Jaargang 3 – nummer 1 VOORWOORD Het jaar 2014 is al een kleine maand oud en het lijkt erop dat de economische omstandigheden wat beter worden dan in 2013. We moeten nog wat voorzichtig zijn maar ook wij hopen dat de voorspellingen inderdaad uitkomen. De Van Berlo Groep is daar in ieder geval klaar voor. We hebben in de afgelopen jaren fors geïnvesteerd in nieuwe manieren van bouwen. U kunt dat bijvoorbeeld lezen in het artikel over het distributiecentrum Vossenberg. Maar ook de organisatie is aangepast. Bram Hillen versterkt sinds kort de directie van Van Berlo Bedrijfsvloeren. Bram was voordien werkzaam als bedrijfsleider bij Haegens Bouw in Horst en is per 1 januari jl. benoemd als adjunct algemeen directeur van Van Berlo Bedrijfsvloeren. Medio 2013 heeft Van Berlo het vloerenbedrijf BSA Vloeren in Assen overgenomen waardoor de markt in het noorden van het land beter toegankelijk wordt. Alle bedrijfsonderdelen zijn overigens op scherp gezet om in de toekomst de bouwmarkt alert en competitief tegemoet te kunnen treden. Dat zal nodig zijn want de marktprijzen zijn de laatste jaren wel zeer laag geworden en hebben vooralsnog niet de neiging om snel te stijgen. Ir. Pieter Maas De Van Berlo Groep hoopt ook dit jaar weer vruchtbaar met u te kunnen samenwerken. Daar maken wij ons sterk voor! Inhoud Technisch Vakblad • Samen sterker Pagina 2 • Column Pieter Maas Pagina 3 • De jonge monolietvloer Pagina 4 - 7 • Distributiecentrum Vossenberg Pagina 8 - 9 Bram Hillen SAMEN STERKER BSA Vloeren in Assen was al jarenlang een begrip in het noorden van het land. Zoals veel bedrijven kende BSA een moeilijke periode. Hoewel de orderportefeuille goed gevuld bleef en de vooruitzichten positief waren, was de bank niet bereid bij te springen om een tijdelijk financieringsprobleem op te lossen. Een gezond bedrijf dreigde ten onder te gaan. Maar de overname door Van Berlo in de zomer van 2013 bracht uitkomst. BSA had voldoende opdrachten en klanten waren tevreden. BSA had een goede naam in het noorden. Zij stonden bekend om hun kwaliteit, veelzijdigheid en flexibiliteit. Voor zowel Van Berlo als BSA geldt dat de tevredenheid van de klant bovenaan staat. Klanten zijn onze partners met wie we samen tot een zo goed mogelijk resultaat willen komen. We zijn beiden innovatief, voortdurend op zoek naar mogelijkheden om onze producten te verbeteren en nieuwe producten te ontwikkelen. We streven de hoogste kwaliteit na. BSA is gespecialiseerd in monoliet afgewerkte betonvloeren. Zij fabriceren en plaatsen vloeren in eigen beheer en werken ze zelf af. In bijna iedere plaats of bedrijfstak in het noorden kom je BSA tegen. Zij maken vloeren met een lange levensduur voor industrie en woningen. Vloeistofdichte vloeren voor bijvoorbeeld tankstations, wasstraten en afvalverwerkingsbedrijven. Vloeren voor magazijnen, showrooms, winkels en woningen. Veel waardering heeft BSA gekregen voor hun werk aan de fundering van het Drentse museum, een complexe opdracht die veel belangstelling trok. Op een hoogte van 80 meter werkten zij mee aan het herstel van de zendmast in Smilde. En op het traject tussen Bremen en Hamburg leggen ze de fundering voor een gasleiding uit Rusland. De grootste winst zit 'm in het bundelen van expertise. BSA kan hierdoor gebruik maken van hoogwaardig technisch materieel en van de kennis van engineering die bij Van Berlo in ruime mate aanwezig is. Denk aan supervlakke vloeren, mini vibropalen, systeemfundering en prefab docklevellers. Het samengaan met BSA leidt er aan de andere kant toe dat het werkgebied voor Van Berlo wordt vergroot met Noord Nederland en Noord Duitsland. En dat maakt ons samen sterker. Technisch Vakblad Van Berlo Bedrijfsvloeren B.V. – Jaargang 3 – nummer 1 2 Deze digitale brief is gewijd aan de jonge monolietvloer en de gevaren waaraan dit jonge product blootstaat. Zoals u kunt lezen speelt de temperatuur hierbij een belangrijke rol. Dat herinnert me aan een schadegeval dat was opgetreden bij een vloer van een winkelcentrum. Het bouwsysteem gebood dat na het maken van de funderingen eerst de begane grond vloeren in de openlucht moesten worden uitgevoerd, waarna de gebouwconstructie werd opgetrokken. Om niet te lang van het weer afhankelijk te zijn werd ook besloten om het cementtype in het beton zodanig te kiezen dat het uitvoeringsproces van de vloer beperkt zou blijven tot circa 16 uur. Het werk ging van start onder vrijwel ideale omstandigheden, bewolkt maar droog weer, vrijwel windstil en temperaturen van circa 5-7°C in de nacht en circa 10-14°C overdag. De volgende ochtend werd de vloer gecontroleerd en bleken er flinke scheuren in te zitten. Dat was een lelijke tegenvaller. De oorzaak was echter ook niet moeilijk te vinden. Het beton was snel opgesteven, het was “hard” geworden in de loop van de avond. Op dat moment was de betontemperatuur opgelopen tot meer dan 20°C en kon gemakkelijk en snel worden afgewerkt. Het beton had op dat moment wel stijfheid maar nog geen sterkte. Door afkoeling in de vroege ochtend wilde de vloer verkorten, maar werd daarin tegengehouden door de wrijving met haar fundering en kwamen er dus trekspanningen in het beton. Die konden niet worden opgenomen omdat het beton nog geen treksterkte had ontwikkeld, met de scheuren tot gevolg. Wij wensen u een fris begin van het nieuwe jaar toe, dat naar we allen hopen, nog betere economische berichten zal brengen. Technisch Vakblad Van Berlo Bedrijfsvloeren B.V. – Jaargang 3 – nummer 1 Ir. Pieter Maas Het betrof een vrij grote vloer die in circa 10 fasen van ongeveer 2.500m² werd uitgevoerd. Bovendien betrof het een vloer op palen die bijna geheel in staalvezel beton werd uitgevoerd. Zoiets was in het begin van de jaren ’90 al iets bijzonders en het was dan ook niet verwonderlijk dat vele ogen meekeken naar de afloop van dit “experiment”. Eén van de belangrijke uitvoeringsvoorwaarden betrof natuurlijk het weerrisico. Aannemer en vloerenbedrijf hadden een goede afspraak gemaakt onder welke weersomstandigheden wel en niet zou kunnen worden uitgevoerd. Bij voorspelde regen, vorst en bij te hoge temperaturen zou niet gestort worden, dan wel zouden extra maatregelen worden genomen om de risico’s voldoende te beperken. Halverwege het werk, zo ongeveer bij de zesde uitvoeringsdag, klaarde het weer op, de zon kwam erbij en het werd de eerste mooie lentedag. De temperatuur steeg die dag tot wel 20°C en bij de stortploeg werd voor de eerste keer dat jaar hier en daar een T-shirt uitgetrokken. Zoals dat in goed Nederlands heet: het was rokjesdag. Het beton steef snel op zodat de afwerkers snel met hun werkzaamheden konden beginnen. De nacht daarna bleef het echter helder, waardoor de temperatuur in de vroege ochtend flink naar beneden ging, tot wel -3°C. COLUMN Beste Lezers, 3 De jonge monolietvloer Nadat een monolietvloer is gestort, en in de avond en nacht daarna is afgewerkt, wordt de vloer nabehandeld met een curing compound of afgedekt met een plasticfolie. De vloer is dan “hard”, althans dat lijkt hij op dat moment. De vloer kan lichte belastingen dragen zonder daar sporen van na te laten. Kleine voertuigen zoals een kruiwagen of een kleine machine kunnen door de vloer worden gedragen. De schijn bedriegt echter. De waarheid is dat de vloer wel een stijfheid, maar nog geen sterkte heeft ontwikkeld. (Voor stijfheid en sterkte zie het ingelaste kader op de volgende pagina). Het beton heeft een behoorlijke stijfheid (elasticiteitsmodulus) terwijl de sterkte nog niet is ontwikkeld, evenmin trouwens als de aanhechting tussen het beton en haar wapening, wapeningsstaven of staalvezels. Foto: Jeroen Kuppens Fotografie Technisch Vakblad Van Berlo Bedrijfsvloeren B.V. – Jaargang 3 – nummer 1 4 Foto: Jeroen Kuppens Fotografie Daarom mag de vloer nog niet worden belast. Als regel geldt dat de monolietvloer pas na tien dagen licht mag worden belast met bijvoorbeeld hoogwerkers op luchtbanden of lichte vorkheftrucks. Op dat moment is de toplaag echter nog niet helemaal verhard en er kunnen dan ook nog gemakkelijk diepe krassen ontstaan door bijvoorbeeld steentjes in de banden van de trucks of hoogwerkers. Wanneer krassen voorkómen moeten worden is het daarom beter om de vloer tijdelijk af te dekken met platen. De eerste grote belasting die op een vloer komt, is meestal de vrachtwagen die stellingen of machines komt lossen. Die kunnen pas op de vloer wanneer het beton voldoende sterkte heeft. In de praktijk kunnen deze belastingen worden toegelaten wanneer de vloer daarop ontworpen is en wanneer het beton zijn beoogde 28-daagse sterkte heeft behaald. Dit laatste kan eenvoudig worden bepaald door op de betoncentrale enige extra kubussen te laten maken en die na een kortere verhardingstijd te beproeven. Vaak wordt dan gevraagd om deze kubussen te bewaren op de pas gestorte vloer teneinde deze in dezelfde omgevingsconditie te brengen als de vloer. Dat levert echter te lage waarden op omdat de kubus aan minstens vijf zijden blootstaat aan de omgeving terwijl het beton van de vloer slechts aan de bovenzijde daaraan blootstaat. Bovendien wordt de kubus niet nabehandeld terwijl de vloer is behandeld met een curing. Het is daarom beter de kubussen van de betoncentrale als uitgangspunt te nemen voor beslissingen over toelaatbare belastingen. Het verschil tussen sterkte en stijfheid is eenvoudig uit te leggen door een staaldraad met een oppervlak van 1mm² te vergelijken een elastiekje met eenzelfde oppervlak. Stel dat aan beiden een gewicht van 1kg wordt gehangen. De kracht in beide draden is gelijk, de spanning eveneens, namelijk 1kg/mm². De stijfheid is echter heel verschillend, de staaldraad vervormt een fractie van een millimeter, het elastiek vervormt mogelijk wel 30 centimeter. Staal is dus stijver dan elastiek. Verhogen we het gewicht dan zal het elastiek eerder bezwijken dan het staal. De sterkte van het elastiek is dus minder dan die van staal. Stijfheid is de weerstand tegen vervorming, sterkte is de weerstand tegen bezwijken. Technisch Vakblad Van Berlo Bedrijfsvloeren B.V. – Jaargang 3 – nummer 1 5 De volgende aanslag op de vloer wordt gepleegd door de verankeringen van stellingen of machines. Hiertoe worden gaten in de betonvloer geboord waarin de ankerbouten worden verankerd. De verankering kan mechanisch of chemisch worden uitgevoerd. De mechanische verankering door spreidankers kan grote piekspanningen in de jonge betonvloer veroorzaken. Door die piekspanningen kunnen er gemakkelijk scheurtjes in de vloer springen. Door uitdrogingskrimp zullen deze scheurtjes in de loop van de tijd verder open gaan staan. Wanneer men kiest voor het chemisch verankeren van de bouten, zullen er geen vroege piekspanningen ontstaan en is er daarom een kleinere kans op vroege scheuren. Het beton warmt dus op tijdens de verharding. Dat is een praktische eigenschap, want daardoor gaat het chemische proces een beetje sneller zodat het beton sneller opstijft naarmate het afwerkproces vordert. Deze opwarming heeft echter ook een negatieve kant. Afhankelijk van de dikte van de vloerplaat, het type cement, de aanvangstemperatuur van de betonspecie en de omgevingscondities, kan het beton tijdens de verharding gemakkelijk 10°-20°C opwarmen. In dikke vloeren en tijdens extreme condities kan de temperatuur soms nog veel hoger oplopen. In dat geval kan het zelfs noodzakelijk zijn om koelleidingen te gebruiken om deze temperatuurspanningen te beheersen. Dat is in de meeste monolietvloeren met een beperkte dikte echter niet nodig. Tijdens de hydratatie stijft het beton op en ontwikkelt een zekere stijfheid, de elasticiteitsmodulus, die in de dagen na de vervaardiging van de vloer nog wat toeneemt. De vloer kan daarna bijna niet meer vervormen. Nadat de vloer gereed is zal de betontemperatuur in de daaropvolgende dagen weer afnemen tot de omgevingstemperatuur. Door afkoeling wil het beton vervormen maar wordt hierin gehinderd door de wrijving met haar fundering. De thermische uitzettingscoëfficiënt van beton is ca 0,01‰. Bij een afkoeling van het beton van 20°C en een stortgrootte van 50x50m, wil de betonvloer daarom in beide richtingen 10mm verkorten. Er is nog een potentieel gevaar dat de jonge vloer bedreigt, en waar in het algemeen niet voldoende bij stil wordt gestaan, namelijk de temperatuur. Het beton verhardt ten gevolge van de reactie tussen cement en water. De daardoor gevormde “lijm” tussen de granulaten zorgt ervoor dat het beton zijn stijfheid verkrijgt. De reactie tussen cement en water is een exotherme reactie, dat wil zeggen dat er warmte vrijkomt tijdens de reactie. Technisch Vakblad Van Berlo Bedrijfsvloeren B.V. – Jaargang 3 – nummer 1 6 Wanneer dit niet of slechts gedeeltelijk mogelijk is, zullen trekspanningen in de vloer ontstaan. Die trekspanningen kunnen, zeker wanneer het beton nog zeer jong is, niet worden opgenomen zodat er thermische krimpscheuren zullen ontstaan. Deze schade zien we vaak wanneer een vloer in de openlucht wordt uitgevoerd en er in de nacht of ochtend na de uitvoering een fikse regen- of hagelbui op terecht komt. Het oppervlak koelt dan zeer snel af en er komen grote trekspanningen in de vloer die het beton op dat moment nog niet kan opnemen. Er komen dus scheuren in het beton. Wanneer het beton al wat ouder is zal zich een behoorlijke aanhechting tussen beton en wapening hebben ontwikkeld zodat de wapening ervoor kan zorgen dat de scheurwijdte klein blijft. In beton van amper één dag oud kan die aanhechting nog niet groot zijn en zullen de scheuren bijna onbelemmerd optreden met een grote scheurwijdte tot gevolg. Ook deze scheuren groeien echter nog ten gevolge van de uitdrogingskrimp. Het is daarom aan te bevelen om de risico’s op schade zoveel mogelijk te beperken. Daarbij valt te denken aan het beperken van de temperatuurstijging van het beton tijdens de verharding, zonder echter de verhardingstijd teveel te verlengen. Onnodige verlenging van de verhardingstijd leidt immers tot een lange blootstelling van het onbeschermde beton aan de omgeving, waardoor het oppervlak gemakkelijk uitdroogt. Anderzijds is ook bescherming van het betonoppervlak nodig na het afwerken om te voorkomen dat het beton snel afkoelt. Dat is met een normale curing compound niet mogelijk. Minimaal zou het betonoppervlak dan met een plasticfolie afgedekt moeten worden. Nog beter is dan een noppenfolie of, in extreme gevallen, een isolatiedeken te gebruiken. Door veel deskundigen wordt veel nadruk gelegd op de toepassing van uitsluitend low heat cement om deze schade te voorkomen. Wanneer daardoor echter de opstijftijd flink wordt vergroot kan dit ook zeer negatieve gevolgen hebben voor de kwaliteit van het betonoppervlak. Het betonoppervlak staat dan onnodig lang bloot aan de omgevingscondities, waardoor de bovenzijde uit kan drogen en er niet voldoende water is voor een goede hydratatie van de toplaag. Een stoffige vloer is dan het resultaat van overigens goed bedoelde adviezen. Ook bij de uitvoering van binnenvloeren moet rekening gehouden worden met dit schadetype. De ruimte waarin de vloer wordt gemaakt moet tijdens het afwerken zoveel mogelijk dicht zijn en tot enige dagen na de stort dicht blijven zodat het beton langzaam af kan koelen. Wanneer de juiste maatregelen worden genomen kunnen de risico’s van temperatuurscheuren behoorlijk worden verminderd. Toch zal het risico hiervan nooit helemaal kunnen worden uitgesloten omdat de weergoden zich nu eenmaal niet houden aan de voorspellingen van uw weerradar of zelfs het KNMI. P.A.M. Maas Foto: Jeroen Kuppens Fotografie Technisch Vakblad Van Berlo Bedrijfsvloeren B.V. – Jaargang 3 – nummer 1 7 DISTRIBUTIECENTRUM VOSSENBERG Begin juni 2013 kreeg Van Berlo de opdracht voor het maken van een onderheide funderingsconstructie en de bedrijfsvloer voor een distributiemagazijn van vier units, in totaal circa 43.000m², op het industrieterrein Vossenberg in Tilburg. Opdrachtgever was Dokvast B.V. uit Oisterwijk, hoofdaannemer Heembouw B.V. In de onderhandelingsperiode die hieraan vooraf ging was al duidelijk geworden dat dit project een aantal uitdagende aspecten in zich droeg. Niet alleen was de planning zeer kort, het grootste gedeelte van het werk moest ook nog eens in de vakantieperiode worden uitgevoerd. Bovendien was het een BREAAM project hetgeen eveneens wat extra aandacht vroeg. Direct nadat de opdracht was getekend is begonnen met het ontwerp van de fundering en de vloeren door Van Berlo Engineering, natuurlijk in nauw overleg met de hoofdconstructeur Bartels. Mede vanwege de snelheid werd gekozen voor de gedeeltelijk geprefabriceerde funderingsbalken van Van Berlo Systeemfunderingen. De planning was krap, dat is inmiddels normaal, maar ruim één week na het slaan van de eerste paal beginnen met de staalconstructie is weer wat anders. Om die reden is gekozen voor een gedeeltelijk geprefabriceerde funderingsconstructie van Van Berlo Systeemfunderingen. Alleen op die manier kon aan deze extreme eis worden voldaan. Het betrof hier een samengestelde fundering. Voor het grootste gedeelte zijn dat geprefabriceerde holle balken die na plaatsing worden afgestort. Dit biedt het grote voordeel dat een flink stuk van de productie in een geconditioneerde omgeving kan worden vervaardigd. Het stellen van de holle balken en het afstorten ervan gaat vliegensvlug. Voor de bouw van de totale fundering, ongeveer 1 kilometer lang, inclusief de dockconstructies, was zeven weken gereserveerd. Dat werd in slechts vier weken gerealiseerd. Met deze prestatie was niet minder dan drie weken op de planning vooruitgelopen. Inmiddels was begonnen met het stellen van de staalconstructie. Vanwege het mooie zomerweer verliep ook dat zeer voorspoedig. Halverwege augustus waren de eerste twee hallen nagenoeg wind- en waterdicht en kon met de voorbereiding van de vloeren begonnen worden. Dit waren vloeren voor een hoogbouwmagazijn met smalle gangen van minder dan twee meter breed en met zeer hoge vlakheideisen. De truck moet zijn pallets zijdelings tot op 9 meter hoogte afzetten en de pallet wordt tijdens het rijden omhoog gebracht. De hoogtetolerantie tussen de voorwielen van de truck is daarom beperkt tot maximaal 2,5mm. Om een dergelijke vlakheid te behalen moeten alle omstandigheden geoptimaliseerd worden. Allereerst moet natuurlijk gezorgd worden voor een stabiele, draagkrachtige en vlakke ondergrond. De draagkracht ervan wordt gecontroleerd door plaatproeven. Ook de vlakheid van de funderingslaag onder de vloer wordt gecontroleerd. Daarna worden de dagvoegen op de juiste hoogte gesteld, waarna de wapening gelegd kan worden. Tenslotte kan de plaat gestort en - de avond en nacht erna - afgewerkt kan worden. Na controle bleek de gevraagde tolerantie voor 99,5% te zijn behaald. Technisch Vakblad Van Berlo Bedrijfsvloeren B.V. – Jaargang 3 – nummer 1 8 De circa 43.000m² zeer vlakke vloeren werden in een goede vier weken tijd aangebracht. Ook enkele verdiepingsvloeren en een grote laadkuil verharding werden ruim binnen de opleveringstermijn opgeleverd. A.J. van Hal COLOFON Dit is een uitgave van Van Berlo Bedrijfsvloeren B.V. Het Technisch Vakblad verschijnt drie à vier keer per jaar en wordt toegestuurd aan zakenpartners. Redactie Petra Truren WWW.VANBERLO.COM Van Berlo Bedrijfsvloeren B.V. Doornhoek 3715, 5465 TA Postbus 183, 5460 AD Veghel Telefoon: +31(0) 413 389090 Telefax: +31(0) 413 389099 9 [email protected]
© Copyright 2025 ExpyDoc