download - Architecture Workroom Brussels

het mozaÏek
van brabant
Impressie van
Projectatelier Brabantstad-dag
18 juni 2014 @ IABR–2014–URBAN BY NATURE
Inhoudsopgave
voorwoord 4
iabr–2014– urban by nature 6
dubbelinterview door pieter van ree
10
kansen voor brabantstad 14
people, planet, proces16
reacties & dialoog22
four FUnerals and one wedding 26
de kracht van brabant 28
het reactiveren van ruimte30
zes principes34
panel & discussie 38
Actie & vervolg 44
Film “het mozaÏk van brabant”
46
hier, mozaÏekbrabant48
Colofon50
2
3
Voorwoord
BrabantStad is in feite een verstrooide stad, of beter, een stadslandschap. Het
vormt een even omvangrijk als bont mozaïek, met vele vormen van grondgebruik in hoge en lage dichtheden. De samenhang en het contrast tussen stad
en land is hét kenmerk dat BrabantStad onderscheidt van andere stedelijke
netwerken. Maar hoe kunnen we de kracht van dit Brabantse Mozaïek beter
inzetten om onze ambitie van top- kennis en innovatieregio te behalen? En
hoe doen we dat op een manier die past binnen het huidige principe van het
inspelen op de energie uit de samenleving?
De samenwerking met IABR–2014–URBAN BY NATURE is voor BrabantStad
en de Brabantse waterschappen een uitgelezen kans om op vernieuwende
wijzen aan de slag te gaan om de kracht van ons Brabantse Mozaïek beter te
benutten. Oude, traditionele ontwikkelmodellen functioneren niet meer vanwege de gevolgen van de economische crisis en de opkomst van de energieke
samenleving. De ontwerpbureaus Architecture Workroom Brussel, Floris Alkemade Architect en LOLA Landscape Architects werkten aan alternatieve ontwikkelmodellen voor de ‘tapijtmetropool’ die Brabant is en formuleerden zes
‘ontwikkelprincipes’.
Voor Brabant is IABR–2014– een startpunt. We gaan door met een Brabants
vervolg op IABR–2014–. Vanaf oktober 2014 zal het tapijt rondreizen door Brabant onder de naam MozaiekBrabant | Ontwerpen aan het Nieuwste Brabant.
Iedereen is van harte welkom om daarbij te zijn en op zijn en haar wijze bij te
dragen aan het Nieuwste Brabant.
Namens de provincie Noord-Brabant, BrabantStad en de Waterschappen Aa
en Maas, Brabantse Delta, De Dommel en Rivierenland
Yves de Boer
Gedeputeerde Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
4
5
IABR–2014–
Urban by nature
De Internationele Architectuur Biennale Rotterdam ofwel IABR–2014–URBAN
BY NATURE– vertrekt vanuit het standpunt dat we de globale milieuproblemen
kunnen oplossen als we de problemen van de stad oplossen. Vanuit het perspectief van de landschapsarchitectuur kijkt IABR–2014– eerst naar wat stad
en stedelijkheid eigenlijk is. Stad en landschap vloeien steeds meer in elkaar
over en daarom onderzoekt IABR–2014– de relatie tussen stad en natuur. Hoe
meer we daarvan weten, hoe meer houvast we hebben bij het ontwerpen, plannen en besturen van onze complexe stedelijk landschappen. Als we de stad
beschouwen als onze natuurlijke ecologie, haar structuur en stofwisseling analyseren, begrijpen en leren gebruiken, dan kunnen we concreet werken aan
een veerkrachtiger stad, en daarmee aan een duurzamere toekomst.
IABR–2014–URBAN BY NATURE realiseert drie IABR–Projectateliers in Nederland: Rotterdam, Texel en BrabantStad. In deze Projectateliers wordt ontwerpkracht ingezet om te werken aan urgente lokale en regionale opgaven en
meerwaarde toe te voegen aan ruimtelijke beleidsvorming. In de vrije culturele
werkruimte die het atelier biedt, worden ontwerpend onderzoek en internationale kennisuitwisseling ingezet om daarna zo concreet mogelijk toe te werken
naar beleidsinstrumenten en pilot projects. De resultaten zijn eerst onderdeel
van de hoofdtentoonstelling en het programma van IABR–2014–URBAN BY
NATURE waarna de lokale en regionale overheden daadwerkelijk met de uitkomsten aan de slag gaan.
IABR–2014– realiseert de IABR–Projectateliers als leadpartner van het Rijk en
in het kader van de Actie Agenda Architectuur en Ruimtelijk Ontwerp (AAARO)
van het ministerie van Infrastructuur en Milieu.
IABR–Projectatelier BrabantStad is een samenwerking van IABR–2014–,
BrabantStad, de provincie Noord-Brabant, de gemeenten ‘s-Hertogenbosch,
Eindhoven, Tilburg, Breda en Helmond – en de waterschappen Aa en Maas,
Brabantse Delta, Rivierenland en de Dommel.
Het ontwerpend onderzoek wordt verricht door Architecture Workroom Brussels (Brussel), Floris Alkemade Architect (St. Oedenrode) en LOLA Landscape
Architects (Rotterdam).
6
7
8
9
Dubbelinterview
door pieter van ree
Dirk Sijmons
Curator IABR–2014–URBAN BY NATURE
“De stad is een reusachtig artefact waar
heel veel andere elementen dan alleen
het bebouwde oppervlak deel van
uitmaken.”
yves de boer
Gedeputeerde Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
“We hebben een regio die behoort tot
de top van Nederland en we zijn de
tweede economische motor. Als je in de
competitie binnen Europa die
positie wilt behouden, betekent dit in
ieder geval dat je daar altijd een stapje
extra voor zult moeten zetten.”
10
11
Het vliegende tapijt
van Brabant
12
13
kansen voor
brabantstad
Wat zijn de grootste kansen voor BrabantStad? En de grootste bedreigingen?
Om mee te denken over die vragen vult de Kunsthal Rotterdam zich tijdens de
Brabantdag in het kader van IABR–2014–URBAN BY NATURE, met experts
en geïnteresseerden. Het gordijn halverwege de zaal gaat open; er zijn veel
meer bezoekers dan waarop gerekend is.
Doel van de dag is een inkijkje geven in de ontwikkelingen van het Brabantse
landschap. “Dat samenwerken cruciaal is voor de toekomst van het
Brabantse landschap is duidelijk, maar welke rol speelt de overheid daarbij:
actief of teruggetrokken? Heel Europa kijkt naar deze biënnale. Hier moet de
vonk overslaan. IABR–2014–URBAN BY NATURE is daarmee behalve culturele activiteit, daadwerkelijk een opstap naar de toekomst.” zegt Joachim de
Clerck.
ted berenschot
Programma manager ruimtelijke kwaliteit
Provincie Brabant
“De maatschappij heeft zich de afgelopen 10 à
15 jaar ontwikkeld. Het draagvlak voor wat je
wilt bereiken vanuit politiek of als overheid en
samenwerkende overheden, is niet meer het
draagvlak zoals er 20 jaar geleden was.
Dat is met veel andere mensen en
onverwachte coalities tot stand gebracht en
vaak een vanuit onverwachte hoek.”
14
15
PEOple, planet,
proces.
Ruud Veltenaar mag het Brabantse publiek in Rotterdam wakkerschudden.
Willen we de wereld radicaal veranderen, dan moeten we op onze kop gaan
staan. Alleen dan komen we uit onze comfortzone van kortetermijndenken, het
stigmatiseren van falen en de traditionele focus op welvaart.
Duurzame ontwikkeling gaat uit van de drie P’s: People, Planet en Profit. Maar
Profit is nooit een doel op zichzelf. Die laatste P moet daarom vervangen worden door Purpose; door niet na te denken over het hoe en wat, maar over het
waarom. Dat begint bij de moed om te toekomst te zien zoals hij is: zonder
angst en klaar voor verandering.
De verantwoordelijkheid voor die verandering ligt niet bij de centrale overheid,
maar lokaal. In Brabant liggen kansen om samen te werken, om grensoverschrijdende coalities te vormen en vooral om te proberen zorg, energie en het
onderwijs te hervormen. Wij verkeren in een crisis van lethargie; de jeugd kijkt
al met een nieuwe blik naar het verleden, heden en toekomst.
Een terugtrekkende overheid slaagt alleen wanneer maatschappelijke initiatieven de ruimte krijgen. Laat bewoners samenwerken om zelf energie te produceren en distribueren, en al onze energie is in 2030 gratis. Laat de zorg zich
meer richten op preventie naast behandeling. Hoe gezond worden we dan wel
niet in Brabant? En laat het onderwijs zelf nadenken hoe zij meerwaarde kan
creëren voor kinderen in plaats van ze klaar te stomen voor beroepen die niet
meer bestaan. Laten we dat in Brabant doen. Voor elkaar en met elkaar.
16
17
“Hebben wij met elkaar genoeg moed
om de toekomst te zien zoals hij is?”
“De beweging van de terugtredende
overheid slaagt alleen wanneer
maatschappelijke initiatieven de
ruimte krijgen.”
18
“Wij worden allemaal energieproducent.
Wij worden allemaal energiedistributeur.
Voor 2030 is energie gratis.”
“Misschien is onze grootste
crisis wel onze lethargie.”
19
20
21
Reacties & dialoog
Karin akkers
Strateeg bij gemeente ‘s-Hertogenbosch
carel nobbe
Strategisch adviseur Waterschap Aa en Maas
“Samenwerking is voor mij belangrijk.
Dat doen wel al veel, maar alleen samen
werken is niet voldoende. Ik denk dat het
een niveau dieper kan. De budgetten van
overheden en ondernemers zijn nu vaak
gescheiden. Met combineren van kracht
en budget kunnen we nog meer.”.
“Als we het dan over samenwerken
hebben – wat vandaag nog een keer
uitdrukkelijk wordt benoemd – blijkt dat we
dat doen. Samen met waterschappen, steden en provincie hebben we dat op touw
gezet. Ik denk alleen dat we dat veel meer
moeten gaan doen met nog veel meer
instanties buiten de overheden. Soms zijn
we daar goed maar soms ook niet.
Daar liggen de uitdaging en de kansen”.
IEN Lucas
Planoloog Gemeente Oss
“Ik denk dat er niks gebeurt als de
provincie alles alleen doet. De zorg voor
kwaliteit en duurzaamheid en de toekomstbestendigheid van de provincie moeten
samengaan.” “De provincie moet nog meer
samenwerken met de gemeentes en de
maatschappelijke organisaties.”
22
23
het onmogelijke
mogelijk maken
24
25
Four funerals
and one wedding
De vloer is nu aan de drie architectebureau’s die het ontwerpend onderzoek
van IABR–Projectatelier BrabantStad hebben verricht: Joachim de Clerck voor
Architecture Workroom Brussels, Floris Alkemade voor Floris Alkemade Architect en Cees van der Veeken voor LOLA Landscape Architects.
Het Brabantse stedennetwerk wil behoren tot de top vijf Europese kennis- en
innovatieregio’s. Ook in een tijd van crisis. Juist die crisis leidt tot heroverweging van de fundamenten van onze samenleving. Ook in de ruimtelijke ordening. De architecten spreken, na grondig onderzoek, over vier zogenaamde
‘faillieten’, zaken die niet alleen door de crisis, maar ook door demografische
veranderingen, onder vuur komen te liggen.
De vier faillieten:
- gemeentelijk grondbeleid: beleid dat heeft geleid tot perverse prikkels zoals
aanleg van nieuwe bedrijventerreinen in plaats van herontwikkeling van oude
bedrijventerreinen en het creëren van woonwijken aan de rand van de stad.
- intensieve landbouw: schaalvergroting en globalisering heeft gemaakt dat
de landbouwsector uit zijn voegen is gegroeid waardoor roep om duurzamere
landbouw steeds groter wordt.
- het Rijnlandsmodel: regionale en lokale overheden staan voor nieuwe uitdagingen door decentralisatie, besparingen én de dynamiek van andere partijen
als het bedrijfsleven, het onderwijs, de civil society.
- huidige ruimtelijke planning: grote overkoepelende plannen zijn niet meer geschikt om de ruimtelijke uitdagingen van vandaag de dag het hoofd te bieden.
De faillieten, door de architecten ook ‘funerals’ genoemd, vragen om nieuwe
ideeën en inspiratie om los te raken uit de oude denkmodus. Want wat we
zouden willen doen, doen we niet, geremd door het systeem waarin we zitten.
De hamvraag: welke ruimtelijke ontwikkelprincipes hebben wel de kracht om
de actuele opgaven op sociaal, economisch en ecologische gebied het hoofd
te bieden? Zoals Joachim de Clerck wijselijk wist te verwoorden: ‘we have four
funerals but where is the wedding?’.
26
27
De kracht
van brabant
Tussen de Randstad, de as van Brussel-Antwerpen en het Ruhrgebied, is Brabant uniek in zijn ligging. Het Brabantse landschap met zijn dorpse steden en
stadse dorpen, zoals Yves de Boer in de inleiding benoemde, dat is de kracht
van Brabant. En dat maakt het Brabantse ruimtelijke model zo herkenbaar: het
lijkt op dat van een mozaïek- of tapijtstructuur. Het cultuurrijke landschap is het
grootste potentieel voor de toekomst van Brabant.
In plaats van focus op de binnensteden zouden de Brabantse steden meer
over de stadsgrenzen heen moeten kijken: de opgaven van stad en land aan
elkaar verbinden.
Floris Alkemade noemt één systeem dat zich niets aantrekt van stadsgrenzen
en als een cement kan dienen om stad en land te verbinden: water.
Omdat het Brabantse water instroomt vanuit het Belgische, via Maastricht, zal
Brabant onder andere het water boven de grond moeten vasthouden en de afvoer vertragen via buffergebieden en filters. Stroomafwaarts zal de waterkwaliteit moeten verbeteren door het tegengaan van (agrarische/industriële) vervuiling en waterbehoefte op slimme wijze terug te brengen. Om dit alles te doen is
het nodig het Brabantse tapijtlandschap te herweven en verweven.
Cees van der Veeken spreekt over ‘reweaving the carpet’: het maken van slimme koppelingen. Maak een verbinding tussen de wateropgave en opgaven
rondom kwalitatief goed wonen en recreëren en innovatief ondernemen. Dit
wetende, zijn de drie architecten aan de slag gegaan met testcases. Zo hebben de ontwerpbureaus een zestal machines ontwikkelt die laten zien wat het
koppelen van opgaven betekent. Zes machines die uitgaan van de kracht van
Brabant, een nieuw perspectief op ruimtelijk ontwikkelingsbeleid.
28
De zes principes in een notendop:
- Het koppelen van waterzuivering aan de herontwikkeling van verouderde
bedrijventerreinen.
- Slim watermanagement dat boomteelt en verdroogde natuur stimuleert.
- Vertragen van waterafvoer in beken met het oog op kleinschalige
watergebonden landbouw en toerisme.
- Zuivering van agrarisch afvalwater als onderdeel van het sluiten van
kringlopen in intensieve veehouderij.
- Door beken en kanalen verder te ontkoppelen, kan kalkrijk kanaalwater
gericht gebruikt worden voor stadslandbouw, terwijl beken bijdragen aan recreatie en natuur, gerelateerd aan wonen.
- Via stadslanen innovatieve bedrijventerreinen beter verbinden met de
voorzieningen in een stad en tegelijk gebruiken voor afvoer van hemelwater en
hitte uit de stad.
Het ontwikkelen van deze machines, deze principes is hopelijk het begin van
iets moois. Joachim de Clerck sluit af met de oproep aan Brabant door te pakken op de energie IABR–2014– die nu is ontstaan en aan de slag te gaan met
‘pilootprojecten’, de charmante Vlaamse variant op de ons welbekende pilotprojecten of experimenten.
29
Het reactiveren
van ruimte
Weten waar je vandaan komt om te zien waar je naartoe wil. De zes benoemde
machines zeggen ons feitelijk: pak opgaven integraal aan, werk sector overstijgend. De ruimtelijke ordening kent, zoals zoveel beleidsterreinen, de neiging
opgaven – zoals het watersysteem, de verbetering van de stedelijke omgeving
en het buitengebied – te zien als gescheiden werelden. De stad betaalt in grote
mate voor het watersysteem: een systeem wat onder druk staat door intensief
gebruik in het buiten gebied. In plaats van verder te verwijderen, is nu de tijd
rijp verbinding te zoeken.
Deze verbinding vraagt niet om een eenmalige investering, maar continue aandacht waar steeds opgaven en belangen aan gekoppeld kunnen worden. De
zes benoemde machines zijn zo ingestoken, dat de dynamiek die ontstaat effect heeft op meerdere beleidsterreinen. Een aantrekkelijk landschap waar het
goed wonen en recreëren is en waar gezondheid voorop staat. En dat levert
ook nog eens gewenste bijwerkingen op: door wateropgaven anders te vliegen, creëren we ook een minder verdroogd Brabant waardoor de landbouw in
staat is duurzamer te produceren.
Het Brabantse tapijt herweven gaat dus niet om losse steken aanbrengen om
gaten te dichten maar een totaal van steken aan te brengen om te komen
tot een kettingreactie. Zo is een investering in water, ook het realiseren van
ambities op het gebied van voedsel en duurzaamheid. Dit onderschrijft het opkomen van nieuwe economische (verdien)modellen. In een tijd waar elke euro
nog zwaarder telt en de dynamiek van de energieke samenleving schreeuwt
om ruimte, is dit verhaal het zoveelste puzzelstukje dat op zijn plaats valt. De
belangrijkste hefboom voor de ontwikkeling van een duurzame en welvarende
Brabantse metropool is dus de tapijtconditie en het reactiveren van
haar ruimte.
30
31
32
33
zes principes
1
De herontwikkeling van
industrie in functie van de
vermindering van
hitte-stress
“Als we verouderde industriegebieden herontwikkelen rond
collectieve watersystemen, gaan we de stedelijke hittestress
tegen en maken we een gezonde, stedelijke omgeving voor
nieuwe economieën.”
2
De schaalvergroting van
boomkwekerijen inzetten
tegen de verdroging van
natuurgebieden
“Als we de omschakeling naar duurzame teelten ondersteunen, verhogen we zowel de rentabiliteit van landbouwbedrijven als de kwaliteit van het landschap, én organiseren we de
langzame infiltratie van water in de bodem om zo de verdroging van natuurgebieden tegen te gaan.”
34
35
3
De uitbouw van een
toeristisch/recreatief
netwerk in functie van een
vertraagde waterafvoer
“Als we de Brabantse waterlopen omleiden doorheen recreatiegebieden ontstaan er een attractief toeristisch-recreatief
netwerk dat instaat voor een vertraagde waterafvoer en zo
bijdraagt tot de zoetwaterbalans van Noord-Brabant.”
4
De schaalvergroting van
intensieve veehouderijen
koppelen aan collectieve
zuivering van afvalwater
“Als we de schaalvergroting van intensieve veehouderijen
aangrijpen voor de reorganisatie van teelten en de landschappelijke integratie van collectieve voorzieningen, zoals waterzuiveringen, krijgt grootschalige landbouw in Noord-Brabant
een duurzaam karakter.”
36
5
De ontwikkeling van een
nieuwe component van het
natte zandlandschap als
attractief Woonlandschap
“Als we de aanleg van infiltratiegebieden inzetten als unieke woonlandschappen, bieden we niet alleen een alternatief
voor de geplande randstedelijke woonuitbreidingen, maar
ontwikkelen we ook een nieuw component van het natte
zandlandschap.”
6
De ontwikkeling van
innovatieve industrie
koppelen aan de invoer
van een gescheiden
rioleringstelsel
“Als we het profiel hertekenen van de lanen die innovatieve
industrie in de rand van de stad verbinden met voorzieningen in het centrum, creëren we enorme lineaire wadi’s waar
nieuwbouwprojecten voorzien van een gescheiden rioleringstelsel zich op kunnen enten.”
37
Panel & DIscussie
Het dynamische panel bestaande uit, Erik Luiten (rijksadviseur Landschap
en water, Friso de Zeeuw (hoogleraar gebiedsontwikkeling) Geert Snijders
(Wethouder RO ‘s-Hertogenbosch, Francien van de Ven (loco-dijkgraaf Aa en
Maas) en Judith Lekkerkerker (Hoofdredacteur Ruimtevolk), versus kritisch
publiek: dat is het decor van een inhoudelijke discussie over de conclusies
van IABR–Projectatelier BrabantStad. Panel en publiek zijn het erover eens
dat het goed is dat water wordt gezien als basis voor structurering van natuur,
woningbouw en industrie in Brabant. Flinke uitdaging: er moet wel wat gedaan
worden met die bevindingen.
Stelling 1:
Groen en blauw zijn een
belangrijk verdienmodel voor
nieuwe stedelijkheid.
‘Gelul’, vindt Friso de Zeeuw, het praten
over een verdienmodel. Een horizontale
koppeling van groen (natuur) en blauw
(water), maar ook rood (economie) en
paars (industrie) moeten de startmotor zijn
van de verandering, vullen zijn collega-panelleden aan. Praten over groen en blauw
is een perfect voorbeeld van traditioneel
hokjesdenken, waar het juist nu moet gaan
over een crossover-benadering tussen
verschillende elementen.
38
39
Stelling 3:
De kunst is om een brug te slaan
tussen de economische dynamiek
van steden en topsectoren, en
dat wat modaal Brabant beweegt.
Stelling 2:
Het vergroten van de
agglomeratiekracht van Brabant
is primair een uitdaging voor de
ruimte tussen de steden.
De politiek staat voor de uitdaging om
milieuproblematiek bij de mensen te
brengen, vindt Geert Snijders.
‘s-Hertogenbosch wil in 2050
klimaatneutraal zijn en om dat te bereiken
moet de stad zeventig procent aan energie
besparen. Dat lukt alleen als de stad investeert in zijn buurten en wijken. Doe je
dat niet, dan riskeer je een tweedeling in
de samenleving en een disconnect met
bewoners.
Yves de Boer vreest voor een nieuwe dichotomie van stad en platteland, terwijl
de kracht van Brabant juist schuilt in de
verwevenheid tussen die twee. Oneens
dus. Bereikbaarheid en verbindingen moeten daarom goed zijn. En wil Brabant echt
iets bereiken, dan zullen de vijf steden
gezamenlijk hun schaal en macht moeten
bundelen om bijvoorbeeld te investeren in
infrastructuur en landschap.
40
41
Stelling 4:
Maak geen nieuwe plannen voor
verstedelijking, maar vertrouw
op de vormende kracht van de
samenleving en geef de komende
jaren alle ruimte aan pilots en
experimenten.
Een clash tussen Judith Lekkerkerker en
Friso de Zeeuw: zij ziet toekomst in het
vitaal houden en experimenteren met
huidige suburbane gebieden, hij moedigt
aan toch vooral te blijven profiteren van
onze planningstradities. Vanuit het publiek
neemt Dirk Sijmons het woord. Hij bepleit
een plan voor verstedelijking, waarin de
overheid en waterschappen samen katalysator zijn voor initiatieven van onderop.
42
Stelling 5:
De Brabantse overheden verstaan de kunst van het loslaten.
Terwijl de rode kaarten massaal de lucht
in gaan bij het aanwezige publiek, draait
Judth Lekkerkerker het om. Zij ziet bij
Brabanders een ondernemende kracht
die veel sterker is dan de macht van de
overheid. Die macht van de overheid ligt
in het aangeven van contouren en het
bewaken van kwaliteit, zo vult het panel
aan. Noord-Brabant is in ieder geval op de
goede weg. In de provincie wordt samengewerkt en samenwerken is loslaten.
43
actie & vervolg
IABR–2014–URBAN BY NATURE komt op het juiste moment. In de nieuwe
Omgevingswet staat dat we in 2018 een concrete omgevingsvisie moeten hebben. Zouden we die visie vormen op basis van de traditionele dichotomie van
blauw en groen, van overheid en burger, dan slaan we de verkeerde weg in
voor de jaren erna. Hier leren we dat overheden hooguit moeten ordenen, zodat de samenleving zichzelf kan activeren. Aan die spannende balans geeft
IABR–2014– handen en voeten.
Een nieuwe omgevingsvisie is meer dan een ruimtelijk ordeningsprincipe. Het
betekent anders denken en andere grammatica gebruiken. Het betekent actie
en gaan doen. Het is een visie die wij als samenleving gaan maken.
Nu is de kans om voort te borduren de kansen en slimme combinaties die voor
Brabant zijn bedacht.
44
45
FILM “het mozaÏek
van brabant”
Yves de boer
Gedeputeerde Ruimtelijke Ontwikkeling en Wonen
“Dat is de kracht van samenwerking:
kwesties als energie, water en wonen
op z’n Brabants oplossen. Onze kracht
is dat we het samen willen doen.”
Architect
“De radicaliteit van confrontaties toont zich
hier beter dan waar dan ook in Nederland.
Er heerst een soort vrijheid die bijzonder
en aangenaam is”
Frans stienen
Joachim de clerck
“We kunnen het niet meer alleen.
Vroeger hadden we allemaal onze
eigen structuurvisies, onze eigen
woonvisies, onze eigen stadsvisie of
dorpsvisie. We dachten, ‘nou, wij gaan
dat maken’. Maar dat is niet meer van
deze tijd. Wij zijn echt gebaat
bij samenwerking”.
“De uitdaging die er ligt is om te zoeken
naar een methodiek om het tapijt van de
verspreidde verstedelijking als een
voordeel aan te wenden naar de
toekomst van Brabant”
Wethouder Helmond
“Het atelier is een mooi ijkpunt
voor de toekomst.
We moeten dat gewoon als een
Leitmotiv meenemen voor de komende
decennia voor Brabant”.
46
FLORIS ALKEMADE
Architect
In ‘Het Mozaiek van Brabant’ bespreken diverse betrokken het belang het
Brabantse aandeel aan het IABR. De vernieuwende invalshoeken en de
nieuwe kijk op ruimtelijke ordening en Brabantse opgaven worden besproken.
De verbinding van verschillende thema’s als landbouw, water, recreatie, komen
aan het licht naast het gezamenlijk ontwikkelen van een nieuwe taal.
Mocht u nieuwsgierig zijn geworden, bekijk dan hier de film.
47
hier,
mozaÏekbrabant
De Internationale Architectuur Biennale Rotterdam is tot 24 augustus a.s. te
bezoeken in de Kunsthal te Rotterdam. Na IABR–2014– maken de gepresenteerde resultaten van het projectatelier BrabantStad een rondreis langs vijf expositielocaties in Noord‑Brabant. Het brabantskenniscentrum kunst en cultuur
coördineert de rondreis en is de programmeur van het randprogramma.
Centraal staan daarbij de vragen: hoe wil je dat Noord-Brabant er in de toekomst uitziet en waar moeten wij volgens jou aandacht aan besteden? Wij
horen graag hoe je denkt over de thema’s energie, voedsel, water en wonen.
Je kunt aan de invulling van het programma rondom
MozaïekBrabant | Ontwerpen aan het Nieuwste Brabant meewerken en meepraten. Je initiatieven helpen het ruimtelijk beleid van Brabant te ontwikkelen
en breed te ondersteunen. Met jouw bijdrage kunnen wij inspelen op de energie van de samenleving, het debat in Brabant op gang brengen en inspirerende
ideeën ophalen.
2014
OKT ... Eindhoven
Nov ... tilburg
dec ... helmond
2015
jan ... ‘s-hertogenbosch
feb ... Breda
Kom in contact met
mozaÏekbrabant via
www.mozaiekbrabant.nl
of volg ons via social media
48
Opdrachtgever: provincie Noord-Brabant
Coördinatie en programmering: bkkc
Samenwerkende partijen: gemeenten ’s-Hertogenbosch, Breda, Eindhoven,
Helmond en Tilburg, Architectuurcentrum Eindhoven, BAI, Cast, Groen4life en
de Brabantse waterschappen.
49
cOLOFON
MOZAÏEKBRABANT
Provincie Noord-Brabant
Nuala Burns
Erwin Dacier
Anne van Kuijk
Patricia van Doorne
Ted Berenschot
BKKC brabants kenniscentrum kunst en cultuur
Monique Baars
Frederiek Dijkstra
www.moziekbrabant.nl
Met dank aan:
IABR–2014–URBAN BY NATURE
Architecture Workroom Brussels
Floris Alkemade Architect
LOLA Landscape Architects
Visuele Notulen
Teamcaptain Magazine designer Editor Editor Tekstschrijver Tekstschrijver Illustrator Fotograaf -
-
-
-
-
-
-
-
Wim Kuper
Charlotte Porskamp
Lisa Vorst
Diederik Vrijhoef
Arthur van Vliet
Margje de Vries
Aart-Jan Veenema
Lize Kraan
www.visuelenotulen.nl
+31 (0) 6 30 07 76 75
[email protected]
50
51