brl duurzame boomkwekerijproducten 2014

Groenkeur-beoordelingsrichtlijn
Duurzame
Boomkwekerijproducten
Assessment Guideline Groenkeur Sustainable Tree Nursery
Products
inclusief interpretatiedocument
Beoordelingsrichtlijn voor duurzame laan- en parkbomen, bos- en haagplantsoen,
vruchtbomen, rozen, coniferen, heesters en vaste planten uit de onbedekte teelt.
Vastgesteld: 11 februari 2014
Geldig van 5 maart 2014 tot 1 januari 2016
© 2014, Stichting Groenkeur.
Stichting Groenkeur is eigenaar van dit schema voor conformiteitsbeoordeling en heeft het alleenrecht van
publicatie. Het schemabeheer is door het bestuur van Stichting Groenkeur bij reglement gemandateerd aan het
College van Deskundigen groen. Alleen de schemabeheerder is bevoegd deze beoordelingsrichtlijn te ontwikkelen
en te wijzigen. Het College van Deskundigen groen is tevens belast met toezicht en handhaving.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 2
INHOUDSOPGAVE
Voorwoord / Samenvatting
blz. 3
1 Inleiding
1.1 Algemeen
1.2 Certificerende instellingen
1.3 Aanmelden
1.4 Afmelden
1.5 Audits
blz. 5
2 Scope en voorschriften certificaat
2.1 Scope
2.2 Voorschriften certificaat
blz. 8
3 Termen en definities
blz. 10
4 Producteisen
blz. 11
4.1 Inleiding
4.2 Gewasbescherming
4.3 Bemesting
4.4 Genetische kwaliteit plantmateriaal
4.5 Duurzaam materiaalgebruik van plantenpotten
4.6 Keuring / onderhoud van spuitapparatuur en kunstmeststrooiers
4.7 Duurzaamheidsplan
5 Arbeidsomstandigheden
5.1 Overzicht medewerkers
5.2 RI&E
blz. 22
6 Traceerbaarheid
blz. 23
7 Overige eisen
7.1 Voldoen aan wet- en regelgeving
7.2 Klachtenprocedure
7.3 Bedrijfsafval
7.4 Aanvullende eisen containerteelt
blz. 24
Bijlage A Eisen aan certificerende instelling
blz. 26
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 3
VOORWOORD / SAMENVATTING
Het certificatieschema beoordelingsrichtlijn (BRL) Duurzame Boomkwekerijproducten is
eind 2013 ontwikkeld op verzoek van de Vereniging Duurzame Boomkwekers Nederland
(DBN). DBN heeft Groenkeur benaderd met de vraag een nieuw certificatieschema te
ontwikkelen dat aansluit op de overige Groenkeur-certificatieschema’s. Groenkeur heeft
meerdere (bedrijfs)certificatieschema's in beheer voor hoveniers en groenvoorzieners
(Tuinaanleg & Tuinonderhoud, Groenvoorzieningen, Boomverzorging en Dak- en
Gevelbegroening).
Een koppeling met Groenkeur voor de teelt van boomkwekerijproducten ligt voor de hand.
Groenkeur-certificatieschema’s worden gevraagd in ongeveer 70% van de
aanbestedingstrajecten voor groenvoorzieningen door de rijksoverheid, provincies,
gemeenten en waterschappen.
Ambitie/scope
Het certificatieschema BRL Duurzame Boomkwekerijproducten richt zich op de productie en
afzet van duurzame boomkwekerijproducten, met bovenwettelijke eisen op het gebied van
milieu en arbeidsomstandigheden. Groenkeur richt zich met deze BRL op de voorlopers op
het gebied van duurzame teelt.
De BRL Duurzame Boomkwekerijproducten is geschikt om producten te kunnen leveren
aan afnemers die duurzaamheid hoog in het vaandel hebben op nationale- en internationale
markten.
Productcertificaat
De BRL Duurzame Boomkwekerijproducten is een productcertificaat. Dit in tegenstelling tot
de bovengenoemde Groenkeur-certificatieschema’s.
De BRL Duurzame Boomkwekerijproducten richt zich op volgende speerpunten:
a. Eisen aan het product volgens de criteria voor duurzaam inkopen van
groenvoorzieningen.
b. Eisen aan arbeidsomstandigheden.
c. Eisen aan traceerbaarheid in de keten om te borgen dat de geleverde producten aan
de eisen uit de BRL voldoen.
Producteisen
Onderstaande producteisen uit de criteria voor duurzaam inkopen van groenvoorzieningen
vormen de basis voor de BRL Duurzame Boomkwekerijproducten:
a. Bij de teelt zijn alleen gewasbeschermingsmiddelen gebruikt die voorkomen op de
lijsten met toegestane gewasbeschermingsmiddelen, aantoonbaar met registraties van
inkoop, voorraad en gebruik en met jaarlijkse externe residucontroles.
b. Bij de teelt zijn de stikstof- en fosfaatgebruiksnormen van duurzaam inkopen
gehanteerd; de toepassing van meststoffen is gebaseerd op stikstofbemonstering in de
bodem of specifieke situatie in de containerteelt, en aantoonbaar met registraties van
inkoop, voorraad en gebruik.
c. Genetische kwaliteit van het plantmateriaal; aantoonbaar via registratie.
d. Duurzaam materiaalgebruik van de plantenpotten waarin het plantmateriaal wordt
geleverd; aantoonbaar met registraties van inkoop, voorraad en gebruik.
Daarnaast zijn in de BRL bovenwettelijke eisen opgenomen voor keuring en/of het
onderhoud van spuitapparatuur en kunstmeststrooiers voor zover aanwezig op het bedrijf.
Goed afgestelde apparatuur is essentieel voor een duurzame teelt van
boomkwekerijproducten. Toepassers van gewasbeschermingsmiddelen moeten beschikken
over een geldig bewijs van vakbekwaamheid.
Ook het opstellen van een duurzaamheidsplan is onderdeel van de BRL Duurzame
Boomkwekerijproducten, met daarin een:
a. Gewasbeschermingsplan met daarin aangeven hoe in het volgende teeltjaar wordt
voldaan aan de gewasbeschermingseisen uit de BRL.
b. Bemestingsplan met daarin aangegeven hoe in het volgende teeltjaar wordt voldaan
aan de bemestingseisen uit de BRL.
c. Biodiversiteitplan; vrij in te vullen met bijvoorbeeld een bedrijfsnatuurplan. Hierin wordt
aangegeven welke doelstellingen worden gerealiseerd in de volgende drie jaren.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 4
Arbeidsomstandigheden
Binnen de beoordelingsrichtlijn (BRL) Duurzame Boomkwekerijproducten moet worden
voldaan aan de eisen die voortvloeien uit de RI&E met bijbehorend verbeterplan (onder
andere voor opleidingen en trainingen van eigen en/of ingehuurd personeel; aanwezigheid
van persoonlijke beschermingsmaterialen).
Bedrijven die zich internationaal willen profileren kunnen dit doen met een aanvullend
sociaal certificaat in het kader van het Fair Trees Fair Plants (FTFP)-label.
Traceerbaarheid
Vanuit de BRL Duurzame Boomkwekerijproducten moeten Groenkeur-producten
traceerbaar zijn tot op het eigen teeltperceel dan wel tot aan de leverancier van de
Groenkeur-producten. Dit moet worden aangetoond aan de hand van een intern registratiesysteem. Bovendien moet de Groenkeur-productstroom onderscheidbaar zijn van de nietGroenkeur-productstroom. Bij de audits zal de traceerbaarheid worden gecontroleerd. Ook
worden hiertoe onaangekondigde audits uitgevoerd bij de boomkwekers en worden audits
uitgevoerd bij afnemers, bijvoorbeeld bij overheden.
Fair Trees Fair Plants
De BRL Duurzame Boomkwekerijproducten sluit aan op het nieuwe internationale label Fair
Trees Fair Plants (FTFP) van de stichting FFP (Fair Flowers Fair Plants).
Fair Trees Fair Plants bestaat uit milieueisen en sociale eisen. De sociale eisen zijn
opgesteld in overleg met vakbonden en gebaseerd op de standaarden van de International
Labour Organisation (ILO). Met de producteisen uit dit schema wordt naar verwachting
binnenkort voldaan aan de milieueisen voor Fair Trees Fair Plants.
Met het behalen van een aanvullend certificaat voor de sociale eisen kunnen producten in
binnen- en buitenland worden afgezet onder het Fair Trees Fair Plants-label. Deze optie is
voornamelijk interessant voor de grotere exporterende bedrijven. De certificaten die voldoen
aan de sociale criteria van Fair Flowers Fair Plants staan vermeld op de website van FFP:
http://www.fairflowersfairplants.com/home-nl/standaard/benchmark.aspx.
College van Deskundigen groen
Een onafhankelijk College van Deskundigen groen, waarin alle marktpartijen (ook klanten)
zijn vertegenwoordigd, beheert de beoordelingsrichtlijn en stelt de criteria vast. Elk bedrijf
wordt minimaal jaarlijks geaudit door een onafhankelijke certificerende instelling. Bij het
voldoen aan alle normen, krijgt deze het Groenkeur-certificaat of een verlenging ervan.
Bij certificatie voor deze Groenkeur-beoordelingsrichtlijn moet het Reglement certificatie
Groenkeur-producten worden gebruikt. Tenzij anders is vermeld, zijn de Groenkeurreglementen van toepassing voor deze beoordelingsrichtlijn.
De acceptatie van de BRL Duurzame Boomkwekerijproducten door de Raad voor
Accreditatie wordt in de tweede helft van 2014 voorbereid. Het jaar 2014 geldt daarbij als
validatiejaar.
Status Groenkeur-beoordelingsrichtlijn Boomkwekerijproducten
Deze Groenkeur-beoordelingsrichtlijn Boomkwekerijproducten is vastgesteld door het
College van Deskundigen groen.
1. De eerste versie: ………………………………………….
Prof. ir. N.A. Hendriks
Voorzitter College van Deskundigen groen
11 februari 2014
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 5
1
INLEIDING
1.1
Algemeen
Het certificatieschema beoordelingsrichtlijn (BRL) Duurzame Boomkwekerijproducten is
eind 2013 ontwikkeld op verzoek van de Vereniging Duurzame Boomkwekers Nederland
(DBN). DBN heeft Groenkeur benaderd met de vraag een nieuw certificatieschema te
ontwikkelen dat aansluit op de overige Groenkeur-certificatieschema’s. Groenkeur heeft
meerdere (bedrijfs)certificatieschema's in beheer voor hoveniers en groenvoorzieners
(Tuinaanleg & Tuinonderhoud, Groenvoorzieningen, Boomverzorging en Dak- en
Gevelbegroening).
Stichting Groenkeur is een onafhankelijke stichting. De stichting heeft onder andere als
doel: het ontwikkelen van certificatieschema’s op basis waarvan conformiteitsbeoordelingen kunnen plaatsvinden en op basis waarvan certificaten kunnen worden
afgegeven. Daarnaast heeft de stichting als doel het bevorderen en promoten van de
groene sector en van de deelnemers/certificaathouders.
In de statuten en reglementen heeft Stichting Groenkeur de regels vastgelegd. Die
documenten, alsook de genoemde verwijzingen in het schema zijn in hun actuele versie
beschikbaar op www.groenkeur.nl. Door daarnaar te verwijzen, maken ze deel uit van de
beoordelingsrichtlijn. Voor ongedateerde verwijzingen is de laatste versie van het document
van toepassing. Eventuele aanvullende besluiten van het College van Deskundigen groen
maken eveneens deel uit van de BRL. Deze worden kenbaar gemaakt aan de deelnemers/
certificaathouders en gepubliceerd op www.groenkeur.nl.
Deze Groenkeur-beoordelingsrichtlijn Duurzame Boomkwekerijproducten richt zich op de
productie en afzet van duurzame boomkwekerijproducten, met bovenwettelijke eisen op het
gebied van milieu en arbeidsomstandigheden.
Groenkeur richt zich met deze BRL op de voorlopers op het gebied van duurzame teelt.
De BRL Duurzame Boomkwekerijproducten is geschikt om producten te kunnen leveren
aan afnemers die duurzaamheid hoog in het vaandel hebben op nationale- en internationale
markten.
Het certificatieschema BRL Duurzame Boomkwekerijproducten is een productcertificaat.
Voor de beoordeling ervan geldt de Europese richtlijn ISO/IEC 17065:2012, de opvolger van
de EN 45011:1998.
Bij deze beoordelingsrichtlijn behoren interpretaties. De deelnemer en de certificerende
instelling kunnen de genoemde interpretaties als verklarende uitleg gebruiken.
INTERPRETATIE
Interpretaties zijn in een dergelijk kader weergegeven Deze horen inhoudelijk niet
tot de beoordelingsrichtlijn. Het is een verklarende uitleg.
1.2
Certificerende instellingen
Groenkeur voert zelf geen audits uit. Dit is voorbehouden aan onafhankelijke certificerende
instellingen (CI’s) waarmee Groenkeur een licentieovereenkomst heeft afgesloten.
De audit bestaat uit een administratieve en een visuele/fysieke beoordeling op het bedrijf.
Voorschriften over de uitvoering van de audit zijn opgenomen in het Reglement Certificatie
Groenkeur producten. Het is te raadplegen op www.groenkeur.nl
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 6
Deze beoordelingsrichtlijn noemt specifiek de “afwijkingen”. De afwijking moet binnen
30 dagen zijn gecorrigeerd, Naast de afwijking wijst de beoordelingsrichtlijn ook “kritieke
afwijkingen“ aan. Kritieke afwijkingen zijn ernstige tekortkomingen, die niet meer zijn te
corrigeren, inclusief fraude of obstructie. Een kritieke afwijking leidt tot intrekking van het
certificaat.
De certificerende instelling (CI) kent een eigen klachten- en beroepsregeling. Klachten over
de uitvoering van een audit kunnen bij de certificerende instelling worden ingediend.
Klachten over de inhoud van de beoordelingsrichtlijn of bijbehorende reglementen kunnen
worden ingediend bij het College van Deskundigen groen. Het Reglement klachten
Groenkeur regelt de procedure. Het is te raadplegen op www.groenkeur.nl
INTERPRETATIE
Het College van Deskundigen groen hecht eraan in de beoordelingsrichtlijn vast te
stellen welke afwijkingen van de norm beslist niet mogen leiden tot certificering. De
onderverdeling die daarbij geldt zijn: afwijkingen en kritieke afwijkingen
Ook de vastgestelde afwijkingen die tijdens een audit alsnog worden opgeheven
worden in het auditrapport vermeld. Aan de afwijking wordt de mededeling
toegevoegd, dat tijdens de audit de genoemde afwijking is gecorrigeerd.
1.3
Aanmelden
Een aspirant-deelnemer moet zich aanmelden bij een certificerende instelling die voor het
uitvoeren van audits op deze BRL een licentieovereenkomst heeft afgesloten met
Groenkeur. De aspirant-deelnemer sluit een contract af met de certificerende instelling voor
het uitvoeren van audits.
Een (aspirant-)deelnemer meldt zich aan met zijn totale bedrijfsproductie, inclusief de
handel in Groenkeur-producten dan wel voor alleen de handel in Groenkeur-producten
(handelsbedrijven/groenvoorzieners). De bedrijfsproductie moet voor 1 juni van het
desbetreffende jaar worden aangemeld. Aanmelding voor certificatie op basis van alleen de
handel kan gedurende het hele jaar plaatsvinden.
Een (aspirant-)deelnemer moet zich aanmelden met de totale bedrijfsproductie van
boomkwekerijproducten op zijn bedrijf.
Producten moeten minimaal een groeiseizoen op het bedrijf aanwezig zijn om als
Groenkeur-producten te kunnen worden afgezet. Voor meerjarige teelten geldt een
groeiseizoen van een jaar. Bij containerteelt en eenjarige vollegrondsteelten wordt
uitgegaan van 4 maanden als groeiseizoen. Producten met een teeltduur korter dan
4 maanden mogen onder Groenkeur worden verkocht als het uitgangsmateriaal (geworteld
stek of zaaigoed) is op- of overgepot of uitgeplant op het eigen bedrijf.
Producten die als Groenkeur worden ingekocht kunnen direct als Groenkeur-product
worden doorverkocht. Voor 2014 geldt een overgangsperiode, waarin ook producten die
aantoonbaar aan de gewasbeschermings- en bemestingseisen uit de criteria voor duurzaam
inkopen van groenvoorzieningen voldoen, direct als Groenkeur-producten kunnen worden
doorverkocht.
INTERPRETATIE
Het voldoen aan de gewasbeschermings- en bemestingseisen uit de criteria voor
duurzaam inkopen van Groenvoorzieningen kan worden aangetoond met certificaten
van de volgende certificatieschema’s: Milieukeur Boomkwekerijproducten, MPS-A met
duurzaamheidscertificaat en/of het SKAL- of EKO-keurmerk.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 7
1.4
Afmelden
Een certificaathouder die zich wil afmelden voor het Groenkeur-certificaat moet dit
schriftelijk melden bij de certificerende instelling. Het certificaat moet met deze afmelding
worden meegestuurd.
Een certificaathouder kan gedurende het teeltseizoen een beargumenteerd verzoek
indienen bij de certificerende instelling om maximaal 25% van de totale bedrijfsoppervlakte
af te melden.
De certificaathouder moet hierbij kunnen aantonen dat:
- op de afgemelde percelen aan de wet is voldaan
- aantoonbaar kan worden geborgd dat de Groenkeur-producten fysiek en administratief
gescheiden zijn van de afgemelde niet-Groenkeur-producten.
1.5
Audits
De audits bij certificaathouders vinden op het bedrijf plaats met een frequentie van eenmaal
per jaar, aan het eind van het teeltseizoen.
Aspirant-deelnemers kunnen het Groenkeur-certificaat behalen na twee audits, te weten de
audit aan het begin van het jaar (voorjaarsaudit) en die aan eind van het teeltseizoen
(najaarsaudit). Bedrijven moeten aantoonbaar maken dat minimaal zes maanden is voldaan
aan alle eisen uit de BRL om voor certificatie in aanmerking te komen. Deze zes maanden
betreffen de periode voorafgaand aan het moment van certificatie.
Vanaf het tweede jaar volstaat een jaarlijkse bedrijfsaudit aan het eind van het teeltseizoen.
INTERPRETATIE
Aspirant deelnemers met een geldig Milieukeurcertificaat voor hun
boomkwekerijproducten kunnen al bij de voorjaarsaudit het Groenkeurcertificaat
verkrijgen indien aan alle eisen uit het schema wordt voldaan.
Bij de voorjaarsaudit moet het duurzaamheidsplan voor het komende seizoen aanwezig zijn.
Uit het plan moet blijken dat de producten gedurende het groeiseizoen aan de eisen van
Groenkeur kunnen voldoen. Verder worden de voorraden gewasbeschermingsmiddelen en
meststoffen opgenomen.
Bij de najaarsaudit wordt beoordeeld of de producten volgens de Groenkeur eisen zijn
geteeld, wordt het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen over het totale
teeltseizoen doorgerekend en wordt een traceerbaarheidsaudit uitgevoerd. De najaarsaudit
vindt altijd op het bedrijf plaats. Het jaarlijkse residu onderzoek mag samenvallen met deze
audit maar kan ook zonder aankondiging plaatsvinden.
Vanaf het tweede jaar worden de voor- en najaarsaudit samengevoegd tot een audit aan
het eind van het teeltseizoen.
Bij binnengekomen klachten over het niet nakomen van de criteria door een
certificaathouder kan een aanvullende audit worden uitgevoerd. Deze audit kan worden
uitgebreid naar eventuele Groenkeurleveranciers van deze certificaathouder als de klacht
de traceerbaarheid betreft.
Bij binnengekomen klachten van een eindafnemer over traceerbaarheid kan op deze manier
een aanvullende audit worden uitgevoerd bij alle Groenkeurschakels van de keten.
Een certificaathouder moet ook tussen de reguliere audits aan de eisen uit de BRL
Duurzame Boomkwekerijproducten voldoen. Hiertoe wordt gemiddeld eens in de drie jaar
een aanvullende onaangekondigde audit uitgevoerd. Bij de onaangekondigde controle ligt
de nadruk op de traceerbaarheid van de Groenkeurproducten en het juiste gebruik van
gewasbeschermingsmiddelen.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 8
2
SCOPE EN VOORSCHRIFTEN CERTIFICAAT
2.1
Scope
Het certificatieschema BRL Duurzame Boomkwekerijproducten richt zich op de productie en
afzet van duurzame boomkwekerijproducten, met bovenwettelijke eisen op het gebied van
milieu en arbeidsomstandigheden.
2.2
Ambitieniveau
Groenkeur richt zich met deze BRL op de voorlopers op het gebied van duurzame teelt.
De BRL Duurzame Boomkwekerijproducten is geschikt om producten te kunnen leveren
aan afnemers die duurzaamheid hoog in het vaandel hebben, aan overheidsmarkten die de
criteria voor duurzaam inkopen van groenvoorzieningen hanteren en aan buitenlandse
afnemers.
2.3
Voorschriften certificaat
Wanneer de producten van het bedrijf voldoen aan de eis van deze beoordelingsrichtlijn
ontvangt het bedrijf hiervoor een Groenkeurcertificaat van de onafhankelijke certificerende
instelling. Vanaf dat moment is het bedrijf formeel “certificaathouder” voor de gecertificeerde
producten. Per certificaathouder wordt na goedkeuring door de certificerende instelling een
ondertekend certificaat verstrekt. Het certificaat vermeldt het volgende:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
11.
12.
Naam certificerende instelling
Product: Boomkwekerijproducten, met onderverdeling naar gewasgroepen en hectares
Naam certificaathouder
Voldoen aan de eisen van het Groenkeur-certificatieschema BRL Duurzame
Boomkwekerijproducten
Versie: 2014
Toepassingsgebied:
a.
Productie en traceerbaarheid (voor productiebedrijven)
b.
Traceerbaarheid (voor handelsbedrijven)
Adresgegevens van certificaathouder en eventuele bijschrijvingen met adresgegevens
Registratienummer, bestaande uit afkorting van de CI en een uniek nummer
Ingangsdatum geldigheid
Einddatum geldigheid (vervaldatum)
Vermelding uit hoeveel pagina’s het certificaat bestaat
Naam van de ondertekenaar
INTERPRETATIE
Bij de Nederlandse naam mag ook de internationale naam op het certificaat vermeld
worden: Assessment Guideline Groenkeur Sustainable Tree Nursery Products.
Over de vermelding van het aantal namen op het certificaat heeft het bestuur
Groenkeur op 15 juni 2012 het navolgende besloten:
Certificaten opmaken met één Hoofdnaam (holding/bedrijfsnaam) zoals ingeschreven
bij de Kamer van Koophandel. Daarnaast is het mogelijk om een aantal (relevante)
bijschrijvingen op te nemen. Deze bijschrijvingen kunnen andere rechtspersonen,
handelsnamen en/of vestigingen zijn die vallen onder verantwoordelijkheid van de
hoofdvestiging.
Het certificaat is maximaal twee jaar geldig.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 9
Het vermelden van meerdere beoordelingsrichtlijnen op het certificaat is niet toegestaan. Op
een certificaat mogen alleen die vestigingen worden vermeld waarvan de producten voldoen
aan de eisen van deze beoordelingsrichtlijn. Na afgifte van een certificaat kunnen uitsluitend
nieuwe vestigingen op het certificaat worden vermeld waarover de certificerende instelling
positief heeft beslist.
De certificerende instelling is verplicht het beeldmerk van Groenkeur op het certificaat te
vermelden. De certificerende instelling houdt toezicht op een juiste naleving van het gebruik
van het beeldmerk. Afwijkingen in het gebruik van het beeldmerk moeten door de
certificerende instelling direct aan Stichting Groenkeur worden gemeld.
De eisen op het gebied van het beeldmerk gebruik zijn geregeld in het Reglement
Beeldmerk Groenkeur. Het is te raadplegen op www.groenkeur.nl
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 10
3
VERWIJZINGEN, TERMEN EN DEFINITIES
Deze beoordelingsrichtlijn verwijst naar de volgende interne documenten. Deze
documenten zijn te vinden op www.groenkeur.nl. Deze documenten bevatten eveneens de
in de BRL genoemde termen en definities:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
1
De Statuten van de Stichting Groenkeur
2
Het Huishoudelijk reglement Stichting Groenkeur
3
Het Reglement certificatie Groenkeur-producten
4
Het Reglement beeldmerk en logo’s Groenkeur
Het Reglement klachten Groenkeur
Lijst met toegestane gewasbeschermingsmiddelen binnen de BRL Duurzame
Boomkwekerijproducten
Lijst met maximaal toegestane hoeveelheid werkzame stof binnen de BRL Duurzame
Boomkwekerijproducten
Deze beoordelingsrichtlijn verwijst verder naar de volgende externe bronnen:
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
1
2
3
4
Website FFP voor certificatieschema’s die voldoen aan de sociale eisen van FFP:
http://www.fairflowersfairplants.com/home-nl/standaard/benchmark.aspx
Website Helpdesk Water voor emissiebeperkende doppen en technieken:
http://www.helpdeskwater.nl/
Website PIANOo voor de criteria voor duurzaam inkopen van groenvoorzieningen:
http://www.pianoo.nl/sites/default/files/documents/documents/volledigecriteriadocument
groenvoorzieningen.pdf
Website SMK: www.smk.nl ; PIANOo verwijst in de criteria voor duurzaam inkopen van
groenvoorzieningen voor gewasbescherming en bemesting naar de eisen uit het
Milieukeurschema Plantaardige Producten uit de open teelt, boomkwekerijproducten.
Deze eisen zijn als onderdeel opgenomen in deze BRL.
Website SKAL voor toegestane middelen uit de biologische teelt: www.skal.nl
Website Ctgb voor middelen die vallen onder de Regeling Uitzondering
bestrijdingsmiddelen (RUB): www.ctgb.nl
Website SKL voor erkende bedrijven voor het uitvoeren van keuringen van
spuitapparatuur: www.sklkeuring.nl
Kwaliteitsnormen en omschrijvingen van Boomkwekerijproducten (uitgave van de Raad
voor de Boomkwekerij)
Het oprichtingsstatuut van Stichting Groenkeur (www.groenkeur.nl)
Het huishoudelijk reglement door het bestuur van de Stichting vastgesteld (www.groenkeur.nl)
Het reglement van Stichting Groenkeur waarbij is vastgesteld waaraan een audit moet voldoen.
Een samenstel aan regels over het gebruik van het Groenkeur-beeldmerk (www.groenkeur.nl)
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 11
4
PRODUCTEISEN
4.1
Inleiding
De producteisen uit de criteria voor duurzaam inkopen van groenvoorzieningen vormen de
basis voor de BRL Duurzame Boomkwekerijproducten (zie www.pianoo.nl):
a. Hanteren van de lijsten met toegestane gewasbeschermingsmiddelen; aantoonbaar
met registraties van inkoop, voorraad en gebruik en met jaarlijkse externe residucontroles (4.2).
b. Hanteren van stikstofgebruiksnormen en fosfaatgebruiksnormen die een jaar
vooruitlopen op de wet; de toepassing van meststoffen is gebaseerd op de
stikstofbemonstering in de bodem of de specifieke situatie in de containerteelt, en
aantoonbaar met registraties van inkoop, voorraad en gebruik (4.3).
c. Genetische kwaliteit van het plantmateriaal; aantoonbaar via registratie (4.4).
d. Duurzaam materiaalgebruik van de plantenpotten waarin het plantmateriaal wordt
geleverd; aantoonbaar met registraties van inkoop, voorraad en gebruik (4.5).
Daarnaast zijn bovenwettelijke eisen opgenomen voor onderhoud en/of keuring van
spuitapparatuur en kunstmeststrooiers. Goed afgestelde apparatuur is essentieel voor een
duurzame teelt van boomkwekerijproducten (4.6). Toepassers van
gewasbeschermingsmiddelen moeten beschikken over een geldig bewijs van
vakbekwaamheid (4.2).
Ook het opstellen van een duurzaamheidsplan onderdeel van de BRL Duurzame
Boomkwekerijproducten (4.7), met daarin een:
a. Gewasbeschermingsplan met daarin aangeven hoe in het volgende teeltjaar wordt
voldaan aan de gewasbeschermingseisen uit de BRL.
b. Bemestingsplan met daarin aangegeven hoe in het volgende teeltjaar wordt voldaan
aan de bemestingseisen uit de BRL.
c. Biodiversiteitplan; vrij in te vullen met bijvoorbeeld een bedrijfsnatuurplan. Hierin wordt
aangegeven welke doelstellingen worden gerealiseerd in de volgende drie jaren.
4.2
Gewasbescherming
4.2.1 Toegestane gewasbeschermingsmiddelen
Bij de teelt van boomkwekerijproducten zijn alleen gewasbeschermingsmiddelen toegepast
uit de meest recente lijsten met toegestane gewasbeschermingsmiddelen en toegepast
volgens de in die lijsten opgenomen aanwijzingen, maximale doseringen en
toepassingsperiode. Daarnaast mogen de biologische middelen gebruikt zijn die door het
Ctgb zijn toegelaten, evenals de middelen die vermeld staan in de Regeling Uitzondering
Bestrijdingsmiddelen (RUB).
De meest recente lijsten met toegestane gewasbeschermingsmiddelen zijn te vinden op
www.groenkeur.nl.
Hierbij geldt:
1. Er is een lijst met toegestane middelen voor de teelt van laanbomen en voor de teelt
van de overige boomkwekerijgewassen; voor gerecirculeerde containervelden en
teelten in de kas is een lijst toegevoegd met middelen die extra zijn toegestaan
bovenop de lijst voor overige boomkwekerijgewassen.
2. De in de lijsten genoemde eisen voor de toepassing van driftbeperkende doppen op
percelen die grenzen aan oppervlaktewater gelden het totale perceel.
3. Bij neerwaartse bespuitingen op percelen die grenzen aan oppervlaktewater geldt
minimaal 75% driftreductie via driftbeperkende doppen of technieken. Afwijken van
deze norm kan alleen na schriftelijke toestemming van het waterschap.
4. De indeling van de driftbeperkende doppen en technieken is terug te vinden op de site
van Helpdesk Water met zoekterm “doppen” (http://www.helpdeskwater.nl/).
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 12
5. Pleksgewijze toepassing wordt conform de Ctgb interpretatie gedefinieerd als een
toepassing op maximaal 10% van een hectare product, berekend over het totale
perceel, inclusief eventuele grasbanen en/of zwarte stroken.
6. Grondontsmettingsmiddelen zijn niet toegestaan met uitzondering van Basamid
Cleanstart dat aanvullend op de lijsten mag worden toegepast op zaaibedden van bosen haagplantsoen in de periode maart tot september, mits hiervoor een vrijstelling
wordt verleend door het Ctgb. Basamid mag maximaal éénmaal per drie jaar op
hetzelfde perceel worden toegepast.
Voor de toepassing van Basamid gelden binnen de BRL beperkende voorwaarden:
toepassing is toegestaan in een halve wettelijke dosering (maximaal 250 kg/ha)
jaarlijks op maximaal 1% van het bedrijfsareaal.
De biologische middelen die door het Ctgb zijn toegelaten staan op www.skal.nl. De
toegestane middelen uit de Regeling Uitzondering Bestrijdingsmiddelen (RUB) zijn te vinden
op de site van het Ctgb: www.ctgb.nl.
4.2.2 Maximaal toegestane hoeveelheid werkzame stof
Voor de teelt van boomkwekerijproducten geldt een maximale hoeveelheid werkzame stof
die jaarlijks mag worden toegepast. Het gebruik van Basamid Cleanstart op zaaibedden van
bos en haagplantsoen valt buiten de gestelde kilogramnorm. De kilogramnormen zijn terug
te vinden op www.groenkeur.nl
4.2.3 Registraties
Er is een sluitende registratie van inkoop, voorraad en de toepassing van
gewasbeschermingsmiddelen voor het totale bedrijf op perceelsniveau. Bij de toepassing
van middelen wordt minimaal geregistreerd: datum toepassing, volledige middelnaam,
dosering, toepasser, perceel, reden van de toepassing en de toepassingsmethode. Indien
de toepassing afwijkt van het gewasbeschermingsplan wordt de reden hiervoor vermeld.
4.2.4 Bewijs van vakbekwaamheid (spuitlicentie)
Toepassers van gewasbeschermingsmiddelen moeten in het bezit zijn van een geldig
bewijs van vakbekwaamheid.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 13
INTERPRETATIE
Het juiste gebruik van gewasbeschermingsmiddelen wordt beoordeeld aan de hand
van een administratieve beoordeling van de gewasbeschermingsmiddelenregistratie,
een fysieke beoordeling van de aanwezige middelen in de middelenkast en het nemen
van residumonsters op het bedrijf. Uit de gewasbeschermingsmiddelenregistratie moet
blijken dat de aanvullende gebruiksvoorschriften (zoals genoemd in de lijsten met
toegestane middelen) zijn nageleefd.
Bij aspirant-deelnemers vindt bij de audit voorafgaand aan het seizoen een
inventarisatie plaats van de voorraad aan gewasbeschermingsmiddelen. Bij audit na
het teeltseizoen wordt de verbruiksregistratie doorgenomen. Beoordeeld wordt of aan
de eisen wordt voldaan.
Bij audit in het volgende seizoen wordt het verbruik berekend door het verschil te
bepalen tussen de beginvoorraad (opgenomen aan het begin van het seizoen) en de
aankopen tijdens de teelt (m.b.v. facturen) en de na de teelt daadwerkelijk aanwezige
voorraad van gewasbeschermingsmiddelen. Het berekende verbruik wordt vergeleken
met de registratie van het verbruik van de gewasbeschermingsmiddelen.
Bij bestaande certificaathouders worden bovengenoemde werkzaamheden
gecombineerd in de audit aan het eind van de teelt.
Jaarlijks vindt een residu-onderzoek plaats. Voor het residu-onderzoek moet de
certificerende instelling een contract afsluiten met een, voor de desbetreffende test
(GCMS/LCMS), ISO 17025 geaccrediteerd laboratorium. Het laboratorium schrijft de
monstergrootte per product per test voor aan de certificerende instelling (of andere
ISO 17025 geaccrediteerde bemonsterende instantie.
Het te bemonsteren materiaal is blad (omdat daarop de meeste middelen zijn terug te
vinden), grond en/of aanwezige onkruiden (als controle op het herbicidengebruik). Het
monster moet aan het eind van de teelt worden genomen bij de rassen en soorten die
het meest vatbaar zijn voor ziekten.
De monsters worden aselect in tweevoud genomen, waarbij een van de monsters
wordt bewaard voor een eventueel aanvullend onderzoek bij twijfel over de uitslag. De
monsters worden gekoeld getransporteerd en binnen één dag na monstername
afgeleverd bij het laboratorium.
Het aantal te nemen monsters is afhankelijk van de omvang van het bedrijf. Voor
bedrijven met laan- en parkbomen geldt één monster per 50 ha aangemeld product.
Voor bedrijven met overige producten geldt één monster per 15 ha. Het maximum
aantal monsters per bedrijf per jaar is drie.
De eisen gelden voor zowel gewasbescherming die door de boomkweker wordt
uitgevoerd als voor de gewasbescherming die door loonwerkers wordt uitgevoerd.
Aan de hand van het originele bewijs of een kopie hiervan wordt beoordeeld of
toepassers van gewasbeschermingsmiddelen in het bezit zijn van een geldig bewijs
van vakbekwaamheid.
Afwijking: Het product voldoet niet aan de eisen en/of registraties zijn niet compleet.
Afwijking: Er is een niet toegestaan middel gebruikt of het middel niet volgens de
aanwijzingen toegepast. Dit kan blijken uit de registratie of uit het residu-onderzoek
Kritieke afwijking: Een onomstotelijke vaststelling dat de registraties valse- of vervalste
gegevens bevatten. Verder leiden twee of meer afwijkingen op het onderdeel
gewasbescherming tot een kritieke afwijking evenals een gebruik van een wettelijk niet
toegelaten middel.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 14
4.3
Bemesting
4.3.1 Stikstof
Vollegrondsteelt
Bij de teelt van boomkwekerijproducten in de vollegrond zijn voor de bemesting de volgende
gebruiksnormen van kracht voor stikstof:
Dierlijke mest: ten hoogste 170 kg N/ha.
Stikstof: volgens de stikstofgebruiksnormen uit de volgende tabel (in kg/ha/jaar)
Gewas
Boomkwekerijgewassen
Klei
Zand en löss
Veen
2014
2014
2014
40
40
40
*
Laanbomen: onderstammen
Laanbomen: spillen
90
90
90
Laanbomen: opzetters
115
115
115
Sierheesters
75
75
75
Coniferen
80
80
80
Rozen (incl. zaailingen, onderstammen)
70
70
70
Bos- en haagplantsoen
95
95
95
Vaste planten
175
175
175
Vruchtbomen: onderstammen
30
30
30
Vruchtbomen: moerbomen
110
110
110
Vruchtbomen
135
105
105
Trek- en besheesters
80
80
80
Snijgroen
95
95
95
Ericaceae
70
70
70
Buxus
95
95
95
* Indeling op basis van indeling wetgever
De stikstofgebruiksnormen gelden op bedrijfsniveau.
Containerteelt
Bij de teelt van boomkwekerijproducten op containervelden zijn onderstaande eisen van
kracht voor de bemesting van stikstof op containervelden. De eisen zijn afhankelijk van het
type containerveld.
Hiertoe moet onderscheid worden gemaakt tussen containervelden met een gesloten, nietdoorlatende ondergrond en containervelden met een open, doorlatende ondergrond.
Bij gesloten containervelden is een recirculatiebassin verplicht en zijn de eisen afhankelijk
van de grootte van het recirculatiebassin.
Voor gesloten containervelden met een recirculatiebassin van minimaal 1200 m3/ha gelden
geen beperkingen aan het gebruik van meststoffen en gelden geen aanvoernormen.
Voor gesloten containervelden met een recirculatiebassin van minimaal 500 m3/ha geldt dat
minimaal 75% van de gewasbehoefte moet bestaan uit langzaamwerkende meststoffen en
dat daarnaast maximaal 25% van de gewasbehoefte mag bestaan uit oplosmeststoffen. Er
gelden geen aanvoernormen.
Gesloten containervelden met een recirculatiebassin kleiner dan 500 m3/ha worden als
open containervelden beschouwd.
Voor de open containervelden geldt de bemesting alleen met langzaamwerkende
meststoffen mag plaatsvinden. Een uitzondering hierop vormt de situatie waarbij op het
totale bedrijf uitsluitend gebruik wordt gemaakt van potten van minimaal 3 liter. In deze
situatie mogen oplosmeststoffen worden toegepast, mits gebruik wordt gemaakt van een
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 15
druppelaar. Voor de open containervelden geldt een jaarlijkse aanvoernorm van maximaal
300 kg stikstof per hectare en 85 kg fosfaat per hectare.
Stikstofbemesting op containervelden: volgens de normen uit de volgende tabel.
Type
containerveld
Gesloten,
bassin
1200m3/ha
Gesloten,
Langzaamwerkende
meststoffen
Oplosmeststoffen
Aanvoer
geen beperkingen aan
gebruik meststoffen
geen beperkingen aan
gebruik meststoffen
geen
min. 75% gewasbehoefte
max. 25% gewasbehoefte
geen
100%
niet toegestaan, behalve bij
uitsluitend gebruik van potten
van minimaal 3 liter en
gebruik van druppelaar
300 kg N
norm
bassin 500m3/ha
Open
85 kg P
4.3.2 Fosfaat
Bij de teelt van boomkwekerijproducten in de vollegrond zijn voor de bemesting
onderstaande fosfaatgebruiksnormen van kracht (deze normen gelden niet voor
containerteelt). De fosfaatgebruiksnormen gelden op bedrijfsniveau.
Deze normen lopen een jaar vooruit op de wettelijke eisen.
De fosfaatgebruiksnormen zijn afhankelijk van de hoeveelheid fosfaat in de bodem,
uitgedrukt in het Pw-getal. Om het Pw-getal te bepalen is bodemonderzoek noodzakelijk,
uitgevoerd volgens het wettelijke protocol. De resultaten zijn vier jaar geldig. Kopieën van
de resultaten van het volledige bodemonderzoek moeten worden overlegd.
Pw-getal,
Fosfaatgebruiksnorm
mg P2O5/l
2014 in kg/ha/jaar
Fosfaatarm
<25
120
Laag
< 36
75
Neutraal
36-55
65
>55
55
Klasse
Hoog
Bij de teelt van boomkwekerijproducten op containervelden geldt alleen een aanvoernorm
voor de teelt op open containervelden, namelijk maximaal 85 kg P per ha per jaar.
4.3.3 Stikstofmonster
De stikstofgift voor de teelten in de vollegrond is gebaseerd op de hoeveelheid N-mineraal
in de bodem. De certificaathouder neemt hiertoe bodemmonsters. De monstername vindt
plaats tussen half april en half juli voorafgaand aan de eerste stikstofgift. De N-mineraalanalyses moeten worden uitgevoerd bij een daartoe ISO 17025 geaccrediteerd
laboratorium.
Het minimaal aantal N-mineraalmonsters is afhankelijk van de omvang van het bedrijf.
Totale bedrijfsoppervlakte
Minimaal aantal monsters
< 1,5 ha
1 monster
Tussen 1,5 en 5 ha
2 monsters
Groter dan 5 ha
3 monsters
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 16
4.3.4 Registratie
Er is een sluitende registratie van inkoop, voorraad en de toepassing van stikstof- en
fosfaathoudende meststoffen (kunstmest en organische meststoffen) voor het totale bedrijf.
Bij de toepassing van meststoffen wordt minimaal geregistreerd: datum toepassing,
volledige naam meststof, dosering, perceel, toepasser en de toepassingsmethode. Indien
de toepassing afwijkt van het bemestingsplan wordt de reden hiervoor vermeld.
De registratie van meststoffen geldt niet voor de teelt van boomkwekerijproducten op
gesloten containervelden met een recirculatiebassin groter dan 1200 m3/ha.
INTERPRETATIE
Het juiste gebruik van meststoffen wordt beoordeeld aan de hand van een
administratieve beoordeling van de meststoffenregistratie en een fysieke beoordeling
van de actuele voorraad.
Bij aspirant-deelnemers vindt bij de voorjaarsaudit vindt een inventarisatie van de
voorraad plaats. Bij audit na het teeltseizoen wordt de verbruiksregistratie
doorgenomen. Beoordeeld wordt of aan de eisen wordt voldaan.
Bij audit in het volgende seizoen wordt het verbruik berekend door het verschil te
bepalen tussen de beginvoorraad (opgenomen aan het begin van het seizoen) en de
aankopen tijdens de teelt (m.b.v. facturen) en de na de teelt daadwerkelijk aanwezige
voorraad. Het berekende verbruik wordt vergeleken met de registratie van het verbruik
van de meststoffen.
Bij bestaande certificaathouders worden bovengenoemde werkzaamheden
gecombineerd in de audit aan het eind van de teelt.
De eisen gelden voor zowel bemesting die door de boomkweker wordt uitgevoerd als
voor de bemesting die door loonwerkers wordt uitgevoerd.
Om het juiste gebruik van meststoffen op containervelden te kunnen beoordelen moet
eerst worden bepaald of bodem van de containervelden doorlatend (open
containerveld) is of niet doorlatend (gesloten containerveld). Vervolgens moet bij de
gesloten containervelden de grootte van het recirculatiebassin worden bepaald.
In de situatie van een gesloten containerveld met een recirculatiebassin van minimaal
500 m3/ha en maximaal 1200 m3/ha beoordelen of minimaal 75% van de
gewasbehoefte afkomstig is uit langzaamwerkende meststoffen. De gewasbehoefte is
af te leiden uit specificaties van meststoffenleveranciers.
Afwijking: Het product voldoet niet aan de eisen en/of registraties zijn niet compleet.
Kritieke afwijking: Een onomstotelijke vaststelling dat de registraties valse- of vervalste
gegevens bevatten.
4.4
Genetische kwaliteit plantmateriaal
De certificaathouder houdt lijsten/overzichten bij waarop de gewassen staan vermeld die op
de diverse percelen worden geteeld. De overzichten bevatten minimaal de volgende
gegevens: soortnaam, herkomst/cultivar en aantallen, zoals deze zijn opgenomen in de
registratieverplichtingen van Naktuinbouw Select Plant.
In het geval de herkomst/cultivar vermeld staat in de meest recente Rassenlijst Bomen, is
dit tevens in de registratie opgenomen. Deze verplichting geldt voor boomkwekerijproducten
die na 2010 zijn geplant.
Bomen die worden geleverd met Rassenlijstaanduiding moeten zijn voorzien van een Select
Plantaanduiding of ander gelijkwaardig document dat bovenstaande aantoont.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 17
Een Select Plant-label is momenteel alleen beschikbaar voor laan- en parkbomen. Met dit
label is voor elke individuele boom de traceerbaarheid en soortechtheid van de producten
gegarandeerd.
Voor overige boomkwekerijproducten is een leveranciersdocument nodig dat aantoont dat
aan bovenstaande eis is voldaan. Dit document is afkomstig van de boomkweker (niet
zijnde een eigen verklaring) en afgegeven met goedkeuring en onder toezicht van
Naktuinbouw of een vergelijkbare (buitenlandse) organisatie. Het bewijsmiddel bevat
minimaal de vermelding van de soortnaam, de herkomstbenaming en de herkomstcode.
Bijvoorbeeld: Crataegus laevigata, Losser-02, NL.SI.1.3.13-02. In geval van cultivars
volstaat soortnaam en cultivaraanduiding, bv. Fraxinus excelsior, Eureka.
INTERPRETATIE
Beoordelen of aan bovengenoemde registratie-eis wordt voldaan. Beoordelen of het
afleveren van producten met een Rassenlijstaanduiding op bovengenoemde wijze
gebeurt. Producten moeten terug te herleiden zijn naar het groeiperceel.
Select Plant-deelnemers voldoen automatisch aan deze eis in geval van levering van
laan- en parkbomen.
Afwijking: De registraties zijn niet compleet. De afgeleverde producten met
rassenlijstaanduidingen voldoen niet aan de eisen en/of de producten zijn niet terug te
herleiden tot het groeiperceel.
Kritieke afwijking: Een onomstotelijke vaststelling dat de registraties valse- of vervalste
gegevens bevatten.
4.5
Duurzaam materiaalgebruik van plantenpotten
Minimaal 10% van de plantenpotten waarin het plantmateriaal wordt geleverd, bestaat uit
materiaal dat:
- biologisch afbreekbaar* is, of
- van gerecycled materiaal is, of
- gemaakt is uit snel hernieuwbare grondstoffen**
Van deze plantenpotten zijn productbeschrijvingen aanwezig, afkomstig van de fabrikant
van de potten, waaruit blijkt uit welk materiaal de potten bestaan en hoe dat materiaal
voldoet aan één of meer van bovenstaande eigenschappen.
Op het bedrijf is een registratie aanwezig van de gebruikte plantenpotten. Van de
plantenpotten die bestaan uit duurzaam materiaal, is een productbeschrijving/specificatie
van de fabrikanten aanwezig.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 18
INTERPRETATIE
Aan de hand van de totale hoeveelheid gebruikte plantenpotten administratief
beoordelen of 10 % hiervan bestaat uit potten die aan bovengenoemde eisen voldoen.
Het voldoen aan de eisen moet blijken uit de aanwezige productbeschrijvingen van de
fabrikanten.
Terugnemen en opnieuw gebruiken van geleverde potten telt ook mee in de 10%
norm. De aantallen zijn aantoonbaar via de bonnen, voorzien van een handtekening
van afnemer.
*In Europa wordt de afbreekbaarheid van plastic beoordeeld volgens de
geharmoniseerde Europese Norm 13432 voor kunststof verpakkingen. Voor overige
materialen gaat het erom dat de materialen kunnen worden afgebroken door de
natuurlijke activiteit van micro-organismen, zoals bacteriën en schimmels tot water,
CO2, anorganische verbindingen en biomassa die kan dienen als voeding voor de
bodem.
Voorbeelden van biologisch afbreekbare plantenpotten: kokospot, KEF-Container,
NAPAC Biopot, Biodegradable Plant Container.
** Met snel hernieuwbaar materiaal wordt materiaal bedoeld afkomstig van of gemaakt
uit plantaardig of dierlijk materiaal. Dit plantaardig of dierlijk materiaal moet in minder
dan tien jaar op duurzame wijze opnieuw door de natuur kunnen worden geleverd.
Afwijking: minder dan 10% van de geleverde potten bestaat uit materiaal dat in bovenstaande eis als duurzaam is bestempeld. Potten zonder specificatie tellen niet mee in
deze 10%-eis.
4.6
Keuring en onderhoud van spuitapparatuur en kunstmeststrooiers
4.6.1 Onderhoud spuitapparatuur
Er vindt een jaarlijkse kalibratie plaats van de werking van de doppen. Er is een registratie
aanwezig van de uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden en de acties bij aangetroffen
afwijkingen van de dopafgifte groter dan 10%. Als alternatief hiervoor geldt het jaarlijks
vervangen van de doppen.
De keuring van de spuitapparatuur (inclusief motorvatspuiten) mag maximaal drie jaar oud
zijn (wettelijke termijn). De keuring moet worden uitgevoerd door een bedrijf dat daarvoor
erkend is door de Stichting Kwaliteitseisen Landbouwtechniek (SKL) (www.sklkeuring.nl).
INTERPRETATIE
Beoordeeld of de jaarlijkse kalibratie aantoonbaar op de juiste wijze is uitgevoerd dan
wel of als alternatief alle spuitdoppen jaarlijks zijn vervangen
Beoordeel of het keuringsrapport niet ouder is dan drie jaar (en de apparatuur is
goedgekeurd en/of beoordeel de sticker op de spuitapparatuur op geldigheid.
Onder de noemer motorvatspuiten valt volgens SKL alle hoogvolume spuitapparatuur
die voorzien is van een tank, pomp en uitbrengeenheid. De pomp moet mechanisch of
elektrisch zijn aangedreven. De installatie kan zowel mobiel als vast zijn opgesteld.
Het uitbrengen van het middel op het gewas kan zowel met behulp van een spuitlans,
een horizontale of verticale spuitboom gebeuren.
Afwijking: jaarlijkse kalibratie is niet aantoonbaar op de juiste wijze uitgevoerd;
Afwijking: registratie van de onderhoudswerkzaamheden en eventuele acties zijn onvolledig;
Afwijking: keuringrapport afwezig of voldoet niet aan de geldigheidsduur.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 19
4.6.2 Bemestingsapparatuur
De keuring van de kunstmeststrooier mag maximaal vier jaar oud zijn. De keuring moet
worden uitgevoerd door een vakbekwame deskundige conform de richtlijnen van de EN
13739.
INTERPRETATIE
Beoordeel of het keuringsrapport niet ouder is dan vier jaar en de apparatuur is
goedgekeurd. Beoordeel of de keuring is uitgevoerd door vakbekwame deskundige
conform de richtlijnen van de EN 13739.
De verplichte keuring geldt niet voor kunstmeststrooiers met een werkbreedte kleiner
dan 12 meter.
Afwijking: keuringsrapport afwezig of voldoet niet aan de geldigheidsduur.
Afwijking: de keuring is niet uitgevoerd door vakbekwame deskundigen conform de richtlijn
EN 13739
4.7
Duurzaamheidsplan
De certificaathouder beschikt over een duurzaamheidsplan, met minimaal de volgende
onderdelen:
a. Gewasbeschermingsplan met daarin aangeven hoe in het volgende teeltjaar wordt
voldaan aan de eisen van de BRL Duurzame Boomkwekerijproducten (4.7.1).
b. Bemestingsplan met daarin aangegeven hoe in het volgende teeltjaar wordt voldaan
aan de eisen van BRL Duurzame Boomkwekerijproducten (4.7.2).
c. Biodiversiteitplan; vrij in te vullen met bijvoorbeeld een bedrijfsnatuurplan. Hierin wordt
aangegeven welke doelstellingen worden gerealiseerd in de volgende drie jaren (4.7.3).
4.7.1 Gewasbeschermingsplan
Er is een gewasbeschermingsplan opgesteld, waarin wordt beschreven hoe wordt
omgegaan met diverse ziekten en plagen, hygiëne, vruchtwisseling, etc. Het is belangrijk
om in eerste instantie te kijken naar preventieve maatregelen en de mogelijkheden voor
niet-chemische bestrijding.
Uitgangspunt binnen de BRL Duurzame Boomkwekerijproducten is een geïntegreerde
gewasbescherming. Dit is een aanpak die gebruik maakt van diverse methoden om ziekten,
plagen en onkruiden te beheersen en te bestrijden. Daarbij wordt de inzet van chemische
gewasbeschermingsmiddelen zo veel mogelijk beperkt. Dit vereist het achtereenvolgens
doorlopen van de volgende stappen:
a. Preventieve maatregelen (o.a. vruchtwisseling, gezond uitgangsmateriaal,
resistente rassen, hygiëne);
b. Niet-chemische methoden, waaronder biologische bestrijders en teelttechnische
maatregelen;
c. Chemische gewasbescherming, waaronder zaadbehandeling;
d. Emissiebeperking, gebruikte techniek of doppen voor emissiebeperking.
Het gewasbeschermingsplan voor de aangemelde gewassen volgt de stappen van de
geïntegreerde gewasbescherming en laat zien dat aan de gestelde Groenkeur-eisen kan
worden voldaan, voor wat de toepassing van de toegestane middelen betreft. Uit het plan
wordt duidelijk dat alleen toegestane middelen worden toepast en dat rekening wordt
gehouden met de eventuele aanwijzingen.
Het gewasbeschermingsplan wordt jaarlijks voorafgaand aan de teelt geactualiseerd en na
elke actualisatie minimaal vijf jaar bewaard.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 20
De boomkweker of adviseur die het plan opstelt kan met een relevant diploma en/of
getuigschrift (bijvoorbeeld een spuitlicentie of een diploma van minimaal een middelbare
tuinbouwschool) aantonen, dat hij/zij in staat is een gewasbeschermingsmiddelenplan op te
stellen en kennis heeft van de ziekten en plagen die in een gewas kunnen optreden.
4.7.2 Bemestingsplan
Er is een bemestingsplan opgesteld dat laat zien dat op bedrijfsniveau (inclusief de
gepachte gronden) aan de gestelde Groenkeur-eisen kan worden voldaan, voor wat de
toepassing van meststoffen betreft. Het plan omvat alle percelen en de daarop geteelde
gewassen.
In het bemestingsplan voor stikstof moet worden vermeld:
a. Totale aanvoer van stikstof uit organische- en kunstmest, per hectare en per perceel.
b. Berekende hoeveelheid werkzame stikstof uit organische mest.
c. Bodemvoorraad stikstof.
d. Analyseresultaat N-mineraalmonsters.
e. Lokale omstandigheden en historie van de percelen.
In het bemestingsplan voor fosfaat moet worden vermeld:
a. Totale aanvoer van fosfaat uit organische- en kunstmest, per hectare en per perceel.
b. Pw-getal per perceel. De analyse daarvan mag niet ouder zijn dan vier jaar.
Het bemestingsplan wordt jaarlijks voorafgaand aan de teelt geactualiseerd en na elke
actualisatie minimaal vijf jaar bewaard.
De boomkweker of adviseur die het plan opstelt kan met een relevant diploma en/of
getuigschrift (bijvoorbeeld met een diploma van minimaal een middelbare tuinbouwschool)
aantonen, dat hij/zij in staat is om een bemestingsplan op te stellen en kennis heeft van de
hoeveelheid meststoffen die een gewas nodig heeft.
4.7.3 Biodiversiteitsplan
Er is een plan van aanpak opgesteld om de biodiversiteit op het bedrijf te verhogen. Dit plan
van aanpak is vrij in te vullen met bijvoorbeeld een bedrijfsnatuurplan. Hierin wordt
aangegeven welke doelstellingen worden gerealiseerd in de volgende drie jaar.
Het plan van aanpak moet minimaal de volgende elementen bevatten:
a. Overzichtslijst van mogelijke maatregelen om de biodiversiteit op het bedrijf te
verbeteren, bovenop de eisen uit de BRL Duurzame Boomkwekerijproducten.
b. Doelstellingen over een periode van drie jaar en na drie jaar evalueren en bijstellen
indien nodig.
c. Actiepuntenlijst met tenminste één stimulerende maatregel gepland per jaar.
d. Overzicht van de uitgevoerde maatregelen uit het afgelopen jaar.
Als hulpmiddel voor dit plan van aanpak kunnen dienen:
a. Bedrijfsnatuurplan van de Vereniging Duurzame Boomkwekers Nederland;
b. Gaia biodiverstiteitsmeetlat van (CLM) Centrum voor Landbouw en Maatschappij,
zie http://www.gaiameetlat.nl/;
c. Algemene Keuzemeetlat en Keuzemaatlat Natuur- en Landschapsbeheer uit het
certificatieschema Milieukeur Boomkwekerijproducten.
Het biodiversiteitsplan wordt jaarlijks geactualiseerd en na elke actualisatie minimaal vijf jaar
bewaard.
De boomkweker of adviseur die het plan opstelt kan met een relevant diploma en/of
getuigschrift aantonen, dat hij/zij in staat een biodiversiteitsplan op te stellen en kennis heeft
van biodiversiteit.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 21
INTERPRETATIE
Beoordelen of aan alle bovengenoemde eisen voor het duurzaamheidsplan is voldaan.
Afwijking: Duurzaamheidsplan of onderdelen daarvan afwezig.
Afwijking: Een onderdeel van het duurzaamheidsplan voldoet niet aan de eisen.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 22
5
ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN
Certificaathouder draagt zorg voor gezonde en veilige arbeidsomstandigheden op het
bedrijf. Hiertoe moet minimaal worden voldaan aan de eisen die voortvloeien uit de RI&E
(risico-inventarisatie en evaluatie) met bijbehorend verbeterplan (onder andere voor
opleidingen en trainingen van eigen en/of ingehuurd personeel; aanwezigheid van
persoonlijke beschermingsmaterialen).
Met het behalen van een aanvullend certificaat voor de sociale eisen kunnen producten in
binnen- en buitenland worden afgezet onder het Fair Trees Fair Plants-label.
De certificaten die voldoen aan de sociale criteria van Fair Flowers Fair Plants staan
vermeld op de website van FFP: http://www.fairflowersfairplants.com/homenl/standaard/benchmark.aspx.
5.1
Registratie medewerkers
a. Bedrijf beschikt over een actuele registratie van de medewerkers en ingehuurd
personeel (volledige namen, functieomschrijving, geboortedatum, datum in dienst,
sofinummer, kopie paspoort of identiteitskaart).
INTERPRETATIE
Beoordelen of registratie medewerkers aanwezig is en aan bovengenoemde eisen
voldoet.
5.2
RI&E
a. Bedrijf beschikt over een RI&E van maximaal vijf jaar oud met bijbehorend verbeterplan.
Het verbeterplan wordt jaarlijks bijgewerkt.
b. Bedrijf stelt de benodigde persoonlijke beschermingsmaterialen beschikbaar en ziet toe
op het juiste gebruik ervan.
c. Bedrijf biedt medewerkers de mogelijkheid een medische keuring te ondergaan.
d. Bedrijf draagt zorg voor veilig werken en goede instructies naar de medewerkers,
inclusief ingehuurd personeel.
e. Bedrijf zorgt voor opleidingen en trainingen van medewerkers. Er is een overzicht
aanwezig van de gevolgde trainingsactiviteiten per medewerker.
f. Bedrijf maakt duidelijk welke maatregelen er getroffen zijn met betrekking tot kennis en
ervaring (opleidingen) van ingehuurd personeel.
INTERPRETATIE
Beoordelen of aan bovengenoemde eisen voor de RI&E is voldaan.
Afwijking: Niet voldoen aan één of meer van de bovengenoemde eisen.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 23
6
6.1
TRACEERBAARHEID
Inleiding
Groenkeur Boomkwekerijproducten kunnen alleen worden geleverd door bedrijven met een
Groenkeur-certificaat voor de BRL Duurzame Boomkwekerijproducten.
Boomkwekerijen en handelsbedrijven met een Groenkeur-productcertificaat moeten
aantonen dat de Groenkeur-producten niet vermengd worden met niet-Groenkeurgecertificeerde producten. De Groenkeur-producten moeten zowel op het bedrijf als binnen
de administratie gescheiden worden gehouden van niet-gecertificeerde producten.
Dit betreft zowel de Groenkeur-producten uit de eigen productie (boomkwekerijen) als de
ingekochte Groenkeur-producten (boomkwekerijen en handelaren).
Afgeleverde Groenkeur-producten moeten traceerbaar zijn tot op het groeiperceel dan wel
tot de leverancier.
Groenkeur-certificatie is niet aan de orde voor bedrijven die alleen individueel gelabelde
Groenkeur-producten in- en verkopen.
6.2
Traceerbaarheidseisen
a. Bedrijf beschikt over een administratief systeem waarin de voorraad, eigen productie en
de inkoop en de verkoop van Groenkeur-producten worden bijgehouden. Het systeem
geeft inzicht in de actuele voorraad Groenkeur-producten.
b. Groenkeur-producten en niet-Groenkeur-producten zijn administratief en fysiek
gescheiden in ruimte en tijd; dit betreft zowel de eigen (Groenkeur-)producten als de
ingekochte (Groenkeur-)producten.
c. Op inkoop- en afleverbonnen/facturen is op regelniveau te herleiden welke producten
Groenkeur zijn en welke niet; per regel wordt de hoeveelheid geleverd product (aantal
of kg) vermeld.
d. Alle geleverde Groenkeur-producten zijn traceerbaar naar het productieperceel of naar
de Groenkeur-leverancier.
e. Geleverde Groenkeur-producten zijn herkenbaar gelabeld en gebundeld volgens de
‘Kwaliteitsnormen en omschrijvingen van Boomkwekerijproducten’ (uitgave van de Raad
voor de Boomkwekerij). Het label moet corresponderen met de bijgevoegde afleverbon.
Het label moet tot bij de eindbestemming aan het product bevestigd zijn en goed
leesbaar zijn.
INTERPRETATIE
Bij de audits wordt beoordeeld of aan bovenstaande traceerbaarheidseisen is voldaan.
Steekproefsgewijs (jaarlijks minimaal vijf partijen) nagaan of de aanwezige en
geleverde Groenkeur-producten administratief zijn terug te traceren naar een het eigen
groeiperceel of naar de Groenkeur leverancier.
Op het bedrijf beoordelen of Groenkeur producten fysiek gescheiden zijn van nietGroenkeur-producten. Fysieke scheiding kan zijn:
 het gebruiken van een aparte hal of een specifiek deel van een hal, of
 scheiding door een duidelijke markering, of
 het dragen van onderscheidende labels waarmee de verschillende
productstromen zijn te herkennen.
Er wordt een vierkantstelling uitgevoerd, waaruit wordt nagegaan of de verkochte
aantallen Groenkeur-producten overeenkomen met de geproduceerde en/of
ingekochte aantallen.
Een handelsbedrijf dat enkel een certificaat wil verkrijgen voor de traceerbaarheid
moet aan alle eisen uit de BRL Duurzame Boomkwekerijproducten voldoen met
uitzondering van de hoofdstukken 4, 5 en de paragrafen 7.3 en 7.4. Het certificaat kan
worden afgegeven na de eerste audit.
Afwijking: Niet voldoen aan één of meer van de bovengenoemde eisen.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 24
7
OVERIGE EISEN
7.1
Voldoen aan de wet
Bedrijf voldoet aan de op de BRL van toepassing zijnde internationale, nationale en
regionale wet- en regelgeving:
a. Wet Gewasbeschermingsmiddelen en Biociden
b. Uitvoeringsregeling Meststoffenwet
c. Activiteitenbesluit
d. Flora- en Faunawet
e. Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen
van collectieve arbeidsovereenkomsten
f. Wet Milieubeheer (o.a. afval)
In geval een door een overheidsinstantie geconstateerde tekortkoming, een zogenaamde
formele aanschrijving, betrekking heeft op onderdelen die voor de BRL Duurzame
Boomkwekerijproducten relevant zijn, moet dit binnen een week aan de certificerende
instelling worden gerapporteerd.
INTERPRETATIE
Beoordelen (administratief) of correct met eventuele aanschrijvingen is omgegaan.
Afwijking: Niet voldoen aan één of meer van de bovengenoemde eisen.
7.2
Klachtenprocedure
De deelnemer gaat gestructureerd met klachten om.
Alle bij de deelnemer binnengekomen klachten in relatie tot deze BRL zijn geregistreerd,
evenals de behandeling en de afhandeling ervan.
De klachtenregistratie bevat minimaal naam, adres, en de woon-, vestigings-, of
verblijfplaats van de klager evenals telefoonnummer, faxnummer en e-mailadres, een
deugdelijk herleidbare verwijzing waartegen de klacht zich richt, een termijn van afhandeling
en een datum van afhandeling. De registraties worden vijf jaar bewaard.
Indieners van een klacht ontvangen een schriftelijk reactie op hun schriftelijke klacht.
Een eventuele afwijzing van een klacht wordt beargumenteerd.
INTERPRETATIE
Beoordelen (administratief) of correct met de klachtenprocedure is omgegaan.
Afwijking: Niet voldoen aan een of meer van de bovengenoemde eisen
7.3
Bedrijfsafval
Bedrijfsafval moet worden gescheiden in de volgende fracties: groenafval, karton/papier,
plastic/folies, glas, restafval en chemisch afval. Deze fracties moeten gescheiden worden
verwerkt of afgevoerd door/naar recycling- of afvalverwerkende bedrijven. Hiervan is een
registratie aanwezig (fractie, hoeveelheid, bestemming).
Groenafval mag ook op het groeiperceel achterblijven.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 25
INTERPRETATIE
Beoordelen (administratief) of correct met bedrijfsafval is omgegaan. Deelnemer moet
facturen of contracten kunnen tonen met afvalverwerkende bedrijven voor de
verwerking van het bedrijfsafval.
Afwijking: Niet voldoen aan één of meer van de bovengenoemde eisen.
7.4
Aanvullende eisen containerteelt
7.4.1 Gesloten containervelden
a. Er mogen alleen lozingen plaatsvinden uit het recirculatiebassin indien het water meer
dan 5 mmol NaCl/l bevat; het recirculatiewater wordt aan het eind van de teelt bewaard
tot het volgende seizoen.
3
b. Er is een registratie aanwezig van de hoeveelheid lozing (aantal liters of m ), datum en
samenstelling lozing (analyserapport waaruit blijkt dat de NaCl concentratie meer dan
5 mmol /l is).
3
c. Het gebruik van een recirculatiebassin van 500 m /ha is alleen toegestaan bij gebruik
van aanvullend gietwater van hemelwaterkwaliteit (maximaal 0,5 mmol NaCl/l).
d. Er is een wateropvang aanwezig als noodoverloop om te voorkomen dat het
recirculatiebassin overloopt bij zware buien.
7.4.2 Open containervelden
a. Er mogen geen lozingspunten naar het oppervlaktewater aanwezig zijn als gevolg van
drainagesystemen of greppels die uitmonden op oppervlaktewater.
b. Drainagesystemen zijn niet toegestaan.
c. Er zijn geen menginstallaties aanwezig voor oplosmeststoffen, uitgezonderd de situatie
waarin op het bedrijf uitsluitend wordt gewerkt met 3 liter potten. In deze
uitzonderingssituatie mag salpeterzuur of fosforzuur in de dosering als reinigingsmiddel
voor het reinigen van druppelleidingen maximaal twee maal per seizoen worden
toegepast.
INTERPRETATIE
Beoordelen (visueel) of aan bovenstaande eisen is voldaan.
In de situatie van open containervelden mogen noch oplosmeststoffen op het bedrijf
aanwezig zijn noch installaties om oplosmeststoffen te mengen of toe te dienen, met
uitzondering van de situatie waarin op een bedrijf uitsluitend gebruik wordt gemaakt
van potten van minimaal 3 liter.
Afwijking: Niet voldoen aan één of meer van de bovengenoemde eisen.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 26
BIJLAGE A
EISEN TE STELLEN AAN DE CERTIFICERENDE
INSTELLING
BRL DUURZAMEBOOMKWEKERIJPRODUCTEN
Algemeen
De certificerende instelling moet voldoen aan de in ISO/IEC 17065:2012 gestelde eisen (de
opvolger van de EN 45011). De certificerende instelling moet een overeenkomst hebben
gesloten met Stichting Groenkeur om toelatingsaudits, opvolgingsaudits, heraudits te
mogen uitvoeren. Wanneer de certificerende instelling een combinatie-audit uitvoert met
een andere Groenkeur-beoordelingsrichtlijn of ISO 9001 moet hij daarvoor zijn
geaccrediteerd.
Certificatiereglement
De certificerende instelling handelt bij de uitvoering van audits volgens het Reglement
certificatie Groenkeur-producten.
Certificatiepersoneel
Het certificatiepersoneel dat bij de certificatie is betrokken omvat:
Auditoren belast met het uitvoeren van de toelatingsaudits, opvolgingsaudits en
heraudits. Zij rapporteren over de noodzaak tot het treffen van corrigerende maatregelen
door de aanvrager c.q. houder van het certificaat en het adviseren aan beslissers over het
verlenen van een certificaat of het nemen van maatregelen naar aanleiding van uitgevoerde
controles.
Beslissers belast met het nemen van beslissingen over de afgifte van het certificaat naar
aanleiding van de door de auditor uitgevoerde onderzoeken, evenals andere bevoegdheden
die hem door het Reglement certificatie Groenkeur-producten zijn toegekend. De beslisser
beoordeelt de rapportage van het certificatie-onderzoek en ondertekent deze. Door het
goedkeuren en ondertekenen hiervan geeft hij/zij aan minimaal op hoofdlijnen kennis te
hebben van de inhoud van het desbetreffende certificatieschema.
Voor het certificatiepersoneel gelden de volgende kwalificatie-eisen als minimum:
Certificatie
personeel
Opleidingsniveau (kennis)
Werkervaring (kunde)
Auditoren
(Teamleiders)
Minimaal HBO werk- en denkniveau
(studierichting plantaardig).
Alternatief: MBO-niveau (studierichting
plantaardig aansluitend bij de scope van het
certificatieschema) met minimaal twee jaar
extra ervaring op het gebied van
productcontrole en/of –certificatie.
Minimaal 4 jaar ervaring in de groene- of
aanverwante sector.
Tenminste één jaar ervaring met het
uitvoeren van audits voor product-, procesof inspectieschema’s of minimaal 10
volledige audits uitgevoerd onder supervisie
van ervaren auditor.
Detailkennis van de van toepassing zijnde
beoordelingsrichtlijn en het bijbehorende
toetsingskader. Kan boomsoorten
onderscheiden. Beschikt over bewijs van
vakbekwaamheid (voorheen spuitlicentie).
Analytisch vermogen om factoren die tot
milieubelasting leiden snel te doorzien. De
auditor is in staat de criteria juist te
interpreteren, en weet wat werkwijze en
praktijk zijn op de desbetreffende bedrijven.
Deelnemen aan de opleiding Groenkeur
Beoordelingsdeskundige Groen (binnen een
jaar nadat de cursus is gestart) wanneer dit
separaat door het College van Deskundigen
groen is voorgeschreven of gelijkwaardige
opleiding zoals door bedoeld college te
bepalen en op www.groenkeur.nl is te
raadplegen.
Kan offertes vaktechnisch juist beoordelen
en kan de vereiste kennisdeling en inzet
bekwaamheden op een juiste wijze
interpreteren.
Houdt kennis up-to-date.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 27
Daarenboven moet de auditor die is belast met het onderzoek conform de
Beoordelingsrichtlijn Boomkwekerijproducten minimaal beschikken over de volgende
competenties.
De auditor (teamleider)
1. Spreekt en begrijpt de vaktaal in de groene branche.
2. Is in staat tot beoordelen en is in staat die bevindingen schriftelijk vast te leggen.
3. Schrijft dusdanig dat de rapportage voor de ondernemer in de groene branche
toegankelijk is.
4. Kan afbreukrisico in de groene branche detecteren.
Certificatie
personeel
Opleidingsniveau (kennis)
Werkervaring (kunde)
Beslisser
Minimaal HBO werk- en denkniveau in een
agrarische richting aansluitend bij de scope
van het certificatieschema of middels
ervaring aantoonbaar op dit niveau
functioneren.
Moet minimaal 10 mandagen een
projectaudit (algemeen) hebben bijgewoond
onder supervisie van een teamleider
(auditor) en heeft minimaal 2 jaar
werkervaring op het niveau van beslisser
(algemeen).
Leadauditor cursus conform IATCA/IRCA
criteria voor de auditing van
kwaliteitsmanagementsystemen.
Minimaal uitvoering van 2 volledige
toelatingsonderzoeken voor proces- of
systeemcertificatie in het algemeen.
Detailkennis van de van toepassing zijnde
beoordelingsrichtlijn en het bijbehorende
toetsingskader.
Analytisch vermogen om processen van de
bedrijfsvoering in de groene branche snel te
doorzien. De beslisser is in staat de criteria
juist te interpreteren, en weet wat werkwijze
en praktijk zijn op de desbetreffende
bedrijven.
Detailkennis van de
handhavingsinstrumenten van Groenkeur.
Is goed in staat checklists en offertes
vaktechnisch juist te beoordelen en kan de
vereiste kennisdeling op een juiste wijze
interpreteren.
Houdt kennis up-to-date.
Daarenboven moet de beslisser minimaal beschikken over de volgende competenties.
De beslisser
1. Is in staat de auditor te controleren.
2. Is in staat tot oordelen op basis van schriftelijke rapportages en verslaglegging.
3. Heeft kennis van controle periodiciteit en prestaties.
4. Begrijpt en spreekt de vaktaal in de groene branche.
5. Kan afbreukrisico in de groene branche herkennen.
Het certificatiepersoneel moet aantoonbaar zijn gekwalificeerd door jaarlijkse toetsing van
opleiding en ervaring aan bovenstaande eisen. Auditoren moeten voor behoud van hun
kwalificatie voldoen aan de nadere eisen die het College van Deskundigen groen stelt. Elke
auditor van de certificerende instelling die audits uitvoert ten behoeve van één of meerdere
beoordelingsrichtlijnen van Stichting Groenkeur, moet minimaal één van de twee of meer,
door Stichting Groenkeur jaarlijks te organiseren harmonisatiebijeenkomsten bijwonen.
Harmonisatieafspraken worden na goedkeuring door het College van Deskundigen groen
op de website www.groenkeur.nl openbaar gemaakt. De bevoegdheid om
certificatiepersoneel te kwalificeren ligt bij het management van de certificerende instelling.
Duurzame Boomkwekerijproducten| geldigheid 5 maart 2014 – 1 januari 2016 | Pagina 28
Rapportage aan het College van Deskundigen groen.
De certificerende instelling rapporteert minimaal jaarlijks (in januari) over de uitgevoerde
certificatiewerkzaamheden in het kader van de beoordelingsrichtlijnen. Deze rapportage
moet in een vaste format zijn ingevuld en moet jaarlijks voor 31 januari digitaal zijn
aangeleverd.