop volgend: “I. Activiteiten op de openbare weg of op een daarbij aansluitend niet afgesloten terrein Artikel 1 Iedere éénmalige of bijkomende commerciële of publicitaire activiteit die plaats heeft tijdens een manifestatie is slechts toegelaten op voorwaarde dat deze door de burgemeester van de stad Ieper is goedgekeurd. Alle aanvragen tot vergunning moeten op straffe van niet-ontvankelijkheid ten laatste twee maanden vooraf bij de burgemeester worden ingediend. De aanvraag tot vergunning moet de volgende gegevens vermelden : 1. De naam, adres en contactgegevens van de aanvrager/organisator. 2. Als de organisatie gebeurt door een rechtspersoon zal haar benaming, haar rechtsvorm, het adres van haar hoofdzetel alsook de statutaire bepaling en/of beslissing van het bevoegde orgaan van de rechtspersoon die de ondertekenaar toelaat haar te vertegenwoordigen, opgegeven moeten worden. 3. De juiste omschrijving van de geplande éénmalige of bijkomende activiteit met de vermelding of deze publiek of alleen op een uitnodiging toegankelijk is met een raming van het aantal genodigden. 4. De juiste locatie ervan. 5. De logistieke faciliteiten (tenten, toiletten, parkings, toegang…) die zullen worden in plaats gesteld. 6. De interne veiligheidsmaatregelen (nadars, stewards, ….). 7. De eventuele aanwezigheid van een medische hulppost, met inhoudelijke beschrijving.Artikel 2 Ten laatste twintig dagen voor de activiteit verzendt de burgemeester aan de in artikel 1 bedoelde aanvragers hetzij de vergunning hetzij een gemotiveerde weigering van vergunning. In de vergunning wordt duidelijk gesteld onder welke voorwaarden zij wordt verleend. De organisatoren van de vergunde activiteiten hebben de plicht de voorwaarden onder dewelke de vergunning werd verleend na te leven. Een afschrift van de vergunde activiteiten wordt aan de korpschef van de lokale politie en aan de commandant van de brandweer bezorgd, en, indien van toepassing, aan de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. Artikel 3 Indien wordt vastgesteld dat een organisator één of meerdere voorwaarden waaronder de vergunning werd verleend, niet naleeft kan de burgemeester de vergunning intrekken. Het niet naleven van een of meerdere voorwaarden in het verleden kan door de burgemeester als motief ingeroepen worden om het verlenen van de vergunning te weigeren. II. Activiteiten in een besloten plaats met openbaar karakter Artikel 4 Iedere éénmalige of bijkomende commerciële of publicitaire activiteit die plaats tijdens een manifestatie en die doorgaat in een besloten plaats maar die voor iedereen vrij toegankelijk is, hetzij gratis, hetzij tegen betaling van een inkomgeld, hetzij op vertoon van een toegangskaart of een uitnodiging wanneer deze ter beschikking wordt gesteld van eenieder die ze aanvraagt, dient ten laatste één maand vooraf aangevraagd te worden aan de burgemeester van de stad Ieper. De melding dient de gegevens te bevatten opgesomd in artikel 1. Artikel 5 De burgemeester kan in functie van het aantal aanvragen of meldingen en de juiste locatie van de aangevraagde of gemelde activiteiten één of meerdere coördinatievergaderingen organiseren met de organisator van een randactiviteit en met de verschillende hulpdiensten teneinde de nodige afspraken te maken inzake opvang van de toeschouwers en/of genodigden, de in te richten parkings, het in te huren sanitair, de vrij te houden evacuatiewegen, de te plaatsen veiligheidsvoorzieningen, enz … Artikel 6 De burgemeester kan de activiteiten zoals bedoeld in artikel 4 doen stopzetten of inperken (qua aantal, duur, ruimtegebruik,…) indien aan de voorafgaandelijk bepaalde afspraken (artikel 5) niet wordt voldaan of indien ze een gevaar vormen voor de openbare orde (openbare rust, openbare veiligheid of openbare gezondheid). III. Veiligheidszones Artikel 7 De burgemeester kan op basis van een risico-analyse, rekening houdend met de volkstoeloop op bepaalde plaatsen en de aard van het terrein, op voorhand een gebied als veiligheidszone definiëren, ten einde de openbare veiligheid en orde beter te kunnen beheersen. Een veiligheidszone is een duidelijk afgebakend gebied waar bijkomende veiligheidsmaatregelen noodzakelijk zijn omwille van het groot aantal mensen, de beperkte mobiliteit, de aanwezigheid van risicoverzwarend materiaal (tenten, gasflessen,…) Iedere éénmalige of bijkomende commerciële of publicitaire activiteit anders dan vermeld onder rubriek I en II, die plaats heeft omwille van of tijdens een manifestatie en die plaats vindt in een veiligheidszone, dient eveneens ten laatste één maand vooraf gemeld te worden aan de burgemeester van de stad Ieper. De melding dient de gegevens te bevatten opgesomd in artikel 1. De burgemeester organiseert rekening houdend met het aantal aanvragen of meldingen en de juiste locatie van de aangevraagde of gemelde activiteiten één of meerdere coördinatievergaderingen met de organisator van een randactiviteit en met de verschillende hulpdiensten teneinde in nauwe samenspraak met de lokale veiligheidscel één inplantingsplan en één veiligheidsplan op te maken voor de hele veiligheidszone. Artikel 8 Naargelang de veiligheidszone zich bevindt op de openbare weg of op een daarbij aansluitend niet afgesloten terrein, dan wel op een besloten plaats die voor iedereen vrij toegankelijk is, zijn de bepalingen van respectievelijk artikel 2 en 3, dan wel artikel 6 van toepassing. IV. Algemene bepalingen Artikel 9 : Sancties Overtredingen op de bepalingen van artikel 1, 4 en 7 van deze verordening zullen worden bestraft met een administratieve geldboete van maximum 250 euro. Onverminderd de toepassing van een administratieve geldboete moet de overtreder van de bepalingen van artikel 1, 4 en 7 alsook degene die één of meerdere voorwaarden niet naleeft zich schikken naar de aanmaningen van de burgemeester zoniet houdt de stad zich het recht voor het te doen op kosten en risico van de overtreder. De stad houdt zich hetzelfde recht voor indien de organisator van de activiteit niet tijdig kan worden opgezocht. De burgemeester kan in toepassing van artikel 135 Nieuwe Gemeentewet ter vrijwaring van de openbare orde een randactiviteit verbieden. Artikel 10 Deze verordening wordt bekendgemaakt zoals voorgeschreven in art. 186 en 187 van het gemeentedecreet.” ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------3. Protocol Westhoekoverleg. Wijziging. Goedkeuring. OVERWEGEND GEDEELTE: Bevoegdheid Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad. De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. Feiten, Context, Argumentatie In december vorig jaar bezorgde Westhoekoverleg het protocol voor de periode 2014-2019. In reactie hierop ontving Westhoekoverleg een aantal opmerkingen die verwerkt zijn in een nieuwe protocolovereenkomst. De voornaamste wijziging betreft de besluitvormingswijze van de algemene vergadering. In zitting van 9 december 2013 keurde de raad het oorspronkelijk protocol Westhoekoverleg 20142019 goed. Aan de raad wordt voorgesteld om, zoals de andere deelnemende gemeenten, het gewijzigde protocol voor de periode 2014-2019 goed te keuren. BESCHIKKEND GEDEELTE: Op basis van deze overwegingen besluit de raad het gewijzigd protocol Westhoekoverleg 2014-2019 goed te keuren. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------4. IFFM vzw. Agendapunten statutaire algemene vergadering 2014. Standpuntbepaling gemeenteraad. BIJKOMENDE INFORMATIE : In bijlage worden volgende stukken gevoegd: - verslag selectieprocedure beëdigd accountant/bedrijfsrevisor; - balans en resultaatrekening op 31/12/2013 + verslag controle boekjaar 2013; - ontwerp budget 2014. OVERWEGEND GEDEELTE: Feiten, Context, Argumentatie Eind 2013 werd de omvorming van de vzw In Flanders Fields Museum naar een Extern Verzelfstandigd Agentschap met Private rechtspersoonlijkheid (EVAP) afgerond. Eén van de bepalingen voor EVAP’s is dat agendapunten van de algemene vergadering voorafgaand moeten voorgelegd worden aan de gemeenteraad. Zo kan de gemeenteraad haar standpunt over de agendapunten bepalen en kan de vertegenwoordiger van de gemeenteraad – m.n. raadslid Paul Victoor – op de algemene vergadering handelen overeenkomstig de instructies van de gemeenteraad. Dit gaat in concreto over de punten waarvoor een beslissing van de algemene vergadering vereist is. Hieronder de punten die op de agenda van de volgende algemene vergadering van de vzw IFFM (op 10/03/14) geplaatst worden. Over de punten 2, 3, 4 en 6 moet de algemene vergadering een beslissing nemen. 1) verslag bezoekerscijfers 2013: 2) aanstelling beëdigd accountant/bedrijfsrevisor voor de boekjaren 2013-2014-2015 – toelichting bij de aanstellingsprocedure; 3) balans en resultaatrekening op 31/12/2013; verslag controle boekjaar 2013; 4) kwijting van de bestuurders; 5) evolutie & prognose liquiditeiten vzw IFFM; 6) toelichting en voorstel tot goedkeuring budget 2014; 7) programma IFFM 2014; 8) gezamenlijk subsidiedossier zuidelijke Westhoek ‘1917-2017’ voor impulsfonds evenementen 100 jaar Groote Oorlog Toerisme Vlaanderen; 9) varia. BESCHIKKEND GEDEELTE: Op basis van deze overwegingen besluit de raad Artikel 1: Het akkoord te verlenen aan de aanstelling van Ronny Steyaert Accountants voor de controle van de boekjaren 2013-2014-2015 van de vzw IFFM. Artikel 2: Kwijting te verlenen aan de bestuurder van de vzw IFFM op basis van de voorgelegde balans en resultaatrekening op 31/12/2013 en het verslag van de controle van het boekjaar 2013. Artikel 3: Goedkeuring te verlenen aan het voorgelegde budget 2014. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------5. Leningspakket 2014. Goedkeuring lastvoorwaarden en wijze van gunnen. BIJKOMENDE INFORMATIE: Bijlage Bestek leningspakket 2014- FIN/LEN2014/01. OVERWEGEND GEDEELTE: Bevoegdheid Artikelen 42-43 en 57-58 van het gemeentedecreet (Vlaams Parlement 6 juli 2005 - Vlaamse Regering 15 juli 2005 - B.S. 31 augustus 2005) en latere wijzigingen, inzake de bevoegdheden van de gemeenteraad en het College van Burgemeester en Schepenen. Koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren van 15 juli 2011. Omzendbrief van 3 december 1997 – Overheidsopdrachten – Financiële diensten bedoeld in categorie 6 van bijlage 2 bij de wet van 24 december 1993: bank- en beleggingsdiensten en verzekeringsdiensten. De artikelen 9 §§ 2 en 3 van het Koninklijk besluit tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor Openbare werken van 14 januari 2013. Wet betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 17 juni 2013. Feiten, Context, Argumentatie In de meerjarenplanning 2014-2019 en in het budget 2014 is voorzien om een bedrag van 8.000.000 EUR aan kredieten aan te trekken ter financiering van de investeringen. De leningen worden in gevolge BBC-wetgeving niet meer per project aangegaan maar dienen voor de globale financiering van de investeringen. Momenteel is de lange termijnrente op een laag peil en de verwachting is dat de lange termijnrente zal stijgen naar de tweede helft van het jaar. Het is dus opportuun om heden een marktbevraging te doen De gevraagde dienst zou een lening betreffen van 8.000.000 EUR met looptijd van 20 jaar. Herzieningsperiodiciteit met vaste rentevoet. Met verplichte varianten : - 3-jaarlijkse herziening - 5-jaarlijkse herziening De periodiciteit van aanrekening van kapitaalaflossing en interest aanrekening zou bepaald worden op zesmaandelijks. Financiële Gevolgen De aflossingen en interesten zullen aangerekend worden op de ACS42 /0040/423300 voor de aflossingen en op de ACS42/0040/650000 voor de interesten. BESCHIKKEND GEDEELTE: Op basis van deze overwegingen besluit de raad: Artikel 1: Er zal een opdracht uitgeschreven worden tot het verstrekken van een lening van 8.000.000 EUR ter financiering van de geplande investeringen van de stad Ieper in 2014 Artikel 2: Het bestek hiertoe opgemaakt door de stedelijke administratie, goed te keuren en deze opdracht te gunnen bij open offerteaanvraag. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------6. Restauratie van de voormalige muziekacademie, d’Hondtstraat 65-67 te Ieper. Goedkeuring stadsaandeel in de restauratiepremie. OVERWEGEND GEDEELTE: Bevoegdheid Artikelen 42-43 en 57-58 van het gemeentedecreet (Vlaams Parlement 6 juli 2005 - Vlaamse Regering 15 juli 2005 - B.S. 31 augustus 2005) en latere wijzigingen, inzake de bevoegdheden van de gemeenteraad en het College van Burgemeester en Schepenen. Juridische grond De Wet van 15 juni 2006 overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten, het Koninklijk Besluit van 15 juli 2011 betreffende de plaatsing van overheidsopdrachten klassieke sectoren en het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken. Feiten, context, argumentatie Referte TD/2014/07 Brief van Onroerend Erfgoed, Brussel. De nv Immodoc, Rijselsestraat 64 te Ieper heeft een aanvraag ingediend tot het bekomen van een restauratiepremie. Na onderzoek heeft minister beslist om een de restauratiepremie toe te kennen. Als bijlage wordt een afschrift van het MB van 10 december 2013, houdende toekenning van een restauratiepremie voor deze werkzaamheden overgemaakt. Het aandeel van de betrokken openbare besturen wordt als volgt vastgesteld : Vlaamse Gemeenschap 25 %, provincie en gemeente 7,5 %. De bijdrage wordt verhoogd met een forfaitaire tussenkomst in de algemene kosten en met de btw, voor zover van toepassing. De bijdrage van de stad bedraagt: 824.485,83 euro x 1,21 x 1,10 x 0,075 = 82.304,30 EUR. In principe wordt een restauratiepremie uitbetaald in 3 schijven (25 % bij de aanvang van de werken, 50% als 50% van de werken zijn uitgevoerd en het saldo bij einde der werken/oplevering). Financiële Gevolgen Op artikel ACS113/720/664710 van het budget 2014 is een bedrag ingeschreven van 130.000,00 EUR. Bedrag eventueel bij te sturen bij begrotingswijziging in functie van de vooruitgang/vordering van dit en van het project “restauratie gewezen postgebouw – ’t Steen der Tempeliers”. BESCHIKKEND GEDEELTE: Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad Artikel 1 : Het stadsaandeel in de restauratie van de voormalige muziekacademie, d’Hondtstraat 65-67 te Ieper goed te keuren op 7,5 % of een geraamd bedrag van 824.485,83 euro x 1,21 x 1,10 x 0,075 = 82.304,30 EUR. Artikel 2 : Artikel 3 : De kosten van dit stadsaandeel uit te betalen met de kredieten ingeschreven op artikel ACS113/720/664710 van het budget 2014, eventueel bij te sturen of opnieuw in te schrijven in 2015 in functie van de vooruitgang van de dossiers. Het College van Burgemeester en Schepenen te gelasten met de uitvoering van deze beslissing. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------7. Vernieuwen van de voegvullingen betonwegen, 2014. Goedkeuring lastvoorwaarden en wijze van gunnen. OVERWEGEND GEDEELTE: Bevoegdheid Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad. De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. Juridische Grond De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van 85.000,00 EUR excl. btw niet bereikt). De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 105. Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2. Feiten, Context, Argumentatie In het kader van de opdracht “Vernieuwen van voegvullingen van betonwegen, dienstjaar 2014” werd een bijzonder bestek met nr. TD/2014/11 opgesteld door Stad Ieper. De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 45.000,00 EUR excl. btw of 54.450,00 EUR incl. 21% btw. Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Wij beschikken bij het opstellen van de lastvoorwaarden voor deze opdracht niet over de exacte hoeveelheden. Er is bijgevolg geopteerd voor een raamovereenkomst met een vermoedelijke hoeveelheid van 20.000 lm voegvulling, te vernieuwen op aanduiding van de leidende ambtenaar. Zo kan flexibel ingepikt worden op plaatselijke problemen en/of meldingen. Financiële Gevolgen De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2014, op budgetcode 02000/224007/IE-11 (actie ACS47). Op dit artikel is 65.000,00 EUR weerhouden voor dit dossier. BESCHIKKEND GEDEELTE: Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad: Artikel 1 : Het bijzonder bestek met nr. TD/2014/11 en de raming voor de opdracht “Vernieuwen van voegvullingen van betonwegen, dienstjaar 2014”, opgesteld door Stad Ieper worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 45.000,00 EUR excl. btw of 54.450,00 EUR incl. 21% btw. Artikel 2 : Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Artikel 3 : Artikel 4 : De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2014, op budgetcode 0200-0/224007/IE-11 (actie ACS47). Het College van Burgemeester en Schepenen te gelasten met de uitvoering van deze beslissing. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------8. Herdelven van de weggrachten, dienstjaar 2014. Goedkeuring lastvoorwaarden en wijze van gunnen. OVERWEGEND GEDEELTE: Bevoegdheid Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad. De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur. Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. Juridische Grond De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 24. De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen. Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2. Feiten, Context, Argumentatie In het kader van de opdracht “Herdelven van de weggrachten, dienstjaar 2014” werd een bijzonder bestek met nr. TD/2014/12 opgesteld door Stad Ieper. De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 48.455,00 EUR excl. btw of 58.630,55 EUR incl. 21% btw. Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de open aanbesteding, zodat de mogelijkheid tot toepassing van de herhalingsopdracht (3 jaar) kan voorzien worden, overeenkomstig art.26§2,1°b van de wet op de overheidsopdrachten. Financiële Gevolgen De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2014, op budgetcode 03190/226000/IE-11 (actie ACS107) en in het budget van de volgende jaren. Op dit artikel is 65.000,00 EUR weerhouden voor dit dossier. BESCHIKKEND GEDEELTE: Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad: Artikel 1 : Het bijzonder bestek met nr. TD/2014/12 en de raming voor de opdracht “Herdelven van de weggrachten, dienstjaar 2014”, opgesteld door Stad Ieper worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 48.455,00 EUR excl. btw of 58.630,55 EUR incl. 21% btw. Artikel 2 : Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de open aanbesteding. Artikel 3 : Het standaard publicatieformulier wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau. Artikel 4 : De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2014, op budgetcode 0319-0/226000/IE-11 (actie ACS107) en in het budget van de volgende jaren. Artikel 5 : Het College van Burgemeester en Schepenen te gelasten met de uitvoering van deze beslissing. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------9. Huishoudelijk reglement IVA grond- en bouwbeleid. Goedkeuring. OVERWEGEND GEDEELTE: Bevoegdheid Het gemeentedecreet artikelen 42, 43, 57 en 58 (Vlaams Parlement 6 juli 2005 - Vlaamse Regering 15 juli 2005 - B.S. 31 augustus 2005) en latere wijzigingen, inzake de bevoegdheden van de gemeenteraad en het College van Burgemeester en Schepenen. Het Gemeentedecreet Titel VII - artikelen 221 tot en met artikel 247 bis de gemeentelijke verzelfstandige agentschappen en de artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht. De Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen. Juridische Grond Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; De beslissing van de Gemeenteraad van 22 februari 1974 waarbij de Grondregie werd gesticht. De Grondregie wordt aangepast aan de huidige reglementering wat betreft verzelfstandige agentschappen zoals bepaald in het Gemeentedecreet; Motivatie Het Stadsbestuur heeft gekozen om met de start van de nieuwe legislatuur en naar analogie met de stedelijke vzw’s en AGB’s ook de Grondregie te conformeren aan het Gemeentedecreet. De Stad kiest voor de oprichting van een intern verzelfstandigd agentschap voor de taken die niet naar behoren binnen de stedelijke organisatie kunnen gerealiseerd worden. De argumentatie zoals gegeven in de oprichtingsnota, goedgekeurd in de gemeenteraad van 22 februari 1974 blijft integraal van toepassing, met name het huisvestingsbeleid een betere ontplooiing te geven. Er is een blijvende nood aan impulsen tot stadsvernieuwing: het voeren van een actief grond- en pandenbeleid op het vlak van sociale huisvesting en huisvesting, economische ontwikkeling, groenen natuurvoorzieningen en ruimtelijke ingrepen. Door de verzelfstandiging en de bundeling van de bevoegdheden aangaande het stedelijk patrimonium kan er sneller beslist worden en kunnen er acties worden bewerkstelligd zoals omschreven in het doel van het IVA Grond- en Bouwbeleid. Er kan vlotter gewerkt worden wat betreft aan- en verkoop, het bouwen en verbouwen van de infrastructuur, de uitrusting, het beheer en de exploitatie van onroerende goederen. Tijdens de besprekingen met het bestuur en de huidige Grondregie wordt beslist om over te gaan tot de oprichting van een intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid (een IVA) die door de gemeente belast wordt met welbepaalde beleidsuitvoerende taken van gemeentelijk belang volgens artikel 221 GD en die beschikt over operationele autonomie zoals bedoeld in artikel 222 van het GD. Fase 1: Onderzoeksfase Artikel 1. Marktvoordelen. Om gronden te kopen, deze uit te rusten en het verkopen van deze gronden beter te kunnen opvolgen en een juistere prijsberekening te realiseren. Hieruit volgend het stadsbudget niet te belasten werd hiervoor het IVA Grond- en Bouwbeleid opgericht. Artikel 2. Nood aan flexibele financiering. Via een flexibele financiering kunnen middelen efficiënter ingezet worden om de operationele doelstellingen te bereiken en d.m.v. tussentijdse evaluatie is een continue bijsturing mogelijk wat de garantie van het bereiken van het resultaat verhoogt. Artikel 3. Activiteiten in een commerciële omgeving. Als verzelfstandigde entiteit geniet het IVA Grond- en Bouwbeleid meer operationele en tactische vrijheid om haar doel te verwezenlijken. Artikel 4. Mogelijkheid tot strategische alliantievorming met andere actoren. De interne verzelfstandiging geeft het IVA Grond- en Bouwbeleid een grotere bewegingsruimte om op een flexibele wijze gronden te kopen of te verkopen. Fase 2 : Het verslag 1. De lichtste vorm van verzelfstandiging, het intern verzelfstandigd agentschap, is toereikend om de gewenste doelstellingen te bereiken. Op het vlak van bestuurlijke autonomie, marktgericht beleid en organisatie, en resultaatgerichte organisatie voldoet deze vorm van autonomie. De voornaamste argumenten zijn: - De beleidsuitvoerende taken worden bij een IVA uitgevoerd door de beslissingen van het College van Burgemeester en Schepenen. Door deze taken toe te vertrouwen aan een intern verzelfstandigd agentschap kan dieper ingegaan worden op deze taken. - Er is een beperkte financiële autonomie. Bij een IVA wordt het budget goedgekeurd door de gemeenteraad en geconsolideerd met het budget van de stad. Een IVA kan zelf geen interne kredietaanpassingen en budgetwijzigingen doorvoeren om in te spelen op wijzigende marktomstandigheden en opportuniteiten. - Net zoals een budgethouder heeft een IVA omwille van het ontbreken van een rechtspersoonlijkheid en het verbod op delegatie van de bevoegdheid binnen de rechtspersoon van de gemeente geen mogelijkheid om financiële verrichtingen op lange termijn aan te gaan. - Het IVA kan door het ontbreken van rechtspersoonlijkheid en het verbod op delegatie van de bevoegdheid geen rechtspersonen oprichten of er in deelnemen. - De strategische alliantievorming: het IVA heeft geen rechtspersoonlijkheid en kan dan ook slechts allianties aangaan voor zover het bestuur zich hiertoe bereid acht. De toestemming van de gemeenteraad is noodzakelijk. Het is duidelijk dat deze beheersvorm voor het uitbaten van voor het IVA Grond- en Bouwbeleid voldoende flexibiliteit inhoudt. 2. Oprichting van een intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid onder de vorm van een IVA heeft de gewenste voordelen. Een intern verzelfstandigd agentschap beschikt enerzijds over verregaande autonomie op het vlak van organisatie, financiën, alliantievorming, enz. Zij laat toe een marktgericht beleid te voeren en is verplicht met een bedrijfsboekhouding te werken. Het bestuur van een zelfstandige entiteit is voldoende gewapend om aan elk van bovengenoemde uitdagingen het hoofd te bieden. Anderzijds wordt de organisatie verantwoordelijk gesteld door middel van een resultaatverbintenis in de vorm van een samenwerkingsovereenkomst. De GR toch op afdoende wijze de democratische controle blijven uitoefenen. Voor grote investeringen is de goedkeuring van de GR nodig. Conclusie In overweging nemende de voor- en nadelen van gebruik van een IVA kunnen we uit het voorgaande besluiten dat het IVA de beste keuze is voor de omvorming van de grondregie. Het IVA Grond- en Bouwbeleid wordt beperkt tot een gemeentelijk intern verzelfstandigd agentschap in publiekrechtelijke vorm zonder rechtspersoonlijkheid belast met welbepaalde beleidsuitvoerende taken van de gemeentelijk belang. BESCHIKKEND GEDEELTE: Op basis van deze overwegingen besluit de raad om: Artikel 1: op basis van de afweging van voor- en nadelen zoals neergeschreven in dit motiveringsverslag, tot de omvorming van de Grondregie tot een gemeentelijke intern verzelfstandigd agentschap in publiekrechtelijke vorm zonder rechtspersoonlijkheid: genaamd IVA Grond- en Bouwbeleid Artikel 2: in te stemmen met het huishoudelijk reglement voor het IVA Grond- en Bouwbeleid, waar van de tekst hier volgt: Huishoudelijk reglement IVA Grond- en Bouwbeleid HOOFDSTUK 1: Voorwerp Artikel 1 - Opdracht §1 Binnen de stad Ieper wordt een intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid opgericht onder de benaming “IVA Grond- en Bouwbeleid”, vroeger als feitelijke vereniging gekend onder de naam “Grondregie”. §2 Het IVA Grond- en Bouwbeleid heeft als opdracht het realiseren van de beleidsdoelstelling zoals geformuleerd in het meerjarenplan. Er is een blijvende nood aan impulsen tot stadsvernieuwing: het voeren van een actief grond- en pandenbeleid op het vlak van sociale huisvesting en huisvesting, economische ontwikkeling, groen- en natuurvoorzieningen en ruimtelijke ingrepen. §3 Bij het realiseren van de haar opgedragen beleidsdoelstelling(en) treedt het IVA Grond- en Bouwbeleid op namens en onder de rechtspersoonlijkheid van de stad Ieper. HOOFDSTUK 2: Aansturing en leiding Artikel 2 - Sturing §1 Het college van burgemeester en schepenen stuurt het IVA ’Grond en Bouwbeleid’ aan binnen het kader van de beheersovereenkomst en het meerjarenplan en budget van de stad Ieper. Deze beheersovereenkomst wordt, na onderhandeling, gesloten tussen het college van burgemeester en schepenen en het in artikel 221§3 van het gemeentedecreet bedoelde hoofd van het agentschap. Overeenkomstig artikel 223§1 van het gemeentedecreet regelt de beheersovereenkomst minstens - de concretisering van de wijze waarop het IVA Grond- en Bouwbeleid de in artikel 1 van dit besluit omschreven taken en doelstelling moet vervullen; - de toekenning van de middelen voor de werking en de uitvoering van de opdracht van het IVA Grond en Bouwbeleid; - de voorwaarden waaronder eigen inkomsten en andere financiering mogen worden verworven en aangewend; - de informatieverstrekking aan het college van burgemeester en schepenen. Artikel 3 - Leiding §1 Overeenkomstig artikel 221§3 van het gemeentedecreet wordt één personeelslid aangeduid als hoofd van het IVA Grond- en Bouwbeleid, hierna de directeur genoemd. De directeur wordt aangesteld door het college van burgemeester en schepenen en staat onder het gezag van de stadssecretaris. §2 De directeur van het IVA Grond en Bouwbeleid is belast met de algemene leiding, de werking en de buitengerechtelijke vertegenwoordiging van het IVA, onverminderd de mogelijkheid tot delegatie en subdelegatie van deze bevoegdheden. §3 De directeur van het IVA Grond – en Bouwbeleid is budgethouder voor het via budgethouderschap gedelegeerd deel van het budget van het IVA, onverminderd de in de beheersovereenkomst bepaalde mogelijkheid tot delegatie van deze bevoegdheid. HOOFDSTUK 3: Strategisch raadgevend comité Artikel 4 - Samenstelling §1 Bij het IVA Grond- en Bouwbeleid wordt een strategisch raadgevend comité opgericht waarvan de samenstelling rekening houdt met volgende regels: • Het strategisch raadgevend comité bevat als leden: o Secretaris van stad Ieper o Financieel beheerder van stad Ieper, o Diensthoofden en personeelsleden van stad Ieper, minstens de afdelingshoofden Ruimtelijke Ordening en Centrale Administratie en Strategie en de verantwoordelijke Huisvesting. o Vertegenwoordigers van de gemeenteraad van de stad Ieper op een manier dat ieder van de politieke fracties evenredig vertegenwoordigd is en met de gegarandeerde vertegenwoordiging van iedere fractie. • Het strategisch raadgevend comité kiest een voorzitter en ondervoorzitter. Het hoofd van het IVA Grond en Bouwbeleid is secretaris van de vergadering. • Het strategisch raadgevend comité komt 4 maal per jaar samen. De leden worden hiertoe minstens 1 week vooraf uitgenodigd. §2 Het college van burgemeester en schepenen duidt de effectieve leden aan overeenkomstig de regels vermeld in artikel 4§1. Artikel 5 – Bevoegdheid §1 Het strategisch raadgevend comité heeft een adviserende bevoegdheid ten aanzien van zowel de gemeenteraad, het college van burgemeester en schepenen als de directeur van het IVA Grond en Bouwbeleid. §2 De adviserende bevoegdheid van het strategisch raadgevend comité vertaalt zich in: • De verplichting van de directeur van het IVA Grond en Bouwbeleid om advies in te winnen bij het strategisch raadgevend comité over alle inhoudelijke initiatieven ter realisatie van haar opdracht geformuleerd in artikel 1§2. • De mogelijk voor het strategisch raadgevend comité om te allen tijde een advies te formuleren over een aangelegenheid die de werking van het IVA Grond en Bouwbeleid betreft. • Het recht van het strategisch raadgevend comité om minstens eenmaal per kalenderjaar geïnformeerd te worden over het gevolg dat aan hun adviezen werd gegeven. Artikel 6 – Werking §1 Het strategisch raadgevend comité kan de eigen werking nader regelen in een huishoudelijk reglement dat er goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad. §2 Het college van burgemeester en schepenen stelt het presentiegeld en de verplaatsingsvergoedingen van de leden van het strategisch raadgevend comité vast. Hoofdstuk 4: Operationele autonomie en beslissingsbevoegdheden van de directeur Artikel 7 – Bevoegdheden De directeur van het IVA Grond en Bouwbeleid heeft de volgende bevoegdheden: 1. Inzake interne organisatie De directeur van het IVA Grond en Bouwbeleid is bevoegd om beslissingen te nemen in verband met de interne organisatiestructuur van het agentschap en de organisatie van de operationele processen, de werkzaamheden en het goed functioneren van het IVA Grond en Bouwbeleid 2. Inzake de uitvoering van het budget De directeur heeft als budgethouder de bevoegdheid om in het kader van de uitvoering van de opdracht van het IVA Grond en Bouwbeleid en binnen de grenzen gesteld in de beheersovereenkomst beslissingen te nemen over het aangaan van verbintenissen. Als budgethouder voor het IVA Grond en Bouwbeleid gelden voor de directeur de regels die zijn vastgelegd bij besluiten van de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen met betrekking tot de opmaak van het meerjarenplan en budget, de budgetwijzigingen, de uitgaven- en ontvangstenstromen en de financiële controle die hierop wordt toegepast. 3. Inzake de uitvoering van personeelsbeleid De directeur van het IVA Grond en Bouwbeleid is als hoofd van het personeel, zoals bepaald in artikel 2, 6° van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 met betrekking tot de rechtspositieregeling van het gemeente- en provinciepersoneel, bevoegd voor het dagelijks personeelsbeheer voor de personeelsleden tewerkgesteld bij het IVA. De directeur oefent deze bevoegdheid uit binnen de regels die zijn vastgesteld in de rechtspositieregeling en het arbeidsreglement van het stadspersoneel van de stad Ieper. 4. Inzake interne controle binnen het IVA Grond en Bouwbeleid De directeur van het IVA Grond en Bouwbeleid is bevoegd voor de uitvoering van het systeem van interne controle binnen de aan het IVA toegekende opdracht. 5. Specifieke delegaties De directeur van het IVA Grond en Bouwbeleid neemt alle beslissingen over: - overheidsopdrachten betreffende leveringen en diensten in ontwerpfase, gunningsfase en uitvoeringsfase voor zover het goedgekeurd bedrag van de opdracht niet hoger ligt dan het bedrag waarbij een opdracht via een onderhandelingsprocedure tot stand kan komen met een aangenomen factuur. 6. Handtekeningsbevoegdheid De directeur van het IVA Grond en Bouwbeleid heeft de handtekeningsbevoegdheid om alle beslissingen, akten en briefwisseling te ondertekenen indien het om aangelegenheden gaat die onder de aan hem gedelegeerde bevoegdheden vallen. In de overige gevallen geldt de regeling zoals voorzien in het gemeentedecreet en het huishoudelijk reglement van de stad Ieper. Artikel 8 – Vervanging De bij dit besluit verleende delegaties worden tevens verleend aan het personeelslid dat door de directeur wordt belast met de waarneming van de functie van de directeur van het IVA Grond en Bouwbeleid of die de directeur van het IVA Grond en Bouwbeleid vervangt bij tijdelijke afwezigheid of verhindering. Hoofdstuk 5: Financiële en personele middelen Artikel 9 – Financiële middelen Het IVA Grond en Bouwbeleid beschikt voor de realisatie van de haar toegekende opdracht over financiële middelen die integraal deel uitmaken van het toegekende budget en derhalve voor vaststelling, uitvoering en evaluatie onderworpen is aan goedkeuring door de gemeenteraad. De aard en omvang van de financiële middelen worden in de beheersovereenkomst verder gedetailleerd. Artikel 10 – Personele middelen Het IVA Grond en Bouwbeleid beschikt voor de realisatie van de haar toegekende opdracht over eigen personele middelen door het IVA Grond- en Bouwbeleid aangesteld. Zij kan zich ook beroepen op personele middelen die in de personeelsformatie van de stad Ieper voorzien zijn (integraal gefinancierd uit het stadsbudget) en derhalve voor vaststelling, uitvoering en evaluatie onderworpen is aan goedkeuring door de gemeenteraad. De aard en omvang van de financiering van de personele middelen door de stad Ieper ter beschikking gesteld worden in de beheersovereenkomst verder gedetailleerd. Hoofdstuk 6: Controle, opvolging en toezicht Artikel 11 - Opvolging Het college van burgemeester en schepenen staat in voor de opvolging en het toezicht op het IVA Grond en Bouwbeleid. Het college van burgemeester en schepenen kan op elk ogenblik aan de directeur van het IVA Grond en Bouwbeleid informatie, rapportering en verantwoording vragen over bepaalde aangelegenheden, onverminderd de rapporteringsverplichtingen uit het provinciedecreet gekoppeld aan de toekenning van budgethouderschap . Hoofdstuk 7: Inwerkingtreding Dit besluit treedt in werking op 1 april 2014. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------10. Stedelijke regie grond en bouw. Verkaveling De Vloei fase 1 en 2. Bepaling verkoopprijs. OVERWEGEND GEDEELTE: Bevoegdheid en rechtsgrond Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen. Feiten, context,motivering De Stedelijke regie voor grond en bouw beschikt over een verkaveling voor duurzame wijk genaamd ‘De Vloei’ nabij de Zonnebeekseweg met een totale verkoopbare oppervlakte van 26.647 m². De vergunning werd afgeleverd op 10 juni 2013. Dit is een verkaveling met een duurzaam karakter waarbij gestreefd wordt naar laag energie gebruik en waterzuivering op eigen terrein. De verkaveling heeft ook een sociaal karakter en wordt gesubsidieerd door het Vlaams Gewest. Deze verkaveling wordt samen met partners WVI, ons onderdak en Imfiro ontwikkeld. Voor de stedelijke regie zullen er 104 percelen verkoopbaar zijn. De verkoopprijs moet voorgelegd aan de gemeenteraad Er werd een schattingsverslag dd 17 februari 2014 opgemaakt door Geomex bvba. Er zou een onderscheid gemaakt worden in de verkoopprijs rekening houdend met de aard van de percelen, sociale kavels of niet en het al of niet aanwezig zijn van deeltuinen. De verkoop zal in fasen gebeuren. Fase 1 betreft de loten tot de Zonnebeekseweg en de rivierzone (loten 1 tot en met 55 en omvat 32 loten van de Stedelijke Regie Grond en Bouw). Fase 2 betreft de loten tussen rivierzone en feestzone (loten 56 tot en met 122 en omvat 26 loten van de Stedelijke Regie Grond en Bouw). Fase 1 en fase 2 zouden eerst verkoopbaar gesteld worden. Fase 3 (loten 123 tot en met 192) wordt pas later verkoopbaar gesteld. Er is een simulatie gemaakt waaruit blijkt dat met de voorgestelde verkoopprijs alle kosten gerecupereerd worden met een bonus die toelaat toekomstige projecten te realiseren. De voorgestelde prijs bevindt zich tussen enerzijds de prijzen voor kavels in sociale verkavelingen en de prijzen die private verkavelaars toepassen. Hij ligt duidelijk onder de huidige marktprijs en valt op deze manier zeker te verantwoorden binnen de doelstellingen van de Stedelijke regie voor grond en bouw. BESCHIKKEND GEDEELTE: Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad Artikel 1 : De nettoverkoopprijs van de percelen bouwgrond behorende aan de Stedelijke Regie voor Grond en Bouw, in de verkaveling De Vloei, fase 1 en 2 gelegen nabij Zonnebeekseweg de en Meenseweg, kadastraal Ieper 2 Afdeling sectie B verkoop fase 1 en fase 2 wordt vastgesteld op - Vrije kavels met deeltuin 11 percelen tegen de prijs van 165,00 EUR/m² - Vrije kavels zonder deeltuin 14 percelen tegen de prijs van 145,00 EUR/m² - Sociale kavels met deeltuin aantal 25 percelen tegen de prijs van 135,00 EUR/m² Artikel 2 : De 8 percelen rijwoningen in het project Vlabo worden gelijkgesteld met vrije kavels zonder deeltuin en verkocht tegen de grondprijs van 145,00 EUR/m². De verkoopprijs voor de urban villa (perceelnr 112) wordt vastgesteld op 24.000 EUR per woonentiteit met een minimum van 8 woonentiteiten. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- 11. Verkaveling De Vloei / samenwerkingsovereenkomst Vlabo. Goedkeuring. OVERWEGEND GEDEELTE: Voorgeschiedenis Samenwerkingsovereenkomst ‘bouw van koopwoningen en – appartementen te 8900 Ieper verkaveling/ duurzame wijk De Vloei Feiten, Context, Argumentatie In 2012 werden er gesprekken opgestart met Vlabo (Vlaanderen Bouwt) vzw om de bouw van de 8 woningen en 1 urban villa waarvoor de stad geopteerd heeft deze zelf te ontwikkelen, door hen in goede banen te laten verlopen. Vlabo is een vzw die op een unieke wijze te werk gaat: Vlabo treedt op als ‘projectregisseur’ en coördineert de werkzaamheden van alle betrokken partijen. Vlabo stelt ervaring en deskundigheid ter beschikking op juridisch, technisch, organisatorisch, financieel en administratief vlak. Zij begeleiden en organiseren de bouw van woningen die door Vlabo en haar selectiecommissie (d.i. een jury van deskundigen en betrokkenen (cfr. Infra)) zijn goedgekeurd qua prijs-kwaliteitsverhouding. De prestaties van Vlabo zoals voorzien in de samenwerkingsovereenkomst zijn niet onder bezwarende titel. Vlabo wordt door de stad niet betaald en ontvangt geen enkele andere tegenprestatie vanwege de stad. De samenwerkingsovereenkomst voorziet dat de gemeente recht van opstal verleent. Het verlenen van recht van opstal door de stad gebeurt niet ten gunste van Vlabo, maar van de aannemer(s) die de wedstrijd wint (winnen). Merk op dat dit ook de reden is waarom dit niet onder de toepassing van de reglementering overheidsoverdrachten valt. De overeenkomst is niet onder bezwarende titel en Vlabo is de enige vzw in Vlaanderen die dergelijke werking heeft. Verder verloop van de procedure Na het goedkeuren van deze samenwerkingsovereenkomsten wordt er een wedstrijd uitgeschreven om een aannemer(s) als bouwhe(e)ren aan te stellen. Deze bouwhe(e)ren krijgt of krijgen het de opstalrecht om op de bouwgronden kadastraal gekend als Ieper, 2 afdeling, sectie B, deel van perceelnummer 97b (percelen 41 tot en met 43 en 51 tot en met 55) en deel van perceelnummer 98a (perceel 112) tegen de door de raad in punt 10 van deze gemeenteraadszitting goed te keuren prijs van respectievelijk 145 EUR/m² voor de percelen 41 tot en met 43 en 51 tot en met 55 (de rijhuizen) en 24.000 EUR per woonentiteit met een minimum van 8 woonentiteiten (of 192.000 EUR) voor (deel van) het perceel 112 (de te bouwen urban villa). Werkmethode aanstellen aannemer De kandidatenteams bestaande uit aannemer en architect dienen een ontwerp met prijsberekening in conform het wedstrijddossier. Een jury van deskundigen beoordeelt de inzendingen en selecteert één project voor realisatie. De geselecteerde aannemer verkrijgt een opstalrecht en bouwt en verkoopt de woningen. De grondeigenaar, stad Ieper, verkoopt de bijhorende grond aan de klanten van de aannemer waardoor het opstalrecht van rechtswege eindigt. Duur recht van opstal Het recht van opstal wordt verleend voor een termijn van drie jaar. Commissieloon Vlabo 3% op de kostprijs (exclusief erelonen) van de woningen en/of appartementen. In de samenwerkingsovereenkomst worden volgende zaken opgenomen : 1. Doel en voorwerp van de overeenkomst 2. Werkwijze 3. Documenten 4. Grondprijs 5. Selectiecommissie 6. Beoordeling 7. Tijdschema 8. Commissieloon 9. Algemene bepalingen De samenwerkingsovereenkomst is opgebouwd met de inbreng van iedere partner. Door de samenwerkingsovereenkomst wordt de goede samenwerking tussen Vlabo vzw en de stad Ieper bestendigd. Financiële Gevolgen De stad zal de verkoopprijs van de gronden ontvangen. Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om de samenwerkingsovereenkomst goed te keuren. Op voordracht van het college van burgemeester en schepenen. BESCHIKKEND GEDEELTE: Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad Artikel 1 : akkoord te gaan om een samenwerkingsovereenkomst af te sluiten met Vlabo vzw, Sint Damiaanstraat 5, 3130 Betekom Artikel 2 : het College van Burgemeester en Schepenen te belasten met de uitvoering van deze beslissing. Artikel 3 : de Burgemeester en Secretaris te machtigen om de samenwerkingsovereenkomst te ondertekenen. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------12. Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan Bellewaerde. Advies. OVERWEGEND GEDEELTE: Bevoegdheid. Artikel 2.2.10. §4 van de Vlaamse codex Ruimtelijke Ordening stelt dat de Gemeenteraad hun advies aan de Provinciale commissie voor ruimtelijke ordening bezorgen uiterlijk de laatste dag van het openbaar onderzoek. Juridische grond. Ruimtelijke Uitvoeringsplannen vinden hun wettelijke basis in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, in het bijzonder de artikelen 2.2.1. tem 2.2.18. Art. 2.2.9. §1. De deputatie is belast met het opmaken van provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen en neemt de nodige maatregelen tot opmaak. Voorgeschiedenis fase Beslissing tot opmaak PRUP Adviesvraag voorontwerp Plenaire vergadering Advies verzoek tot raadpleging Ontheffing Plan-MER plicht Voorlopige vaststelling ontwerp PRUP Openbaar onderzoek actie Deputatie Advies college Deputatie Advies College Dient MER Provincieraad Deputatie datum 1 december 2011 18 februari 2013 25 februari 2013 12 augustus 2013 18 oktober 2013 23 december 2013 20 januari 2014 tot en met 21 maart 2014. Feiten, Context, argumentatie. Met de opmaak van een (provinciaal) ruimtelijk uitvoeringsplan wil de provincie een meer flexibel ruimtelijk instrument aanbieden dan de geldende stringente BPA’s. De provincie wil, aan de hand van de aanduiding van gebiedscategorie dagrecreatie, een plan dat de nodige flexibiliteit in zich heeft om het hoofd te kunnen bieden aan de veranderende noden, nu en in de toekomst. Het kan evenwel niet de bedoeling zijn de ‘flexibiliteit uit bedrijfseconomische overwegingen’ aan te wenden om de beschikbare ruimte in het park onoordeelkundig vol te bouwen. De unieke waarde van het park heeft nood aan een duidelijke richtlijn om toekomstige ontwikkelingen gericht het hoofd te kunnen bieden, zodat beide 3 inrichtingspijlers evenwaardig naast elkaar kunnen blijven bestaan. Ook de oordeelkundige inplanting van het park in het landschap moet goed worden overwogen en consequent worden toegepast. Een oordeelkundige inplanting beperkt de hinder (zowel visueel als louter fysiek) voor de omgeving en vergroot de aanvaarding van het park in de directe omgeving. Al bij de opmaak van de BPA’s werd rekening gehouden met de mogelijkheid om te voorzien in verblijfsrecreatie. Op vandaag is de vraag naar logies gekoppeld aan het thema van het park nog steeds actueel. Bij de uitwerking van het RUP zal het aspect verblijfsrecreatie ingepast worden, passend qua schaal en omvang binnen het gegeven attractiepark. Onderstaande concepten met betrekking tot de ruimtelijke ontwikkeling van het park trachten de grote lijnen van de ontwikkelde visie op het attractiepark op een bondige manier weer te geven. Flexibiliteit: als basisprincipe flexibiliteit in bedrijfsvoering, indeling,… Gradiënt : concept graduele overgang naar het landschap De directe omgeving van de N8 kan meer bebouwing en grotere attracties verdragen dan het achterliggende landschap. Schaal en aantal laten afnemen verder van de N8. Clustering: het clusteren van bebouwing op de site om een verspreide bebouwing tegen te gaan. Mobiliteit / parkeren: Verhogen parkeeraanbod. Aanlooproute waar mogelijk zo lang mogelijk maken. Slimme signalisatieborden. Buffering door twee systemen Aanplant groenbuffer op de rand van het plangebied. Tweede buffering vloeit rechtstreeks voort uit het gradiënt-concept. De gevraagde aanpassingen nav het advies van het college in zitting van 18 februari 2013 t.a.v. de plenaire vergadering werden grotendeels aangepast in het ontwerp, de elementen die niet weerhouden werden in het ontwerp van Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan worden hierna in bold weergegeven: Advies college dd. 18 februari 2013: Gunstig advies mits naleving van onder vermelde opmerkingen. Plan juridische toestand Dit plan bevat foute vermelding PRUP : RUP Bellewaerdepark ggk: 1/01/9999 Memorie van toelichting P. 35 Onder 5.2. Plantoets moet vermeld dat enkele stedenbouwkundige vergunningsaanvragen in behandeling zijn, de aanvragen op het grondgebied van Ieper werd echter reeds vergund, cfr. p. 16 overzicht stedenbouwkundige vergunningen. P. 42 Het maximaal aantal units werd afgestemd op het vigerende BPA waarbij in de zone 3b (op het BPA is enkel sprake van zone 3) 35 verblijfsunits per hectare mogelijk waren, wat neerkwam op een 160tal verblijfseenheden. Deze doelstelling werd niet overgenomen in de stedenbouwkundige voorschriften. De stedenbouwkundige voorschrijven een max. van 100 individuele overnachtingen: p. 58 Binnen zone 1 kunnen maximaal 30 verblijfseenheden van maximum 60m² voorzien worden, waarbij de totale capaciteit van 100 individuele overnachtingen niet mag overschreden worden. De tegenstrijdigheid tussen beide plannen dient weggewerkt te worden. Er wordt voorgesteld om het aantal verblijfseenheden o.b.v. het BPA over te nemen in de stedenbouwkundige voorschriften en deze aan te passen naar een totale capaciteit van 160 individuele overnachtingen. P. 44 Menenstraat dient te worden vervangen door Meenseweg. P. 47 8.6 Erfgoed Gedenkkruis King’s Royal Rifle Corps op de parking kant Meenseweg wordt langs weerszijde begrensd door een groene haagstructuur. T.h.v. de achterzijde is er geen groene inkleding. Teneinde het gedenkteken visueel los te zetten van het parkinggebeuren en de aanwezige houten parkeerhuisjes, is het wenselijk om een groene omkadering aan te leggen waarbij de achterzijde op hoogte van +- 3 m aangelegd wordt. Deze groene visuele buffer kan meegenomen worden in de stedenbouwkundige voorschriften. Kasteel ’t Hoge: de afbeelding is niet correct, deze Normandische villa werd reeds gesloopt. Het kasteel zelf bevindt zich aan westelijke zijn, (witte vakwerkgevelarchitectuur) P. 50 10.1 Opheffing geldende voorschriften - Voorliggend RUP heft de voorschriften op van het BPA Bellewaerde Park (MB 16/06/1989) te Ieper en … Het nieuwe RUP overlapt niet volledig met het oude BPA. Deze tekst is in die zin niet correct. De percelen: Afdeling: IEPER 16 AFD/ZILLEBEKE/, Sectie: A, Perceel: 0066A 2 Afdeling: IEPER 16 AFD/ZILLEBEKE/, Sectie: A, Perceel: 0066B 2 Afdeling: IEPER 16 AFD/ZILLEBEKE/, Sectie: A, Perceel: 0066C 2 worden niet herbestemd met dit RUP. Dit betekent dat een beperkt deel van het oude BPA behouden blijft. Op perceel: 0066B 2 werd volgens de BPA voorschriften een verblijfsaccomodatie voor 12 kamers met exploitatiewoning vergund op 15 mei 2012 onder dossiernr. gemeente: 33011/27532/B/2012/95. De percelen 0066A 2 en 0066C 2 zijn eigendom van VENNOOTSCHAP/IMMOFLOR DIRK MARTENSSTR 22, 8200 – BRUGGE. Deze drie percelen alsook de naastliggende percelen met het hotel en twee private woningen aan westelijke zijde situeren zich in Gewestplan Oorspronkelijk gewestplan Ieper-Poperinge met volgende bestemming(en) gebieden voor dagrecreatie - Gunstige beslissing van de Koning op 14/08/1979 Conform de bepalingen van de VCRO is de herbouw- en uitbreidingsmogelijkheid voor een deze zonevreemde woningen en is de herbouwmogelijkheid voor de gebouwen andere dan woningen (hotel en bijgebouwen) in recreatiegebied niet toegelaten. VCRO §3. De mogelijkheden (herbouw en uitbreiding voor woningen), vermeld in §1, gelden niet in: 1° ruimtelijk kwetsbare gebieden, met uitzondering van parkgebieden; 2° recreatiegebieden, zijnde de als dusdanig door een plan van aanleg aangewezen gebieden, en de gebieden, geordend door een ruimtelijk uitvoeringsplan, die onder de categorie van gebiedsaanduiding “recreatie” sorteren. Het is wenselijk om voormelde eigendommen in het plangebied op te nemen waarbij een gepaste zonering met geëigende voorschriften rechtszekerheid geeft aan de aanwezige vergunde en vergunde geachte functies. Voor de woningen wordt voorgesteld om herbouwmogelijkheden met uitbreidingsmogelijkheid te voorzien. Percelen binnen plangebied BPA: Afdeling: IEPER 16 AFD/ZILLEBEKE/, Sectie: A, Perceel: 0066A 2 Afdeling: IEPER 16 AFD/ZILLEBEKE/, Sectie: A, Perceel: 0066B 2 Afdeling: IEPER 16 AFD/ZILLEBEKE/, Sectie: A, Perceel: 0066C 2 Aanpalende percelen tot aan de Bellewaerdestraat – gewestplan gebied voor dagrecreatie: Afdeling: IEPER 16 AFD/ZILLEBEKE/, Sectie: A, Perceel: 0061R Afdeling: IEPER 16 AFD/ZILLEBEKE/, Sectie: A, Perceel: 0075K Afdeling: IEPER 16 AFD/ZILLEBEKE/, Sectie: A, Perceel: 0075R Afdeling: IEPER 16 AFD/ZILLEBEKE/, Sectie: A, Perceel: 0078E Afdeling: IEPER 16 AFD/ZILLEBEKE/, Sectie: A, Perceel: 0061S Stedenbouwkundige voorschriften - Artikel 0: Algemene stedenbouwkundige voorschriften 0.2. Algemene inrichtingsstudie Bij de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning voor het oprichten, herbouwen of verbouwen van gebouwen moet een algemene inrichtingsstudie onderdeel uitmaken van het aanvraagdossier. De algemene inrichtingsstudie dient zowel de huidige als de gewenste indeling van de site weer te geven. Het afdwingen van een algemene inrichtingsstudie is niet nodig voor kleinere werken. De algemene inrichting ligt reeds vast. De vereiste van aanplantingsplannen zoals voorzien in de kolom toelichting en visie dient overgebracht te worden naar de verordenende voorschriften. 0.5. Waterbeheersing Hemelwater van daken en verharde oppervlakken Tenzij anders bepaald door de milieuwetgeving dient alle hemelwater van de daken van de gebouwen en verharde oppervlakken, te worden opgevangen in voldoende gedimensioneerde reservoirs en bufferbekkens. Hergebruik van hemelwater is verplicht. Vervuild regenwater dient gebufferd en apart afgevoerd te worden naar de riolering of gezuiverd op eigen terrein alvorens lozing, infiltratie of hergebruik. Gelet dat de Gewestelijk stedenbouwkundige verordening inzake buffering van hemelwater steeds van toepassing is, leidt dit voorschrift niet tot een meerwaarde i.k.v. waterbeheersing. De gewestelijke reglementering biedt voldoende garanties voor buffering van hemelwater. Artikel 1: Zone voor dagrecreatie Categorie van gebiedsaanduiding: ‘recreatie’ 1.1. Bestemming 1.1.2 Ondergeschikt en in nevenbestemming aan de hoofdbestemming zijn kantoren in functie van de bedrijfsvoering van het attractiepark toegelaten. In Bellewaerde zijn ook diverse shops en restaurants, snack-bars aanwezig. Deze worden beter opgenomen bij de nevenbestemming. Opmerking i.v.m. aantal individuele overnachtingen, zie memorie van toelichting. 1.2 Inrichting en beheer 1.2.4 Er wordt specifieke aandacht gevraagd voor de beeldkwaliteit van de gebouwen, zichtbaar vanaf de openbare weg. Nieuwe gebouwen hebben een verzorgde afwerking naar de straatzijde (N8 Meenseweg) toe. Er moet steeds worden vermeden dat de achterkanten van de gebouwen zich naar de straatzijde oriënteren. Het creëren van blinde gevels, … naar de straatzijde is niet mogelijk. De laatste bepaling zal soms problemen geven, het integreren van ‘valse’ raamopeningen mits ook zijn doel. Het is beter om een blinde gevel gericht naar de straatzijde te laten begroeien of te bufferen met een groene aanplanting. Algemene opmerking: er wordt geen bezettingspercentage toegepast. Het lijkt wenselijk om een veiligheidsmarge in te bouwen in de voorschriften door een maximaal bezettingspercentage voor gebouwen, dit steunend op de feitelijke toestand waarbij voldoende marge gegeven wordt voor uitbreiding. Artikel 2: Zone 2 en 3 omvatten het restant van het oorspronkelijke kasteelpark van de de ste 14 tot de 20 eeuw. De actieve recreatie met harde inrichting en installaties blijft beperkt tot de zuidelijke oever van de vijver. Zone 2 dient als gronezone, met als functie: Rustzone voor fauna en flora Volwaardige buffering van het landschappelijke en cultuurhistorische zeer waardevolle gebied van ‘Bellewaerde Ridge’. De ankerplaatsaanduiding Ieperboog Zuid grenst volledig aan het plangebied van dit ontwerp van RUP. Deze zone dient enerzijds als relictzone van het middeleeuws kasteelpark en als relictzone van het oorlogslandschap 1418. De kleuraanduiding op het grafisch plan zou duidelijk leesbaar zijn als deze zone een groene kleur krijgt. - In die zin dienen de stedenbouwkundige voorschriften als volgt aangepast te worden zodat deze voornoemde kwaliteiten maximaal beschermd worden. Zone 2 : Groenzone bedoeld als rustzone voor flora en fauna en waardevolle landschappelijke en cultuurhistorische relictzone. 2.1. Zone 2 is bestemd als groenzone met als functie het behoud en of versterking van de natuurlijke en landschappelijke waarden. Toelichting: Dit deel van het attractiepark bleef behouden als ongeschonden relict van het vooroorlogse kasteeldomein. Anderzijds speelde het domein een hoofdrol in de oorlogsgebeurtenissen vanaf oktober 1914 tot eind 1918. 2.2.1. In deze zone (artikel 2) worden mechanische attracties niet toegelaten. In deze zone blijft het groene / landschappelijke karakter van het park behouden en zo veel mogelijk versterkt. Bebouwing is enkel toegelaten voor de huisvesting van graasdieren en voor de opslag van materialen die nodig zijn voor het landschappelijk beheer binnen deze zone (artikel 2) . Toelichting: Binnen dergelijke groenzone kan graasbeheer overwogen worden voor het duurzame beheersaanpak. Daarvoor kunnen de nodige installaties voorzien worden. 2.2.2. Komt te vervallen. 2.2.3. Nieuwe verhardingen worden tot het absolute minimum beperkt, enkel verhardingen noodzakelijk voor het reguliere beheer (zie hoger) worden toegelaten. De verhardingen dienen waterdoorlaten te zijn. Artikel 3: zone voor water met recreatief medegebruik Categorie van gebiedsaanduiding: ‘overig groen’ 3.1 Bestemming 3.1.1 Naast deze laagdynamische recreatie kan één al dan niet mechanische attractie deels of volledig in deze zone worden voorzien op voorwaarde: - dat deze attractie aansluit op de zone 1 en niet op de zone 2 - dat deze attractie niet meer dan 20% van de zone 3 beslaat De stedenbouwkundige voorschriften dienen aangevuld te worden: Zone 2 (historische vijver) is bestemd als historische en ecologisch waardevol watergebied, waarbij een actieve recreatieve inrichting enkel wordt toegestaan langs de zuidelijke oever. Het is opportuun om de toelichting dat de attractie zich boven het water bevindt ook verordenend in te schrijven. Dit teneinde de natuurlijke kwaliteit van de vijver niet te schaden. Overdruk : zone met aandacht voor integratie in het landschap (overdruk) De aanduiding van de overdruk duidt op een duidelijk onderscheid in inrichting tussen de zone artikel 2 en de overdruk. Rekening houdend met de hoger beschreven doelstelling van de inrichting van de zone artikel 2 zou geen bijkomende aanduiding van landschappelijke integratie nodig mogen zijn. De inrichting zou hierop niet onderscheiden mogen worden. Overdruk : zone met aandacht voor integratie in het landschap (overdruk) Overdruk: groenbuffer categorie van gebiedsaanduiding: ‘overig groen’ De breedte van beide buffers staat nergens bepaald, op schaal afgemeten bedragen deze respectievelijk 30 m en 5 m. Het is wenselijk om de breedte in de voorschriften ook de vermelden. T.h.v. de Bellewaerdestraat dient de groenbuffer breder voorzien te worden dan huidige grafische weergave. Een breedte van 15 m is hier wenselijk. Gezien de ruimte aan de Bellewaerdestraat momenteel gebruikt wordt i.f.v. het opslaan van houtafval, groenafval, e.d. is het wenselijk om dit binnen de groenbuffer in de voorschriften te verbieden. Beeldkwaliteit Het ontwerp bevat geen specifieke voorschriften die inspelen op het nastreven van een sterke beeldkwaliteit van het park. Het beeld van Bellewaerde vanaf het openbaar domein is een troef waarop ingezet kan worden, in het bijzonder op het beeld vanaf de N8. Daarom is het zinvol daar specifieke voorschriften voor op te nemen: beeldkwaliteit gebouwen en constructies, groene kwalitatieve aanleg, … Publiciteit Er worden geen stedenbouwkundige voorschriften over publiciteitsvoorzieningen opgenomen. Bellewaerde moet zijn park kunnen identificeren door goede publiciteit: vlaggen, zuil,… . De bouwverordening vaste publiciteit van de stad Ieper is vrij streng. Deze verordening houdt geen rekening met een inrichting als Bellewaerde. Hier is het wenselijk om geëigende voorschriften voor dit park toe te laten. De in bold weergegeven opmerkingen hebben niet geleid tot een planaanpassing en dienen hernomen te worden. De opmerking met betrekking tot de vraag tot uitbreiding van het plangebied van het Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan werd niet weerhouden. De uitbreiding van de plancontour werd reeds besproken op plenaire vergadering. De provincie is van oordeel dat het plangebied van het Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan Bellewaerde dient beperkt te worden tot louter Bellewaerdepark. Dit vanuit de erg specifieke situatie van dergelijk attractiepark alsook vanuit de bevoegdheidsverdeling (selectie in PRS enerzijds versus zonevreemdheid als gemeentelijke bevoegdheid anderzijds)? Tenslotte werd deze keuze genomen om het dossier niet nodeloos op andere vlakken te bezwaren. In die zin wordt voorgesteld om deze opmerking niet opnieuw te stellen. BESCHIKKEND GEDEELTE Op basis van deze overwegingen besluit de gemeenteraad om: Artikel 1. Voorliggend ontwerp van Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan Bellewaerde gunstig te adviseren, mits naleving van de onderstaande opmerkingen: Memorie van toelichting P. 49 8.6 Erfgoed Gedenkkruis King’s Royal Rifle Corps op de parking kant Meenseweg wordt langs weerszijde begrensd door een groene haagstructuur. T.h.v. de achterzijde is er geen groene inkleding. Teneinde het gedenkteken visueel los te zetten van het parkinggebeuren en de aanwezige houten parkeerhuisjes, is het wenselijk om een groene omkadering aan te leggen waarbij de achterzijde op hoogte van +- 3 m aangelegd wordt. Deze groene visuele buffer kan meegenomen worden in de stedenbouwkundige voorschriften. Kasteel ’t Hoge: de afbeelding is niet correct, deze Normandische villa werd reeds gesloopt. Het kasteel zelf bevindt zich aan westelijke zijn, (witte vakwerkgevelarchitectuur) Het deel van het attractiepark ter hoogte van de vijver bleef behouden als ongeschonden relict van het vooroorlogse kasteeldomein. Dit wordt niet vermeld in de beschrijving van de historische waarde, deze focust zich op het WOI verhaal. Stedenbouwkundige voorschriften Artikel 1: Zone voor dagrecreatie Categorie van gebiedsaanduiding: ‘recreatie’ 1.2 Inrichting en beheer Algemene opmerking: er wordt geen bezettingspercentage toegepast. Het lijkt wenselijk om een veiligheidsmarge in te bouwen in de voorschriften door een maximaal bezettingspercentage voor gebouwen, dit steunend op de feitelijke toestand waarbij voldoende marge gegeven wordt voor uitbreiding. Overdruk: groenbuffer categorie van gebiedsaanduiding: ‘overig groen’ De breedte van beide buffers staat nergens bepaald, op schaal afgemeten bedragen deze respectievelijk 30 m en 5 m. Het is wenselijk om de breedte in de voorschriften ook de vermelden. T.h.v. de Bellewaerdestraat dient de groenbuffer breder voorzien te worden dan huidige grafische weergave. Een breedte van 15 m is hier wenselijk. Gezien de ruimte aan de Bellewaerdestraat momenteel gebruikt wordt i.f.v. het opslaan van houtafval, groenafval, e.d. is het wenselijk om dit binnen de groenbuffer in de voorschriften te verbieden. Artikel 2. Het advies aan de Provinciale commissie voor ruimtelijke ordening te bezorgen uiterlijk de laatste dag van het openbaar onderzoek. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------13. Vragen en antwoorden. ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------14. Mededelingen.
© Copyright 2024 ExpyDoc